SeNSe
nr1
Magazine over verantwoord beleggen - MAART 2008
Ethical Sense 100 verantwoorde small caps
12
Making Sense MKB in ontwikkelingslanden
20
Investment Sense De nieuwe grondhouding van Ruud Lubbers
5
Common Sense De balans tussen waarde en winst
10
re-dac-ti-o-neel
Volgens VN secretaris-generaal Ban Ki-moon vraagt het beteugelen van het klimaatprobleem een wereldwijde investering in duurzame energie van 20.000 miljard dollar tot 2033. Tijdens zijn State of the Union maakte de Amerikaanse president Bush twee miljard dollar vrij voor een internationaal Clean Tech fonds. De ingrepen van de Europese Commissie om het CO2-emissiehandelssysteem tot 2020 te professionaliseren zijn door handelaren positief ontvangen. Op de grootste handelsbeurs voor C02-rechten, de ECX, worden maandelijks records verbroken. Ondertussen wordt op de Rotterdamse Maasvlakte geëxperimenteerd met technieken om CO2 af te vangen en verklaart het kabinet deze CO2-opslag in Rotterdam als hoeksteen van zijn programma Schoon en Zuinig. En Milieudefensie stimuleert nu ook in Nederland de klimaatbossen, waar burgers en bedrijven hun CO2-gebruik compenseren door bomen te laten planten. Bossen die niet alleen maar als doel hebben om CO2 op te nemen, maar die het land ook groener maken en waar kan worden gerecreëerd. Bij verantwoord ondernemen raakt de ondernemer in gesprek met belangengroeperingen, overheden en politici. Er ontstaat een nieuw gesprek over waarde en winst. Voor de belegger is de tijd aangebroken dat hij deelneemt aan dit gesprek. Luistert naar de issues en meedenkt over de oplossingen. Het is tijd voor uitstekende informatie en gedegen analyse. Tijd ook voor een goed gesprek met betrokken partijen. Met overheden, belangengroepen en burgers. Met ondernemers en beleggers. Tijd voor zinvolle ontmoetingen. Tijd voor SENSE.
co-lo-fon Sense is een uitgave van SNS Asset Management Pettelaarpark 120 ’s-Hertogenbosch correspondentieadres Postbus 70053 5201 DZ ’s-Hertogenbosch T 073 - 683 33 55 F 073 - 683 39 50 E
[email protected] www.snsam.nl redactie Karin Agterbosch, Mirjam Bik, Aart Bouwmeester, Jet van Eeghen, Tom Gordijn, Harry Hummels, Rianne Kessels, Andrea Steinmetz, Christel Witteveen fotografie Eddo Hartmann, Rob Marinissen, Willem de Roon illustraties Gerda Bakker, Ruud Vogelesang concept en productie Yolk, Concepts of Engagement, Bloemendaal creatie en design Karen Birnholz Creative, Amsterdam drukwerk Drukkerij Slinger, Alkmaar
Een uitgave van SNS Asset Management
Cover en inhoud fotos: Rob Marinissen
Ruimte om te denken
Ruimte om te denken
Ruud Lubbers: ‘Houd je aan de democratische spelregels’
Trendwatcher Paul Ray: ‘Nieuwe consument bepaalt alles zelf’
Er is een nieuwe consument opgestaan. Eentje die bewust kiest. Met zijn hart. En zijn hoofd. Die kiest voor verantwoord beleggen in bedrijven die verantwoord ondernemen. Het beleggen zelf vertrouwt hij toe aan grote partijen, die weten wat hij wil en waarom. Wie is die nieuwe consument en wat is zijn rol? Goeroe Paul Ray legt het uit: ‘Oude instituties voldoen niet meer.’ ‘Het zijn de Cultural Creatives die gaan afdwingen dat grote ondernemingen echt verantwoord gaan ondernemen.’ De Amerikaanse Paul Ray, socioloog en marktonderzoeker, gaf tien jaar geleden de nieuwe opkomende groep zelfbewuste mensen de naam Cultural Creatives. Het zijn mensen die zich zorgen maken over ecologie, over de toekomst van de aarde. Zij hebben meer dan gemiddeld belangstelling voor sociale rechtvaardigheid, vrede, spiritualiteit. Doen vrijwilligerswerk, geven aan goede doelen, zijn betrokken. Een groep die in de Verenigde Staten wordt geschat op 50 miljoen mensen. In Europa zouden er 90 miljoen zijn en dan zijn er nog vele miljoenen in de wereldsteden in de andere continenten. De groep is niet homogeen van samenstelling, maar hun invloed is groot en groeiende. Uit de studies van Ray komt naar voren dat de Cultural Creatives vanuit verschillende vertrekpunten één belangrijke waarde delen. Of zij nu mensenrechten als het belangrijkste thema beschouwen, wereldklimaat,
‘De toestand van de aarde en het milieu vraagt meer dan ooit om een nieuwe grondhouding. Van bedrijven maar ook van instellingen die in het bedrijfsleven beleggen.’ Is getekend: Ruud Lubbers, voormalig minister-president van Nederland en Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen van de Verenigde Naties tussen 2001 en 2005.
gelijke rechten voor allen of goed toegankelijke gezondheidszorg: de groep deelt een algemene overtuiging dat de wereld moet veranderen. En dat zíj daar persoonlijk aan bijdragen.
Klar e ta al
‘Anders dan de traditionele belegger, die bereid is in de technische charts van analisten te duiken, zoekt de Cultural Creative aansluiting bij die instelling die hem in klare taal overtuigt dat zijn geld goed wordt beheerd en belegd’, zegt Ray in een toelichting op de uitkomsten van zijn studies. ‘De Cultural Creative is niet een belegger die slechts een goed rendement wil. Hij is ook ouder van een kind dat hij een goede toekomst wil bieden. Hij is verantwoord burger die een schoon milieu wil. Hij is voor naleving van fundamentele mensenrechten. Zijn afwegingen zijn breder dan alleen het rendement. Bovendien: hij is ervan overtuigd dat alleen ondernemingen die met al deze factoren rekening houden uiteindelijk overleven. Dus investeert hij daarin en verwezenlijkt daarmee al zijn doelen.’ Uit de onderzoeken van Ray blijkt dat juist de mensen die fundamentele veranderingen willen, ook de mensen zijn die hun beleggingsbeslissingen delegeren aan instituten. Ze weten wat ze willen en zoeken de partijen die daarbij passen. Veel van deze mensen zijn Cultural Creatives en de meerderheid van hen is vrouw.
B e g e e ste r i n g
Ray: ‘De Cultural Creatives willen worden geïnspireerd. Naast cijfers willen ze vooral begeesterd raken, spiritueel betrokken zijn bij wat er door hun toedoen gebeurt. Dat zij werkelijk met hun handelen een positief verschil maken. Dat geldt op alle terreinen waarop zij zich begeven, of het nu gaat om beleggingen, de buurt waarin zij wonen of het milieu.’ Volgens Ray is er momenteel een fundamentele verandering in de wereld gaande waarbij de oude instituties niet meer voldoen en het afleggen tegen de mensen die hun eigen verantwoordelijkheid willen nemen. Ray is ervan overtuigd dat grote partijen in de financiële wereld, zoals institutionele beleggers en pensioenfondsen hierin een grote rol kunnen spelen: ‘Zij hebben immers een lange termijnhorizon en de financiële kracht veranderingen te bewerkstelligen.’
‘W
instgevendheid en verantwoord ondernemen gaan heel goed samen. Sterker nog, ondernemingen die veel doen op dat gebied ontwikkelen nieuwe technologieën en managementvormen waardoor zij beter presteren dan anderen. Verantwoord ondernemen wordt hierdoor een aanwijzing voor winstgevendheid.’ Lubbers houdt ter vergelijk de relatie tussen milieu en technologie voor: ‘Waar vroeger aandacht voor het milieu op gespannen voet leek te staan met technologie, heerst nu de overtuiging dat technologie de oplossing van milieuvraagstukken dichterbij brengt.’
H o e h et h o o rt
Grote institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen, krijgen steeds meer oog voor bedrijven die verantwoord ondernemen. Daar staat Ruud Lubbers achter. Door het grote vermogen dat institutionele beleggers beheren, zijn ze in staat om overheden en bedrijven te beïnvloeden. Dat vindt hij minder gewenst. ‘Overheden worden aangestuurd door democratische processen. Volksvertegenwoordigingen stellen wetten vast onder invloed van ontwikkelingen in de samenleving. Ik ben er voorstander van dat pensioenfondsen zich uitspreken voor een aantal geldende normen, zoals het Handvest van de Aarde (Ruud Lubbers was nauw betrokken bij de opstelling ervan, red.). Dat zij gezamenlijk vastleggen wat zij verstaan onder verantwoord beleggen en verantwoord ondernemen. Ook
kunnen zij aangeven dat zij terughoudend zijn met investeringen waarbij risico’s in het geding zijn ten aanzien van verantwoord ondernemen en aanvaardbaarheid van de economische activiteit. Zij kunnen aansluiting zoeken bij internationaal erkende verdragen.’
