voorlopig REGLEMENT, REGELENDE DE WERKWIJZE VAN DE ONDERNEMINGSRAAD EN ONDERDEELCOMMISSIES conform artikel 14 van de Wet op de Ondernemingsraden
Juli 2010
1
INHOUDSOPGAVE
pagina
REGLEMENT ONDERNEMINGSRAAD Artikel 1
Begripsbepalingen
Artikel 2
Doelstelling ondernemingsraad 4
Artikel 3
Samenstelling ondernemingsraad
4
Artikel 4 Artikel 5
Zittingsduur
5
Artikel 6
Voorbereiding verkiezingen
5
Artikel 7
Actief en passief kiesrecht
5
Artikel 8
Datum verkiezingen
5
Artikel Artikel Artikel Artikel
Kandidaatstelling
6
Artikel 13 Artikel 14 Artikel 15
Personenstelsel
7
Artikel 16
Bewaartermijn stembiljetten
7
Artikel 17
Voorziening in tussentijdse vacatures
7
Artikel 18
Bezwaarregeling
7
Artikel 19
Organiseren vergadering ondernemingsraad
8
Artikel 20
Secretaris ondernemingsraad
8
Artikel 21
Agenda
9
Artikel 22
Beslissen in de ondernemingsraad
9
Artikel 23
Verslag van de vergadering van de ondernemingsraad
9
Artikel 24
Jaarverslag van de ondernemingsraad
9
Artikel 25
Overgangsbepaling
9
9 10 11 12
3
REGLEMENT ONDERDEELCOMMISSIES
10
Instellingsbesluit onderdeelcommissie Instellingsbesluit onderdeelcommissie Instellingsbesluit onderdeelcommissie Instellingsbesluit onderdeelcommissie Instellingsbesluit onderdeelcommissie Directoraat Bedrijfsondersteuning Instellingsbesluit onderdeelcommissie Vitalis Behandelgroep Instellingsbesluit onderdeelcommissie
13 14 15 16
Cluster Eindhoven Zuid Cluster Eindhoven Oost Cluster Eindhoven West Vitalis Parc Imstenrade Directoraat Vastgoed/ Stichting Vitaalflex B.V.
17 18 19
2
3
REGLEMENT ONDERNEMINGSRAAD Artikel 1 Begripsbepalingen Dit reglement verstaat onder: De ondernemer:
Stichting Vitalis WoonZorg Groep, optredende als vertegenwoordiger van Stichting Vitalis Zorg Groep, Stichting Vitalis Behandelgroep en Vitaalflex B.V,
De onderneming:
*
Stichting Vitalis Zorg Groep te Eindhoven Directoraat Zorg, Wonen, Welzijn, zijnde de door de Stichting beheerde Zorgcentra: -
cluster Eindhoven Zuid: Vitalis Residentie Gennep Vitalis Wissehaege Vitalis Kortonjo Vitalis ’t Lint Vitalis Wilgenhof Vitalis Residentie Wilgenhof Vitalis Den Elzent (in herontwikkeling)
-
cluster Eindhoven Oost: Vitalis Peppelrode Vitalis Kronehoef Vitalis De Horst Vitalis De Dreef Vitalis De Hoeve Vitalis Residentie Petruspark Vitalis Berckelhof
-
cluster Eindhoven West: Vitalis Brunswijck Vaandelhof Vitalis Wonen aan de Fakkellaan Vitalis Engelsbergen Vitalis De Hagen Vitalis Genderstate Vitalis Vonderhof Vitalis Theresia
-
Vitalis Parc Imstenrade
Directoraat Vastgoed Directoraat Bedrijfsondersteuning
De wet:
*
Stichting Vitalis Behandelgroep te Eindhoven
*
Vitaalflex B.V. te Eindhoven
de Wet op de ondernemingsraden (WOR)
De Bedrijfscommissie: Bedrijfscommissie Markt II
4
Werknemersorganisaties:
de verenigingen van werknemers bedoeld in artikel 9 lid 2 onder a van de wet
Bestuurder:
Degene die alleen dan wel tezamen met anderen in een onderneming rechtstreeks de hoogste zeggenschap uitoefent bij de leiding van de arbeid.
Werknemer:
degene die in de onderneming werkzaam zijn krachtens een publiekrechtelijke aanstelling bij dan wel krachtens een arbeidsovereenkomst met de ondernemer die de onderneming in stand houd; personen die in meer dan een onderneming van dezelfde ondernemer werkzaam zijn, worden geacht uitsluitend werkzaam te zijn in die onderneming van waaruit hun werkzaamheden worden geleid; degenen die in het kader van werkzaamheden van de onderneming daarin tenminste 24 maanden werkzaam zijn krachtens een uitzendovereenkomst als bedoeld in artikel 690 van Titel 7.10 Burgerlijk Wetboek degenen die krachtens een publiekrechtelijke aanstelling bij dan wel krachtens arbeidsovereenkomst met de ondernemer werkzaam zijn in een door een andere ondernemer in stand gehouden onderneming, alsmede de personen die op grond van artikel 6, vierde lid van de wet met voornoemden zijn gelijkgesteld.
