Afspraken Rapid Recovery knie
De aangekruiste punten zijn voor u van toepassing
Wat
Datum
Tijd
afdeling/route Radiologie route 70 Poli POS route 38
MRI-scan
Preoperatief Spreekuur (POS) DVD Fysiotherapie
Loket Nazorg
Stoppen bloedverdunners
Bloed prikken
Vóór 12.00 uur
Een medewerker van de verpleegafdeling belt u over de opnametijd Opname- en operatiedatum onder voorbehoud van: - goedkeuring anesthesioloog - tussenkomst acute operatie
Na
Afspraak controle (zes weken na operatie)
route 38
14.00 uur
Niet van toepassing
volgt
Priklaboratorium route 33 (of eigen woonplaats)
Afdeling Orthopedie (3C)
Poli Orthopedie Route 14
11/13
1
2
Inhoudsopgave pagina
Inleiding
5
Hoofdstuk 1
Een versleten knie
7
Hoofdstuk 2
Voorbereiding
11
Hoofdstuk 3
Opname en operatie
17
Hoofdstuk 4
Ontslag
21
Hoofdstuk 5
Rapid Recovery Zorgkaart
25 28
Hoofdstuk 6
Fysiotherapie
31
Hoofdstuk 7
Adviezen
39
Hoofdstuk 8
Voorkomen trombose
43
Hoofdstuk 9
Hoofdstuk 10
Meest gestelde vragen Telefoonnummers Notities Nazorg
47 52 53 55
Hoofdstuk 11
Vragenlijst KOOS
59
3
4
Inleiding Binnenkort krijgt u een (halve) kunstknie. Om u zo goed mogelijk over uw operatie, uw opname en de nazorg te informeren hebben wij voor u deze informatiemap samengesteld. U kunt de informatie vooraf of tijdens het verblijf in het ziekenhuis doorlezen. Een medewerker van Bureau Planning & Opname vult het afsprakenblad voorin de map voor een groot gedeelte in. Afspraken voor later kunt u zelf op het formulier noteren. U kunt ook persoonlijke aantekeningen of vragen in de map noteren. Deze map blijft uw persoonlijk eigendom. Zorgpad Het Franciscus Ziekenhuis heeft voor een aantal groepen patiënten met een bepaalde aandoening of specifieke behandeling Zorgpaden ontwikkeld. De term Zorgpad wordt gebruikt voor een proces waarbij alle zorg rondom een bepaalde aandoening of behandeling van het begin tot het eind is beschreven. Alle betrokken specialisten, medewerkers en afdelingen stemmen hun taken met elkaar af om u zo snel en vakkundig mogelijk te kunnen helpen. Folders Naast deze map krijgt u ook de volgende folders: • Thuis in het Franciscus Ziekenhuis; • Anesthesiologie.
5
6
HOOFDSTUK 1 Een versleten knie
7
8
Een versleten kniegewricht kan veel klachten geven. Het plaatsen van een (halve) kunstknie is voor veel mensen een goede oplossing. Door middel van een operatie vervangt de orthopedisch chirurg het versleten kniegewricht door een (halve) kunstknie (prothese). Het is een ingrijpende operatie. U krijgt van de orthopedisch chirurg uitgebreid uitleg over deze operatie en welk soort kunstknie voor u het beste is. Het kniegewricht Het kniegewricht is een scharniergewricht tussen het bovenbeen en het onderbeen. Er zijn drie botten betrokken bij de kniebewegingen. Deze botten zijn het bovenbeen, het scheenbeen en de knieschijf. De botten in het kniegewricht zijn bekleed met een laagje kraakbeen. Gewrichtsbanden verstevigen het kniegewricht. De banden bestaan uit lagen sterk bindweefsel. Het kniegewricht heeft een binnen- en een buitenband. Deze zorgen voor de zijdelingse stabiliteit van het kniegewricht. Midden in de knie tussen het onder- en bovenbeen liggen de voorste en achterste kruisbanden. Tussen het kraakbeen van het bovenbeen en het scheenbeen zit zowel aan de binnen- als aan de buitenkant een extra stuk kraakbeen (meniscus). De meniscus heeft de vorm van een halve ring en zorgt ervoor dat het bolle uiteinde van het bovenbeen goed aansluit op de vlakke bovenkant van het scheenbeen. De meniscus werkt ook als schokdemper. De beenspieren zorgen ervoor dat het kniegewricht kan buigen en strekken.
Een gezonde knie
Een versleten knie
Gewrichtsslijtage Gewrichtsslijtage komt bij veel mensen voor. In medische termen heet dat artrose. Artrose kan in alle gewrichten voorkomen. De gladde kraakbeenlaag van het gewricht kan slijten en uiteindelijk helemaal verdwijnen. De gewrichtsvlakken kunnen daardoor niet meer soepel langs elkaar glijden. Bewegen wordt steeds moeilijker en pijnlijker.
