SCHOOLGIDS
SCHOOLJAAR 2015-2016.
1
1
2.
3.
4.
Inhoudsopgave schoolgids ………………………………………………..
2–3–4
Voorwoord…………………………………………………………………………….. Algemeen……………………………………………………………………………….. het ontstaan van onze school …………………………………….. ligging van de school……………………………………………………. schoolgrootte en schoolpopulatie…………………………………. adres…………………………………………………………………………….. de visie van onze school………………………………………………. ons onderwijsconcept…………………………………………………… zelfstandigheidsprincipe……………………………………………….. sociale principe …………………………………………………… verantwoordelijkheidsprincipe……………………………………… doelstellingen van ons onderwijs………………………………… steeds op zoek naar kwaliteitsverbetering…………………… de organisatie van ons onderwijs………………………………. groep 1 en 2……………………………………………………………….. groep 3 t/m 8……………………………………………………………… speciale aandacht bij klassikaal werken…………………….. inhoud van ons onderwijs ………………………………………….. kerndoelen / referentieniveaus……………………………………. vakken op onze school (lesroosters)…………………………… de methoden…………………………………………………………………. onze school……………………………………………………………………………. personeel……………………………………………………………………… het schoolteam…………………………………………………………….. vervangingsproblematiek………………………………………...... gedragscode leerkrachten ………………………………………….. aanbod kinderactiviteiten…………………………………………….. leerlingen……………………………………………………………..……………….. pesten…………………………………………………………………………… huiswerk……………………………………………………………………..… onderwijs aan zieke kinderen……………………………………….. indeling van (combinatie-) groepen ……………………………. toetsen / leerlingvolgsysteem………………………………………. centrale eindtoets PO in 2015……………………………………… schoolregels………………………………………………………………….. mobiele telefoons ………………………………………………………… kledingvoorschriften……………………………………………......... informatie m.b.t. uw kind……………………………………………………. rapporten / groep 8 / informatieavond…………….. informatieverstrekking aan ouders over hun kind……….. informatie aan gescheiden ouders……………………………….. de onderwijsbehoefte van kinderen op onze school …….. onderwijsaanbod algemeen………………………………………….. passend onderwijs………………………………………………………… structuur van onderwijsbehoefte………………………………….. onderwijsbehoefte op maat………………………………………….. interne begeleiding………………………………………………………… ondersteuningsteam……………………………………………………… doublure……………………………………………………………………….. kleuterverlenging………………………………………………………….. leerlingbegeleiding…………………………………………………………
5 6 6 6 6 6 7 7 7 8 8 8-9 9 10 10 11 11 11 11 11 12 t/m 19 20 20 20 20 - 21 22 23 23 23 23 23 – 24 25 26 26 26 27 27 28 28 28 29 30 30 31 31 – 32 32 32 32 – 33 33 33 – 34 34
2
5.
6.
7.
8.
procedures………………………………………………………………………………. procedure bij in- en uitschrijving van een kind …………… toelating (deel 1) …………………………………………………………. toelating (deel 2) ………………………………………………… ……….. doorstroom…………………………………………………………………….. uitstroom………………………………………………………………………... leerlingen met specifieke ondersteuningsbehoefte……….. plaatsing………………………………………………………………………….. informatie zorgplatform ………………………………………….. informatie voor ouders t/m .. naar een sbo school……….. commissie TLV onderdeel Zorgplatform..………………………. zakelijke informatie……………………………………………………………….. medezeggenschapsraad…………………………………………………. ouderraad……………………………………………………………………….. vrijwillige ouderbijdrage ………………………………………….. overblijven………………………………………………………………………. buitenschoolse opvang……………………………………………………. verzekeringen…………………………………………………………………. klachtenregeling……………………………………………………………… bijzonder verlof………………………………………………………………. ontheffing van de algemene verlofregeling …………………… externe hulpverlening onder schooltijd …………………………. sponsoring……………………………………………………………………….. vervoer van leerlingen per auto……………………………………… huishoudelijke informatie…………………………………………………….. ziekmelden……………………………………………………………………… verlof voor bezoek aan huisarts, ziekenhuis,tandarts…… spreektijden / bellen………………………………………………………. hoofdluiscontrole……………………………………………………………. binnen- en buitenschoolse activiteiten………………………….. schoolreisjes………………………………………………………………….. bibliotheek……………………………………………………………………… 4-mei herdenking………………………………………………………….. culturele activiteiten………………………………………………………. sport……………………………………………………………………………… ouderhulp………………………………………………………………………. Klassenouder…………………………………………………………………. afscheidsavond groep 8 leerlingen……………………………….. schoolfotograaf……………………………………………………………… rookverbod……………………………………………………………………. gevonden voorwerpen………………………………………………….. brengen en halen………………………………………………………….. oefenenen i.v.m. ontruimingsplan………………………………… nieuwsbrief (PIPO)……………………………………………………….. telefoonnummers / emailadres / woonadres ……………… trakteren …………………………………………………………………….. gezonde school / fruitdagen………………………………………… leerlingenparlement………………………………………………………. instellingen betrokken bij onze school……………………………. bestuur………………………………………………………………………….. inspectie………………………………………………………………………… schoolbegeleidingsdienst………………………………………………. ggd………………………………………………………………………………..
3
35 35 35 36 36 36 37 38 39 39 40 41 41 42 42 43 43 43 43 44 46 46 47 47 48 48 48 48 48 49 49 49 49 49 49 50 50 50 50 51 51 51 51 51 51 51 51 52 53 53 53 53 54
- 38 - 39 - 40 - 42
- 44 t/m 46
organisatie schooljaar 2014-2015…………………………………….. resultaten van ons onderwijs………………………………………. gymrooster ………………………………………………………….……… schooltijden / inloop…………………..…………………………………… vakanties………………………………………………………………..……. leerkrachten / groepenverdeling….………………………………..
4
55 55 56 56 57 57
Voorwoord. Voor kinderen en hun ouders / verzorgers is de basisschoolperiode een eerste kennismaking met het onderwijs. Jarenlang is er diezelfde weg van huis naar school en weer terug. Wist u dat u uw kind in acht jaar tijd in totaal zo’n 7520 uur aan onze zorgen toevertrouwt? Dat is een belangrijk deel van een kinderleven. Een school kies je dan ook met zorg. Niet één basisschool is gelijk. Ze verschillen in manier van werken, in kwaliteit, sfeer en resultaten. Dat maakt het kiezen niet eenvoudig. Wij, directie, team en medezeggenschapsraad van de Piramide hebben voor u deze gids samengesteld om u te helpen bij het kiezen van een school voor uw kind. In de schoolgids beschrijven wij waarvoor wij staan, welke uitgangspunten wij hanteren en hoe wij proberen de kwaliteit te verbeteren. Natuurlijk is deze gids ook bedoeld voor ouders / verzorgers die al kinderen op onze school hebben. We hopen dat u onze schoolgids met plezier leest. Met deze schoolgids hopen we dat we u voldoende op de hoogte brengen van ons onderwijs, onze organisatie en onze regels. De informatie die u in deze gids aantreft, wordt jaarlijks bijgesteld. Sommige onderwerpen veranderen niet. Andere daarentegen worden jaarlijks gewijzigd. De schoolgids wordt elk schooljaar op onze website gezet. De laatste pagina’s van onze schoolgids bevatten informatie over het komende schooljaar. Op deze pagina’s staat de informatie die jaarlijks herzien wordt, zoals de groepsindeling, de jaarkalender en het vakantierooster. Hebt u na het lezen van de schoolgids vragen, opmerkingen en/of suggesties, geeft u ze dan aan ons door. We hopen dat het schooljaar 2015 – 2016 een fijn jaar mag worden voor u en voor uw kind(eren). Met vriendelijke groet, Namens het team en de medezeggenschapsraad. J.Beugel (directeur)
5
1. ALGEMEEN
1.1.
Algemeen
- Het ontstaan van onze school. Van oorsprong bestond het openbaar onderwijs in onze gemeente uit één openbare school, gelegen in de Noorderstraat in de kom Edam. In 1973 besloot men een tweede openbare school te openen; dit was ’t Twiske, gehuisvest in een splinternieuw gebouw aan de Langemeerstraat (de huidige dependance) Deze school startte met vier groepen. ’t Twiske groeide echter razendsnel en vier jaar later kwam er een afsplitsing, dus weer een nieuw gebouw; de derde school voor openbaar onderwijs; de Zuidpolder. Inmiddels waren er dus drie openbare scholen voor lager onderwijs in de kom Edam. (Volendam bezit geen openbaar onderwijs). Het kleuteronderwijs werd in 1985 onderdeel van de lagere scholen die vanaf dat moment basisscholen gingen heten. De verdere trend naar schaalvergroting en een teruglopend geboortecijfer zorgden ervoor dat begin jaren negentig (1993 om precies te zijn) twee openbare scholen voor basisonderwijs (’t Twiske en de Zuidpolder) gingen fuseren onder de naam het Gouwtje. De fusietrend zette zich door en in 1995 gingen het Gouwtje en de oudste openbare school in de Noorderstraat (in de Veste) samen verder onder de huidige naam de Piramide. - Ligging van de school Onze school is gelegen aan de Langemeerstraat in Edam waar we goed bereikbaar zijn voor leerlingen uit de oude kom, de nieuwbouw, het middengebied en Volendam. De klaslokalen zijn gegroepeerd rondom een gemeenschapsruimte; daarnaast beschikken we over een speelgang en een apart speellokaal voor het bewegingsonderwijs aan de kleuters. Voor de kinderen van groep 3 t/m 8 hebben we een gymnastieklokaal dat naast de school gelegen is. - Schoolgrootte en schoolpopulatie De school heeft op dit moment ( op 1 augustus 2015) 190 leerlingen. De schoolpopulatie vormt een evenwichtige afspiegeling van de bevolkingssamenstelling van met name Edam. - Adres Naam Langemeerstraat 14a Postbus 112 Telefoon hoofdgebouw: Website: e-mailadres: bankrekeningen:
Openbare basisschool de Piramide 1135 JE Edam 1135 ZK Edam 0299 - 36 71 36 www.piramideedam.nl
[email protected] ABN – AMRO NL62 ABNA 0826786219 SNS NL61 RBRB 0690563663 RABO NL53 RABO 0161368689
6
1.2 De visie van onze school De Piramide wil een plek zijn voor kinderen waar in een goede sfeer en op een stimulerende wijze aan onderwijsdoelen wordt gewerkt met een team van professionele leerkrachten. We streven naar een leef- en leerklimaat waarin ons personeel en onze leerlingen zich prettig voelen en zich positief verbonden voelen met de school. Een positieve sociale binding met onze school vormt een belangrijke voorwaarde voor een zo optimaal mogelijk werkklimaat voor ons personeel en een prettige leer- en leefklimaat voor onze leerlingen. Relatie, autonomie en vertrouwen zijn de basis waarmee we in school werken Concreet uitgewerkt betekent dit voor ons o.a. het volgende: - dat de leerlingen een goede onderlinge band met elkaar hebben / krijgen en elkaar respecteren ongeacht sekse, huidskleur of afkomst. - dat de leerkrachten een goede onderlinge band met elkaar hebben als professionals en elkaar eveneens respecteren; - dat de leerkrachten een goede band opbouwen met de leerlingen op basis van vertrouwen in elkaar. - dat de leerkrachten de kwaliteiten van leerlingen (h)erkennen. - dat de leerlingen zichzelf kunnen en mogen zijn. Daar hoort ook bij dat we elkaar durven aan te spreken op ongewenst gedrag en respect tonen naar elkaar. Iedere leerkracht wordt dagelijks geconfronteerd met de verschillen tussen kinderen. Dat betekent dat we differentiëren d.w.z. we houden rekening met de verschillen in niveau en tempo tussen de kinderen: m.a.w. bieden van Passend Onderwijs. Onze uitgangspunten hierbij zijn: we zien de verschillen in leer / ontwikkelingsgedrag van kinderen als een uitdaging voor het onderwijs en niet als een belemmering of een bedreiging; we gaan ervan uit dat de school een zich permanent ontwikkelend instituut is; wij willen blijven werken aan de ontwikkeling van onze school; we gaan ervan uit dat de permanente ontwikkeling van de school gebeurt vanuit teambesef namelijk dat men een gezamenlijke verantwoordelijkheid ziet om goed onderwijs te realiseren. Ons onderwijsconcept Ons onderwijsconcept is gebaseerd op relatie (een goede band met de leerlingen), op autonomie (leerlingen moeten zich zelf kunnen zijn) en op competentie (uitgaan van wat de leerlingen kunnen). Daarbij rust ons onderwijs op een aantal principes: A. Zelfstandigheidsprincipe Het ontwikkelen van zelfstandigheid vinden we van groot belang. Wij willen de kinderen helpen hun zelfstandigheid te vergroten. Als zij later op eigen benen staan, zullen zij ook zelfstandig doelen moeten kunnen bereiken. Dat betekent dat wij kinderen helpen in ontwikkeling naar zelfstandigheid waarbij het ene kind meer hulp nodig heeft dan het andere kind. Kinderen kunnen meer dan we denken. Alle problemen voor kinderen oplossen lukt niet en willen we ook niet. Kinderen moeten leren zelf hun problemen op te lossen en daarin begeleiden wij hen.
7
B. Sociale principe We willen de kinderen leren samenwerken en leren verantwoording te dragen voor wat zij doen. Onze school is een leefgemeenschap waar kinderen niet alleen bezig zijn met het leren van de schoolvakken, maar waar zij zich ook kunnen ontwikkelen in een houding van zelfvertrouwen, zelfkennis en positief gedrag ten opzichte van anderen. Het waarderen van en het respect hebben voor de ander vinden wij belangrijk. We hebben de methode Leefstijl ingevoerd om de sociale vaardigheden van de leerlingen te versterken. Ook tijdens de lessen is samenwerking met andere kinderen noodzakelijk en we stimuleren dit ook. Samenwerken betekent ook samen leren. Samenwerking is niet alleen van belang tijdens de lessen, maar ook in vrijere situaties bijvoorbeeld tijdens het buitenspelen. Ons motto: SAMEN ZIJN WE STERK. C. Verantwoordelijkheidsprincipe De kinderen worden uitgedaagd zich een gefundeerde mening te vormen, waarbij het standpunt van de ander als waardevol en respectvol beschouwd moet worden. Wij willen de leerlingen leren om verantwoordelijkheid te dragen voor datgene wat ze doen. Kinderen worden daarop ook aangesproken. 1.3 Doelstellingen van ons onderwijs Met ons onderwijs willen we bereiken: dat kinderen zich thuis voelen op school: ze moeten zich prettig voelen; dat er een goede werksfeer gecreëerd wordt voor zowel de leerlingen als de leerkrachten; dat onze leerlingen zich kunnen ontwikkelen op emotioneel, cognitief en creatief gebied; dat onze leerlingen zich kunnen ontwikkelen op sociaal en lichamelijk gebied; dat onze leerlingen vlot kunnen omgaan met tegenslagen en het maken van fouten; dat onze leerlingen zorg hebben voor materiaal en omgeving; dat onze leerlingen het besef krijgen dat ze in een multiculturele wereld opgroeien; dat ons onderwijs een goede aansluiting vormt met het voortgezet onderwijs. Bovendien willen we met ons onderwijs bereiken: dat de leerlingen een continue ontwikkelingsproces kunnen doorlopen dat dit is afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. Ons onderwijs is zodanig ingericht dat: de leerlingen in beginsel binnen een tijdvak van acht aaneensluitende jaren de school kunnen doorlopen; de leerlingen onderwijs krijgen, waarbij een evenwichtige verdeling van de activiteiten in acht wordt genomen; leerlingen, die in verband met langdurige ziekte thuis verblijven dan wel zijn opgenomen in een ziekenhuis, op adequate wijze voldoende onderwijs kunnen genieten;
8
We willen alle kinderen een omgeving bieden waarin ze zich prettig en thuis kunnen voelen, zodat ze zich kunnen ontwikkelen tot zelfstandige en evenwichtige mensen. De sfeer op school moet goed zijn; alleen in een rustige begripvolle omgeving durft een kind zich te ontplooien. We proberen daarom de school, de gang, de hal en de speelplaats zo gezellig en prettig mogelijk te maken, zowel qua inrichting als qua sfeer. Onze school is een school waar men rekening met elkaar moet en wil houden. Ook voor leerkrachten is een goede sfeer op de werkplek van groot belang, waarbij centraal staan: openheid, respect voor elkaar, betrokkenheid bij elkaars werkwijze en bij alle activiteiten binnen onze school. We zien onze school als een instituut waar behalve lesgevende ook opvoedkundige zaken aan de orde worden gesteld. De school maken we samen met leerlingen, team en ouders. Ouders zien we daarin als (betrokken) partners. 1.4 Steeds op zoek naar kwaliteitsverbetering Onze school werkt op een aantal manieren aan verdere kwaliteitsverbetering: werken met goede methoden: a. aanschaf van en lesgeven met behulp van moderne methoden; b. de methoden moeten er aantrekkelijk uitzien voor onze leerlingen; c. de methoden moeten aansluiten bij onze doelstellingen; d. de methoden moeten voldoende leerstof hebben voor kinderen die extra moeilijk werk aan kunnen en voor kinderen die veel extra oefenstof nodig hebben. bekwaam personeel: a. we besteden veel tijd aan samenwerking en overleg, b. we willen leren met en van elkaar (in leerteams), c. we volgen nieuwe ontwikkelingen op onderwijsgebied op de voet, d. we volgen nascholingscursussen. het consequent volgen van de resultaten van de leerlingen: a. we werken met een leerlingvolgsysteem; dit gebruiken we om de ontwikkeling van de kinderen zo goed mogelijk te kunnen volgen op zowel sociaal-emotioneel gebied als op de leergebieden. betrekken ouders / verzorgers bij ons onderwijs door: a. een goede communicatie (via o.a.nieuwsbrieven en rapportgesprekken) b. participatie in sommige werkgroepen c. inloop/themamiddag –avond d. koffieochtend
9
1.5 De organisatie van ons onderwijs. Wij hanteren op onze school een leerstofjaarklassensysteem in de groepen 3 t/m 8. Dat wil zeggen dat kinderen van ongeveer dezelfde leeftijd bij elkaar in de groep zitten. Het jaarklassensysteem werkt voor ons prettig. Wij kunnen op een overzichtelijke manier klassikaal instructie geven en klassikaal vaardigheden toetsen. Met het regelmatig klassikaal werken kunnen we zwakkere kinderen meetrekken met de groep en zo het groepsgevoel versterken. De leerkrachten spannen zich ook in om alle kinderen aan de klassikale norm te laten voldoen. In groep 1, 2 is de onderwijskundige aanpak vooral projectmatig. Voor de groepen 3 t/m 8 wordt er gewerkt volgens het onderstaande model: basisstof ( werk dat door iedereen gedaan moet worden); extra stof ( voor wie daar aan toe komt); herhaling ( wanneer de basisstof problemen oplevert) en verrijking ( voor wie meer aankan) en compacten (indikken van de leerstof). Deze werkwijze is van toepassing op alle groepen en op alle vakgebieden Het aantal uren onderwijs is voor alle groepen gelijk nl. 24,5 uur. Groep 1 en 2. De school moet een fijne speelwerkplek zijn, waarin de kinderen zich prettig kunnen voelen. Als die geborgenheid er niet is, zal de emotionele ontwikkeling niet optimaal kunnen zijn. Omgaan met gevoelens als verlegenheid, kwetsbaarheid, vertrouwen, vreugde en verdriet moet in een goede sfeer worden geleerd. Als de emotionele ontwikkeling niet goed is, zal dit doorwerken in de andere ontwikkelingsgebieden. Het spel neemt in de groepen 1 en 2 een belangrijke plaats in. Bij de diverse hoeken en activiteiten komen de zintuiglijke, emotionele, taal/rekenkundige, functiegerichte en expressieve ontwikkeling naar voren. De kleutergroep beschikt over: bouwhoek, huishoek, watertafel, zandtafel, schilderhoek, computerhoek, lees/schrijfhoek, knutselhoek en een constructiehoek. Er wordt veel aan taalontwikkeling gedaan: vertellen, voorlezen, rijmpjes, raadseltjes, kringgesprekken enz. Elke ochtend en elke middag wordt er buiten gespeeld of bij regenachtig weer binnen. Wij gaan uit van de ontwikkeling van het kind. Er worden gerichte opdrachten gegeven in kleine groepjes, zodat de kinderen optimale aandacht krijgen. Als blijkt dat een kind zich niet voldoende ontwikkelt dan krijgt het extra zorg binnen de groep. In de groepen 1 en 2 wordt hoofdzakelijk projectmatig gewerkt. Uitgangspunt daarbij is de eigen belevingswereld, de ervaring en de waarnemingen die bij voorkeur niet uitsluitend kijken betekenen maar ook voelen, tillen, ruiken, bewegen, aanraken, betasten, luisteren. De leerlingen leren stap voor stap de wereld om zich heen kennen en kunnen relaties leggen met ruimte en tijd, met menselijk gedrag, met de natuur enz. Taal is hierbij als communicatiemiddel zeer belangrijk. Mocht aan het eind van groep 2 blijken dat het kind nog niet voldoet aan de voorwaarden om te leren lezen, rekenen en schrijven dan is er de mogelijkheid tot kleuterverlenging. (zie ook punt 4.6) Voordat de kinderen 4 jaar zijn kunnen ze ’s morgens of ‘s middags vier keer een dagdeel komen kennismaken. Ouders / verzorgers kunnen dit met de leerkracht van de kleutergroep afspreken.