Kiesgroep:
het aantal werknemers dat ten behoeve van de verkiezingen als een eenheid wordt beschouwd
Artikel 2 Doelstelling ondernemingsraad De ondernemingsraad heeft tot taak in het belang van het goed functioneren van de Onderneming in al haar doelstellingen door middel van overleg, het geven van advies en het nemen van besluiten op basis van de aan hem toegekende bevoegdheden bij te dragen tot een goede onderlinge samenwerking binnen de onderneming en daarbij het welzijn en de belangen te bevorderen van de in de onderneming werkzame personen. Artikel 3 Samenstelling ondernemingsraad 1. De Ondernemingsraad bestaat uit 17 leden die worden gekozen door en uit de volgende kiesgroepen: Stichting Vitalis Zorg Groep: Vier leden door en uit het organisatieonderdeel cluster Eindhoven Zuid Vier leden door en uit het organisatieonderdeel cluster Eindhoven Oost Vier leden door en uit het organisatieonderdeel cluster Eindhoven West Een lid door en uit het organisatieonderdeel Vitalis Parc Imstenrade Een lid door en uit het organisatieonderdeel Directoraat Vastgoed/Directoraat Bedrijfsondersteuning Stichting Vitalis Behandelgroep Een lid door en uit het organisatieonderdeel Stichting Vitalis Behandelgroep Stichting Vitaalflex B.V. Twee leden door en uit het organisatieonderdeel Vitaalflex B.V. 2. Tijdens een zittingsperiode van de ondernemingsraad kan geen wijziging worden gebracht in het aantal leden van de ondernemingsraad op grond van een vermeerdering of vermindering van het aantal werknemers.
5
3. De ondernemingsraad kiest uit zijn midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter. 4. De voorzitter, of bij dienst verhindering de plaatsvervangend voorzitter, vertegenwoordigt de ondernemingsraad in rechte. Artikel 4 Zittingsduur 1. De zittingsduur van de leden van de ondernemingsraad is vier jaar. Om de twee jaar treedt de helft van de leden af volgens een door de raad tevoren opgesteld rooster van aftreden. 2. De aftredende leden zijn terstond herkiesbaar. Artikel 5 1. Het lidmaatschap van de ondernemingsraad eindigt van rechtswege wanneer de arbeidsovereenkomst van het betrokken lid met de ondernemer wordt beëindigd, of wanneer een werknemer zijn werkzaamheden in de onderneming beëindigt. 2. Een lid kan te allen tijde door schriftelijke kennisgeving aan de voorzitter voor het lidmaatschap bedanken. 3. De secretaris van de ondernemingsraad stelt de ondernemer van de beëindiging van het lidmaatschap van een lid van de ondernemingsraad, zoals gesteld in lid 2, zo spoedig mogelijk in kennis. 4. Indien een lid niet langer deel uitmaakt van de kiesgroep die hij vertegenwoordigt doch als werknemer in de onderneming werkzaam blijft, eindigt zijn lidmaatschap eerst bij het einde van de lopende zittingsperiode. Artikel 6 Voorbereiding verkiezing 1. De organisatie van de verkiezing van de leden van de ondernemingsraad geschiedt onder verantwoordelijkheid van de ondernemingsraad. 2. De ondernemingsraad kan de organisatie van de verkiezing opdragen aan een commissie. Artikel 7 Actief en passief kiesrecht 1. Kiesgerechtigd zijn de personen die op de dag van de verkiezing gedurende tenminste zes maanden in de onderneming werkzaam zijn. 2. Verkiesbaar tot lid van de ondernemingsraad zijn de personen die op de dag van de verkiezingen gedurende tenminste een jaar in de onderneming werkzaam zijn. Artikel 8 Datum verkiezingen 1. De ondernemingsraad bepaalt na overleg met de ondernemer de datum van de verkiezingen, alsmede de tijdstippen van aanvang en einde van de stemming. De secretaris van de ondernemingsraad doet van een en ander mededeling aan de ondernemer, aan de in de onderneming werkzame personen en aan de werknemersorganisaties. Tussen het doen van deze mededeling en de datum waarop de verkiezing wordt gehouden, liggen tenminste dertien weken. 2. De datum van de verkiezing ligt niet eerder dan vier weken en niet later dan twee weken voor de afloop van de zittingsperiode van de aftredende leden van de ondernemingsraad 3. De ondernemingsraad of de door hem ingestelde verkiezingscommissie kan zich
6
