REUZENKRANT 2010 • pagina 14
Harmonieën, gildes, mirlitonfanfare en veel andere ‘lopende’ cultuur
Volgorde deelnemers optocht
De trots van Oisterwijk, Moergestel en Heukelom loopt ook mee in de optocht
De optocht telt liefst veertig onderdelen. De volgorde van de deelnemers staat hieronder. Daar kunnen nog kleine wijzigingen in plaatsvinden. Alle reuzen worden vergezeld door groepen begeleiders. De reuzen worden afgewisseld door muziek- en folkloristische groepen uit Oisterwijk, Moergestel en Heukelom. Het geheel biedt een uniek en kleurrijk schouwspel. Informatie over alle groepen staat in deze Reuzenkrant. 1 Hein de Roeper, Nederlands kampioen dorpsomroepen, Oisterwijk. 2 Muziekvereniging Prinses Juliana, Moergestel 3 Reus Lucius Ferenius Metcius, Heerlen 4 De reuzen van Oisterwijk, Moergestel en Heukelom: Peer Paorel, Gèèselse Emelindis en Heukelomse Mie. Met muziekgroep FC NOTT, Oisterwijk. 5 Guy van den Driessche, dorpsomroeper 6 De reuzen van de Vlaamse gemeente Beveren: Diederik, Aldegonde, Sefken de Puitenslager, Cisken de Schipper, Roste Brigand, ’t Melkboerinneke, Lodde de Garnalenleurster, Regina van Melsele, Judocus de Turfsteker, Birken Blok. 7 Andre Pauwels, dorpsomroeper 8 Reus Vaantjesboer, Halle, Vlaanderen. 9 Peter Vader, dorpsomroeper. 10 De reuzen van Bergen op Zoom: Jan Metten Lippen, Trui van den Toren en hun kinderreuzen Toontje en Marieke. 11 Gilde St.-Joris en St.-Sebastiaan, Berkel-Enschot 12 Reus Hildewaris, Hilvarenbeek. 13 Muziekgroep de Böllekes, Oisterwijk 14 Gerard Vercauteren, dorpsomroeper 15 Reus Hendrik van Wassenaer, Kinroy, Vlaanderen 16 Willem de Smit, dorpsomroeper 17 Muziekgroep De Elckerlyc Speellieden, Oisterwijk 18 De reuzen van het Vlaamse stadje Nieuwpoort: Goliath, Griete, Puuptje en Rosalinde. 19 Muzikant (draaiorgel) Christ Kardol, Oisterwijk 20 De reuzen van Tilburg, Udenhout en Berkel-Enschot: Fraans Krèùk, D’n Udenhoutse broeder en St.-Willibrordus/St.-Cecilia. Met muzikekgroep. 21 van de Ruit, dorpsomroepster 22 Lydia De reuzen van Wingene, Vlaanderen: Dulle Griet, Pieter Brue23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40
gel en Fientje Kaplote Muziekgroep Heukeloms Hèrmenieke, Heukelom. Reus De Kluizenaar van de Bolderberg, Zolder, Vlaanderen Peer Witzel, dorpsomroeper Reus Jacobus van Steenvoorde, Steenvoorde, Frankrijk. Met harmonie St.-Cecilia uit Nieuwkerke, België. Muziekgroep De Bèlleblaozers, Oisterwijk De reuzen van Cantin, Frankrijk: Gayantin en Flore. Gilde St.-Joris, Gilde St.-Sebastiaan en St.-Barbara en Gilde st.Catharina uit Moergestel presenteren zich als een groep. De reuzen van Boxtel en Liempde: Jas de Keistamper en Hanne Mi de Moor. Met muziek- en dansgroep. Sibe van der Meulen, dorpsomroeper Reus Greate Pier, Wûnseradiel, Friesland Gilde St.-Sebastiaan, Oisterwijk Reus Sjtuf (St.-christoffel), Roermond. Met muziekgroep. Reus Gigantius, Maastricht. Showband Taxandria, Oisterwijk Brandweervereniging Oisterwijk Muziekgroep Mirletonfanfare de Klomp, Moergestel Marco van Avermaete, dorpsomroeper De reuzen van Mancor de la Vall, Mallorca: Llúcia en Joan. Verder lopen mee een muziekgroep en een kindergroep van Mallorca.
Op de kiosk speelt Het Oisterwijks Orkest Door de Dorpsstraat en over De Lind trekt percussiegroep Samoeba, Moergestel
Vuurwerkman redt vuurwerkshow De Rolling Stones, Tina Turner, de Toppers, Pop Stars – bij veel grote evenementen waar vuurwerk aan te pas komt wordt Ron de Koster betrokken. Samen met zijn vrouw Petra runt hij het in Dronten gevestigd bedrijf Pyro Events dat is gespecialiseerd in vuurwerk. Het is dankzij zijn bemoeienissen dat de vuurwerkshow op zaterdagavond op De Lind door kan gaan. Deze vuurwerkshow rond het optreden van de demonen (zie elders in deze Reuzenkrant) wordt geheel verzorgd en georganiseerd door de groep van Mallorca. Oorspronkelijk werd uitgegaan van het gebruik van Spaans vuurwerk. Maar dat ging zomaar niet. Het idee strandde al snel op de Nederlandse regelgeving die zeer zwaar is sinds de vuurwerkramp in Enschede. De Oisterwijkse vrijwilligers noch de Spanjaarden bleken in staat deze regels te doorgronden. Er moest specialistische hulp komen
en die werd gevonden in Ron de Koster. Door zijn interventie is het toch nog gelukt de unieke show van vuur en vuurwerk geheel volgens de Nederlandse regels van de grond te krijgen. Door alle contacten die er over en weer zijn geweest (de voorzitter van de Mallorcaanse folkloregroep vloog er zelfs speciaal een dag voor op en neer) raakte Ron de Koster begeesterd van het Oisterwijks enthousiasme. Als aardigheidje installeert hij zaterdagavond een door hem ontwikkelde machine die vlammen en vuur alle kanten in kan schieten. Komt dat zien!