10
Groepen 3 t/m 8 Speciale aandacht bij klassikaal werken. Kinderen zijn niet allemaal hetzelfde. Binnen het leerstofjaarklassensysteem organiseren wij ons onderwijs zodanig dat er voldoende ruimte ontstaat om aan deze verschillen tegemoet te komen, Passend Onderwijs bieden dus. Kinderen die in alles, of in onderdelen erg goed zijn of kinderen die problemen ondervinden, ondersteunen we tijdens de lessen. Deze gelegenheid kan zich voordoen tijdens de momenten van het zelfstandig werken (zelfstandig werken houdt in dat kinderen na de instructie enige tijd zonder de hulp van de leerkracht werken. Kinderen leren om te gaan met uitgestelde aandacht, waardoor de leerkracht de mogelijkheid krijgt bepaalde leerlingen individuele hulp te geven waarbij hij / zij niet gestoord mag worden. De kinderen worden hierdoor gestimuleerd om de“ probleempjes” die ze tegen komen tijdens hun werk zelf op te lossen. Kinderen kunnen elkaar ook helpen. Zijn de kinderen klaar met hun werk voor de les van dat moment dan kijken ze met welke opdracht van die dag / week ze verder kunnen. Op de dag- / weektaak staat ook extra werk. De opbouw van zelfstandig werken begint bij de kleuters en wordt per groep uitgebreid. Met andere woorden: op het gebied van zelfstandig werken mag van de leerlingen in groep 8 meer geeist worden dan van leerlingen in groep 3. Voordelen van het werken met een dag- / weektaak zijn: leerlingen leren zelfstandig te werken leerlingen leren het werk van een hele dag / week te plannen leerlingen leren om samen te werken, te overleggen, naar elkaar te luisteren en om samen een oplossing te vinden voor bepaalde opdrachten de leerkracht heeft meer tijd om kinderen individueel te helpen. De vakken taal en rekenen worden elke dag aangeboden. Verder is er nog “ extra werk” voor taal en rekenen. Dit extra werk moet door de leerlingen zelfstandig gemaakt worden in die week. 1.6
De inhoud van ons onderwijs
1.6.1 De kerndoelen / referentieniveaus. Kerndoelen zijn streefdoelen voor wat een leerling moet kennen en kunnen aan het eind van de basisschool. Kerndoelen beschrijven het onderwijsaanbod op de basisschool in grote lijnen. Niet alles wat op school gebeurt, is voorgeschreven in kerndoelen. In de kerndoelen staat wat in ieder geval aan de orde moet komen. Daarnaast hebben scholen ruimte voor een eigen, specifiek onderwijsaanbod. Om de kerndoelen daadwerkelijk in het onderwijs te gebruiken, moeten ze uitgewerkt worden in methoden. Dat kan op veel verschillende manieren. Hóe leerlingen het niveau van de kerndoelen behalen, bepaalt de school zelf. 1.6.2. Vakken in het basisonderwijs. (lesrooster) In de groepen 3 t/m 8 wordt er les gegeven in de verplichte vakken: Nederlandse taal; Engelse taal (vanaf groep 5); Rekenen en Wiskunde; oriëntatie op jezelf en de wereld (aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, burgerschapsvorming, verkeersles en staatsinrichting) kunstzinnige oriëntatie (bijvoorbeeld muziek, tekenen en handvaardigheid) en bewegingsonderwijs. De hoofdvakken voor ons onderwijs zijn rekenen / wiskunde, taal (waartoe ook het leesonderwijs behoort).
11
1.6.3. De methoden groepen 3 t/m 8. Nederlandse taal inclusief lees- en schrijfonderwijs: Ons taal- leesonderwijs is erop gericht dat de leerlingen: vaardigheden ontwikkelen waarmee ze de taal doelmatig gebruiken in situaties die ze in het dagelijks leven tegenkomen; kennis en inzicht verwerven omtrent betekenis, gebruik en vorm van taal; plezier hebben en houden in het gebruiken en beschouwen van taal; taal weten te gebruiken als expressiemiddel. Methoden die we hierbij gebruiken: Veilig Leren Lezen, Taal op Maat, Spelling op Maat, Estafette, Leeslink, Handschrift, de methode Schatkist voor de kleuters Leeslink (groepen 4 t/m 8). Een digitale methode voor begrijpend lezen. Leeslink is de complete digibord-methode voor begrijpend studerend lezen voor groep 4 t/m 8. Elke week staan nieuwe lessen online. De methode is altijd actueel en veroudert dus nooit. De methode sluit aan bij de nieuwe referentieniveaus. De kinderen leren begrijpend lezen aan de hand van 7 evidence-based strategieën. De 7 leesstrategieën die in alle groepen (4 t/m 8) worden toegepast zijn: 1. Waarom lees ik de tekst? ( leesdoel bepalen) 2. Waar gaat de tekst over? (voorspellen) 3. Wat weet ik al over het onderwerp? (voorkennis ophalen) 4. Wat doe ik als ik het niet meer snap? (herstellen) 5. Welke vragen zie ik? (vragen stellen) 6. Welk plaatje past bij de tekst (visualiseren) 7. Hoe vat ik samen? (samenvatten) De methode is opgebouwd uit 4 blokken van 7 weken. Elk blok wordt afgesloten met een toetsweek. Samen is dat een compact programma van 32 weken. Per blok is er 1 uitloopweek. Die week kan gebruikt worden als inhaalweek of als uitloopweek voor extra remediëring voor kinderen die op de toets uitvallen. Groep 4 start in januari met een verkort programma. De methode is praktisch: - De lessen kunnen eenvoudig geprint en gekopieerd worden voor kinderen; - De handleiding en de antwoordbladen zijn eenvoudig te printen; - Er zijn links naar fimpjes, geluidsfragmenten en foto’s op internet, speciaal voor het ophalen van achtergrondkennis over het onderwerp van de week; - Achtergrondkennis ophalen kan ook door samen met de kinderen een digitaal woordschema in te vullen. De applicatie biedt hiervoor verschillende modellen; - De modellen zijn soms al gedeeltelijk ingevuld; ter ondersteuning van woordenschat of theorie; - Er is een uitlegfilmpje voor elke leesstrategie; - De tekst die in de les wordt behandeld en de tekstonderdelen die daarbij horen zijn naast elkaar zichtbaar op het digibord; - Met de handige pentool zijn de vragen op het digibord in te vullen en de kern van de tekst duidelijk te markeren evenals de vindplaats van de antwoorden. Praktische voorbeelden Veilig Leren Lezen. Uitgebreide informatie vindt u op www.veiliglerenlezen.nl VLL is een taal- leesmethode voor groep 3.
12
Schrijven. Wij gebruiken bij ons schrijfonderwijs de methode Handschrift. Een methode voor de groepen 1 t/m 8. De methode heeft als doel: Het kunnen produceren van een goed leesbaar handschrift, dat in een aanvaardbaar tempo geschreven kan worden, zowel tijdens het overschrijven van een tekst als tijdens het stellen. Het handschrift heeft alle kenmerken van regelmaat in zich, ziet er verzorgd uit en kan zodiende functioneel naast het toetsenbord gebruikt worden. Het bereiken van het einddoel is nodig omdat daarmee twee hoofdfuncties van ons handschrift – het persoonlijke en het maatschappelijke belang – gediend zijn en het kind zich kan ontwikkelen tot een vaardige schriftelijke taalgebruiker. De belangrijke hoofdfuncties zijn snelheid en leesbaarheid. Bij ons schrijfonderwijs letten we op de juiste schrijfhouding, een ontspannen lichaamshouding, de schrijfbeweging en de pengreep. Ons schrijfonderwijs is niet alleen gericht op het schrijven van letters, woorden en teksten maar ook op het schrijven van cijfers en getallen. Taal Onze methode Taal op Maat bestaat uit acht thema’s. Elk thema besteedt in twintig lessen aandacht aan de volgende taalvaardigheden: - Woordenschat: - schrijven - taalbeschouwing - luisteren en spreken. Elke les differentieert op drie niveaus en biedt verschillende leerroutes aan voor taalzwakke leerlingen, methodevolgers en taalsterke leerlingen. Elke les duurt 45 minuten. Een week telt vijf lessen. De acht thema’s bevatten lessen voor 32 weken, die uit te breiden zijn naar 36 weken. Naast de methode Taal op Maat gebruiken we ook de methode Spelling op Maat. Beide methodes kennen dezelfde afwisseling van leerkrachtgestuurde lessen en zellfstandig werkenlessen. De opbouw van de methode van Taal op Maat gaat uit van eenvoud en is daardoor hetzelfde in alle leerjaren. Iedereen die met de methode werkt, weet wat er komt en kent dus de weg. Voor uitgebreide informatie zie: www.noordhoffuitgevers.nl Rekenen Ons rekenonderwijs is erop gericht dat de leerlingen: verbanden kunnen leggen tussen ons rekenonderwijs en hun dagelijkse leefwereld; basisvaardigheden verwerven; eenvoudige wiskundige taal begrijpen en kunnen toepassen in praktische situaties; eenvoudige verbanden en structuren kunnen leggen. Methoden die we hierbij gebruiken zijn: Alles Telt, Plustaak, Maatwerk, Cito Piramide methode voor kleuters, Topklassers en Kien. Onze rekenmethode Alles Telt is verdeeld in blokken van ieder 6 weken. De methode bevat dus stof voor 36 weken per jaargroep. In schema ziet een leerjaar er zo uit: Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 Blok 5 Blok 6 5 lesweken 5 lesweken 5 lesweken 5 lesweken 5 lesweken 5 lesweken 1 1 1 1 1 1 toetsweek toetsweek toetsweek toetsweek toetsweek toetsweek De methode biedt zes toetsweken per jaar.
13
Leerstofoverzicht van de methode: leerdomein Getalrelaties en getalbegrip Basisvaardigheid optellen en aftrekken Basisvaardigheid vermenigvuldigen Basisvaardigheid delen Cijferend optellen Cijferend afrekken Cijferend vermenigvuldigen Cijferend delen Breuken Kommagetallen Procenten Verhoudingen Rekenmachine Lengte en omtrek Oppervlakte Inhoud / volume Gewicht Meetkunde Geld Tijd Tabellen en grafieken
groep 1-2 3 x x x
4 x x x x
5 x x x x
6 x x x x x x x x x
x
x
x
x
x
x x x x x
x x x x x x x x
x x x x x x x x
x x x x x x x x
x x x x x x x x
x x
7 x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x
8 x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x
U kunt op www.allestelt.nl beknopt vinden wat een kind op school leert met Alles Telt. Per leerjaar en per blok worden de onderwerpen beschreven die in deze periode aan bod komen. Daarbij worden opgaven als voorbeeld gegeven. Op www.allestelt.nl staan ook tips voor ouders die thuis met hun kind willen rekenen. Er wordt een aantal suggesties en spelletjes voor thuis gegeven, om de rekenvaardigheid van hun kind te stimuleren. Algemene informatie over de vakken aardrijkskunde, geschiedenis, natuur en techniek en verkeer. In de komende planperiode van 4 jaar gaan we de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en natuur nog wel voor een deel apart geven. Maar zal er ook meer thematisch gewerkt worden, waarbij de leerlingen een belangrijke inbreng hebben. Op deze manier leren kinderen onderzoeken. Ze doen dat samen met andere leerlingen. - Aardrijkskunde (Methode Wijzer door de Wereld) Ons aardrijkskundeonderwijs is erop gericht dat de leerlingen: zich een beeld vormen van de aarde en haar belangrijkste regio’s; inzicht verwerven in de manier waarop de natuur en het menselijk handelen de ruimtelijke inrichting beïnvloeden; zich enige geografische kennis eigen maken. De inhoud van de methode Wijzer door de Tijd is gebaseerd op op de kerndoelen van het leergebied “Orientatie op Jezelf en de Wereld”, “Mens en Samenleving en “Natuur en techniek”
14
De thema’s die per jaargroep worden behandeld: Groep 5 Van boven af Een stukje stad De buurt van de school De school
Groep 6 Nederland in het klein Groeten uit Madurodam Van alles wat Waar woon jij?
