School Ondersteuningsplan Veluws College Walterbosch
1-10-2015 | Mevr. J. Versluijs | I. Mensink | S. Torringa
School Ondersteuningsplan Veluws College Walterbosch 1-10-2015 V.C. Walterbosch Mevr. J. Versluijs / I. Mensink/ S. Torringa
Inhoudsopgave Inleiding ................................................................................................................................................... 3 Hoofdstuk 2
Algemene gegevens over de school ................................................................................ 3
Hoofdstuk 3
Basisondersteuning en extra ondersteuning .................................................................. 5
Hoofdstuk 4. Conclusie en ambities ...................................................................................................... 17 Hoofdstuk 5. Ontwikkelagenda ............................................................................................................ 18 Bijlage 1: Handreiking voor een arrangement in te vullen per individuele leerling.............................. 19 Bijlage 2: Taakbeschrijving leerlingbegeleider op het Walterbosch ..................................................... 20
2
Inleiding Vanaf augustus 2014 is de wet Passend Onderwijs ingegaan. Om de doelstellingen uit deze wet te realiseren werken scholen, “gewoon” en speciaal onderwijs, samen in een regionaal samenwerkingsverband. In onze regio heet dat “Samenwerkingsverband 25-05” . Het SchoolOndersteuningsPlan dat u nu leest beschrijft welke vormen van ondersteuning op een school worden geboden. Die beschrijving is zo gemaakt dat ze enerzijds onderling vergelijkbaar zijn tussen alle scholen van ons samenwerkingsverbanden en anderzijds ‘gestapeld’ kunnen worden tot een totaaloverzicht van wat binnen het samenwerkingsverband geboden wordt. Het samenwerkingsverband bepaalt of elke leerling met een ondersteuningsbehoefte ergens in de regio een passend aanbod kan vinden en daarmee aan de zorgplicht wordt voldaan om voor iedere leerling passend onderwijs te bieden. De schoolondersteuningsprofielen voor de verschillende scholen zullen onderwijsinhoudelijke en (ortho)pedagogische verschillen laten zien tussen het onderwijsaanbod van scholen. Voor ouders zinvolle informatie omdat men zo een beeld kan krijgen wat op welke school aangeboden wordt en een goede keuze kunnen maken waar hun kind een goede plek gaat vinden. Omdat niet alles op papier te zetten is nodigen we ouders met vragen vooral uit contact met ons op te nemen en het gesprek aan te gaan.U vindt in 2.1. de contactgegevens van school. Dit SOP bestaat uit een beschrijving van de basis en extra ondersteuning die geboden wordt. Basis wil zeggen preventieve en licht curatieve interventies die binnen de school worden uitgevoerd. Extra wil zeggen meer en “zwaarder” dan dat en beschrijft de arrangementen die wij als school dan bieden. De afspraken over wat basis of extra is worden gemaakt binnen het samenwerkingsverband 25-05. We merken dat we een groeiend aantal leerlingen heeft die behoefte heeft aan basis of extra ondersteuning en ons ondersteuningsaanbod is dan ook niet definitief maar is zich aan het ontwikkelen. Beperking is dat onze lesgroepen vaak groot zijn op havo en vwo en dat betekent dat een deel van de begeleiding juist naast de les plaats moet vinden . Inmiddels zijn we juist ook aan het leren hoe we die begeleiding, een apart zorglokaal, studieondersteuning etc zo inrichten dat we onze leerlingen toch zoveel mogelijk ondersteuning kunnen bieden.
Hoofdstuk 2
Algemene gegevens over de school
2.1 Contactgegevens Veluws College Walterbosch Waltersingel 130 Postbus 789 7301 BA APELDOORN Contactpersoon SOP, ondersteuningscoördinator Walterbosch: Mevr. I. Mensink
[email protected] 055- 3579825 Mevr. S. Torringa
[email protected] 055 3579825
3
2.2 Onderwijsvisie / schoolconcept Het Veluws College heeft als primaire taak het verzorgen van kwalitatief goed onderwijs op vmbo-, havo-, 1 atheneum- en gymnasiumniveau . Op het Walterbosch, de vestiging waar dit SOP over gaat, wordt onderwijs aangeboden op havo, atheneum en gymnasiumniveau. Het onderwijs is gericht op het aanbrengen van kennis, inzicht en vaardigheden bij de leerlingen op een zo hoog mogelijk niveau. Daarbij is veel aandacht besteed voor de leerlingbegeleiding die gericht is op de individuele behoefte van de leerling. Deze zorg richt zich naast de cognitieve ontwikkeling ook op de sociaal-emotionele vorming van de leerling. Naast de reguliere vakken die specifieke kennis en vaardigheden aanbieden wil het Walterbosch leerlingen ook uitdagen zich in andere richtingen te ontplooien. Hiertoe bestaat in de onderbouw de keuze uit verschillende keuzestromen (Podium, Nieuwe Media en Technasium) in alle opleidingen en is er een plusstroom voor leerlingen in het vwo+ . Buiten het reguliere lesprogramma wordt ook tal van activiteiten aangeboden die gericht zijn op zelfontplooiing en groepsvorming. Elke leerling kiest een keuzestroom en dat betekent dat een ieder van onze leerlingen in de onderbouw deelneemt aan projecten die samenwerkingsvaardigheden en vaardigheden rond het zelfstandig leren en werken vragen. Op school wordt veel gebruik gemaakt van de laptop door leerlingen; dat betekent dat we deels werken met digitale werkboeken maar ook dat een mobiele telefoon en laptop onderdeel zijn van de hulpmiddelen waarmee onze leerlingen leren. Op het Walterbosch vormt het mentoraat de spil in de begeleiding van de leerlingen. In de visie van het management van het Walterbosch, moet het mentoraat zich in eerste aanleg concentreren op het studierendement van de leerling. Omringende zorgvragen die leiden tot een beter sociaal welbevinden, maar dus zeker ook tot de best haalbare prestaties, zijn daar aan ondersteunend. Het mentoraat moet in de planperiode 2015-2017 verder ontwikkeld worden.
