REMstar Auto A-Flex GEBRUIKSHANDLEIDING
© 2009 Respironics Inc. en gelieerde bedrijven. Alle rechten voorbehouden.
Inhoudsopgave Beoogd gebruik...............................................................................................................................................................2 Belangrijk...........................................................................................................................................................................2 Waarschuwingen............................................................................................................................................................2 Aandachtspunten...........................................................................................................................................................3 Contra-indicaties.............................................................................................................................................................3 Uitleg van symbolen......................................................................................................................................................3 Inhoud van het systeem...............................................................................................................................................4 Overzicht van het systeem..........................................................................................................................................4 Bedieningsknoppen......................................................................................................................................................5 Beschikbare therapieën................................................................................................................................................5 De luchtfilters installeren.............................................................................................................................................6 Het ademhalingscircuit aansluiten...........................................................................................................................6 Een plaats voor het apparaat kiezen........................................................................................................................6 Het apparaat op de netspanning aansluiten........................................................................................................7 Door de schermen van het apparaat navigeren..................................................................................................7 Het apparaat starten......................................................................................................................................................7 Helling-functie.................................................................................................................................................................8 Het Flex-scherm...............................................................................................................................................................8 Het setup-scherm...........................................................................................................................................................8 Het informatiescherm...................................................................................................................................................9 Waarschuwingen van het apparaat...................................................................................................................... 11 Probleemoplossing..................................................................................................................................................... 14 Accessoires..................................................................................................................................................................... 15 Reizen met het systeem............................................................................................................................................. 16 Het apparaat reinigen................................................................................................................................................ 16 De filters reinigen of vervangen............................................................................................................................. 16 De slang reinigen......................................................................................................................................................... 16 Onderhoud..................................................................................................................................................................... 16 Specificaties................................................................................................................................................................... 17 Afvoeren.......................................................................................................................................................................... 18 Contact opnemen met Respironics....................................................................................................................... 18 EMC-informatie............................................................................................................................................................. 19 Beperkte garantie..................................................................................................................................Achterpagina
Gebruikshandleiding
1
Beoogd gebruik Met het Respironics REMstar Auto A-Flex-systeem wordt therapie voor positieve luchtwegdruk uitgevoerd voor behandeling van obstructieve slaapapneu bij spontaan ademhalende patiënten die meer dan 30 kg wegen. Het is bestemd voor gebruik in de thuisomgeving of in een ziekenhuis/instelling.
Belangrijk Het apparaat mag uitsluitend worden gebruikt volgens de instructies van een bevoegde arts. Het systeem kan CPAP-therapie of automatische CPAP-therapie uitvoeren. Voor grotere drukontlasting in de CPAP-modus kan het apparaat ook C-Flex of C-Flex+ uitvoeren. Voor grotere drukontlasting in de automatische modus kan het apparaat C-Flex of A-Flex uitvoeren. Uw thuiszorgverlener zal de juiste drukinstellingen verrichten volgens het voorschrift van uw gezondheidsdeskundige. Wanneer het systeem ingesteld is op automatische CPAP-therapie bewaakt het uw ademhaling wanneer u slaapt en stemt het de druk automatisch af op uw behoeften. Bij gebruik van CPAP-therapie past het systeem gedurende de nacht een continue, ingestelde druk toe. Er zijn diverse accessoires beschikbaar om de behandeling van uw OSA met het REMstar Auto A-Flex-systeem zo handig en comfortabel mogelijk te maken. Gebruik uitsluitend accessoires van Respironics om te zorgen dat u de veilige, doeltreffende therapie krijgt die voor u is voorgeschreven.
Waarschuwingen
Een waarschuwing geeft aan dat de kans op letsel bestaat voor de gebruiker of de bediener. • Deze handleiding dient als referentie. De instructies in deze handleiding zijn niet bestemd om de plaats in te nemen van de door de gezondheidsdeskundige gegeven instructies voor het gebruik van het apparaat. • De bediener dient deze gehele handleiding te lezen en te begrijpen alvorens het apparaat te gebruiken. • Het apparaat is niet bestemd als beademingsapparatuur. • Het apparaat mag uitsluitend worden gebruikt met door Respironics aanbevolen maskers en connectors, of met maskers en connectors die door de gezondheidsdeskundige of ademhalingstherapeut zijn aanbevolen. Er mag alleen een masker worden gebruikt als het apparaat is aangezet en op de juiste wijze werkt. De met het masker verbonden uitademingspoort(en) mag (mogen) nooit worden geblokkeerd. Uitleg van de waarschuwing: Het apparaat is bedoeld voor gebruik met speciale maskers of connectors die uitademingspoorten hebben zodat een continue stroom van lucht uit het masker mogelijk is. Wanneer het apparaat wordt aangezet en goed werkt, spoelt nieuwe lucht van het apparaat de uitgeademde lucht door de uitademingspoort van het masker naar buiten. Wanneer het apparaat echter niet werkt, wordt er niet voldoende verse lucht geleverd door het masker en kan uitgeademde lucht mogelijk opnieuw worden ingeademd. • Wanneer zuurstof met dit systeem wordt gebruikt, moet de zuurstoftoevoer voldoen aan de plaatselijke voorschriften voor medische zuurstof. • Schakel het apparaat in voordat de zuurstof wordt aangezet wanneer zuurstof met dit systeem wordt gebruikt. Schakel de zuurstof uit voordat u het apparaat uitzet. Dit voorkomt zuurstofophoping in het apparaat. Uitleg van de waarschuwing: Wanneer het apparaat niet in gebruik is en de zuurstofstroom wordt aangelaten, kan zuurstof die in de slang is toegediend, zich in de behuizing van het apparaat ophopen. Zuurstof die zich in de behuizing van het apparaat ophoopt, vormt een brandgevaar. • Wanneer zuurstof met dit systeem wordt gebruikt, moet er een Respironics-drukklep in de lijn met het patiëntcircuit na de zuurstofbron worden geplaatst. Als de drukklep niet wordt gebruikt, kan er een brandgevaar ontstaan. • Sluit het apparaat niet aan op een niet-gereguleerde zuurstofbron of een zuurstofbron met hoge druk. • Gebruik het apparaat niet bij aanwezigheid van een ontvlambaar anestheticamengsel in combinatie met zuurstof of lucht of bij aanwezigheid van stikstofoxide. • Gebruik het apparaat niet dicht bij een bron van toxische of schadelijke dampen. • Gebruik dit apparaat niet als de kamertemperatuur hoger is dan 35 °C. Als het apparaat bij kamertemperaturen van meer dan 35 °C wordt gebruikt, kan de temperatuur van de luchtstroom eventueel stijgen tot meer dan 43 °C. Dit zou irritatie of letsel van uw luchtweg kunnen veroorzaken. • Gebruik het apparaat niet in direct zonlicht of in de buurt van een verwarmingstoestel omdat hierdoor de temperatuur van de lucht die uit het apparaat komt zou kunnen stijgen. • Neem contact op met uw gezondheidsdeskundige als er opnieuw symptomen van slaapapneu optreden. • Als u onverklaarbare veranderingen in de werking van dit apparaat opmerkt, als het ongewone of scherpe geluiden maakt, als het is gevallen of verkeerd is gehanteerd, als er water in de behuizing is binnengedrongen of als de behuizing defect is, trekt u de stekker van het apparaat uit het stopcontact en staakt u het gebruik van het apparaat. Neem contact op met uw thuiszorgverlener. • Reparaties en bijstellingen mogen uitsluitend worden uitgevoerd door bevoegd onderhoudspersoneel van Respironics. Door onbevoegden uitgevoerd onderhoud zou letsel kunnen veroorzaken, de garantie ongeldig maken of tot kostbare beschadiging leiden. • Inspecteer elektrische snoeren en kabels van tijd tot tijd op beschadiging en tekenen van slijtage. Staak het gebruik van het apparaat en vervang de snoeren en kabels als ze beschadigd zijn. • Trek de stekker van het apparaat altijd uit het stopcontact voordat u het apparaat reinigt om elektrische schokken te voorkomen. Dompel het apparaat NIET onder in vloeistoffen. • Als het apparaat door meerdere personen wordt gebruikt (zoals bij huurapparaten), moet er een bacteriefilter met geringe weerstand in de lijn tussen het apparaat en de circuitslang worden geïnstalleerd om verontreiniging te voorkomen. • Leid het netsnoer zodanig naar het stopcontact dat wordt voorkomen dat er over kan worden gevallen of dat stoelen of ander meubilair het snoer in de weg staan. • Het apparaat wordt geactiveerd wanneer het netsnoer op het stopcontact wordt aangesloten. Opmerking: Raadpleeg het gedeelte ‘Beperkte garantie’ in deze handleiding voor informatie over wat onder de garantie valt.