bij de verkiezingen laten bijstaan door een of meer stembureaus, die elk bestaan uit ten hoogste drie in de onderneming werkzame personen. Artikel 9 Kandidaatstelling 1. Uiterlijk negen weken voor de verkiezingen stelt de ondernemingsraad per kiesgroep een lijst op van medewerkers die op de verkiezingsdatum verkiesbaar en/of kiesgerechtigd zijn en maakt hij deze lijst in de onderneming bekend. 2. Kandidaatstelling geschiedt per kiesgroep door indiening van een lijst van een of meer kandidaten bij de secretaris van de ondernemingsraad. Deze verstrekt een gedagtekend bewijs van ontvangst op naam van degene die de lijst heeft ingediend. 3. Tot uiterlijk zes weken voor de verkiezingsdatum kunnen werknemersorganisaties die tot een kiesgroep behorende kiesgerechtigde medewerkers onder haar leden tellen, voor die kiesgroep kandidatenlijsten indienen. 4. Binnen een week nadat de in lid 3 bedoelde termijn is verstreken, bepaalt de ondernemingsraad voor iedere kiesgroep het aantal handtekeningen dat tenminste nodig is voor de indiening van de kandidatenlijst door personen uit de betrokken kiesgroep die geen lid zijn van een werknemersorganisatie welke voor die kiesgroep een kandidatenlijst heeft ingediend. 5. Tot uiterlijk drie weken voor de verkiezingsdatum kunnen de in lid 4 bedoelde kandidatenlijsten bij de secretaris van de ondernemingsraad worden ingediend. 6. Bij elke kandidatenlijst wordt van iedere daarop voorkomende kandidaat een schriftelijke verklaring overlegd dat deze de kandidatuur aanvaardt. 7. De naam van de kandidaat mag slechts op één kandidatenlijst voorkomen. Artikel 10 1. De ondernemingsraad onderzoekt of de ingediende kandidatenlijsten en de daarop voorkomende kandidaten voldoen aan de vereisten van de wet en van dit reglement. 2. De ondernemingsraad verklaart een kandidatenlijst die niet voldoet aan de in het vorige lid bedoelde vereisten, ongeldig en doet hiervan onmiddellijk schriftelijk en met opgave van redenen mededeling aan degene door wie de lijst is ingediend. Gedurende één week na deze mededeling bestaat de gelegenheid de lijst aan de gestelde eisen aan te passen. 3. De kandidatenlijsten worden uiterlijk twee weken voor de verkiezingsdatum door de ondernemingsraad aan de in de onderneming werkzame personen bekend gemaakt. Artikel 11 1. Indien er in een kiesgroep niet meer kandidaten gesteld zijn dan er voor die kiesgroep plaatsen zijn te vervullen, vinden in die kiesgroep geen verkiezingen plaats en worden de gestelde kandidaten geacht te zijn verkozen. Artikel 12 1. De verkiezing geschiedt bij geheime schriftelijke stemming. 2. Op de dag van de verkiezing wordt door of namens de ondernemingsraad, op de door hem daarvoor aangewezen plaatsen aan iedere kiesgerechtigde medewerker een gewaarmerkt stembiljet uitgereikt. Op dit stembiljet staan voor elke kiesgroep
7
de kandidaten voor die kiesgroep vermeld. Dadelijk na invulling deponeert de kiesgerechtigde medewerker dit stembiljet in een daartoe bestemde bus. 3. Iedere kiesgerechtigde medewerker kan voor ten hoogste twee andere kiesgerechtigde medewerker een stembiljet invullen, mits hij door deze personen schriftelijk daartoe is gemachtigd. Artikel 13 Personenstelsel Iedere kiesgerechtigde medewerker wijst op het stembiljet uit de voor zijn kiesgroep gestelde kandidaten zoveel kandidaten aan als er voor de kiesgroep zetels in de ondernemingsraad te bezetten zijn, met dien verstande dat hij per kandidaat slechts een stem kan uitbrengen. Artikel 14 1. Na het einde van de stemming stelt de ondernemingsraad het aantal geldige stemmen vast dat op elke kandidaat is uitgebracht. 2. Ongeldig zijn de stembiljetten: • die niet door of namens de ondernemingsraad zijn gewaarmerkt • waaruit niet duidelijk de keuze van de kiesgerechtigde blijkt • waarop niet het vereiste aantal stemmen is uitgebracht waarop andere aantekeningen voorkomen dan de uitgebrachte stemmen Artikel 15 1. Gekozen zijn de kandidaten die per kiesgroep achtereenvolgens het hoogste aantal stemmen op zich hebben verenigd. Indien voor de laatste te bezetten zetel(s) meerdere kandidaten zijn die een gelijk aantal stemmen op zich hebben verenigd, beslist het lot. 2. De uitslag van de verkiezing wordt door de ondernemingsraad vastgesteld en volledig