BZK
Regeling vredesmissies politie 10 februari 2003/Nr. EA2003/52625 Directie Politie De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Gelet op artikel 3 van het Besluit beschikbaarstelling politieambtenaren ten behoeve van vredesmissies;
keuring maar ook anderszins is gebleken dat de betrokkene geschikt is om te worden uitgezonden in het kader van de missie. 3. De kosten van de medische keuring en de overige medische kosten voorafgaand aan en verband houdend met de uitzending komen ten laste van het Rijk.
Besluit: Artikel 1 In deze regeling wordt verstaan onder: a. Besluit: het Besluit beschikbaarstelling politieambtenaren ten behoeve van vredesmissies; b. operationeel gezag: een door een volkenrechtelijke organisatie of de Europese Unie aangewezen head of mission; c. missie: het verblijf in het missiegebied ten behoeve van het verrichten van werkzaamheden in het kader van de uitzending, bedoeld in het Besluit; d. inzet: het daadwerkelijk verrichten van werkzaamheden in het kader van de uitzending, bedoeld in het Besluit; e. onkosten: de tijdens de missie door de betrokkene gedane uitgaven wegens bewassing, (tele)communicatie, ontspanning, recuperatie en overige incidentele kosten; f. recuperatie: een periode, niet zijnde verlof, waarin aan de betrokkene geen feitelijke werkzaamheden worden opgedragen, opdat door afwisseling van inzet en rust de gewenste operationele inzetbaarheid wordt gehandhaafd. Artikel 2 1. Nadat de betrokkene buitengewoon verlof is verleend met behoud van bezoldiging besluit de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tot beschikbaarstelling. De bezoldiging tijdens het buitengewoon verlof wordt berekend naar een arbeidstijd van gemiddeld 38 uur per week, tenzij in het desbetreffende kalenderjaar een langere gemiddelde arbeidstijd geldt voor de betrokkene. In dat geval blijft de bezoldiging ongewijzigd. 2. Tot beschikbaarstelling wordt niet besloten dan nadat uit een medische
Artikel 3 Het Rijk vergoedt aan de desbetreffende politieregio de werkgeverslasten ten aanzien van de betrokkene en de overige aan deze regeling verbonden kosten, voor zover deze worden voldaan door de politieregio. Artikel 4 1. De kosten die de betrokkene ondervindt in relatie tot het volgen van de opleiding ten behoeve van de deelname aan de missie worden vergoed. 2. Voor het overige is voor de duur van de opleiding de politierechtspositie van de betrokkene van overeenkomstige toepassing. Artikel 5 1. De aanspraak van de betrokkene op de overige voorzieningen ingevolge deze regeling vangt aan op de dag van vertrek vanuit Nederland naar het missiegebied. 2. De aanspraak van de betrokkene op voorzieningen ingevolge deze regeling eindigt op de dag van terugkeer in Nederland vanuit het missiegebied, behoudens de periode van recuperatie, bedoeld in artikel 10, en behoudens de aanspraken, bedoeld in de artikelen 11, 16 en 17. Artikel 6 De werk- en rusttijden van de betrokkene worden door het operationeel gezag bepaald aan de hand van hetgeen in het belang van de dienst tijdens de missie noodzakelijk is. Artikel 7 Indien de betrokkene uit anderen hoofde aanspraak heeft op overeenkomstige voorzieningen als bedoeld in deze regeling, wordt de waarde van die aanspraak in mindering gebracht
Uit: Staatscourant 19 februari 2003, nr. 35 / pag. 10