2
Gebruikshandleiding
Aandachtspunten
De woorden Let op geven aan dat de mogelijkheid tot beschadiging van het apparaat bestaat. • Pennen van connectors mogen niet worden aangeraakt. Er mogen alleen aansluitingen worden gemaakt met deze connectors als er voorzorgsmaatregelen betreffende elektrostatische ontlading zijn getroffen. Voorbeelden van voorzorgsmaatregelen zijn methoden om de opbouw van elektrostatische lading te voorkomen (bijv. airco, luchtbevochtiging, geleidende vloerbedekking, niet-synthetische kleding), ontlading van het eigen lichaam op het frame van de apparatuur, het systeem, de aarde of een groot metalen voorwerp en verbinding van zichzelf door middel van een polsband met de apparatuur, het systeem of de aarde. • Voordat het apparaat wordt gebruikt, moet worden gezorgd dat het afdekplaatje van de SD-kaart op zijn plaats is aangebracht wanneer accessoires zoals de link-module of de modem niet zijn geïnstalleerd. Raadpleeg de instructies die met uw accessoire zijn meegeleverd. • Condensatie kan het apparaat beschadigen. Als dit apparaat aan ofwel zeer hoge of zeer lage temperaturen is blootgesteld, dient u het op kamertemperatuur (gebruikstemperatuur) te laten komen voordat u met de therapie begint. Gebruik het apparaat niet bij temperaturen buiten het bereik voor de gebruikstemperatuur dat in de Specificaties is aangegeven. • Gebruik geen verlengsnoeren met dit apparaat. • Zet het apparaat niet direct op vloerkleed, stoffen of andere ontvlambare materialen. • Zet het apparaat niet in of op een bak die met water kan worden gevuld. • Voor de juiste werking is een correct geïnstalleerde, onbeschadigde, herbruikbare schuiminlaatfilter vereist. • Tabaksrook kan een ophoping van teer binnen het apparaat veroorzaken, waardoor het apparaat storing kan vertonen. • Vuile inlaatfilters kunnen hoge bedrijfstemperaturen veroorzaken die de werking van het apparaat eventueel kunnen beïnvloeden. Onderzoek zo nodig regelmatig of de inlaatfilters intact en schoon zijn. • Installeer nooit een natte filter in het apparaat. U dient te zorgen dat de gereinigde filter lang genoeg is gedroogd. • Wanneer gelijkstroom wordt verkregen van de accu van een voertuig, mag het apparaat niet worden gebruikt terwijl de motor van het voertuig draait. Dit kan het apparaat beschadigen. • Gebruik uitsluitend een gelijkstroomsnoer en accuadapterkabel van Respironics. Het gebruik van een ander systeem kan schade aan het apparaat toebrengen.
Contra-indicaties Wanneer de clinicus de relatieve risico’s en voordelen van gebruik van deze apparatuur beoordeelt, dient hij/zij in te zien dat dit apparaat een druk van maximaal 20 cm H2O kan voortbrengen. In geval van bepaalde storingen is een maximale druk van 30 cm H2O mogelijk. Uit onderzoeken is gebleken dat de volgende reeds bestaande aandoeningen een contra-indicatie voor gebruik van CPAP-therapie bij sommige patiënten kunnen vormen. • Bulleuze longaandoening • Pathologisch lage bloeddruk • Omgeleide bovenste luchtweg • Pneumothorax • Pneumocephalus is gemeld bij een patiënt die continue positieve luchtwegdruk via de neus gebruikte. Er dient behoedzaam te werk worden gegaan bij het voorschrijven van CPAP voor ontvankelijke patiënten, zoals patiënten met: lekken van cerebrospinale vloeistof (CSV), afwijkingen in de zeefvormige plaat, een eerdere voorgeschiedenis van hoofdtrauma, en/of pneumocephalus. (Chest 1989; 96:1425-1426) Er kan tijdelijk een contra-indicatie voor gebruik van positieve luchtwegdruk-therapie bestaan als u tekenen van een voorhoofdsholte- of middenoorontsteking vertoont. Niet voor gebruik bij patiënten met een omleiding van de bovenste luchtwegen. Neem contact op met uw gezondheidsdeskundige als u vragen over uw therapie hebt.
Uitleg van symbolen De volgende symbolen kunnen mogelijk aanwezig zijn op het apparaat en de voeding: Symbool
Definitie
Symbool
Definitie
Voor gebruik in vliegtuigen. Voldoet aan RTCA‑D0160F deel 21, categorie M.
Afzonderlijke inzameling van elektrische en elektronische apparatuur krachtens EG-richtlijn 2002/96/EG.
Raadpleeg bijgeleverde gebruiksaanwijzing.
Uitsluitend gebruiken met voeding 1058190.
Gelijkstroom
Klasse II (dubbel geïsoleerd)
Type BF toegepast onderdeel
Uitsluitend voor gebruik binnenshuis.
Druipwaterdichte apparatuur
Niet demonteren.
Gebruikshandleiding
3
Inhoud van het systeem
Uw REMstar Auto A-Flex-systeem bestaat uit de volgende onderdelen: • Apparaat • Dekplaat op zijkant • Gebruikshandleiding • SD-kaart • Draagtas • Herbruikbare grijze schuimfilter • Flexibele slang • Disposable ultrafijne filter (optioneel) • Netsnoer en voeding • Luchtbevochtiger (optioneel) Opmerking: Als er onderdelen ontbreken, neemt u contact op met uw thuiszorgverlener.
Overzicht van het systeem Het REMstar Auto A-Flex-systeem is een CPAP-apparaat (apparaat voor continue positieve luchtwegdruk) dat bestemd is voor behandeling van obstructieve slaapapneu (OSA). Het kan CPAP-therapie of automatische CPAP-therapie uitvoeren. Dit apparaat heeft diverse speciale functies om uw therapie comfortabeler te helpen maken als het apparaat voor u is voorgeschreven. Met de helling-functie kunt u de druk verlagen wanneer u in slaap probeert te vallen. De luchtdruk neemt geleidelijk toe totdat de voor u voorgeschreven druk is bereikt. Ook hebt u de optie om de helling-functie helemaal niet te gebruiken. Daarnaast zorgen de C-Flex-, C-Flex+- en A-Flex-comfortfuncties voor drukontlasting wanneer u tijdens de therapie uitademt. Ook zijn er diverse accessoires beschikbaar voor gebruik met uw REMstar Auto-apparaat. Neem contact op met uw thuiszorgverlener om accessoires te kopen die niet met uw systeem zijn meegeleverd. Gleuf voor SD-kaart (accessoire) Dekplaat van SD-kaart
Luchtuitlaatpoort Stroomaansluiting
Lipje Filtergebied Dekplaat op zijkant
Deze afbeelding illustreert een aantal van de functies van het apparaat, die in de volgende tabel worden beschreven. Functie apparaat
4
Beschrijving
Luchtuitlaatpoort (conisch, 22 mm)
Sluit de flexibele slang hier aan.
Gleuf voor SD-kaart (accessoire)
Breng indien van toepassing de SD-kaart, een optioneel accessoire, hier in.
Dekplaat van SD-kaart
Indien van toepassing kunnen de optionele accessoires zoals een link-module of een modem hier worden geïnstalleerd. Raadpleeg de instructies die met het accessoire zijn meegeleverd. Wanneer er geen accessoire wordt gebruikt, moet deze dekplaat op zijn plaats zitten op het apparaat.
Stroomaansluiting
Sluit het netsnoer hier aan.
Filtergebied
Er moet een herbruikbare grijze schuimfilter in het filtergebied worden geplaatst om normaal huisstof en pollen te weren. Ook kan er een optionele, witte ultrafijne filter worden gebruikt voor vollediger filtratie van zeer kleine deeltjes.
Dekplaat op zijkant
Als er een luchtbevochtiger met het apparaat wordt gebruikt, kan deze dekplaat op de zijkant gemakkelijk worden verwijderd met het vrijgavelipje voordat de luchtbevochtiger wordt aangebracht. Raadpleeg de handleiding voor de luchtbevochtiger. Wanneer er geen luchtbevochtiger wordt gebruikt, moet deze dekplaat op zijn plaats zitten op het apparaat.
Gebruikshandleiding
Bedieningsknoppen
LCD beeldscherm
Instellingen van luchtbevochtiger, pictogrammen en nummers
Regelwiel/drukknop Helling-knop
Deze afbeelding laat de primaire bedieningsknoppen op het apparaat zien, die in de volgende tabel zijn beschreven. Functie
Beschrijving
Beeldscherm
Geeft therapie-instellingen, patiëntgegevens en andere berichten weer. Het opstartscherm wordt tijdelijk weergegeven zodra het apparaat wordt aangezet.
Luchtbevochtigerpictogram
Dit pictogram licht op wanneer de optionele luchtbevochtiger wordt aangebracht. De genummerde instellingen van de luchtbevochtiger zijn alleen zichtbaar wanneer de luchtbevochtiger is aangebracht en er een therapie wordt uitgevoerd. Raadpleeg de gebruikshandleiding voor de luchtbevochtiger voor nadere informatie.
Regelwiel/drukknop
Draai aan het wiel om af te wisselen tussen opties op het scherm. Druk op het wiel om een optie te kiezen. De primaire functie is om de luchtstroom aan/uit te zetten.
Helling-knop
Wanneer de luchtstroom aan staat, kunt u met deze knop de helling-functie activeren of opnieuw starten. Deze knop licht op tijdens het uitvoeren van een therapie of tijdens specifieke waarschuwingen.
Beschikbare therapieën
Het REMstar Auto A-Flex-apparaat voert de volgende therapieën uit: • CPAP – Dient continue positieve luchtwegdruk toe; CPAP houdt gedurende de gehele ademhalingscyclus een constant drukniveau in stand. Als uw gezondheidsdeskundige de helling-functie voor u heeft voorgeschreven, drukt u op de Helling‑knop om de druk te verlagen en deze geleidelijk te verhogen tot de ingestelde therapeutische druk zodat u comfortabeler in slaap kunt vallen. • CPAP met C-Flex – Voert CPAP-therapie met drukontlasting na uitademing uit om het patiëntcomfort te verhogen, afhankelijk van de behoeften van de patiënt. • CPAP met C-Flex+ – Voert CPAP-therapie met drukontlasting uit op het einde van de inademing en bij het begin van de uitademing om het patiëntcomfort te verhogen, afhankelijk van de behoeften van de patiënt. • Auto-CPAP – Voert CPAP-therapie uit terwijl het het drukniveau automatisch aan de behoeften van de patiënt aanpast. • Auto-CPAP met C-Flex – Voert automatische CPAP-therapie met drukontlasting na uitademing uit om het patiëntcomfort te verhogen, afhankelijk van de behoeften van de patiënt. • Auto-CPAP met A-Flex – Voert automatische CPAP-therapie met drukontlasting uit op het einde van de inademing en bij het begin van de uitademing om het patiëntcomfort te verhogen, afhankelijk van de behoeften van de patiënt.