bekend gemaakt aan de ondernemer, aan de in de onderneming werkzame personen en aan de werknemersorganisaties die de kandidaten hebben voorgedragen. Artikel 16 Bewaartermijn stembiljetten De gebruikte stembiljetten worden door de secretaris van de ondernemingsraad in gesloten enveloppe tenminste drie maanden bewaard. Artikel 17 Voorziening in tussentijdse vacatures 1. In geval van een tussentijdse vacature in de ondernemingsraad wijst de ondernemingsraad tot opvolger van het betrokken lid aan de kandidaat die volgens de uitslag van de laatstgehouden verkiezing daarvoor als eerste in aanmerking komt. 2. De aanwijzing geschiedt binnen één maand na het ontstaan van de vacature. Artikel 15, tweede lid, van dit reglement is van overeenkomstige toepassing. 3. Indien er geen opvolger als bedoeld in het eerste lid voorhanden is, wordt in de vacature voorzien door het houden van een tussentijdse verkiezing, tenzij binnen zes maanden een algemene verkiezing plaatsvindt. Artikel 18 Bezwaarregeling 1. Iedere belanghebbende kan, binnen een week na de bekendmaking daarvan, bij de ondernemingsraad bezwaar maken tegen een besluit van de ondernemingsraad met betrekking tot:
8
a. de bepaling van de datum van de verkiezing en de tijdstippen van aanvang en einde van de stemming zoals geregeld in artikel 6 lid 1; b. de opstelling van de lijst van kiesgerechtigde en verkiesbare personen zoals geregeld in artikel 7, lid 1; c. de vaststelling van het aantal handtekeningen dat nodig is voor de indiening van de kandidatenlijst door degene die geen lid zijn van een werknemersorganisatie welke een kandidatenlijst heeft ingediend zoals geregeld in artikel 7 lid 4; d. de geldigheid van een kandidatenlijst zoals geregeld in artikel 8; e. de vaststelling van de uitslag van de verkiezing zoals geregeld in artikel 13 lid 2; f. de voorziening in een tussentijdse vacature zoals geregeld in artikel 15. 2. De ondernemingsraad beslist zo spoedig mogelijk op het bezwaar en treft daarbij de voorzieningen die nodig zijn. Artikel 19 Organiseren vergadering ondernemingsraad 1.
De ondernemingsraad komt tenminste 11 maal per jaar in vergadering bijeen, alsmede in de navolgende gevallen: - op verzoek van de voorzitter - op gemotiveerd verzoek van tenminste vier leden.
2.
De voorzitter bepaalt tijd en plaats van de vergadering. Een vergadering op verzoek van leden van de ondernemingsraad wordt gehouden binnen veertien dagen nadat hun verzoek bij de voorzitter is ingekomen.
3.
De bijeenroeping geschiedt door de secretaris, door middel van een schriftelijke kennisgeving aan de leden van de ondernemingsraad. De bijeenroeping geschiedt, behoudens in spoedeisende gevallen, niet later dan zeven dagen voor de vergadering.
4.
Een vergadering kan slechts plaatsvinden indien de meerderheid van de leden van de ondernemingsraad aanwezig is.
5.
Indien het vereiste aantal leden niet aanwezig is, wordt binnen 3 weken - doch niet op kortere termijn dan 8 dagen - een nieuwe vergadering gehouden. Deze vergadering vindt doorgang ongeacht het aantal leden dat aanwezig is.
6.
Bij ontstentenis van de voorzitter en van diens plaatsvervanger kiest de ondernemingsraad uit de aanwezige leden een voorzitter voor de vergadering.
Artikel 20 Secretaris van de ondernemingsraad 1. De ondernemingsraad benoemd uit zijn midden een secretaris 2. De secretaris is belast met het bijeenroepen van de ondernemingsraad, het opmaken van de agenda en het opstellen van het verslag van de vergadering, evenals met het voeren van de briefwisseling en het beheren van de voor de ondernemingsraad bestemde en van de ondernemingsraad uitgaande stukken. 3. De secretaris wordt bij de uitvoering van zijn taak bijgestaan door een ambtelijk secretaris, die geen lid van de ondernemingsraad is en op voordracht van de ondernemingsraad door de Bestuurder wordt benoemd. Artikel 21 Dagelijks Bestuur De voorzitter, plaatsvervangend voorzitter en de secretaris alsmede de ambtelijk secretaris vormen gezamenlijk het Dagelijks Bestuur (DB) van de Ondernemingsraad. Dit Dagelijks Bestuur houdt zich specifiek bezig met de bewaking van de voortgang en continuïteit van de dagelijkse gang van zaken.