2.3 Kengetallen leerlingenpopulatie de afgelopen 6 schooljaren en schoolkenmerken Aantal leerlingen Besproken in ZAT LWOO-beschikking Plaatsing DG of Oscar Terugplaatsing DG/Oscar LGFfinanciering
NB;
1. 2.
2010-2011 1287 9 0 1 1
2011-2012 1327 9 0 1
2012-2013 1385 4 0 3
2013-2014 1471 1 0 Geen geg 1
2014-2015 1499 2 -
2015-2016 1589 nvt nvt
26
28
31
32
Nvt
nvt
van de 32 leerlingen in 2013-14 met LGF zijn er 31 cluster 4, 1 cluster 3. Cluster 4 . Sinds 2014 wordt niet langer meer gewerkt met LGF indicaties.
Het Walterbosch is een grote school; we hebben momenteel bijna 1600 leerlingen. We werken en leren in een e prettig, druk en sfeervol gebouw en hebben door de instroom in onze 4 klassen vanuit Mheenpark en VMBO e verhoudingsgewijs veel bovenbouwleerlingen; ongeveer 2/3 van ons leerlingenbestand bestaat uit bovenbouwleerlingen. Qua opleidingen bieden we de eerste 2 jaar de keus (afhankelijk van het schooladvies van de basisschool) uit: Een 2 jarige havo/atheneum brugklas; na 2 jaar stromen de leerlingen uit naar 3 havo of 3 atheneum ; Een 3 jarige atheneum+ klas (voor leerlingen die naast een atheneumadvies een A scoorden in cito op begrijpend lezen en rekenen ) Een gymnasiumklas (een eenduidig atheneum advies)
Onze school scoort in ouder- en leerlingtevredenheidsonderzoeken hoog in aspecten als veiligheid, sfeer en cultuur. In diezelfde onderzoeken is te zien dat met name het informeren van ouders en het betrekken van ouders en leerlingen bij de besluitvorming in school beter moeten worden.
1 Steeds Verder / Plus Ultra, Beleidsplan Veluws College 2011-2015
4
Hoofdstuk 3
Basisondersteuning en extra ondersteuning
In het kort verstaan we onder basisondersteuning de door het SWV afgesproken preventieve en licht curatieve interventies : - die eenduidig gelden voor het gehele samenwerkingsverband; - passend binnen de ondersteuningsstructuur van de school; - onder regie en verantwoordelijkheid van de school staan; - waar nodig met inzet van expertise vanuit andere scholen of (keten)partners; - zonder indicatiestelling en - op het overeengekomen kwaliteitsniveau - die planmatig worden uitgevoerd. De extra onderwijsondersteuning omvat alle vormen en combinaties van onderwijs, ondersteuning en/of zorg die de basisondersteuning overstijgen. De grens tussen basisondersteuning en extra ondersteuning wordt door het samenwerkingsverband bepaald. Aan de bovenkant wordt de extra ondersteuning begrensd door het beschikbare budget van het samenwerkingsverband.