Gebruikshandleiding
5
De luchtfilters installeren
LET OP: Een correct geïnstalleerde, onbeschadigde, grijze schuimfilter is vereist voor de juiste werking. Het apparaat gebruikt een grijze schuimfilter die wasbaar en herbruikbaar is en een optionele witte ultrafijne filter die disposable is. De herbruikbare filter weert normaal huisstof en pollen, terwijl de optionele ultrafijne filter voor een vollediger filtratie van zeer kleine deeltjes zorgt. De herbruikbare grijze filter moet tijdens gebruik van het apparaat altijd op zijn plaats zitten. De ultrafijne filter wordt aanbevolen voor mensen die gevoelig zijn voor tabaksrook of andere kleine deeltjes. Er wordt een herbruikbare grijze schuimfilter met het apparaat meegeleverd. Er is een disposable ultrafijne filter verkrijgbaar als accessoire. Als uw filter nog niet is geïnstalleerd wanneer u uw apparaat ontvangt, dient u ten minste de herbruikbare grijze schuimfilter te installeren voordat u het apparaat gebruikt. De filter(s) installeren: 1. Als u de disposable witte ultrafijne filter gebruikt, brengt u deze als eerste in het filtergebied in, met de gaaszijde naar binnen gericht, naar het apparaat toe. 2. Breng de vereiste grijze schuimfilter na de ultrafijne filter in het filtergebied in. Opmerking: Als u de disposable witte filter niet gebruikt, brengt u eenvoudig de grijze schuimfilter in het filtergebied in.
Het ademhalingscircuit aansluiten
Als u het systeem wilt gebruiken, hebt u de volgende accessoires nodig om het aanbevolen circuit samen te stellen: • Respironics-interface (neusmasker of masker voor het gehele gezicht) met ingebouwde uitademingspoort of Respironicsinterface met apart uitademingshulpmiddel (zoals de Whisper Swivel II) • Flexibele Respironics-slang van 1,83 m • Respironics-hoofdband (voor het masker) WAARSCHUWING: Als het apparaat door meerdere personen wordt gebruikt (zoals bij huurapparaten), moet er een bacteriefilter met geringe weerstand in de lijn tussen het apparaat en de circuitslang worden geïnstalleerd om verontreiniging te voorkomen. Voer de volgende stappen uit om uw ademhalingscircuit op het apparaat aan te sluiten: 1. Sluit de flexibele slang aan op de luchtuitlaat op de zijkant van het apparaat. Opmerking: Sluit zo nodig een bacteriefilter aan op de luchtuitlaat van het apparaat en sluit vervolgens de flexibele slang aan op de uitlaat van de bacteriefilter. Opmerking: De bacteriefilter wordt aanbevolen om de patiënt, de zorgverlener en de apparatuur te beschermen tegen het overbrengen van een virus of bacteriën via het ademhalingscircuit. Opmerking: Bij gebruik van de bacteriefilter kan de werking van het apparaat mogelijk worden beïnvloed. Het apparaat blijft echter functioneel en voert therapie uit. 2. Sluit de slang aan op het masker. Raadpleeg de instructies die met uw masker zijn meegeleverd. 3. Bevestig de hoofdband zo nodig aan het masker. Raadpleeg de instructies die met uw hoofdband zijn meegeleverd.
Een plaats voor het apparaat kiezen
Zet het apparaat op een stevige, platte ondergrond op een plaats waar u er gemakkelijk bij kunt, en wel op een lager niveau dan uw slaappositie. Zorg dat het filtergebied op de achterkant van het apparaat niet door beddengoed, gordijnen of dergelijke wordt geblokkeerd. De lucht moet vrijelijk rondom het apparaat kunnen stromen, wil het systeem naar behoren werken. Zorg dat het apparaat uit de buurt van verwarmings- of koelapparatuur (bijv. gestuwde-luchtopeningen, radiatoren, airco’s) staat. LET OP: Zet het apparaat niet direct op vloerkleed, stoffen of andere ontvlambare materialen. LET OP: Zet het apparaat niet in of op een bak die met water kan worden gevuld.
6
Gebruikshandleiding
Het apparaat op de netspanning aansluiten
LET OP: Condensatie kan het apparaat beschadigen. Als dit apparaat aan ofwel zeer hoge of zeer lage temperaturen is blootgesteld, dient u het op kamertemperatuur (gebruikstemperatuur) te laten komen voordat u met de therapie begint. Gebruik het apparaat niet bij temperaturen buiten het bereik voor de gebruikstemperatuur dat in de Specificaties is aangegeven. WAARSCHUWING: Leid het netsnoer zodanig naar het stopcontact dat wordt voorkomen dat er over kan worden gevallen of dat stoelen of ander meubilair het snoer in de weg staan. WAARSCHUWING: Het apparaat wordt geactiveerd wanneer het netsnoer op het stopcontact wordt aangesloten. BELANGRIJK: Als u uw apparaat met een luchtbevochtiger gebruikt, raadpleeg dan de met uw luchtbevochtiger meegeleverde instructies voor het van voeding voorzien van het apparaat en de luchtbevochtiger. Voer de volgende stappen uit om het apparaat op de netspanning te gebruiken: 1. Steek het uiteinde van het (meegeleverde) netsnoer met de stekkerbus in de (ook meegeleverde) voeding. 2. Steek het uiteinde van het netsnoer met de pennen in een elektrisch stopcontact dat niet met een wandschakelaar wordt geregeld. 3. Steek de connector van het netsnoer in de stroomaansluiting op de achterkant van het apparaat. 4. Zorg dat alle aansluitingen goed vastzitten. BELANGRIJK: Om de voeding uit te schakelen, trekt u de stekker van het netsnoer uit het elektrische stopcontact. WAARSCHUWING: Inspecteer elektrische snoeren en kabels van tijd tot tijd op beschadiging en tekenen van slijtage. Staak het gebruik van het apparaat en vervang de snoeren en kabels als ze beschadigd zijn. LET OP: Gebruik geen verlengsnoeren met dit apparaat.
Door de schermen van het apparaat navigeren Draai aan het wiel om tussen opties en instellingen op het scherm af te wisselen. Druk op het wiel om een gemarkeerde optie of instelling te kiezen. Als u ‘Back’ (terug) of het pictogram op een scherm kiest, gaat u terug naar het vorige scherm. Opmerking: De schermen die in deze gehele handleiding worden weergegeven, zijn slechts voorbeelden. De werkelijke schermen kunnen enigszins variëren. De voorbeelden dienen slechts als referentie. Opmerking: Uw apparaat zal ofwel in de pictogrammodus of in de tekstmodus (uitsluitend in het Engels) werken. Voorbeelden worden in beide modi gegeven.
Het apparaat starten
1. Voorzie het apparaat van stroom. 2. Het hieronder afgebeelde home-scherm verschijnt.
Home-scherm - pictogrammodus
Therapy
Flex
Info
Setup
Home-scherm - tekstmodus
Opmerking: ‘Flex’ (hierboven afgebeeld) (uitsluitend in tekstmodus) wordt weergegeven als de huidige Flex-instelling die door de zorgverlener is gekozen. 3. Zet uw maskereenheid op. Opmerking: Als u problemen hebt met uw masker, raadpleeg dan de met het masker meegeleverde instructies. 4. Draai aan het wiel om af te wisselen tussen de vier opties. Markeer ‘Therapy’ (therapie) of het pictogram . Druk op het wiel om de luchtstroom aan te zetten en met de therapie te beginnen. Het therapiescherm verschijnt, waarop de op dit moment gebruikte drukinstelling wordt weergegeven. 5. Zorg dat er geen lucht vanuit uw masker in uw ogen lekt. Pas het masker en de hoofdband zo nodig aan totdat het luchtlek stopt. Zie de met uw masker meegeleverde instructies voor nadere informatie. Opmerking: Een kleine hoeveelheid maskerlek is normaal en acceptabel. Verhelp grote maskerlekken of oogirritatie als gevolg van een luchtlek zo spoedig mogelijk. 6. Als u het apparaat in een bed met een hoofdbord gebruikt, probeer de slang dan over het hoofdbord heen te leggen. Dit kan spanning op het masker mogelijk verminderen. 7. Druk nogmaals op het wiel om de therapie uit te zetten en terug te gaan naar het home-scherm.
Gebruikshandleiding
7
Helling-functie
Het apparaat is uitgerust met een optionele helling-functie die uw thuiszorgverlener kan activeren of deactiveren. Deze functie vermindert de luchtdruk wanneer u in slaap probeert te vallen en verhoogt de druk vervolgens geleidelijk (de zgn. ‘helling’) totdat uw voorgeschreven instelling is bereikt zodat u comfortabeler in slaap kunt vallen. Als de helling-functie op uw apparaat is geactiveerd, drukt u, nadat u de luchtstroom hebt aangezet, op de HELLING-knop ( ) boven op het apparaat. U kunt de HELLING-knop gedurende de nacht zo vaak als u wilt gebruiken. Opmerking: Als de helling-functie is gedeactiveerd, gebeurt er niets wanneer u op de HELLING-knop drukt. Opmerking: In de automatische modus is er bij het starten geen helling bij minimale druk. De helling-functie zou alleen nuttig zijn als u midden in de nacht wakker wordt.
