RAW-systematiek 2010 Aan te brengen wijzigingen in de naslagwerken van de RAW-systematiek bij het van toepassing verklaren van de UAV 2012 - Basisdocument
Vastgesteld op 22-11-2012 door RIBP
CROW is het nationale kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte. Deze not-for-profitorganisatie ontwikkelt, verspreidt en beheert praktisch toepasbare kennis voor beleidsvoorbereiding, planning, ontwerp, aanleg, beheer en onderhoud. Dit gebeurt in samenwerking met alle belanghebbende partijen, waaronder Rijk, provincies, gemeenten, adviesbureaus, uitvoerende bouwbedrijven in de grond-, water- en wegenbouw, toeleveranciers en vervoerorganisaties. De kennis, veelal in de vorm van richtlijnen, aanbevelingen en systematieken, vindt haar weg naar de doelgroepen via websites, publicaties, cursussen en congressen. CROW heeft zijn activiteiten gebundeld in drie domeinen: - Aanbesteden & Contracteren; - Beheer Openbare Ruimte & Infrastructuur; - Verkeer & Vervoer.
CROW Galvanistraat 1, 6716 AE Ede Postbus 37, 6710 BA Ede Telefoon (0318) 69 53 00 Fax (0318) 62 11 12 E-mail
[email protected] Website www.crow.nl
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 2 van 132
Januari 2013 Copyright 2013, CROW, Kenniscentrum voor verkeer, vervoer en infrastructuur, Galvanistraat 1, 6716 AE Ede (telefoon 0318-695300). Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van bovengenoemde stichting, behoudens de beperkingen bij de wet gesteld. Het verbod betreft ook een gehele of gedeeltelijke bewerking. Het is verboden wijzigingen in de systematiek en de tekst aan te brengen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 3 van 132
Ten geleide De Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en technische installatiewerken 2012 (UAV 2012) zijn een actualisering van de UAV 1989. Deze actualisering was nodig vanwege wijzigingen in relevante wet- en regelgeving en ontwikkelingen in de jurisprudentie sinds 1989 en de invoering van de euro. De relevante wet- en regelgeving betreft de gedeeltelijke invoering van het nieuwe Burgerlijk Wetboek in 1992 en de titel Aanneming van Werk die daarin in 2003 is opgenomen. Ook was een aanpassing nodig vanwege de Wet Milieubeheer op het gebied van het zich ontdoen van afvalstoffen. Tevens is de UAV-TI 1992 opgenomen in de UAV 2012. De UAV 2012 zijn vastgesteld bij gemeenschappelijke beschikking nr. 2011-2000541953 van 19 januari 2012 van de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties en van Economische Zaken, Landbouw en Innovaties. Dit document bevat de aanpassingen in de RAW-systematiek in het geval de bestekschrijver in het RAW-bestek de UAV 2012 van toepassing wil verklaren. De gekozen oplossing biedt de bestekschrijver tot begin 2015 (tot het uitbrengen van de jaarversie 2015 van de RAW-systematiek) de mogelijkheid te kiezen tussen het toepassen van de UAV 1989 of het toepassen van de UAV 2012. De RAW-naslagwerken van de jaarversie 2015 van de RAW-systematiek zullen gebaseerd zijn op de UAV 2012. De overgang van de UAV 1989 naar de UAV 2012 biedt in de teksten van de RAW-systematiek geen ruimte voor verschillende interpretaties en voorkeuren, daarom heeft het voorliggende document niet de procedure van tervisielegging doorlopen, maar is het direct vastgesteld door de Raad voor het Infrabouwpoces. De meest relevante en inhoudelijke aanpassingen in de naslagwerken zijn de volgende. Een verwijzing naar de UAVTI 1992 is vervangen door een verwijzing naar de UAV 2012. Artikel 01.01.07 lid 01 van de Standaard RAW Bepalingen is inhoudelijk gewijzigd als gevolg van lid 16a van paragraaf 6 van de UAV 2012. De leden 01 en 02 van artikel 01.14.02 van de Standaard RAW Bepalingen zijn vervallen vanwege paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid1 van de UAV 2012. Artikelen die betrekking hebben op de keuring van bouwstoffen en gerelateerd zijn aan paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012 zijn vervallen, bijvoorbeeld de artikelen 22.84.01, 28.14.01, 28.24.01, 28.54.01, 30.24.01, 30.34.02, 31.24.01, 31.34.01, 33.24.01, 41.54.01 en 52.54.02. Artikelen in de Standaard RAW Bepalingen die gerelateerd zijn aan paragraaf 26 van de UAV 2012, voor wat betreft het algemeen tijdschema en het gedetailleerd werkplan, zijn waar nodig aangepast. Artikel 35.03.01 van de Standaard RAW Bepalingen is vervallen, omdat de UAVTI 1992 zijn opgenomen in de UAV 2012. Artikelen in de Standaard RAW Bepalingen waarin het keuren van bouwstoffen expliciet is geregeld, zijn aangepast als gevolg van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 01 van de UAV 2012. Als gevolg van paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012 zijn in de RAWcatalogus met bepalingen keuzebepalingen opgenomen, waarmee in het bestek kan worden geregeld welke bouwstoffen door de directie zullen worden gekeurd. Voor het van toepassing verklaren van de aanpassingen in de RAW-systematiek in het RAWbestek is een separaat document op de RAW-website (www.crow.nl/raw) geplaatst. Dit document is gratis in de vorm van een pdf-document van de RAW-site af te halen. CROW dr.ir. I.W. Koster, directeur
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 4 van 132
Overzicht van wijzigingen in de Standaard RAW Bepalingen 2010 Artikel 01.01.01 01.01.01 lid 01 01.01.01 lid 02 01.01.05 01.01.05 lid 14 01.01.07 01.01.07 lid 01 01.01.07 lid 02 01.01.07 lid 03 01.01.09 01.01.09 lid 04 01.01.10 01.01.10 lid 02 01.02.02 01.02.02 lid 01 01.02.03 01.02.03 lid 06 01.03.01 01.03.01 lid 02 01.03.03 01.03.03 lid 01 01.03.03 lid 02 01.05.01 01.05.01 lid 01 01.06.01 01.06.01 lid 01 01.06.01 lid 02 01.07.01 01.07.01 lid 01 01.10 01.10.01 01.10.01 lid 01 01.13.05 01.13.05 lid 01 01.13.06 01.13.06 lid 01 01.14.02 01.14.02 lid 01 01.14.02 lid 02 01.14.02 lid 03 01.14.04 01.14.04 lid 02 01.14.04 lid 03 01.15.03 01.15.03 lid 03 01.17.06 01.17.06 lid 01 01.17.06 lid 02 01.17.06 lid 03 01.17.07 01.17.07 lid 01 01.18.04 01.18.04 lid 01
Titel Van toepassing zijnde bepalingen (bladzijde 6 van de Standaard)
Status Gewijzigd Gewijzigd
Vaststellen te accorderen hoeveelheden (bladzijde 8 van de Standaard) Gewijzigd Overige algemene bepalingen (bladzijde 11 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Vervallen Acceptatie van de lijst met deel... (bladzijden 12 en 13 van de Standaard) Gewijzigd Overeenkomsten met open posten Opneming (bladzijde 15 van de Standaard) Gewijzigd Grootte van de betalingstermijn (bladzijden 15 en 16 van de Standaard) Gewijzigd Betaling (bladzijde 16 van de Standaard) Gewijzigd Verrekenprijzen voor afwijkingen van ..... (bladzijde 17 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Indienen declaraties (bladzijde 21 van de Standaard) Gewijzigd Verrekening uitvoeringskosten (bladzijde 21 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Waarde en vorm van de zekerheidstelling (bladzijde 22 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd
Publiekrechtelijke en privaatrechtelijke toestemmingen Aan de aannemer verleende .... (bladzijde 25 van de Standaard) Verificatie, acceptatie, stop-, bijwoon en .... (bladzijde 29 van de Standaard)
Gewijzigd Algemeen tijdschema, werkplan (bladzijde 30 van de Standaard) Gewijzigd Vervallen Vervallen Vervallen Gewijzigd
Keuring van bouwstoffen (bladzijde 31 van de Standaard)
Kwaliteitsborging en keuring van bouwstoffen (bladzijde 32 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Bemiddeling (bladzijde 34 van de Standaard) Gewijzigd Vervoeren van vrijgekomen materialen ... (bladzijde 37 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Plan voor het omgaan met vrijgekomen ... (bladzijde 37 van de Standaard) Gewijzigd Schadevergoeding (bladzijde 39 van de Standaard)
Versie van 08-01-2013
Gewijzigd
Bladzijde 5 van 132
01.20.05 01.20.05 lid 04 01.20.06 01.20.06 lid 01 01.20.06 lid 02 01.22.03 01.22.03 lid 01 11.03.01 11.03.01 lid 01 17.03.01 17.03.01 lid 02 17.03.01 lid 04 17.03.03 17.03.03 lid 01 17.24.02 17.24.02 lid 01 21.03.02 21.03.02 lid 01 22.02.09 22.02.09 lid 01 22.02.09 lid 02 22.02.10 22.02.10 lid 01 22.03.01 22.03.01 lid 01 22.03.03 22.03.03 lid 01 22.83.02 22.83.02 lid 01 22.84.01 22.84.01 lid 01 22.84.01 lid 02 22.84.01 lid 03 22.84.01 lid 04 24.07.03 24.07.03 lid 02 24.23.02 24.23.02 lid 01 25.03.01 25.03.01 lid 02 28.13.02 28.13.02 lid 05 28.14.01 28.14.01 lid 01 28.14.01 lid 02 28.14.01 lid 03 28.14.01 lid 04 28.24.01 28.24.01 lid 01 28.24.01 lid 02 28.24.01 lid 03 28.53.02 28.53.02 lid 01
Beheersing van afwijkingen (bladzijden 43 en 44 van de Standaard) Gewijzigd Toezicht op de uitvoering en opneming werk (bladzijde 44 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Plan van aanpak voor het omgaan met te ... (bladzijde 47 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd
Modellen (bladzijden 72 en 73 van de Standaard) Sloopplan, springplan (bladzijde 246 van de Standaard)
Gewijzigd Plan van aanpak, aanvullen na ....(bladzijden 255 en 256 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Gegevens over onbruikbare deelstromen (bladzijde 256 van de Standaard) Gewijzigd Ontgraving (bladzijde 266 van de Standaard) Gewijzigd Bemalingsplan voor bron- of .... (bladzijde 283 van de Standaard) Gewijzigd Primaire waterkeringen buiten ....(bladzijden 297 en 298 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Secundaire waterkeringen (bladzijde 298 van de Standaard) Gewijzigd Grondverzet in den natte (bladzijde 299 van de Standaard) Gewijzigd Legplan geotextiel en rooster (bladzijde 300 van de Standaard) Gewijzigd Legplan (bladzijde 341 van de Standaard) Gewijzigd Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen
Keuring van bouwstoffen (bladzijden 341 en 342 van de Standaard)
Verrekenmethode afwijking sleufdiepte en ..... (bladzijde 370 van de Standaard) Gewijzigd Boorplan (bladzijde 375 van de Standaard) Gewijzigd Werkzaamheden aan asbestcement.... (bladzijden 382 en 383 van de Standaard) Gewijzigd Gegevens over bouwstoffen (bladzijde 451 en 452 van de Standaard) Keuring van bouwstoffen (bladzijde 452 van de Standaard)
Bouwstoffen (bladzijde 468 van de Standaard)
Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen
Stortplan schuimbeton (bladzijde 485 van de Standaard)
Versie van 08-01-2013
Gewijzigd
Bladzijde 6 van 132
28.54.01 28.54.01 lid 01 28.54.01 lid 02 28.54.01 lid 03 28.54.01 lid 04 30.24.01 30.24.01 lid 01 30.24.01 lid 02 30.24.01 lid 03 30.24.03 30.24.03 lid 01 30.34.02 30.34.02 lid 01 30.34.02 lid 02 30.34.02 lid 03 30.34.12 30.34.12 lid 02 30.34.12 lid 03 30.34.12 lid 04 30.34.12 lid 08 30.34.12 lid 09 30.34.12 lid 10 31.24.01 31.24.01 lid 01 31.24.01 lid 02 31.24.01 lid 03 31.24.11 31.24.11 lid 02 31.24.11 lid 03 31.24.11 lid 04 31.24.11 lid 08 31.24.11 lid 09 31.24.11 lid 10 31.33.03 31.33.03 lid 01 31.34.01 31.34.01 lid 01 31.34.01 lid 02 31.34.01 lid 03 31.34.01 lid 04 31.34.17 31.34.17 lid 02 31.34.17 lid 03 31.34.17 lid 04 31.34.17 lid 08 31.34.17 lid 09 31.34.17 lid 10 31.43.02 31.43.02 lid 01 31.43.02 lid 04 31.44.01 31.44.01 lid 01 31.44.02 31.44.02 lid 02 32.14.01 32.14.01 lid 01
Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen
Verwerking van bouwstoffen (bladzijde 486 van de Standaard)
Bouwstoffen (bladzijde 509 van de Standaard)
Garantie (bladzijde 510 van de Standaard) Gewijzigd Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen
Keuring van bouwstoffen (bladzijde 521 van de Standaard)
Garantie (bladzijden 526 en 527 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen
Keuring van bouwstoffen (bladzijden 608 en 609 van de Standaard)
Garantie (bladzijden 618, 619 en 620 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gedetailleerd werkplan (bladzijden 648 van de Standaard) Gewijzigd Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen
Keuring van bouwstoffen (bladzijden 650 van de Standaard)
Garantie (bladzijden 659 en 660 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Werkplan en logboek bestratingwerk (bladzijden 678 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Ingebruikname van de bestrating (bladzijden 678 van de Standaard) Gewijzigd Controle op verzoek van de aannemer (bladzijden 678 van de Standaard) Gewijzigd Garantie markering van wegdekreflectoren (bladzijde 698 van de Standaard)
Versie van 08-01-2013
Gewijzigd
Bladzijde 7 van 132
32.15.03 32.15.03 lid 01 33.23.02 33.23.02 lid 01 33.24.01 33.24.01 lid 01 33.24.01 lid 02 33.24.01 lid 03 33.24.01 lid 04 33.24.09 33.24.09 lid 01 33.24.09 lid 02 33.24.09 lid 03 33.24.09 lid 07 33.24.09 lid 08 33.24.09 lid 09 34.13.03 34.13.03 lid 01 35.03.01 35.03.01 lid 01 35.04.01 35.04.01 lid 01 35.04.01 lid 02 35.04.01 lid 03 35.07.01 35.07.01 lid 01 35.07.01 lid 02 35.07.02 35.07.02 lid 01 35.07.02 lid 02 35.17.01 35.17.01 lid 01 35.17.01 lid 02 36.04.01 36.04.01 lid 01 36.05.01 36.05.01 lid 01 36.05.05 lid 02 36.05.01 lid 01 36.05.01 lid 02 41.03.02 41.03.02 lid 01 41.13.03 41.13.03 lid 01 41.33.01 41.33.01 lid 01 41.53.01 41.53.01 lid 01 41.54.01 41.54.01 lid 01 41.54.01 lid 02 41.54.01 lid 03 41.54.01 lid 04 42.23.01 42.23.01 lid 01 42.33.01 42.33.01 lid 01
Monstername markeringsmaterialen (bladzijde 699 van de Standaard) Gewijzigd Gedetailleerd werkplan (bladzijde 723 van de Standaard) Gewijzigd Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen
Verwerking van bouwstoffen (bladzijde 726 van de Standaard)
Garantie (bladzijde 729, 730 en 731 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Aanbrengen van aardingsvoorzieningen (bladzijde 740 van de Standaard) Gewijzigd Vervallen Vervallen
Van toepassing zijnde bepalingen (bladzijde 748 van de Standaard) Garanties (bladzijde 748 van de Standaard)
Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Beproeving van een verkeersregelinstallatie (bladzijde 749 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Opneming en oplevering van het werk (bladzijde 749 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Keuring en beproeving van een verkeers.... (bladzijde 759 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Garantie verfsysteem (bladzijde 782 van de Standaard) Proefplaten verfsysteem (bladzijde 782 van de Standaard)
Gewijzigd Gewijzigd Vervallen Omgenummerd Nieuw Nieuw
Werkplan funderingswerkzaamheden (bladzijde 811 van de Standaard) Gewijzigd Aanbrengen en verwijderen van palen (bladzijde 821 van de Standaard) Gewijzigd Gedetailleerd werkplan (bladzijde 832 van de Standaard) Gewijzigd Gedetailleerd werkplan (bladzijde 847 van de Standaard) Gewijzigd Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen Vervallen
Verwerking van bouwstoffen (bladzijde 847 van de Standaard)
Plan voor het transporteren en monteren ... (bladzijde 881 van de Standaard) Gewijzigd Plan voor het aanbrengen van onderwaterbeton (bladzijde 884 van de Standaard) Gewijzigd
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 8 van 132
47.03.03 47.03.03 lid 04 50.23.02 50.23.02 lid 01 50.23.02 lid 02 50.23.02 lid 03 50.44.02 50.44.02 lid 07 51.03.09 51.03.09 lid 01 51.03.09 lid 02 51.04.03 51.04.03 lid 01 51.04.09 51.04.09 lid 01 51.04.11 51.04.11 lid 01 51.04.11 lid 02 51.04.11 lid 03 51.84.01 51.84.01 lid 01 52.02.03 52.02.03 lid 01 52.02.03 lid 02 52.02.04 52.02.04 lid 01 52.03.03 52.03.03 lid 01 52.23.03 52.23.03 lid 01 52.34.01 52.34.01 lid 01 52.34.01 lid 02 52.37.01 52.37.01 lid 01 52.37.01 lid 02 52.37.01 lid 03 52.37.01 lid 04 52.37.01 lid 05 52.37.01 lid 06 52.37.01 lid 07 52.37.01 lid 01 52.54.02 52.54.02 lid 01 52.54.02 lid 02 52.54.02 lid 03 52.54.10 52.54.10 lid 02 52.54.10 lid 03 52.54.10 lid 04 52.54.10 lid 08 52.54.10 lid 09 52.54.10 lid 10 56.23.04 56.23.04 lid 01 56.23.05 56.23.05 lid 01
Inspectie en keuring (bladzijde 942 van de Standaard) Gewijzigd Inzamelplan (bladzijde 979 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Vervallen Ter beschikking gesteld materieel (bladzijde 984 en 985 van de Standaard) Gewijzigd Ecologisch beheer (bladzijden 1019 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Teelgrond, bomenzand en bodemver.... (bladzijde 1020 van de Standaard) Gewijzigd Plantgarantie (bladzijde 1022 van de Standaard) Gewijzigd Keuren plantmateriaal (bladzijde 1023 van de Standaard) Gewijzigd Vervallen Vervallen Aanleg (bladzijde 1046 van de Standaard) Gewijzigd Primaire waterkeringen buiten ... (bladzijde 1059 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Secundaire waterkeringen (bladzijde 1060 van de Standaard) Gewijzigd Legplan geotextiel en structuurmat (bladzijde 1061 van de Standaard) Gewijzigd Legplan betonblokkenmatten of... (bladzijde 1076 van de Standaard) Gewijzigd Waterbouwsteen, keuring door de... (bladzijde 1084 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Waterbouwsteen, keuring door de... (bladzijde 1087 van de Standaard) Omgenummerd Omgenummerd Omgenummerd Omgenummerd Omgenummerd Omgenummerd Omgenummerd Nieuw Bitumineus gebonden toepassing, ... (bladzijden 1105 van de Standaard) Vervallen Vervallen Vervallen Bitumineus gebonden toepas.... (bladzijden 1113 en 1114 van de Standaard) Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Gewijzigd Overzicht verbruik verf, straalmiddel ... (bladzijde 1168 van de Standaard) Gewijzigd Uitvoeringsplan (bladzijde 1168 en 1169 van de Standaard)
Versie van 08-01-2013
Gewijzigd
Bladzijde 9 van 132
Wijzigingen in de Standaard RAW Bepalingen Opmerking: Bij elk artikel wordt verwezen naar een bladzijde van de Standaard, daarmee wordt een bladzijde van de gedrukte versie van de Standaard RAW Bepalingen 2010 bedoeld. Standaard RAW Bepalingen 01
Algemeen en administratief
01.01
Algemene bepalingen
01.01.01
Van toepassing zijnde bepalingen (bladzijde 6 van de Standaard) Artikel 01.01.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Voorzover daarvan in deze Standaard RAW Bepalingen (Standaard 2010) niet uitdrukkelijk is afgeweken, zijn van toepassing de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (U.A.V. 1989), vastgesteld bij gemeenschappelijke beschikking d.d. 25 augustus 1989 no. MJZ 25 889 007 van de ministers van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, van Verkeer en Waterstaat en van de staatssecretaris van Defensie. Voorzover daarvan in deze Standaard RAW Bepalingen (Standaard 2010) niet uitdrukkelijk is afgeweken, zijn van toepassing de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), vastgesteld bij gemeenschappelijke beschikking nr. 20112000541953 van 19 januari 2012 van de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Economische Zaken, Landbouw en Innovaties. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.01.01 lid 01 Aan de begripsbepaling van de UAV 2012 is toegevoegd 'technische installatiewerken'. Deze toevoeging is noodzakelijk vanwege de opname van de UAVTI 1992 in de UAV 2012. Verwezen wordt naar de publicatie van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012) in de Staatscourant (Nr. 1567 van 30 januari 2012). Deze publicatie is als bijlage toegevoegd aan dit document. Artikel 01.01.01 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Voorzover met deze Standaard niet in strijd behoren hiertoe mede, als waren zij er letterlijk in opgenomen de Nederlandse normen van de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut (NEN), zoals deze zijn vermeld in het ‘Normenoverzicht GWW’ en deze drie maanden voor de dag van aanbesteding luiden. Het ‘Normenoverzicht GWW’ wordt periodiek opgesteld en gepubliceerd door CROW te Ede. Voor zover met deze Standaard niet in strijd behoren hiertoe mede, als waren zij er letterlijk in opgenomen, de Nederlandse normen van de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut (NEN), zoals deze zijn vermeld in het drie maanden voor de dag van aanbesteding geldende ‘Normenoverzicht gww’. Onder een Nederlandse norm wordt verstaan een in het ‘Normenoverzicht gww’ vermeld document, dat de status van Nederlandse norm heeft, waarbij in de aanduiding van het document de afkorting NEN voorkomt. Het ‘Normenoverzicht gww’ wordt periodiek opgesteld en gepubliceerd door CROW te Ede. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.01.01 lid 02 Lid 2 van paragraaf 2 van de UAV 1989 is opgenomen in de UAV 2012 met dien verstande dat het tekstdeel ‘Nederlandse normen van de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut’ is gewijzigd in
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 10 van 132
‘technische normvoorschriften’, waarmee getracht is op neutralere wijze naar (norm)voorschriften te verwezen. Echter het bestek moet overeenkomstig lid 2 van paragraaf 2 van de UAV 2012 nog steeds alle op het werk betrekking hebbende normen, voorschriften, praktijkrichtlijnen, beoordelingsrichtlijnen en alle andere soorten publicaties van toepassing verklaren. Teneinde de opdrachtgevers/bestekschrijvers zoveel mogelijk te faciliteren, staat als sinds lange tijd artikel 01.01.01 lid 02 in de Standaard RAW Bepalingen. Deze bepaling integreert niet alle Nederlandse normen van de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut in de Standaard RAW Bepalingen, maar alleen de normen die betrekking hebben op werken. De formulering van paragraaf 2 lid 2 van de UAV 2012 heeft geen invloed op de formulering van artikel 01.01.01 lid 02 van de Standaard RAW Bepalingen. De tekst van het hier weergegeven artikel 01.01.01 lid 02 is de reeds vastgestelde nieuwe formulering.
01.01.05
Vaststellen te accorderen hoeveelheden (bladzijde 8 van de Standaard) Artikel 01.01.05 lid 14 is als volgt gewijzigd.
14 Afwijkingen van vastgestelde geaccordeerde hoeveelheden welke tijdens de uitvoering worden geconstateerd worden niet verrekend tenzij dit voortvloeit uit het bepaalde in paragraaf 29 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.01.05 lid 14 Paragraaf 29 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling behoeft daarom inhoudelijk niet te worden gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.01.07
Overige algemene bepalingen (bladzijde 11 van de Standaard) Artikel 01.01.07 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Indien de uitvoering van het werk of een deel daarvan in verband met het vinden van voorwerpen als bedoeld in paragraaf 32 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 moet worden onderbroken, worden de kosten van deze onderbreking aan de aannemer als meer werk vergoed, voor zover het bestek die voorwerpen niet vermeldt. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.01.07 lid 01 Paragraaf 32 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Artikel 01.01.07 lid 01 behoeft daarom inhoudelijk niet te worden gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 01.01.07 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Indien bij de uitvoering van het werk of een deel daarvan voorwerpen dan wel vaste, vloeibare of gasvormige stoffen worden aangetroffen waarvan de aanwezigheid niet in het bestek is vermeld en waarvan redelijkerwijs geacht kan worden dat deze gevaar op kunnen leveren voor de omgeving, brengt de aannemer dit onmiddellijk ter kennis van de directie. Hij neemt terstond, zo mogelijk in overleg met de directie, de door de omstandigheden vereiste veiligheidsmaatregelen. De hieruit voortvloeiende kosten worden hem als meer werk vergoed. Als de aannemer bij de uitvoering van het werk in verband met het aantreffen van voorwerpen of stoffen als bedoeld in paragraaf 6 lid 16a van de UAV 2012 veiligheidsmaatregelen moet nemen, worden de hieruit voortvloeiende kosten hem als meer werk vergoed. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.01.07 lid 02 Het nieuwe lid 16a van paragraaf 6 van de UAV 2012 luidt als volgt: Wanneer bij de uitvoering van het werk voorwerpen of stoffen worden aangetroffen, waarvan
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 11 van 132
redelijkerwijs geacht kan worden dat deze schade kunnen toebrengen aan personen, goederen of milieu, brengt de aannemer dit onmiddellijk ter kennis van de directie. Hij neemt terstond, zo mogelijk in overleg met de directie, de door de omstandigheden vereiste veiligheidsmaatregelen. Lid 02 van artikel 01.01.07 van de Standaard RAW Bepalingen lijkt als voorbeeld te hebben gediend voor paragraaf 6 lid 16a van de UAV 2012. Als gevolg van lid 16a van paragraaf 6 van de UAV 2012 is lid 02 van artikel 01.01.07 van de Standaard RAW Bepalingen gewijzigd (vereenvoudigd). Paragraaf 6 lid 16a van de UAV 2012 geeft geen antwoord op de vraag voor wiens rekening de gevolgen in tijd en geld komen, derhalve blijft dit aspect in lid 02 van artikel 01.01.07 van de Standaard RAW Bepalingen geregeld. Als de aangetroffen voorwerpen en stoffen al in het bestek staan vermeld, dan zal de aannemer in beginsel geen recht hebben op termijnverlenging en/of meerwerk/bijbetaling. Artikel 01.01.07 lid 03 is vervallen.
03 Het in lid 02 bepaalde is ook van toepassing in het geval dat de aannemer bij de uitvoering van het werk of een deel daarvan verontreiniging of verontreinigende stoffen aantreft waarvan de aanwezigheid niet in het bestek is vermeld. Toelichting bij het vervallen artikel 01.01.07 lid 03 Deze bepaling is vervallen vanwege het bepaalde in paragraaf 6 lid 16a van de UAV 2012 en het bepaalde in het gewijzigde lid 02 van artikel 01.01.07 van de Standaard RAW Bepalingen. Als verontreiniging of verontreinigende stoffen worden aangetroffen, dan kan redelijkerwijs geacht worden dat deze schade kunnen toebrengen aan personen, goederen of milieu.
01.01.09
Acceptatie van de lijst met deelresultaatsverplichtingen (bladzijden 12 en 13 van de Standaard) Artikel 01.01.09 lid 04 is als volgt gewijzigd.
04 Afwijkingen van door de directie geaccepteerde deelresultaatsverplichtingen en van de daarbij behorende hoeveelheden in de kolom ‘hoeveelheid resultaatsverplichting’, de kolom ‘omschrijving’ of de kolom ‘hoeveelheid ter inlichting’ welke tijdens de uitvoering worden geconstateerd, worden niet verrekend tenzij dit voortvloeit uit het bepaalde in paragraaf 29 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.01.09 lid 04 Paragraaf 29 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Deze bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.01.10
Overeenkomsten met open posten (bladzijde 13 van de Standaard) Artikel 01.01.10 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Waar in de U.A.V. 1989 UAV 2012 of in de Standaard sprake is van ‘aannemingssom’ dient te worden gelezen ‘som van de deelopdracht’ met uitzondering van: a. paragraaf 43a lid 3 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, waarin voor ‘aannemingssom’ dient te worden gelezen ‘fictieve som’; b. de artikelen 01.01.02 en 01.01.03 en paragraaf 04 van de Standaard RAW Bepalingen, waarin voor ‘ontleding van de aannemingssom’ dient te worden gelezen ‘ontleding van de fictieve som’ en voor ‘aannemingssom’ dient te worden gelezen ‘fictieve som’. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.01.10 lid 02 Paragraaf 43a lid 3 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Deze bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 12 van 132
01.02
Betalingsregelingen: aannemingssom
01.02.02
Opneming (bladzijde 15 van de Standaard) Artikel 01.02.02 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De opneming als bedoeld in paragraaf 40 lid 2 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, geschiedt door de directie in overleg met de aannemer. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.02.02 lid 01 Paragraaf 40 lid 2 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Deze bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.02.03
Grootte van de betalingstermijn (bladzijden 15 en 16 van de Standaard) Artikel 01.02.03 lid 06 is als volgt gewijzigd.
06 Het bedrag van de laatste betalingstermijn wordt gevonden door het verschil te bepalen tussen de aannemingssom en de som der reeds eerder verschenen betalingstermijnen en paragraaf 40 lid 7 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 toe te passen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.02.03 lid 06 Paragraaf 40 lid 7 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Deze bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.03
Betalingsregelingen: afwijkingen van verrekenbare hoeveelheden
01.03.01
Betaling (bladzijde 16 van de Standaard) Artikel 01.03.01 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Op de betaling van hetgeen de aannemer toekomt ingevolge dit artikel is het bepaalde in paragraaf 40 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 van overeenkomstige toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.03.01 lid 02 Paragraaf 40 van de UAV 1989 is -behoudens een kleine redactionele wijziging in lid 12ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Deze kleine wijziging heeft geen invloed op deze bepaling. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.03.03
Verrekenprijzen voor afwijkingen van verrekenbare hoeveelheden (bladzijde 17 van de Standaard) Artikel 01.03.03 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Als verrekenprijzen bedoeld in paragraaf 39 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, zullen gelden de prijzen per eenheid, zoals deze zijn vermeld in de ontleding van de aannemingssom, verhoogd met het percentage dat het aandeel uitdrukt dat de som van de posten ‘algemene kosten’ en ‘winst en risico’ uitmaakt van het ‘subtotaal’. Bij de berekening van de grootte van de verrekenprijzen wordt bedoeld percentage afgerond op tienden en de daarmee verhoogde prijzen op een hele cent (eurocent), waarbij een halve cent (eurocent) of meer voor een hele cent (eurocent) zal gelden.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 13 van 132
Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.03.03 lid 01 Paragraaf 39 lid 1 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Deze bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 01.03.03 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Het bepaalde in paragraaf 39 lid 5 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 is niet van toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.03.03 lid 02 Paragraaf 39 lid 5 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Deze bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.05
Betalingsregelingen: declaraties
01.05.01
Indienen declaraties (bladzijde 21 van de Standaard) Artikel 01.05.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 In verband met paragraaf 40 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 wordt bepaald dat geen betaling van de aannemer zal geschieden dan nadat deze een declaratie heeft ingediend. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.05.01 lid 01 Paragraaf 40 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Het bepaalde is daarom niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.06
Betalingsregelingen: uitvoeringskosten
01.06.01
Verrekening uitvoeringskosten (bladzijde 21 van de Standaard) Artikel 01.06.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Op de post ‘uitvoeringskosten’ zoals deze in de ontleding van de aannemingssom is opgenomen, zal geen verrekening plaatsvinden, behoudens het bepaalde in lid 02, herziening op grond van de U.A.V. 1989 UAV 2012 onverlet latend. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.06.01 lid 01 Artikel 01.06.01 lid 01 van de Standaard RAW Bepalingen verwijst naar de gehele UAV 1989. Deze bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in dit lid ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 01.06.01 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Verrekening op de post ‘uitvoeringskosten’ zal slechts kunnen plaatsvinden voor zoveel de uitvoeringskosten betrekking hebben op de uitvoering van afwijkingen van één of meer in het bestek opgenomen verrekenbare hoeveelheden waarvan de verrekenprijs op grond van paragraaf 39 lid 2 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 wordt herzien. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.06.01 lid 02 Paragraaf 39 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Deze bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in dit lid ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.07
Zekerheidstelling
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 14 van 132
01.07.01
Waarde en vorm van de zekerheidstelling (bladzijde 22 van de Standaard) Artikel 01.07.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De aannemer dient zo spoedig mogelijk na de opdracht, doch uiterlijk vóór het verschijnen van de eerste betalingstermijn, een zekerheid overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 43a van de U.A.V. 1989 UAV 2012 ten genoegen van de opdrachtgever te stellen1) . De kosten van de zekerheidsstelling zijn voor rekening van de aannemer. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.07.01 lid 01 In deze bepaling wordt verwezen naar paragraaf 43a van de UAV 1989, die -behoudens de wijziging in lid 4 van 'Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland' in 'Raad van Arbitrage voor de Bouw'- ongewijzigd is opgenomen in de UAV 2012. Deze bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling 'U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. De titel van paragraaf 01.10 is als volgt gewijzigd.
01.10
Vergunningen Publiekrechtelijke en privaatrechtelijke toestemmingen De titel van artikel 01.10.01 is als volgt gewijzigd.
01.10.01
Vergunningen door derden aan de aannemer verleend (bladzijde 25 van de Standaard) Aan de aannemer verleende publiekrechtelijke en privaatrechtelijke toestemmingen Artikel 01.10.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De directie desgewenst inzage verstrekken van door derden aan de aannemer verleende vergunningen, ontheffingen, vrijstellingen op grond van gedragscodes en dergelijke. De aannemer verstrekt de directie desgewenst inzage in de aan hem verleende publiekrechtelijke en privaatrechtelijke toestemmingen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.10.01 lid 01 Paragraaf 6 lid 10 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012 met dien verstande dat het tekstdeel ‘vergunningen, ontheffingen en dergelijke beschikkingen’ is gewijzigd in ‘publiekrechtelijke en privaatrechtelijke toestemmingen’. Als gevolg hiervan is de bepaling gewijzigd.
01.13
Kwaliteitsplan, algemeen tijdschema, werkplan, flexibele uitvoeringstermijn
01.13.05
Verificatie, acceptatie, stop-, bijwoon en registratiepunt (bladzijde 29 van de Standaard) Sub a. en sub b. van artikel 01.13.05 lid 01 zijn als volgt gewijzigd.
01 Te verstaan is onder: a. verificatie: de door de directie uit te voeren beoordeling in het kader van het toezicht op de uitvoering van het werk en de naleving van de overeenkomst volgens paragraaf 3 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012; b. acceptatie: de beslissing van geen bezwaar met betrekking tot de beoordeling van het (deel)kwaliteitsplan of het (deel)resultaat van het uitgevoerde werk, onverminderd de volledige verantwoordelijkheid van de aannemer voor het (deel)kwaliteitsplan en het bepaalde in de U.A.V. 1989 UAV 2012 met betrekking tot de verantwoordelijkheid voor het werk tot de oplevering;
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 15 van 132
Toelichting bij de wijziging van sub a. en sub b. van artikel 01.13.05 lid 01 Paragraaf 3 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Sub a. is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze omschrijving de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. In sub b. wordt verwezen naar de gehele UAV 1989. Sub b. is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze omschrijving de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.13.06
Algemeen tijdschema, werkplan (bladzijde 30 van de Standaard) Artikel 01.13.06 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Wanneer het algemeen tijdschema of het gedetailleerd werkplan als bedoeld in paragraaf 26 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 daarin niet voorziet en indien het bestek geen beduidend langzamere uitvoeringsduur als bedoeld in artikel 01.13.07 vermeldt, deelt de aannemer de directie ten minste één week voor de aanvang van de uitvoering van het werk of van een gedeelte daarvan mee waar en wanneer daarmee wordt begonnen en welke tijdelijke voorzieningen van betekenis voor de uitvoering van dat werk of een gedeelte daarvan zullen worden getroffen. De directie beslist zo spoedig mogelijk over de goedkeuring van de door de aannemer verstrekte gegevens en deelt haar beslissing binnen drie werkdagen nadat zij de gegevens heeft ontvangen, schriftelijk aan de aannemer mee. De goedkeuring wordt slechts onthouden, indien uit de door de aannemer verstrekte gegevens blijkt dat niet aan de uit de overeenkomst voortvloeiende eisen wordt voldaan. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.13.06 lid 01 In de bepaling wordt verwezen naar paragraaf 26 van de UAV 1989. Paragraaf 26 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Deze bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.14
Bouwstoffen
01.14.02
Keuring van bouwstoffen voorzien van een CE-markering (bladzijde 31 van de Standaard) Artikel 01.14.02 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de navolgende leden worden bouwstoffen die zijn voorzien van een CE-markering voorzover het de eigenschappen betreft die ten grondslag liggen aan die CE-markering, beschouwd als zijnde gekeurd en mogen in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan. Toelichting bij het vervallen artikel 01.14.02 lid 01 Paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 luidt als volgt: Indien en voor zover in het bestek is bepaald dat bouwstoffen gekeurd moeten worden, mag de aannemer deze niet verwerken voordat deze zijn goedgekeurd. Toelichting op paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012 luidt als volgt: Indien en voor zover in het bestek is bepaald dat bouwstoffen door de directie worden gekeurd, worden deze in geval van goedkeuring zo nodig gemerkt. Door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen worden geacht te zijn goedgekeurd. Indien voorgeschreven is dat bouwstoffen moeten worden geleverd met een kwaliteitsverklaring afkomstig van een door de Raad voor de Accreditatie erkende certificatie-instelling, wordt in het kader van de keuring volstaan met een uitwendige visuele beoordeling. De kwaliteitsverklaring wordt door de aannemer ter gelegenheid
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 16 van 132
van de beoordeling door de directie aan haar ter beschikking gesteld. Toelichting op paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012: Keuring in de vorm van een visuele beoordeling is opgenomen, indien in het bestek is voorgeschreven dat bouwstoffen moeten worden geleverd met een kwaliteitsverklaring afkomstig van een door de Raad voor de Accreditatie erkende certificatie-instelling. Hiermee wordt aangesloten bij de praktijk. De bepaling is vervallen, gelet op het bepaalde in paragraaf 17 lid 1 en lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012. De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 01.14.02 lid 02 is vervallen.
02 Indien en voorzover aan bouwstoffen als bedoeld in lid 01 eisen worden gesteld aan andere eigenschappen dan die welke ten grondslag liggen aan de CEmarkering, is voor die bouwstoffen het bepaalde in paragraaf 17 en paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 onverminderd van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 01.14.02 lid 02 Deze bepaling is vervallen, gelet op het bepaalde in paragraaf 17 lid 1 en lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012. De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 01.14.02 lid 03 is als volgt gewijzigd.
03 Bouwstoffen als bedoeld in lid 01, die zijn voorzien van een CE-markering mogen slechts worden verwerkt, nadat de aannemer heeft vastgesteld dat de verklaarde waarden voor de in de desbetreffende geharmoniseerde norm benoemde eigenschappen van die bouwstoffen voldoen aan de gestelde eisen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.14.02 lid 03 Deze bepaling is gewijzigd, omdat artikel 01.14.02 lid 01 is vervallen, de tekst ‘als bedoeld in lid 01,’ is daarom gewijzigd in ‘die zijn voorzien van een CE-markering’.
01.14.04
Kwaliteitsborging en keuring van bouwstoffen (bladzijde 32 van de Standaard) Artikel 01.14.04 lid 02 is als volgt gewijzigd.
. 02 In afwijking van het bepaalde in paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 geschiedt de keuring van de bouwstoffen, met uitzondering van door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen, door de aannemer, overeenkomstig het keuringsplan, zoals dat is opgenomen in het door hem te verstrekken kwaliteitsplan, rekening houdend met verstrekte kwaliteitsverklaringen. De aannemer keurt de bouwstoffen, met uitzondering van door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen, overeenkomstig het keuringsplan, zoals dat is opgenomen in het door hem te verstrekken kwaliteitsplan, rekening houdend met verstrekte kwaliteitsverklaringen. De kosten van deze keuring zijn voor rekening van de aannemer. De aannemer legt zijn conclusies met betrekking tot het resultaat van de door hem goedgekeurde bouwstoffen aan de directie ter acceptatie voor. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.14.04 lid 02 De bepaling verwijst naar paragraaf 18 van de UAV 1989. Paragraaf 18 van de UAV 1989 heeft betrekking op de keuring van bouwstoffen door de directie en niet op de keuring van bouwstoffen door de aannemer. In de bepaling is de verwijzing naar paragraaf 18 van de UAV vervallen, gelet op het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 17 van 132
Artikel 01.14.04 lid 03 is als volgt gewijzigd.
03 De goedkeuring van de bouwstoffen overeenkomstig paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 geschiedt door de directie, waarbij de gegevens worden betrokken die zijn verkregen bij de keuring van de bouwstoffen als bedoeld in lid 02. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.14.04 lid 03 De bepaling is inhoudelijk niet gewijzigd als gevolg van paragraaf 18 van de UAV 2012. Wel is in de bepaling ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.15
Garantie
01.15.03
Bemiddeling (bladzijde 34 van de Standaard) Artikel 01.15.03 lid 03 is als volgt gewijzigd.
03 Iedere partij die arbitrage aanhangig maakt over een aan de bemiddelaar voorgelegd geschilpunt later dan drie maanden nadat de bemiddelaar partijen naar de gewone arbitrageregeling heeft verwezen, is niet ontvankelijk in hetgeen hij meer of anders vordert dan hem op grond van een onvoorwaardelijke toezegging of erkenning van de andere partij toekomt. Deze termijn wordt niet verkort door de termijnen als bedoeld in paragraaf 12 of paragraaf 49 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.15.03 lid 03 De bepaling verwijst naar termijnen als bedoeld in paragraaf 12 of paragraaf 49 van de UAV 1989. De bepaling behoeft inhoudelijk niet te worden gewijzigd ingevolge paragraaf 12 van de UAV 2012 (gewijzigde paragraaf 12 van de UAV 1989) of paragaaf 49 van de UAV 2012 (gewijzigde paragraaf 49 van de UAV 1989). Wel is in deze bepaling ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’ en is in de laatste zin van de bepaling ‘bedoeld’ gewijzigd in ‘als bedoeld’.
