Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid

Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid

Het Nederlands Gastouderbureau BV

Het Nederlands Gastouderbureau BV van Oldenbarneveltplaats 442 3012 AP Rotterdam T: 010-4330415 F: 010-2450782 E [email protected] W www.hetngb.nl (Risico-inventarisatie v1.4.docx)

Inhoudsopgave 1. Inleiding .......................................................................................................................... 3 1.1. Introductie ................................................................................................................ 3 1.2. Wet Kinderopvang.................................................................................................... 3 1.3. De werking van de Wet ............................................................................................ 3 1.4. Leeftijdsonderscheid ................................................................................................ 3 1.5. De inventarisatielijsten ............................................................................................ 4 1.6. Werkwijze ................................................................................................................ 6 1.7. Ongevallenregistratie ............................................................................................... 7 1.8. Leeswijzer................................................................................................................. 7 2.

Preventieve maatregelen.............................................................................................. 8 2.1. Introductie ............................................................................................................... 8 2.2. Veiligheid in en om de opvanglocatie ..................................................................... 8 2.3. Persoonlijke hygiëne ............................................................................................... 11 2.4. Voeding .................................................................................................................. 12 2.5. Babyvoeding .......................................................................................................... 12 2.6. Vervoer per auto .................................................................................................... 14 2.7. Wiegendood ........................................................................................................... 14 2.8. Kinderen in de zon ................................................................................................. 15

3. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid ........................................................... 18 3.1. Identificatie gastouder en locatie........................................................................... 18 3.2. Kinderen ................................................................................................................. 18 4. Inventarisatielijst Algemene veiligheid ....................................................................... 19 5. Inventarisatielijst Entree en kelderruimte .................................................................. 23 6.

Inventarisatielijst Slaapkamer ..................................................................................... 25

7.

Inventarisatielijst Woonkamer ....................................................................................28

8. Inventarisatielijst Buitenruimte ................................................................................... 31 9.

Inventarisatielijst Sanitair ............................................................................................ 35

10. Inventarisatielijst Keuken ........................................................................................... 37 11. Inventarisatielijst Hygiëne .......................................................................................... 41 12. Inventarisatielijst Calamiteiten................................................................................... 45 13. Inventarisatielijst Vervoer ......................................................................................... 48 14. Inventarisatielijst Overig ........................................................................................... 49 15. Verslaglegging en opvolging ...................................................................................... 51 16.

Ondertekening ............................................................................................................ 53

Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Versie 1.4 van 5 januari 2016


Pagina 2 van 53

1.

Inleiding

1.1. Introductie Voor u ligt de methodiek voor een systematische en volledige uitvoering van een risicoinventarisatie veiligheid & gezondheid gastouderopvang. Deze methodiek is in sterke mate gebaseerd op de landelijke modellen, echter vereenvoudigd (daar waar mogelijk) en meer toegespitst op de dagelijkse praktijk. 1.2. Wet Kinderopvang Met de invoering van de Wet Kinderopvang is de verantwoordelijkheid voor een goede kwaliteit meer bij de gastouderbureaus zelf gelegd. In de Wet is geregeld dat de opvang moet bijdragen aan een gezonde en veilige ontwikkeling van het kind, in een veilige en gezonde omgeving. De Wet Kinderopvang verplicht gastouderbureaus om een risicoinventarisatie met betrekking tot de veiligheid en gezondheid uit te voeren en aldus inzicht te geven in de veiligheids- en gezondheidsrisico’s die de opvang van kinderen bij de ingeschreven gastouders met zich mee brengt. 1.3. De werking van de Wet Volgens de Wet Kinderopvang zijn gastouderbureaus verplicht om tenminste jaarlijks bij iedere gastouder een risico-inventarisatie inzake veiligheid en gezondheid uit te voeren, deze dient de bestaande situatie te beschrijven. Een verbouwing of een (her)inrichting van de woning en/of kamers kunnen dus aanleiding zijn voor het tussentijds uitvoeren van een risico-inventarisatie inzake veiligheid en gezondheid. Een gastouder is daarom verplicht om een verbouwing of (her)inrichting van de woning bij het gastouderbureau te melden. De Wet Kinderopvang legt het toezicht en de handhaving bij de lokale GGD. De GGD inspecteert gastouderbureaus op de afspraken met betrekking tot de veiligheid en de gezondheid bij hun gastouders thuis. De GGD controleert dus uw veiligheids- en gezondheidsbeleid en zal u hier mogelijk op aanspreken. Het Nederlands Gastouderbureau geeft, aan de hand van deze methodiek, zelf aan welke risico’s bij de gastouder aanwezig zijn, of de aanwezige risico’s wel of niet aanvaardbaar zijn en welke vervolgacties er (eventueel) afgesproken zijn. Hierbij is het belangrijk wat de leeftijden zijn van de kinderen die door de betreffende gastouder opgevangen (gaan) worden. 1.4. Leeftijdsonderscheid In deze methodiek voor de risico-inventarisatie veiligheid & gezondheid gastouderopvang wordt in de inventarisatielijsten een onderscheid gemaakt naar de leeftijd van de (opvang)kinderen. Het is van belang om hier onderscheid in te maken omdat sommige risi-



Pagina 3 van 53

co’s uitsluitend voor een bepaalde leeftijdscategorie gelden. In de inventarisatielijsten is dit als volgt aangegeven in de laatste kolom: 0-3 4-12 0-12

Jonge kinderen: kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 3 jaar. Oudere kinderen: kinderen van 4 tot en met 12 jaar. Alle kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 12 jaar.

1.5. De inventarisatielijsten Bij het inventariseren van de risico’s wordt gebruik gemaakt van de inventarisatielijsten die onderdeel uitmaken van deze methodiek. Een inventarisatielijst bestaat uit een risicobeschrijving met daaronder een aantal uitgewerkte antwoorden. Aan de hand van deze lijsten wordt de werkelijke situatie bij de gastouder thuis beoordeeld zoals deze wordt aangetroffen. Per risico wordt één of meerdere antwoorden aangekruist, of wordt aanvullende informatie vastgelegd. Hierbij wordt niet zozeer door een technische bril (normen, afmetingen, etc.) gekeken, maar vooral door de ogen en vanuit het gedrag van kinderen. Als uitgangspunt bij de risico-inventarisatie inzake veiligheid en gezondheid geldt dat veiligheid en gezondheid een combinatie is van enerzijds het gedrag van kinderen en gastouders, en anderzijds de omgeving waarin zij verblijven. Het is de bedoeling dat door de uitvoering van een risicoinventarisatie inzake veiligheid en gezondheid de aanwezige risico’s terug worden gebracht tot een aanvaardbaar en acceptabel niveau. Bij de vraag of een risico wel of niet aanvaardbaar is, moet worden nagegaan wat de kans is dat er ongevallen gebeuren en wat de ernst van het letsel bij een ongeval kan zijn: Aanvaardbaarheid risico = Kans (op een ongeval) x Ernst (van het mogelijk letsel) Wanneer een risico onaanvaardbaar is, moet er altijd een vervolgactie of afspraak vastgelegd worden. In de inventarisatielijsten is dit aangegeven door middel van het symbool  in de kantlijn. 1.5.1. Voorbeelden Soms kan een vervolgactie of afspraak een technische oplossing zijn (het aanpassen van de omgeving), maar dit kan ook door het maken van afspraken (aanpassen van het gedrag). Ter verduidelijking volgen twee voorbeelden.



Pagina 4 van 53

Voorbeeld1 A1.

Kind kan in contact komen met elektriciteit

4-12

Gecontroleerd:  Entree,  Slaapkamer, Woonkamer,  Sanitair,  Keuken, … Er is geen elektriciteit aanwezig; het risico is niet van toepassing. Er zijn geen elektriciteitssnoeren en of stopcontacten binnen het bereik van een kind aanwezig, de gastouder let hier op.

De elektriciteitssnoeren zijn goed weggewerkt, de stopcontacten worden bij de opvang van een jong kind door de gastouder voorzien van een beveiliging. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het spelen met of bij stopcontacten.

Ander aanvaardbaar risico: Een stopcontact heeft geen beveiliging maar deze zijn buiten bereik van de kinderen.



Er zijn elektriciteitssnoeren en of stopcontacten binnen het bereik van een kind aanwezig; het risico in onaanvaardbaar.



De elektriciteitssnoeren en of stopcontacten zijn beschadigd en of ondeugdelijk; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico:

In dit voorbeeld kan het geschetste scenario geïnventariseerd worden als:    

risico aanvaardbaar, risico onaanvaardbaar, risico niet van toepassing of anders.

Het antwoord ‘risico niet van toepassing’ kan in dit voorbeeld alleen aangekruist worden als er geen snoeren en/of stopcontacten in de ruimte aanwezig zijn. Zijn deze, zoals in het voorbeeld het geval is, goed weggewerkt maar niet beveiligd dan kan het risico nog wel aanvaardbaar zijn: bijvoorbeeld als de betreffende gastouder enkel oudere kinderen opvangt. Worden onbeschermde stopcontacten aangetroffen en vangt de gastouder jonge kinderen op dan wordt ‘risico onaanvaardbaar’ aangekruist en worden afspraken over het beveiligen van de stopcontacten en/of het wegwerken van de elektriciteitssnoeren gemaakt. Het vakje achter het  -teken wordt aangekruist en er worden nadere afspraken en actiepunten vastgelegd op het formulier Verslaglegging en Opvolging in hoofdstuk 14.



Pagina 5 van 53

Voorbeeld2 A2.

Kind kan in contact komen met ziektekiemen of ontlasting door on(zorgvuldig) gewassen handen.

0-12

Gecontroleerd:  Entree,  Slaapkamer,  Woonkamer,  Sanitair, Keuken, …

Er is stromend water, zeep en een schone handdoek beschikbaar. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het regelmatig wassen van de handen, de gastouder let hierop en geeft zelf het goede voorbeeld. De handen van de jonge kinderen worden regelmatig door de gastouder gewassen.

Ander aanvaardbaar risico: De handdoek wordt eens in de 5 dagen vervangen. Afgesproken dat de handdoek in de keuken om de 2 dagen wordt vervangen.



Er is geen stromend water, zeep en of een schone handdoek beschikbaar; het risico is onaanvaardbaar.



Met de kinderen en of de gastouder zijn géén afspraken gemaakt over het regelmatig wassen van de handen; het risico is onaanvaardbaar.