U vindt hierna per onderwerp een matrix waarin beschreven staat wat wij op dit gebied bieden, zowel qua basis als extra. Alle SOP’s uit ons samenwerkingsverband gebruiken deze zelfde onderwerpen en matrixen zodat u als ouder ze makkelijk kunt vergelijken en kunt zien welke school nu wat aanbiedt. De onderwerpen zijn: - de onderwijssituatie die we aanbieden o De leerling heeft behoefte aan een samenwerkingsrelatie met de docenten en een vertrouwensband met zijn mentor o De leerling heeft behoefte aan positieve aandacht, stimulans en feedback o De leerling heeft behoefte aan sturing van gedrag o De leerling heeft behoefte aan controle op de schoolgang o aan hulp bij concentratie en motivatie voor de lesstof. o De leerling heeft behoefte aan ondersteuning in het nemen van verantwoordelijkheid. o - de leersituatie die we aanbieden: o De leerling heeft behoefte aan controle op gebied van schoolwerk. o De leerling heeft behoefte aan ondersteuning op het gebied van plannen en organiseren - Het lesmateriaal : o De leerling heeft behoefte aan extra instructie o De leerling heeft behoefte aan begeleiding bij het inhalen van leerachterstanden o De leerling heeft behoefte aan taakverrijking dan wel taakverlichting - Aanpassing ruimtelijke omgeving: o De leerling heeft behoefte aan een overzihtelijke, prikkelarme werkomgeving o De leerling heeft een fysieke beperking en behoefte aan aanpassingen in de omgeving o De leerling heeft behoefte aan een vroege signalering van het problemen - Samenwerking deskundigen: o De leerling heeft behoefte aan samenwerking tussen ouders en school o De leerling heeft behoefte aan één duidelijk plan en heldere communicatie in de samenwerking met de hulpverlening
5
1. Aanpassing onderwijssituatie A. De leerling heeft behoefte aan een samenwerkingsrelatie met de docenten en een vertrouwensband met zijn mentor. Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) Een mentor ziet zijn mentorleerling meerdere keren per week in een lessituatie in de onderbouw, in de bovenbouw wekelijks.
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) De leerling kan gebruik maken van een leerlingbegeleider, ambulant begeleider of schoolmaatschappelijk werker, wanneer hij behoefte heeft aan meer ondersteuning of gesprekken. De leerling kan extra gesprekken krijgen met een begeleider die vanuit kennis van de leerling en diens ondersteuningsbehoefte adviseert / stimuleert hoe de samenwerkingsrelatie vorm kan worden gegeven. Dit wordt dan vastgelegd in een OPP.
De leerling heeft een vast aanspreekpunt binnen de school, waar hij dagelijks op terug kan vallen.
Een mentor voert regelmatig geplande gesprekken (individueel) met de leerling. De mentor stelt met leerling en ouders indien nodig doelen op, waar in gesprekken aan gewerkt wordt.
De gespecialiseerde leerlingondersteuner en mentor stellen, afhankelijk van de ondersteuningsbehoefte, in samenspraak met ouders en leerling doelen op. Dit vormt de basis van het OPP Indien nodig kan via de ondersteuningscoordinator ook schoolmaatschappelijk werk ingezet worden voor gesprekken met een leerling. Hierbij worden dan ook ouders betrokken.
De leerling kan gebruik maken van een leerlingbegeleider/ counselor wanneer hij behoefte heeft aan vertrouwelijke gesprekken.
6
B. De leerling heeft behoefte aan positieve aandacht, stimulans en feedback. Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) De docenten geven feedback op concreet waarneembaar gedrag.
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) Indien nodig is het mogelijk psycho educatie aan te bieden dwz de leerling te leren herkennen wat bij zijn ondersteuningsvraag hoort of hiermee te leren omgaan.
De mentor benoemt positief gedrag en stimuleert dit zoveel mogelijk. De docenten kunnen feedback timen, afgestemd op de ondersteuningsbehoefte van de leerling. De mentor stimuleert de leerling bij het werken aan zijn doelen en bij het laten zien van positief gedrag. De mentor heeft oog voor wat er speelt in het leven van de leerling, en communiceert dit met de andere docenten indien nodig.
Indien nodig kan de gespecialiseerd leerlingbegeleider de leerling en mentor ondersteunen bij het opstellen van doelen.
C. De leerling heeft behoefte aan sturing van gedrag Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) Er zijn algemene positief geformuleerde gedragsregels voor de diversiteit aan onderwijssituaties en deze zijn bekend bij leerlingen en docenten.
Categorie 2: onderwijs-ondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) Er is de mogelijkheid om expertise in te zetten om de leerling individueel te helpen inzicht te krijgen in zijn gedrag, oorzaak-gevolg te leren herkennen en vaardigheden te vergroten. Wanneer een leerling ondanks alle ingezette schoolondersteuning toch vastloopt wordt de expertise van het loket van het SWV2505 gevraagd
Onze docenten zijn in staat helder te benoemen wat er verwacht wordt in het gedrag van de leerling en daar gericht feedback op te geven. Het docententeam bespreekt de aanpak van de leerling op basis van heldere criteria in de leerlingbespreking, zodat deze eenduidig is.
Op indicatie binnen school wordt voor leerlingen die dat nodig hebben de volgende trainingen aangeboden: Rots en Watertraining (klas 2) Faalangstreductietraining, (klas 1, 4, 6) en kortdurend Begeleiding Studievaardigheden.