01.17
Vrijgekomen materialen
01.17.06
Vervoeren van vrijgekomen materialen naar een inrichting (bladzijde 37 van de Standaard) Artikel 01.17.06 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Tot het vervoeren van vrijgekomen materialen naar een op grond van de Wet milieubeheer Wet algemene bepalingen omgevingsrecht vergunde inrichting, behoort tevens het afgeven van deze materialen aan de desbetreffende inrichting. Tot de kosten voor het vervoeren van vrijgekomen materialen naar een op grond van de Wet milieubeheer Wet algemene bepalingen omgevingsrecht vergunde inrichting behoren tevens de kosten die de desbetreffende inrichting in rekening brengt voor het accepteren van deze materialen, tenzij het bestek anders vermeldt. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.17.06 lid 01 Sinds 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht van kracht, daarom is op twee plaatsen het tekstdeel ‘op grond van de Wet milieubeheer vergunde inrichting’ gewijzigd in ‘op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht vergunde inrichting. Artikel 01.17.06 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Indien de opdrachtgever het eigendom van vrijgekomen materialen, die moeten worden afgegeven aan een op grond van de Wet milieubeheer Wet algemene bepalingen omgevingsrecht vergunde inrichting, via het bestek wil overdragen
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 18 van 132
aan de aannemer, blijven deze vrijgekomen materialen, in afwijking van paragraaf 21 van de U.A.V. 1989, op grond van de Wet milieubeheer eigendom van de opdrachtgever. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.17.06 lid 02 De bepaling verwijst naar paragraaf 21 van de UAV 1989. Deze verwijzing is niet juist. Paragraaf 21 van de UAV 2012 (de gewijzigde paragraaf 21 van de UAV 1989) heeft betrekking op oude bouwstoffen, terwijl de bepaling betrekking heeft op vrijgekomen materialen, die afvalstoffen als bedoeld de zin van de Wet milieubeheer zijn. Daarom is in de bepaling het tekstdeel ‘, in afwijking van paragraaf 21 van de UAV 1989,’ gewijzigd in ‘ op grond van de Wet milieubeheer’. Sinds 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht van kracht, daarom is het tekstdeel ‘op grond van de Wet milieubeheer vergunde inrichting’ gewijzigd in ‘op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht vergunde inrichting’. Artikel 01.17.06 lid 03 is als volgt gewijzigd.
03 De aannemer vervoert de in lid 02 bedoelde vrijgekomen materialen naar een op grond van de Wet milieubeheer Wet algemene bepalingen omgevingsrecht vergunde inrichting. De in lid 01 bedoelde kosten zijn voor rekening van de opdrachtgever, tenzij het bestek de hoedanigheid en de hoeveelheid van de vrijgekomen materialen vermeldt. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.17.06 lid 03 In 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht van kracht geworden, daarom is het tekstdeel ‘op grond van de Wet milieubeheer vergunde inrichting’ gewijzigd in ‘op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht vergunde inrichting’.
01.17.07
Plan voor het omgaan met vrijgekomen materialen (bladzijde 37 van de Standaard) Artikel 01.17.07 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Indien in het bestek een plan voor het omgaan met vrijgekomen materialen wordt verlangd, wordt dit plan aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Naast het vermelde in paragraaf 26 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 moet het plan tevens bevatten: a. werkvolgorde en werkmethode; b. te nemen veiligheidsvoorzieningen en veiligheidsmaatregelen; c. wijze van laden, vervoeren en lossen van vrijgekomen materialen; d. plaats van bestemming van vrijgekomen materialen. Toelichting bij het gewijzigde lid 01 van artikel 01.17.07 van de Standaard RAW Bepalingen De eerste zin van paragraaf 26 lid 1 van de UAV 1989 is in gewijzigde vorm in de UAV 2012 opgenomen: De aannemer stelt zo spoedig mogelijk een op de aard van het werk afgestemd algemeen tijdschema op. Deze wijziging heeft geen effect op de formulering van de bepaling. Lid 6 van paragraaf 21 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is op twee plaatsen de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.18
Bescherming te handhaven vegetatie
01.18.04
Schadevergoeding (bladzijde 39 van de Standaard) Artikel 01.18.04 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Voor beschadiging toegebracht aan te handhaven vegetatie wordt, onverminderd het bepaalde in paragraaf 6 de leden 8 en 9 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, de
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 19 van 132
schadevergoeding bepaald overeenkomstig de artikelen 01.18.05 tot en met 01.18.07. Het bedrag van de schadevergoeding wordt verbeurd enkel ten gevolge van de geconstateerde beschadiging, zonder dat deswege een ingebrekestelling nodig is. Indien de beschadiging vervanging en nazorg dan wel verzorging van de desbetreffende vegetatie tot gevolg heeft, komen de hieraan verbonden kosten tevens voor rekening van de aannemer. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.18.04 lid 01 De leden 8 en 9 van paragraaf 6 van de UAV 1989 zijn ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Daarom is de bepaling inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’ en is ‘artikel’ gewijzigd in ‘de artikelen’.
01.20
Kwaliteitsborging
01.20.05
Beheersing van afwijkingen (bladzijden 43 en 44 van de Standaard) Artikel 01.20.05 lid 04 is als volgt gewijzigd.
04 De directie beslist, onverminderd het bepaalde in de U.A.V. 1989 UAV 2012 met betrekking tot de bevoegdheden van de opdrachtgever, zo spoedig mogelijk omtrent de acceptatie van de in de afwijkingsrapportage voorgestelde corrigerende respectievelijk compenserende maatregelen en deelt haar beslissing binnen drie werkdagen na ontvangst van de afwijkingsrapportage schriftelijk aan de aannemer mee. Toelichting bij het gewijzigde lid 04 van artikel 01.20.05 van de Standaard RAW Bepalingen De bepaling verwijst niet naar specifieke paragrafen van de UAV 1989. Deze bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.20.06
Toezicht op de uitvoering en opneming werk (bladzijde 44 van de Standaard) Artikel 01.20.06 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Het toezicht door de directie als bedoeld in paragraaf 3 lid 6 en paragraaf 12 lid 3 2b van de U.A.V. 1989 UAV 2012 zal tevens zijn afgestemd op het kwaliteitsplan van de aannemer, zoals dat ten behoeve van de kwaliteitsbeheersing van het werk door hem moet worden verstrekt. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.20.06 lid 01 De bepaling verwijst naar paragraaf 3 lid 6 en paragraaf 12 lid 3 van de UAV 1989. Paragraaf 3 lid van de UAV 1989 is met een kleine -echter niet inhoudelijke- wijziging opgenomen in de UAV 2012 en paragraaf 12 lid 3 van de UAV 1989 is inhoudelijk verwerkt in paragraaf 12 lid 2b van de UAV 2012. Daarom is in de bepaling het tekstdeel ‘paragraaf 12 lid 3’ gewijzigd in ‘paragraaf 12 lid 2b. Tevens is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 01.20.06 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Bij de opneming van het werk als bedoeld in paragraaf 9 lid 2 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 zal de directie de gegevens betrekken die zijn verkregen bij de kwaliteitsbeheersing van het werk door de aannemer volgens het door hem verstrekte kwaliteitsplan.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 20 van 132
Toelichting bij artikel 01.20.06 lid 02 van de Standaard RAW Bepalingen De bepaling verwijst naar paragraaf 9 lid 2 van de UAV 1989. Paragraaf 9 lid 2 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.22
Te beschermen plant- en diersoorten
01.22.03
Plan van aanpak voor het omgaan met te beschermen plant- en diersoorten (bladzijde 32 van de Standaard) Artikel 01.22.03 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Indien in het bestek of op grond van een ontheffing of gedragscode een plan van aanpak voor het omgaan met te beschermen plant- en diersoorten wordt verlangd, wordt dit plan aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Naast het vermelde in paragraaf 26 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 moet het plan tevens bevatten: - werkvolgorde, organisatie en werkmethode; - in te zetten deskundigheid bij uitvoering van de werkzaamheden; - te treffen beschermingsmaatregelen; - te treffen beschermingsvoorzieningen, indien vereist uitgewerkt in stappenplan en (constructie)tekening; - uitgewerkte voorwaarden en richtlijnen indien voor de uitvoering van het werk of delen daarvan sprake is van een ontheffing of gedragscode; - wijze van registratie en uitwisseling van gegevens; - wijze van risicomanagement en communicatie. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.22.03 lid 01 De eerste zin van paragraaf 26 lid 1 van de UAV 1989 is in gewijzigde vorm als volgt in de UAV 2012 opgenomen: De aannemer stelt zo spoedig mogelijk een op de aard van het werk afgestemd algemeen tijdschema op. Deze aanpassing heeft geen effect op de formulering van de bepaling . Lid 6 van paragraaf 26 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is op twee plaatsen de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Modellen (bladzijden 72 en 73 van de Standaard) De voetnoot (*) bij het model voor de bankgarantie (bladzijde 72) is als volgt gewijzigd.
Dit model sluit aan bij paragraaf 43a de leden 2 tot en met 7 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Gelet op lid 1 van de genoemde paragraaf van de U.A.V. 1989 UAV 2012 staat het de opdrachtgever vrij een ander model toe te passen. Toelichting bij de gewijzigde toelichting bij het model voor de bankgarantie In de toelichting bij het model voor de bankgarantie, onderdeel van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van de Standaard RAW Bepalingen wordt verwezen naar paragraaf 43a de leden 2 tot en met 7 van de UAV 1989. Paragraaf 43a is -behoudens de wijziging in lid 4 van 'Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland' in 'Raad van Arbitrage voor de Bouw'- ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De toelichting bij het model voor de bankgarantie is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de toelichting de tekst 'U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. De tekst van het model voor de bankgarantie (bladzijde 73) is als volgt gewijzigd.
Op grond van deze bankgarantie verbindt de borg zich op eerste schriftelijk verzoek van de opdrachtgever, onder mededeling dat de aannemer in gebreke is gebleven met de richtige nakoming van de in voormeld bestek/voormelde overeenkomst
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 21 van 132
omschreven verplichtingen, ten hoogste bovengenoemd bedrag aan de opdrachtgever te voldoen, indien de borg van de opdrachtgever een afschrift heeft ontvangen van een door de opdrachtgever aan de aannemer gerichte aangetekende brief waarin de opdrachtgever de aannemer kennis geeft van zijn voornemen de bankgarantie in te roepen en waarvan de verzenddatum ten minste tien werkdagen is verstreken en indien door de aannemer voorafgaand aan het verstrijken van de hiervoor genoemde termijn van tien werkdagen geen bewijs, bijvoorbeeld in de vorm van een ontvangstbevestiging van de Raad van Arbitrage voor de Bouw, aan de borg is overgelegd dat door hem een spoedgeschil bij de Raad van Arbitrage voor de Bouw aanhangig is gemaakt. Indien de aannemer voorafgaand aan het verstrijken van de meergenoemde termijn een bewijs aan de borg heeft overgelegd dat hij een spoedgeschil als eerder bedoeld aanhangig heeft gemaakt, is de opdrachtgever slechts gerechtigd de bankgarantie in te roepen nadat de Raad van Arbitrage voor de Bouw in eerste aanleg dienovereenkomstig heeft beslist. Deze zekerheidstelling blijft overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 43a van de U.A.V. 1989 UAV 2012 van kracht totdat de aannemer aan zijn verplichtingen voortvloeiend uit voormeld bestek/voormelde overeenkomst heeft voldaan. Indien de opdrachtgever nalaat ten behoeve van deze zekerheidstelling overlegde bescheiden aan de aannemer te retourneren, is de aannemer gerechtigd de borg schriftelijk te verzoeken deze zekerheidstelling te beëindigen. De borg is gerechtigd deze zekerheidstelling te beëindigen, indien de aannemer een afschrift van dit verzoek per aangetekende brief heeft verzonden aan de opdrachtgever en laatstgenoemde niet binnen een maand na dagtekening van de aangetekende brief aan de borg schriftelijk heeft meegedeeld daarmee niet in te stemmen. Toelichting bij de gewijzigde tekst van het model bankgarantie In de tekst van het model voor de bankgarantie, onderdeel van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief wordt verwezen naar paragraaf 43a de leden 2 tot en met 7 van de UAV 1989. Paragraaf 43a is behoudens het wijzigen in lid 4 van 'Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland' in 'Raad van Arbitrage voor de Bouw'- ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De tekst van het model voor de bankgarantie is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de tekst 'U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’ en de tekst 'Raad van Arbitrage' in 'Raad van Arbitrage voor de Bouw'. De voetnoot 9 bij het model voor de bankgarantie (bladzijde 73) is als volgt gewijzigd. 9)
Waarde van de zekerheidstelling (zie paragraaf 43a lid 3 van de U.A.V. 1989 UAV 2012)
Toelichting bij de gewijzigde voetnoot 9 van het model voor de bankgarantie In voetnoot 9 van het model voor de bankgarantie, onderdeel van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief wordt verwezen naar paragraaf 43a lid 3 van de UAV 1989. Paragraaf 43a lid 3 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De tekst van voetnoot 9 van het model voor de bankgarantie is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in voetnoot 9 de tekst 'U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
11
Sloopwerk
11.0
Sloopwerk
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 22 van 132
11.03
Informatie-overdracht
11.03.01
Sloopplan, springplan (bladzijde 246 van de Standaard) Artikel 11.03.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Indien in het bestek een sloopplan wordt verlangd, wordt dit voor de sloopwerkzaamheden aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Naast het vermelde in paragraaf 26 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 moet het sloopplan tevens bevatten: a. werkvolgorde en -methode; b. te nemen veiligheidsvoorzieningen en veiligheidsmaatregelen; c. te treffen hulpvoorzieningen in verband met de standzekerheid van het te slopen object en van de belendende percelen; d. wijze van laden en vervoeren van het sloopmateriaal alsmede de plaats van bestemming. Indien met springstoffen zal worden gewerkt, moet het sloopplan tevens een springplan bevatten. Toelichting bij het gewijzigde artikel 11.03.01 lid 01 De eerste zin van lid 1 van paragraaf 26 van de UAV 1989 is in gewijzigde vorm als volgt in de UAV 2012 opgenomen: De aannemer stelt zo spoedig mogelijk een op de aard van het werk afgestemd algemeen tijdschema op. Deze wijziging heeft geen invloed op de inhoud van de bepaling. Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is op twee plaatsen ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
17
Verontreinigde grond en verontreinigd water
17.0
Verontreinigde grond en verontreinigd water, algemeen
17.03
Informatie-overdracht
17.03.01
Plan van aanpak, aanvullen na de opdracht van het werk (bladzijden 255 en 256 van de Standaard) Artikel 17.03.01 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Het overeenkomstig het vorige lid aangevulde plan van aanpak wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 17.03.01 lid 02 Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 17.03.01 lid 04 is als volgt gewijzigd.
04 In afwijking van paragraaf 7 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 zal als datum van aanvang van het werk worden aangemerkt de veertiende dag na de dag waarop de bespreking als bedoeld in het vorige lid heeft plaatsgevonden. Toelichting bij het gewijzigde artikel 17.03.01 lid 04 Paragraaf 7 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 23 van 132
17.03.03
Gegevens over onbruikbare deelstromen (bladzijde 256 van de Standaard) Artikel 17.03.03 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 In aanvulling op paragraaf 27 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 wordt bepaald dat de aannemer wekelijks aan de directie een schriftelijke opgave verstrekt van de dagelijks verzamelde dan wel naar een verwerkingsbedrijf vervoerde hoeveelheden onbruikbare deelstromen en een indicatie van de aard daarvan. Toelichting bij het gewijzigde artikel 17.03.03 lid 01 Paragraaf 27 van de UAV 1989 is in gewijzigde vorm (gewijzigd lid 1 en een nieuw lid 9) opgenomen in de UAV 2012. Vanwege deze inhoudelijke wijzigingen is de bepaling niet gewijzigd, omdat deze bepaling verwijst naar de gehele paragraaf 27 van de UAV. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
17.24
Risicoverdeling en garanties
17.24.02
Ontgraving (bladzijde 266 van de Standaard) Artikel 17.24.02 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Indien de directie besluit tot verruiming van het te ontgraven profiel, nadat door middel van uitmetingen is geconstateerd dat de in het bestek vermelde ontgravingsbreedte en ontgravingsdiepte zijn gerealiseerd, zullen de hieruit voortvloeiende kosten de aannemer als meer werk, overeenkomstig paragraaf 36 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, worden vergoed. Toelichting bij het gewijzigde artikel 17.24.02 lid 01 Paragraaf 36 van de UAV 1989 is in de UAV 2012 opgenomen, waarbij in de UAV 2012 deze paragraaf is uitgebreid met een lid 1a en aan lid 5 is toegevoegd ‘het weekrapport of het verslag van de bouwvergadering’. De bepaling is vanwege deze inhoudelijke wijzigingen niet inhoudelijk gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
21
Bemalingen
21.1
Bemalingen
21.03
Informatie-overdracht
21.03.02
Bemalingsplan voor bron- of spanningsbemaling (bladzijde 283 van de Standaard) Artikel 21.03.02 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Uiterlijk twee weken na de dag waarop het werk is opgedragen, dient de aannemer een bemalingsplan in bij de directie. Het bemalingsplan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde lid 01 van artikel 21.03.02 van de Standaard RAW Bepalingen Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Voor de volledigheid wordt gewezen op het gewijzigde en in juli 2011 vastgestelde deelhoofdstuk 21.1 Bemalingen, zoals dat is gepubliceerd op de website www.crow.nl. In het gewijzigde deelhoofdstuk 21.1 Bemalingen is artikel 21.03.02 lid 01 van de Standaard RAW Bepalingen 2010 omgenummerd naar artikel 21.13.01 lid 01 en moet bij toepassing van het gewijzigde deelhoofdstuk in combinatie met de UAV 2012 als volgt worden gewijzigd:
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 24 van 132
Uiterlijk twee weken na de dag waarop het werk is opgedragen, dient de aannemer een bemalingsplan in bij de directie. Het bemalingsplan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012.
22
Grondwerken
22.0
Grondwerken, algemeen
22.02
Eisen en uitvoering
22.02.09
Primaire waterkeringen buiten tijgebied (bladzijden 297 en 298 van de Standaard) Artikel 22.02.09 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Tenzij het bestek anders vermeldt, is het werken aan primaire waterkeringen, waarvan de functie wordt bepaald door het regime van de bovenrivierafvoer, in een andere dan de in artikel 22.02.07 genoemde tijdsperiode toegestaan wanneer in het algemeen tijdschema als bedoeld in paragraaf 26 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 maatregelen zijn opgenomen die voldoende rekening houden met de prognose omtrent het verwachte peil, aanvang en duur van hoge rivierstanden en de locatiegegevens. Tot deze maatregelen dient in elk geval te behoren het aangeven van de wijze waarop bij werken in en aan de waterkering bij stijging van de waterstand voor een voldoende aanvulling wordt zorggedragen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 22.02.09 lid 01 Paragraaf 26 van de UAV 1989 is behoudens de eerste zin van lid 1 ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De eerste zin van paragraaf 26 lid 1 van de UAV 2012 luidt nu als volgt: ‘De aannemer stelt zo spoedig mogelijk een op de aard van het werk afgestemd algemeen tijdschema op.’ De aannemer moet nu altijd een algemeen tijdschema opstellen. Als gevolg van deze wijziging is het niet nodig de bepaling inhoudelijk te wijzigen. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 22.02.09 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Het werken aan boezemkaden is in een andere dan de in artikel 22.02.07 genoemde tijdsperiode toegestaan wanneer in het algemeen tijdschema als bedoeld in paragraaf 26 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 maatregelen zijn opgenomen die enerzijds recht doen aan het karakter van de waterkering en anderzijds aan de kwaliteitseisen van het bestek. Toelichting bij het gewijzigde artikel 22.02.09 lid 02 Paragraaf 26 van de UAV 1989 is behoudens de eerste zin van lid 1 ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De eerste zin van lid 1 is als volgt gewijzigd: ‘De aannemer stelt zo spoedig mogelijk een op de aard van het werk afgestemd algemeen tijdschema op.’ De aannemer moet nu altijd een algemeen tijdschema opstellen. Als gevolg van deze wijziging behoeft de bepaling niet te worden gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
22.02.10
Secundaire waterkeringen (bladzijde 298 van de Standaard) Artikel 22.02.10 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Het werken in en aan secundaire waterkeringen is toegestaan wanneer in het algemeen tijdschema als bedoeld in paragraaf 26 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 maatregelen zijn opgenomen die enerzijds recht doen aan het karakter van de waterkering en anderzijds aan de kwaliteitseisen van het bestek.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 25 van 132
Toelichting bij het gewijzigde artikel 22.02.10 lid 01 Paragraaf 26 van de UAV 1989 is behoudens de eerste zin van lid 1 ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De eerste zin van lid 1 is als volgt gewijzigd: ‘De aannemer stelt zo spoedig mogelijk een op de aard van het werk afgestemd algemeen tijdschema op.’ De aannemer moet nu altijd een algemeen tijdschema opstellen. Als gevolg van deze wijziging behoeft de bepaling inhoudelijk niet te worden gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
22.03
Informatie-overdracht
22.03.01
Grondverzet in den natte (bladzijde 299 van de Standaard) Artikel 22.03.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 In aanvulling op paragraaf 27 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 wordt bepaald dat de aannemer wekelijks aan de directie een schriftelijke opgave verstrekt van de dagelijkse bruto en netto draaitijden van het ingezette materieel, alsmede van het aantal productie-onderbrekingen, de oorzaak en de tijdsduur daarvan. Toelichting bij het gewijzigde artikel 22.03.01 lid 01 van de Standaard RAW Bepalingen Paragraaf 27 van de UAV 1989 is in gewijzigde vorm (gewijzigd lid 1 en een nieuw lid 9) opgenomen in de UAV 2012. De bepaling behoeft vanwege deze inhoudelijke wijzigingen niet te worden gewijzigd, omdat deze bepaling verwijst naar de gehele paragraaf 27 van de UAV. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
22.03.03
Legplan geotextiel en rooster (bladzijde 300 van de Standaard) Artikel 22.03.03 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Ten minste twee weken voordat met de desbetreffende werkzaamheden wordt begonnen, dient de aannemer een legplan in bij de directie voor het aan te brengen geotextiel of voor het aan te brengen rooster. Het legplan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 22.03.03 lid 01 Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ' in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
22
Grondwerken
22.8
Ophoogmateriaal van kunststof
22.83
Informatie-overdracht
22.83.02
Legplan (bladzijde 341 van de Standaard) Artikel 22.83.02 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Uiterlijk twee weken voordat met het aanbrengen van EPS wordt begonnen, dient de aannemer met betrekking tot het aanbrengen van EPS een legplan in bij de directie. Het legplan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 26 van 132
Toelichting bij het gewijzigde lid 01 van artikel 22.83.02 van de Standaard RAW Bepalingen Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De in paragraaf 26 lid 6 van de UAV 2012 aanwezige verwijzing naar het gewijzigde lid 1 van paragraaf 26 lid 6 heeft geen invloed op de formulering van de bepaling. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
22.84
Risicoverdeling en garanties Artikel 22.84.01 is vervallen. Aan paragraaf 22.84 is de volgende tekst toegevoegd.
(In deze Standaard zijn geen bepalingen opgenomen, behorend tot deze paragraaf.) 22.84.01
Keuring van bouwstoffen (bladzijden 341 en 342 van de Standaard) Artikel 22.84.01 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden mogen EPS-elementen, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan. Toelichting bij het vervallen artikel 22.84.01 lid 01 De bepaling is vervallen, vanwege paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 22.84.01 lid 02 is vervallen.
02 EPS-elementen mogen slechts worden verwerkt, nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat deze aan de gestelde eisen voldoen. Toelichting bij het vervallen artikel 22.84.01 lid 02. De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 22.84.01 lid 03 is vervallen.
03 De directie is bevoegd om monsters van het EPS te nemen en deze te onderzoeken, overeenkomstig het bepaalde in NEN-EN 14933 en de daartoe behorende bepalingsmethoden. Het bepaalde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 22.84.01 lid 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012. Artikel 22.84.01 lid 04 is vervallen.
04 De aannemer bewaart de in lid 02 bedoelde gegevens tot het einde van de onderhoudstermijn of, indien een garantietermijn wordt verlangd, tot het einde van de garantietermijn en stelt deze desgevraagd aan de directie ter beschikking.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 27 van 132
Toelichting bij het vervallen artikel 22.84.01 lid 04 De bepaling is vervallen, omdat artikel 22.84.01 lid 02 is vervallen.
24
Sleuf- en sleufloze technieken
24.0
Sleuf- en sleufloze technieken
24.07
Meet- en verrekenmethoden
24.07.03
Verrekenmethode afwijking sleufdiepte en -breedte (bladzijde 370 van de Standaard) Artikel 24.07.03 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Indien de overeenkomstig artikel 24.05.02 lid 01 vastgestelde sleufdiepte of breedte met ten hoogste 0,40 m respectievelijk ten hoogste 0,20 m afwijkt van de in het bestek vermelde sleufdiepte en -breedte, vindt verrekening als meer en minder werk plaats in de zin van als bedoeld in paragraaf 35 lid 1 sub e van de U.A.V. 1989 UAV 2012 overeenkomstig het bepaalde in de hiernavolgende leden 03 en 04. Toepassing van deze verrekenmethode op sleufdieptes groter dan 1,50 m is niet toegestaan. Toelichting op het gewijzigde artikel 24.07.03 lid 02 Paragraaf 35 lid 1 van de UAV 1989 is als volgt in gewijzigde vorm in de UAV 2012 opgenomen: Verrekening van meer en minder werk vindt plaats: a. ingeval van bestekswijzigingen (§ 36); b. ingeval van afwijkingen van de bedragen van de stelposten (§ 37); c. ingeval van afwijkingen van geschatte hoeveelheden (§ 38, tweede lid); d. ingeval van afwijkingen van verrekenbare hoeveelheden (§ 39); e. in de gevallen waarin verrekening als meer en minder werk in deze UAV of in de overeenkomst is voorgeschreven. In deze gevallen is het bepaalde in par. 36 lid 1a van overeenkomstige toepassing. Aanspraken van de aannemer en de opdrachtgever op hetgeen overigens ter zake van de overeenkomst verschuldigd is blijven onverlet. Paragraaf 36 lid 1a is aan de UAV 2012 toegevoegd en luidt als volgt: In geval van door de opdrachtgever gewenste bestekswijzigingen kan de aannemer slechts dan een verhoging van de prijs vorderen, wanneer hij de opdrachtgever tijdig heeft gewezen op de noodzaak van een daaruit voortvloeiende prijsverhoging, tenzij de opdrachtgever die noodzaak uit zichzelf had moeten begrijpen. De bepaling behoeft vanwege de verwijzing naar paragraaf 35 lid 1 sub e (en daarmee naar paragraaf 36 lid 1a) van de UAV 2012 inhoudelijk niet te worden gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
24
Sleuf- en sleufloze technieken
24.2
Horizontale boringen
24.23
Informatie-overdracht
24.23.02
Boorplan (bladzijde 375 van de Standaard) Artikel 24.23.02 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Indien voor het uitvoeren van de boring een boorplan is vereist, is dat, met vermelding van de aan het boorplan te stellen eisen, in het bestek vermeld. Het boorplan wordt in dat geval aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 28 van 132
Toelichting bij het gewijzigde artikel 24.23.02 lid 01 Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De in paragraaf 26 lid 6 van de UAV 2012 aanwezige verwijzing naar het gewijzigde lid 1 van paragraaf 26 van de UAV 2012 heeft geen invloed op de formulering van de bepaling. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
25
Leidingwerk
25.0
Leidingwerk, algemeen
25.03
Informatie-overdracht
25.03.01
Werkzaamheden aan asbestcementleidingen (bladzijden 382 en 383 van de Standaard) Artikel 25.03.01 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Het werkplan als bedoeld in het vorige lid wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989. Indien in het bestek voor het geheel van het werk een algemeen tijdschema of een gedetailleerd werkplan is voorgeschreven, maakt het werkplan als bedoeld in het vorige lid daarvan deel uit. Het werkplan als bedoeld in het vorige lid wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de UAV 2012 en maakt deel uit van het algemeen tijdschema als bedoeld in artikel 26 lid 1 van de UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 25.03.01 lid 02 Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De in paragraaf 26 lid 6 van de UAV 2012 aanwezige verwijzing naar het gewijzigde lid 1 van paragraaf 26 van de UAV 2012 heeft invloed op de formulering van de bepaling. Paragraaf 26 lid 1 van de UAV 2012 luidt als volgt: ‘De aannemer stelt zo spoedig mogelijk een op de aard van het werk afgestemd algemeen tijdschema op.’ De tweede zin van de bepaling is aan deze eis aangepast. Daarnaast is in deze bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
28
Funderingslagen
28.1
Verhardingslagen van steenmengsel
28.14
Risicoverdeling en garanties Artikel 28.14.01 is vervallen.
28.14.01
Keuring van bouwstoffen (bladzijde 452 van de Standaard) Artikel 28.14.01 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden mogen bouwstoffen, die niet behoeven te zijn voorzien van een CE-markering of voorzover eisen worden gesteld aan eigenschappen van deze bouwstoffen die geen betrekking hebben op de CE-markering, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 29 van 132
Toelichting bij het vervallen artikel 28.14.01 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 28.14.01 lid 02 is vervallen.
02 Bouwstoffen als bedoeld in het vorige lid mogen slechts worden verwerkt, nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat de bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen. Toelichting bij het vervallen artikel 28.14.01 lid 02 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 28.14.01 lid 03 is vervallen.
03 De directie is bevoegd om monsters van de in lid 01 bedoelde bouwstoffen te nemen en deze te onderzoeken. Het bepaalde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 28.14.01 lid 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012. Artikel 28.14.01 lid 04is vervallen.
04 De aannemer bewaart de in lid 02 bedoelde gegevens tot het einde van de onderhoudstermijn of, indien er een garantietermijn wordt verlangd, tot het einde van de garantietermijn en stelt deze desgevraagd aan de directie ter beschikking. Toelichting bij het vervallen lid 04 van artikel 28.14.01 van de Standaard RAW Bepalingen De bepaling is vervallen, omdat artikel 28.14.01 lid 02 is vervallen.
28
Funderingslagen
28.2
Gebonden funderingen
28.24
Risicoverdeling en garanties Artikel 28.24.01 is vervallen.
28.24.01
Bouwstoffen (bladzijde 468 van de Standaard) Artikel 28.24.01 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden mogen bouwstoffen, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan. Toelichting bij het vervallen artikel 28.24.01 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 30 van 132
Artikel 28.24.01 lid 02 is vervallen.
02 Bouwstoffen als bedoeld in het vorige lid mogen slechts worden verwerkt, nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat de bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen. Toelichting bij het vervallen artikel 28.24.01 lid 02 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 28.24.01 lid 03 is vervallen.
03 De directie is bevoegd om monsters van de in lid 01 bedoelde bouwstoffen te nemen en deze te onderzoeken. Het bepaalde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 28.24.01 lid 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012.
28
Funderingslagen
28.5
Schuimbeton
28.53
Informatie-overdracht
28.53.02
Stortplan schuimbeton (bladzijde 485 van de Standaard) Artikel 28.53.02 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Ten minste twee weken voordat met de desbetreffende werkzaamheden wordt begonnen, dient de aannemer een stortplan in bij de directie. Het stortplan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 28.53.02 lid 01 Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd door ‘UAV 2012’.
28.54
Risicoverdeling en garanties Artikel 28.54.01 is vervallen.
28.54.01
Verwerking van bouwstoffen (bladzijde 486 van de Standaard) Artikel 28.54.01 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden mogen bouwstoffen, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 31 van 132
Toelichting bij het vervallen van artikel 28.54.01 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 28.54.01 lid 02 is vervallen.
02 Bouwstoffen als bedoeld in het vorige lid mogen slechts worden verwerkt, nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat de bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen. Toelichting bij het vervallen artikel 28.54.01 lid 02 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd.
03 De directie is bevoegd om monsters van de in lid 01 bedoelde bouwstoffen te nemen en deze te onderzoeken. Het bepaalde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 28.54.01 lid 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012.
04 De aannemer stelt de in lid 02 bedoelde gegevens desgevraagd aan de directie ter beschikking. Toelichting bij het vervallen artikel 28.54.01 lid 04 De bepaling is vervallen, omdat artikel 28.54.01 lid 02 is vervallen.
30
Wegverhardingen I
30.2
Bitumineuze oppervlakbehandeling
30.24
Risicoverdeling en garanties Artikel 30.24.01 is vervallen.
30.24.01
Bouwstoffen (bladzijde 509 van de Standaard) Artikel 30.24.01 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de navolgende leden mogen bouwstoffen, voor zover daaraan eisen gesteld worden voor eigenschappen die geen betrekking hebben op de CE-markering, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan. Toelichting bij het vervallen artikel 30.24.01 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 30.24.01 lid 02 is vervallen.
02 Bouwstoffen als bedoeld in het vorige lid mogen slechts worden verwerkt, nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 32 van 132
onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat de bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen. Toelichting bij het vervallen artikel 30.24.01 lid 02 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 30.24.01 lid 03 is vervallen.
03 De directie is bevoegd om monsters van de in lid 01 bedoelde bouwstoffen te nemen en deze te onderzoeken. Het gestelde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 30.24.01 lid 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012.
30.24.03
Garantie (bladzijde 510 van de Standaard) Artikel 30.24.03 lid 01 als volgt gewijzigd.
01 De aannemer garandeert de door hem aangebrachte oppervlakbehandeling van een bepaald weggedeelte gedurende één jaar na het aanbrengen van de oppervlakbehandeling op het desbetreffende weggedeelte. Deze garantie, als bedoeld in paragraaf 22 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, wordt door de opdrachtgever ingeroepen, indien van de desbetreffende weggedeelten vóór het verstrijken van de garantietermijn de wrijvingscoëfficiënt kleiner is dan 0,45 of indien op meer dan 10% van een rechthoekig oppervlak van ten minste 1 m2, waarvan de kortste zijde ten minste 0,50 m bedraagt, geen afdekmateriaal meer aanwezig is, Het gestelde met betrekking tot de wrijvingscoëfficiënt geldt niet voor rijwiel- of voetpaden en voor weggegedeelten waar afdekmateriaal anders dan steenslag overeenkomstig artikel 30.26.01 is voorgeschreven. Toelichting bij het gewijzigde artikel 30.24.03 lid 01 Paragraaf 22 van de UAV 2012 luidt als volgt: 1. Het bepaalde in deze paragraaf is van toepassing, tenzij het bestek anders bepaalt. 2. Indien in het bestek is vermeld dat één of meer onderdelen van het werk moeten worden gegarandeerd, zal de aannemer op eerste aanzegging van de opdrachtgever zo spoedig mogelijk de tijdens de garantieperiode optredende gebreken voor zijn rekening herstellen. Gebreken in de zin van deze bepaling zijn gebreken, waarvan de opdrachtgever aannemelijk maakt dat die met grote mate van waarschijnlijkheid moeten worden toegeschreven aan een omstandigheid, die aan de aannemer op grond van de UAV kan worden toegerekend. 3. Indien in het bestek is vermeld dat een onderdeel van het werk door een onderaannemer of een leverancier moet worden gegarandeerd, draagt de aannemer zorg voor het verstrekken van de garantie door de onderaannemer of leverancier aan de opdrachtgever. Indien deze garantie niet door de onderaannemer of leverancier wordt verstrekt, wordt een dienovereenkomstige garantie door de aannemer verstrekt. 4. Een op grond van deze paragraaf overeengekomen garantie geldt vanaf het gereedkomen of de levering van het gegarandeerde onderdeel gedurende de in het bestek genoemde periode. Paragraaf 22 van de UAV 1989 is in aanzienlijk gewijzigde vorm opgenomen in de UAV 2012 . Als gevolg van deze wijzigingen behoeft de bepaling echter niet te worden gewijzigd, omdat de voorwaarden voor het inroepen van de garantie in artikel 30.24.03 lid 01 zijn geregeld. Wel is in deze bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
30
Wegverhardingen I
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 33 van 132
30.3
Emulsieasfaltbeton
30.34
Risicoverdeling en garanties Artikel 30.34.02 is vervallen.
30.34.02
Keuring van bouwstoffen (bladzijde 521 van de Standaard) Artikel 30.34.02 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de navolgende leden mogen bouwstoffen, voorzover daaraan eisen gesteld worden voor eigenschappen die geen betrekking hebben op de CE-markering, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan. Toelichting bij het vervallen artikel 30.34.02 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 30.34.02 lid 02 is vervallen.
02 Bouwstoffen als bedoeld in lid 01 mogen slechts worden verwerkt nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat de bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen. Toelichting bij het vervallen lid 02 van artikel 30.34.02 van de Standaard RAW Bepalingen De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 30.34.02 lid 03 is vervallen.
03 De directie is bevoegd om monsters van de in lid 01 bedoelde bouwstoffen te nemen en deze te onderzoeken. Het gestelde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 30.34.02 lid 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012.
30.34.12
Garantie (bladzijden 526 en 527 van de Standaard) Artikel 30.34.12 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 De aannemer garandeert de deugdelijkheid van de door hem aangebrachte verharding van emulsieasfaltbeton, gedurende een periode van twee jaar. Deze garantie houdt in dat de aannemer zich verbindt elke schade die optreedt aan de door hem aangebrachte verharding van emulsieasfaltbeton, voor zijn rekening te verbeteren, tenzij hij kan bewijzen dat de schade door andere oorzaken is ontstaan dan een onvoldoende kwaliteit van het emulsieasfaltbeton. Het bepaalde in paragraaf 22 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 is niet van toepassing.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 34 van 132
Toelichting bij het gewijzigde artikel 30.34.12 lid 02 Paragraaf 22 van de UAV 1989 is in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 22 de UAV 2012, echter in de bepaling is paragraaf 22 van de UAV 1989 niet van toepassing verklaard. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 30.34.12 lid 03 is als volgt gewijzigd.
03 De garantieperiode vangt aan onmiddellijk na de dag waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 10 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 als opgeleverd wordt beschouwd. Toelichting bij het gewijzigde artikel 30.34.12 lid 03 Paragraaf 10 van de UAV 1989 is in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 22 de UAV 2012, maar heeft geen invloed op de formulering van de bepaling. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 30.34.12 lid 04 is als volgt gewijzigd.
04 Indien bij onthouding van de goedkeuring als bedoeld in lid 3 van paragraaf 9 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, de verharding wel in gebruik is of wordt genomen, gaat de garantieperiode voor verhardingsgedeelten die geen reden voor onthouding van de goedkeuring zijn, in onmiddellijk na de dag waarop de in lid 3 van paragraaf 9 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 bedoelde schriftelijke mededeling aan de aannemer is verzonden. Toelichting bij het gewijzigde artikel 30.34.12 lid 04 Paragraaf 9 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in paragraaf 9 van de UAV 2012. In artikel 30.24.12 lid 04 van de Standaard RAW Bepalingen is op twee plaatsen de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 30.34.12 lid 08 is als volgt gewijzigd.
08 De garantie duurt ten hoogste tot vier jaar na de dag waarop de desbetreffende verharding in de zin van paragraaf 10 lid 3 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 in gebruik wordt genomen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 30.34.12 lid 08 Paragraaf 10 lid 3 van de UAV 1989 is met name vanwege het integreren van op de UAVTI 1992 in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012. Bij paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012 wordt als toelichting gegeven: een uitgebreidere regeling is opgenomen voor de ingebruikname van een werk voordat dit voltooid is dan wel voor de ingebruikname van een al dan niet voltooid onderdeel daarvan. Ten aanzien van het technische installatiewerk is hier een specifieke bepaling opgenomen. Paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012 heeft echter geen invloed op de formulering van de bepaling. In de bepaling is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 30.34.12 lid 09 is als volgt gewijzigd.
09 Indien gedurende de garantieperiode één van de partijen gebreken aan de verharding constateert of er aanwijzingen zijn dat deze kunnen worden verwacht, stelt zij de andere partij daarvan schriftelijk op de hoogte. Uiterlijk één maand voor het verstrijken van de garantieperiode nemen opdrachtgever en aannemer gezamenlijk de toestand op waarin de verharding verkeert. De opdrachtgever neemt daartoe het initiatief. De toestand wordt vastgelegd in een door partijen te ondertekenen proces-verbaal. Paragraaf 48 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 is tijdens de garantieperiode van overeenkomstige toepassing.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 35 van 132
Toelichting bij het gewijzigde artikel 30.34.12 lid 09 Paragraaf 48 van de UAV 1989 is in gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 48 van de UAV 2012. Het betreft het in lid 3 wijzigen van de tekst ‘de statuten van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland’ in ‘het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw, zoals dit drie maanden voor de dag van aanbesteding luidt’. Bij paragraaf 48 lid 3 wordt als toelichting gegeven: over het vastleggen van de toestand in een proces-verbaal is bepaald, dat het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw geldt, zoals dit drie maanden voor de dag van de aanbesteding luidt. De bepaling behoeft vanwege deze wijziging van administratieve aard niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 30.34.12 lid 10 is als volgt gewijzigd.
10 Indien de aanwezigheid van gebreken het nemen van schadebeperkende maatregelen gewenst maakt, stelt de opdrachtgever de aannemer in de gelegenheid deze maatregelen binnen een door de opdrachtgever te bepalen termijn uit te voeren. De aannemer dient na voltooiing van deze maatregelen een rekening in voor de bedragen waarop hij aanspraak maakt. De betaling van deze rekening vindt plaats binnen vier weken na de indiening. Indien tegen de grootte van een in rekening gebracht bedrag bezwaar bestaat, ontvangt de aannemer het bedrag dat hem ontwijfelbaar toekomt. Bij een eventueel geschil naar aanleiding hiervan is de regeling opgenomen in paragraaf 01.15 van toepassing. Op de in dit lid bedoelde vordering is paragraaf 45, de leden 1 en 2, van de U.A.V. 1989 zijn de leden 1 en 2 van paragraaf 45 van de UAV 2012 van overeenkomstige toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 30.34.12 lid 10 Lid 1 en lid 2 van paragraaf 45 van de UAV 1989 zijn opgewijzigd opgenomen in de UAV 2012, daarom behoeft de bepaling van de Standaard RAW Bepalingen inhoudelijk niet te worden gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
31
Wegverhardingen II
31.2
Asfaltverhardingen
31.24
Risicoverdeling garanties Artikel 31.24.01 is vervallen.
31.24.01
Keuring van bouwstoffen (bladzijden 608 en 609 van de Standaard) Artikel 31.24.01 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de navolgende leden mogen bouwstoffen, voorzover daaraan eisen gesteld worden voor eigenschappen die geen betrekking hebben op de CE-markering, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan. Toelichting bij het vervallen artikel 31.24.01 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 36 van 132
Artikel 31.24.01 lid 02 is vervallen.
02 Bouwstoffen als bedoeld in lid 01 mogen slechts worden verwerkt nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat de bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen. Toelichting bij het vervallen artikel 31.24.01 lid 02 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 31.24.01 lid 03 is vervallen.
03 De directie is bevoegd om monsters van de in lid 01 bedoelde bouwstoffen te nemen en deze te onderzoeken. Het gestelde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 31.24.01 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012.
31.24.11
Garantie (bladzijden 618, 619 en 620 van de Standaard) Artikel 31.24.11 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 De aannemer garandeert de verharding, voorzover door hem aangebracht, gedurende een periode van drie jaar. Bij uitvoeringseenheden met een oppervlakte kleiner dan 100 m2, is deze periode zes maanden. De garantie houdt in dat de aannemer zich verbindt alle gebreken aan de verharding te zullen herstellen waarbij het bepaalde in de navolgende leden van toepassing is. Het bepaalde in paragraaf 22 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 is niet van toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.24.11 lid 02 Paragraaf 22 van de UAV 1989 is in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 22 de UAV 2012, echter in de bepaling is paragraaf 22 van de U.A.V. 1989 niet van toepassing verklaard. In deze bepaling is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 31.24.11 lid 03 is als volgt gewijzigd.