Wat k an
Dat pensioenfondsen een ethische commissie instellen die een adviserende rol speelt, lijkt Ruud Lubbers een goed idee. ‘De commissie kan adviseren over ondernemingen waar misstanden zijn. Dit kan dan leiden tot gesprekken met die onderneming of bij zeer ernstige zaken tot het terugtrekken van de investering. Het is wel vitaal dat zo’n ethische commissie wordt ondersteund door de pensioengenieters.’
Wat m o et
Lubbers signaleert dat pensioenfondsen weinig transparant zijn over hun beleggingsbeleid en pleit voor een maatschappelijk verslag. ‘Ondernemingen zijn daarin verder dan pensioenfondsen. Ik verwacht dat zij het bedrijfsleven volgen en op hun manier in de financiële sector deel worden van de familie. Beleggen in bedrijven die verantwoord ondernemen is geen “diefstal” van de pensioengenieter. Het stelt juist het pensioenvermogen ook op lange termijn veilig.’ illustratie: gerda bakker
Ruimte om te denken
Profiel
Diervoedingsbedrijf Nutreco schrikt van de mateloze mensheid Als iedereen het Amerikaanse consumptiepatroon volgt, zijn er in 2050 vier Aardes nodig om 9,2 miljard mensen te voeden. Dat is het schrikbeeld van CEO Wout Dekker van diervoedingsbedrijf Nutreco. En dus? ‘Wij moeten anders met de aarde omgaan. Verstedelijking, groei in inkomens en voedselconsumptie, verantwoorde productie en schaarste aan grondstoffen zijn de uitdagingen voor de komende tijd.’ Tien vragen aan Wout Dekker over verantwoord ondernemen.
Schaarste dreigt
1. Hoe werkt Nutreco aan het wereldvoedselprobleem? ‘Essentiële zaken als vers water en een goede voedselvoorziening zijn geen zekerheden, daaraan moet hard worden gewerkt. Vis is heel gezond, maar zeeën vervuilen. Vis zal dus op een andere manier geproduceerd moeten worden. Met onze kennis op het gebied van viskweek en gespecialiseerde visvoeding speelt Nutreco – we zijn wereldleider op de markt voor industrieel visvoer en vijfde op de wereldmarkt voor diervoeding – daarin een belangrijke rol. Hetzelfde geldt voor onze rol in de mengvoederindustrie.’
Nutreco Holding NV is actief op de diervoedings- en visvoermarkt. De onderneming is selectief aanwezig in verschillende schakels van de voedingsmiddelenketen. Nutreco beschikt over circa 100 productievestigingen verspreid over meer dan 30 landen met ongeveer 9.000 medewerkers. FOTo: Nutreco
Profiel
2. Wat is de focus van Nutreco? ‘Duurzaam beheer van bronnen. Kwaliteit van diervoeding tot voedsel. Klimaatverandering en het investeren in mensen en gemeenschappen. Verantwoord ondernemen is ingebed in drie codes die wij hanteren: de Nutreco Code, onze Ethische Gedragscode en onze Health, Safety, Environment and Quality Policy.’
3. Is verantwoord ondernemen een modeverschijnsel? ‘Nee. Mijn opleiding heb ik in Wageningen gevolgd. Wij hadden destijds al uitgebreide discussies over het belang van verantwoord ondernemen: schaarste is echt niet nieuw en dus ook niet het besef dat verantwoorde productie de oplossing kan bieden. Ik werk nu 24 jaar bij dit bedrijf. Bij de management buy-out uit BP in 1994 hebben wij de naam Nutreco heel bewust gekozen. Het is een samentrekking van nutrition, economie en ecologie. De naam kwam uit een interne prijsvraag.’ 4. Hoe controleert Nutreco dat ook toeleveranciers verantwoord ondernemen? ‘Wij hebben een heel goed ontwikkeld systeem van tracking and tracing, waarmee wij bij eventuele problemen heel goed kunnen nagaan waar bepaalde partijen grondstoffen vandaan komen en naartoe zijn gegaan. Daarnaast werken wij met lijsten, zowel positieve als negatieve. Nutreco is een grote speler en in deze wereld zoeken de grote spelers elkaar toch op. Al die grote spelers zien het belang van een goede en gezonde bedrijfsvoering. Verder leggen we contractueel vast dat wij zaken als kinderarbeid niet zullen accepteren. Als je, zoals wij, in dertig landen werkt, is het aantal issues groot. Dat betekent dat we ook selectief zijn, wat is echt relevant om iets aan te doen? Sommige dingen zijn belangrijk maar dan moeten wij kiezen: niet nu. Verpakkingen zijn zo’n voorbeeld.’ »
5. In 1997 ging Nutreco naar de beurs. Bijten aandeelhouderswaarde en verantwoord ondernemen elkaar? ‘Als beursgenoteerd bedrijf heb je te maken met veel verschillende stakeholders, die elk andere prioriteiten stellen. Wat nu bekend staat als People, Planet, Profit, de Triple P, is altijd van belang geweest. Uit de ontwikkeling van de koers blijkt niet dat het rendement lijdt onder het beleid van verantwoord ondernemen. De koersgrafiek sinds de eerste notering in 1997 tot nu laat zien dat wij het veel beter doen dan de AEX beursindex. Wij zijn een van de weinige agri-ondernemingen op de beurs en ik beschouw die ontwikkeling als een compliment van de financiële wereld.’
9. Kan Nutreco wel de juiste mensen aantrekken? ‘Nutreco wil een bedrijf zijn dat op vier hoofdaandachtspunten aantrekkelijk is: om voor te werken, om van te kopen, om in te investeren en om als buurman te hebben. Academici die op zoek zijn naar werk beoordelen een bedrijf op de ambities die het heeft en op de zingeving. Bij Nutreco zijn wij bezig met het vervullen van een essentiële levensbehoefte, het verzorgen van goede voeding. In het gevecht om talent dat gaande is, niet alleen in Nederland maar zeker ook elders in de wereld, denk ik dat wij hiermee een aantrekkelijke werkgever zijn.’
6. Hoe overtuig je stakeholders van het belang van verantwoord ondernemen? ‘Je kunt dit niet alleen. Dialoog met alle betrokkenen is noodzakelijk om de doelen te bereiken. Om die reden houden wij samen met de Rabobank iedere twee jaar een Agribusiness conferentie. Daar komen sprekers van grote internationale bedrijven en overheden en worden de issues besproken. De afgelopen keer was het thema: Balance the challenge. Wij hadden 340 deelnemers uit 33 landen. Zonder dit soort besprekingen krijg je nooit voldoende draagvlak en begrip voor wat er werkelijk speelt.’
Nutreco’s CEO Wout Dekker ‘Wij doen het beter dan de AEX.’
‘Je kunt dit niet alleen. betrokkenen is n o o d z a k e l i j k bereiken.’
Dialoog met alle.. om de doelen te..
‘Wij zijn een van de weinige,succesvolle agri-.. ondernemingen.. op de beurs en ik beschouw die.. o n t w i k k e l i n g a l s . e e n c o mp l i m e n t v a n d e f i n a n c i ë l e . . wereld.’ 7. Wordt er iets over verantwoord ondernemen vermeld in het financieel jaarverslag? ‘In het financieel jaarverslag beschrijven we de prioriteiten op het gebied van verantwoord ondernemen. Dat we verantwoord ondernemen belangrijk vinden blijkt uit de aparte rapportage die sinds 2000 aan dit onderwerp is gewijd, eerst als onderdeel van Nutreco’s Sociaal en Milieujaarverslag en sinds 2005 als onderdeel van Nutreco’s Corporate Social Responsibility Report. Daarin kunnen we uitgebreid laten zien wat wij doen op het gebied van verantwoord ondernemen. Dat werkt ook intern. Verantwoord ondernemen wordt niet gezien als het speeltje van de baas. Dat vreesde ik toen ik in 2000 CEO werd en een aparte rapportage hierover introduceerde. Nu zie je dat er van binnenuit de organisatie heel veel lokale initiatieven ontstaan en dat dit beleid dus ook echt door de medewerkers wordt gedragen.’ foto: WILLEM DE RO ON
Profiel
8. Hoe staat het met de bekendheid van verantwoord ondernemen door Nutreco? Sinds 2001 scoren we hoog in de verschillende jaarlijkse rankings op het gebied van maatschappelijke verslaggeving. In 2006 bijvoorbeeld werden we vierde van de 153 in de Transparantiebenchmark van het ministerie van Economische Zaken, een onderzoek naar de kwaliteit van de maatschappelijke verslaggeving in Nederland. En Van Lanschot beoordeelde ons beleid op verantwoord ondernemen als het beste in de midcap. Maar dat lijkt buiten het gezichtsveld van de media te vallen. Een kwestie van tijd: in de VS staan landbouw en voedingsindustrie op de voorpagina’s vanwege het belang voor de voedselvoorziening.’
