Schooljaar 2015 -2016 Openbare Basisschool De Driemaster Locatie Wielwijk Pietersweer 32 3371 PN Hardinxveld - Giessendam Telefoon (0184) 61 43 13 E-mail
[email protected]
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Openbare Basisschool De Driemaster Locatie Westwijk Tonneband 22a 3371 JG Hardinxveld - Giessendam Telefoon (0184) 611088 E-mail
[email protected]
Pagina 1
Inhoudsopgave schoolgids
1.0. 1.1. 1.2. 1.2.1. 1.2.2. 1.2.3. 1.2.4. 1.2.5. 1.3. 1.3.1. 1.3.2. 1.3.3. 1.3.4. 1.3.5. 1.3.6. 1.4. 1.5.
Voorwoord Naam Algemeen uitgangspunt Algemene visie De doelstellingen Onderwijsvisie De onderwijsdoelstellingen Onderwijsmodel Bevoegd gezag Raad van toezicht Stafbureau OVO talentontwikkeling De identiteit en ambities van stichting OVO De ontwikkeling van het onderwijs De managementstructuur openbaar primair onderwijs in Hardinxveld - Giessendam De leerkrachten en de formatie De gebouwen
2.0 2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.4.1. 2.5.
Basisschool De Driemaster: Wat leert mijn kind daar ? Werkwijze groep 1 en 2 Werkwijze groep 3 t/m 8 Musicals Burgerschapsvorming Leerlingenraad Omgaan met de computer
3.0. 3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5. 3.6. 3.7. 3.8. 3.9. 3.10 3.11. 3.12. 3.13. 3.14.
Basisschool De Driemaster ………… Onderwijs op maat Rekening houden met verschillen Leerlingvolgsysteem Extra zorg voor kinderen met specifieke problemen Schoolarts Schoolmaatschappelijk werk Logopedie School Video Interactie Begeleiding (SVIB) Sociaal-emotionele vorming Zittenblijven Herfstleerlingen Opvang gehandicapte kinderen Passend onderwijs Overgang naar voortgezet onderwijs De resultaten van het onderwijs
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 2
4.0. 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6. 4.7. 4.8. 4.9. 4.10. 4.11. 4.12. 4.13. 4.14. 4.15. 4.16. 4.17.
Samen (werking) met ouders De ouders Medezeggenschapsraad (M.R.) Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (G.M.R.) Ouderbetrokkenheid en de Ouderraad (OR) Vrijwillige ouderbijdrage Overleg met ouders over de resultaten van hun kinderen Kijkavond met kind Groepsinformatie avond Huisbezoek Klachtenprocedure Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Vakantieregeling 2014-2015 Extra vakantieverlof en Leerplicht Aanmelding nieuwe leerlingen op De Driemaster Aanmelding/inschrijving van kinderen in het basisonderwijs van Hardinxveld Schorsen en/of verwijderen van leerlingen Pestprotocol
5.0. 5.1. 5.2. 5.3. 5.4. 5.5. 5.6. 5.7. 5.8. 5.9. 5.10. 5.11. 5.12. 5.13. 5.14. 5.15. 5.16 5.17 5.18 5.19 5.20 5.21 5.22 6.0. 6.1. 6.2. 6.3.
Basisschool De Driemaster …………. Wat u verder nog moet weten…. Schooltijden Schoolverzuim en lesuitval Gymnastiekuren Huiswerk Verjaardagen Het Driemasterfeest Hoofdluis Vergaderingen Spreekuur Schoolmelk Informatie aan ouders Buitenschoolse opvang (VSO - NSO) Tussenschoolse opvang (TSO) Sponsoring Schoolfoto's Rookbeleid Aansprakelijkheidsverzekering Reis- en ongevallenverzekering Veiligheidsmaatregelen Externe contacten Stichting Leergeld Adressenlijst (onderwijsverzorgende) instanties Namenlijst, Schoolregels, Kapstokregels Tot slot
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 3
1.0. Voorwoord Voor u ligt de schoolgids van onze school, die is opgesteld door de directie, schoolteam en MR oudervertegenwoordiging en die door de MR is goedgekeurd voor het schooljaar 2015/2016. Scholen verschillen steeds meer in sfeer, werkwijze en activiteiten. Ook in kwalitatief opzicht zijn er verschillen. Dat maakt het kiezen van een school voor ouders steeds moeilijker. Daarom heeft de overheid de basisscholen opgedragen een schoolgids te maken, die ouders moet helpen bij het maken van een bewuste schoolkeuze. De schoolgids is een wettelijke verplichting. Elk schooljaar komt er een herziene uitgave uit. De schoolgids bevat informatie uit de vorige schoolgids, het schoolplan en het activiteitenplan. Er zijn ook zaken opgenomen die door de inspecteur en het bestuur zijn aangegeven en zaken die het schoolteam, de medezeggenschapsraad en ouderraad belangrijk vinden. Wij hopen, dat u deze schoolgids / kalender met veel plezier zult lezen. Deze gids wordt bij het kennismaken met de school of bij de inschrijving van een nieuwe leerling en jaarlijks na vaststelling in de MR aan de ouders uitgereikt.
1.1. Naam De openbare basisschool De Driemaster is op 1 augustus 1995 ontstaan uit een fusie tussen drie openbare basisscholen.
1.2. Algemeen uitgangspunt De Driemaster is een openbare school. Dit betekent, dat alle kinderen welkom zijn ongeacht afkomst, religie of cultuur. We willen onze leerlingen opvoeden tot burgers die tezamen met andere burgers, van welke afkomst, cultuur of met welke religie dan ook, een samenleving vormen en elkaar daarin respecteren .
1.2.1. Algemene visie De Driemaster heeft in eerste instantie een onderwijsgevende taak en daarnaast een opvoedende taak. We proberen beide taken in samenhang vorm te geven en uit te voeren. Voor wat betreft het opvoedingsaspect betekent dit, dat we ons samen met ouders inzetten om de kinderen te begeleiden bij hun persoonlijke ontwikkeling. We willen de kinderen een veilige omgeving bieden, waarin ze zich kunnen ontwikkelen tot mondige kinderen, die open staan voor en kritisch kunnen kijken naar de wereld om hen heen. Het openbare karakter van de school houdt in, dat respect voor de mening en denkbeelden van andere personen, culturen en religies een belangrijke plaats inneemt. Voor wat betreft de onderwijstaak, willen we de kinderen zo goed mogelijk voorbereiden op hun schoolloopbaan na de basisschool. De basisvaardigheden lezen, taal en rekenen nemen dan ook een grote plaats in binnen het weekrooster. We houden o.a. door een leerlingvolgsysteem de ontwikkeling van alle leerlingen op deze gebieden nauwlettend in de gaten en er wordt extra hulp geboden als deze ontwikkeling stagneert. Daarnaast willen we de ontwikkeling van de zelfstandige leerattitude van ieder kind op een zo hoog mogelijk niveau brengen. Onder ‘zelfstandige leerattitude’ verstaan wij o.a. de houding/vaardigheden van het kind inzake:
het kunnen omgaan met uitgestelde aandacht het zelf willen en kunnen bedenken en uitvoeren van oplossingen samenwerken met anderen het hebben van taakoverzicht en het plannen van taken
Een zelfstandige leerattitude zodanig dat het in staat is op de voor hem/haar maximale wijze zelfstandig de beste beslissingen te nemen c.q. handelingsstrategieën te bepalen, rekening houdend met en zich bewust van de gevolgen van de beslissing/handeling voor zichzelf en anderen. Verder verschaffen we de kinderen een zo breed mogelijk aanbod, zodat ze zich optimaal kunnen ontwikkelen. Concreet betekent dit: aandacht voor de intellectuele, creatieve en lichamelijke ontwikkeling van kinderen. Dit alles in samenhang met de hierboven omschreven opvoedingsdoelen. Om dit te bereiken achten wij een goede sfeer in de klas en de school van groot belang.
1.2.2. De doelstellingen Bovenstaande visie laat zich vertalen in de volgende hoofddoelstellingen: Een sterke basis leggen voor verdere ontwikkeling van de cognitieve vaardigheden. De ontwikkeling van een zelfstandige leerattitude. De kinderen leren verantwoordelijk te zijn voor hun gedrag. Hierbij zijn eigenwaarde en respect voor de ander belangrijk. Het leren omgaan met allerlei maatschappelijke processen en ontwikkelingen. Leren om als individu op te treden in diverse sociale omgevingen, waarbij het zichzelf maar ook de anderen goed tot zijn/haar recht laat komen. Leren omgaan met verschillen.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 4
1.2.3. Onderwijsvisie In de loop der jaren zijn er diverse vernieuwingen binnen en buiten de school tot ontwikkeling gekomen. Sommige ontwikkelingen hebben wij omarmd en anderen hebben wij afgewezen. Het moet een werkmodel zijn, dat past bij de uitgangspunten en doelstellingen, maar het moet ook flexibel zijn om gewenste ontwikkelingen in te kunnen passen. De ontwikkelingen die wij waardevol vinden om te volgen zijn: 1. De rol van de leerkracht. De rol van de leerkracht is niet meer alleen de overdracht van kennis van de leerkracht op het kind. De leerkracht bepaalde vroeger wat goed voor je was en het kind was geheel afhankelijk van de leerkracht. In de huidige maatschappij wordt dat eigenlijk niet meer verwacht. Men verwacht sociaal vaardige mensen, die een gedegen basiskennis en voldoende vaardigheden hebben en die daarnaast bij ‘problemen’ goed zelf een weg kunnen vinden. De leerkracht krijgt vooral de taak om begeleider te zijn in plaats van leider. 2. De rol van de leerling. De kinderen moeten leren in diverse situaties hun kennis en vaardigheden te kunnen gebruiken. Dit houdt in dat zij zowel individueel als in groepsverband moeten kunnen opereren. Deze vaardigheid moet je als school al aanleren en de diverse situaties moet je regelmatig terug laten keren in het ‘schoolwerk’.
1.2.4. De onderwijsdoelstellingen Belangrijk is, dat kinderen zich veilig en vertrouwd voelen en de school als een prettige werkplaats ervaren. We vinden een werkklimaat van orde, rust en structuur belangrijk, zodat leerlingen en leerkrachten hun werk met plezier kunnen doen. We leggen de nadruk op de basisvaardigheden: Nederlandse taal, rekenen en wiskunde, lezen en schrijven. De wereld oriënterende vakken (aardrijkskunde, geschiedenis enz.) komen zo breed mogelijk aan bod en tevens wordt er volop aandacht besteed aan de creatieve vakken en sport. We doen alles wat mogelijk is, om de kinderen acht jaar op de basisschool te houden.
1.2.5. Onderwijsmodel Elk kind moet leren werken op twee verschillende niveaus: Individueel De leerling moet in eerste instantie nu en in de toekomst verantwoording afleggen voor zijn handelen. Dit houdt in dat hij/zij individueel moet kunnen werken. In groepsverband De leerling moet samen met anderen op gelijkwaardige voet kunnen (samen -)werken en samen de verantwoording leren dragen.
1.3. Bevoegd gezag De Driemaster is onderdeel van de Stichting voor Openbaar Verenigd Onderwijs in Gorinchem en de regio (Stichting OVO). Het college van bestuur van de stichting is het bevoegd gezag van de school. Het college van bestuur wordt gevormd door de bestuurder: de heer drs. B.J.J. Kollmer. De Stichting voor Openbaar Verenigd Onderwijs in Gorinchem en de regio (stichting OVO), bestuurt het openbaar basisonderwijs in de gemeenten Gorinchem en Hardinxveld-Giessendam en het openbaar voortgezet onderwijs Gorinchem. De stichting wil de afzonderlijke krachten van de scholen bundelen om zo een extra bijdrage te leveren aan het onderwijs op de scholen. Samen staan de scholen sterk voor openbaar basisonderwijs, dat voor ieder kind toegankelijk is. Door diversiteit en kwaliteit wordt er naar gestreefd de kinderen voor te bereiden op een maatschappij waarin zij te maken hebben met veelzijdige meningen, waarden en gebruiken. Het Openbaar Primair Onderwijs (OVO-PO) bestaat uit acht scholen: O.b.s. De Driemaster in Hardinxveld-Giessendam O.b.s. De Merwedeschool in Hardinxveld-Giessendam O.b.s. Daltonschool De Poorter in Gorinchem O.b.s. Anne Frank in Gorinchem O.b.s. De Merwedonk in Gorinchem O.b.s. Graaf Reinald in Gorinchem Circuitschool O.b.s. J.P. Waale in Gorinchem Samenwerkingsschool “De Tweemaster” in Gorinchem Het Merewade College en het gymnasium Camphusianum behoren eveneens tot stichting OVO.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 5
1.3.1.Raad van toezicht Het toezicht wordt uitgeoefend door een raad van toezicht die uit zeven leden bestaat. Zij houden toezicht op de continuïteit van de organisatie en op het functioneren van het college van bestuur. De Raad van Toezicht van Stichting OVO wordt gevormd door: De heer mr. R. Degenaar voorzitter De heer A. Struijs secretaris Mevrouw drs. C.M. Barger - Venema Mevrouw drs. H.F. Kraaijeveld-Tromp vacature vacature De directeur – bestuurder, die is belast met het dagelijks bestuur van de stichting, is de heer Bert-Jan Kollmer.
1.3.2.Stafbureau Het stafbureau is ter ondersteuning van het algemeen bestuur en van de scholen. Het adres van het stafbureau van stichting OVO is: Stichting OVO Spijksedijk 28F 4207 GN GORINCHEM Tel.: 0183 – 650 470 Fax: 0183 – 689 389 E-mail:
[email protected] Website: www.stichtingovo.nl
1.3.3. OVO Talentontwikkeling Vanaf schooljaar 2015-2016 start de stichting met de zogenaamde OVO Talentontwikkeling. De scholen van OVO, zowel basisscholen als scholen voor voortgezet onderwijs, investeren in de doorlopende ontwikkellijn van onze leerlingen. In het schooljaar 2015/2016 beginnen we met de kenmerken van onze OVO Talentontwikkeling. Komende jaren hopen we natuurlijk nog meer kenmerken te ontwikkelen.
De Overstap Tot nu toe kenden we de ‘warme overdracht’, waarbij via een persoonlijke overdracht tussen de leerkracht van groep 8 en een vertegenwoordiger van de betreffende vo-school, getracht werd om de overstap voor onze leerlingen zo goed mogelijk te laten verlopen. In februari 2015 hebben ouders van onze leerlingen uit groep 8 niet alleen een definitief schooladvies voor het vo gekregen, maar meteen al een toegangsbewijs voor (een van onze of in het geval van vwoadvies beide) VO-scholen. Uiteraard is het ouders vrij om van het aanbod gebruik te maken. Evaluatie heeft aangetoond, dat veel ouders de vroege ‘zekerheid’ een meerwaarde vinden, mede doordat ‘de druk van de eindtoets’, die sommige leerlingen ervaren, hierdoor lager wordt. Vanaf september 2015 worden hier drie kenmerken aan toegevoegd.
Engels Door het aanbieden van Engels in groep 1 en 2 van onze basisscholen wil OVO een reële bijdrage leveren aan de voorbereiding van uw kind op het functioneren in een internationale omgeving. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de deskundigheid binnen ons vo.
Begaafdenbeleid Al onze basisscholen hebben een voorziening op het gebied van meer- en hoogbegaafde kinderen. Ook bij deze voorzieningen zijn docenten van ons voortgezet onderwijs betrokken. Bij OVO is aandacht voor meerdere talenten. Welk extra talent uw kind ook heeft, bij OVO werken we er hard aan om deze talenten tot wasdom te laten komen.
Begeleidingslijn Aangezien we bij OVO zowel primair als voortgezet onderwijs bieden, kunnen we daadwerkelijk bouwen aan een echte doorlopende ontwikkellijn en afgestemde begeleidingslijn po-vo voor onze leerlingen. We organiseren een intensieve afstemming tussen de begeleiders van het po met die van het vo. Goede begeleiding van uw kind is essentieel en wordt bij OVO integraal opgepakt voor de hele schoolweg van po-vo. Op deze wijze kunnen wij beter inspelen op de behoeften van leerlingen en leveren we onze bijdrage aan het slechten van de muren tussen po en vo. Kortom, bij OVO is uw kind van vier tot en met achttien prima op zijn plaats! U vindt alle informatie binnenkort op onze website www.stichtingovo.nl.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 6
1.3.4 De identiteit en ambities van stichting OVO De Grondwet en verschillende onderwijswetten karakteriseren het openbaar onderwijs op hoofdlijnen als volgt: De openbare school is een ontmoetingsschool van en voor de samenleving als geheel, met ruimte en begrip voor verschillen.