9
Artikel 21 Agenda 1. De secretaris stelt in overleg met de voorzitter voor iedere vergadering een agenda op. Ieder lid van de ondernemingsraad kan de secretaris verzoeken een onderwerp op de agenda te plaatsen. 2. De secretaris brengt de agenda ter kennis van de leden van de ondernemingsraad, alsook van de ondernemer en bevordert, zoveel als in zijn vermogen ligt, dat de in de onderneming werkzame personen van de agenda kunnen kennisnemen. Behoudens in spoedeisende gevallen geschiedt de bekendmaking van de agenda niet later dan zeven dagen voor de vergadering van de ondernemingsraad.
Artikel 22 Beslissen in de ondernemingsraad 1.
De ondernemingsraad beslist bij gewone meerderheid van stemmen. Voor bepaling of aan dit voorschrift wordt voldaan, tellen de blanco stemmen niet mee.
2.
Over zaken wordt mondeling en over personen wordt schriftelijk gestemd.
3.
Indien bij een besluit met betrekking tot de benoeming van een persoon geen van de kandidaten bij de eerste stemming de gewone meerderheid haalt, vindt herstemming plaats tussen de twee kandidaten die bij de eerste stemming de meeste stemmen kregen. Bij deze herstemming is degene die de meeste stemmen op zich heeft verenigd, gekozen. Indien de stemmen staken beslist het lot.
4.
Bij staking van stemmen over een voorstel tot een door de ondernemingsraad te nemen besluit dat geen betrekking heeft op een te benoemen persoon, wordt dit voorstel op de eerstvolgende vergadering opnieuw aan de orde gesteld. Indien dan wederom de stemmen staken, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.
Artikel 23 Verslag van de vergadering van de ondernemingsraad 1. Zo spoedig mogelijk na iedere vergadering van de ondernemingsraad maakt de secretaris daarvan een verslag en zendt hij dit concept toe aan de leden. De leden hebben de mogelijkheid – bij voorkeur gemotiveerd – bezwaar te maken tegen de inhoud van het verslag. De ondernemingsraad beslist over de inhoud van het verslag en stelt het vast in zijn eerstvolgende vergadering. 2. De secretaris maakt het vastgestelde verslag bekend aan de in de onderneming werkzame personen en aan de ondernemer. Het aan de in de onderneming werkzame personen bekend te maken verslag bevat geen gegevens waaromtrent ingevolge artikel 20 van de wet geheimhouding moet worden betracht. Artikel 24 Jaarverslag van de ondernemingsraad 1. De secretaris stelt jaarlijks een verslag op van de werkzaamheden van de ondernemingsraad en van de commissies van de ondernemingsraad in het afgelopen jaar. Dit verslag behoeft de goedkeuring van de ondernemingsraad. 2. De secretaris maakt het jaarverslag na de goedkeuring van de ondernemingsraad bekend aan de ondernemer en aan de in de onderneming werkzame personen alsmede aan de Bedrijfscommissie. Artikel 25 Overgangsbepaling In afwijking van artikel 3.1 van dit reglement treedt de helft van de leden van de eerste op grond van dit reglement gekozen ondernemingsraad af wanneer twee jaar van hun zittingstermijn is verstreken. De ondernemingsraad wijst zelf tevoren de
10
leden aan die tot deze helft zullen behoren.
11
REGLEMENT ONDERDEELCOMMISSIES
Artikel 1 Begripsbepaling De ondernemingsraad van Vitalis WoonZorg Groep heeft onderdeelcommissies ingesteld voor: Stichting Vitalis Zorg Groep te Eindhoven Directoraat Zorg, Wonen, Welzijn, zijnde de door de Stichting beheerde Zorgcentra: cluster Eindhoven Zuid: Vitalis Residentie Gennep Vitalis Wissehaege Vitalis Kortonjo Vitalis ’t Lint Vitalis Wilgenhof Vitalis Residentie Wilgenhof Vitalis Den Elzent (in herontwikkeling) cluster Eindhoven Oost: Vitalis Peppelrode Vitalis Kronehoef Vitalis De Horst Vitalis De Dreef Vitalis De Hoeve Vitalis Residentie Petruspark Vitalis Berckelhof cluster Eindhoven West: Vitalis Brunswijck Vaandelhof Vitalis Wonen aan de Fakkellaan Vitalis Engelsbergen Vitalis De Hagen Vitalis Genderstate Vitalis Vonderhof Vitalis Theresia Vitalis Parc Imstenrade Directoraat Vastgoed Directoraat Bedrijfsondersteuning Stichting Vitalis Behandelgroep te Eindhoven Vitaalflex B.V. te Eindhoven Hierna te noemen organisatieonderdelen. Artikel 2 Doelstelling De onderdeelcommissie heeft in het belang van het goed functioneren van bedrijfseenheden in al haar doelstellingen, de taak door middel van overleg, het geven van advies en het nemen van besluiten op basis van de aan de commissie toegekende bevoegdheden, bij te dragen aan een goede onderlinge samenwerking binnen het organisatieonderdeel en daarbij het welzijn en de belangen te bevorderen van de in deze organisatieonderdelen werkzame personen. Het instellen van onderdeelcommissies is wenselijk omdat voor de bedrijfseenheden een afzonderlijke vorm van belangenbehartiging geldt.
