PR EV IE
W
W
IE
1 Het stukadoorsvak
EV
2 Gereedschappen, apparatuur en hulpmiddelen
3 Voorbehandelen van ondergronden
7
37
87
4 Sukadoren met handmatig aangemaakte species (traditioneel)
PR
W IE EV
PR
STUKADOORTECHNIEKEN
123
5 Stukadoren met fabrieksmatig vervaardigde species 183
6 Thermische buitengevelisolatie
Verklarende woordenlijst
257
291
Inleiding
Met dank aan: Arbouw te Amsterdam, Bedrijfschap Afbouw te Rijswijk, Brander Afbouwprodukten te ’s-Her ’s-Hertogenbosch, Knauf B.V. te Utrecht, G. van Kruijssen te Zoetermeer, A. Markwat te Schiedam, Mavotrans B.V. te Zoetermeer, NOA te Veenendaal, Rockwool Benelux B.V. te Roermond, Rockwool Technical Insulation B.V. te Roermond, Saint-Gobain Isover Benelux B.V. verkoopverkoopkantoor te Vianen, Schoonewil Techniek te Alkmaar, Schouten Stukadoors- en Afbouwbedrijf VOF te Den Dungen, H.J. Snaterse fotografie te Alphen aan den Rijn, Strikolith B.V. te Raamsdonksveer, Strikotherm B.V. te Raamsdonksveer, Stucadoorsbedrijf Bevo te Katwijk aan Zee, Stukadoorsbedrijf Van Bergen Henegouwen te Kwintsheul, Tierrafino te Amsterdam, H. van der Veen te Maassluis, Verhoeven Tools B.V. te Velddriel en de redactieleden.
W
W
Het stukadoorsvak is een ambachtelijk vak, maar ook een vak dat, door de steeds weer veranderende maatschappij, steeds in beweging is. Stukadoren is daardoor een afwisselend en boeiend vak. De inhoud van dit boek is een leidraad om de stukadoor de helpende hand te bieden bij het uitvoeren van stukadoorswerkzaamheden. De samenstellers van dit boek realiseren zich dat een inhoud nooit compleet is. Daarom is een gerichte keuze gemaakt om dit boek niet te diepgaand te schrijven, zodat er een brede basis ontstaat ten aanzien van de meest voorkomende werkzaamheden.
De ontwikkeling van deze uitgave is mede tot stand gekomen dankzij een financiële bijdrage van het Bedrijfschap Afbouw.
Colofon
IE
IE
Ontwikkeling en productie: Savantis, Vakcentrum Afbouw en Onderhoud, Presentatie en Communicatie Communicatie Postbus 76 2740 AB Waddinxveen telefoon (0182) 64 11 11 e-mail:
[email protected] internet: www.savantis.nl Redactie: B.J. Benner, E.G.J.M. Boerrigter (Savantis te Waddinxveen), E.H.M. Brouwer (RO (ROC Koning ollege te ‘s-Hertogenbosch), A.M. de Bruin-Van Ruiten (Savantis te Waddinxveen), Willem 1 College M.J.H.P. van Dongen (ROC (ROC Zadkine te Rijen), P.C.W. P.C.W. P.C .W. Gebbink (Savantis te Waddinxveen), L.G. Lüschen (stucadoorsbedrijf L.G. Lüschen en Zn. Vof te Kortenhoef), W.A.F. van der Meijde (ROC (ROC Zadkine te Rotterdam), E.G. van der Paauw (Ómina te Rijssen), P.E. van Santen-de Jong (Savantis te Waddinxveen), M.G.H. Schoones (Savantis te Waddinxveen), H. Sprong (Stukadoorsbedrijf Willem Sprong en Zonen te Hilversum), P. Verschuur (Savantis te Waddinxveen). Eindredactie: A.M. de Bruin-Van Ruiten (Savantis) Illustraties: Technisch Bureau Lindhout, Woerden Vormgeving: Savantis, Waddinxveen en Boerma Reclame, Gouda Drukwerk: Drukkerij Haasbeek, Alphen aan den Rijn Artikelnummer: 986443 ISBN: 978-90-72986-44-3
Deel 1 gaat over het stukadoorsvak. Na een korte tekst over de ontwikkelingen die het vak heeft doorgemaakt, komt het doel van stukadoren aan de orde. Zowel het esthetische doel (verfraaien) als het functionele doel van stukadoren worden beschreven. Ook wordt aandacht besteed aan de werkplek en kwaliteitszorg.