Vooral gezondheidsrisico’s zijn vaak niet of moeilijk zichtbaar. Desondanks moeten deze wel geïnventariseerd worden. Hierbij is het belangrijk om na te gaan of, en zo ja welke, preventieve maatregelen getroffen zijn om deze risico’s te beperken. Wanneer, zoals in dit voorbeeld het geval is, de technische faciliteiten op orde zijn en er gedragsafspraken liggen die ook nageleefd worden, mag verondersteld worden dat dit risico aanvaardbaar is. Ook in dit voorbeeld hoeven geen aanvullende afspraken of actiepunten te worden vastgelegd in het formulier Verslaglegging en Opvolging in hoofdstuk 14. 1.6. Werkwijze Wanneer alle inventarisatielijsten zijn ingevuld en eventuele actiepunten of afspraken vastgelegd zijn in het formulier Verslaglegging en Opvolging, dan vormen deze tezamen de risico-inventarisatie veiligheid & gezondheid voor de woning van de betreffende gastouder (of vraagouder indien daar de opvang plaatsvindt). Actiepunten en afspraken worden volgens het SMART-principe (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Reëel en Tijdgebonden) vastgelegd en wordt er per risicogebied aangegeven wat de maatregel is, wie de maatregel uitvoert en (voor) wanneer dit gedaan dient te worden. Het ingevulde identificatieblad, de ingevulde inventarisatiebladen, de actielijst en het ondertekeningblad (hoofdstuk 3 tot en met 16) worden gearchiveerd in de dossiers van de gastouder en vraagouder.



Pagina 6 van 53

1.7. Ongevallenregistratie Het Nederlands Gastouderbureau beschikt over een adequate ongevallenregistratie. Vanuit de ongevallenregistratie moet in ieder geval te herleiden zijn: de aard en de plaats van het ongeval, de leeftijd van het kind, de datum van het ongeval en een overzicht van de maatregelen die naar aanleiding van het ongeval getroffen zijn. De ingevulde ongevallenregistratie wordt gearchiveerd in het dossier van de gastouder. 1.8. Leeswijzer In hoofdstuk 2 worden de maatregelen beschreven die preventief genomen kunnen worden om de risico’s ten aanzien van veiligheid en gezondheid te reduceren. Het helpt gastouders om zich voor te bereiden op de te houden risico-inventarisatie voor de opvanglocatie en het aantal actiepunten op onaanvaardbare risico’s te verlagen. Hoofdstuk 3 tot en met 16 vormen tezamen de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid. In hoofdstuk 3 wordt de gastouder, de locatie en de opgevangen kinderen geïdentificeerd. Hoofdstuk 4 tot en met 14 omvatten de inventarisatielijsten die allemaal worden doorlopen en ingevuld tijdens de inventarisatie. In hoofdstuk 15 wordt het verslag en opvolging van de inventarisatie vastgelegd. Ten slotte wordt in hoofdstuk 16 de risico-inventarisatie ondertekend door de gastouder (mogelijk de vraagouder indien de opvang in het huis van de vraagouder plaatsvindt) en de consulent van Het Nederlands Gastouderbureau. Hoofdstuk 3 tot en met 16 worden ingevuld en ondertekend opgenomen in de dossiers van de gastouder en vraagouder.



Pagina 7 van 53

2.

Preventieve maatregelen

2.1. Introductie In dit hoofdstuk worden een aantal maatregelen beschreven die preventief moeten worden genomen om de risico’s ten aanzien van veiligheid en gezondheid te reduceren. Het helpt gastouders om zich voor te bereiden op de te houden risico-inventarisatie voor de opvanglocatie en het aantal actiepunten op onaanvaardbare risico’s te verlagen. 2.2.

Veiligheid in en om de opvanglocatie

2.2.1. Algemene veiligheid  Er zijn voor alle trappen, zowel boven als beneden in de woning traphekjes aangebracht;  Kleine kinderen mogen niet zonder begeleiding de trap op en af;  Balustrade met een spijlafstand groter dan 10 cm dient te worden afgeschermd of vervangen door een type met een spijlafstand van 10 cm of minder;  Speelgoed wordt na gebruik opgeruimd om struikelen over speelgoed te voorkomen;  De kapstokhaak wordt hoog geplaatst of wanneer kinderkapstok laag hangt moet een botsing zoveel mogelijk voorkomen worden. Ook kunnen de haken worden afgeschermd met een plank;  Deuren met laag doorlopende ruiten vormen gevaar doordat het kind er doorheen kan vallen. Om deze reden moet het glas worden vervangen door veiligheidsglas, of stickers geplakt om de ruit te markeren, of kan veiligheidsfolie of een balk of plank worden geplaatst;  Wanneer de radiatoren heet kunnen worden als het kind in huis is, dient de radiator afgeschermd te worden door gaatjesboard, dan wel te zorgen dat het kind niet gemakkelijk bij de radiator kan komen;  Bij de opvang van een kind jonger dan zes jaar dient de voordeur afgesloten te worden om te voorkomen dat het kind zelfstandig naar buiten kan gaan;  Indien het huis een etagewoning is welke niet met een lift te bereiken is, kunnen slechts twee baby’s van 6 weken tot twee jaar worden opgevangen, te weten één baby van 6 weken tot 1 jaar en één kind van 1 jaar tot 2 jaar;  Ramen kunnen niet door kinderen geopend worden, bijvoorbeeld door middel van beveiligers; er mogen geen krukjes of stoeltjes onder of in de buurt staan;  Deurspleetbeveiligers worden dringend geadviseerd om te voorkomen dat vingers tussen de deur bekneld raken. Indien niet aanwezig dan dient middels toezicht te worden voorkomen dat vingers bekneld kunnen raken;  Rookmelders worden dringend geadviseerd. Indien niet aanwezig dient de gastouder alert te zijn op rook;  Medicijnen en sigaretten zijn opgeborgen op een plaats die voor kinderen niet bereikbaar is; Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Versie 1.4 van 5 januari 2016


Pagina 8 van 53



       

   

Er liggen géén kleine voorwerpen zoals lego of kraaltjes binnen handbereik van kleine kinderen om te voorkomen dat deze kleine voorwerpen in mond of neus gestopt worden; Er wordt gebruik gemaakt van goedgekeurd en erkend speelgoed dat voldoet aan de veiligheidsnormen; Er slingeren géén plasticzakken rond om o.a. verstikkingsgevaar te voorkomen; Losliggende matten of kleden hebben een antisliplaag; Stopcontacten zijn beveiligd met stopcontact beveiligers; Elektrische snoeren zijn veilig afgeschermd; Er staan geen giftige planten in de ruimte waar het kind kan komen (o.a. dieffenbachia, azalea, kerstster, monnikskap, taxus en zaad van de gouden regen); Meubilair wordt regelmatig gecontroleerd op aanwezigheid van splinters; Babymeubilair wordt op de juiste wijze gebruikt, aangepast aan de leeftijd van het kind. Dat betekent onder meer dat een babybedje en box op de juiste hoogte worden afgesteld; Alle ruimten zijn voldoende verlicht om struikelen te voorkomen; Kinderen worden onder de oksels opgetild; Beschadigd hout moet worden gerepareerd om splinters te voorkomen; Beschadigd glas moet worden verwijderd om te voorkomen dat kinderen zich snijden.

2.2.2.           

Keuken

Onderhoudsproducten zoals bleekmiddel, afwas- en schoonmaakmiddelen, lijm enz. staan veilig opgeborgen, bijvoorbeeld door aangebrachte kindersloten; Lucifers zijn veilig opgeborgen; Er staan géén stoeltjes of krukjes of trapjes waarmee kinderen bij schoonmaakmiddelen, lijm en brandstoffen kunnen; Tabak en alcoholische dranken, medicijnen en cosmetica staan veilig opgeborgen; Ontgeurders hangen of staan buiten het bereik van kinderen; Laden waarin gevaarlijke voorwerpen liggen (messen, lucifers) kunnen niet door kinderen worden geopend, bijvoorbeeld door aangebrachte kindersloten; Elektrische apparaten staan zodanig dat kinderen ze zelf niet kunnen aanzetten; Het fornuis is veilig bijvoorbeeld door een aangebracht fornuisrekje en de ovendeur is, indien in gebruik, afgeschermd; Steelpannetjes steken niet over de rand van het fornuis; Kinderen moet worden belet om in de wasmachine of droger te kruipen; Warme dranken worden alleen op een hoge tafel genuttigd.

2.2.3. Entree en kelderruimte  Indien van toepassing: de kelderdeur is op slot;  Badkamer en toilet kunnen van buiten worden geopend;  De entree moet vrij zijn van voorwerpen als een kinderwagen of een stofzuiger. Dit in verband met blokkade tijdens een brand, zowel voor de gastouder en de kinderen als voor de brandweer. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Versie 1.4 van 5 januari 2016


Pagina 9 van 53

2.2.4. Woonkamer  Drank en rookwaren zijn onbereikbaar voor kinderen;  Indien van toepassing: er staat een vonkenscherm voor de open haard;  Beklimbare kasten staan vast aan de muur;  Er zijn stoothoekjes op alle scherpe punten van bijvoorbeeld tafels, aangebracht;  Indien een tafelkleed wordt gebruikt, kan deze niet van de tafel getrokken worden;  De bodem van de babybox wordt laag gezet zodra een kind kan zitten;  De kinderstoel moet veilig zijn en het kind moet vastgemaakt kunnen worden. 2.2.5.         

Sanitair

Het medicijnkastje bevat een kinderslot of hangt buiten bereik van kinderen; Er zit antislip materiaal op de bodem van de douche of bad; De gastouder ziet er op toe dat het kind niet uitglijdt; Middelen zoals cosmetica, zeep, shampoo, scheermesjes en andere scherpe voorwerpen zijn buiten bereik van kinderen opgeborgen; De heet waterkraan is beveiligd tegen (onbedoeld) opendraaien; Een klein kind wordt nooit alleen in bad of in de badkamer gelaten; In de toilet worden géén toiletblokjes gebruikt; Kinderen moet worden belet om in de wasmachine of droger te kruipen; Er wordt niet schoongemaakt op een tijdstip dat de gastkinderen aanwezig zijn.