Groep 7 Het dichtbevolkte West-Europa Wij wonen in WestEuropa Dit is West-Europa Wijzer door Duitsland
Groep 8 De VS en haar buurlanden Een gebied vol variatie De Verenigde Staten Op de grens van arm en rijk
Hier wonen wij Onze buurt Onder de straat De weg zoeken
Op het platteland Eten van het land Typisch NoordNederland Groeten uit NoordNederland Hoog en laag Natte voeten? Kijken naar land Het ontstaan van Nederland
Uitgestrekt NoordEuropa Dit is Noord-Europa Leven in Noord-Europa Wijzer door IJsland
Net als Columbus Brazilië Wijzer over ZuidAmerika Het Amazonegebied
Weer en klimaat in Europa Weer en klimaat Klimaten en landschappen De kringloop van het water Het oosten van Europa Dit is Oost-Europa Wijzer door rusland Polen en Bulgarije
De Wereld verkennen De Planeet Aarde Drijvende Werelddelen De klimaten op aarde
Een stad verandert Vroeger en nu Soorten werk De stad is van iedereen
Rondom de stad Stad en platteland Op de boerderij De natuur in Werken met de atlas De kaart van Nederland Amsterdam Van hier naar daar
Aan het werk Wat wordt er veel gemaakt! Het Zuiden van Nederland Wat veel stroom! Dicht op elkaar Wonen en werken Zee en natuur Varen en vliegen
Overal anders Hoe ziet het eruit? Kiezen en delen Ruimte voor natuur
Help! Natte voeten Nederland Polderland De deltawerken Ruimte voor de rivier
Nederland, waterland Allemaal water Wat een weer Water uit de kraan Andere landen We gaan op vakantie Landen om ons heen Wonen in een ander werelddeel
Natuur om ons heen Dwalen over de Veluwe Oost-Nederland; van alles wat Houd het schoon Nederland, hier en daar Hé, ik hoor Nederlands Samenleven in Nederland Welvaart in de wereld
15
Aan de Middellandse Zee De kusten van ZuidEuropa Leven in Zuid-Europa Wijzer door Italië Werken in Europa Landbouw en visserij Industrie Dienstverlening
De Alpen Het hooggebergte Leven en werken in de bergen Toerisme en de natuur De Europese Unie Landen willen samenwerken Dagelijks leven in de EU De EU en de wereld
Grote verschillen in Afrika De Sahara als scheidslijn Kijken naar Afrika Wijzer over Zuid-Afrika Oceanië en Antartica Het Werelddeel Oceanië Australië Antartica Verschillen in de wereld Dichtbevolkt of dunbevolkt Te veel of te weinig water Oorlog en ruzie De opkomst van Azië Het Verre en MiddenOosten Zuidoost –Azië China Arm en rijk in de wereld Arme en rijke landen Hulp aan kinderen Hulp aan arme landen
Bijbehorende Topografie per jaargroep in schema gezet: Groep 5
Provincies, provincieHoofdsteden en Amsterdam Grote plaatsen in Nederland Wateren in Nederland Werelddelen en “buurlanden”
Groep 6
Groep 7
Groep 8
Provincies, hoofdsteden en Amsterdam Noord-Nederland (Friesland, Groningen en Drenthe) Regio’s en Waddeneilanden Zuid-Nederland (NoordBrabant en Limburg) West-Nederland (Noord- en Zuid-Holland en Utrecht Zeeland en Flevoland
West-Europa Noord-Europa
Noord – en Midden Amerika Zuid-Amerika
Europa (landen en hoofdsteden) Oost-Europa
Gebergten en gebieden in de wereld Afrika
Zuid-Europa
Oceanië en ZuidoostAzië
Wateren, gebergten en gebieden in Europa Alpenlanden
Landen en hoofdsteden in de wereld West-Azië, Zuid-Azië en Oost-Azië
Europese Unie
Gebergten, gebieden en wateren in de wereld
Oost-Nederland (Overijssel en Gelderland) Nederlandse Antillen en Suriname
Geschiedenis (Methode: Wijzer door de Tijd) Ons geschiedenisonderwijs is erop gericht dat de leerlingen: zich een beeld vormen van in tijd geordende verschijnselen en ontwikkelingen; besef krijgen van continuïteit en verandering in het leven en in de geschiedenis van de samenleving; zich historische kennis eigen maken; kennis en inzicht verwerven omtrent inrichting en structuur van de maatschappij; kennis en inzicht verwerven omtrent enige hoofdzaken van en kenmerkende verschillen tussen geestelijke stromingen in de samenleving. Leerstof voor de groepen 5 t/m 8 schematisch weergegeven: Groep 5 Tijdwijzers De kalender Hoe laat is het Oud en nieuw Iedereen heeft geschiedenis Leven met de natuur Jagen en verzamelen De eerste boeren Groeten uit Griekenland Romeinen in Nederland In en rond het kasteel Wonen in een kasteel Ridder worden Leven binnen de stadsmuren Ambachten en handel
Groep 6 Van jagerskamp tot boerderij Een mammoet in de val Vuur en gereedschap De eerste boeren Schilderingen in grotten Slaven, soldaten en goden Griekenland De Romeinen komen De Germanen Geloven in God
Groep 7 De Nieuwe Werelden: Op ontdekkingsreis Overleven op Nova Zembla Grote gevolgen Nieuwe ideeën Onrust en Oorlog Hervormers De Opstand begint Spanje en Oranje Een land zonder Koning
Groep 8 Stoom verandert Nederland Machines doen het werk Armoede in Nederland Arbeiderskinderen Vincent van Gogh Stap voor stap vooruit Een moderne Grondwet Arbeiders krijgen een stem Rechten voor vrouwen Uitvindingen en ontdekkingen
Nieuwe volken Iedereen op de been Een nieuw geloof Leven in een klooster Karel de Grote
Een Gouden Eeuw De VOC Werken op een VOCschip Beroemde schilders Uitvinders en onderzoekers Immigranten toen en nu
Oorlog Nederland doet niet mee Crisistijd Nederland in oorlog Propaganda en leugens
16
Specerijen en schilderijen Op ontdekkingsreis Kooplieden en schilders De wetten van de stad Rijke en arme mensen Op reis en naar school Een reis met de trekschuit Les in de schuur Wonen in een kamer Werken in een fabriek Korte rokken en knikkers Manuel gaat naar het museum Opa’s fotoalbum Toen oma een kind was Toen papa klein was
Een onrustige tijd De Vikingen Jacob ontwerpt een kasteel Drie standen Een nieuw geloof: de islam
Armoede en Rijkdom Leven in de Gouden Eeuw Werken in water De Zonnekoning Paniek in de Republiek
Nederlanders in de oorlog Onderduiken en verzet Anne Frank De bevrijding Goed of fout
De Kruistochten en steden Kruistochten Het ontstaan van een stad Gilden De Zwarte Dood
Gelijke Rechten Rijkdom en ontevredenheid Kennis is macht Patriotten en Prinsgezinden De slavenhandel Musea
Een verdeelde wereld Europa verdeeld Nederland Overzee De dijken breken Nederland in de jaren zestig
De wereld wordt groter Vechten of trouwen Bouwen in Spanje China Leven in India
Alles Verandert Opstand in Amerika Revolutie in Frankrijk De Fransen komen Napoleon
Een Nieuwe Tijd Het bestuur van Nederland Regels voor iedereen De Europese Unie Allemaal Nederlanders
Natuuronderwijs en gezond gedrag. (Methode Wijzer door de Natuur) Ons natuuronderwijs is erop gericht dat de leerlingen: plezier beleven aan het verkennen van de natuur; zorg hebben voor een gezond leefmilieu; kennis, inzicht en vaardigheden verwerven die mensen nodig hebben om op de juiste wijze met de levende en de niet-levende natuur om te gaan; kennis, inzicht en vaardigheden verwerven t.a.v. een gezond gedragspatroon dat past bij henzelf en bij de omgeving waarin ze opgroeien. Bij de wereldoriënterende vakken worden leerlingen wegwijs gemaakt in het zoeken van informatie waarbij het gebruik van internet via ons netwerk tot de mogelijkheden behoort.
Groep 5 Planten en dieren Hé, het beweegt Soorten dieren Planten om je heen Nieuwe planten
Apparaten Elektrische apparaten Houd afstand! Licht Krachten Eten om te groeien Waarom moet ik eten? Eten: lekker gezond! Wat eten vogels? Wij eten gras!
Groep 6 Eten en gegeten worden Wie eet wie? Hoe komen ze aan eten? Opruimers in de natuur Schimmels en paddestoelen Stevig en vast Waar is het van gemaakt? Los en vast Stevige bouwsels Bruggen
Groep 7 Wat gebeurt er met je eten? Van mond tot …. Snelwegen in je lichaam Dieren ademen ook Suikerfabrieken
Groep 8 Natuurlijk evenwicht Evenwicht in de natuur Het evenwicht verstoord Bedreigde dieren Natuurlijk voedsel
Electriciteit Statische electriciteit Stroom Wonderlijke magneten Slimme apparaten
Energie De aarde warmt op Nieuwe energiebronnen Zuinig met energie Energiezuinig
Ieder zijn plek Waar leven dieren? Dieren in hun omgeving De winter door! Planten passen zich aan
Bescherming Je huid als verpakking Verpakte dieren Samen ben je sterker Planten beschermen zich
Nieuw leven Dieren planten zich voort Hoera, een meisje Ook planten krijgen kinderen Op wie lijk jij?
17
Kracht en energie Energie Energiebronnen Handige wielen Spierkracht
Het weer Hoe is het weerbericht? Wolken Warmte Ons zonnestelsel
Van idee tot product Plannen maken Ontwerpen Produceren Automatisering
Kleine en grote bouwers Zes potemne en vier vleugels Dieren bouwen Mensen bouwen Chocolade strooien
Geluid Trillende lucht Dieren en hun oren Van hoog tot laag Lucht
Waarnemen Ik zie een oog Hoe dieren zien Licht en kleuren Lenzen en spiegels
Stappen in de techniek Van grot naar ruimtestation Transport door de eeuwen heen Van rooksignaal tot mobiel Ijzer in productie Beweging Dat is bot Sterke spieren Krachten om je heen Veren en vering
Bevordering van sociale redzaamheid w.o. gedrag in het verkeer. Ons onderwijs in sociale redzaamheid is erop gericht dat de leerlingen: kennis, inzicht en vaardigheden verwerven als consument en als deelnemer aan het verkeer en groepsprocessen. Methodes die we hierbij gebruiken: De Jeugdverkeerskrant in de groepen 7 en 8 Op Voeten en Fietsen in de groepen 5 en 6 Stap Vooruit in groep 4 De drie genoemde methodes zijn uitgegeven door Veilig Verkeer Nederland. De leerlingen van groep 7 leggen in maart / april een theoretisch verkeersexamen af en in juni een praktisch verkeersexamen. Dit schooljaar is er het project Dode Hoek voor de leerlingen van groep 5. Daarnaast is er jaarlijks een fietsverlichtingscontrole voor leerlingen van de groepen 5 t/m 7 Muziek Ons muziekonderwijs is erop gericht dat de leerlingen: hun aanwezige muzikale mogelijkheden ontdekken en ontwikkelen door het verwerven van voldoende kennis, inzicht en vaardigheden, zodat ze kunnen deelnemen aan de huidige muziekcultuur in Nederland; leerlingen maken kennis met de beleving en betekenis van beweging en dans in hun eigen cultuur en in enkele andere culturen; op muziek kunnen bewegen. Bewegingsonderwijs. Ons bewegingsonderwijs is erop gericht dat de leerlingen: kennis, inzicht en vaardigheden verwerven om hun bewegingsmogelijkheden te vergroten; leren omgaan met elementen als spanning, winst en verlies; een positieve houding ontwikkelen dan wel behouden m.b.t. deelname aan bewegingsonderwijs. Voor ons bewegingsonderijs hebben we een vakleerkracht gym die de gymlessen verzorgt voor de leerlingen van de groepen 3 t/m 8. De leerlingen van de groepen 3 hebben één keer per week schoolzwemmen in de Waterdam in Volendam. De kosten voor het schoolzwemmen worden jaarlijks vastgesteld door het gemeentebestuur. Wij hebben daarop GEEN invloed. Ouders / verzorgers van de leerlingen van de groepen 3 betalen voor het vervoer per bus naar het zwembad.
18
Tekenen en handvaardigheid. / epressie Ons teken- en handvaardigheidonderwijs is erop gericht dat de leerlingen: kennis, inzicht en vaardigheden verwerven waarmee ze hun gedachten, gevoelens, waarnemingen en ervaringen op persoonlijke wijze kunnen vormgeven. Engelse taal Wij willen met ons onderwijs in de Engelse taal bereiken dat: de leerlingen vanaf groep 5 deze taal op een eenvoudig niveau leren te gebruiken als communicatiemiddel in contact met mensen die zich van deze taal bedienen; leerlingen van de groepen 7 en 8 kennisnemen van de rol die de Engelse taal speelt in de Nederlandse maatschappij en als internationaal communicatiemiddel. De methode die we daarvoor gebruiken is Our Discovery Island, die volledig aansluit op het voortgezet onderwijs. Computeronderwijs / omgaan met media. In de toekomst zal het werken met computers een steeds grotere rol in onze samenleving en dus in onze school gaan innemen. Ook op onze school hebben we daarom een uitgebreid netwerk van computers. Zowel in de gemeenschapsruimte als in alle lokalen staan moderne computers met alle mogelijkheden. Alle computers hebben toegang tot het internet. Via een uitgekiend systeembeheer worden ongewenste sites vermeden. De computers worden geïnstalleerd en onderhouden door onze ICT’er. Zij staat ook de leerkrachten en leerlingen met raad en daad terzijde bij het werken met de computers. Zo raken onze leerlingen al vanaf de kleuterleeftijd vertrouwd met het gebruik van de PC. De computers worden op verschillende manieren ingezet in ons onderwijs: er worden hulpprogramma’s bij diverse vakgebieden gebruikt met name bij rekenen (breuken, procenten, tafels, klokkijken), taal, spelling, lezen, topografie en verkeer. leerlingen leren met een tekstverwerkingsprogramma omgaan. (Office 2007) kinderen wordt geleerd (vanaf groep 7) hoe een powerpoint gemaakt moet worden; kinderen krijgen uitleg over efficiënt en veilig gebruik van het internet; kinderen hebben een eigen webmail adres en leren zo te e-mailen vanaf groep 5. in alle lokalen (behalve de kleuterlokalen) maken de leerkrachten gebruik van het digibord; Voor verdere informatie verwijzen wij u naar het beleidsplan “gedragscode ICT” van ons bestuur SPOOR zoals dat door de GMR is vastgesteld. Voor de regels omtrent het gebruik van de computer en andere media verwijzen we naar het protocol “Mediawijsheid”, zoals dat door alle Spoorscholen wordt gehanteerd. Dit protocol is te vinden op onze website onder informatie: documenten: mediawijsheid.
19
2.
ONZE SCHOOL 2.1 PERSONEEL 2.1.1 Het schoolteam De dagelijkse leiding berust bij de directeur. De groepsleerkrachten zijn in de eerste plaats verantwoordelijk voor het onderwijs aan uw kind. Zij dragen zorg voor een goede organisatie en sfeer in de groepen. Om de ontwikkeling van de kinderen goed in de gaten te kunnen houden en goed te kunnen begeleiden, houdt elke groepsleerkracht een groepsadministratie bij. Zij zijn verantwoordelijk voor het geven van goed onderwijs en houden u regelmatig op de hoogte van de resultaten en ontwikkelingen van uw kind. Voor u als ouder zijn zij het eerste aanspreekpunt voor uw eventuele vragen. Naast lesgevende taken heeft elke leerkracht ook algemene taken. Deze worden elk jaar in onderling overleg verdeeld en vastgelegd. (taakbeleid) De bouwcoördinator voor de groepen 1 t/m 4 is verantwoordelijk voor de samenhang in deze groepen; de bouwcoördinator voor de groepen 5 t/m 8 voor de samenhang in deze groepen. De leerlingzorg is in handen van de intern begeleider, die het zorgtraject opzet, coördineert en bewaakt. (Voor meer informatie zie: punten 4.1 t/m 4.7) Aan onze school is een ICT- coördinator verbonden. Activiteiten: coördineren van activiteiten en processen; ontwikkelen, ontwerpen en beheren van structuren en systemen en het adviseren hierover; bedienen van c.q. werken met apparaten, systemen, gereedschap, instrumenten; daarnaast ondersteunt zij de groepsleerkrachten bij het computeronderwijs aan de kinderen. We hebben eveneens een vakleerkracht lichamelijke oefening, die bijna alle gymlessen voor de leerlingen van de groepen 3 t/m 8 verzorgt. De kleuterleerkrachten verzorgen het gymonderwijs voor hun eigen groep. Bovendien hebben we een coördinator taal- / leesonderwijs. Zij heeft daarvoor een officiële post-hbo opleiding tot coördinator taal gevolgd. We beschikken ook over een coördinator rekenen. Ook hiervoor is een speciale opleiding gevolgd. Tevens hebben we een opgeleide cultuur – coördinator. Een coördinator is degene die o.a.: voor een bepaald vakgebied een opleiding heeft gevolgd, de vraagbaak is voor collega’s over een bepaald vak, in overleg met de directie de schoollijn uitzet voor een bepaald vak en de organisatie van een vak of een taak op zich neemt voor de hele school. 2.1.2 Vervanging. Het is soms heel moeilijk om een vervanger te vinden bij ziekte van de groepsleerkracht. Als er geen vervanger te vinden is, dan bestaat de mogelijkheid dat een groep leerlingen naar huis wordt gestuurd. Dit zal alleen in het uiterste geval gebeuren. In overleg met ons bestuur en de directeuren van de andere openbare scholen binnen onze Stichting is de volgende procedure opgesteld: de eerste dag waarop er geen vervanging is, worden de leerlingen verdeeld over de andere groepen. De leerlingen krijgen die dag eventueel een brief mee waarin staat dat ze de volgende dag geen
20
school hebben, maar in noodgevallen in school opgevangen kunnen worden. er wordt een rooster gemaakt om te voorkomen dat steeds dezelfde groep leerlingen meer dagen achtereen vrij is. de directeur doet geen invalwerk. De mogelijkheid bestaat dat een groep leerlingen verspreid wordt over andere groepen. Bij afwezigheid van een leerkracht stellen we de ouders / verzorgers hiervan per mail op de hoogte. We vermelden ook de naam van de vervanger. 2.1.3 Gedragscode personeelsleden. De GMR (de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van onze Stichting Spoor) heeft in januari 2015 het document gedragscode personeelsleden in dienst van Spoor vastgesteld. Voor ons is dat document de basis van omgang van leerkrachten met leerlingen, collega’s en ouders. De volledige inhoud van het document ligt ter inzage in school en is te vinden op onze website onder informatie. De gedragscode is uitgangspunt van ons gedrag, maar we wijken op enkele punten af van de code. De uitzonderingen zijn: ons beleid ten aanzien van toezicht: leerkrachten houden te allen tijde toezicht in de kleedkamers van het gymlokaal. Tijdens het verkleden gaat een mannelijke leerkracht (vanaf groep 5) niet meer de kleedruimte van de meisjes in, tenzij daartoe aanleiding is. Een aanleiding kan zijn dat de veiligheid van kinderen in gevaar wordt gebracht. Een aanleiding kan eveneens zijn onrust in een groep. Hier geldt dat de leerkracht naar beste vermogen handelt, ook wanneer daartoe de regels van de gedragscode moeten worden overtreden. In dat geval informeert het personeelslid terstond de ouders en de directie van de school. -
ons beleid ten aanzien van troosten: In principe troosten we kinderen bij verdriet of pijn door woorden en niet door het kind op schoot te nemen. Maar er kunnen zich situaties voordoen dat een kind wel degelijk op schoot genomen wil worden, omdat het pijn of verdriet heeft. Kinderen op schoot nemen wordt in dat geval geaccepteerd, maar dan betreft het kinderen van de groepen 1,2 en 3. Ook hier geldt dat de leerkracht handelt naar beste vermogen, ook wanneer daartoe de regels van de gedragscode moeten worden overtreden. In dat geval informeert het personeelslid terstond de ouders en de directie van de school.
-
ons beleid ten aanzien van aanraken: Wij stellen ons op het standpunt dat kinderen nooit aangeraakt mogen worden, maar er kunnen zich omstandigheden voordoen dat er wel degelijk lichamelijk contact is met een leerkracht. Bijvoorbeeld in het geval dat leerlingen (lichamelijk) ruzie hebben met elkaar. Leerkrachten hebben in de eerste plaats de taak om de kemphanen mondeling te scheiden, maar lukt dit niet dan dit lichamelijk te doen. Ook hier geldt dat de leerkracht handelt naar beste vermogen, ook wanneer daartoe de regels van de gedragscode moeten worden overtreden. In dat geval informeert het personeelslid terstond de ouders en de directie van de school.
21
2.1.4 Aanbod kinderactiviteiten. Sinds enkele jaren organiseert CBW (Club en Buurthuis Werk) naschoolse activiteiten voor de kinderen van onze school. De kinderen kunnen op vrijwillige basis hiervan gebruikmaken. Het aanbod van activiteiten heeft betrekking op verschillende gebieden: muziek, sport, cultuur en expressie. In de beginjaren was de organisatie in handen van onze school. Het streven is om voor alle leeftijdscategorieën een aanbod van activiteiten aan te bieden. Minimaal drie keer per jaar is er overleg van basisscholen in Edam met CBW, Berend Botje, Majest ; zij allen zijn vertegenwoordigd in de afstemmingsgroep. Het gemeentebestuur is eveneens vertegenwoordigd in deze groep. De activiteiten voor de kinderen vinden voornamelijk plaats in de Singel ( Versteeghsingel 5/B in Edam), soms in basisschool de Trimaran in Edam , in de gymzaal aan de Langemeerstraat in Edam en soms in onze school. Het inschrijven op een bepaalde activiteit loopt via de digitale weg (per email van Club en Buurthuiswerk Edam-Volendam). De verwerking van de inschrijvingen gebeurt eveneens door CBW. De kosten per leerling zijn afhankelijk van de kosten van de activiteit. De ouder die zijn kind inschrijft voor een activiteit verplicht zich om het hele bedrag te betalen. Er vindt bij stopzetting door ouder van deelname door een kind geen restitutie plaats. Voor meer informatie over het aanbod kinderactiviteiten verwijzen we naar onze website onder het kopje brede school / kinderactiviteiten.
