STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
OPDRACHTGEVER:
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
STAD VEURNE Sint
-
Denysplaats
'16
8630 VEURNE
LIGGING:
Pannestraat 3 8630 VEURNE
ONTWERP:
RESTAURATIE VAN HET VOORMALIG KLOOSTER BLAUWE ZUSTERS
Dossier nr.:
1647 I 04
Datum:
december 201 2
RESÏAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET VOORMALIGE KLOOSTER TOT ACADEMIE VAN WOORD EN DANS
ONTWERPERS
Studiebureau ARROW bvba
GrasleiS 9OOO
GENT
tel, 09 / 223 84 32
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
1156
RESTAURATIE EN
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
1.
HERBESTEMMING
DIAGNOSENOTA VAN HET KLOOSTER VAN DE BUUWE NONNEN
KLOOSTER VAN DE BLAUWE ZUSTERS TE VEURNE
p.3
Samenvatting bouwhistorische nota
2.
INVENTARIS EN OPMETINGSPLANNEN
p,14
3.
DE DIAGNOSENOTA
p.37
4.
HET BESTEMMINGSNOTA EN.PLAN
p. 46
5.
DEVERANTWOORDINGSNOTA
p.47
6.
HET RESTAURATIEDOSSIER
p.56
7. Bijlage: uitgebreide historische 8. Voorondezoekinterieur
1647
ß7
nota
INVENTARISATIE
-
OIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
2t56
SÏEDELIJKE ACADEMIE
RESTAURATIE EN
VEURNE
1.
HERBESTEMMING
DIAGNOSENOTA VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
KLOOSTER VAN DE BLAUWE ZUSTERS TE VEURNE
Historische waarde:
Laat-classictstische herenwoning naar ontwerp van architect Grawez (Duinkerke) van 1821. Voortuintje voorzien van laag hek. Gevelplaat met inscriptie: "Leopold eerste koning der Belgen werd hier onthaald door de stadsregering van Veurne brj zrjne aankomst in het lanã op t7 juli 1531. Honderdiarige herinnering", Imposant gebouw met achteruitwijkende middenpaftij ván acht traveeën tussen twee hoekrisalieten van twee traveeën, Twee bouwlagen + attielç behalve rechter hoekrisaliet
en linker koetspoorttravee van één bouwlaag onder platdak; verbouwing van oudere kern cf, wolfseind rechts. Bakstenen li¡'stgevel met geblokte begane grond boven gecementeerde plint.
Horizontaal accent door middel van doorlopende lekdrempels en attiek met gelede natuurstenen architraaf op klossen en geprofÌleerde bakstenen kroonlijst. Rechthoekige vensters, onder meer blinde bij rechter hoekrisaliet; grote roedenverdeling. Behouden persiennei op begane grond. Halfronde {tiekvensters Oorspronkehik twee rechthoekige deuren in natuurstenen ònl¡stlng van pilasters bekroond met entablement: gelede architraaf, fries met paneelwerk, kroonhlst oþ øoZsen. Behouden XIX-vleugeldeur links met tweedelig bovenlicht, koperen deurknoppen en gesmeed r¡zeren hangbel, Rechthoekige linker koetspoort met neuten en rmposten onder eenvoudig entablement uan natuursteen; schamppalen, Vlakkere en deels aangepaste achtergevel van twee bouwlagen met sooftgelijke opstand. Interieur. Behouden trappenhuis met corintische zuilen. plafonds met stucversiering.l
1
Bron: Delepiere A.-M. & Lion M. met medewerking van Huys M. 1982'. tnventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, provincie West-Vtaanderen, Arrondissement Veurne, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 8N, Brussel - Gent. Auteurs: Delepiere, Anne Marie & Lion, Mimi
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
3/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN
HERBESTEMMING
DIAGNOSENOTA VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
Overzicht evolutie van het gebouw r. ToESTAND VÓÓn tAZt
rI I
.-tto--l
L-----
¡
I
t
J
A. Achterblok hoofdqebouw Uitgaande van de sporen in de achtergevel is het mogelijk dat een vroegere woning (mogelijK de resten van het huis Knibbe, al dan niet gewijzigd tijdens de Franse bezetting (de samenvoeging huis Masin en huis Knibbe tot Gouvernement), tijdens de Oostenrijkse bezetting (het Oostenrijkse Gouvernement opgeheven in 1783), gedurende de periode dat Ferdinand Eugeen de Man (na verkoop in 1783) het huis in zijn bezit heeft of zelfs in de periode vooraleer Louis Augustin Joseph Ollevier het huis laat verbouwen en uitbreiden.
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
4/56
STEDELUKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN
HERBESTEMMING
DIAGNOSENOTA VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
Inderdaad vormt de muur van de achtergevel geen homogeen geheel en kan duidelijk een afgetekend ouder gedeelte onderscheiden worden. Deze aftekening bevindt zich in de eerste vijf traveeën (met uitzondering van de uiterst linkse bovenhoek en de vervanging rond het middelste raam die nog na de bouwfase van 1821 werden toegevoegd) vanaf de plint tot de hoogte van de kroonlijst, terwijl het rechter drie traveeën eenzelfde zone veftoont tot een hoogte van ca 1,80 m. Indien het hier inderdaad om een hergebruik van een oudere constructie gaat vormt de muur van de trapzaal de oorspronkelijke scheiding tussen de voormalige woning Knibbe en de ernaast gelegen voormalige woning Masin. Bij het bekijken van het interieur zijn er eveneens verschillen te zien tussen het rechtse deel van het achterblok en de rest van het interieur. Inderdaad, de beide achterkamers (van de 5 linkse traveeën van de achtergevel) vedonen een veel soberder karakter, een niveauverschil als gevolg van de onderliggende kelder en een vloerconstructie met moeder en kinderbalken, terwijl de rest van het interieur vlakke plafonds met lijsten en rosassen vertoont. Binnen deze zone vinden we ook kleinere aanpassingen of verbouwingen onder vorm van staande voegen en of inweeffouten, Zo onder meer rond de deur in de vierde travee. Uit welke periode deze aanpassingen dateren is niet duidelijk te achterhalen. Het kan hier gaan om verbouwingen die onder de Franse of OostenrijKe bezetting werden uitgevoerd, of wijzigingen die door de burgemeester de Man werden bevolen en zelfs om verbouwingen tijdens de werken van 1821.
B. Biiqebouwen
8,1. Stallíngen Het vol gearceerde deel op het plan kan het restant zijn van de paardenstallen waarvan melding wordt gemaaK bij de ambtswoning van de Franse gouverneur of Oostenrijkse gouverneur. Het is evenwel even goed mogelijk dat dit blok dateeft van de bouwfase van 1821, ook hier gebruiK als paardenstallen.
1647 t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
5/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
8.2. Latere schoolgebouw Het is onduidelijk of dit bouwblok op dat ogenblik reeds bestaat of dat het opgetrokken wordt binnen de fase van 1821. In ieder geval, wanneer het hoofdgebouw wordt geregistreerd op de kaaften van het kadaster rond 1835 bestaat het bouwblok in zijn huidige grootte. Aan de vorm is evenwel duidelijk te zien dat dit gebouw later werd gewijzigd. Wanneer de gevel langs de blauwe nonnenstraat wordt bekeken kunnen in de hoogterichting zo reeds drie bouwbasen worden afgelezen : de plint met muur tot de hoogte van de raamdorpels, de opgaande muur tot ca. 50 cm onder de kroonlijst en de bovenzijde van de muur met de kroonlijst.
1647ß7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
ô/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMI\4ING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
2. BOUWFASE1821
In 1821 wordt in opdracht van Louis Auguste Ollevier een nieuw herenhuis gebouwd naar plannen van Franse architect Grawez uit Duinkerke.
['';ii;iì;
,âr
r i,'F,'Êffi ,1,,!
!ffit1ii,l¡r,;,,:if;jl,];
'i',
,Õ\
ONTWERPPI.AN VAN DE VOORGEVEL OPGEMMKT DOOR ARCHITECT GRAWEZ, 1821.
Stadsarchief Veurne
/
Nieuw Archief
I nr.482
Het ontwerp van het gebouw in laat-classicistische stijl, waaruan de geveltekening nog bestaat (1821 NA 482), toont aan de straatzijde een nieuw, lang gerekt bouwblok in U-vorm, bestaande uit een middendeel (8 traveeën breed voorzien van twee inkomdeuren) en links een zijvleugel (2 traveeën breed) met aansluitende toegangspooften naar de tuin, De twee inkomdeuren maken vermoedelijk de splitsing tussen enerzijds het openbare ambt van de opdrachtgever (twee ruimtes aan de voorgevel in rechterzijde hoofdgebouw) en de private toegang tot de woning met de op het gelijkvloers aansl uitende formele ontvangstruimtes. Het zou, gezien het strakke classicistische uiterlijk van het gebouw, niet onlogisch zijn dat de gevel perfect symmetrisch werd uitgebouwd, dus met ook een rechter zijgevel en rechter toegangspoort. De symmetrische rechter zijvleugel en toegangspoort worden echter op het plan niet vermeld. Het is niet ondenkbaar dat dit het gevolg is van de aanwezigheid van een andere constructie, misschien het
-
1647n7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
7
t56
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
DIAGNOSENOTA
voorste deel van rond 1700 vermelde stallingen (die later werden afgebroken) of eventueel een ander bijgebouw of constructie.
telt
overeenkomstig het De straatgevel bouwaanvraagplan van 1821 een gelijlwloers,
een eerste verdieping afgedeK met
een
kroonlijst en daarboven een mezzanine die op de zolders uitgeeft. Zowel de middenpaftij als
zijvleugel worden afgedicht door een zadeldak met wolfseinden (deze dakvorm wordt overigens oP het Plan anders
de
weergegeven).
De gevelmuur van het hoofdgebouw eindigt aan de rechterzijde (aan de kant van de 'fictieve' symmetrische rechterzijvleugel) vrij abrupt en zonder eigenlijke afwerking. Het is alsof de constructie voorlopig wordt afgewerkt,
zo dat er later nog kan aangebouwd worden. Vooral de beëindiging van het dak met een wolfseinde en de voormuur van de mezzanine die op een eerder eigenaardige wijze boven dit dak uitsteekt. Hoe dan ook, het nieuwe bouwblok aan de straatzijde en de verbouwingen en aanpassingen aan het
achterbouwbiok maken inherent deel uit van de bouwfase van 1821 gezien de dakstoelen van de beide bouwblokken identiek uitgewerK worden in houtdelen van dezelfde secties en dezelfde houtsoort. Ook de interieurinrichting in Empirestijl behoort volledig tot deze bouwfase.
Het uitzicht van de voorgevel is bekend via enkele foto's van rond 1900. Hij was volledig
voorzien van een
bePleistering
(hoogstwaarschijnlijk wit geschilderd) waarbij de gelijkvloerse verdieping uitgewerkt in een rustica afwerking met diepliggende voegen en de twee daarboven liggen bouwlagen in een vlak bepleisterd. Alle ramen zijn voozien van geaccentueerde omlijstingen. De ramen zijn voorzien van functionele luiken, vermoedelijk wit geschilderd (of toch een lichte kleur).
1647ß7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
8/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
De tweede foto toont dat ook de zijgevel voorzien is van vlak pleisterwer( waarbij de stuclijsten op een diepte van ca 1 m abrupt worden afgebroken.
3.