2.2.6. Slaapkamer  De plaats waar het kind wordt verschoond is zodanig dat de gastouder overal bij kan, maar de baby of het kind niet;  Wanneer gebruik gemaakt wordt van een aankleedtafel is deze stevig en wordt het kind ten alle tijden belemmerd om van de tafel af te draaien;  Het kinderbed staat ver genoeg van het raam, de radiator en het gordijn(koord);  De afstand tussen de spijlen van het kinderbed is tussen de 4 – 6,5 cm;  De bodem van het babyledikant wordt laag gezet wanneer een kind kan zitten;  In het ledikant liggen geen knuffels en speelgoed die als opstapje kunnen worden gebruikt om uit bed te klimmen. 2.2.7.    

 

Buitenruimte

Speeltoestellen voldoen aan de veiligheidsnormen en staan op een zachter ondergrond, tot minimaal 1,5 mtr rondom het speeltoestel; De tuin kan worden afgesloten; (Tuin)gereedschap is veilig opgeborgen; Een eventuele vijver is voldoende afgeschermd tijdens de opvang van een kind jonger dan zes jaar of ouder indien het kind geen zwemdiploma heeft, bijvoorbeeld met een hekje; Er liggen zachte tegels of er ligt gras onder de schommel; Indien van toepassing: de schuurdeur is op slot;



Pagina 10 van 53

   2.3.

Er staan géén giftige struiken in de tuin ofwel giftige struiken zijn onbereikbaar voor het kind; Er staat géén (potentieel) klimmateriaal (bijvoorbeeld krukjes, tafeltjes) op het balkon; Kinderen wordt geleerd om goed op te letten wanneer zij rennen/spelen. Persoonlijke hygiëne

2.3.1. Algemeen  De handen worden regelmatig door de gastouder gewassen met vloeibare desinfecterende zeep, in ieder geval: o Na toiletbezoek; o Na verschonen van een kind; o Na helpen van het kind op een potje of toilet; o Voor het eten, drinken of bereiden van voedsel; o Na het eten worden de kinderen gewassen met voor iedere kind aparte schone washandjes of natte doekjes.  Kinderen wordt geleerd om de handen te wassen na toiletbezoek en voor het eten;  De ruimte waar de baby wordt verschoond wordt na elke verschoning goed schoongemaakt;  Handdoeken, theedoeken en vaatdoekjes worden dagelijks vervangen;  Kinderen wordt geleerd dat speelgoed niet wordt meegenomen naar het toilet i.v.m. verspreiding van ziektekiemen;  Voor elk kind wordt een eigen tandenborstel gebruikt, welke apart wordt bewaard en goed wordt gereinigd;  Ieder kind maakt gebruik van eigen beker, bord en bestek;  Ieder kind dat bij de gastouder slaapt heeft eigen beddengoed, om kans op besmetting met andermans ziektekiemen te voorkomen. 2.3.2. Keuken  De koelkast wordt minimaal één keer per twee weken schoon gemaakt;  Laat loden waterleidingen vervangen of gebruik flessenwater met een laag natriumgehalte;  De temperatuur in de koelkast mag niet hoger worden dan 4 o C, om deze reden moet de koelkast zijn voorzien van een thermometer;  Bij ijsafzetting wordt de koelkast ontdooid;  De vriesruimte moet een temperatuur van -180 tot -200 C hebben;  Voor verpakte voedingsmiddelen moet goed worden gelet op de uiterste gebruiksdatum;  Indien gekookt wordt in aanwezigheid van de kinderen moeten een aantal veiligheidsmaatregelen in acht worden genomen: o Plaats een fornuisrekje; o Stelen naar achteren laten wijzen tijdens het koken; Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Versie 1.4 van 5 januari 2016


Pagina 11 van 53

o o o o o 2.3.3.  

    

2.5.

Hygiëne verblijfsruimte(s)

Reinig vloer en meubilair dagelijks, liefst op momenten dat er géén kinderen zijn; Reinig de hoger gelegen oppervlakken wekelijks; Reinig verticale oppervlakken maandelijks; Besteed bij meubilair op poten extra aandacht aan een goede schoonmaak onder het meubelstuk; Gebruik géén verf, vlekkenwater of boenwas, spuitbussen, wasbenzine, terpentine, verfafbijtmiddelen of andere chemicaliën met oplosmiddelen waar kinderen bij zijn; Gebruik géén sterk geurende producten, kies ook reinigingsmiddelen met zo weinig mogelijk geur; Voorkom onnodig lawaaioverlast door een televisie of radio alleen gericht te gebruiken; Kies planten/bloemen die allergeen arm zijn; Verschoon potgrond jaarlijks.

2.4. 

Speelgoed

Speelgoed wordt regelmatig gereinigd: stoffen speelgoed en verkleedkleren worden gewassen, plastic en houten speelgoed wordt met een vochtige doek afgenomen; Er wordt alleen gebruik gemaakt van speelgoed dat voldoet aan de veiligheidsnormen.

2.3.4.    

Zoveel mogelijk de achterste pitten gebruiken; Plaats een ovenruitbeschermer; Zorg dat kinderen niet bij de waterkoker kunnen; Geen opstapjes of krukjes in de keuken plaatsen; Lucifers en aanstekers opbergen op een onbereikbare plaats voor kinderen.

Voeding

De gastouder en de ouder(s) maken afspraken over de voeding, waarbij in ieder geval aan bod komt wel/niet snoepen, broodbeleg en eventuele voedselallergieën. Babyvoeding

2.5.1. Algemeen  Was de handen goed voordat voeding wordt bereid;  Maak de zuigfles en speen goed schoon (1 keer per dag 3 minuten uitkoken);  Doe de voorgeschreven hoeveelheid water in de zuigfles;  Maak het water handwarm (ca. 400 C) met de magnetron of de flessenwarmer;  Gebruik altijd het bijgevoegde maatschepje. Haal het schepje losjes door het poeder en strijk het overtollige poeder af met de achterkant van een schoon mes;



Pagina 12 van 53

  

Strooi het aantal voorgeschreven maatschepjes poeder op het water in de zuigfles. De verhouding: 30 ml water + 1 afgestreken maatschepje; Draai de dop op de zuigfles en zwenk de fles tot het poeder is opgelost; Controleer de temperatuur altijd op de binnenkant van de pols, voordat de voeding wordt gegeven.

2.5.2.         

Moedermelk

Moedermelk mag uitsluitend aan het eigen kind worden gegeven. Op de flesjes moet staan op welke datum de melk gekolfd is; Moedermelk moet óf binnen 48 uur gebruikt worden en mag dan in de koelkast worden bewaard (bij voorkeur niet in de deur van de koelkast), óf moet direct worden ingevroren; De periode waarover ingevroren moedermelk kan worden bewaard is afhankelijk van het type vriesruimte (** 2 weken, *** 3 maanden); Ingevroren melk wordt ontdooid in de koelkast of eventueel in de magnetron; Vers ingevroren moedermelk is na het ontdooien maximaal 48 uur houdbaar; Eenmaal ontdooide moedermelk mag niet meer opnieuw worden ingevroren; Voor iedere voeding moet een nieuwe gesteriliseerde speen worden gebruikt; Moedermelk kan het best worden opgewarmd in de magnetron; Indien een flessenwarmer wordt gebruikt moet deze na ieder gebruik worden geleegd, gereinigd en gedroogd.

2.5.3. Kant-en-klare kunstvoeding  Flesjes en spenen moeten voor gebruik worden gesteriliseerd;  Restanten kunstvoeding kunnen niet worden bewaard;  Kant-en-klare kunstvoeding kan het best worden opgewarmd in de magnetron;  Indien een flessenwarmer wordt gebruikt moet deze na ieder gebruik worden geleegd, gereinigd en gedroogd. 2.5.4. Kunstvoeding in poedervorm  Blikken poeder moeten droog en afgesloten worden bewaard;  Flessen en spenen moeten voor gebruik worden gesteriliseerd;  Restanten kunstvoeding kunnen niet worden bewaard;  Bereide kunstvoeding moet direct worden gebruikt en dus niet worden bereid voor de hele dag;  Kunstvoeding kan het best worden opgewarmd in de magnetron;  Indien een flessenwarmer wordt gebruikt moet deze na ieder gebruik worden geleegd, gereinigd en gedroogd.



Pagina 13 van 53

2.6.

Vervoer per auto

2.6.1.

Algemeen

       

Houd de regels aan die zijn vastgesteld door de Verenigde Verkeers Veiligheids Organisatie (3VO); Kinderen worden uitsluitend vervoerd in auto’s waarvan de eigenaar een inzittende verzekering heeft afgesloten; Er mogen in een auto nooit méér passagiers worden vervoerd dan dat er goed functionerende autogordels voorhanden zijn; Kinderen jonger dan 3 jaar moeten altijd in een goedgekeurd kinderbeveiligingssysteem worden vervoerd; Kinderen ouder dan 3 jaar en met een lichaamslengte kleiner dan 1,35 mtr moeten altijd in een goedgekeurd kinderbeveiligingssysteem worden vervoerd; Kinderen ouder dan 3 jaar en met een lichaamslengte groter dan 1,35 mtr moeten altijd een goed functionerende autogordel dragen; Kinderen mogen niet in een naar achteren gericht kinderbeveiligingssysteem op de passagierszitplaats met voorairbag worden vervoerd, tenzij deze airbag is uitgeschakeld; Kinderbeveiligingssystemen moeten behoren tot een type dat is goedgekeurd volgens ECE-reglement 44, versie 03 of later of volgens de equivalente EU-richtlijn 77/541/EEG. Kinderbeveiligingssystemen met een ‘antieke’ goedkeuring of helemaal géén typekeuring mogen dus niet meer gebruikt worden.

2.6.2. Bijzondere gevallen en uitzonderingen Er kunnen zich omstandigheden voordoen waarin redelijkerwijze niet gevergd kan worden dat voor een kind kleiner dan 1,35 mtr een kinderbeveiligingssysteem beschikbaar is. Hierbij valt te denken aan vervoer naar uitwedstrijden van jeugdteams, waarbij de rijdende ouders niet voor alle kinderen zitjes bij zich zullen hebben, of een ritje naar de dokter met een kind van de buren. Er bestaat een vrijstelling van het gebruik van kinderbeveiligingssystemen voor dergelijk vervoer. Om te voorkomen dat ouders hun kinderen zonder kinderbeveiligingssysteem vervoeren met als excuus dat het een korte incidentele rit betreft, geldt de vrijstelling niet voor ouders. 2.7. Wiegendood Wiegendood is de benaming van de onverklaarbare dood van baby’s, die in hun wieg worden gevonden. Sinds de tachtiger jaren is er veel onderzoek naar wiegendood gedaan. Het aantal gevallen is inmiddels drastisch gedaald, met name doordat men ontdekt heeft dat veel baby’s die overleden zijn aan wiegendood op hun buik lagen.