op de aanspraak ingevolge deze regeling tot ten hoogste het bedrag van de laatstgenoemde aanspraak. Artikel 8 1. De betrokkene heeft aanspraak op: a. huisvesting en voeding vanwege en voor rekening van het Rijk; b. een tegemoetkoming in de onkosten, waarvan het bedrag is vermeld in tabel 1 van de bijlage bij deze regeling. 2. Indien om redenen verband houdend met de inzet, geen gebruik kan worden gemaakt van van Rijkswege verstrekte huisvesting of voeding en hierin ook niet door de volkenrechtelijke organisatie of de Europese Unie wordt voorzien, worden de noodzakelijk gemaakte kosten van huisvesting en voeding vergoed tot ten hoogste de bedragen, bedoeld in Bijlage I behorende bij de Reisregeling buitenland politie. Artikel 9 De betrokkene heeft aanspraak op een vergoeding voor de bij de missie ondervonden onregelmatige diensten en overuren. De vergoeding is vastgesteld in de vorm van een afkoopsom, waarvan het bedrag is opgenomen in tabel 2 van de bijlage bij deze regeling. Artikel 10 1. Het operationeel gezag kan, indien operationele omstandigheden dat noodzakelijk en mogelijk maken, recuperatie verlenen. 2. Recuperatie wordt slechts verleend aan de betrokkene die langdurig is ingezet onder operationele omstandigheden, teneinde de betrokkene een rustperiode te gunnen alvorens de inzet wordt voortgezet. 3. Recuperatie kan geleid worden doorgebracht in of in de directe nabijheid van het missiegebied. Het operationeel gezag geeft aanwijzingen met betrekking tot de wijze van het doorbrengen daarvan. Ten behoeve van deze recuperatie worden zonodig vanwege het Rijk faciliteiten, in de vorm van vervoer, huisvesting en voeding, ter beschikking gesteld. Recuperatie
1
kan voor rekening van het Rijk ook in Nederland worden doorgebracht. 4. Het operationeel gezag kan op verzoek van de betrokkene toestaan dat de recuperatie elders wordt doorgebracht. Deze recuperatie brengt de betrokkene alsdan door voor eigen risico en rekening. Er bestaat geen aanspraak op reis- en verblijfkosten. 5. Indien na beëindiging van de deelname aan de missie blijkt dat sprake is geweest van onafgebroken inzet zonder dat de betrokkene de gelegenheid is geboden tussentijds te recupereren, heeft de betrokkene na definitieve terugkeer in Nederland aansluitend recht op extra vrije tijd. Deze extra vrije tijd bedraagt bij een inzet van zes achtereenvolgende maanden twaalf werkdagen. Bij een inzet van een andere duur wordt deze extra vrije tijd naar evenredigheid berekend. De uitzending, bedoeld in het Besluit, wordt geacht te zijn verlengd met deze extra vrije tijd. Artikel 11 De betrokkene heeft aansluitend op de definitieve terugkeer uit het missiegebied recht op vrijstelling van zijn normale werkzaamheden en diensten gedurende tien werkdagen na een inzet met een duur van zes maanden. Bij een inzet van een andere duur wordt deze vrijstelling naar evenredigheid berekend. De uitzending, bedoeld in het Besluit, wordt geacht te zijn verlengd met deze periode. Artikel 12 1. Bij ernstige ziekte of overlijden van ouders, stiefouders, pleegouders, schoonouders, kinderen, stiefkinderen, pleegkinderen, aangehuwde kinderen, de echtgenoot of echtgenote of de daarmee gelijkgestelde persoon, bedoeld in artikel 1, tweede lid, van het Besluit algemene rechtspositie politie, wordt aan de betrokkene een vergoeding van reiskosten verleend tot maximaal de kosten voor een retourvlucht in beginsel op basis van de laagste klasse van vervoer vanuit het missiegebied naar Nederland. 2. De vergoeding wordt verleend op een daartoe strekkend verzoek van de betrokkene en, indien het kosten betreft in verband met ernstige ziekte, voor zover de ernst daarvan kan worden afgeleid uit een verklaring van de behandelend arts.