03 De garantieperiode vangt aan onmiddellijk na de dag waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 10 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 als opgeleverd wordt beschouwd. Voor uitvoeringseenheden met een oppervlakte kleiner dan 100 m2, begint deze periode echter op de dag dat de desbetreffende verharding in de zin van paragraaf 10 lid 3 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 in gebruik wordt genomen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.24.11 lid 03 Paragraaf 10 van de UAV 1989 is in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 22 de UAV 2012, maar heeft geen invloed op de formulering van artikel 31.14.1 lid 03. In artikel 31.24.11 lid 03 is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 31.24.11 lid 04 is als volgt gewijzigd.
04 Indien bij onthouding van de goedkeuring als bedoeld in lid 3 van paragraaf 9 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, de verharding wel in gebruik is of wordt genomen, gaat de garantieperiode voor verhardingsgedeelten die geen reden voor
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 37 van 132
onthouding van de goedkeuring zijn, in onmiddellijk na de dag waarop de in lid 3 van paragraaf 9 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 bedoelde schriftelijke mededeling aan de aannemer is verzonden. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.24.11 lid 04 Paragraaf 9 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in paragraaf 9 van de UAV 2012. In bepaling is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 31.24.11 lid 08 is als volgt gewijzigd.
08 De garantie duurt ten hoogste tot vier jaar na de dag waarop de desbetreffende verharding in de zin van paragraaf 10 lid 3 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 in gebruik wordt genomen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.24.11 lid 08 Paragraaf 10 lid3 van de UAV 1989 is met name vanwege het integreren van op de UAVTI 1992 in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 10 lid 3 UAV 2012. Bij paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012 (Staatscourant 1567 van 19 januari 2012) wordt als toelichting gegeven: een uitgebreidere regeling is opgenomen voor de ingebruikname van een werk voordat dit voltooid is dan wel voor de ingebruikname van een al dan niet voltooid onderdeel daarvan. Ten aanzien van het technische installatiewerk is hier een specifieke bepaling opgenomen. Paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012 heeft echter geen invloed op de formulering van de bepaling. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 31.24.11 lid 09 is als volgt gewijzigd.
09 Indien gedurende de garantieperiode één van de partijen gebreken aan de verharding constateert of er aanwijzingen zijn dat deze kunnen worden verwacht, stelt zij de andere partij daarvan schriftelijk op de hoogte. Uiterlijk één maand voor het verstrijken van de garantieperiode nemen opdrachtgever en aannemer gezamenlijk de toestand op waarin de verharding verkeert. De opdrachtgever neemt daartoe het initiatief. De toestand wordt vastgelegd in een door partijen te ondertekenen proces-verbaal. Paragraaf 48 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 is tijdens de garantieperiode van overeenkomstige toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.24.11 lid 09 Paragraaf 48 van de UAV 1989 is in gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 48 van de UAV 2012. Het betreft het in lid 3 wijzigen van de tekst ‘de statuten van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland’ in ‘het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw, zoals dit drie maanden voor de dag van aanbesteding luidt’. Bij paragraaf 48 lid 3 wordt als toelichting gegeven: over het vastleggen van de toestand in een proces-verbaal is bepaald, dat het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw geldt, zoals dit drie maanden voor de dag van de aanbesteding luidt. De bepaling behoeft vanwege deze wijziging van administratieve aard niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 31.24.11 lid 10 is als volgt gewijzigd.
10 Indien de aanwezigheid van gebreken het nemen van schadebeperkende maatregelen gewenst maakt, stelt de opdrachtgever de aannemer in de gelegenheid deze maatregelen binnen een door de opdrachtgever te bepalen termijn uit te voeren. De aannemer dient na voltooiing van deze maatregelen een rekening in voor de bedragen waarop hij aanspraak maakt. De betaling van deze rekening vindt plaats binnen vier weken na de indiening. Indien tegen de grootte van een in rekening gebracht bedrag bezwaar bestaat,
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 38 van 132
ontvangt de aannemer het bedrag dat hem ontwijfelbaar toekomt. Bij een eventueel geschil naar aanleiding hiervan is de regeling opgenomen in paragraaf 01.15 van toepassing. Op de in dit lid bedoelde vordering is paragraaf 45, de leden 1 en 2, van de U.A.V. 1989 zijn de leden 1 en 2 van paragraaf 45 van de UAV 2012 van overeenkomstige toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.24.11 lid 10 De leden 1 en 2 van paragraaf 45 van de UAV 1989 zijn opgewijzigd opgenomen in de UAV 2012, daarom is de bepaling inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
31
Wegverhardingen II
31.3
Betonverhardingen
31.33
Informatie-overdracht
31.33.03
Gedetailleerd werkplan (bladzijden 648 van de Standaard) Artikel 31.33.03 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Ten minste twee weken voordat met de werkzaamheden voor het aanbrengen van een betonverharding wordt begonnen, dient de aannemer met betrekking tot deze werkzaamheden een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, in bij de directie. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.33.03 lid 01 Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
31.34
Risicoverdeling en garanties Artikel 31.34.01 is vervallen.
31.34.01
Keuring van bouwstoffen (bladzijden 650 van de Standaard) Artikel 31.34.01 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de navolgende leden mogen bouwstoffen, voorzover daaraan eisen gesteld worden voor eigenschappen die geen betrekking hebben op de CE-markering, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan. Toelichting bij het vervallen artikel 31.34.01 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 31.34.01 lid 02 is vervallen.
02 Bouwstoffen als bedoeld in het vorige lid mogen slechts worden verwerkt nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat de bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 39 van 132
Toelichting op het vervallen artikel 31.34.01 lid 02 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 31.34.01 lid 03 is vervallen.
03 De directie is bevoegd om monsters van de in lid 01 bedoelde bouwstoffen te nemen en deze te onderzoeken. Het gestelde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting op het vervallen artikel 31.34.01 lid 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012. Artikel 31.34.01 lid 04 is vervallen.
04 De aannemer stelt de in lid 02 bedoelde gegevens desgevraagd aan de directie ter beschikking. Toelichting op het vervallen artikel 31.34.01 lid 04 De bepaling is vervallen, omdat artikel 31.34.01 lid 02 is vervallen.
31.34.17
Garantie (bladzijden 659 en 660 van de Standaard) Artikel 31.34.17 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 De aannemer garandeert de verharding, voorzover door hem aangebracht, gedurende een periode van drie jaar. Deze garantie houdt in dat de aannemer zich verbindt alle gebreken aan de verharding te zullen herstellen waarbij het bepaalde in de navolgende leden van toepassing zal zijn. Het bepaalde in paragraaf 22 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 is niet van toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.34.17 lid 02 Paragraaf 22 van de UAV 1989 is in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 22 van de UAV 2012, echter in de bepaling is paragraaf 22 van de UAV 1989 niet van toepassing verklaard. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 31.34.17 lid 03 is als volgt gewijzigd.
03 De garantieperiode vangt aan onmiddellijk na de dag waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 10 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 als opgeleverd wordt beschouwd. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.34.17 lid 03 Paragraaf 10 van de UAV 1989 is in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 10 van de UAV 2012, maar heeft geen invloed op de formulering van de bepaling. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 31.34.17 lid 04 is als volgt gewijzigd.
04 Indien bij onthouding van de goedkeuring als bedoeld in lid 3 van paragraaf 9 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, de verharding wel in gebruik is of wordt genomen, gaat de garantieperiode voor verhardingsgedeelten die geen reden voor onthouding van de goedkeuring zijn, in onmiddellijk na de dag waarop de in lid 3 van paragraaf 9 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 bedoelde schriftelijke mededeling aan de aannemer is verzonden. Toelichting bij het gewijzigde van artikel 31.34.17 lid 04
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 40 van 132
Paragraaf 9 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in paragraaf 9 van de UAV 2012. In de bepaling is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 31.34.17 lid 08 is als volgt gewijzigd.
08 De garantie duurt ten hoogste tot vier jaar na de dag waarop de desbetreffende verharding in de zin van als bedoeld in paragraaf 10 lid 3 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 in gebruik wordt genomen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.34.17 lid 08 Paragraaf 10 lid 3 van de UAV 1989 is met name vanwege het samenvoegen van de UAVTI 1992 met de UAV 2012 in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012. Bij paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012 (Staatscourant 1567 van 19 januari 2012) wordt als toelichting gegeven: een uitgebreidere regeling is opgenomen voor de ingebruikname van een werk voordat dit voltooid is dan wel voor de ingebruikname van een al dan niet voltooid onderdeel daarvan. Ten aanzien van het technische installatiewerk is hier een specifieke bepaling opgenomen. Paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012 heeft echter geen invloed op de formulering van de bepaling. Wel is in de bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 31.34.17 lid 09 is als volgt gewijzigd.
09 Indien gedurende de garantieperiode één van de partijen gebreken aan de verharding constateert of er aanwijzingen zijn dat deze kunnen worden verwacht, stelt zij de andere partij daarvan schriftelijk op de hoogte. Uiterlijk één maand voor het verstrijken van de garantieperiode nemen opdrachtgever en aannemer gezamenlijk de toestand op waarin de verharding verkeert. De opdrachtgever neemt daartoe het initiatief. De toestand wordt vastgelegd in een door partijen te ondertekenen proces-verbaal. Paragraaf 48 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 is tijdens de garantieperiode van overeenkomstige toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.34.17 lid 09 Paragraaf 48 van de UAV 1989 is in gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 48 van de UAV 2012. Het betreft het in lid 3 wijzigen van de tekst ‘de statuten van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland’ in ‘het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw, zoals dit drie maanden voor de dag van aanbesteding luidt’. Bij de UAV 2012 (Staatscourant 1567 van 19 januari 2012) wordt op paragraaf 48 lid 3 als toelichting gegeven: Over het vastleggen van de toestand in een proces-verbaal is bepaald, dat het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw geldt, zoals dit drie maanden voor de dag van de aanbesteding luidt. De bepaling behoeft vanwege deze wijziging van administratieve aard niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 31.34.17 lid 10 is als volgt gewijzigd.
10 Indien de aanwezigheid van gebreken het nemen van schadebeperkende maatregelen gewenst maakt, stelt de opdrachtgever de aannemer in de gelegenheid deze maatregelen binnen een door de opdrachtgever te bepalen termijn uit te voeren. De aannemer dient na voltooiing van deze maatregelen een rekening in voor de bedragen waarop hij aanspraak maakt. De betaling van deze rekening vindt plaats binnen vier weken na de indiening. Indien tegen de grootte van een in rekening gebracht bedrag bezwaar bestaat, ontvangt de aannemer het bedrag dat hem ontwijfelbaar toekomt. Bij een eventueel geschil naar aanleiding hiervan is de regeling opgenomen in paragraaf 01.15 van toepassing. Op de in dit lid bedoelde vordering is paragraaf 45, de leden 1 en 2,zijn de leden
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 41 van 132
1 en 2 van paragraaf 45 van de U.A.V. 1989UAV 2012 van overeenkomstige toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.34.17 lid 10 Lid 1 en lid 2 van paragraaf 45 van de UAV 1989 zijn ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012, daarom is de bepaling inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
31
Wegverhardingen II
31.4
Straatwerk
31.43
Informatie-overdracht
31.43.02
Werkplan en logboek bestratingwerk (bladzijden 678 van de Standaard) Artikel 31.43.02 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Binnen twee weken na de opdracht van het werk stelt de aannemer een werkplan op voor het aanbrengen van elementenverharding. Het werkplan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.43.02 lid 01 Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 31.43.02 lid 04 is als volgt gewijzigd.
04 Van de aannemer wordt een logboek bestratingswerk als bedoeld in CROWpublicatie 282 verlangd. Dit logboek wordt aangemerkt als een lijst in de zin van paragraaf 27 lid 07 van de U.A.V. 1989 lid 7 van de UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.43.02 lid 04 Paragraaf 27 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘lid 07 van de U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘lid 7 van de UAV 2012’.
31.44
Risicoverdeling en garanties
31.44.01
Ingebruikname van de bestrating (bladzijden 678 van de Standaard) Artikel 31.44.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Indien de opdrachtgever wenst over te gaan tot ingebruikneming, als bedoeld in paragraaf 10 lid 3 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, van de bestrating of een gedeelte daarvan, wordt voorafgaand aan die ingebruikneming de bestrating onderworpen aan een onderzoek door of vanwege de opdrachtgever, waarmee wordt vastgesteld of aan de eisen van het bestek is voldaan. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.44.01 lid 01 Paragraaf 10 lid 3 van de UAV 1989 is met name vanwege de samenvoeging van de UAVTI 1992 met de UAV 2012 in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012. Bij paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012 (Staatscourant 1567 van 19 januari 2012) wordt als toelichting gegeven: ‘Een uitgebreidere regeling is opgenomen voor de ingebruikname van een werk voordat dit voltooid is dan wel voor de ingebruikname van een al dan niet voltooid onderdeel
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 42 van 132
daarvan. Ten aanzien van het technische installatiewerk is hier een specifieke bepaling opgenomen.’ Paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012 heeft echter geen invloed op de formulering van de bepaling. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
31.44.02
Controle op verzoek van de aannemer (bladzijden 678 van de Standaard) Artikel 31.44.02 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Zodra het straatwerk, als bedoeld in het vorige lid, gereed is gekomen, doet de aannemer hiervan schriftelijk mededeling aan de directie. De directie kan genoegen nemen met een mondelinge mededeling die in het dagboek of weekrapport bedoeld in paragraaf 27 van de U.A.V. 1989, wordt aangetekend. De directie kan genoegen nemen met een mondelinge mededeling die wordt aangetekend in het dagboek of weekrapport als bedoeld in paragraaf 27 van de UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 31.44.02 lid 02 Het in paragraaf 27 van de UAV 1989 bepaalde inzake het dagboek of het weekrapport is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de tekst van de bepaling iets geredigeerd en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
32
Wegverhardingen II
32.1
Markeringen
32.14
Risicoverdeling en garanties
32.14.01
Garantie markering van wegdekreflectoren (bladzijde 698 van de Standaard) Artikel 32.14.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De aannemer garandeert de door hem aangebrachte markering van wegdekreflectoren gedurende een hierna genoemde periode. De garantie geldt van het gereedkomen van de markering van wegdekreflectoren af tot 24 maanden na de oplevering van het werk, behoudens in het geval van tijdelijke wegdekreflectoren, waarvoor de garantie geldt gedurende de periode van in gebruik zijn van de tijdelijke wegdekreflectoren doch ten hoogste gedurende zes maanden na het gereedkomen. De garantie, als bedoeld in paragraaf 22 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, heeft betrekking op de hechting, op het reflecteervermogen en in het geval van tijdelijke wegdekreflectoren bovendien op de zichtbaarheid overdag van de wegdekreflectoren. Op de hechting kan de garantie door de opdrachtgever worden ingeroepen, indien één of meer van de volgende gebreken zich voordoen: 1. meer dan 2% van het totaal aantal aangebrachte wegdekreflectoren is losgeraakt; 2. meer dan 25% van de wegdekreflectoren uit een patroon van een lengtemarkering is losgeraakt; 3. meer dan drie opeenvolgende wegdekreflectoren in een ononderbroken streep zijn losgeraakt; 4. meer dan 5% van het totaal aantal aangebrachte wegdekreflectoren heeft de oorspronkelijke positie op het wegdek verloren. De garantie op de hechting geldt niet voor op een asfaltlas aangebrachte wegdekreflector.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 43 van 132
Op het reflecteervermogen kan de garantie door de opdrachtgever worden ingeroepen, indien van meer dan vijf opeenvolgende of meer dan 5% van het totaal aantal aangebrachte wegdekreflectoren de nachtzichtbaarheid niet meer voldoet aan de eisen gesteld in artikel 32.16.06 lid 04. In het geval van tijdelijke wegdekreflectoren kan de garantie door de opdrachtgever bovendien worden ingeroepen, indien van meer dan 5% van het totaal aantal aangebrachte wegdekreflectoren de zichtbaarheid overdag niet meer voldoet aan de eisen, gesteld in artikel 32.16.06 lid 06. Toelichting bij het gewijzigde artikel 32.14.01 lid 01 Paragraaf 22 van de UAV 1989 is in aanzienlijk gewijzigde vorm opgenomen in de UAV 2012. Als gevolg van deze wijzigingen behoeft de bepaling echter niet te worden gewijzigd, omdat de voorwaarden voor het inroepen van garantie in deze bepaling zijn geregeld. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 2010’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
32.15
Bijbehorende verplichtingen
32.15.03
Monstername markeringsmaterialen (bladzijde 699 van de Standaard) Artikel 32.15.03 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Indien in verband met het bepaalde in paragraaf 18 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 de directie monstername van een onder certificaat geleverd markeringsmateriaal verlangt, geschiedt deze monstername overeenkomstig het navolgende overzicht: materiaalsoort (reflecterende( wegenverf verdunningsmiddel glasparels thermoplastisch markeringsmateriaal
aantal monsters 6 6 6 1
hoeveelheid per monster 1l 0,25 l 0,25 l 5 kg
Toelichting bij het gewijzigde artikel 32.15.03 lid 01 Paragraaf 18 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. Daarom is de bepaling niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
33
Afschermingsvoorzieningen
33.2
Geleidebarriers: beton
33.23
Informatie-overdracht
33.23.02
Gedetailleerd werkplan (bladzijde 723 van de Standaard) Artikel 33.23.02 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Ten minste twee weken voordat met de werkzaamheden voor het aanbrengen van een in het werk gestorte betonnen geleidebarrier wordt begonnen, dient de aannemer met betrekking tot deze werkzaamheden een gedetailleerd werkplan, in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, in bij de directie. Toelichting bij het gewijzigde artikel 33.23.02 lid 01 Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 44 van 132
33.24
Risicoverdeling en garanties Artikel 33.24.01 is vervallen.
33.24.01
Verwerking van bouwstoffen (bladzijde 726 van de Standaard) Artikel 33.24.01 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de navolgende leden mogen bouwstoffen, voorzover daaraan eisen gesteld worden voor eigenschappen die geen betrekking hebben op de CE-markering, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan. Toelichting bij het vervallen artikel 33.24.01 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 33.24.01 lid 02 is vervallen.
02 Bouwstoffen als bedoeld in het vorige lid mogen slechts worden verwerkt nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat de bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen. Toelichting bij het vervallen artikel 33.24.01 lid 02 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 33.24.01 lid 03 is vervallen.
03 De directie is bevoegd om monsters van de in lid 01 bedoelde bouwstoffen te nemen en deze te onderzoeken. Het gestelde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 33.24.01 lid 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012. Artikel 33.24.01 lid 04 is vervallen.
04 De aannemer stelt de in lid 02 bedoelde gegevens desgevraagd aan de directie ter beschikking. Toelichting op het vervallen artikel 33.24.01 lid 04 De bepaling is vervallen, omdat artikel 33.24.01 lid 02 is vervallen.
33.24.09
Garantie (bladzijde 729, 730 en 731 van de Standaard) Artikel 33.24.09 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De aannemer garandeert de verharding, voorzover door hem aangebracht, gedurende een periode van drie jaar. Deze garantie houdt in dat de aannemer zich verbindt alle gebreken aan de geleidebarrier te zullen herstellen waarbij het bepaalde in de navolgende leden van toepassing zal zijn. Het bepaalde in paragraaf 22 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 is niet van toepassing.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 45 van 132
Toelichting bij het gewijzigde artikel 33.24.09 lid 01 Paragraaf 22 van de UAV 1989 is in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 22 de UAV 2012, echter in de bepaling is paragraaf 22 van de UAV 1989 niet van toepassing verklaard. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 33.24.09 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 De garantieperiode vangt aan onmiddellijk na de dag waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 10 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 als opgeleverd wordt beschouwd. Toelichting bij het gewijzigde artikel 33.24.09 lid 02 Paragraaf 10 van de UAV 1989 is in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 22 de UAV 2012, maar heeft geen invloed op de inhoud van de bepaling. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 33.24.09 lid 03 is als volgt gewijzigd.
03 Indien bij onthouding van de goedkeuring als bedoeld in lid 3 van paragraaf 9 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, de geleidebarrier wel in gebruik is of wordt genomen, gaat de garantieperiode voor gedeelten van de geleidebarrier die geen reden voor onthouding van de goedkeuring zijn, in onmiddellijk na de dag waarop de in lid 3 van paragraaf 9 lid 3 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 bedoelde schriftelijke mededeling aan de aannemer is verzonden. Toelichting bij het gewijzigde artikel 33.24.09 lid 03 Paragraaf 9 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in paragraaf 9 van de UAV 2012. Wel is in deze bepaling op twee plaaten de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. In de bepaling is de tekst ‘lid 3 van paragraaf 9’ gewijzigd in ‘paragraaf 9 lid 3’. Artikel 33.24.09 lid 07 is als volgt gewijzigd.
07 De garantie duurt ten hoogste tot vier jaar na de dag waarop de desbetreffende geleidebarrier in de zin van paragraaf 10 lid 3 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 in gebruik wordt genomen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 33.24.09 lid 07 Paragraaf 10 lid 3 van de UAV 1989 is met name vanwege de samenvoeging van de UAVTI 1992 met de UAV 2012 in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012. Bij paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012 (Staatscourant 1567 van 19 januari 2012) wordt als toelichting gegeven: een uitgebreidere regeling is opgenomen voor de ingebruikname van een werk voordat dit voltooid is dan wel voor de ingebruikname van een al dan niet voltooid onderdeel daarvan. Ten aanzien van het technische installatiewerk is hier een specifieke bepaling opgenomen. Paragraaf 10 lid 3 van de UAV 2012 heeft echter geen invloed op de inhoud van de bepaling. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 33.24.09 lid 08 is als volgt gewijzigd.
08 Indien gedurende de garantieperiode één van de partijen gebreken aan de geleidebarrier constateert of er aanwijzingen zijn dat deze kunnen worden verwacht, stelt zij de andere partij daarvan schriftelijk op de hoogte. Uiterlijk één maand voor het verstrijken van de garantieperiode nemen opdrachtgever en aannemer gezamenlijk de toestand op waarin de geleidebarrier verkeert. De opdrachtgever neemt daartoe het initiatief. De toestand wordt vastgelegd in een door partijen te ondertekenen proces-verbaal. Paragraaf 48 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 is tijdens de garantieperiode van overeenkomstige toepassing.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 46 van 132
Toelichting bij het gewijzigde artikel 33.24.09 lid 08 Paragraaf 48 van de UAV 1989 is in gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 48 van de UAV 2012. Het betreft het in lid 3 wijzigen van de tekst ‘de statuten van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland’ in ‘het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw, zoals dit drie maanden voor de dag van aanbesteding luidt’. Bij de UAV 2012 (Staatscourant 1567 van 19 januari 2012) wordt bij paragraaf 48 lid 3 als toelichting gegeven: Over het vastleggen van de toestand in een proces-verbaal is bepaald, dat het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw geldt, zoals dit drie maanden voor de dag van de aanbesteding luidt. De bepaling is vanwege deze wijziging van administratieve aard niet inhoudelijk gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 33.24.09 lid 09 is als volgt gewijzigd.
09 Indien de aanwezigheid van gebreken het nemen van schadebeperkende maatregelen gewenst maakt, stelt de opdrachtgever de aannemer in de gelegenheid deze maatregelen binnen een door de opdrachtgever te bepalen termijn uit te voeren. De aannemer dient na voltooiing van deze maatregelen een rekening in voor de bedragen waarop hij aanspraak maakt. De betaling van deze rekening vindt plaats binnen vier weken na de indiening. Indien tegen de grootte van een in rekening gebracht bedrag bezwaar bestaat, ontvangt de aannemer het bedrag dat hem ontwijfelbaar toekomt. Bij een eventueel geschil naar aanleiding hiervan is de regeling opgenomen in paragraaf 01.15 van toepassing. Op de in dit lid bedoelde vordering is paragraaf 45, de leden 1 en 2, van de U.A.V. 1989 zijn de leden 1 en 2 van paragraaf 45 van de UAV 2012 van overeenkomstige toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 33.24.09 lid 09 Lid 1 en lid 2 van paragraaf 45 van de UAV 1989 zijn opgewijzigd opgenomen in de UAV 2012, daarom is de bepaling inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘is paragraaf 45, de leden 1 en 2 van de U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘zijn de leden 1 en 2 van paragraaf 45 van de UAV 2012’.
34
Verlichting
34.1
Verlichting
34.13
Informatie-overdracht
34.13.03
Aanbrengen van aardingsvoorzieningen (bladzijde 740 van de Standaard) Artikel 34.13.03 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Ten minste tien werkdagen voor de aanvang van de werkzaamheden ten behoeve van het aanbrengen van aardingsvoorzieningen dient de aannemer met betrekking tot deze werkzaamheden een plan in bij de directie. Dit plan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 34.13.03 lid 01 In de bepaling wordt verwezen naar paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989. Dit lid is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom niet inhoudelijk gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
35
Verkeersregelinstallaties
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 47 van 132
35.0
Verkeersregelinstallaties, algemeen
35.03
Informatie-overdracht Artikel 35.03.01 is vervallen. Aan paragraaf 35.03 is de volgende tekst toegevoegd.
(In deze Standaard zijn geen bepalingen opgenomen, behorend tot deze paragraaf.) 35.03.01
Van toepassing zijnde bepalingen (bladzijde 748 van de Standaard) 01 In afwijking van het bepaalde in artikel 01.01.01 lid 01 van deze Standaard zijn in hoofdstuk 35 van deze Standaard van toepassing de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van Technische Installatiewerken 1992 (U.A.V.T.I. 1992). Toelichting bij het vervallen artikel 35.03.01 Het artikel is vervallen, omdat de UAV 2012 een vereniging zijn geworden van de UAV 1989 en de UAVTI 1992. De UAV 2012 zijn van toepassing verklaard via het gewijzigde lid 01 van artikel 01.01.01 van de Standaard RAW Bepalingen.
35.04
Risicoverdeling en garanties
35.04.01
Garanties (bladzijde 748 van de Standaard) Artikel 35.04.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De aannemer garandeert schriftelijk, uiterlijk bij de oplevering van het werk, verkeersregelinstallaties voor een periode van 24 maanden. In afwijking van paragraaf 22 lid 4 van de U.A.V.T.I. 1992 UAV 2012 geldt de garantie vanaf de datum van oplevering. Toelichting bij het gewijzigde artikel 35.04.01 lid 01 Paragraaf 22 lid 4 van de UAVTI 1992 komt overeen met paragraaf 22 lid 4 van de UAV 1989 en is zonder wijzigingen opgenomen in paragraaf 22 lid 4 van de UAV 2012. De bepaling is daarom niet inhoudelijk gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V.T.I. 1992’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 35.04.01 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 De aannemer garandeert schriftelijk, uiterlijk bij de oplevering van het werk, portalen, zweepmasten, masten, drukknopmasten, opzetstukken, knieopzetstukken en neiginrichtingen voor een periode van tien jaar. In afwijking van paragraaf 22 lid 4 van de U.A.V.T.I. 1992 UAV 2012 geldt de garantie vanaf de datum van oplevering. Toelichting bij het gewijzigde artikel 35.04.01 lid 02 Paragraaf 22 lid 4 van de UAVTI 1992 komt overeen met paragraaf 22 lid 4 van de UAV 1989 en is zonder wijzigingen opgenomen in paragraaf 22 lid 4 van de UAV 2012. De bepaling is daarom niet inhoudelijk gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V.T.I. 1992’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 35.04.01 lid 03 is als volgt gewijzigd.
03 De aannemer garandeert schriftelijk, uiterlijk bij de oplevering van het werk, het schilderwerk van bovengrondse voorzieningen voor een periode van vijf jaar. In afwijking van paragraaf 22 lid 4 van de U.A.V.T.I. 1992 UAV 2012 geldt de
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 48 van 132
garantie vanaf de datum van oplevering. Deze garantie is lineair per jaar aflopend. Toelichting bij het gewijzigde artikel 35.04.01 lid 03 Paragraaf 22 lid 4 van de UAVTI 1992 komt overeen met paragraaf 22 lid 4 van de UAV 1989 en is zonder wijzigingen opgenomen in paragraaf 22 lid 4 van de UAV 2012. De bepaling is daarom niet inhoudelijk gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V.T.I. 1992’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
35.07
Meet- en verrekenmethoden
35.07.01
Beproeving van een verkeersregelinstallatie (bladzijde 749 van de Standaard) Artikel 35.07.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De aannemer voert de beproeving van een verkeersregelinstallatie overeenkomstig paragraaf 8a van de U.A.V.T.I. 1992 UAV 2012 uit. De beproeving moet ten minste drie aaneengesloten uren duren, waarbinnen ten minste één volledige spitsperiode is opgenomen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 35.07.01 lid 01 Paragraaf 8a van de UAVTI 1992 is zonder wijzigingen opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V.T.I. 1992’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 35.07.01 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 In aanvulling op het bepaalde in paragraaf 8a van de U.A.V.T.I. 1992 UAV 2012 vraagt de aannemer voor de beproeving van een verkeersregelinstallatie vooraf toestemming aan de directie, als bij de beproeving signalen zichtbaar worden voor het verkeer. Toelichting bij het gewijzigde artikel 35.07.01 lid 02 Paragraaf 8a van de UAVTI 1992 is zonder wijzigingen opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V.T.I. 1992’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
35.07.02
Opneming en oplevering van het werk (bladzijde 749 van de Standaard) Artikel 35.07.02 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 In afwijking van het bepaalde in paragraaf 9 lid 2 van de U.A.V.T.I. 1992 UAV 2012 deelt de directie de dag en het tijdstip van opneming van het werk uitsluitend op verzoek van de aannemer schriftelijk mee Toelichting bij het gewijzigde artikel 35.07.02 lid 01 Paragraaf 9 lid 2 van de UAVTI 1992 komt overeen met paragraaf lid 2 van de UAV 1989 en is zonder wijzigingen opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V.T.I. 1992’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 35.07.02 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 In aanvulling op het bepaalde in paragraaf 9 lid 7 van de U.A.V.T.I. 1992 UAV 2012 moeten kleine gebreken binnen 30 werkdagen na de datum van oplevering worden hersteld. Voor elke werkdag waarmee deze termijn wordt overschreden, kan een korting van € 450,-- op de aannemingssom worden toegepast.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 49 van 132
Toelichting bij het gewijzigde artikel 35.07.02 lid 02 Paragraaf 9 lid 7 van de UAVTI 1992 komt overeen met paragraaf 9 lid 7 van de UAV 1989 en is zonder wijzigingen opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V.T.I. 1992’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
35
Verkeersregelinstallaties
35.1
Verkeersregeltoestel
35.17
Meet- en verrekenmethoden
35.17.01
Keuring en beproeving van een verkeersregeltoestel (bladzijde 759 van de Standaard) Artikel 35.17.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Een verkeersregeltoestel moet ten minste drie weken vóór de datum waarop de verkeersregelinstallatie voor het verkeer in werking wordt gesteld, volgens paragraaf 18 van de U.A.V.T.I. 1992 UAV 2012 zijn gekeurd en volgens paragraaf 8a van de U.A.V.T.I. 1992 UAV 2012 zijn beproefd. De keuring en de beproeving vinden plaats in Nederland in het bedrijf van de leverancier. De directie moet het verkeersregeltoestel ten minste een week vóór de datum waarop de verkeersregelinstallatie voor het verkeer in werking wordt gesteld, kunnen goedkeuren. Toelichting bij het gewijzigde artikel 35.17.01 lid 01 Paragraaf 8a van de UAVTI 1992 is zonder wijzigingen opgenomen in de UAV 2012. Paragraaf 18 van de UAVTI 1992 komt overeen met paragraaf 18 van de UAV 1989 en is met enige inhoudelijke wijzigingen opgenomen in de UAV 2012. Paragraaf 18 van de UAV 2012 is nu alleen van toepassing indien en voor zover in het bestek is bepaald dat bouwstoffen door de directie worden gekeurd. Dat is juist wat in de bepaling is geregeld. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling op twee plaatsen de tekst ‘U.A.V.T.I. 1992’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 35.17.01 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Een verkeersregeltoestel moet ten behoeve van de keuring, als bedoeld in lid 1 van paragraaf 18 van de U.A.V.T.I. 1992 UAV 2012 volledig zijn gemonteerd en op een zodanige wijze zijn aangesloten dat de stand van de signaalgroepen in keur zichtbaar is op een ondergrond die de vorm van het kruispunt weergeeft. Verkeersaanvragen moeten eenvoudig zijn te realiseren. Eventuele koppelingen moeten volledig operationeel zijn. Het is toegestaan om voorafgaand aan bovengenoemde keuring een verkeersregelprogramma in een testtoestel te laten beoordelen. De werking van de bewakingen volgens NEN 3384 moet zowel automatisch als handmatig kunnen worden gecontroleerd. De aannemer stelt bij aanvang van de keuring de resultaten van de beproeving en gedurende de keuring de testvoorziening beschikbaar aan de directie. Toelichting bij het gewijzigde artikel 35.17.01 lid 02 Paragraaf 18 van de UAVTI 1992 komt overeen met paragraaf 18 van de UAV 1989 en is met enige inhoudelijke wijzigingen opgenomen in de UAV 2012. Paragraaf 18 van de UAV 2012 is nu alleen van toepassing indien en voor zover in het bestek is bepaald dat bouwstoffen door de directie worden gekeurd. Dat is juist wat in de bepaling is geregeld. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V.T.I. 1992’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 50 van 132
36
Geluidbeperkende constructies
36.0
Geluidbeperkende constructies
36.04
Risicoverdeling en garanties
36.04.01
Garantie verfsysteem (bladzijde 782 van de Standaard) Artikel 36.04.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De aannemer garandeert het door hem op thermisch verzinkt staal, continudompelverzinkt staal en aluminium aangebrachte verfsysteem gedurende een periode van vijf jaar. De garantie geldt vanaf de levering van het onderdeel dat van het gegarandeerde verfsysteem is voorzien. De garantie als bedoeld in paragraaf 22 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 kan door de opdrachtgever worden ingeroepen, indien één of meer van de volgende gebreken zich voordoen: - onthechting; - blaarvorming; - craquelé; - afpoedering; - ongelijkmatige verkleuring (vlekvorming). Toelichting bij het gewijzigde artikel 36.04.01 lid 01 Paragraaf 22 van de UAV 1989 is in aanzienlijk gewijzigde vorm opgenomen in de UAV 2012. Als gevolg van deze wijzigingen behoeft de bepaling echter niet te worden gewijzigd, omdat de voorwaarden voor het inroepen van garantie in deze bepaling zijn geregeld. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
36.05
Bijbehorende verplichtingen De titel van artikel 36.05.01 van de Standaard RAW Bepalingen is als volgt gewijzigd.
36.05.01
Proefplaten verfsysteem (bladzijde 782 van de Standaard) Keuren van een verfsysteem Artikel 36.05.01 lid 01 is vervallen en vervangen door de volgende leden 01 en 02.
01 Ten behoeve van de keuring, als bedoeld in paragraaf 18 van de U.A.V. 1989, van verfsystemen op thermisch verzinkt staal, continu-dompelverzinkt staal en aluminium verstrekt de aannemer de directie voor elke ondergrond en van elk verfsysteem, per kleur, drie proefplaten. 01 De directie keurt de op thermisch verzinkt staal, continu-dompelverzinkt staal en aluminium toe te passen verfsystemen overeenkomstig het bepaalde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de UAV 2012. 02 De aannemer verstrekt de directie ten behoeve van de keuring als bedoeld in paragraaf 18 van de UAV 2012 van de op thermisch verzinkt staal, continudompelverzinkt staal en aluminium toe te passen verfsystemen, voor elke ondergrond en van elk verfsysteem, per kleur, drie proefplaten. Toelichting bij het vervallen lid 01 en de nieuwe leden 01 en 02 van artikel 36.05.01 De strekking van artikel 36.05.01 lid 1 van de Standaard RAW Bepalingen is dat de directie de op thermisch verzinkt staal, continu-dompelverzinkt staal en aluminium toe te passen verfsystemen
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 51 van 132
wenst te keuren voordat deze in het werk worden gebracht. Vanwege paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012 is nu in artikel 36.05.01 van de Standaard RAW Bepalingen expliciet geregeld dat de directie de vermelde bouwstoffen keurt. Lid 01 van artikel 36.05.01 van de Standaard RAW Bepalingen is daarom vervallen en vervangen door de nieuwe leden 01 en 02. Het bestaande lid 02 van artikel 36.05.01 is omgenummerd naar lid 03
023 Het uitgangsmateriaal en het verzinkwerk van de proefplaten moeten van dezelfde hoedanigheid zijn als de voor de geluidbeperkende constructie gebruikte materialen. De proefplaten moeten tijdens het applicatieproces zijn meebehandeld. De afmetingen van de proefplaten moeten 100 mm bij 250 mm bedragen. 41
Funderingsconstructies
41.0
Algemeen
41.03
Informatie-overdracht
41.03.02
Werkplan funderingswerkzaamheden (bladzijde 811 van de Standaard) Artikel 41.03.02 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Van de aannemer wordt een gedetailleerd werkplan ten behoeve van het uitvoeren van funderingswerkzaamheden, als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 verlangd. De aannemer verstrekt de directie ten behoeve van het uitvoeren van funderingswerkzaamheden een gedetailleerd werkplan als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde lid 01 van artikel 41.03.02 van de Standaard RAW Bepalingen Paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. In de bepaling is de tekst ‘UAV 1989’ gewijzigd in de tekst ‘UAV 2012’. De tekst van de bepaling is geredigeerd.
41.1
Palen
41.13
Informatie-overdracht
41.13.03
Aanbrengen en verwijderen van palen (bladzijde 821 van de Standaard) Artikel 41.13.03 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Als in het bestek een plan voor het aanbrengen dan wel het verwijderen van palen wordt verlangd, wordt dit plan aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Naast het vermelde in paragraaf 26 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 moet het plan ten minste de volgende gegevens bevatten: - datum, tijd van aanvang en vermoedelijke duur van de werkzaamheden; - gegevens van de in te zetten funderingsmachines en hulpmaterieel; - volgorde en aanbrengen dan wel verwijderen van palen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 41.13.03 lid 01 Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 52 van 132
41.3
Diepwanden en boorpalen
41.33
Informatie-overdracht
41.33.01
Gedetailleerd werkplan (bladzijde 832 van de Standaard) Artikel 41.33.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Ten minste twee weken voor de aanvang van de werkzaamheden ten behoeve van het aanbrengen van diepwanden en boorpalen, dient de aannemer met betrekking tot deze werkzaamheden een plan in bij de directie. Dit plan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989. De aannemer verstrekt de directie ten minste twee weken voor de aanvang van het aanbrengen van diepwanden en boorpalen, met betrekking tot de desbetreffende werkzaamheden, een gedetailleerd werkplan als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde lid 01 van artikel 41.33.01 Paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. In de bepaling is de tekst ‘UAV 1989’ gewijzigd in de tekst ‘UAV 2012’. De tekst van de bepaling is geredigeerd.
41.5
Cementbentonietwanden
41.53
Informatie-overdracht
41.53.01
Gedetailleerd werkplan (bladzijde 847 van de Standaard) Artikel 41.53.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Ten minste twee weken voor de aanvang van de werkzaamheden voor het aanbrengen van een cementbentonietwand, dient de aannemer met betrekking tot deze werkzaamheden een plan in bij de directie. Dit plan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989. De aannemer verstrekt de directie ten minste twee weken voor de aanvang van het aanbrengen van een cementbentonietwand, met betrekking tot de desbetreffende werkzaamheden, een gedetailleerd werkplan als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde van artikel 41.53.01 lid 01 Paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. In de bepaling is de tekst ‘UAV 1989’ gewijzigd in de tekst ‘UAV 2012’. De tekst van de bepaling is geredigeerd.
41.54
Risicoverdeling en garanties Artikel 41.54.01 is vervallen. Aan paragraaf 41.54 is de volgende tekst toegevoegd.
(In deze Standaard zijn geen bepalingen opgenomen, behorend tot deze paragraaf.) 41.54.01
Verwerking van bouwstoffen (bladzijde 851 van de Standaard)
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 53 van 132
Artikel 41.54.01 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden mogen bouwstoffen, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan. Toelichting bij het vervallen artikel 41.54.01 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 41.54.01 lid 02 is vervallen.
02 Bouwstoffen als bedoeld in het vorige lid, mogen slechts worden verwerkt, nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat de bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen. Toelichting bij het vervallen artikel 41.54.01 lid 02 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 41.54.01 lid 03 is vervallen.
03 De directie is bevoegd om monsters van de in lid 01 bedoelde bouwstoffen te nemen en deze te onderzoeken. Het gestelde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 41.54.01 lid 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012. Artikel 41.54.01 lid 04 is vervallen.
04 De aannemer stelt de in lid 02 bedoelde gegevens desgevraagd aan de directie ter beschikking. Toelichting bij het vervallen artikel 41.54.01 lid 04 De bepaling is vervallen, omdat artikel 41.54.01 lid 02 is vervallen.
42
Betonconstructies
42.2
Vooraf vervaardigde betonelementen
42.23
Informatie-overdracht
42.23.01
Plan voor het transporteren en monteren van vooraf vervaardigde betonelementen (bladzijde 881 van de Standaard) Artikel 42.23.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De aannemer dient ten minste twee weken voordat met de desbetreffende werkzaamheden wordt aangevangen een plan voor het transporteren en monteren van de vooraf vervaardigde betonelementen in bij de directie. Het plan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 54 van 132
zin van paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989. De aannemer verstrekt de directie ten minste twee weken voor de aanvang van het transporteren en monteren van vooraf vervaardigde betonelementen, met betrekking tot de desbetreffende werkzaamheden een gedetailleerd werkplan als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 42.23.01 lid 01 Paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. In de bepaling is de tekst ‘UAV 1989’ gewijzigd in de tekst ‘UAV 2012’. De tekst van de bepaling is geredigeerd.
42.3
Onderwaterbeton
42.33
Informatie-overdracht
42.33.01
Plan voor het aanbrengen van onderwaterbeton (bladzijde 884 van de Standaard) Artikel 42.33.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De aannemer dient ten minste tien werkdagen voordat met de desbetreffende werkzaamheden wordt begonnen een plan voor het aanbrengen van onderwaterbeton in bij de directie. Het plan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989. De aannemer verstrekt de directie ten minste tien werkdagen voor de aanvang van het aanbrengen van onderwaterbeton, met betrekking tot de desbetreffende werkzaamheden een gedetailleerd werkplan als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 42.33.01 lid 01 Paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. In de bepaling is de tekst ‘UAV 1989’ gewijzigd in de tekst ‘UAV 2012’. De tekst van de bepaling is geredigeerd.
47
Kleine kunstwerken en gemalen
47.0
Algemeen
42.03
Informatie-overdracht
47.03.03
Inspectie en keuring (bladzijde 942 van de Standaard) Artikel 47.03.03 lid 04 is als volgt gewijzigd.