Het Flex-scherm (
)
Op het home-scherm markeert u ‘Flex’ of het pictogram
en drukt u op het wiel. Het volgende Flex-scherm verschijnt:
Flex-scherm - pictogrammodus
Flex-scherm - tekstmodus
Opmerking: ‘Flex’ (hierboven afgebeeld) (uitsluitend in tekstmodus) wordt weergegeven als de huidige Flex-instelling die door de zorgverlener is gekozen. • Flex ( ) - Met de Flex-comfortfunctie kunt u de mate van ontlasting van de luchtdruk die u voelt wanneer u tijdens de therapie uitademt, aanpassen. Uw thuiszorgverlener kan deze functie activeren, vergrendelen of deactiveren. Wanneer uw zorgverlener de Flex-functie activeert, is er al een niveau voor u ingesteld op het apparaat. Als deze instelling niet comfortabel is, kunt u de instelling verhogen of verlagen. De instelling ‘1’ biedt een geringe mate van drukontlasting, terwijl de hogere getallen meer drukontlasting bieden. Als de zorgverlener deze functie heeft gedeactiveerd, geeft het Flexscherm ‘Flex is disabled’ (Flex is gedeactiveerd) weer. Als de zorgverlener deze functie heeft vergrendeld, verschijnt er een vergrendelingssymbool naast de instelling. • Flex demo ( ) - Met de Flex-instelling kunt u het Flex-niveau instellen alvorens met de therapie te beginnen. Met de Flex-demo-instelling kunt u de verschillende Flex-instellingen in real time uitproberen. Na een periode zonder activiteit stopt het apparaat de therapie en gebruikt het de laatste Flex-demo-instelling als de nieuwe Flex-instelling voor uw apparaat. Wanneer er opnieuw een therapie wordt gestart op het home-scherm, werkt het apparaat met de nieuwe Flex-instelling.
Het setup-scherm (
)
Op het home-scherm markeert u ‘Setup’ of het pictogram De gebruiker kan instellingen in het setup-menu veranderen.
en drukt u op het wiel. Het volgende setup-scherm verschijnt.
Ramp start 4.0 - (auto min) or (CPAP pres) SYSTEM ONE resistance X1 X2 X3 X4 X5
4.0-(auto min) or (CPAP pres) X1 X2 X3 X4 X5 1 0
Setup-scherm - pictogrammodus
Setup-scherm - tekstmodus
Opmerking: Het scherm laat slechts 4 regels tegelijkertijd zien. Terwijl u aan het wiel draait om af te wisselen tussen verschillende opties, schuift het scherm naargelang omhoog en omlaag. Opmerking: Als de tekst te lang is om helemaal op het scherm te passen, schuift deze horizontaal over het scherm wanneer deze gemarkeerd is.
8
Gebruikshandleiding
• Flex ( ) - Dit geeft het Flex-niveau weer dat door uw thuiszorgverlener is ingesteld. Uw thuiszorgverlener activeert, vergrendelt of deactiveert de Flex-functie. Als de Flex-functie is geactiveerd en de instelling niet comfortabel is, kunt u deze instelling verhogen of verlagen. Als uw zorgverlener een Flex-instelling op zijn plaats heeft vergrendeld, kunt u de instelling bekijken maar niet veranderen en geeft het scherm een vergrendelingssymbool ( ) weer. Als uw zorgverlener de Flex-functie heeft gedeactiveerd, zult u deze instelling niet zien. • Humidifier (luchtbevochtiger) ( ) - Dit geeft de instelling van de luchtbevochtiger weer. Dit wordt uitsluitend weergegeven als de luchtbevochtiger is aangebracht. Raadpleeg de gebruikshandleiding voor de luchtbevochtiger bij gebruik van een luchtbevochtiger. • Ramp Start (helling-begin) ( ) - Dit geeft de helling-begindruk weer. U kunt de helling-begindruk met stappen van 0,5 cm H2O verhogen of verlagen. Dit is uitsluitend beschikbaar als de helling-tijd op >0 en auto min of de CPAP-druk op >4 cm H2O is ingesteld. Dit verschijnt niet als uw zorgverlener Split Night op uw apparaat heeft geactiveerd. • SYSTEM ONE resistance (weerstand System One) ( ) - Met deze instelling kunt u de mate van ontlasting van de luchtdruk afhankelijk van het specifieke Respironics-masker aanpassen. Elk Respironics-masker kan een weerstandsinstelling voor System One hebben. Neem contact op met uw thuiszorgverlener als u deze weerstandsinstelling voor uw masker niet kunt vinden. Als uw zorgverlener de weerstandsinstelling op zijn plaats heeft vergrendeld, kunt u de instelling bekijken maar niet veranderen en geeft het scherm een vergrendelingssymbool weer. Als uw zorgverlener de weerstand heeft gedeactiveerd, zult u deze instelling niet zien. 1 ) - U kunt deze functie activeren als u het apparaat automatisch • Auto on (functie voor automatisch inschakelen) ( de luchtstroom wilt laten aanzetten wanneer u de interface (masker) op uw luchtweg aanbrengt. 0 ) - U kunt deze functie activeren als u het apparaat automatisch de • Auto off (functie voor automatisch uitschakelen) ( luchtstroom wilt laten uitzetten wanneer u de interface (masker) van uw luchtweg verwijdert. • Mask alert (maskerwaarschuwing) ( ) - U kunt de instelling voor de maskerwaarschuwing activeren of deactiveren. Als deze functie is geactiveerd, verschijnt de maskerwaarschuwing op het beeldscherm wanneer er een significant maskerlek wordt gedetecteerd en wordt er een geluidsalarm gegeven. Raadpleeg het gedeelte Waarschuwingen van het apparaat voor nadere informatie over de maskerwaarschuwing. • LED backlight (led-achtergrondverlichting) ( ) - U kunt de led-achtergrondverlichting voor het pictogram en de instellingen van de luchtbevochtiger op het apparaat activeren of deactiveren.
Het informatiescherm (
)
Op het home-scherm markeert u ‘Info’ of het pictogram en drukt u op het wiel. Het volgende info-scherm verschijnt. De gebruiker kan instellingen in het ‘Info’-menu niet veranderen. Opmerking: Deze schermen dienen uitsluitend als referentie. Uw thuiszorgverlener kan u van tijd tot tijd om deze informatie vragen.
Days > 4
Info-scherm - pictogrammodus
Info-scherm - tekstmodus
Opmerking: Het scherm laat slechts 4 regels tegelijkertijd zien. Terwijl u aan het wiel draait om af te wisselen tussen verschillende opties, schuift het scherm naargelang omhoog en omlaag. • Status ( ) - Dit geeft informatie weer die door een randapparaat (SD-kaart, modem, enz.) is verzonden. Als er twee randapparaten zijn aangesloten, verschijnen er twee lijnen met bijbehorende pictogrammen.
Gebruikshandleiding
9
• Phone-in (inbellen) ( ) - Dit scherm geeft de totale therapie-uren voor het apparaat ( ), de totale blazeruren ( ) en het totaal aantal dagen dat het systeem is gebruikt wanneer de sessies langer waren dan 4 uur sinds het apparaat opnieuw is ingesteld door de thuiszorgverlener ( ), weer. Dit scherm geeft ook een nalevingsgetal ( ) weer dat door uw thuiszorgverlener wordt gebruikt om te controleren of de door u verstrekte gegevens daadwerkelijk zijn overgenomen van dit scherm. Deze instelling verschijnt uitsluitend als uw zorgverlener deze functie heeft geactiveerd. • Therapy hours (therapie-uren) ( ) - Het apparaat is in staat het verschil te herkennen tussen de tijd dat de patiënt in feite therapie krijgt en de tijd dat alleen de blazer werkt. Het scherm geeft de gemiddelde hoeveelheid tijd weer dat de patiënt in feite therapie met het apparaat krijgt over een tijdsperiode van 7 dagen en 30 dagen (mits het apparaat ten minste respectievelijk 7 of 30 dagen aan gegevens heeft). Als het apparaat slechts 5 dagen aan gegevens heeft dat het voor de berekening kan gebruiken, is er een gemiddelde waarde voor de 5 dagen te zien onder de weergave voor 7 dagen. • Days > 4 (dagen > 4) ( ) - Dit scherm geeft het cumulatieve aantal therapiesessies van het apparaat weer die meer dan 4 uur hebben bedragen gedurende een tijdsperiode van 7 dagen en 30 dagen. • System leak (systeemlek) ( ) - Voor elke nacht herkent het apparaat het percentage van de tijd dat de patiënt wat als groot lek wordt beschouwd heeft ervaren. Een groot lek wordt gedefinieerd als het niveau van een lek dat zo groot is dat het niet meer mogelijk is ademhalingsgebeurtenissen met statistische nauwkeurigheid vast te stellen. Dit scherm geeft het gemiddelde van deze individuele nachtelijke waarden van het percentage van de tijd bij een groot lek over een tijdsperiode van 7 dagen en 30 dagen weer (mits het apparaat ten minste respectievelijk 7 of 30 dagen aan gegevens heeft). Als het apparaat slechts 5 dagen aan gegevens heeft dat het voor de berekening kan gebruiken, is er een gemiddelde waarde voor de 5 dagen te zien onder de weergave voor 7 dagen. Als u een grote toename in het percentage van de tijd bij een hier aangeduid groot lek ziet, neemt u voor hulp contact op met uw thuiszorgverlener. Dit scherm verschijnt uitsluitend als uw thuiszorgverlener het heeft geactiveerd. • AHI ( ) - Het apparaat accumuleert individuele apneu/hypopneu-indices (AHI) voor elke sessie waarin de patiënt het apparaat heeft gebruikt. Dit scherm geeft het gemiddelde van deze individuele nachtelijke AHI-waarden over een tijdsperiode van 7 dagen en 30 dagen weer (mits het apparaat ten minste respectievelijk 7 of 30 dagen aan gegevens heeft). Als het apparaat slechts 5 dagen aan gegevens heeft dat het voor de berekening kan gebruiken, is er een gemiddelde waarde voor de 5 dagen te zien onder de weergave voor 7 dagen. • Periodic breathing (periodieke ademhaling) ( ) - Voor elke nacht herkent het apparaat het percentage van de tijd dat de patiënt periodieke ademhaling heeft ervaren. Dit scherm geeft het gemiddelde van deze individuele nachtelijke waarden van periodieke ademhaling over een tijdsperiode van 7 dagen en 30 dagen weer (mits het apparaat ten minste respectievelijk 7 of 30 dagen aan gegevens heeft). Als het apparaat slechts 5 dagen aan gegevens heeft dat het voor de berekening kan gebruiken, is er een gemiddelde waarde voor de 5 dagen te zien onder de weergave voor 7 dagen. Als u een grote toename in het percentage van de tijd bij een hier aangeduide periodieke ademhaling ziet, neemt u voor hulp contact op met uw thuiszorgverlener. Dit scherm verschijnt uitsluitend als uw thuiszorgverlener het heeft geactiveerd. • 90% pressure (90% druk) ( ) - Voor elke nacht herkent het apparaat de 90% druk die door het automatische algoritme wordt bereikt. 90% druk wordt gedefinieerd als de druk waarop of waaronder het apparaat 90% van de sessietijd heeft verkeerd. Als het apparaat bijvoorbeeld gedurende 10 uur luchtstroom herkende en 9 uur daarvan een druk van of minder dan 11 cm H2O hadden en 1 uur een druk van meer dan 11 cm H2O had, zou de 90% druk 11 cm H2O bedragen. Dit scherm geeft het gemiddelde van deze individuele nachtelijke waarden van 90% druk over een tijdsperiode van 7 dagen en 30 dagen weer (mits het apparaat ten minste respectievelijk 7 of 30 dagen aan gegevens heeft). Als het apparaat slechts 5 dagen aan gegevens heeft dat het voor de berekening kan gebruiken, is er een gemiddelde waarde voor de 5 dagen te zien onder de weergave voor 7 dagen. Dit scherm verschijnt uitsluitend als het apparaat op automatische CPAP-therapie is ingesteld.