Moergestel en Heukelom. Aan de optocht vooraf gaan respectievelijk Showband Taxandria uit Oisterwijk en Muziekvereniging (harmonie) Prinses Juliana uit Moergestel. Daarachter komt het Oisterwijks Orkest, gevolgd door vijf gildes. Achtereenvolgens zijn dat St.-Joris, St.-Sebastiaan en St.Barbara en St.-Catharina (alle drie uit Moergestel), St.-Joris en St.-Sebastiaan uit Berkel-Enschot (thuis bij Mie Pieters in Heukelom) en St.Sebastiaan uit Oisterwijk. Als de gildes passeren, trekken vele eeuwen aan Noord-Brabantse cultuurhistorie aan de toeschouwers voorbij. Op een platte kar wordt de Moergestelse Mirlitonfanfare De Klomp meegevoerd. Op de foto een aantal muzikanten. Ze maken gebruik van namaakinstrumenten. Een unieke vertoning en dito geluid. Een van de meest bijzondere muziekgezelschappen van Europa (!) komt uit Moergestel. Het is Mirlitonfanfare De Klomp, opgericht in 1938. De muzikanten maken muziek met namaakinstrumenten want voor échte instrumenten was destijds, in de Crisisjaren, geen geld. Deze volkomen authentieke en zeer vitale muziekgroep trekt mee in de optocht. De reuzen uit binnen- en buitenland worden vergezeld door álle ‘lopende’ volkscultuur van Oisterwijk, Moergestel en Heukelom, waaronder dus De Klomp. De organisatie noemt dit ‘de trots’ van deze dorpen omdat deze groepen zeer wezenlijk zijn voor de kracht en de identiteit van de sa-
menleving. Samen maken ze de optocht tot een muzikale, kleurrijke en historische uitdrukking van culturele verbroedering tussen Oisterwijk,
Na de gildes komt een aantal dorpsomroepers, waaronder de internationaal bekende Oisterwijker Hein de Roeper. Hij wordt gevolgd door De Elckerlyc Speellieden (middeleeuwse volksmuziek) uit Oisterwijk, de Oisterwijkse draaiorgelman Christ Kardol, het Heukeloms Hermenieke en Mirletonfanfare De Klomp. Dan volgen de muziekorkesten De Bollekes, De Belleblaozers en De Krieltjes uit Oisterwijk. De optocht wordt afgesloten door de leden van de volksdansgroepen die vóór en ná de optocht optredens verzorgen. Dat zijn respectievelijk Holland Expres, Mie Katoen en De Foekpot.
Reuzen hebben Stads- en dorpsomroepers eigen website lopen mee in de optocht De Reuzenstichting voor Oisterwijk, Moergestel en Heukelom heeft een eigen website (www.reuzengilde.nl). Op deze site staan altijd actuele berichten over de drie reuzen, over optredens en dergelijke. Er staat veel achtergrondinformatie op. Bijzonder aan deze reuzenwebsite is dat de informatie ook wordt gegeven in het Frans, Duits, Engels, Spaans en Italiaans. Dit is een goed voorbeeld van het internationale karakter van de reuzencultuur. De Oisterwijkse reuzenstichting speelt een vooraanstaande rol binnen het Europese reuzenwereldje.
Expositie in Tiliander reuzencultuur Mallorca Vanaf donderdag 24 september tot en met aanstaande zondag is in Tiliander een tentoonstelling te zien van de reuzencultuur in Mancor de la Vall. De twee reuzen van dit dorp zijn te gast in Oisterwijk. Ze staan ook opgesteld op de expositie. Zondagmiddag lopen ze mee in de optocht. De tentoonstelling vertelt het verhaal van de folklore van het Mallorcaanse dorp aan de hand van foto’s.
In de optocht lopen tien dorps- en stadsomroepers mee. De Oisterwijkse Nederlands kampioen Hein de Roeper (Henk van den Nieuwenhuizen) heeft ze speciaal voor het reuzenfestival naar Oisterwijk uitgenodigd. Drie van de omroepers komen uit België (André Pauwels uit Dadizele, Guy Vandendriessche uit Izegem en Gerard Vercauteren uit Tempse.). De overige zijn Nederlanders: Lydia van de Ruit uit Capelle aan de Ijssel, Willem de Smit uit Nisse (Zeeland), Sibe van de Meulen uit het Friese Littensera-
diel, Peer Witzel uit Alphen aan de Maas, Marco van Avermaete uit Philippine (Zeeland) en Peter Vader uit Zwolle. De stads- en dorpsomroepers kondigen in de optocht de reuzengroepen aan. Oisterwijker Henk van den Nieuwenhuizen was vier maal achtereen Nederlands kampioen dorpsomroepen. Hij vergezelde de reuzen van Oisterwijk tijdens hun optreden op Mallorca. Daar maakte hij veel indruk door zijn tekst in het Spaans om te roepen. Daarbij werd hij vergezeld door zijn vrouw Els.
Reuzenmarkt bij het gemeentekantoor Een onderdeel van het internationaal reuzenfeest op zondagmiddag 26 september is een Reuzenmarkt. De kraampjes staan opgesteld op De Lind ter hoogte van het gemeentekantoor. Vanuit deze kraampjes kunnen de deelnemers aan de reuzenoptocht hun erfgoed uitdragen. Dat betekent dat ze folders en krantjes met informatie over de reuzen en de streek uitdelen. En ze kunnen vooral hun spulletjes verkopen. Denk daarbij aan bier, boekjes, speldjes, affiches, T-shirts en dergelijke. Vanuit de kraampjes worden ook streekspecialiteiten van de plaatsen van herkomst verkocht. Wie er iets koopt, ondersteunt de internationale reuzencultuur. Uiteraard is er ook een kraam van de reuzen van Oisterwijk, Moergestel en Heukelom.