Artikel 13 1. De betrokkene is verplicht elk geval van ziekte of ongeval van hemzelf terstond ter kennis van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties te brengen, indien de ziekte of het ongeval van zodanige aard is dat hij naar verwachting langer dan een maand niet tot inzet in staat is. 2. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties neemt maatregelen tot definitieve terugkeer naar Nederland van de betrokkene indien ten gevolge van de ziekte of het ongeval het verblijf in het missiegebied niet langer verantwoord, raadzaam of van nut is. Voor zover uit de genomen maatregelen kosten voortvloeien voor de betrokkene, komen deze kosten ten laste van het Rijk. Artikel 14 Indien de betrokkene tijdens de missie overlijdt, worden de kosten van lijkbezorging aan de nabestaanden vergoed. Artikel 15 1. De naaste betrekkingen van een betrokkene die vermist is geraakt tijdens de missie, komen in aanmerking voor bemiddeling vanwege het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bij het voeren van de procedure tot het verkrijgen van een verklaring, dat rechtsvermoeden van overlijden van de vermiste betrokkene bestaat. 2. De naaste betrekkingen van een betrokkene als bedoeld in het vorige lid hebben, indien de procedure, bedoeld in dat lid, niet kosteloos kan worden gevoerd, aanspraak op vergoeding van de kosten die ter zake voor hun rekening zijn gekomen. Artikel 16 1. In geval van invaliditeit die voortvloeit uit een ongeval tenzij de betrokkene bewust roekeloos heeft gehandeld of de betrokkene grof nalatig is geweest, of een beroepsziekte die is ontstaan tijdens de missie of de geleide recuperatieperiode, wordt aan de betrokkene smartengeld vergoed tot een netto maximum bedrag van € 136.100,-. De Regeling uitkering dienstongevallen politie is van overeenkomstige toepassing. 2. In geval de betrokkene is komen te overlijden ten gevolge van een ongeval
Uit: Staatscourant 19 februari 2003, nr. 35 / pag. 10
als bedoeld in het eerste lid, wordt aan de weduwe of weduwnaar van wie de overleden betrokkene niet duurzaam gescheiden leefde of de daarmee gelijkgestelde persoon, bedoeld in artikel 1, tweede lid, van het Besluit algemene rechtspositie politie, een netto bedrag van € 68.100,- uitgekeerd. 3. Artikel 46, derde en vierde lid, van het Besluit bezoldiging politie is van overeenkomstige toepassing. 4. In geval van een ongeval of beroepsziekte worden aan de betrokkene vergoed de noodzakelijk gemaakte kosten van geneeskundige behandeling en verzorging. Artikel 17 Indien de betrokkene tijdens of ten gevolge van de missie in rechte wordt betrokken, heeft hij aanspraak op tegemoetkoming in de kosten van rechtskundige hulp. Artikel 18 1. De betrokkene die voor een periode van meer dan 30 dagen wordt uitgezonden, ontvangt van Rijkswege een standaarduitrusting die is toegesneden op de omstandigheden in het missiegebied. 2. Binnen 10 werkdagen na terugkeer in Nederland vanuit het missiegebied, retourneert de betrokkene de uitrusting. Artikel 19 De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties beslist in de gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet. Artikel 20 Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 20 december 2002. Artikel 21 Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vredesmissies politie. Deze regeling zal met toelichting worden geplaatst in de Staatscourant. De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H. Hessing.