10
Gebruikshandleiding
Waarschuwingen van het apparaat
• Hoge prioriteit: Deze waarschuwingen vereisen onmiddellijk een reactie van de gebruiker. Het waarschuwingssignaal bestaat uit een geluid met hoge prioriteit. Het betreft hier een continu patroon met twee pieptonen (in de volgende tabel aangegeven als: • • • •). Bovendien laat de achtergrondverlichting op de knoppen een flitspatroon met hoge prioriteit zien. Dit patroon bestaat uit een continu patroon met twee flitsen, van helder naar uit (in onderstaande tabel aangegeven als: ◊◊ ◊◊ ). • Matige prioriteit: Deze waarschuwingen vereisen een prompte reactie van de gebruiker. Het waarschuwingssignaal bestaat uit een geluid met matige prioriteit. Het betreft hier een continu patroon met één pieptoon (in de volgende tabel aangegeven als: • • ). Bovendien laat de achtergrondverlichting op de knoppen een flitspatroon met matige prioriteit zien. Dit patroon bestaat uit een continu patroon met één flits, van helder naar dof (in onderstaande tabel aangegeven als: ◊ ◊ ). Tabel met samenvatting van waarschuwingen: De volgende tabel bevat een samenvatting van de waarschuwingen. Waarschuwing
Geluids-
Visuele indicator
signaal
• • • •
Onderhoud vereist
• •
Maskerwaarschuwing
Functie voor automatisch uitschakelen
enkele pieptoon
geen
Instant bericht
◊◊ ◊◊
Het scherm geeft ‘Service required’ (onderhoud vereist) of het volgende geanimeerde symbool weer.
◊ ◊
Het scherm geeft ‘Mask alert’ (maskerwaarschuwing) of het volgende geanimeerde symbool weer.
Het scherm geeft ‘Auto off’ (functie voor automatisch uitschakelen) of het volgende geanimeerde symbool weer.
◊ ◊
Het led-pictogram voor de luchtbevochtiger flitst op het apparaat.
enkele pieptoon
Gebruikshandleiding
Mogelijke oorzaak
Actie van de patiënt
apparaat
0
Luchtbevochtigerswaarschuwing
Actie van het
De thuiszorgverlener verstrekt de weer te geven tekst.
Het apparaat gaat over op de ‘veilige stand’ waarin de voeding van het apparaat aan blijft, maar de luchtstroom is gedeactiveerd.
Defect van het apparaat.
Druk ofwel op het wiel of op de helling-knop om de waarschuwing te onderdrukken. Verwijder het netsnoer uit het apparaat om de voeding op te heffen. Steek de stekker weer in de stroomaansluiting van het apparaat om de voeding te herstellen. Als de waarschuwing aanhoudt, neemt u contact op met uw thuiszorgverlener.
De waarschuwing is aanwezig totdat er een actie wordt uitgevoerd.
Het ademhalingscircuit is losgekoppeld of er is een groot luchtlek.
Zet de luchtstroom uit. Controleer de aansluitingen van het ademhalingscircuit en sluit de slang weer aan als deze los was geraakt. Zorg dat uw masker goed is aangebracht voordat u de luchtstroom opnieuw start. Als de waarschuwing aanhoudt, neemt u contact op met uw thuiszorgverlener om uw masker te laten controleren. Het kan nodig zijn het masker opnieuw aan te passen.
De luchtstroom wordt uitgeschakeld en het apparaat gaat ongeveer 45 à 60 seconden na detectie over op stand‑by. De waarschuwing is aanwezig gedurende 30 seconden of totdat deze door de gebruiker is bevestigd.
Het masker is verwijderd.
Zet uw masker weer op en zet de luchtstroom aan om de therapie te hervatten.
Uitsluitend weergegeven wanneer zowel de luchtbevochtiger als de therapie aan staat.
Defect van de luchtbevochtiger.
De waarschuwing is aanwezig gedurende 12 minuten of totdat de situatie is opgelost. Zet de luchtstroom uit en sluit de luchtbevochtiger opnieuw op het apparaat aan volgens de instructies voor de luchtbevochtiger. Als de waarschuwing aanhoudt, neemt u contact op met uw thuiszorgverlener.
Wordt uitsluitend weergegeven wanneer de therapie uit staat.
Bericht van de zorgverlener.
Uw thuiszorgverlener kan een instant bericht verzenden. Neem met vragen contact op met uw thuiszorgverlener.
11
Waarschuwing
Geluids-
Visuele indicator
signaal
Actie van het
Mogelijke oorzaak
Actie van de patiënt
apparaat
Geheugensteun voor de patiënt
enkele pieptoon
Het scherm geeft een bericht van de zorgverlener of het volgende symbool weer.
Wordt uitsluitend weergegeven wanneer de therapie overgaat van aan naar uit. De waarschuwing is aanwezig gedurende 6 minuten of totdat deze door de gebruiker is bevestigd.
Bericht van de zorgverlener.
Uw thuiszorgverlener kan een geheugensteun voor de patiënt instellen die op een bepaald tijdstip zal verschijnen om u eraan te herinneren om uw masker te vervangen, uw filters uit te wisselen, enz. ‘Check your mask, a new one may be available. Call your provider.’ (Controleer uw masker, er is mogelijk een nieuw masker beschikbaar. Bel uw zorgverlener.) is het standaardbericht. De zorgverlener kan het bericht veranderen.
SD-kaart: voorschrift geaccepteerd
enkele pieptoon
Het scherm geeft ‘SD card inserted, prescription accepted’ (SD-kaart ingebracht, voorschrift geaccepteerd) of het volgende symbool weer.
De waarschuwing is aanwezig gedurende 30 seconden of totdat deze door de gebruiker is bevestigd.
n.v.t.
De status van de kaart kan in het statusmenu worden gecontroleerd.
SD-kaart: voorschrift afgewezen
enkele pieptoon
◊ ◊
De waarschuwing is aanwezig gedurende 30 seconden of totdat deze door de gebruiker is bevestigd.
Het voorschrift ontbreekt of is incorrect.
Neem voor een correct voorschrift contact op met uw thuiszorgverlener.
◊ ◊
De waarschuwing is aanwezig totdat er een actie wordt uitgevoerd.
SD-kaart verkeerd ingebracht.
De waarschuwing is aanwezig totdat de kaart is verwijderd. Verwijder de SD-kaart en breng hem op juiste wijze in. Als de waarschuwing aanhoudt, neemt u contact op met uw thuiszorgverlener.
◊ ◊
De waarschuwing is aanwezig totdat er een actie wordt uitgevoerd.
SD-kaart is vol.
De waarschuwing is aanwezig totdat de kaart is verwijderd. De status van de kaart kan in het statusmenu worden gecontroleerd. Verwijder de SD-kaart en vervang hem.
◊ ◊
De waarschuwing is aanwezig gedurende 30 seconden of totdat deze door de gebruiker is bevestigd.
SD-kaart is verwijderd.
Geen actie nodig.
SD-kaart: verkeerd ingebracht
• •
SD-kaart: vol
• •
SD-kaart: verwijderd
12
enkele pieptoon
Het scherm geeft ‘SD card inserted, presciption rejected’ (SD-kaart ingebracht, voorschrift afgewezen) of het volgende symbool weer.
Het scherm geeft ‘SD card inserted incorrectly’ (SD-kaart verkeerd ingebracht) of het volgende symbool weer.
Het scherm geeft ‘SD card full’ (SD-kaart vol) of het volgende geanimeerde symbool weer.
Het scherm geeft ‘SD card removed’ (SD-kaart verwijderd) of het volgende symbool weer.
Gebruikshandleiding
Waarschuwing
Geluids-
Visuele indicator
signaal
SD-kaart: gegevensactiviteit
enkele pieptoon
SD-kaart: verminkt
• •
Actie van het
Mogelijke oorzaak
Actie van de patiënt
apparaat
Het scherm geeft ‘Data activity: Do not remove card’ (gegevensactiviteit: kaart niet verwijderen) of het volgende geanimeerde symbool weer.
◊ ◊
Het scherm geeft ‘Corrupt card inserted reformat card?’ (verminkte kaart ingebracht, kaart opnieuw formatteren?) of het volgende symbool weer.
De waarschuwing is aanwezig totdat de gebruiker een bevestiging geeft of de gegevensactiviteit voltooid is.
n.v.t.
Wordt alleen weergegeven onmiddellijk nadat de therapie is uitgezet wanneer de gegevens naar de kaart worden overgebracht.
De waarschuwing is aanwezig totdat er een actie wordt uitgevoerd.