REUZENKRANT 2010 • pagina 15
Nederlandse reuzen in Oisterwijk Bergen op Zoom
Reuzenechtpaar kreeg twee reuzenkinderen
Jan Metten Lippen en Trui van den Toren van bergen op Zoom. De twee reuzenkinderen Toontje en Marieke ontbreken op deze foto. Foto: Jan stads/Pix4profs. Oisterwijk viert in 2012 het feit dat het acht eeuwen geleden stadsrechten kreeg. Een kleine honderd jaar later kreeg ook Bergen op Zoom deze erkenning als stad. Het zevende
eeuwfeest van de stadsrechtenverlening vierde bergen op Zoom in 1987. Bij die gelegenheid werden twee reuzen gepresenteerd: Jan Metten Lippen en Trui van den Toren.
Een paar jaar later kreeg dit stel twee kinderen, Toontje (1988) en Marieke (1992). Het reuzengezin en zijn begeleiders zijn te zien in de reuzenoptocht van Oisterwijk. De reuzenechtelieden zijn ruim 3,5 meter hoog. De kinderen zijn en meter korter. Ze worden beheerd en uitgedragen door een groep vrouwen, mannen en kinderen van circa vijftig personen. Een muziekgroep maakt ook dele uit van dit gezelschap uit Bergen op Zoom. De twee volwassen reuzen zijn historische figuren. Jan Metten Lippen was de bijnaam van Jan van Glymus, een edelman die leefde van 1417 tot 1494. Zijn bijnaam dankte hij aan zijn formidabele lippen. De enorme lippen van de naar hem genoemde reus kunnen moeilijk worden genegeerd. Trui met den Toren is wat haar voornaam betreft genoemd naar Gertudis van Nijvel, de patrones van Bergen op Zoom. Ze stichtte de eerste kerk van de WestBrabantse stad aan de Schelde. ‘Den Toren’ verwijst naar de karakteristieke toren van de Gertrudiskerk, ter plaatse beter bekend als ‘de Peperbus’.
Maastricht
Gigantius doet zijn naam alle eer aan Keizer Karel V kwam in 1550 naar Maastricht om zijn enige zoon Philips II voor te stellen aan de inwoners. Ter gelegenheid van deze ‘blijde incomste’ werd een processie georganiseerd. Daarin werd een reus met en lengte van zeven meter meegevoerd. Deze reus werd in 1968 nieuw leven ingeblazen. Hij heet Gigantius en met zijn lengte van bijna zes meter is de uit staal en polyester opgetrokken reus een van de grootste van Nederland. Een opvallend aspect aan deze reus is het attribuut: een zak aan zijn riem waarin twee poppen steken. De oorspronkelijke reus kende deze buidel met poppen ook. Ze stelden de hertog van brabant en de prinsbisschop van Luik voor. Hiermee brachten de Maastrichtenaren symbolisch tot uitdrukking dat ze deze twee machthebbers ‘in hun zak’ hadden. Het ontstaan van reus Gigantius heeft aan carnavalsachtergrond. In de optocht van 1969 werd hij voor de eerste keer meegevoerd. De eerste Gigantius zag er uit als een Ro-
Een Friese vrijheidsheld met een joekel van een zwaard
De begeleiders van de Friese reus Greate Pier stellen de middeleeuwse bewoners van het dorp Kimswerd voor. Het zwaard is gemodelleerd naar het originele zwaard van de bekendste Friese vrijheidsheld. Foto Jan Stads/Pix4profs. De meest noordelijke reus van Europa komt uit Kimswerd, een dorpje van zeshonderd zielen in de Friese gemeente Wûnseradiel. Voor de Laurentiuskerk uit de elfde eeuw, de oudste kerk van Friesland, staat een robuust standbeeld van Greate (spreek uit: Grutte) Pier. Naar dee beroemdste zoon van Kimswerd en een van de grootste Friese helden is ook de reus Greate Pier genoemd. Greate Pier was de bijnaam van Pier Gerlofs (1480-1520). Hemelsbreed een kilometer van het dorp had hij een boerderij die in 1515 door een bende Saksische soldaten werd verwoest. Andere boerderijen in Kimswerd ondergingen hetzelfde lot. De bewoners zochten een veilig heenkomen in de kerk. Deze werd door de Saksen in brand gestoken. De
vluchtelingen vonden een wrede dood. Greate Pier bond de strijd aan. Jarenlang sloeg hij letterlijk terug met een zwaard van 2,13 meter lang en 6,6 kilo zwaar. Het originele zwaard wordt bewaard in het Fries Museum in Leeuwarden. Het zwaard is het belangrijkste attribuut van de reus. Van oorsprong heeft Friesland geen reuzentraditie. Het idee om een reus te bouwen werd dan ook opgedaan in Roermond. Reuzen komen wel voor in Friese sagen. Omdat de initiatiefnemers wel begrepen dat ze voor optredens meestal naar het zuiden des lands moesten reizen, werd de reus Greate Pier op een ingenieuze wijze demontabel gemaakt. Het geheel past in een speciale aanhangwagen.
Heerlen
De Maastrichtse reus Gigantius doet zijn naam alle eer aan. De begeleiders gaan gekleed in de mode van de zestiende eeuw. mein. Later werd hij verbouwd tot de huidige Germaanse krijger. Historisch onderzoek heeft uitgewezen dat de reus waarmee keizer Karel V werd ingehaald ook zo was uitgevoerd. Uit het oorspronkelijke initiatief is een stevige organisatie ge-
groeid. De kleding van de begeleiders van Gigantius zijn replica’s van kostuums uit de zestiende eeuw. Het is niet bekend wat er met de originele reus is gebeurd, noch wat de keizer en diens zoon er van hebben gevonden.