Onze docenten en docent teamleiders zijn in staat consequent regels te hanteren. Onze docenten hebben kennis van groepsdynamica, zodat zij het functioneren van groepen kunnen bevorderen zodat conflictsituaties waar mogelijk vermeden kunnen worden. Er is de mogelijkheid voor een time-out onder toezicht binnen de school, onder
Er is de mogelijkheid een leerling op te vangen op een rustige plek, (ZON lokaal)
7
toezicht van een volwassene.
waarbij een begeleider aanwezig is die met de leerlingen kan spreken en indien nodig directe terugkoppeling kan maken met de docent. Deze time out kan maximaal 1 lesuur duren. Wanneer een time-out voor langere tijd nodig is ,wordt de expertise van het loket van het SWV2505 gevraagd om te kijken of de leerling gebruik kan maken van de schakelvoorziening binnen het samenwerkingsverband. (maximaal 3 maanden)
Onze docenten zijn in staat de verschillende stappen van een time-out goed te hanteren (weloverwogen kiezen voor een time-out, daadwerkelijk time-out, nagesprek en vervolgafspraken maken).
D. De leerling heeft behoefte aan controle van de schoolgang. Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) Bij afwezigheid van een leerling wordt dezelfde dag met ouders en/of leerling gebeld.
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) Er zijn heldere en vastgelegde afspraken met ouders van een leerling met ondersteuningsbehoefte over aan- en afwezigheid indien dit van toepassing is; dit staat dan vastgelegd in OPP.
Bij ziekte worden ouders gebeld, alleen zij kunnen hun kind toestemming geven om naar huis te komen. De mentor signaleert ziekteverzuim en treedt in gesprek met ouders wanneer dit veel voorkomt. We hebben vastgelegde, consequente maatregelen bij ongeoorloofd verzuim. De leerplichtambtenaar wordt snel ingeschakeld bij vermoedens van signaalverzuim. De mentor en leerplichtambtenaar gaan in gesprek met leerling en ouders om te achterhalen wat de oorzaak is van het ziekteverzuim.
Indien nodig kan de expertise van de schoolarts en/of schoolverpleegkundige worden ingezet om de schoolbelastbaarheid van de leerling in kaart te brengen.
8
E. De leerling heeft behoefte aan hulp bij concentratie en motivatie voor de lesstof. Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) Onze docenten doen actief interventies om de leerling op gang te helpen bij motivatie en/of concentratieproblemen. Onze docenten maken bewuste keuzes bij het indelen van groepen in de diverse onderwijssituaties. Onze docenten zijn in staat gebrek aan motivatie te zien als een proces, waar actief aan gewerkt kan worden. Onze docenten hebben kennis van mogelijke hulpmiddelen die concentratie en motivatie bevorderen. Onze docenten zijn in staat af te wijken van hun lesplan, wanneer de leerling daar om vraagt.
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) Bij ernstige motivatie-/concentratieproblemen wordt leerling besproken in ondersteuningsteam om te kijken welke interventies het meest effectief zijn.
Bij ernstige motivatie en/of concentratieproblemen mogelijkheid tot bespreken in ondersteuningsteam en evt. hulp bij samenwerking door extra begeleider
F. De leerling heeft behoefte aan ondersteuning in het nemen van verantwoordelijkheid.
Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) De mentor overlegt met ouders/verzorgers over praktische zaken als schoolboeken, gymspullen e.d.
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) De gespecialiseerd leerlingondersteuner en/of ondersteuningscoordinator ondersteunt en adviseert in hoe de leerling (en ouders) kan zorgen dat hij zelfstandig zijn zaken op tijd en goed geregeld heeft rond schoolwerk.
De mentor leert de leerling hoe hij zijn schoolspullen op orde moet hebben en houden. De mentor coacht de leerling waar hij wat moet regelen en hoe hij dit kan aanpakken. De mentor coacht de leerling op gebied van werknemersvaardigheden in geval van stage. Wij kunnen leerlingen intensief begeleiden bij het kiezen van sector of beroepsrichting op basis van een loopbaanoriëntatie-programma.
9
2. Aanpassing leersituatie A. De leerling heeft behoefte aan controle op gebied van schoolwerk. Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) Er is dagelijks of wekelijks de mogelijkheid om agendacontrole uit te voeren.
De mentor onderhoudt contact met de ouders over huiswerk.
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) Er is 2x per periode een planmoment voor alle leerlingen met ondersteuningsvraag t.a.v. plannen. Hierbij wordt onder begeleiding het huiswerk gepland en gecontroleerd. Indien is vastgelegd in een OPP dat de leerling structureel ondersteuning nodig heeft op gebied van agendacontrole of –voering, zal in het OPP staan wie dit doet; mentor of begeleider. Ouders kunnen middels de oudermodule van it’s learning het huiswerk voor elk vak zien.
Het gemaakte en geleerde huiswerk krijgt altijd aandacht van de leerkracht. Het huiswerk wordt digitaal genoteerd zodat ouders dit te allen tijde kunnen inzien.
B. De leerling heeft behoefte aan ondersteuning op het gebied van plannen en organiseren Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) Hulp bij het opschrijven van huiswerk in de agenda. De docent gebruikt de goede structuur om de leerstof overzichtelijk en gevarieerd aan te bieden. Hulp bij het maken van een planning (bijvoorbeeld door middel van het samen invullen van een weekplanner).
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) Begeleider en/of mentor ondersteunt indien nodig wekelijks bij agendagebruik, mits dit is afgesproken en vastgelegd in OPP.
