Protocol Ziekte en Ongevallen Dit protocol geeft richtlijnen aan hoe een leerkracht of ondersteunend personeel dient te handelen in het geval van ziekte of een ongeval bij een leerling.
Doel protocol:
Beschrijving van de handelingen die verricht dienen te worden in het geval een leerling van onze school ziek wordt of betrokken is bij een ongeval in en rond school en tijdens een schoolexcursie. Alle medewerkers behoren op de hoogte te zijn van de inhoud van dit protocol.
Verantwoordelijk: Directie MR akkoord:
2 februari 2010
Ziekte van leerlingen Leerlingen van onze school kunnen tijdens of buiten schooltijd ziek worden. Indien een leerling tijdens schooltijd ziek wordt, beoordeelt de leerkracht of de leerling naar huis moet. Indien dit gewenst is worden de volgende stappen ondernomen: • Ouders/verzorgers worden ingelicht en gevraagd of zij hun kind kunnen komen ophalen. • Indien ouders/verzorgers aangeven dat zij zelf niet kunnen komen, wordt er vanuit school gevraagd naar een andere opvangmogelijkheid. Hierbij kan gedacht worden aan opa’s en oma’s, buren etc. Ouders regelen zelf deze opvangmogelijkheid. • Ouders kunnen aangeven dat hun kind alleen naar huis mag en daar ook tijdelijk alleen mag zijn tot een ouder/verzorger thuiskomt. Dit is voor ons, als school zijnde, een ongewenste situatie. Wij zullen ouders altijd stimuleren om hun kind zelf op te komen. Indien dit echt niet mogelijk is en het kind mag alleen thuis zijn, dan brengt een medewerker van school het kind naar huis. Dit moet echter wel mogelijk zijn vanuit school, anders blijft het kind op school totdat de ochtend of middag voorbij is. • Leerlingen die wachten op hun ouders/verzorgers doen dit of in hun eigen groep en of worden apart opgevangen in de teamkamer. • Indien wij ouders/verzorgers niet kunnen bereiken, blijft de leerling op school, tot de schooltijd is afgelopen. • Het is hierbij van groot belang dat de noodregistratieformulieren goed en op tijd zijn ingevuld. • Van alle leerlingen wordt het ziekteverzuim geregistreerd. Het kan voorkomen dat een kind regelmatig ziek is en dus een hoog ziekteverzuim vertoont. Na 12 dagdelen van ziekteverzuim wordt een leerkracht door het administratiesysteem erop gewezen dat de betreffende leerling een hoog ziekteverzuim heeft. Een leerkracht kan dan contact opnemen met de ouders om hierover te praten en om aan eventuele ontstane achterstanden zorg te bieden. • De overblijf wordt door de groepsleerkracht ingelicht over de afwezigheid van een leerling door ziekte. • Indien een leerling ziek wordt tijdens de overblijf, dan wordt dit gemeld aan de groepsleerkracht. De groepsleerkracht neemt contact op met de ouders.
Ongevallen bij leerlingen Leerlingen kunnen tijdens schooltijd op verschillende momenten en manieren betrokken raken bij een ongeval. Dit kan een klein ongeval zijn, zoals een schaafwond bij het buitenspelen, tot een grote ongeval, zoals een val uit het klimrek. In alle gevallen is het van belang dat betrokken medewerkers weten wat zij moeten doen en hier ook naar zullen en kunnen handelen. De werkinstructie bij een ongeval is op de volgende pagina weergegeven in een flowdiagram. Hieronder is de werkinstructie uitgeschreven. 1. Er wordt een ongeval geconstateerd door een medewerker van school, leerling of ouder bij een leerling. De plaats van het ongeval kan divers zijn: • Op het schoolplein • In school • In het sportcomplex naast school • Tijdens schoolreizen en excursies Er wordt door een leerling of ouder gezorgd dat er een medewerker van school bij wordt gehaald. Deze medewerker ontfermt zich over de leerling en zorgt voor een rustige en kalme situatie. 2. De medewerker van school schat de ernst van de situatie in en probeert de gewonde leerling op zijn/haar gemak te stellen. Er wordt een BHV-er gewaarschuwd. 3. Is er sprake van een acute situatie? 4. Indien de situatie dusdanig ernstig is, wordt zo snel mogelijk 112 gebeld. De BHV-er blijft zelf bij de leerling, maar er wordt via een medeleerling, ouder. leerkracht of mobiele telefoon contact gezocht met een collega binnen school. Ook wordt de directie van het ongeval op de hoogte gebracht. Bij bezoek aan een arts of ziekenhuis dient het slachtoffer begeleid te worden door een medewerker of ouder van school. Indien dit gebeurt tijdens een excursie wijs dan bij voorkeur een begeleidende ouder aan in verband met de verantwoordelijkheid voor de groep. 5. Indien de situatie niet acuut is, beoordeelt de BHV-er de verwondingen van de leerling. Er bevindt zich een verbandtrommel in de teamkamer, in het sportcomplex en in een noodverbandsetje voor tijdens excursies. De leerling wordt geholpen aan zijn verwondingen. 6. Kan de leerling op school blijven? 7. Indien de leerling dusdanige verwondingen heeft opgelopen dat het hulp van een huisarts nodig heeft of dat de leerling beroerd geworden is door zijn/haar verwondingen worden ouders direct ingelicht. Ouders worden gevraagd hun kind te komen ophalen en samen met hun kind een huisarts te bezoeken. Indien de leerling direct medische hulp nodig heeft, gaat een medewerker van school met de leerling naar de huisarts. De ouders worden wel direct hierover ingelicht.