Cijfers (in mln Euro) Omzet* Bedrijfsresultaat* Winst na belasting* Winst uit desinvesteringen Nettowinst Winst per aandeel (€) Wpa voortgezette act.(€) Medewerkers Marktkapitalisatie einde jaar
10. Mogen we van bedrijven in ontwikkelingslanden verwachten dat ook zij verantwoord ondernemen? ‘Wij kunnen alleen vragen: maak minder fouten en vooral niet dezelfde als wij. Ik ben hoopvol dat wij vanuit Nederland kunnen bijdragen aan oplossingen voor problemen in de wereld. Nederlandse bedrijven doen het goed en hebben internationaal impact. Kijk eens wat Unilever heeft gepresteerd met het initiatief tot het Marine Stewardship Council, dat duurzame visvangst certificeert. Dat is bepalend geweest voor de ontwikkeling van de viskweek waarmee een goed en verantwoord product voor de wereldbevolking wordt geproduceerd. Met zulke ondernemingen en instituten als de Universiteit van Wageningen en de geneeskundige faculteit van Utrecht kunnen wij technologie inzetten om ook negen miljard mensen in de wereld te voeden. En wat ook speelt: in een land als China gaan de ontwikkelingen vier keer zo snel als elders. Dus ook de oplossing van problemen. Agenda’s groeien naar elkaar toe en worden gemeenschappelijk. Ziektes als SARS en de Aziatische griep gaan in no time de hele wereld over. Wij hebben elkaar nodig.’ « »
2007 2006 2005 2004 4021 3031 2774 3269 149 113 111 106 113 105 93 56 7 415 44 26 119 520 134 78 3,46 15,19 3,90 2,29 3,24 3,05 2,63 2,29 9.090 7.919 6.993 12.408 1.355 1.675 1.288 689 * uit voortgezette activiteiten
IN GESPREK
Accountant PricewaterhouseCoopers zoekt het rendement op verantwoordelijkheid
Wat
is de waarde van verantwoord ondernemen? En hoe zit het met de controleerbaarheid daarvan? Voor een accountant als PricewaterhouseCoopers (PwC), zijn deze vraagstukken inmiddels dagelijkse praktijk. En? Wat is er te zien? Harry Hummels, directielid van SNS Asset Management en hoogleraar Ethiek, Organisaties en Samenleving aan de Universiteit van Maastricht, en Jos Nijhuis, bestuursvoorzitter van PricewaterhouseCoopers, nemen het verantwoord ondernemen door Nederlandse bedrijven onder de loep. Voorlopige conclusie: de aandacht groeit, beleggers blijven achter.
Harry Hummels: ‘Ziet PwC dat beleggers en analisten belang hechten aan verantwoord ondernemen?’ Jos Nijhuis: ‘Nog te weinig. TNT heeft nu de eerste plaats behaald in haar sector op de Dow Jones Sustainability Index. Ook Akzo en DSM staan prominent in die index. Dat heeft op termijn effect op beleggers. Aandeelhouders verwachten meer en meer dat een onderneming een positieve bijdrage levert aan de samenleving. We zagen al bij pensioenfondsen dat stakeholders inzicht willen in de beleggingsportefeuilles. Maar er is méér nodig. Mijn boodschap aan beleggers: Pak die verantwoordelijkheid omdat het voor je achterban, de pensioengerechtigden, zo belangrijk is!’
Harry Hummels, directielid van SNS Asset Management en hoo gleraar Ethiek, Organisaties en
Harry Hummels: ‘Hoe serieus Samenleving: nemen de PwC-klantengroep en ‘Leidt het bedrijfsleven in het algemeen verantwoord een onderwerp als verantwoord ondernemen tot ondernemen?’ beter presterende bedrijven?’ Jos Nijhuis: ‘Pas de afgelopen twee, drie jaar zien we een nadrukkelijke en intrinsieke toename in de belangstelling voor verantwoord ondernemen. Ondernemingen gaan nadenken over wat ze willen met verantwoord ondernemen en hoe ze daarover willen rapporteren. Een film als An Inconvenient Truth van Al Gore en de alarmerende rapportages van het Intergovernmental Panel on Climate Change hebben een brede maatschappelijke bewustwording op gang gebracht. Grote bedrijven als Unilever en Shell zijn er al langer mee bezig. Bij Shell mag je er van uitgaan dat eerdere debacles rondom integer zakendoen een rol hebben gespeeld. Dat beïnvloedt de strategie van een bedrijf.’
fotos: WILLEM DE RO ON
10 IN GESPREK
Harry Hummels: ‘Leidt de toegenomen aandacht van bedrijven voor verantwoord ondernemen tot beter geleide organisaties én tot beter presterende bedrijven, die interessanter zijn voor beleggers?’ Jos Nijhuis: ‘Als bedrijven zich focussen op verantwoord ondernemen in combinatie met diversiteitbeleid, dan levert dat op de lange termijn rendement op. Uit onderzoek onder de vijfhonderd grootste bedrijven van Amerika, blijkt dat bedrijven met ook vrouwen in de top in de periode van 2001 tot 2004 betere resultaten haalden dan bedrijven met alleen mannen aan het roer. Simpelweg omdat de kwaliteit van beslissingen in een divers samengesteld team beter is. Verantwoord ondernemen helpt ook de beste talenten aan te trekken. De strijd om talent wordt in toenemende mate bepaald door de maatschappe-
lijke reputatie van een werkgever. Het Intermediair Beste Werkgevers Onderzoek geeft aan dat de beste werkgevers goede arbeidsvoorwaarden combineren met een goed werkklimaat waarin mensen inhoudelijk interessant werk doen en zich kunnen identificeren met de bedrijfsvisie.’ Harry Hummels: ‘De heel grote ondernemingen zijn vaak al langer bezig met verantwoord ondernemen, maar sijpelt dat nou door?’ Jos Nijhuis: ‘Binnen kleine bedrijven is veel afhankelijk van de directeur-grootaandeelhouder. Als die er voor gaat, zie je dat terug in het bedrijf. De rest houdt zich zo goed mogelijk aan de regels, and that’s it. Middelgrote ondernemingen worstelen met een goede strategische inkadering van verantwoord ondernemen, die ook financieel rendement oplevert. Wij moeten daarbij helpen en adviseren. Want verantwoord ondernemen kost niet alleen maar, het kan ook concurrentievoordeel opleveren, kijk naar Toyota met de milieuvriendelijke Prius.’
Har r r y Hummels: ‘Veroorzaakt het PwC-beleid ook zulke dilemma’s?’ Jos Nijhuis: ‘We zijn zo’n vijftien jaar bezig met verantwoord ondernemen, van een klimaatneutrale autoregeling die medewerkers stimuleert een zuinige leaseauto te kiezen én zuiniger te rijden tot de jaarlijkse Transparantiebenchmark, een onderzoek naar de kwaliteit van de maatschappelijke verslaggeving in Nederland. En we zijn verificateur van verschillende maatschappelijke jaarverslagen en CO2emissieverslagen, zoals het Social Responsibility Report van TNT. Belangrijke pijlers in ons verantwoord ondernemenbeleid zijn ethiek en integriteit, zoals vastgelegd in onze Global Code of Conduct. Hierin staat hoe we wereldwijd met klanten omgaan. We respecteren fundamentele mensenrechten en steunen de ontwikkeling van gemeenschappen waarin we werkzaam zijn. Wij doen alleen maar zaken met ondernemingen waarvan het management integer is. Je kunt je afvragen of iemand uit bijvoorbeeld de wapenindustrie per definitie niet-integer is. Dat gaat érg ver, vind ik. Maar als medewerkers bezwaren hebben, hoeven ze niet voor zo’n klant te werken. Ik heb liever dat iemand dat zegt, want zo iemand kan niet goed aan de slag voor zo’n klant.’