Roermond
Sjtuf, Roermonds voor Christoffel Roermond ligt aan de Maas. Christoffel was de rooms-katholieke heilige die volgens de legende reizigers veilig naar de overkant van een woest stromende rivier bracht. Dit verklaart waarom hij al vele eeuwen de stadspatroon is van Roermond. De inwoners noemen de heilige amicaal Sjtuf. Het is tevens de benaming van de Roermondse reus die waarschijnlijk een geschiedenis heeft van zes eeuwen. Hij wordt begeleid door een reuzengilde en een muziekgroep gekleed in Spaanse kostuums van eind zestiende eeuw. De reus Sjtuf (5,95 meter) die in de optocht van Oisterwijk meeloopt is in 1982 geschapen bij de viering van 750 jaar stadsrechten. Vanaf dat moment is het Roermonds reuzengilde
Wûnseradiel
nadrukkelijk van de partij in het Nederlands reuzenwereldje. De grote gangmaker was de dit jaar overleden Paul Poell, wiens heengaan ook in Oisterwijk wordt betreurd. Het staat vast dat Roermond in 1680 al een stadsreus had, luisterend naar de naam Christoffel. Oudere historische bronnen zijn bij een brand in 1656 verloren gegaan, maar er zijn concrete aanwijzingen dat Sjtuf eind vijftiende eeuw voor de eerste keer zijn opwachting heeft gemaakt in Roermond. In vergelijkbare plaatsen zijn in die tijd ook reuzen gebouwd, zoals in Venlo (1485) en Aalst (1417). Christoffelreuzen behoren tot de oudste uit de reuzencultuur van de Lage Landen.
In 1398 werd een Christoffelreus meegedragen in een processie in Antwerpen.
De Roermondse reus Sjtuf draagt het Kindje Jezus op een schouder.
Lucius Ferenius Metcius Romeins pottenbakker In het centrum van Heerlen woonde en werkte in de tweede eeuw de Romeinse pottenbakker Lucius Ferenius Metcius. Naar hem is de reus genoemd die in 1996 op initiatief van de kunstenaar Hubert Bour werd gebouwd. Dat gebeurde naar aanleiding van het tweeduizendjarig bestaan van Heerlen. Reus Lucius treedt slechts sporadisch op. Het is dus een buitenkansje dat hij in de optocht van Oisterwijk is te zien. De Heerlense reus is 5.30 meter hoog. Bijzonder is de manier waarop de handen en de kop zijn uitgevoerd. Hubert Bour maakte ze van piepschuim waar hij een laag modelleerklei over aanbracht. In Rotterdam kregen ze een coating waarmee zeecontainers worden verduurzaamd. Als attribuut draagt Lucius een aardewerk pot. Aan de voorzijde is zijn volledige naam gegraveerd: Lucius Ferenius Metcius. In het Romeinse Heerlen waren veel pottenbakkers gevestigd.
Lucius Ferenius Metcius draagt als attribuut een kruik waar in het Latijn het levensverhaal van deze pottenbakker uit de Romeinse tijd is gegraveerd. Foto Jan Stads/Pix4profs.
Een van hen was Lucius. Hij schreef zijn naam op een kruik die werd gevonden tussen de resten van een ontplofte pottenbakkersoven. In drie zinnen graveerde Lucius ook
zijn levensverhaal en maakte hij duidelijk dat hij de pot had gebakken voor Amaka, mogelijk zijn vrouw. Nu leeft hij voort als reus van Heerlen.
REUZENKRANT 2010 • pagina 17
Belgische reuzen in Oisterwijk Beveren heeft tien gemeentelijke reuzen
De tien reuzen van Beveren op een rij. Dat is weer eens iets anders, een gemeente die reuzen bezit. Het Vlaamse Beveren (Oost-Vlaanderen) heeft er zelfs tien, een in Nederland onbestaanbare situatie. De tien reuzen van Beveren verwijzen naar historische figuren of staan symbool voor één van de deelgemeenten. Om ze uit elkaar te kunnen houden staan de namen op de reuzen. Sefken de Puitenslager. Oorspron-
kelijk van 1954, in 1979 vernieuwd. Puitenslagers waren arme mensen die kikkerbilletjes aan rijke mensen leverden. Diederik en Aldegonde. Oorspronkelijk 1954, in 2004 vernieuwd. Diederik III was heer van Beveren. In 1106 ging hij mee op Kruistocht. Aldegonde was zijn gade. Cieske de Schipper. 1980. De naam herinnert aan een hoofdman van het schippersgilde van Doel. Roste Brigand. 1980. In de negentiende eeuw werden baby’s in de
deelgemeente Haasdonk Rostekop genoemd. Brigands waren boeren die in 1798 in opstand kwamen tegen de Fransen. ’t Kallose Melkboerinneke. 1981. Herinnert aan de polders rond Beveren. De reuzin is ontstaan uit de vroegere Melk- en Suikerfeesten in deelgemeente Kallo. Birken Blok. 1984. Een blok is een klomp. Klompen maken was in deze streek een kenmerkend beroep.Judocus de Turfsteker. 1991, ter gelegenheid van 850 jaar deelgemeente Verrebroek. Dit dorp bestond in de Middeleeuwen van het turfsteken. Regina van Melsele (deelgemeente). 1992. Ze stelt een aardbeiplukster voor en is een eerbetoon aan de vrouwelijke vaardigheid. Lodde de Garnalenkleurster. 1994, deelgemeente Kieldrecht. Inwoners leurden vroeger met garnalen.