8. Indien de leerling geholpen kan worden op school en de verwondingen meevallen, kan de leerling gewoon op school blijven. Ouders worden wel ingelicht van het ongeval door een medewerker van school. 9. De BHV-er die het ongeval heeft meegemaakt en beoordeeld vult de ongevallenregistratie in, welke zich bevindt bij de directie. 10. Deze BHV-er brengt ook de directie persoonlijk op de hoogte (mondeling of via de e-mail). 11. De directie beoordeelt het ongeval en de plek van het ongeval. De directie draagt zorg voor eventuele vervolgstappen om vergelijkbare ongevallen in de toekomst te voorkomen. Algemeen • Handel doortastend. De BHV-er, die als eerste aanwezig was op de plaats van het ongeval, geeft instructies, totdat er is afgesproken wie vervolgstappen onderneemt. • Neem maatregelen om controle over je eigen groep te houden (bv door ze op een door jou aangewezen plaats te laten zitten) • Zorg ervoor dat tijdens een excursies minimaal 1 begeleider aanwezig is op maximaal 10 leerlingen. Begeleiders kunnen ouders, verzorgers of een leerkracht zijn. Neem altijd een mobiele telefoon mee. Ook de noodregistratieformulieren dienen meegenomen te worden, zodat ouders direct gebeld kunnen worden indien dit nodig is. • Neem na het ongeval, als het kind weer thuis is, contact op met de ouders, om te informeren naar de stand van zaken (toon belangstelling) • De directie registreert alle ongevallen. Er is een aparte registratie voor ongevallen die geleid hebben tot verzuim en die niet geleid hebben tot verzuim.. • De directie meldt alle ongevallen met ernstig lichamelijk letsel of de dood als gevolg hebben bij de arbeidsinspectie (zulks ter beoordeling bij de directie) • De directie verricht nader onderzoek naar aanleiding van het ongeval en maakt hiervan een verslag. De directie zendt dit verslag naar het bestuur en bewaard een afschrift ervan in het dossier van de leerling of de medewerker.
Werkinstructie bij ongeval van leerlingen 1. LL of medewerker constateert een ongeval
2. Medewerker schat de ernst van de situatie in en stelt LL op zijn gemak. Zonodig wordt een BHV-er gewaarschuwd. Pleisters plakken valt onder de bevoegdheid van iedere medewerker.
4. Bellen naar 112 en directie waarschuwen. Tijdens excursies en gymlessen heeft LK altijd mobiel bij zich.
ja 3. Acute situatie? Nee 5. De BHV-er verleent ter plaatse eerste hulp. In de teamkamer en de gymzaal is een verbandtrommel aanwezig. Tijdens een excursie noodverbandsetje meenemen.
6. Kan het kind op school of bij de excursie blijven? ja
Nee
8. Informeren van de ouders.
7. Overleg met ouders i.v.m. ophalen kind en zo nodig verwijzing naar huisarts. 9. Bij ongeval registratieformulier invullen.
10. Informeren van directie bij ongeval.
11. Oorzaak ongeval achterhalen en indien nodig actie ondernemen.