Overal waar hij staat, kan ook zij gelezen worden. © Savantis, Vakcentrum Afbouw en Onderhoud, Presentatie en Communicatie, Waddinxveen, uitgave juni 2007. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Savantis te Waddinxveen. Ondanks alle aan de samenstelling van deze tekst bestede zorg, kan Savantis geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige fout, die in deze uitgave zou kunnen voorkomen. 1e druk, juni 2007
EV
Deel 3 gaat over het beoordelen en voorbehandelen van ondergronden. De keuze voor een bepaalde voorbehandeling en een bepaald product worden onder andere bepaald door de ondergrond en de uiteindelijk gewenste (eind)afwerking. Vanuit beide perspectieven wordt ingegaan op het voorbehandelen. Ook wordt in dit deel ingegaan op het aanbrengen van twee belangrijke pleisterdragers: gipskartonstucplaten en stucanet. In deel 4 staat de traditionele manier van stukadoren centraal. Hierbij wordt vaak meer dan één laag toegepast (raap- en afwerklagen) en wordt gebruik gemaakt van houten reien. Allereerst wordt ingegaan op de verschillende grondstoffen van species en hun eigenschappen. Deze zijn namelijk van invloed op de kwaliteit en de duurzaamheid van stukadoorswerk. Daarna staan het stellen van reien, vertinnen en berapen van allerlei soorten wanden en hoeken centraal. Tot slot worden in dit deel verschillende afwerkingstechnieken behandeld.
PR
PR
EV
Deel 2 behandelt de vele gereedschappen die de stukadoor gebruikt. Zowel handgereedschappen, elektrische apparaten als spuitapparatuur komen aan de orde. Daarmee samenhangend wordt ingegaan op de risico’s voor de stukadoor en het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. Tot slot worden in dit deel allerlei klimmaterialen behandeld.
Deel 5 behandelt het stukadoren met fabrieksmatig vervaardigde, kant-enklare species. Tegenwoordig worden wanden en plafonds immers vaak in één laag afgewerkt en wordt veel gebruik gemaakt van stukadoorsprofielen. Verschillende soorten stukadoorsprofielen komen aan de orde en ook hoe deze profielen moeten worden gesteld. Daarna staat het stukadoren van allerlei soorten wanden en hoeken met gips centraal. Ook het spuiten van
Steen
5
Inleiding
gips en spuitpleister en het aanbrengen van sierpleisters komen aan de orde. Tot slot wordt ingegaan op het afwerken van plafonds.
PR
EV 6
W
1
HET
IE
De samenstellers
IE
Wij wensen u veel leesplezier!
STUKADOORSVAK
EV
Tot slot is in dit boek Stukadoortechnieken een verklarende woordenlijst opgenomen waarbij u gericht naar een onderwerp kunt zoeken. Met deze verklarende woordenlijst en de vele kleurrijke afbeeldingen, is dit boek als naslagwerk prima te gebruiken voor het onderwijs, maar ook in het bedrijfsleven.
2
PR
W
Deel 6 gaat over thermische buitengevelisolatie en alles wat daarbij komt kijken. Naast het aanbrengen van thermische gevelisolatie, wordt het afwerken van gevelisolatiesystemen behandeld.
1
3 4
Inhoudsopgave deel 1 Het stukadoorsvak
1
11
2 2.1 2.2
Doel van stukadoren Esthetisch doel Functioneel doel 2.2.1 Brandwering 2.2.2 Thermische isolatie 2.2.3 Geluidsisolatie 2.2.4 Vochthuishouding
15 15 16 16 17 19 21
3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
De werkplek van de stukadoor Opruimen Benodigdheden klaarzetten Afdekken en afplakken Opslaan van materialen Afvoeren van afval Schoonmaken en opruimen
25 25 25 26 29 31 32
4
Kwaliteit
35
EV PR
PR
EV
IE
4
De ontwikkeling van het stukadoorsvak
W
3
1
IE
W
2
1
Het stukadoorsvak
9
Inhoudsopgave
2 3 4
2
1
14
Esthetisch doel
W
2.1
Het stukadoorsvak is van oorsprong gericht op het maken van mooie wanden en plafonds met lijstwerk en ornamenten. Stukadoorwerk had dus vooral een esthetische functie. En nog steeds kent het stukadoorswerk een belangrijk decoratief aspect. Denk bijvoorbeeld aan het aanbrengen van een strakke afwerklaag of het toepassen van kleuren.
PR
EV
IE
esthetische functie
EV
PR Het stukadoorsvak
1
Stukadoorswerk heeft niet alleen tot doel dat een gebouw er mooi uit komt te zien (esthetiek), maar heeft ook functionele kwaliteiten. Denk daarbij aan brandwering, isolatie en reguleren van de vochthuishouding. In dit hoofdstuk wordt op deze aspecten dieper in gegaan.
IE
W
2
Doel van stukadoren
Afbeelding: buitenstukadoorswerk met een decoratief effect.
Er bestaan vele mogelijkheden om gebouwen te verfraaien met texturen, kleuren, lijsten en ornamenten.