Harry Hummels: ‘Is er nog verschil tussen de Midcap- en de AEX-genoteerde bedrijven?’ Jos Nijhuis: ‘Weinig. We zien dat de heel grote ondernemingen moeite hebben om samenhang te creëren tussen de activiteiten die ze doen. Wat maak je nu de verantwoordelijkheid van een divisie en waar zit je als groep boven? De Midcap heeft het voordeel van een iets kleinere schaal. Zij zitten dichter op de hele business en daardoor dichter op de noodzaak van verantwoord ondernemen. Verantwoord ondernemen is essentieel om zich te onderscheiden. Een middelgroot bedrijf dat ecologisch verantwoorde reinigingsmiddelen ontwikkelt, heeft een concurrentievoordeel ten opzichte van een multinational die dat niet doet. De innovatiekracht van kleine ondernemers is over het algeJos Nijhuis, meen groter. Ook is er een verschil tusbestuursvoorzitter sen ondernemingen die verantwoord Pricewaterhouseondernemen krijgen opgelegd vanuit Coopers: een compliance-rol, gedreven door re‘Verantwoord gelgeving, en zij die er voor kiezen. Of ondernemen levert daar ook die drive en passie en dat geconcurrentieloof achter zitten, is de vraag. Bij de voordeel op.’ hele financiële sector vraag ik me trouHarry Hummels: ‘Hoe zet PwC wens af of het beleid op het gebied van verantwoord ondernemen op de verantwoord ondernemen écht goed agenda bij klanten?’ wordt opgepakt. Zullen ze ook “nee” Jos Nijhuis: ‘Onze stakeholders zeggen tegen bepaalde transacties?’ verwachten dat van ons. Laatst vertelde ik een bedrijf dat ik vind dat zij onvoldoende doen aan verantwoord ondernemen. Daarmee raakte ik bij die CEO de juiste snaar. Zijn concurrenten waren hem een stap voor en daar had hij last van. Kennelijk werkt dat dus zo: wanneer ondernemingen merken dat concurrenten wel met verantwoord ondernemen bezig zijn en daar profijt van hebben, dan willen zij dat ook. Ondernemingen kijken steeds meer naar andere ondernemingen, ook als zij niet in hun peer-group zitten. Heel nuttig. Een financiële instelling kan bijvoorbeeld veel leren van een chemische onderneming die verantwoord onderneemt.’ « »
11
Honderd verantwoorde investeringsopportunities EN een rendement van 205 procent
Fu n dam e nte le b e nad e r i n g
Zo fileert Orange SeNSe Fonds de Europese small caps
O
Volgens managing director David Simons van Orange SeNSe Fund hebben juist verantwoorde ondernemingen de beste
range SeNSe Fund wordt in het najaar van 2002 door Kempen & Co opgericht. In 2006 krijgt het de Morningstar Award van Het Financieele Dagblad als best presterend Europese aandelen beleggingsfonds. In 2008 krijgt het een Lipper Award voor Best European smallcap fund. Eind december 2007 heeft het fonds een totaal nettorendement van 205 procent. Opmerkelijke prestaties voor een fonds dat zich beperkt tot het investeren in ondernemingen die verantwoord ondernemen. David Simons, managing director van Orange SeNSe Fund, blijft bescheiden.
‘Wij
fotos: (l) WILLEM DE RO ON, (r) Eddo hartmann
12 Orange SeNSe Fund
overlevingskansen
helpen
‘Wij focussen op de small caps en juist die bleven in het laatste deel van de jaren negentig achter bij de algehele ontwikkeling op de beurzen. De groei waarvan het fonds in het eerste deel van de nieuwe eeuw profiteerde, was ten dele een correctie op die achtergebleven groei, relativeert David Simons, managing director van Orange SeNSe Fund de prestaties van het fonds. Belangrijk is ook dat het fonds niet alleen selecteert op criteria die te maken hebben met verantwoord ondernemen. De primaire selectie vindt plaats op basis van bedrijfsanalyse, track record van het management en dergelijke. Daarna wordt gekeken naar verantwoord ondernemen. Wat overblijft is dan een best selection op basis van twee criteria.
In de selectie van ondernemingen gaat Orange SeNSe Fund precies te werk. David Simons: ‘Er zijn in Europa zo’n 5700 kleine en middelgrote ondernemingen. Daarvan hebben er circa 1500 een market cap van tussen de € 250 mln en € 10 mrd. Dat is de doelgroep. Na een eerste screening op basis van de cijfers, screening van de berichten in de media en ontmoetingen met de bedrijven bleven er ongeveer 500 over. Die laatste groep hebben we zorgvuldig langs de meetlat gelegd. Onze partner daarbij is SNS Asset Management die de bedrijven strikt beoordeelt aan de hand van de Sustainable Responsible Investment-criteria (SRI). En toen bleven er 300 over waarin wij zouden kunnen investeren. Die laatste groep ging vervolgens opnieuw zwaar door de molen: due dilligence, zijnde bedrijfsbezoeken, gesprekken met het management, concurrentieanalyse, waardebepaling en vaststelling van een toekomstig prijsdoel. Dat resulteerde uiteindelijk in circa honderd echte investeringsopportunities. Het OSF heeft inmiddels circa € 110 mln gestoken in een kleine 40 bedrijven.’
ondernemingen
de
zaken
goed
op
een
rij
te
krijg
Str e n g e s e le cti e
Het fonds meet verantwoord ondernemen aan de hand van heldere criteria. Heeft het bedrijf een gedragscode en zijn daarin onderwerpen beschreven als integriteit, naleving van wetgeving, sociale verantwoordelijkheid, milieubeleid en gelijke kansen voor iedereen? Hoe ziet het HR-beleid er uit? Is er een sociaal verslag? Is er een goed risicobeleid? ‘Wie verantwoord onderneemt, moet met al deze facetten rekening houden’, zegt David Simons. ‘In het klassieke denken bestaat de vrees dat verantwoord ondernemen ten koste gaat van het rendement omdat extra investeringen nodig zijn. Kijk je echter naar de lange termijn, dan zie je juist dat ondernemingen die verantwoord ondernemen uiteindelijk de beste overlevingskansen hebben. Een onderneming die zich niets gelegen laat aan de omgeving waarin hij opereert, die zich niet als een good corporate citizen gedraagt, die niet voldoende zorgt voor zijn medewerkers en hun familie zal op de lange termijn niet overleven. Als de omgeving het niet afdwingt dan doet steeds strengere regelgeving het wel. Als belegger van nu kijk je naar al die elementen, je laat ze meewegen in je investeringsbeslissingen.’
fungeren dan als hun eyeopener. Wij helpen ze de zaken goed op een rij te krijgen. Dan is er echt sprake van tweerichtingsverkeer. Wij stellen ook verbeteringen voor. Wijzen ze op sectorgenoten die voor vergelijkbare problemen oplossingen hebben waar zij ook van kunnen profiteren. Zo bouwen wij een bestendige relatie op.’ Omdat Orange SeNSe Fund in heel Europa werkt, heeft het een staf waarin veel Europese talen zijn vertegenwoordigd waardoor er in bijna heel Europa in de eigen taal overleg met de bedrijven kan plaatsvinden. Volgens Simons werkt dat erg goed want juist kleinere ondernemingen hebben lang niet altijd iemand die met verantwoord ondernemen is belast.
Wi e n i et m e ewe r kt, i s af
Zijn er bedrijven die een participatie door het fonds eigenlijk helemaal niet op prijs stellen? ‘Nou ja, als ze de vragenlijst niet willen beantwoorden houdt het natuurlijk op. Soms scoren wij bedrijven en treden dan zelf met ze in contact. Wij hebben vooral interesse in kwalitatief hoogstaande bedrijven die naar ons oordeel ondergewaardeerd zijn. Management met een sterk track record, sterke merken, een hoog marktaandeel, dat zijn zaken waar wij op letten. Daarnaast zijn er ondernemingen waar belangrijke veranderingen optreden die als positieve katalysator gaan werken, bijvoorbeeld nieuw management, herstructureringen en reorganisaties, spin-offs van activiteiten of nieuwe regelgeving die de spelregels verandert.’ Simons denkt niet dat relatief kleine bedrijven meer aandacht aan verantwoord ondernemen kunnen geven dan grotere omdat die minder beheersbaar zouden zijn. ‘Grote ondernemingen hebben weer meer geld beschikbaar om er aandacht aan te besteden. En denk eens aan het reputatierisico. Een bedrijf als Nike wil echt niet weer gecone n . ’ fronteerd worden met verhalen over kinderen die hun spullen in elkaar naaien. Die let daar nu heel goed op.’
G o e d e s pr e i d i n g
O ran g e S e N S e Fu n d als eye o pe n e r
Het fonds legt alle kandidaten voor een participatie een uitgebreide vragenlijst voor. Daarin staan ook sectoren als wapen industrie, tabak, pornografie, kernenergie, bont en productie waarbij dierproeven noodzakelijk zijn. Van geval tot geval wordt bekeken of en in welke mate een onderneming erbij betrokken is, of er beleid is waarmee bepaalde risico’s kunnen worden afgedekt en of er voldoende openheid is over de betrokkenheid. Alcoholbedrijven komen alleen in aanmerking als ze een zeer verantwoord beleid voeren ten aanzien van reclame en bijvoorbeeld jongeren. ‘Het is opmerkelijk dat we soms met directies aan tafel zitten die zich dan pas bewust worden van het goede dat ze allemaal in huis hebben’, zegt David Simons. ‘Wij
Orange SeNSe Fund hanteert criteria om een goede spreiding van de beleggingen te garanderen. Zo zal een participatie nooit meer dan 10 procent van het totale vermogen van het fonds mogen bedragen, een grens die overigens nog nooit is bereikt. De top tien participaties kunnen maximaal ongeveer 40 procent van het totale fonds omvatten. Als initiële investering geldt een waarde van tussen de twee en vier procent van het aandelenkapitaal. De gemiddelde tijd dat een participatie wordt aangehouden is vijf jaar waardoor de turnover van het fonds ongeveer 20 procent op jaarbasis bedraagt.