BOUWFASE CA. 1870.1875
t-
Uit deze periode dateren vermoedelijk de volgende werken
:
verhogen van de dakverdieping
Deze verhoging wordt naar alle waarschijnlijkheid doorgevoerd in functie van de bouw van kamertjes voor de inwonende nonnen. Gezien het klooster offlcieel erkend wordt in 1859 is deze uitbreiding te dateren aan de hand van de groei van het aantal zusters die van de congregatie deel uitmaken.
Er is geen twijfel mogelijk over het feit dat de huidige mezzanine het resultaat van een verbouwing is, gezien men duidelijk aan de spantstructuur kan zien dat de dakconstructie op een bepaald moment wordt aangepast in functie van de verhoging van de mezzanine.
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
9/56
DIAGNOSENOTA
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
Of de veronderstelde, oorspronkelijke mezzanine van het plan van Grawez ooit werd uitgevoerd is niet bewezen. Het enige document waarop deze te zien is; is het plan van Grawez. ommuren van het rechter gedeelte In 1862 dient aannemer J. Bril namens Zenobie Vermeesch een aanvraag in (1862 NA 519-32) om een sluitmuur aan de kant van de Pannestraat en de Blauwe Nonnenstraat op te trekken, zodat het terrein volledig wordt afgesloten. Deze muur wordt in dit plan opgevat als tuinmuur, vooaien van geaccentueerde pilasters met inliggende kaders voorzien van afgeronde hoeken.
-
t
t-
J /-+9,7*""^
)
¡
.I
r,i, t/
€)
.l'
i
t
Vijf jaar later volgt een nieuwe aanvraag (1867 - NA 521-18) onder vorm van een plan zonder uitleg voor een muur als symmetrlsch beeld van het gelijkvloers van de linker zijvleugel met inbegrip van een spiegelende poott. Blijkbaar geeft men op dat moment de voorkeur aan een symmetrisch beeld, misschien zelfs met de bedoeling om bij een verdere uitbreiding de volledige zijvleugel op te trekken. 1,,
ù .iì
,[uu
I
\\'
l_-
L t
a
L. ¿ r.-1'
'.
.: . .?'
iÞ
!1-sI
verbindingsgang tussen hoofdgebouw en bijgebouwen
Op hetzelfde moment worden het hoofdgebouw en de bijgebouwen onderling verbonden. Dit heeft vermoedel'rjk te maken met de gelijKijdige aanleg van de speelplaats van de school, waarbij
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
10/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
een onderscheid wordt gemaakt tussen een speelplaats voor de meer gegoede klasse (aansluitend aan het hoofdgebouw) en een speelplaats voor de volkskinderen (meer achteraan in de tuin), Dit klopt met een vermelding die in 1879 onder de rubriek Een en ander in het Adveftentieblad verschijnt en vermeldt dat "de blauwe nonnen, die nu alleenlijk een bewaarschool houden, arme meisjes zullen aanvaarden van 7 tol t4 jaar". 4. BOUWFASE CA. 1885
I
Uit deze periode dateren vermoedelijk de volgende werken
:
aanbouw van achterste gedeelte schoolgebouw Achteraan het huidige schoolgebouw wordt een gedeelte aangebouwd, Dit valt samen met een aanzienl'tjke uitbreiding van het eigenlijke schoolgebouw dat zich achteraan in de tuin bevond (intussen vervangen door de nieuwe school) heropbouw huidige schoolgebouw
Het is best mogelijk dat het huidige schoolgebouw bij deze fase werd afgebroken
en
heropgebouwd.
1647 t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
11t56
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
DIAGNOSENOTA
5. BOUWFASE CA. I93O
In deze periode wordt de kapel gebouwd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de bestaande gelijkvloerse ruimte in de linker zijvleugel van de voorbouw, die naar achter toe wordt uitgebreid. 6. BOUWFASE CA.198()
l I
t
In deze periode worden de lokalen van de achterbouw van het hoofdgebouw aan de westzijde uitgebreid' De bijkomende trap naar de verdieping wordt waarschijnlijk op hetzelfde ogenblik voorzien. Gezien het jaaÉal kan dit te maken hebben met het brandveilig maken van het gebouw,
1647ß7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
12156
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
7. BOUWFASE CA.199O
In deze fase wordt de binnenzijde van de rechter zijgevel voorzien van een gelijkrrloerse bebouwing. Achter de poort aan de linkerzijde wordt een garage gebouwd
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
13/56
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
2.
DIAGNOSENOTA
INVENTARIS EN OPMETINGSPLANNEN
In bijlage de opmetingsplannen, bestaande toestand schaal 1/100 en 1/50 INVENTARIS VAN DE EXTERIEURE ELEMENTEN GEVEL ZIJDE PANNESTRAAT. BU¡TENGEVEL ZUID
Linkertravee met de dichtgemetste ramen aan de voozijde en de gedenksteen van Leopold I op de rechterzijde
linkergedeelte van de voorgevel met de toegangsdeur
Vroegere deurpositie die werd gew¡jzigd in raam
zicht op de later aangebouwde rechtervleugel (oorspronkelijke louter
(huidige r_0.7)
ommuring)
Ontpleisterde l'rjstgevel, bestaande uit twee bouwlagen en een attiek met halfgebogen vensters. Een gecementeerde plinÇ van het metselwerk afgescheiden door een zware arduinen lijst. De voorgevel wordt gekenmerkt door horizontale accenten dmv de doorlopende lekdrempels en de attiek met de gelede natuurstenen architraaf op klossen en de geprof¡leerde bakstenen kroonlijst. Oorspronkelijk zijn er twee rechthoekige deuren in een natuurstenen omlijsting van pilasters en bekroond met entablement, bestaande uit een gelede architraaf, een fries met paneelwerk en een kroonlijst op klossen. (zie foto boven). De attiek werd opgetrokken zodat het pannendak nog minder zichtbaar wordt van op de straatzijde. Het rechter schild van het dak bestaat nog uit natuurleien. Detail gedenktsteen leopold
1647 t07
I
oorspronkelijke buitenschrijnwerk met de duimen van de vroegere luiken
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
14/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
BUITENGEVEL NOORD . ACHTERGEVEL
Achtergevel met gedeelte van oorspronkelijke huis 'knibbe': uiterst 5 linkse traveeën, linkeraanbouw niet meegerekend,
De drie rechter traveeën dateren van 1821, de schouw met de uiterst rechtse aanbouw van 1959, de uitbreiding van de kapel. Uiterst links een uitbouw van de jaren '80. De kroonlijst in Avesnes werd in een bepaalde fase afgekapt, de bakgoot werd voorzien van houten klossen ter ondersteuning. Het rode pannendak is voorzien van twee dakkapellen. BUITEIT¡SCHRIJNWERK
.
RAMEN
Doorheen het gebouw worden vele verschillende ramen teruggevonden. In de voorgevel en gedeelte van achtergevel komt nog origineel eiken buitenschrijnwerk van de fase van 1821 voor. In de voorgevel komt dit voor in alle raamposities op het gelijkvloers, in de achtergevel is dit beperkt tot de posities links (R.r_O,12)
1647107
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
1
5/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
en rechts (R.r_O.13) van de achteringang vanuit de traphal, Op de verdieping zijn de originele ramen beperkttotde posities R.r_1.01tem 03 en de achtergeveldeze van de traphal nl. posities R.r-1.16 en 17 Raam met tussenregel waarvan het bovenste deel ook onderverdeeld is in twee delen. De onderverdeling in bovenlicht is louter decoratief, het bovenlicht zelf is helemaal vast. Onderste gedeelte: twee vleugels, opendraaiend hol en dol, en sluitend via een spanjolet. Een houten glasroede verdeelt de vleugels in twee vlakken.
een draai -haak in hartvorm - , is positie Een voorbeeld, met zelfs nog authentiek hang-en sluitwerk positie R,r-0.12 in R,r_0.05, wat we ook terugzien Sommige raamposities hebben wat wijzigingen ondergaan, zoals positie R.r-0.13, waar een gedeelte van het vaste bovenraam gewijzigd werd in een openklappend gedeelte.
-
Verder zijn er geen originele ramen meer, of werden zo zodanig gewijzigd zoals in de achtergevel positie R.r_0.15 en R.r_0.16 (guilottineraam). Positie R.r_01.17 werd dan weer'opgemetst'om de blauwe hardstenen gootsteen aan de binnenzijde te kunnen plaatsen.
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
1
6/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN H ERBESTEI\4I\4ING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
De vroegere'tweede'toegangsdeur in de voorgevel is gewijzigd in een raam (vermoedelijk
DIAGNOSENOTA
+/-
1869).
De ramen zijn langs de binnenzijde meestal uitbekleed, Dit oñ¡¡el met een egale, schuingeplaatste houten afwerking, zoals op het gelijlorloers aan de voorgevel.
Op de verdieping zijn ze wat frivoler uitgewerkt, zoals hier in lokaal 1.06 (toekomstig multimedialokaal)
iI De binnenraamtabletten zijn oñntel in geschilderd hout (ramen aan de tuinzijde), in zwarte natuursteen (ramen aan voorzijde), in rouge royale (lokaal 1.06) of in eternit (lok. 1.04, 05,14 en 15). Verder waren alle ramen voorzien van luiken. De duimen zijn nog bijna overal aanwezig. Verder zijn er nog haken in het metselwerk te zien om de luiken vast te zetten. Ook de bovenzijde van het schrijnwerk was soms voorzien van een haak om de luiken dicht te houden. De luiken staan momenteel gestockeerd in lokaal
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
17156
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
DIAGNOSENOTA
0.05. Bij de luiken van het gelijkrrloers zijn de latjes van het bovenlicht zo geplaatst dat er "inkijk" mogelijk is, deze ter hoogte van de vleugels zorgen eruoor dat er niet kan binnengekeken worden. De luiken van de verdieping zijn allemaal zo opgebouwd als deze van de bovenlichten op het gelijktrloers.
Op de bovenste verdieping komen opgehoogde half ronde ramen voor, 2" helft 20ste eeuw, met twee vleugels, sluitend met spanjolet, De binnenzijde van de ramen werd recht uitgewerK. De ramen van de mezzanine zijn niet meer de oorspronkelijke van de verbouwing (vermoedelijk rond 1870), gezien de foto's van rond 1900 ramen tonen met een waaiervormverdeling.
.
DAKKAPELLEN
Op de verschillende daken komen een 6-tal dakkapellen voor. Nog één enkele heeft een uitbekleding in natuurleien, alle andere werden al met zink uitbekleed, Ook de verschillende raamtypes duiden aan dat er al heel wat verbouwing aan deze dakkapellen uitgevoerd werden.
De verbinding tussen het voorste en het achterste dak verloopt via een doorgang, uitbekleed met dakpannen. Foto 1: rechterzijgevel, Foto 2:
1647107
achtergevel
INVENTARISATIE
-
foto 3:
linkerzijgevel foto 4: doorgang
OIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
tss 2 daken
18/56
STEDELIJKE ACADEI\4IE VEURNE
.
RESÏAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
DEUREN
Toegangsdeur voorgevel is nog origineel, of toch 19d" eeuws. Het is een vleugeldeur met tweedelig bovenlicht, koperen deurknoppen en een gesmede ijzeren hangbel, De koetspooft aan de zijvleugel is gelijkaardig, met hetzelfde ruitmotief opgebouwd. De deur aan de achtergevel getuigt van een soberder uitvoering en is een opgeklampte deur, ook met tweedelig bovenlicht.
GEVELAFWERKINGEN
.
NATUURSTEEN
Zowel architraaf rondom de voordeur(en), de horizontale gesculpteerde lijst tussen gelijkvloers en nivo 1 en de kroonl'rjst bovenaan zijn gemaakt uit een krijtsteen van Avesnes. Op de achtergevel is deze kroonlijst gedeeltelijk afgekapt.