04 De keuring als bedoeld in paragraaf 18 lid 8 van de U.A.V. 1989, van geprefabriceerde betonelementen zal op de plaats van fabricage plaatsvinden. De directie keurt de vooraf vervaardigde betonelementen. De keuring als bedoeld in paragraaf 18 lid 8 van de UAV 2012 van geprefabriceerde betonelementen zal op de plaats van fabricage plaatsvinden. Toelichting bij het gewijzigde artikel 47.03.03 lid 04 Ingevolge paragraaf 18 van de UAV 2012 moet de opdrachtgever nu in het bestek vermelden dat de directie een bepaalde toe te passen bouwstof zal keuren. De bepaling is hierop inhoudelijk aangepast.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 55 van 132
50
Afval- en reinigingsdiensten
50.2
Inzameling
50.23
Informatie-overdracht
50.23.02
Inzamelplan (bladzijde 979 van de Standaard) Artikel 50.23.02 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Binnen twee weken na de dag waarop het werk is opgedragen, dient de aannemer/inzamelaar een inzamelplan in bij de directie. De aannemer/inzamelaar verstrekt de directie binnen twee weken na de dag waarop het werk is opgedragen, met betrekking tot het inzamelen een gedetailleerd werkplan als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 50.23.02 lid 01 Ingevolge paragraaf 26 van de UAV 2012 is de bepaling inhoudelijk aangepast. Artikel 50.23.02 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Het in het vorige lid bedoelde inzamelplan dient ten minste de volgende gegevens te vermelden: a. de wijze en tijdstippen van uitvoering; b. het in te zetten materieel; c. de wijze van controle van de uitgevoerde werkzaamheden; d. de te nemen veiligheidsvoorzieningen, en veiligheids- en arbomaatregelen; e. de rapportages en overige verplichtingen genoemd in de inzamelwijzer. Het in het vorige lid bedoelde gedetailleerde werkplan vermeldt ten minste de volgende gegevens: a. de wijze van controle van de uitgevoerde werkzaamheden; b. de te nemen veiligheidsvoorzieningen, en veiligheids- en arbomaatregelen; c. de rapportages en overige verplichtingen genoemd in de inzamelwijzer. Toelichting bij het gewijzigde artikel 50.23.02 lid 02 Ingevolge paragraaf 26 van de UAV 2012 is de bepaling inhoudelijk gewijzigd. Sub a. en sub b. van de bepaling zijn vervallen, omdat het bepaalde in sub a. en sub b. moet zijn uitgewerkt in het algemeen tijdschema. Artikel 50.23.02 lid 03 is vervallen.
03 Het inzamelplan wordt aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989. Toelichting bij het vervallen artikel 50.23.02 lid 03 Ingevolge de inhoudelijk gewijzigde leden 01 en 02 van artikel 50.23.01 van de Standaard RAW Bepalingen is deze bepaling vervallen.
50.4
Gladheidsbestrijding
50.44
Risicoverdeling en garanties
50.44.02
Ter beschikking gesteld materieel (bladzijde 984 en 985 van de Standaard) Artikel 50.44.02 lid 07 is als volgt gewijzigd.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 56 van 132
07 In aanvulling op het gestelde in paragraaf 24 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, verzekert de aannemer het door de opdrachtgever ter beschikking gestelde materieel waarbij het werkrisico is meeverzekerd. Toelichting bij het gewijzigde artikel 50.44.02 lid 07 Paragraaf 24 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’gewijzigd in ‘UAV 2012’.
51
Groenvoorzieningen
51.0
Groenvoorzieningen
51.03
Informatie-overdracht
51.03.09
Ecologisch beheer (bladzijden 1019 van de Standaard) Artikel 51.03.09 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Binnen twee weken na de dag waarop het werk is opgedragen, dient de aannemer een gedetailleerd werkplan in de zin van paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 in bij de directie. De aannemer verstrekt de directie binnen twee weken na de dag waarop het werk is opgedragen, met betrekking tot het ecologisch beheer, een gedetailleerd werkplan als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de UAV 2012. In het gedetailleerd werkplan moet rekening worden gehouden met het bepaalde in artikel 51.02.18. Toelichting bij het gewijzigde artikel 51.03.09 lid 01 Ingevolge paragraaf 26 van de UAV 2012 is de bepaling gewijzigd, waarbij de laatste zin van artikel 51.03.09 lid 02 is verplaatst naar deze bepaling. Artikel 51.03.09 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Het in het vorige lid bedoelde gedetailleerde werkplan dient ten minste de volgende gegevens te vermelden: a. de wijze van uitvoering; b. de periode van uitvoering en het tijdstip van voltooiing; c. de wijze van controle van de uitgevoerde werkzaamheden; d. de wijze van registreren van ecologisch waardevolle situaties en ontwikkelingen en de te nemen maatregelen. In het gedetailleerd werkplan dient rekening gehouden te worden met artikel 51.02.18. Het in het vorige lid bedoelde gedetailleerde werkplan vermeldt ten minste de volgende gegevens: a. de wijze van controle van de uitgevoerde werkzaamheden; b. de wijze van registreren van ecologisch waardevolle situaties en ontwikkelingen en de te nemen maatregelen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 51.03.09 lid 02 Ingevolge paragraaf 26 van de UAV 2012 is de bepaling inhoudelijk gewijzigd. Sub a. en sub b. van de bepaling zijn vervallen, omdat het bepaalde in sub a. en sub b. moet zijn uitgewerkt in het algemeen tijdschema. De laatste zin van de bepaling is verplaatst naar artikel 51.03.09 lid 01.
51.04
Risicoverdeling en garanties De titel van artikel 51.04.03 is als volgt gewijzigd.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 57 van 132
51.04.03
Teelgrond, bomenzand en bodemverbeteraar, monsterneming en keuring Keuren van bouwstoffen (bladzijde 1020 van de Standaard) Artikel 51.04.03 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De directie kan zowel voorafgaand aan de leverantie als bij aanvoer de teelgrond, het bomenzand en/of de bodemverbeteraar controleren op één of meer van de gestelde eisen. Met inachtneming van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 neemt de aannemer in overleg met de directie de hiervoor benodigde monsters De controlegegevens, de wijze waarop de monsters zijn genomen, alsmede waar, wanneer en door wie het onderzoek is verricht, worden schriftelijk vastgelegd door de directie. De directie kan zowel voorafgaand aan de leverantie als bij aanvoer de teelgrond, het bomenzand en de bodemverbeteraar keuren op één of meerdere van de gestelde eisen. Het bepaalde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de UAV 2012 is hierop van overeenkomstige toepassing. De directie legt de gegevens uit dit onderzoek, de wijze waarop de monsters zijn genomen, alsmede waar, wanneer en door wie het onderzoek is verricht, schriftelijk vast. Toelichting bij het gewijzigde artikel 51.04.03 lid 01 Het bepaalde in de eerste zin van de bepaling sluit goed aan bij het bepaalde in lid 1 van paragraaf 18 van de UAV 2012. De tweede zin van de bepaling is gewijzigd, omdat het keuren van bouwstoffen door de directie volgens de leden 2 tot en met 13 van de UAV 2012 moet gebeuren. De derde zin van de bepaling is in de actieve vorm geredigeerd.
51.04.09
Plantgarantie (bladzijde 1022 van de Standaard) Artikel 51.04.09 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Indien en voorzover plantgarantie voorgeschreven is in het bestek, garandeert de aannemer, overeenkomstig paragraaf 01.15 van de Standaard RAW Bepalingen en paragraaf 22 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, dat de beplanting tot aan het moment van oplevering, inclusief voorgeschreven periode van nazorg, vitaal is. Toelichting bij het gewijzigde artikel 51.04.09 lid 01 Paragraaf 22 lid 2 van de UAV 1989 is in inhoudelijk gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 22 lid 2 van de UAV 2012, echter deze wijziging heeft geen invloed op de formulering van de bepaling. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
51.04.11
Keuren plantmateriaal (bladzijde 1023 van de Standaard) Artikel 51.04.11 lid 01 is vervallen.
01 Indien in het bestek voorkeuren is aangegeven, wordt het betreffende plantmateriaal met inachtneming van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989, op de kwekerij gekeurd. Toelichting bij het vervallen artikel 51.04.11 lid 01 Ingevolge paragraaf 18 van de UAV 2012 is de bepaling vervallen en is in gewijzigde vorm als een keuzebepaling in de RAW-catalogus Bepalingen opgenomen. Aan artikel 51.04.11 is het nieuwe lid 01 toegevoegd.
01 Het bepaalde in het volgende lid 04 is van toepassing, indien het bestek het keuren van plantmateriaal door de directie vermeldt.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 58 van 132
Artikel 51.04.11 lid 02 is vervallen.
02 De directie mag op de kwekerij voorgekeurd plantmateriaal merken. Toelichting bij het vervallen artikel 51.04.11 lid 02 Deze bepaling is vervallen vanwege het vervallen van lid 01 van artikel 51.04.11 van de Standaard RAW Bepalingen en het bepaalde in lid 3 van paragraaf 18 van de UAV 2012. De directie heeft het recht bouwstoffen te merken. Artikel 51.04.11 lid 03 is vervallen.
03 Bij voorkeuren goedgekeurd plantmateriaal mag op het werk worden afgekeurd indien zich een tekortkoming voordoet die niet zichtbaar of redelijkerwijs niet te constateren was op de kwekerij. Toelichting bij het vervallen lid 03 van artikel 51.04.11 lid 03 Deze bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 lid 3 van de UAV 2012.
51.8
Kunstgrassportvelden
51.84
Risicoverdeling en garanties
51.84.01
Aanleg (bladzijde 1046 van de Standaard) Artikel 51.84.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Voorzover de aanleg niet is omschreven op basis van de Sportvloerenlijst garandeert de aannemer het kunstgrassportveld, de onderbouw, de drainage, de sportspecifieke fundering, de sporttechnische laag en de toplaag gedurende een periode van vier jaar. De garantie geldt vanaf het moment van oplevering. In afwijking van het bepaalde in paragraaf 22 lid 4 van de UAV 2012 begint de garantieperiode onmiddellijk na de dag waarop het overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 10 van de UAV 2012 als opgeleverd wordt beschouwd. De garantie als bedoeld in paragraaf 22 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 kan door de opdrachtgever worden ingeroepen, indien niet meer aan de in het bestek gestelde eisen wordt voldaan. Toelichting bij het gewijzigde artikel 51.84.01 lid 01 Ingevolge paragraaf 22 van de UAV 2012 is de bepaling inhoudelijk gewijzigd op de manier zoals dat ook gedaan is in artikel 52.54.10 lid 03 van de Standaard RAW Bepalingen..
52
Kust en oeverwerken
52.0
Algemeen
52.02
Eisen en uitvoering
52.02.03
Primaire waterkeringen buiten tijgebied (bladzijde 1059 van de Standaard) Artikel 52.02.03 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Tenzij het bestek anders vermeldt, is het werken aan primaire waterkeringen, waarvan de functie wordt bepaald door het regime van de bovenrivieraanvoer, in afwijking van het bepaalde in artikel 52.02.01 toegestaan wanneer in het algemeen tijdschema als bedoeld in paragraaf 26 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 maatregelen zijn opgenomen die voldoende rekening houden met de prognose
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 59 van 132
omtrent het verwachte peil, aanvang en duur van hoge rivierstanden en de locatiegegevens. Tot deze maatregelen dient in elk geval te behoren het aangeven van de wijze waarop bij werken in en aan de waterkering bij stijging van de waterstand voor een voldoende aanvulling wordt zorggedragen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.02.03 lid 01 Het verplicht voorschrijven van het opstellen van een algemeen tijdschema door de aannemer in lid 1 van paragraaf 26 van de UAV 2012 heeft geen invloed op de formulering van de bepaling. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 52.02.03 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Het werken aan boezemkaden is in afwijking van het bepaalde in artikel 52.02.01 toegestaan wanneer in het algemeen tijdschema als bedoeld in paragraaf 26 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 maatregelen zijn opgenomen die enerzijds recht doen aan het karakter van de waterkering en anderzijds aan de kwaliteitseisen van het bestek. Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.02.03 lid 02 Het verplicht voorschrijven van het opstellen van een algemeen tijdschema door de aannemer in lid 1 van paragraaf 26 van de UAV 2012 heeft geen invloed op de formulering van de bepaling. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
52.02.04
Secundaire waterkeringen (bladzijde 1060 van de Standaard) Artikel 52.02.04 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Het werken in en aan secundaire waterkeringen is toegestaan wanneer in het algemeen tijdschema als bedoeld in paragraaf 26 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 maatregelen zijn opgenomen die enerzijds recht doen aan het karakter van de waterkering en anderzijds aan de kwaliteitseisen van het bestek. Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.02.04 lid 01 Het verplicht voorschrijven van het opstellen van een algemeen tijdschema door de aannemer in lid 1 van paragraaf 26 van de UAV 2012 heeft geen invloed op de formulering van de bepaling. Wel is in deze bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
52.03
Informatie-overdracht
52.03.03
Legplan geotextiel en structuurmat (bladzijde 1061 van de Standaard) Artikel 52.03.03 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Ten minste twee weken voordat met de desbetreffende werkzaamheden wordt begonnen, dient de aannemer een legplan in bij de directie voor het aan te brengen geotextiel of voor de aan te brengen structuurmat in bij de directie. Het legplan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.03.03 lid 01 Het verplicht voorschrijven van het opstellen van een algemeen tijdschema door de aannemer in lid 1 van paragraaf 26 van de UAV 2012 heeft geen invloed op de formulering van de bepaling. Wel is in de bepaling een verwijzing naar lid 6 van paragraaf 26 opgenomen en is in deze bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 60 van 132
52.2
Overige matconstructies
52.23
Informatie-overdracht
52.23.03
Legplan betonblokkenmatten of matten van open steenasfalt (bladzijde 1076 van de Standaard) Artikel 52.23.03 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Ten minste twee weken voordat met de desbetreffende werkzaamheden wordt begonnen, dient de aannemer een legplan in bij de directie voor de aan te brengen betonblokkenmatten of matten van open steenasfalt in bij de directie. Het legplan wordt voor dit onderdeel van het werk aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.23.03 lid 01van de Standaard RAW Bepalingen Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
52.3
Steenbestorting, ballast, vul- en filterlaag
52.34
Risicoverdeling en garanties
52.34.01
Waterbouwsteen, keuring door de directie na aanvoer (bladzijde 1084 van de Standaard) Artikel 52.34.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De directie kan waterbouwsteen keuren, voordat deze in het werk wordt gebracht. 01 Het bepaalde in de volgende leden 02, 03 en 04 is van toepassing, als het bestek vermeldt dat de directie waterbouwsteen na aanvoer keurt. Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.34.01 lid 01 Het bepaalde in de gewijzigde bepaling sluit aan bij het bepaalde in paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012. Artikel 52.34.01 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Met inachtneming van het bepaalde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 neemt de aannemer in overleg met de directie de hiervoor benodigde monsters. De gegevens uit dit onderzoek, de wijze waarop de monsters zijn genomen alsmede waar, wanneer en door wie het onderzoek is verricht, worden schriftelijk vastgelegd door de directie Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.34.01 lid 02 Vanwege paragraaf 18 van de UAV 2012 is de bepaling gewijzigd. In deze bepaling is tevens de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
52.37
Meet- en verrekenmethoden
52.37.01
Waterbouwsteen, keuring door de directie na aanvoer (bladzijde 1087 van de Standaard)
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 61 van 132
De leden 01 tot en met 07 van artikel 52.37.01 van de Standaard RAW Bepalingen zijn omgenummerd naar de leden 02 tot en met 08. Aan artikel 52.37.01 van de Standaard RAW Bepalingen is het volgende lid 01 toegevoegd. 01 Het bepaalde in de volgende leden 02 tot en met 08 is van toepassing, als het bestek vermeldt dat de directie waterbouwsteen na aanvoer keurt. Toelichting bij het nieuwe lid 01 van artikel 52.37.01 De bepaling aan bij het bepaalde in paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012.
52.5
Gebonden bekledingsconstructies
52.54
Risicoverdeling en garanties Artikel 52.54.02 is vervallen.
52.54.02
Bitumineus gebonden toepassing, keuring van bouwstoffen (bladzijden 1105 van de Standaard) Artikel 52.54.02 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden mogen bouwstoffen, voorzover eisen daaraan eisen worden gesteld voor eigenschappen die geen betrekking hebben op de CE-markering, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan. Toelichting bij het vervallen artikel 52.54.02 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 52.54.02 lid 02 is vervallen.
02 Bouwstoffen als bedoeld in het vorige lid mogen slechts worden verwerkt, nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat de bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen. Toelichting bij het vervallen artikel 52.54.02 lid 02 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd.
03 De directie is bevoegd om monsters van de in lid 01 bedoelde bouwstoffen te nemen en deze te onderzoek. Het bepaalde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 52.54.02 lid 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012.
52.54.10
Bitumineus gebonden toepassing, garantie (bladzijden 1113 en 1114 van de Standaard) Artikel 52.54.10 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 De aannemer garandeert de constructie, voorzover door hem aangebracht,
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 62 van 132
gedurende een periode van zes jaar. Bij een constructie met een oppervlakte kleiner dan 250 m2 of een hoeveelheid minder dan 100 ton, is deze periode twee jaar. De garantie houdt in dat de aannemer zich verbindt alle gebreken aan de constructie te herstellen, waarbij het bepaalde in de navolgende leden van toepassing zal zijn Het bepaalde in paragraaf 22 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 is niet van toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.54.10 lid 02 De toepassing van artikel 22 van de UAV is in de bepaling uitgesloten, derhalve behoefde deze bepaling niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 52.54.10 lid 03 is als volgt gewijzigd.
03 De garantieperiode vangt aan onmiddellijk na de dag waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 10 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 als opgeleverd wordt beschouwd. Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.54.10 lid 03 Als gevolg van paragraaf 10 van de UAV 2012 behoeft de bepaling niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 52.54.10 lid 04 is als volgt gewijzigd.
04 Bij onthouding van de goedkeuring als bedoeld in lid 3 paragraaf 9 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, gaat de garantieperiode voor gedeelten van de constructie die geen reden voor onthouding van de goedkeuring zijn, in onmiddellijk na de dag waarop de in lid 3 paragraaf 9 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 bedoelde schriftelijke mededeling aan de aannemer is verzonden. Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.54.10 lid 04 Paragraaf 9 lid 3 van de UAV 1989 is zonder wijzigingen opgenomen in lid 3 van paragraaf 9 van de UAV 2012. Als gevolg daarvan behoefde de bepaling inhoudelijk niet te worden gewijzigd. Wel is in de bepaling op twee plaatsen de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 52.54.10 lid 08 is als volgt gewijzigd.
08 De garantie duurt ten hoogste tot zeven jaar na de dag waarop de desbetreffende constructie in de zin van overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 10 lid 3 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 in gebruik wordt is genomen. Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.54.10 lid 08 Lid 3 van paragraaf 10 van de UAV 1989 is in aanzienlijk gewijzigde vorm opgenomen in lid 3 van paragraaf 10 van de UAV 2012. Echter de bepaling behoefde daardoor niet te worden gewijzigd. Wel is in de bepaling 'in de zin van' gewijzigd in 'overeenkomstig het bepaalde in', is ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’ en is het woord 'wordt' gewijzigd in 'is'. Artikel 52.54.10 lid 09 is als volgt gewijzigd.
09 Indien gedurende de garantieperiode één van de partijen gebreken aan de constructie constateert of er aanwijzingen zijn dat deze kunnen worden verwacht, stelt zij de andere partij daarvan schriftelijk op de hoogte. Uiteraard één maand voor het verstrijken van de garantieperiode nemen opdrachtgever en aannemer gezamenlijk de toestand op waarin de constructie verkeert. De opdrachtgever neemt daartoe het initiatief. De toestand wordt vastgelegd in een door partijen te
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 63 van 132
ondertekenen proces-verbaal. Paragraaf 48 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 is tijdens de garantieperiode van overeenkomstige toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.54.10 lid 09 Paragraaf 48 van de UAV 1989 is in gewijzigde vorm opgenomen in paragraaf 48 van de UAV 2012. Het betreft het in lid 3 wijzigen van de tekst ‘de statuten van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland’ in ‘het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw, zoals dit drie maanden voor de dag van aanbesteding luidt’. Bij paragraaf 48 lid 3 wordt als toelichting gegeven: over het vastleggen van de toestand in een proces-verbaal is bepaald, dat het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw geldt, zoals dit drie maanden voor de dag van de aanbesteding luidt. De bepaling behoeft vanwege deze wijziging van administratieve aard niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Artikel 52.54.10 lid 10 is als volgt gewijzigd.
10 Indien de aanwezigheid van gebreken het nemen van schadebeperkende maatregelen gewenst maakt, stelt de opdrachtgever de aannemer in de gelegenheid deze maatregelen binnen een door de opdrachtgever te bepalen termijn uit te voeren. De aannemer dient na voltooiing van deze maatregelen een rekening in voor de bedragen waarop hij aanspraak maakt. De betaling van deze rekening vindt plaats binnen vier weken na de indiening. Indien tegen de grootte van een in rekening gebracht bedrag bezwaar bestaat, ontvangt de aannemer het bedrag dat hem ontwijfelbaar toekomt. Bij een eventueel geschil naar aanleiding hiervan is de regeling opgenomen in paragraaf 01.15 van toepassing. Op de in dit lid bedoelde vordering is zijn de leden 1 en 2 van paragraaf 45, de leden 1 en 2 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 van overeenkomstige toepassing. Toelichting bij het gewijzigde artikel 52.54.10 lid 10 De leden 1 en 2 van paragraaf 45 van de UAV 1989 zijn ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
56
Conserveringswerken
56.2
Conserveringswerken, staal
56.23
Informatie-overdracht
56.23.04
Overzicht verbruik verf, straalmiddel en dergelijke (bladzijde 1168 van de Standaard) Artikel 56.23.04 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 In aanvulling op paragraaf 27 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 wordt bepaald dat de aannemer wekelijks aan de directie schriftelijk een voortschrijdend overzicht verstrekt van de aangevoerde bouwstoffen als verf, straalmiddel, verdunning en dergelijke en tevens een voortschrijdend overzicht van de verzamelde, dan wel naar een door het bevoegd gezag erkende vergunde inrichting vervoerde, bij de straalwerkzaamheden vrijgekomen hoeveelheden vuil straalmiddel en verfresten en een indicatie van de aard daarvan. Toelichting bij het gewijzigde artikel 56.23.04 lid 01 Paragraaf 27 van de UAV 1989 is in gewijzigde vorm opgenomen in de UAV 2012, echter deze
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 64 van 132
wijzigingen hebben geen invloed op de formulering van de bepaling. Wel is in de bepaling de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
56.23.05
Uitvoeringsplan (bladzijde 1168 en 1169 van de Standaard) Artikel 56.23.05 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Binnen 15 werkdagen na de dag waarop het werk is opgedragen, dient de aannemer een uitvoeringsplan in bij de directie. Het uitvoeringsplan zal worden wordt aangemerkt als een gedetailleerd werkplan in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij het gewijzigde artikel 56.23.05 lid 01 Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De in paragraaf 26 lid 6 van de UAV 2012 aanwezige verwijzing naar het gewijzigde lid 1 van paragraaf 26 van de UAV 2012 heeft geen invloed op de formulering van de bepaling en is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 65 van 132
Bijlage I (bladzijden 1203 tot en met 1241 van de Standaard) Bijlage I van de Standaard RAW Bepalingen met daarin opgenomen de ‘Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (U.A.V. 1989)’ is vervallen en is vervangen door de navolgende Bijlage I met daarin opgenomen de ‘Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012)’. HOOFDSTUK I.
ALGEMEEN
§ 1.
Aanduidingen, begripsbepalingen
1.
Verstaan wordt onder: de aannemer: de natuurlijke of rechtspersoon, aan wie het werk is opgedragen; de aannemingssom: het bedrag, waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen, de omzetbelasting daarin niet begrepen; het bestek: de beschrijving van het werk, de daarbij behorende tekeningen, de voor het werk geldende voorwaarden, de nota van inlichtingen en het proces-verbaal van aanwijzing; bouwstoffen: de in het werk te brengen materialen, voorwerpen, onderdelen, installaties of onderdelen daarvan, grond van allerlei soort en dergelijke; dag: kalenderdag; de opdrachtgever: de natuurlijke of rechtspersoon, die het werk opdraagt; de overeenkomst: de tussen opdrachtgever en aannemer tot stand gekomen overeenkomst van aanneming van werk; UAV: deze Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012; het werk: het uit te voeren werk, technische installatiewerk of de te verrichten levering; werkdag: een kalenderdag, tenzij deze valt op een algemeen of ter plaatse van het werk erkende, of door de overheid dan wel bij of krachtens collectieve arbeidsovereenkomst voorgeschreven rust- of feestdag, vakantiedag of andere niet individuele vrije dag.
2.
Indien in het bestek een afzonderlijke termijn is gesteld, binnen welke een deel van het werk moet worden opgeleverd, wordt voor de toepassing van de §§ 6, vierde lid, 8, 8a, 9, 10, 11, 12, 42 en 44 dat deel als een afzonderlijk werk aangemerkt.
3.
Indien in het bestek een afzonderlijke termijn is gesteld, binnen welke de uitvoering van het werk tot een bepaalde stand moet zijn gevorderd, voordat de oplevering plaats vindt, is het bepaalde in de §§ 8, 8a, 9 en 42 van overeenkomstige toepassing.
4.
Indien aan de totstandkoming van de overeenkomst geen aanbesteding is voorafgegaan, wordt voor de toepassing van de §§ 2, tweede lid, 6, elfde en dertiende lid, 48, tweede lid, en 49, tweede lid, in plaats van ‘de dag van aanbesteding’ gelezen ‘de dag van de prijsaanbieding van de aannemer’.
5.
Bij meerjarige onderhoudswerken, opgedragen voor een bepaalde som per jaar wordt, indien sprake is van ‘aannemingssom’ of van ‘termijn van betaling’, bedoeld de aannemingssom per jaar of de termijn van betaling van het betrokken onderhoudsjaar.
§ 2.
Van toepassing zijnde voorschriften, tegenstrijdige bepalingen
1.
De bepalingen van de UAV gelden voor zover daarvan in het bestek niet uitdrukkelijk is afgeweken.
2.
Tot het bestek behoren mede, als waren zij er letterlijk in opgenomen, de op het werk van
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 66 van 132
toepassing verklaarde technische normvoorschriften zoals deze drie maanden voor de dag van aanbesteding luiden. 3.
Op de overeenkomst is van toepassing het Nederlandse recht.
4.
Indien onderdelen van het bestek onderling tegenstrijdig zijn, wordt, tenzij een andere bedoeling uit het bestek voortvloeit, de rangorde daarvan bepaald aan de hand van de volgende regels: a. een nieuw geschreven of getekend document gaat voor een oud geschreven of getekend document; b. de beschrijving gaat voor een tekening; c. een bijzondere regeling gaat voor een algemene regeling; met dien verstande, dat regel a gaat voor de regels b en c, en regel b voor regel c. Indien toepassing van deze regels geen uitkomst biedt, wordt de tegenstrijdigheid, met inachtneming van de billijkheid, uitgelegd ten nadele van degene door of namens wie het bestek is opgesteld.
5.
Het in het vierde lid bepaalde laat onverlet de verplichting van de aannemer om de directie te waarschuwen in geval van een klaarblijkelijke tegenstrijdigheid tussen onderdelen van het bestek.
HOOFDSTUK II. VERTEGENWOORDIGING VAN PARTIJEN § 3.
Directie
1.
De opdrachtgever is gerechtigd een of meer personen aan te wijzen om als directie op te treden of de directie bij te staan dan wel als zodanig aangewezen personen door anderen te vervangen.
2.
Indien de opdrachtgever niet een of meer personen wil aanwijzen om als directie op te treden, is hij verplicht hiervan vóór de uitvoering van het werk schriftelijk mededeling te doen aan de aannemer. Indien door het niet aanwijzen of niet vervangen van een of meer personen om als directie op te treden meer van de aannemer wordt verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd, heeft hij recht op bijbetaling.
3.
De opdrachtgever geeft van elke aanwijzing als bedoeld in het eerste lid, indien deze niet reeds in het bestek is gedaan, en van elke wijziging of intrekking daarvan, onverwijld schriftelijk kennis aan de aannemer.
4.
Zolang en voor zover de opdrachtgever niet schriftelijk aan de aannemer van het tegendeel doet blijken, vertegenwoordigt de directie de opdrachtgever in alle zaken het werk betreffende. In de gevallen echter, waar in de UAV uitdrukkelijk de opdrachtgever is genoemd, is alleen deze bevoegd.
5.
Indien meer dan één persoon als directie is aangewezen, wordt ieder der aangewezen personen geacht de directie te vertegenwoordigen.
6.
De directie oefent het toezicht uit op de uitvoering van het werk en op de naleving van de overeenkomst.
7.
Personen, die zijn aangewezen om de directie bij te staan, binden deze in zoverre het tegendeel niet schriftelijk aan de aannemer is medegedeeld.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 67 van 132
8.
De directie is bevoegd te bepalen, dat door haar aan te duiden werkzaamheden niet mogen worden uitgevoerd dan in tegenwoordigheid van de directie of van door haar aangewezen personen.
9.
Indien en zolang de opdrachtgever van zijn in het eerste lid bedoelde bevoegdheid geen gebruik heeft gemaakt, treedt hij daar, waar in de UAV sprake is van de directie, in haar plaats.
§ 4.
Gevolmachtigde van de aannemer
1.
De aannemer is te allen tijde gerechtigd één of meer personen aan te wijzen om hem in zaken het werk betreffende te vertegenwoordigen. De aanwijzing door de aannemer van personen die hem in zaken het werk betreffende zullen vertegenwoordigen, moet geschieden met gebruikmaking van een volmacht overeenkomstig Bijlage A van de UAV. Ditzelfde geldt bij wijziging van bedoelde volmacht.
2.
Een door de aannemer gewaarmerkt afschrift van de volmacht wordt onverwijld aan de directie verschaft.
3.
De aanwijzing van iedere gevolmachtigde geschiedt voor het werk of voor een bepaald gedeelte ervan.
HOOFDSTUK III. ALGEMENE VERPLICHTINGEN VAN PARTIJEN § 5. Verplichtingen van de opdrachtgever 1.
De opdrachtgever zorgt er voor, dat de aannemer tijdig kan beschikken: a. over de publiekrechtelijke en privaatrechtelijke toestemmingen, die voor de opzet van het werk volgens het bestek vereist zijn; b. over het terrein of het water, waarop of waarin het werk moet worden uitgevoerd; c. over de benodigde tekeningen en andere gegevens; d. over de verstrekkingen, die de opdrachtgever ingevolge de overeenkomst doet. Indien de aard van het werk hiertoe aanleiding geeft, houdt de directie vóór de aanvang van het werk en bouwbespreking met de aannemer en de leidingbeheerders, waarbij de aannemer wordt ingelicht omtrent de juiste ligging van de zich in of nabij het werk en het werkterrein bevindende ondergrondse kabels en leidingen en waarbij wordt vastgesteld wat daarmee moet geschieden. Indien de directie deze bouwbespreking niet houdt, zal de aannemer vóór de aanvang van het werk om het houden van die bespreking verzoeken. De directie zal aan dit verzoek gevolg geven.
2.
De opdrachtgever draagt de verantwoordelijkheid voor de door of namens hem voorgeschreven constructies en werkwijzen, daaronder begrepen de invloed die daarop door de bodemgesteldheid wordt uitgeoefend, alsmede voor de door of namens hem gegeven orders en aanwijzingen.
3.
Indien bouwstoffen of hulpmiddelen, die de opdrachtgever ter beschikking heeft gesteld, gebreken mochten hebben, is de opdrachtgever aansprakelijk voor de daardoor veroorzaakte schade.
4.
De opdrachtgever is aansprakelijk voor de functionele ongeschiktheid: a. van door hem voorgeschreven bouwstoffen; b. van bouwstoffen, die bij een door hem voorgeschreven leverancier moeten worden
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 68 van 132
betrokken, tenzij de aannemer een keuzemogelijkheid had met betrekking tot deze bouwstoffen. Onder de functionele ongeschiktheid van bouwstoffen wordt verstaan het naar hun aard niet geschikt zijn van deze bouwstoffen voor het doel waarvoor zij blijkens het bestek zijn bestemd. 5.
(Vervallen).
6.
Indien wettelijke voorschriften of beschikkingen van overheidswege hogere eisen aan het werk stellen dan in de overeenkomst is bepaald, zullen wijzigingen van het werk, welke nodig zijn om aan die eisen te voldoen, worden verrekend als meer werk.
7.
De opdrachtgever zal het aan de aannemer toekomende volgens de in de overeenkomst gestelde regelen voldoen.
8.
Indien het bouwterrein, de uit het werk komende oude bouwstoffen of de door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen verontreinigd zijn, wordt de aard en de omvang daarvan, voor zover voor de uitvoering van het werk van belang, in het bestek vermeld. De opzet van het werk zal zodanig zijn, dat daardoor schade aan personen, goederen of milieu zoveel mogelijk wordt beperkt.
§ 6. Verplichtingen van de aannemer 1.
De aannemer is verplicht het werk uit te voeren naar de bepalingen van de overeenkomst zonder aanspraak op verrekening, bijbetaling of schadevergoeding te kunnen doen gelden dan in de gevallen, waarin dat bepaaldelijk voorgeschreven of kennelijk bedoeld is. Hij is verplicht al datgene te verrichten, wat naar de aard van de overeenkomst door de wet, de billijkheid of het gebruik wordt gevorderd of tot een behoorlijke aanwending der bouwstoffen behoort.
2.
De aannemer is verplicht het werk uit te voeren volgens de door de directie te verstrekken en de door haar goed te keuren tekeningen. Hij is verplicht de orders en aanwijzingen op te volgen, die hem door de directie worden gegeven.
3.
De verplichtingen van de aannemer omvatten mede: a. de levering van de nodige bouwstoffen en het verrichten van de nodige werkzaamheden; b. de beschikbaarstelling van gereedschap, materieel, hulpmaterialen, hulpstoffen, hulpwerken en andere hulpmiddelen, nodig voor de uitvoering van het werk en het verrichten van de nodige hulpwerkzaamheden; c. de betaling van precario, kosten van aansluiting van hulpleidingen en dergelijke.
4.
Het werk en de uitvoering daarvan zijn voor rekening van de aannemer met ingang van de datum van aanvang of zoveel eerder als de aannemer ingevolge § 7, tweede lid, met het werk begint, tot en met de dag waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in § 10, eerste of tweede lid, als opgeleverd wordt beschouwd. Onder het werk en de uitvoering daarvan worden mede begrepen de voorbereiding, de aanvoer van bouwstoffen, de uitvoering van hulpwerken, de doelmatigheid en capaciteit van werktuigen en gereedschappen.
5.
De uitvoering van het werk moet zodanig zijn, dat de totstandkoming van het werk overeenkomstig de volgens § 8, eerste lid, in het bestek voorgeschreven termijn verzekerd is.
6.
De wijze van uitvoering van het werk moet zodanig zijn, dat voor de opdrachtgever dan wel voor derden geen nodeloze hinder is te duchten. De aannemer dient het werk zodanig uit te
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 69 van 132
voeren, dat daardoor schade aan personen, goederen of milieu zoveel mogelijk wordt beperkt. 7.
Onvoldoend werk wordt binnen een door de directie in billijkheid te stellen termijn tot haar genoegen door de aannemer verbeterd of vernieuwd. Deze verbetering of vernieuwing geschiedt op kosten van de aannemer, tenzij het onvoldoend werk het gevolg is van een omstandigheid die voor rekening van de opdrachtgever komt.
8.
De aannemer is aansprakelijk voor schade aan met het werk in verband staande werken van de opdrachtgever en aan andere werken en eigendommen van de opdrachtgever, voor zover deze door de uitvoering van het werk is toegebracht en is toe te rekenen aan nalatigheid, onvoorzichtigheid of verkeerde handelingen van de aannemer, zijn personeel, zijn onderaannemers of zijn leveranciers.
9.
De aannemer vrijwaart de opdrachtgever tegen aanspraken van derden tot vergoeding van schade, voor zover deze door de uitvoering van het werk is toegebracht en is toe te rekenen aan nalatigheid, onvoorzichtigheid of verkeerde handelingen van de aannemer, zijn personeel, zijn onderaannemers of zijn leveranciers.
10.
De aannemer zorgt voor de tijdige verkrijging van publiekrechtelijke en privaatrechtelijke toestemmingen, die hij nodig heeft of wenst, voor zover zij niet behoren tot die, waarvoor de opdrachtgever ingevolge het bepaalde in § 5, eerste lid, sub a zorg draagt.
11.
De aannemer wordt geacht bekend te zijn met de voor de uitvoering van het werk van belang zijnde wettelijke voorschriften en beschikkingen van overheidswege, voor zover deze op de dag van aanbesteding in werking zijn getreden. De aan de naleving van deze voorschriften en beschikkingen verbonden gevolgen zijn voor zijn rekening.
12.
De gevolgen van de naleving van voorschriften van bijzondere aard zijn voor rekening van de aannemer, tenzij redelijkerwijs moet worden aangenomen, dat hij deze voorschriften niet behoefde te kennen. In dit laatste geval heeft hij aanspraak op bijbetaling.
13.
De gevolgen van de naleving van wettelijke voorschriften of beschikkingen van overheidswege, die na de dag van aanbesteding in werking treden, komen voor rekening van de opdrachtgever, tenzij redelijkerwijs moet worden aangenomen dat de aannemer die gevolgen reeds op de dag van aanbesteding had kunnen voorzien. Indien echter in de overeenkomst bepalingen zijn opgenomen betreffende de verrekening van wijzigingen van lonen en sociale lasten of van prijzen, uren en vrachten, komen de gevolgen daarvan slechts voor rekening van de opdrachtgever, indien en voor zover zulks uit die bepalingen voortvloeit.
14.
Indien de constructies, werkwijzen, orders en aanwijzingen, bedoeld in § 5, tweede lid, dan wel de bouwstoffen of hulpmiddelen, bedoeld in § 5, derde lid, klaarblijkelijk zodanige fouten bevatten of gebreken vertonen, dat de aannemer in strijd met de eisen van redelijkheid en billijkheid zou handelen door zonder de directie daarop te wijzen tot uitvoering van het desbetreffende onderdeel van het werk over te gaan, is hij voor de schadelijke gevolgen van zijn verzuim aansprakelijk. Het in dit lid bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de in § 5, vierde lid, en deze paragraaf, zevenentwintigste lid, bedoelde gevallen.
15.
Indien de aannemer meent, behalve op de aannemingssom, op de vergoeding van de omzetbelasting en op de verrekening ingevolge de §§ 35 tot en met 39, nog andere aanspraken jegens de opdrachtgever te hebben, geeft hij daarvan zo spoedig mogelijk schriftelijk aan deze kennis en in elk geval op zodanig tijdstip dat de directie de ter zake
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 70 van 132
nodige gegevens kan verzamelen. Aan het verzamelen van die gegevens verleent de aannemer zijn medewerking. De opdrachtgever of de directie kan van de aannemer nadere inlichtingen verlangen omtrent de door hem kenbaar gemaakte aanspraken. 16.
De aannemer zorgt voor orde en veiligheid op het werk. Hij zorgt tevens voor een zodanige verlichting, dat een goede uitvoering van het werk gewaarborgd is.
16a. Wanneer bij de uitvoering van het werk voorwerpen of stoffen worden aangetroffen, waarvan redelijkerwijs geacht kan worden dat deze schade kunnen toebrengen aan personen, goederen of milieu, brengt de aannemer dit onmiddellijk ter kennis van de directie. Hij neemt terstond, zo mogelijk in overleg met de directie, de door de omstandigheden vereiste veiligheidsmaatregelen. 17.
De aannemer is verplicht alle onbekwame dan wel ongeschikte personen, die van zijnentwege of vanwege een onderaannemer of leverancier op het werk aanwezig zijn, op verlangen van de directie onverwijld daarvan te doen verwijderen.
18.
De aannemer moet gedurende de uitvoering van het werk op of in de nabijheid van de plaats, waar het wordt uitgevoerd, aanwezig zijn, tenzij de directie zulks onnodig oordeelt of een gevolmachtigde hem overeenkomstig § 4 vertegenwoordigt.
19.
De aannemer zorgt er voor, dat bij de uitvoering van het werk, tenzij hijzelf of zijn gevolmachtigde ter plaatse is, steeds een persoon aanwezig is, die de opdracht heeft orders of aanwijzingen van de directie op te volgen en deze onverwijld aan hem of zijn gevolmachtigde over te brengen.
20.
De aannemer verleent toegang tot het werk en het werkterrein aan de personen, die door de opdrachtgever of de directie tot toegang zijn gemachtigd, voor zover hij daartegen geen redelijke bezwaren heeft.
21.
Behalve het te werk gestelde personeel en uit anderen hoofde bevoegde personen mag de aannemer andere personen op het werk en het werkterrein toelaten voor zover de opdrachtgever of de directie daartegen geen redelijke bezwaren kenbaar maakt.
22.
De aannemer zorgt er voor, dat de directie en door de directie aangewezen personen, voor zover fabrieksgeheim zich daartegen niet verzet, vrije toegang hebben tot de terreinen, fabrieken, werkplaatsen en loodsen, zowel van de aannemer als van onderaannemers en leveranciers, waar werkzaamheden ten behoeve van het werk worden verricht of voor het werk bestemde bouwstoffen zijn opgeslagen, teneinde de werkzaamheden respectievelijk de bouwstoffen te inspecteren.
23.
Indien uit hoofde van fabrieksgeheim vrije toegang als bedoeld in het voorgaande lid niet of niet ten volle kan worden gegeven, moet hiervan kennis worden gegeven: a. bij de inschrijving, indien de bevoegdheid tot het verlenen van vrije toegang bij de aannemer berust; b. bij de aanvraag tot goedkeuring van de betrokken onderaannemer of leverancier, indien de bevoegdheid bij een van hen berust. Een kennisgeving als bedoeld onder a zal niet worden aangemerkt als een aan de inschrijving verbonden voorwaarde.
24.
Indien twee of meer personen tezamen een werk hebben aangenomen, zijn zij hoofdelijk voor de gehele uitvoering daarvan aansprakelijk. Zij zijn verplicht een van hen schriftelijk aan te wijzen om hen in alle opzichten te vertegenwoordigen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 71 van 132
25.
De aannemer mag het werk niet geheel of ten dele aan een ander overdragen zonder schriftelijke goedkeuring van de opdrachtgever.
26.
De aannemer kan bepaalde onderdelen van het werk in onderaanneming laten uitvoeren, mits voor de keuze van deze onderdelen en van de daarvoor in te schakelen onderaannemers de schriftelijke goedkeuring van de directie is verkregen; deze goedkeuring zal niet mogen worden onthouden op onredelijke gronden. De aannemer blijft niettemin jegens de opdrachtgever voor die onderdelen ten volle verantwoordelijk.
27.