9
10
HOOFDSTUK 2
Voorbereiding
11
12
MRI-scan en Signature methode U ontving van polikliniek Orthopedie een aanvraagbon voor een MRI-scan. Inmiddels heeft u bij afdeling Radiologie de afspraak voor deze MRI-scan gemaakt. Deze MRI-scan is nodig om nauwkeurig de maat en positie van de te plaatsen (halve) kunstknie te bepalen. Met uw MRI-scan bestelt het ziekenhuis bij een gespecialiseerd bedrijf in Amerika voor u een (persoonlijke) zaagmal. Deze zaagmal maakt men volledig op uw maat. Hiermee gebeurt het plaatsen van de (halve)kunstknie nauwkeuriger en sneller. Het plaatsen van de (halve) kunstknie met een (persoonlijke) zaagmal heet Signature methode. Door deze methode wordt de duur van de operatie verkort, treedt er minder bloedverlies op en is het risico op complicaties kleiner. U herstelt hierdoor sneller. De periode tussen de MRI-scan en de operatie is zes weken. Inschrijven Nadat u besloten heeft dat u zich laat opereren, laat u zich bij Bureau Planning & Opname inschrijven. Een medewerker vraagt aanvullende informatie die nodig is om uw operatie goed in te kunnen plannen. Een afgesproken datum voor de operatie is altijd onder voorbehoud. Bij de inschrijving maakt u ook afspraken voor onderzoeken ter voorbereiding op de operatie. Thuiszorg en hulpmiddelen U kunt kiezen uit een van de onderstaande thuiszorgorganisaties. Zij ondersteunen het Rapid Recovery zorgpad van het Franciscus Ziekenhuis. • Thuiszorg West-Brabant (www.twb.nl) • St.Groenhuysen (www.groenhuysen.nl) • Thebe (www.thebe.nl) • Thuiszorg De Markenlanden (www.markenlanden.nl) • Thuiszorg DAT (www.thuiszorgdat.nl) U kunt ook advies vragen bij het Loket Nazorg in het ziekenhuis op tel.nr. (0165) 58 81 21. Bureau Planning & Opname geeft uw operatiedatum door aan de thuiszorgorganisatie die u heeft gekozen. Binnen twee weken voor uw operatie neemt de thuiszorgorganisatie contact met u op om een afspraak te maken. De wijkverpleegkundige komt bij u thuis om met u en uw coach de nazorg te bespreken en te regelen. Zij overlegt met u welke soort hulp en welke middelen u na de operatie nodig heeft en of er aanpassingen in huis nodig zijn.Voor de thuiszorg betaalt u een eigen bijdrage afhankelijk van uw inkomen. Voor hulpmiddelen kunt u terecht bij uitleenpunten van de door u gekozen thuiszorgorganisatie. Kijk voor adressen op de betreffende website. Kiest u voor Thuiszorg West-Brabant? Dan kunt u in het ziekenhuis terecht bij het loket van deze organisatie op route 23. Het loket is geopend op werkdagen van 09.00 tot 17.00 uur. Preoperatief Spreekuur (POS) U krijgt een afspraak met de anesthesioloog op het Preoperatief Spreekuur (POS). De anesthesioloog bespreekt de vorm van verdoving met u. Meestal vindt de verdoving plaats door middel van een ruggenprik. Hij onderzoekt u om te bepalen of u lichamelijk voldoende gezond bent om een operatie te ondergaan. U heeft van de secretaresse van uw orthopedisch chirurg een vragenformulier gekregen. Neemt u dit formulier ingevuld mee naar dit spreekuur. De informatie is belangrijk voor de anesthesioloog om een goed beeld te krijgen van uw gezondheid. Tijdens uw opname is het formulier een belangrijke bron van informatie voor de verpleegkundigen. Gebruikt u bloedverdunners of ontstekingsremmende medicijnen? Dan vertelt de anesthesioloog u wanneer u daarmee moet stoppen voor de operatie.
13
In de folder Anesthesiologie leest u meer informatie over: • de verdoving; • het POS; • pijnbestrijding; • nuchter zijn. Aanvullende onderzoeken Bent u ouder dan 40 jaar? Dan is er een bloedonderzoek nodig. Ook wordt er een hartfilmpje (ECG) gemaakt. De anesthesioloog krijgt de uitslagen van deze onderzoeken voor de definitieve beoordeling tijdens het POS. Heeft u deze onderzoeken niet laten doen op de dag van uw inschrijving voor de operatie? Dan kunt u een à twee weken voor de afspraak voor het POS bloed laten prikken op het Priklaboratorium en een hartfilmpje laten maken op de Functieafdeling. Priklaboratorium en Functieafdeling zijn tijdens kantoortijden geopend. U hoeft hiervoor geen afspraak te maken. Bloedonderzoek De kans bestaat dat u tijdens de operatie een bloedtransfusie krijgt. Als voorbereiding is er op twee verschillende tijdstippen bloedonderzoek nodig. U krijgt van uw orthopedisch chirurg twee aanvraagformulieren voor het bloedonderzoek mee Eerste bloedonderzoek: • Op de dag dat u met de orthopedisch chirurg tot een operatie besluit. De afname vindt plaats op het Priklaboratorium. De uitslagen van dit onderzoek worden tevens gebruikt voor het POS. Tweede bloedonderzoek: • U krijgt van de medewerker van Bureau Planning en Opname de datum en tijd voor het tweede bloedonderzoek. Is het bloedonderzoek op de dag voor de operatie? Dan kunt u voor afname terecht op het priklab in het ziekenhuis. Is het bloedonderzoek op de dag van opname en operatie? Dan neemt een medewerker van het priklab bloed bij u af op de verpleegafdeling.