1647n7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERÂNTWOORDINGSNOTA
1
9/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
ÐIAGNOSENOTA
Nog op de voorgevel komt een doorlopende arduinen lijst voor die het onderscheid maakt tussen de
plintzone en het bovenliggende pleisterwerk,
.
BAKSTEEN
De bestaande vooroevelmetselwerken zijn opgetrokken in een Westhoekse geel-roze handvormbaksteen met formaat 220 x 110 x 45 mm en in staandverband gemetst (foto). Op het gelijlcvloerszijnze reeds verdiept gemetst om de belijning in het pleisten¡lerk te accentueren. Op de achteroevel komen verschillende baksteenformaten voor, daar deze gevel heel wat verbouwingen achter de rug heeft. De baksteen zoals in de voorgevel zien we duidelijk terug in de rechter 4 traveeën van de achtergevel. Bij de linker 4 traveeën komen er verschillende baksteenformaten voor. Duidelijk is de rode baksteen die gebruiK werd bij de herstelling na de bominslag van WO I (foto). De op hun kant geplaatste baktenen die de streklaag boven raampositie zijn laat 20ste eeuws. De uiterst linker travee (foto), de latere aanbouw van de jaren 1980, is gebouwd in een baksteen die wou gelijkend zijn op de originele steen.
.
CEMENTERING
Op de voorgevel is de onderste strooK onder de arduinen doorlopende dorpel, met een egale cementering
De achtergevel heeft een cementering
.
in
rotseenruerk, die sterk venryeerd is.
DAKBEDEKKING
Er komen verschillende dakafwerkingen voor. De originele, en oudste zijn vermoedel'tjk de leien añruerkingen op de dakuitbouw van de linkervleugel en op enkele dakkapelletjes. De eerste dakuitbouw is grotendeels bedeKe met zwafte holle pannen. De achterste dakuitbouw grotendeels uit rode, mechanische pannen.
1647ß7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
20/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
Verder komen nog zinken, platte daken en een enkel stukje roofing dak voor. De meeste dakkapellen zijn met een zinken bedaking
o
AFWATERING
Alle bak- en tussengoten bestaan uit zink. Afdekkingen van natuurstenen druiplijsten en raamdorpels om de natuursteen te beschermen zijn uit zink of lood.
Aan de voorgevel zijn momenteel geen regenwaterafuoeren te zien. Ze lopen op de zijgevels en op de achtergevel. De opgehoogde bakgoot aan de achtergevel is bovendien uitbekleed met plastieken
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
21t56
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
DIAGNOSENOTA
INVENTARIS VAN DE INTERIEURELEMENTEN ALGEMEEN
.
STRUCTURELEVLOEROPBOUW
Omwille van het feit dat het klooster ontstaan is uit een oudere kern van het huis "knibbe", zien we een duidelijk verschil in de opbouw van de roosteringen en van het gebouw. De oudste kern, het huis knibbe, is de structuur opgebouwd met moer- en kinderbalken, waarop dan de beplanking werd aangebracht. De andere structuren, daterend van 1821, zijn opgebouwd uit grote houten kepers, waarop de beplanking rechtstreeks aangebracht werd. Deze kepers zijn tussen nivo 0 en t +l- 25 cm hoog op 13 cm breed. op de verdieping zijnze +l- 20 x 13 cm.
GELI'I(ÚLOERS
lokaal 0.01
Inkomhal met originele toegangsdeur met bovenlicht. Eenvoudig stucplafond met kooflijst. Plafondveld zonder roæs. Nog originele vleugeldeur met chambranles naar aanpalende lokalen links en rechts. Kofte tijd na de bouw later toegevoegde deur naar de centrale, dwarse gang en trapzaal (stucwerkplafond loopt door als één geheel). Vloer niet meer origineel (keramische tegels). KAMER DIRECTEU
1647n7
lokaal 0,02
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
22t56
STEDELIJKE ACADE[/IE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
Salon met schouwmantel in zwafte met witte marmer. Mooi uitgewerkt stucwerkplafond met versierde kooflijst (3D-druiventrossen) en sterk uitgewerkte rosas. Origineel schrijnwerk naar de inkomhal en - achter een latere wand verborgen - achterliggende kamer. Buitenschrijnwerk nog vermoedelijk origineel, met zwaft marmeren binnenraa mtabletten. Vloer en wandafi¡rerking niet origineel, ONTVANGSTKAMER NAAST INKOM, lokaal 0.03
Klein salon rechts van de inkom, Nog originele planken vloer. Stucwerkplafond met eenvoudige kooflijst, behangen. Nog origineel buitenschrijnwerk (fase 1821) met oorspronkelijk hang-en sluitwerk, en binnenschrijnwerk met de inkomhal: vleugeldeur bestaande uit twee panelen en opgehangen aan scharnieren. SALON, latere bi
lokaal 0.04
Salon met zwafte schoorsteenmantel met versieringen in bronzen of koperen plaquettes. De schouwboezem met lijst en bovenste gedeelte in stucwerk. Origineel stucwerkplafond met eenvoudige koof maar
uitgewerkte rosas. Vermoedelijke originele planken vloer onder de huidige osb-beplating. Vroegere deuropening links van de schouw, dichtgemaakt. Originele deur met naastliggend salon 0.05.
1647107
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
23/56
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
DIAGNOSENOTA
lokaal 0.05
SALON latere
I
Salon met originele schouwmantel en -boezem. Stukwerkplafond verdwenen, enkel nog een kooflijst aanwezig. Originele houten buitenschrijnwerk, doch met vernieuwd hang-en sluitwerk. CENTRALE GAN
ruimte 0.06
Centrale gang van oost naar west, met aansluiting op de inkomhal en de traphal. Plafonds in stucwerk met eenvoudige lijsten (doorlopend geheel met inkomhal 0.01) en kleine rosas (zone tegenover traphal). Wordt aan weerszijden tov van de traphal afgesloten met een dubbele vleugeldeur. Vloer is niet meer origineel.
ruimte 0.07
1647n7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
24156
STEDETIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
Ruimte met trap in empirestijl en gebogen achterwand waarrond de trap zich draait. Duidelijke scheiding van de centrale gang dmv gepleisterde bal( gedragen door gekoppelde corintische zuilen, Plafondveld met versierd lijstwerk en centraal rosas, oorspronkelijk in beigegrijs genuanceerde magere olievef. Behangen wanden, oorspronkelijk in grijswitte marmerimitatie met hoge natuurstenen plint, Originele vloer verdwenen. Trap nog met originele donkerbruin geoliede afwerking, spijlen in bronsimitatie, KAPEL aan
straatzijde, toekomstig secretariaat, lokaal 0.08
Originele añruerkingen van 1821 verdwenen. De oudste teruggevonden afwerkingen dateren van 1859 : de bouw van de kapel, en dus niet van de burgemeestenrrroning 1821. De originele elementen van 1859 zijn op de zuidwand de rocaille met twee pilasters met rondboog, de plafonlijsten en rozet in verschillende pasteltinten. Verder komen nog een eerste neogotische fase voor, en een tweede neogotische fase, waarin de rest van de kapel versierd werd met de ritmerende pilasters. Geen originele vloeren meer. Momenteel alles monochroom geschilderd en als vloer laat 20st eeuwse keramische tegel, KAPEL aan
tuinzijde, gedeelte afbraak, gedeelte toekomstig secretariaat, lokaal 0.09
Latere aanbouw voor uitbreiding kapel van in 1934. Plafond reeds verwijderd, geen historisch waardevolle kenmerken. Zelfde vloer en wandaflruerkingen als in kapel 0,08.
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
25t56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
KLEIN SALON, toekomstig sanitair, lokaal 0.10
Kleinere kamer, behangen, zowel wanden als plafond. Twee vleugeldeuren naar aanpalende lokaal 0.09, grote diepe kast ten noorden en op de oostwand een schouw met eenvoudige mantel maar met stucwerk versierde boezem. Plafond omlijst met eenvoudig profiel, Vloer uit cementtegels oker / bordeaux / zwaft KLEIN LOKAAL, toekomstige berging, lokaal 0.11
Klein lokaal dat uitgeeft op de tuin. Origineel buitenschrijnwerk met hang-en sluitwerk, identiek aan dit in
lokaal 0,03. Wanden en plafond - met klein rozet - afgewerK met behang. Deur met lokaal 0,10 en lokaal 0,12. in hoek met 0.12 een ingewerkte kast. Zelfde cementtegelvloer als lokaal 0.10. ACHTERINGANG, lokaal 0.12
tr 1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
26/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BI-AUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
Doorgang van traphal 0.07 naar de tuin. Asymmetrische opgeklampte deur met bovenlicht. Wanden en plafond doorlopend behangen, geen lijsten. Vloer tweede helft 20ste eeuw. KLEIN LOKAAL, toekomstige berging, lokaal 0.13
Berging aan achterzijde van trap, met zicht op de tuin. IngewerKe kast onder de ronding van de trap, vloer in kleine zwafte tegels KEUKEN, lokaalAMV 1, lokaal 0,14
Lokaal uit'de kern "knibbe" , wat hoger gelegen omwille van onderliggende kelder. Vroegere keuken met nog de aanwezige gootsteen, waaruoor raam werd opgemetst. Doorgang met lokaal 0.15 naast ingebouwde kasten. Lift van de traphal neemt hier een deel van de ruimte weg, Plafondopbouw door twee uitgepleisterde moerbalken. Alle velden eenvoudig glad gepleisterd, zonder versieringen. Vloer tweede helft 20't' eeuw.
1647ß7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
27t56
DIAGNOSENOTA
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
lokaalAMV 2, lokaal 0.15
I
t
Eveneens een lokaal uit de kern "knibbe", met één travee uitgebreid in de jaren'8O van de vorige eeuw Moerbalken verborgen onder het pleisterwer( alle afwerkingen zijn 20 ste eeuws.
1647
ß7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANMOOROINGSNOTA
28t56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
DIAGNOSENOÏA
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
VERDIEPING TRAPHAL, lokaal 1.01
¡il 3lt
ll!
II
rl r¡ '= ñI
I
-t
Centrale traphal in de woning, qua añruerking een verderzetten van het gelijlo/oers, Plafond met sterk versierde stuc kooflijsten, met centraal een groot rozet, Plafondveld en wanden momenteel behangen. Originele binnen
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
29/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
GANG WEST en OOST, lokaal 1.02 en lokaal 1.03
tt fI I
t
Wanden in gang west met behang afgewerkt. Plafondlijsten in geschilderd stucwerk, veld in behang zoals de wanden. In gang oost is de afuierking egaal schilderwerk, het plafond met zelfde plafondlijst als in gang west, maar zonder behang in het veld. Plafond zwaar aangetast door insijpelend vocht. Vloeren in houten planken, niet getamponneerd. KAM
later multi
lokaal 1.04 en 1.05
Twee aanpalende kleine kamers, afgewerkt met behang. Schrijnwerk van latere datum, raamtablet en wandplaat met asbesthoudend materiaal. Aan westzijde twee ingewerkte kasten. Vloerafwerking met plankenvloeren, niet getamponneerd, SALON, later multimedia, lokaal 1.06
lr hrt¡ l-----1
-
1647n7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
30/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
Salon in de linkervleugel aan de straatzijde. Wanden en plafond van elkaar gescheiden door eenvoudige kooflijst, alle velden behangen. Op de westwand centraal een schouw met mantel in rouge royale en details in cararra, de boezem versierd met stucwerk. Aan beide z'rjden geflankeerd door een ingemaakte kast met paneelvleugeldeuren, Aan de zuidzijde twee ramen, reeds vernieuwd buitenschrijnwerk, maar de dagkanten van de omkasting nog authentiek. Noordwand met twee paneeldeuren die toegang geven tot resp, lokaal 1.04 en 05. De oostzijde met raam en zelfde paneeldeur die uitkomt in lokaal 1,07 en de staft is van de enfìlade. Plankenvloer ín het salon getamponneerd en afgeboord met donkere strook die de hoeken accentueer.