Er is 2x per periode een planmoment voor alle leerlingen met ondersteuningsvraag t.a.v. plannen. Hierbij wordt onder begeleiding het huiswerk gepland en gecontroleerd. Enkele weken voor een toetsweek is er ook een vast planmoment. In dit planmoment worden vaste formats of apps gebruikt.
10
Indien is vastgelegd in een OPP dat de leerling structureel ondersteuning nodig heeft op gebied van agendacontrole of –voering, zal in het OPP staan wie dit doet; mentor of begeleider. De lessen zijn gestructureerd, de lesdoelen staan op het (digi)bord en het is voor de leerling duidelijk wat er gebeurt in de les. Wij bieden leerlingen de mogelijkheid om onder begeleiding huiswerk op school te maken.
3. Aanpassing lesmaterialen A. De leerling heeft behoefte aan extra instructie Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) Er is de mogelijkheid tot verlengde instructie binnen de les. Er is beperkt mogelijkheid tot huiswerkbegeleiding.
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) Er is de mogelijkheid tot bijles in de vorm van een 1-op-1 instructiemoment door bovenbouwleerlingen. (hieraan zijn lage kosten verbonden) Structurele en langdurige huiswerkbegeleiding middels Studiekring (betaald door ouders, wordt in eigen pand aangeboden)
Er zijn beperkt ondersteunende lesmaterialen aanwezig voor leerlingen met leerproblemen.
B. De leerling heeft behoefte aan begeleiding bij het inhalen van leerachterstanden Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) Er is mogelijkheid tot differentiatie in tempo en niveau om met diversiteit van leerlingen om te kunnen gaan. Er is de mogelijkheid om extra ondersteuning te krijgen buiten de klas (bijles)
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning)
11
C. De leerling heeft behoefte aan taakverrijking dan wel taakverlichting Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) Er is extra verdiepingsstof aanwezig (er is géén speciaal programma voor hoogbegaafden) De leerlingen mogen in overleg compenseren (bijv. het laten vallen van een bepaalde taak of vak voor een andere taak of vak) De leerlingen mogen in overleg dispenseren (vrijstelling voor een bepaald vak) De leerling krijgt de mogelijkheid voor extra tijd voor toetsen of vakken
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning)
4. Aanpassing ruimtelijke omgeving A. De leerling heeft behoefte aan een overzichtelijke, prikkelarme werkomgeving Categorie 1: basisarrangementen Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Basisondersteuning) (Extra ondersteuning) De lokalen zijn opgeruimd, alles heeft een vaste plek. De mogelijkheid om prikkels van buiten het lokaal te verminderen De leerling heeft in elk lokaal een vaste werkplek. De leerling heeft in elk lokaal de mogelijkheid om rustig, individueel te kunnen Incidenteel kan een leerling een time out krijgen of nemen en rustig werken in het werken. ZON lokaal of de mediatheek. Dit met de duur van maximaal 1 lesuur. De leerling kan een buddy (medeleerling) aan zich gekoppeld krijgen wanneer hij moeilijk de lokalen kan vinden. De lokalen zijn voorzien van een klok en een time-timer. De leerling heeft de mogelijkheid om gebruik te maken van een koptelefoon. NB: Het Walterbosch heeft veel leerlingen in een gebouw dat redelijk vol is; dwz drukke gangen met boven en onderbouw die samen één gebouw gebruiken is de dagelijkse praktijk
12
B. De leerling heeft een fysieke beperking en behoefte aan aanpassingen in de omgeving Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) De school is rolstoeltoegankelijk Er zijn brede trappen in de school De kluisjes zijn goed toegankelijk Er is markering op de trap i.v.m. een visuele beperking Contrasten zijn aangepast bij een digibord
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) Er is een rolstoel toilet Er is een evacuation chair Een leerling kan gebruik maken van aangepast meubilair en een lift
Een leerling kan gebruik maken van audio apparatuur indien nodig. Een leerling met visuele beperking kan gebruik maken van Join Me; een programma dat het digibord deelt met de laptop van de leerling.
C. De leerling heeft behoefte aan een gestructureerde invulling van vrije momenten (pauzes en tussenuren) Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) Er zijn heldere pauzeregels (m.b.t. roken, bezoek supermarkt, gedrag op plein). Er zijn duidelijke consequenties bij het overtreden van de pauzeregels. Er zijn heldere regels voor de tussenuren. Er is fysiek toezicht op de gangen, in de aula en op het plein.
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning)
In de pauzes kunnen leerlingen die prikkelgevoelig zijn hun pauze doorbrengen in het ZON lokaal. Hier is altijd 1 begeleider aanwezig.
5. Inzet Expertise A. De leerling heeft behoefte aan een vroege signalering van problemen Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) De mentor signaleert tijdig de onderwijsbehoefte van de leerling.
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) De ondersteuningscoördinator kan na akkoord van de ouders een orthopedagoge vragen diagnose te stellen c.q. goed door te verwijzen
De mentor zoekt tijdig de ondersteuningscoördinator op voor overleg. De mentor consulteert collega’s (signaleren zij hetzelfde?).