Vaantjesboer, een (letterlijk!) biertappende reus De oudere Oisterwijkers, Moergestelaren en Heukelommers herinneren zich de Wereldtentoonstelling van 1958 in Brussel. Grote kans dat ze er met de bus of de trein naar toe zijn geweest. In Brussel staat nog steeds het Atomium, het fiere beeldmerk van de Wereldtentoonstelling. Deze achtergrond maakt het ontstaan van reus Vaantjesboer van het Vlaamse Halle (Vlaams Brabant) des te interessanter. Hijs is namelijk gebouwd naar aanleiding van de Expo ’58, waar hij deelnam aan een folkloristische opstoet. De reus is de verpersoonlijking van de bijnaam van de Hallenaren, zoals reus Fraans Krèùk dat is van de Tilburgers. Hallenaren noemen zich Vaantjesboeren. Een bijnaam die zijn oorsprong vindt in de eeuwenoude bedevaart naar de miraculeuze Onze-Lieve-Vrouw van Halle, een zogeheten Zwarte Madonna. Het ‘wonderbeeld’ werd in 1267 aan de
stad geschonken. De Hallenaren verkochten bedevaartsvaantjes aan de bedevaarders pelgrims. Die namen ze mee naar huis als bewijs dat ze in Halle geweest waren. Reus Vaantjesboer draagt dan ook twee vaantjes in zijn hand. Deze stichtelijke achtergrond van de reus staat nogal haaks op zijn presentatie. Vaantjesboer zit als een statige burger bovenop een groot biervat. Hij draagt een slipjas en een hoge hoed. Aan de achterzijde van het vat hangt het hoofd van de duivel, uit wiens mond het Duivels Bier van Halle stroomt. Dit bier wordt gebrouwen naar een oud recept en is het stadsbier van Halle. Het is een donker bier op basis van lambik (basis voor Geuze). Als de begeleiders er goesting in hebben, tappen ze dit bier tijdens de optocht door Oisterwijk. Jaarlijks wordt uit de ton van Reus Vaantjesboer de nieuwe prins carnaval ‘gebrouwen’ op
Het dragen van de gigantische Jan Turpin vergt veel mankracht. Inzet: De kop van reuzenreus Jan Turpin. Hij komt met een dieplader en er is een kraan voor nodig om hem op te bouwen, maar Jan Turpin uit het Vlaamse kuststadje Nieuwpoort is dan ook de grootste gedragen reus van Europa. Hij is te zien in Oisterwijk en er wordt met deze reus gedanst. Om dat huzarenstukje te la-
ten slagen zijn er een kleine dertig mannetjesputters nodig. De foto bij dit artikel spreekt wat dat betreft boekdelen. De reuzenvrienden uit Nieuwpoort brengen overigens nog meer reuzen mee, namelijk Goliath, Griete, Puuptje en Rosalinde. Deze kleinere
Zolder in Belgisch Limburg geniet een zekere bekendheid door een racecircuit. Maar ze hebben daar ook een hele mooie reus, De Kluizenaar van Bolderberg. Dit is een klein dorp van bijna 2.500 zielen in de gemeente Heusden-Zolder. Het genoemde circuit ligt in Bolderberg. De reus werd in 1986 gemaakt om door middel van zijn optredens bekendheid te geven aan Bolderberg. De Bolderbergse reus is genoemd naar Lambert Hoelen, de eerste kluizenaar van de Bolderberg. Op dit hoogste punt van de streek bouwde hij in 1673 een kluis, een huisje voor een kluizenaar. Deze kluis had de vorm van het huisje van Maria zoals dat staat in Loreto in Italië. Volgens de overlevering is dit huisje ooit vanuit het Heilig Land naar Loreto overgebracht. De zeer vrome Lambert Hoelen uit Zolder bezocht het huisje in Loreto tijdens een pelgrimstocht in de jaren 16701672. Terug in Zolder wilde hij ook zo’n huisje bouwen. Tot 1880 zouden nog twaalf kluizenaars in het huisje wonen. De kluis en de bijbehorende kapel werden een druk bezocht bedevaartsoord. De reus Kluizenaar van Bolderberg is getooid in het zwarte habijt van een augustijner monnik. Op zijn hoofddeksel staat het wapen van de
Reus vaantjesboer van Halle laat zich, gezeten op een biervat, in de optocht van Oisterwijk meevoeren. Uit dit vat stroomt het Duivels Bier van Halle. de Grote Markt van Halle. De reus wordt steeds begeleid door de Confrérie van de Vaantjesboer en door zijn eigen muziekkapel, het Hals Dweilorkest De Sols. reuzen lopen mee in de optocht. Jan
Grootste reus (10,6 meter) komt ook naar Oisterwijk
De kluizenaar van de Bolderberg, uit de buurt van een racecircuit
Turpijn staat steeds opgesteld op het grasveld tussen de kiosk en de Johanneskerk, maar door zijn omvang zal dat niemand ontgaan. Het is absoluut de blikvanger en zijn dans aan het eind van de middag is iets wat je gezien moet hebben. Nieuwpoort, bekend van ‘de slag’ in 1600 tussen de Nederlandse Republiek en het Spaanse leger, heeft veel trubbels gekend. In 1489 werd de stad (nu 11.000 inwoners) aangevallen door Brugger. Burgemeester Jan Turpin mobiliseerde de vrouwen, die vochten als amazones. Mogelijk is toen al een eerste reus gebouwd die naar de naam Jan Turpin luisterde. In 1926 kreeg Nieuwpoort een nieuwe reus Jan Turpin. Er zouden er nog meer volgen. De huidige Jan Turpijn dateert van 14 juli 1963. Goliath, die ook mee naar Oisterwijk komt, bestond in eerste aanleg al in 1494. Nieuwpoort kan dus bogen op een zeer oude reuzentraditie. Hij werd gedragen door ingehuurde mannen die met bier werden betaald. Goliath was van origine een katholieke reus. Hij vond in Griete een liberale tegenhanger – deze vrouwelijke reus is ontstaan vanuit het Nieuwpoorts carnaval. De andere reuzen die meekomen zijn van meer recente datum. Een bewijs dat de reuzenfolklore van Nieuwpoort niet stilstaat.
De reus Kluizenaar van Bolderberg heeft een boeiende historische achtergrond. graaf die Lambert Boelen destijds toestemming gaf op zijn grond een kluis te bouwen. Aan de voeten van de reus staat een miniatuur van de kluis van Bolderberg. De reus wordt vergezeld door vendeliers, volksmuzikanten en leden van het Hof van Vogelsanck. Iedereen is gekleed in kledij uit de zeventiende eeuw.