Pagina 14 van 53

Op basis van onderzoeken zijn een aantal risico-factoren benoemd zoals buikligging, roken in de omgeving van het kind en gebruik van een dekbedje. De volgende maatregelen zullen helpen om het risico op wiegendood te verkleinen:            

Laat een baby altijd op zijn/haar rug slapen. Wanneer een ouder toch wil dat het kind op de buik wordt gelegd is het van belang dat de ouder hiervoor een schriftelijke verklaring aflegt; Gebruik geen dekbedje, liever een slaapzak of wollen of katoenen dekens; Zorg dat het gezichtje niet bedekt is; Maak het bedje ‘kort’ op om te voorkomen dat een kind te diep onder het dekentje komt en daardoor mogelijk een tekort aan zuurstof krijgt; Het matras dient met een katoenen tijk overtrokken te zijn, het gebruik van zeiltjes is uit den boze, evenals het gebruik van een katoenen luier aan het hoofdeinde; Rook niet in de omgeving van het kind; De temperatuur van de kamer waar het kindje slaapt moet ongeveer 180 C zijn; Indien de temperatuur in de slaapkamer lager is dan 18 0 C kan er gebruik gemaakt worden van een wiegdekentje. Wanneer de temperatuur hoger is dan 180 C wordt het kind te slapen gelegd in een zomerslaapzakje en eventueel met het dekenhoesje; Controleer regelmatig het slaapgedrag van de baby; Zorg voor veilige knuffels en veilige kleding; geen koordjes/strikjes, ook geen spenenkoordjes; Leg het bedje open na het slaapje om het te luchten; Ventileer de babykamer regelmatig;

Indien u het niet vertrouwt: handel conform het Ongevallenprotocol!

2.8.

Kinderen in de zon

2.8.1. Inleiding De zon schijnt. Kinderen voelen zich lekker bij mooi weer. De zon zorgt ook voor de aanmaak van vitamine D, dat is goed voor hun botten. Maar teveel zon is niet gezond. Niets is zo vervelend als een rood verbrande huid. Andere nadelen van teveel zon kunnen pas op latere leeftijd aan het licht komen, zoals huidveroudering, maar ook huidkanker. Met de juiste bescherming kan veel ellende worden voorkomen. Extra bescherming van kinderen is belangrijk: op vakantie, maar ook bij mooi weer thuis in de tuin en dus ook bij ons op het dagverblijf. 2.8.2. Maatregelen Elke keer als de huid verbrandt, raken huidcellen beschadigd door UV straling. En juist bij kinderen komt die beschadiging hard aan. Hun huidcellen zijn extra kwetsbaar. Bovendien zijn ze in de groei: de celdeling gaat zo snel dat er soms te weinig tijd is om alle beschaRisico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Versie 1.4 van 5 januari 2016


Pagina 15 van 53

digde huidcelen te herstellen voor dat ze zich weer gaan delen. In die cellen ontstaan dan als het ware ‘littekens’ die kinderen hun leven lang meedragen. Dit is aan de buitenkant niet te zien, want die beschadigingen zitten diep in de huidcellen. Maar hoe meer littekens; hoe groter de kans dat een kind op latere leeftijd huidkanker krijgt. Daarom is bescherming zo belangrijk, zeker voor kinderen.                 

Houd de kinderen tussen 12.00 en 15.00 uur zo veel mogelijk uit de zon; De kinderen blijven tussen 13.00 en 14.00 uur binnen; Bij extreem felle zon blijven de kinderen ook tussen 14.00 en 15.00 uur binnen; Kinderen jonger dan 6 maanden zitten helemaal niet in de zon; Laat kinderen op zonnige dagen zoveel mogelijk in de schaduw spelen; Ook als kinderen alleen in de schaduw zitten moeten ze worden ingesmeerd; Bij zonnig weer worden zoveel mogelijk parasols opgezet om daarmee zoveel mogelijk schaduwplekken te creëren; Kleding (ook een petje/hoedje) biedt de beste bescherming tegen de zon; Ouders worden verzocht zonnehoedjes en eventueel andere zonbescherming mee te geven; Wanneer de kinderen niet met water spelen, worden broek en shirt aangehouden; Een half uur voor het moment dat naar buiten wordt gegaan, worden de kinderen ingesmeerd; De kinderen worden zowel ‘s morgens als ‘s middags ingesmeerd (minimaal 2 keer op een dag); Er wordt minimaal beschermingsfactor 20-30 gebruikt. Een kind kan maximaal drie uur in de zon met een hoge beschermingsfactor. Dit wordt zo veel als mogelijk beperkt; Gevoelige zones zoals neus, oren, nek en voeten worden extra ingesmeerd; Het insmeren wordt na het zwemmen herhaald. Waterproof producten zullen toch voor een deel verdwijnen bij het afdrogen of spelen in het water en zand; Bij warm weer krijgen de kinderen meer drinken aangeboden dan normaal; Wanneer het erg heet weer is, worden de activiteiten hierop aangepast, er wordt vaker gerust.

2.8.3. Zonnebrandmiddelen Zonnebrandmiddelen zijn gemaakt om zonnebrand te voorkomen. Ze bevatten UV-filters waardoor minder UV-straling de huid bereikt. Een middel dat alle UV-straling weg filtert bestaat niet. Gebruik van een zonnebrandmiddel is géén vrijbrief om onbeperkt te zonnen. Wie dat doet, vergroot zelfs de kans op huidkanker. Een zonnebrandmiddel moet gezien worden als een aanvullende maatregel, naast het dragen van kleding en het opzoeken van schaduw in plaats van de volle zon. 2.8.4. Zonkracht De zonkracht wordt aangegeven op een schaal van 0-10. In Nederland staan verwachte zonkrachtwaarden in de weerberichten in de krant, op internet:www.knmi.nl en op pagina 708 van teletekst. Op radio en tv wordt alleen melding gemaakt van zonkracht 6 of hoger. Net als de weersverwachting is dit een voorspelling. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Versie 1.4 van 5 januari 2016


Pagina 16 van 53

Zonkrachtwaarden 0 geen zonkracht 1-2 vrijwel geen zonkracht 3-4 zwakke zonkracht 5-6 matige zonkracht 7-8 sterke zonkracht 9-10 zeer sterke zonkracht De zonkracht wordt bepaald door:  

   

Het jaargetijde: in de zomer is in Nederland de zonkracht sterker dan in de winter. In de tropen daarentegen maakt het jaargetijde niet uit; Het tijdstip op de dag (oftewel de stand van de zon): UV-straling is in Nederland het sterkst tussen 12.00-15.00 uur. De afstand die de UV-stralen door de dampkring moeten afleggen is dan het kortst; De plaats op aarde: hoe dichter bij de evenaar, hoe sterker de UV-straling; Maar ook: hoe hoger (in de bergen), hoe sterker de UV-straling; De mate van weerkaatsing: UV-straling wordt sterker door weerkaatsing via sneeuw, zand en water. Bewolking: door een dichtbewolkte lucht komt nauwelijks uv-straling, bij heiig weer kan de doorlating van de uv-straling toch aanzienlijk zijn. Bij schapenwolkjes kan de intensiteit van de uv-straling zelfs toenemen doordat de straling gereflecteerd wordt tussen de wolken.

Elke huid reageert anders: Huidtype

Verbrandingservaring

Bruiningservaring

Uiterlijke kenmerken

1

verbrandt zeer snel

wordt niet bruin

zeer lichte huid, vaak sproeten, rood of lichtblond haar, blauwe ogen

2

verbrandt snel

wordt langzaam bruin

lichte huid, blond haar, grijze , groene of lichtbruine ogen

3

verbrandt niet snel

wordt makkelijk bruin

licht getinte huid, donkerblond tot bruin haar, vrij donkere ogen

4

verbrandt bijna nooit

bruint zeer goed

een van nature getinte huid, donker haar, donkere ogen



Pagina 17 van 53

3.

Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid

3.1.

Identificatie gastouder en locatie

Naam gastouder

:

Adres van de opvang

:

Postcode en plaats

:

Eigenaar opvanglocatie

:  gastouder  vraagouder  anders nl.:

Naam consulent

:

Datum inventarisatie

:

3.2. Kinderen De volgende kinderen worden opgevangen: Volledige naam

Geboortedatum

Geslacht

In het huis van de gastouder hebben de op te vangen kinderen toegang tot: 

Entree



Sanitair



Slaapkamer



Keuken



Woonkamer



Kelder



Pagina 18 van 53

4.

Inventarisatielijst Algemene veiligheid A1.

Kind kan vingers tussen de deur krijgen.

0-12

Gecontroleerd:  Entree,  Slaapkamer,  Woonkamer,  Sanitair,  Keuken, … De deuren zijn voorzien van veiligheidstrips en of deurstops. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het spelen bij en met deuren; de gastouder let hierop. De deuren zijn voor jonge kinderen enkel onder direct toezicht van de gastouder toegankelijk. Ander aanvaardbaar risico:



Er zijn (klap- of schuif-)deur(en) aanwezig die een risico vormen bij de opvang van kinderen; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: A2.

Kind kan door ruit, raam of glas in deur vallen.

0-12

Gecontroleerd:  Entree,  Slaapkamer,  Woonkamer,  Sanitair,  Keuken, … Er zijn geen ruiten, ramen of glas in deuren op kindhoogte aanwezig. De ruiten, ramen of het glas in deuren op kindhoogte is van veiligheidsglas, dubbel glas of voorzien van een beschermende folie. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het spelen bij en met ruiten, ramen of glas in deuren, de gastouder let hierop. Jonge kinderen hebben zonder direct toezicht van de gastouder geen toegang tot de ruiten, ramen of het glas in de deur. Ander aanvaardbaar risico:



Er zijn ruiten, ramen of glas in deuren op kindhoogte aanwezig, die niet van veiligheidsglas, dubbel glas of voorzien van een beschermende folie zijn; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 19 van 53

A3.

Kind kan zich verbranden aan hete radiator, buizen of kachel.