13
De mentor consulteert ouders (signaleren zij hetzelfde?). De ondersteuningscoördinator en de mentor bespreken zorgen in het interne ondersteuningsteam. De ondersteuningcoördinator heeft overzicht van verantwoordelijkheden van de betrokken ketenpartners.
6. Samenwerking deskundigen A. De leerling heeft behoefte aan samenwerking tussen de ouders en school
Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) Er is regelmatig overleg tussen ouders en school adhv het OPP
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) Er is minimaal aan het begin en het eind van het jaar een overleg n.a.v. het OPP en verder zijn deze gesprekken op maat. Dit verschilt dus per leerling qua intensiteit.
Het opstellen van een OPP wordt samen met de ouders en leerling en mentor gedaan Evaluatie van het OPP gebeurt samen met de ouders en leerling en mentor De mentor houdt de ouders op de hoogte van vorderingen. De mentor benadert ouders als gelijkwaardige samenwerkingspartners
B. de leerling heeft behoefte aan één duidelijk plan en heldere comunicatie in de samenwerking met hulpverlening
Categorie 1: basisarrangementen (Basisondersteuning) Er is regelmatig contact tussen school en betrokken hulpverlening Er wordt gesignaleerd en initiatief genomen in het organiseren van een multidisciplinair overleg met de betrokken hulpverlening
Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen (Extra ondersteuning) Er is intensief contact tussen school en betrokken hulpverlening De leerdoelen van een leerling worden afgestemd met de doelen vanuit de hulpverlening
14
3.3 Symbiose arrangementen specifiek voor leerlingen die staan ingeschreven bij speciaal onderwijs(categorie 3) Voor leerlingen die staan ingeschreven in het VSO (voortgezet speciaal onderwijs) is en blijft het mogelijk een deel van het onderwijs op een school voor voortgezet onderwijs te volgen: de zogenaamde symbiose. In dat geval maken regulier en speciaal onderwijs afspraken over het programma en de bekostiging en leggen deze vast in een symbioseovereenkomst. Op basis van de huidige wet- en regelgeving moet het gaan om minimaal 3 uur per week (180 minuten) dat een leerling les krijgt in het regulier onderwijs en een symbioseovereenkomst voor ten minste twee aaneengesloten schooljaren. Het aantal onderwijsuren dat door het regulier onderwijs wordt verzorgd mag 60% bedragen van het totaal aantal uren dat de school gemiddeld per week verzorgt. Zie ook: Brochure ‘Een passend onderwijsprogramma voor alle leerlingen in het Voortgezet Onderwijs’, Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Het VC Walterbosch heeft op dit moment geen symbiose arrangementen. Dit schooljaar loopt voor het eerst een aanvraag voor een dergelijk arrangement, op initiatief van de ouders en school. Het VC Walterbosch staat welwillend tegenover symbiose arrangementen, mits het geen extra druk oplevert in het rooster of op de groepsgrootte van klas/cluster waarbinnen leerlingen met een symbiose arrangement worden geplaatst. Concreet betekent dit dat elke aanvraag met de (desbetreffende) sectie en met de hoofd roostermaker besproken wordt.
3.4 Onderwijsondersteuningstructuur Bij dit aspect van de basisondersteuning gaat het om de expertise die in de school aanwezig is om interventies te plegen, de manier waarop dat in de school georganiseerd is en met welke onderwijs- en ketenpartners wordt samengewerkt. Gecertificeerde expertise binnen de school; • de professionals die van buiten de school direct beschikbaar zijn voor het ondersteuningsaanbod; • de samenwerkingsrelaties van de school, ook met organisaties die verantwoordelijk zijn voor jeugdhulp gerelateerde taken, en de manier waarop vroegtijdige afstemming tussen professionals van verschillende disciplines plaatsvindt.
Aanwezige experts op het Walterbosch Categorie 1: basisarrangementen Het VC Walterbosch heeft een ondersteuningscoördinator,ambulant begeleiders, school maatschappelijk werker (ism Stimenz) , (gespecialiseerd) leerlingbegeleiders, studiebegeleider, remedial teachers, vertrouwenspersonen en docentencoaches. Daarnaast hebben de toezichthouders (verzuimcoördinatoren) een spilfunctie in de aan- en afwezigheid van leerlingen. Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen Het VC werkt samen met een orthopedagoog bij een extern bureau ivm af te nemen onderzoeken, evenals een deskundige op het vlak van dyscalculiebegeleiding . Er is frequent overleg tussen alle medewerkers die betrokken zijn bij de ondersteuning. .