De identiteit voor het openbaar onderwijs is geformuleerd in zes aandachtsgebieden: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Iedereen is welkom; Iedereen is benoembaar; Wederzijds respect; Normen en waarden ten dienste van het openbare fundament, binnen de context van traditie en maatschappij; Van en voor de samenleving; Levensbeschouwing en onderwijs: de complete mens.
Stichting OVO heeft de volgende zeven ambities:
Onze scholen versterken elkaar met behoud van eigenheid; We bieden breed onderwijs en werken aan de optimale groei van talenten; We profileren ons positief als openbare kwaliteitsorganisatie voor onderwijs; We zijn open, toegankelijk en pluriform; We zijn een lerende organisatie die staat voor kwaliteit; OVO is een aantrekkelijke werkgever en een gezonde organisatie; Ons marktaandeel groeit.
Wettelijke opdrachten Het onderwijs is zodanig ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. Het onderwijs richt zich in elk geval op de emotionele en de verstandelijke ontwikkeling en op het ontwikkelen van de creativiteit, het verwerven van noodzakelijke kennis en van sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden. Het openbaar onderwijs gaat er mede vanuit dat de leerlingen opgroeien in een multiculturele samenleving.
Managementteam OVO-PO De directeuren van de scholen voor openbaar primair onderwijs in Gorinchem en Hardinxveld-Giessendam komen een keer per twee weken – onder leiding van de Bovenschools Directeur – in vergadering bijeen. Het doel van dit beraad is het afstemmen en coördineren van het beleid dat in de organisatie wordt uitgevoerd, het bespreken van personele- en organisatorische aangelegenheden en het bespreken en goedkeuren van beleidsvoorbereidende nota’s.
1.3.5 De ontwikkeling van het onderwijs Stilstand betekent achteruitgang. Dit geldt zeker ook voor het onderwijs. Het team van De Driemaster werkt op verschillende manieren aan de kwaliteitsverbetering van de school.
De kwaliteit wordt op schoolniveau gerealiseerd door:
te werken met kwalitatief goed personeel; te werken met goede methodes; het volgen van de resultaten (opbrengsten) van onze leerlingen met behulp van het ParnasSys leerlingvolgsysteem; Opbrengstgericht en planmatig te werken; Ons onderwijs steeds verder te ontwikkelen en te verbeteren door in te spelen op de vernieuwingen van het onderwijs.
Op bovenschools niveau wordt de kwaliteit van de scholen van OVO-PO bewaakt door:
Het monitoren van de bereikte resultaten van het onderwijs (leeropbrengsten); De inzet van een kwaliteitsmedewerker; Het coachen van leerkrachten
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 7
De rol van de inspectie bij het toezicht houden van de kwaliteit op de scholen. Hieronder worden bovenstaande aspecten nader toegelicht:
Kwaliteitsverbetering door met goed personeel te werken Goede leerkrachten zijn nog belangrijker dan de methoden die we op onze school gebruiken. Aan de leerkrachten vertrouwt u immers uw kinderen toe. Onze leerkrachten zorgen ervoor dat de materialen en de lesboeken die de kinderen ter beschikking staan, zinvol worden gebruikt; zij ‘vertalen’ als het ware de leerstof naar de kinderen. De maatschappij verandert voortdurend en dat werkt door in het onderwijs. We proberen die nieuwe ontwikkeling zoveel mogelijk te volgen. Professionalisering of scholing van het team is een belangrijk onderdeel. Het team van De Driemaster besteedt o.a. aandacht aan ‘zorg op maat’ wat ook adaptief onderwijs wordt genoemd. De scholing van het team kan worden verzorgd door externe instanties. Ook individuele scholingsvragen worden – indien mogelijk – gehonoreerd.
Kwaliteitsverbetering door goede methoden Op De Driemaster wordt les gegeven met behulp van moderne leermethoden. Bij het kiezen van de lesboeken en hulpmaterialen letten we op kwaliteit en dus op de volgende aspecten: Kunnen onze kinderen met behulp van deze methoden goed leren? Zien de materialen er voor de kinderen aantrekkelijk uit? Past het leerstofaanbod bij de kerndoelen/referentiekaders die de rijksoverheid heeft vastgesteld? Omdat het ene kind makkelijker leert dan het andere, letten we er bij de aanschaf van methoden op, of er voor alle kinderen passende leerstof in de methode aanwezig is. (onderwijs op maat )
ParnasSys ParnasSys is een administratie- en een leerlingvolgsysteem. De basisscholen van OVO zijn in het schooljaar 2010-2011 overgestapt op deze programma’s van ParnasSys. Met behulp van de bestuursmodule worden de scholen gevolgd. In het schooljaar 2012-2013 is het kwaliteitsinstrument Integraal, een extra module van ParnasSys, op onze school geïmplementeerd.
Opbrengst gericht- en planmatig werken. Het doel van opbrengstgericht werken is om bij alle kinderen de leeropbrengsten te verhogen, te optimaliseren. Dit houdt in: Het verzamelen, registreren en analyseren van informatie. Het formuleren van doelen. Het nemen van beslissingen. Het uitvoeren van activiteiten. Gerichte evaluatie op basis van geregistreerde vorderingen. Hoe wordt dat bereikt? Door kritisch te bekijken wat de stimulerende en belemmerende factoren voor leerlingen zijn. Belangrijk hierbij is om te reflecteren, ook op het leerkrachtgedrag; Door je steeds af te vragen welke vervolgacties ondernomen moeten worden, om het leerresultaat te optimaliseren.
Verbeteren en ontwikkeling van het onderwijs Werken aan kwaliteit: Elke school van OVO-PO draagt zorg voor een goed systeem van zelfevaluatie. Hoe krijg en houd je grip op kwaliteit? Hoe doe je dat op een manier die werkbaar is? En hoe leg je vanuit dat systeem voor kwaliteitszorg op logische manier de verbinding naar schoolontwikkeling en persoonlijke ontwikkeling? Integraal is een softwareprogramma voor scholen dat kwaliteitszorg, schoolontwikkeling en persoonlijke ontwikkeling op logische wijze met elkaar verbindt. Doordat Integraal volledig geïntegreerd is binnen ParnasSys maakt dit systeem optimaal gebruik van de reeds beschikbare data binnen ParnasSys. Met behulp van het kwaliteitsinstrument Integraal, waarmee we onze kwaliteit kunnen meten, denken we voortdurend na over een aantal belangrijke pijlers van ons onderwijs. O.a. over onze zorg aan onze leerlingen, over ons leerstofaanbod, over ons pedagogisch klimaat, over de resultaten die we boeken. We streven er naar om het goede van ons onderwijs vast te houden en te continueren en de punten waarin we minder sterk zijn te verbeteren en / of te optimaliseren. Deze analyse van de kwaliteit van ons onderwijs is dus een continu proces.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 8
Op bovenschools niveau wordt de kwaliteit van de scholen van OVO-PO bewaakt door: 1. Het monitoren van de bereikte resultaten van het onderwijs (leeropbrengsten) Het bestuur van OVO draagt de eindverantwoording voor de kwaliteit van het onderwijs. De bovenschools directeur monitort met behulp van het door OVO-PO zelf ontwikkelde INK- informatiesysteem, de kwaliteitsmodule Integraal (een digitaal management informatie systeem) en ParnasSys de vorderingen en behaalde resultaten van de scholen. Uit deze monitoring blijkt welke knelpunten er op de scholen zijn. Deze worden door de bovenschools directeur met de directeur besproken. De directeur stelt hiervoor een verbeterplan op, Dit verbeterplan wordt cyclisch en planmatig uitgevoerd.
2. De inzet van een kwaliteitsmedewerker De bovenschools directeur van OVO-PO houdt vinger aan de pols wat betreft de kwaliteit van de scholen. Dit vindt o.a. plaats d.m.v. monitoring Deze monitoring wordt vnl. uitgevoerd door de kwaliteitsmedewerker die in het schooljaar 20102011 door OVO is aangesteld. De kwaliteitsmedewerker begeleidt de scholen als zij hulp nodig hebben bij het verbeteren van de kwaliteit. OVO vindt het bundelen van krachten erg belangrijk en waardevol. Het uitgangspunt hierbij is steeds "leren van en met elkaar". De kwaliteitsmedewerker organiseert diverse bijeenkomsten voor alle IB 'ers die bij OVO-PO werkzaam zijn. Er is gezamenlijk een bovenschoolse toetskalender ontwikkeld met een bijbehorende protocol voor afname en verwerking.
3. Het coachen van leerkrachten Bij OVO-PO willen we werken met kwalitatief goede leerkrachten. Om dit te bereiken en vast te houden maken we gebruik van de diensten van de interne OVO coach. De coach zorgt ervoor dat leerkrachten goed (kunnen) functioneren. Soms blijkt uit coaching dat leerkrachten verder moeten professionaliseren in een bepaald onderdeel van hun vakgebied. Zij kunnen daarvoor scholing volgen. Dit alles komt het onderwijs aan uw kind ten goede!
Inspectie en toezicht op de kwaliteit De onderwijsinspectie is door de overheid in het leven geroepen om de kwaliteit van het onderwijs te bewaken. Het toezicht van de Inspectie van het Onderwijs is geregeld in de Wet op het onderwijstoezicht. (WOT) Scholen die het goed doen, 'verdienen' minder toezicht. Waar problemen zijn, wordt het toezicht intensiever. Het toezicht sluit aan bij de verantwoordelijkheid van schoolbesturen. Aanspreekpunt voor het toezicht zijn dan ook de besturen van de onderwijsinstellingen. Algemene informatie is te verkrijgen via http://www.rijksoverheid.nl/themas/onderwijs-en-wetenschap en telefonisch via 0800-8051. Verder is er veel algemene informatie maar ook informatie specifiek over onze school en ook andere scholen te vinden op www.onderwijsinspectie.nl.
1.3.6. De managementstructuur openbaar primair onderwijs in Hardinxveld-Giessendam Er is een meerscholen directeur aangesteld, die de twee scholen cq. drie locaties als integraal eindverantwoordelijke aanstuurt. Iedere locatie heeft een adjunct directeur / locatieleider. Op elke locatie wordt er gewerkt met een interne leerlingbegeleider. Voor alle functies en taken zijn taakomschrijvingen opgesteld, zodat een ieder weet wat van haar/hem wordt verwacht.
1.4. De leerkrachten en de formatie Jaarlijks wordt op basis van de ontvangen bekostiging van het ministerie van OCW door werknemers van het stafbureau van stichting OVO berekend, wat de totale formatie voor het basisonderwijs van stichting OVO is. Vervolgens wordt op grond van leerlingaantallen en diverse andere factoren, door de bovenschools directeur, in overleg met de directeuren, formatie toegekend aan de individuele scholen. Dit wordt verwerkt in een bestuursformatieplan, dat ter instemming aan de GMR wordt voorgelegd. Zodra ook duidelijk is welke personeelsleden op onze school (gaan) werken, wordt er een groepsverdeling voor het volgend schooljaar gemaakt. Daarbij wordt in ieder geval een tweetal uitgangspunten gehanteerd: het aantal leerkrachten dat aan een groep les geeft en een goede verdeling van de leerlingen over de groepen. Er werken 24 vaste personeelsleden op De Driemaster. De directie wordt gevormd door de meerscholen directeur dhr. A. J. van Deutekom en twee adjunct directeuren Mw. L. v.d. Meijden en Mw. M. Groeneveld. Mw. M. de Hon en mevr. D. Combee verrichten zgn. staftaken op het gebied van leerlingenzorg. Op onze school zijn een aantal administratief medewerksters, op vrijwillige basis, werkzaam: aan de Pietersweer 32 is dat Mw. C. Kok en Mw. M. Verbaan en aan de Tonneband 22a is dat Mw. M. van Vuuren en Mw. M. Verbaan.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 9
1.5. De gebouwen De gebouwen van onze school liggen in de Wielwijk en de Westwijk van de gemeente Hardinxveld-Giessendam. De locatie Wielwijk omvat 9 lokalen, een grote personeelsruimte, 4 stafruimten, een gemeenschapsruimte / toneelzaal, een speellokaal en een orthotheek. Daarnaast zijn twee lokalen verbouwd om Peuterspeelzaal ‘de Snaters’ te kunnen huisvesten en één lokaal om BSO ‘Splash’ van Small Steps in onder te brengen. De locatie Westwijk aan de Tonneband heeft 4 lokalen, een personeelskamer, twee stafruimtes, een gemeenschapsruimte en een speellokaal. In hetzelfde gebouw bevindt zich de GBS De Zevenster. Voor het bewegingsonderwijs gebruikt de locatie Pietersweer zaalruimte in Sporthal De Wielewaal en locatie Tonneband in sporthal De Appelgaard.
2.0 Basisschool De Driemaster : Wat leert mijn kind daar ? Organisatorisch kennen we de volgende indeling: Onderbouw
groep 1 t/m 4
Bovenbouw
groep 5 t/m 8
De leerkrachten werken inhoudelijk samen per bouw en vanzelfsprekend in teamverband. In de kleutergroepen wordt tijdens de kring en het werken in de hoeken met creatief - en ontwikkelingsmateriaal aan de ontwikkeling van kinderen gewerkt. In de groepen 3 en 4 staan (aanvankelijk) lezen, rekenen/wiskunde, taal en schrijven centraal. In de groepen 5 en 6 komen daarnaast de wereld oriënterende vakken uitgebreid aan de orde. In de groepen 7 en 8, wordt veel aandacht besteed aan een goede aansluiting met het vervolgonderwijs. Hoewel we bij ons onderwijs rekening houden met de actualiteit, ligt de leerstof voor een belangrijk deel vast in de moderne methoden die we gebruiken. Groepsgrootte: Het streven is te werken in kleine groepen, dit is mede afhankelijk van de formatieve middelen van de school. Leerlingenaantal: De Driemaster heeft bij de start van het cursusjaar 2015-2016 ca. 261 leerlingen. De leerlingen zijn als volgt verdeeld over de groepen: groep 1/2a 15 leerlingen groep 3a/4a
19 leerlingen
groep 5a/6a
20 leerlingen
groep 7a/8a
24 leerlingen
groep 1b
16 leerlingen
groep 2b
21 leerlingen
groep 3b
22 leerlingen
groep 4b
30 leerlingen
groep 5b
25 leerlingen
groep 6b
25 leerlingen
groep 7b
20 leerlingen
groep 8b
24 leerlingen
Uren onderwijs Het minimum aantal uren onderwijs op de basisschool (groep 1 t/m 8) is met ingang van 1 augustus 2006 7520 uur. Scholen bepalen zelf hoe zij deze uren over de leerjaren verdelen. Onze school kiest voor een verschillend aantal uren in de onder- en bovenbouw. Hierbij geldt, dat leerlingen in de eerste vier jaren ten minste 3520 uur les krijgen en in de laatste vier schooljaren tenminste 3760 uur. De kinderen mogen ten hoogste 5 ½ uur per dag les ontvangen. Bij het inroosteren van studiedagen en vrije dagen is/wordt rekening gehouden met de wettelijke eis dat er niet meer dan in 7 weken van een schooljaar een vierdaagse schoolweek wordt gepland.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 10
vakken
uren
vakken
uren
taal rekenen lezen schrijven bewegingsonderwijs sociale redzaamheid/Seo godsdienst/HVO (groep 5-6-7-8)
6 5 5 0,5 1,5 0,5 0,45
Engels Verkeer Natuur Geschiedenis Aardrijkskunde Expressie
1 0,5 1 1 1 1
In de bovenstaande lessentabel wordt globaal weergegeven hoeveel tijd per week in de school aan de verschillende vakken wordt besteed. Het gaat hier om gemiddelden die enigszins kunnen variëren per leerjaar.