14
Goede voeding Om de operatie en uw herstel zo goed mogelijk te laten verlopen is het belangrijk dat u lichamelijk in een zo goed mogelijke conditie bent. U krijgt daarom van polikliniek Orthopedie een flesje heldere sportdrank. Een dag voor de operatie neemt een verpleegkundige van afdeling Orthopedie telefonisch contact met u op en geeft dan door hoe laat u deze sportdrank moet drinken (zie blz. 19, dag voor operatie). Zorg ook dat u voldoende voedingsstoffen binnenkrijgt, zoals eiwitten, vetten, koolhydraten, vitamines, mineralen en vocht. U kunt uw conditie zelf positief beïnvloeden door in de komende periode extra aandacht aan uw voeding te besteden. Hieronder vindt u een overzicht van een goede, gezonde basisvoeding en de aanbevolen hoeveelheden per dag. Door uw eigen voeding te vergelijken met de basisvoeding ziet u welke voedingsmiddelen u eventueel meer kunt gebruiken. De hoeveelheden gelden voor verschillende leeftijdsgroepen. Per leeftijdsgroep zijn de kleinste hoeveelheden voor vrouwen en de grootste hoeveelheden voor mannen. 20-50 jaar Brood 5-7 sneetjes Aardappelen (of rijst, 150-250 gram pasta, peulvruchten) (3-5 aardappels of opscheplepels rijst/pasta) Groente 200 gram (4 groentelepels) Fruit 2 vruchten (200 gram) Zuivel 400 ml melk(producten) en 20 gram kaas (1 plak) Vlees(waren), vis, kip, 100-120 gram * ei of vleesvervangers Halvarine, margarine, 20-35 gram bak- en braadproducten Vocht 1,5 liter
50-70 jaar 4-6 sneetjes 150-200 gram (3-4 aardappels of opscheplepels rijst/pasta) 200 gram (4 groentelepels) 2 vruchten (200 gram) 500 ml melk(producten) en 20 gram kaas (1 plak) 100-120 gram *
70+ers 3-4 sneetjes 100-150 gram (2-3 aardappels of opscheplepels rijst/pasta) 150 gram (3 groentelepels) 2 vruchten (200 gram) 550 ml melk(producten) en 20 gram kaas (1 plak) 100-120 gram *
20-35 gram
25-35 gram
1,5 liter
1,7 liter
* het gewicht van gare producten. Een gezond gewicht Een goede conditie en weerstand helpen bij een voorspoedig herstel. Uw gewicht is een goede aanwijzing voor uw conditie. Valt u veel af zonder dat u op dieet bent? Dan is dat geen goed teken. Weeg uzelf daarom regelmatig om uw gewicht goed in de gaten te houden.
15
16
HOOFDSTUK 3 Opname en operatie
17
18
Opname Bij inschrijving bij Bureau Planning & Opname is met u de operatiedatum afgesproken, de dag en tijdstip van opname en of u nog bloed moet laten prikken. De dag voor de operatie Een verpleegkundige van de afdeling Orthopedie neemt ’s middags telefonisch contact met u op. Zij spreekt met u af hoe laat u de volgende dag naar het ziekenhuis komt, vanaf hoe laat u nuchter moet zijn en hoe laat u sportdrank moet drinken. Zij stelt u nog een paar vragen. U kunt dan ook zelf nog vragen stellen. Zorg ervoor dat u telefonisch te bereiken bent. Is de opname op maandag? Dan belt de verpleegkundige u op vrijdagmiddag. De dag van de operatie In de folder over anesthesiologie leest u alles over de voorbereiding op de verdoving en over pijnbestrijding. Een verpleegkundige brengt u in uw bed naar de operatieafdeling. U gaat daar op een ander bed liggen. Een operatieassistente rijdt u met dit bed naar de operatiekamer. Op de operatiekamer krijgt u een katheter in de blaas om urine af te voeren. U krijgt een infuus in de arm voor het toedienen van vocht en medicijnen. De operatie Tijdens de operatie vervangt de orthopedisch chirurg het aangetaste kniegewricht door een (halve) kunstknie. Tijdens de operatie heeft u een strakke band rond uw bovenbeen om de toevoer van bloed tijdelijk tegen te houden. Om bij het kniegewricht te kunnen komen maakt de orthopedisch chirurg een snee van 20 cm. in de huid aan de voorkant van de knie. De orthopedisch chirurg zaagt de versleten botdelen van het bovenbeen en het scheenbeen af en bereidt deze voor op de (halve) knieprothese. Zit er slijtage achter de knieschijf? Dan krijgt u ook een kunst-knieschijf. De orthopedisch chirurg zet de prothesedelen aan de botuiteinden vast met cement. Hij spuit het operatiegebied in met een verdovingsvloeistof en hecht daarna de wond. U krijgt zo nodig een slangetje in de wond om bloed af te voeren. Het bloed wordt bewaard in een kleine zak. Een aantal uren na de operatie krijgt u dit bloed terug via een infuus. De operatie duurt gemiddeld anderhalf