Indien door of namens de opdrachtgever het inschakelen van een bepaalde onderaannemer of leverancier is of wordt voorgeschreven, is de aannemer voor wat het presteren van die onderaannemer of leverancier betreft jegens de opdrachtgever tot niet meer gehouden dan tot datgene, waartoe de aannemer die onderaannemer of leverancier kan houden krachtens de voorwaarden door deze gehanteerd en zoals deze door de opdrachtgever zijn aanvaard of goedgekeurd. Indien de voorgeschreven onderaannemer of leverancier niet, niet tijdig of niet deugdelijk presteert en de aannemer het redelijkerwijs nodige heeft gedaan om nakoming en/of schadevergoeding te verkrijgen, zal de opdrachtgever de voor de aannemer ontstane meerdere kosten aan hem vergoeden, voor zover deze hem niet zijn vergoed door de onderaannemer of leverancier. Daartegenover zal de aannemer, op eerste verzoek van de opdrachtgever, aan deze zijn vordering op de voorgeschreven onderaannemer of leverancier cederen tot aan het door de opdrachtgever aan hem vergoede bedrag.
28.
Indien onderdelen van het werk in onderaanneming worden uitgevoerd, zal de aannemer de onderaannemer volledig inlichten omtrent de bepalingen van het bestek, die bij het desbetreffende onderdeel van belang kunnen zijn, en omtrent de wijze van uitvoering.
29.
Orders en aanwijzingen betreffende die onderdelen zullen door de directie uitsluitend aan de aannemer worden kenbaar gemaakt en zullen door deze aan de onderaannemer worden doorgegeven, tenzij de aannemer na overleg met de onderaannemer schriftelijk verzoekt bedoelde orders en aanwijzingen tevens rechtstreeks aan de onderaannemer mede te delen.
30.
De aannemer is verplicht ter zake van de overeenkomst in Nederland domicilie te hebben voor zover hij niet reeds in Nederland is gevestigd.
HOOFDSTUK IV. AANVANG, UITVOERINGSDUUR, OPLEVERING § 7. Datum van aanvang 1.
Als datum van aanvang zal worden aangemerkt de vijfde werkdag na de dag waarop de aannemer het werk is opgedragen.
2.
Tenzij in het bestek anders is bepaald, staat het de aannemer vrij, behoudens bezwaar van de directie, ook vóór de datum van aanvang met het werk te beginnen.
§ 8. Uitvoeringsduur, uitstel van oplevering 1.
De termijn, binnen welke het werk moet worden opgeleverd, wordt in het bestek uitgedrukt: a. hetzij in een aantal werkbare werkdagen; b. hetzij in een aantal kalenderdagen, -weken of -maanden; c. hetzij door een bepaalde dag te noemen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 72 van 132
2.
Indien een termijn is uitgedrukt in een aantal werkbare werkdagen, worden werkdagen, respectievelijk halve werkdagen, als onwerkbaar beschouwd, wanneer daarop door omstandigheden buiten de aansprakelijkheid van de aannemer gedurende ten minste vijf uren, respectievelijk ten minste twee uren, door het grootste deel van de arbeiders of machines niet kon worden gewerkt.
3.
Als de oplevering van het werk zou moeten geschieden op een dag die geen werkdag is, geldt de eerstvolgende werkdag als de overeengekomen dag van oplevering.
4.
De termijn, binnen welke het werk moet worden opgeleverd, kan door de opdrachtgever worden verlengd, hetzij eigener beweging, hetzij op een daartoe strekkend verzoek van de aannemer. Een verzoek van de aannemer om termijnverlenging zal slechts in overweging kunnen worden genomen, indien dit schriftelijk geschiedt en - behoudens ontheffing door de directie - ten minste veertien dagen voor het verstrijken van de termijn bij de directie is bezorgd.
5.
Indien door overmacht, door voor rekening van de opdrachtgever komende omstandigheden, of door het door of namens de opdrachtgever aanbrengen van bestekswijzigingen dan wel van wijzigingen in de uitvoering van het werk, niet van de aannemer kan worden gevergd dat het werk binnen de overeengekomen termijn wordt opgeleverd, heeft hij recht op termijnverlenging.
§ 8a. Beproeving 1.
Beproeving van het technische installatiewerk of een of meer onderdelen daarvan vindt plaats, indien dit is overeengekomen. De beproeving geschiedt door de aannemer in aanwezigheid van de directie en dient om vast te stellen of het technische installatiewerk, of het desbetreffende onderdeel daarvan, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen voor zover dit op het tijdstip van de beproeving mogelijk is.
2.
Aannemer en directie stellen in onderling overleg het tijdstip van de beproeving vast. Indien aannemer en directie niet komen tot gemeenschappelijke vaststelling van het tijdstip van de beproeving, stelt de aannemer dit tijdstip vast en geeft van dit tijdstip ten minste acht dagen tevoren schriftelijk kennis aan de directie.
3.
Ten behoeve van de beproeving stelt de aannemer voor zijn rekening het nodige materieel en het personeel voor de bediening daarvan beschikbaar. De kosten van de voor de beproeving benodigde hoeveelheid water en energie zijn voor rekening van de opdrachtgever.
4.
Zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vijf dagen na de beproeving, stelt de aannemer een rapport op waarin het beproevingsresultaat is opgenomen, alsmede, indien zulks is overeengekomen, een meetstaat die de meetresultaten en andere relevante gegevens vermeldt. Door de ondertekening van dit in tweevoud op te maken rapport door de aannemer en de directie staan de resultaten van de beproeving vast. Indien de directie tijdens de beproeving niet aanwezig is geweest, staan de resultaten van de beproeving vast door de enkele vermelding daarvan in het rapport.
5.
Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het technische installatiewerk, op het gebied bestreken door de beproeving, niet voldoet aan hetgeen is overeengekomen, zal, nadat de aannemer de nodige verbeteringen heeft aangebracht, de beproeving worden herhaald. Op deze herhaalde beproeving zijn de vorige leden van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat in dit geval de kosten voor water en energie, benodigd voor de beproeving, voor rekening van de aannemer zijn.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 73 van 132
6.
Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het technische installatiewerk, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen en het technische installatiewerk ook overigens is voltooid, vindt opneming van het technische installatiewerk plaats zoals bedoeld in § 9.
§ 9. Opneming en goedkeuring 1.
De opneming van het werk geschiedt op schriftelijke, tot de directie gerichte aanvrage van de aannemer, waarin deze mededeelt op welke dag het werk naar zijn oordeel voltooid zal zijn. De directie kan genoegen nemen met een mondelinge mededeling, welke in het dagboek of weekrapport, bedoeld in § 27, wordt aangetekend.
2.
De opneming geschiedt zo spoedig mogelijk en in de regel binnen acht dagen na de in het eerste lid bedoelde dag. De dag en het tijdstip van opneming worden aan de aannemer tijdig en zo mogelijk ten minste drie dagen tevoren schriftelijk medegedeeld. De directie kan verlangen, dat de aannemer of zijn gevolmachtigde bij de opneming tegenwoordig is.
3.
Nadat het werk is opgenomen, wordt aan de aannemer binnen acht dagen schriftelijk medegedeeld, of het al dan niet is goedgekeurd, in het laatste geval met opgaaf van de gebreken, die de redenen voor de onthouding van de goedkeuring zijn. Wordt het werk goedgekeurd, dan wordt als dag van goedkeuring aangemerkt de dag waarop de desbetreffende mededeling aan de aannemer is verzonden.
4.
Met toestemming van de aannemer kan, in plaats van de schriftelijke mededeling bedoeld in het vorige lid, worden volstaan met een overeenkomstige aantekening in het dagboek of weekrapport, met vermelding van de datum der aantekening. Alsdan wordt, indien het werk wordt goedgekeurd, als dag van goedkeuring aangemerkt de dag waarop de desbetreffende aantekening is geplaatst.
5.
Wordt niet binnen acht dagen na de opneming een schriftelijke mededeling, of het werk al dan niet is goedgekeurd, aan de aannemer verzonden dan wel, in het geval bedoeld in het vierde lid, een overeenkomstig aantekening in het dagboek of weekrapport geplaatst, dan wordt het werk geacht op de achtste dag na de opneming te zijn goedgekeurd.
6.
Geschiedt de opneming niet binnen vijftien dagen na de in het eerste lid bedoelde dag, dan kan de aannemer bij aangetekende brief een nieuwe aanvrage tot de directie richten, met verzoek het werk binnen acht dagen op te nemen. Voldoet de directie niet aan dit verzoek, dan wordt het werk geacht op de achtste dag na de verzending van die brief te zijn goedgekeurd.
7.
Kleine gebreken, die gevoeglijk vóór een nog volgende betalingstermijn kunnen worden hersteld, zullen geen reden tot onthouding van goedkeuring mogen zijn, mits zij een eventuele ingebruikneming niet in de weg staan. De aannemer is gehouden de in dit lid bedoelde gebreken zo spoedig mogelijk te herstellen
8.
Met betrekking tot een heropneming na onthouding van goedkeuring vinden de bovenvermelde bepalingen overeenkomstige toepassing.
9.
Bij een heropneming zullen andere gebreken dan die, welke overeenkomstig het zevende lid aan de aannemer zijn opgegeven, alleen dan reden tot hernieuwde onthouding van goedkeuring kunnen zijn, indien zij eerst na de voorafgegane opneming aan de dag zijn getreden.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 74 van 132
§ 10. Oplevering 1.
Het werk wordt als opgeleverd beschouwd, indien het overeenkomstig het bepaalde in § 9 is of geacht wordt te zijn goedgekeurd. De dag, waarop het werk is of geacht wordt te zijn goedgekeurd, geldt als dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd.
1a.
Indien in het bestek is voorgeschreven dat de aannemer de opdrachtgever bedienings- en onderhoudsvoorschriften zal verstrekken met betrekking tot het technische installatiewerk, overhandigt hij deze op het tijdstip van ingebruikneming van het technische installatiewerk, of van het desbetreffende onderdeel daarvan, dan wel uiterlijk op de dag waarop het technische installatiewerk als opgeleverd wordt beschouwd. Indien in het bestek is voorgeschreven dat de aannemer de opdrachtgever revisietekeningen met betrekking tot het technische installatiewerk zal verstrekken, overhandigt hij deze uiterlijk drie maanden na de dag waarop het technische installatiewerk als opgeleverd wordt beschouwd.
2.
Indien de aannemer niet een aanvrage om opneming als bedoeld in § 9, eerste lid, tot de directie heeft gericht, doch de opdrachtgever het werk voltooid acht, kan deze de aannemer zulks schriftelijk mededelen. De vijfde dag na de verzending van deze mededeling geldt dan als dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd.
3.
De opdrachtgever kan het werk, voordat dit voltooid is, of een al dan niet voltooid onderdeel daarvan, in gebruik nemen of doen nemen mits de ingebruikneming een voldoende voortgang van het werk niet in gevaar brengt. De opdrachtgever gaat hiertoe niet over dan nadat hij dit schriftelijk aan de aannemer heeft medegedeeld en hij deze heeft gehoord en een opneming, dan wel – indien het een technisch installatiewerk betreft – een beproeving en opneming als bedoeld in § 8a van het in gebruik te nemen werk of onderdeel daarvan heeft plaatsgevonden. Indien door de ingebruikneming meer wordt verlangd van de aannemer dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd, zal dit worden verrekend als meer werk. Indien door de ingebruikneming schade aan het werk ontstaat komt deze schade niet voor rekening van de aannemer. Door de in dit lid bedoelde ingebruikneming en opneming wordt het werk, dan wel dat onderdeel, niet als opgeleverd beschouwd. Voor technische installatiewerken geldt dat indien in het bestek een onderhoudstermijn als bedoeld in § 11 is voorgeschreven, door de in dit lid bedoelde ingebruikneming de onderhoudstermijn onmiddellijk ingaat na de dag van ingebruikneming.
§ 11. Onderhoudstermijn 1.
Indien in het bestek een onderhoudstermijn is voorgeschreven, gaat deze termijn in onmiddellijk na de dag waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in § 10, eerste of tweede lid, als opgeleverd wordt beschouwd.
2.
De aannemer is gehouden gebreken, welke in de onderhoudstermijn aan de dag treden, te herstellen, met uitzondering echter van die, waarvoor de opdrachtgever op grond van § 5, tweede lid de verantwoordelijkheid draagt of waarvoor hij op grond van § 5, derde of vierde lid, aansprakelijk is. Onder de in dit lid bedoelde gebreken vallen niet die gebreken die het gevolg zijn van onjuist of onzorgvuldig gebruik dan wel gekwalificeerd kunnen worden als normaal te verwachten slijtage als gevolg van het feitelijke gebruik.
3.
Het in het tweede lid bedoelde herstel geschiedt voor rekening van de aannemer, tot genoegen van de directie en binnen een door haar in billijkheid te stellen termijn.
4.
In de onderhoudstermijn optredende schade aan het werk is voor rekening van de
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 75 van 132
opdrachtgever, met uitzondering echter van die schade, welke het gevolg is van door de aannemer verricht onvoldoend werk. In het laatste geval is het bepaalde in het derde lid van overeenkomstige toepassing. 5.
Indien de aannemer zich desgevraagd verbindt tot herstel van niet voor zijn rekening komende gebreken of schade aan het werk, geschiedt de verrekening daarvan als meer werk.
6.
Na afloop van de onderhoudstermijn zal het werk wederom worden opgenomen om te constateren, of de aannemer aan zijn verplichtingen heeft voldaan, waarbij wordt gehandeld overeenkomstig het bepaalde in § 9.
§ 12. Aansprakelijkheid van de aannemer na de oplevering 1.
Na de dag, waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in § 10, eerste of tweede lid, als opgeleverd wordt beschouwd, is de aannemer niet meer aansprakelijk voor tekortkomingen aan het werk.
2.
Het in het eerste lid bepaalde lijdt uitzondering indien sprake is van een gebrek: (a) dat toe te rekenen is aan de aannemer en (b) dat bovendien ondanks nauwlettend toezicht tijdens de uitvoering dan wel bij de opneming van het werk als bedoeld in § 9, tweede lid, door de directie redelijkerwijs niet onderkend had kunnen worden en waarvan (c) de aannemer binnen een redelijke termijn na de ontdekking mededeling is gedaan.
3.
(Vervallen).
4.
De rechtsvordering uit hoofde van een gebrek waarvoor de aannemer krachtens het tweede lid aansprakelijk is, is niet ontvankelijk indien zij wordt ingesteld na verloop van: (a) vijf jaren na de in het eerste lid bedoelde dag, of (b) tien jaren na de in het eerste lid bedoelde dag, indien het werk geheel of gedeeltelijk is ingestort of dreigt in te storten dan wel ongeschikt is geraakt of ongeschikt dreigt te geraken voor de bestemming waarvoor het blijkens de overeenkomst bedoeld is en dit slechts kan worden verholpen of kan worden voorkomen door het treffen van zeer kostbare voorzieningen.
5.
Indien in het bestek een onderhoudstermijn is voorgeschreven, treedt voor de toepassing van deze paragraaf de dag na het verstrijken van die termijn in de plaats van de in het eerste lid bedoelde dag en wordt onder opneming van het werk verstaan: de opneming genoemd in § 11, zesde lid.
HOOFDSTUK V. WIJZIGING TIJDSTIPPEN VAN UITVOERING, SCHORSING, BEËINDIGING IN ONVOLTOOIDE STAAT § 13. Wijziging tijdstippen van uitvoering 1.
De directie is bevoegd: a. indien in het bestek een onderhoudstermijn als bedoeld in § 11, eerste lid, is voorgeschreven, de uitvoering van ondergeschikte werkzaamheden tot in die onderhoudstermijn te verschuiven; b. bij meerjarig onderhoud de uitvoering van werken, waartoe de aannemer in een bepaald jaar verplicht is, in een ander jaar binnen de duur van dit onderhoud te verlangen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 76 van 132
2.
Indien het voorafgaande aanleiding tot verrekening geeft, wordt daarvoor overeenkomstig het bepaalde in § 36 een regeling getroffen.
§ 14. Schorsing van het werk en beëindiging van het werk in onvoltooide staat 1.
De opdrachtgever is bevoegd de uitvoering van het werk voor het geheel of voor een gedeelte te schorsen.
2.
In spoedeisende gevallen is de directie, hangende de beslissing van de opdrachtgever, voorlopig tot zodanige schorsing bevoegd.
3.
Gedurende de schorsing is de aannemer verplicht: a. in overleg met de directie gepaste maatregelen te nemen ter voorkoming en beperking van schade, die aan het werk zou kunnen ontstaan; b. na te laten zowel hetgeen schade aan het werk ten gevolge zou kunnen hebben als hetgeen de latere voortzetting zou kunnen bemoeilijken.
4.
Voorzieningen, die de aannemer ten gevolge van de schorsing moet treffen, worden als meer werk met hem verrekend. Schade, die de aannemer ten gevolge van de schorsing lijdt, wordt hem vergoed.
5.
Indien de schorsing langer dan één maand duurt, kan de aannemer bovendien vorderen, dat een evenredige betaling voor het uitgevoerde gedeelte van het werk plaats heeft. Daarbij wordt rekening gehouden met de nog niet verwerkte bouwstoffen, voor zover deze in verband met het bepaalde in § 19 eigendom van de opdrachtgever zijn geworden. Nog niet verwerkte voor keuring gereed zijnde bouwstoffen worden op verzoek van de aannemer eerst nog gekeurd.
6.
Indien de schorsing van het gehele werk langer duurt dan zes maanden, is de aannemer bevoegd het werk in onvoltooide staat te beëindigen.
7.
De opdrachtgever is bevoegd de aannemer op te dragen het werk in onvoltooide staat te beëindigen.
8.
Wanneer door voor rekening van de opdrachtgever komende omstandigheden de uitvoering van het werk gedurende meer dan twee maanden ononderbroken is vertraagd, is de aannemer bevoegd het werk in onvoltooide staat te beëindigen.
9.
In de gevallen bedoeld in het zesde, zevende en achtste lid zal de opdrachtgever zo spoedig mogelijk na de beëindiging het werk overnemen. De aannemer is tot aan de overneming van het werk door de opdrachtgever gehouden de in het derde lid bedoelde verplichtingen na te komen.
10.
De aannemer heeft alsdan recht op de aannemingssom, vermeerderd met de kosten die hij als gevolg van de niet voltooiing heeft moeten maken en verminderd met de hem door de beëindiging bespaarde kosten. Aanspraken van de aannemer en de opdrachtgever op hetgeen overigens ter zake van de overeenkomst verschuldigd is blijven onverlet.
HOOFDSTUK VI. WERKTERREIN, RECLAME § 15. Werkterrein 1.
Indien in het bestek oppervlakten van grond of water als werkterrein zijn aangeduid, heeft de
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 77 van 132
aannemer daarover de kosteloze beschikking, zolang de uitvoering van het werk dit nodig maakt. Gebruik van ander terrein of water als werkterrein is voor rekening van de aannemer. 2.
De directie wijst aan, na overleg met de aannemer, welke gedeelten van het werkterrein in gebruik mogen worden genomen als opslagplaatsen en voor de plaatsing van keten, loodsen, hulpwerken en andere hulpmiddelen.
3.
De aannemer kan vóór de aanvang van het werk schriftelijk vorderen, dat de toestand van het werkterrein zo goed mogelijk wordt vastgesteld, in welk geval de opneming door de directie in samenwerking met en voor rekening van de aannemer ten spoedigste plaats vindt. Indien daarbij afwijkingen ten opzichte van de in het bestek omschreven toestand aan het licht komen, is het bepaalde in § 29, derde lid, van toepassing.
4.
Na gebruik en uiterlijk bij de oplevering moet het werkterrein naar genoegen van de directie zoveel mogelijk weder in de oorspronkelijke toestand worden opgeleverd.
§ 16. Afsluiting, reclame 1.
Indien de opdrachtgever afsluiting van het werk en het werkterrein nodig oordeelt, wordt de wijze van afsluiting in het bestek omschreven.
2.
De opdrachtgever heeft het recht om na overleg met de aannemer op schuttingen en afrasteringen, welke dienen ter afsluiting van het werk of het werkterrein, alsmede elders op het werkterrein of aan het werk reclame of andere kennisgevingen aan te brengen.
3.
Aan de aannemer is het evenwel toegestaan op een deel van die plaatsen aanduidingen van zijn naam en bedrijf aan te brengen, mits plaats, uiterlijk en afmetingen hiervan door de directie zijn goedgekeurd. Hetzelfde kan door de directie op een door tussenkomst van de aannemer gedaan verzoek aan onderaannemers en leveranciers worden toegestaan.
HOOFDSTUK VII. BOUWSTOFFEN § 17. Verwerking van bouwstoffen 1.
Met inachtneming van § 5, derde en vierde lid, alsmede § 6, zevenentwintigste lid, staat de aannemer in voor de goede hoedanigheid van de bouwstoffen, voor de geschiktheid voor hun bestemming en het voldoen aan de gestelde eisen, alsmede voor de tijdige levering.
2.
Indien en voor zover in het bestek is bepaald dat bouwstoffen gekeurd moeten worden, mag de aannemer deze niet verwerken voordat deze zijn goedgekeurd.
3.
De directie kan verlangen, dat goedgekeurde bouwstoffen ook nadat zij zijn verwerkt alsnog worden vervangen, indien daaraan na de keuring nog gebreken worden geconstateerd. Deze vervanging geschiedt voor rekening van de opdrachtgever en wordt als meer werk verrekend, onverminderd het recht van de aannemer op schadevergoeding, indien daartoe gronden zijn. Indien echter het gebrek redelijkerwijs niet door de directie had kunnen worden onderkend en het gebrek aan de aannemer kan worden toegerekend, komt deze vervanging voor rekening van de aannemer.
4.
De directie is bevoegd een bewijs van oorsprong van bouwstoffen te verlangen.
5.
Indien de directie zulks goed vindt, zal de aannemer in plaats van met een fabrieksnaam aangeduide bouwstoffen andere mogen leveren, mits van overeenkomstige hoedanigheid. De directie onthoudt de goedkeuring niet op onredelijke gronden.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 78 van 132
§ 18. Keuring van bouwstoffen 1.
Indien en voor zover in het bestek is bepaald dat bouwstoffen door de directie worden gekeurd, worden deze in geval van goedkeuring zo nodig gemerkt. Door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen worden geacht te zijn goedgekeurd. Indien voorgeschreven is dat bouwstoffen moeten worden geleverd met een kwaliteitsverklaring afkomstig van een door de Raad voor de Accreditatie erkende certificatie-instelling, wordt in het kader van de keuring volstaan met een uitwendige visuele beoordeling. De kwaliteitsverklaring wordt door de aannemer ter gelegenheid van de beoordeling door de directie aan haar ter beschikking gesteld.
2.
Ten behoeve van de keuring moeten de monsters en bouwstoffen tijdig op het werk of in de werkplaatsen worden aangevoerd. Zolang de directie zulks nodig oordeelt, blijven door de aannemer ingediende monsters onder haar berusting; zij zijn evenwel voor zijn rekening en blijven voor hem toegankelijk.
3.
De aannemer verleent bij de keuring, alsmede bij het merken van goedgekeurde bouwstoffen, de nodige hulp en stelt daartoe personeel en eenvoudige hulpmiddelen ter beschikking.
4.
De aannemer is bevoegd bij de keuring aanwezig te zijn of zich te doen vertegenwoordigen; de directie kan dit van hem verlangen.
5.
De directie is bevoegd bouwstoffen door derden te doen onderzoeken; de hieraan verbonden kosten zijn voor rekening van de opdrachtgever, behoudens het bepaalde in het zesde lid, onder d.
6.
Voor rekening van de aannemer komen de kosten van: a. het beschikbaar stellen van de voor de keuring nodige bouwstoffen; b. het brengen van de bouwstoffen in een voor de keuring geschikte samenstelling en vorm; c. de emballage en de verzending van elders te keuren bouwstoffen; d. het in het vijfde lid bedoelde onderzoek, indien dit tot afkeuring leidt, tenzij het een bouwstof betreft, in het bestek aangeduid met een fabrieksnaam, of waarvan de leverancier door of namens de opdrachtgever is aangewezen; e. de in het twaalfde lid bedoelde herkeuring, indien de deskundige de afkeuring handhaaft.
7.
De in het vorige lid bedoelde kosten worden zo nodig overeenkomstig § 42, zesde lid, verrekend.
8.
De keuring geschiedt – ter keuze van de directie – op het werk, in de middelen van vervoer of elders, zo spoedig mogelijk na aanvoer of gereedkoming. Indien, ondanks een door de directie ontvangen schriftelijk verzoek van de aannemer om bouwstoffen te keuren, uiterlijk op een in dat verzoek vermeld redelijk tijdstip de schriftelijke mededeling van de uitslag van de keuring niet door de aannemer is ontvangen, worden die bouwstoffen geacht te zijn goedgekeurd. Onder een schriftelijk verzoek en onder een mededeling als in dit lid bedoeld wordt mede verstaan een aantekening in het dagboek of weekrapport, bedoeld in § 27.
9.
Verzoekt de aannemer om keuring op een andere plaats dan door de directie is voorgeschreven, dan wordt dat niet geweigerd, indien toestaan niet in strijd is met de belangen van een goede hoedanigheid van het werk en van doeltreffende controle en mits de aannemer de hogere kosten ervan voor zijn rekening neemt.
10.
Waardevermindering en verlies van voor de keuring gebezigde bouwstoffen worden aan de aannemer niet vergoed.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 79 van 132
11.
Ingeval van afkeuring van bouwstoffen kan zowel de directie als de aannemer vorderen, dat een in onderlinge overeenstemming getrokken monster uit die bouwstoffen tot na de beslechting van het uit die afkeuring mogelijk voortvloeiend geschil wordt bewaard. Deze monsters worden door beiden gewaarmerkt. De bewaring geschiedt op een in onderlinge overeenstemming te bepalen plaats.
12.
De aannemer heeft de bevoegdheid om ingeval van afkeuring van bouwstoffen herkeuring aan te vragen door een in overeenstemming met de opdrachtgever aan te wijzen deskundige, aan wiens uitspraak partijen ook in een later geschil gebonden zijn.
13.
Afgekeurde bouwstoffen worden zo spoedig mogelijk afgezonderd en van het werk verwijderd, ook indien zij reeds mochten zijn verwerkt.
§ 19. Eigendom van bouwstoffen 1.
Alle voor het werk bestemde bouwstoffen worden – zonder dat de opdrachtgever daardoor aansprakelijk wordt voor betalingen aan leveranciers of andere rechthebbenden – eigendom van de opdrachtgever, zodra zij zijn goedgekeurd en de aannemer door overlegging van (een) verklaring(en) volgens het bij de UAV behorende bijlage B heeft aangetoond, dat de leveranciers en eventuele andere rechthebbenden afstand doen van alle aanspraken op die bouwstoffen ten behoeve van de opdrachtgever.
2.
Geen overdracht van eigendom aan de opdrachtgever als bedoeld in het eerste lid wordt geacht te hebben plaats gevonden: a. indien een schuldeiser van de opdrachtgever beslag legt op de in het eerste lid bedoelde bouwstoffen; b. indien de opdrachtgever failliet wordt verklaard of hem surseance van betaling wordt verleend en het werk door de curator dan wel door de opdrachtgever en diens bewindvoerders niet wordt voortgezet. Het in dit lid bepaalde lijdt nochtans uitzondering met betrekking tot die bouwstoffen, welke de opdrachtgever aan de aannemer heeft betaald.
3.
Na voltooiing van het werk overgebleven bouwstoffen worden aan de aannemer teruggegeven en als niet geleverd beschouwd, behoudens toepassing van § 36, achtste lid.
§ 20. Zorg voor bouwstoffen De aannemer draagt zorg voor de goedgekeurde en de door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen, alsmede voor de uit het werk komende bouwstoffen. Verlies, vermissing of beschadiging van deze bouwstoffen is voor zijn rekening, behoudens het bepaalde in § 44. § 21. Oude bouwstoffen 1.
Tenzij het bestek anders bepaalt, blijven de uit het werk komende oude bouwstoffen eigendom van de opdrachtgever.
2.
(Vervallen).
3.
(Vervallen).
4.
De aannemer is niet verantwoordelijk voor de hoedanigheid van uit het werk komende bouwstoffen, voor zover achteruitgang van die hoedanigheid niet aan hem is toe te rekenen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 80 van 132
§ 22. Garantie voor een onderdeel 1.
Het bepaalde in deze paragraaf is van toepassing, tenzij het bestek anders bepaalt.
2.
Indien in het bestek is vermeld dat één of meer onderdelen van het werk moeten worden gegarandeerd, zal de aannemer op eerste aanzegging van de opdrachtgever zo spoedig mogelijk de tijdens de garantieperiode optredende gebreken voor zijn rekening herstellen. Gebreken in de zin van deze bepaling zijn gebreken, waarvan de opdrachtgever aannemelijk maakt dat die met grote mate van waarschijnlijkheid moeten worden toegeschreven aan een omstandigheid, die aan de aannemer kan worden toegerekend.
3.
Indien in het bestek is vermeld dat een onderdeel van het werk door een onderaannemer of een leverancier moet worden gegarandeerd, draagt de aannemer zorg voor het verstrekken van de garantie door de onderaannemer of leverancier aan de opdrachtgever. Indien deze garantie niet door de onderaannemer of leverancier wordt verstrekt, wordt een dienovereenkomstige garantie door de aannemer verstrekt.
4.
Een op grond van deze paragraaf overeengekomen garantie geldt vanaf het gereedkomen of de levering van het gegarandeerde onderdeel gedurende de in het bestek genoemde periode.
HOOFDSTUK VIII. HULPMIDDELEN § 23. Loodsen en andere hulpmiddelen 1.
De verplichtingen van de aannemer met betrekking tot het ter beschikking stellen, onderhouden, en verwijderen van loodsen en/of directieverblijf en andere hulpmiddelen worden in het bestek omschreven.
2.
(Vervallen).
3.
(Vervallen).
§ 24. Hulpmiddelen van de opdrachtgever 1.
Indien aan de aannemer het gebruik van gebouwen, terreinen en hulpmiddelen van de opdrachtgever is opgedragen of vergund, komen het onderhoud en het herstel, zolang het gebruik duurt, voor rekening van de aannemer.
2.
Ingeval van verloren gaan door het in het eerste lid bedoelde gebruik, is hij verplicht tot vergoeding van de schade.
3.
Zodra het in gebruik genomene voor de uitvoering van het werk niet meer nodig is, stelt de aannemer het, zoveel doenlijk in gelijke staat als hij het heeft ontvangen, weer ter beschikking van de opdrachtgever en bergt de hulpmiddelen op door of namens hem aan te wijzen plaatsen op.
§ 25. Gezonken materieel 1.
Indien ten behoeve van het werk in gebruik zijnde hulpmiddelen, zoals vaartuigen en werktuigen, dan wel voor het werk bestemde bouwstoffen gezonken zijn in wateren, welke bij de opdrachtgever in eigendom of beheer zijn, is de aannemer verplicht ze met inbegrip van lading en toebehoren te lichten en te verwijderen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 81 van 132
2.
Hij is in de gevallen, bedoeld in het eerste lid, verplicht dadelijk de vereiste aanduiding en verlichting aan te brengen, zo spoedig mogelijk de eerste maatregelen tot lichting, zoals het onderdoor brengen van kettingen, te nemen en de lichting in zo kort mogelijke tijd te voltooien.
3.
De in de voorgaande leden bedoelde werkzaamheden geschieden op kosten van de aannemer, tenzij het in het eerste lid bedoelde zinken is veroorzaakt door een omstandigheid die voor rekening van de opdrachtgever komt.
HOOFDSTUK IX. UITVOERING § 26. Algemeen tijdschema, werkplan 1.
De aannemer stelt zo spoedig mogelijk een op de aard van het werk afgestemd algemeen tijdschema op. In dit algemene tijdschema wordt duidelijk aangegeven op welke wijze, in welke volgorde, met welk materieel en met welke hulpmiddelen de aannemer voornemens is het werk en zijn onderdelen uit te voeren alsmede welke tijdsduur hij voor elk onderdeel nodig acht. Tevens wordt daarin aangegeven op welke tijdstippen de aannemer ten behoeve van de voortgang van het werk en de volgorde van de onderdelen ervan zal dienen te beschikken over datgene waarvoor de opdrachtgever of de directie volgens de overeenkomst dient te zorgen. Het algemene tijdschema dient te voldoen aan de eisen, die ten aanzien van de uitvoering van het werk in de overeenkomst zijn gesteld, en wordt door de aannemer van een behoorlijke toelichting voorzien.
2.
De aannemer legt het algemene tijdschema, gedateerd en ondertekend, in tweevoud aan de directie ter goedkeuring over, uiterlijk op de vijftiende werkdag na de dag waarop hem het werk is opgedragen onderscheidenlijk de directie om een algemeen tijdschema heeft verzocht.
3.
De directie beslist zo spoedig mogelijk omtrent de goedkeuring van het algemene tijdschema en deelt haar beslissing, in elk geval uiterlijk op de tiende werkdag, nadat zij het heeft ontvangen, schriftelijk aan de aannemer mede. De goedkeuring wordt slechts aan het algemene tijdschema onthouden, indien uit de inhoud daarvan blijkt, dat niet aan de uit de overeenkomst voortvloeiende eisen wordt voldaan.
4.
Ingeval van goedkeuring worden de beide exemplaren van het algemene tijdschema ook door de directie gedateerd en ondertekend, waarna een van de exemplaren aan de aannemer wordt toegezonden. In geval het algemene tijdschema niet wordt goedgekeurd, wordt de aannemer met de redenen hiervan schriftelijk in kennis gesteld. De aannemer legt in dat geval zo spoedig mogelijk, doch binnen tien werkdagen, een nieuw algemeen tijdschema, waarbij met de bezwaren van de directie rekening is gehouden, ter goedkeuring aan de directie over. Ten aanzien van de beslissing op het nieuwe algemene tijdschema is het derde lid van overeenkomstige toepassing.
5.
Het algemene tijdschema geldt als een leidraad voor de aannemer en verzwaart de voor hem uit de overeenkomst voortvloeiende verplichtingen niet. De goedkeuring door de directie van het algemene tijdschema en daarin onder haar goedkeuring aangebrachte wijzigingen ontheffen de aannemer niet van zijn verplichtingen om het werk naar de uit de overeenkomst voortvloeiende eisen uit te voeren en tijdig te voltooien.
6.
Indien van de aannemer wordt verlangd, dat hij in plaats van of naast het in deze paragraaf bedoelde algemene tijdschema een gedetailleerd werkplan aan de directie overlegt, wordt
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 82 van 132
zulks, onder vermelding van de aan dit werkplan te stellen eisen, in de overeenkomst vermeld. Voor zover de overeenkomst niet anders vermeldt, is het bepaalde in het eerste tot en met het vijfde lid alsdan van overeenkomstige toepassing. 7.
Wijzigingen door de directie in het goedgekeurde algemene tijdschema of gedetailleerde werkplan aangebracht geven de aannemer aanspraak op bijbetaling, indien van hem meer wordt verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd.
§ 27. Dagboek, lijsten, rapporten, verslagen van bouwvergaderingen 1.
De directie maakt weekrapporten op. Hierin worden onder meer aantekeningen opgenomen betreffende: – de vordering en de stand van het werk; – de onwerkbare dagen en het verleende uitstel van oplevering; – de aan- en afvoer en goedkeuring van bouwstoffen; – de aan- en afvoer van materieel en hulpmiddelen; – bestekswijzigingen, meer en minder werk, verwerkte hoeveelheden en stelposten; – opneming, goedkeuring en oplevering van het werk; – de verstrekking van tekeningen; – voorvallen betreffende de veiligheid en/of gezondheid van personen.
2.
De in het eerste lid bedoelde aantekeningen worden telkens uiterlijk op de vijfde werkdag na het verstrijken van de werkweek, waarop zij betrekking hebben, opgenomen in het weekrapport, dat terstond na het opmaken door de directie wordt ondertekend.
3.
Het door de directie ondertekende weekrapport wordt zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk op de vijftiende werkdag na het verstrijken van de werkweek, waarop het betrekking heeft, aan de aannemer ter ondertekening voorgelegd. Aan de aannemer wordt afschrift van de weekrapporten verstrekt.
4.
Indien de aannemer zich met de inhoud van het weekrapport kan verenigen, tekent hij dit voor akkoord uiterlijk op de vijfde werkdag, nadat het hem is voorgelegd.
5.
Indien de aannemer zich met de inhoud van het weekrapport niet kan verenigen, ondertekent hij dit eveneens uiterlijk op de vijfde werkdag, nadat het hem is voorgelegd, doch onder toevoeging van een aantekening, waaruit blijkt tegen welke gedeelten en om welke redenen hij bezwaar heeft.
6.
Ingeval de directie niet alleen weekrapporten opmaakt maar ook een dagboek bijhoudt, is op dit dagboek het bepaalde in het eerste tot en met het vijfde lid van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat geen afschrift van het dagboek aan de aannemer wordt verstrekt, tenzij deze daarom verzoekt.
7.
Indien dit in de overeenkomst is voorgeschreven of na de opdracht door de directie wordt verlangd, verstrekt de aannemer telkens uiterlijk op de vijfde werkdag na het verstrijken van een werkweek een op die week betrekking hebbende, door hem gedateerde en ondertekende lijst, bevattende opgaven omtrent het personeel en voorts zodanige verdere mededelingen als door de directie worden gewenst.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 83 van 132
8.
Indien ten behoeve van het werk buiten het werkterrein werkzaamheden worden verricht, kan de directie vorderen, dat de aannemer daaromtrent uiterlijk op de vijfde werkdag na het verstrijken van een werkweek een door hem ondertekend rapport in tweevoud bij haar indient. In dit rapport worden aantekeningen als in het eerste lid bedoeld en betrekking hebbend op de in voornoemde werkweek verrichte werkzaamheden opgenomen.
9.
Indien is overeengekomen dat tijdens de uitvoering van het werk bouwvergaderingen worden gehouden, maakt de directie daarvan verslagen. De verslagen worden zo spoedig mogelijk aan de aannemer ter ondertekening voorgelegd. Indien de aannemer zich met de inhoud van het verslag niet kan verenigen, wordt aan het verslag een aantekening toegevoegd waaruit blijkt tegen welke gedeelten en om welke reden hij bezwaar heeft. Het verslag wordt in de daarop volgende bouwvergadering vastgesteld.
§ 28. Afbakening, peilingen en opmetingen De aannemer zal voor zijn rekening: a. het werk uitzetten en de vereiste profielen en bakens stellen; b. ten behoeve van afbakening, peilingen en opmetingen geschikt personeel en hulpmiddelen, als: roei- en peilboten, meetinstrumenten, bakens, enz., ter beschikking van de directie stellen; c. de gedane uitzetting en afbakening in goede staat onderhouden, zolang de directie dit nodig oordeelt. § 29. Verschillen in afmetingen of in de toestand van bestaande werken en terreinen 1.
Indien de in de beschrijving van het werk vermelde afmetingen niet overeenkomen met die, voorkomende op de tekening, is de aannemer verplicht de door hem geconstateerde afwijking ter kennis te brengen van de directie, opdat deze, zo zij zulks nodig acht, kan besluiten van de in § 2, vierde lid, bedoelde rangorde af te wijken. Een zodanig besluit van de directie wordt als een bestekswijziging aangemerkt.
2.
Indien de in het bestek aangegeven afmetingen niet overeenkomen met die, voorkomende in de werkelijkheid, is de aannemer verplicht de door hem geconstateerde afwijking ter kennis te brengen van de directie, teneinde met deze overleg te plegen omtrent hetgeen moet geschieden om, gelet op de afwijking, het werk juist uit te voeren. De gebleken afwijking geeft, afgezien van de verrekening van meer en minder werk, welke uit het bestek mocht voortvloeien, de aannemer aanspraak op bijbetaling, indien die afwijking van zodanige aard is, dat de gevolgen daarvan redelijkerwijs niet voor zijn rekening dienen te komen.
3.
Verschillen tussen de tijdens de uitvoering blijkende toestand van bestaande gebouwen, werken en terreinen enerzijds en de in het bestek aangeduide toestand anderzijds geven, afgezien van de verrekening van meer en minder werk, welke uit het bestek mocht voortvloeien, de aannemer aanspraak op bijbetaling, indien die verschillen van zodanige aard zijn, dat de gevolgen daarvan redelijkerwijs niet voor zijn rekening dienen te komen. Overigens draagt de opdrachtgever de verantwoordelijkheid voor de juistheid van de door of namens hem verstrekte gegevens. Het in dit lid bepaalde is ook van toepassing indien in het bestek geen toestand of gegevens zijn aangeduid, doch de tijdens de uitvoering blijkende toestand afwijkt van die welke de aannemer redelijkerwijs had mogen verwachten.
§ 30. Voorziening in waterkering, waterdoorlaat en verkeer 1.
De aannemer mag het werk of onderdelen daarvan, waardoor de belangen van waterkering of waterdoorlaat zouden kunnen worden geschaad of stremming of stoornis in of hinder aan of gevaar voor het verkeer te land, te water of door de lucht zou kunnen worden veroorzaakt,
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 84 van 132
slechts uitvoeren, indien en zolang hij met het oog op die belangen de nodige voorzieningen heeft getroffen. 2.
Onder de in het eerste lid bedoelde voorzieningen worden verstaan: tijdelijke werken, afsluitingen, waarschuwingsborden, kentekens, verlichting en andere veiligheidsmaatregelen, die door wettelijke voorschriften worden vereist of uit anderen hoofde nodig mochten zijn.
3.
Zolang hinder aan of stoornis in het verkeer te land, te water of door de lucht wordt toegebracht, moet ten behoeve van dat verkeer de nodige hulp worden beschikbaar gesteld.
4.
De in deze paragraaf bedoelde voorzieningen en hulp zijn voor rekening van de aannemer, met dien verstande, dat dit voor tijdelijke werken van betekenis of maatregelen van ingrijpende aard slechts geldt, indien deze in de overeenkomst zijn omschreven.
§ 31. Verband met andere werken 1.
Indien verschillende werken in elkander grijpen, wordt dit in het bestek vermeld.
2.
Tenzij in het bestek anders is bepaald, geschiedt de coördinatie van in elkander grijpende werken door de directie.
3.
De aannemer gedoogt – zonder aanspraak op andere vergoedingen dan de in het volgende lid bedoelde – dat door derden, aan wie de directie zulks toestaat, tegelijkertijd en te zelfder plaatse wordt gewerkt.
4.
Hij gedoogt, dat daarbij gebruik wordt gemaakt van reeds gemaakt werk en gemaakte hulpwerken. Voor dit gebruik kan de aannemer aanspraak op bijbetaling doen gelden, indien meer van hem wordt verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd.
§ 32. Gevonden voorwerpen De aannemer is verplicht de vondst van alle voorwerpen, die bij de uitvoering van het werk worden gevonden en die van waarde zijn of uit een historisch of wetenschappelijk oogpunt van belang kunnen zijn, terstond aan de directie te melden en deze voorwerpen zo mogelijk in handen van de directie te stellen, tenzij het bestek anders bepaalt. § 33. Vermoeden van onvoldoend werk Indien de directie vermoedt, dat het werk niet aan de bij de overeenkomst gestelde eisen voldoet, is de aannemer verplicht de maatregelen te nemen of te gedogen, die nodig zijn om vast te stellen of zulks al dan niet het geval is. Ingeval het werk niet aan deze eisen voldoet, komen de kosten van bedoelde maatregelen voor rekening van de aannemer. In het tegengestelde geval worden zij, evenals de kosten van herstel, verrekend als meer werk en wordt eventuele schade vergoed. § 34. Wijzigingen in de uitvoering Wijzigingen door de directie in de uitvoering van het werk aangebracht geven de aannemer aanspraak op bijbetaling, indien van hem meer wordt verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd. HOOFDSTUK X. MEER EN MINDER WERK § 35. Verrekening van meer en minder werk
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 85 van 132
1.