0-12

Gecontroleerd:  Entree,  Slaapkamer,  Woonkamer,  Sanitair,  Keuken, … De aanwezige kachel, radiator(en) en of buizen die warm kunnen worden zijn afgeschermd en of zijn niet direct toegankelijk voor een kind. Met een ouder kind zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het spelen bij de warme kachel, buizen en of radiatoren; de gastouder let hierop. Een jong kind heeft zonder direct toezicht van de gastouder géén toegang tot de warme kachel, buizen en of radiatoren. Ander aanvaardbaar risico:



Er is zijn een kachel, buizen of radiatoren aanwezig die warm kunnen worden en niet zijn afgeschermd en of deze zijn direct toegankelijk voor een kind; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan in contact komen met elektriciteit.

0-12

Gecontroleerd:  Entree,  Slaapkamer,  Woonkamer,  Sanitair,  Keuken, … Er is geen elektriciteit aanwezig; het risico is niet van toepassing. Er zijn geen elektriciteitssnoeren en of stopcontacten binnen het bereik van een kind aanwezig; de gastouder let hier op. De elektriciteitssnoeren zijn goed weggewerkt, de stopcontacten worden bij de opvang van een jong kind door de gastouder voorzien van een beveiliging. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het spelen met of bij stopcontacten. Ander aanvaardbaar risico:



Er zijn elektriciteitssnoeren en of stopcontacten binnen het bereik van een kind aanwezig; het risico in onaanvaardbaar.



De elektriciteitssnoeren en of stopcontacten zijn beschadigd en of ondeugdelijk; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan verblijven in een te warme of te koude ruimte.

0-12

Gecontroleerd:  Entree,  Slaapkamer,  Woonkamer,  Sanitair,  Keuken, … Een kind verblijft tijdens de opvang niet in een te warme of te koude ruimte; de gastouder let hier op. Ander aanvaardbaar risico:



Tijdens de opvang van een kind, verblijft het kind in een te warme of te koude ruimte; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 20 van 53

A6.

Kind kan verblijven in een niet goed of onvoldoende geventileerde ruimte.

0-12

Gecontroleerd:  Entree,  Slaapkamer,  Woonkamer,  Sanitair,  Keuken, … De ruimtes waarin een kind verblijft zijn goed te ventileren en de gastouder doet dit ook; het risico is aanvaardbaar. Ander aanvaardbaar risico:



De ruimtes waarin het kind verblijft zijn niet goed te ventileren en of de gastouder doet dit niet of onvoldoende; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan tegen gevaarlijk scherpe en of uitstekende delen botsen of stoten.

0-12

Gecontroleerd:  Entree,  Slaapkamer,  Woonkamer,  Sanitair,  Keuken, … Er zijn géén gevaarlijk scherpe en of uitstekende delen aangetroffen waaraan het kind zich kan stoten; het risico is aanvaardbaar. Ander aanvaardbaar risico:



Er zijn gevaarlijk scherpe en of uitstekende delen aangetroffen waaraan het kind zich kan stoten; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan kleine voorwerpen in de mond stoppen.

0-3

Gecontroleerd:  Entree,  Slaapkamer,  Woonkamer,  Sanitair,  Keuken, … Er bevinden zich géén kleine voorwerpen binnen het bereik van een kind. De gastouder bewaart kleine voorwerpen buiten het bereik van kinderen; het risico is aanvaardbaar. Ander aanvaardbaar risico:



Er zijn kleine voorwerpen binnen het bereik van kinderen aanwezig; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 21 van 53

A9.

Kind kan zich opsluiten in kleine ruimte.

0-3

Gecontroleerd:  Entree,  Slaapkamer,  Woonkamer,  Sanitair,  Keuken, … Ruimtes zijn door kinderen niet af te sluiten. Het risico is niet aanwezig. Indien er een slot aanwezig is (toilet of badkamer), dan is deze ruimte altijd van buiten te openen; het risico is aanvaardbaar. Ander aanvaardbaar risico:



De ruimte is door een kind af te sluiten waardoor het kind zichzelf kan opsluiten; het risico is onaanvaardbaar.




Andere Algemene risico’s.

..-..

Gecontroleerd:  Entree,  Slaapkamer,  Woonkamer,  Sanitair,  Keuken, …

 



Pagina 22 van 53

5.

Inventarisatielijst Entree en kelderruimte B1.

Kind kan van een trap afvallen.

0-12

Er is geen trap aanwezig; het risico is niet van toepassing. Met de oudere kinderen worden (gedrags)afspraken gemaakt met betrekking tot het betreden van en lopen op de trap; de gastouder let hierop. Wanneer de gastouder jonge kinderen opvangt zijn er traphekjes geplaatst. De trap is voor jonge kinderen tijdens de opvang niet direct toegankelijk. Met de oudere kinderen worden (gedrags)afspraken gemaakt met betrekking tot het betreden van en lopen op de trap; de gastouder let hierop. Met de gastouder zijn afspraken gemaakt over het toezicht tijdens het betreden van en lopen op de trap. De trapbekleding is in orde: geen losliggende of gladde delen. Ander aanvaardbaar risico:



De trapbekleding ligt los; het risico is onaanvaardbaar.

 

De trapbekleding is te glad; het risico is onaanvaardbaar.



De traptreden en of leuning ontbreken of zijn ondeugdelijk, dit levert gevaar op bij het traplopen; het risico is onaanvaardbaar.




De trap is voor jonge kinderen direct toegankelijk; het risico is onaanvaardbaar.

B2.

Kind kan bekneld raken tussen de spijlen van een balustrade.

0-12

Er is geen balustrade aanwezig; het risico is niet van toepassing. Er zijn geen spijlen verwerkt in de balustrade. In de balustrade zijn spijlen aanwezig. De spijlen zijn stevig en hebben een afstand van maximaal 10 cm. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het spelen in de nabijheid van de balustrade; de gastouder let hierop. De balustrade is tijdens de opvang voor de kinderen niet direct toegankelijk; de gastouder ziet hier op toe. Ander aanvaardbaar risico:

 

De spijlafstand is niet maximaal 10 cm; het risico is onaanvaardbaar.




De spijlen van de balustrade zijn ondeugdelijk en of zitten los; het risico is onaanvaardbaar.



Pagina 23 van 53

B3.

Kind kan ongezien naar buiten rennen.

0-12

De voordeur is tijdens de opvang niet direct toegankelijk voor een kind; de gastouder let hier op. De voordeur kan niet worden geopend door een jong kind, de gastouder vergrendelt de deur tijdens de opvang van een kind (de deur is tijdens noodgevallen wel snel te openen). Met een ouder kind zijn afspraken gemaakt over het naar buiten gaan; de gastouder let hierop. Ander aanvaardbaar risico:



De voordeur kan zelfstandig en ongezien door een kind geopend worden; het risico is onaanvaardbaar



Ander onaanvaardbaar risico: B4.

Kind kan in de kelderruimte vallen.

0-12

De kelder is tijdens de opvang niet direct toegankelijk voor een kind; de gastouder let hier op. De kelderdeur kan niet geopend worden door een jong kind, de gastouder vergrendelt de deur tijdens de opvang van een kind (de deur is in noodgevallen snel te openen). Ander aanvaardbaar risico:



De kelderdeur kan zelfstandig en ongezien door een kind geopend worden; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: B5.

Andere risico’s Entree en kelderruimte.

..-..

 



Pagina 24 van 53

6.

Inventarisatielijst Slaapkamer C1.

Kind kan struikelen door onvoldoende licht.

0-12

Er is na verduistering voldoende (oriëntatie)verlichting aanwezig; de gastouder let hierop. Ander aanvaardbaar risico:



Er is geen, onvoldoende of ondeugdelijke (oriëntatie)verlichting aanwezig; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: C2.

Kind kan uit bed vallen of kan zich beschadigen aan het bed.

0-3

Het kind slaapt niet bij de gastouder het risico is niet aanwezig. Het bed is deugdelijk, heeft een spijlafstand tussen de 4,5 en 6,5 cm, de zijkanten zijn vanaf de bodem gemeten tenminste 60 cm hoog. Er is minder dan 2 cm vrije ruimte tussen de zijkanten van het bedje en het matras. De gastouder kijkt tijdens het slapen regelmatig en haalt een kind dat wakker is uit bed. Het gebruikte campingbedje is deugdelijk (vertoont geen beschadigingen), is volledig uitgeklapt. Er is minder dan 2 cm vrije ruimte tussen de zijkanten van het bedje en het matras. Het campingbedje is zo hoog dat het kind er niet uit kan klimmen. De gastouder kijkt tijdens het slapen regelmatig en haalt een kind dat wakker is uit bed. Ander aanvaardbaar risico:

 

Het bed is ondeugdelijk en of wordt niet goed gebruikt, het risico is onaanvaardbaar Ander onaanvaardbaar risico: C3.

Kind kan verstrikt raken in de koortjes van de raamverduistering en of (raam)decoratie.

0-3

De raamverduistering en of (raam)decoratie hebben geen koordjes; het risico is niet van toepassing. De koordjes van de aanwezige raamverduistering en of (raam)decoratie hangen buiten het bereik van het kind; de gastouder let hierop. Ander aanvaardbaar risico:



Er hangen koordjes van de raamverduistering en of (raam)decoratie binnen het bereik van een kind; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 25 van 53

C4.

Kind kan zich van de aankleedtafel afdraaien en vallen.

0-3

De aankleedtafel is veilig en deugdelijk; het risico is niet van toepassing. De gastouder houdt altijd lichamelijk contact met het kind bij het verschonen en of omkleden zodat het kind niet kan vallen; het risico is aanvaardbaar. Ander aanvaardbaar risico:

 

De aankleedtafel is niet veilig en of ondeugdelijk; het risico is onaanvaardbaar. Ander onaanvaardbaar risico: C5.

Kind kan overlijden aan wiegendood of verkeerd worden ingebakerd.

0-3

Kinderen worden niet ingebakerd; het risico is niet van toepassing. De gastouder is op de hoogte van de richtlijnen met betrekking tot preventie wiegendood, en indien van toepassing, inbakeren, en handelt hier naar; het risico is aanvaardbaar. Ander aanvaardbaar risico:



De slaapkamer, bed en of beddengoed voldoen niet aan de preventieve maatregelen met betrekking tot wiegendood; het risico is onaanvaardbaar.



De gastouder past de preventieve richtlijnen met betrekking tot het kader van wiegendood (en evt. inbakeren) niet toe; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan uit een raam vallen.