uur. Medicijnen U krijgt tijdens en na de operatie via een infuus antibiotica om ontstekingen te voorkomen. U krijgt bloedverdunners (tabletten of injecties) om trombose te voorkomen. De bloedverdunners blijft u tot ongeveer vijf weken na de operatie gebruiken. Gebruikt u al bloedverdunnende medicijnen? Dan krijgt u van de orthopedisch chirurg advies over het gebruik hiervan na de operatie. Na de operatie Direct na de operatie gaat u naar de uitslaapkamer. Een verpleegkundige controleert regelmatig uw bloeddruk, polsslag, temperatuur en ademhaling. Gaat alles goed? Dan mag u weer terug naar de verpleegafdeling. Ook daar controleert de verpleegkundige regelmatig uw bloeddruk, polsslag, temperatuur, verband en slangetjes. De verpleegkundige vraagt ook regelmatig naar uw pijnbeleving. Na de operatie is uw knie ingepakt met een steriel verband. In de wond kan een slangetje zitten voor het afvoeren van bloed en wondvocht. U kunt na de operatie misselijk zijn. Hiervoor krijgt u eventueel medicijnen. De verpleegkundige verwijdert de katheter voor de urine binnen een paar uur na de operatie. De verpleegkundige verwijdert de dag na de operatie de slangetjes uit de wond en het infuus uit uw arm. Na de operatie kunt u uw knie volledig belasten. Binnen drie uur na de operatie helpt een fysiotherapeut of verpleegkundige u op de been. U probeert dan even te staan en te lopen. Op de eerste dag na de operatie verzorgt u zich zelf op bed met hulp van de verpleegkundige. Daarna komt de fysiotherapeut met u oefenen. U draagt gemakkelijk
19
zittende kleding en goede stevige schoenen. U doet zo snel mogelijk alles weer zelf. De fysiotherapeut begeleidt u bij het lopen met een loophulpmiddel. Er wordt een controlefoto van uw knie gemaakt op de afdeling Radiologie Op de tweede dag na de operatie verzorgt u zich zelf bij de wastafel met hulp van de verpleegkundige. ’s Ochtends en ’s middags gaat u naar de fysiotherapie op de afdeling. U kunt hierbij uw gewone kleding aan doen. De fysiotherapeut oefent regelmatig met u en uw coach in groepsverband en individueel, afhankelijk van uw vorderingen. Het doel is dat u zelfstandig met uw krukken kunt (trap)lopen.
20
HOOFDSTUK 4
Ontslag
21
22
Resultaat van de operatie De pijn die u voor de operatie had is grotendeels verdwenen. Uw knie kan nog enige tijd wat dik blijven. De eerste maanden is uw nieuwe knie nog een beetje gevoelig maar daar heeft u geleidelijk steeds minder last van. U houdt ook met een nieuwe knie altijd wat last van stijfheid. Weer thuis Thuis gebruikt u nog ongeveer vijf weken bloedverdunnende medicijnen. Na ongeveer zeventien dagen verwijdert de huisarts of de wijkverpleegkundige van de thuiszorg de hechtingen. De wond kan iets rood zijn en warm aanvoelen. Hierover hoeft u zich niet ongerust te maken. U heeft zes weken na de operatie een controle afspraak op de polikliniek. Er wordt dan weer een röntgenfoto van uw knie gemaakt. Liggen en slapen Houd uw knie tijdens het slapen gestrekt. Leg er niets onder. Voor de genezing is het van belang dat u de eerste drie weken bij voorkeur op uw rug ligt tijdens het slapen. Probeer er vóór de operatie alvast aan te wennen om op uw rug te slapen. Thuiszorg Na ontslag uit het ziekenhuis krijgt u hulp vanuit de thuiszorg volgens de afspraken die u vooraf met de thuiszorg heeft gemaakt. Infectie risico Bij elke operatie bestaat er risico op complicaties zoals wondinfectie of nabloeding. Bij een (halve) kunstknie blijft het risico op infectie altijd bestaan. Het is daarom belangrijk dat u uw tandarts of huisarts vertelt dat u een (halve) kunstknie heeft, zodra u een behandeling krijgt. U kunt dan antibiotica krijgen om infectie tegen te gaan. Complicaties Krijgt u in de eerste twee weken na de operatie last van een van onderstaande klachten? Neem dan contact op met het ziekenhuis. • • • • • •
De pijn in het operatiegebied neem toe. De wond is rood. U heeft koorts. U heeft een dik, glanzend en pijnlijk onderbeen. De wond lekt. U kunt niet op uw geopereerde been staan.
Tijdens kantooruren neemt u contact op met de polikliniek Orthopedie tel. (0165) 58 85 37. Buiten deze tijden belt u met de afdeling Spoedeisende Hulp: (0165) 58 88 89. Krijgt u problemen na de eerste twee weken na ontslag? Dan belt u uw huisarts.