Verrekening van meer en minder werk vindt plaats: a. ingeval van bestekswijzigingen (§ 36); b. ingeval van afwijkingen van de bedragen van de stelposten (§ 37); c. ingeval van afwijkingen van geschatte hoeveelheden (§ 38, tweede lid); d. ingeval van afwijkingen van verrekenbare hoeveelheden (§ 39); e. in de gevallen waarin verrekening als meer en minder werk in deze UAV of in de overeenkomst is voorgeschreven. In deze gevallen is het bepaalde in par. 36 lid 1a van overeenkomstige toepassing. Aanspraken van de aannemer en de opdrachtgever op hetgeen overigens ter zake van de overeenkomst verschuldigd is blijven onverlet.
2.
De verrekening van het meer werk geschiedt door bijbetaling, die van het minder werk door inhouding op de aannemingssom. De opdrachtgever en de aannemer komen overeen op welke wijze – ineens of in gedeelten – en wanneer de verrekening geschiedt van het meer en het minder werk of, indien er zowel van meer als van minder werk sprake is, van het saldo daarvan.
3.
Indien omtrent wijze en tijdstip van de verrekening van het meer werk niets is overeengekomen, geschiedt deze verrekening ineens na de voltooiing van het meer werk.
4.
Indien omtrent wijze en tijdstip van de verrekening van het minder werk niets is overeengekomen, geschiedt deze verrekening, met inachtneming van het bepaalde in § 40, zevende lid, ineens bij de eindafrekening van het werk.
5.
Indien bij de eindafrekening van het werk blijkt, dat het totaal van het reeds verrekende en het nog te verrekenen minder werk dat van het reeds verrekende en het nog te verrekenen meer werk overtreft, heeft de aannemer recht op een bedrag gelijk aan 10% van het verschil van deze totalen. Het in dit lid bepaalde lijdt uitzondering, voor zover het minder werk het gevolg is van een verzoek van de aannemer om minder te mogen uitvoeren dan in de overeenkomst is bepaald.
6.
Voor de toepassing van het bepaalde in het vijfde lid wordt onder het werk verstaan: a. bij aanneming in massa, de werken van de percelen gezamenlijk; b. bij meerjarige onderhoudsbestekken de werken van de onderhoudsjaren gezamenlijk.
§ 36. Bestekswijzigingen 1.
Onder bestekswijzigingen worden verstaan wijzigingen in het bestek, het werk of de voorwaarden van uitvoering van het werk.
1a.
In geval van door de opdrachtgever gewenste bestekswijzigingen kan de aannemer slechts dan een verhoging van de prijs vorderen, wanneer hij de opdrachtgever tijdig heeft gewezen op de noodzaak van een daaruit voortvloeiende prijsverhoging, tenzij de opdrachtgever die noodzaak uit zichzelf had moeten begrijpen.
2.
De directie is bevoegd voor of tijdens de uitvoering van het werk bestekswijzigingen aan te brengen. Indien en voor zover deze bevoegdheid in het bestek aan de opdrachtgever is voorbehouden, is voor deze bestekswijzigingen een door de opdrachtgever aan de aannemer te verstrekken schriftelijke opdracht vereist.
3.
De aannemer zal aan opdrachten tot bestekswijzigingen gevolg geven, ook indien daardoor de omvang van het werk wordt vermeerderd of verminderd, mits dientengevolge de totalen van de bijbetalingen en inhoudingen elk niet meer bedragen dan 15% van de aannemingssom
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 86 van 132
dan wel het saldo van die bijbetalingen en inhoudingen niet meer bedraagt dan 10% van de aannemingssom. 4.
Bestekswijzigingen worden verrekend tegen bedragen of prijzen die vóór de uitvoering van die wijzigingen of, indien hun aard dit belet, zo spoedig mogelijk tussen de opdrachtgever en de aannemer worden overeengekomen. Indien de directie overweegt om een bestekswijziging aan te brengen en daartoe de aannemer verzoekt een prijsaanbieding te doen, plegen de directie en de aannemer op verzoek van de aannemer tevoren overleg omtrent de vraag of, en zo ja onder welke omstandigheden, de aannemer aanspraak zal kunnen maken op een redelijke vergoeding van de aan het doen van de prijsaanbieding verbonden kosten.
5.
Bestekswijzigingen zullen de aannemer schriftelijk worden opgedragen. De aannemer kan genoegen nemen met een overeenkomstige aantekening in het dagboek, het weekrapport of het verslag van de bouwvergadering, welke dan als schriftelijke opdracht zal worden aangemerkt. Het gemis van een schriftelijke opdracht of van een aantekening in het dagboek of weekrapport laat de aanspraken van de aannemer en van de opdrachtgever op verrekening van meer en minder werk onverlet.
6.
Ten aanzien van bestekswijzigingen zal op verzoek van de directie of van de aannemer een afzonderlijke termijn worden overeengekomen, binnen welke het meer werk zal worden voltooid, hetgeen dan in de schriftelijke opdracht wordt vermeld.
7.
Bij meerjarige onderhoudsbestekken wordt bij de in het derde lid vermelde totalen van bijbetalingen en van inhoudingen elk onderhoudsjaar op zichzelf beschouwd.
8.
De opdrachtgever zal de reeds aangevoerde, de blijkens de vrachtbrief afgezonden en de uitsluitend ten behoeve van het werk bestelde bouwstoffen, die tengevolge van bestekswijzigingen niet kunnen worden gebruikt, voor zover deze bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen, overnemen of deswege een billijke schadevergoeding verlenen.
§ 37. Stelposten 1.
Onder stelposten worden verstaan in het bestek als zodanig aangeduide geldbedragen, welke in de aannemingssom zijn begrepen en ten laste waarvan nader in het bestek beschreven uitgaven worden gebracht.
2.
Indien de som van de uitgaven, die ten laste van een stelpost worden gedaan, hoger of lager blijkt te zijn dan het bedrag van die stelpost, zal de afwijking worden verrekend.
3.
Bij de ten laste van stelposten te brengen uitgaven, die betrekking hebben op de aanschaffing van bouwstoffen, wordt gerekend met prijzen, welke zijn samengesteld uit: a. de prijzen op basis van franco levering op of in het vervoermiddel bij het werkterrein; b. een aannemersvergoeding van 10% van de onder a bedoelde prijzen.
4.
(Vervallen).
5.
Kosten van emballage en de terugzending daarvan komen voor rekening van de aannemer, behalve voor zover die kosten, door de invulling die aan de stelpost wordt gegeven, hoger zijn dan die waarmee de aannemer redelijkerwijs rekening heeft moeten houden.
6.
De kosten van het in het werk brengen van ten laste van stelposten aangeschafte bouwstoffen zijn in de aannemingssom begrepen en worden niet afzonderlijk verrekend. Deze kosten
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 87 van 132
zullen echter worden verrekend ten laste van de stelpost, waarop ook de aanschaffing van die bouwstoffen wordt verrekend, indien zij betrekking hebben op het in het werk brengen van installaties, zoals liften, centrale verwarming en dergelijke, of voor zover zij door de invulling die aan de stelpost wordt gegeven hoger zijn dan die waarmee de aannemer redelijkerwijs rekening heeft moeten houden. 7.
De aanschaffing van bouwstoffen, waarvoor stelposten zijn opgenomen, geschiedt door de aannemer volgens nadere opdracht van de directie en, tenzij de directie de aannemer daarin vrijlaat, bij leveranciers die daartoe door haar worden aangewezen.
8.
Bij de ten laste van stelposten te brengen uitgaven, die betrekking hebben op de verrichting van werkzaamheden, wordt gerekend met prijzen, welke zijn samengesteld uit: a. de voor de uitvoering nodige kosten, voor zover deze rechtstreeks op de uitvoering betrekking hebben; b. een aannemersvergoeding van 10% van de onder a bedoelde kosten. De kosten op de bouwplaats voor algemene inrichting, verzorging en uitvoering worden niet afzonderlijk verrekend, maar worden geacht in de aannemingssom te zijn begrepen, behalve voor zover die kosten, door de invulling die aan de stelpost wordt gegeven, hoger zijn dan die waarmee de aannemer redelijkerwijs rekening heeft moeten houden.
9.
De verrichting van werkzaamheden als bedoeld in het achtste lid geschiedt volgens nadere opdracht van de directie door de aannemer of door derden, die daartoe door haar worden aangewezen.
10.
Bij de ten laste van stelposten te brengen uitgaven, die betrekking hebben op het doen van betalingen aan derden, wordt gerekend met bedragen, welke zijn samengesteld uit: a. het bedrag van de aan derden gedane betaling, de omzetbelasting daarin niet begrepen; b. een aannemersvergoeding van 5% van het onder a bedoelde bedrag.
11.
Betalingen aan derden, waarvoor stelposten zijn opgenomen, geschieden door de aannemer volgens nadere opdracht van de directie.
12.
Alvorens een uitgave ten laste van een stelpost te brengen, kan de directie van de aannemer overlegging van bewijsstukken verlangen.
§ 38. Hoeveelheden 1.
Onder verrekenbare hoeveelheden worden verstaan de in het bestek als zodanig aangeduide hoeveelheden; afwijkingen worden verrekend overeenkomstig het bepaalde in § 39.
2.
Onder geschatte hoeveelheden worden verstaan de met de toevoeging ‘naar schatting’, ‘ongeveer’ of dergelijke aanduidingen in het bestek genoemde hoeveelheden. Een afwijking van een geschatte hoeveelheid wordt verrekend indien en voor zover er sprake is van een afwijking die meer bedraagt dan 10% van die geschatte hoeveelheid, tenzij zulks aanleiding tot onbillijkheid zou geven.
3.
Afwijkingen van andere dan de in het eerste of tweede lid bedoelde hoeveelheden, welke door de directie worden verlangd of voorgeschreven, worden beschouwd als bestekswijzigingen en verrekend overeenkomstig het bepaalde in § 36.
4.
Indien in het bestek hoeveelheden bouwstoffen zijn vermeld, worden daaronder verstaan, voor zover niet anders is bepaald, hoeveelheden in het werk gemeten.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 88 van 132
5.
De meting van geleverde of verwerkte bouwstoffen geschiedt door de aannemer ten overstaan van de directie en op door haar goed te keuren wijze.
§ 39. Afwijkingen van verrekenbare hoeveelheden 1.
Indien in het bestek verrekenbare hoeveelheden zijn opgenomen en deze blijken te hoog of te laag te zijn om het werk overeenkomstig de bepalingen van het bestek of de aard van het werk tot stand te brengen, zullen de afwijkingen van deze hoeveelheden worden verrekend tegen verrekenprijzen, die daartoe bij de totstandkoming van de overeenkomst zijn overeengekomen.
2.
Indien een verrekenprijs voor afwijkingen van een in het bestek opgenomen verrekenbare hoeveelheid te laag of te hoog blijkt te zijn, zal een gewijzigde verrekenprijs tussen de opdrachtgever en de aannemer worden overeengekomen. De herziening zal slechts kunnen plaats vinden, indien meer dan 110% of minder dan 90% van de in het bestek opgenomen verrekenbare hoeveelheid is of zal worden verwerkt.
3.
Indien overeenkomstig het bepaalde in het tweede lid een verrekenprijs wordt gewijzigd, wordt de afwijking van de in het bestek opgenomen verrekenbare hoeveelheid verrekend tegen die gewijzigde verrekenprijs; zodanige wijziging leidt echter niet tot wijziging van de aannemingssom.
4.
Indien voor een bepaalde bouwstof of voor een bepaald soort werk meer dan één verrekenbare hoeveelheid in het bestek is opgenomen en voor die hoeveelheden een zelfde verrekenprijs geldt, wordt voor de toepassing van het bepaalde in het tweede en derde lid het totaal van deze hoeveelheden als de in het bestek opgenomen verrekenbare hoeveelheid beschouwd.
5.
In de in deze paragraaf bedoelde verrekenprijzen worden geacht begrepen te zijn alle rechtstreeks of zijdelings voor de uitvoering nodige kosten en een aannemersvergoeding. In de aannemersvergoeding worden de algemene kosten van de aannemer en een normale aannemerswinst geacht begrepen te zijn.
HOOFDSTUK XI. BETALING, OMZETBELASTING, KORTINGEN, VERPANDING § 40. Betaling 1.
Het ingevolge de overeenkomst aan de aannemertoekomende bedrag is het saldo, gevormd door de aannemingssom, verhoogd onderscheidenlijk verlaagd met hetgeen overigens aan of door hem ter zake van de overeenkomst verschuldigd is.
2.
Indien de aannemer volgens de overeenkomst recht heeft op betaling in termijnen, heeft met het oog op het verschijnen van een betalingstermijn opneming van het uitgevoerde gedeelte van het werk plaats.
3.
Bij de opneming, bedoeld in het tweede lid, wordt rekening gehouden met de waarde van goedgekeurde, doch nog niet verwerkte bouwstoffen, voor zover deze krachtens § 19 eigendom van de opdrachtgever zijn geworden.
4.
Geschiedt de opneming, bedoeld in het tweede lid, niet binnen acht dagen nadat de aannemer daarom heeft verzocht, dan kan de aannemer schriftelijk een nieuwe aanvrage tot de directie richten, met verzoek binnen vier dagen tot opneming over te gaan. Voldoet de directie niet aan dit verzoek, dan wordt de opneming geacht te zijn geschied en wordt het door de
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 89 van 132
aannemer in zijn verzoek opgegeven termijnbedrag uitbetaald overeenkomstig het in het zesde lid bepaalde. 5.
Indien de directie na een opneming, bedoeld in het tweede lid, nalaat binnen vier dagen nadat de aannemer daarom schriftelijk heeft verzocht, het resultaat van de opneming bekend te maken, wordt het door de aannemer in zijn verzoek opgegeven termijnbedrag uitbetaald overeenkomstig het in het zesde lid bepaalde.
6.
De uitbetaling van een termijn zal plaats vinden binnen vier weken, nadat bij de opneming, bedoeld in het tweede lid, is gebleken, dat de aannemer recht heeft op betaling van die termijn. Indien in het bestek is bepaald, dat de betaling van een termijn eerst zal geschieden nadat de aannemer een declaratie heeft ingediend, zal de betaling plaats vinden binnen vier weken nadat de declaratie in goede orde bij de directie is ingekomen. De declaratie wordt geacht in goede orde bij de directie te zijn ingekomen indien de directie niet binnen zeven dagen na ontvangst van de declaratie aan de aannemer heeft medegedeeld dat daaraan documenten ontbreken welke nodig zijn ter beoordeling van de juistheid van de declaratie. Indien de directie tegen de inhoud van de declaratie bezwaar heeft, stelt zij de aannemer onder opgave van redenen daarvan zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van de declaratie, op de hoogte.
7.
Indien een termijn verschenen is, waarvan het bedrag beïnvloed kan worden door de eindafrekening van het gehele werk, wordt die termijn gesteld op het bedrag, dat de aannemer, gegeven de voortgang van het werk, ontwijfelbaar toekomt en wordt dit bedrag aan hem uitbetaald.
8.
Indien een termijn nog niet verschenen is, kan de opdrachtgever niettemin, zo daartoe aanleiding bestaat, tot gedeeltelijke betaling daarvan overgaan.
9.
Indien niet is overeengekomen, dat betaling in termijnen zal geschieden, ontvangt de aannemer, vooruitlopend op de eindafrekening, binnen vier weken nadat het werk is opgeleverd het bedrag, dat hem ontwijfelbaar toekomt.
10.
Op de betaling van bedragen buiten de aannemingssom of van bedragen buiten de termijnen van de aannemingssom is het bepaalde in het zesde lid van overeenkomstige toepassing.
11.
Zo spoedig mogelijk na de oplevering van het werk, of, indien in het bestek een onderhoudstermijn is voorgeschreven, zo spoedig mogelijk na het verstrijken daarvan, wordt de eindafrekening van het werk opgesteld. Hetgeen reeds is betaald wordt dan in mindering gebracht op hetgeen de aannemer volgens het eerste lid toekomt en het restant wordt hem binnen vier weken betaald. Indien de aannemer bij de eindafrekening een bedrag aan de opdrachtgever verschuldigd blijkt, is hij binnen vier weken tot betaling daarvan gehouden.
12.
Indien door in gebreke blijven of onvermogen van de aannemer de opdrachtgever het werk geheel of gedeeltelijk uitvoert, of door anderen doet uitvoeren, wordt de betaling opgeschort, totdat zal zijn gebleken, welk bedrag dientengevolge door of aan de aannemer verschuldigd is. Het bepaalde in § 45, eerste en tweede lid, is niet van toepassing over het tijdvak van de opschorting.
13.
In de in het voorgaande lid bedoelde gevallen heeft de opdrachtgever tevens het recht om voor rekening van de aannemer rechtstreeks aan onderaannemers en leveranciers een billijke vergoeding uit te keren voor de werkzaamheden en leveringen, waarvoor deze nog geen betaling genoten. De opdrachtgever gaat hiertoe niet over dan na de aannemer of diens wettelijke vertegenwoordiger ter zake te hebben gehoord.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 90 van 132
§ 41. Omzetbelasting 1.
De ter zake van het werk verschuldigde omzetbelasting is niet begrepen in de tussen opdrachtgever en aannemer overeengekomen of overeen te komen bedragen en prijzen, doch het bedrag daarvan wordt door de aannemer in zijn prijsopgaven afzonderlijk vermeld.
2.
De opdrachtgever vergoedt de aannemer de ter zake van het werk verschuldigde omzetbelasting.
3.
De aannemer ontvangt echter geen vergoeding van de ter zake van het werk verschuldigde omzetbelasting voor zover deze van de opdrachtgever wordt geheven.
4.
De berekening van hetgeen de aannemer ingevolge de overeenkomst toekomt geschiedt met inachtneming van bedragen en prijzen, waarin de omzetbelasting niet is begrepen; de berekening van de door de opdrachtgever aan de aannemer te vergoeden omzetbelasting geschiedt afzonderlijk.
5.
De vergoeding van omzetbelasting aan de aannemer geschiedt gelijktijdig met de ter zake van het werk aan hem te verrichten betalingen.
§ 42. Kortingen 1.
De opdrachtgever kan wegens te late oplevering van het werk aan de aannemer kortingen op de aannemingssom opleggen. Voor de toepassing van deze paragraaf wordt als dag van oplevering aangemerkt de dag, welke door de aannemer overeenkomstig het bepaalde in § 9, eerste lid, of, ingeval van heropneming na onthouding van goedkeuring, overeenkomstig het bepaalde in § 9, achtste lid, is opgegeven, mits het werk vervolgens is of geacht wordt te zijn goedgekeurd.
2.
Het bedrag der kortingen wordt in het bestek bepaald. Bij gebreke van zodanige bepaling bedraagt het € 60 per dag.
3.
Geen korting wordt opgelegd voor na de opleveringstermijn verstreken dagen die geen werkdag zijn. Evenmin wordt korting opgelegd voor de zowel binnen als na bedoelde termijn gevallen dagen, dat de oplevering door overmacht is vertraagd, voor zover daarmede bij een verleende termijnverlenging geen rekening is gehouden. Vertraging in de voortgang van het werk door bedrijfsstoornissen en – indien de opleveringstermijn niet is bepaald in werkbare werkdagen – door onwerkbare dagen, wordt daarbij slechts als overmacht aangemerkt, voor zover die vertraging van ongewone duur is geweest.
4.
Geen korting wordt opgelegd wegens overschrijding van een termijn, indien en voor zover deze overschrijding het gevolg is van overschrijding van een eerder geëindigde termijn, waarvoor reeds korting is opgelegd, mits de bedoelde termijnen met elkaar in verband staan.
5.
Kortingen worden verbeurd enkel ten gevolge van het verschijnen van de bepaalde dag, zonder dat deswege een ingebrekestelling nodig is om daarvan te doen blijken.
6.
Kortingen en andere bedragen, die ingevolge de overeenkomst door de aannemer verschuldigd zijn, worden bij de eerstvolgende betalingstermijn en zo nodig bij volgende termijnen van betaling ingehouden of op andere wijze op de aannemer verhaald.
§ 43. Verpanding of cessie door de aannemer aan derden
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 91 van 132
1.
De aannemer zal het recht op het saldo, bedoeld in § 40, eerste lid, geheel of gedeeltelijk kunnen cederen of in pand geven.
2.
Indien een cessie aan de opdrachtgever is betekend, is de aannemer verplicht de akte van cessie aan de opdrachtgever over te leggen, indien deze zulks wenst.
HOOFDSTUK XIA. ZEKERHEIDSTELLING, VERZEKERING § 43a. Zekerheidstelling 1.
Het bepaalde in deze paragraaf is van toepassing, tenzij het bestek anders bepaalt.
2.
Met inachtneming van hetgeen in het zevende lid is bepaald, is de opdrachtgever gerechtigd om van de aannemer te bedingen dat deze zekerheid stelt voor de nakoming van zijn verplichtingen die voortvloeien uit de overeenkomst; indien door de aannemer zekerheid dient te worden gesteld, geldt het bepaalde in het derde tot en met het zesde lid van deze paragraaf.
3.
De waarde van de zekerheid is gelijk aan 5% van de aannemingssom en de zekerheid dient te worden gesteld in de vorm van een bankgarantie.
4.
Indien de opdrachtgever voornemens is de bankgarantie in te roepen geeft hij de aannemer daarvan bij aangetekende brief kennis. De opdrachtgever is gerechtigd de bankgarantie in te roepen, tenzij de Raad van Arbitrage voor de Bouw, in een door de aannemer binnen tien werkdagen na de verzending van de in dit lid bedoelde kennisgeving aanhangig te maken spoedgeschil, in eerste aanleg anders beslist.
5.
De zekerheid blijft van kracht tot het tijdstip waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd, met dien verstande dat, indien sprake is van kleine gebreken als bedoeld in § 9, zevende lid, de zekerheid van kracht blijft tot het tijdstip waarop de aannemer deze gebreken heeft hersteld. Indien in het bestek een onderhoudstermijn is voorgeschreven, blijft de zekerheid van kracht tot overeenkomstig § 11, zesde lid, is geconstateerd dat de aannemer aan zijn verplichtingen heeft voldaan.
6.
Na de dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd, of indien een onderhoudstermijn is voorgeschreven, na afloop van de onderhoudstermijn, is de aannemer gerechtigd vervangende zekerheid te stellen tot een bedrag dat in redelijkheid is gemoeid met herstel van de voor zijn rekening komende gebreken. De opdrachtgever is gehouden de oorspronkelijke zekerheidstelling terug te geven nadat hij met de vervangende zekerheid heeft ingestemd en deze heeft ontvangen.
7.
De opdrachtgever is niet gerechtigd om van de aannemer te bedingen dat deze zekerheid stelt voor de nakoming van zijn verplichtingen indien is overeengekomen dat de aannemingssom geheel of ten dele wordt ingehouden. Van een zodanige inhouding is sprake indien, de termijn van § 40, zesde lid, eerste zin, buiten beschouwing gelaten, aan de aannemer minder wordt betaald dan overeenkomt met de som der waarden van het werk dat reeds is uitgevoerd en van de goedgekeurde nog onverwerkte bouwstoffen, die eigendom van de opdrachtgever zijn geworden.
8.
Indien de opdrachtgever hetgeen de aannemer volgens de overeenkomst toekomt, niet of niet tijdig betaalt, of de aannemer gegronde redenen heeft om aan te nemen dat de opdrachtgever het de aannemer toekomende niet of niet tijdig zal betalen, is de aannemer gerechtigd om van de opdrachtgever genoegzame zekerheid te verlangen. Indien de opdrachtgever in gebreke
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 92 van 132
blijft met het stellen van de door de aannemer verlangde genoegzame zekerheid, is de aannemer bevoegd, hetzij de uitvoering van het werk te schorsen, hetzij het werk in onvoltooide staat te beëindigen. Met betrekking tot de schorsing respectievelijk de beëindiging in onvoltooide staat is het bepaalde in § 14 van overeenkomstige toepassing. Op de in dit lid bedoelde zekerheid is hetgeen in het vierde lid is gesteld van overeenkomstige toepassing. § 43b. Verzekering 1.
Tenzij het bestek anders bepaalt, dient de aannemer verzekeringen aan te gaan waarin de opdrachtgever en de directie als mede-verzekerden zijn opgenomen, een en ander voor zover dit naar de aard en de omvang van het werk nodig en gebruikelijk is. De aannemer zorgt ervoor dat de directie ten spoedigste schriftelijk bewijs van het bestaan en de inhoud van vorenbedoelde verzekeringen ontvangt.
2.
Indien door de opdrachtgever verzekeringen in verband met het werk zijn aangegaan of zullen worden aangegaan,worden de condities en bepalingen daarvan aan het bestek gehecht en zorgt de opdrachtgever ervoor dat de aannemer ten spoedigste schriftelijk bewijs van het bestaan en de inhoud van vorenbedoelde verzekeringen ontvangt.
HOOFDSTUK XII. SCHADE AAN HET WERK § 44. Schade aan het werk 1.
Onder schade aan het werk in de zin van deze paragraaf wordt verstaan schade aan het geheel of gedeeltelijk door de aannemer ten behoeve van de opdrachtgever gebouwde of gemaakte, aan de hulpwerken, aan de op of bij het werk aangevoerde bouwstoffen en voor het werk noodzakelijke hulpmiddelen. Onder schade aan bouwstoffen wordt tevens verstaan het verlies daarvan.
2.
Van het ontstaan van schade aan het werk geeft de aannemer zo spoedig mogelijk, in elk geval binnen een week nadat hem daarvan is gebleken of had kunnen blijken, kennis aan de directie.
3.
Onverminderd de aansprakelijkheid van partijen krachtens de overeenkomst of de wet is schade aan het werk voor rekening van de aannemer, tenzij deze schade het gevolg is van buitengewone omstandigheden tegen de schadelijke gevolgen waarvan de aannemer in verband met de aard van het werk geen passende maatregelen heeft behoeven te nemen, en het onredelijk zou zijn de schade voor zijn rekening te doen komen.
4.
Na het ontstaan van schade aan het werk is de aannemer verplicht tijdig de nodige maatregelen tot beperking daarvan te treffen. Bij aanwezigheid van de directie handelt hij daarbij onder haar goedkeuring.
5.
Schade aan het werk, die is ontstaan tengevolge van het niet nakomen van de in het tweede of vierde lid genoemde verplichting, is voor rekening van de aannemer.
6.
Schade aan het werk, welke voor rekening van de aannemer is, zal door deze worden hersteld binnen door de directie eventueel te stellen termijnen, tenzij van de aannemer redelijkerwijs niet kan worden verlangd, dat het herstel door hem geschiedt. In dit geval, alsmede indien redelijkerwijs van de opdrachtgever niet kan worden verlangd, dat hij het herstel door de aannemer laat verrichten, kan de opdrachtgever in plaats daarvan een geldelijke vergoeding van de aannemer vorderen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 93 van 132
7.
Niet voor rekening van de aannemer komende schade aan het werk zal, indien de opdrachtgever daartoe de wens te kennen geeft en dit redelijkerwijs van de aannemer kan worden verlangd, eveneens door deze worden hersteld binnen door de directie eventueel te stellen termijnen. In dit geval wordt het herstel als meer werk verrekend.
HOOFDSTUK XIII. IN GEBREKE BLIJVEN, ONVERMOGEN OF OVERLIJDEN VAN EEN DER PARTIJEN § 45. In gebreke blijven, onvermogen of overlijden van de opdrachtgever 1.
Indien de opdrachtgever de in gevolge de overeenkomst verschuldigde betalingen niet tijdig verricht en de vertraging niet het gevolg is van een omstandigheid waarvoor de aannemer verantwoordelijk is, heeft deze aanspraak op vergoeding van rente tegen het wettelijk percentage met ingang van de dag, waarop de betaling uiterlijk had moeten geschieden. De rentevordering van de aannemer zal nimmer omvatten rente van rente.
2.
Indien na verloop van twee weken sedert de dag waarop de betaling uiterlijk had moeten geschieden, deze nog niet heeft plaats gevonden en een nadien door de aannemer verzonden schriftelijke aanmaning na verloop van veertien dagen evenmin tot betaling heeft geleid, wordt het in het voorgaande lid bepaalde percentage na het verstrijken van die veertien dagen met 2 verhoogd, en is de aannemer bevoegd, mits hij zulks in de aanmaning heeft vermeld, hetzij de uitvoering van het werk te schorsen tot de opdrachtgever het door hem verschuldigde heeft betaald, hetzij het werk in onvoltooide staat te beëindigen. Met betrekking tot de schorsing respectievelijk de beëindiging in onvoltooide staat is het bepaalde in § 14 van overeenkomstige toepassing.
3.
Het bepaalde in het tweede lid omtrent schorsen en beëindigen in onvoltooide staat is niet van toepassing, indien de vordering van de aannemer betrekking heeft op een bedrag, waaromtrent de opdrachtgever een spoedgeschil aanhangig heeft gemaakt.
4.
Indien de opdrachtgever in staat van faillissement wordt verklaard, is de aannemer bevoegd de curator te sommeren om binnen acht dagen te verklaren of hij bereid is het werk te doen voortzetten onder zodanige genoegzame zekerheidstelling als de aannemer blijkens de sommatie verlangt. Indien de curator zich bereid verklaart het werk te doen voortzetten, is hij verplicht bij die verklaring de verlangde zekerheid te stellen. Indien de curator niet bereid is het werk te doen voortzetten, is de aannemer gerechtigd het werk in onvoltooide staat te beëindigen. Met betrekking tot de beëindiging in onvoltooide staat is het bepaalde in § 14 van overeenkomstige toepassing.
5.
Ingeval de opdrachtgever onder curatele wordt gesteld, is het bepaalde in het vierde lid van overeenkomstige toepassing. Ingeval de opdrachtgever surseance van betaling wordt verleend of hij met rechterlijke machtiging in een psychiatrisch ziekenhuis wordt geplaatst, is het bepaalde in het vierde lid eveneens van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor ‘de curator’ wordt gelezen ‘de opdrachtgever en de bewindvoerder’ onderscheidenlijk ‘de provisionele bewindvoerder of de curator’.
6.
Ingeval de opdrachtgever overlijdt, is de overeenkomst niet uit dien hoofde ontbonden. Het bepaalde in het vierde lid is alsdan van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor ‘de curator’ wordt gelezen ‘de erfgenamen’. Indien de aannemer zulks verlangt, zijn de erfgenamen verplicht één van hen of een derde schriftelijk aan te wijzen om hen in alle opzichten te vertegenwoordigen.
§ 46. In gebreke blijven, onvermogen of overlijden van de aannemer
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 94 van 132
1.
Ingeval de aannemer de op hem rustende verplichtingen niet nakomt en de opdrachtgever hem deswege in gebreke stelt, zal de ingebrekestelling schriftelijk geschieden en zal de opdrachtgever de aannemer daarbij een redelijke termijn stellen om alsnog zijn verplichtingen na te komen. Reeds voordat de gestelde termijn is verstreken, is de opdrachtgever in dringende gevallen gerechtigd voor rekening van de aannemer zodanige maatregelen te nemen als hij ten nutte van het werk dienstig oordeelt. Indien de aannemer nalatig blijft zijn verplichtingen na te komen, is de opdrachtgever gerechtigd het werk voor rekening van de aannemer te voltooien of te doen voltooien, onverminderd des opdrachtgevers recht op schadevergoeding.
2.
Ingeval de aannemer voor de uitvoering van het werk te weinig personeel of hulpmiddelen, dan wel hulpmiddelen van onvoldoend vermogen of gebrekkige hulpmiddelen bezigt, waardoor naar het oordeel van de directie ontoelaatbare vertraging in de uitvoering ontstaat, zal de directie de aannemer schriftelijk aanmanen de uitvoering te bespoedigen. Indien de aannemer nalatig blijft, is de directie gerechtigd voor rekening van de aannemer zodanige maatregelen te nemen als zij voor de vlotte totstandkoming van het werk dienstig oordeelt.
3.
Ingeval de aannemer in staat van faillissement wordt verklaard, is de opdrachtgever bevoegd de curator te sommeren om binnen acht dagen te verklaren of hij bereid is het werk voort te zetten onder zodanige genoegzame zekerheidstelling als de opdrachtgever blijkens de sommatie verlangt. In afwachting van de beslissing omtrent de voortzetting van het werk is de opdrachtgever in dringende gevallen gerechtigd voor rekening van de aannemer zodanige maatregelen te nemen als hij ten nutte van het werk dienstig oordeelt. Indien de curator zich bereid verklaart het werk voort te zetten, is hij verplicht bij die verklaring de verlangde zekerheid te stellen. Indien de curator niet bereid is het werk voort te zetten, is de opdrachtgever gerechtigd het werk voor rekening van de aannemer te voltooien of te doen voltooien, onverminderd des opdrachtgevers recht op schadevergoeding.
4.
Ingeval de aannemer onder curatele wordt gesteld, is het bepaalde in het derde lid van overeenkomstige toepassing. Ingeval de aannemer surseance van betaling wordt verleend of hij met rechterlijke machtiging in een psychiatrisch ziekenhuis wordt geplaatst, is het bepaalde in het derde lid eveneens van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor ‘de curator’ wordt gelezen ‘de aannemer en de bewindvoerder’ onderscheidenlijk ‘de provisionele bewindvoerder of de curator’.
5.
Ingeval de aannemer overlijdt, is de overeenkomst niet uit dien hoofde ontbonden. Het bepaalde in het derde lid is alsdan van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor ‘de curator’ wordt gelezen ‘de erfgenamen’. Indien de opdrachtgever zulks verlangt, zijn de erfgenamen verplicht één van hen of een derde schriftelijk aan te wijzen om hen in alle opzichten te vertegenwoordigen.
6.
De opdrachtgever zorgt er voor, dat de kosten, die voor de aannemer voortvloeien uit de toepassing van de bepalingen in deze paragraaf, binnen redelijke grenzen blijven.
7.
Ingeval de opdrachtgever overeenkomstig de bepalingen in deze paragraaf maatregelen ten dienste van het werk neemt dan wel het werk zelf voltooit of door derden doet voltooien, is hij gerechtigd daarbij van alle ter beschikking van de aannemer staande hulpmiddelen gebruik te maken of te doen maken.
8.
De opdrachtgever is verplicht de in het voorgaande lid bedoelde hulpmiddelen in goede staat te onderhouden of te doen onderhouden en deze zo spoedig mogelijk, nadat zij voor de uitvoering van het werk niet meer nodig zijn, weer ter beschikking van de aannemer te stellen. Schade, gedurende de periode van het gebruik aan deze hulpmiddelen toegebracht, is
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 95 van 132
voor rekening van de opdrachtgever, tenzij hij bewijst, dat de schade niet aan hem is toe te rekenen. HOOFDSTUK XIV. KOSTENVERHOGENDE OMSTANDIGHEDEN § 47. Kostenverhogende omstandigheden 1.
Onder kostenverhogende omstandigheden worden in deze paragraaf verstaan omstandigheden die van dien aard zijn dat bij het tot stand komen van de overeenkomst geen rekening behoefde te worden gehouden met de kans dat zij zich zouden voordoen, die de aannemer niet kunnen worden toegerekend en die de kosten van het werk aanzienlijk verhogen.
2.
Indien kostenverhogende omstandigheden als bedoeld in het eerste lid intreden heeft de aannemer aanspraak op bijbetaling, in voege als omschreven in het volgende lid en behoudens het bepaalde in het vierde lid.
3.
Indien de aannemer van oordeel is dat kostenverhogende omstandigheden zijn ingetreden dient hij de opdrachtgever hiervan zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte te stellen. Alsdan zal de opdrachtgever op korte termijn met de aannemer overleg plegen omtrent de vraag of kostenverhogende omstandigheden zijn ingetreden en zo ja, in hoeverre de kostenverhoging naar redelijkheid en billijkheid zal worden vergoed.
4.
De opdrachtgever is gerechtigd om in plaats van toe te stemmen in een vergoeding als bedoeld in het derde lid het werk te beperken, te vereenvoudigen of te beëindigen; alsdan zal het door de opdrachtgever verschuldigde naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid worden vastgesteld.
5.
Indien in de UAV of elders in de overeenkomst bijzondere voorschriften zijn opgenomen omtrent kostenverhogende of buitengewone omstandigheden, is voor wat de in die voorschriften geregelde gevallen betreft het bepaalde in deze paragraaf niet van toepassing.
HOOFDSTUK XV. VASTLEGGEN VAN DE TOESTAND, BESLECHTING VAN GESCHILLEN § 48. Vastleggen van de toestand 1.
Indien de directie of de aannemer tijdens de loop van het werk de toestand, waarin enig onderdeel van het werk op zeker tijdstip verkeert, of enig ander feit of feitenverloop betreffende de uitvoering of voorbereiding van het werk wenst vast te leggen, kan zij of hij schriftelijk vorderen, dat die toestand gemeenschappelijk wordt opgenomen of dat feit of feitenverloop gemeenschappelijk wordt geconstateerd en in een op te maken en door hen beiden te ondertekenen proces-verbaal wordt beschreven.
2.
Indien de directie of de aannemer aan de in het eerste lid bedoelde vordering niet voldoet, kan de wederpartij de toestand in een proces-verbaal doen vastleggen overeenkomstig het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw, zoals dit drie maanden voor de dag van de aanbesteding luidt, onverlet de bevoegdheid van de wederpartij zelf de verlangde opnemingen en constateringen in aanwezigheid van getuigen te verrichten en vast te leggen in een met de getuigen te ondertekenen proces-verbaal. De waardering van het aan dit proces-verbaal toe te kennen bewijs is aan het scheidsgerecht van genoemde Raad overgelaten.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 96 van 132
3.
Het proces-verbaal, bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt in tweevoud opgemaakt; één exemplaar is bestemd voor de directie en één voor de aannemer.
§ 49. Beslechting van geschillen 1.
Voor de beslechting van de in deze paragraaf bedoelde geschillen doen partijen uitdrukkelijk afstand van hun recht de tussenkomst van de gewone rechter in te roepen.
2.
Alle geschillen, welke ook – daaronder begrepen die, welke slechts door één der partijen als zodanig worden beschouwd – die naar aanleiding van de overeenkomst of van overeenkomsten, die daarvan een uitvloeisel mochten zijn, tussen opdrachtgever en aannemer mochten ontstaan, worden beslecht door arbitrage overeenkomstig het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw, zoals dit drie maanden voor de dag van aanbesteding luidt.
3.
De aannemer, die een geschil betreffende de eindafrekening aan de in het tweede lid genoemde Raad ter beslechting voorlegt, nadat de opdrachtgever zijn definitieve beslissing omtrent de eindafrekening schriftelijk ter kennis van de aannemer heeft gebracht, is niet ontvankelijk in hetgeen hij meer of anders vordert dan die eindafrekening inhoudt, indien hij het geschil aanhangig maakt later dan zes maanden nadat de opdrachtgever bij aangetekende brief de aandacht van de aannemer op deze termijn heeft gevestigd, tenzij de vordering voortvloeit uit een omstandigheid, welke eerst na het verloop van die termijn is gebleken.
4.
Indien bij een in kracht van gewijsde gegaan rechterlijk vonnis een uitspraak van het scheidsgerecht geheel of gedeeltelijk nietig wordt verklaard, heeft ieder der partijen het recht het geschil, voor zover het dientengevolge onbeslist is gebleven, opnieuw overeenkomstig deze paragraaf te doen beslechten. De vordering is niet ontvankelijk, indien zij bij de in het tweede lid genoemde Raad wordt aanhangig gemaakt later dan drie maanden na het in kracht van gewijsde gaan van de rechterlijke uitspraak. Degene die als scheidsman of secretaris aan de nietig verklaarde beslissing heeft medegewerkt, zal aan de nieuwe behandeling niet mogen medewerken.
5.
Indien beide partijen in onderling overleg hieraan de voorkeur geven, worden de in het tweede lid bedoelde regelen vervangen door die, gegeven in de statuten van de Raad van Arbitrage voor Metaalnijverheid en -handel, met dien verstande dat in aanvulling dezer regelen de bepaling geldt, dat scheidslieden niet bevoegd zijn het tussen partijen overeengekomene te wijzigen.
§ 50. Voortzetting van het werk 1.
De aannemer is gehouden, in afwachting van de totstandkoming van een uitspraak in het geschil, opvordering van de directie het werk volgens haar aanwijzingen voort te zetten, tenzij de Raad van Arbitrage in spoedgeschil anders beslist en onverminderd zijn rechten, die uit bedoelde uitspraak voor hem mochten voortvloeien.
2.
Voor zover de uitkering van enige termijn van betaling vertraging zou ondervinden in verband met een aanhangig geschil, zal de opdrachtgever tot zodanige betaling overgaan als in verband met de stand van het werk en de wederzijdse vorderingen toelaatbaar is. Zodanige betaling zal niet in het geding kunnen worden gebruikt als bewijs van de erkenning door de opdrachtgever van enig recht van de aannemer.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 97 van 132
BIJLAGE A Volmacht De ondergetekende(n) ..... 1), ..... 5) aannemer(s) van ..... ..... 2) Wijst/wijzen als zijn /hun gevolmachtigde aan ..... 3) die hem/hun in alle opzichten vertegenwoordigt voor alle zaken betreffende ..... ..... 4) ....., ..... 20.... 6) De aannemer(s) ..... 7) ..... , ..... 20.... 6) Goedgekeurd, de directie, ..... 7) 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7)
Naam en voornamen van de aannemer of de aannemers, indien hij een natuurlijk persoon is of zijn natuurlijke personen zijn of – in andere gevallen – de hiermee overeenkomende gegevens. Vermelding van het aangenomen werk. Naam en voornamen van de gevolmachtigde. Vermelding van het werk of gedeelte ervan alsmede eventuele bijzondere voorwaarden. Indien de aannemer zelf gevolmachtigde is van gezamenlijke aannemers, wordt hier ingevoegd: ‘gevolmachtigde van de’. Plaats en datum van ondertekening. Handtekening van de aannemers(s) c.q. de directie.
BIJLAGE B Ondergetekende ..... 1), gevestigd te ..... 2), in aanmerking nemende: 1e. dat ..... 3), gevestigd te ..... 4), hierna genoemd ‘de opdrachtgever’, aan ..... 5), gevestigd te ..... 6), hierna genoemd ‘de aannemer’, heeft opgedragen: ..... 7), op welke overeenkomst de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 van toepassing zijn; 2e. dat de aannemer voornemens is daarin de in onderstaande Lijst van Bouwstoffen vermelde bouwstoffen te verwerken; verklaart: dat hij/zij afstand doet van alle aanspraken op bedoelde bouwstoffen en deze na de goedkeuring beschouwt als eigendom van de opdrachtgever ingevolge § 19, eerste lid, der Uniforme Administratieve Voorwaarden voormeld. Lijst van Bouwstoffen: 8), .....) .....) .....) .....) .....)