22
2.2
LEERLINGEN
2.2.1 Pesten Pesten zal niet worden getolereerd. Als er gepest wordt dan zal er onmiddellijk actie worden ondernomen: de ouders / verzorgers, de leerkrachten en uiteraard de kinderen hebben er baat bij dat pesten wordt voorkomen. Soms lukt dit niet ondanks alle inspanningen. Is er sprake van pestgedrag dan is het van wezenlijk belang dat dit wordt gemeld door de gepeste(n), de leerkrachten en / of de ouders / verzorgers, zodat er heel snel gehandeld kan worden. In school werken we met een pestprotocol, dat ter inzage ligt in school en op onze website te vinden is onder het kopje informatie: documenten: Pestprotocol. Het is ons streven om een pro-actief beleid te voeren t.a.v. pesten. Dat doen we door in de groepen regelmatig aandacht te besteden aan de sociaal-emotionele ontwikkeling We gebruiken daarvoor de methode LEEFSTIJL. Elke week wordt er op een vast tijdstip in alle groepen aandacht besteed aan sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. 2.2.2 Huiswerk Vanaf groep 4 krijgen de kinderen af en toe huiswerk mee. Vanaf groep 6 neemt huiswerk al vastere vormen aan. Voor de leerlingen van groep 6 bestaat het huiswerk in de regel uit het leren van topografie en het voorbereiden van spreekbeurten en boekbesprekingen. Het huiswerk voor de leerlingen van de groepen 7 en 8 bestaat vooral uit: het leren van topografie van Europa (groep 7) en de Wereld (groep 8), het voorbereiden van spreekbeurten, taal- en rekenopdrachten. De bedoeling van het huiswerk geven is: leren plannen; niet alles tot de laatste dag bewaren; een voorbereiding op het vervolgonderwijs. Soms wordt huiswerk meegegeven als extra werk om te oefenen. Dit kan zijn op het gebied van lezen, taal en/of rekenen. Huiswerk meegeven als extra werk wordt in uitzonderingsgevallen toegepast en dit wordt meestal eerst met de ouders / verzorgers besproken. Wij doen hierbij ook een beroep op de ouders / verzorgers. Als een leerling huiswerk mee krijgt naar huis verwachten wij van de ouders / verzorgers dat ze er op toezien dat het kind ook daadwerkelijk het huiswerk maakt / leert. 2.2.3 Onderwijs aan zieke leerlingen. Voor kinderen en jongeren die ziek zijn is het belangrijk dat het gewone leven zoveel mogelijk doorgaat. Ook onderwijs hoort daarbij; er wordt geen onderscheid gemaakt of het kind in het ziekenhuis is opgenomen, ziek thuis is of niet volledig de dag op school kan volgen. De “Wet Ondersteuning Onderwijs Zieke Leerlingen”(WOOZ) stelt scholen zelf verantwoordelijk voor het verzorgen van onderwijs aan hun zieke leerlingen. De leerkrachten staan hier echter niet alleen voor. Zij kunnen ondersteuning vragen in de uitvoering van deze taak aan de consulenten onderwijsondersteuning zieke leerlingen van de SBZW (schoolbegeleiding Zaanstreek – Waterland). Aan deze ondersteuning zijn geen kosten voor de school verbonden. De ondersteuning die geboden kan worden door de consulenten komt na aanvraag door de school snel op gang. Ondersteuningstrajecten kunnen enkele weken duren, maar ook enkele jaren afhankelijk van wat er voor de leerling nodig is.
23
Bij elke vraag van de school wordt er in overleg met school en ouders een ondersteuningsplan op maat gemaakt: de consulent onderwijsondersteuning kan een coördinerende rol vervullen en adviseren bij het opstellen van handelingsplannen, contacten leggen met betrokkenen rond de zieke leerling en informatie verstrekken over de gevolgen van ziekte en behandeling voor zover relevant in relatie onderwijs. de consulent kan in gesprek gaan met het schoolteam of de klas van de zieke leerling over wat hen bezighoudt rondom de zieke leerling. Bij sommige leerlingen kan gedurende het ondersteuningstraject duidelijk worden dat de onderwijszorg langdurig is. De consulent kan dan samen met school en ouders de mogelijkheden voor een aanvraag van leerlinggebonden financiering onderzoeken en hen eventueel begeleiden bij de aanvraag ervan. Dit alles gebeurt vanzelfsprekend na overleg en met instemming van de ouders / verzorgers. Wanneer een leerling in het ziekenhuis ligt of ziek thuis is, kan de consulent OZL (onderwijs aan zieke leerlingen) gevraagd worden mee te denken over voortzetting van het onderwijs. Als na overleg met alle betrokkenen (waaronder de jeugdarts) duidelijk is dat onderwijs thuis tijdelijk noodzakelijk is, kan de SBZW de school financieel tegemoetkomen. De school dient zelf naar leerkrachten te zoeken die deze taak op zich willen en kunnen nemen, het liefst binnen de eigen gelederen. Niet altijd is onderwijs thuis een goede oplossing; in bepaalde gevallen zelfs een ongewenste! Elk ondersteuningstraject heeft als algemeen doel onderwijsachterstanden te voorkomen of te beperken en het sociale en emotionele welzijn van zieke kinderen te bevorderen.
24
2.2.4 Indeling van (combinatie-) groepen Uitgangspunt van het combineren van groepen, vanaf groep 3 is dat de leerlingen worden gegroepeerd in min of meer homogene groepen (jaarklassen). Als er in de groepen 3 t/m 8 sprake is van één of meerdere combinatiegroepen komt dat, omdat het leerlingenaantal per leerjaar en het beschikbare formatiebudget daartoe aanleiding geven. Het splitsen en samenvoegen van groepen is een proces dat zorgvuldigheid vraagt.
-
-
vorming van combinatie-groepen: Aan de hand van de volgende criteria worden de combinatiegroepen samengesteld: a. Op het niveau van de individuele leerling: wordt er gekeken naar de mate van zelfstandigheid van de leerling; wordt er rekening gehouden met de (specifieke) onderwijsbehoeften van de leerling; NB: met vriendschapsbanden wordt rekening gehouden, maar vormt geen hoofdcriterium voor de indeling. b. Op het niveau van de groep streven we naar heterogene groepen voor wat betreft: het leergedrag en de werkhouding van de leerlingen; de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen; een evenwichtige verhouding van jongens en meisjes een evenwichtige verdeling van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften over de groepen de continuiteit van het onderwijsproces van de leerlingen c. Op schoolniveau: is uitgangspunt de ruimte die het leerlingaantal per leerjaar en het beschikbaar formatiebudget bieden wordt gekeken naar de continuiteit van het onderwijsproces voor de groepen in zijn totaliteit; streven we naar een evenwichtige verdeling van jongens en meisjes streven we naar ongeveer evenveel leerlingen per groep wordt het aantal leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften over de groepen verdeeld. jaarovergang. Geeft het leerlingaantal geen aanleiding tot verandering van indeling van groepen dan is de organisatie dusdanig dat de leerlingen van groep 3 naar groep 4 gaan, leerlingen van groep 4 naar groep 5 enzovoort. Is er sprake van parallelgroepen dan blijft de samenstelling van de groepen dezelfde tenzij dringende redenen overplaatsing van een leerling naar een parallelgroep noodzakelijk maken. informeren van ouders / verzorgers Ruim voor het einde van het schooljaar worden de ouders / verzorgers middels een algemene brief op de hoogte gesteld van de organisatie voor het nieuwe schooljaar. In deze algemene brief wordt vermeld of er sprake zal zijn van combinatie-groepen of enkelvoudige groepen en de reden van een dergelijke beslissing. In deze brief staat nog niet de definitieve groepsindeling en / of leerlinglijst. Een paar weken voor het einde van het schooljaar worden de ouders middels een brief op de hoogte gesteld van de indeling voor het nieuwe schooljaar met de samenstelling van de groepen. De namenlijst van de kinderen wordt meegestuurd indien er sprake is van een nieuw te vormen groep. (bijvoorbeeld een combinatiegroep of een nieuwe kleutergroep) De uiteindelijke beslissing t.a.v. indeling, jaarovergang, kleuterverlenging en samenstelling van een groep ligt altijd bij de directeur.
25
2.2.5 Toetsen / leerlingvolgsysteem. We vinden het belangrijk om onze leerlingen een goede begeleiding te kunnen bieden. Met een leerlingvolgsysteem (LVS) worden de vorderingen van alle kinderen bewaakt en in kaart gebracht met de bedoeling om vroegtijdig problemen te kunnen signaleren. Op deze manier kunnen we tijdig gerichte hulp bieden. Het LVS bestaat uit een aantal toetsen op de belangrijkste vakgebieden: rekenen, spelling, technisch lezen en begrijpend lezen. Deze toetsen worden in groep 3 t/m 8 afgenomen. Bij de kleuters nemen we een taaltoets, toets ontluikende geletterdheid en een rekentoets af. In tegenstelling tot toetsen die bij de methode horen, zijn deze CITO-toetsen landelijk genormeerd. Dat wil zeggen dat de resultaten van de kinderen vergeleken kunnen worden met andere basisschoolleerlingen. De resultaten van deze toetsen worden in de computer opgeslagen en zijn vast onderdeel van gesprek tijdens de leerlingbesprekingen en tijdens de rapportbesprekingen. De resultaten van de CITO-toetsen vindt u terug op het rapport. Ook vullen de leerkrachten voor leerlingen van alle groepen een sociaal – emotionele toets (VISEON van CITO) in. Leerlingen van de groepen 5 t/m 8 vullen deze toets ook zelf in. Het invullen van deze toets gebeurt twee keer per jaar. Daarnaast worden ook toetsen afgenomen vanuit de gebruikte methodes. Deze toetsen richten zich met name op de geleerde leerstof in de kort daarvoor liggende periode. Ook deze resultaten tellen mee voor het rapport. In de resultaten kan er een (grote) discrepantie zitten qua beoordeling op het rapport. Daarmee bedoelen we dat kinderen op een methodetoets vaker een hoger cijfer behalen dan bij de CITO-toets. Dat heeft te maken met het feit dat methodetoetsen onmiddellijk na het geleerde afgenomen worden. CITO-toetsen worden maar 2 keer per jaar afgenomen. 2.2.6 Centrale Eindtoets PO in 2016. Vanaf het schooljaar 2015 – 2016 is het voor alle leerlingen van groep 8 in het reguliere basisonderwijs verplicht om een eindtoets te maken. Vanaf 2015 mogen scholen voor voortgezet onderwijs de toelating van leerlingen niet meer laten afhangen van het resultaat van de eindtoets, maar hangt de toelating af van het advies van de school. (zie ook 3.1.2.) 2.2.7 Schoolregels Overal gelden spelregels, thuis, op de sportclub en dus ook op school. Ze zijn bedoeld om ervoor te zorgen dat de dingen goed lopen, om iedereen houvast te geven bij wat er van hem of haar verwacht wordt en om ervoor te zorgen dat je op een prettige manier met elkaar om kunt gaan. Daarnaast vinden we als team ongeschreven regels (normen) belangrijk: al die dingen waarvan we allemaal eigenlijk best weten of ze wel of niet horen. We hechten aan deze omgangs– en gedragsregels veel waarde. We vragen iedereen zich hier aan te houden, spreken elkaar hierop aan bij het niet nakomen van deze regels en bespreken ze ook regelmatig met onze leerlingen. Kortom: de spelregels als basis voor een prettige omgang met elkaar. We hanteren er zes. Onder deze zes regels vallen in beginsel alle regels en afspraken Ik let op mezelf; Ik luister naar wat de juffen en meesters zeggen maar ook naar mijn medeleerlingen; Ik ben aardig en vriendelijk tegen anderen; Ik blijf van anderen af; Ik zorg dat alles in en om school netjes blijft; Ik praat en loop rustig.
26
2.2.8 Mobiele telefoons. Het meenemen van een mobiele telefoon door de kinderen is in niet toegestaan. Indien een leerling toch een mobiel meeneemt (na overleg met de groepsleerkracht) dan is de school (lees schoolleiding, team en bestuur) niet aansprakelijk en / of verantwoordelijk voor verlies of stuk gaan van de mobiel. 2.2.9 Kledingvoorschriften. Kleding is in principe de verantwoordelijkheid van de ouder. De directeur zal genoodzaakt zijn in te grijpen als de kleding niet voldoet aan de algemene eisen van hygiëne, veiligheid en of “goede”smaak (te denken valt aan obsceniteiten op t-shirts of anderszins) Het is de kinderen niet toegestaan om in de school met ontbloot bovenlijf aanwezig te zijn. Dit strookt niet met de eisen van de hygiëne. In verband met herkenbaarheid en contacten enerzijds en hygiëne anderzijds worden petten e.d niet toegestaan. Voor hoofdbedekkingen met louter religieuze achtergrond wordt een uitzondering gemaakt, mits dat consequent door de ouders/leerling wordt toegepast. Tijdens gym is het dragen van een hoofddoekje niet toegestaan behalve hoofdbedekking die speciaal voor deze lessen bestemd is. Wordt een dergelijke hoofdbedekking niet gebruikt dan is het dragen van elk ander hoofdbedekking uit veiligheidsoverweging niet toegestaan.
27
INFORMATIE MET BETREKKING TOT UW KIND 3.1
Rapporten, groep 8 en informatieavond.
3.1.1 Rapportbesprekingen algemeen: De leerlingen krijgen drie keer per jaar een rapport ( in november, in maart en in juni/juli). De rapportbesprekingen in november zijn facultatief: er is geen verplichting voor ouders om over het rapport van hun kind te komen praten. Hebben ouders / verzorgers en / of leerkrachten behoefte aan een gesprek dan kan dat natuurlijk. Bij het tweede rapport in maart wordt van ouders /verzorgers wel verwacht dat ze naar school komen om met de leerkracht te praten. Het derde gesprek in juni / juli is weer facultatief. De ouders van de groepen 1 t/m 7 worden dus minimaal één keer per jaar uitgenodigd voor een gesprek over de vorderingen van hun kind. Dit is het minimale contact. Wanneer er vaker behoefte is aan contact dan kunnen zowel de ouders als de leerkrachten daartoe het initiatief nemen. Vanaf groep 2 krijgen de leerlingen een rapport mee naar huis. Als een kind net op school is, wachten we tot de eerstvolgende bespreking. Uiteraard kunnen ouders tussentijds zelf ook contact opnemen. Voor gesprekken met ouders van groep 8 verwijzen we naar het volgende paragraaf op deze bladzijde. 3.1.2 Groep 8. In groep 8 worden de ouders tweemaal uitgenodigd voor een gesprek. Tijdens het eerste geprek (november / december) wordt de uitslag van de NIO-test (indien deze is afgenomen) besproken en wordt er een voorlopig advies afgegeven voor het vervolgonderwijs. Het tweede gesprek (februari / maart) staat in het teken van het bespreken van de uitslag van de Cito M8 toetsen en het geven van het definitief advies van de basisschool voor de schoolkeuze voortgezet onderwijs. 3.1.3 Kennismakingsgesprek aan het begin van een nieuw schooljaar. Aan het begin van het schooljaar worden er kennismakingsgesprekken gehouden met leerkrachten. De invulling van deze gesprekken zijn de volgende: Ouders / verzorgers krijgen voorafgaande aan het gesprek een invulformulier . Op dat formulier staan vragen over het kind. De vragenlijst wordt door ouders / verzorgers vooraf ingevuld en dient als gespreksformulier voor het gesprek met de groepsleerkracht. 3.2. Informatieverstrekking aan ouders over hun kind(eren) We vinden het belangrijk om de ouders zo goed mogelijk te informeren over alle zaken die met de school te maken hebben. We doen dit door: de ouders een schoolgids te verstrekken, waarin algemene informatie over de school, haar beleid en de organisatie te vinden is. jaarlijks per groep voorlichting te geven over het betreffende schooljaar. groep 8 ouders voor te lichten over de opbouw en mogelijkheden van het voortgezet onderwijs. elke veertien dagen een nieuwsbulletin (PIPO) uit te geven. de ouders zo goed mogelijk op de hoogte te houden door middel van onze website. brieven, die bestemd zijn voor een specifieke groep, per mail te versturen. bij afwezigheid van een groepsleerkracht de ouders per mail hiervan op de hoogte te stellen, waarbij ook de vervanger genoemd wordt. Ouders / verzorgers die geen computer hebben, krijgen de informatie op papier.
28
3.2.1. Informatie aan gescheiden ouders Als school informeren we de ouder(s) over de vorderingen en het welzijn van hun kind. In situaties waarin ouders gescheiden zijn ligt dit soms wat moeilijker. In principe hebben beide ouders recht op informatie over hun kind. Enige uitzondering hierop is het bestaan van wettelijke belemmeringen of als dit het welzijn van het kind niet ten goede komt. (zie ook 4.1)
29
4.