2
Toelichting
Artikel 2 De betrokkene ontvangt een besluit Algemeen tot terbeschikkingstelling. Onder meer dient in dit besluit de duur van de uitMet de onderhavige regeling wordt zending te worden bepaald. In het invulling gegeven aan het bepaalde in eerste lid is tevens aangegeven dat de artikel 3 van het Besluit beschikbaarbezoldiging wordt berekend aan de stelling politieambtenaren ten behoeve hand van een arbeidstijd van 38 uur van vredesmissies. per week. Ongeacht of de betrokkene Ten behoeve van de uitzending naar in zijn normale functie een werkweek een missiegebied wordt de politieamb- van 38 uur kent, geldt voor de beretenaar buitengewoon verlof verleend kening van de bezoldiging deze met behoud van bezoldiging. Met gemiddelde arbeidstijd van 38 uur per deze constructie wordt bewerkstelligd week. dat de betrokkene zo weinig mogelijk Een uitzondering geldt voor de gevolgen voor zijn politierechtspositie betrokkene die een langere arbeidstijd ondervindt. De betrokkene blijft tijper week kent. Voor deze persoon dens de uitzending deelnemer in de blijft de bezoldiging gehandhaafd op zin van het Besluit geneeskundige ver- het aanvankelijke niveau. Indien een zorging politie 1994. De uitzending betrokkene een werkweek kent van 40 heeft voorts geen nadelige gevolgen in uur, blijft de bezoldiging gehandhaafd het kader van de sociale zekerheid. op dat niveau. Na afloop van het desGevolgen voor de werknemersverzeke- betreffende jaar waarin deze arbeidsringen, zoals de Wet op de arbeidson- tijd geldt (1 januari van het jaar daargeschiktheidsverzekering, en pensioen- op), valt de betrokkene terug naar een gevolgen zijn niet aan de orde. bezoldiging die wordt berekend naar De regeling volgt in grote lijnen de 38 uur per week. Immers, op dat Regeling voorzieningen bij vredes- en moment geldt ook voor deze betrokhumanitaire operaties die haar basis kene formeel geen werkweek van 40 vindt in artikel 2, tweede lid, onderuur meer. deel c, van het Algemeen militair Alvorens de betrokkene wordt uitgeambtenarenreglement. zonden zal hij een medische keuring Politieambtenaren die een missie uitdienen te ondergaan. Deze keuring voeren zullen veelal in het missiegemoet uitwijzen of er al dan niet medibied in nauw contact staan met onder sche bezwaren bestaan tegen de uitmeer de ambtenaren van de zending. Kosten van deze keuring en Koninklijke marechaussee. Aangezien de kosten die direct verband houden de uit te voeren missie vele overeenmet de uitzending, zoals vaccinaties komsten zal vertonen met de missie en dergelijke, komen voor rekening van het laatstgenoemd personeel in van het Rijk. De zinsnede ‘maar ook het desbetreffende gebied, wordt het anderszins’ brengt tot uitdrukking dat gewenst geacht de voorwaarden waar- de betrokkene überhaupt de geschiktonder deze ambtenaren werkzaam zijn heid moet bezitten om te gaan deelnein het missiegebied zo veel mogelijk men aan een missie. Aan dit aspect gelijk te laten lopen. wordt ruimschoots aandacht besteed De politievakorganisaties hebben bij de werving en de selectie. hun instemming verleend aan de regeling Met deze organisaties is afgespro- Artikel 3 ken dat de regeling en de uitvoerings- Met de korpsen is een convenant technische zaken in 2004 worden gesloten. De korpsen hebben zich vergeevalueerd. plicht landelijk 40 fte beschikbaar te stellen ten behoeve van de uitzending Artikelsgewijs in het kader van vredesmissies. Tijdens de uitzending genieten de uitArtikel 1 gezonden ambtenaren buitengewoon In dit artikel is een aantal begrippen verlof met behoud van bezoldiging. gedefinieerd. Zoals ook is aangegeven Deze bezoldiging, zo blijkt uit artikel in artikel 1 van het Besluit beschik2, eerste lid, wordt tijdens het buitenbaarstelling politieambtenaren ten gewoon verlof berekend aan de hand behoeve van vredesmissies zijn naast van een 38-urige werkweek. De werkde in de regeling gedefinieerde begrip- geverskosten worden door het Rijk pen ook de begrippen, bedoeld in arti- vergoed. De korpsen betalen ook de kel 1 van het besluit, van toepassing. overige vergoedingen die voortvloeien