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 98 van 132
.....) .....) .....) .....) .....) ....., ..... 20.... 9) ..... 10) 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7) 8) 9) 10)
Naam van de leverancier van c.q. rechthebbende op de bouwstoffen. Volledig adres van deze. Naam van de opdrachtgever. Volledig adres van deze. Naam van de aannemer. Volledig adres van deze. Korte beschrijving van het werk. Opsomming der betrokken bouwstoffen. Plaats en datum van ondertekening. Handtekening van de leverancier van c.q. rechthebbende op de bouwstoffen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 99 van 132
Algemeen Besteksbestand RAW Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek Deel 1
Algemeen
05
Tijdsbepaling De teksten en de bijbehorende aanwijsteksten van paragraaf 05 van deel 1 ‘Algemeen’ van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek zijn als volgt gewijzigd:
Het werk opleveren op .......... waarbij de feitelijke uitvoeringsduur -binnen deze ruim aangegeven uitvoeringsduur- in overleg tussen directie en aannemer wordt bepaald overeenkomstig artikel 01.13.07 van de Standaard RAW Bepalingen. DIT ARTIKEL OPNEMEN OM DE MOGELIJKHEID TE BIEDEN OM OP GROND VAN HET BESTEK IN ONDERLING OVERLEG OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 01.13.07 INVULLING TE GEVEN AAN HET BEVORDEREN VAN DE BINNENJAARLIJKSE CONTINUÏTEIT. IN DIT GEVAL DATUM VAN OPLEVERING VERMELDEN. BIJ EEN TOE TE PASSEN KORTING BIJ OVERSCHRIJDING VAN DE DATUM VAN OPLEVERING, ANDERS DAN BEDOELD IN PAR. 42 LID 2 VAN DE U.A.V. 1989 PARAGRAAF 42 LID 2 VAN DE UAV 2012, DEZE KORTING HIER VERMELDEN. ZIE OOK ALGEMENE GEDEELTE (HOOFDSTUK 00) VAN DE HANDLEIDING. INDIEN DE AARD VAN HET WERK, DE OMSTANDIGHEDEN OF DE UTVOERING VAN MET HET WERK IN VERBAND STAANDE WERKEN ZICH VERZET TEGEN EEN FLEXIBELE UITVOERINGSTERMIJN, DE VOORGAANDE TEKST VERVANGEN DOOR DE NAVOLGENDE:
Het werk opleveren op .......... Het bepaalde in artikel 01.13.07 van de Standaard RAW Bepalingen is niet van toepassing IN DIT GEVAL DATUM VAN OPLEVERING OF UITVOERINGSTERMIJN VERMELDEN; ZIE OOK PAR. 8 VAN DE U.A.V. 1989 PARAGRAAF 8 VAN DE UAV 2012. BIJ EEN TOE TE PASSEN KORTING BIJ OVERSCHRIJDING VAN DE DATUM VAN OPLEVERING, ANDERS DAN BEDOELD IN PAR. 42 LID 2 VAN DE U.A.V. 1989 PARAGRAAF 42 LID 2 VAN DE UAV 2012, DEZE KORTING HIER VERMELDEN. ZIE OOK ALGEMENE GEDEELTE (HOOFDSTUK 00) VAN DE HANDLEIDING. Toelichting bij de gewijzigde paragraaf 05 van deel 1 van het Algemeen Besteksbestand RAW Paragraaf 8 van de UAV 1989 is niet inhoudelijk, maar wel redactioneel gewijzigd. Deze wijzigingen zijn niet van invloed op de aanwijstekst, waarin wordt verwezen naar paragraaf 8 van de UAV 1989. Wel is in de betreffende aanwijstekst de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Paragraaf 42 lid 2 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De betreffende aanwijsteksten zijn daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in de betreffende aanwijsteksten op twee plaatsen de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
06
Onderhoudstermijn De tekst van paragraaf 06 van deel 1 ‘Algemeen’ van het Algemeen Besteksbestand RAW Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is als volgt gewijzigd:
De onderhoudstermijn, als bedoeld in paragraaf 11 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, bedraagt ................. INDIEN GEEN ONDERHOUDSTERMIJN IS VOORGESCHREVEN, ACHTER ‘1.06 ONDERHOUDSTERMIJN’ OPNEMEN: ‘GEEN’. Toelichting bij de gewijzigde paragraaf 06 van deel 1 van het Algemeen Besteksbestand RAW
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 100 van 132
Paragraaf 11 lid 1 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De tekst van onderdeel 06 van deel 1 van het Algemeen Besteksbestand RAW behoefde daarom niet te worden gewijzigd. Wel is in de betreffende tekst de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Paragraaf 11 lid 1 van de UAV 1989 is niet inhoudelijk, maar wel redactioneel gewijzigd. Deze wijzigingen zijn niet van invloed op de aanwijstekst, waarin wordt verwezen naar paragraaf 8 van de UAV 1989. Wel is in de betreffende aanwijstekst de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Paragraaf 42 lid 2 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De betreffende aanwijsteksten behoefden daarom niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in de betreffende aanwijsteksten op twee plaatsen de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Deel 2
Beschrijving
Deel 2.2
Nadere beschrijving
02
Kenmerk resultaatsverplichting De tekst van paragraaf 02 van deel 2.2 ‘Nadere beschrijving’ van deel 2 ‘Beschrijving’ van het Algemeen Besteksbestand 2010 - Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is als volgt gewijzigd.
Door een 'V' is aangegeven dat de daarop betrekking hebbende hoeveelheid resultaatsverplichting een verrekenbare hoeveelheid betreft als bedoeld in paragraaf 38 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Afwijkingen worden verrekend overeenkomstig paragraaf 39 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 met inachtneming van paragraaf 01.03 van de Standaard 2010. Door een 'N' is aangegeven dat de daarop betrekking hebbende hoeveelheid resultaatsverplichting een niet verrekenbare hoeveelheid betreft als bedoeld in paragraaf 38 lid 2 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Door een 'A' is aangegeven dat de op de desbetreffende resultaatsverplichting betrekking hebbende hoeveelheden te accorderen hoeveelheden zijn als bedoeld in artikel 01.01.05 van de Standaard 2010. Onder een te accorderen hoeveelheid wordt verstaan een hoeveelheid die nauwkeurig is te bepalen, door de aannemer is te controleren op basis van het bestek, de bij het bestek behorende documenten en eventueel door de opdrachtgever nader te verstrekken aanvullende gegevens en vervolgens in overleg tussen opdrachtgever en aannemer wordt vastgesteld. Toelichting bij de gewijzigde paragraaf 02 van deel 2.2 van het Algemeen Besteksbestand RAW Paragraaf 38 lid 1 van de UAV 1989 is zonder wijzigingen in de UAV 2012 opgenomen. Paragraaf 39 van de UAV 1989 is zonder wijzigingen in de UAV 2012 opgenomen. De tekst van paragraaf 02 behoefde daarom niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in deze paragraaf op drie plaatsen de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
04
Grenzen aan de situering De tekst van paragraaf 04 van deel 2.2 ‘Nadere beschrijving’ van deel 2 ‘Beschrijving’ van het Algemeen Besteksbestand - Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is als volgt gewijzigd.
De in de hierna volgende staat aangegeven grenzen van de situering zijn globaal. De directie is bevoegd de voorgeschreven werkzaamheden op andere plaatsen te laten uitvoeren dan in de posten omschreven, doch wel binnen de grenzen van het werk, zonder dat hiervoor bijbetaling plaatsvindt. De verrekening geschiedt op de daarvoor in aanmerking komende posten, onverminderd het bepaalde in paragraaf 34 van de U.A.V. 1989 UAV 2012.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 101 van 132
Toelichting bij de gewijzigde paragraaf 04 van deel 2.2 van het Algemeen Besteksbestand RAW Paragraaf 34 van de UAV 1989 is zonder wijzigingen opgenomen in de UAV 2012. De tekst van paragraaf 04 behoefde daarom niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in deze paragraaf de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Deel 3
Bepalingen
01
Algemeen en administratief
01.01
Algemene bepalingen
01.01.01
Van toepassing zijnde bepalingen Artikel 01.01.01 lid 01 van paragraaf 01.01 Algemene bepalingen van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van Deel 3 Bepalingen van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is als volgt gewijzigd.
01 Op dit werk zijn van toepassing de Standaard RAW Bepalingen 2010, hierna te noemen ‘Standaard 2010’, uitgegeven door de Stichting CROW, alsmede de daarin van toepassing verklaarde Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken (U.A.V. 1989). Op dit werk zijn van toepassing de Standaard RAW Bepalingen 2010, zoals laatstelijk vastgesteld in december 2010, hierna te noemen ‘Standaard 2010’, uitgegeven door de Stichting CROW. Tot deze Standaard behoort mede, als ware zij er letterlijk in opgenomen, de door de Stichting CROW uitgegeven Errata op deze Standaard, zoals deze op de dag van aanbesteding luidt. Toelichting bij het gewijzigde lid 01 van artikel 01.01.01 Het overbodige tekstdeel ‘, alsmede de daarin van toepassing verklaarde Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken (U.A.V. 1989)’ is vervallen, omdat deze voorwaarden in artikel 01.01.01 lid 01 van de Standaard RAW Bepalingen van toepassing zijn verklaard. De formulering van het eerste deel van de bepaling is aangescherpt. In het nieuw toegevoegde deel van de bepaling worden uitgegeven Errata-documenten van toepassing verklaard. Artikel 01.01.01 lid 02 van paragraaf 01.01 Algemene bepalingen van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van Deel 3 Bepalingen van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is als volgt gewijzigd.
02 De Standaard 2010 is tegen betaling van EUR [......] verkrijgbaar bij de Stichting CROW. Bestellingen schriftelijk aan postbus 37, 6710 BA Ede, per fax aan (0318) 621112 of via de shop op de CROW-website: www.crow.nl. De Standaard 2010 is tegen betaling van EUR 95,- verkrijgbaar bij de Stichting CROW. Bestellingen uitsluitend via de CROW-website (www.crow.nl). De Errata op de Standaard 2010 is gratis als pdf-bestand te downloaden vanaf de RAW-website: www.crow.nl/raw. Toelichting bij het gewijzigde lid 02 van artikel 01.01.01 In deze gewijzigde bepaling is tevens de vindplaats van de Errata opgenomen. Het bestaande lid 03 van artikel 01.01.01 van paragraaf 01.01 Algemene bepalingen van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van Deel 3 Bepalingen van het Algemeen Besteksbestand RAW Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is vervallen.
03 In aanvulling op het bepaalde in artikel 01.01.01 lid 01 van de Standaard 2010,wordt de U.A.V. 1989 gewijzigd dan wel uitgebreid met het navolgende ter
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 102 van 132
verkrijging van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de Uitvoering van Technische Installatiewerken 1992 (U.A.V.T.I.): - Wijziging van paragraaf 1 lid 1: bouwstoffen: de in het werk te brengen materialen, voorwerpen, onderdelen, installaties of onderdelen daarvan, grond van allerlei soort en dergelijke. - Uitbreiding met paragraaf 8a. Beproeving: 1. Indien is overeengekomen dat een werk of een of meer onderdelen daarvan beproefd zullen worden, vindt beproeving plaats. De beproeving geschiedt door de aannemer in aanwezigheid van de directie en dient om vast te stellen of het werk, of het desbetreffende onderdeel daarvan, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen, voor zover dit op het tijdstip van de beproeving mogelijk is. 2. Aannemer en directie stellen in onderling overleg het tijdstip van beproeving vast. Indien aannemer en directie niet komen tot gemeenschappelijke vaststelling van het tijdstip van beproeving, stelt de aannemer dit tijdstip vast en geeft van dit tijdstip ten minste acht dagen tevoren schriftelijk kennis aan de directie. 3. Ten behoeve van de beproeving stelt de aannemer voor zijn rekening het nodige materieel en het personeel voor de bediening daarvan beschikbaar. De kosten van de voor de beproeving benodigde hoeveelheid water en energie zijn voor rekening van de opdrachtgever. 4. Zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vijf dagen na de beproeving, stelt de aannemer een rapport op waarin het beproevingsresultaat is opgenomen, alsmede, indien zulks is overeengekomen, een meetstaat die de meetresultaten en andere relevante gegevens vermeldt. Door de ondertekening van dit in tweevoud op te maken rapport door aannemer en directie staan de resultaten van de beproeving vast. Indien de directie tijdens de beproeving niet aanwezig is geweest, staan de resultaten van de beproeving vast door de enkele vermelding daarvan in het rapport. 5. Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het werk, op het gebied bestreken door de beproeving, niet voldoet aan hetgeen is overeengekomen, zal, nadat de aannemer de nodige verbeteringen heeft aangebracht, de beproeving worden herhaald. Op deze herhaalde beproeving zijn de vorige leden van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat in dit geval de kosten van water en energie, benodigd voor de beproeving, voor rekening van de aannemer zijn. 6. Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het werk, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen en het werk ook overigens is voltooid, vindt opneming plaats zoals bedoeld in paragraaf 9. - Uitbreiding van paragraaf 10. Oplevering, 1a. Indien in het bestek is voorgeschreven dat de aannemer de opdrachtgever bedienings- en onderhoudsvoorschriften zal verstrekken, overhandigt hij deze op het tijdstip van ingebruikneming van het werk, of van het desbetreffende onderdeel daarvan, dan wel uiterlijk op de dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd. Indien in het bestek is voorgeschreven dat de aannemer de opdrachtgever revisietekeningen zal verstrekken, overhandigt hij deze uiterlijk drie maanden na de dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd. - Wijziging van paragraaf 10. Oplevering, derde lid, tweede volzin: De opdrachtgever gaat hiertoe niet over dan nadat hij dit schriftelijk aan de aannemer heeft medegedeeld, hem daarover heeft gehoord en een beproeving als bedoeld in paragraaf 8a van het in gebruik te nemen werk of onderdeel
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 103 van 132
daarvan heeft plaatsgevonden. - Uitbreiding van paragraaf 10. Oplevering, derde lid: Indien in het bestek een onderhouds- of servicetermijn als bedoeld in paragraaf 11 is voorgeschreven, gaat de door de in dit lid bedoelde ingebruikneming de onderhouds- of servicetermijn in onmiddellijk na de dag van ingebruikneming. - Wijziging van de paragrafen 11, 12, 13, 23, 40 en 43a: 'onderhoudstermijn' wijzigen in 'onderhouds- of servicetermijn'. HET BEPAALDE IN DIT LID ALLEEN OPNEMEN IN BESTEKKEN WAARIN SPRAKE IS VAN INSTALLATIEWERK, ZOALS HET INSTALEREN VAN POMPEN IN EEN GEMAAL. Toelichting bij het vervallen lid 03 van artikel 01.01.01 De UAV 2012 is een samenvoeging van de UAV 1989 en de UAVTI 1992. Daarmee is lid 03 van artikel 01.01.01 van paragraaf 0.01 ‘Algemene bepalingen’ van hoofdstuk 01 ‘Algemeen en administratief van het Algemeen Besteksbestand RAW overbodig geworden en is vervallen. Aan artikel 01.01.01 van paragraaf 01.01 Algemene bepalingen van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van Deel 3 Bepalingen van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is een nieuw lid 03 toegevoegd.
03 In aanvulling op het bepaalde in artikel 01.01.01 lid 01 is van toepassing, de definitieve tekst ‘Actualisering RAW-systematiek 2010 aan UAV 2012, januari 2013’. Toelichting bij het nieuwe lid 03 van artikel 01.01.01 Het document ‘Actualisering RAW-systematiek 2010 aan UAV 2012, januari 2013’ bevat alle wijzigingen die in de RAW-naslagwerken moeten worden aangebracht bij de overgang van de UAV 1989 naar de UAV 2012.
04 Het document ‘Actualisering RAW-systematiek 2010 aan UAV 2012, januari 2013’ is gratis als pdf-bestand te downloaden vanaf de RAW-website: www.crow.nl/raw Toelichting bij het nieuwe lid 04 van artikel 01.01.0 Deze bepaling vermeldt de vindplaats van het document ‘‘Actualisering RAW-systematiek 2010 aan UAV 2012, januari 2013’.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 104 van 132
Algemeen Besteksbestand RAW Overeenkomst: Afwijkingen - Deel: Overeenkomsten met open posten Deel 1
Algemeen
06
Onderhoudstermijn De tekst van paragraaf 06 van Deel 1 ‘Algemeen’ van het Algemeen Besteksbestand RAW Overeenkomst: Afwijkingen - Deel: Overeenkomsten met open posten is als volgt gewijzigd.
De onderhoudstermijn, als bedoeld in paragraaf 11 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, bedraagt voor iedere deelopdracht ................. OF
De onderhoudstermijn, als bedoeld in paragraaf 11 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, wordt per deelopdracht vastgesteld, doch zal niet meer bedragen dan ................. INDIEN GEEN ONDERHOUDSTERMIJN IS VOORGESCHREVEN, ACHTER ‘1.06 ONDERHOUDSTERMIJN’ OPNEMEN: ‘GEEN’. Toelichting bij de gewijzigde paragraaf 06 van Deel 1 Algemeen Paragraaf 11 lid 1 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De tekst van paragraaf 06 behoefde daarom niet te worden gewijzigd. Wel is in deze paragraaf op twee plaatsen de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Deel 2
Beschrijving
Deel 2.2
Nadere beschrijving
02
Kenmerk resultaatsverplichting De tekst van paragraaf 02 van Deel 2.2 Nadere beschrijving van Deel 2 Beschrijving van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Afwijkingen - Deel: Overeenkomsten met open posten is als volgt gewijzigd.
Door een 'V' is aangegeven dat de daarop betrekking hebbende hoeveelheid resultaatsverplichting een verrekenbare hoeveelheid betreft als bedoeld in paragraaf 38 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Afwijkingen worden verrekend overeenkomstig paragraaf 39 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 met inachtneming van paragraaf 01.03 van de Standaard 2010. Door een 'O' is aangegeven dat de daarop betrekking hebbende hoeveelheid resultaatsverplichting, aangeduid met sterren (****) bij het vaststellen van de deelopdracht, dan wel tijdens de uitvoering van het werk of direct daarna, wordt bepaald (afroep). Het uit te voeren werk wordt door de directie in deelopdrachten schriftelijk of op afroep opgedragen. Het bepaalde in de artikelen 01.01.10 tot en met 01.01.12 van de Standaard 2010 is van toepassing. Toelichting bij de gewijzigde paragraaf 02 van Deel 2.2 Nadere beschrijving Paragraaf 38 lid 1 van de UAV 1989 is zonder wijzigingen in de UAV 2012 opgenomen. Paragraaf 39 van de UAV 1989 is zonder wijzigingen in de UAV 2012 opgenomen. De tekst van paragraaf 02 behoefde daarom niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in deze paragraaf op twee plaatsen de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
04
Grenzen aan de situering
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 105 van 132
De tekst van paragraaf 04 van Deel 2.2 Nadere beschrijving van Deel 2 Beschrijving van het Algemeen Besteksbestand - Overeenkomst: Afwijkingen - Deel: Overeenkomsten met open posten is als volgt gewijzigd.
De in de hierna volgende staat aangegeven grenzen van de situering zijn globaal. De directie is bevoegd de voorgeschreven werkzaamheden op andere plaatsen te laten uitvoeren dan in de posten omschreven, doch wel binnen de grenzen van het werk, zonder dat hiervoor bijbetaling plaatsvindt. De verrekening geschiedt op de daarvoor in aanmerking komende posten, onverminderd het bepaalde in paragraaf 34 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij de gewijzigde paragraaf 04 van Deel 2.2 Nadere beschrijving Paragraaf 34 van de UAV 1989 is zonder wijzigingen opgenomen in de UAV 2012. De tekst van paragraaf 04 behoefde daarom niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in deze paragraaf de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Deel 3
Bepalingen
01
Algemeen en administratief
01.01
Algemene bepalingen
01.01.01
Van toepassing zijnde bepalingen Artikel 01.01.01 lid 01 van paragraaf 01.01 Algemene bepalingen van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van Deel 3 Bepalingen van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is als volgt gewijzigd.
01 Op dit werk zijn van toepassing de Standaard RAW Bepalingen 2010, hierna te noemen ‘Standaard 2010’, uitgegeven door de Stichting CROW, alsmede de daarin van toepassing verklaarde Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken (U.A.V. 1989). Op dit werk zijn van toepassing de Standaard RAW Bepalingen 2010, zoals laatstelijk vastgesteld in december 2010, hierna te noemen ‘Standaard 2010’, uitgegeven door de Stichting CROW. Tot deze Standaard behoort mede, als ware zij er letterlijk in opgenomen, de door de Stichting CROW uitgegeven Errata op deze Standaard, zoals deze op de dag van aanbesteding luidt. Toelichting bij het gewijzigde lid 01 van artikel 01.01.01 Het overbodige tekstdeel ‘, alsmede de daarin van toepassing verklaarde Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken (U.A.V. 1989)’ is vervallen, omdat deze voorwaarden in artikel 01.01.01 lid 01 van de Standaard RAW Bepalingen van toepassing zijn verklaard. De formulering van het eerste deel van de bepaling is aangescherpt. In het nieuw toegevoegde deel van de bepaling worden uitgegeven Errata-documenten van toepassing verklaard. Artikel 01.01.01 lid 02 van paragraaf 01.01 Algemene bepalingen van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van Deel 3 Bepalingen van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is als volgt gewijzigd.
02 De Standaard 2010 is tegen betaling van EUR [......] verkrijgbaar bij de Stichting CROW. Bestellingen schriftelijk aan postbus 37, 6710 BA Ede, per fax aan (0318) 621112 of via de shop op de CROW-website: www.crow.nl. De Standaard 2010 is tegen betaling van EUR 95,- verkrijgbaar bij de Stichting CROW. Bestellingen uitsluitend via de CROW-website (www.crow.nl). De Errata op de Standaard 2010 is gratis als pdf-bestand te downloaden vanaf de
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 106 van 132
RAW-website: www.crow.nl/raw. Toelichting bij het gewijzigde lid 02 van artikel 01.01.01 In deze gewijzigde bepaling is tevens de vindplaats van de Errata opgenomen. Het bestaande lid 03 van artikel 01.01.01 van paragraaf 01.01 Algemene bepalingen van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van Deel 3 Bepalingen van het Algemeen Besteksbestand RAW Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is vervallen.
03 In aanvulling op het bepaalde in artikel 01.01.01 lid 01 van de Standaard 2010,wordt de U.A.V. 1989 gewijzigd dan wel uitgebreid met het navolgende ter verkrijging van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de Uitvoering van Technische Installatiewerken 1992 (U.A.V.T.I.): - Wijziging van paragraaf 1 lid 1: bouwstoffen: de in het werk te brengen materialen, voorwerpen, onderdelen, installaties of onderdelen daarvan, grond van allerlei soort en dergelijke. - Uitbreiding met paragraaf 8a. Beproeving: 1. Indien is overeengekomen dat een werk of een of meer onderdelen daarvan beproefd zullen worden, vindt beproeving plaats. De beproeving geschiedt door de aannemer in aanwezigheid van de directie en dient om vast te stellen of het werk, of het desbetreffende onderdeel daarvan, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen, voor zover dit op het tijdstip van de beproeving mogelijk is. 2. Aannemer en directie stellen in onderling overleg het tijdstip van beproeving vast. Indien aannemer en directie niet komen tot gemeenschappelijke vaststelling van het tijdstip van beproeving, stelt de aannemer dit tijdstip vast en geeft van dit tijdstip ten minste acht dagen tevoren schriftelijk kennis aan de directie. 3. Ten behoeve van de beproeving stelt de aannemer voor zijn rekening het nodige materieel en het personeel voor de bediening daarvan beschikbaar. De kosten van de voor de beproeving benodigde hoeveelheid water en energie zijn voor rekening van de opdrachtgever. 4. Zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vijf dagen na de beproeving, stelt de aannemer een rapport op waarin het beproevingsresultaat is opgenomen, alsmede, indien zulks is overeengekomen, een meetstaat die de meetresultaten en andere relevante gegevens vermeldt. Door de ondertekening van dit in tweevoud op te maken rapport door aannemer en directie staan de resultaten van de beproeving vast. Indien de directie tijdens de beproeving niet aanwezig is geweest, staan de resultaten van de beproeving vast door de enkele vermelding daarvan in het rapport. 5. Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het werk, op het gebied bestreken door de beproeving, niet voldoet aan hetgeen is overeengekomen, zal, nadat de aannemer de nodige verbeteringen heeft aangebracht, de beproeving worden herhaald. Op deze herhaalde beproeving zijn de vorige leden van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat in dit geval de kosten van water en energie, benodigd voor de beproeving, voor rekening van de aannemer zijn. 6. Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het werk, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen en het werk ook overigens is voltooid, vindt opneming plaats zoals bedoeld in paragraaf 9. - Uitbreiding van paragraaf 10. Oplevering, 1a. Indien in het bestek is voorgeschreven dat de aannemer de opdrachtgever bedienings- en onderhoudsvoorschriften zal verstrekken, overhandigt hij
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 107 van 132
deze op het tijdstip van ingebruikneming van het werk, of van het desbetreffende onderdeel daarvan, dan wel uiterlijk op de dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd. Indien in het bestek is voorgeschreven dat de aannemer de opdrachtgever revisietekeningen zal verstrekken, overhandigt hij deze uiterlijk drie maanden na de dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd. - Wijziging van paragraaf 10. Oplevering, derde lid, tweede volzin: De opdrachtgever gaat hiertoe niet over dan nadat hij dit schriftelijk aan de aannemer heeft medegedeeld, hem daarover heeft gehoord en een beproeving als bedoeld in paragraaf 8a van het in gebruik te nemen werk of onderdeel daarvan heeft plaatsgevonden. - Uitbreiding van paragraaf 10. Oplevering, derde lid: Indien in het bestek een onderhouds- of servicetermijn als bedoeld in paragraaf 11 is voorgeschreven, gaat de door de in dit lid bedoelde ingebruikneming de onderhouds- of servicetermijn in onmiddellijk na de dag van ingebruikneming. - Wijziging van de paragrafen 11, 12, 13, 23, 40 en 43a: 'onderhoudstermijn' wijzigen in 'onderhouds- of servicetermijn'. HET BEPAALDE IN DIT LID ALLEEN OPNEMEN IN BESTEKKEN WAARIN SPRAKE IS VAN INSTALLATIEWERK, ZOALS HET INSTALEREN VAN POMPEN IN EEN GEMAAL. Toelichting bij het vervallen lid 03 van artikel 01.01.01 De UAV 2012 is een samenvoeging van de UAV 1989 en de UAVTI 1992. Daarmee is lid 03 van artikel 01.01.01 van paragraaf 0.01 ‘Algemene bepalingen’ van hoofdstuk 01 ‘Algemeen en administratief van het Algemeen Besteksbestand RAW overbodig geworden en is vervallen. Aan artikel 01.01.01 van paragraaf 01.01 Algemene bepalingen van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van Deel 3 Bepalingen van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is een nieuw lid 03 toegevoegd.
03 In aanvulling op het bepaalde in artikel 01.01.01 lid 01 is van toepassing, de definitieve tekst ‘Actualisering RAW-systematiek 2010 aan UAV 2012, januari 2013’. Toelichting bij het nieuwe lid 03 van artikel 01.01.01 Het document ‘Actualisering RAW-systematiek 2010 aan UAV 2012, januari 2013’ bevat alle wijzigingen die in de RAW-naslagwerken moeten worden aangebracht bij de overgang van de UAV 1989 naar de UAV 2012.
04 Het document ‘Actualisering RAW-systematiek 2010 aan UAV 2012, januari 2013’ is gratis als pdf-bestand te downloaden vanaf de RAW-website: www.crow.nl/raw Toelichting bij het nieuwe lid 04 van artikel 01.01.0 Deze bepaling vermeldt de vindplaats van het document ‘‘Actualisering RAW-systematiek 2010 aan UAV 2012, januari 2013’.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 108 van 132
Algemeen Besteksbestand RAW Overeenkomst: Afwijkingen - Deel: Verklaringen Deel 1
Algemeen
06
Onderhoudstermijn De tekst van paragraaf 06 van Deel 1 Algemeen van het Algemeen Besteksbestand RAW Overeenkomst: Afwijkingen - Deel: Verklaringen is als volgt gewijzigd:
De onderhoudstermijn, als bedoeld in paragraaf 11 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, bedraagt voor iedere deelopdracht ................. OF
De onderhoudstermijn, als bedoeld in paragraaf 11 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, wordt per deelopdracht vastgesteld, doch zal niet meer bedragen dan ................. INDIEN GEEN ONDERHOUDSTERMIJN IS VOORGESCHREVEN, ACHTER ‘1.06 ONDERHOUDSTERMIJN’ OPNEMEN: ‘GEEN’. Toelichting bij de gewijzigde paragraaf 06 van Deel 1 Algemeen Paragraaf 11 lid 1 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De tekst van paragraaf 06 behoefde daarom niet te worden gewijzigd. Wel is in deze paragraaf op twee plaatsen de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Deel 2
Beschrijving
Deel 2.2
Nadere beschrijving
02
Kenmerk resultaatsverplichting De tekst van paragraaf 02 van Deel 2.2 Nadere beschrijving van deel 2 Beschrijving van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Afwijkingen - Deel: Verklaringen is als volgt gewijzigd.
Door een 'V' is aangegeven dat de daarop betrekking hebbende hoeveelheid resultaatsverplichting een verrekenbare hoeveelheid betreft als bedoeld in paragraaf 38 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Afwijkingen worden verrekend overeenkomstig paragraaf 39 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 met inachtneming van paragraaf 01.03 van de Standaard 2010. Door een 'O' is aangegeven dat de daarop betrekking hebbende hoeveelheid resultaatsverplichting, aangeduid met sterren (****) bij het vaststellen van de deelopdracht, dan wel tijdens de uitvoering van het werk of direct daarna, wordt bepaald (afroep). Het uit te voeren werk wordt door de directie in deelopdrachten schriftelijk of op afroep opgedragen. Het bepaalde in de artikelen 01.01.10 tot en met 01.01.12 van de Standaard 2010 is van toepassing. Toelichting bij de gewijzigde paragraaf 02 van Deel 2.2 Nadere beschrijving Paragraaf 38 lid 1 van de UAV 1989 is zonder wijzigingen in de UAV 2012 opgenomen. Paragraaf 39 van de UAV 1989 is zonder wijzigingen in de UAV 2012 opgenomen. De tekst van paragraaf 02 behoefde daarom niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in deze paragraaf op twee plaatsen de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
04
Grenzen aan de situering
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 109 van 132
De tekst van paragraaf 04 van deel 2.2 ‘Nadere beschrijving’ van deel 2 ‘Beschrijving’ van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Afwijkingen - Deel: Verklaringen is als volgt gewijzigd.
De in de hierna volgende staat aangegeven grenzen van de situering zijn globaal. De directie is bevoegd de voorgeschreven werkzaamheden op andere plaatsen te laten uitvoeren dan in de posten omschreven, doch wel binnen de grenzen van het werk, zonder dat hiervoor bijbetaling plaatsvindt. De verrekening geschiedt op de daarvoor in aanmerking komende posten, onverminderd het bepaalde in paragraaf 34 van de U.A.V. 1989 UAV 2012. Toelichting bij gewijzigde paragraaf 04 Paragraaf 34 van de UAV 1989 is zonder wijzigingen opgenomen in de UAV 2012. De tekst van paragraaf 04 behoefde daarom niet inhoudelijk te worden gewijzigd. Wel is in deze paragraaf de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
Deel 3
Bepalingen
01
Algemeen en administratief
01.01
Algemene bepalingen
01.01.01
Van toepassing zijnde bepalingen Artikel 01.01.01 lid 01 van paragraaf 01.01 Algemene bepalingen van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van Deel 3 Bepalingen van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is als volgt gewijzigd.
01 Op dit werk zijn van toepassing de Standaard RAW Bepalingen 2010, hierna te noemen ‘Standaard 2010’, uitgegeven door de Stichting CROW, alsmede de daarin van toepassing verklaarde Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken (U.A.V. 1989). Op dit werk zijn van toepassing de Standaard RAW Bepalingen 2010, zoals laatstelijk vastgesteld in december 2010, hierna te noemen ‘Standaard 2010’, uitgegeven door de Stichting CROW. Tot deze Standaard behoort mede, als ware zij er letterlijk in opgenomen, de door de Stichting CROW uitgegeven Errata op deze Standaard, zoals deze op de dag van aanbesteding luidt. Toelichting bij het gewijzigde lid 01 van artikel 01.01.01 Het overbodige tekstdeel ‘, alsmede de daarin van toepassing verklaarde Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken (U.A.V. 1989)’ is vervallen, omdat deze voorwaarden in artikel 01.01.01 lid 01 van de Standaard RAW Bepalingen van toepassing zijn verklaard. De formulering van het eerste deel van de bepaling is aangescherpt. In het nieuw toegevoegde deel van de bepaling worden uitgegeven Errata-documenten van toepassing verklaard. Artikel 01.01.01 lid 02 van paragraaf 01.01 Algemene bepalingen van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van Deel 3 Bepalingen van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is als volgt gewijzigd.
02 De Standaard 2010 is tegen betaling van EUR [......] verkrijgbaar bij de Stichting CROW. Bestellingen schriftelijk aan postbus 37, 6710 BA Ede, per fax aan (0318) 621112 of via de shop op de CROW-website: www.crow.nl. De Standaard 2010 is tegen betaling van EUR 95,- verkrijgbaar bij de Stichting CROW. Bestellingen uitsluitend via de CROW-website (www.crow.nl). De Errata op de Standaard 2010 is gratis als pdf-bestand te downloaden vanaf de
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 110 van 132
RAW-website: www.crow.nl/raw. Toelichting bij het gewijzigde lid 02 van artikel 01.01.01 In deze gewijzigde bepaling is tevens de vindplaats van de Errata opgenomen. Het bestaande lid 03 van artikel 01.01.01 van paragraaf 01.01 Algemene bepalingen van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van Deel 3 Bepalingen van het Algemeen Besteksbestand RAW Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is vervallen.
03 In aanvulling op het bepaalde in artikel 01.01.01 lid 01 van de Standaard 2010,wordt de U.A.V. 1989 gewijzigd dan wel uitgebreid met het navolgende ter verkrijging van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de Uitvoering van Technische Installatiewerken 1992 (U.A.V.T.I.): - Wijziging van paragraaf 1 lid 1: bouwstoffen: de in het werk te brengen materialen, voorwerpen, onderdelen, installaties of onderdelen daarvan, grond van allerlei soort en dergelijke. - Uitbreiding met paragraaf 8a. Beproeving: 1. Indien is overeengekomen dat een werk of een of meer onderdelen daarvan beproefd zullen worden, vindt beproeving plaats. De beproeving geschiedt door de aannemer in aanwezigheid van de directie en dient om vast te stellen of het werk, of het desbetreffende onderdeel daarvan, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen, voor zover dit op het tijdstip van de beproeving mogelijk is. 2. Aannemer en directie stellen in onderling overleg het tijdstip van beproeving vast. Indien aannemer en directie niet komen tot gemeenschappelijke vaststelling van het tijdstip van beproeving, stelt de aannemer dit tijdstip vast en geeft van dit tijdstip ten minste acht dagen tevoren schriftelijk kennis aan de directie. 3. Ten behoeve van de beproeving stelt de aannemer voor zijn rekening het nodige materieel en het personeel voor de bediening daarvan beschikbaar. De kosten van de voor de beproeving benodigde hoeveelheid water en energie zijn voor rekening van de opdrachtgever. 4. Zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vijf dagen na de beproeving, stelt de aannemer een rapport op waarin het beproevingsresultaat is opgenomen, alsmede, indien zulks is overeengekomen, een meetstaat die de meetresultaten en andere relevante gegevens vermeldt. Door de ondertekening van dit in tweevoud op te maken rapport door aannemer en directie staan de resultaten van de beproeving vast. Indien de directie tijdens de beproeving niet aanwezig is geweest, staan de resultaten van de beproeving vast door de enkele vermelding daarvan in het rapport. 5. Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het werk, op het gebied bestreken door de beproeving, niet voldoet aan hetgeen is overeengekomen, zal, nadat de aannemer de nodige verbeteringen heeft aangebracht, de beproeving worden herhaald. Op deze herhaalde beproeving zijn de vorige leden van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat in dit geval de kosten van water en energie, benodigd voor de beproeving, voor rekening van de aannemer zijn. 6. Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het werk, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen en het werk ook overigens is voltooid, vindt opneming plaats zoals bedoeld in paragraaf 9. - Uitbreiding van paragraaf 10. Oplevering, 1a. Indien in het bestek is voorgeschreven dat de aannemer de opdrachtgever bedienings- en onderhoudsvoorschriften zal verstrekken, overhandigt hij
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 111 van 132
deze op het tijdstip van ingebruikneming van het werk, of van het desbetreffende onderdeel daarvan, dan wel uiterlijk op de dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd. Indien in het bestek is voorgeschreven dat de aannemer de opdrachtgever revisietekeningen zal verstrekken, overhandigt hij deze uiterlijk drie maanden na de dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd. - Wijziging van paragraaf 10. Oplevering, derde lid, tweede volzin: De opdrachtgever gaat hiertoe niet over dan nadat hij dit schriftelijk aan de aannemer heeft medegedeeld, hem daarover heeft gehoord en een beproeving als bedoeld in paragraaf 8a van het in gebruik te nemen werk of onderdeel daarvan heeft plaatsgevonden. - Uitbreiding van paragraaf 10. Oplevering, derde lid: Indien in het bestek een onderhouds- of servicetermijn als bedoeld in paragraaf 11 is voorgeschreven, gaat de door de in dit lid bedoelde ingebruikneming de onderhouds- of servicetermijn in onmiddellijk na de dag van ingebruikneming. - Wijziging van de paragrafen 11, 12, 13, 23, 40 en 43a: 'onderhoudstermijn' wijzigen in 'onderhouds- of servicetermijn'. HET BEPAALDE IN DIT LID ALLEEN OPNEMEN IN BESTEKKEN WAARIN SPRAKE IS VAN INSTALLATIEWERK, ZOALS HET INSTALEREN VAN POMPEN IN EEN GEMAAL. Toelichting bij het vervallen lid 03 van artikel 01.01.01 De UAV 2012 is een samenvoeging van de UAV 1989 en de UAVTI 1992. Daarmee is lid 03 van artikel 01.01.01 van paragraaf 0.01 ‘Algemene bepalingen’ van hoofdstuk 01 ‘Algemeen en administratief van het Algemeen Besteksbestand RAW overbodig geworden en is vervallen. Aan artikel 01.01.01 van paragraaf 01.01 Algemene bepalingen van hoofdstuk 01 Algemeen en administratief van Deel 3 Bepalingen van het Algemeen Besteksbestand RAW - Overeenkomst: Bestek - Deel: Bestek is een nieuw lid 03 toegevoegd.
03 In aanvulling op het bepaalde in artikel 01.01.01 lid 01 is van toepassing, de definitieve tekst ‘Actualisering RAW-systematiek 2010 aan UAV 2012, januari 2013’. Toelichting bij het nieuwe lid 03 van artikel 01.01.01 Het document ‘Actualisering RAW-systematiek 2010 aan UAV 2012, januari 2013’ bevat alle wijzigingen die in de RAW-naslagwerken moeten worden aangebracht bij de overgang van de UAV 1989 naar de UAV 2012.
04 Het document ‘Actualisering RAW-systematiek 2010 aan UAV 2012, januari 2013’ is gratis als pdf-bestand te downloaden vanaf de RAW-website: www.crow.nl/raw Toelichting bij het nieuwe lid 04 van artikel 01.01.0 Deze bepaling vermeldt de vindplaats van het document ‘‘Actualisering RAW-systematiek 2010 aan UAV 2012, januari 2013’.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 112 van 132
RAW-catalogus Bepalingen 01.01
Algemene bepalingen
01.01.01
Van toepassing zijn de bepalingen Artikel 01.01.01 lid 03 is vervallen.
03 In aanvulling op het bepaalde in artikel 01.01.01 lid 01 van de Standaard 2010,wordt de U.A.V. 1989 gewijzigd dan wel uitgebreid met het navolgende ter verkrijging van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de Uitvoering van Technische Installatiewerken 1992 (U.A.V.T.I.): - Wijziging van paragraaf 1 lid 1: bouwstoffen: de in het werk te brengen materialen, voorwerpen, onderdelen, installaties of onderdelen daarvan, grond van allerlei soort en dergelijke. - Uitbreiding met paragraaf 8a. Beproeving: 1. Indien is overeengekomen dat een werk of een of meer onderdelen daarvan beproefd zullen worden, vindt beproeving plaats. De beproeving geschiedt door de aannemer in aanwezigheid van de directie en dient om vast te stellen of het werk, of het desbetreffende onderdeel daarvan, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen, voor zover dit op het tijdstip van de beproeving mogelijk is. 2. Aannemer en directie stellen in onderling overleg het tijdstip van beproeving vast. Indien aannemer en directie niet komen tot gemeenschappelijke vaststelling van het tijdstip van beproeving, stelt de aannemer dit tijdstip vast en geeft van dit tijdstip ten minste acht dagen tevoren schriftelijk kennis aan de directie. 3. Ten behoeve van de beproeving stelt de aannemer voor zijn rekening het nodige materieel en het personeel voor de bediening daarvan beschikbaar. De kosten van de voor de beproeving benodigde hoeveelheid water en energie zijn voor rekening van de opdrachtgever. 4. Zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vijf dagen na de beproeving, stelt de aannemer een rapport op waarin het beproevingsresultaat is opgenomen, alsmede, indien zulks is overeengekomen, een meetstaat die de meetresultaten en andere relevante gegevens vermeldt. Door de ondertekening van dit in tweevoud op te maken rapport door aannemer en directie staan de resultaten van de beproeving vast. Indien de directie tijdens de beproeving niet aanwezig is geweest, staan de resultaten van de beproeving vast door de enkele vermelding daarvan in het rapport. 5. Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het werk, op het gebied bestreken door de beproeving, niet voldoet aan hetgeen is overeengekomen, zal, nadat de aannemer de nodige verbeteringen heeft aangebracht, de beproeving worden herhaald. Op deze herhaalde beproeving zijn de vorige leden van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat in dit geval de kosten van water en energie, benodigd voor de beproeving, voor rekening van de aannemer zijn. 6. Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het werk, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen en het werk ook overigens is voltooid, vindt opneming plaats zoals bedoeld in paragraaf 9. - Uitbreiding van paragraaf 10. Oplevering, eerste lid, Indien in het bestek is voorgeschreven dat de aannemer de opdrachtgever bedienings- en onderhoudsvoorschriften zal verstrekken, overhandigt hij deze
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 113 van 132
op het tijdstip van ingebruikneming van het werk, of van het desbetreffende onderdeel daarvan, dan wel uiterlijk op de dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd. Indien in het bestek is voorgeschreven dat de aannemer de opdrachtgever revisietekeningen zal verstrekken, overhandigt hij deze uiterlijk drie maanden na de dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd. - Wijziging van paragraaf 10. Oplevering, derde lid, tweede volzin: De opdrachtgever gaat hiertoe niet over dan nadat hij dit schriftelijk aan de aannemer heeft medegedeeld, hem daarover heeft gehoord en een beproeving als bedoeld in paragraaf 8a van het in gebruik te nemen werk of onderdeel daarvan heeft plaatsgevonden. - Uitbreiding van paragraaf 10. Oplevering, derde lid: Indien in het bestek een onderhouds- of servicetermijn als bedoeld in paragraaf 11 is voorgeschreven, gaat de door de in dit lid bedoelde ingebruikneming de onderhouds- of servicetermijn in onmiddellijk na de dag van ingebruikneming. - Wijziging van de paragrafen 11, 12, 13, 23, 40 en 43a: 'onderhoudstermijn' wijzigen in 'onderhouds- of servicetermijn'. HET BEPAALDE IN DIT LID ALLEEN OPNEMEN IN BESTEKKEN WAARIN SPRAKE IS VAN INSTALLATIEWERK, ZOALS HET INSTALLEREN VAN POMPEN IN EEN GEMAAL. Toelichting bij het vervallen artikel 01.01.01 lid 03 De UAV 2012 is een samenvoeging van de UAV 1989 en de UAVTI 1992. Daarmee is deze bepaling overbodig geworden en is vervallen.