Er is een probleem met de SD-kaart. De gegevens zijn mogelijk verminkt.
Kies ‘yes’ (ja) (of het pictogram met het markeringsteken) om de kaart opnieuw te formatteren. Het scherm geeft ‘Reformatting… do not remove card’ (bezig met opnieuw formatteren…, kaart niet verwijderen) of het volgende geanimeerde symbool weer. Als u ‘no’ (nee) kiest, verdwijnt de waarschuwing en wordt de kaart niet opnieuw geformatteerd. Opmerking: Alle informatie op de kaart gaat verloren wanneer de kaart opnieuw wordt geformatteerd. Neem met vragen contact op met uw thuiszorgverlener.
• •
SD-kaart: verwijderen en opnieuw inbrengen
Modem: probeert verbinding te maken
enkele pieptoon
Modem: niet-geslaagde verbinding
enkele pieptoon
Gebruikshandleiding
◊ ◊
De waarschuwing is aanwezig totdat er een actie wordt uitgevoerd.
Het apparaat kan de SD-kaart niet lezen. Er kan een probleem bestaan met de SDkaart of de SD-kaart is verkeerd ingebracht.
Verwijder de SD-kaart en breng hem opnieuw in. Als de waarschuwing aanhoudt, vervangt u de SD‑kaart door een andere kaart of neemt u contact op met uw thuiszorgverlener.
De modem geeft zijn eigen pictogram weer op het apparaat. Raadpleeg de instructiehandleiding voor de modem.
De waarschuwing is aanwezig gedurende 30 seconden na belreeks of totdat deze door de gebruiker is bevestigd.
Raadpleeg de instructiehandleiding voor de modem.
Als de modem een verbinding probeert te maken wanneer er een therapie wordt uitgevoerd, wordt er geen waarschuwing voor de belreeks weergegeven.
◊ ◊
De waarschuwing is aanwezig gedurende 30 seconden of totdat deze door de gebruiker is bevestigd.
Raadpleeg de instructiehandleiding voor de modem.
Geen actie nodig.
Het scherm geeft ‘SD card error: remove and reinsert’ (Fout met SD-kaart: verwijderen en opnieuw inbrengen) of het volgende geanimeerde symbool weer.
De modem geeft zijn eigen pictogram weer op het apparaat. Raadpleeg de instructiehandleiding voor de modem.
13
Probleemoplossing
Onderstaande tabel bevat een aantal van de problemen die u met uw apparaat kunt ondervinden en mogelijke oplossingen voor die problemen. Probleem Er gebeurt niets wanneer u het apparaat van voeding voorziet. De achtergrondverlichting op de knoppen licht niet op.
Waarom dit is gebeurd
Wat te doen
Het stopcontact werkt niet of de stekker van het apparaat zit niet in het stopcontact.
Als u wisselstroom gebruikt, controleert u of het stopcontact voeding ontvangt en of de stekker van het apparaat op juiste wijze in het stopcontact zit. Controleer of het stopcontact voeding ontvangt. Controleer of het netsnoer op juiste wijze op de voeding is aangesloten en of het netsnoer stevig op de stroomaansluiting van het apparaat is aangesloten. Als het probleem aanhoudt, neemt u contact op met uw thuiszorgverlener. Retourneer zowel het apparaat als de voeding naar uw zorgverlener, zodat deze kan vaststellen of het probleem aan het apparaat of de voeding ligt. Als u gelijkstroom gebruikt, controleert u of de aansluitingen van het gelijkstroomsnoer en de accuadapterkabel stevig vastzitten. Controleer uw accu. Het kan nodig zijn deze op te laden of te vervangen. Als het probleem aanhoudt, controleert u de zekering van het gelijkstroomsnoer volgens de met het gelijkstroomsnoer meegeleverde instructies. Het kan nodig zijn de zekering te vervangen. Als het probleem nog steeds aanhoudt, neemt u contact op met uw thuiszorgverlener.
De luchtstroom wordt niet ingeschakeld.
Er is mogelijk een probleem met de blazer.
Controleer of het apparaat op juiste wijze van voeding wordt voorzien. Controleer of ‘Therapy’ (therapie) gemarkeerd is wanneer u op het regelwiel drukt om de luchtstroom te starten. Als de luchtstroom niet aan gaat, is er mogelijk een probleem met uw apparaat. Neem voor hulp contact op met uw thuiszorgverlener.
Het beeldscherm van het apparaat is onregelmatig.
Het apparaat is gevallen of verkeerd gehanteerd, of het apparaat bevindt zich in een ruimte met hoge EMI‑emissies (elektromagnetische interferentie).
Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact. Herstel de stroomtoevoer naar het apparaat. Als het probleem aanhoudt, verplaatst u het apparaat naar een ruimte met lagere EMI-emissies (uit de buurt van elektronische apparatuur zoals mobiele telefoons, draadloze telefoons, computers, tv’s, elektronische spelletjes, föhns, enz.). Als het probleem nog steeds aanhoudt, neemt u voor hulp contact op met uw thuiszorgverlener.
De helling-functie werkt niet wanneer u op de helling-knop drukt.
Uw thuiszorgverlener heeft de helling-functie niet voor u voorgeschreven of uw CPAP‑druk is al op de minimale waarde ingesteld.
Als de helling-functie niet voor u is voorgeschreven, bespreekt u deze functie met uw thuiszorgverlener om te zien of hij/zij uw voorschrift zal wijzigen.
De luchtstroom is veel warmer dan gebruikelijk.
De luchtfilters zijn mogelijk vuil. Het apparaat werkt mogelijk in direct zonlicht of dicht bij een verwarmingstoestel.
Als uw zorgverlener de helling-functie heeft geactiveerd, maar de functie nog steeds niet werkt, controleert u de CPAP-instelling op uw actieve beeldscherm. Als CPAP op de minimale waarde (4,0 cm H2O) is ingesteld of als de begindruk hetzelfde is als de voorgeschreven druk, werkt de helling-functie niet. Zorg dat de instelling voor de helling-tijd >0 is. Reinig of vervang de luchtfilters. De temperatuur van de lucht kan enigszins variëren afhankelijk van uw kamertemperatuur. Controleer of het apparaat op juiste wijze wordt geventileerd. Houd het apparaat verwijderd van beddengoed of gordijnen die de luchtstroom rondom het apparaat zouden kunnen blokkeren. Zorg dat het apparaat verwijderd is van direct zonlicht en verwarmingsapparatuur. Als de luchtbevochtiger met het apparaat wordt gebruikt, controleert u de instellingen van de luchtbevochtiger. Raadpleeg de instructies voor de luchtbevochtiger om te controleren of de luchtbevochtiger op juiste wijze werkt. Als het probleem aanhoudt, neemt u contact op met uw thuiszorgverlener.
14
Gebruikshandleiding
Accessoires
Er zijn diverse accessoires, zoals een luchtbevochtiger of een modem, verkrijgbaar voor uw REMstar Auto A-Flex-systeem. Neem voor aanvullende informatie over de verkrijgbare accessoires contact op met uw thuiszorgverlener. Volg bij gebruik van optionele accessoires altijd de bijgesloten instructies. Let op: Pennen van connectors mogen niet worden aangeraakt. Er mogen alleen aansluitingen worden gemaakt met deze connectors als er voorzorgsmaatregelen betreffende elektrostatische ontlading zijn getroffen. Voorbeelden van voorzorgsmaatregelen zijn methoden om de opbouw van elektrostatische lading te voorkomen (bijv. airco, luchtbevochtiging, geleidende vloerbedekking, niet-synthetische kleding), ontlading van het eigen lichaam op het frame van de apparatuur, het systeem, de aarde of een groot metalen voorwerp en verbinding van zichzelf door middel van een polsband met de apparatuur, het systeem of de aarde.
Een luchtbevochtiger toevoegen
U kunt de verwarmde luchtbevochtiger of de algemene bevochtiger met uw apparaat gebruiken. Deze luchtbevochtigers zijn verkrijgbaar via uw thuiszorgverlener. Een luchtbevochtiger kan de droogheid en irritatie van de neus verminderen door vocht toe te voegen aan de luchtstroom. LET OP: Voor een veilige werking moet de luchtbevochtiger altijd onder de aansluiting van het ademhalingscircuit bij het masker en bij de luchtuitlaat op het apparaat zijn geplaatst. Voor een goede werking moet de luchtbevochtiger waterpas staan. Opmerking: Raadpleeg de instructies voor de luchtbevochtiger voor volledige informatie over het opstellen.
De SD-kaart gebruiken
Het REMstar Auto A-Flex-systeem wordt geleverd met een SD-kaart ingebracht in de gleuf voor de SD-kaart op de achterkant van het apparaat; deze kaart wordt gebruikt om informatie voor de thuiszorgverlener te registreren. Uw thuiszorgverlener kan u vragen de SD-kaart van tijd tot tijd te verwijderen en ter evaluatie naar hem/haar toe te sturen. Opmerking: Het apparaat werkt op juiste wijze zelfs als de SD-kaart niet is geïnstalleerd. De SD-kaart registreert informatie over het gebruik van het apparaat voor uw thuiszorgverlener. U kunt het gedeelte Waarschuwingen van het apparaat in deze handleiding raadplegen voor nadere informatie over de SD-kaart. Neem contact op met uw zorgverlener als u vragen over de SD-kaart hebt.
Aanvullende zuurstof toevoegen
Er kan zuurstof worden toegevoegd bij de maskeraansluiting. Let op de hieronder vermelde waarschuwingen bij het gebruik van zuurstof met het apparaat. WAARSCHUWINGEN: • Wanneer zuurstof met dit systeem wordt gebruikt, moet de zuurstoftoevoer voldoen aan de plaatselijke voorschriften voor medische zuurstof. • Wanneer zuurstof met dit systeem wordt gebruikt, moet er een Respironics-drukklep in de lijn met het patiëntcircuit na de zuurstofbron worden geplaatst. Als de drukklep niet wordt gebruikt, kan er een brandgevaar ontstaan. • Schakel het apparaat in voordat de zuurstof wordt aangezet wanneer zuurstof met dit systeem wordt gebruikt. Schakel de zuurstof uit voordat u het apparaat uitzet. Dit voorkomt zuurstofophoping in het apparaat. • Sluit het apparaat niet aan op een niet-gereguleerde zuurstofbron of een zuurstofbron met hoge druk.