Hollander schopt het tot Vlaamse reus Op zaterdag 17 juli 2010 werd de reus Hendrik van Wassenaer voor de eerste keer meegetroond in een reuzenstoet. De primeur had het Vlaamse badplaatsje Wenduine, waar de reuzen van Oisterwijk, Moergestel en Heukelom ook al wel eens zijn geweest. Met zo’n vijftig deelnemende reuzen heet de stoet van Wenduine een van de grootste van België te zijn. Dit maakt duidelijk hoe omvangrijk de reuzenstoet van Oisterwijk met circa zestig reuzen is. Maar dat terzijde. Als reus Hendrik van Wassenaer in juli van dit jaar voor de eerste keer in levende lijve was te bewonderen, dan mag je gerust stellen dat zijn aanwezigheid in Oisterwijk ook deel uitmaakt van zijn ‘eerste stapjes’. De reuzencultuur van Gruitrode (Belgisch Limburg), waar reus Hendrik van Wassenaer vandaan komt, is echter een stuk ouder. De eerste reuzen van dit dorp waren Zjang en Bet, volgens secretaris Joris Clerix van het Royer Reuzengilde, ‘de verpersoonlijking van de gewone man en vrouw die Roy (Gruitrode) groot heeft gemaakt door de woeste gronden te ontginnen’. In 1980 werd Zjang geboren, een jaar later kreeg hij gezelschap van Bet. Na 1992 raakte het reuzengezelschap in het slop. De twee reuzen zijn wel bewaard gebleven, zij het in slechte staat. De bedoeling is om ze volgend jaar op te knappen. Hieruit blijkt een hervonden vitaliteit, wat te danken is aan een behoorlijk verjongd reuzengilde. Deze circa dertien personen grote groep zette in 2005 een nieuwe reus op de wereld, Hendrik van Wassenaer. Als
De historische Hendrik van Wassenaer was lid van de Duitse Orde. Daarom dragen hij en zijn begeleiders het kenmerkende kruis van deze ridderode, in 1189 opgericht om gewonde en zieke Kruisvaarders te verzorgen. gevolg van het overlijden van een van de kartrekkers, kwam dat niet meteen echt goed van de grond. Maar gaandeweg lukte het toch en zo kon het gebeuren dat de groep met Hendrik van Wassenaer in Oisterwijk is te zien. De reus is genoemd naar de Nederlandse commandeur van Gruitode. Deze adellijke pe`rsoon die leefde van 1642 tot 1709, was lid van de Duitse Orde. Het kruis op de capes van de reus en zijn begeleiders verwijst daar naar.
REUZENKRANT 2010 • pagina 19
Franse reuzen in Oisterwijk Culturele uitwisseling aan de Frans-Belgische grens
Reus Jacobus van Steenvoorde heeft onmiskenbaar een jeugdig uiterlijk. Maar de groep die hem vergezeld is duidelijk nóg jonger… Steenvoorde is een gemeente in het noordwesten van Frankrijk. De plaats met ongeveer vierduizend inwoners ligt in een gebied waar veel ouderen nog steeds een Nederlands dialect (kunnen) spreken. De
Vlaamse invloed werkt nadrukkelijk ook dor in de cultuur. Dat blijkt onder meer uit de grote concentratie reuzen in dit deel van Frankrijk. Steenvoorde heeft twee reuzen. Een daarvan, Jacobus van Steenvoorde,
komt naar Oisterwijk. De nog vrij jonge reus wordt vergezeld door een groep van ongeveer vijftien jongeren en een de zeer fraaie muziekgroep St.-Cecilia uit Nieuwkerke, een plaatsje aan de Vlaamse kant van de grens. Over cultuuruitwisseling gesproken. Steenvoorde kreeg in 1914 een eerste reus, Jean le Bûcheron geheten. Deze reus bestaat nog steeds en was vijf jaar geleden in Oisterwijk. Nu komt diens zoon Jacobus, een geinige reus met een jeugdige uitstraling. Net als de Oisterwijkse reuzenstichting pogen de franse reuzenvrienden op deze manier jongeren voor de reuzencultuur te interesseren. Jacobus werd in april 2004 gedoopt. De jongen meet 2,50 meter en hij weegt 15 kilo. Bijzonder is dat deze reus is gebouwd in Spanje. In Barcelona bestaat een aantal werkplaatsen waar aan de lopende band reuzen worden vervaardigd. De reuzencultuur in Spanje is de meest omvangrijke ter wereld. Sinds 1993 gaan de reuzen van Steenvoorde samen op stap met de harmonie van Nieuwkerke. De muzikanten gaan gekleed in kleding zoals Breughel die gedragen zou kunnen hebben.
Cantin, klein dorp met grote reuzencultuur Met ongeveer 1.500 inwoners is Cantin een nietig dorpje op de landkaart van het noordwesten van Frankrijk. In dat deel van Frankrijk lopen ruim vierhonderd reuzen rond en binnen dit toch omvangrijke gezelschap blaast Cantin een behoorlijke partij mee. Ze hebben daar vijf reuzen. Twee komen er naar Oisterwijk, de grote Gayantin (vier meter) en de wat kleinere Flore (2,40 meter). Zoals uit het aantal van vierhonderd reuzen blijkt, is het noordwesten van Frankrijk de reuzenregio van Frankrijk. Dat verklaart waarom de Franse reuzen die hun opwachting maken in Oisterwijk uit dit gebied komen. De Stichting Reuzengilde Oisterwijk heeft intensieve contacten met reuzengroepen in die contreien. De reuzencultuur van Cantin is on-
geveer negentig jaar oud. De eerste reus heette ook al Gayantin. Hij was genoemd naar een zekere heer Gayant die in de zestiende eeuw veel heeft betekend voor Cantin. Dat was een zeer trubbelige tijd. Zowel de kop als het lijf van de eerste reus waren gevlochten van wilgentenen. Dit is de meest oorspronkelijke techniek. Ook de lijven van de reuzen van Oisterwijk, Moergestel en Heukelom zijn zo (in België) gemaakt. De huidige Gayantin, een reus op wieltjes, is in 1986 gemaakt. In 2003/2004 werd Flore gebouwd door leerlingen van een school. Dit pronte meisje weegt 17 kilo en ze is volgens de traditionele techniek gemaakt van gevlochten riet. Toen de inwoners om een naam werd gevraagd, reageerden 250 personen. Ze is, wat Cantin betreft, de jongste vertegenwoordigster van een reu-
Een Brabants Bont sjaaltje voor de vrijwilligers
Alle vrijwilligers die betrokken zijn bij het reuzenfestival op 25 en 26 september in Oisterwijk zijn straks herkenbaar aan een Brabants Bont sjaaltje met een afbeelding van de drie reuzen van Oisterwijk, Moergestel en Heukelom. De in totaal 150 sjaaltjes zijn gemaakt door Joke Vlaminckx van FC NOTT. Uiteraard is dat ook vrijwilligerswerk. Op de foto knoopt Will Ruskus een sjaaltje rond de hals van Sjef van Erp. Will Ruskus is voorzitter van de werkgroep die het reuzenfestival organiseert, Sjef van Erp is voorzitter van de Stichting Reuzengilde Oisterwijk, Moergestel en Heukelom.