Doel van stukadoren
Het stukadoorsvak
15
Doel van stukadoren
2
wordt voorbereid. Er moet een duidelijk beeld zijn van de aard van de werkzaamheden en de omstandigheden waaronder er wordt gewerkt. Hiervoor worden vaak opdrachtbonnen gebruikt. Hierop staat precies aangegeven hoeveel vierkante meters er bewerkt moeten worden en op welke wijze de ondergronden moeten worden afgewerkt.
3
NAAM UITVOEREND BEDRIJF
wanden voorlijmen betokontakt
MAX. LAAGDIKTE slk voor grote slk achter kleine slk achter overloop hal bg en trapopgang kelderkast toilet keuken woonkamer
5,8 15,9 8,2 14,4 18,1
9,5 4,4 14,4 18,1
wanden uitrapen tbv tegelwerk
div kleine reparatie
A
plafond pleisteren tbv sauswerk
5,8 6,4 3,8
plafond plafond schuurwerk
hoek beschermers
1
6,6 9,8 5,2 4
Afbeelding: afplakken van de ruimte.
1
31,3
49
77,7 5,60 435,12
111,4 18,60 2.072,04
8,1 22,1 17,7
8,1 22,1
63,9 2,65 169,34
30,2 30,70 927,14
€ 4.325,17 € 0,00 € 4.325,17 excl. 19% / 6 % BTW
0,9 6,5
2 25,00 50,00
7,4 17,70 130,98
stucloper
2 8,5 20,8
0 17,70 0,00
56,9 9,50 540,55
EV
TOTAAL parkeergeld TOTAAL PRIJS
wanden voorlijmen elbopol
EV
TOTAAL /m²/m¹ prijs per m²
wanden uitrapen tbv behang
Bladnr.: Bladnr.: Werknr W erknr.: .: Werknr.: Opdrachtnr. Opdrachtnr. Aanvang: Uitvoering:
IE
RUIMTE
VOORMAN
GEREED GAARNE PRESTATIEBON
Afbeelding: voorbeeld-opdrachtbon.
16-04-2007
Bij het aanvoeren van alle benodigdheden moet goed opgelet worden dat er niets wordt beschadigd. Ook moeten verontreinigingen zoveel mogelijk worden voorkomen. Indien nodig, wordt meteen de omgeving schoongemaakt.
PR afdekvlies
Tijdens en na het stukadoren mag het werk niet beschadigen. Ook moet het werk worden beschermd tegen invloeden van buitenaf. Met name bij stukadoorswerk buiten kunnen bijvooorbeeld wind, regen en de temperatuur invloed hebben op het eindresultaat. Om dit te voorkomen, kan het werk bijvoorbeeld worden afgedekt met folie. Om de omgeving schoon te houden, is het belangrijk om deze af te dekken en soms ook af te plakken. Hiervoor zijn verschillende mogelijkheden. Indien de vloer of (een deel van) de wand schoon moet blijven, kan deze afgedekt worden met bijvoorbeeld stucloper of afdekvlies. Daarnaast wordt afplakband, papier en afdekfolie gebruikt.
26
16:29
De stucloper biedt een goede bescherming tegen vervuiling en beschadiging van bijvoorbeeld beton, metselwerk, vloeren, bordessen of kolommen. De stucloper is vervaardigd van stevig karton met PE-folie. Door de PE-folie is het materiaal slijtvast en neemt het geen vocht op. Dit materiaal wordt in rollen geleverd. Bij het afdekken worden de rollen uitgerold en worden de banen naast elkaar gelegd. Indien nodig kan de stucloper worden vastgezet met plakband.
Afbeelding: stucloper.
Afdekken A fdekken en afplakken
PR
3.3
Het stukadoorsvak
IE
DATUM AFSPRAAK: Datum: Opdrachtgever: Projectadres: E Mailadres: Uitvoerder/contactpersoon:
1 2
W
2
Bij de keuze voor een afplakmateriaal, wordt vooral rekening gehouden met de kans op beschadiging van de ondergrond door het materiaal.
W
1
De werkplek van de stukadoor
Afdekvlies is ook bedoeld om de ondervloer tegen vervuiling en beschadigingen te beschermen. Het materiaal is gemaakt van vilt dat voorzien is van een antisliplaag, zodat het niet verschuift. Afdekvlies beschermt beton, metselwerk, vloeren, bordessen en kolommen. Het verschil met een stucloper is dat het vilt vocht opneemt. Daardoor neemt het vilt vochtig vuil snel op.
Afbeelding: afdekvlies.