NAASTLIGGENDE RUIMTE SUITEKAMER, wordt berging, lokaal 1.07
I
T
È
Kleine ruimte, verbinding tussen de gang en lokaal 1.06, afgewerkt met behang op alle wanden en plafond, en verder voorzien van kasten met paneeldeuren. Plankenvloer met sporen van getamponeerde loper. Buitenschrijnwerk reeds vernieuwd. Binnenraamtablet in hout,
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
31/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
SU
wordt
DIAGNOSENOTA
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
lokaal 1.08
Salon aan de straatzijde, de meeste añruerkingen zijn verdwenen, Oorspronkelijke plankenvloer, getamponeerd en afgeboord, en plafond met lijst zijn nog aanwezig. Voor de rest is alle venruijderd en /of vervangen. Nog enkele sporen van jute wat wijst op de oorspronkelijke wandbespanning, Buitenschrijnwerk niet meer origineel. Binnenschrijnwerk: nog een authentieke deur aanwezig met de gang.
SUITEKAMER, wordt klarinetlokaal, lokaal 1.09
I I
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
32/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEI\4MING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
Opeenvolgend salon aan de zuidzijde. De meeste añruerkingen zijn verdwenen/ nog originele behangpapieren aanwezig, In de westwand centraal een schouw met marmeren mantel en boezem in stucwerk. Plafond nog redelijk intact met eenvoudige kooflijst en centraal rozet. Intacte houten plankenvloer zonder tamponering. Buitenschrijnwerk niet meer origineel. Originele paneeldeur met de gang, met een scharnierende onderverdeling over de ganse lengte. SUITEKAMER, wordt'fluit1okaal, lokaal 1.10
rlI
!p
ilE
Opeenvolgend klein salon aan de zuidzijde. Nog originele behangpapieren aanwezig, Plafond nog redelijk intact met eenvoudige koofl'rjst en centraal - klein - rozet. Intacte houten plankenvloer zonder tamponering, Buitenschrijnwerk niet meer origineel. Originele paneeldeur met de gang aan noordwand. Naast die deur zit een schouwkanaal, in een kast uitgewerkt. SUITEKAMER, wordt gitaarlokaal, lokaal 1.11
1647 t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
33/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURqTIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
Uiterste lokaal van de reeks aan de straatzijde, Nog restanten van structuur waarop een wandbespanning was aangebracht aanwezig. Plafond met eenvoudige kooflijst en centraal rozet. originele houten plankenvloer zonder tamponering. Buitenschrijnwerk niet meer origineel. Originele paneeldeur met de gang aan noordwand verdwenen, chambranles nog aanwezig. Naast die deur zit een latere deuropening, Marmeren schouwmantel verdwenen, schouwboezem met stucwerk, De ingemaakte kasten links en rechts van de schouw zijn grotendeels verdwenen. SALON AAN TUINZIJDE, wordt lokaal kamermuziek, lokaal 1.12
rl lllf¡ l¡ tll
Lokaal aan de tuinzijde van het gebouw, uit de kern "knibbe". Aanpalend nog een paar kleine lokaaltjes, van de aanbouw van de jaren 90. Sterk verbouwde ruimte, de tussenwanden zijn ondeftussen venrvijderd. Gedeelte plafond pleistenruerk, gedeelte nog vals plafond. Plankenvloer nog grotendeels origineel. Buitenschrijnwerk reeds vernieuwd, toegangsdeur tot lokaal
verdwenen, chambranles nog aanwezig.
1647ß7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
34/56
STEDELUKE ACADEMIE VEURNE
SALON AAN
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
wordt lokaal
DIAGNOSENOTA
, lokaal 1.13
Lokaal aan de tuinzijde van het gebouw, uit de kern "knibbe". Plankenvloer nog grotendeels origineel. Uitbouw in lokaal van de later aangebrachte liftschacht. Aan de zuidwand een schouw met zwaft geschilderde houten mantel, en boezem in stucwerk. Plafond onderuerdeeld in drie velden dmv gepleisterde balken. Middenveld en noordelijk veld versierd met eenvoudige lijst en bloemmotief in de oofies. LOKAAL AAN TUINZIJDE,
wordt sanitair heren, lokaal 1.14
t.' I
ti il
rl
i
1647
n7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
35/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
Eenvoudig klein lokaal!'e links van de traphal en zicht op de tuin. Verbindingsdeur aanwezig tot naastliggende lokaal. Wanden en plafond behangen. Plafond nog met eenvoudige kooflijst en centraal klein rozet. Originele plankenvloer, met tamponering en donkere afboording LOKAAL AAN TRAPHAL, wordt sanitair dames, lokaal 1.15
Eenvoudig klein tussenliggend lokaaltje links van de traphal en zicht op zijkant. Verbindingsdeur aanwezig
tot naastliggende lokaal 1.14. Wanden en plafond behangen. Plafond nog met eenvoudige kooflijst, zwaar beschadigd. Originele plankenvloer, met tamponering en donkere afboording. Eenvoudige kast onder de zoldeftrap,
1647
107
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANMOORDINGSNOTA
36/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
3.
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
DIAGNOSENOTA
BUITENRESTAURATIE
.
FUNDERINGEN
Bij het nazicht van de toestand ter plaatse worden geen vaststellingen gedaan van verzakkingen en of bijzondere scheuren die zouden kunnen wijzen op een slechte of gebrekkige fundering van de bestaande bebouwing.
Algemeen kan gesteld worden dat de oorspronkelijke bouw uit 1820 met hoogwaardig materiaal werd uitgevoerd. Het ligt dan ook binnen de verwachtingen dat ook voor de funderingen degelijk materiaal
gebruiK werd. Een aantal controles van
de bestaande toestand van de funderingen dienen ter plaatse te worden uitgevoerd, vooral dan in functie van de vele niveauverschillen die zich in de bevloeringen voordoen
Hoe dan ook zal een statische berekening uitsluitsel geven over het opvangen van de neerdalende lasten, vooral in het kader van het gebruik en de bijkomende belastingen. In functie van de eventuele ondergrondse nieuwbouw is het geraadzaam om voorafgaande een grondboring te laten uitvoeren, teneinde de samenstelling en weerstand van de ondergrond te kennen.
.
OPSTIJGEND VOCHT
Er is zowel een probleem van opstijgend vocht als van zalorocht; enezijds van afstromend water van de achtergevel en regenwater in de schouwpijpen.
Door de lange leegstand van het gebouw is een bijkomende duidelijke vochtmeting bij middel van een carbideproef aangewezen. Dit onderzoek kan uitgebreid worden met een onderzoek naar de concentratie aan zouten in het pleisterwerk en in de achterliggende muren. Afhankelijk van de resultaten van deze meting wordt rekening gehouden met volgende werkwijze : Afkappen van de onderste delen van het pleisterwerk (ca. 30 cm boven het afgewerkte niveau van de bevloering). Dit mag enkele op aanduiden en na overleg met de bevoegde instanties, daar sommige bi n nenpleisterwerken bela ng rijke polychrome aflruerki ngen bevatten. Injecteren van de muren door middel van een waterafstotende emulsie-gel op basis van silanen en
-
-
siloxanen. Na uitdrogen herpleisteren van de zones met een saneringspleister
¡
RIOLERINGEN
Het bestaande rioleringsnet voldoet niet meer aan de huidige eisen, Nu wordt er een nieuw rioleringsnet met gescheiden afualwatersysteem met een stelsel voor regenwater (regenwateftanks a rato van ca 10.000 of 15.000 liter) en een stelsel voor afualwaters en feacaliën (naar de openbare riolering) aangelegd.
.
METSELWERKEN+VOEGWERKEN
Het bestaande metselwerk en voegwerk is over het algemeen nog in relatief goede staat. Hier en daar komen er barsten scheuren voor, zoals op de linkervleugel, aan het rechter gelijkvloerse, dichtgemetste raam (foto 1 en 2), waar de veftande vefticale barst zich tevens aftekent in de raamdorpel en
/
de gecementeerde plint. Ook op de achtergevel (foto 3) komen verschillende getande diagonale barsten voor. Rollagen van lintelen vertonen barsten. Voegwerk komt op deze plaatsen ook los.
1647 t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
37 t56
STEDELUKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
De dagkanten van meerdere ramen van de voor- en achtergevel zijn beschadigd ter hoogte van de ingewerkte duimen van de luiken die sterk verweerd zijn. De bakstenen en het voegwerk komen los. Er werden al pogingen ondernomen om het voegwerk voorlopig te herstellen, echter met een cementmoftel die te hard is voor deze soott baksteen, zodat de schade nog groter wordt.
t
Het metselwerk van de bovendakse schouwen is op sommige plaatsen sterk uitgeloogd. De bakstenen komen erdoor zelfs los te liggen.
¡
NATUURSTEEN+VOEGWERKEN
De doorlopende
arduin (petit granit) lekdrempels boven de gecementeerde plint van de voorgevel is op een - zie foto boven -
aantal plaatsen gebarsten en delen eruan zijn uitgebrokkeld. Op de linkerzijvleugel
ontbreekt een stuk. De arduindorpel onder de toegangsdeur is gebarsten, de bolders aan de straatzijde (foto boven) vertonen veel slijtage.
De andere natuursteen die veelvuldig voorkomt is de krijtsteen van Avesnes. De
doorlopende
lekdrempels in die witte steen, zowel tussen nivo 0 en 1 als de sterk getande lijst tussen nivo 1 en de zolderverdieping vertonen veel slijtage. Deze gaat van afbrokkeling van de natuursteen tot ganse stukken die reeds verdwenen z'rjn. Aan de achtezijde zijn verschillende raamdorpels uit Avesnessteen gemaaK. Deze zijn sterk gebarsten. Het linteel boven de toegangsdeur is gebarsten. Boven de rechteftoegangsdeur, die later een raam werd, is de natuursteen zelfs uitgekapt om een rooster te kunnen plaatsen, Aan de achtergevel werd de kroonlijst in avesnes om een of andere reden afgekapt. Op de zolder werden grote blokken aangewend onder de muurplaat, Buiten wat verwering zijn ze nog in relatief goede staat.
1647ß7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
38/56
STEDELIJKE ACADEIVIIE VEURNE
DIAGNOSENOTA
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
l*+a
I
.
VERDEREGEVELAFWERKINGEN
Aan de voorgevel werd de plint onder de arduinen lijst qecementeerd. Vooral aan de rechterzijde is deze gescheurd of uitgebulkt. Verder is ze in relatief goede staat, Rotseerwerk op de plint aan de achtergevel is sterk verweerd en op plaatsen grotendeels verdwenen, Schilderwerk op de krijtsteen is verpoederd. De zinken afdekking van de natuurstenen leklijsten is sterk verweerd. Muurankers zijn sterk geroest in de achtergevel. Net als de duimen en vastzettingshaken van de luiken (zie hoger). Betonnen deksteen op de attiek heeft uitgeloogde voegen.
\\ -.\ì :l
1647107
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
39/56
STEDELUKE ACADEMIE VEURNE
.