23
24
HOOFDSTUK 5
Zorgpad Rapid Recovery (Snel herstel)
25
26
Inleiding Zorgpad Rapid Recovery is een zorgprogramma ter bevordering van een snel herstel na een knieoperatie. U verblijft drie dagen in het ziekenhuis. Na de dag van de operatie leert u binnen twee dagen lopen met krukken. Daarna mag u al naar huis. Er is speciale aandacht voor voeding. Een goede voeding bevordert het herstel. U krijgt begeleiding van een door u zelf gekozen coach. Coach Een coach is iemand uit uw naaste omgeving waar u veel vertrouwen in heeft. Uw coach is vanaf het begin betrokken bij alle voorbereidingen en later ook bij de opname, tijdens het herstel en de fysiotherapie. Uw coach is aanwezig bij alle afspraken met de zorgverleners. De coach luistert mee en kan helpen met het stellen van vragen. De coach kan u stimuleren, aanmoedigen en helpen. De coach mag tussen 10.00 uur en 20.00 uur onbeperkt bij u in het ziekenhuis zijn. Huiskamer Op de afdeling orthopedie is een huiskamer met makkelijke stoelen. Daar brengt u een groot deel van de tijd door. U bent immers niet ziek en hoeft niet op bed te liggen. In de huiskamer is een telefoon aanwezig. Uw naasten kunnen u daar bellen onder tel.nr.(0165) 59 11 88. U kunt er niet zelf mee bellen. Zorgkaart De verpleegkundige op de afdeling neemt met u de zorgkaart Rapid Recovery – (halve) kunstknie door. Op deze zorgkaart kunt u stap voor stap doorlezen en bijhouden: • Wat wij van u verwachten. • Wat per dag uw doelen zijn. • Wat de verpleegkundige, fysiotherapeut en orthopedisch chirurg met u doen. • Wat u van uw zorgverleners kunt verwachten. Voorlichtingsfilm Op de website www.biomethci.nl kunt u een voorlichtingsfilm bekijken over Rapid Recovery. Ga naar de website en klik op: • Rapid-Recovery. • Patiënten. • Voorlichtingsfilm knie.
27
Zorgkaart Rapid Recovery -Totale / Halve Knieprothese Opname-/operatiedag Acties door u als patiënt Voor de operatie: • U heeft makkelijk zittende kleding en goede loopschoenen meegebracht. • U heeft de thuissituatie samen met de wijkverpleegkundige doorgesproken en alles is geregeld voor als u thuis komt. • U heeft iemand uit uw directe omgeving als coach die u kan begeleiden en stimuleren tijdens het herstel. • Is de operatie in de ochtend? Dan bent u nuchter vanaf middernacht 24.00 uur. Is de operatie in de middag? Dan mag u ’s morgens tot 8.00 uur nog licht ontbijten. Lees hiervoor de folder over anesthesie goed door. • U drinkt voor de operatie een flesje sportdrank. De operatietijd hoort u van de verpleegkundige. • U doet een eventuele gebitsprothese uit. • U doet uw sieraden af. Na de operatie: • Mag u weer wat water of thee drinken. • Mag u ’s avonds als u wilt een beschuit eten. • Komt u onder begeleiding van de fysiotherapeut uit bed en loopt een klein stukje met een looprek. Acties door de verpleegkundige Voor de operatie: • Ontvangt u op de afdeling. • Geeft u voorlichting aan de hand van deze zorgkaart. • Controleert uw bloeddruk, polsslag en lichaamstemperatuur. • Scheert zo nodig uw huid en markeert het operatiegebied. • Geeft u medicijnen en een operatiejasje. Na de operatie: • Controleert regelmatig bloeddruk, polsslag, en pijnscore. • Koelt naar behoefte de wond met een ijspakking. • Controleert het slangetje in de wond en het verband, verwijdert de katheter voor de urine. • Belt uw coach als u weer op de kamer bent. Acties door andere zorgverleners De fysiotherapeut doet met u aan het eind van de dag een aantal oefeningen op het bed. U probeert een klein stukje te lopen.
28
Dag 1 Doelen/acties voor u als patiënt • U verzorgt zich op bed, met hulp van een verpleegkundige. • ‘s Ochtends komt u onder begeleiding van de fysiotherapeut uit bed en gaat u in de stoel in de huiskamer zitten. • U loopt onder begeleiding van de fysiotherapeut minstens 10 meter in de brug of met een loophulpmiddel. • U brengt de dag door in de huiskamer. Acties door de verpleegkundige • Helpt u bij de verzorging op bed of aan de wastafel. • Verwijdert het (druk)verband van uw knie. • Controleert en verzorgt de wond. • Meet bloeddruk, polsslag en pijnscore. • Verwijdert slangetjes. • Verwijdert infuus. Acties door andere zorgverleners • Een laborant komt bloed bij u prikken. • De röntgenlaborant maakt op de afdeling Radiologie een controlefoto van de knie. • De fysiotherapeut begeleidt u bij het mobiliseren en de oefeningen.
Dag 2 Doelen/acties voor u als patiënt • U verzorgt zich aan de wastafel of neemt een douche. Douchen kan alleen als de wond droog is, met hulp van een verpleegkundige/verzorgende. • De oefeningen die u gisteren heeft gedaan herhaalt u onder begeleiding van de fysiotherapeut en breidt de oefeningen uit. • U breidt de loopafstand verder uit tot 25 meter onder begeleiding van de fysiotherapeut. • U brengt de dag door in de huiskamer. Acties door de verpleegkundige/verzorgende • Helpt u bij de verzorging aan de wastafel of onder de douche; • Controleert de wond en verbindt deze eventueel opnieuw. Sprayt de wond als die droog is met verbandspray, zodat u kunt douchen. • Houdt de pijnscore bij. • U krijgt ’s ochtends nog fysiotherapie. ’s Middags gaat u met ontslag. Acties door andere zorgverleners: • De fysiotherapeut begeleidt u bij het mobiliseren en de oefeningen. Na uw ontslag • Gaat u door met het gebruik van Xarelto tabletten tot vijf weken na de operatie. • Na zes weken komt u op controle op de polikliniek orthopedie. • Komt een medewerker van de thuiszorg twee keer na ontslag bij u langs voor de wondcontrole. • Verwijdert een medewerker van de thuiszorg rond de zeventiende dag de hechtingen.