En n u d e parti c u li e r e b e le g g e r s
Orange SeNSe Fund is primair gericht op institutionele beleggers, maar dankzij de beursnotering is het fonds ook toegankelijk voor particuliere beleggers. De Morningstar Award en Lipper Award helpen ze zeker nieuwsgierig te maken. »
13
In welke bedrijven investeert Orange SeNSe Fund als een van de weinige fondsen die succesvol verantwoord belegt? Waar houden deze bedrijven zich mee bezig? En hoe goed doen ze het? Orange SeNSe Fund heeft uitsluitend belangen in relatief kleine ondernemingen met een bewezen en goed gedocumenteerd beleid op het gebied van verantwoord ondernemen. Een bedrijf komt in aanmerking voor investeringen wanneer op tenminste twee van de drie hoofdindicatoren een score van boven de 50 procent wordt behaald. Die indicatoren zijn Bedrijfsethiek, Sociaal beleid en Milieuprestaties. Een score van meer dan 50 procent op één indicator levert een plaats op de voorlopige lijst op, maar dan moet binnen een jaar een tweede indicator ook boven de 50 procent uitkomen. « »
Valeo SA € 3,1 miljard
Holmen AB € 2,3 miljard Leonie AG € 1,3 miljard
Rockwool Int. A/S € 5,1 miljard
Holmen AB is een bosbouwonderneming in Zweden. De onderneming bezit en beheert bossen en produceert hout, pulp, papier en karton. De belangrijkste producten zijn krantenpapier en papier voor tijdschriften, allerhande gidsen en reclamemateriaal. Verder levert Holmen verpakkingskarton en karton voor grafische toepassingen. De onderneming produceert en vermarkt de producten in Europa en heeft daarnaast verkoopkantoren in de VS, Australië en Azië.
Leonie AG produceert en verkoopt elektrische kabels en snoeren, coaxiale kabels, hoogspanningskabels en op klantenwensen toegesneden kabelsystemen. Afnemers zijn de gereedschapsindustrie, telecommunicatie, auto- en computerindustrie, producenten van elektrische apparaten. Leonie heeft activiteiten in Europa, Azië en de VS.
Coca Cola Hellenic Bottling € 9,8 miljard
€ 785 miljoen Alfred McAlpine PLC in Engeland financiert, bouwt en onderhoudt een grote variëteit aan gebouwen zoals scholen, ziekenhuizen en luchthavens maar ook wegen. Daarnaast is het bedrijf actief in consultancy en onderhoudt en vernieuwt het infrastructurele werken als gas-, water- en lichtnetten en telecommunicatienetwerken.
Coca Cola Hellenic Bottling Company SA in Griekenland produceert, verkoopt en distribueert frisdrank, fruitsappen en bronwater. Zoals de naam al zegt, produceert de onderneming veel frisdranken onder de merknamen van de Coca Cola Company zoals Coca Cola, Coke, Sprite en Fanta. De onderneming is actief met productie en distributie in 26 landen in de hele wereld.
Metso Corporation
€ 6,8 miljard Metso Corporation in Finland levert wereldwijd apparatuur en systemen voor de procesindustrie. Het heeft drie divisies: Metso Paper, Metso Minerals en Metso Automation. De belangrijkste markten vormen Europa en NoordAmerika. Het bedrijf investeert ook in jonge startende bedrijven.
Alfred McAlpine PLC
SABAF SpA € 292 miljoen
SABAF SpA in Italië produceert onderdelen voor gasapparaten: afsluiters, thermostaten, branders en accessoires.
Coloplast a/S
€ 3,3 miljard Coloplast SA in Denemarken ontwikkelt producten voor de gezondheidszorg. Daarbij gaat het om stomaproducten, incontinentiemateriaal, producten voor wond- en huidverzorging. Research gebeurt in samenwerking met artsen en gebruikersgroepen. Verkoop vindt plaats aan professionals in de zorgsector, de handel en gebruikers wereldwijd.
Bank Sarasin & Cie AG
Coloplast a/S
Leonie AG 74 41 80
82 62 89
69 70 75 70,1 4,8
48,1
23,1 14,2
45,0 35,3
46,8 41,9
11beste
Valleo SA in Frankrijk maakt auto-onderdelen: koppelingen, motorkoelingsystemen, ruitenwissers, elektronica, verlichting en veiligheidssystemen. Productie vindt plaats voor fabrikanten en de after sales markt. De meeste afzet vindt plaats in Frankrijk en de rest elders in Europa en Noord- en Zuid-Amerika.
Volgens Orange SeNSe Fund
Rockwool International A/S produceert steenwol en producten op basis van steenwol, bestemd voor isolatiedoeleinden, brandwering en demping van geluid en trillingen. Ook geluidwerende plafonds behoren tot het assortiment en substraten voor de landen tuinbouw. Rockwool produceert in verschillende landen en verkoopt de producten wereldwijd.
Bank Sarasin & Cie AG € 2 miljard
score: bedrijfsethiek
Bank Sarasin & Cie AG in Zwitserland trekt deposito’s aan en levert vermogensbeheer, private banking, beleggingsadvies en bankdiensten voor financiële instituten. Daarnaast biedt de bank investeringsfondsen, is makelaar in effecten en verstrekt leningen. Kantoren zijn gevestigd in onder meer Zwitserland, Duitsland, Guernsey, HongKong en Singapore.
Coca Cola Hellenic Bottling
Holmen AB 33 83 85
93 93 85 6
sociaalbeleid
resultaat na: 1 jaar
milieu
Analyse
2 jaar
3 jaar
58,6
Valeo SA
SABAF SpA
33,5
83 54 88
81 76 78
26,7
9
51,8
16,8 12,2
16,1 17,8 9,9
–24,2
Raisio PLC
€ 300 miljoen Raisio PLC in Finland ontwikkelt, produceert en vermarkt chemicaliën voor de papier-, voedingsmiddelen- en diervoedingsindustrie. Ook is Raisio actief in granen. Tot de producten behoren zetmeelproducten voor papieren kartonveredeling en ingrediënten voor de productie van margarine, meel, pasta en aardappelproducten. Ook diervoeding en brouwerijproducten zitten in het assortiment. Raisio is actief in Europa, Azië en Noord- en Zuid-Amerika.
68,7
96,9 89,7
43,8
Metso Corporation 86 91 91
79,2
79 60 98
61 63 96 30,1
Raisio PLC
Rockwool Int.A/S
Alfred McAlpine PLC
54 82 87 20,1 15,1
17,9 6,5
4,2
–56,7
foto: Rob marinissen
14 Orange SeNSe Fund
15
Pensioenfondsen betalen leergeld
Tijd om de lucht te klaren
De
Stichting Bedrijfspensioenfonds Agrarische en Voedselvoorzieningshandel (BPF AVH) heeft kort geleden 10 miljoen euro ondergebracht bij Orange SeNSe Fund. Een logische stap in het totale beleid van verantwoord beleggen van een middelgroot pensioenfonds? »
foto: Eddo hartmann
16 PENSIOENFONDS
17
Na ar F&C
‘Wij bekeken aanvankelijk al onze aandelenbeleggingen alleen door de bril van corporate governance’, vertelt Erik Martens, directievoorzitter van BPF AVH. In 2003 stapte BPF AVH uit kostenoverwegingen van het direct beleggen in aandelen over naar beleggingsfondsen. Daarmee boette het pensioenfonds in aan zeggenschap als aandeelhouder. Om toch invloed te houden, checkt het fonds vooraf of externe vermogensbeheerders voldoen aan bepaalde ethische en governance aspecten.
O o k vanwe g e s o c iale e n m i li e u facto r e n
Aandacht voor corporate governance is niet het enige dat telt bij verantwoord beleggen, vindt Erik Martens. Sociale en milieufactoren spelen ook een belangrijke rol. De recente aandacht in de media over pensioenfondsen die beleggen in producenten van landmijnen en clusterbommen en de maatschappelijke discussie die dat tot gevolg had, zette het bestuur van het pensioenfonds flink aan het denken. Moeten beleggingen in bepaalde ondernemingen zelfs helemaal worden uitgesloten? ‘Persoonlijk vind ik dat we beleggingen in producenten van landmijnen en clusterbommen moeten uitsluiten’, aldus Erik Martens. ‘En ik denk dat de hele pensioensector, met toch
Een eerste stap zette BPF AVH vorig jaar door een deel van het fondsvermogen (ca. € 30 mio balanced mandaat) te beleggen bij F&C, een fondsbeheerder met een gericht beleid op het gebied van engagement. F&C gaat gesprekken aan met ondernemingen om ze te stimuleren hun waarde te verbeteren door aandacht voor corporate governance en sociale en milieufactoren. Erik Martens: ‘In kwartaalrapportages publiceert F&C hun activiteiten. Die rapporten staan ook op onze website zodat iedereen kan zien wat er allemaal gebeurt.’ F&C spreekt met ondernemingen onder meer over kinderarbeid. ‘Kinderarbeid is natuurlijk not done’, zegt Erik Martens. ‘Maar als je geen textiel meer laat maken in Aziatische landen door kinderen, valt ook het gezinsinkomen weg. En dan is er nog steeds geen garantie dat het kind naar school gaat. Bij engagement gaat een belegger het gesprek aan met de desbetreffende onderneming en zegt: “Ok, we investeren in uw bedrijf onder voorwaarde dat u iets terug doet voor de kinderen op het gebied van opleiding”.’
beleggen te onderzoeken. Erik Martens: ‘Wanneer de pensioensector had besloten bepaalde ondernemingen uit te sluiten, dan hadden we misschien wel afscheid moeten nemen van beheerders die niet mee kunnen gaan in dat beleid. Het rapport laat nu aan ons de keuze.’