Het apparaat van gelijkstroom voorzien
Het gelijkstroomsnoer van Respironics kan worden gebruikt om dit apparaat in een stilstaande caravan, op een boot of in een camper te gebruiken. Wanneer de gelijkstroom accuadapterkabel van Respironics met het gelijkstroomsnoer wordt gebruikt, kan het apparaat op een 12-volt vrijstaande gelijkstroomaccu werken. LET OP: Wanneer gelijkstroom wordt verkregen van de accu van een voertuig, mag het apparaat niet worden gebruikt terwijl de motor van het voertuig draait. Dit kan het apparaat beschadigen. LET OP: Gebruik uitsluitend een gelijkstroomsnoer en accuadapterkabel van Respironics. Het gebruik van een ander systeem kan schade aan het apparaat toebrengen. Raadpleeg de met het gelijkstroomsnoer en de adapterkabel meegeleverde instructies voor informatie over de wijze waarop u het apparaat op gelijkstroom gebruikt.
Gebruikshandleiding
15
Reizen met het systeem
Wanneer u op reis gaat, dient de draagtas uitsluitend voor handbagage. De draagtas beschermt het systeem niet als het met de bagage wordt ingecheckt. Voor gemak bij veiligheidscontroles op vliegvelden staat er op de onderkant van het apparaat een opmerking die verklaart dat dit medische apparatuur is en geschikt is voor gebruik in vliegtuigen. Het kan handig zijn deze handleiding mee te nemen zodat de beveiligingsmedewerkers inzicht kunnen krijgen in het REMstar Auto A-Flex-systeem. Als u naar een land reist met een andere netspanning dan degene die u nu gebruikt voor uw apparaat, kan gebruik van een ander netsnoer of een internationale stekkeradapter nodig zijn om uw netsnoer compatibel te maken met de stopcontacten in het land waar u naar toe gaat. Neem voor aanvullende informatie contact op met uw thuiszorgverlener.
Vliegreizen
Het REMstar Auto A-Flex-apparaat is geschikt voor gebruik in vliegtuigen wanneer het apparaat op een wisselstroomof gelijkstroomvoedingsbron werkt. Opmerking: Het is niet geschikt voor gebruik in vliegtuigen als er een modem of luchtbevochtiger in het apparaat is geïnstalleerd.
Het apparaat reinigen
WAARSCHUWING: Trek de stekker van het apparaat altijd uit het stopcontact voordat u het apparaat reinigt om elektrische schokken te voorkomen. Dompel het apparaat NIET onder in vloeistoffen. 1. Trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact en neem de buitenkant van het apparaat af met een doek die enigszins met water en een niet-agressief reinigingsmiddel is bevochtigd. Laat het apparaat volledig droog worden voordat u de stekker van het netsnoer in het stopcontact steekt. 2. Inspecteer het apparaat en alle circuitonderdelen op schade na het reinigen. Vervang alle beschadigde onderdelen.
De filters reinigen of vervangen
Bij normaal gebruik dient u de grijze schuimfilter ten minste om de twee weken te reinigen en om de zes maanden door een nieuwe te vervangen. De witte ultrafijne filter is disposable en moet worden vervangen na 30 nachten gebruik of eerder als hij er vuil uitziet. De ultrafijne filter mag NIET worden gereinigd. LET OP: Vuile inlaatfilters kunnen hoge bedrijfstemperaturen veroorzaken die de werking van het apparaat eventueel kunnen beïnvloeden. Onderzoek zo nodig regelmatig of de inlaatfilters intact en schoon zijn. 1. Als het apparaat werkt, stopt u de luchtstroom. Koppel het apparaat van de stroombron los. 2. Verwijder de filter(s) uit de behuizing door voorzichtig in het midden van de filter te knijpen en de filter uit het apparaat weg te trekken. 3. Onderzoek of de filter(s) schoon en intact is (zijn). 4. Was de grijze schuimfilter in warm water met een niet-agressief reinigingsmiddel. Spoel de filter grondig om alle reinigingsmiddelresten te verwijderen. Laat de filter volledig drogen aan de lucht voordat u deze weer installeert. Vervang de schuimfilter als deze gescheurd is. (Alleen door Respironics geleverde filters mogen worden gebruikt als vervangingsfilters.) 5. Als de witte ultrafijne filter vuil of gescheurd is, dient u deze te vervangen. 6. Installeer de filters opnieuw en breng de witte ultrafijne filter als eerste in, indien van toepassing. LET OP: Installeer nooit een natte filter in het apparaat. U dient te zorgen dat de gereinigde filter lang genoeg is gedroogd.
De slang reinigen
Reinig de slang elke dag. Koppel de flexibele slang los van het apparaat. Was de slang voorzichtig in een oplossing van een niet‑agressief reinigingsmiddel en warm water. Grondig afspoelen. Aan de lucht laten drogen.
Onderhoud
Het apparaat heeft geen routineonderhoud nodig. WAARSCHUWING: Als u onverklaarbare veranderingen in de werking van dit apparaat opmerkt, als het ongewone of scherpe geluiden maakt, als het is gevallen of verkeerd is gehanteerd, als er water in de behuizing is binnengedrongen of als de behuizing defect is, trekt u de stekker van het apparaat uit het stopcontact en staakt u het gebruik van het apparaat. Neem contact op met uw thuiszorgverlener.
16
Gebruikshandleiding
Specificaties Omgevingsvereisten
Bedrijfstemperatuur: 5 tot 35 °C Opslagtemperatuur: -20 tot 60 °C Relatieve vochtigheid (tijdens bedrijf en opslag): 15 tot 95% (niet-condenserend) Atmosferische druk: 101 tot 77 kPa (0–2286 m)
Fysieke gegevens
Afmetingen: 18 cm L x 14 cm B x 10 cm H Gewicht (apparaat met voeding): Ongeveer 1,53 kg
Naleving van normen Dit apparaat is ontworpen om te voldoen aan de volgende richtlijnen: IEC 60601-1 Algemene vereisten voor de veiligheid van medische elektrische apparatuur EN ISO 17510-1 Slaap-apneuapparaten voor ademhalingstherapie EN 60601-1-2 Elektromagnetische compatibiliteit RTCA-D0160F deel 21, categorie M; Emissie van radiofrequente energie
Classificatie volgens IEC 60601-1
Type bescherming tegen elektrische schokken: Apparatuur klasse II Mate van bescherming tegen elektrische schokken: Type BF toegepast onderdeel Mate van bescherming tegen binnendringing van water (apparaat en wisselstroomvoeding): Druipwaterdicht, IPX1 Werkwijze: Continu
Elektrische gegevens
AC-stroomverbruik: 100–240 V~, 50/60 Hz, 2,1 A DC-stroomverbruik: 12 V=, 5,0 A Zekeringen: Er zijn geen zekeringen die door de gebruiker kunnen worden vervangen.
Druknauwkeurigheid
Drukstappen: 4,0 tot 20,0 cm H2O (in stappen van 0,5 cm H2O) Drukstabiliteit: Statisch
Dynamisch < 10 cm H2O
Dynamisch ≥ 10,0 tot 20 cm H2O
Apparaat
± 0,5 cm H2O
≤ 0,5 cm H2O
≤ 1,0 cm H2O
Apparaat met luchtbevochtiger
± 0,5 cm H2O
≤ 0,5 cm H2O
≤ 1,0 cm H2O
Maximale stroomsnelheid Testdrukken (cm H2O) 4,0
8,0
12,0
16,0
20,0
Gemeten druk bij de op de patiënt aangesloten poort (hPa)
3,67
7,43
11,34
15,00
18,98
Gemiddelde stroom naar de op de patiënt aangesloten poort (l/min)
60,65
95,27
123,93
131,00
114,17
Ruis
Drukniveau van geluid: < 30 dB(A)
Deze meting geldt voor het therapieapparaat met of zonder de optionele luchtbevochtiger.
Energieniveau van geluid: < 38 dB(A)
Gebruikshandleiding
17
Afvoeren Afzonderlijke inzameling van elektrische en elektronische apparatuur krachtens EG-richtlijn 2002/96/EG. Dit apparaat afvoeren overeenkomstig plaatselijk geldende voorschriften.
Contact opnemen met Respironics Neem contact op met uw thuiszorgverlener voor onderhoud van uw apparaat. Als u rechtstreeks contact dient op te nemen met Respironics, belt u de afdeling Klantenservice van Respironics op +1-724-387-4000 of +49 8152 93060. U kunt ook de volgende adressen gebruiken: Respironics, Inc. 1001 Murry Ridge Lane Murrysville, PA 15668, VS Respironics Deutschland Gewerbestrasse 17 82211 Herrsching, Duitsland
18
Gebruikshandleiding
EMC-informatie Leidraad en fabrikantenverklaring – elektromagnetische emissies – Dit apparaat is bestemd voor gebruik in de hieronder aangegeven elektromagnetische omgeving. De gebruiker van dit apparaat dient ervoor te zorgen dat het in een dergelijke omgeving wordt gebruikt. Emissietest
Naleving
Elektromagnetische omgeving – leidraad
RF-emissies CISPR 11
Groep 1
Het apparaat gebruikt RF-energie uitsluitend voor zijn interne werking. De RF‑emissies zijn derhalve zeer laag en het is niet waarschijnlijk dat ze enige storing veroorzaken in nabije elektronische apparatuur.