2.1. Werkwijze groep 1 en 2 Wij vinden het erg belangrijk, dat een kind zich prettig en veilig voelt op school, want dan pas is het in staat om te “leren”. De aanpak in groep 1 en 2 is iets anders dan die in de andere groepen. Ook de inrichting van de lokalen en de manier van werken is anders. In groep 1 en 2 beginnen we de dag veelal vanuit de kring en daarmee sluiten we de dag ook weer af. Daarnaast werken en spelen we in hoeken, aan tafels, in het speellokaal en op het plein. Kleuters hebben vaak bewegingsonderwijs in het speellokaal. Jongste en oudste kleuters zitten, afhankelijk van het aantal leerlingen op de locatie, in aparte groepen. Bij de jongste kleuters ligt de nadruk in de eerste periode, op het wennen en het naar school gaan. Er is veel aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. De leerstof wordt op een speelse manier aangeboden. De meeste vakken komen in samenhang aan de orde aan de hand van een bepaald thema, b.v. herfst, de bakker enz. In de lessentabel worden verschillende leer- en vormingsgebieden onderscheiden, in de dagelijkse praktijk in de klas lopen deze vakgebieden door elkaar heen. Wie speelt in de poppenhoek is ook bezig met taalontwikkeling, wie speelt met een lotto leert ook getallen of kleuren en wie op een vel tekenpapier golven van de zee tekent, is bezig met voorbereidend schrijven etc. Er is veel aandacht voor taalvorming in ons kleuteronderwijs, omdat dit de basis is. In groep 1 en 2 werken we met de methode Schatkist. De methode is opgebouwd rond een aantal thema’s. Telkens staat een thema drie à vier weken centraal. Met name woordenschat, taalontwikkeling, voorbereidend lezen en sociaal/emotionele ontwikkeling komen in al haar facetten aan de orde. In mindere mate rekenactiviteiten, maar daar gebruiken we de kleuteruitgave van Rekenrijk voor. In groep 2 wordt ook expliciet aandacht besteed aan het voorbereidend schrijven door het gebruik van de methoden Pennenstreken. De methode Moet je doen gebruiken we voor tekenen, muziek, drama en handvaardigheid. Komend schooljaar volgt de geleidelijke overgang naar de nieuwe methode Kleuterpleinen niet bij. De kinderen uit groep 1 en 2 krijgen per week 2 à 3 opdrachten. Ze mogen zelf weten wanneer ze deze opdrachten uitvoeren, maar we zorgen er wel voor dat ze leren plannen, zodat ze niet op vrijdag alle opdrachten nog moeten doen. De opdrachten worden met pictogrammen aangegeven op een planbord. Door het plaatsen van hun naamkaartje geven kinderen aan met welke opdrachten of met welk materiaal ze aan het werk gaan. Door middel van het stoplicht leren we de kinderen omgaan met uitgestelde aandacht. Staat het licht op rood, dan moet je stil zijn en zelf werken. Staat het licht op oranje, mag je zacht overleggen maar moet je wel met hetzelfde werk bezig blijven, staat het licht op groen, dan mag je de keuze maken om iets anders te gaan doen. In groep 2 werken de leerlingen elke morgen gericht aan voorbereidend lees, rekenen en schrijfactiviteiten, waarvan de resultaten worden vastgelegd. Afhankelijk van hun geboortedatum, hun aard en aanleg zitten kinderen twee tot drie jaar in de kleutergroepen We volgen de kinderen in deze groepen in hun ontwikkeling op reken- en taalgebied door middel van een registratiesysteem en het Cito leerlingvolgsysteem. De sociaal-emotionele ontwikkeling wordt gevolgd door middel van de SCOL lijst, behorende bij de methode Kinderen en hun Sociale talenten. Voor de totale ontwikkeling van het kind maken we gebruik van het leerlingvolgsysteem KIJK. Dit is een observatiesysteem, waarin de observaties van de leerkracht wordt neergelegd.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 11
2.2. Werkwijze groep 3 t/m 8 Hier volstaan we met een opsomming van de diverse methoden en mogelijke aanpassingen en veranderingen voor het schooljaar 2015-2016. Lezen. In groep 3 wordt dan een start gemaakt met het aanvankelijk lezen. Er wordt gewerkt met de nieuwste versie van de methode Veilig Leren Lezen. Daarin wordt de leerstof aangeboden met behulp van verhalen. Bij deze methode horen een aantal te lezen en te schrijven woorden. In de groepen 4 t/m 8 leren de kinderen de techniek van het lezen vlotter te beheersen. Dit is een belangrijke voorwaarde om teksten te gaan begrijpen. Hiervoor gebruiken we o.a. de methode Estafette. Naast deze methode vinden we het heel erg belangrijk om het plezier in het lezen bij de kinderen te stimuleren. Aan het begin van elke ochtend wordt er daarom in de gehele school gelezen. De kinderen kiezen boeken die we o.a. van de bibliotheek lenen. De leerlingen kunnen een keuze maken uit een groot aantal actuele kinderboeken. Daarnaast wordt er veel aandacht besteed aan activiteiten die het lezen stimuleren zoals voorlezen, De voorleeswedstijd, Kinderboekenweek en een bibliotheekbezoek. De leerlingen worden vier keer per jaar getoetst om te zien of er voldoende vorderingen m.b.t. het technisch lezen gemaakt worden. De leerlingen die wat meer moeite hebben met het technisch lezen, krijgen aparte instructie / begeleiding van de leerkracht. Vanaf groep 4 wordt er systematisch aandacht besteed aan begrijpend en studerend lezen met behulp van actuele teksten. Uiteraard woeden de vorderingen van de kinderen getoetst. De methode heet Nieuwsbegrip. Nederlandse taal. De Driemaster werkt met de nieuwste methode Taal Actief in de groepen 4 t/m 8. Het taalonderwijs is veelomvattend. Er is veel aandacht voor spelling en het luisteren naar anderen, waardoor de woordenschat wordt uitgebreid. Naast het schriftelijke taalwerk leren we kinderen ook verhalen schrijven en spreekbeurten te houden. Vorderingen van kinderen worden getoetst. Rekenen en wiskunde. Onze school gebruikt de nieuwe methode Rekenrijk. Twee maal per jaar wordt er binnen het leerlingvolgsysteem een onafhankelijke toets (CITO) afgenomen om te controleren of kinderen voldoende vorderingen maken. Schrijven. We werken met de methode ‘Pennenstreken’ in de groepen 2 t/m 8. We werken met leerling werkboekjes. In elk lokaal is een klassikale letterkaart aanwezig. Bewegingsonderwijs. Kinderen in groep 1 en 2 bewegen regelmatig in het speellokaal of zij spelen buiten. Groep 3 gaat 1x per week naar de sporthal voor een gymnastiekles en speelt tot de herfstvakantie 1x per week buiten. Eenmaal in de week krijgen de kinderen van de groepen 3 t/m 8 een blokuur gymnastiek in de sporthal. Vanaf groep 1 zijn sportschoenen gewenst en kunnen (voorzien van naam) in de school blijven. We adviseren sportschoentjes zonder veters! Vanaf groep 3 is sportkleding vereist. Sportschoenen met zwarte zolen zijn niet toegestaan. Expressie. In groep 1, 2 is de creatieve vorming geïntegreerd in het totale lesprogramma. Vanaf groep 3 besteden we 1 uur per week aan deze vakken. De creatieve vakken zorgen voor evenwicht in het lesprogramma. De methode voor alle expressievakken is Moet je doen. Dit is een methode voor tekenen, handvaardigheid, muziek, drama/toneel en dans. Wereldoriëntatie. Op veel momenten wordt gesproken over de wereld om ons heen en brengen we kinderen kennis bij over het heden en het verleden van deze aarde. Soms gebeurt dit tijdens de aparte vakken aan de hand van moderne methoden, maar vaak ook door klassengesprekken, spreekbeurten, schooltelevisie, werkstukjes enz. Wij gebruiken de volgende methoden: natuur aardrijkskunde geschiedenis verkeer sociaal/emotionele ontwikkeling
: Natuurlijk, nieuwste versie : Hier en daar, nieuwste versie : Bij de Tijd, nieuwste versie : Jeugd Verkeers Krant in groep 5 t/m 8, School op Seef in groep 1 t/m 8 : Goed gedaan
De zaakvakken LOS. Bij aardrijkskunde, geschiedenis en biologie gaan we komend schooljaar de pilot “Werken met LOS “ voortzetten. LOS staat dan voor Leren vanuit Onderzoek en Samenwerking. Door deze didactiek leren kinderen op een andere manier, kennis wordt niet alleen maar op gedaan uit het lesboek, maar kinderen zijn zelf gericht bezig met het zoeken van informatie/ opdoen van kennis. Het vinden van informatie door middel van het internet speelt hierbij een grote rol. Computers en devices zijn normale instrumenten voor de kinderen van nu. De meeste kinderen groeien er mee op. In de toekomstige maatschappij zal steeds meer een beroep worden gedaan op de vaardigheden van mensen om een probleem aan te pakken en op te los sen door samenwerking en onderzoek. Kinderen krijgen bij LOS duidelijke onderzoeksopdrachten, waardoor specifieke kennis wordt opgedaan. Deze onderzoeksopdrachten komen uit de bestaande kerndoelen en leerlijnen voor de zaakvakken. Vanuit deze opdrachten gaan ze aan het werk. Kinderen werken samen om deze opdrachten uit te werken en te presenteren. Aan de verwerking stellen we eisen, conform de mogelijkheden van de kinderen .
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 12
Engels. In de groepen 1 t/m 8 werken we met de Engelse methode Groove Me. In deze methode komen zowel spreekvaardigheid als schriftelijke verwerking aan de orde. Tevens zijn toets momenten ingebouwd om de vordering van de kinderen te kunnen registreren. HVO of GVO. Vanaf groep 5 t/m8 kunnen de leerlingen (in overleg met hun ouders) kiezen voor lessen HVO (Humanistisch vormingsonderwijs) of GVO (Godsdienstig vormingsonderwijs). De school maakt voor leerlingen die eraan deelnemen 45 minuten per week vrij op hun rooster. Aan het einde van het schooljaar krijgen de leerlingen een briefje mee, waarin ouders hun keuze kenbaar kunnen maken. Wij gaan er wel vanuit, dat die keuze voor het gehele jaar geldt en dat er tussentijds niet veranderd wordt. Leerlingen die niet meedoen aan deze lessen, blijven in de klas en krijgen werk om zelfstandig te maken. (Er wordt geen nieuwe instructie aan de kinderen gegeven). De school heeft geen invloed op de inhoud van de lessen en stelt alleen lokalen ter beschikking. De directeur blijft natuurlijk wel verantwoordelijk.
2.3. Musicals Door het opvoeren van een musical leren kinderen teksten onthouden, zich te presenteren, zich bewust te worden van mimiek, samenwerken met en inspelen op elkaar. Ook belangrijk vinden we het plezier, waarmee kinderen toneelspelen en zingen. De leerlingen van De Driemaster voeren 4 keer in hun basisschool loopbaan een musical op. De kinderen uit groep 2 voeren in april een kleutermusical op. In februari voert groep 4 een lentemusical op. De musical in december wordt door groep 6 opgevoerd en groep 8 voert de afscheidsmusical op. De musicals worden opgevoerd voor de kinderen van de locatie, de ouders en familieleden.
2.4. Burgerschapsvorming Onze schoolbevolking kent ongeveer 17 % leerlingen uit andere culturen. Dit gegeven is dan ook mede bepalend voor ons onderwijs: de multiculturele samenleving waarin wij ons bevinden moet ook een duidelijke plaats hebben binnen ons onderwijs. In de eerste plaats geven de leerkrachten aandacht aan de multiculturele aspecten van onze samenleving tijdens kring- en groepsgesprekken en als dat in de gebruikte methoden aan de orde wordt gesteld. Men tracht die aspecten vanuit diverse invalshoeken te bekijken en te bespreken. Daarnaast wordt bij de keuze van een methode gelet of er voldoende aandacht wordt geschonken aan multiculturele aspecten. Er wordt incidenteel of als een methode daar aanleiding toe geeft aan deze materie aandacht geschonken door het werken in projectvorm. Ons onderwijs draagt er op deze wijze toe bij dat kinderen inzicht en kennis krijgen van andere culturen, waarbij respect voor de diversiteit, acceptatie en tolerantie voorop staat. We zijn dan ook van mening dat, volgens de wet verplicht per 1 september 2006, burgerschapsvorming geen apart vak is in onze school, maar een vanzelfsprekend onderdeel van ons onderwijs is. Onze school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van sociale integratie en actief burgerschap, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.
Aandachtspunten
De school schenkt aandacht aan bevordering van sociale competenties; De school schenkt aandacht aan de samenleving en de diversiteit daarin en bevordert deelname aan en betrokkenheid bij de samenleving; De school vertoont een open en actieve opstelling naar de lokale en/of regionale omgeving en de samenleving en brengt leerlingen daarmee in contact, ook wat betreft de diversiteit in de achtergrond van leeftijdgenoten, en de verscheidenheid aan godsdiensten, etniciteiten en culturen, opvattingen, leefwijzen gewoonten; De school heeft een structureel aanbod dat zich richt op het aanbrengen van competenties die bijdragen aan deelname aan en betrokkenheid bij de samenleving; de school bevordert tevens de actieve deelname van leerlingen daaraan; Basiswaarden en democratische rechtsstaat; De school bevordert basiswaarden en de kennis, houdingen en vaardigheden voor participatie in de democratische rechtsstaat; Het onderwijs van de school is niet in strijd met basiswaarden en corrigeert uitingen van leerlingen die daarmee in strijd zijn op systematische wijze; De school heeft een structureel aanbod dat zich richt op de overdracht van basiswaarden; De school heeft een structureel aanbod dat zich richt op de overdracht van kennis, houdingen en vaardigheden die nodig zijn om als burger in een democratische rechtsstaat te participeren, met inbegrip van kennis over de hoofdzaken van de Nederlandse en Europese staatsinrichting; De school bevordert, dat leerlingen basiswaarden en de ideeën van een democratische samenlevingsvorm toepassen.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 13
2.4.1 Leerlingenraad School als ‘oefenplaats’ voor democratie. Om als bewuste, verantwoordelijke burgers de maatschappij in te gaan is er een gekozen leerlingenraad op beide locaties van De Driemaster. De leerlingenraad vergadert vier keer per jaar onder begeleiding van de locatieleider. Er wordt gesproken over onderwerpen als veiligheid, aardig zijn, netheid van de school, verantwoordelijkheid en over onderwerpen, die door kinderen van de school aangedragen worden.
2.5. Omgaan met de computer Elke groep heeft momenteel de beschikking over diverse hardware. Elke groep draait een programma dat bij een methode hoort, zoals Veilig Leren Lezen in groep 3. Onderdelen van het softwarepakket Ambrasoft zijn aangepast aan de methoden die op De Driemaster in gebruik zijn. Op alle Pc’s is een Officepakket geïnstalleerd. De kinderen zijn dus in de gelegenheid een verhaaltje, verslag of een brief te schrijven of een PowerPoint presentatie te maken. De hardware wordt ingezet om computervaardigheden aan te leren. De vaardigheden hebben betrekking op het werken met software en het kritisch omgaan met informatie. Er zijn leerlijnen vanaf groep 5 op het gebied van computerkennis, tekstverwerken, communiceren, presenteren, informatie verwerven en verwerken. Er zijn 9 vaste digitale schoolborden en 3 kleuter touchscreens die dagelijks bij de lessen worden ingezet. Op elke locatie wordt er gewerkt met zgn. stand alone computers en tablets.
ICT bij OVO OVO heeft een bovenschoolse ICT coördinator aangesteld. De taken van deze coördinatoren zijn o.a. het organiseren en voorzitten van de netwerkbijeenkomsten, het regelen van een snellere internetverbinding, het organiseren van scholing, de coördinatie van de invoering van ParnasSys. De school heeft een eigen website: www.driemaster.nl. Op deze site komen regelmatig verslagen van allerlei activiteiten.
Typeles Op onze school kunnen de leerlingen vanaf groep 6 hun typediploma halen. De cursus wordt na schooltijd gegeven door ’’Juist Leren Typen’’. Meer informatie hierover is op school te verkrijgen.
Basisschool De Driemaster…….Onderwijs op maat 3.1. Rekening houden met verschillen Kinderen ontwikkelen zich van nature. Ze zijn nieuwsgierig en willen steeds iets nieuws leren. Op school stimuleren we de kinderen en dagen ze uit om steeds iets nieuws te ontdekken. Als de ontwikkeling wat minder vanzelfsprekend verloopt, bieden we extra hulp. De school is klassikaal georganiseerd. De kinderen van dezelfde leeftijd zitten meestal in dezelfde groep. Wie moeite heeft met een bepaald onderdeel, krijgt extra hulp en extra oefenstof. Wie de lesstof beheerst, krijgt extra uitdagende onderwerpen. Soms vormen het gedrag, de prestaties in de groep of de uitslagen van de toetsen aanleiding om extra maatregelen te treffen. Een kind kan extra hulp krijgen.