Caous is een kat in het Picardisch dialect Merville heet eigenlijk Meregem, een Vlaamse plaatsnaam die is verbasterd in het Frans. Meregem (8.700 inwoners) ligt dan ook in Frans Vlaanderen. Vrijwel elke plaats heeft er een of meerdere reuzen. Een van de reuzen van Merville heet Caous, katten in het dialect van Picardië, zoals dit gebied heet. De inwoners worden sinds 1566 spottend ‘Caous’ genoemd. Je zou daarom Merville het Helmond van Frankrijk kunnen noemen. Maar de ontstaansgrond van de katten-spotnaam voor de inwoners van Merville is wel behoorlijk anders dan die van Helmond. Werden de Helmonders ervan beticht dat ze katten aten, in Merville sloten protestanten op 20 augustus 1566 een kat op in het tabernakel van de kerk van deze plaats. Dat was een zeer ernstige daad omdat katten het symbool waren van ontucht, ja van de duivel. Het gebied waarin Merville ligt was in die jaren het toneel van het begin van de Beeldenstorm. Deze begon met het in brand steken van het Laurentiusklooster in Steenvoorde (ook met een reus present in Oisterwijk). Dit was het begin van godsdienstig oproep in de hele Nederlanden. De onlusten in Merville en
De Caous (kat) van Merville. Foto Jan Stads/Pix4profs. omgeving werden door de hertog van Alva meedogenloos neergeslagen. Na de Tweede wereldoorlog kreeg Merville een drietal reuzen. Zij kregen in 1955 gezelschap van een eerste ‘Kat-reus’. In 1986 kreeg deze vrij primitieve Caous een opvolger. De Caous die op is26deseptember naar Oisterwijk komt derde generatie. Hij is gedoopt in 1998. Tijdens zijn optredens wordt Caous van Merville vergezeld door de Kat Vrienden.
Belgische reus in Oisterwijk
In Wingene heeft de Dulle Griet van Bruegel de broek aan Zowel Gayantin (links) als Flore zijn van gevlochten riet gemaakt. Dat is de traditionele manier. Voor een reus gaat er niets boven riet omdat het tamelijk licht is en sterk. Het riet geeft een reus een zekere beweeglijkheid. zencultuur zoals die sinds de zestiende eeuw in het noordwesten van Frankrijk bestaat.
Wie wil de reuzen mee gaan dragen? De drie reuzen van Oisterwijk, Moergestel en Heukelom worden gedragen. Om dit in de praktijk te kunnen blijven brengen, heeft de stichting behoefte aan nieuwe dragers. Je hoeft daar niet echt sterk voor te zijn. Omdat de reuzen een viertal keer per jaar optreden, zijn dragers gemiddeld vier zondagen per jaar van huis. Een drager hoeft overigens net perse elke keer mee. De optredens zijn in binnen- en buitenland. Meegaan om te dragen verschaft veel plezier en vriendschap. Je komt in mooie plaatsen en je doet mee aan bijzondere evenementen. Belangstellenden kunnen dat kenbaar maken via de website www.reuzengilde.nl of iemand van de reuzen in de drie dorpen daar op aanspreken. Op zondag 26 september zijn er heel veel ‘op de been’ in Oisterwijk.
Pieter de Bruegel de Oude loopt op deze foto (gemaakt door Joy Laarhoven) voorop. De Dulle Griet van Pieter Bruegel de Oude (1520-1569) is een unicum in de schilderkunst wanneer men kijkt naar hoe de beroemde Vlaamse schilder deze furie heeft geportretteerd. Ze is een laaiend kwade reuzin die met buit beladen de hel ontvlucht. Het thema van dit schilderij – de vrouw heeft de broek aan – heeft nadien veel Vlamingen geïnspireerd. Dat leverde onder meer een van de beste boeken van Suske en Wiske op, een naar haar genoemd kanon én een reuzin die sprekend lijkt op de Dulle Griet van het schilderij van Bruegel. De Dulle Griet is de eerste reus die circa 45 jaar geleden in het WestVlaamse dorp Wingene, twintig kilometer verwijderd van Brugge, werd gemaakt. Ze is te bewonderen in d’n opstoet van Oisterwijk op 26
september. Samen met de Dulle Griet komen nog vijf reuzen over: Pieter Bruegel, Bertrand de Pionier, Fientje Kaplote, Jan Roggeman en Paul d’n Artiest. De Dulle Griet en Pieter Bruegel hebben een rechtstreeks relatie met het Bruegelfeest dat elk jaar op de eerste zondag van september in Wingene wordt gevierd. Dit tweetal symboliseert dit voor Wingene belangrijke dorpsfeest. De andere reuzen zijn bekende personen uit het dorp. Bertrand de Pionier is een hommage aan de huidig voorzitter van het comité dat jaarlijks het Bruegelfeest organiseert. De nu 63-jarige voorzitter kreeg de sterk gelijkende reus toen hij 60 werd. “Tijdens mijn leven heb ik al een standbeeld”, is de verbaasde reactie van voorzitter Bertrand Nemegeer.