Het stukadoorsvak
27
De werkplek van de stukadoor
3
Inhoudsopgave deel 2 Gereedschappen,
1
1
apparatuur en hulpmiddelen
PR
EV
IE
2 2.1
Apparatuur Elektrische (hand)apparatuur 2.1.1 De kabelhaspel 2.1.2 De elektrische speciemixer 2.1.3 De elektrische schroefmachine 2.1.4 De tacker 2.1.5 De bouwlamp Meetapparatuur 2.2.1 Vochtindicatiemeter 2.2.2 Waterpasinstrument 2.2.3 Laser Spuitapparatuur 2.3.1 Wat is spuiten? 2.3.2 De gipsspuitmachine 2.3.3 De spackspuitmachine 2.3.4 De compressor
2.2
2.3
2
W
5
Handgereedschappen
IE
4
1
EV
3
41
3
55 55 56 57 58 59 60 60 60 60 61 62 62 63 66 72
4
3. 3.1 3.2 3.3
Bevestigingsmiddelen Nagels Schroeven Pluggen
75 75 75 76
4. 4.1 4.2
Veiligheid en gezondheid Risico’s voor de stukadoor Persoonlijke beschermingsmiddelen 4.2.1 Adembescherming 4.2.2 Gehoorbescherming 4.2.3 Oogbescherming 4.2.4 Handschoenen 4.2.5 Veiligheidsschoenen en veiligheidshelm
77 77 79 80 80 80 80 81
Klimmaterialen Soorten klimmaterialen 5.1.1 Trappen 5.1.2 Steekladders 5.1.3 Steigers Kiezen van klimmaterialen De bouwlift
83 83 83 84 84 86 86
PR
W
2
5. 5.1
5.2 5.3
Gereedschappen, apparatuur en hulpmiddelen
39
Inhoudsopgave
5
Toepassing
Bijzonderheden
Gereedschap
Beschrijving
Toepassing
Bijzonderheden
bandtroffel
Dun gesmeed stalen blad met een handvat en een arend. Een arend is het deel dat de verbinding vormt tussen blad en handvat. Blad en arend zijn uit 1 stuk gesmeed.
Wordt gebruikt om bestanddelen (bv. gips) voor (pleister)specie af te scheppen en te mengen. Tevens gebruikt bij het berapen en af af-werken van moeilijk bereikbare plekken en reparaties.
In verschillende breedtes verkrijgverkrijgbaar.
bokkepoot
Ronde kwast met een knik aan de bovenzijde.
Voor moeilijk bereikbare plaatsen.
Door de grootte van de borstel is het lastig om er heel prepre cies mee te werken.
bouwhaak
Voor het knippen van dikkere draden tot betonstaal.
In diverse uitvoeringen beschikbaar.
Zie ook winkelhaak. Platte haak met een hoek van 90º, geconstrueerd uit 3 houten latten middels de 3-4-5 steek. Tegenwoordig ook kant en klaar van aluminium.
drukspuit
Vat waarin vloeistof onder druk kan wor wor-den gezet.
blokkwast
Gereedschappen, apparatuur en hulpmiddelen
Grote kwast in blokvorm. Een grotere vorm met nylon haren wordt ook wel watergooier genoemd.
42
Voor het sprenkelen van water op te snel drogend werk, afwassen met kalkmelk van witgepleisterde muren en plafonds of het aanbrengen van muurverf bij onderhoudswerk. Tevens voor het schoonmaken van gereedschap.
De meeste scharen hebben een beveiligingshaak zodat de schaar niet ‘open’ staat. Gebruik deze haak als de schaar even niet nodig is. In verschillende soorten en uitvoeringen in de handel verkrijgbaar.
duimkwast Na gebruik goed schoonmaken.
handgereedschappen
Wordt gebruikt om te controleren of inwendige hoeken haaks beraapt zijn. Tevens te gebruiken voor het stellen van reien die haaks ten opzichte van de ko ko-zijnen moeten staan.
Voor een nauwkeu nauwkeuriger resultaat heeft een winkelhaak de voorkeur. voorkeur.
Voor het aanbren aanbrengen (opspuiten) van grondeermiddel) voor het vernevelen van water.
Snelle werkmethode met geringe inspanning.
Wordt gebruikt voor het doorkwasten (doorwassen) van hoeken en plaatsen waar een blokkwast niet bij kan komen.
Wordt ook wel hoekwitter genoemd. Maak de kwast na gebruik direct schoon met water.
IE
Voor het knippen van hoekbescher hoekbeschermers, stukadoorsprostukadoorspro fielen of ander lichtmetalen onderdelen.
EV
Knipschaar.
EV
blikschaar
PR
Zware schaar.