0-12

Het raam is voorzien van kind-veilige afsluiting; het risico is niet van toepassing. Het raam is buiten het bereik van de kinderen; het risico is niet van toepassing. De grotere kinderen bevinden zich niet zonder toezicht in de ruimte; het risico is aanvaardbaar. Ander aanvaardbaar risico:

 

Het raam is door het kind open te maken; het risico is onaanvaardbaar Ander onaanvaardbaar risico:



Pagina 26 van 53

C7.

Kind kan van een balkon of dakterras vallen.

0-12

Een balkon of dakterras is niet aanwezig; het risico is niet aanwezig. Het balkon of dakterras is voor het kind niet toegankelijk door aangebrachte kindveilige sluiting. Het kind is nooit zonder toezicht aanwezig op het balkon of dakterras. Het balkon of dakterras is goed afgeschermd, het kind kan niet over de afscherming klimmen; het risico is aanvaardbaar. Ander aanvaardbaar risico:



Het balkon of dakterras is voor het kind toegankelijk en niet voldoende afgeschermd; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan ziek worden door onhygiënisch (bedden)goed.

0-3

Het bedje is goed schoon te maken en wordt schoongehouden, het beddengoed wordt regelmatig verwisseld en in iedere geval bij wisseling van kinderen. Ander aanvaardbaar risico:



Het bedje is niet goed schoon te maken en of het beddengoed wordt niet (regelmatig) verwisseld; het risico is onaanvaardbaar.




Andere risico’s Slaapkamer.

..-..

 



Pagina 27 van 53

7.

Inventarisatielijst Woonkamer D1.

Kind kan vallen, struikelen, botsen of uitglijden.

0-12

Er is voldoende vrije loopruimte. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken met betrekking tot het spelen gemaakt; de gastouder let hierop. Jonge kinderen verblijven enkel onder direct toezicht van de gastouder in de woonkamer. Er is voldoende vrije loopruimte, het vloeroppervlak heeft géén risicovolle oneffenheden. De vloer is voldoende stroef en of met de gastouder zijn afspraken gemaakt over het gebruik van schoenen of sloffen tijdens de opvang. Ander aanvaardbaar risico:

 

Er is onvoldoende vrije loopruimte aanwezig; het risico is onaanvaardbaar.



De vloer is erg glad en vormt een risico tijdens de opvang van kinderen; het risico is onaanvaardbaar.




Er zijn losliggende vloermatten, vloerbedekking en of andere oneffenheden aangetroffen; het risico is onaanvaardbaar.

D2.

Kind kan giftige stoffen binnenkrijgen zoals sigarettenrook, medicijnen of schoonmaakmiddelen

0-12

Giftige stoffen worden door de gastouder zorgvuldig en buiten het bereik van jonge kinderen bewaard. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het gevaar van het eten van giftige stoffen; de gastouder let hierop. Ander aanvaardbaar risico:

 

Er zijn giftige stoffen binnen bereik van een kind aanwezig; het risico is onaanvaardbaar. Ander onaanvaardbaar risico: D3.

Kind heeft toegang tot lucifers of aanstekers

0-12

Er zijn nooit lucifers en of aanstekers aanwezig; het risico is niet van toepassing Lucifers en of aanstekers worden door de gastouder zorgvuldig en buiten het bereik van jonge kinderen bewaard. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het gevaar van spelen met lucifers en of aanstekers; de gastouder let hierop. Ander aanvaardbaar risico:



Er zijn lucifers en of aanstekers binnen bereik van een kind aanwezig; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 28 van 53

D4.

Kind kan in aanraking komen met hete vloeistoffen (koffie, thee etc).

0-12

Hete vloeistoffen worden door de gastouder altijd buiten het bereik van jonge kinderen gehouden. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het omgaan met warme dranken; de gastouder let hierop. Ander aanvaardbaar risico:



Er kunnen hete vloeistoffen binnen het bereik van een kind komen; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: D5.

Kind kan worden gebeten door een huisdier.

0-12

Er is geen huisdier aanwezig; het risico is niet aanwezig. De gastouder houdt altijd direct toezicht wanneer een kind bij het huisdier kan. Met de gastouder is afgesproken dat het huisdier niet binnen het bereik van een kind komt; het risico is aanvaardbaar Ander aanvaardbaar risico:



Het huisdier is of kan binnen het bereik van een kind komen; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan via (uitwerpselen van) ongedierte en of huisdieren in contact komen met ziektekiemen.

0-12

Er is geen huisdier aanwezig; het risico is niet aanwezig. Er zijn geen (uitwerpselen van) ongedierte of uitwerpselen van een huisdier aanwezig; de gastouder let hierop. Ander aanvaardbaar risico:



Er zijn (uitwerpselen van) ongedierte en of huisdieren aanwezig; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 29 van 53

D7.

Kind kan in een ruimte verblijven met dieren en of planten die een allergische reactie oproepen.

0-12

Mogelijke allergieën van kinderen zijn bij het bemiddelings- en koppelingsgesprek besproken en afspraken daarover zijn indien nodig vastgelegd. Ander aanvaardbaar risico:



Mogelijke allergieën zijn niet besproken en of vastgelegd bij het bemiddelings- en Koppelingsgesprek; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan op een kinderstoel klimmen of er van af vallen.

0-3

Er is geen kinderstoel aanwezig. De kinderstoel is deugdelijk. Met de gastouder is afgesproken dat jonge kinderen nooit zonder direct toezicht in een kinderstoel zitten. Ander aanvaardbaar risico:

 

De kinderstoel is ondeugdelijk; het risico is onaanvaardbaar.




De gastouder laat jonge kinderen zonder direct toezicht in een kinderstoel zitten; het risico is onaanvaardbaar.

D9.

Kind kan van in een box klimmen of er van af vallen..

0-3

Er is geen box aanwezig. De box is deugdelijk, de spijlafstand is tussen de 4,5 en 6,5 cm en de zijkanten van de box zijn tenminste 60 cm hoog. De gastouder kijkt regelmatig wanneer een kind in de box zit. Ander aanvaardbaar risico:

 

De box is ondeugdelijk; het risico is onaanvaardbaar. Ander onaanvaardbaar risico: D10.

Andere risico’s Woonkamer.

..-..





Pagina 30 van 53

8.

Inventarisatielijst Buitenruimte E1.

Kind kan van een speeltoestel vallen.

0-12

Er is geen speeltoestel aanwezig. Het speeltoestel voldoet aan de veiligheidsnormen en is deugdelijk. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het spelen met en bij het speeltoestel; de gastouder let hierop. Jonge kinderen spelen enkel onder toezicht van de gastouder op of met het speeltoestel; het risico is aanvaardbaar. Ander aanvaardbaar risico:



Het speeltoestel voldoet niet aan de veiligheidsnormen en of is ondeugdelijk; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: E2.

Kind kan op straat komen omdat de omheining niet voldoet.

0-12

De omheining is deugdelijk en voldoet. Een kind kan nooit vanaf de buitenruimte op straat komen; het risico is niet van toepassing. Ander aanvaardbaar risico:

 

De omheining is ondeugdelijk; het risico is onaanvaardbaar. Ander onaanvaardbaar risico: E3.

Kind kan zich snijden of bekneld raken.

0-12

Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt bij het buitenspelen; de gastouder let op naleving daarvan. Bij het buitenspelen van jonge kinderen houdt de gastouder altijd direct toezicht. Ander aanvaardbaar risico:



Er zijn scherpe objecten en of objecten met beknellinggevaar aanwezig, zodanig dat deze een risico vormen bij de opvang van een kind; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 31 van 53

E4.

Kind kan struikelen of uitglijden over oneffenheden zoals opstapjes of los liggende tegels.

0-12

Er zijn géén risicovolle oneffenheden en de ondergrond is voldoende stroef. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt bij het buitenspelen; de gastouder zorgt dat die worden nageleefd. Bij het buitenspelen van jonge kinderen houdt de gastouder altijd direct toezicht. Ander aanvaardbaar risico:

  

Er zijn oneffenheden aanwezig; het risico is onaanvaardbaar. De ondergrond is (op bepaalde plaatsen) erg glad; het risico is onaanvaardbaar. Ander onaanvaardbaar risico: E5.

Kind kan van een giftige plant of struik eten.

0-12

Er zijn géén giftige planten en of struiken binnen het bereik van een kind aanwezig. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het gevaar van het eten van giftige planten of struiken; de gastouder let op naleving van de afspraken. Bij het buitenspelen van jonge kinderen houdt de gastouder altijd direct toezicht. Ander aanvaardbaar risico:



Er zijn giftige planten en of struiken binnen het bereik van een kind aanwezig; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan te water raken.

0-12

Er is géén open water in de buitenruimte aanwezig. Het open water is afdoende afgeschermd en daarmee niet voor een kind toegankelijk. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het spelen bij of met water; de gastouder let hierop. Bij het buitenspelen van jonge kinderen houdt de gastouder altijd direct toezicht. Indien tijdelijk een gevuld (opblaasbaar) zwembadje buiten aanwezig is, houdt de gastouder altijd direct toezicht. Ander aanvaardbaar risico:



Een kind kan te water raken, en of direct toezicht ontbreekt bij jonge kinderen; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 32 van 53

E7.

Kind kan zich verwonden aan gevaarlijk (tuin)gereedschap of bestrijdingsmiddelen.

0-12

Gevaarlijk (tuin)gereedschap en de bestrijdingsmiddelen zijn zorgvuldig en buiten het bereik van een kind bewaard. Gevaarlijk (tuin)gereedschap en of de bestrijdingsmiddelen zijn voor jonge kinderen niet bereikbaar. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt; de gastouder ziet hierop toe. Bij het buitenspelen van jonge kinderen heeft de gastouder altijd direct toezicht. Ander aanvaardbaar risico:



Gevaarlijk (tuin)gereedschap en of bestrijdingsmiddelen zijn voor een kind bereikbaar, of direct toezicht bij oudere kinderen ontbreekt; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan in contact komen met uitwerpselen van dieren en andere ziektekiemen.

0-12

Er is geen zandbak aanwezig. Een eventueel aanwezige zandbak is afsluitbaar, de gastouder controleert de buitenruimte regelmatig op de aanwezigheid van uitwerpselen en verwijdert deze indien aanwezig. Ander aanvaardbaar risico:



Zandbak is niet afsluitbaar en of er is geen controle op aanwezigheid van uitwerpselen of deze zijn niet verwijderd; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan uitdrogen of verbranden door de zon.