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
DAKWERKEN
Hier en daar komt er een uitgezakte dakpan voor. De rode, vlakke mechanische gebakken aarden dakpannen van op het dak van de achtergevel zijn nogal schilferachtig. De pannen hangen met roestige panhaken op de pannenlatten. Langs de binnenzijde zijn ze aangemorteld. Op het noordelijk georiënteerde dak zijn ze sterk bemost. De moftel aan de nokpannen is soms verdwenen, De zwafte dakpannen op het voorste dak zijn in redelijk goede staat. De nog aanwezige leiendaken zijn ook in relatief goede staat, net als de zinken daken, a
BUITENSCHRIJNWERK
De oudste eiken schrijnwerken werden reeds veelvuldig hersteld (verbouwd aan aangepast) en zijn bovendien op vele plaatsen vrij zwaar aangetast (inrotting, verzakkingen en talrijke losgekomen houtverbindingen), Een raamherstel (zo dit hoegenaamd al mogelijk zou zijn) is niet alleen uitermate moeilij( maar gaat bovendien slechts op voor enkele zeldzame elementen. Bovendien kunnen dergelijke ramen niet voldoen aan de hedendaagse eisen tot beperking van warmteverlies, Gezien de profilering volledig bekend is kan de binnen- en buitenvorm van het schrijnwerk bewaard blijven en gereconstrueerd, terwijl de profilering naar hedendaagse normen wordt aangepast (voorzien van dubbel thermisch en akoestisch isolerende beglazing, hedendaagse sluitingen bij middel van neopreendichtingen met ontspanningskamer, condensafuoeren, ...). Het buitenschrijnwerk is er slecht aan toe. Door de jaren heen werden al af en toe stukken vernieuwd, maar het grote onderhoud is achtergebleven. Mastiek en verf zijn op veel plaatsen grotendeels verdwenen, Indien nog glas aanwezig is het enkele beglazing, hier en daar nog origineel, of vervangen door een houten plaat. De weldorpels zijn meestal in heel slechte staat, De ramen sluiten nog moeilijk, of kunnen niet meer open.
Van de buitendeuren zijn de onderregels meestal wel verdwenen of ingerot,, Vooral de onderdelen die last hebben van opspattend water, zoals hier de achterdeur, en het hang- en sluitwerk verdienen een grondig nazicht. De luiken zijn reeds afgenomen en hersteld,
De dakkapellen zijn allemaal in niet zo'n goeie staat. Het houtwerk is sterk ingerot en dient grotendeels te worden veryangen.
.
GOTEN EN REGENWATERAFVOEREN
Ter hoogte van de gootlekken regent het binnen, onderliggende structuren zijn reeds ingerot. Algemeen zijn de zinken bakgoten sterk gecorrodeerd. Sommige stukken werden voorlopig met asfalt opgelapt.
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
40/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
De regenwaterafuoeren: het grootste deel van de afuoer aan de linkerzijgevel (waar de nieuwe garage werd gebouwd) is verdwenen, waardoor al het water langs de gevel loopt. De afvoeren op de achtergevel zijn sterk gecorrodeerd een aan vervanging toe,
BINNENRESTAURATIE
.
VERWIJDEREN VAN LATER AANGEBRACHTE INGREPEN
o
LIFT
In de centrale traphal werd er ooit een lift geplaatst. Deze inbreuk is duidelijk zichtbaar in het naastliggend lokaal 0.14 en 1.13. en op de zolder. Storend is ook de metalen liftdeur in de empire traphal. Wat minder zichtbaar is, is dat er daardoor een stuk kelder niet meer toegankelijk werd gemaakt. Via een gat, dat gemaaK werd in de bestaande vloer werd de kelder voor inspectie weer tijdelijk bereikbaar gemaakt. Het is duidelijk te zien dat de verbinding met de andere kelder dichtgemaakt werd voor de liftschacht. þ"¿r¡¡?
;*'
r*j
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
41156
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
¡
{
O
LEIDINGEN TECHNIEKEN
Later aangebrachte leidingen voor technieken, gelukkig veelal in opbouw, werden heel storend aangebracht en dienen venrvijderd te worden. Hier in lokaal 0,04: leidingen bovenop de rozet en stucwerk, zwevend in de lucht...
-
Veel vloeren, vooral op de gelijkvloerse verdieping werden de oorspronkelijke bevloering vermoedelijk planken vloeren - verwijderen en vervangen door 20'te eeuwse keramische vloeren, In de inkomhal, de centrale gang en de traphal komt dezelfde grijsgespikkelde vloer voor met zwaÈe afboording. Ook in lokaal 0.02, 0,05 (zie foto) en 0,14 en 15 is de originele vloer verdwenen.
1647ß7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
42t56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
.
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
STRUCTUREEL
O
ONVOLDOENDESTABILITEIT
In de lokalen AMV 1 (0.14) en AMV 2 (0.15) zijn de bestaande balken niet voldoende om de bovenliggende ruimten te kunnen gebruiken met een normale belasting. De bestaande balk, die door de liftschacht onderbroken wordt is zeker niet meer efficiënt.
o
MNTASTING HOUT: ZWAMMEN
Wegens de jarenlange leegstand en insijpelend water werd een gunstig klimaat gecreëerd voor de ontwikkeling van zwammen. Bij nader onderzoek werd gelukkig geen huiszwam aangetroffen, en na het stopzetten van de vochtige omgeving werd de actieve zwam ook stilgelegd. Dit heeft wel gevolgen voor het hout, dat door kubisch rot werd aangetast, De stabiliteit van het hout kan op sommige plaatsen onvoldoende zijn, Op de zolder zou er, op de muurplaten en de borstwering onder de zakgoot tussen de beide zadeldaken, toch sporen zijn van een huiszwam. De vochtaanvoer werd stopgezet, maar het hout is aangetast, Ook de voet van het hoeKpant is sterk ingerot ingevolge een vroeger lek.
o
AANTASTING HOUT: HOUTBORENDE INSECTEN
er in het gebinte een sterk actieve aantasting van de kleine en de grote klopkever aanwezig, zichtbaar op de sloffen onder de spantvoeten, de muurplaten, de gordingen en de kepers van de olmen dakconstructie. Dit heeft wel gevolgen voor het hout, dat door kubisch rot werd aangetast. De stabiliteit van het hout kan op somm onvoldoende Vooral op zolder is
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
43/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
O
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BI-AUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
BRANDBEVEILIGING,
Daar de historische kuip van het gebouw één compartiment is moeten er in principe geen eisen gesteld worden aan de brandveiligheid. Maar in principe moeten voor de houten structuren wel brandstabiliteit bezitten, Zoals de vloeren nu geconcipieerd zijn, kunnen de gestelde eisen niet gehaald worden.
.
PLEISTERWERKEN
De bestaande pleistenruerken bestaan uit kalkpleister. Gezien de historische aflrverkingen in empirestijl, wordt er hier geopteerd om zoveel mogelijk pleisterwerk te behouden, vooral in de lokalen op het gelijkrrloers waar
het stucwerk vooral geschilderd werd,
Op de verdiepingen werden de wanden, na het aanbrengen van een pleister, meestal voorzien van een wandbehang of bespanning. Schade die voorkomt aan pleisterwerk, is vooral aan de plafonds door vochtinfiltratie. Anderzijds zijn er hier en daar barsten en scheuren, maar de schade is beperkt.
o
BINNENSCHRIJNWERK
o
BINNENDEUREN
De meeste binnendeuren hebben de empireañruerking van in 1821. De schade is beperkt, vooral wat nodig is aan de bestaande deuren is nazicht van het hang- en sluitwerk en de ophangingen noodzakelijk. Verder zijn er heel wat deuren verdwenen.
o
1647ß7
KASTEN
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
44t56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
O
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
TRAPPEN
De empiretrap in de centrale traphal veftoont weinig schade, ndere tra van nivo 1 naar ook behouden.
De
1647ß7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANMOORDINGSNOTA
45/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
4.
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
BESTEMMINGSNOTAEN PLAN
te lezen uit de opbouw van het geheel. Er wordt rekening gehouden met het meest waardevolle deel van dit klooster, nl de omvorming tot burgemeesterswoning van 1821 met de geintegreerde oudere kern van huis Knibbe. De evolutie van dit gebouw is mooi af
Dit houdt in dat de uitbouwen en stallingen, die van latere datum zijn, afgebroken worden.
De
kapeluitbreiding wordt tenietgedaan. De rechterzijvleugel, die er oorspronkelijk om een onbekende reden niet gebouwd werd, maar later wel een ommuring in dezelfde contouren als de linkeruleugel kreeg blijft behouden, Om de symmetrie te vervolledigen wordt hij zelfs hoger opgetrokken zodat er een visuele eenheid in het volume is. De afwerking blijft behouden met dezelfde materialen, maar met een kleine accentverschuiving zodat het toch duidelijk is dat dit gedeelte geen restauratie is.
Om dit gebouw om te vormen tot een muziekchool werd zoveel mogelijk van de bestaande structuur behouden. De indeling blijft quasi gelijk als de oorspronkelijke indeling, Dit kon door op het gelijkvloers, in
de meest waardevolle interieur-lokalen, het secretariaat, de directeur en verschillende vergaderzalen en studieruimtes onder te brengen. Op de verdieping was de enfilade van lokalen dan een mogelijkheid om de verschillende praktische leslokalen in onder te brengen. Een groot probleem kan daar echter de akoestiek zijn. Om lichtinval in de klassen op zolder de creeëren wordt de bestaande zakgoot verw'rjderd, de bestaande daktructuur gedeeltelijk weggebroken en een glazen volume ingebracht zodat ook de zolderverdieping kan gebruiK worden, De bestaande bijgebouwen worden afgebroken,
in de plaats daaruan komt er een nieuwbouw
waarin
onderandere de technische installaties ondergebracht worden.
Dit gebouw herbestemmen tot een muziekschool, een school zonder permanente bezetting, is geen sinecure. Vooral de akoestische eisen zijn hier heel hoog en vragen heel wat aanpassingen aan deze historische setting. Dankzij het ontdubbelen van de deuren van de klaslokalen en het aanbrengen van akoestische wandbespanningen worden hier grote inspanningen geleverd om toch de voldoen aan de hedendaags eisen in een historisch kader. Een andere problematiek zijn de houten roosteringen, die moeten kunnen voldoen aan de (brand)stabiliteit. Daarom worden de structuren van de verdiepingen ontmanteld, brandvrij gemaakt en verstevigd, om dan de originele plankenvloer te kunnen terugplaatsen.
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
46/56
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
STEDELIJKE ACADEI\4IE VEURNE
5.
DIAGNOSENOTA
DEVERANTWOORDINGSNOTA
O DE ALGMENE RESTAURATIEOPTIE De volgende optie werd genomen, na de
verschillende opmetingen, vooronderzoeken,
herbestemmingsplannen en de voorontwerpvergaderingen: Behoud van de toestand 1821: Deze optie houdt in dat de bestaande delen van het gebouw van de toestand van 1821 of de bouw door architect Grawez bewaard blijven. Vooral voor de interieuraf,¡¡erkingen is deze fase belangrijk, Anderzijds
wordt er ook niet te drastisch te werk gegaan en houdt dit niet in dat we alles van latere aanpassingen verwijderen. De meeste latere toevoegingen uit de 19de en 20ste eeuw worden verw'tjderd of -zo zij plaatselijk toch behouden blijven
.
-
visueel en vormelijk onderscheiden van de toestand 1821.