29
30
HOOFDSTUK 6
Fysiotherapie
31
32
Omgaan met krukken Het is de bedoeling dat u na de operatie weer zo snel mogelijk op de been bent. Het helpt als u het leren lopen, het gaan zitten en staan en het traplopen met krukken al voor de opname oefent. Daarvoor maakt u uiterlijk veertien dagen voor uw opname een afspraak met uw eigen fysiotherapeut. U krijgt een verwijzing van de orthopedisch chirurg. De krukken kunt u bij een thuiszorgwinkel ophalen. Bij uw opname brengt u de krukken mee. Andere hulpmiddelen Na uw operatie mag u uw knie volledig belasten. Lukt het lopen met krukken niet? Dan overlegt de fysiotherapeut met u of u een ander loophulpmiddel kunt gebruiken zoals een rollator of een looprekje. Vervolgafspraken fysiotherapie Normaal gesproken gaat u binnen twee dagen na de operatie weer naar huis. U kunt dan zelfstandig met krukken of een ander loophulpmiddel lopen. U maakt van tevoren met een fysiotherapeut bij u in de buurt een afspraak om direct na het ontslag met therapie te beginnen. DVD U krijgt bij deze informatiemap een DVD met oefeningen voor thuis.
33
Aandachtspunten bij het gebruik van krukken De krukken afstellen Uw fysiotherapeut helpt u met het juist afstellen van de krukken. U staat rechtop. Houd uw schouder ontspannen en strek de ellebogen.. Lopen met krukken Loop met de krukken goed rechtop. Houd uw hoofd recht en kijk recht vooruit. Als u naar uw voeten blijft kijken heeft u de neiging om voorover te vallen. Zet beide krukken tegelijk vooruit en plaats het geopereerde been tussen de krukken in. Plaats de gezonde voet voorbij de krukken en zet de krukken weer vooruit. Gaan staan Verplaatst u zich eerst naar voren naar de rand van de zitting van de stoel. Zorg ervoor dat de manchetten van de krukken om uw onderarmen zitten. Let erop dat het geopereerde been iets naar voren is geplaatst. U pakt met beide handen de leuning van de stoel vast en u drukt zichzelf omhoog tot stand. Probeer nooit op te staan met behulp van uw krukken, u kunt dan vallen. Als u stevig staat pakt u de handvaten van de krukken vast en kunt gaan lopen. Gaan zitten Als u gaat zitten loopt u eerst naar achter totdat u de rand van de stoel of het bed voelt met de achterkant van uw benen. Laat de handvaten van de krukken los maar laat de manchetten aan de armen hangen. Leg uw handen op beide leuningen (of andere vaste punten) en ga heel rustig zitten. Plaats hierbij ook weer het geopereerde been iets naar voren. U mag het been weer bijtrekken zodra u zit. Traplopen Trap op: • Een hand aan de leuning. • Een hand op de kruk. • Zet de voet van het gezonde been op de tree. • Steun op de kruk en zet het geopereerde been erbij. • Zet de kruk er weer naast.
34
Trap af: • Een hand aan de leuning. • Een hand op de kruk. • Zet de kruk een tree lager. • Neem steun op de kruk en plaats het geopereerde been erbij. • Zet het gezonde been naast het geopereerde been
In en uit de auto stappen In de auto stappen • Zet de autostoel zo ver mogelijk achteruit. • Ga zitten op de autostoel, beide benen buiten. • Draai nu de benen en de romp samen in een beweging naar binnen.
Uit de auto stappen • •
Draai uw benen en romp in een beweging samen naar buiten. Sta recht.
N.B. Zet de auto niet tegen de stoeprand.
Ideale houding bij het zitten Zorg dat u goed actief rechtop zit en de heup niet verder buigt dan 90 graden. Dit betekent een normale houding op een relatief “hoge stoel”. De hoek tussen uw boven- en onderbeen is ook 90 graden.
35
Oefeningen Dit schema is een geheugensteuntje voor de oefeningen die de fysiotherapeut met u heeft doorgenomen. U heeft oefeningen gekregen voor de eerste dagen na de operatie, voor wat later, wanneer u weer loopt en voor als u weer thuis bent. Bij het oefenen mag u enige pijn voelen en u mag gerust wat moe worden. Oefeningen liggend:
Voeten optrekken en wegduwen. Alleen de voeten bewegen, de benen blijven stil liggen. Span de bovenbeenspier door uw knie maximaal te strekken. Hierbij de knieschijf optrekken.
Leg de knie zo gestrekt mogelijk weg. Laat het been niet naar links of naar rechts draaien Strek de knie maximaal door uw knieschijf op te trekken. Hef het been gestrekt een stukje van de onderlaag.
Oefeningen zittend:
Buig de knie zo ver u kunt. Help eventueel door het gezonde been op het geopereerde been te leggen en mee te laten duwen. Leg eventueel een handdoek op de grond om beter te kunnen schuiven.
Hef uw been een klein stukje. De knie blijft gebogen. De voet komt los van de grond.
Strek de knie zover u kunt; houd het been 3 tellen gestrekt vast. Laat het dan langzaam weer buigen.
36
Oefeningen staand: Buig de knie door de hak naar de billen te brengen. Blijf goed rechtop staan!