0-12

De gastouder is op de hoogte van preventieve maatregelen met betrekking tot uitdroging en of verbranding door zon en handelt hiernaar. Ander aanvaardbaar risico:



De gastouder heeft géén kennis van de preventieve maatregelen met betrekking tot uitdroging en of verbranding door zon, of neemt deze niet in acht; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 33 van 53

E10.

Kind kan uitdrogen of verbranden door de zon.

0-12

De gastouder is op de hoogte van preventieve maatregelen met betrekking tot onderkoeling, en handelt hiernaar. Ander aanvaardbaar risico:



De gastouder heeft géén kennis van de preventieve maatregelen met betrekking tot onderkoeling, of neemt deze niet in acht; het risico is onaanvaardbaar.




Andere risico’s Buitenruimte.

..-..

 



Pagina 34 van 53

9.

Inventarisatielijst Sanitair F1.

Kind kan verdrinken in bad.

0-12

Er is géén bad aanwezig. Een kind gaat nooit bij de gastouder in bad. Een jong kind gaat uitsluitend onder direct toezicht van de gastouder in bad. Bij oudere kinderen die in bad zitten gaat de gastouder regelmatig kijken. Jonge kinderen gaan niet zonder direct toezicht bij de gastouder in bad; het risico is aanvaardbaar. Ander aanvaardbaar risico:



Een jong kind gaat zonder direct toezicht bij de gastouder in bad of kijkt bij oudere kinderen niet regelmatig; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: F2.

Kind kan uitglijden op een natte vloer.

0-12

De vloer blijft, ook indien nat, voldoende stroef. De gastouder droogt de vloer direct als deze nat wordt of is; het risico is aanvaardbaar. Ander aanvaardbaar risico:

 

De vloer is nat en of glad, het risico is onaanvaardbaar. Ander onaanvaardbaar risico: F3.

Kind kan zich verbranden aan heet water.

0-12

De kinderen hebben géén toegang tot heet water; de gastouder let hierop. Alle aanwezige kranen zijn voorzien van een thermosstatische beveiliging; de gastouder let op het gebruik hiervan. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het omgaan met heet water; de gastouder let hierop. Jonge kinderen hebben geen toegang tot heet water. Ander aanvaardbaar risico:

 

Een kind heeft toegang tot heet water; het risico is onaanvaardbaar.




De thermosstatische beveiliging ontbreekt of is ondeugdelijk; het risico is onaanvaardbaar.



Pagina 35 van 53

F4.

Kind kan drinken of eten van giftige (vloei)stoffen zoals schoonmaakmiddel, shampoo of medicijnen.

0-12

Giftige (vloei)stoffen worden door de gastouder zorgvuldig en buiten het bereik van jonge kinderen bewaard. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het gevaar van het eten of drinken van giftige (vloei)stoffen; de gastouder let hierop. Ander aanvaardbaar risico:



Giftige (vloei)stoffen staan binnen bereik van een jong kind en of er zijn geen gedragsafspraken gemaakt met oudere kinderen; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: F5.

Kind kan bij het afval of vuile luiers komen.

0-12

Afval en of vuile luiers worden in een afsluitbare vuilnisemmer bewaard; de gastouder let hierop. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt met betrekking tot het omgaan met afval of vuile luiers; de gastouder let op naleving daarvan. De jonge kinderen hebben enkel onder direct toezicht van de gastouder toegang tot afval of vuile luiers. Ander aanvaardbaar risico:

 

Een kind heeft toegang tot afval of vuile luier; het risico is onaanvaardbaar. Ander onaanvaardbaar risico: F6.

Andere risico’s Sanitair.

..-..

 



Pagina 36 van 53

10.

Inventarisatielijst Keuken G1.

Kind kan zich verbranden aan kookplaat of oven.

0-12

De kookplaat en of de oven(ruit) zijn niet binnen het bereik van een kind. Een kind verblijft nooit zonder direct toezicht in de keuken. Kookplaats en of de oven worden tijdens de opvang nooit gebruikt. Ander aanvaardbaar risico:



De in gebruik zijnde kookplaat en of de oven(ruit) zijn bereikbaar voor een kind; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: G2.

Kind kan een pan of waterkoker over zich heen trekken.

0-12

Hete pannen en of waterkoker zijn buiten het bereik van een kind. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het omgaan met hete pannen en de waterkoker; de gastouder let op naleving daarvan. Jonge kinderen verblijven alleen onder direct toezicht van de gastouder in de keuken. De gastouder maakt tijdens de opvang van een kind geen gebruik van de keuken, deze is voor de kinderen dan niet toegankelijk. Ander aanvaardbaar risico:



Er kunnen hete pannen en of waterkoker binnen het bereik van een kind staan; het risico is onaanvaardbaar.



De keuken is toegankelijk voor een kind, er zijn geen afspraken gemaakt over het toezicht tijdens de opvang; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 37 van 53

G3.

Kind kan zich verbranden aan heet kraanwater.

0-12

Een kind heeft geen toegang tot heet water; de gastouder ziet hierop toe. Alle aanwezige kranen zijn voorzien van een thermosstatische beveiliging. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het omgaan met heet water; de gastouder let hierop. Jonge kinderen hebben geen toegang tot heet water. Ander aanvaardbaar risico:

 

Een kind heeft toegang tot heet water; het risico is onaanvaardbaar.




De thermosstatische beveiliging ontbreekt of is ondeugdelijk; het risico is onaanvaardbaar.

G4.

Kind kan giftige (vloei)stoffen eten of drinken.

0-12

Giftige (vloei)stoffen worden door de gastouder zorgvuldig en buiten het bereik van jonge kinderen bewaard. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het gevaar van het eten of drinken van giftige (vloei)stoffen; de gastouder let op naleving daarvan. Ander aanvaardbaar risico:

  

Giftige (vloei)stoffen zijn binnen bereik van een kind, en of er zijn geen (gedrags) afspraken gemaakt met oudere kinderen; het risico is onaanvaardbaar.




Pagina 38 van 53

G5.

Kind kan zich bezeren aan gevaarlijk bestek of keukenapparatuur.

0-12

Gevaarlijk bestek en of de keukenapparatuur zijn buiten het bereik van een kind. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het omgaan met het bestek en de keukenapparatuur; de gastouder let hierop. Jonge kinderen verblijven alleen onder direct toezicht van de gastouder in de keuken. De gastouder maakt tijdens de opvang van een kind géén gebruik van de keuken, deze is dan afgesloten en niet voor de kinderen toegankelijk. Ander aanvaardbaar risico:



Het bestek en of de keukenapparatuur zijn binnen het bereik van een jong kind; het risico is onaanvaardbaar.



De keuken is toegankelijk voor een ouder kind, er zijn geen (gedrags)afspraken gemaakt over het gebruik van gevaarlijk bestek of keukenapparatuur; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan een plastic zak over het hoofd trekken.

0-12

Plastic zakken worden overal zorgvuldig en buiten het bereik van jonge kinderen bewaard. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt met betrekking tot het omgaan met plastic zakken; de gastouder let op naleving daarvan. Ander aanvaardbaar risico:



Plastic zakken worden binnen het bereik van een jong kind bewaard; het risico is onaanvaardbaar.



Plastic zakken worden binnen het bereik van een kind bewaard zonder dat er (gedrags)afspraken gemaakt zijn over het gebruik en toezicht; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 39 van 53

G7.

Kind kan bij het vuilnis.

0-12

Het afval en of vuilnis wordt in een afsluitbare vuilnisemmer bewaard. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt met betrekking tot het omgaan met afval en of vuilnis; de gastouder let hierop. Ander aanvaardbaar risico:



Een jong kind heeft toegang tot afval en of vuilnis en of met de oudere kinderen zijn geen (gedrags)afspraken gemaakt; het risico is onaanvaardbaar.

 


Andere risico’s Keuken.

..-..

 



Pagina 40 van 53

11.

Inventarisatielijst Hygiëne H1.

Kind kan in contact komen met ziektekiemen of ontlasting door (on)zorgvuldig gewassen handen.

0-12

Zeep en een schone handdoek of washand zijn onder handbereik. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het regelmatig wassen van de handen (toiletgebruik); de gastouder let hierop en geeft hierin zelf het goede voorbeeld. De handen van de jonge kinderen worden regelmatig door de gastouder gewassen. Ander aanvaardbaar risico:



Zeep en of een schone handdoek of washand zijn niet aanwezig; het risico is onaanvaardbaar.



Met de kinderen zijn geen (gedrags)afspraken gemaakt over het regelmatig wassen van de handen; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: H2.

Kind kan in contact komen met ziektekiemen door aanhoesten of niezen.

0-12

De gastouder is op de hoogte van de maatregelen bij een goede nies- en hoestdiscipline, handelt hiernaar en geeft hierin zelf het goede voorbeeld. Ander aanvaardbaar risico:



De gastouder is niet op de hoogte van een goede nies- en hoestdiscipline en of handelt hier niet naar; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan door gezamenlijk gebruik van zakdoek, washand of slab in contact komen met ziektekiemen.

0-12

Ieder kind heeft zijn eigen zakdoek, handdoek, washand en of slab; de gastouder verschoont en wast deze regelmatig. Ander aanvaardbaar risico:



De zakdoek, handdoek, washand en of slab wordt voor meerdere kinderen gebruikt; het risico is onaanvaardbaar.



De zakdoek, handdoek, washand en of slab wordt niet regelmatig verschoond en gewassen; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 41 van 53

H4.

Kind kan via vervuild speelgoed in contact komen met ziektekiemen.

0-12

De gastouder maakt het speelgoed regelmatig en bij zichtbare vervuiling schoon. Ander aanvaardbaar risico:



De gastouder maakt het speelgoed niet regelmatig schoon; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan ziektekiemen binnenkrijgen door het eten of drinken van onhygiënisch bereid of bewaard voedsel en dranken.

0-12

De gastouder is op de hoogte van de hygiënerichtlijnen bij voedselbereiding, en handelt hiernaar. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het bereiden van voeding; de gastouder let hierop. Ander aanvaardbaar risico:



De gastouder neemt de hygiënerichtlijnen bij voedselbereiding niet in acht; het risico is onaanvaardbaar.



Met de oudere kinderen zijn geen (gedrags)afspraken gemaakt over voedselbereiding en of de gastouder let hier niet op; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan ziektekiemen binnenkrijgen door het gebruik van een koortsthermometer en of zalf en crème.