IE
betonstaalschaar
W
Beschrijving
W
Gereedschap
PR
1
Gereedschappen, apparatuur en hulpmiddelen
43
Kwast met een diameter van circa 2,5 cm (1 duim).
handgereedschappen
1
2.2
Meetapparatuur
W
2
2.2.3 Laser Een laser is een apparaat dat een lichtstraal produceert. Laser is de afkorting van Light Amplification by Stimulated Emission of Radiation. Dat betekent: versterking van licht door het opwekken van straling. Met straling wordt hier bedoeld: lichtstralen. Laserlicht kan gevaarlijk zijn. Er zijn sterke lasers waarmee een gat in beton kan worden geschoten en er zijn zwakke lasers, zoals de bouwlasers. Het is beter om niet rechtstreeks, of via spiegels of prisma’s, in de lichtstraal te kijken. De laser moet zo opgesteld worden, dat het moeilijk is om rechtstreeks in de straal te kijken.
W
2.1.5 De bouwlamp Bouwlampen zijn geschikt voor het verlichten van grote werkruimtes. Het is belangrijk dat de bouwlamp stevig is uitgevoerd en stof- en spatwaterdicht is. Voor veel bouwlampen zijn verschillende soorten staanders verkrijgbaar.
1
De stukadoor kan in zijn werk gebruik maken van verschillende meetinstrumenten, bijvoorbeeld voor het meten van de vochtigheidsgraad in een gebouw. Maar ook bij bijvoorbeeld het stellen van blokken maakt de stukadoor gebruik van meetapparatuur.
meetapparatuur
Afbeelding: een vochtindicatiemeter.
PR
.
2.2.2 Waterpasinstrument Met een waterpasinstrument kan, met hoge precisie, een horizontaal vlak worden gerealiseerd. Ook kunnen hoogteverschillen ten opzichte van dit vlak worden ingemeten. Een automatisch waterpasinstrument bestaat uit een kijker met stelschroeven waarbij het beeld met de stelschroeven scherp kan worden gesteld.
60
IE Een straal laserlicht heeft een eigen kleur die met het blote oog zichtbaar is. Daardoor is het mogelijk in het donker, bij schemering of bij mist met lasers te meten. Een waterpasinstrument werkt onder die omstandigheden niet, maar met een laser kan dan goed worden gewerkt. Laserlicht wordt opgevangen door detectoren. Een detector kan aan een meetlat worden bevestigd of los worden gedragen. Wanneer een detector de laserstraal opvangt, geeft het een elektrisch signaal door aan een indicator. De indicator geeft aan of de laserstraal onder, boven of op het gewenste punt zit. Met een laserwaterpas kan bovendien ook een lijn worden getekend. Laserapparatuur is gemakkelijker te bedienen dan andere meetapparatuur en het werkt ook sneller. Een nadeel is dat de maatvoerder zelf moeilijker kan controleren of de instelling van de apparatuur wel goed is. Daarnaast heeft een laser altijd een stroombron nodig. Dit is vaak een accu.
Afbeelding: waterpasinstrument. Gereedschappen, apparatuur en hulpmiddelen
Afbeelding: laser.
PR
EV
Een vochtindicatiemeter wordt gebruikt om de vochtigheid van hout of bouwmaterialen vast te stellen. Ook kan hij worden gebruikt bij kwaliteitscontroles en de diagnose van vochtproblemen. Een vochtindicatiemeter heeft twee pinnen met een vaste afstand van elkaar. Het toestel meet de elektrische weerstand tussen de twee pinnen. Hoe lager de weerstand, des te hoger is de vochtigheid van het gemeten oppervlak. Geeft de meter rood aan, dan is het oppervlak te nat. Geel betekent ‘vochtig’ en groen betekent ‘voldoende droog’.
EV
IE
2.2.1 Vochtindicatiemeter Een vochtindicatiemeter is vooral van belang bij het aanbrengen van bijvoorbeeld spuitpleister. Het is belangrijk om het vochtgehalte van de ondergrond te bepalen. Daarbij worden vochtindicatiemeters gebruikt.