In principe zou deze optie ook inhouden dat het ophogen van de attiek en het terug aanpassen van
de halfrond ramen op de mezzanine aangepast worden, Er wordt echter geopteerd om
. . . . . o
deze
aanpassing te behouden, De tweede ingang in de voorgevel, die later omgebouwd werd tot raam, blijft een raamopening, het herinrichten van de huidige voortuín door venruijderen van de beplantingen en hekkens en volledig betegeling als voorplein D€ uitbouw achter de linker zijvleugel (= kapelruimte) wordt grotendeels verwijderd, Doch wordt de
oorspronkelijke achtergevel op het gelijkvloers niet volledig een 'buiten' gevel daar er nog een verbindingang blijft op het gelijkvloers, zodat enerzijds, een gemakkelijker circulatie ontstaat op het gelijkvloers, anderzijds, op de verdieping een nooduitgang kan gemaakt worden. De twee raamopeningen in de voorgevel, die tijdens de uitbouw van de kapel dichtgemaaK werden, worden weer opengemaakt. De aanbouw aan de westz'rjde wordt verwijderd. De vroegere stallingen en schoollokalen hebben niet die architecturale waarde dat ze expliciet moeten behouden blijven. De later aangebrachte ommuring, die de contouren van de rechtervleugel aangeeft, symmetrisch van opbouw met de linkervleugel, blijft behouden. Sterker nog/ er wordt geopteerd, hoewel het ontwerp van Grawez geen linker vleugel vermeld, om toch het classicistische denken aan te houden en de symmetrie te voltooien door de rechteruleugel op te trekken, het wordt echter geen complete kopie van de linkervleugel, maar kleine details in gevelañruerking en schrijnwerk zullen aantonen dat deze werken van de 21tt" eeuw zijn.
Specifiek houdt dit in voor de restauratie VOORGEVEL Uit oude foto's en archiefmateriaal en onderzoek ter plaatse kan er een duidelijk beeld gevormd van hoe de afwerking van de voorgevel was. Pleisterwerken: de voorgevel wordt gans gepleisterd met een kalkpleister, uiteraard na nazicht en herstel van het bestaande metselwerk. Op het gelijkvloers wordt de horizontale belijning in het
.
pleisterwerk met de vefticale accenten aangehouden zoals weleer. Daarbij worden de raamopeningen geaccentueerd door een eenvoudige omlijsting rondom het raam. Vanaf de lijst naar de verdieping wordt het pleisterwerk egaal uitgevoerd, de raamomlijstingen conform die van het gelijkvloers, Idem voor de attiek. De ganse gevel wordt daarna geschilderd in een
natuursteenkleur met een silicaatvetf, Specifiek houdt dit in: Algemene reiniging van de gevel Afbraak van raamvullingen (linker en rechter zijvleugels)
o o o
1647107
Plaatselijk herstel van beschadigde baksteen. Dit omvat een beperkte veruanging en of aanvulling van te zwaar beschadigd baksteenmetselwerk (kogelgaten, venrueerde stenen onderaan de muren, ...) en het vrijmaken van dichtgemetste inkepingen in functie van rustica bepleistering. Alle herstellingen worden uitgevoerd met een baksteen die qua formaat en uitzicht identiek is aan de bestaande bakstenen. Mogelijks kan hierbij gebruik gemaakt worden van recuperatie van baksteen uit de afbraakwerken.
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
47156
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
o o o
a
a
DIAGNOSENOTA
Herstellen van uitgesleten voegwerk. Omvat het vervangen van uitgesleten en of verzande voegen. De herstelling is uit te voeren in een mortel op kalkbasis, die zo dicht mogelijk de oorspronkelijk legmortel benaderd. aanbrengen van een grondlaag. Op de herstelde ondergrond van baksteen wordt een grove, minerale pleistermortel op basis van zuivere natuurlijke kalk aangebracht. Aanbrengen van een eindlaag. De grondlaag wordt voorzien van een dunne añruerklaag van een fijne minerale pleistermoftel op basis van zuivere natuurlijke kalk. Het oppervlak van deze eindlaag wordt polierend afgewerkt en alle hoeken en randen scherp gezet, Wapening gebeuft via een wapeningsnet hoekprofielen zijn uitgesloten.
Natuursteen:
o
a
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
de lijsten uit
o
natuursteen worden gereinigd en hersteld. Oñruel door nieuwe stukken natuursteen (welke steensoort?) te plaatsen daar waar ganse delen verdwenen of te slecht zijn, of worden ze plaatselijk hersteld met restauratiemoftel. Er zullen testen uitgevoerd worden of verharden van de krijtsteen hier een oplossing kan bieden. De lijsten krijgen een afdekking in koper, in lichte helling, om waterinsijpeling te voorkomen. De onderste doorlopende blauwe hardstenen lijst zal gecontroleerd worden en nieuwe
o
stukken ingevoegd waar nodig. Alle natuursteen wordt geschilderd met silicaatvetf.
Cementering: de plint in cementering wordt grondig gecontroleerd. Slechte stukken worden afgekapt, nieuwe cementering wordt aangebracht en geschilderd met silicaatverf. Buitenschrijnwerk. RAMEN: Er wordt hier onderscheid gemaaK tussen:
o
Origineel buitenschrijnwerk dat bewaard blijft (zie planaanduiding gevels bestaande toestand), Het wordt plaatslijk hersteld, zoveel mogelijk door het inpassen van nieuwe eikenhouten stukken volgens de regels van de kunst. Deze raamposities krijgen bijna allemaal een binnenraam omwille van akoestische en thermische redenen. Het originele glas
wordt bewaard of vervangen/aangevuld met identiek getrokken 'wemelþlas. Het hang-en sluitwerk: spanjolet met haak-hendel in ha¡tvorm van positie R.r_0,05 blijft
o
bewaard. Buitenschrijnwerk dat vernieuwd wordt naar bestaand model. Dit type buitenschrijnwerk zal nagemaaK worden van de originele types hierboven. Met dit verschil, dat ze aangepast worden naar de hedendaagse noden dwz voozien van een dichtinsvoeg rondomrond en dun
of monumentenglas), Het uitzicht van buiten dient echter identiek te zijn aan de originele raamtypes. Hedendaags houten buitenschrijnwerk: een vereenvoudigde versie van de originele types, maar dan volledig naar hedendaagse normen. Deze nieuwe raamtypes worden toegepast in de nieuw opgetrokken rechter vleugel, in de raamposities die er nooit geweest zijn. dubbele beglazing (met 'wemel'glas
o o
Kleur: donkergrijs
DEUREN:
o o
De bestaande toegangsdeur is nog in relatief goede staat. Ze wordt grondig gecontroleerd en herstel waar nodig. Nieuwe sleutel volgens sleutelplan. De koetspoort dient grondig hersteld te worden. Herstel van hang-en sluitwerk noodzakelijk, maar vooral dient de draairichting te wijzigen en wordt er langs de bínnenzijde nog een
o
koestische voorzetdeur geplaatst (zie deta ils). Kleur: donkergrijs
a
Luiken, De buitenluiken van de voorgevel worden allemaal in het gebouw bewaard. Ze worden teruggebracht aan de voorgevel, nieuwe worden bijgemaakt voor de rechterzijvleugel. Daar de klaslokalen aan deze zuidgevel wel zonnewering zullen kunnen gebruiken wordt geopteerd om de bestaande luiken weer actief te gebruiken. Er worden wel wat aanpassingen in het gebruikssysteem uitgevoerd om dit op een veilige manier te kunnen doen. De luiken zijn trouwens zo opgebouwd dat de horizontale latjes aan de onderzijde van de gelijkvloerse verdieping geen inkijk toe laten van binnen naar buiten. Voor de bovenlichten van deze luiken en die van de verdieping zijn de latjes anders opgesteld. De bestaande duimen en
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
48/56
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
a
DIAGNOSENOTA
vastzettingshaken worden veruangen waar nodig door gegalvaniseerde zwartgelakt exemplaren. Kleur van de luiken: donkergrijze alÇdvef. Regenwaterafuoeren. De nieuwe regenwaterafuoeren worden uitgevoerd in koper. Momenteel zijn er op de voorgevel geen afvoeren zichtbaar, daar deze via de zijgevels afgeleid worden. In de nieuwe toestand is dit nog mogelijk voor de linkerzijvleugel, maar door de opbouw van de rechterzijvleugel zal dat niet maar mogelijk zijn. Daarom wordt geopteerd om de regenwaterafuoeren in de hoeken van het hoofdvolumen te laten vertrekken, rondom de natuurstenen kroonlijst'
ACHTERGEVELS EN ZIJGEVELS
Van de bestaande achter- en zijgevels is er niet veel informatie terug gevonden. De achtergevel kreeg doorheen de jaren al heel wat te verduren. Wel is duidelijk dat deze niet zo rijkelijk uitgewerkt werd als de voorgevel, Daarom de volgende opties: o Metselwerken in baksteen.
o o o
Algemene reiniging Eventuele plaatselijke verharding van te zwaar verzwaK metselwerk Plaatselijk herstel van baksteen. Dit omvat een beperKe veruanging en of aanvulling van al te zwaar beschadigd baksteenmetselwerk. Deze herstellingen worden uitgevoerd met een baksteen die qua formaat en uitzicht identiek is aan de bestaande baKtenen. Verwijderen van alle slechte voegen, ook de cementvoegen, en aanbrengen van nieuw voegwerk in kalkmoftel, Kaleisels. Daar er geen sporen van pleisterwerk zijn, en om de gevel toch een eenheid te geven wordt gekozen om de achter- en bestaande zijgevels te kaleien, Daarna wordt de gevel geschilderd in de silicaawerf zoals op de voorgevel. Deze añruerkingslaag zal de waterdichting van de gevel verbeteren en zorgen voor een homogeen uitzicht, Natuursteen. De kroonlijst in kriitsteen van Avesnes, die momenteel nog aanwezig is, op de achterzijde van de linkervleugel en op de zijgevel, blijft en wordt hersteld waar nodig. Slechte stukken worden veruangen. De afgekapte kroonlijst op de achtergevel blijft zoals nu. Er wordt niet geopteerd om daar gesculpteerde natuursteen te plaatsen, De natuursteen wordt ook meegeschilderd conform de voorgevel, Blauwe hardsteen: vernieuwen van ontbrekende of beschadigde elementen. Dit omvat onder meer het vernieuwen van de deurdorpel van de beide deuren in de achtergevel
o
. .
o o o o
a
Cementering: er wordt een nieuwe egale cementering in trascement aangebracht, ook aan de zijgevel die vrijgekomen is na afbraak van de kapeluitbreiding. Deze wordt ook geschilderd met silciaaWef. Kleurstalen voor te leggen tijdens uitvoering, Afkappen van het bestaande pleisterwerk tot op de onderliggende baksteen Plaatselijke vervangen van aangetaste metselwerken met een baksteen die qua formaat en uitzicht identiek is aan de bestaande bakstenen
o o o o
a
in
trascement.