Uit: Staatscourant 19 februari 2003, nr. 35 / pag. 10
uit de regeling. Ook deze vergoedingen komen volledig ten laste van het Rijk. Artikel 4 Ook ten tijde van de voor de missie van belang zijnde opleidingen geniet de betrokkene buitengewoon verlof met behoud van bezoldiging. De aanspraken ingevolge deze regeling zijn echter eerst van toepassing bij vertrek naar het missiegebied. Een en ander volgt uit artikel 5. Onderhavig artikel waarborgt dat de betrokkene geen kosten maakt met betrekking tot het volgen van de opleiding die ten laste van hemzelf blijven. Voorts regelt het tweede lid dat de betrokkene nog steeds een rechtspositie heeft tijdens de opleiding, zij het dat deze bepalingen van overeenkomstige toepassing zijn. In voorkomend geval kan de minister de desbetreffende bepaling toepassen. Artikel 5 In het eerste lid is bepaald op welk moment de aanspraak op voorzieningen, zoals de dagvergoeding, aanvangt. Het moment is feitelijk bepaald op de eerste reisdag naar het missiegebied. In het tweede lid is aangegeven op welk moment de aanspraak eindigt. Bij terugkeer in Nederland heeft de betrokkene geen aanspraak meer op voorzieningen. Evenwel een aantal voorzieningen geniet de betrokkene uiteraard nog wel. Het betreft het verlof, bedoeld in het vijfde lid van artikel 10, en het verlof, bedoeld in artikel 11, bij terugkomst in Nederland dat aansluitend wordt genoten. Tijdens het recuperatieverlof, ongeacht of dit verlof in Nederland wordt doorgebracht, heeft de betrokkene ook aanspraak op de vergoedingen ingevolge de regeling. Tijdens de verlofperiode bedoeld in artikel 11 heeft de betrokkene geen recht op deze vergoedingen. Ook de dienstongevallenregeling uit artikel 16 en de rechtshulpvoorziening, bedoeld in artikel 17, behouden hun werking na afloop van de missie. Artikel 6 In het missiegebied werkt de betrokkene onder operationeel gezag van het hoofd van de missie. Dit gezag bepaalt de werk- en rusttijd tijdens de missie.
3
Artikel 7 Indien van andere zijde aanspraak bestaat op een vergoeding, wordt dit bedrag in mindering gebracht op de desbetreffende vergoeding ingevolge deze regeling. Ontvangt de betrokkene bij voorbeeld van de volkenrechtelijke organisatie een vergoeding ter zake van onkosten als bedoeld in artikel 8, dan wordt het bedrag waarop de betrokkene op grond van artikel 8 recht heeft met dat bedrag verminderd. Is het vergoedingsbedrag waarmee dient te worden verminderd hoger dan het desbetreffende bedrag ingevolge de regeling, dan wordt slechts verminderd tot het bedrag waarop de betrokkene op grond van deze regeling recht heeft. De anticumulatie heeft dus nimmer een negatieve uitkomst.
komt tot uitdrukking in de in de bijla- 5. Indien zich een situatie voordoet ge vermelde categorieën. als bedoeld in de artikelen 37, 40a of 40b van het Besluit algemene rechtsArtikel 10 positie politie heeft de betrokkene bij Recuperatie maakt onderdeel uit van terugkeer in Nederland evenwel ingede missie en is van belang voor het volge zijn politierechtspositie recht op welslagen van de missie. Er bestaat buitengewoon verlof met behoud van evenwel geen aanspraak op recuperabezoldiging. tie. Het operationeel gezag kan tijdens Evenals in het Besluit algemene de missie aanleiding zien recuperatie rechtspositie politie dient er sprake te te verlenen. zijn van ernstige ziekte. Dit begrip is Aangegeven is dat deze periode geleid, in de toelichting bij artikel 40b van dat wil zeggen groepsgewijs en onder het Besluit algemene rechtspositie begeleiding, wordt