DE ONDERWIJSBEHOEFTE VAN KINDEREN OP ONZE SCHOOL
4.1 Onderwijsaanbod algemeen. Ons onderwijsaanbod en het aanbod van onderstaande activiteiten is bestemd voor alle leerlingen. Dat betekent dat alle leerlingen aan alle hierna genoemde activiteiten meedoen: Sint Maarten, Sinterklaas, Kerst, Pasen, eventuele Pinksterfeesten, maar ook aan activiteiten genoemd in ons beleidsplan cultuur of aan excursies in het kader van het onderwijsprogramma. Ouders / verzorgers die hun kind om godsdienstige of levensbeschouwelijke redenen niet aan een van de genoemde (onderwijs)activiteiten wil laten deelnemen, hebben het wettelijk recht om ontheffing van deelname aan te vragen bij de directie. [De wet op het Primair Onderwijs: Art. 41. Verplichte deelname leerlingen aan het onderwijs. 1. De leerlingen nemen deel aan alle voor hen bestemde onderwijsactiviteiten, met dien verstande dat die onderwijsactiviteiten voor de leerlingen onderling kunnen verschillen. 2. Het bevoegd gezag c.q. schoolbestuur of de door het bevoegd gezag c.q. schoolbestuur gemandateerde (de directeur van de school) kan op verzoek van de ouders een leerling vrijstellen van het deelnemen aan bepaalde onderwijsactiviteiten. Een vrijstelling kan slechts worden verleend door het bevoegd gezag c.q. schoolbestuur of de door het bevoegd gezag c.q. schoolbestuur gemandateerde (de directeur van de school) vastgestelde gronden. Het bevoegd gezag c.q. schoolbestuur of de door het bevoegd gezag c.q. schoolbestuur gemandateerde (de directeur van de school) bepaalt bij de vrijstelling welke onderwijsactiviteiten voor de leerling in de plaats komen van die waarvan vrijstelling is verleend.] Een (schriftelijke) aanvraag van een vrijstelling wordt gedaan door beide ouders / verzorgers. Is er sprake van gescheiden ouders, die gezamenlijk het ouderlijk gezag uitoefenen, dan kan één van beide ouders / verzorgers vrijstelling aanvragen, maar moet de andere ouder / verzorger daarvan wel op de hoogte stellen. Daarin is de school geen partij. Zij is verantwoordelijk voor het onderwijs dat aan de kinderen wordt gegeven. Het eventueel verlenen van vrijstelling betekent overigens niet dat een kind thuis gehouden kan worden. Het kind moet naar school en krijgt vervangende activiteit(en) aangeboden. Voor meer informatie verwijzen we u naar de inspectie en / of de leerplichtambtenaar.
30
4.2 Passend Onderwijs. Vanaf 1 augustus 2014 is de nieuwe wet Passend Onderwijs van kracht. Passend Onderwijs gaat uit van de mogelijkheden van kinderen in plaats van eventuele beperkingen. Met Passend Onderwijs willen we zoveel mogelijk kinderen onderwijs laten volgen op een gewone school in hun buurt. Zo kunnen ze het beste meedoen in de samenleving. Voor kinderen die dat echt nodig hebben, blijft het speciaal onderwijs bestaan. De scholen in de regio Waterland werken nauw met elkaar samen om het Passend Onderwijs goed in te voeren. Dit gebeurt zowel in het voortgezet onderwijs als in het basisonderwijs. Samen zorgen ze ervoor dat er straks voor alle leerlingen in Waterland een passende onderwijsplek is. Meestal is dit in de regio Waterland, maar soms is er speciale ondersteuning nodig buiten de regio zoals bij Heliomare of Visio. Met ingang van het Passend Onderwijs gaat de zorgplicht in. Dat betekent dat schoolbesturen ervoor moeten zorgen dat iedere leerling die zich bij een van hun scholen aanmeldt een meest passende ondrwijsplek krijgt. De schoolbesturen hebben zich verenigd in een Samenwerkingsverband. Dit Samenwerkingsverband gaat met de school en de ouders op zoek naar de meest geschikte school als hun kind extra ondersteuning nodig heeft. Die passende onderwijsplek kan zijn op de eigen school, maar dat kan ook op een andere reguliere school zijn, een school voor speciaal basisonderwijs, een school voor speciaal (voortgezet) basisonderwijs of een Praktijkschool. De school kreeg voor leerlingen met een beperking (tot voor kort rugzakkinderen genoemd) extra geld. De rugzak bestaat vanaf dit schooljaar niet meer. Er is wel geld voor kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. Dat wordt door ons Samenwerkingsverband betaald. Daarbij wordt uitgegaan van de vraag van het kind, waarbij gedacht wordt in kansen voor het kind. Ouders worden hierbij uiteraard betrokken. Gelden voor ondersteuning worden aangevraagd door de school. Passend Onderwijs gaat niet over het aantal leerlingen in de klas. Een grote groep maakt de begeleiding van leerlingen met een extra ondersteuningsvraag natuurlijk niet eenvoudiger. Er zijn kinderen met een handicap die met een kleine aanpassing of ondersteuning prima naar een reguliere school kunnen. Er zijn ook kinderen met een beperking die dusdanig veel ondersteuning, begeleiding of verzorging nodig hebben dat een reguliere school niet de meest passende onderwijsplek is. Het percentage kinderen op een speciale school is in de regio Waterland nu al lager dan het landelijk gemiddelde. De verwachting is dat dat zo zal blijven.
4.3 Structuur van onderwijsbehoefte. Als blijkt dat een kind problemen heeft op één of meer vakgebieden, of juist ver boven het gemiddelde presteert, dan is dit onderwerp van gesprek tussen de intern begeleider(s) en de groepsleerkracht. Indien noodzakelijk wordt er, nadat er met de ouders gesproken is, nader onderzoek verricht door een van onze interne begeleiders. De volgende stap is het maken van afspraken over de te volgen weg en de te verlenen extra hulp in de vorm van een handelingsplan. Deze hulp wordt in beginsel altijd gegeven door de groepsleerkracht. In sommige gevallen zal de intern begeleider hulp verlenen. Onderzoek heeft uitgewezen dat dagelijkse hulp in de eigen groep het meeste resultaat oplevert. Het handelingsplan wordt regelmatig geëvalueerd, zodat er tijdig bijgesteld kan worden. Eventuele extra hulp beperkt zich niet alleen tot leerproblemen.
31
Gedragsproblemen, die zowel oorzaak als gevolg kunnen zijn van leerproblemen, zijn ook onderwerp van onze hulp. Ook hiervoor wordt in voorkomende gevallen een hulpprogramma opgesteld. Mocht er zich, ondanks alle inspanningen, geen verbetering voordoen, dan kan een kind voor nader onderzoek aangemeld worden bij het Zorgplatform. Dit gebeurt uiteraard pas na overleg met en met toestemming van de ouders. De resultaten van dit onderzoek (meestal uitgevoerd door de SchoolBegeleidingsDienst ) worden door de medewerker van de SBD, de intern begeleider en de groepsleerkracht besproken met de ouders. Na onderzoek kan het advies volgen: een leerling naar een school voor speciaal basisonderwijs te laten gaan of met extra ondersteuning en een speciaal, aangepast leerprogramma de basisschool verder te laten volgen. Alle gegevens over uw kind worden door ons strikt vertrouwelijk behandeld en worden alleen met schriftelijke toestemming van ouders / verzorgers met derden besproken. 4.4 Onderwijsbehoefte op maat Onderwijsbehoefte op maat betekent niet alleen extra aandacht voor de kinderen die moeite hebben met de leerstof, maar ook extra mogelijkheden bieden voor die kinderen die meer aan kunnen. We gebruiken hiervoor de volgende strategieën: aan het eind van groep 2 wordt bij alle kleuters een letterkennistoets en leestoets afgenomen. Op basis hiervan worden de kinderen in groep 3 in verschillende niveaus ingedeeld. Bij de meeste methodes hoort verrijkingsmateriaal voor kinderen die meer aankunnen. Er is/wordt speciaal materiaal aangeschaft voor (hoog)begaafde leerlingen. Na overleg met de intern begeleider kan dit in de klas gebruikt worden. We hebben een protocol voor deze kinderen opgesteld. Soms doorlopen kinderen versneld een methode. 4.5 Plusgroep. Vanuit het Samenwerkingsverband en de Schoolbesturen in onze regio is er de mogelijkheid van een Plusklas voor hoogbegaafde leerlingen. Leerlingen worden hiervoor jaarlijks op school gescreend. Aanmelding wordt door de school gedaan. 4.6 Interne begeleiding. Onze school beschikt over twee interne begeleiders. ( I.B.-ers ) De taak van de I.B.-er is een ondersteunende en een coördinerende. De I.B.-er ondersteunt de leerkrachten bij het lesgeven aan kinderen, die extra hulp nodig hebben. Extra hulp is er niet alleen voor kinderen die problemen hebben met de leerstof, maar ook voor leerlingen die meer aan kunnen. De interne begeleider onderhoudt contacten met ondersteunende diensten bijvoorbeeld met de Schoolbegeleidingsdienst. Bovendien behoort het bij elkaar zoeken van geschikte leerstof ook tot de taken van de interne begeleider. Tevens is de interne begeleider degene die een coördinerende rol speelt in de onderwijsbehoefte voor een leerling. Ook vraagt de interne begeleider eventuele extra ondersteuning voor een kind aan bij het Samenwerkingsverband. 4.7 Ondersteuningsteam. In het kader van de ondersteuning aan het kind hebben wij een Ondersteuningsteam ingesteld. Dit team bestaat uit de vaste leden: interne begeleider(s), onze leerlingbegeleider (in dienst van de Schoolbegeleidingsdienst), de directeur, SchoolMaatschappelijk Werk, de leerkracht van het te bespreken kind en de ouder(s) / verzorger(s) van het te bespreken kind.
32
We ook de ouders / verzorgers bij het gesprek. Zij krijgen een uitnodiging om bij het gesprek aanwezig te zijn. Zij kunnen informatie geven over hun eigen kind. De mogelijkheid bestaat dat er nog een externe deskundige bij de bespreking aanwezig is. (afhankelijk van de aard van het probleem) Het ondersteuningsteam bespreekt kinderen die extra aandacht of structurele hulp nodig hebben op sociaal-emotioneel en cognitief gebied. Het ondersteuningsteam bespreekt de aangemelde leerlingen in principe drie keer per jaar. (het zijn niet altijd dezelfde kinderen) Om het kind te mogen bespreken in het ondersteuningsteam is schriftelijke toestemming nodig van de ouders / verzorgers. De procedure bij aanmelding in het ondersteuningsteam: er vindt overleg plaats tussen ib-er en leerkracht. Indien besloten wordt om een kind aan te melden voor bespreking in het ondersteuningsteam, worden ouders / verzorgers hiervan op de hoogte gesteld. Zij worden gevraagd om toestemming te verlenen. 4.8. Doublure. In principe stromen de kinderen aan het eind van het schooljaar door naar een volgende groep. In sommige gevallen kan het zinvol zijn voor een kind om een bepaalde jaargroep over te doen. Als een doublure wordt overwogen, wordt dit in een zo vroeg mogelijk stadium met de ouders besproken door de groepsleerkracht. Om tot een verantwoorde beslissing te komen ten aanzien van al of niet bevorderen van een leerling volgen wij deze procedure: De groepsleerkracht volgt de leerling aan de hand van zowel methode-gebonden als methode-onafhankelijke toetsen (Cito leerlingvolgsysteem). De leerkracht observeert de leerling in de groep. De ontwikkeling van de leerling wordt regelmatig besproken met de intern begeleider. Waar nodig zal de intern begeleider aanvullend onderzoek doen. In eerste instantie zal de leerling bij achterstand extra begeleiding krijgen in de groep. Deze begeleiding wordt geëvalueerd en vastgelegd in het leerlingendossier. Deze extra zorg wordt besproken met de ouders. Vervolgens wordt er afgesproken dat er regelmatig contact is met de ouders over de vorderingen van het kind. Als de extra hulp onvoldoende resultaat heeft, wordt in maart / april van het lopende schooljaar een eventuele doublure besproken met de ouders. Nadat de laatste toetsen van het Cito leerlingvolgsysteem zijn afgenomen (mei / juni) volgt een uiteindelijk besluit over de doublure van de leerling. Dit besluit wordt genomen door de directie in samenspraak met de intern begeleider en de groepsleerkracht. De leerkracht en de intern begeleider bespreken dit besluit vervolgens met de ouders. 4.9 Kleuterverlenging Aan het eind van groep 2 wordt gekeken of een kleuter er baat bij heeft de doorgaande ontwikkeling naar groep 3 te gaan volgen. Wanneer een kind nog erg gericht is op spelen en/of er sprake is van een ontwikkelingsproblematiek, moeten we de beslissing om naar groep drie te gaan extra aandacht geven. Bij de overgang naar groep 3 spelen twee hoofdzaken een rol: De ontwikkeling van het kind voor wat betreft de persoonlijkheid, instelling, werkhouding, motoriek enz. Het voldoende aanwezig zijn van leervoorwaarden om succesvol het programma in groep drie te kunnen volgen. Deze leervoorwaarden worden gevolgd met behulp van de Cito toetsen “Taal voor Kleuters” en “Rekenen”.
33
Daarnaast wordt er tweemaal per jaar gekeken naar de vorderingen van het kind op de toets “Ontluikende geletterdheid”. Ook de resultaten van deze toetsen worden met de ouders besproken. Op grond van de resultaten van bovenstaande gegevens wordt door de groepsleerkracht en de intern begeleider bekeken of een leerling door kan gaan naar groep 3. Bij twijfel wordt dit in maart / april van het lopende schooljaar besproken met de ouders. De uiteindelijke beslissing over een kleuterverlenging wordt genomen nadat de laatste toetsen van het Cito leerlingvolgsysteem zijn afgenomen (eind mei). Het definitief besluit wordt besproken met de ouders. De uiteindelijke beslissing van kleuterverlenging wordt genomen door de directie. 4.10
Leerlingbegeleiding
Onderwijsbehoefte in de groep Elke leerkracht is verantwoordelijk voor de ondersteuning voor zijn/haar leerlingen in de eigen groep. De meest directe, extra ondersteuning wordt dan ook binnen de groep door de leerkracht verleend. Doordat we op school het Zelfstandig Werken hanteren als een van onze didactische werkvormen, heeft de leerkracht tijdens het zelfstandig werken tijd om extra instructie en begeleiding te verzorgen met leerlingen die dit nodig hebben. Dit kan zowel voor een groepje leerlingen gelden als voor individuele leerlingen. Tijdens deze extra instructie kan de leerkracht de leerstof op maat aanbieden voor deze leerlingen, waarbij veel aandacht is voor herhaling en verduidelijking. Daarnaast kan de leerkracht aandacht geven aan een leerling die een eigen programma volgt voor een bepaald vakgebied. Leerlingbespreking / groepsbespreking Onze interne begeleiders bespreken de leerlingen minimaal drie keer per jaar met de groepsleerkracht. Tijdens deze bespreking worden de toetsresultaten geanalyseerd en wordt een plan van aanpak voor de volgende periode opgesteld. In principe voert de leerkracht dit plan zelfstandig uit in de groep. De intern begeleider verzorgt eventueel extra materiaal voor de leerling en neemt waar nodig voortgangstoetsen af. Onderwijsbehoefte buiten de groep In sommige gevallen hebben leerlingen onvoldoende baat bij de ondersteuning, die in de eigen groep wordt gegeven. Het gaat hierbij om leerlingen waarbij na intern onderzoek of na onderzoek door de SBD (schoolbegeleidingsdienst) een leerachterstand is vastgesteld. Deze leerlingen kunnen in aanmerking komen voor extra hulp buiten de groep. Deze hulp wordt één of meerdere keren per week gegeven door één van onze interne begeleiders volgens een handelingsplan. (zie ook paragraaf 4.3) Bepaling van extra hulp buiten de groep wordt altijd genomen in overleg met ouders en directie.
34
5. PROCEDURES.
-
5.1 Procedure bij in- en uitschrijving van een kind. Jaarlijks schrijven we kinderen in. Het gaat dan om kinderen, die 4 jaar worden en voor het eerst naar de basisschool gaan; die vanwege een verhuizing van een andere school bij ons op school komen of die van een andere basisschool in Edam naar onze school gaan. De procedure van inschrijving: Ouders / verzorgers van het kind maken een afspraak met de directie. Er volgt een rondleiding door de school en/of er is een gesprek. Voor toelating van een kind (4-jarige) dat voor het eerst naar school gaat, is het nodig dat er een inschrijfformulier wordt ingevuld dat door beide ouders / verzorgers moet worden ondertekend. Vlak voordat het kind naar school gaat is er een kennismakingsgesprek van ouders met de groepsleerkracht. De inhoud van het gesprek is informatieuitwisseling; informatie van ouders over hun kind aan school en organisatorische zaken van school aan ouders. Komt een kind van een andere school dan wordt er door directie / interne begeleider informatie ingewonnen bij de school waar het kind vandaan komt. De uitschrijvende school stuurt ook nog een onderwijskundig rapport (papieren versie) Jaarlijks verlaten ook kinderen onze school. Het betreft dan kinderen die vanwege een verhuizing vertrekken; die overstappen naar een andere basisschool in Edam of die onze school verlaten aan het eind van groep 8. 5.2. Toelating (deel 1): Wij laten kinderen toe, die voldoen aan de volgende criteria: kinderen, die de leeftijd van vier jaar bereikt hebben. Ouders die hun kind bij ons willen inschrijven, worden op afspraak ontvangen door een directielid. Deze afspraak vindt plaats onder schooltijd, zodat de ouders direct de sfeer in school kunnen ervaren. Ouders krijgen een rondleiding door de school en ontvangen de schoolgids. Wanneer ouders beslissen om hun kind op onze school te plaatsen, wordt het inschrijfformulier ingevuld en ondertekend. (beide ouders moeten het formulier ondertekenen) het kind moet zindelijk zijn; bij uitzondering laten we kinderen toe, die de leeftijd van 13 of 14 jaar bereikt hebben. Dit alleen met toestemming van de personeelsgeleding van de MR en het bestuur van onze school; de toelating staat los van een geldelijke bijdrage; de leerlingen nemen deel aan alle activiteiten, zoals beschreven in het schoolplan en het activiteitenplan. Op verzoek van de ouders en/of de groepsleerkracht en/of een arts kan een leerling vrijstelling krijgen voor bepaalde activiteiten; deze vrijstelling kan slechts worden verleend op gronden, waarin het schoolwerkplan voorziet. Met de ouders van de kinderen die ouder zijn dan vier jaar en al een andere basisschool bezocht hebben, vindt altijd een informatief gesprek plaats. Daarnaast wordt contact opgenomen met de school van herkomst; pas daarna wordt een kind op onze school ingeschreven. Ongeveer een week voordat het kind bij ons op school komt, vindt er een informatief kennismakingsgesprek plaats van ouders / verzorgers met de toekomstige groepsleerkracht van het kind.