U its lu ite n van b e d r i jve n
B PF AVH directievoorzitter Erik Martens ‘Ok, we investeren in uw bedrijf onder voorwaarde dat u iets terug doet voor de kinderen op het gebied van opleiding.’
Na ar O ran g e S e N S e Fu n d
Een tweede stap van BPF AVH was een goede partner te vinden voor beleggingen in verantwoord ondernemende small caps. ‘Dat was lastiger. Uit de vijf aanbieders kwam alleen Orange SeNSe Fund met een paragraaf over verantwoord ondernemen in de offerte. Ook het track record van het fonds
H et m o et we l wat o pleve r e n
‘Als middelgroot pensioenfonds hebben we misschien weinig invloed. Maar als de hele pensioenwereld zich tegen een bepaalde onderneming keert, dan heeft dat wel effect.’ een aardig bedrag aan vermogen, druk kan uitoefenen om niet in dat soort ondernemingen te beleggen. Bij voldoende druk kan ik me zelfs voorstellen dat het gebruik van landmijnen en clusterbommen helemaal stopt. Kijk naar roken. Decennia geleden stonden op verjaardagsfeestjes overal sigaretten in glazen. Klaar om op te steken. Kamers stonden blauw van de rook. Inmiddels weten we dat roken ongezond is. Mensen die roken voelen zich nu bezwaard om in gezelschap een sigaret op te steken. Dat geeft aan dat dingen kunnen veranderen. Als middelgroot pensioenfonds hebben we misschien weinig invloed. Maar als de hele pensioenwereld zich tegen een bepaalde onderneming keert, dan heeft dat wel effect.’
D e an d e r e n d o e n h et o o k
De belangstelling van BPF AVH werd geprikkeld door de aandacht van een aantal grotere fondsen voor verantwoord beleggen. ‘Kijk naar de pensioenfondsen in de metaalsector en uiteraard naar PGGM en ABP. Die hebben aardige stappen gezet in de richting van verantwoord beleggen. Als middelgroot bedrijfstakpensioenfonds hebben we gezocht naar een manier om deze trend ook in ons vermogensbeheer op te nemen.’
18 PENSIOENFONDS
scoorde beter dan de rest. Erik Martens: ‘Het sprak ons aan dat dit fonds het goede track record van Kempen Capital Management op het gebied van small caps combineert met de kennis van SNS Asset Management op het gebied van verantwoord beleggen.’
Le e r d o ss i e r s
De portefeuilles bij F&C en het OSF gelden als leerdossiers voor BPF AVH. Bij voldoende positieve ontwikkelingen, wil het bestuur het beleid voor verantwoord beleggen verder ontwikkelen. De bevindingen van de Praktische Commissie Verantwoord Beleggen, gepubliceerd in november 2007 (zie kader), spelen een belangrijke rol bij het toekomstige beleid. Die commissie is een initiatief van de Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen, de Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen en de Unie van Beroepspensioenfondsen om concrete mogelijkheden voor de sector op het gebied van verantwoord
Het BPF AVH heeft het onderwerp van uitsluiting al aangekaart bij State Street. ‘We hebben gevraagd om te laten zien in welke bedrijven ze precies beleggen. Al snel bleek dat zo’n 0,15 procent van onze totale beleggingsportefeuille in aanmerking kwam voor uitsluiting. We hebben gevraagd wat de vermogensbeheerder doet als de Nederlandse pensioensector daadwerkelijk besluit om bepaalde beleggingen te verbieden. Omdat State Street de index volgt, is uitsluiting van enkele bedrijven lastig. Natuurlijk kunnen we zelf wel exclusion toepassen op onze aandelenportefeuille. Maar dan is er sprake van een op maat gesneden belegging waarvoor een hogere fee geldt. En we hadden uit rendementsoverwegingen juist besloten dat de beheerskosten omlaag moesten. Een andere optie is natuurlijk om te participeren in een duurzaam aandelenfonds van State Street.’
Waar anderen nog bedenkingen hebben bij de winstgevendheid van investeringen in verantwoorde ondernemingen, heeft Erik Martens geen enkele twijfel: ‘Een ding staat als een paal boven water voor het fondsbestuur van BPF AVH. Verantwoord beleggen moet altijd hand in hand kunnen gaan met rendement.’ «»
Hoeveel beheert wie? €10 mln Nederlandse Orange SeNSe Fund
€7 mln Engelse F&C
Het totale fondsvermogen van BPF AVH van € 430 mln bestaat voor 15 procent uit beleggingen in aandelen. Die € 64,5 mln is verdeeld over drie externe beheerders.
€47,5 mln Amerikaanse State Street
15%
Resultaten onderzoek Praktische Commissie
Voor pensioenfondsen die zijn aangesloten bij de Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen, de Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen en de Unie van Beroepspensioenfondsen is een handleiding verantwoord beleggen opgesteld. De handleiding is een hulpmiddel bij het opstellen van een verantwoord beleggingsbeleid. Dat is een van de uitkomsten van het onderzoek dat de Praktische Commissie – ingesteld door bovengenoemde pensioenfondskoepels – heeft gehouden naar verantwoord beleggen in de sector. Een andere conclusies van de Praktische Commissie is dat het beleggen in bedrijven die verantwoord ondernemen net zo veel rendement oplevert als beleggen in bedrijven die dat niet doen. Het uitsluiten van bedrijven is dus niet nadelig voor de resultaten. Daarnaast stelt de commissie voor dat pensioenfondsen zelf opening van zaken geven over hun beleggingen en hun dilemma’s omdat de samenleving wil weten wat er met de pensioengelden gebeurt.
foto: WILLEM DE RO ON
19
Mesofinanciering nieuw instrument voor armoedebestrijding
Microkredietpionier M u h a mm a d Y u n u s Mesofinanciering is groot belang voor ontwikkelingslanden
van
Erik Heinen, directeur kredietverlening en plaatsvervangend directeur van Oikocredit Met Project 2015 wil de Nederlandse regering zich inzetten om de achterstanden bij de ontwikkelingsdoelstellingen weg te werken Grote kansen in mexico, Peru, Brazilië, Rusland, de Centraal-Aziatische republieken, Zuid-Afrika en ook in bijvoorbeeld Kenia en Senegal Prinses Máxima is een groot fan van microfinanciering en is onlangs toegetreden tot de Raad voor Microfinanciering mesofinanciering: middelgrote kredieten aan het midden- en kleinbedrijf
20 Mesofinanciering
Het ontbrekende midden, wie springt in het gat? Microfinanciering is ongekend populair als instrument voor het bestrijden van armoede in ontwikkelingslanden. Het werkt zo goed, dat steeds meer commerciële partijen zich op deze markt begeven. Zo startte SNS Asset Management in 2007 het SNS Institutional Microfinance Fund (SIMF). Maar nu is het tijd om ook aandacht te geven aan mesofinanciering: het verstrekken van kredieten aan het midden- en kleinbedrijf. Juist het MKB moet een essentiële rol gaan spelen bij de economische groei van ontwikkelingslanden.
2005
was het VN-Jaar van het Microkrediet. En dat leverde veel aandacht voor microfinanciering op. Prinses Máxima, een groot fan van microfinanciering, trad toe tot de Raad voor Microfinanciering. Microkredietpionier Muhammad Yunus, oprichter van de Grameenbank in Bangla Desh, kreeg in 2006 de Nobelprijs voor de Vrede. En talloze microfinancesuccesverhalen doen nu de ronde; een krediet voor de aanschaf van een naaimachine, een paar kippen of een stoompan kan voor de ontvanger het verschil betekenen tussen een leven in armoede of het opbouwen van een menswaardig bestaan. Vooral vrouwen maken gebruik van microfinanciering, waardoor het een gunstig effect heeft op de positie van vrouwen in de samenleving. Daarnaast kunnen microkredieten een positieve invloed hebben op de lokale gemeenschap, doordat ze een impuls geven aan de plaatselijke economie. Microfinanciering is inmiddels ook interessant voor commerciële partijen. Zij worden aangetrokken door de uitstekende terugbetalingpercentages (gemiddeld 95 procent), die nauwelijks worden beïnvloed door de malaise op de traditionele financiële markten of een eventuele neergang van het BNP van het betreffende land. Het SNS Institutional Microfinance Fund is een van die commerciële partijen: het verstrekt kapitaal aan microfinancieringsinstellingen (MFI’s) in ontwikkelingslanden. Daarmee kan niet alleen een aantrekkelijk rendement worden behaald; deelnemers laten daarnaast zien dat ze duurzaam en ethisch beleggen belangrijk vinden.