Zet het geopereerde been op een traptrede, neem geen steun op de handen. Blijf rechtop: zet het been daarna weer terug.
37
38
HOOFDSTUK 7
Adviezen
39
40
Adviezen U kunt zelf helpen om uw herstel zo voorspoedig mogelijk te laten verlopen. Houdt u zich aan de volgende adviezen: • Loop de eerste zes weken met krukken. • Leg geen kussen onder uw knie. Strekken van de knie is erg belangrijk. • Oefen regelmatig, maar neem ook voldoende rust. • Probeer uw loopafstand geleidelijk te vergroten. • Vermijd bewegingen als hurken, bukken en de benen over elkaar slaan. • Ga niet op een lage stoel of bank zitten. Ga bij voorkeur in een hoge stoel met armleuningen zitten. Plaats bij het gaan zitten of staan het geopereerde been iets naar voren. • Wilt u op uw zij slapen? Plaats dan de eerste zes weken een groot kussen tussen uw knieën. • Slaap de eerste drie weken op uw rug. • Draag stevige schoenen. • Neem geen bad, maar ga onder de douche. • Na zes weken mag u weer fietsen, zwemmen en autorijden. • Maak geen draaibeweging met de knie. Draait u zich om met kleine stapjes.
41
42
HOOFDSTUK 8 Voorkomen trombose
43
44
Inleiding Bij trombose raakt een bloedvat verstopt door een bloedstolsel. Trombose komt het meest voor in de aderen van de benen. Een bloedstolsel kan het weefsel van het been beschadigen. Bloedstolsels kunnen ook losraken en met de bloedstroom op een andere plaats in het lichaam terecht komen. Een bloedstolsel dat in de longen terechtkomt kan een longslagader afsluiten. Dan ontstaat er een longembolie. Dat is een complicatie die levensbedreigend kan zijn. Oorzaak Bloedstolsels kunnen onder andere ontstaan als een patiënt weinig beweegt of veel in bed ligt. De beenspieren werken onvoldoende waardoor het bloed te langzaam via de beenaderen terugstroomt naar het hart. Bij een operatie voor een (halve) kunstknie is er risico op trombose. Voorkomen U krijgt voor, tijdens en na de operatie bloedverdunnende medicijnen. Om trombose te voorkomen is het belangrijk dat weer snel op de been bent en veel beweegt. Belangrijke adviezen • Probeer regelmatig te wandelen en te fietsen. • Houd uw gewicht op een gezond peil. Overgewicht is belastend het hart en de bloedsomloop. • Drink voldoende (minimaal 1,5 liter per dag). Trombose herkennen Bij trombose kunnen er bij één been de volgende verschijnselen optreden. Deze verschijnselen kunnen verdwijnen als u het been hoog legt. • Het been voelt opgezet en zwaar aan. • Het been doet pijn als u er op staat. • De huid is warm. • Het been is rood of blauw van kleur. Denkt u dat u trombose heeft? Neem dan contact op met het ziekenhuis.
45
46
HOOFDSTUK 9
Meest gestelde vragen
47
48
Hoe lang zal mijn knie pijnlijk blijven? De eerste drie maanden wordt de pijn geleidelijk minder. U heeft steeds minder last van startpijn, plaatselijke vermoeidheid en een rekkend, trekkend en drukkend gevoel. Hoe lang blijft mijn been dik? Het is heel normaal dat u de eerste drie maanden wat zwelling in voet en/of onderbeen heeft. Hoeveel buiging kan ik verwachten van mijn knie? Het gemiddelde is 110 graden, maar er is niets mis met uw knie als u dit niet haalt. Negentig graden moet u wel kunnen halen. Is het normaal dat mijn knie een soort klikgeluid maakt? Dit is normaal en niet verontrustend. Veel van de patiënten met een nieuwe knie ervaren/horen een soort klikgeluid bij het buigen van de knie. Hoe vaak moet ik oefenen? U krijgt van de fysiotherapeut oefeningen in liggende, zittende en staande houding die u twee keer per dag kunt herhalen. Wanneer mag ik weer autorijden/fietsen? Als u zonder hulpmiddelen kunt lopen mag u na overleg met de orthopedisch chirurg weer autorijden en fietsen. Dit is meestal na zes weken. Raadpleeg ook de polisvoorwaarden van uw autoverzekering. Wanneer mag ik weer douchen? Kunt u goed kunt staan en is de wond droog? Dan kunt u in principe vanaf de eerste dag douchen. Zorg ervoor dat u niet kunt uitglijden en dat u zich eventueel aan een stang kunt vasthouden. Wat voor soort schoenen kan ik het beste aantrekken? Draag stevige schoenen met een brede hak. Loop de eerste maanden niet op hoge hakken en slippers. Moet ik een steunkous dragen? In principe is het niet nodig. Heeft u een zwelling in de voet en/of onderbeen? Overleg dan met de orthopedisch chirurg om er toch een te dragen. Hoe verzorg ik mijn wond? De wond moet schoon en droog blijven. U kunt de wond gewoon wassen. Het is wel beter om deze van boven naar beneden te wassen en niet van links naar rechts. Gebruik rond de wond geen crème of lotion. De huid rondom de hechtingen kan er wat rood of geïrriteerd uitzien. Soms is de huid iets gezwollen. Als de hechtingen verwijderd zijn (na ongeveer drie weken) neemt de roodheid langzamerhand af. Is de wond erg gezwollen, rood, voelt warm aan of komt er vocht uit? Overleg dan met de polikliniek Orthopedie. Waar moet ik op letten na de operatie? Neem de eerste zes weken de adviezen in acht. Met betrekking tot sporten geldt dat u in overleg met uw orthopedisch chirurg: • Na zes weken mag zwemmen. • Voorzichtig mag sporten.