doorgebracht. De politie nog nader aangegeven. recuperatie kan tussentijds ook worVermeld is dat het begrip niet op een den genoten in Nederland. lijn kan worden gesteld met ‘levensbeOnder recuperatie wordt mede verdreigend’. Ernstige ziekte is ruimer en staan het zogenaamde VN-leave en is nader omschreven als een ziekte NATO-verlof. De verlofregeling van met een zo ernstig karakter dat van de desbetreffende organisatie wordt de betrokkene in redelijkheid niet kan voor de uitzending aan de betrokkene worden gevergd zijn dienst op gewone kenbaar gemaakt. Op voorhand kan wijze voort te zetten. Artikel 8 niet worden aangegeven welke regeHuisvesting en voeding worden in ling aan de orde is tijdens de missie. Artikel 13 beginsel verstrekt. Indien er geen Indien tijdens de missie in het geheel Ziekte of een ongeval kan aanleiding mogelijkheid is tot een in natura vers- geen recuperatie is genoten, geniet de vormen dat de betrokkene de missie trekking van huisvesting en voeding, betrokkene aansluitend bij terugkomst dient te beëindigen. Mede om deze worden de gemaakte kosten vergoed. in Nederland extra vrije tijd. De uitreden moet de Minister van In dit geval gelden de maximumbezending en daarmee het buitengewoon Binnenlandse Zaken en dragen als bedoeld in de bijlage bij de verlof met behoud van bezoldiging Koninkrijksrelaties op de hoogte worReisregeling buitenland politie. wordt met die periode verlengd. den gesteld als een betrokkene ziek De tegemoetkoming in de onkosten is wordt of een ongeval overkomt. De voor alle missies gelijk. Deze onkosArtikel 11 Minister van Binnenlandse Zaken en tenvergoeding heeft het karakter van De betrokkene heeft bij formele Koninkrijksrelaties verzorgt de terugeen afkoopsom. Indien de betrokkene beëindiging van de missie en terugkeer keer naar Nederland. vanwege de Verenigde Naties of uit in Nederland aansluitend nog recht De bepaling laat onverlet dat de anderen hoofde aanspraak heeft op op een vrijstelling van zijn gewone betrokkene zich ook bij het operatioeen volledige dagvergoeding, inclusief werkzaamheden als politieambtenaar. neel gezag van de missie en zijn huisvesting, voeding en overige onkos- Berekening van het aantal vrije dagen bevoegd gezag als bedoeld in het ten, bestaat er geen aanspraak op een is afhankelijk van de totale duur van Besluit algemene rechtspositie dient vergoeding ingevolge de regeling. Een de inzet. Die duur van de inzet is in ziek te melden. en ander wordt tot uitdrukking het algemeen vooraf reeds bepaald en gebracht door middel van de in de vastgelegd in het besluit, bedoeld in Artikel 14 bijlage aangegeven categorieën. De artikel 2. Zoals ook voor de compen- Bij overlijden in het missiegebied zal betrokkene ontvangt van het Rijk een satie als bedoeld in het vijfde lid van het stoffelijk overschot in het algevast bedrag indien hij niet van een artikel 10 van niet genoten recuperatie meen van Rijkswege naar Nederland ander een onkostenvergoeding onttijdens de missie geldt, moet de uitworden vervoerd. Indien vervoer van vangt. De betrokkene ontvangt geen zending met deze vrijstelling van het Rijkswege niet aan de orde is en de onkostenvergoeding van het Rijk verrichten van werkzaamheden wornabestaanden ondervinden kosten van indien een ander deze kosten verden geacht te zijn verlengd. lijkbezorging, dan worden deze kosten goedt. Gedurende deze periode loopt derhal- vergoed. ve het buitengewoon verlof met Artikel 9 behoud van bezoldiging door. Artikel 15 De betrokkene heeft recht op een Deze bepaling regelt een voorziening afkoopsom ter zake van extra werkArtikel 12 bij vermissing tijdens de missie. druk. Alle onregelmatige diensten en Deze bepaling regelt de kostenvergoe- Artikel 16 overuren moeten worden geacht ding indien het noodzakelijk is dat de Ten aanzien van een