REUZENKRANT 2010 • pagina 25
Sponsors en subsidiegevers reuze(!) bedankt Het organiseren van het vijfjaarlijks internationaal reuzenfeest in Oisterwijk was alleen mogelijk dankzij een fiks aantal sponsors en subsidiegevers. De organisaties en bedrijven die ons hierin hebben gesteund staan op deze pagina. De Stichting Reuzengilde wil ze hiervoor heel erg bedanken. Het is dankzij deze sponsoren en subsidiegevers dat Oisterwijk op zondag 26 september het toneel is van een uniek spektakel. En hoe mooi en kleurrijk het gaat worden, laten de foto’s op deze pagina zien. Deze zijn gemaakt tijdens het eerste Oisterwijkse reuzenfeest vijf jaar geleden. Ook toen waren sponsoren en subsidiegevers bereid ons hierin te ondersteunen. Sindsdien hebben we te maken gehad met een kredietcrisis gevolgd door een economische crisis. Het is genoegzaam bekend dat bedrijven en subsidiegevers daar veel last van hebben gehad. Dat ze desondanks het internationaal reuzenfeest financieel hebben willen ondersteunen zegt alles over hun betrokkenheid bij de samenleving. Hulde daarvoor! Werkgroep Internationaal Reuzenfestival Oisterwijk 2010
Aannemersbedrijf AMJ op 't Hoog en Zn. Gebroeders Janssen aannemersbedrijf bv De Cromvoirtse staal servicecenter Kroon Makelaardij Mecpark BV Opstalan BV Raad van Mastendollen RABOBANK Hilvarenbeek-Oisterwijk Völker Nederland b.v. van Neerbos Bouwmaterialen Groep Proeflokaal ’t Gelagh Stichting Moergestel Fietsdorp Boerenbond De Bresser Verhuizingen bv. Euromovers Herman van Amelsvoort Oisterwijk b.v. Loods 4 Kledingverhuur Makelaardij Lelieveld Nederlands Centrum voor Volkscultuur Speedliner Logistics b.v. Vleesbedrijf Brabant Verhaaren [Groot in AGF] Bakkersland Waalwijk West b.v. Stichting de Schuur Stichting Jacques de Leeuw Prins Bernhard Cultuurfonds Gemeente Oisterwijk
Het succesverhaal van drie reuzen, toonbeeld van samenwerking De drie reuzen van Oisterwijk, Moergestel en Heukelom zijn letterlijk en figuurlijk de grootste ambassadeurs van deze drie plaatsen in binnen- en buitenland. Deze pagina laat een aantal foto’s zien van optredens de laatste jaren. Het succesverhaal van Peer Paorel, Gèèselse Ermelindis en Heukelomse Mie begon in 1999. De Stichting Reuzengilde is een zeer geslaagd en inspirerend voorbeeld van samenwerking tussen inwoners van Oisterwijk, Moergestel en Heukelom. Het internationaal reuzenfestival op 25 en 26 september is eveneens in de grootste eendracht tot stand gekomen. Het oorspronkelijke initiatief tot het bouwen van drie reuzen is genomen door de Stichting WieKentKunst in Moergestel. Deze organisatie neemt steeds het erfgoed als uitgangspunt voor activiteiten. In 1997 was als gevolg van de herindeling een nieuwe gemeente Oisterwijk ontstaan; Moergestel en Oisterwijk maakten daar voortaan deel van uit. Er bestond nogal wat oppositie tegen deze nieuwe gemeente. De Stichting WieKentKunst heeft steeds (toen en nu) samenwerking als uitgangspunt. In deze sfeer werd het reuzeninitiatief genomen. De redenatie was als volgt. Elke
plaats krijgt een eigen reus. Een reus drukt de identiteit uit van een gemeenschap. De verhalen in deze krant over reuzen elders in Nederland en Europa komen steeds op dit gegeven neer. Zo kreeg Oisterwijk de reus Peer Paorel. Peer verwijst naar de St.-Petruskerk en Paorel naar de schoonheid van dit acht eeuwen oude stadje. Gèèselse Ermelindis is gemodelleerd naar een zeer oud beeld van deze heilige in de kerk van Moergestel. Het gebruik van het dialectwoord Gèèsel benadrukt de identiteit. Heukelomse Mie is genoemd naar de kasteleinsvrouw Mie Pieters. Net als de Heukelommers stond zij haar mannetje.
De drie reuzen drukken dus de eigenheid uit van de drie dorpen die samen de gemeente Oisterwijk vormen. Deze reuzen zijn samen gebouwd door de inwoners van de drie dorpen. Inwoners zitten samen in het stichtingsbestuur. Ze trekken er samen met de reuzen op uit. Ze beheren de reuzen samen, staan elkaar bij bij voorkomende werkzaamheden en wat al niet meer. Dit samenwerken is samen te vatten in het woord eenheid. Het totale reuzeninitiatief staat dus voor eenheid in verscheidenheid. Dit heeft het reuzenverhaal tot een zeer groot succes gemaakt. Na al die jaren is nog steeds sprake van een krachtige organisatie die erin slaagt te vernieuwen, nieuwe initiatieven te nemen en om de vijf jaar een zeer grote reuzenmanifestatie op te zetten.
Goed voorbeeld Bijzonder is dat dit van oorsprong Oisterwijks reuzenconcept inmid-
dels letterlijk is overgenomen door Tilburg, Hilvarenbeek en Boxtel. Ook in andere plaatsen bestaan plannen om vanuit dezelfde achtergrond reuzen te gaan bouwen. Het oprechte streven naar samenwerking met behoud van het eigene wordt door steeds meer organisaties in de gemeente Oisterwijk in de praktijk gebracht. Recente schoolvoorbeelden zijn Moergestel Fietsdorp en de
viering van Oisterwijk 800 – in 2012 wordt gevierd dat Oisterwijk acht eeuwen stadsrechten heeft. Deze viering heeft één belangrijk uitgangspunt en dat is dat de feestelijkheden de inwoners van de drie kernen nóg nader tot elkaar brengen. Samen sta je sterker. De drie reuzen geven al meer dan tien jaar het goede voorbeeld.