Gemiddelde groeps/klassengrootte Onderbouw: 25 - 32 Bovenbouw: 24 – 32 leerlingen; gemiddelde is ruim boven de 25
15
Gecertificeerde expertise binnen de school
- ondersteuningscoördinator - ambulant begeleiders (in dienst via Ambelt en Onderwijsconsulenten en Visio) - schoolmaatschappelijk werker (Stimenz) - Counselers/vertrouwenspersonen (met een taak als leerlingbegeleider) - Trainers Rots & Watertraining en trainers faalangstreductietraining - gespecialiseerd leerlingbegeleider - Remedial teachers (op het gebied van dyslexie evenals dyscalculie) - decaan Direct beschikbare externe professionals - schoolarts en/ of schoolverpleegkundige - leerplichtambtenaar - schoolmaatschappelijk werk / CJG - preventiemedewerker Tactus - wijkagent -transvisie Zorg - outreachend jongerenteam Apeldoorn
- Daarnaast is er veelvuldig contact met andere externe hulpverleningsinstanties: GGnet, Geheime Tuin, psychologenpraktijk De Praktijk, Brede Blik Poli, Tactus, Lindenhout, Pactum, Dimence e.a. Het contact bestaat uit het delen van informatie (in overleg met ouders en leerling), het vragen van tips en adviezen omtrent aanpak, het uitstippelen van gezamenlijk plan (van aanpak) en het aanmelden van leerlingen voor bepaalde therapieën/trainingen.
Samenwerkingsrelaties professionele organisaties Als de ondersteuningsvraag niet door onze eigen interne experts beantwoord kan worden, dan coördineert de ondersteuningscoördinator de contacten met externe hulpverleners. Samenwerkingsverband : -
SOT (schoolondersteuningsteam) Binnen het v.c. brede schoolondersteuningsteam moeten er middels een gemeentelijk 16
convenant afspraken gemaakt worden over de structurele samenwerking met CJG, maatschappelijk werk, de GGD en de afdeling leerplicht. Het doel is dat dit in januari 2016 duidelijk is geworden. -
POVO (Samenwerking Primair Onderwijs en Voortgezet Onderwijs) Er zijn meerdere werkgroepen waarin op gemeentelijk niveau gestreefd wordt naar een intensieve samenwerking tussen PO en VO met als doel de kwaliteit van de doorstroom van leerlingen te bevorderen.
Trainingen voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte Categorie 1: basisarrangementen Sociale vaardigheidstraining, faalangstreductietraining, examentraining, stagetraining en studievaardigheden. Categorie 1: basisarrangementen Begeleiding voor specifieke didactische vaardigheden is mogelijk, afhankelijk van de behoefte van de leerling. Categorie 2: onderwijsondersteuningsarrangementen Alleen ingezet als extra ondersteuning. Met name gericht op leren leren.
Hoofdstuk 4. Conclusie en ambities Wij zijn het schooljaar 2015/2016 gestart met een brede groep medewerkers die de ondersteuning verzorgen; daarnaast zijn ook de faciliteiten verbeterd. Dat wil zeggen dat er goede werkruimtes gecreëerd zijn voor de ondersteuningsmedewerkers, evenals een prettig lokaal waarin leerlingen gedurende de hele dag kunnen worden opgevangen en / of begeleid en pauze kunnen houden. Wat wij verder willen verbeteren: De individuele begeleiding van leerlingen (en ouders) verloopt over het algemeen naar ieders tevredenheid. Waar we aan willen werken is het vroegtijdiger signaleren wat in groepen/klassen nodig is aan psycho educatie of sturing op een goed leerklimaat en gezonde groepsdynamiek. Wij hebben een paar leerlingen nu die verregaand individuele ondersteuning en begeleiding nodig hebben; wij willen samen met het samenwerkingsverband helder krijgen tot waar en hoe wij leerlingen kunnen en zullen begeleiden om te voorkomen dat er (nog duurder) VSO binnen onze eigen muren gaat ontstaan en waar deze leerlingen echt beter geholpen zijn in het VSO. Wij zien en horen dat het Walterbosch de naam heeft een goede school te zijn als het gaat om ondersteuningsbehoefte bij leerlingen (m.n. ASS, ADHD, hoogbegaafd). Wij zien dat hierdoor verhoudingsgewijs veel ouders met leerlingen met extra en basisondersteuningsbehoefte zich bij ons aanmelden. Maar het helpt niet in onze grote klassen (en onze financiering staat niet anders toe dan grote klassen) om een te groot aantal leerlingen per klas te krijgen met een ondersteuningsbehoefte. We e e merken nu in de 1 en 2 klassen dat we klassen hebben waar dat wel het geval is en dat is noch in het belang van de leerlingen met ondersteuningsbehoefte noch in dat van de overige leerlingen. We zijn dus aan het zoeken naar balans en willen ook breder in het samenwerkingsverband in gesprek hoe we de leerlingen met extra ondersteuningsbehoefte goed gaan spreiden over de verschillende scholen zodat uiteindelijk elk kind de goede plek vindt.
17
-
Binnen de Veluwse onderwijsgroep (VOG) waar het Veluws College en dus Walterbosch onderdeel van uit maakt. is tussen de 7 scholen afgestemd welke ondersteuning in ieder geval in het basisarrangement hoort te zitten. Hiervoor verwijzen we naar beleidstukken van de VOG.