35
5.1.1. Toelating (deel 2) In de periode van zes weken voor de zomervakantie tot de zomervakantie laten we vierjarigen niet meer instromen. 5.2. Doorstroom. indien leerlingen, op grond van rapportage door de groepsleerkracht en/of op grond van onderzoek (het bovenbedoelde p.d.o.-onderzoek, eventueel aangevuld met nader onderzoek door de Schoolbegeleidngsdienst), niet in staat zijn om het onderwijs in de volgende groep te volgen, dan wordt er omtrent inzet van een aparte leerlijn een besluit genomen in het intern ondersteuningsteam. De ouders worden hiervan na een mondelinge toelichting door de groespleerkracht (eventueel in aanwezigheid van de schoolleiding) op de hoogte gesteld. Er wordt een ontwikkelingsperspectief voor het kind in kwestie opgesteld. In principe stromen de kinderen aan het eind van het schooljaar door naar een volgende groep. In sommige gevallen kan het zinvol zijn voor een kind om een bepaalde jaargroep over te doen. Wanneer een kind sociaal-emotioneel en/of cognitief beter op zijn plaats is in een jongere groep, streven we ernaar om zijn of haar leer– en ontwikkelingsproces door te laten lopen en te voorkomen dat het kind leerstof moet verwerken die al beheerst wordt. Als een doublure wordt overwogen, wordt dit in een zo vroeg mogelijk stadium met de ouders besproken. een leerling, die op grond van onderzoek een speciaal onderwijs-verwijzing krijgt en waarvan de ouders vinden, dat deze leerling toch op onze school moeten blijven, wordt niet verwezen. In deze gevallen wordt er een ontwikkelingsperspectief opgesteld. De ouders wordt in een gesprek verduidelijkt, dat wij naar beste vermogen de leerling zullen begeleiden en dat het eindniveau van het kind lager zal zijn, dan dat van de gemiddelde leerling. Met een plaatsing op het s.v.o.(speciaal voortgezet onderwijs /praktijkschool) aan het eind van groep 8 moet door de ouders rekening worden gehouden. Dit wordt ook met de ouders gecommuniceerd. Van het gesprek wordt een verslag gemaakt dat door zowel de school (lees directie) als door beide ouders / verzorgers dient te worden ondertekend. 5.3 Uitstroom Voor de leerling, die tussentijds onze school verlaat, wordt een onderwijskundig rapport opgesteld, zoals omschreven in de wet primair onderwijs. In de meeste gevallen zullen de kinderen na acht jaar basisonderwijs de stap naar het voortgezet onderwijs maken. Naast de mening van de groepsleerkracht, de intern begeleider en de directie, gebruiken we een aantal toetsen om deze overgang goed te kunnen begeleiden. In groep 8 worden de NIO toets en de M8-versie van de CITO afgenomen. Cito toetst hoofdzakelijk de cognitieve vaardigheden van de leerlingen. De NIO toets kijkt veel meer naar inzet, mogelijkheden, motivatie en werkhouding van de kinderen. Deze combinatie geeft samen met het oordeel van de school een goed uitgangspunt om tot een zorgvuldig vastgelegde schoolkeuze te komen. Voor kinderen die aan het eind van de basisschoolperiode onze school verlaten (de groep 8 leerlingen) geldt de volgende procedure. Voor een kind dat meedoet aan de NIO-test (deelname aan de test is overigens vrijwillig) is het noodzakelijk dat beide ouders / verzorgers een formulier ondertekenen waarin staat dat ze akkoord gaan met deelname van hun kind aan de test. Deelname aan de test is dus niet verplicht. De ouders krijgen enige weken na de afname van de NIO-test de uitslag van de test tijdens het oudergesprek op papier aangeleverd. De school krijgt een kopie van dit formulier. Dit formulier vormt samen met nog enkele documenten het dossier van de leerling dat aan de school voor Voortgezet Onderwijs overhandigd wordt.
36
5.4
Leerlingen met specifieke ondersteuning: (zie ook hoofdstuk 4) Wanneer een kind extra ondersteuning nodig heeft, gaan we aan de hand van (onderwijskundige) vragen (zie schema) bezien of onze school in staat is die ondersteuning te bieden. Bij de beantwoording van de vragen is ook van belang in hoeverre de school een beroep kan doen op deskundigen van buiten de school (gespecialiseerde leerkrachten, trajectbegeleiders van het samenwerkingsverband en andere deskundigen) AandachtsMogelijkheden punten van de school: Met andere woorden: “wat vraagt het kind”:
Pedagogisch: - geborgenheid - veiligheid - zelfstandigheid - acceptatie Didactisch: -leerstofaanbod -adaptief ( onderwijs - leerdoelen - werkwijzen - organisatie - evaluatie Kennis en vaardigheden van leerkracht: - kennisniveau - oriëntatie REC - bijscholing Organisatie: - ondersteuning ambulante begeleiding School en klas: - activiteiten Gebouwelijk - aanpassingen Materieel - aanpassingen Medeleerlingen en andere ouders: - voorlichting OR MR Ouders / communicatie: -wat,wie, wanneer hoe
37
Onmogelijkheden van school:
Wat kan extern de worden gehaald. Mogelijke oplossingen:
Onderwijskundige vragen: Daarnaast spelen natuurlijk ook school-organisatorische factoren een rol bij de afweging of we kinderen kunnen plaatsen die veel extra ondersteuning nodig hebben:
Kunnen rust en veiligheid voor alle kinderen gewaarborgd blijven? Bij ernstige gedragsproblemen is het niet altijd mogelijk om voor een kind op de gewone basisschool een dusdanige gestructureerde omgeving te realiseren, zodat er van een adequate leerplek sprake is. Deze kinderen zullen doorverwezen moeten worden naar het speciaal basisonderwijs. Het betreft hier zgn. cluster 3 leerlingen (zeer moeilijk lerend, of lichamelijke en meervoudige gehandicapten) of cluster 4 leerlingen (zeer moeilijk opvoedbaar / psychiatrisch zieke kinderen)
Kunnen de verzorging / behandeling en het onderwijs voldoende op elkaar worden afgestemd? De vereiste mate van zorg (verzorging) en/of behandeling in de klas tijdens de lesuren kan het onderwijs zo in de weg staan dat het onderwijs onvoldoende tot zijn recht komt. Van enige verstoring mag sprake zijn maar de aandacht voor zorg en behandeling van de leerling met extra ondersteuningsbehoefte mag er niet toe leiden dat de leerkracht zijn / haar verantwoordelijkheid voor de overige leerlingen in de groep niet kan nemen. De extra verzorging van die leerling is de verantwoordelijkheid van de ouders. Indien in het gebouw aanpassingen nodig zijn t.b.v. de leerling, dan kan de leerling slechts geplaatst worden, indien de aanpassingen financieel gedekt en gerealiseerd zijn.
Wordt het leerproces voor andere kinderen beïnvloed? Leerlingen met een handicap vragen, net als leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben zonder handicap, aandacht van de leerkracht. Het aspect van aandachtverdeling en de effectieve leertijd geldt ook in een normale klassensituatie, maar instructie, begeleiding en zelfstandig leren dienen op een aanvaardbaar niveau te blijven. De belastbaarheid van de individuele leerkracht kan een rol spelen in de beoordeling of passende begeleiding gerealiseerd kan worden, maar is niet doorslaggevend. Is passende begeleiding niet mogelijk dan wordt de leerling niet toegelaten en zullen we met het samenwerkingsverband kijken welke school de gevraagde ondersteuning wel kan bieden.
Hoe staat het met de opnamecapaciteit? In de klassensituatie waarin reeds kinderen zijn opgenomen die extra ondersteuning nodig hebben, stellen we grenzen aan het aantal leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte in een groep. Voorwaarde van toelating is dat de aandacht / kwaliteit van het onderwijs voor alle leerlingen gewaarborgd moet zijn en dat het toelaten van een leerling met specifieke onderwijsbehoefte niet ten koste mag gaan van andere leerlingen.
5.5 Plaatsing. De school stelt na alles te hebben overwogen een advies op en neemt een besluit over het verzoek om plaatsing. In een gesprek met de ouders wordt het besluit van de school besproken. Centraal in die beantwoording staat het belang van het kind en de mogelijkheden van de school om het ontwikkelingsproces van het kind te ondersteunen. De school maakt gebruik van de ondersteuning van de mogelijkheden die het samenwerkingsverband biedt, de schoolbegeleiding Zaanstreek/Waterland en/of de speciale (basis)scholen binnen ons
38
samenwerkingsverband. Bij het besluit (te nemen door het bevoegd gezag van de school) tot toelating of weigering is er altijd sprake van een teambesluit. We gaan er immers van uit dat – bij toelating – de leerling de gehele basisschool periode op onze school welkom zal zijn. De opties en vervolgtrajecten zijn:
plaatsing: opstellen van een plan van aanpak met daarbij een overzicht van inzet van middelen, ondersteuning door derden, inzet van aanvullende formatie, onderwijsleerpakket, aanpassingen van het gebouw e.d.
voorlopige plaatsing: alleen wanneer er sprake is van een observatieperiode als niet onmiddellijk duidelijk is of plaatsing succesvol is of kan zijn. Er wordt een overeenkomst opgesteld die zowel door de ouders als door de directeur van de school wordt ondertekend.
afwijzing: indien een kind niet toegelaten wordt op grond van een of meer criteria, wordt dit schriftelijk door het bevoegd gezag meegedeeld aan de ouders, aan het bestuur en aan de inspectie met reden van weigering.
5.6
Informatie over het zorgplatform. Onze school is aangesloten bij het Zorgplatform. Dit Zorgplatform is een samenwerking van de volgende instellingen: basisscholen en speciale scholen voor basisonderwijs van het samenwerkingsverband: GGD Waterland afdeling Jeugdzorg Schoolbegeleidingsdienst Zaanstreek-Waterland Bureau Jeugdzorg Zaanstreek-Waterland Doel van de samenwerking is om voor iedere leerling in het basisonderwijs die problemen ondervindt op school een zo goed mogelijke passende onderwijsaanbod te bieden.
Een kind met ernstige leer- en/of gedragsproblemen, waarvan de school vermoedt dat het beter opgevangen kan worden in een speciale school voor basisonderwijs, wordt aangemeld bij het Zorgplatform. Welke kinderen kunnen hulp krijgen van het Zorgplatform? Problemen op school zijn er niet ineens. Vaak hebben de ouders / verzorgers en de leerkracht al eens met elkaar gesproken over hoe het op school gaat. Veelal is ook thuis aan het gedrag van het kind te merken, dat het niet goed gaat op school. De moeilijkheden van het kind kunnen te maken hebben met het leren of met het gedrag. Ook is een combinatie mogelijk. Om één van deze redenen kan het Zorgplatform worden ingeschakeld. De leerkracht kan het kind dan, met toestemming van de ouders, aanmelden bij het Zorgplatform. a.
de aanmelding De ouders / verzorgers ontvangen van de school een aanmeldingsformulier. Hierin wordt om toestemming gevraagd voor de aanmelding bij het Zorgplatform. De school vult zelf een onderwijskundig rapport in. De “Intake”commissie van het Zorgplatform bekijkt welke hulp het best kan worden ingezet en overlegt dat met de school. In alle gevallen wordt er ook met de ouders een intake-gesprek gehouden. Meestal wordt er onderzoek gedaan bij het kind om een goed beeld te krijgen van het probleem.
39
b.
soorten onderzoeken. observatie in de klas: in de klas wordt gekeken hoe het kind zich gedraagt. pedagogisch-didaktisch onderzoek: er vindt een onderzoek plaats naar de aard van de lees-spelling-, of rekenprobleem, uitgevoerd door de interne begeleider die hiervoor een speciale opleiding heeft gevolgd. psychologisch onderzoek: er wordt onderzoek gedaan naar eventuele oorzaken van de problemen. Meestal wordt daarbij een intelligentietest of een persoonlijkheidsonderzoek afgenomen. Uitgevoerd door een extern bureau. medisch onderzoek door de jeugdarts. dyslexie-onderzoek. Uitgevoerd door een extern persoon / bureau dat hiervoor gecertificeerd is. Indien één of meerdere van bovenstaande onderzoek(en) wenselijk is/zijn ontvangt u hiervoor een uitnodiging.
c.
wat gebeurt er na het onderzoek? De resultaten van het onderzoek worden met ouders / verzorgers en de leerkracht besproken. Daarbij wordt bekeken op welke manier het kind het beste geholpen kan worden. In veel gevallen kan deze hulp op de eigen school worden gegeven. Zo nodig wordt er extra hulp gegeven op de basisschool bijv. met ondersteuning van de schoolbegeleider of met hulp van een leerkracht uit de speciale school voor basisonderwijs. Soms is een verwijzing naar een speciale school voor basisonderwijs wenselijk om het kind een goede opvang te bieden. De Commissie Toelaatbaarheidsverklaring (TLV) wordt hiervoor ingeschakeld. Hiervoor wordt altijd opnieuw de toestemming van de ouders / verzorgers gevraagd. Deze commissie bepaalt uiteindelijk of plaatsing op een speciale school voor basisonderwijs of een school voor speciaal onderwijs noodzakelijk is voor de verdere ontwikkeling van het kind. De gegevens die over het kind zijn verzameld worden bij het Zorgplatform in een dossier bewaard. De gegevens zullen nooit worden doorgegeven aan derden zonder schriftelijke toestemming van de ouders / verzorgers.
d.
onderwijskundig rapport. Naast het aanmeldingsformulier is het ook noodzakelijk om een onderwijskundig rapport aan te leveren voor het Zorgplatform Dit is een zaak voor onze school, die in dit rapport de volgende zaken moet vermelden: de reden(en) waarom de leerling niet gehandhaafd kan worden; een beschrijving van de maatregelen die de school genomen heeft om de leerling extra goed op te begeleiden (opgeschreven in een handelingsplan)
5.7
De Commissie TLV ( toelaatbaarheidsverklaring) als onderdeel van het Zorgplatform. De commissie TLV beoordeelt of een leerling toelaatbaar is tot een speciale school voor basisonderwijs of een school voor speciaal onderwijs. De TLV geeft meestal een tijdelijke verklaring voor toelaatbaarheid. Deze verklaring wordt aangevraagd door de school. Kopieën van de toelaatbaarheidsverklaring gaan naar de ontvangende school en de ouders.
40
6. ZAKELIJKE INFORMATIE 6.1
De medezeggenschapsraad (MR)
De medezeggenschapsraad (MR) is een orgaan dat bij wet is vastgelegd. In onze MR hebben minimaal drie ouders en drie leerkrachten zitting. In het reglement van de MR is vastgelegd over welke zaken de MR adviesbevoegdheid heeft en in welke gevallen instemmingsrecht. Door de wettelijke basis is de MR voor een school een belangrijk orgaan. Een overzicht van het advies- en instemmingsrecht van de medezeggenschapsraad: MR P O
= alle geledingen = personeelsgeleding = oudergeleding
Organisatie medezeggenschap
MR
Bovensbestuurlijke mr Faciliteiten Overdracht en omzetting bevoegdheden Reglement Statuut
P
O
I 2/3 I I 2/3 I 2/3 I 2/3
Onderwijskundig beleid
Doelstellingen Onderwijs- en examenregeling Project of experiment Schoolondersteuningsprofiel Schoolplan
I I A A I
Organisatiebeleid
Aanstelling en ontslag schoolleiding Centrale dienst oprichting Grondslag Klachtenregeling Onderwijstijd Organisatie van de school Overdracht of fusie Schoolreglement Stagiaires en lio’s Taakverdeling schoolleiding Vakantieregeling Veligheids-, gezondheids- welzijnsbeleid Verzelfstandiging nevenvestiging Werkzaamheden uitbreiding / inkrimping
A I I I A I I A A A I I A
Personeelsbeleid
Aanstellings- en ontslagbeleid Aanwezigheid gedrag prestaties personeel Arbo, ziekte en reïntegratiebeleid Bedrijfsmaatschappelijk werk Beoordeling, functiebeloning en differentiatie Cao - afspraken Formatie Nascholing Persoonsgegevens verwerking en bescherming Salaris, toelagen en gratificatiebeleid Taakbelasting personeel exclusief schoolleiding Tijdenregeling voor arbeid en rust Verlofregeling
41
I I
A I I I I I I I I I I I I
Werkreglement en invulling werkoverleg
Vervolg organisatie medezeggenschap Ouder-/leerlingenbeleid
Activiteiten buiten onderwijstijd Buitenschoolse opvang invulling Ondersteunende werkzaamheden ouders Schoolgids Toelating en verwijdering leerlingen Tussenschoolse opvang (overblijven) Uitwisseling bevoegd gezag - ouders Voorzieningen voor leerlingen Vrijwillige ouderbijdrage
I M/R
P
O I
A I I A I I I I
Financieel en huisvestingsbeleid
Beheersbaarheid ouderbijdrage Financieel meerjarig beleid, hoofdlijnen Nieuwbouw of belangrijke verbouwing Onderhoud van de school Sponsoring
I A A A I
I = Instemmingsrecht. Het instemmingsrecht houdt in dat voor bepaalde, in het reglement van de MR genoemde besluiten het bevoegd gezag (schoolbestuur) vooraf de instemming van de MR of een geleding nodig heeft. Het bevoegd gezag mag het besluit niet uitvoeren als deze instemming ontbreekt. A = Adviesrecht. Bij het adviesrecht gaat het erom dat bij een aantal in het reglement vastgelegde aangelegenheden het bevoegd gezag (schoolbestuur) advies moet vragen aan de MR. Het bevoegd gezag mag een advies beargumenteerd naast zich neerleggen. 6.2 De ouderraad (OR) Het is voor elke school heel belangrijk om ouders te hebben, die in de dagelijkse praktijk van het onderwijs hun steentje willen bijdragen. Deze mensen vinden hun plekje in de ouderraad (OR). Juist in de praktijk van alledag en bij het organiseren van feesten en/of andere activiteiten is hun hulp onmisbaar. Juist deze mensen nemen veel werk op zich, maar het resultaat is er dan ook naar: een bloeiende schoolgemeenschap met veel extra activiteiten. Om dit alles te kunnen betalen, vraagt de ouderraad aan alle ouders een jaarlijkse bijdrage. Deze bijdrage is vrijwillig. Jaarlijks legt de ouderraad verantwoording af over de besteding van deze ouderbijdrage. De hoogte van de bijdrage wordt ieder jaar vastgesteld en staat vermeld in deze schoolgids. (zie 6.3) 6.3 De vrijwillige ouderbijdrage. Niet alle activiteiten die door school georganiseerd worden, kunnen bekostigd worden uit de van rijkswege verstrekte gelden en subsidies. Daarom vraagt de ouderraad een vrijwillige bijdrage. Aan het begin van het schooljaar krijgt uw kind een brief mee waarin de penningmeester van de ouderraad de ouders vraagt de ouderbijdrage te betalen. De ouderbijdrage draagt bij in zaken als: culturele uitstapjes, museumbezoeken, sinterklaas-, kerstvieringen en kleine kas per groep. De uitgaven van deze kleine kas bestaan uit aanschaf van artikelen die te maken hebben met bijvoorbeeld de kinderboekenweek of een project. De kleine kas is ingesteld om te voorkomen dat de penningmeester van de ouderraad overstelpt wordt met bonnetjes met kleine bedragen. De vrijwillige ouderbijdrage is vastgesteld op € 20,00 per kind per jaar. Hoewel de bijdrage niet verplicht is, is het van wezenlijk belang dat alle ouders / verzorgers de bijdrage toch betalen om de genoemde activiteiten te kunnen blijven organiseren. De besteding van het geld komt ten goede aan de kind(eren).