vochtindicatiemeter
Apparatuur
Gereedschappen, apparatuur en hulpmiddelen
61
Apparatuur
1 2
Inhoudsopgave deel 3
1
1
Voorbehandelen van ondergronden
2
5
1.2 2
Voorbereiden en het aanbrengen van voorbehandelingsmiddelen Afbramen Gronderen Diepgronderen Voorstrijken als hechtbrug (voorstrijk hb) Voorstrijken als ondergrond voor sierpleister Isoleren Aanbrengen van voorbehandelingmiddelen
95 95 96 96 96 97 98 98
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
Soorten ondergronden en hun voorbehandeling Steenachtige ondergronden 3.1.1 Gebakken steen 3.1.2 Niet-gebakken steen Pleisterdragers 3.2.1 Gipskartonstucplaten 3.2.2 Stucanet Overige ondergronden 3.3.1 Gecombineerde steenachtige ondergronden 3.3.2 Verontreinigde ondergrond 3.3.3 Bestaand pleister- of schuurwerk als ondergrond 3.3.4 Bestaand spackspuitwerk als ondergrond 3.3.5 Betonemaille of bestaande wandtegels als ondergrond 3.3.6 Cementgebonden platen 3.3.7 Gipsvezelplaten
99 99 99 102 104 104 105 105 105 106 106 106 107 108 108
EV
3 3.1
3.2
3.3
PR
PR
EV
IE
6
91 91 91 92 93 94 94
IE
4
Beoordelen van ondergronden Eisen aan ondergronden 1.1.1 Vlak 1.1.2 Draagkrachtig en stabiel 1.1.3 Schoon 1.1.4 Zuiging Vochtmeten
W
1 1.1
W
3
2
4
Voorbehandelingen voor cementgebonden, gipsgebonden en kunstharsgebonden afwerklagen Voorbehandelingen voor gipsgebonden afwerklagen 4.1.1 Behandeling van de ondergrond voor een afwerking met pleistergips of schuurgips 4.1.2 Behandeling van de ondergrond voor een afwerking met dunpleister 4.1.3 Behandeling van de ondergrond voor een afwerking met machinegips of machineschuurgips
4.1
Voorbehandelen van ondergronden
89
109 109 110 110 110
Inhoudsopgave
3 4 5 6
Voorbehandelingen voor cementgebonden afwerklagen 4.2.1 Behandeling van de ondergrond voor een afwerking met voorspuitmortel, wapeningsmortel of montagemortel 4.2.2 Behandeling van de ondergrond voor een afwerking met kalkcementpleister of kalkcementhechtpleister 4.2.3 Behandeling van de ondergrond voor een afwerking met lichtgewicht basispleister 4.2.4 Behandeling van de ondergrond voor een afwerking met kalkdunpleister of kalkcementdunpleister 4.2.5 Behandeling van de ondergrond voor een afwerking met cementdunpleister 4.2.6 Behandeling van de ondergrond voor een afwerking met cementpleister 4.2.7 Behandeling van de ondergrond voor een afwerking met met saneringspleister 4.2.8 Behandeling van de ondergrond voor een afwerking met trascementpleister of traskalkpleister Voorbehandeling voor een afwerking met kunstharsgebonden sierpleister of spack
Een stukadoor brengt specielagen aan op verschillende ondergronden. Om te weten welke voorbehandeling en welke materialen nodig zijn, moet eerst de ondergrond worden beoordeeld. In dit hoofdstuk gaan we in op de eisen die aan de verschillende ondergronden worden gesteld.
112
5
IE
6
112
Voorbehandelen van ondergronden
90
Wanneer een ondergrond niet aan de bovenstaande eisen voldoet, dan kunnen er problemen ontstaan bij het aanbrengen van specie. De specielaag kan niet goed hechten aan de ondergrond en zal dan op korte of langere termijn loslaten.
113 113 115 115 117
Aanbrengen van stucanet
121
1.1.1 Vlak Een wand die niet vlak is, vertoont kuilen en bulten. Ook kunnen er scheuren in de ondergrond voorkomen. De vlakheid van een ondergrond wordt gecontroleerd met een rei. rei. Als de ondergrond erg onregelmatig is, dan wordt de specielaag afwisselend dikker of dunner. Dit mag niet altijd zomaar gebeuren. Afhankelijk van de speciesoort en het aan te brengen materiaal, zal de ondergrond dan eerst moeten worden gerepareerd en/of zal er een vertinlaag moeten worden aangebracht.
vlak vlakheid rei
118
PR
6
Eisen aan ondergronden
Voor een goed resultaat is het belangrijk, dat de ondergrond redelijk vlak en draagkrachtig is. Ook moet de zuiging van de ondergrond overal gelijk zijn. Bovendien moet de ondergrond schoon zijn.
112
Aanbrengen van gipskartonstucplaten op een plafond Voorbereiden Aanbrengen van gipskartonstucplaten op een plafond Aanbrengen van gipskartonstucplaten op een plafond met een balk
EV
5 5.1 5.2 5.3
1.1
112
PR
4.3
112
IE
4
112
EV
3
Beoordelen van ondergronden
111
W
2
1
110
W
4.2
1
Afbeelding: met een rei controleren of de ondergrond vlak is.
Beoordelen van ondergronden
Voorbehandelen van ondergronden
91
Beoordelen van ondergronden
1
5.2
1
Aanbrengen van gipskartonstucplaten op een plafond
2
§
4 5
hart op hart afstand
Als de werkplek is voorbereid, kunnen de gipskartonstucplaten worden aangebracht. De bedrukte kant van de gipskartonstucplaten mag niet worden gestukadoord. Aan die zijde zit de plaknaad van het karton. De bedrukte kant of de plaknaadkant wordt dus de bovenkant en komt tegen de rachels. Gebruik voor het schroeven van snelbouwschroeven een schroefmachine met diepteregeling of een speciaal bitje met dieptestop. De schroefdiepte moet zo worden ingesteld, dat de schroefkop van de schroef in de plaat verzinkt. De schroef mag de gipskartonstucplaat echter nooit doorboren!