En n u h et M KB
Het is duidelijk dat microfinanciering niet meer weg te denken is als instrument voor armoedebestrijding. Maar deskundigen op financieel-economisch gebied weten dat er nu ook hoognodig aandacht moet worden gegeven aan mesofinanciering: middelgrote kredieten aan het midden- en kleinbedrijf. ‘Er zijn bedrijven die te groot zijn voor een microkrediet, maar niet interessant genoeg voor de lokale commerciële banken. Die vinden het MKB vaak te klein en zijn bang zijn voor de risico’s van financiering,’ zegt Theo Brouwers, directeur van SNS Asset Management. ‘En microfinancieringsinstellingen zijn niet bedoeld voor het financieren van het midden- en kleinbedrijf. Je kunt een lening voor een naaimachine krijgen, maar als je een naaiatelier wilt starten, heb je een probleem. Succesvolle micro-entrepreneurs die willen uitbreiden, stoten momenteel hun hoofd. Het MKB in ontwikkelinglanden wordt dus niet of nauwelijks bereikt. Men noemt dit verschijnsel vaak “het ontbrekende midden”’. Maar juist dat midden is een essentiële bouwsteen voor een gezonde economie. Kijk maar naar Nederland, dat groot is geworden door het MKB. Mesofinanciering is dan ook van groot belang voor ontwikkelingslanden. Dat is ook de reden dat we met een aantal andere organisaties het akkoord van Schokland (zie kader) hebben ondertekend.’ »
21
M e s o fi nan c i e r i n g n o o d zake li j k
Iemand voor wie mesofinanciering niets nieuws is, is Erik Heinen, directeur kredietverlening en plaatsvervangend directeur van Oikocredit. Deze in 1975 opgerichte organisatie is een pionier op het gebied van ontwikkelingsfinanciering en is wereldwijd een van de grootste spelers in de microfinancieringsector. Heinen: ‘Vanaf onze oprichting gebruiken we krediet als instrument voor ontwikkeling. We zijn begonnen
‘We zijn begonnen met het financieren van het midden- en kleinbedrijf en coöperaties. Denk aan koffiecoöperaties, zuivel-, dakpanen veevoerfabrieken en bakkerijen.’ Er is echter een groot verschil tussen het geven van een microlening (tot 5000 dollar) en een mesolening, die tot 500.000 dollar kan oplopen. Brouwers: ‘Bij microfinanciering zie je dat enorme terugbetalingspercentage, onder meer als gevolg van groepsleningen, sociale controle en de betrokkenheid van familieleden, die bij betalingsproblemen vaak bijspringen. De risico’s liggen bij mesofinanciering vele malen hoger. Je zult bij zulke kredieten veel beter moeten kijken naar de organisatie van een bedrijf, van boekhouding tot management. Waar nodig zul je begeleiding moeten bieden. De microfinancieringsmarkt trekt inmiddels commercieel kapitaal. Daardoor kan de overheid zich gedeeltelijk terugtrekken uit dat segment. Mesofinanciering is een heel andere tak van sport. Overheden, financiële instellingen en ontwikkelingsorganisaties moeten dit gezamenlijk gaan oppakken.’ Een aantal ondertekenaars van het Akkoord van Schokland, waaronder SNS Asset Management, heeft inmiddels concrete stappen genomen op het gebied van mesofinanciering. Er komen pilotprojecten in Tanzania en Vietnam. Er wordt een roadmap gemaakt, waarop te vinden is wat de stappen van de pilot zijn en wie wat gaat doen. Brouwers: ‘We willen in de pilots gaan samenwerken met lokale financiële instellingen. Het voordeel daarvan is dat de infrastructuur er al ligt. De microfinancieringsinstellingen willen we upscalen en de lokale commerciële banken moeten we downscalen, zodat ze beide in staat zijn om het MKB-segment te bedienen. De projectplannen worden steeds concreter.’
22 Mesofinanciering
met het financieren van het midden- en kleinbedrijf en coöperaties. Denk aan koffiecoöperaties, zuivel-, dakpan- en veevoerfabrieken en bakkerijen. Dat zou je nu mesofinanciering noemen, maar dat was toen onze standaardmanier van werken. Op een gegeven moment ontstond er een toenemende vraag naar microfinanciering, omdat veel mensen nu eenmaal graag een eigen bedrijfje willen, individueel of samen met familie. Toen wij begonnen was microkrediet moeilijk te realiseren, maar vooral door het verstrekken van groepsleningen en door de komst van de computer, waarmee je een goede administratie van de leningen kunt bijhouden, is het een stuk gemakkelijker geworden. Vroeger was het niet mogelijk om microfinanciering kostendekkend uit te voeren, maar inmiddels is gebleken dat het zelfs winstgevend kan zijn en dat je met kleine leningen veel mensen kunt bereiken. Het is een echte hausse geworden. Nu zie ik iets heel interessants gebeuren. Je geeft bijvoorbeeld in een bepaalde regio honderden mensen een microkrediet, zodat die een of twee koeien kunnen kopen. Die koeien leveren melk en die rauwe melk moet worden verwerkt tot consumptiemelk, kaas, melkpoeder en dergelijke. En wat heb je daarvoor nodig? Een coöperatie of fabriek. Zo zijn we dus weer terug bij waar we ooit begonnen zijn. Het laat zien hoe noodzakelijk het is dat de mesofinanciering in ontwikkelingslanden van de grond komt.’
R i s i c o’s o n d e r ke nn e n
Heinen weet maar al te goed dat mesofinanciering niet gemakkelijk is. ‘Je zit bij mesofinanciering vaak op de scheidslijn tussen informeel en formeel. Veel bedrijven moeten de slag maken naar formeel. Dat betekent dat ze zich moeten registreren, een boekhouding moeten gaan bijhouden en belasting moeten betalen. Ze moeten mensen aannemen en aanvaardbare arbeidsomstandigheden creëren. Het is niet altijd makkelijk om het gat te overbruggen en van microbedrijf te veranderen in MKB-bedrijf.’
en het bevorderen van een gezond MKB-klimaat in ontwikkelingslanden is dat je daarmee innovatie stimuleert en hoogwaardige werkgelegenheid creëert. Heel belangrijk, want niet iedereen wil zelfstandig ondernemer zijn. Sommige mensen willen gewoon een baan met zekerheid en goede arbeidsomstandigheden. Als je dat via mesofinanciering kunt bewerkstelligen is dat natuurlijk een uitstekende ontwikkeling.’ « »
‘Het goede van mesofinanciering en het bevorderen v a n e e n g e z o n d M KB - k l i m a a t i n o n t w i k k e l i n g s l a n d e n is dat je daarmee innovatie stimuleert en hoogwaardige werkgelegenheid creëert.’ Toch heeft Heinen geleerd dat mesofinanciering wel degelijk mogelijk is in ontwikkelingslanden. Oikocredit ziet vaak goede resultaten van mesofinanciering bij coöperaties in de zuivel, koffie en fair trade. In Oost-Europa heeft de organisatie veel succes bij het financieren van landbouwcoöperaties. Heinen: ‘Dat zijn erfenissen uit de communistische tijd, waarbij een dorp één staatslandbouwbedrijf had. Na de val van het communisme hadden die coöperaties opeens geen financiering meer voor landbouwmachines en opslag. Wij zijn in dat gat gesprongen en dat werkt geweldig voor de wederopbouw van de dorpseconomie.’ Heinen is van mening dat het bij mesofinanciering het meest voor de hand liggend is om kredieten te verstrekken aan microbedrijven die richting MKB groeien. ‘Als er een fonds komt dat het MKB via lokale banken wil financieren of microkredietinstellingen wil helpen bij de financiering van hun grotere klanten, dan zal dat vooral werken in landen waar al mogelijkheden zijn voor business development en begeleiding. Ik denk dan aan landen als Mexico, Peru, Brazilië, Rusland, de Centraal-Aziatische republieken, Zuid-Afrika en ook aan bijvoorbeeld Kenia en Senegal. Het goede van mesofinanciering
Het akkoord van Schokland Regeringsleiders van 189 landen, waaron-
der Nederland, stelden zich in 2000 achter de Millennium Verklaring van de Verenigde Naties. Deze bevat acht internationale ontwikkelingsdoelstellingen die in 2015 gerealiseerd moeten zijn. Een van die doelstellingen is het uitbannen van extreme armoede. Het aantal mensen dat moet rondkomen van minder dan een dollar per dag en het aantal mensen dat honger lijdt, moet in 2015 zijn gehalveerd. Met Project 2015 wil de Nederlandse regering zich inzetten om de achterstanden bij de ontwikkelingsdoelstellingen weg te werken. Een groot aantal ontwikkelings- en andere non-profitorganisaties en financiële instellingen, waaronder SNS Asset Management en Oikocredit, stelde een aparte intentieverklaring op. Hierin wordt ingegaan op het belang van de versterking van de sociaaleconomische positie van ontwikkelingslanden met behulp van (onder meer) de private sector. In deze verklaring wordt gesteld dat het breder beschikbaar maken en stimuleren van mesofinanciering essentieel is bij de bestrijding van armoede in de wereld.