Buitenschrijnwerk. Er wordt hier onderscheid gemaakt tussen: RAMEN:
o
o
1647t07
Plaatsen van een nieuwe cementering
Afwerken met een silicaaWetf
Origineel buitenschrijnwerk dat bewaard blUft (zie aanduiding gevelplan bestaande toestand), Het wordt plaatslijk hersteld, zoveel mogelijk door het inpassen van nieuwe eikenhouten stukken volgens de regels van de kunst. De raamposities van de traphal krijgen een binnenraam omwille van akoestische en thermische redenen. Het originele glas wordt bewaard of veruangen/aangevuld met identiek getrokken 'wemel'glas' Buitenschrijnwerk dat vernieuwd wordt naar bestaand model, Dit type buitenschrijnwerk zal nagemaakt worden van de originele types hierboven beschreven. Met dit verschil, dat ze aangepast worden naar de hedendaagse noden dwz voorzien van een dicthtingsprofiel
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
49/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
o
o
RESTAURAT¡E EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
rondomrond en dun dubbele beglazing (met'wemel'glas of monumentenglas), Het uitzicht van buiten dient echter identiek te zijn aan de originele raamtypes. De raampostities op de linkerzijgevel, die een verbinding vormen tussen lokaal 0.10 en de uitbreiding van de kapel, worden gewijzigd van vleugeldeuren naar raamposities identiek aan deze van de achtergevel. (pos. R.r_0.10 en 11) Kleur: donkergrijs
DEUREN:
o o
De bestaande toegangsdeur is nog in relatief goede staat. Ze wordt grondig gecontroleerd en herstel waar nodig. Nieuwe sleutel volgens sleutelplan. De koetspoort dient grondig hersteld te worden. Herstel van hang-en sluitwerk noodzakelij(
o
akoestische voorzetdeur geplaatst (zie detai ls). Kleur: donkergrijs
maar vooral dient de draairichting te wijzigen en wordt er langs de binnenzijde nog een
Luiken: daar deze gevel de noordgevel is wordt er hier geopteerd om geen luiken te plaatsen. De aanwezige duimen en vastzettingshaken bl'rjven zitten als referentie, Kleur: donkergrijs Regenwaterafvoeren worden uitgevoerd n koper. De bakgoot, die aan deze gevel goed zichtbaar is, en die nu beter zichtbaar is doordat de natuurstenen kroonlijst verdwenen is zal zijn huidige opbouw behouden. Er wordt geopteerd om de witgeschilderde gootklossen te behouden, met de restanten van de afgekapte natuurstenen kroonlijst, De huidige PVC omkasting wordt vervangen in een eiken of afzelia boeiboord die geschilderd wordt. Alle goten (bakgoten, middengoten, kilgoten of zalinggoten) worden vernieuwd in koper met uitdrukkelijk nazicht van de helling a rato van minimaal 5 mm, per meter, Zij worden geplaatst en aaneensluitende lengtes van maximaal 12 m. en op deze afstand voorzien van tenminste 1 uitzetstek. Elke goot heeft aan de beide uiteinden voldoende speling zodat zij normaal kan uitzetten. Alle regenwaterafuoeren krijgen een gietijzeren voetstuk, i
o
o
o
DAKWERKEN a
Op de linkervleugel zijn nu nog natuurleien aanwezig, Er wordt geopteerd om overal terug natuurleien toe te passen, met haken en nagels in RVS. Er worden voldoende ladderhaken geplaatst, volgens het advies van monumentenwacht.
a
NAZICHT EN CONTROLE VAN BESTMNDE DAKSTRUCTUUR
De bestaande dakstructuren zijn over het algemeen sterk aangetast door de kleine en grote klopkever (aanwezigheid van boormeel), zowel in de sloffen, de spanten, de muurplaten, de gordingen en de kepers; in het bijzonder de delen die in olm werden uitgevoerd. Bijzondere aandacht moet in dit verband geschonken worden aan de zone onder de middengoot tussen vooren achterbouw. Plaatselijk stelden zich in het verleden ook een aantal problemen met zwamaantastingen in hout en
muren. Zo worden verspreide aantastingen aan de oostzijde van de middengoot tussen voor- en achterbouw vastgesteld, in het bijzonder het hoekspant en de onderliggende muurplaten van zuidelijk achterdakvlak en oostelijk z'rjdakvlak, Ook de in de muur ingewerkte balkkop van het spant van het oostelijk zijdakvlak van de linker zijvleugel aan de straatkant is sterk aangetast door de grote klopkever en ingerot. De volgende herstelwerken zijn uit te voeren
o o o
1647t07
:
Volledig ontmantelen van het dak top op de keperstructuur
Volledig nazicht van bestaande gebinte door aanduiding welke onderdelen moeten veruangen worden
Eventuele schade aan de niet vervangbare structurele onderdelen van de spanten (inzonderheid van de spanWoeten) worden hersteld dmv veruanging door gezond hout.
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
50/56
DIAGNOSENOTA
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
o In geval van zwamaantastingen wordt principieel het hout volledig verwijderd en na behandeling van het onderliggende metselwerk vernieuwd, Principieel is de o o o a
zwambehandeling uit te voeren tot 1.00 m buiten de zone van het mycelium. Niettegenstaande de zwamaantastingen recent reeds behandeld werden is waakzaamheid geboden. Binnen het dossier zal een specifiek aftikel voorzien zijn voor het nazicht van deze werken en desgevallend bijkomende behandelingen. Verwijderen van alle aangetaste kepers met vervanging door nieuwe van dezelfde houtsooft en dezelfde houtsectie, De delen die eventueel in olm zijn uitgevoerd worden vervangen
door delen in oregon, evenwel met gelijke sectie als de bestaande onderdelen, en via traditioneel herstel dwz (schuine) lipas met wiggen. Alle te behouden bestaande houtdelen worden na de uitvoering van de herstelwerken volledig en alzijdig behandeld met een preventief en curatief houtbehandelingsproduct.
Opbouw van de dakdichting:
o o
Bovenop de bestaande kepers komt een PE folie, waar op een structuur in tengellatten geplaatst wordt. Daarop komt een bebording waarop de leien vastgezet worden,
Tussen
de
kepers
en
gordingen komt een isolatie. Tussen
de
gordingen een
planenstructuur, die dient als ondergrond voor de brandwerende plafondañruerking van de zolder. SANERING VAN DE SCHOUWUCHAMEN
o o o o o
Afbraak van de bovendakse delen en nazicht van de onderliggende delen Algemene reiniging van de binnenzijde van de schouwlichamen Heropmetsen tot oorspronkelijke hoogte Het metselwerk wordt met kalkmortel opgevoegd, platvol, maar NIET gekaleid.
Añ¡lerken van de schouwkop met afdekstenen zodat waterinfiltratie kunnen vermeden worden. De afmetingen van de afdeksteen is kleiner dan de buitenzijde van de schouwkop en wordt schuin opgemorteld. Dit zorgt ervoor dat de deksteen niet zichtbaar is van beneden.
a
DE DAKKAPELLEN
o o o o o
Volledig ontmantelen van de dakkapellen top op de keperstructuur Verwijderen van alle aangetaste kepers met vervanging door nieuwe van dezelfde houtsoott en dezelfde houtsectie Alle te behouden bestaande houtdelen worden (zoals de rest van de kapconstructie) behandeld met een preventief en curatief houtbehandelings-product.
Vernieuwen van de voorfronten van de dakkapellen overeenkomstig het bestaande en oorspronkelijk model. Zijvlakken van de dakkapellen af te werken in koper op houten bebording
INTERIEUR Algemene restauratieoptie: terug naar de añruerkingen van 1821 voor wat betreft de lokalen aan de voorgevel en de traphal op gelijkrrloers en eerste verdieping. Van de restanten van huis Knibbe worden geen specifieke historische afiruerkingen bewaard. DE GLOBALE RESTAURATEOPTIES
¡
.
TECHNIEKEN: alle technieken worden in dit project vernieuwd. Daarbij wordt zoveel mogelijk gewerK via de bestaande vloeren, daar de vloerroosteringen helemaal bloot gelegd worden van de verdiepingen en op het gelijkvloers een nieuwe betonconstructie aangebracht wordt. Er werd geopteerd voor een systeem van pulsie en extractie, waarbij de bestaande schouwen als schachten beschouwd worden. INJECTERINGEN TEGEN OPSTJGEND VOCHT
Eerste en vooral worden er metingen uitgevoerd via de carbidemeeting. Waar de meting aantoont dat er teveel vocht aanwezig is zullen injecteringen uitgevoerd worden. Daarvoor dient lokaal de bestaande bepleistering verwijderd te worden, tot op een hoogte van +/- B0 cm. In bepaalde zones mag het pleisterwerk zeker niet venarijderd worden omwille van de añruerkingen: dit is vooral in lok.
1647t07
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
51/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
0,01, 0.06 en 0.07. In de centrale gang 0.06 bevindt er zich onder de bestaande pleisterlaag een plint. Deze mag niet verwijderd worden, de opliggende pleister wel om een nieuwe plint van dezelfde hoogte te plaatsen, Indien geen afrrverkingen op de wand wordt de bestaande pleister afgekapt en na de injectering en zoveel mogelijk uitdroging vervangen door een saneerpleister, a
dit project. In de eerste plaats zijn er slechts weinig originele bevloeringen bewaard gebleven (met uitzondering van de plankenvloeren op de eerste verdieping). Anderzijds zijn er de vele ongelijkheden die zich op de verschillende niveaus voordoen en een aantal zorgwekkende aantastingen door zwam. En tenslotte is er het nieuwe gebruik als schoolgebouw dat onderhevig is aan strenge brandveiligheidsvoorschriften. Aan deze voorschriften kan onmogelijk voldoen worden voor de houten vloeren tussen gelijkvloers en VLOEREN: De vloeren vormen een afzonderlijk probleem binnen
eerste verdieping en tussen eerste verdieping en zolder. Vloeren op het gelijlvloers: Alle bestaande tegelvloeren worden opgebroken en verwijderd.
o o o o
o o
De ondergrond wordt uitgediept en voorzien van een nieuwe dragende betonplaat verankerd in de muren en voorzien van een vochtonderbreking van pvc onder de betonplaat Na het plaatsen van de leidingen wordt een thermische isolatie van gepoten polyeurethaan aangebracht Na het plaatsen van een aangepaste chape wordt een nieuwe vloer geplaatst. De keuze van deze vloer is nog nader te bepalen in overeenstemming met het gebruiÇ het uitzicht en de duurzaamheid. Er wordt een gezoete blauwe hardstenen vloer voorgesteld. Dit geldt enkel voor de inkom, de centrale gang en de traphal, secretariaat met uitbreiding, het sanitair en de aanpalende bergingen. De andere kamers aan de voorgevel worden voorzien van een plankenvloer, zoals nu nog origineel zichtbaar in lokaal 0.03. De leslokalen in het oorspronkelijke huis knibbe worden voorzien van een linoleum, (lok. 0.14 en 15)
Houten vloeren op de eerste en tweede verdieping: Bij deze vloeren stelt zich het probleem dat zij niet alleen voldoende brandwerend moeten zijn, maar dat zij tegelijk ook een brandstabiliteit moeten bezitten. Zoals de vloeren nu geconcipieerd zijn, kunnen de gestelde eisen niet gehaald worden, Principieel wordt voorgesteld om de constructie als volgt op te bouwen
o o o o
o o o o o
:
beplanking aan de bovenzijde wordt voorzichtig verwijderd en gestockeerd voor hergebruik (enkel nivo 1 en uitgezonderd de beplanking van de traphal): alle planken
de
krijgen een nummering! het bestaande pleisterwerk van de onderliggende plafond blijft integraal behouden de houten roostering wordt opgekuist venruijderen van bouwafual, stof,... - en grondig gecontroleerd op: aantasting door insecten, funghi, nazicht van de gevelankers, nazicht van balkkoppen in metselwerk ed, De resultaten van dit nazicht worden grondig genoteerd, Slecht pleisterwerk van de onderliggende plafonds of doordat de houten drager niet voldoet wordt verwijderd. De baarden van het onderliggende pleisterwerk worden gecontroleerd en hersteld. De te behouden roostering wordt preventief en curatief behandeld tegen insecten en funghi. Beschadigde vloerconstructies worden hersteld: alle hout dat bij het nazicht om één of andere reden niet meer voldoet wordt verwijderd en veruangen door nieuw eikenhout, aangebracht volgens de authentieke methoden dwz haaKe lipas met wiggen. Eventueel herstel van koppen van moerbalken dmv polymeerchemische balkkoprestauratie. In de lokalen AMV 1 en 2 worden sommige moerbalken aangepast door ze te verstevigen met een staalplaat.