0-12

De gastouder ontsmet de koortsthermometer na ieder gebruik en bewaart deze zorgvuldig of maakt gebruik van een oorthermometer. Besmetting van de zalf of crème wordt voorkomen door de inachtneming van voorzorgsmaatregelen (handen wassen voor en na gebruik, gebruiken handschoenen of spateltje). Ander aanvaardbaar risico:



De koortsthermometer wordt onzorgvuldig ontsmet en/of de gastouder neemt geen voorzorgsmaatregelen in acht bij het aanbrengen van zalf/crème; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 42 van 53

H7.

Kind kan via een (vuile) toiletpot, verschoonkussen of luier, in contact komen met ontlasting of urine.

0-12

De gastouder is op de hoogte van de hygiënerichtlijnen en neemt deze in acht. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt over het toiletgedrag; de gastouder let hierop. Ander aanvaardbaar risico:

 

De gastouder neemt de hygiënerichtlijnen niet in acht; het risico is onaanvaardbaar.




Met de oudere kinderen zijn geen (gedrags)afspraken gemaakt over het toiletbezoek en of de gastouder let hier niet op; het risico is onaanvaardbaar.

H8.

Kind kan in contact komen met ziektekiemen via beddengoed, knuffels of verkleedkleren

0-12

De gastouder wast het beddengoed, de knuffels en of de verkleedkleren regelmatig. Indien meerdere kinderen van hetzelfde bedje gebruik maken beschikt een kind over eigen beddengoed of wordt het bedje tussentijds verschoont. Ander aanvaardbaar risico:



Er zijn vervuilde knuffels, verkleedkleding en/of beddengoed aanwezig; het risico is onaanvaardbaar.



Bij gebruik door meerdere kinderen heeft een kind géén eigen beddengoed of wordt het beddengoed niet tussentijds verschoont; het risico is onaanvaardbaar.




Kind kan in contact komen met ziektekiemen via een vuile of andermans fopspeen.

0-3

Een fopspeen is niet aanwezig. Kinderen hebben ieder hun eigen fopspeen, de gastouder ziet er op toe dat de kinderen niet elkaars fopspeen gebruiken. De fopspenen worden regelmatig schoongemaakt en uitgekookt en gecontroleerd op stuk zijn. Ander aanvaardbaar risico:

 

Jonge kinderen delen dezelfde fopspeen; het risico is onaanvaardbaar.

 

De fopspeen is stuk; het risico is onaanvaardbaar.

De fopspenen worden niet regelmatig schoongemaakt en uitgekookt; het risico is onaanvaardbaar.




Pagina 43 van 53

H10.

Kind kan in contact komen met ziektekiemen via een niet of onvoldoende schone vloer.

0-3

De gastouder maakt de vloer regelmatig schoon (dweilen, zuigen etc). Ander aanvaardbaar risico:



De vloer wordt niet regelmatig schoongehouden (dweilen, zuigen etc); het risico is onaanvaardbaar.




Andere risico’s Hygiëne.

..-..

 



Pagina 44 van 53

12.

Inventarisatielijst Calamiteiten I1.

Kind kan zich verwonden doordat een beginnende brand niet tijdig wordt gesignaleerd of geblust kan worden.

0-12

De gastouder heeft maatregelen (rookmelders, brandblussers, branddekens etc) getroffen om een mogelijke brand te kunnen signaleren en te blussen. Ander aanvaardbaar risico:



De gastouder heeft géén of onvoldoende maatregelen getroffen om een mogelijke brand te kunnen signaleren en te blussen; het risico is onaanvaardbaar.

 

Ander onaanvaardbaar risico: I2.

Kind kan zich verwonden doordat een vluchtplan en –route ontbreekt of is verspert.

0-12

De ruimten waar de kinderen tijdens de opvang verblijven zijn ingeval van een calamiteit snel te verlaten. De gastouder heeft een duidelijk vluchtplan ingeval van een calamiteit. Ander aanvaardbaar risico:



De ruimten waar de kinderen tijdens de opvang verblijven zijn ingeval van een calamiteit niet snel te verlaten. De gastouder heeft géén duidelijk vluchtplan ingeval van een calamiteit; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 45 van 53

I3.

Kind kan ondeskundig medisch worden behandeld of verkeerde medicatie toegediend krijgen.

0-12

De gastouder volgt periodiek een EHBO-instructie of -opleiding en handelt hiernaar. Afspraken over eventuele medicatietoediening tijdens de opvang zijn schriftelijk vastgelegd. De gastouder beschikt over een EHBO-trommel, de inhoud van de EHBO-trommel wordt regelmatig gecontroleerd en indien nodig vervangen en of aangevuld. Ander aanvaardbaar risico:



De gastouder is niet op de hoogte van EHBO-handelingen bij kinderen en/of handelt hier niet naar; het risico is onaanvaardbaar.



Afspraken over medicatietoediening tijdens de opvang zijn niet vastgelegd en/of er wordt niet naar gehandeld; het risico is onaanvaardbaar.

 

De gastouder beschikt niet over een EHBO-trommel; het risico is onaanvaardbaar.




De inhoud van de EHBO-trommel is niet compleet / inhoud is over de datum; het risico is onaanvaardbaar.

I4.

Kind kan medicamenten toegediend krijgen die over de houdbaarheidsdatum zijn.

0-12

De gastouder controleert de medicatie altijd voor het toedienen op de houdbaarheidsdatum. De verantwoordelijkheid met betrekking tot het toedienen van medicatie blijft bij de ouders liggen, dit is schriftelijk vastgelegd. De ouders nemen de medicatie dagelijks mee en zijn controleren zelf de houdbaarheid. Ander aanvaardbaar risico:



De gastouder controleert de medicatie niet op houdbaarheid voor het toedienen; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 46 van 53

I5.

Kind kan in contact komen met andermans bloed of wondvocht door onhygiënische wondverzorging.

0-12

De gastouder is op de hoogte van de voorschriften bij hygiënische wondverzorging en handelt hiernaar. De gastouder volgt periodiek een EHBO-instructie of -opleiding en handelt hiernaar. Ander aanvaardbaar risico:



De gastouder is niet op de hoogte van de voorschriften bij voorkomende medische handelingen en of handelt hier niet naar; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: I6.

Andere risico’s Calamiteiten

..-..

 



Pagina 47 van 53

13.

Inventarisatielijst Vervoer J1.

Kind kan gevaar lopen tijdens het vervoer.

0-12

De gastouder heeft met de ouders afspraken gemaakt over een veilig vervoer van de kinderen. Indien gebruik gemaakt wordt van transportmiddelen, dan voldoen deze en de inrichting daarvan aan de wettelijke eisen (fiets- en autozitjes, gordels). Ander aanvaardbaar risico:



Over vervoer zijn géén afspraken vastgelegd. Niet kan worden vastgesteld dat het vervoer op een veilige wijze plaatsvindt; het risico is onaanvaardbaar.



Voor het vervoer wordt gebruik gemaakt van transportmiddelen / zitjes / gordels die niet aan de wettelijke eisen voldoen; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: J2.

Andere risico’s Vervoer

..-..

 



Pagina 48 van 53

14.

Inventarisatielijst Overig K1.

Kind kan beknelt raken in huishoudelijke apparatuur (wasmachine, wasdroger etc).

0-12

Deze huishoudelijke apparatuur is buiten het bereik van een kind; de gastouder let hierop. Met de oudere kinderen zijn (gedrags)afspraken gemaakt met betrekking tot het spelen bij of met huishoudelijke apparatuur; de gastouder let op naleving daarvan. De jonge kinderen hebben enkel onder direct toezicht van de gastouder toegang bij deze huishoudelijke apparatuur. Ander aanvaardbaar risico:



De huishoudelijke apparatuur is binnen het bereik van een jong kind en of er is geen direct toezicht; het risico is onaanvaardbaar.



De huishoudelijke apparatuur is binnen het bereik van een ouder kind zonder dat er (gedrags)afspraken gemaakt zijn; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: K2.

Kind kan worden blootgesteld aan vluchtige stoffen (lijm, terpentine etc) of gassen.

0-12

Een kind wordt tijdens de opvang niet blootgesteld aan en heeft géén toegang tot vluchtige stoffen en/of gassen. Er zijn geen vluchtige stoffen en/of gassen bij de gastouder aanwezig; het risico is niet van toepassing. Ander aanvaardbaar risico:



Er zijn vluchtige stoffen en of gassen aanwezig en of voor een kind toegankelijk; het risico is onaanvaardbaar.






Pagina 49 van 53

K3.

Kind kan worden blootgesteld aan lawaai.

0-12

In de omgeving van het huis is géén sprake van structureel lawaai op een voor kinderen schadelijk niveau. Een kind wordt tijdens de opvang niet blootgesteld aan door de gastouder te beïnvloeden lawaai op een voor kinderen schadelijk niveau. Ander aanvaardbaar risico:



Tijdens de opvang wordt een kind blootgesteld aan (langdurig) lawaai op een schadelijk niveau binnen (door de gastouder te beïnvloeden) of in de directe omgeving; het risico is onaanvaardbaar.



Ander onaanvaardbaar risico: K4.

Andere risico’s.

..-..

 



Pagina 50 van 53

15.

Verslaglegging en opvolging

Naam gastouder

:

Adres van de opvang

:

Naam consulent

:

Datum inventarisatie

:

Code

Omschrijving actie


Actiehouder


Datum gereed

Paraaf controle

Pagina 51 van 53

Code

Omschrijving actie


Actiehouder


Datum gereed

Paraaf controle

Pagina 52 van 53

16.

Ondertekening

Ondergetekende gaan akkoord met de registratie, conclusies en vervolgacties van het in hoofdstuk 3 tot en met 15 opgenomen risico-inventarisatie veiligheid & gezondheid gastouderopvang. De gastouder draagt er zorg voor dat alle huisgenoten van de gastouder op de hoogte zijn van de eisen en consequenties die voortvloeien uit deze risico-inventarisatie. Voorts verklaart de gastouder dat wijzigingen aan, op of in de gastouderlocatie die de risico’s op veiligheid en gezondheid van de kinderen verhogen of anderszins negatief beïnvloeden, terstond worden gemeld aan Het NGB.

Naam, datum en handtekening gastouder

:

Naam, datum en handtekening vraagouder (alleen indien opvang in huis vraagouder plaatsvindt)

:

Naam, datum en handtekening consulent Het NGB

:



Pagina 53 van 53

Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid

Recommend Documents