42
6.4 Overblijven. Op onze school is een goed werkend overblijfsysteem voor kinderen die tussen de middag niet naar huis kunnen. Er zijn overblijfouders die zorg dragen en toezicht houden op alle kinderen die gebruik maken van de tussenschoolse opvang (TSO). De kinderen van groep 1-2 en 3 lunchen in een klaslokaal. De leerlingen van de groepen 4 t/m 8 lunchen in de gemeenschapsruimte in het hoofdgebouw. De kinderen nemen voor de TSO hun eigen brood en drinken mee. De kosten voor de TSO bedragen € 1,75 per kind per keer. De kosten van de TSO worden achteraf door middel van automatische incasso 1x per maand afgeschreven. Indien een kind van de TSO gebruik gaat maken, dient er een aanmeldingsformulier en een formulier voor machtiging automatische incasso in te vullen. Deze kan ingeleverd worden bij de leerkracht van het kind, bij een van de leidsters of bij de coördinator van de overblijf. Meer informatie over de TSO kan opgevraagd worden bij de coördinator / leerkrachten en / of directie. Kinderen en leidsters vallen onder een door het bestuur collectief afgesloten ongevallenverzekering. 6.5 Buitenschoolse opvang. De voor- en naschoolse opvang worden verzorgd door Majest en Berend Botje. 6.6 Verzekeringen. Het schoolbestuur heeft een collectieve aansprakelijkheidsverzekering afgesloten: voor de kinderen van onze school; voor het personeel; voor alle medewerkers / vrijwilligers, die in schoolverband onder begeleiding en onder toezicht activiteiten verrichten voor school. Voor materiële schade is er geen verzekering afgesloten. Ongevallenverzekering voor leerlingen, voor het personeel en voor vrijwilligers tijdens schooltijd. 6.7 Klachtenregeling. Het kan zijn dat u niet tevreden bent over iets dat op school gebeurt of heeft plaatsgevonden. Mocht u het op bepaalde punten niet eens zijn met ons of klachten hebben over de gang van zaken op school, meldt u dat dan in eerste instantie bij de groepsleerkracht van uw zoon of dochter. U kunt dan samen naar een goede oplossing zoeken. Indien dit gesprek naar uw mening toch onbevredigend is verlopen, dan kunt u altijd contact opnemen met de directeur. Als ook dat gesprek geen oplossing biedt dan kunt u met de contactpersoon van onze school ( beschikbaar voor ouders, team en leerlingen) gaan praten. Levert ook dit niet een bevredigend resultaat op dan kunt u met het bestuur van onze school gaan praten. Zij/hij zal met de klager bepalen op welke wijze de klacht het beste te behandelen is. De klachtenregeling bestaande uit: Klachtenregeling openbaar onderwijs; Toelichting Klachtenregeling openbaar onderwijs; Reglement voor de externe vertrouwenspersoon openbaar onderwijs; Reglement van de landelijke klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs Het protocol klachtenregeling ligt ter inzage in school. Voor onze school is de contactpersoon Annedien Nuijens (0299-367136)
43
Vertrouwenspersoon voor onze school: Mw. H. de Jong Postbus 106 1440 AC Purmerend 0299 – 418756 Landelijke Klachtencommissie Stichting Onderwijsgeschillen Postbus 85191 3508 AD Utrecht Telefoon: 030-2809590 Email:
[email protected] 6.8
Bezoekadres: Gebouw “Woudstede” Zwarte Woud 2 Utrecht
Bijzonder verlof.
Verlof regeling buiten de vakanties om. In de Leerplichtwet staat dat ouders of verzorgers van een leerplichtig kind ervoor moeten zorgen dat een kind naar school gaat. De Leerplichtwet stelt het volgende: De leerplicht voor een kind begint op vijfjarige leeftijd. Om precies te zijn op de eerste schooldag van de maand na de maand waarin het kind jarig is. Op het moment dat kinderen vier jaar worden mogen ze naar school. Extra verlof om bijvoorbeeld buiten het drukke seizoen op vakantie te gaan, of om langer bij familie in het buitenland te kunnen blijven, is niet mogelijk. Verder onder dit hoofdstuk vindt u alle informatie over extra verlof, hoe en bij wie u een aanvraag kunt indienen en wat u moet doen als u het met een genomen beslissing niet eens bent. Vakantieverlof. Alleen wanneer het vanwege de specifieke aard van het beroep van een van de ouders niet mogelijk is om tijdens de schoolvakanties op vakantie te gaan, kan eenmaal per schooljaar door de schoolleiding vrij worden gegeven voor extra vakantie. Indien van toepassing moet bij uw aanvraag een werkgeversverklaring gevoegd worden waaruit dit blijkt. Verder is het belangrijk om te weten dat: de aanvraag minimaal acht (8) weken van tevoren bij de directie moet ingediend worden; de verlofperiode ten hoogste tien schooldagen mag beslaan; de verlofperiode niet in de eerste twee weken van het schooljaar mag vallen. Vergeet niet om rekening te houden met de vakantiespreiding, waardoor de vakanties elk jaar op een ander tijdstip kunnen vallen. Het jaarlijkse vakantierooster is op school en bij ons bestuur te verkrijgen en is ook in deze schoolgids vermeld. (zie ook onze website) Helaas komt het wel eens voor dat een leerling(e) tijdens de vakantie ziek wordt en daardoor pas later op school kan terugkomen. U moet dit dan zo spoedig mogelijk melden aan de schoolleiding en, na terugkeer, een doktersverklaring uit het bezochte gebied of land overleggen, waaruit de periode en de aard van de ziekte blijken.
Het aanvragen van verlof buiten de schoolvakanties. Alle verlof moet schriftelijk aangevraagd worden en kunt u inleveren bij de schoolleiding. ( het verlofformulier is te vinden op onze website) Over een verlofaanvraag voor tien schooldagen of minder beslist de schoolleiding. De directie neemt te allen tijde contact op met de leerplichtambtenaar voor advies.
44
Als de aanvraag gewichtige omstandigheden (omstandigheden gelegen buiten de wil van de leerling en ouders) van meer dan tien schooldagen betreft, wordt de aanvraag doorgestuurd naar de leerplichtambtenaar van de woongemeente. In de meeste gevallen zal deze zich eerst door de schoolleiding laten adviseren alvorens een beslissing te nemen. Over het algemeen zal er sprake zijn van een medische of sociale indicatie en geldt dat een verklaring van een arts of sociale instantie noodzakelijk is waaruit blijkt dat verlof nodig is. Om zicht te houden op het verzuim dient u ook voor 4-jarigen verlof aan te vragen. Verlof in geval van gewichtige omstandigheden. Voor bepaalde gewichtige omstandigheden zoals hier genoemd kan vrij worden gevraagd. Bent u genoodzaakt om van een van onderstaande redenen gebruik te maken, vergeet u dan niet bij de aanvraag een bewijsstuk te overleggen. Zonder bewijsstuk wordt de aanvraag niet behandeld. Gewichtige omstandigheden kunnen zijn: een wettelijke verplichting, voor zover dit niet buiten de lesuren kan verhuizing (ten hoogste 1 dag); bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwanten 2e t/m 3e graad (1 of ten hoogste 2 dagen, afhankelijk of dit huwelijk wordt gesloten in of buiten de woonplaats van de belanghebbende); ernstige ziekte van ouders, bloed- of aanverwanten t/m de 3e graad (duur in overleg met de schoolleiding); overlijden van bloed- of aanverwanten in de 1e graad (ten hoogste 4 dagen). Van bloed- of aanverwanten in de 2e graad (ten hoogste 2 dagen), van bloed- of aanverwanten in de 3e of 4e graad (ten hoogste 1 dag); het 25-, 40- en 50-jarige ambtsjubileum. het 12,5-, 25-, 40-, 50- en 60-jarig huwelijksjubileum van ouders of grootouders (1 dag); andere naar het oordeel van de directie belangrijke redenen, behalve vakantieverlof Geen redenen voor verlof zijn: familiebezoek in het buitenland; vakantie in een goedkope periode of in verband met een speciale aanbieding; het ontbreken van andere boekingsmogelijkheden; een uitnodiging van vrienden of familie om buiten de normale schoolvakantie op vakantie te gaan; eerder vertrek of latere terugkeer in verband met (verkeers-)drukte; deelname aan sportieve of culturele evenementen buiten schoolverband; als kinderen uit uw gezin op een andere school zitten en al vrij hebben. Een aanvraag voor verlof in geval van gewichtige omstandigheden moet bij voorkeur een maand van tevoren, of als dit niet mogelijk is uiterlijk twee dagen na ontstaan van de verhindering, bij de schoolleiding worden ingeleverd. Bezwaar en beroep. Als u het met een genomen beslissing niet eens bent, kunt u een schriftelijk bezwaarschrift indienen bij de schoolleiding (in geval van een verlofaanvraag voor tien schooldagen of minder) of de leerplichtambtenaar van uw woongemeente (in geval van een verlofaanvraag van meer dan tien schooldagen). U krijgt de gelegenheid om uw bezwaarschrift mondeling toe te lichten.
45
Deze neemt uw verzoek dan opnieuw in overweging en stelt u op de hoogte van de al dan niet herziene beslissing. Bent u het nog niet eens met het besluit dan kunt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) binnen zes weken schriftelijk beroep aantekenen bij de Arrondissementsrechtbank, sector Bestuursrecht. Ongeoorloofd verzuim. Verlof dat wordt opgenomen zonder dat daar toestemming voor is verleend door de schoolleiding of de leerplichtambtenaar wordt gezien als ongeoorloofd schoolverzuim. De schoolleiding is verplicht dit aan de leerplichtambtenaar te melden, die procesverbaal kan opmaken. Tot ongeoorloofd verzuim behoort ook het regelmatig te laat komen. Tot slot. Bedenkt u wel dat schoolverzuim altijd nadelig is voor een kind. Het inhalen van gemiste leerstof is niet gemakkelijk en is een belasting voor de leerkrachten en uw kind. Wanneer uw verzoek om extra verlof wordt afgewezen en u bent het niet eens met dat besluit, kunt u schriftelijk bezwaar maken. U dient een bezwaarschrift in bij de persoon die het besluit heeft genomen. U krijgt de gelegenheid om uw bezwaarschrift mondeling toe te lichten. 6.8.2 Ontheffing van de algemene verlofregeling In het schoolplan staat ons onderwijsaanbod. Dat programma - met inbegrip van alle onderwijs (begeleidings)uren geldt voor al onze leerlingen. Er kunnen bijzondere, zwaarwegende omstandigheden zijn waarom u ontheffing wilt van (een deel van) het aanbod. Uw kind: doet aan topsport, krijgt op regelmatige tijden externe hulp vanwege (ernstige) ontwikkelingsproblemen, kampt met medische problemen. kan om religieuze of levensbeschouwelijke overtuigingen aan bepaald schoolactiviteiten niet mee doen. Ontheffing vraagt u schriftelijk aan bij de directeur. In deze brief meldt u de reden van uw verzoek, geeft u aan om welke lessen het gaat, wat uw kind gedurende die tijd doet en welke personen (naam en bevoegdheid) daarbij betrokken zijn. 6.8.3
Verlofregeling externe hulpverlening onder schooltijd.
De school mag voor externe hulpverlening onder schooltijd geen speciaal verlof verlenen. Echter indien er sprake is van een medische indicatie of indien er kan worden aangetoond dat de te verlenen hulp een onmisbare schakel in het hulpverleningsproces is kan hierop een uitzondering worden gemaakt. Als dit is aangetoond, dient er door de ouders/verzorgers en de uitvoerder van de hulpverlening een verklaring van vrijwaring van verantwoordelijkheid aan de school te worden afgegeven. Op deze manier kunnen de school en het bevoegd gezag niet aansprakelijk worden gesteld voor de kwaliteit of gevolgen van de door de externe hulpverlener geleverde diensten en producten. In overleg worden er goede afspraken gemaakt over de frequentie, tijdsduur en wijze waarop terugkoppeling plaatsvindt. Is dit allemaal goed geregeld dan kan school alsnog toestemming verlenen.
46
6.9
Sponsoring.
Als we het over sponsoring hebben dan verstaan we daaronder het verstrekken van geld, goederen of diensten aan een bevoegd gezag, directie of leerkrachten waarvoor een tegenprestatie wordt verlangd door de sponsor. Schenkingen vallen niet onder het begrip sponsoring. Onze uitgangspunten ten aanzien van sponsoring zijn: a. sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taken van de school. b. sponsoring mag de betrouwbaarheid, de objectiviteit en de onafhankelijkheid van het onderwijs en de daarbij betrokkenen niet in gevaar brengen, c. sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden en d. ons onderwijsproces mag niet afhankelijk zijn van sponsormiddelen. Elk aanbod van sponsoring of schenking zal ter goedkeuring worden voorgelegd aan de medezeggenschapsraad. In geval van tegenstrijdige belangen zal de aanvraag ter goedkeuring worden voorgelegd aan het bestuur. Het protocol sponsoring ligt ter inzage in school. 6.10 Vervoeren van leerlingen per auto. In ons team hebben we richtlijnen opgesteld m.b.t. het vervoer van onze leerlingen tijdens buitenschoolse activiteiten:. het aantal veiligheidsgordels in de auto bepaalt het aantal leerlingen dat mag worden vervoerd; kinderen kleiner dan 1,35 m dienen plaats te nemen in een kinderzitje;** kinderen groter dan 1,35 m moeten de gordel om; begeleiders krijgen het adres van de bestemming en indien nodig een routebeschrijving; kinderen stappen uit aan de kant van het trottoir; in elke auto dient een mobiele telefoon aanwezig te zijn; elke bestuurder dient een inzittendenverzekering te hebben; de bestuurder dient dit op schrift kenbaar te maken aan de directie. ** dit is een wettelijke bepaling met dien verstande dat: indien er andere kinderen in een auto meerijden, bijvoorbeeld naar een buitenschoolse activiteit, kan er niet altijd een kinderzitje aanwezig zijn. Bij dit soort incidenteel vervoer over beperkte afstand mogen kinderen vanaf 3 jaar op de achterzitplaatsen zitten waarbij volstaan kan worden met gebruik van de gordel. Wij stellen als eis dat er wel zitjes aanwezig moeten zijn. Wij houden ons dus strikt aan de wet op dit gebied. In het belang van uw kind(eren) / onze leerlingen. Het protocol: “Richtlijnen voor het vervoer van leerlingen van o.b.s. De Piramide ligt ter inzage in onze school en is op onze website gepubliceerd onder het kopje informatie.
47
7. HUISHOUDELIJKE INFORMATIE 7.1 Ziekmelden Als uw kind ziek is of om een andere legitieme reden niet naar school kan, wilt u dit dan altijd op dezelfde dag voor schooltijd melden? Doet u dit tussen 8.15 uur en 8.30 uur per telefoon of per mail. Zo weten we zeker dat er onderweg niets met het kind gebeurd is. 7.2 Verlof voor bezoek aan huisarts, ziekenhuis, therapie of tandarts Zo’n bezoek hoeft u slechts mee te delen aan de betrokken leerkracht. We vragen u wel om dergelijke afspraken zoveel mogelijk voor of na schooltijd te maken. 7.3 Spreektijden / bellen. Wilt u een gesprek met een leerkracht dan kunt u altijd bij hem of haar terecht. Wij vragen u echter wel van te voren even een afspraak te maken. Korte mededelingen, een praatje maken vallen hier natuurlijk niet onder. Probeert u het bellen onder schooltijd zo veel mogelijk te vermijden. 7.4 Hoofdluiscontrole Niet alle dieren en diertjes zijn gewenst. Luizen zijn diertjes die af en toe in meer of minder groten getale onze Nederlandse schooljeugd bezoeken. Zonder aanziens des persoons overigens, iedereen kan er last van krijgen. Laat u het ons even weten als uw kind last heeft van luizen dan kunnen we onze maatregelen nemen. Als hoofdluis de kop opsteekt zal de "luizencontrolecommissie" intensiever gaan controleren. Deze controle wordt uitgevoerd, zodat we u bij constatering van hoofdluis zo snel mogelijk op de hoogte kunnen stellen. De controle vindt in ieder geval plaats na elke vakantie van minimaal een week. Elke groep heeft tenminste 1 vaste ouder die de hoofdluiscontrole uitvoert. Per mail worden de ouders / verzorgers op de hoogte gesteld van de dag dat de controle plaatsvindt. De directeur zorgt er telefonisch voor dat de ouder(s) / verzorger(s) op de hoogte wordt(en) gesteld zodra hoofdluis bij hun kind(eren) wordt geconstateerd. Is de ouder telefonisch niet te bereiken dan wordt er een mail gestuurd. Is er hoofdluis geconstateerd in een groep dan krijgen de ouders van die groep een brief met de mededeling dat er hoofdluis heerst in een groep. Is er hoofdluis in 2 of meer groepen dan krijgen alle ouders / verzorgers van de school een brief. Alle leerlingen hebben een bugbag (een “luizenzak”) Deze wordt eenmailig beschikbaar gesteld door de ouderraad. Er zijn geen kosten voor ouders / verzorgers verbonden aan de aanschaf. Is een kind zijn of haar bugbag kwijt dan betalen de ouders wel de prijs voor aanschaf van een nieuwe tas. Na elke vakantie van minimaal een week worden de bugbags meegegeven naar huis met de bedoeling om deze tassen te wassen.