12
Artikel 3 Instelling onderdeelcommissies De ondernemingsraad stelt in iedere organisatieonderdeel onderdeelcommissies in conform artikel 15 lid 3 van de Wet op de ondernemingsraden. Artikel 4 Bevoegdheden 1. De ondernemingsraad kent aan deze commissies - in het belang van het goed functioneren van het organisatieonderdeel in al haar doelstellingen - de bevoegdheid toe overleg te plegen met de degene die de hoogste zeggenschap heeft in het betreffende organisatieonderdeel ten aanzien van de aangelegenheden betreffende dit organisatieonderdeel. 2. Ten aanzien van dit overleg zijn de artikelen 17, 18, 22, 23, 23a lid 2-4-6, 23b, 24 lid 1, 25, 27, 28, 31, 31a, 31b, 31c van de Wet op de Ondernemingsraden van overeenkomstige toepassing. 3. Op de onderdeelcommissie van Vitaalflex B.V. is eveneens artikel 24, lid 2 en 3 van overeenkomstige toepassing. 4. De onderdeelcommissie heeft adviesrecht conform art. 30 van de Wet op de ondernemingsraden met betrekking tot ontslag of benoeming van de directeur van het organisatieonderdeel waarvoor de onderdeelcommissie is ingesteld. Artikel 4 Samenstelling 1.
De onderdeelcommissie kiest uit zijn midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter.
5. De voorzitter, of bij diens verhindering de plaatsvervangend voorzitter, vertegenwoordigt de onderdeelcommissie. 6. Iedere onderdeelcommissie heeft recht op minimaal 3 zetels. 7. Leden die het organisatieonderdeel in de ondernemingsraad vertegenwoordigen hebben zitting in de onderdeelcommissie. Deze leden zit zonder last of ruggespraak in de onderdeelcommissie Artikel 5 Zittingsduur 1.
De zittingsduur van de leden van de onderdeelcommissie is vier jaar. Om de twee jaar treedt de helft van de leden af volgens een door de ondernemingsraad tevoren opgesteld rooster van aftreden.
2.
De aftredende leden zijn terstond herkiesbaar.
Artikel 6 Kiesrecht en kandidaatstelling 1.
Kiesgerechtigd zijn de personen die ten tijde van de verkiezing gedurende tenminste zes maanden in de onderneming werkzaam zijn.
2.
Verkiesbaar tot lid van de onderdeelcommissie zijn de personen die ten tijde van de verkiezingen gedurende een jaar in de onderneming werkzaam zijn.
3.
Een medewerker die gedurende een vaste tijd gedetacheerd is in een andere locatie dan waarin betrokkene op de loonlijst staat, kan zich als lid van de onderdeelcommissie verkiesbaar stellen voor de locatie waarin de medewerkende daadwerkelijk werkzaam is.
4.
Voor de in te stellen onderdeelcommissies is het kiesgroepenstelsel van
13
toepassing. 8. De verkiezingen voor de onderdeelcommissies worden zoveel mogelijk gelijktijdig met de ondernemingsraadsverkiezingen gehouden. Artikel 7 Werkwijze 1.
De onderdeelcommissie voert minimaal 6 maal per jaar overleg met de directeur en daarnaast zo vaak als de onderdeelcommissie of directeur dit nodig achten.
Artikel 8 1.
De ondernemingsraad brengt niet eerder advies en/of instemming uit voordat overleg door het lid van de ondernemingsraad van de locatie met de onderdeelcommissie heeft plaatsgevonden.
2.
De ondernemingsraad kan besluiten om een aangelegenheid die de bedrijfseenheden betreffen zelf te behandelen.
3.
Indien daartoe besloten wordt, kan de onderdeelcommissie daarover geen overleg meer voeren met de directeur van het organisatieonderdeel.
Artikel 9 1.
Onderdeelcommissie en ondernemingsraad wisselen de agenda’s en verslagen van de vergaderingen uit. Informatiestukken betreffende de locatie lopen via de voorzitter van de onderdeelcommissie.
2.
Agenda's en notulen van onderdeelcommissie worden binnen twee weken voor dan wel na de vergadering aan de medewerkers bekend gemaakt.
3.
De agenda’s en het communiqué van de overlegvergadering met de bestuurder eveneens.