Hoofdstuk 5. Ontwikkelagenda Wat zijn we momenteel aan het ontwikkelen wat betreft basis- en extra ondersteuning? -
-
Heldere afspraken wanneer een vraag niet langer bij een docent of mentor hoort maar de deskundigheid van de ondersteuningscoördinator of ambulant begeleiders moet worden ingeschakeld; evenals de invoering van een heldere doorverwijsstructuur die iedereen hanteert om gebruik te maken van de ondersteuningsprofessionals De school is bezig met professionalisering en vergroten van expertise van het docententeam. In het scholingsplan is het vergroten van kennis over Passend Onderwijs en alle bijbehorende zaken een speerpunt. Dit moet dit schooljaar plaatsvinden. Docenten worden gestimuleerd zich bij te scholen en zich open te stellen voor coaching in de klas door de deskundigen in de school (vanuit de ondersteuningsstructuur danwel onze didactische coaches) om leerlingen beter te kunnen ondersteunen. We willen de ondersteuning voor de leerlingen met dyslexie meer implementeren in de school , bijvoorbeeld in KWT uren en de wens is dit ook voor planproblematieken te gaan doen. Er vindt nu wel gericht screening en diagnostisering plaats maar het aanbod vervolgens is nog te mager. We zijn bezig de structuur van het intern ondersteuningsteam te veranderen zodat deze nog effectiever kan werken en de mentor directer betrokken is bij de ondersteuning van en voor een leerling. De bedoeling is per januari 2016 met een nieuwe structuur te starten. We willen de schoolregels meer zichtbaar hanteren in elk klas Gegeven de stevige pedagogische vragen die sommige leerlingen ons momenteel stellen willen we ook duidelijker aan de vóórkant met ouders afspreken wat we wel en niet kunnen bieden. Bv een kind dat wegloopt kan niet steeds achterna gelopen worden hoewel ouders dat misschien vanuit het basisonderwijs wel gewend waren. Kortom; wederzijds heldere verwachtingen hebben over wat we wel en niet kunnen verwachten van elkaar als ouders en school.
18
Bijlage 1: Handreiking voor een arrangement in te vullen per individuele leerling
Onze school heeft een aanpak voor leerlingen die behoefte hebben aan hulp bij concentratie voor de lesstof: 1: Onze aanpassingen in de onderwijssituatie: 2. Onze aanpassingen in de leersituatie: … 3. Onze aanpassing in de lesmaterialen: … 4. Onze aanpassing aan de ruimtelijke omgeving: … 5. Onze inzet van expertise: … 6. Onze samenwerking met deskundigen: … Uitgangspunt bij het invullen van de aanpassingen is de tabel basisondersteuning en extra ondersteuning zoals omschreven in het schoolsoortondersteuningsprofiel. Tip: Kijk nog eens in de Doelgroepenanalyse (Oscar, VSO en DG3). Hier staan veel onderwijsbehoeften in beschreven.
19
Bijlage 2: Taakbeschrijving leerlingbegeleider op het Walterbosch 1 persoon, 200 uur per afdeling e
e
De leerlingbegeleider verzorgt de 2 lijnszorg. De 1 lijnszorg is voorbehouden aan de mentor en deze mentor e kan een leerling aanmelden voor de zgn. 2 lijn. De taak van leerlingbegeleider omvat de volgende deeltaken: 1. 2. 3.
Counseling ZBT-training (zelfvertrouwen bevorderende training) Studiebegeleiding
Omgeving De leerlingbegeleider wordt aangestuurd door de zorgcoördinator binnen de door de directie aangegeven kaders. De leerlingbegeleider overlegt met collega leerlingbegeleiders, docentteamleiders, mentoren en uiteraard ouders en leerlingen. Counseling • • • •
Individueel begeleiden van een beperkte groep leerlingen, maximaal 10 op hetzelfde moment Afstemmen met zorgcoördinator over leerlingbegeleiding Voeren van gesprekken met externe instanties m.b.t. leerlingbegeleiding Jaarlijks opstellen van een rapportage over onderzoeks- en begeleidingswerkzaamheden
Speelruimte: • • •
Op het onderdeel counselling is verantwoording verschuldigd aan de zorgcoördinator De van toepassing zijnde wet- en regelgeving en het door Walterbosch ontwikkelde beleid (zorgplan) op de vestiging De counselor neemt beslissingen over de aard van begeleiding van leerlingen en het eventueel inschakelen van externe instanties, i.s.m. de zorgcoördinator
Kennis en vaardigheden: • • •
Kennis van en vaardigheden in (recente) methoden en technieken van begeleiding van leerlingen Kennis van de sociale kaart van Apeldoorn Goede vaardigheid in het voeren van gesprekken
ZBT-trainingen Het betreft hier het verzorgen van zelfvertrouwen bevorderende trainingen voor leerlingen. Het kan gaan om zowel groepstrainingen als individuele trainingen. Studiebegeleiding Begeleiding van leerlingen die structureel moeite hebben met de aanpak van hun studie. Veelal zal geïnvesteerd worden in planning en organisatie van het schoolwerk.
20
21