W
3
W
2
1
§
Afbeelding: Onderlinge afstand hart op hart.
snelbouwschroeven schroefdiepte
IE
IE
Voordat er begonnen kan worden met het aanbrengen van de platen, moet eerst het werk voorbereid worden. Ruim de werkplek op; dan is er namelijk voldoende ruimte om te werken. Bouw vervolgens een veilige steiger en voer daarna de materialen en gereedschappen aan.
Schroef de gipskartonstucplaten in verband haaks tegen de rachels; de naden van de kopse kanten tegen elkaar en de afgesneden kanten tegen de muur. Laat de langsnaden 5 tot 8 mm open staan. Breng per rachel 4 schroeven aan (bij een gipsplaat van 40 cm).
EV
EV
Controleer ontroleer na het aanvoeren van de materialen en gereedschappen, of er geen spijkers of schroeven uit de rachels steken. Gebruik eventueel een hamer en een drevel om de spijkers in het hout te slaan en een schroefmachine om de schroeven nog aan te draaien. Daarbij mag de kop niet meer uit het hout steken.
Afbeelding: de schroefkop is verzonken.
rachels.
PR
PR
Wanneer de gipskartonstucplaten niet haaks, maar in de lengterichting tegen de rachels worden aangebracht, kunnen er in de pleisterlaag scheuren ontstaan. Dit komt omdat het hout van de rachels het water uit het gips opneemt. Het gips heeft dan te weinig water om goed te kunnen verharden (kristalvorming). Door de uitdroging van het gips en de werking van het hout, ontstaan dan de scheuren. Mede door het hout kunnen er bovendien verkleuringen ontstaan. Wanneer in één vertrek zowel de wanden als de plafonds moeten worden gestukadoord, hanteer dan de volgende volgorde: - beraap eerst de wanden; - breng daarna de gipskartonstucplaten aan; - stukadoor vervolgens het plafond. Op deze manier kan altijd het plafond worden losgesneden van de wanden.
Afbeelding: sla met behulp van drevels de uitstekende spijkers in de rachels. Voorbehandelen van ondergronden
116
Afbeelding: gipskartonstucplaten in verband haaks op de
Aanbrengen van gipskartonstucplaten op een plafond
Voorbehandelen van ondergronden
117
Aanbrengen van gipskartonstucplaten op een plafond
3 4 5
Inhoudsopgave deel 4 Stukadoren
1
1
met handmatig aangemaakte species
PR
1.2 1.3
1.4 1.5
Grondstoffen voor species Bindmiddelen 1.1.1 Cement 1.1.2 Kalk 1.1.3 Gips Toeslagmaterialen 1.2.1 Zand Vul- en hulpstoffen 1.3.1 Isolerende vulstoffen 1.3.2 Hulpstoffen voor betonspecies Water Kunststoffen 1.5.1 Wat zijn kunststoffen? 1.5.2 Thermoplastische en thermohardende kunststoffen 1.5.3 Toevoegingen aan kunststoffen 1.5.4 Kunststoffen als bindmiddel 1.5.5 Hechting en toepassing
IE
1 1.1
2 2.1
2.2
2.3
2.4
2.5
2.6
Stukadoren met handmatig aangemaakte species
2
W
(traditioneel)
EV
EV
IE
3
Vertinnen en berapen (traditioneel) Vertinnen 2.1.1 Aanmaken van de specie 2.1.2 Aanbrengen van de vertinlaag Berapen van een wand 2.2.1 Uitlijnen 2.2.2 Opzetten en afreien van de wand 2.2.3 Dichtschuren 2.2.4 Afwerken van hoeken en plinten 2.2.5 Controleren Berapen van wanden met hoeken 2.3.1 Stellen van reien 2.3.2 Dichtschuren van hoeken 2.3.3 Aanbrengen van hoekbeschermers op uitwendige hoeken Berapen van een wand met inspringende hoek 2.4.1 Berapen van de evenwijdig aan elkaar lopende wanden 2.4.2 Berapen van de inspringende hoek Berapen van een wand met neggekanten 2.5.1 Stellen van reien 2.5.2 Omstellen van de reien Berapen van wanden met pilasters 2.6.1 Berapen van een pilaster als muurbeëindiging 2.6.2 Berapen van een pilaster in de wand 2.6.3 Berapen van een wand met meer pilasters
PR
W
2
125
3 127 127 127 132 134 136 136 139 139 140 141 141 141 141 143 143 144 145 145 146 147 147 148 149 151 151 152 152 152 154 154 156 156 157 158 158 159 160 160 161 162
Inhoudsopgave
Stukadoren met handmatig aangemaakte species
W
mortel
171 171 175 177
EV
IE
Afwerken van een beraapte wand (traditioneel) Blauwpleisterwerk Witpleisterwerk Fijnschuurwerk Cementschuurwerk
homogeen plastisch
168 168
126
Grondstoffen voor species
Een specie is een homogeen, plastisch mengsel dat is samengesteld uit een bindmiddel, water, toeslagmaterialen en eventueel hulp- en vulstoffen. Verharde specie noemen we een mortel.. Er bestaan veel verschillende species. De species verschillen in grondstoffen en de verhouding van die grondstoffen. Daardoor verkrijgen ze hun specifieke eigenschappen. Tegenwoordig wordt vooral gebruik gemaakt van fabrieksmatige, kant-en-klare species. Het komt echter ook nog steeds voor dat de stukadoor zelf de specie moet maken. Hij moet dan weten welke eigenschappen de benodigde grondstoffen hebben, omdat deze van invloed zijn op de kwaliteit en de duurzaamheid van het stukadoorswerk. Daarom wordt in dit hoofdstuk ingegaan op de grondstoffen van veel voorkomende species.