Artikel 10 Overgangsbepaling In afwijking van artikel 3.1 van dit reglement treedt de helft van de leden van de eerste op grond van dit reglement gekozen ondernemingsraad af wanneer twee jaar van hun zittingstermijn is verstreken. De ondernemingsraad wijst zelf tevoren de leden aan die tot deze helft zullen behoren.
14
INSTELLINGSBESLUIT ONDERDEELCOMMISSIES.
De Ondernemingsraad, gelet op artikel 15 leden 1 en 3 van de Wet op de ondernemingsraden, neemt het volgende besluit tot het instellen van een Onderdeelcommissie. 1. Er is een commissie voor het organisatieonderdeel “cluster Eindhoven Zuid” van de Stichting Vitalis Zorg Groep. Cluster Eindhoven Zuid bestaat uit: Vitalis Residentie Gennep Vitalis Wissehaege Vitalis Kortonjo Vitalis ’t Lint Vitalis Wilgenhof Vitalis Residentie Wilgenhof Vitalis Den Elzent (in herontwikkeling) 2. De commissie bestaat uit negen leden, die gekozen worden door kiesgerechtigde personen die in het organisatieonderdeel werkzaam zijn uit verkiesbare personen die in hetzelfde organisatieonderdeel werkzaam zijn. 3. De artikelen 4 tot en met 15 van het reglement van de ondernemingsraad zijn hierbij van overeenkomstige toepassing. De samenstelling van de onderdeelcommissie wordt bekend gemaakt aan de ondernemer en aan de in het organisatieonderdeel werkzame personen. 4. De commissie behandelt voor de ondernemingsraad de aangelegenheden betreffende het organisatieonderdeel waarvoor zij is ingesteld en heeft daarbij de bevoegdheid tot het plegen van overleg met degene die de hoogste leiding heeft van het organisatieonderdeel.
15
INSTELLINGSBESLUIT ONDERDEELCOMMISSIES.
De Ondernemingsraad, gelet op artikel 15 leden 1 en 3 van de Wet op de ondernemingsraden, neemt het volgende besluit tot het instellen van een Onderdeelcommissie. 1. Er is een commissie voor het organisatieonderdeel “cluster Eindhoven Oost” van de Stichting Vitalis Zorg Groep. Cluster Eindhoven Oost bestaat uit: Vitalis Peppelrode Vitalis Kronehoef Vitalis De Horst Vitalis De Dreef Vitalis De Hoeve Vitalis Residentie Petruspark Vitalis Berckelhof 2. De commissie bestaat uit negen leden, die gekozen worden door kiesgerechtigde personen die in het organisatieonderdeel werkzaam zijn uit verkiesbare personen die in hetzelfde organisatieonderdeel werkzaam zijn. 3. De artikelen 4 tot en met 15 van het reglement van de ondernemingsraad zijn hierbij van overeenkomstige toepassing. De samenstelling van de onderdeelcommissie wordt bekend gemaakt aan de ondernemer en aan de in het organisatieonderdeel werkzame personen. 4. De commissie behandelt voor de ondernemingsraad de aangelegenheden betreffende het organisatieonderdeel waarvoor zij is ingesteld en heeft daarbij de bevoegdheid tot het plegen van overleg met degene die de hoogste leiding heeft van het organisatieonderdeel.
16
INSTELLINGSBESLUIT ONDERDEELCOMMISSIES.
De Ondernemingsraad, gelet op artikel 15 leden 1 en 3 van de Wet op de ondernemingsraden, neemt het volgende besluit tot het instellen van een Onderdeelcommissie. 1. Er is een commissie voor het organisatieonderdeel “cluster Eindhoven West” van de Stichting Vitalis Zorg Groep. Cluster Eindhoven West bestaat uit: Vitalis Brunswijck Vaandelhof Vitalis Wonen aan de Fakkellaan Vitalis Engelsbergen Vitalis De Hagen Vitalis Genderstate Vitalis Vonderhof Vitalis Theresia 2. De commissie bestaat uit negen leden, die gekozen worden door kiesgerechtigde personen die in het organisatieonderdeel werkzaam zijn uit verkiesbare personen die in hetzelfde organisatieonderdeel werkzaam zijn. 3. De artikelen 4 tot en met 15 van het reglement van de ondernemingsraad zijn hierbij van overeenkomstige toepassing. De samenstelling van de onderdeelcommissie wordt bekend gemaakt aan de ondernemer en aan de in het organisatieonderdeel werkzame personen. 4. De commissie behandelt voor de ondernemingsraad de aangelegenheden betreffende het organisatieonderdeel waarvoor zij is ingesteld en heeft daarbij de bevoegdheid tot het plegen van overleg met degene die de hoogste leiding heeft van het organisatieonderdeel.
17
INSTELLINGSBESLUIT ONDERDEELCOMMISSIES.