23
De praktische aanpak van Macintosh RETAIL GROUP NV
‘De tijd van alleen maar goedkoop inkopen is voorbij’ Bij de beursgenoteerde Macintosh Retail Group NV is verantwoord ondernemen business as usual. Bij Kwantum bijvoorbeeld, vind je alleen maar teakproducten die gegarandeerd van goed hout zijn gemaakt. Frank de Moor, voorzitter van de Raad van Bestuur: ‘De tijd van alleen maar kopen waar het het goedkoopst is, is voorbij.’
‘We zijn heel p r a gm a t i s c h in verantwoord ondernemen. Met Greenpeace hebben wij bijvoorbeeld e e n m i l j o e n s p a a r l a mp e n i n d e m a r k t g e z e t . Z o laten wij onze klanten zien waar we voor staan.’
Pro-fiel Frank de Moor, voorzitter van de Raad van B estuur Macintosch Retail Group
foto: WILLEM DE RO ON
24
N
atuurlijk moeten de inkopers van Macintosh, actief in de Benelux en Frankrijk, op de prijs blijven letten: Macintosh wordt uiteindelijk op de beurs afgerekend. Wie kijkt naar de cijfers ziet in de jaarverslagen sinds 2003 een gestaag oplopende ontwikkeling van de nettowinst, de winst per aandeel en het uitgekeerde dividend. ‘Verantwoord ondernemen staat het rendement niet in de weg. Integendeel’, zegt Frank de Moor. »
25
Macintosh en verantwoord ondernemen
O mar m e n
Bij Macintosh heerst de overtuiging dat vooral de eigen medewerkers verantwoord ondernemen moeten omarmen. Dan gaat het werken als een vliegwiel dat, eenmaal in beweging, steeds harder draait. De inkopers stellen hogere eisen aan de toeleveranciers. Die snappen dat ze alleen kunnen verkopen als aan de eisen van verantwoord ondernemen wordt voldaan. Maar ze weten ook dat het gevolg een lange termijnrelatie is. Daar wordt van beide kanten in geïnvesteerd. Zo werken Kwantum, het Macintosh inkoopkantoor in Hong Kong en een plaatselijke leverancier samen aan een teakaanbod dat aan de eisen van de Forest Stewardship Council voldoet. Frank de Moor: ‘Het geeft aan dat leveranciers graag aan de eisen voldoen. Ook in ontwikkelinglanden zijn het gewoon commerciële mensen die zaken willen doen.’
Een duik in de a anvo e r kete n
Zodra je dieper in de aanvoerketen terechtkomt, neemt de zekerheid dat aan alle eisen wordt voldaan af. Om die reden neemt Frank de Moor regelmatig zelf plaatselijk poolshoogte. ‘We moeten ons op lokale non-profit partners verlaten omdat die ter plekke de wegen en gebruiken kennen. Iedere keer zetten wij weer een stap verder. We moeten ook niet alle heikele thema’s met alleen onze westerse ogen bekijken. Een organisatie als Care & Fair, die strijdt tegen kinderarbeid in de tapijtindustrie, zorgt ervoor dat kinderen naar school gaan, maar staat kinderarbeid wel toe. Dat draagt bij aan het gezinsinkomen. Als de kinderen niet aan tapijten kunnen werken, komen ze op straat terecht, waar ze slechter af zijn. Nu verbetert hun situatie.’
Van b i nn e n u it
‘Als de medewerkers verantwoord ondernemen niet belangrijk vinden, komt het niet van de grond. Wij op het hoofdkantoor besteden er veel aandacht aan en geven ruimte voor lokale initiatieven. Maar we bepalen niet wat er gebeurt’, zegt Frank de Moor. Wel maken initiatieven op gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen sinds kort deel uit van de rap-
26
portagecyclus. Managers wordt gevraagd aan te geven welke initiatieven er zijn genomen of gepland en wat de voortgang is. Frank de Moor: ‘Dan komt het wel voor dat wij keuzes maken. Soms nemen mensen te veel hooi op hun vork en remmen wij ze af. Liever een beperkt aantal initiatieven goed dan een hele reeks die nooit af komt. We stimuleren en helpen bij de aansturing, maar uiteindelijk moet er bij de medewerkers de innerlijke overtuiging zijn dat het goed is, anders gebeurt het niet.’ Dat is ook de reden dat er over alle initiatieven die Macintosh ontplooit op het gebied van verantwoord ondernemen (zie ook kader) maar weinig bekend is. Frank de Moor: ‘Wij hebben het er tot nu toe vooral intern over, omdat wij het goed willen aanpakken en willen dat de medewerkers echt betrokken zijn. Pas sinds kort schrijven wij er iets over in het jaarverslag.’
We et d e klant h et we l?
Is de gemiddelde klant van Halfords, Scapino, BelCompany of Kwantum zich er wel van bewust dat de keten zijn best doet verantwoord te ondernemen? Wil de klant niet gewoon de laagste prijs? Frank de Moor: ‘Macintosh krijgt jaarlijks 160 miljoen klanten in de winkels. Die zien we graag terug. En dus verkopen wij nu artikelen tegen prijzen die ik een paar jaar geleden voor onmogelijk hield. Dat is één. Twee: door de combinatie van een aantal zaken maak je de winkel aantrekkelijk voor de klant en dat varieert van assortiment tot de houding van het personeel. Onze aandacht voor verantwoord ondernemen vormt onderdeel van dat geheel. Verder zijn we heel pragmatisch in verantwoord ondernemen. Met Greenpeace hebben wij bijvoorbeeld een miljoen spaarlampen in de markt gezet. Zo laten wij onze klanten zien waar we voor staan.’ « »
• Mede-oprichter van Tropical Forest Trust (1999) dat beschikbaarheid en gebruik van Forest Stewarship Councilhout stimuleert. Kreeg daarvoor de Gift to the Earth Award van het Wereld Natuur Fonds. • Sinds 2005 jaarlijks een Bloemetje van Milieudefensie omdat de tuinmeubelen van Kwantum van 100 procent goed hout zijn. Sinds 2007 ook in België. • Een convenant (2001) met het Centrum voor Werk en Inkomen en de Regionale Opleidings Centra om onder meer instroom en doorstroom van kansarmen en allochtone medewerkers te stimuleren.
Aandelen: circa 55 procent van de aandelen is in handen van: Breedinvest (17,6), Deltas Deelnemingen Fonds (11,2), Aviva (7,7), Kempen Capital Management (7,2), Navitas (6,1) en Darlin (5,5).
Management: is goed. Frank de Moor, voorzitter van de Raad van Bestuur, Kent de business tot in de details van de aangesloten ondernemingen. Macintosh stoot onvoldoende renderende of te conjunctuurgevoelige onderdelen af (meubelketens Stoutenbeek en Piet Klerkx). Activiteiten als die van BelCompany zijn veelbelovend omdat dit bedrijf merkenonafhankelijk telefoons in de markt zet en bijbehorende diensten verkoopt. In deze markt is steeds meer behoefte aan onafhankelijk advies.
Analyse door Peter B eijers, Kempen Capital Management
Moeilijk voorspelbaar: de orderportefeuille is niet zo lang. Daardoor zijn resultaten moeilijk lang van tevoren te voorspellen. Bovendien zijn de consumentenbestedingen in de laatste maanden van het jaar voor deze retailsector vaak doorslaggevend, Reden waarom resultaatvoorspellingen aan het begin van het jaar vaag zijn.
Ingrepen: lof voor onder meer de verkoop van de textielsupermarkt Superconfex. Tijd voor een zorgvuldig proces, om de gevolgen voor het personeel te beperken én om een goede prijs te realiseren. Zowel acquisitiebeleid als desinvesteringen bieden perspectief voor een verdere groei.
Acquisities: schoenenketen Scapino is onlangs overgenomen en begin december 2007 de Belgische schoenenretailer Brantano.
27
Minder CO2-emissie
Op het E.ON terrein op de Rotterdamse Maasvlakte wordt in april de TNO-CATO proefinstallatie voor de afvang van CO2 uit rookgassen in gebruik genomen. In het Nederlandse TNO-CATO programma wordt kennis ontwikkeld voor een sterke vermindering van de CO2-emissies die vrijkomen bij het verbranden van fossiele brandstoffen, met name in centrales en bij grote industriële processen. Naast de verschillende manieren om CO2 af te vangen zijn er ook deelprojecten die aandacht besteden aan het transport en de opslag van CO2. Met het hele programma is een totaalbedrag van ruim 25 miljoen euro gemoeid. De helft daarvan is overheidssubsidie van het Ministerie van Economische Zaken. Mede door de inbreng van een groot aantal partners, waaronder TNO, universiteiten, bedrijfsleven en milieuorganisaties als Greenpeace en het Wereld Natuur Fonds is TNO-CATO het belangrijkste initiatief op het gebied van een schoon gebruik van fossiele brandstoffen in Nederland.
foto: Eddo hartmann