Ononderbroken ontwikkelingsgang Als het gaat om het bevorderen van de ononderbroken ontwikkelingsgang van onze leerlingen, onderschrijven we van harte het volgende: De leerkracht houdt rekening met de persoonlijkheid van het kind. De leerkracht stemt de activiteiten zoveel mogelijk af op de ontwikkeling van het kind. De leerkracht biedt het kind de mogelijkheid om in eigen tempo en begaafdheid een minimum pakket binnen de verschillende leer - en vormingsgebieden te doorlopen. De leerkracht stelt regelmatig vast welke problemen kinderen ondervinden binnen de verschillende leer - en vormingsgebieden. Na zorgvuldige vaststelling van de aard van de problemen en haar oorzaken, bepaalt de leerkracht in goed overleg met de interne begeleider de te volgen weg om het kind te helpen, dit wordt vastgelegd in een handelingsplan. Het handelen van de leerkracht op bovenstaande manier hangt nauw samen met het verzorgen van onderwijs op maat, het bevorderen van zelfvertrouwen en competenties bij leerlingen.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 14
3.2. Leerlingvolgsysteem Er is op school een zorgplan aanwezig, waarin op hoofdlijnen de activiteiten staan beschreven hoe we omgaan met de kinderen die extra hulp nodig hebben. Daarnaast bestaat er een door de school mede onderschreven zorgplan binnen het kader van WSnS (Weer Samen naar School). Dit zorgplan zal telkens als uitgangspunt dienen voor het schooldocument. Een van de punten uit het zorgplan dat is uitgewerkt, betreft het leerlingvolgsysteem. De school werkt continu aan het verbeteren van het onderwijs, met name voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Daarbij maakt de school gebruik van toetsen en observatiemiddelen. Alle gegevens van de leerlingen worden geregistreerd op groeps- en schoolniveau. Enkele malen per jaar worden de vorderingen met name op het gebied van taal, lezen en rekenen getoetst met landelijk genormeerde toetsen, ontwikkeld door het CITO. We vergelijken de ontwikkeling van uw kind met het landelijke gemiddelde, zoals dat op een consultatiebureau gebeurt met het gewicht en de lengte. De resultaten van de toetsen worden gebruikt bij de leerlingbesprekingen op groepsniveau en bij de leerlingbesprekingen op teamniveau. Wij gebruiken o.a. de volgende toetsen:
Cito:
Taaltoets voor kleuters (groep 1 en 2) Rekentoets (groep 1 en 2) Signaleringstoets risicolezers groep 2 Drie Minuten Toets (groep 3 t/m 8) Rekenen en Wiskunde (groep 3 t/m 8) Begrijpend lezen (groep 4 t/m 8) Spelling (groep 3 t/m 8)
DMT (Drie Minuten Toets) Hiermee kunnen we vaststellen, hoe goed een leerling losse woorden van een uiteenlopende moeilijkheidsgraad kan verklanken (hoe goed een leerling is in technisch lezen). De DMT bestaat uit 3 kaarten, die achtereenvolgens elk 1 minuut hardop gelezen moeten worden. De toets wordt individueel afgenomen. Voor groep 3 is de DMT gekoppeld aan de methode VLL (Veilig Leren Lezen). Voor de groep 4 t/m 8 wordt de toets 2x keer per jaar afgenomen (jan.-juni). Naar aanleiding van de DMT worden de vorderingen gevolgd op het gebied van technisch lezen. Indien noodzakelijk wordt de leerling verder getoetst op AVI - niveau.
SCOL Tweemaal per jaar wordt een toets afgenomen met betrekking tot de sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen.
Toetskalender De toetskalender geeft voor de leerkrachten aan wanneer toetsen worden afgenomen. Deze toetskalender wordt jaarlijks geactualiseerd en zo nodig aangevuld met nieuwe toetsen. De toetsen maken onderdeel uit van een leerlingvolgsysteem. Op deze manier kunnen de problemen van het individuele kind in kaart gebracht worden en kan vervolgens systematische begeleiding plaatsvinden.
3.3. Extra zorg voor kinderen met specifieke problemen Hierbij kan het om de volgende problemen gaan: cognitieve problemen. lichamelijke problemen. sociaal-emotionele problemen. Deze kinderen worden eerst in het zorgoverleg besproken. Indien nodig worden in overleg met de ouders de volgende personen /instanties ingeschakeld: de schoolarts. schoolmaatschappelijk werk. de schoolbegeleidingsdienst. Zodra een leerling in het zorgoverleg ter sprake is gekomen, bewaren wij de gegevens over deze leerling in het zgn. leerling zorgdossier. Als de leerling hulp of een apart programma krijgt, lichten we ouders in en houden we hen van de voortgang op de hoogte. De IB ’er adviseert de leerkracht bij de te nemen stappen en eventueel op te stellen plannen. Op De Driemaster hebben we een uitgebreide orthotheek, een verzameling van extra leermaterialen, waar de leerkrachten gebruik van kunnen maken. Deze materialen worden vaak bij de extra hulp gebruikt. De leerkrachten en de interne begeleiders, die met dit materiaal werken, hebben hiervoor een speciale scholing gevolgd. Deze extra hulp wordt beschreven in het groepsplan. De ouders kunnen vanzelfsprekend altijd informeren naar de vorderingen.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 15
Toediening medicijnen: Als uw kind tijdens de schooluren medicijnen nodig heeft, kunt u aan de leerkracht vragen of hij/zij dit wil toedienen. U blijft echter verantwoordelijk voor het toe te dienen medicijn en niet de school. Dit heeft als consequentie, dat u altijd deze verantwoordelijkheid blijft dragen, ook als onverhoopt de dosering te hoog of te laag is of als men vergeten is het medicijn toe te dienen.
3.4. Schoolarts Elk schooljaar worden leerlingen van bepaalde groepen gecontroleerd op eventuele oog- en oorafwijkingen. Daarbij krijgen de kinderen van groep 2 een uitgebreid onderzoek. Het blijft daarnaast altijd mogelijk kinderen te laten onderzoeken op verzoek van de ouders.
3.5. Schoolmaatschappelijk werk Kinderen en jongeren kunnen met iets zitten wat thuis speelt, waardoor ze op school niet goed kunnen functioneren. Of ze zitten niet lekker in hun vel, omdat ze gepest worden, onzeker zijn enz. Ouders en leerkrachten kunnen dan bij het Schoolmaatschappelijk werk aankloppen voor advies en begeleiding. De schoolmaatschappelijk werker zal dan met het kind, de ouders en de leerkracht gaan praten om een helder beeld te krijgen van de situatie en naar een oplossing zoeken. Door de problemen in een vroeg stadium te signaleren, bespreken en goed aan te pakken kan de situatie voor het kind vaak snel verbeterd worden. U kunt contact opnemen met de schoolmaatschappelijk werkster Mw. Marja Poker door naar het volgende nummer te bellen: Rivas Zorglijn 0900 8440
3.6. Logopedie Het is de bedoeling, dat de logopedisten via de consultatiebureaus, peuterspeelzalen en de kinderdagverblijven, taal- en spraakproblemen bij jonge kinderen signaleren. Voor eventuele verdere behandeling zullen de kinderen worden verwezen naar vrijgevestigde logopedisten. Heeft u vragen, dan kunt u contact opnemen met Monique van Voorst. Logopediepraktijk De Laet, tel: 06-33729798.
3.7. School Video Interactie Begeleiding ( SVIB) Op onze school gebruiken we soms de video als hulpmiddel binnen ons onderwijs. We noemen dat School Video Interactie Begeleiding, afgekort SVIB. We gebruiken deze begeleiding om ons onderwijs zo goed mogelijk af te stemmen op onze leerlingen. We zetten dit middel voornamelijk in om de leerkrachten te ondersteunen bij hun onderwijstaak. De methodiek wordt zowel ingezet bij vragen rondom leerlingenzorg, als bij vragen rondom onderwijsvernieuwing. De gemaakte opnames mogen niet voor andere doeleinden gebruikt worden. Zo blijven de videobeelden die van een klas gemaakt worden, onder beheer van de persoon (SVIB-er) die de opnames heeft gemaakt. Zonder zijn/haar uitdrukkelijke toestemming en die van de betrokken leerkracht mogen de beelden niet aan anderen worden vertoond. Als we SVIB inzetten bij specifieke begeleidingsvragen van één of meer leerlingen, dan worden de ouders/verzorgers hiervan in kennis gesteld en om toestemming gevraagd.
3.8. Sociaal-emotionele vorming Op onze school is de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen een belangrijke aandachtspunt. Het veilig voelen, met plezier naar school gaan en zelfvertrouwen hebben en opbouwen staat bovenaan. Een aantal jaar geleden zijn we gestart met “Taakspel”. Het komende schooljaar wordt er in alle groepen taakspel gespeeld. Aangezien het gedrag van kinderen in het basisonderwijs zeer kan verschillen, willen wij als leerkracht dit gedrag beter herkennen en erkennen. Sommige kinderen laten verlegen en teruggetrokken gedrag zien. Andere kinderen laten onrustig of druk gedrag zien. Het gedrag van deze leerlingen kan zorgen geven voor zowel de groep als het kind zelf. Drukke en onrustige kinderen halen vaak minder goede schoolresultaten. Ook zijn ze vaak minder geliefd bij medeleerlingen. Verlegen en teruggetrokken leerlingen hebben vaker moeite aansluiting te vinden bij leeftijdgenoten. Het Taakspel, passend binnen het kader van ons schoolconcept “ onderwijs op maat, omgaan met verschillen” is dan ook ontwikkeld om het gedrag van kinderen positief te beïnvloeden. Het Taakspel wordt in de groep gespeeld. Het doel van dit spel is dat het taakgerichte gedrag van de leerlingen toeneemt en dat druk en onrustig gedrag afneemt en dat op deze wijze de positieve sfeer in de groep wordt versterkt. Bij het Taakspel gaat het erom dat de kinderen elkaar stimuleren om gewenst gedrag te vertonen. Het Taakspel wordt tenminste drie keer per week gespeeld tijdens de reguliere lessen, bijvoorbeeld tijdens het zelfstandig werken of tijdens het kringgesprek.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 16
Goed gedaan! Dit is een lesmethode waarmee kinderen van groep 1 t/m 8 leren respectvol met elkaar om te gaan. De methode geeft op een eigentijdse en positieve manier uitleg over gevoelens en gedrag. “Hoe ga je respectvol met elkaar om?”, dat is voor kinderen niet zo makkelijk. Er zijn namelijk heel veel vormen van voorbeeldgedrag en reacties op het eigen gedrag. 'Doe eens gewoon' is niet meer voldoende. Want wat is 'gewoon'? Goed gedaan! gebruikt preventieve methodes uit de professionele hulpverlening. Ingewikkelde inzichten zijn vertaald naar eenvoudige begrippen en concreet gedrag.
3.9. Zittenblijven Op De Driemaster is het onderwijsaanbod zo ingericht, dat doublure zoveel mogelijk wordt voorkomen. Het gebeurt doorgaans alleen wanneer de leerresultaten en de ontwikkeling van een kind, door diverse omstandigheden, opvallend achterblijven. Zo’n kind is er soms bij gebaat nog een jaar in dezelfde groep te blijven. In overleg met de ouders wordt tot doublure besloten, overigens nooit met de intentie dat die leerling alle leerstof over moet doen. Indien ouders en de leerkracht niet tot overeenstemming komen, dan beslist de directie in overleg met de intern begeleider en de betrokken leerkracht.
3.10 Herfstleerlingen Leerlingen die geboren zijn tussen 1 oktober en 1 januari noemen wij herfstleerlingen. Deze leerlingen stromen op vier jarige leeftijd in groep 1. Indien de scores van Cito Taal en Ordenen voldoende zijn en zij sociaal emotioneel sterk genoeg zijn, kunnen zij na de zomervakantie doorstromen naar groep 2. Hierbij volgen wij het protocol Herfstleerlingen.
3.11. Opvang gehandicapte kinderen Onze basisschool staat in principe open voor alle kinderen. Als bij voorbaat al vaststaat dat een school extra moeite moet doen om een kind mee te laten draaien in het basisonderwijs, dan stelt het ministerie meestal geld voor extra personeelsinzet beschikbaar, bijvoorbeeld bij kinderen met een lichamelijke of geestelijke handicap of slechthorendheid.
3.12. Passend onderwijs Wat is passend onderwijs? Per 1 augustus 2014 is de Wet passend onderwijs ingevoerd. Passend onderwijs is de manier waarop onderwijs aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben wordt georganiseerd. Het gaat om zowel lichte als zware ondersteuning. Bijvoorbeeld extra begeleiding op school, aangepast lesmateriaal, hulpmiddelen of onderwijs op een speciale school. Scholen werken met elkaar samen in samenwerkingsverbanden. De scholen in het samenwerkingsverband maken onderling afspraken over hoe ze ervoor zorgen dat alle leerlingen onderwijs krijgt dat bij hen past. Schoolbesturen hebben een zorgplicht en de samenwerkingsverbanden krijgen het geld en de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van passend onderwijs.
Voor welke leerlingen is er passend onderwijs? Passend onderwijs is er voor alle leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs, speciaal (voortgezet) onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs. In de praktijk gaat het vooral over leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben; voor deze leerlingen is er zorgplicht. Deze ondersteuning kan nodig zijn vanwege een verstandelijke beperking of een chronische ziekte. Maar ook voor leerlingen met een gedragsof leerstoornis is passend onderwijs natuurlijk erg belangrijk. Soms is het bij de start op school al duidelijk dat er extra ondersteuning nodig is, soms blijkt dat pas later. Het onderwijs aan leerlingen die blind of slechtziend zijn (cluster 1) en leerlingen die doof of slechthorend zijn of ernstige spraaktaalmoeilijkheden hebben (cluster 2) wordt in een landelijk systeem georganiseerd. Voor alle andere leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, wordt het onderwijs georganiseerd in regionale samenwerkingsverbanden.
Wat is de zorgplicht? Schoolbesturen hebben vanaf 1 augustus 2014 een zorgplicht. Dat betekent, dat de scholen ervoor moeten zorgen dat iedere leerling die extra ondersteuning nodig heeft en die bij hen ingeschreven staat of zich aanmeldt een passend onderwijsaanbod krijgt. De school moet zorgvuldig onderzoeken wat een kind nodig heeft en dat eerst zelf proberen te realiseren. Als de school deze ondersteuning zelf niet kan bieden, moet de school na overleg met de ouders zorgen dat er een andere school gevonden wordt die wel een passend aanbod kan organiseren.
Schoolondersteuningsprofiel (S.O.P) Iedere school heeft een school ondersteuningsprofiel opgesteld, waarin beschreven staat welke ondersteuning geboden kan worden en hoe die ondersteuning is georganiseerd. De medezeggenschapsraad heeft adviesrecht op het vaststellen van het schoolondersteuningsprofiel.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 17
Bestaat het ‘rugzakje’ nog? Vanaf 1 augustus 2014 bestaan er geen rugzakjes meer. De extra ondersteuning die uw kind nodig heeft wordt, in overleg met u, rechtstreeks door EC Rotonde georganiseerd. EC Rotonde regelt de extra ondersteuning, dit kan door geld, extra begeleiding of inzet onderwijsassistentie. Denkt u dat uw kind extra ondersteuning nodig heeft? Als uw kind al op school zit, ga dan het gesprek aan met de leerkracht. Als uw kind nog niet op onze school zit, dan meldt u uw kind minimaal 10 weken van te voren schriftelijk aan. In ons schoolondersteuningsprofiel kunt u vinden welke ondersteuning wij kunnen bieden. Wij zullen informatie verzamelen en zorgvuldig onderzoeken welke ondersteuning uw kind nodig heeft. Van u als ouder wordt verwacht dat u de informatie die u heeft met ons deelt. Binnen 6 tot 10 weken laten wij weten of uw kind wordt toegelaten of we doen een voorstel voor een beter passende plek voor uw kind op een andere school van ons bestuur. Dat gebeurt altijd in nauw overleg met u. De Wet passend onderwijs en de zorgplicht betekenen niet dat scholen verplicht zijn ieder kind een plek te geven binnen de eigen school. Als niet de juiste ondersteuning kan worden geboden, dan moet er een andere school worden gezocht. Het samenwerkingsverband mag bepalen welke ondersteuningsaanbod het beste is. Om te bepalen of een kind het meest op zijn plaats is in het speciaal onderwijs, moeten deskundigen worden geraadpleegd. Naar een speciale school? Het kan zijn dat vanuit onze school uw kind wordt doorverwezen. EC Rotonde zal in overleg met de ouders bekijken of uw kind het beste op zijn plek is op een school met speciaal basis (onderwijs), of inclusieve school of een school met speciale opvang.