De Ondernemingsraad, gelet op artikel 15 leden 1 en 3 van de Wet op de ondernemingsraden, neemt het volgende besluit tot het instellen van een Onderdeelcommissie. 1.
Er is een commissie voor het organisatieonderdeel “Vitalis Parc Imstenrade” van de Stichting Vitalis Zorg Groep.
2.
De commissie bestaat uit vijf leden, die gekozen worden door kiesgerechtigde personen die in het organisatieonderdeel werkzaam zijn uit verkiesbare personen die in hetzelfde organisatieonderdeel werkzaam zijn.
3.
De artikelen 4 tot en met 15 van het reglement van de ondernemingsraad zijn hierbij van overeenkomstige toepassing. De samenstelling van de onderdeelcommissie wordt bekend gemaakt aan de ondernemer en aan de in het organisatieonderdeel werkzame personen.
4.
De commissie behandelt voor de ondernemingsraad de aangelegenheden betreffende het organisatieonderdeel waarvoor zij is ingesteld en heeft daarbij de bevoegdheid tot het plegen van overleg met degene die de hoogste leiding heeft van het organisatieonderdeel.
18
INSTELLINGSBESLUIT ONDERDEELCOMMISSIES.
De Ondernemingsraad, gelet op artikel 15 leden 1 en 3 van de Wet op de ondernemingsraden, neemt het volgende besluit tot het instellen van een Onderdeelcommissie. 1.
Er is een commissie voor het organisatieonderdeel “Directoraat Vastgoed/Directoraat Bedrijfsondersteuning” van de Stichting Vitalis Zorg Groep.
2.
De commissie bestaat uit vijf leden, die gekozen worden door kiesgerechtigde personen die in het organisatieonderdeel werkzaam zijn uit verkiesbare personen die in hetzelfde organisatieonderdeel werkzaam zijn.
3.
De artikelen 4 tot en met 15 van het reglement van de ondernemingsraad zijn hierbij van overeenkomstige toepassing. De samenstelling van de onderdeelcommissie wordt bekend gemaakt aan de ondernemer en aan de in het organisatieonderdeel werkzame personen.
4.
De commissie behandelt voor de ondernemingsraad de aangelegenheden betreffende het organisatieonderdeel waarvoor zij is ingesteld en heeft daarbij de bevoegdheid tot het plegen van overleg met degene die de hoogste leiding heeft van het organisatieonderdeel.
19
INSTELLINGSBESLUIT ONDERDEELCOMMISSIES.
De Ondernemingsraad, gelet op artikel 15 leden 1 en 3 van de Wet op de ondernemingsraden, neemt het volgende besluit tot het instellen van een Onderdeelcommissie. 1.
Er is een commissie voor het organisatieonderdeel “Stichting Vitalis Behandelgroep”.
2.
De commissie bestaat uit vijf leden, die gekozen worden door kiesgerechtigde personen die in het organisatieonderdeel werkzaam zijn uit verkiesbare personen die in hetzelfde organisatieonderdeel werkzaam zijn.
3.
De artikelen 4 tot en met 15 van het reglement van de ondernemingsraad zijn hierbij van overeenkomstige toepassing. De samenstelling van de onderdeelcommissie wordt bekend gemaakt aan de ondernemer en aan de in het organisatieonderdeel werkzame personen.
4.
De commissie behandelt voor de ondernemingsraad de aangelegenheden betreffende het organisatieonderdeel waarvoor zij is ingesteld en heeft daarbij de bevoegdheid tot het plegen van overleg met degene die de hoogste leiding heeft van het organisatieonderdeel.
20
INSTELLINGSBESLUIT ONDERDEELCOMMISSIES.
De Ondernemingsraad, gelet op artikel 15 leden 1 en 3 van de Wet op de ondernemingsraden, neemt het volgende besluit tot het instellen van een Onderdeelcommissie. 1.
Er is een commissie voor het organisatieonderdeel “Vitaalflex B.V.”.
2.
De commissie bestaat uit vijf leden, die gekozen worden door kiesgerechtigde personen die in het organisatieonderdeel werkzaam zijn uit verkiesbare personen die in hetzelfde organisatieonderdeel werkzaam zijn.
3.
De artikelen 4 tot en met 15 van het reglement van de ondernemingsraad zijn hierbij van overeenkomstige toepassing. De samenstelling van de onderdeelcommissie wordt bekend gemaakt aan de ondernemer en aan de in het organisatieonderdeel werkzame personen.
4.
De commissie behandelt voor de ondernemingsraad de aangelegenheden betreffende het organisatieonderdeel waarvoor zij is ingesteld en heeft daarbij de bevoegdheid tot het plegen van overleg met degene die de hoogste leiding heeft van het organisatieonderdeel.
21