01.07
Zekerheidstelling
01.07.01
Waarde en vorm zekerheidstelling Artikel 01.07.01 lid 03 is als volgt gewijzigd.
03 Een zekerheidstelling als bedoeld in paragraaf 43a van de U.A.V. 1989 UAV 2012, wordt van de aannemer niet verlangd. LID 03 ALLEEN OPNEMEN INDIEN GEEN ZEKERHEIDSTELLING VAN DE AANNEMER WORDT VERLANGD. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.07.01 lid 03 Paragraaf 43a van de UAV 1989 is -behoudens de wijziging in lid 4 van 'Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland' in 'Raad van Arbitrage voor de Bouw'- ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling behoefde daarom niet te worden gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst 'U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.11
Verband met andere werken
01.11.01
Werken die in elkander grijpen Artikel 01.11.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 In verband met het bepaalde in paragraaf 31 lid 1 van de U.A.V. 1989 UAV 2012 wordt de aannemer erop gewezen dat de navolgende werken in elkander grijpen: ................................................................................................................................ DE DESBETREFFENDE IN ELKANDER GRIJPENDE WERKEN VERMELDEN. VOOR DE COÖRDINATIE VAN DEZE WERKEN WORDT VERWEZEN NAAR PAR. PARAGRAAF 31 LID 2 VAN DE U.A.V. 1989 UAV 2012.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 114 van 132
Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.11.01 lid 01 Paragraaf 31 lid 1 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De tekst van de bepaling behoefde daarom niet te worden gewijzigd. Wel is in deze bepaling op één plaats in de tekst en op één plaats in de aanwijstekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
01.13
Kwaliteitsplan, algemeen schema, werkplan, flexibele uitvoeringstermijn
01.13.06
Algemeen Artikel 01.13.06 lid 01 is vervallen.
01 Van de aannemer wordt een algemeen tijdschema, als bedoeld in paragraaf 26 van de U.A.V. 1989, verlangd. INDIEN IN DEEL 0 VAN HET BESTEK, ONDER PARAGRAAF 04 SUB 4 WORDT VERLANGD DAT DE AANNEMER IN HET BEZIT IS VAN EEN KWALITEITSSYSTEEMCERTIFICAAT, IS HET OPNEMEN VAN BEPALINGEN MET BETREKKING TOT HET ALGEMEEN TIJDSCHEMA OF GEDETAILLEERD WERKPLAN NIET NOODZAKELIJK. Toelichting bij het vervallen artikel 01.13.06 lid 01 De eerste zin van paragraaf 26 lid 1 van de UAV 2012 luidt als volgt: De aannemer stelt zo spoedig mogelijk een op de aard van het werk afgestemd algemeen tijdschema op. Deze bepaling is daarom vervallen. Artikel 01.13.06 lid 02 is als volgt gewijzigd.
02 Naast een het algemeen tijdschema, als bedoeld in paragraaf 26 lid 1 van de UAV 2012, wordt van de aannemer een gedetailleerd werkplan, als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, verlangd omvattende: ................ LID 02 OPNEMEN ALS DE AANNEMER NAAST HET ALGEMEEN TIJDSCHEMA OOK EEN GEDETAILLEERD WERKPLAN MOET OPSTELLEN. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.13.06 lid 02 De eerste zin van paragraaf 26 lid 1 van de UAV 2012 luidt als volgt: De aannemer stelt zo spoedig mogelijk een op de aard van het werk afgestemd algemeen tijdschema op. In de bepaling is de verwijzing naar het algemeen tijdschema als bedoeld in paragraaf 26 lid 1 opgenomen. In de bepaling is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Aan de bepaling is een aanwijstekst toegevoegd. Artikel 01.13.06 lid 03 is als volgt gewijzigd.
03 Van de aannemer wordt in plaats van een het algemeen tijdschema, als bedoeld in paragraaf 26 lid 1 van de UAV 2012, een gedetailleerd werkplan, als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, verlangd omvattende: ................ INDIEN EEN GEDETAILEERD WERKPLAN WORDT VERLANGD LID 02 OF LID 03 OPNEMEN. LID 03 OPNEMEN ALS DE AANNEMER IN PLAATS VAN HET ALGEMEEN TIJDSCHEMA EEN GEDETAILLEERD WERKPLAN MOET OPSTELLEN. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.13.06 lid 03 De eerste zin van paragraaf 26 lid 1 van de UAV 2012 luidt als volgt: De aannemer stelt zo spoedig mogelijk een op de aard van het werk afgestemd algemeen tijdschema op. In de bepaling is de verwijzing naar het algemeen tijdschema als bedoeld in paragraaf 26 lid 1 vermeld. In de bepaling is de ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Aan de bepaling is een aanwijstekst toegevoegd.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 115 van 132
01.14
Bouwstoffen
01.14.02
Keuring van bouwstoffen (gecertificeerde bouwstoffen) Artikel 01.14.02 lid 04 is als volgt gewijzigd.
04 Wanneer de aannemer bouwstoffen, waarvan levering met een kwaliteitsverklaring als bedoeld in lid 01 mogelijk is, wenst te betrekken van een producent die deze bouwstoffen niet met deze kwaliteitsverklaring levert, worden de desbetreffende bouwstoffen door of vanwege de directie gekeurd overeenkomstig paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, met dien verstande dat de hieraan verbonden kosten voor rekening van de aannemer komen. De directie kan verlangen dat de aannemer deze bouwstoffen voor zijn rekening laat keuren door een door de directie aan te wijzen keuringsinstituut. In dat geval dient de aannemer een afschrift van het keuringsrapport aan de directie te overleggen. LID 04 OPNEMEN ALS DE OPDRACHTGEVER ALLE BOUWSTOFFEN, DIE LEVERBAAR ZIJN MET EEN KWALITEITSVERKLARING ALS BEDOELD IN LID 01 DOOR DE AANNEMER WORDEN BETROKKEN VAN EEN PRODUCENT DIE DEZE BOUWSTOFFEN LEVERT ZONDER DEZE KWALITEITSVERKLARING, WENST TE KEUREN. Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.14.02 lid 04 Vanwege paragraaf 18 van de UAV 2012 behoeft deze keuzebepaling niet inhoudelijk te worden gewijzigd. In de bepaling is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’. Aan de bepaling is een aanwijstekst toegevoegd. Artikel 01.14.02 lid 06 is vervallen.
06 Bouwstoffen die met een kwaliteitsverklaring als bedoeld in lid 01 worden geleverd, worden geacht te zijn gekeurd in de zin van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 indien het desbetreffende document aan de directie is afgegeven en de bouwstoffen door de directie op het werk zijn geïnspecteerd. Toelichting bij het vervallen artikel 01.14.02 lid 06 De bepaling is vervallen, vanwege het bepaalde in paragraaf 17 lid 1 en paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012. Deze bepaling heeft als voorbeeld gediend voor de formulering van de tweede alinea van paragraaf 18 lid 1 van de UAV 2012. Artikel 01.14.02 lid 07 is als volgt gewijzigd.
07 Het bepaalde ten aanzien van de keuring als bedoeld in lid 06 is niet van toepassing op de navolgende bouwstoffen: - ...................................., - ...................................., Deze bouwstoffen zullen overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 worden gekeurd. De directie keurt de volgende bouwstoffen die met een kwaliteitsverklaring als bedoeld in 01 worden geleverd overeenkomstig het bepaalde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de UAV 2012: ..................................... ..................................... Toelichting bij het gewijzigde artikel 01.14.02 lid 07 De bepaling is gewijzigd vanwege het vervallen lid 06 van artikel 01.14.02 van de RAW-catalogus Bepalingen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 116 van 132
Aan artikel 01.14.02 is het nieuwe lid 08 als volgt toegevoegd.
08 De directie keurt de door de aannemer te leveren bouwstoffen overeenkomstig het bepaalde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de UAV 2012. DIT ARTIKEL OPNEMEN, INDIEN DE OPDRACHTGEVER ALLE DOOR DE AANNEMER TE LEVEREN BOUWSTOFFEN WIL KEUREN. Toelichting bij het nieuwe artikel 01.14.02 lid 08 van de RAW-catalogus Bepalingen Aan artikel 01.14.01 van de RAW-catalogus Bepalingen is lid 07 toegevoegd. De opdrachtgever kan deze keuzebepaling gebruiken, indien hij alle door de aannemer te leveren bouwstoffen wil keuren, voordat deze in het werk worden gebracht. Aan artikel 01.14.02 is het nieuwe lid 09 als volgt toegevoegd.
09 De directie keurt de volgende door de aannemer te leveren bouwstoffen overeenkomstig het bepaalde in de paragrafen 2 tot en met 13 van de UAV 2012: ............................. ............................. DIT ARTIKEL OPNEMEN, INDIEN DE OPDRACHTGEVER BEPAALDE DOOR DE AANNEMER TE LEVEREN BOUWSTOFFEN WIL KEUREN. Toelichting bij het nieuwe artikel 01.14.02 lid 09 Aan artikel 01.14.01 van de RAW-catalogus Bepalingen is lid 08 toegevoegd. De opdrachtgever kan deze keuzebepaling gebruiken, indien hij een nader aan te vermelden deel van de door de aannemer te leveren bouwstoffen wil keuren, voordat deze in het werk worden gebracht.
01.23.01
Gebruik van de VISI-systematiek Aan artikel 01.23.01 is het volgende lid 02 toegevoegd.
02 In afwijking van het in artikel 01.23.01 lid 04 van de Standaard RAW Bepalingen voorgeschreven digitale formaat worden basisdocumenten in het volgende digitale formaat uitgewisseld: ………………………. DIT ARTIKEL OPNEMEN ALS HET GEBRUIK VAN VISI-SYSTEMATIEK IS VOORGESCHREVEN EN VOOR HET DIGITALE FORMAAT VAN DE BASISDOCUMENTEN EEN ANDER FORMAAT DAN HET PDF-FORMAAT MOET WORDEN GEBRUIKT. TOE TE PASSEN FORMAAT OF FORMATEN VERMELDEN. Toelichting bij het nieuwe artikel 01.23.01 lid 02 Artikel 01.23.01 lid 02 is toegevoegd. Het betreft het verplaatste artikel 01.23.02 lid 01 van de RAW-catalogus Bepalingen. Artikel 01.23.02 is vervallen (is verplaatst naar artikel 01.23.01).
01.23.02
Digitale formaat van basisdocumenten 01 In afwijking van het in artikel 01.23.01 lid 04 van de Standaard 2010 voorgeschreven digitale formaat worden basisdocumenten in het volgende digitale formaat uitgewisseld: ………………………. DIT ARTIKEL OPNEMEN ALS HET GEBRUIK VAN VISI-SYSTEMATIEK IS VOORGESCHREVEN EN VOOR HET DIGITALE FORMAAT VAN DE
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 117 van 132
BASISDOCUMENTEN EEN ANDER FORMAAT DAN HET PDF-FORMAAT MOET WORDEN GEBRUIKT. HET TOE TE PASSEN FORMAAT OF FORMATEN VERMELDEN. Toelichting bij het vervallen artikel 01.23.02 van de RAW-catalogus Bepalingen De inhoud van lid 01 van artikel 01.23.02 van de RAW-catalogus Bepalingen is verplaatst naar lid 02 van artikel 01.23.01 van de RAW-catalogus Bepalingen. Het nieuwe artikel 01.23.02 als volgt toegevoegd.
01.23.02
Bouwvergaderingen 01 Tijdens de uitvoering van het werk worden bouwvergaderingen gehouden met inachtneming van het bepaalde in paragraaf 27 lid 9 van de UAV 2012. DIT ARTIKEL OPNEMEN ALS DE OPDRACHTGEVER TIJDENDS DE UITVOERING VAN HET WERK BOUWVERGADERINGEN WIL HOUDEN. EVENTUEEL DE FREQUENTIE VAN DE TE HOUDEN BOUWVERGADERINGEN VERMELDEN. Toelichting bij lid 01 van het nieuwe artikel 01.23.02 Deze bepaling is toegevoegd om de bestekschrijver in de gelegenheid te stellen om in het bestek het houden van bouwvergaderingen tijdens de uitvoering van het werk te regelen. Artikel 22.04.01 is vervallen.
22.04.01
Geotextielen en roosters Artikel 22.04.01 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden mogen geotextielen en roosters, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan. Toelichting bij het vervallen artikel 22.04.01 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 22.04.01 lid 02 is vervallen.
02 Bouwstoffen als bedoeld in lid 01, mogen slechts worden verwerkt, nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat de bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen. Toelichting bij het vervallen artikel 22.04.01 lid 02 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 22.04.01 lid 03 is vervallen.
03 De directie is bevoegd om monsters van de in lid 01 bedoelde bouwstoffen te nemen en deze te onderzoeken. Het gestelde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 22.04.01 lid 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 118 van 132
Artikel 28.14.01 is vervallen.
28.14.01
Verwerking van bouwstoffen Artikel 28.14.01 lid 01 is vervallen.
01 Het bepaalde in artikel 28.14.01 van de Standaard 2010 is niet van toepassing. Voor de verwerking en keuring van bouwstoffen zijn de paragrafen 17 en 18 van de U.A.V. 1989 onverkort van kracht. DIT ARTIKEL OPNEMEN, INDIEN VOOR DE KEURING VAN BOUWSTOFFEN DE PARAGRAFEN 17 EN 18 VAN DE U.A.V. 1989 ONVERKORT VAN KRACHT MOETEN BLIJVEN. Toelichting bij het vervallen artikel 28.14.01 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012.
28.63.01
Gedetailleerd werkplan voor het aanbrengen van schraal beton Artikel 28.63.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 Ten minste twee weken voordat met de werkzaamheden voor het aanbrengen van een funderingslaag van schraal beton wordt begonnen, dient de aannemer met betrekking tot deze werkzaamheden een gedetailleerd werkplan, in de zin van als bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V. 1989 UAV 2012, in bij de directie. Toelichting bij het gewijzigde artikel 28.63.01 lid 01 Paragraaf 26 lid 6 van de UAV 1989 is ongewijzigd opgenomen in de UAV 2012. De bepaling is daarom inhoudelijk niet gewijzigd. Wel is in deze bepaling de tekst 'in de zin van' gewijzigd in 'als bedoeld in' en is de tekst ‘U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘UAV 2012’.
35.04.01
Onderhouds- en servicetermijn Artikel 35.04.01 lid 01 is als volgt gewijzigd.
01 De onderhouds- of servicetermijn, als bedoeld in paragraaf 11 lid 1 van de U.A.V.T.I 1992 UAV 2012 bedraagt .. weken. DEZE BEPALING OPNEMEN ALS EEN ONDERHOUDS- OF SERVICETERMIJN WORDT VERLANGD. HET GEWENSTE AANTAL WEKEN (13, 26 OF 52) VERMELDEN. DE VOORKEUR GAAT UIT NAAR HET VERMELDEN VAN EEN ZO KORT MOGELIJKE PERIODE, ECHTER NIET KORTER DAN 13 WEKEN.. Toelichting bij het gewijzigde artikel 35.04.01 lid 01 De bepaling is gewijzigd, omdat de UAV 2012 een vereniging zijn geworden van de UAV 1989 en de UAVTI. 1992. Paragraaf 11 lid 1 van de UAVTI 1992 is gelijk aan paragraaf 11 lid 1 van de UAV 2012. De UAV 2012 zijn van toepassing verklaard via het gewijzigde lid 01 van artikel 01.01.01 van de Standaard RAW Bepalingen.
51.04.11
Keuren plantmateriaal Artikel 51.04.11 lid 01 van de Standaard RAW Bepalingen is vervallen en is in gewijzigde vorm als volgt opgenomen in artikel 51.04.11 lid 01 van de RAW-catalogus Bepalingen.
01 Indien in het bestek voorkeuren is aangegeven, wordt het betreffende plantmateriaal met inachtneming van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989, op de kwekerij gekeurd. De directie keurt het plantmateriaal op de kwekerij. Op het keuren van het
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 119 van 132
plantmateriaal is het bepaalde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de UAV 2012 van overeenkomstige toepassing. Toelichting bij artikel 51.04.11 lid 01 Ingevolge paragraaf 18 van de UAV 2012 is lid 01 van artikel 51.04.11 van de Standaard RAW Bepalingen vervallen en is dit lid in gewijzigde vorm in de RAW-catalogus Bepalingen opgenomen, het betreft een keuzebepaling. Artikel 52.04.01 is vervallen.
52.04.01
Geotextielen, structuurmatten en folies Artikel 52.04.01 lid 01 is vervallen.
01 Met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden mogen geotextielen, structuurmatten en folies, in afwijking van het bepaalde in paragraaf 17 lid 2 en paragraaf 18 lid 1 van de U.A.V. 1989, door de aannemer worden verwerkt zonder dat daaraan een goedkeuring door de directie is voorafgegaan. Toelichting bij het vervallen artikel 52.04.01 lid 01 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 52.04.01 lid 02 is vervallen.
02 Bouwstoffen als bedoeld in lid 01, mogen slechts worden verwerkt, nadat de aannemer door eigen onderzoek of uit door derden verstrekte onderzoeksresultaten heeft vastgesteld dat de bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen. Toelichting bij het vervallen artikel 52.04.01 lid 02 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012. Bij paragraaf 17 lid 2 van de UAV 2012 is als toelichting gegeven: De opdrachtgever is niet langer verplicht bouwstoffen te keuren. In het bestek moet worden bepaald of en in hoeverre bouwstoffen moeten worden gekeurd. Artikel 52.04.01 lid 03 is vervallen.
03 De directie is bevoegd om monsters van de in lid 01 bedoelde bouwstoffen te nemen en deze te onderzoeken. Het gestelde in de leden 2 tot en met 13 van paragraaf 18 van de U.A.V. 1989 is hierop van toepassing. Toelichting bij het vervallen artikel 52.04.01 lid 03 De bepaling is vervallen vanwege paragraaf 17 van de UAV 2012.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 120 van 132
RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen Hoofdcode 61.01.02 - Opruimen van werkterrein. Hoofdcode 61.01.02 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen is als volgt gewijzigd. WERKCATEGORIE: SUBWERKCATEGORIE: ROMPTEKST:
61 Werk algemene aard. 01 Werkterrein. Opruimen werkterrein.
VERSIE
2002-12
HOOFDCODE: 61.01.02 DEFICODE 1 2 3
TEKSTEN 4
1 2
3
1 2
1 2
5
EENHEID
6
EUR Opruimen van werkterrein. # Eventuele bijzonderheden vermelden. Deze resultaatsbeschrijving gebruiken voor besteksposten, in het bestek op te nemen onder 'Eenmalige kosten' (bestekspostnr. 91). In het opruimen van het werkterrein is begrepen het opbreken en afvoeren van alle voor het werk benodigde bouwkantoren, keten, wagens, werkplaatsen en loodsen, inclusief het opbreken en afvoeren van de verharding van parkeerplaatsen en hulpwegen en het in de voorgeschreven toestand brengen van het werkterrein. Voor de oplevering dienen alle hulpmiddelen te zijn verwijderd en afgevoerd Voor de oplevering dienen alle hulpmiddelen te zijn verwijderd en afgevoerd, met uitzondering van de hulpmiddelen omschreven in bestekspostnr(s). # Alle hulpmiddelen dienen op de navolgende tijdstip(pen) te zijn verwijderd en afgevoerd # Tijdstip(en) vermelden of verwijzen naar tek.nrs. Het werkterrein na ontruimen in de oorspronkelijke toestand brengen In afwijking van par. 15 lid 4 van de U.A.V. 1989 paragraaf 15 lid 4 van de UAV 2012 het werkterrein na ontruimen in de navolgende toestand brengen: # Bijv. vermelden: zoals aangegeven op tek.nr. ...... of zoals aangegeven in bestekspostnrs. ...... Alle kabels en leidingen verwijderen De navolgende kabels en leidingen verwijderen: # Bijv. vermelden: zie tek.nr. .... Overige kabels en leidingen afsluiten en afdoppen
Toelichting op de wijziging van hoofdcode 61.01.02 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen Paragraaf 15 van de UAV 1989 is zonder wijzigingen opgenomen in de UAV 2012. De tekst van inhoud 2 van positie 2 van de deficode van hoofdcode 61.01.02 behoefde daarom inhoudelijk niet te worden. Wel is in de tekst ‘par. 15 lid 4 van de U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘paragraaf 15 lid 4 van de UAV 2012’.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 121 van 132
Hoofdcode 61.01.04 - Opruimen van werkterrein. Hoofdcode 61.01.04 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen is als volgt gewijzigd. WERKCATEGORIE: SUBWERKCATEGORIE: ROMPTEKST:
61 01
Werk algemene aard. Werkterrein. Opruimen werkterrein.
VERSIE
2005-10
HOOFDCODE: 61.01.04 DEFICODE 1 2 3
TEKSTEN 4
1 2
3
1 2
1 2
5
EENHEID
6
keer Opruimen van werkterrein. # Eventuele bijzonderheden vermelden. In het opruimen van het werkterrein is begrepen het opbreken en afvoeren van alle voor het werk benodigde bouwkantoren, keten, wagens, werkplaatsen en loodsen, inclusief het opbreken en afvoeren van de verharding van parkeerplaatsen en hulpwegen en het in de voorgeschreven toestand brengen van het werkterrein. Voor de oplevering dienen alle hulpmiddelen te zijn verwijderd en afgevoerd Voor de oplevering dienen alle hulpmiddelen te zijn verwijderd en afgevoerd, met uitzondering van de hulpmiddelen omschreven in bestekspostnr(s). # Alle hulpmiddelen dienen op de navolgende tijdstip(pen) te zijn verwijderd en afgevoerd: # Tijdstip(en) vermelden of verwijzen naar tek.nrs. Het werkterrein na ontruimen in de oorspronkelijke toestand brengen In afwijking van par. 15 lid 4 van de U.A.V. 1989 paragraaf 15 lid 4 van de UAV 2012 het werkterrein na ontruimen in de navolgende toestand brengen: # Bijv. vermelden: zoals aangegeven op tek.nr. ...... of zoals aangegeven in bestekspostnrs. ...... Alle kabels en leidingen verwijderen De navolgende kabels en leidingen verwijderen: # Bijv. vermelden: zie tek.nr. .... Overige kabels en leidingen afsluiten en afdoppen
Toelichting op de wijziging van hoofdcode 61.01.04 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen Paragraaf 15 van de UAV 1989 is zonder wijzigingen opgenomen in de UAV 2012. De tekst van inhoud 2 van positie 2 van de deficode van hoofdcode 61.01.04 behoefde daarom inhoudelijk niet te worden. Wel is in de tekst ‘par. 15 lid 4 van de U.A.V. 1989’ gewijzigd in ‘paragraaf 15 lid 4 van de UAV 2012’.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 122 van 132
Hoofdcode 61.02.01 - Gebruik van kantoor. Hoofdcode 61.02.01 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen is als volgt gewijzigd. WERKCATEGORIE: SUBWERKCATEGORIE: ROMPTEKST:
61 Werk algemene aard. 02 Gebruik hulpmiddelen. Gebruik kantoor.
VERSIE
1995-10
HOOFDCODE: 61.02.01 DEFICODE 1 2 3
TEKSTEN 4
5
EENHEID
6
Gebruik van kantoor. # Situering in het werk (met vermelding van tek.nrs.) en bijzonderheden volgens handleiding vermelden. # Grootte, inrichting (toiletten, wasgelegenheid, kantoorinrichting, enz.) meubilering, wegen, parkeerplaats(en), aard- en afwerking van de wanden, brandpreventie, enz. nader omschrijven en zo mogelijk aangeven op tekening. Tevens kantoorinventaris omschrijven. # Vermelden welke normale invorderbare lasten geacht worden te zijn begrepen in het bedrag voor het gebruik (precario, waterschapslasten e.d.). # Aangeven of gespreks- en/of abonnementskosten van telefoon en/of fax via de stelpost worden verrekend, dan wel in de kosten (prijs per eenheid) van het gebruik van het kantoor zijn begrepen.
1 2 1 2 1 2 3 4 1 2 3 1 2
Versie van 08-01-2013
# Bijzondere voorwaarden, zoals schoonhouden buiten de kantooruren, vermelden. Het kantoor aansluiten op de riolering Lozing van afvalwater e.d. via septic tank op open water Het kantoor aansluiten op het gasnet Aansluiten van het kantoor op het gasnet is niet vereist Het kantoor centraal verwarmen Het kantoor verwarmen met gaskachels Het kantoor verwarmen met oliekachels Het kantoor verwarmen; verwarming ter keuze van de aannemer * telefoontoestel(len) via 1 netlijn # * telefoontoestellen via 2 netlijnen # * telefoontoestellen via 3 netlijnen # Eventuele bijzonderheden vermelden. Telefaxaansluiting # Eventuele bijzonderheden vermelden. Telefaxaansluiting is niet vereist
Bladzijde 123 van 132
1 De aannemer draagt zorg voor het verstrekken en serveren van
warme en koude dranken, het schoonhouden, het verwarmen en elektrisch verlichten, het nodige drink- en waswater, zeep en schone handdoeken # Eventuele bijzonderheden vermelden zoals bijv. met betrekking tot serveertijden. 2 In afwijking van par. 23 lid 2 van de U.A.V. 1989 komt niet voor rekening van de aannemer: het verstrekken en serveren van warme en koude dranken, het schoonhouden, het verwarmen en elektrisch verlichten, het nodige drink- en waswater, zeep en schone handdoeken Toelichting op de wijziging van hoofdcode 61.02.01 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen Paragraaf 23 lid 2 van UAV 1989 is vervallen in de UAV 2012. Als gevolg daarvan is inhoud 2 van positie 6 van de deficode van hoofdcode 61.02.01 vervallen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 124 van 132
Hoofdcode 61.02.02 - Gebruik van kantoorwagen. Hoofdcode 61.02.02 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen is als volgt gewijzigd. WERKCATEGORIE: SUBWERKCATEGORIE: ROMPTEKST:
61 Werk algemene aard. 02 Gebruik hulpmiddelen. Gebruik kantoorwagen.
VERSIE
1995-10
HOOFDCODE: 61.02.02 DEFICODE 1 2 3
TEKSTEN 4
5
EENHEID
6
Gebruik van kantoorwagen. # Situering in het werk (met vermelding van tek.nrs.) en bijzonderheden volgens handleiding vermelden. # Grootte inrichting (toiletten, wasgelegenheid, kantoorinrichting, enz-) meubilering, wegen, parkeerplaats(en), aard- en afwerking van de wanden, brandpreventie, enz. nader omschrijven en zo mogelijk aangeven op tekening. # Vermelden welke normale invorderbare lasten geacht worden te zijn begrepen in het bedrag voor het gebruik (precario, waterschapslasten e.d.). # Aangeven of gespreks- en/of abonnementskosten van telefoon en/of fax via de stelpost worden verrekend, dan wel in de kosten (prijs per eenheid) van het gebruik van de kantoorwagen zijn begrepen.
1 2 3 1 2 1 2 3 4 5 1 2 1 2
Versie van 08-01-2013
# Bijzondere voorwaarden, zoals schoonhouden buiten de kantooruren, vermelden. De kantoorwagen aansluiten op de riolering Lozing van afvalwater e.d. via septic tank op open water De kantoorwagen voorzien van een chemisch toilet De kantoorwagen aansluiten op het gasnet Aansluiten van de kantoorwagen op het gasnet is niet vereist De kantoorwagen verwarmen met gaskachels De kantoorwagen verwarmen met oliekachels De kantoorwagen verwarmen met elektrische kachels Het verwarmen van de kantoorwagen is niet vereist De kantoorwagen verwarmen; verwarming ter keuze van de aannemer * telefoontoestel(len) via 1 netlijn # * telefoontoestellen via 2 netlijnen # Eventuele bijzonderheden vermelden. Telefaxaansluiting # Telefaxaansluiting is niet vereist
Bladzijde 125 van 132
1 De aannemer draagt zorg voor het verstrekken en serveren van
warme en koude dranken, het schoonhouden, het verwarmen en elektrisch verlichten, het nodige drink- en waswater, zeep en schone handdoeken # Eventuele bijzonderheden vermelden zoals bijv. met betrekking tot serveertijden. 2 In afwijking van par. 23 lid 2 van de U.A.V. 1989 komt niet voor rekening van de aannemer: het verstrekken en serveren van warme en koude dranken, het schoonhouden, het verwarmen en elektrisch verlichten, het nodige drink- en waswater, zeep en schone handdoeken Toelichting op de wijziging van hoofdcode 61.02.02 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen Paragraaf 23 lid 2 van UAV 1989 is vervallen in de UAV 2012. Als gevolg daarvan is inhoud 2 van positie 6 van de deficode van hoofdcode 61.02.02 vervallen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 126 van 132
Hoofdcode 61.02.03 - Gebruik van keet. Hoofdcode 61.02.03 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen is als volgt gewijzigd. WERKCATEGORIE: SUBWERKCATEGORIE: ROMPTEKST:
61 Werk algemene aard. 02 Gebruik hulpmiddelen. Gebruik keet.
VERSIE 1995-10
HOOFDCODE: 61.02.03 DEFICODE 1 2 3
TEKSTEN 4
5
EENHEID
6
Gebruik van keet. # Situering in het werk (met vermelding van tek.nrs.) en bijzonderheden volgens handleiding vermelden. # Kantoorinrichting (schrijfmachines, tekenmachines, rekenmachines, e.d.) omschrijven, tevens de aansluiting op gas, water en elektriciteit vermelden, indien nodig soort van verwarming. # Vermelden welke normale invorderbare lasten geacht worden te zijn begrepen in het bedrag voor het gebruik (precario, waterschapslasten e.d.). # Aangeven of gespreks- en/of abonnementskosten van telefoon en/of fax via de stelpost worden verrekend, dan wel in de kosten (prijs per eenheid) van het gebruik van de keet zijn begrepen.
1 2 3 1
2
3
4
5
6
Versie van 08-01-2013
# Bijzondere voorwaarden, zoals schoonhouden buiten de kantooruren, vermelden. De keet aansluiten op de riolering Lozing van afvalwater e.d. via septic tank op open water De keet voorzien van een chemisch toilet De keet heeft een grootte van ca. 20 m2, een kamer ca. 3 x 4 m, stoelen en tafels voor 4 personen, 1 afsluitbare (stalen) kast en een kapstok De keet heeft een grootte van ca. 24 m2, een kamer ca. 4 x 4 m, stoelen en tafels voor 4 personen, 1 afsluitbare (stalen) kast en een kapstok De keet heeft een grootte van ca. 24 m2, een kamer ca. 4 x 4 m, stoelen en tafels voor 6 personen, 1 afsluitbare (stalen) kast, 1 schrijfbureau met afsluitbare laden en kapstokken De keet heeft een grootte van ca. 30 m2, een kamer ca. 3 x 6 m en een kamer ca. 2 x 2 m, stoelen en tafels voor 6 personen, 1 afsluitbare (stalen) kast, 1 schrijfbureau met afsluitbare laden en kapstokken De keet heeft een grootte van ca. 36 m2, een kamer ca. 4 x 4 m en een kamer ca. 3 x 4 m, stoelen en tafels voor 8 personen, 2 afsluitbare (stalen) kasten, 2 schrijfbureaus met afsluitbare laden en kapstokken De keet heeft een grootte van ca. 40 m2, een kamer ca. 4 x 5 m en een kamer ca. 3,5 x 3 m, stoelen en tafels voor 8 personen, 2 afsluitbare (stalen) kasten, 2 schrijfbureaus met afsluitbare laden en kapstokken
Bladzijde 127 van 132
7
8
1 2 3 4 1
2 1 2
De keet heeft een grootte van ca. 50 m2, een kamer ca. 5 x 6 m en een kamer ca. 3 x 3 m, stoelen en tafels voor 10 personen, 2 afsluitbare (stalen) kasten, 2 (afsluitbare) ladenkasten, 2 schrijfbureaus met afsluitbare laden en kapstokken De keet heeft een grootte van ca. * m2 # Aantal kamers en afmetingen vermelden. Stoelen en tafels voor * personen, * afsluitbare (stalen) kasten, * (afsluitbare) ladenkasten, * schrijfbureaus met afsluitbare laden en kapstokken * telefoontoestel(len) via 1 netlijn; telefaxaansluiting is niet vereist # * telefoontoestel(len) via 1 netlijn en telefaxaansluiting # Telefaxaansluiting # Telefaxaansluiting is niet vereist Eventuele bijzonderheden vermelden. Bij de keet een afsluitbare (brom)fietsberging, voorzien van een rek voor het stallen van * fietsen # Bijv. vermelden: en geschikt voor het stallen van .. bromfietsen. Een (brom)fietsberging is niet vereist Een parkeerterrein met verharding, groot * m2 # Situering aangeven op tekening; bijzonderheden vermelden Een parkeerterrein is niet vereist 1 De aannemer draagt zorg voor het verstrekken en serveren van warme en koude dranken, het schoonhouden, het verwarmen en elektrisch verlichten, het nodige drink- en waswater, zeep en schone handdoeken # Eventuele bijzonderheden vermelden zoals bijv. met betrekking tot serveertijden. 2 In afwijking van par. 23 lid 2 van de U.A.V. 1989 komt niet voor rekening van de aannemer: het verstrekken en serveren van warme en koude dranken, het schoonhouden, het verwarmen en elektrisch verlichten, het nodige drink- en waswater, zeep en schone handdoeken
Toelichting op de wijziging van hoofdcode 61.02.03 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen Paragraaf 23 lid 2 van UAV 1989 is niet overgenomen (vervallen) in de UAV 2012. Als gevolg daarvan is inhoud 2 van positie 6 van de deficode van hoofdcode 61.02.03 vervallen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 128 van 132
Hoofdcode 61.02.04 - Gebruik van wagen. Hoofdcode 61.02.04 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen is als volgt gewijzigd. WERKCATEGORIE: SUBWERKCATEGORIE: ROMPTEKST:
61 Werk algemene aard. 02 Gebruik hulpmiddelen. Gebruik wagen.
VERSIE
1995-10
HOOFDCODE: 61.02.04 DEFICODE 1 2 3
TEKSTEN 4
5
EENHEID
6
Gebruik van wagen. # Situering in het werk (met vermelding van tek.nrs.) en bijzonderheden volgens handleiding vermelden. In afwijking van par. 23 lid 2 van de U.A.V. 1989 moet de hoogte van de wagen ten minste 2,10 m bedragen. De hoogte van de wagen moet ten minste 2,10 m bedragen. # Kantoorinrichting (schrijfmachines, tekenmachines, rekenmachines, e.d.) omschrijven, tevens de aansluiting op gas, water en elektriciteit vermelden, indien nodig soort van verwarming. # Vermelden welke normale invorderbare lasten geacht worden te zijn begrepen in het bedrag voor het gebruik (precario, waterschapslasten e.d.). # Aangeven of gespreks- en/of abonnementskosten van telefoon en/of fax via de stelpost worden verrekend, dan wel in de kosten (prijs per eenheid) van het gebruik van de wagen zijn begrepen.
1 2 3 1
2
3
4
5
6
Versie van 08-01-2013
# Bijzondere voorwaarden, zoals schoonhouden buiten de kantooruren, vermelden. De wagen aansluiten op de riolering Lozing van afvalwater e.d. via septic tank op open water De wagen voorzien van een chemisch toilet De wagen heeft een vloeroppervlak van ten minste 7 m2 en is voorzien van stoelen en tafels voor 2 personen, 1 afsluitbare (stalen) kast en een kapstok De wagen heeft een vloeroppervlak van ten minste 10 m2 en is voorzien van stoelen en tafels voor 2 personen, 1 afsluitbare (stalen) kast en een kapstok De wagen heeft een vloeroppervlak van ten minste 10 m2 en is voorzien van stoelen en tafels voor 3 personen, 1 afsluitbare (stalen) kast en een kapstok De wagen heeft een vloeroppervlak van ten minste 15 m2 en is voorzien van stoelen en tafels voor 3 personen, 1 afsluitbare (stalen) kast en een kapstok De wagen heeft een vloeroppervlak van ten minste 20 m2 en is voorzien van stoelen en tafels voor 4 personen, 1 afsluitbare (stalen) kast en kapstokken De wagen heeft een vloeroppervlak van ten minste 25 m2 en is voorzien van stoelen en tafels voor 6 personen, 1 afsluitbare (stalen) kast, een schrijfbureau met afsluitbare laden en kapstokken
Bladzijde 129 van 132
1 2 3 4 5 1 2
1 telefoontoestel via 1 netlijn; telefaxaansluiting is niet vereist # 1 telefoontoestel via 1 netlijn en telefaxaansluiting # Telefaxaansluiting # Telexaansluiting is niet vereist Telefoon- en telefaxaansluiting zijn niet vereist Eventuele bijzonderheden vermelden. Een parkeerterrein met verharding, groot * m2 # Situering aangeven op tekening; bijzonderheden vermelden. Een parkeerterrein is niet vereist 1 De aannemer draagt zorg voor het verstrekken en serveren van warme en koude dranken, het schoonhouden, het verwarmen en elektrisch verlichten, het nodige drink- en waswater, zeep en schone handdoeken # Eventuele bijzonderheden vermelden zoals bijv. met betrekking tot serveertijden. 2 In afwijking van par. 23 lid 2 van de U.A.V. 1989 komt niet voor rekening van de aannemer: het verstrekken en serveren van warme en koude dranken, het schoonhouden, het verwarmen en elektrisch verlichten, het nodige drink- en waswater, zeep en schone handdoeken
Toelichting op de wijziging van hoofdcode 61.02.04 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen Paragraaf 23 lid 2 van UAV 1989 is niet overgenomen (vervallen) in de UAV 2012. Als gevolg daarvan is in de tekst van de hoofdcode de eis ‘In afwijking van par. 23 lid 2 van de UAV 1989 moet de hoogte van de wagen ten minste 2,10 m bedragen’ gewijzigd in ‘De hoogte van de wagen moet ten minste 2,10 m bedragen’ en is inhoud 2 van positie 6 van de deficode van hoofdcode 61.02.04 vervallen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 130 van 132
Hoofdcode 61.02.05 - Gebruik van opslagloods. Hoofdcode 61.02.05 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen is als volgt gewijzigd. WERKCATEGORIE: SUBWERKCATEGORIE: ROMPTEKST:
61 02
Werk algemene aard. Gebruik hulpmiddelen. Gebruik opslagloods.
VERSIE
1996-10
HOOFDCODE: 61.02.05 DEFICODE 1 2 3
TEKSTEN 4
5
EENHEID
6
Gebruik van opslagloods. # Situering in het werk (met vermelding van tek.nrs.) en bijzonderheden volgens handleiding vermelden (bijv. stellages). Indien opslagloods voor opdrachtgever bestemd is tevens vermelden dat buiten de in par. 23 van de U.A.V. 1989 voorgeschreven voorzieningen de opslagloods muisvrij moet zijn en tevens voorzien van brandblusapparatuur. # Vermelden welke normale invorderbare lasten geacht worden te zijn begrepen in het bedrag voor het gebruik (precario, waterschapslasten e.d.). # Aangeven of gespreks- en/of abonnementskosten van telefoon via de stelpost worden verrekend, dan wel in de kosten (prijs per eenheid) van het gebruik van de opslagloods zijn begrepen. begrepen.
1 2 3 4 5 6 7 1
1
1
2
1
3
1
4
1
5
1
6
1
7
1
8
2
1
2
2
2
3
2
4
2
5
2
6
2
7
2
8
Versie van 08-01-2013
# Bijzondere voorwaarden, zoals schoonhouden buiten de kantooruren vermelden. Romneyloods; nokhoogte 6,50 m, vloerbreedte 12 m Romneyloods; nokhoogte 6,50 m, vloerbreedte 11 m Romneyloods; nokhoogte 5,50 m, vloerbreedte 12 m Romneyloods; nokhoogte 5,50 m, vloerbreedte 11 m Nissenhut; nokhoogte 4,50 m, vloerbreedte 9,15 m Nissenhut; nokhoogte 3,80 m, vloerbreedte 7,60 m Nissenhut; nokhoogte 3,20 m, vloerbreedte 5,00 m Lengte Romneyloods: ca. * m [minder dan 30 m] Lengte Romneyloods: ca. 30,0 m Lengte Romneyloods: ca. 32,4 m Lengte Romneyloods: ca. 34,8 m Lengte Romneyloods: ca. 37,2 m Lengte Romneyloods: ca. 39,6 m Lengte Romneyloods: ca. 40,0 m Lengte Romneyloods: ca. 42,4 m Lengte Romneyloods: ca. 44,8 m Lengte Romneyloods: ca. 47,2 m Lengte Romneyloods: ca. 49,6 m Lengte Romneyloods: ca. 50,0 m Lengte Romneyloods: ca. * m [meer dan 50 m] Lengte nissenhut: * m [minder dan 11 m] Lengte nissenhut: 11 m Lengte nissenhut: 12 m
Bladzijde 131 van 132
3
1
3
2
3
3
3
4
3
5
3
6
3
7
3
8
4
1 1 2 3 4 5 6 1 2
Lengte nissenhut: 13 m Lengte nissenhut: 14 m Lengte nissenhut: 15 m Lengte nissenhut: 16 m Lengte nissenhut: 17 m Lengte nissenhut: 18 m Lengte nissenhut: 19 m Lengte nissenhut: 20 m Lengte nissenhut: * m [meer dan 20 m] Met dubbele schuifdeur Met dubbele draaideur Met enkelvoudige schuifdeur Met enkelvoudige draaideur Met dubbele schuifdeur waarin een loopdeur Met dubbele draaideur waarin een loopdeur Telefoonaansluiting met * toestel(len) # Eventuele bijzonderheden vermelden. Telefoonaansluiting is niet vereist 1 Een parkeerterrein met verharding, groot * m2 # Situering aangeven op tekening; bijzonderheden vermelden. 2 Een parkeerterrein is niet vereist
Toelichting op de wijziging van hoofdcode 61.02.05 uit de RAW-catalogus Resultaatsbeschrijvingen Paragraaf 23 van de UAV 2012 luidt als volgt: De verplichtingen van de aannemer met betrekking tot het ter beschikking stellen en onderhouden van loodsen en andere hulpmiddelen worden in het bestek omschreven. Als gevolg daarvan is in de eerste aanwijstekst van hoofdcode 61.02.05 het tekstdeel ‘buiten de in par. 23 van de U.A.V. 1989 voorgeschreven voorzieningen’ vervallen.
Versie van 08-01-2013
Bladzijde 132 van 132