Samenwerkingsverband 28.16, ‘Driegang’ in de praktijk Ons samenwerkingsverband Driegang (28.16) bestaat uit alle scholen (en hun besturen) binnen de gemeenten Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Giessenlanden, Leerdam, Lingewaal, Molenwaard, Woudrichem, Werkendam en Zederik. Dit betreft zowel de scholen voor regulier onderwijs als de scholen voor speciaal (basis) onderwijs. Tevens zullen de besturen voor speciaal onderwijs van buiten bovenstaande gemeenten maar met vestigingen binnen deze gemeenten deelnemen. In samenwerkingsverband Driegang betreft dit SPON (cluster 3, voor leerlingen met een verstandelijke beperking, een lichamelijke beperking of een chronische ziekte) en Yulius (cluster 4, voor leerlingen met gedragsstoornissen, ontwikkelingsstoornissen of een psychiatrisch probleem). De samenwerkende schoolbesturen zetten in op een hoogwaardige basisondersteuning binnen de scholen van het samenwerkingsverband. Er wordt een adequaat ondersteuningsaanbod voor preventieve en (licht) curatieve (onderwijs) ondersteuning nagestreefd. Prioriteit wordt gegeven aan de verbetering van de kwaliteit van de basisondersteuning. In tweede instantie wordt waar mogelijk gestreefd naar een verbreding/ophoging van deze basis. Naarmate de basisondersteuning op de scholen van hogere kwaliteit is, kunnen meer leerlingen dichter bij huis onderwijs volgen. Het streven is dan ook maximale thuisnabijheid, mits dit bijdraagt aan de ontwikkeling van het kind. Als het de ontwikkeling belemmert, dan moet erkend worden dat in sommige gevallen de benodigde ondersteuning (nog) niet geboden kan worden binnen de grenzen van het samenwerkingsverband.
De route bij verwijzing Stap 1: arrangeren in de school Ondersteuningsteam Het ondersteuningsteam op schoolniveau heeft een centrale rol in de signalering, toewijzing en afstemming van onderwijsondersteuning en zorg. De basis voor het ondersteuningsteam wordt gevormd door de leerkracht, de ouder(s) en de interne begeleiding (IB). Vervolgens kan dit overleg uitgebreid worden met de onderwijsspecialist vanuit het onderwijs en de (jeugd) zorgspecialist vanuit de gemeente. De (jeugd) zorgspecialist is thuis in het veld van jeugd gerelateerde zorgtaken die onder de verantwoordelijkheid van de gemeente (gaan) vallen. De intern begeleider (IB ’er) heeft en houdt de regie op het overleg. Onderwijsspecialist Onze school heeft korte lijnen en intensieve contacten met de onderwijsarrangementen van EC Rotonde en orthopedagogen. De onderwijsspecialist wordt per school aangewezen door EC Rotonde. (Jeugd) zorgspecialist Er zijn drie organisaties in de regio waarmee onze school frequent en intensief contact onderhouden: GGD, Bureau Jeugdzorg (stopt per 1-1-2015 en zal vanaf september al gaan afbouwen; alleen tweedelijns hulp is nog mogelijk bij Yulius) en Rivas Zorggroep (voor wat betreft het (school) maatschappelijk werk). Zowel de eerste ‘driehoek’ van leraarouder-IB ’er als het grotere ondersteuningsteam kunnen direct besluiten tot snelle en lichte interventies die geacht worden onderdeel te zijn van de basisondersteuning.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 18
Stap 2: extra ondersteuning Wanneer het ondersteuningsteam constateert dat de basisondersteuning onvoldoende mogelijkheden biedt om aan de ondersteuningsbehoefte tegemoet te komen, kan dit leiden tot een arrangement dat gefaciliteerd moet worden (“extra ondersteuning in de basisschool”). Dit moet worden aangevraagd bij het samenwerkingsverband (bij ‘kamer De Rotonde’). De coördinator van een onderwijsarrangement (Taal/lezen, Rekenen, Gedrag, Inclusief) kan preventieve ambulante begeleiding toekennen, gericht op de ondersteuning van de leerkracht en de IB’er. Bij het aanvragen van een arrangement wordt een Ontwikkelingsperspectief (OPP) opgesteld. Voor leerlingen die niet in staat zijn het reguliere onderwijsaanbod te volgen, stellen we een OPP op. Ouders ondertekenen het handelingsdeel van dit OPP. Leerlingen met een OPP hebben vaak ook andere talenten of mogelijkheden. Zij kunnen jaarlijks een keer gebruik maken van de voorzieningen van EC Rotonde: diertherapie trajecten en zelfredzaamheid trajecten. Daarnaast zijn er ook voorzieningen voor o.a. meerbegaafden, logopedie, taalpaleis.
Stap 3: verwijzing Wanneer ook met een arrangement leraar en school handelingsverlegen blijven, zal een verwijzingsverzoek worden opgesteld.
Stap 4: deskundigenadvies Het deskundigenadvies wordt opgesteld door tenminste een orthopedagoog en een deskundige waarvan de expertise aansluit op de vermeende onderwijsbehoefte. In de praktijk is dit een kleine commissie. Indien het deskundigenadvies een afwijzing van het verwijzingsverzoek betekent, levert de commissie een alternatief. Indien het deskundigenverzoek het verzoek tot verwijzing ondersteunt, wordt tevens aangegeven op wat voor soort school (SBO of SO) de leerling het beste tot zijn recht zal komen.
Stap 5: toelaatbaarheidsverklaring Op basis van het deskundigenadvies en het OPP de directeur van kamer EC Rotonde een aanvraag voor een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) op, waarbij tevens de duur van de toelaatbaarheid, de onderwijssoort (speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs) en in geval van speciaal onderwijs de ondersteuningscategorie (1 t/m 3) wordt aangegeven. De aanvraag wordt verstuurd naar de SWV coördinator. De SWV-coördinator tekent de toelaatbaarheidsverklaring binnen één werkweek na ontvangst.
Meer informatie kunt u o.a. vinden op: http://www.stichtingovo.nl/images/stories/downloads/Diversestukken/140325-Nieuwsbrief Passend Onderwijs van OVO-PO.pdf Voor meer informatie over het ondersteuningsplan van Samenwerkingsverband Driegang: http://www.stichtingovo.nl/actueel/159-concept-ondersteuningsplan-samenwerkingsverband-Driegang
3.13. Overgang naar voortgezet onderwijs De kinderen van groep 8 kiezen, gedurende het schooljaar, hun nieuwe vervolgschool. De ouders worden bij dit proces betrokken. Tijdens een informatieavond in november wordt de gang van zaken rond de schoolkeuze uitgelegd en de rol van de ouders hierin duidelijk gemaakt. Ze worden op die avond verder uitvoerig geïnformeerd over de basisvorming en de mogelijkheden van het voortgezet onderwijs in de regio. Eind januari, begin februari wijzen we op het belang van het bezoeken van de ‘open dagen’ van de scholen voor voortgezet onderwijs in de regio. In november doen alle kinderen mee aan het Drempelonderzoek om een duidelijk inzicht te verkrijgen, welke kinderen in het v.o. leerwegondersteuning nodig hebben. De kinderen van groep 8 doen mee aan een landelijke Eindtoets. De ouders vullen het aanmeldingsformulier in en de leerkracht het onderwijskundig rapport. Bij het (tussentijds) verlaten van de school van elke leerling en de leerlingen van groep 8 in het bijzonder ontvangen de ontvangende scholen een onderwijskundig rapport en de in de zorg aanwezige zorgdocumenten van het kind. De ouders wordt een kopie van het onderwijskundig rapport meegegeven. Na aanmelding is er meestal overleg tussen de school voor voortgezet onderwijs en de leerkracht, om zo te zorgen voor een optimale overgang.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 19
3.14. De resultaten van het onderwijs Dit onderdeel van de schoolgids is het meest omstreden. Welke resultaten ga je wel vermelden en welke niet? De suggestie wordt gewekt, dat de resultaten iets zeggen over de kwaliteit van het onderwijs. Die relatie ligt echter niet zo eenvoudig. Het zou namelijk iets gemakkelijker worden, als precies vastgesteld zou kunnen worden wat een 4- jarige kleuter in aanleg in zijn mars heeft en wat de school er aan heeft toegevoegd na bijvoorbeeld 8 jaar. Echter, de school kan weinig of soms helemaal geen invloed uitoefenen op omgevingsfactoren. Daar komt bij dat veel zaken, die wij op onze school belangrijk vinden, niet of nauwelijks objectief meetbaar zijn. Denk hierbij aan zaken die te maken hebben met vorming, houding en gewoonten. De opvoedkundige doelen van de school zijn minstens zo belangrijk als de resultaten van de verschillende toetsen. Met deze kanttekeningen vooraf publiceren we enkele gegevens m.b.t. de resultaten van ons onderwijs .
Tabel 1. Cito opbrengsten overzicht groep 8 jaar
Totaal gem. Standaard scores 2012
536,1
2013
534.8
2014
533,3
2015
535,5
Tabel 2 Uitstroomgegevens naar het voortgezet onderwijs
Jaar 2012 2013 2014 2015
VMBO / MAVO 21
HAVO
15 13 23
12
VWO 10
Totaal 43
5 14 16
7 1 9
27 27 48
Samen (werking) met ouders 4.1. De ouders OVO ziet ouderbetrokkenheid als een belangrijke factor in het leerproces van het kind. Er is uiteraard een gemeenschappelijk belang voor ouders en de school: de ontwikkeling en het onderwijs van en aan het kind. Ouderbetrokkenheid heeft een belangrijke invloed op de schoolloopbaan van de kinderen. Dat begint voor de school met het opbouwen van een vertrouwensrelatie met alle ouders. Daarbij is een goed en regelmatig contact tussen school en gezin essentieel. Het is tevens noodzakelijk, dat ouders daar hun belangstelling voor tonen en zich inzetten om het kind samen met de school te ondersteunen. Dit zijn zowel de dagelijkse contacten zoals bij het brengen en halen van kinderen, als de meer formele contacten zoals bij de besprekingen over de ontwikkeling van uw kind, de kijkavond met kind, maar ook contacten waarbij ouders meehelpen op school of bij vieringen. Dit alles zorgt ervoor, dat het kind zich prettig voelt op school en zich daardoor beter ontwikkelt.
4.2. Medezeggenschapsraad (M.R.) Iedere school heeft een Medezeggenschapsraad, die gevormd wordt door ouders en leerkrachten. De samenstelling is afhankelijk van de schoolgrootte. Op onze school bestaat de MR uit 3 vertegenwoordigers van de leerkrachten en uit 3 ouders van leerlingen. De MR kent zowel adviesrecht als instemmingsrecht. De directie en het schoolbestuur luisteren naar de argumenten, die de MR naar voren brengt. Deze argumenten kunnen zwaar meewegen bij de uiteindelijke besluitvorming. De voornaamste taak van de MR is om in samenspraak met ouders en leerkrachten het beleid van de school vorm te geven en de belangen van de leerlingen, ouders en personeelsleden zo goed mogelijk te behartigen. Zo is de MR bijvoorbeeld betrokken bij de vakantieregeling, de inzet van personeel, de besteding van de ouderbijdrage, sollicitatieprocedures, etc. Andere belangrijke taken zijn het bevorderen naar vermogen van openheid, openbaarheid en onderling overleg en in het algemeen te waken tegen discriminatie.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 20
De MR vergadert gemiddeld 7 keer per jaar; deze vergaderingen vinden om de 4 a 5 weken plaats, zijn openbaar en voor iedereen toegankelijk. Op de vergaderingen komen alle beleidszaken betreffende de school aan bod. De verkiezing van nieuwe leden vindt eens in de drie jaar plaats of als tussentijds veranderingen in de MR ouder geleding plaatsvinden door b.v. verhuizing. Dit betreft de oudergeleding binnen de MR, welke 3 jaar zitting heeft. Welke leerkrachten in de MR plaatsnemen, bepaalt de directie samen met de leerkrachten. De samenstelling van de huidige MR staat op de van website van de Driemaster en wordt tevens in de eerste schoolkrant na de zomervakantie gepubliceerd. Op de website kunt u meer informatie vinden over de MR. De MR is daarnaast per mail te bereiken:
[email protected].
4.3. Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (G.M.R.) Het schoolbestuur (= bevoegd gezag) met meer dan een school stelt een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) in met wettelijk vastgelegde bevoegdheden. De GMR treedt, indien het aangelegenheden betreft die van gemeenschappelijk belang zijn, voor alle scholen of voor de meerderheid van de scholen, in de plaats van de MR van die scholen. De GMR heeft een duidelijk afgebakende, bovenschoolse, positie. De organisatie van de medezeggenschap is vastgelegd in een medezeggenschapsstatuut. Zo zijn er door stichting OVO reglementen voor de hierboven genoemde raden, na inspraak, vastgelegd. Evenals de MR vertegenwoordigt de GMR de belangen, zowel voor het personeel als voor de ouders/kinderen, van de openbare basisscholen ‘De Driemaster’ en ‘Merwedeschool’ in Hardinxveld-Giessendam. Waar de MR de belangen van de individuele school behartigt, is de GMR er voor zaken die voor alle OVO scholen van belang zijn.
4.4. Ouderbetrokkenheid en de ouderraad (OR) De Ouderraad (OR) De stichting ouderraad OBS De Driemaster wordt bemenst door ca. 13 ouders, die zich actief inzetten om activiteiten te organiseren en te ondersteunen. Het gaat hierbij om activiteiten als Sinterklaas, Kerst, schoolreis en sportdagen. Daarnaast verleent de ouderraad hand- en spandiensten bij activiteiten, die door de school worden georganiseerd en behartigt de OR de belangen van leerlingen en ouders. Binnen de OR zijn een voorzitter, penningmeester en secretaris benoemd, die het dagelijkse bestuur vormen. Zij zijn verantwoordelijk voor de algemene gang van zaken en dragen zorg voor de vergaderingen, welke ongeveer om de 6 weken plaatsvinden. Bij deze vergaderingen zijn ook 2 leerkrachten aanwezig, waardoor er een directe verbinding is met het team. De samenstelling van de OR wordt aan het begin van het schooljaar bekend gemaakt. Om alle activiteiten goed te kunnen organiseren worden aan het begin van het schooljaar commissies gevormd. Elke commissie is verantwoordelijk voor een activiteit. Een commissie bestaat uit enkele leden van de OR.
4.5 Vrijwillige Ouderbijdrage Onderwijs wordt in Nederland door de overheid betaald uit belastinggelden. Daarbij is het aantal leerlingen dat de school bezoekt, bepalend voor de hoogte van het bedrag dat de scholen ontvangen. Daarmee vergoedt het ministerie geen activiteiten als klassenuitjes, sinterklaasfeest, kerst- en paasvieringen enz. Daarom vraagt de OR aan alle ouders een vrijwillige ouderbijdrage om deze activiteiten uit te kunnen voeren. Deze bijdrage is vrijwillig, maar niet als gift aftrekbaar van de belastingen. De vrijwillige ouderbijdrage wordt op de jaarvergadering van de OR vastgesteld. Nogmaals, u als ouder/verzorger maakt de keuze of u deze vrijwillige bijdrage wel of niet wil betalen. De huidige ouderbijdragen zijn: Leerling groep 1 en 2
€ 35,00
Leerling groep 3 tot en met 7
€ 45,00
Leerling groep 8
€ 75,00
Het rekeningnummer voor betaling van de ouderbijdrage is NL64RABO 03250.22.623 ten name van Ouderraad OBS Driemaster. Vermeldt u altijd de achternaam van het kind en de groep. Indien u problemen heeft met de financiële afwikkeling, neemt u dan even contact op met de penningmeester van de ouderraad.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 21
4.6. Overleg met ouders over hun kinderen Onze school kent naast de losse gesprekken met ouders, vier vormen van rapportage aan ouders betreffende het doen en laten en de vorderingen van hun kind(eren): Vanaf groep 2 ontvangen de leerlingen 2x per jaar een rapport. Het rapport van het derde leerjaar is een overgangsvorm tussen het rapport dat voor de kleuters gehanteerd wordt en de rapporten voor de oudere leerlingen. Er komen nog geen cijfers op voor, maar wel wordt zichtbaar hoe ver leerlingen zijn in hun ontwikkeling. Vanaf groep 4 krijgen de leerlingen een rapport mee, waarop enkele cijfers voor de leervakken staan. Aan het begin van het schooljaar wordt er een oudergesprek georganiseerd over het welbevinden van het kind. Na het eerste rapport in februari krijgen de ouders een 10 minutengesprek met de leerkracht over de leerresultaten. Deze mogelijkheid is er ook na het 2e rapport aan het einde van het jaar op initiatief van leerkracht of ouders. Ook de ouders van de leerlingen van groep 1, die minimaal 6 weken op onze school zitten, worden in de gelegenheid gesteld om over de vorderingen van hun kind met de leerkracht te praten in het zgn. 10 minuten gesprek. Willen ouders tussentijds op de hoogte gesteld worden of willen ze zelf iets kwijt, dan kunnen ze altijd contact opnemen met de leerkracht. Het kan ook voor komen dat de leerkracht tussentijds contact met de ouder(s) opneemt.