48
7.5 Binnen- en buitenschoolse activiteiten - Schoolreisjes Voor groep 3 tot en met 7 organiseren we jaarlijks een schoolreisje. De groepen 1 en 2 gaan één keer per twee jaar op stap. Het jaar dat ze niet op schoolreis gaan, organiseren we een feestelijke dag op school. De leerlingen van groep 8 gaan op een driedaags schoolreisje. Schoolreisjes hebben meestal (deels) een educatief karakter. De kosten worden elk jaar vastgesteld. - Bibliotheek Alle groepen bezoeken jaarlijks de bibliotheek. De kinderen leren er om te gaan met al het materiaal dat de bibliotheek bezit en we proberen het plezier in het lezen te bevorderen. Daarnaast biedt de bibliotheek jaarlijks bepaalde activiteiten aan, die we als school zoveel mogelijk proberen te volgen. Van de bibliotheek lenen we ook themacollecties die we gebruiken bij projecten. - 4 Mei herdenking (voor groep 8) Onze school heeft het oorlogsmonument bij het Oorgat in Edam geadopteerd. We besteden jaarlijks aandacht aan de dodenherdenking en leerling van onze school zijn hier actief bij betrokken (het leggen van steentjes bij het monument en het voorlezen van gedichten). - Culturele activiteiten Voor het schooljaar 2015 – 2016 is er een programma vastgesteld voor de leerlingen van alle scholen in Edam. Hierbij wordt ervoor gezorgd dat de leerlingen met diverse kunstvormen in aanraking komen. Naast de toneel– en/of muziekuitvoeringen of andere kunstuitingen krijgen onze leerlingen regelmatig de kans om try-out voorstellingen van Het Speeltheater bij te wonen. Eenmaal per jaar staat er een culturele activiteit voor een groep op het programma. Tevens heeft de cultuurcommissie van onze school (bestaande uit o.a. speciaal daarvoor opgeleide interne cultuur-coördinatoren) een programma voor alle groepen opgesteld. Dat varieert van een bezoek aan een culturele activiteit in Edam tot het bezoeken van het Concertgebouw / Hermitage in Amsterdam. 7.6. Sport Elk jaar worden er sportevenementen georganiseerd voor de leerlingen. Wij doen als school mee aan het volgende toernooi: het scholenvoetbaltoernooi bij EVC
49
7.7. Ouderhulp in school Wij vinden de hulp van ouders belangrijk. Naast zitting nemen in de ouderraad en / of de MR zijn er nog tal van andere taken die ouders kunnen vervullen. Mede door deze hulp kunnen we activiteiten als computeronderwijs, creatieve middagen, overblijven, Sinterklaas-, Kerst- en Paasactiviteiten beter laten verlopen. Een goede relatie tussen ouders en school is ons inziens erg belangrijk en kan bepalend zijn voor het welbevinden van het kind. Er zijn natuurlijk ook wel eens activiteiten die in de loop van het schooljaar plaatsvinden en waarvan de school bij aanvang van het schooljaar nog niet weet wanneer deze activiteiten plaatsvinden. Ook dan zal er een beroep op u (kunnen) worden gedaan. Bij welke activiteiten is uw hulp gewenst? creatieve middagen; vervoer in het kader van uitstapjes; sportdagen; activiteiten in het kader van Sinterklaas, Pasen en Kerst; projecten; hoofdluiscontrole; techniekonderwijs;
-
-
7.8 Klassenouder. Elke groep heeft één of meer klassenouder. De taken van deze klassenouder(s) zijn o.a.: het regelen van hulpouders voor diverse activiteiten in en buiten school (bijvoorbeeld bij sinterklaas- en kerstactiviteiten, ict-lessen, sportdagen schoolfeest, technieklessen enz) coördineren van het doen van boodschappen in het kader van schoolreisjes en / of excursies inpakken sinterklaascadeautjes contact met ouderraad (bijvoorbeeld bij het versieren van de school tijdens sinterklaas / kerst) 7.9. Deurbeleid. Afgelopen schooljaar hebben we het zgn. deurbeleid ingevoerd: ouders van de groepen 4 t/m 8 kunnen hun kinderen tot aan de deur van het lokaal brengen. De leerkracht begroet bij binnenkomst alle kinderen. De aandacht van de leerkracht is zodoende vooral gericht op het kind en niet op de ouder. Dat wil overigens niet zeggen dat de leerkracht totaal geen aandacht meer heeft voor de ouder. Dat is niet het geval. Ouders / verzorgers kunnen voor specifieke zaken de leerkracht altijd blijven aanspreken. 7.10. Afscheidsavond leerlingen groep 8 Er wordt op feestelijke wijze afscheid genomen van de leerlingen van groep 8 die onze school verlaten. De leerlingen voeren voor hun ouders en verdere familieleden hun afscheidsmusical op en na afloop van de voorstelling wordt op officiële wijze afscheid genomen van de leerlingen. Deze afscheidsavond is meestal in de laatste schoolweek.
50
7.11. De schoolfotograaf In overleg met de ouderraad komt er aan het begin van elk schooljaar een schoolfotograaf. Er worden individuele foto’s genomen, groepsfoto’s en eventueel foto’s met broer(s) en/of zus(sen), die bij ons op school zitten. Er worden geen foto’s gemaakt van vriendjes en vriendinnetjes die samen op de foto willen. 7.12. Rookverbod In school geldt in het hele gebouw te allen tijde een rookverbod. 7.13. Gevonden voorwerpen Het gebeurt regelmatig dat kinderen hun eigendommen vergeten mee te nemen. Voorwerpen die we vinden en waar geen naam op staat of waarvan we de eigenaar niet kunnen achterhalen, verzamelen we in een bak. Zijn de gevonden voorwerpen niet geclaimd door de rechtmatige eigenaar dan worden de niet meer bruikbare voorwerpen weggegooid. 7.14. Brengen en halen Indien u uw kind met de auto naar school brengt (doet u dat alleen als het echt nodig is), parkeert u de auto dan zodanig dat u niet tot overlast bent van de omwonenden, ouders / verzorgers en kinderen. Parkeert u uw auto zodanig dat het zicht bij de oversteekplaats bij school niet belemmerd wordt. Afgelopen schooljaar is er een schoolzone ingesteld waarbinnen de maximale snelheid 30 km per uur is en waar alleen in de parkeervakken parkeergelegenheid is. Dit alles in het belang van uw kin(eren) / onze leerlingen. Kinderen houden weinig rekening met passerende auto's en schieten vaak onverwachts tussen de geparkeerde auto's vandaan. 7.15. Oefenen in verband met ontruimingsplan In het kader van bedrijfshulpverlening is het gewenst dat de gebruikers van het schoolgebouw op de hoogte zijn van hoe ze het gebouw zo snel en veilig mogelijk verlaten als er iets gebeurt bv. in geval van brand. Dit snel en veilig ontruimen van het gebouw moet geoefend worden en dit gebeurt jaarlijks een aantal keren. 7.16. De nieuwsbrief (Pipo) Piramidepost (of kortweg: PIPO) is een veertiendaags mededelingenblad voor de ouders/verzorgers. Hierin vindt u alle relevante gegevens voor de komende twee weken. De PIPO komt altijd uit op de dinsdag en wordt via de mail verspreid. Ouders / verzorgers van leerlingen die om welke reden dan ook de nieuwsbrief niet per mail kunnen ontvangen krijgen de papieren versie. 7.17. Telefoonnummer / email adres / woonadres. Wijzgingen op genoemde gebieden moeten zo spoedig mogelijk doorgegeven worden. Elk schooljaar zal bij het kennismakingsgesprek tussen de ouders en de leerkracht gevraagd worden om de gegevens te controleren. 7.18. Trakteren. Wanneer kinderen jarig zijn mogen ze trakteren. Wanneer de traktatie erg groot is (dat is overigens absoluut niet nodig) mogen de kinderen één stuk van de traktatie voor de pauze opeten. Het restant van de traktatie wordt om 15.30 uur mee naar huis gegeven. We vragen u om gezonde traktaties aan te bieden. Jarige leerlingen mogen rondgaan met een traktatie voor de leerkrachten.
51
7.19. Gezonde school / fruitdagen. In het schooljaar 2012 – 2013 hebben we de ambitie uitgesproken om een gezonde school te zijn met aandacht voor gezonde tussendoortjes van kinderen, gezonde traktaties en voldoende beweging voor kinderen. Om dit te bereiken hebben we contact opgenomen met de GGD en de Sportkoepel Edam-Volendam. Dit heeft geresulteerd in o.a. de invoering van drie fruitdagen (op maandag, woensdag en vrijdag). Door actief beleid op gebied van gezonde traktaties (verjaardagen, sportdagen, schoolreisjes en verjaardagen van leerkrachten) is ons in juni 2014 het vignet Gezonde School uitgereikt. We zijn daar heel trots op. Het ingezette beleid zal in de komende jaren gehandhaafd en wellicht uitgebreid worden.
-
7.20 Leerlingenparlement. Het leerlingenparlement bestaat uit leerlingen van de groepen 6 t/m 8. Uit elke groep 2. Deze leerlingen worden gekozen door de leerlingen uit de eigen groep. Jaarlijks vinden er verkiezingen plaats waardoor de samenstelling ook jaarlijks verandert. Het parlement vergadert minimaal 4 keer per jaar over onderwerpen die de leerlingen van de school zelf aandragen. Onderwerpen die gaan over bijvoorbeeld: de inrichting van het plein het onderwijs de computers de buitenschoolse activiteiten invulling festiviteiten Van elke vergadering wordt een verslag gemaakt. Vragen of opmerkingen van het parlement worden schriftelijk beantwoord door directie en/of leerkrachten.
52
INSTELLINGEN BETROKKEN BIJ ONZE SCHOOL 8.1 Bestuur. Het bestuur van onze school wordt gevormd door de STICHTING PRIMAIR ONDERWIJS REGIO WATERLAND EN OOSTZAAN. postadres : Postbus 200 1440 AE Purmerend Bezoekadres : Gedempte Singelgracht 18-20 1141 AP Purmerend telefoon : 0299 – 820900 e-mail :
[email protected] website : www.stichtingspoor.nl bestuursmanager : mw. A. Kuiper 8.2 Inspectie. Onze school valt onder het rijksinspectiekantoor van Leeuwarden. De inspectie controleert o.a. het schoolplan, de schoolgids, het zorgplan enz. Verder stelt de inspectie tijdens schoolbezoeken vast of de praktijk van onze school overeenkomt met de plannen zoals die zijn opgesteld. De inspectie is op de volgende manier te bereiken: Inspectie van het Onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800 – 8051 (gratis) Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900 – 1113111 (lokaal tarief) 8.3 De schoolbegeleidingsdienst (SBD) De school maakt regelmatig gebruik van de diensten van externe organisaties zoals bijvoorbeeld de Schoolbegeleidingsdienst (SBD). Het kan zijn dat we advies inwinnen over methodes, de schoolorganisatie of regelingen. Verder vragen we hulp bij de SBD indien we problemen ondervinden op pedagogisch- of didactisch gebied. Ook voert de SBD onderzoeken uit die gericht zijn op het onderkennen van eventuele leer- en gedragsproblemen van onze leerlingen. Deze onderzoeken worden pas uitgevoerd als de ouders / verzorgers geheel op de hoogte zijn van de situatie en hun toestemming hebben gegeven. Indien een kind speciale hulp nodig heeft, meer dan de school kan bieden, wordt er een onderwijskundig rapport door ons opgemaakt. De SBD verricht naast bovenstaande nog tal van andere werkzaamheden: het begeleiden van schoolteams, het verzorgen van cursussen, adviseren van schoolteams op pedagogisch - en didactisch gebied.
53
8.4 JGD - Zaanstreek-Waterland. Wat kunt u verwachten van de Jeugdgezondheidszorg? De Jeugdgezondheidszorg van de GGD is nauw betrokken bij de gezondheid, groei en ontwikkeling van kinderen vanaf 4 jaar. Elke school heeft contacten met een Jeugdgezondheidszorgteam van de GGD bestaande uit een jeugdarts, een jeugdverpleegkundige, een doktersassistent en een logopedist. A. Het Preventief Gezondheidsonderzoek (PGO) 5 – jarigen. Alle kinderen geboren in 2009 worden met hun ouders / verzorgers uitgenodigd voor een PGO. Het PGO wordt uitgevoerd door de doktersassistente en de jeugdarts. De doktersassistente onderzoekt de oren en ogen. Dit onderzoek vindt plaats op school. Daarna volgt het medisch onderzoek door de jeugdarts. Dit onderzoek vindt plaats op een CJG locatie. B. Het Preventief Gezondheidsonderzoek (PGO) groep 7. Alle leerlingen van groep 7 worden met hun ouders / verzorgers uitgenodigd voor een PGO. Het onderzoek wordt uitgevoerd door de jeugdverpleegkundige en vindt plaats op een CJG locatie. C. Spraaktaal screening 5 – jarigen. Bij alle leerlingen geboren in de 2e helft 2010 en 1e helft 2011 wordt een spraaktaal screening afgenomen. Deze screening wordt uitgevoerd door een logopedist en vindt plaats op school. Voor deze screening wordt vooraf uw toestemming gevraagd. Na afloop van de screening krijgt u bericht over de resultaten. D. Onderzoek op locatie. Buiten het Preventief Gezondheids Onderzoek en de logopedische screening kunt u, indien u problemen of vragen heeft over de ontwikkeling of het functioneren van uw kind, ook zelf telefonisch een afspraak maken voor een gesprek of een onderzoek. Ook kan de school – na overleg met u – een CJG-medewerker benaderen met vragen over uw kind. E. Inloopspreekuur. De jeugdarts, jeugdverpleegkundige, doktersassistente en de logopedist van de school van uw kind, kunt u bereiken tijdens kantoor-uren. De Jeugd Gezondheidszorg is telefonisch bereikbaar onder nummer 0299 – 748004 of via de mail:
[email protected] F. Samenstelling JGZ team. Jeugdarts: Jeugdverpleegkundige: Doktersassistente: Logopedist: Opvoedadviseur: Schoolmaatschappelijk werk:
Mw. Karin Bruynesteyn Mw. Sandra Blankendaal Mw. Ellen Schouten Mw. Fanny Peters Mw. Anneke Dekker Dhr. Khalid el Ghalzouri
54
ORGANISATIE SCHOOLJAAR 2015 – 2016. RESULTATEN VAN ONS ONDERWIJS SCHOOLJAAR 2014 – 2015. De drie vermelde vakken zijn de vakken die door de inspectie gebruikt wordt om de kwaliteit van ons onderwijs te meten. Het betreft de CITO-toetsen: DMT (drie minuten toets Eind groep 3, midden groep 4 en midden groep 5) Begrijpend lezen ( midden groep 5, 6, 7 en 8) Rekenen: (midden groep 4, 5, 6 en 7) Daarnaast vermelden we hierbij de midden groep 8 uitkomsten van CITO-toetsen DMT (drie minuten toets) Afnamemoment DMT Eind 3 DMT Midden 4 DMT Midden 5
Vaardigheidsscore groep 33,9 56,1 70,2
Norm inspectie 33 48 66
Vaardigheidsscore groep 50,1 70,6 97,7 112,2
Norm inspectie 50 71 98 110
Vaardigheidsscore 25,2 32,6 49,4 59,9
Norm inspectie 25 32 45 55
Rekenen Afnamemoment Midden groep 4 Midden groep 5 Midden groep 7 Midden groep 8 Begrijpend lezen Afnamemoment Midden groep 5 Midden groep 6 Midden groep 7 Midden groep 8
55
Gymrooster schooljaar 2015-2016 Dag Maandag
Donderdag
Tijd 08.45 – 09.30 09.30 – 10.15 10.30 – 11.15 11.15 – 12.00
Groep 6 8 6-7 7
13.15 – 14.00 14.00 – 14.45 14.45 – 15.30
5 4 3
08.45 09.30 10.30 11.15
3 4 5 6
– – – –
09.30 10.15 11.15 12.00
13.15 – 14.00 14.00 – 14.45 14.45 – 15.30
8 7 6-7
De leerlingen van de groepen 3 gaan op dinsdagmiddag i.v.m. schoolzwemmen naar het zwembad in Volendam. Vertrek vanaf school is om 14.15 uur. De leerlingen zijn om ongeveer 15.30 uur terug in school. Het vervoer is per bus. Schooltijden en inloop. Schooltijden: DAG Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag
GROEP 1 t/m 8 1 t/m 8 1 t/m 8 1 t/m 8 1 t/m 8
OCHTEND 08.45 – 12.00 08.45 – 12.00 08.45 – 12.45 08.45 – 12.00 08.45 – 12.45
MIDDAG 13.15 – 15.30 13.15 – 15.30 Vrij 13.15 – 15.30 Vrij
Inloop voor ouders t/m groep 8. De schooldeuren voor de leerlingen van de groepen 1 t/m 8 gaan open vanaf 8.35u en 13.05u. (kenbaar gemaakt door de 1ste keer dat de schoolbel luidt) Dat betekent dat de leerlingen vanaf de genoemde tijdstippen naar hun lokaal gaan en niet op het plein blijven. Om 08.45 uur en ’s middags op maandag, dinsdag en donderdag om 13.15 uur luidt de bel opnieuw ten teken dat de lessen beginnen. Op woensdag en vrijdag luidt de bel om 12.45 uur. Het te laat komen van een kind is storend voor de lessen, maar brengt ook onrust bij het kind. Bij vaak te laat komen wordt contact met ouders opgenomen door de directie en in het uiterste geval door de leerplichtambtenaar. De kleine pauze voor de leerlingen van de groepen 3 t/m 8 is van 10.15u tot 10.30u of van 10.30u tot 10.45u. De leerlingen van groep 1 en 2 spelen voor of na deze pauze buiten.
56
Vakanties. vakantie Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Pasen Meivakantie (inclusief Koningsdag en Hemelvaart) Pinksteren Zomervakantie
19 21 29 25 25
– – – – –
1ste dag 10 – 2015 12 – 2015 02 – 2016 03 – 2016 04 – 2016
23 01 04 28 06
16 – 05 – 2016 18 – 07 – 2016
laatste dag – 10 – 2015 – 01 – 2016 – 03 – 2016 – 03 – 2016 – 05 – 2016
16 – 05 – 2016 26 – 08 – 2016
1 2 1 2 2
opmerkingen week weken week dagen weken
1 dag 6 weken
Leerkrachten / groepenverdeling. Jur Beugel Ria Ruck-Martens Hanneke Pekelharing
directeur intern begeleider intern begeleider en coördinator rekenen.
Jolanda Koppes Mia Bouwes Pam van Vuren Eelke van der Linden Esther de Lange Janneke Keeman Annedien Nuyens
leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht
groep groep groep groep groep groep groep
1-2 1-2 4 en 5 5 3 3 en 7 6
Susanne van Vlaanderen Jacoline Beets
leerkracht groep 6 leerkracht groep 4
Björn van Pelt Johanna Wielinga Monique Riecker-Stam
leerkracht groep 6-7 leerkracht groep 8 leerkracht groep 7
Mirjam Lagemaat Margriet Visser
vakleerkracht gym
coördinator PR-zaken cultuurcoördinator preventiemedewerker (Arbozaken) en contactpersoon bouwcoördinator en coördinator verkeer en rapporten coördinator wereldoriëntatie taal-lees coördinator coördinator onderwijs meer- en hoogbegaafde leerlingen ICT–coördinator
57