-
Tot dusver verliepen de werken van nivl en nivo 2 identiek. Nu wijzigt de opbouw echter. VLOEROPBOUW NIVO
o
1647 t07
1
De vloeropbouw van de centrale traphal wijzigt niet!
INVENTARISATIE
-
DIAGN0SEN0TA - VERANTITVOORDINGSN0TA
52t56
o Van de
DIAGNOSENOTA
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
andere kamers
zal er tussen de
bestaande keperstructuur
een
brandwerendebeplating geplaatst worden, net boven de plafondbepleistering, Daarop en tussen de kepers komt een minerale wol. Op de kepers komt een onderparket van 18mm, daarop een geluidsisolerende mat van 9 mm, een nieuwe onderparket van 22 mm, om te eindigen met de recuperatie beplanking van 3 cm. Het totale vloernivo stijgt hierbij met 4 cm tov de traphal.
o
VLOEROPBOUW NIVO 2 / ZOLDERVERDIEPING De structuur tussen nivo 1 en zolder wordt verstevigd door het oplijmen van houten balken. Daardoor verhoogt de vloeropbouw op de zolder. Op de bestaande kepers wordt een beplating van 18 mm geplaatst , met daarop de nieuwe dragende structuur waaftussen een
minerale rotswol komt te liggen. Bovenop de nieuwe structuur een onderparket 18 mm, brandwerende calciumsilicaatplaat, akoestische contactgeluidsisolatiemat, onderparket 22 mm en daarboven een nieuwe plankenvloer 22 mm.
Enkel op verdieping 1 zal er tussen de traphal en de aansluitende lokalen een nivo verschil van 4 cm komen, dat met lichte helling in tussendeurdorpel zal uitgewerkt worden, a
BINNENMETSELWERKEN
Waar scheuren aanwezig
in
metselwerk zullen deze hersteld worden. Evenuteel worden nieuwe
stenen ingeboet, a
PLEISERWERKEN
Er wordt zoveel mogelijk binnenpleisterwerk behouden. Vooral waar er historische aflrverkingen marmer imiaties - aanwezig zijn wordt alles gedaan om deze te behouden. Herstellingen gebeuren met een kalkpleister. In de lokalen waar het totale plafondveld verdwenen is mag er een akoestische pleister gebruiK worden (bv lokaal 0.05). Verder wordt er een onderscheid gemaakt tussen het herstellen van vlakke pleister, gestucte lijsten op plafond of schouw en geornamenteerde stucwerken zoals rozetten. Van bepaalde ornamenten wordt de later aangebrachte synthetische verflaag verwijderd om de scherpte van het stucwerk terug te halen. a
BINNENSCHRIJNWERK DEUREN: de bestaande binnendeuren blijven allemaal behouden. Enkel
o
de synthetische,
recent aangebrachte veflaag mag verwijderd worden of licht geschuurd. Daarna wordt er
een buffer voorzien zodat de deur weer in een lijnolieverf kan geschilderd worden
o o
(kleurstellingen, zie verder). Ze worden grondig nagekeken, nieuwe stukken hout ingevoegd waar nodig, alle hang-en sluitwerk nagekeken en hersteld,... Op de verdieping zijn de bestaande deuren van de enfilade verdwenen. Deze worden nieuw gemaakt naar bestaand model en tevens allemaal ontdubbeld met een akoestische voeg. Bij de toegangsdeuren van uit de gang naar de klaslokalen is dit niet mogelijk: daar wordt een hedendaagse akoestische deur voorzien.
o
KASTEN: de meeste ingemaakte kasten zijn nog aanwezig, Ze worden grondig nagekeken, hersteld en geschilderd in de kleurstelling die refereert naar deze kamer. Kasten die verdwenen zijn, maar waar voldoende fotomateriaal van bestaat, worden nieuw naar bestaand model gemaakt, volgens plan.
o
TRAPPEN
De bestaande empiretrap in eik is uiteraard te behouden en te herstellen.
Uiteraard maakt deze trap deel
uit van een totaal evacuatieplan van het gebouw. Het
gelijkvloers vormt geen probleem gezien de evacuatie langs de uiteinden van de gangen kan gebeuren (links vanaf de gang via het achterlokaal naar buiten en rechts via de nieuwe
1647t07
INVENTARISATIE
-
OIAGNOSENOTA - VERANMOORDINGSNOTA
53/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
foyer naar buiten), De evacuatie van de eerste verdieping kan op een gelijkaardige wijze via de uiteinden van de gangen (links via deur op dak en veruolgens via de nieuwe buitentrap naar de tuin en rechts naar nieuwe foyer en via nieuwe trap naar buiten. Ook de evacuatie van de zolderuerdieping kan via dezelfde weg verlopen, Dit impliceeft een doorgang aan de linker zijde via de huidige middengoot naar een brandladder of buitentrap naar het dak van het gelijkvloers en veruolgens via brandladder of buitentrap naar buiten en rechts naar nieuwe foyer en via nieuwe trap naar buiten. a
SCHILDERWERKEN GELIJKVLOERS
/ INTERIEURAFWERKINGEN
o
INKOM, lokaal 0,01 Vloer blauwe hardsteen met plint 28 cm. Wand: restauratie van de marmerschildering Plafond met lijst: okerkleurige, genuanceerde magere olievef. Schrijnwerk: monochroom bruin, zelfde kleur refererend naar historische
o
KAMER DIRECTEUR, lokaal 0.02 Vloer : plankenvloer (olie) Schouwboezem: grijze marmerschildering met witte adering in magere olievef Wand: egale kleur of behang Plafond met l'rjst: okerkleurige/ magere olie- of kalkr¿ef Schrijnwerk: blauwe tint van de glacis (binnendeuren en ramen)
o
ONTVANGSTKAMER NAAST INKOM, lokaal 0,03 Vloer : plankenvloer (olie): recup bestaande Wand: nieuw behang Plafond met lijst: grijze, beige en wit, magere olie- of kalkr¿etf Schrijnwerk: groene tint van de glacis (binnendeuren en ramen)
o
SALON, latere bibliotheek, lokaal 0.04
Vloer : plankenvloer (olie): recup bestaande Wand: egaal of behang Schouwboezem: centraal veld en lijst: mosgroene magere olievef, met beige bies van 4 mm Bovenste veld met stucwerk: lichtgroen (achtergrond mosgroen) Plafond met lijst: lichtgroen (in comb. Met lijst in bruingroen en mosgroen) Schrijnwerk: groene tint cf historische afiruerking
o
SALON, latere vergaderruimte, lokaal 0.05 Vloer : plankenvloer (olie) Wand: egaal of behang Schouwboezem: identiek historische kleurstelling: grijs Plafond : geen info: bijpassende egale kleur, vermoedelijke grijsstelling Schrijnwerk: groene tint cf historische afwerking
o
CENTRALE GANG, ruimte 0.06 Vloer blauwe hardsteen met plint 28 cm, -> nieuwe plint bovenop de bestaande (zie verslag) Wand: egale kleurstelling (oker). Raming afwachten. Plafond met lijst: grijze, genuanceerde magere olieverf Schrijnwerk: egaal bruin, tint refererend als hoofdkleur historische stelling.
o
TRAPHAL, ruimte 0,07 Wand: witte / lichte marmerimitatie met natuurstenen plint 28 cm. Zuilen en kapitelen: grijswitte marmerimitatie. Zuil sokkel: zwaft geschilderd Plafond met lijst: beigegrijs genuanceerde magere olieved Trap: treden donkerbruin geolied, spijlen in bronsimitatie
1647107
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANTWOORDINGSNOTA
54/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
o KAPEL aan straatz¡jde, toekomstig secretariaat, lokaal 0.08 Vloer : plankenvloer nieuw Wand: oudste aflruerkingen op rozet, rocaille, plafondlijsten en twee pilasters: pasteltinten. De overige pilasters worden verwijderd. Plafond : pastelpolychromie
Schrijnwerk: egaal, samengaand met de pastelpolychromie
o KLEIN SALON, toekomstig sanitair, lokaal 0.10 Vloer : mag hedendaags keramische tegel zijn of bewaren van de cementtegels.. Wand: egaal, faiënces,... Schouwboezem: genuanceerde beige, magere olievef Plafond: egaal (gedeelte verlaagd plafond)
Schrijnwerk: groenblauw met bies VERDIEPING
o TRAPHAL, lokaal 1.01 Vloer : behoud originele Wand: witte / lichte marmerimitatie Scheibogen: witgrijs genuanceerd op pilasters in zelfde marmerimitatie als de wand Plafond met lijst: beige genuanceerde magere olievetf Kooflijst: nuance van olijfgroen en beige olievef Schrijnwerk: bruin, egaal cf beneden o GANG WEST en OOST, lokaal 1.02 en lokaal 1.03 Vloer : behoud originele plankenvloer: olien Wand: egale kleur, kijken naar aansluiting nieuwbouw Plafond met lijst: blauwgrijze genuanceerde magere olievetf Schrijnwerk: egaal bruin o SALON, later multimedia, lokaal 1.06 Vloer : behoud originele plankenvloer Wand: behang nieuw Plafond met kooflijst: badigon van grijswitte kallo¿erf (gepigmenteerde kalk) Schrijnwerk: okerkleurige olievef, Raamkozijnen: grijsblauw genuanceerde olievef o NAASTLIGGENDE RUIMTE SUITEKAMER, wordt berging, lokaal 1.07 Vloer : behoud originele plankenvloer: olien Wand: okergeel met rode en roodbruine biezen en zwarte plint Plafond met lijst: grijswitte kalk Schrijnwerk: bruintint deuren. o 1.08: SUITEIGMER, wordt strijkerslokaal, lokaal 1.08 Vloer : behoud originele plankenvloer: olien Wand: behang Plafond: licht + donkergrijs Schrijnwerk: houtimitatie : olijfgroen o 1.09: SUITEKAMER, wordt klarinetlokaal, lokaal 1.09 Vloer : behoud originele plankenvloer: olien Wand: behang nieuw Plafond: wit
Schrijnwerk: licht blauwgrijs en crème o
1647ß7
1.10:SUITEIGMER, wordt'fluit'lokaal, lokaal 1.10
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA - VERANTWOORDINGSNOTA
55/56
STEDELIJKE ACADEMIE VEURNE
RESTAURATIE EN HERBESTEMMING VAN HET KLOOSTER VAN DE BLAUWE NONNEN
DIAGNOSENOTA
Vloer : behoud originele plankenvloer: olien Wand: behang nieuw Plafond: blauwgrijs Schrijnwerk: mauve en gebroken wit
o 1.11:SUITEKAMER, wordt gitaarlokaal, lokaal 1.11 Vloer : behoud originele plankenvloer: olien Wand: behang nieuw Plafond: wit
Schrijnwerk: licht en donker blauw?
6,
DE RESTAURATIENOTA
meetstaat en bestek
1647n7
INVENTARISATIE
-
DIAGNOSENOTA . VERANÏWOORDINGSNOTA
56/56