Samenvatting Masterclass 2009 Waarheidsvinding, of wat u weten wilt...
Samenvatting Masterclass. Op 19 juni 2009 werd de jaarlijkse Masterclass gehouden met als onderwerp ‘’Waarheidsvinding; of wat u weten wilt’’. De Masterclass vond plaats in Hotel Figi te Zeist. Er waren 101 genodigden aanwezig en derhalve kan gesproken worden van een goede opkomst. Sprekers: Mevr. mr. J. Meyst-Michels, werkzaam bij Van Benthem & Keulen Advocaten te Utrecht Prof. dr. W.A. Wagenaar, hoogleraar Psychologie & Recht aan de Universiteit te Leiden; De heer mr. P.N. Langstraat, werkzaam als Letselschade-advocaat bij Moree Gelderblom Advocaten te Rotterdam en tevens voorzitter van de Vereniging van Letselschade Advocaten; Ing. A.D. Sijpkes, expert Aansprakelijkheid/CAR- werktuigbouw bij expertisebureau GAB Robins Takkenberg B.V. te Rotterdam.
Na een welkomstwoord van de heer J. Fröhlich, CEO bij GAB Robins Takkenberg B.V. en beoogd CEO van Cunningham Lindsey Nederland nam mevrouw Meyst-Michels het woord. Zij was tevens dagvoorzitter.
Samenvatting Masterclass 2009 Waarheidsvinding, of wat u weten wilt...
Inleiding mevrouw mr. J. Meyst- Michels In het kader van waarheidsvinding vindt na een schademelding veelal een onderzoek plaats naar de toedracht van een ongeval en tevens naar de schadelast. De kosten van dit onderzoek zijn voor rekening van de verzekeraar. Een uitzondering hierop volgt uit de uitspraken van de Rechtbank Assen van 25 april en 27 juli 2007, LJN – BH 6215. In deze uitspraken gaat het om een ongeval uit 1996 waarbij een vrijwilligster tijdens het vastzetten van een paard letsel aan haar linkerhand oploopt. In 2002 volgt een medische expertise. Conclusie luidt posttraumatische dystrofie en 25% functieverlies. In 2004 volgt arbeidsdeskundig onderzoek naar de beperkingen in het huishouden en naar verlies zelfwerkzaamheid. Gelaedeerde blijkt ernstig beperkt en de arbeidsdeskundige schat de behoefte aan huishoudelijke hulp in op 20 uur per week en onderhoud aan huis en tuin op 238 uur per jaar. Dan krijgt de verzekeraar een tip binnen waaruit zou volgen dat betrokkene vanaf 2003 geacht moet worden geen beperkingen meer te ondervinden als gevolg van het ongeval. De verzekeraar laat gelaedeerde gedurende een aantal maanden observeren en de tip wordt bevestigd. Het slachtoffer wordt samen met haar advocaat geconfronteerd met de bevindingen van het onderzoek en de verzekeraar vordert de gemaakte observatie- en onderzoekskosten terug van gelaedeerde. Verzekeraar start een procedure. De verzekeraar baseert haar vordering op opzettelijke misleiding om schadevergoeding te krijgen waarop geen recht bestaat, zijnde een onrechtmatige gedraging. Gelaedeerde stelt als belangrijkste verweer dat het onderzoek in strijd is met de Gedragscode voor Persoonlijk Onderzoek.
De rechtbank Assen is echter van mening dat de verzekeraar door de tip een gerede twijfel en een redelijk vermoeden van fraude kon hebben. Een en ander is ook niet in strijd met de subsidiariteit. Er waren al diverse andere onderzoeken geweest en er was geen beter alternatief. Ook aan proportionaliteit was voldaan (gelaedeerde vorderde EUR. 230.000,00). De conclusie luidde dat er door de verzekeraar een zorgvuldige belangenafweging had plaatsgevonden en er geen inbreuk op de privacy plaatsvond. Waarheidsvinding vindt vanzelfsprekend echter niet alleen bij fraude plaats, maar ook tijdens een toedrachtsonderzoek. Hierbij dient de expert/schadebehandelaar er op bedacht te zijn, dat niet altijd de feiten komen vast te staan. Een getuige kan als gevolg van de eigen perceptie een gekleurde verklaring afleggen.
Samenvatting Masterclass 2009 Waarheidsvinding, of wat u weten wilt...
Professor Dr. W.A. Wagenaar Na mevrouw Meyst-Michels kwam Prof dr. W.A. Wagenaar aan het woord. Prof. Dr. Wagenaar is gespecialiseerd in het geheugen van de mens. In de praktijk geeft hij met name advies in strafzaken, maar ook incidenteel in (letsel)schade-zaken. Dr. Wagenaar heeft met name zijn visie gegeven op het vraagstuk of een getuige hetgeen hij heeft waargenomen op een juiste wijze kan weergeven. Kortom: is het wel juist wat een getuige zich herinnert? In schade-zaken is veelal sprake van lange termijnen. Er is ook geen regelgeving die dit verbiedt. Volgens dr. Wagenaar bederft tijd alleen de herinnering ook niet. Er zijn nl. ook andere redenen die een herinnering ‘’ bederven’’:
1. Het moment dat een herinnering wordt gemaakt; waar we geen aandacht aan hebben gegeven, wordt niet opgeslagen en wordt geen herinnering.