49
Hoe lang moet ik een loophulpmiddel gebruiken? Patiënten lopen gemiddeld tot zes weken met een loophulpmiddel. U bouwt dat af in overleg met de fysiotherapeut. Ga niet te vroeg met één kruk lopen. Dan voorkomt u dat u een verkeerde houding aanneemt. Hoe ga ik om met bloedverdunnende middelen? Bent u in het ziekenhuis gestart met bloedverdunnende tabletten? Dan moet u deze vijf weken blijven gebruiken. Gebruikte u voor de operatie al bloedverdunnende medicijnen via de trombosedienst? Dan gaat u daar na de operatie gewoon mee door.
50
51
Overige vragen Heeft u nog vragen over onderstaande onderwerpen? Neem dan contact op met het bijbehorende telefoonnummer. • • • • • •
Opname Afdeling Bureau Planning & Opname, tel. (0165) 58 88 81. Operatie, Rapid Recovery, complicaties Polikliniek Orthopedie, tel.: (0165) 58 85 37. Verdoving Polikliniek Anesthesie, tel.: (0165) 58 81 16 Voeding Diëtist tel.: (0165) 58 84 29 Fysiotherapie tel.: (0165) 58 82 25 Verpleging Afdeling Orthopedie 3C tel.: (0165) 58 83 86.
52
Notities …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
53
54
HOOFDSTUK 10
Nazorg
55
56
U heeft voor de operatie al met de thuiszorg afspraken gemaakt over de verpleegkundige en huishoudelijke nazorg. Verpleegkundige zorg Thuis krijgt u rond de derde, de zesde en de tiende dag na de operatie verpleegkundige zorg voor controle van de wond en het verwijderen van de hechtingen. De verpleegkundige bespreekt met u hoe het thuis gaat en beantwoordt uw mogelijke vragen. Tijdens het laatste huisbezoek sluit de wijkverpleegkundige de zorg af. Deze huisbezoeken duren gemiddeld een half uur. Huishoudelijke verzorging Is er huishoudelijke verzorging afgesproken? Dan krijgt u een dagdeel per week, zes weken lang, hulp voor de zware huishoudelijke taken. Na zes weken bent u in principe weer in staat alle huishoudelijke activiteiten zelf te doen. Persoonlijke verzorging In sommige gevallen kan ook persoonlijke verzorging worden afgesproken. U krijgt dan bijvoorbeeld hulp bij het wassen en aankleden.
57
58
HOOFDSTUK 11 Vragenlijst KOOS
59
60
Inleiding U ondergaat binnenkort een knieoperatie. Om het effect van deze operatie te meten vragen we u voor en na de operatie om een vragenlijst in te vullen, genaamd “KOOS” (Kneedisability and Osteoarthritis Outcome Score). Uw antwoorden geven ons informatie over het resultaat van de operatie en hoe goed u in staat bent om uw normale dagelijkse activiteiten uit te voeren. Vragenlijst Op de volgende pagina vindt u de vragenlijst. Vul deze lijst in vóór de operatie. Geef de volledig ingevulde vragenlijst op de dag van de operatie af aan een verpleegkundige op de verpleegafdeling. Controle Tijdens uw controle zes weken en een jaar na de operatie vult u nogmaals de vragenlijst in voor een zo goed mogelijke evaluatie van de knieoperatie. Vragen Heeft u nog vragen ? Neem dan contact op met de verpleegkundig specialist Orthopedie. Zij is te bereiken op tel. (0165) 58 85 37. Bij voorbaat dank voor uw medewerking.
61
Knee injury and Osteoarthritis Outcome Score - Physical Function Short Form (KOOS-PS) Dutch version LK 1.0
KOOS-PS Vragenformulier voor kniepatiënten (Gaarne ingevuld inleveren bij uw controle afspraak op de polikliniek orthopedie)
Datum:
/
/
Geboortedatum:
/
/
Naam: Instructies; Deze vragenlijst vraagt naar uw mening over uw knie. Deze informatie helpt ons na te gaan hoe goed u in staat bent om uw normale dagelijkse activiteiten en recreatieve/sportactiviteiten uit te voeren. Beantwoord elke vraag door één hokje aan te kruisen. Wanneer u twijfelt over de beantwoording van een vraag, kruis dan de best mogelijke optie aan. Wilt u voor elk van de onderstaande activiteiten aangeven hoeveel moeite u de afgelopen week heeft ervaren tijdens deze activiteiten vanwege uw knie.
1. Opstaan vanuit bed geen gering matig 2. Sokken / kousen aantrekken geen gering matig 3. Opstaan vanuit een stoel geen gering matig 4. Bukken naar de grond/iets oppakken van de grond geen gering matig 5. Draaien op een belaste knie geen gering matig 6. Knielen gering matig geen 7. Op uw hurken zitten geen gering matig
62
veel
erg veel
veel
erg veel
veel
erg veel
veel
erg veel
veel
erg veel
veel
erg veel
veel
erg veel