RF-emissies CISPR 11
Klasse B
Harmonische emissies IEC 61000-3-2
Klasse A
Het apparaat is geschikt voor gebruik in alle faciliteiten, met inbegrip van woongebouwen en andere gebouwen die rechtstreeks zijn aangesloten op het openbare laagspanningsnet.
Spanningswisselingen/flikkeremissies IEC 61000-3-3
Voldoet
Leidraad en fabrikantenverklaring – elektromagnetische immuniteit – Dit apparaat is bestemd voor gebruik in de hieronder aangegeven elektromagnetische omgeving. De gebruiker van dit apparaat dient ervoor te zorgen dat het in een dergelijke omgeving wordt gebruikt. Immuniteitstest Elektrostatische ontlading (ESD)
IEC 60601-testniveau
Nalevingsniveau
Elektromagnetische omgeving – leidraad
±6 kV contact
±6 kV contact
±8 kV lucht
±8 kV lucht
Snelle elektrische transiënten/bursts IEC 61000-4-4
±2 kV voor stroomtoevoerleidingen ±1 kV voor ingangs-/ uitgangsleidingen
±2 kV voor netvoeding
Stroompuls IEC 61000-4-5
±1 kV differentiële modus
±1 kV differentiële modus
±2 kV gelijke fase
±2 kV gelijke fase
<5% UT (>95% daling in UT) gedurende 0,5 cyclus 40% UT (60% daling in UT) gedurende 5 cycli 70% UT (30% daling in UT) gedurende 25 cycli <5% UT (>95% daling in UT) gedurende 5 s
<5% UT (>95% daling in UT) gedurende 0,5 cyclus 40% UT (60% daling in UT) gedurende 5 cycli 70% UT (30% daling in UT) gedurende 25 cycli <5% UT (>95% daling in UT) gedurende 5 s
De kwaliteit van de netvoeding moet van een normale thuis- of ziekenhuisomgeving zijn. Als de gebruiker van het apparaat constante werking vereist tijdens stroomonderbrekingen, is het aanbevolen dat het apparaat wordt aangedreven via een ononderbreekbare stroombron of een batterij.
3 A/m
3 A/m
Door stroomfrequentie opgewekte magnetische velden dienen een niveau te hebben dat kenmerkend is voor een normale locatie in een normale ziekenhuis- of thuisomgeving.
IEC 61000-4-2
Spanningsdalingen, korte onderbrekingen en spanningsverschillen op de stroomtoevoerleidingen IEC 61000-4-11
Stroomfrequentie (50/60 Hz) magnetisch veld IEC 61000-4-8
Vloeren dienen van hout, beton of keramische tegels te zijn. Als de vloer bedekt is met een synthetisch materiaal, dient de relatieve vochtigheid ten minste 30% te zijn. De kwaliteit van de netvoeding moet van een normale thuis- of ziekenhuisomgeving zijn.
±1 kV voor ingangs-/ uitgangsleidingen De kwaliteit van de netvoeding moet van een normale thuis- of ziekenhuisomgeving zijn.
OPMERKING: UT is de wisselstroomspanning van de netspanning vóór de toepassing van het testniveau.
Gebruikshandleiding
19
Leidraad en fabrikantenverklaring – elektromagnetische immuniteit – Dit apparaat is bestemd voor gebruik in de hieronder aangegeven elektromagnetische omgeving. De gebruiker van dit apparaat dient ervoor te zorgen dat het in een dergelijke omgeving wordt gebruikt. Immuniteitstest
IEC 60601-testniveau
Nalevingsniveau
Elektromagnetische omgeving – leidraad Draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur mag niet dichter bij enig deel van het apparaat worden gebruikt, waaronder kabels, dan de aanbevolen scheidingsafstand berekend uit de vergelijking die van toepassing is op de frequentie van de zender.
Geleide RF IEC 61000-4-6
3 Vrms 150 kHz tot 80 MHz
Uitgestraalde RF IEC 61000-4-3
3 V/m 80 MHz tot 2,5 GHz
3 Vrms
Aanbevolen scheidingsafstand d = 1,2 d = 1,2 d = 2,3
3 V/m
80 MHz tot 800 MHz 800 MHz tot 2,5 GHz
waarbij P het maximaal toelaatbare uitgangsvermogen van de zender is in watt (W) volgens de fabrikant van de zender en d de aanbevolen scheidingsafstand in meters (m). De door vaste RF-zenders uitgestraalde veldsterkten, zoals vastgesteld door een plaatselijk elektromagnetisch onderzoeka moeten lager zijn dan het nalevingsniveau in elk frequentiebereik.b Er kan zich storing voordoen in de buurt van de met het volgende symbool gemarkeerde apparatuur:
OPMERKING 1 Bij 80 MHz en 800 MHz is het hogere frequentiebereik van toepassing. OPMERKING 2 Deze richtlijnen zijn niet in alle gevallen van toepassing. De verspreiding van elektromagnetische straling hangt af van absorptie en reflectie door structuren, objecten en mensen. a Veldsterkten van vaste zenders, zoals basisstations voor radiotelefoons (mobiele telefoons/draadloze telefoons) en landmobiele radio’s, amateurradio, AM en FM radio- en televisie-uitzendingen, kunnen theoretisch gezien niet nauwkeurig worden voorspeld. Om de elektromagnetische omgeving als gevolg van vaste RF-zenders te beoordelen, dient een plaatselijk elektromagnetisch onderzoek te worden overwogen. Indien de gemeten veldsterkte op de locatie waar het apparaat wordt gebruikt de toepasselijke RF-nalevingsniveaus overschrijdt, dient het apparaat te worden geobserveerd om normale werking te verifiëren. Indien een abnormale werking wordt vastgesteld, kunnen extra maatregelen noodzakelijk zijn, zoals een heroriëntatie of verplaatsing van het apparaat. b Bij een frequentiebereik van 150 kHz tot 80 MHz dienen de veldsterktes lager te liggen dan 3 V/m.
Aanbevolen scheidingsafstanden tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur en dit apparaat: Het apparaat is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waar de uitgezonden RF-storingen onder controle worden gehouden. De klant of de gebruiker van dit apparaat kan elektromagnetische storingen helpen vermijden door zich te houden aan een minimale afstand tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur (zenders) en het apparaat, zoals hieronder wordt aanbevolen, in overeenstemming met het maximale afgegeven vermogen van de communicatieapparatuur. Nominale maximale
Afstand in overeenstemming met de frequentie van de zender
uitgangsvermogen van
m
de zender
W
150 kHz tot 80 MHz d = 1,2
80 MHz tot 800 MHz d = 1,2
800 MHz tot 2,5 GHz d = 2,3
0,01
0,12
0,12
0,23
0,1
0,38
0,38
0,73
1
1,2
1,2
2,3
10
3,8
3,8
7,3
100
12
12
23
Voor zenders waarvan het maximale uitgangsvermogen hierboven niet is vermeld, kan de aanbevolen afstand d in meters (m) worden berekend door gebruik van de vergelijking die toepasselijk is op de frequentie van de zender, waarbij P het maximale uitgangsvermogen van de zender in watt (W) is volgens de fabrikant van de zender. Opmerking 1: Bij 80 MHz en 800 MHz geldt de scheidingsafstand voor het hogere frequentiebereik. Opmerking 2: Deze richtlijnen zijn niet in alle gevallen van toepassing. De verspreiding van elektromagnetische straling hangt af van absorptie en reflectie door structuren, objecten en mensen.
20
Gebruikshandleiding
Beperkte garantie Respironics, Inc. garandeert dat het systeem geen defecten in vakmanschap en materialen zal vertonen en zal werken volgens de productspecificaties gedurende een periode van twee (2) jaar na de datum van verkoop door Respironics, Inc. aan de dealer. Als het product niet werkt volgens de productspecificaties, zal Respironics, Inc. het defecte materiaal of onderdeel naar eigen goeddunken repareren of vervangen. Respironics, Inc. zal alleen de normale vrachtkosten van Respironics, Inc. naar de dealer betalen. Deze garantie dekt geen schade veroorzaakt door ongeval, verkeerd gebruik, wangebruik, wijziging, binnendringing van water en andere defecten die geen verband houden met materiaal of vakmanschap. De onderhoudsafdeling van Respironics, Inc. zal voor onderhoud geretourneerde apparaten onderzoeken en Respironics, Inc. behoudt zich het recht voor evaluatiekosten in rekening te brengen voor geretourneerde apparaten waarin na onderzoek door de onderhoudsafdeling van Respironics, Inc. geen problemen worden geconstateerd. Respironics, Inc. wijst alle aansprakelijkheid af voor economisch verlies, winstderving, overhead- of gevolgschade die naar zeggen voortkomen uit de verkoop of het gebruik van dit product. Sommige landen staan de uitsluiting of beperking van incidentele of gevolgschade niet toe, dus is de bovenstaande beperking of uitsluiting wellicht niet op u van toepassing. Deze garantie wordt gegeven in de plaats van alle andere uitdrukkelijke garanties. Daarnaast zijn alle impliciete garanties, waaronder waarborgen van verkoopbaarheid of geschiktheid voor een bepaald doel, beperkt tot twee jaar. Sommige landen staan beperkingen op hoe lang een impliciete garantie duurt niet toe, dus is de bovenstaande beperking wellicht niet op u van toepassing. Deze garantie geeft u specifieke wettelijke rechten en u kunt ook andere rechten hebben die van land tot land variëren. Neem, om uw rechten krachtens deze garantie uit te oefenen, contact op met uw plaatselijke erkende Respironics, Inc. dealer of met Respironics, Inc. op: 1001 Murry Ridge Lane Murrysville, Pennsylvania 15668-8550, VS +1-724-387-4000 of Deutschland Gewerbestrasse 17 82211 Herrsching, Duitsland +49 8152 93060
Respironics Inc. 312 Alvin Drive New Kensington, PA 15068, VS
Respironics Deutschland Gewerbestrasse 17 82211 Herrsching, Duitsland
1059691 1059647 GK 7/10/2009 Dutch