4.7. Kijkavond met kind Tweemaal per jaar wordt deze avond gehouden. De kinderen komen deze avond een uurtje met de ouders/verzorgers mee naar school en laten hun werk van de afgelopen periode zien. Deze avonden zijn niet bedoeld om over de specifieke ontwikkeling van uw kind te spreken.
4.8. Informatie avond Aan het begin van ieder schooljaar wordt er een informatie uur per groep gehouden. De ouders kunnen dan kennis maken met de ‘nieuwe’ leerkracht en worden ingelicht over de werkwijze en de leerstof van de betreffende groep.
4.9. Huisbezoek Wij vinden huisbezoeken een goed middel om het contact tussen leerkrachten en ouders te verbeteren. Huisbezoeken blijken enorm belangrijk. De kloof tussen ouders en leerkrachten wordt kleiner en huisbezoeken geven een indruk hoe het kind leeft. Voordat de leerling naar groep 3 gaat, is er een leerkracht thuis op bezoek geweest.
4.10. Klachtenprocedure Wat te doen bij klachten? Waar mensen samenwerken, gaan soms dingen mis. Als ouder kunt u ontevreden zijn over het rooster en de planning van lestijden, over de wijze waarop uw kind begeleid, beoordeeld of bestraft wordt, over schoonmaakwerkzaamheden, over communicatie vanuit de school, enzovoort. Onze school is ook een veilige school, waar ouders hun kinderen met een gerust hart aan kunnen toevertrouwen. Het is vanzelfsprekend dat leerlingen zich veilig en prettig moeten voelen op school. Ze moeten zich beschermd weten tegen allerlei zaken die hun veiligheid in gevaar brengen. Dat beperkt zich niet tot pesterijen, maar heeft ook te maken met discriminatie, agressie, geweld en seksuele intimidatie. Een veilig schoolklimaat voor leerlingen betekent ook, dat belangrijke schoolbeslissingen die het kind betreffen niet alleen zorgvuldig worden voorbereid, maar tevens ook als acceptabel en rechtvaardig worden ervaren. Omdat er sprake is van een open sfeer op onze school, kunnen eventuele problemen of geschillen direct worden besproken met leerkrachten en de schoolleiding/directie. De meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerling, personeel en schoolleiding weggenomen worden. We nodigen u van harte uit bij ontevredenheid, de leerkracht en de schoolleiding aan te spreken. Er wordt dan alles aan gedaan om met elkaar te komen tot een oplossing voor het probleem of het geschil. In de meeste gevallen lukt dit. In het geval dat deze gesprekken niet leiden tot acceptabele oplossingen voor het geschil, bestaat de mogelijkheid om een andere weg te volgen. We komen dan in situaties waardoor er een klacht ontstaat, zodat er maatregelen getroffen moeten worden. We komen dan in het klachtentraject.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 22
Traject van de afhandeling van de klacht binnen de school/binnen de stichting (intern) U gaat met uw klacht allereerst naar de leerkracht. Als de klacht wordt opgelost en zowel u als de leerkracht heeft daar een tevreden gevoel bij, dan is dat alleen maar winst. Als u niet tevreden bent, of u kunt de klacht niet samen oplossen, dan kunt u (evenals de leerkracht) de klacht voorleggen aan de directeur van de school dhr. T. van Deutekom. De directeur zal doorgaans een overleg organiseren tussen klager en betrokkene met als doel de klacht af te handelen en te komen tot een oplossing. In de scholen voor primair onderwijs is een mogelijke vervolgstap het voorleggen van de klacht aan de bovenschools directeur primair onderwijs . Mochten voorgaande stappen ook niet leiden tot een voor partijen aanvaardbare oplossing van de klacht, dan bestaat de mogelijkheid de klacht voor te leggen aan of in te dienen bij het bevoegd gezag van de stichting: de bestuurder de heer drs. B.J.J. Kollmer, Spijksedijk 28 F, 4207 GN Gorinchem. Telefoon: 0183 - 650 470. U kunt zich in dit interne traject laten begeleiden door de schoolcontactpersoon. De schoolcontactpersoon is het loket en de wegwijzer bij klachten. De schoolcontactpersoon is geen bemiddelaar. Tevens bestaat de mogelijkheid dat u via de schoolcontactpersoon in gesprek kunt komen met de externe vertrouwenspersoon, mevrouw mr. P. Smaal. In dit stadium is het ook mogelijk dat u via het stafbureau direct in contact kunt komen met de externe vertrouwenspersoon, telefoon 0183 - 650470. Dit gebeurt meestal als gesprekken met leerkrachten, schoolleiding, directie of bestuur niets hebben opgeleverd. De externe vertrouwenspersoon is niet verbonden aan de school of aan de stichting en kan geheel onbevooroordeeld handelen. De externe vertrouwenspersoon zal met de klager beoordelen of teruggegaan moet worden naar het normale traject, eventueel met de externe vertrouwenspersoon als bemiddelaar. Men heeft er dan vertrouwen in dat door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt. Lijkt dat geen begaanbare weg, dan bestaat de mogelijkheid om het externe klachtentraject in te gaan via de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs. Traject van de afhandeling van de klacht via de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs (extern) Als het interne traject niets heeft opgeleverd, kan de klager zijn klacht indienen bij de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs (LKC). De externe vertrouwenspersoon begeleidt de klager desgewenst bij de verdere procedure en verleent desgewenst bijstand. Een klacht dient binnen een jaar na een voorval, een gedraging of een beslissing te worden ingediend. De LKC onderzoekt de klacht en beoordeelt (na een hoorzitting) of de klacht gegrond is. De LKC treedt op als adviescollege voor het bevoegd gezag en brengt ten slotte advies uit aan het bevoegd gezag waarin zij doorgaans aanbevelingen opneemt. Op die manier wil zij voorkomen dat een dergelijke situatie zich herhaalt en wil zij bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs. Stichting OVO heeft zich aangesloten bij de: Landelijke Klachtencommissie onderwijs (LKC), Postbus 85191, 3508 AD Utrecht. Telefoon 030 – 2809590. E-mail:
[email protected]. Website: www.onderwijsgeschillen.nl. Het reglement van de LKC vindt u op hun website: www.onderwijsgeschillen.nl. en ligt ter inzage bij de schoolcontactpersoon.
Klachtenregeling Stichting OVO Voor de scholen van Stichting OVO is een klachtenregeling vastgesteld: “Klachtenregeling Stichting OVO”. Deze klachtenregeling vindt u op de website van Stichting OVO: www.stichtingovo.nl. en ligt ter inzage bij de schoolleiding.
Vertrouwensinspecteur Bij de Inspectie van het Onderwijs werkt een klein team van vertrouwensinspecteurs. Ouders, leerlingen, docenten en besturen kunnen de vertrouwensinspecteur benaderen wanneer zich in of rond de school problemen voordoen op het gebied van seksuele intimidatie en seksueel misbruik, lichamelijk geweld, grove pesterijen, extremisme en radicalisering. Ernstige klachten die vallen binnen deze categorieën kunnen worden voorgelegd aan de vertrouwensinspecteur. Deze zal adviseren en informeren. Zo nodig kan de vertrouwensinspecteur ook begeleiden in het traject naar het indienen van een formele klacht of het doen van aangifte. De vertrouwensinspecteur is tijdens kantooruren bereikbaar op: 0900 - 111 3 111 (lokaal tarief).
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 23
Meldplicht seksueel misbruik Als een medewerker (ook de schoolcontactpersoon) een vermoeden heeft van seksueel misbruik, moet hij dit onmiddellijk melden bij het bevoegd gezag: de directeur-bestuurder. Het is niet voldoende een tussenpersoon te informeren, zoals een lid van de schoolleiding. Als de medewerker zijn verantwoordelijkheid hiervoor niet neemt, kan het bevoegd gezag strenge maatregelen nemen. Zwijgt een medewerker over bij hem bekend seksueel misbruik, dan kunnen het slachtoffer en/of zijn ouders een schadeclaim indienen bij de medewerker. Als het bevoegd gezag een melding heeft ontvangen van een mogelijk zedendelict, is deze verplicht direct te overleggen met de vertrouwensinspecteur. De vertrouwensinspecteur stelt vast of sprake is van een redelijk vermoeden van een strafbaar feit. Is dat het geval, dan is het bevoegd gezag altijd verplicht aangifte te doen bij de politie (officier van justitie). Bij klachten van ouders en leerlingen over mogelijk seksueel misbruik volgt het bevoegd gezag dezelfde lijn als hier boven geschetst. Zie hiervoor ook de regeling ‘Melden vermoeden van een misstand’ op de website van Stichting OVO.
4.11. Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Als huisarts, leerkracht, verpleegkundige, kinderopvang begeleider, hulpverlener, zelfstandige beroepsbeoefenaar, kun je te maken krijgen met slachtoffers van huiselijk geweld of kindermishandeling. Dat brengt altijd schrik en zorg met zich mee. Daarom is de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling ontwikkeld. Vanaf 1 juli 2013 zijn beroepskrachten verplicht deze meldcode te gebruiken bij signalen van geweld. Een meldcode beschrijft in 5 stappen wat bijvoorbeeld een huisarts, leerkracht, verpleegkundige, begeleider in de kinderopvang of hulpverlener moet doen bij vermoedens van geweld. Het OVO beleidsplan over dit onderwerp is op school ter inzage beschikbaar.
4.12. Vakantieregeling 2015-2016 herfstvakantie
19-10-2015 t/m
23-10-2015
kerstvakantie
21-12-2015 t/m
01-01-2016
voorjaarsvakantie
19-02-2016 t/m
26-02-2016
tweede paasdag
28-3-2016
meivakantie
25-04-2016 t/m
pinkstervakantie
16-05-2016
zomervakantie
11-07-2016 t/m
06-05-2016
19-08-2016
4.13. Extra vakantieverlof en Leerplicht a. Voor het eerst naar school Het basisonderwijs is in principe voor leerlingen van 4 t/m 13 jaar. Als de ‘basis’ is gelegd, stromen de leerlingen in de meeste gevallen na 8 leerjaren door naar het voortgezet onderwijs. Maar een kind kan ook eerder of later naar school. Een leerling moet de basisschool in elk geval verlaten aan het einde van het schooljaar waarin hij / zij 14 jaar geworden is. Zodra een kind 5 jaar geworden is, is het leerplichtig. Dat wil zeggen: het kind moet naar school en wel op de eerste schooldag van de maand die volgt op de de maand waarin het kind jarig is. Meestal gaat het kind vanaf de 4 verjaardag al naar school. Is het kind 5 geworden, dan moet inschrijving op de basisschool hebben plaats gevonden .
b. Een kortere schoolweek Zoals al is aangegeven mag een kind naar school zodra het vier jaar oud is. Verplicht is het volgen van een volledige schoolweek nog niet. In overleg met de leerkracht kan een kortere ‘werkweek’ voor een vierjarige worden geregeld. Nu kan het ook zijn, dat een volledige schoolweek voor een vijfjarige kleuter nog wat te vermoeiend is. U kunt dan gebruik maken van een speciale regeling. Door deze regeling kan het vijfjarige kind ten hoogste vijf uur per week thuis blijven. Dit dient dan echter wel in overleg met de directeur te gebeuren. Deze uren kunnen niet worden gespaard! Zodra het kind zes jaar is, houdt deze regeling op en is het kind volledig leerplichtig!!
c. Extra verlof wegens gewichtige omstandigheden In bepaalde gevallen kan door de directeur extra verlof worden verleend. Het betreft zaken als medische afspraken, huwelijk, ernstige ziekte, overlijden van bloed- of aanverwanten, jubilea van (groot) ouders, gezinsuitbreiding, Suikerfeest en slachtfeest. Overige gewichtige omstandigheden gelden alleen in zeer bijzondere gevallen, dit ter beoordeling van de directeur. Als de aanvraag om verlof wegens gewichtige omstandigheden meer dan tien dagen betreft, neemt de leerplicht ambtenaar van het Regionaal Bureau Leerplicht de beslissing.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 24
d. Vrijstelling van het onderwijs In principe vindt er geen vrijstelling van het onderwijs en het lesprogramma plaats. Slechts een lichamelijke handicap kan leiden tot vrijstelling. In dat geval zal gezocht worden naar een zinvolle onderwijsactiviteit voor dat kind.
Schoolverzuim en ziekmelding De volgende maatregelen zijn genomen om te voorkomen dat kinderen onrechtmatig verzuimen: In elke groep wordt dagelijks een absentenlijst bijgehouden; Ziekmelding dient door de ouders / verzorgers vóór 08:30 uur te geschieden; Als een kind niet aanwezig is en ook niet ziek is gemeld, gaat de school informeren / op onderzoek uit; Het aanvragen voor extra verlof moet altijd schriftelijk gebeuren. Ouders / verzorgers kunnen hiervoor bij de directie een formulier krijgen. De beslissing over het wel of niet geven van toestemming ligt bij de directeur, die zo nodig overleg pleegt met de leerplicht ambtenaar van het Regionaal Bureau Leerplicht; Als onrechtmatig verzuim wordt geconstateerd, volgt een gesprek met de directeur.
Procedure bij het aanvragen van extra verlof Op school zijn formulieren verkrijgbaar voor de aanvraag van extra verlof. Een aanvraag moet zo vroeg mogelijk schriftelijk bij de school worden ingediend. Als het om vakantie gaat zeker 2 maanden van tevoren. Bewijsstukken moeten overlegd kunnen worden. De directeur beslist op verzoeken tot en met 10 schooldagen extra verlof en moet zich hierbij houden aan onderstaande regels. (De directeur kan de leerplichtambtenaar om advies vragen): voor verhuizing: maximaal 1 schooldag; voor het voldoen aan wettelijke verplichtingen, voor zover dit niet buiten de lesuren kan geschieden: maximaal 10 dagen; voor het bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwant tot en met de 3e graad: in Nederland maximaal 2 schooldagen indien er ver gereisd moet worden, anders maximaal 1 dag, in het buitenland maximaal 5 schooldagen. Soort bewijs: trouwkaart (indien twijfelachtig kopie trouwakte); bij ernstige levensbedreigende ziekte zonder uitzicht op herstel van bloed- of aanverwant tot en met de 3e graad: maximaal 10 dagen. Soort bewijs: doktersverklaring waar ernstige ziekte uit blijkt; bij overlijden van bloed- of aanverwant: In de 1e graad maximaal 5 schooldagen; In de 2e graad maximaal 2 schooldagen; In de 3e en de 4e graad maximaal 1 schooldag; In het buitenland: 1e t/m 4e graad maximaal 5 schooldagen. Soort bewijs: rouwkaart bij 25, 40 of 50 jarig ambtsjubileum en het 12 ½, 25, 40, 50 en 60 jarig huwelijksjubileum van ouder(s) / verzorger(s) of grootouders: maximaal 1 schooldag;
In de volgende gevallen wordt in ieder geval geen extra verlof gegeven:
familiebezoek in het buitenland; goedkope tickets in het laagseizoen; omdat tickets al gekocht zijn of omdat er geen tickets meer zijn in de vakantieperiode; vakantiespreiding; verlof voor een kind, omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn; eerder vertrek of latere terugkomst in verband met verkeersdrukte; samen reizen/in konvooi rijden door bijvoorbeeld de Balkan; kroonjaren; sabbatical; wereldreis/verre reis.
De directeur mag buiten de schoolvakanties om, toestemming geven aan leerlingen om op vakantie te gaan vanwege het specifieke beroep van één van de ouders. Dit kan slechts éénmalig gebeuren voor ten hoogste tien dagen per schooljaar. Dit verlof kan geen betrekking hebben op de eerste twee lesweken van het jaar. De wet omschrijft de ‘specifieke aard van het beroep’ als volgt: Het moet gaan om seizoensgebonden werkzaamheden, resp. werkzaamheden in bedrijfstakken die een piekdrukte kennen, waardoor het voor het gezin feitelijk onmogelijk is om in die periode een vakantie op te nemen. Er moet worden aangetoond dat een vakantie in de schoolvakanties tot onoverkomelijke bedrijfseconomische problemen zal leiden. Slechts het gegeven dat gedurende de schoolvakanties een belangrijk deel van de omzet wordt behaald is onvoldoende. Als het om meer dan 10 schooldagen in een jaar gaat op grond van belangrijke omstandigheden, wordt het verzoek met een advies van de school ter beslissing doorgestuurd aan de leerplichtambtenaar van de gemeente waar de leerling woont.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 25
Het besluit (toestemming / afwijzing) van de school of leerplicht ambtenaar wordt altijd schriftelijk doorgegeven. Wanneer het kind zonder toestemming toch verzuimt, is de school verplicht dat verzuim te melden bij de leerplichtambtenaar. De leerplicht ambtenaar stelt dan een onderzoek in en kan besluiten om proces-verbaal op te maken. Op grond daarvan kan de rechtbank een straf opleggen.