beroepsziekte die financieel te zijn gecompenseerd met betrokkene wegens familieomstandig- is ontstaan tijdens de missie of een het afkoopbedrag. Indien de betrokheden terug moet keren naar ongeval tijdens de missie, biedt deze kene uit anderen hoofde aanspraak Nederland. Uiteraard heeft de betrok- bepaling compensatie in de vorm van heeft op een vergoeding als bedoeld in kene bij terugkeer in Nederland geen smartengeld. Ieder ongeval tijdens de artikel 8, wordt het bedrag, bedoeld recht meer op de voorzieningen ingemissie valt onder de regeling, behouin artikel 9, verlaagd. Een en ander volge de regeling. Dit volgt uit artikel dens indien er sprake is van bewust
Uit: Staatscourant 19 februari 2003, nr. 35 / pag. 10
4
roekeloos handelen of grove nalatigheid van de zijde van de betrokkene. De dekking is aldus ruimer dan de dienstongevallenregeling uit het Barp. De vergoeding wordt berekend aan de hand van de op artikel 54a van het Besluit algemene rechtspositie politie gebaseerde Regeling uitkering dienstongevallen politie. Indien het ongeval leidt tot het overlijden van de betrokkene wordt een vast bedrag uitgekeerd aan de nabestaanden. Deze groep is nader aangegeven in het tweede lid en het derde lid. De betrokkene heeft tevens aanspraak op vergoeding van kosten van geneeskundige behandeling en verzorging. Voorts geniet de betrokkene ook na 26 weken arbeidsongeschiktheid de bovenwettelijke arbeidsongeschiktheidsuitkering ter grootte van het verschil tussen de bezoldiging en de WAO-uitkering, bedoeld in artikel 38, vierde lid, van het Besluit bezoldiging politie. Artikel 17 De betrokkene die tijdens de missie in een situatie terechtkomt waarbij hij rechtskundige hulp behoeft, heeft op grond van deze bepaling recht op een tegemoetkoming in de onkosten. De bepaling is niet beperkt tot situaties waarbij de betrokkene zelf geen schuld draagt aan de procedure die tegen hem wordt gevoerd. Het antwoord op de schuldvraag zou immers in Nederland een totaal andere kunnen zijn. Ook hoeft er voor het recht op een tegemoetkoming geen relatie te zijn tussen de procedure die is ingezet, en de uitgevoerde werkzaamheden. De bepaling van de hoogte van de tegemoetkoming geeft wel ruimte om rekening te houden met bewust roekeloos handelen of grove nalatigheid. Artikel 18 De betrokkene betrekt de uitrusting voor het missiegebied bij het KLPD en retourneert deze na beëindiging van de missie. Afhankelijk van het missiegebied en de weersomstandigheden bepaalt het NCIPS voor welk standaardpakket de betrokkene in aanmerking komt, op basis van het advies door het Hoofd medische dienst van de Koninklijke Marechaussee. Bewapening maakt geen onderdeel uit van de uitrusting.
Artikel 19 De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kan als uitvoerder van de regeling in het geval zich een bijzondere hardheid voordoet bij onverkorte toepassing van de bepalingen in de regeling, in gunstige zin afwijken van het bepaalde. Artikel 20 Het Besluit beschikbaarstelling politieambtenaren ten behoeve van vredesmissies is in werking getreden 20 december 2002. Met de inwerkingtredingsbepaling van de regeling is daarbij aangesloten. De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H. Hessing. Bijlage bij de Regeling vredesmissies politie Tabel 1 Tegemoetkoming onkosten, bedoeld in artikel 8
Bedrag per dag – indien aanspraak bestaat op een volledige dagvergoeding inclusief huisvesting, voeding en overige onkosten van derden US $ nihil – in de overige gevallen US $ 27,00 Tabel 2 Tegemoetkoming afkoop overwerkvergoeding, bedoeld in artikel 9
Bedrag per dag – indien aanspraak bestaat op een volledige dagvergoeding inclusief huisvesting, voeding en overige onkosten van derden € 17,06 – in de overige gevallen € 39,76
Uit: Staatscourant 19 februari 2003, nr. 35 / pag. 10
5