2. Het is onwaarschijnlijk dat een getuige op het moment dat hem naar zijn verklaring wordt gevraagd, dit voor de eerste maal weergeeft; steeds wordt de representatie geactiveerd, waarna de wijze van vertellen als nieuwe gebeurtenis wordt opgeslagen in de hersenen. Het verhaal kan dus steeds iets veranderen; De vraagstelling is van belang; een suggestieve vraagstelling kan een getuige op ideeën brengen. De letterlijke tekst van vraag en antwoord is noodzakelijk. Het bovenstaande werd tijdens de Masterclass op ludieke wijze gedemonstreerd aan de hand van het proces van Willem Holleeder. Bij het horen van een getuige is het volgens dr. Wagenaar van belang diens verklaring letterlijk op te schrijven. Daarbij komt tevens de vraag aan bod of een getuige alleen geloofwaardig is als deze 100% consistent is. Of bijvoorbeeld 2 getuigen alleen als hun verklaringen identiek zijn. Dit is niet het geval, sterker nog, dan lijkt een en ander geïnstrueerd. Hierbij wordt verwezen naar het dierentuinexperiment. Tevens behandelt dr. Wagenaar nog een voorbeeld van een diefstal van een Mercedes, ondanks een alarm op deze auto. De verzekeraar wenst geen vergoeding te verstrekken, omdat wordt aangenomen dat het alarm niet is aangezet. Tijdens de procedure wordt door de rechter aan betrokkene een bewijsopdracht gegeven, teneinde aan te tonen dat het alarm was ingeschakeld. Hoewel de diefstal 9 jaar eerder had plaatsgevonden, slaagde betrokkene er in 3 getuigenverklaringen te verstrekken, nl van zijn echtgenote, een buurvrouw en hemzelf. De verzekeringsmaatschappij heeft uiteindelijk de schade betaald. Volgens dr. Wagenaar is het in het licht van bovenstaande procedure nuttig om iets te begrijpen van het ‘’apparaat’’ dat de verklaring redigeert. Is nl. iets gelijk in het geheugen geplaatst, dan maakt de lange termijn niet uit!
Samenvatting Masterclass 2009 Waarheidsvinding, of wat u weten wilt...
Mr. P.N. Langstraat De derde spreker was mr. P.N. Langstraat. Zijn verhaal was geënt op de stelling ‘’ De waarheid is een leugen”. Het procesrecht was in Nederland voor de herziening van het Wetboek van Rechtsvordering in 2002 ‘’kneedbaar’’. Na 2002 zijn er in Nederland nieuwe bepalingen in het Wetboek van Rechtsvordering opgenomen waarmee de waarheidsvinding gediend is. Met name komen in dit kader een aantal wetsartikelen aan de orde. In art. 21 Rv is de waarheidsplicht opgenomen. Dit klinkt heel dwingend, een sanctie ontbreekt echter. Artikel 111 Rv gaat over de substantiëringsplicht. Dit betekent dat een eiser zoveel mogelijk in de dagvaarding dient op te nemen, anders wordt mogelijk het bewijsaanbod als onvoldoende beschouwt. Ook dit artikel heeft echter verder weinig consequenties. Van belang is wel art. 843a Rv. Dit artikel geeft partijen het recht informatie aan elkaar te vragen. Voorwaarden voor het instellen van deze vordering: - Rechtmatig belang; - Het moet gaan om bepaalde bescheiden en niet om een algemeen inzagerecht; hierbij kan worden verwezen naar Rb Dordrecht 11 februari 2009. De vordering moet betrekking hebben op een rechtsbetrekking waarin de eiser of zijn rechtsvoorganger partij is. Dit wetsartikel kent echter ook restricties: - gewichtige redenen (bijv. bedrijfsgeheimen); - verschoningsrecht; - als behoorlijke rechtsbedeling ook zonder verschaffing van de gegevens is gewaarborgd. een ‘’fishing expedition’’ moet worden voorkomen. Uitgebreid komt ook het Amerikaanse rechtssysteem aan de orde, waarbij de conclusie luidt dat binnen ons rechtssysteem veel eerder wordt toegekomen aan een inhoudelijke behandeling van de zaak.
Samenvatting Masterclass 2009 Waarheidsvinding, of wat u weten wilt...
Ing. A.D. Sijpkes Laatste spreker was ing. A.D. Sijpkes. Hij gaf weer hoe waarheidsvinding door onderzoek naar sporen plaatsvindt. Hierbij komen met name de volgende vragen aan bod: - Schade, wat nu? - Waar gaat het om? - Waar is het? - Wat zie, ruik, proef, hoor, voel ik? - Wat vinden anderen ervan? - Verder onderzoek, waaronder de tripodmethode.
Deze vragen werden geïllustreerd aan de hand van een aantal onderzoeken waaronder die naar het ongeval met de randstadrail te Den Haag, welke tussen 2005 – 2007 in gebruik was en het ongeval tijdens de voorjaarsstorm in 2007. Hierbij was een bouwkraan omgewaaid te Rotterdam.
Samenvatting Masterclass 2009 Waarheidsvinding, of wat u weten wilt...
Casus en afronding Halverwege de middag werd een korte film getoond, waarna in subgroepjes een casus werd behandeld. Nadien vond plenaire behandeling plaats in de grote zaal. Ook deze casus stond in het teken van besef dat iedereen wordt beïnvloed door zijn eigen waarneming en perceptie.
De dag werd afgesloten met een informele bijeenkomst.
Mevr. mr. I.S.J. van Vliet-Koopman, re