Bezwaar tegen de beslissing van de school of de leerplicht ambtenaar Als de ouder(s) / verzorger(s) bezwaar wil / willen maken tegen de beslissing kan men een bezwaarschrift indienen bij de school of de gemeente. In het geval van bezwaar tegen de beslissing van de leerplicht ambtenaar, komt er een hoorzitting, waarbij ouder(s) / verzorger(s) hun bezwaar mondeling kunnen toelichten. Het bezwaarschrift moet binnen 6 weken ondertekend worden ingediend en de volgende gegevens bevatten:
naam en adres van de belanghebbende. dagtekening en omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar gericht is en de bezwaargronden tegen de beslissing volgend op een bezwaarschrift kan op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht binnen 6 weken beroep worden aangetekend bij de arrondissementsrechtbank .
Leerlingenhulp onder schooltijd door externen Het kan zijn dat u als ouder / verzorger zelf stappen onderneemt, omdat u zich zorgen maakt over uw kind en graag wilt dat er een (aanvullend) onderzoek plaats vindt of dat u gebruik wilt maken van externe deskundigen. Om te zorgen dat deze extra hulp goed georganiseerd wordt, is binnen de Stichting OVO het protocol ‘Leerlingenzorg door externen onder schooltijd’ opgesteld. De school geeft in principe vrij voor logopedie, fysiotherapie, orthodontie of dyslexie. Wij dienen echter altijd de noodzaak van dit geoorloofd verzuim te kunnen beargumenteren en moeten hierbij in overweging nemen in hoeverre de afwezigheid van de leerling invloed heeft op de uitvoering van het reguliere onderwijsprogramma. Bovenstaande geldt ook als de extra ondersteuning onder schooltijd in de school plaats vindt (het kind neemt dan immers geen deel aan het onderwijsaanbod in de groep ).
4.14 Aanmelding nieuwe leerlingen op De Driemaster Het is het gehele schooljaar mogelijk uw kind als leerling van De Driemaster aan te melden. In beginsel komen de kinderen uit de Westwijk en directe omgeving op de locatie aan de Tonneband. De kinderen uit de Wielwijk en directe omgeving komen op de locatie aan de Pietersweer. Via een advertentie in de plaatselijke krant wordt hier 1x per jaar extra op gewezen. Er wordt een afspraak gemaakt met de adjunct directeur/locatieleider en middels een intakegesprek en het invullen van het inschrijfformulier worden de kinderen aangemeld. De administratie verzorgt de verdere administratieve afwikkeling. Wanneer kinderen de school verlaten door verhuizing enz., wordt door de betrokken leerkracht een onderwijskundig rapport opgestuurd naar de ontvangende school en eventueel het aanwezige zorgdossier van de betreffende leerling. De scholen sturen elkaar onderling de in -/uitschrijfdocumenten toe.
4.15. Aanmelding/inschrijving van leerlingen in het basisonderwijs van Hardinxveld-Giessendam Beleid bij toelating. a. Uitvoering. De beslissing over toelating en verwijdering van leerlingen berust bij het schoolbestuur, overeenkomstig art. 39, 40 en 41 en 42 A WPO en wordt met inachtneming van het directiestatuut uitgevoerd door de directie van de school.
b. Aanmelding wanneer leerlingen ingeschreven staan op een andere basisschool. Voor leerlingen welke reeds ingeschreven staan op een andere (Hardinxveldse) basisschool wordt de volgende procedure gehanteerd: De eerste vraag aan de ouders/verzorgers is of de school waar het kind is ingeschreven op de hoogte is van het feit dat men op zoek is naar een andere school. De directie, welke wordt geconfronteerd met een tussentijdse aanmelding, neemt contact op met zijn collega teneinde de aanmelding te melden. De leerling wordt nooit op de nieuwe school ingeschreven voordat het contact tussen de directie van de ‘oude’ en (mogelijk) ‘nieuwe’ school heeft plaatsgevonden. Voor leerlingen met een leerlinggebonden financiering (rugzakje) gelden de door de school geformuleerde uitgangspunten.
c. Tussentijdse overstap. Voor het overgaan van de ene naar de andere basisschool geldt de volgende afspraak: Overstap kan in principe alleen na de zomervakantie of de kerstvakantie.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 26
d. Documenten bij de overstap Bij de overstap wordt door de schoolleiding een onderwijskundig rapport opgesteld dat aan de volgende criteria (art. 42 WPO) voldoet: Personalia, Gegevens betreffende de ouders/verzorgers, Schoolloopbaan, Gehanteerde methodes en niveau van de activiteiten. Bijzonderheden (leertempo en contacten, inzet en belangstelling) en de Schoolgegevens
4.16. Schorsen en/of verwijderen van leerlingen Soms kunnen wij genoodzaakt zijn een leerling te schorsen en/of van school te verwijderen. Een beslissing tot schorsing of verwijdering zal met de uiterste zorgvuldigheid genomen worden en in ruggenspraak met het schoolbestuur en de inspectie. Indien de ouders/verzorgers zich niet kunnen vinden in het besluit van de school, kunnen zij gebruik maken van de klachtenregeling.
4.17. Pestprotocol Wij willen op onze school het pesten tegen gaan. Daartoe gebruiken we o.a. de zgn. Kapstokregels. Er is een pestprotocol opgesteld. Indien nodig handelen we conform dit protocol.
5.0. Basisschool De Driemaster Wat u verder nog moet weten ………………. 5.1. Schooltijden Wij adviseren uw kind niet te vroeg naar school te sturen. Groep 1 en 2, groep 3, 4 en 5 en groep 6, 7 en 8 hebben in de Wielwijk een eigen ingang , in de Westwijk hebben groep 1 en 2 en groep 4 t/m 8 een eigen ingang en deze gaat 10 minuten voor schooltijd open. Voor de groepen 3 t/m 8 is er 10 minuten voor de aanvang van de school toezicht door een van de leerkrachten op het schoolplein. Laat de kinderen dus niet te vroeg naar school gaan. Vooral niet bij slecht weer. Voorts verzoeken wij u er voor te zorgen dat uw kind op tijd aanwezig is, daar latere binnenkomst storend kan werken. Onder schooltijd zijn alle buitendeuren van buitenaf in principe gesloten. U wordt dan ook verzocht onder schooltijd gebruik te maken van de hoofdingang, aan te bellen en u te melden bij de administratie. Elke ochtend is er een korte pauze van 15 minuten en tussen de middag is er dagelijks, behalve woensdag, een middagpauze van 1 uur en 15 minuten.
Groep 1 t/m 4 ‘s morgens van
8.30
- 11.45 uur
‘s middags van
13.00
- 15.15 uur
woensdag en vrijdag
8.30
- 11.45 uur (‘s middags vrij)
‘s morgens van
8.30
- 11.45 uur
‘s middags van
13.00
- 15.15 uur
woensdag van
8.30
- 12.15 uur (‘s middags vrij)
Groep 5 t/m 8
5.2. Schoolverzuim en lesuitval Als uw kind door ziekte e.d. niet op school kan komen, verzoeken wij u de leerkracht er zo spoedig mogelijk van in kennis te stellen. Het liefst doorbellen voor schooltijd. Bij herhaald schoolverzuim of ongeoorloofd schoolverzuim wordt de leerplichtambtenaar in kennis gesteld. De leerplichtambtenaar is bevoegd om, indien nodig, verbaliserend op te treden. Ter bestrijding en voorkoming van lesuitval is een zgn. noodplan opgesteld waarin staat hoe te handelen als er geen vervangers, bij ziekte van leerkrachten, beschikbaar zijn. In het kort komt het erop neer dat in het uiterste geval, na melding en bespreking met het bevoegd gezag, het mogelijk is een groep naar huis te sturen. Indien uw kind geen school heeft, krijgt hij/zij een briefje mee. Kinderen waarvan de ouders niet thuis zijn worden op school opgevangen. We zijn er trots op dat de afgelopen 4 jaar er geen groep naar huis moest worden gestuurd. Telkens was er een invaller beschikbaar of was één van de parttime collega’s bereid extra te werken.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 27
5.3. Gymnastiek uren De uren zijn: groep 3a/4a
dinsdagmiddag
groep 5a/6a
dinsdagmiddag
groep 7a/8a
vrijdagmiddag
groep 3b
donderdagmiddag
groep 4b
donderdagmiddag
groep 5b
vrijdagmiddag
groep 6b
vrijdagmiddag
groep 7b
vrijdagmiddag
groep 8b
donderdagmiddag
5.4. Huiswerk Vanaf groep 3 krijgen de kinderen af en toe huiswerk mee. Vanaf groep 5 zal het huiswerk overwegend voor de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en biologie zijn. Het gaat er vooral om dat de kinderen gewend raken aan het maken of leren van huiswerk. Uit ervaring weten we dat kinderen die gewend zijn aan het regelmatig maken/leren van huiswerk gemakkelijker hun weg vinden in het voortgezet onderwijs. Begeleiding door ouders stellen we zeer op prijs.
5.5. Verjaardagen Op beide locaties mogen de kinderen in de klas trakteren. Het verjaardagsfeestje van de leerkracht wordt op een door de leerkracht bepaalde datum gevierd.
5.6. Het Driemasterfeest Aan het einde van het schooljaar staat het Driemasterfeest gepland. Dit feest is ieder jaar een happening!
5.7. Hoofdluis Hoofdluis kan bij iedereen voorkomen. In dit verband is voorkomen beter dan genezen. De Driemaster voert ten aanzien van hoofdluis een actief beleid. Na iedere schoolvakantie worden alle kinderen door enkele deskundige moeders gecontroleerd op hoofdluis. Wanneer er bij uw kind hoofdluis wordt aangetroffen, dan wordt u daarvan op discrete wijze op de hoogte gebracht. Graag de haardracht de eerste dag na een vakantie simpel houden en niet teveel gel gebruiken i.v.m. de controle. Ook vragen wij uw medewerking door direct met ons contact op te nemen als u in de thuissituatie hoofdluis constateert. Wij kunnen op school dan direct de nodige acties ondernemen. U kunt een luizencape aanschaffen voor uw kind bij Rivas of via de school.
5.8. Vergaderingen Om alles in een school goed te laten verlopen is regelmatig overleg met elkaar heel belangrijk. Praktisch elke week is er wel een locatievergadering of een teamvergadering. Mocht u dus een leerkracht willen spreken, dan bij voorkeur niet op de dag, waarop een vergadering is gepland. Naast deze vergaderingen is er één / twee maandelijks contact tussen afvaardiging van het team en de ouders tijdens de ouderraadsvergaderingen en de (gemeenschappelijk ) medezeggenschapsraadvergaderingen. (MR en GMR)
5.9. Spreekuur Heeft u vragen over uw kind, neemt u dan eerst contact op met de leerkracht. Hij/zij is na schooltijd te spreken. Wij verzoeken u vooraf een afspraak te maken. Op dinsdag kunt u met vragen en suggesties betreffende de locatie Wielwijk of Westwijk terecht bij de adjunct directeur/locatieleidster op de betreffende locatie. Voor algemene vragen de school betreffende is de meerscholen directeur maandag, woensdag en donderdag beschikbaar. In alle gevallen verzoeken we u van tevoren een (telefonische) afspraak te maken.
5.10. Schoolmelk Onze school biedt de mogelijkheid om schoolmelk te drinken. Indien u dit wenst voor uw kind, dan kunt u zich aanmelden via een formulier dat u bij de administratie kunt verkrijgen. Wijzigingen of beëindiging van de schoolmelk kan op dezelfde manier als de aanmelding. In het pakket kunt u kiezen uit: Halfvolle melk (natuurlijk, lekker en gezond), Optimel drink framboos (0 % vet, geen suiker toegevoegd). Na een lange vakantie (1 week of langer) is er een aantal dagen geen schoolmelk. Als u geen gebruik wilt maken van de schoolmelkvoorziening, kunt u uw kind ook drinken in een goed afgesloten beker meegeven of een pakje drinken (geen blikjes fris of iets dergelijks).
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 28
5.11. Informatie aan ouders Wij geven een schoolkrant uit. Het Spuigat verschijnt 3 keer per schooljaar. In de schoolkrant blikken we vooral terug op de activiteiten die zijn geweest. Naast het leerlingenwerk worden er in de krant ook mededelingen van de Ouderraad, Medezeggenschapsraad en het schoolteam vermeld. Ook verschijnt er om de 14 dagen het Scheepsjournaal, een nieuwsbrief met actuele informatie. In het Scheepsjournaal kijken we vooral vooruit naar de komende activiteiten. Ook kunt u altijd de website van de school bezoeken voor relevante informatie.
5.12. Buitenschoolse opvang (VSO - NSO) Sinds 1 augustus 2007 zijn schoolbesturen verplicht voor– en naschoolse opvang (VSO en NSO) aan te bieden. Ons schoolbestuur heeft in overleg met alle Hardinxveldse schoolbesturen besloten de opvang uit te besteden aan Small Steps Kinderopvang. De MR’en hebben, na raadpleging van de ouders, een positief advies gegeven. Met Small Steps Kinderopvang zijn duidelijke afspraken gemaakt, die betrekking hebben op: de kwaliteit van de opvang, de wettelijk gestelde eisen, ruimte voor de kinderen zowel binnen als buiten, de veiligheid van de kinderen, de hygiëne op de opvanglocatie en Inspraak - mogelijkheden voor ouders om klachten en verbeteringsuggesties in te dienen. Al deze afspraken zijn schriftelijk vastgelegd. Wat betekent dit praktisch voor u als ouder/verzorger? U meldt uzelf bij Small Steps aan. locatie: Splash Pietersweer 32, tel: 0184-679147 locatie: Kadoze Kaduize, Bellefleur 6, 3371 NA, 0184-679147. Mail;
[email protected] U geeft daarbij de door u gewenste opvangdagen/-tijden aan en wanneer u de opvang wil laten starten U tekent zelf een contract met Small Steps. Small Steps incasseert iedere maand de maandelijkse opvangkosten op het door u opgegeven bank-/gironummer. Om voor overheidstoeslag in aanmerking te komen, moet u zelf een aanvraag indienen bij de belastingdienst Dit kan zowel vooraf (dan krijgt u maandelijks de toeslag uitgekeerd), maar het kan ook achteraf aan het eind van het kalenderjaar. Voor meer informatie: www.belastingdienst.nl
5.13.Tussenschoolse opvang (TSO) Sinds het schooljaar 2009-2010 verzorgt Ingrid de Groot, met haar bedrijf Kidsmixz, de Tussen Schoolse Opvang (TSO) op de Driemaster Pietersweer, Bellefleur en Merwedeschool. Wat kost de overblijf miv het nieuwe schooljaar 2015/2016? Met een abonnement kost dat per overblijfdag 2,10 euro. Uw kind blijft dan wekelijks 1 of meer vaste dagen over. Met een strippenkaart gaat dat m.i.v. het nieuwe schooljaar 2,40 euro per overblijfdag kosten. De strippenkaart is voor het gehele gezin geldig tot uw kind van school af gaat. Het resterende bedrag wordt dan terug gestort. (10 strippen kosten 24,00 euro).Heeft u maar eenmalig overblijf nodig, dat is ook geen enkel probleem. Deze vorm van overblijven gaat miv het nieuwe schooljaar 2,50 euro kosten. Zowel het abonnement, de strippenkaart als de hele enkele keer opvang, wordt automatische geïncasseerd. Bij betalingsachterstand zullen wij uw kind(eren) niet meer toelaten. Inschrijfformulieren kunt u bij de administratie van iedere school ophalen. Via dit formulier kunt U aangeven wanneer u uw kind(eren) wilt laten overblijven. Uw kind moet wel een lunchpakketje en drinken meenemen. Voor thee wordt gezorgd. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Ingrid de Groot, tel. nr. 06-39461414. Email:
[email protected]
5.14. Sponsoring Een voor het onderwijs niet geheel onbekend begrip. Immers de schoolkrant en deze gids worden o.a. bekostigd door middel van adverteerders. Toch is het streven om binnen het onderwijs met beleid om te gaan met sponsoring. Uitgangspunten zijn:
Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak van de school en moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en fatsoen.
Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen.
Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden, dan wel in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die de school aan het onderwijs stelt. Het primaire onderwijsproces mag niet afhankelijk worden van sponsormiddelen. De oudergeleding van de MR heeft instemmingsrecht gekregen over de beslissingen van het bevoegd gezag betreffende sponsoring. Als daaruit voor de school verplichtingen voortvloeien of eventuele daaruit voortvloeiende gevolgen heeft, moet het personeelsdeel van de MR eveneens instemmen.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 29
5.15. Schoolfoto's Ieder jaar komt er een schoolfotograaf op school. Er wordt dan een portretfoto gemaakt van ieder kind en een groepsfoto van elke groep. Tevens kunnen de kinderen dan met hun broertjes en/of zusjes op de foto. Tijdens verschillende activiteiten op school worden er foto’s gemaakt . De foto’s staan op onze website.
5.16 Rookbeleid Er geldt in alle gebouwen en op alle pleinen van stichting OVO-PO een algemeen rookverbod. Roken wordt uitsluitend toegestaan op een daarvoor door de schooldirectie aangewezen rookplaats buiten het schoolgebouw, waar rokers uit het zicht van leerlingen en ouders kunnen roken. Bij externe schoolcontacten (schoolreisjes, schoolkampen, sporttoernooien) wordt er zo min mogelijk gerookt en zeker niet in de onmiddellijke omgeving van leerlingen en begeleiders die niet roken.
5.17 Aansprakelijkheidsverzekering Er is door het bestuur van OVO een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten. Deze verzekering is bedoeld om de aansprakelijkheid te dekken wanneer een leerling of begeleider schade heeft veroorzaakt en door een ander aansprakelijk wordt gesteld. Ook is in deze verzekering de dekking van de aansprakelijkheid geregeld wanneer een leerling of begeleider de school of een begeleider aansprakelijk stelt voor geleden schade. Er is een eigen risico, o.a. diefstal, vermissing, zoek raken, verduistering en brandstichting zijn niet verzekerd
5.18 Reis- en ongevallenverzekering Er is een reis- en ongevallenverzekering afgesloten. Deze verzekering is bedoeld voor alle uitstapjes, excursies en schoolreisjes in schoolverband. Alle leerlingen en hun begeleiders zijn verzekerd. Verzekerd zijn bagage en ongevallen en eventueel extra gemaakte kosten, zoals voor hulpverlening, telefoon, extra verblijfkosten e.d. De verzekering heeft het karakter van een aanvullende verzekering. Dat wil zeggen, dat alleen die zaken worden vergoed die niet door een andere (eigen) verzekering gedekt worden. O.a. geld en vermissing, diefstal en zoekraken zijn uitgesloten en er is een eigen risico voor bagage.
5.19 Veiligheidsmaatregelen Veiligheid De school heeft een uitgebreid schoolveiligheidsplan opgesteld. In dit veiligheidsplan zijn diverse procedures en protocollen opgenomen. Het beleidsstuk zal dit schooljaar worden uitgewerkt en protocollen getoetst aan de praktijk. Onderdelen in het veiligheidsplan zijn o.a. BHV In school zijn per locatie 2 leerkrachten opgeleid tot bedrijfshulpverlener (BHV'ers). Zij kunnen eerste hulp bieden. Gebeurt er op school een ongelukje, dan handelen we als volgt: Is het niet ernstig dan behandelen wij uw kind. Is het ernstiger dan doen we eerst wat we zelf kunnen, vervolgens bellen we ouders of het reserveadres. U gaat dan zelf met uw kind naar de huisarts. Is het ernstig dan gaan we direct naar een huisarts of ziekenhuis en wordt u tussentijds gebeld. EHBO In elke vleugel is een EHBO - trommel. In de gegevens van de leerlingen staan naam en telefoonnummer van hun huisarts. Bij (grote) sportactiviteiten is de EHBO - dienst zelf aanwezig. Ontruimingsplan Voor beide locaties is een ontruimingsplan opgesteld. Aan het begin van ieder schooljaar wordt het ontruimingsplan geoefend, zodat de leerkrachten en kinderen weten wat ze moeten doen bij een ontruiming. Bij deze oefening wordt tevens gekeken wat er nog verbeterd kan worden. In alle lokalen bevindt zich een actueel vluchtplan. Vervoersregels Er zijn vervoersregels opgesteld, wat betreft de schoolreizen, maar ook van de uitstapjes waarbij wij aan de ouders vragen of zij willen rijden. De volgende regels worden o.a. gehanteerd: Ouders die rijden moeten een inzittendenverzekering hebben; Er mogen niet meer personen in een auto plaatsnemen dan wettelijk toegestaan is; Voorin mogen alleen kinderen zitten als dit wettelijk toegestaan is en iedereen natuurlijk in de gordels! Kunnen wij een uitstapje niet organiseren binnen deze regels, dan gaat het uitstapje niet door. Brandpreventie In elke vleugel bevindt zich op de gang een brandslang of brandblusser.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 30
Verzekeringen Het personeel is middels het bevoegd gezag verzekerd tegen W.A. voor gebeurtenissen, die voortvloeien uit de uitoefening van hun beroep. Alle leerlingen van de school zijn collectief verzekerd tegen ongevallen op of om de school van één uur voor tot één uur na schooltijd. Alle kinderen die overblijven, inclusief de overblijfouders vallen onder de schoolongevallen verzekering die is afgesloten door st. OVO.` Ook tijdens schoolactiviteiten buiten of onder schooltijd zijn de leerlingen verzekerd (schoolreis, schoolsport, excursies, enz.) Let wel, het gaat alleen om lichamelijk letsel en niet om materiële schade. De verzekering betaalt alleen uit, als uw eigen verzekering u niet tegemoet komt. Aansprakelijkheid Ouders zijn aansprakelijk voor de schade die hun kind toebrengt aan het schoolgebouw, de inventaris en de eigendommen van andere kinderen.
5.20 Externe contacten Onze school onderhoudt regelmatig contacten met de volgende instanties: andere basisscholen De contacten lopen voornamelijk via de lokale directie kring (LDK). peuterspeelzalen In het kader van het lokaal onderwijsbeleidsplan zijn de contacten met de peuterspeelzaal verder geïntensiveerd. De onderlinge contacten worden in de lokale directiekring en door middel van bezoeken aan de peuterspeelzalen en scholen verbeterd. Ook zijn er door samen te werken aan VVE (Vroeg en voorschoolse educatie) en GOA (Gemeentelijk onderwijs achterstandbeleid) in onze gemeente nieuwe raakvlakken ontstaan. voortgezet onderwijs Er is informeel contact met alle vormen van voortgezet onderwijs, vooral tegen het einde van het schooljaar in verband met plaatsing van kinderen op v.o. scholen. de schoolbegeleidingsdienst De contacten gaan meestal over individuele kinderen met leer - en/of gedragsproblemen en veranderingsprocessen binnen de school. inspectie Formeel dient de directie het schoolplan/gids ter vistering bij de inspectie in. Bij voorkomende gevallen kunnen we ten alle tijden een beroep doen op de inspectie. het Rijk Het ministerie stuurt regelmatig schriftelijke en digitale informatie over de nieuwe ontwikkelingen op onderwijsgebied. Als de school over bepaalde onderwerpen vragen heeft, kan deze naar de bijbehorende afdeling/directie bellen of schrijven. buurthuis/vereniging Stichting Servanda hangt regelmatig affiches op in onze school, waarop activiteiten die op woensdagmiddagen in de Dukdalf georganiseerd worden, vermeld staan. opleiding PABO - regeling van de stage Van de PABO te Rotterdam en Utrecht krijgen we regelmatig studenten die de PABO - opleiding volgen. De leerkrachten van onze school fungeren geheel op vrijwillige basis als mentor van de studenten. De mentor bespreekt met de student de lessen die hij/zij in zijn/haar groep zal geven. Er vindt uiteraard ook een nabespreking plaats. Tevens bestaat de mogelijkheid dat er een Leerkracht In Opleiding (Lio’er) voor 6 tot 10 maanden aan het schoolteam wordt toegevoegd. Een LIO’er neemt, onder supervisie van de groepsleerkracht, de groep gedeeltelijk of in zijn geheel over. opleiding ROC Van het Da Vinci college uit Gorinchem/Dordrecht krijgen we regelmatig studenten die worden opgeleid voor klassen assistent en onderwijsassistent. Deze studenten verrichten gedurende 4 dagen per week ondersteunende werkzaamheden in een klas. Zo’n stageperiode duurt meestal 10 maanden.
5.21 Stichting Leergeld Alle kinderen mogen meedoen! In steeds meer gezinnen is het niet haalbaar om de kinderen mee te laten doen met sportclubs of muziekles. Zelfs de kosten die de school met zich meebrengt (bijvoorbeeld schoolbenodigdheden, kamp en excursies) zijn voor steeds meer gezinnen niet op te brengen. In samenwerking met de RSD Alblasserwaard en Vijfheerenlanden kan stichting Leergeld hier ondersteuning bieden, Stichting Leergeld levert hier maatwerk en dat gebeurt op de volgende wijze. Vrijwilligers Stichting Leergeld werkt met vrijwilligers. Omdat Stichting Leergeld geen loket heeft, komen vrijwilligers op afspraak thuis. In dit huisbezoek wordt er naar de mogelijkheden gekeken van een aanvraag en er wordt aan de hand van uw gegevens een formulier ingevuld.
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 31
Voor welke activiteiten wordt een bijdrage gegeven? U kunt een bijdrage voor de contributie krijgen voor een lidmaatschap van een sportclub of (kunstzinnige) vereniging. Het is ook mogelijk een bijdrage te ontvangen voor de benodigdheden hiervan. Ook in de kosten van een zwemabonnement of een meer badenkaart is het mogelijk een tegemoetkoming te ontvangen. U kunt een bijdrage krijgen voor de kosten die u moet maken voor school. Hierbij kunt u denken aan schoolfondsen, ouderbijdragen, schoolreizen en werkweken, maar ook aan de kosten van schooltassen, agenda’s, schriften en andere benodigdheden. Aanvragen Voor aanvragen kunt u bellen naar 06 – 27274087 op dinsdag en woensdag tussen 10:00 uur en 12:00 uur. Op dit nummer kunt u ook terecht voor andere vragen of meer informatie over onze voorzieningen. U kunt ook uw aanvraag opsturen naar: Stichting Leergeld Alblasserdam en Vijfheerenlanden, Postbus 50, 4200 AB Gorinchem
5.22 Adressenlijst (onderwijsverzorgende) instanties Stichting OVO: Spijksedijk 28F, 4207 GN Gorinchem Tel. : 0183 – 650 440 Fax : 0183 – 689 389 E-mail :
[email protected] www.stichtingovo.nl Schoolbegeleidingsdienst CED Zuid-Holland Zuid Postbus 8639 3009 AP Rotterdam Logopedie praktijk De Laet Schapendrift 85 3371 JJ Hardinxveld-Giessendam
tel: 010 - 4071599
tel: 078-6153744
Schoolartsendienst Touwbaan 11 4205 AB Gorinchem
tel.: 0183 - 646363
GGD en bureau jeugdzorg Touwbaan 11 4205 AB Gorinchem
tel.: 0183 - 633699
Inspectie van het onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over het onderwijs Meldpunt vertrouwensinspecteurs
tel.: 0800-8051 (gratis) tel.: 0900-1113111 (lokaaltarief)
Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten Postbus 8, 3300 AA Dordrecht Bezoekadres: Touwbaan 11, 4205 AB Gorinchem
tel: 078-6398090 06-557881169
Landelijke Klachten Commissie Onderwijs Postbus 185 3440 AD Woerden www.lgc-lkc.nl Schoolmaatschappelijk werk Papendrecht Rivas zorglijn
tel: 0348-405245 fax:0348-405244
078-6445200 0900 8440
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 32
6.0. Namenlijst schoolteam De schooldirectie Ton van Deutekom (RDO) meerscholen directeur Heleen van der Meijden (RADO) adjunct directeur / locatieleider Wielwijk Melissa Groeneveld (RADO) adjunct directeur / locatieleider Westwijk De specialisten; Monique de Hon (Intern begeleider) Desirée Combee (Intern begeleider) De leerkrachten; ‘ Desirée Combee (groep 1/2a) Inge van Houwelingen (groep 1/2a en groep 2b) Alie Kroon (groep 2b) Priscilla Kooijmans (groep 1b) Heleen van der Meijden (groep 1b) Annemieke Huisman (groep 3a/4a) Ellen Worp (groep 3a/4a) Roelie de Kok (groep 3b) Rian Plat (groep 3b) Ingrid de Bruine (groep 4b) Marieke Smits (groep 4b) Naomi van Santen ( groep 5b) Mariska van den Berg (groep 5b en 6b) Meike Schalk (groep 6b vervangster van Mariska van den Berg) Tim van Willigen (groep 5a/6a) Melissa Groeneveld (gr. 5a/6a) Berber Klijn (groep 6b) Caroliene Versluis (groep 7/8a) Melissa Groeneveld (groep 7a/8a) Annette van Doorn (groep 7b) Anna van Tiggelen (groep 7b en 8b) Lars de Klein (groep 8b) Onderwijsondersteuning Rinske Smits (onderwijsassistente) Tinie van de Giessen (onderwijsassistente) De administratie
Marjon van Vuuren (administratief medewerkster Westwijk) Corina Kok (administratief medewerkster Wielwijk) Marja Verbaan (administratief medewerkster Westwijk en Wielwijk)
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
Pagina 33
6.1. Schoolregels Om de school zo goed mogelijk te laten functioneren, hebben we een aantal regels opgesteld: Boeken, schriften enz. in tassen vervoeren. Alle leerlingen die in de locatie Wielwijk les krijgen en buiten de Wielwijk wonen, mogen op de fiets komen. Leerlingen die in de locatie Westwijk les krijgen en niet in de Westwijk wonen, mogen ook op de fiets komen. Op het schoolplein lopen we naast de fiets. Skeelers, rolschaatsen en stepjes laten we thuis. Problemen op het schoolplein worden door de pleinwacht opgelost. De deur gaat 's morgens voor groep 1 t/m 8 om 8.20 uur open . Brengt u uw kleuter alleen ’s morgens in de klas en laat het ’s middags alleen de klas in gaan. Ouders en kinderen maken gebruik van de eigen groepsingang. U wordt dringend verzocht niet binnendoor naar de lokalen te gaan. Kap/sneeuwlaarzen blijven op de gang. Gebruik in de klas slippers/pantoffels. Mobiele telefoons blijven thuis of in een bakje bij de leerkracht. We verzoeken u uw kind bij het schoolhek op te halen. Ouders wachten dus bij het schoolhek. Het schoolhek gaat tussen de middag dicht tot 12.50 i.v.m. het overblijven. Stuur uw kind dus niet te vroeg naar school. Er wordt alleen aan de plaatselijke sporttoernooien deelgenomen. Er dus niet deelgenomen aan regionale, landelijke (vervolg) toernooien. Indien er iets bijzonders met uw kind is, vragen wij u dit aan de leerkracht van uw kind door te geven, bijv. vaak naar het toilet gaan, dieetpatiënt, overgevoeligheid voor pleisters, desinfecterende middelen, allergie, enz. Voor dringende mededelingen kunt u altijd op school komen of even bellen!
6.2. Kapstokregels De kapstokregels zijn regels die zijn opgesteld met betrekking tot de dagelijkse omgang tussen kinderen en volwassenen en het gebruik van schoolmateriaal. In onze school spreken we elkaar daarop aan en gebruiken daar de volgende drie regels voor: De school is van binnen een wandelgebied maar buiten hoeft dat lekker niet Voor groot en klein zullen we aardig zijn We zullen goed voor de spullen zorgen, dan zijn ze weer te gebruiken, morgen.
6.3.Tot Slot Jaarlijks wordt de schoolgids door de directie, in overleg met het team, aangepast aan de dan geldende situatie in onze school. Inhoud en vormgeving zijn in overleg met de MR bijgesteld en goedgekeurd, en door het bevoegd gezag vastgesteld. Sinds het inwerking treden van artikel 13 van de Wet op het Primair onderwijs wordt de gids tevens ter goedkeuring aan de Rijksinspectie toegezonden. Deze toetst de schoolgids op de hiervoor geldende wettelijke eisen en stelt het bevoegd gezag en de schoolleiding op de hoogte van het resultaat hiervan. De schoolgids wordt aan het begin van ieder schooljaar uitgereikt aan elk gezin. Ouders die hun kinderen gedurende het schooljaar aanmelden en ouders die vanwege het inwinnen van informatie een schoolgids verzoeken te ontvangen, krijgen eveneens een schoolgids uitgereikt. Het is onmogelijk om in deze beknopte schoolgids een compleet beeld te geven van onze basisschool. Bent u nieuwsgierig geworden en wilt u er meer over weten, kom dan gerust eens langs en bekijk de school op uw gemak. Maak van tevoren wel even een afspraak, dan maken wij tijd vrij om u te ontvangen.
Driemaster Wielwijk Pietersweer: Driemaster Westwijk Tonneband:
Schoolgids O.B.S. De Driemaster voor het schooljaar 2015 - 2016
http://goo.gl/maps/0iUPy http://goo.gl/maps/Byg8I
Pagina 34