specie
167
EV
3 3.1 3.2 3.3 3.4
1
164 165 165
W
2.9
Berapen van een wand met een schuine schoorsteen Berapen van lepe hoeken 2.8.1 Berapen van een inwendige lepe hoek 2.8.2 Berapen van een uitwendige lepe hoek en een schuine neggekant Berapen van halfcirkelvormige en segmentboogvormige doorgangen met behulp van houten mallen (schenkels) 2.9.1 Berapen van een halfcirkelvormige doorgang 2.9.2 Berapen van een segmentboogvormige doorgang
IE
2.7 2.8
PR
Afbeelding: een stukadoor die specie maakt.
PR
1
1.1
bindmiddel
cement
hydraulisch bindmiddel
Inhoudsopgave Grondstoffen voor species
Stukadoren met handmatig aangemaakte species
Bindmiddelen
Een bindmiddel is een stof die door een chemische verandering samen met een andere stof in een vaste massa overgaat. Voorbeelden zijn cement, kalk, gips en kunsthars. 1.1.1 Cement Cement is een bindmiddel voor stukadoorspecie, metselspecie en betonspecie dat de specie sterk maakt. Cement is een hydraulisch bindmiddel. Dit betekent dat het water nodig heeft om te kunnen verharden. Door deze reactie bindt (lijmt) cement bijvoorbeeld zand
127
Grondstoffen voor species
1
1 2
W
2
Berapen van halfcirkelvormige en segmentboogvormige doorgangen met behulp van houten mallen (schenkels)
W
2.9
1
Soms komt een stukadoor in zijn werk halfcirkelvormige of segmentboogvormige doorgangen tegen.
IE
geboorte
2.9.2 Berapen van een segmentboogvormige doorgang Beraap bij een segmentboog eerst beide zijden van de wand. Beraap daarna de verticale dagzijde van de doorgang met behulp van reien. Stel vervolgens de houten mallen (schenkels) waterpas op de geboorte van de segmentboog. Beraap daarna de dagzijde van de boog. Deze werkwijze is anders dan bij de halfcirkelvormige doorgang. Dat komt omdat er bij de geboorte van de segmentboog wel een duidelijke scheiding is tussen de overgang van de dagzijde van het verticale werk en de dagzijde van de segmentboog.
168
Voor beide bogen geldt dat de dagkanten haaks op de wand moeten staan.
EV
Afbeelding: doorgang met halve cirkelboog.
Stukadoren met handmatig aangemaakte species
Afbeelding: doorgang met segmentboog.
Vertinnen en berapen (traditioneel)
PR
PR
EV
dagzijde
IE
2.9.1 Berapen van een halfcirkelvormige doorgang Bij een halfcirkelvormige boog moet de boog op het beginpunt van de kromming, ook wel de ‘geboorte’’ genoemd, naadloos en zonder aanzet overgaan in de stijlen van de wanddoorgang. Ook moeten de twee ‘geboortepunten’ van de boog waterpas ten opzichte van elkaar liggen. Beraap eerst beide zijden van de wand. Plaats vervolgens twee houten mallen (schenkels). De geboortepunten aan weerszijden van de muur moeten hierbij waterpas ten opzichte van elkaar worden gesteld. Zet de houten mallen vast met behulp van klemhaken en stel ze op maat met een waterpas en een winkelhaak. Raap hierna met behulp van reien de dagzijde van de boog uit en vervolgens de dagzijde van de verticale muuropening.
Stukadoren met handmatig aangemaakte species
169
Vertinnen en berapen (traditioneel)
Inhoudsopgave deel 4 Stukadoren
1
1
met handmatig aangemaakte species
IE
6 7
PR
EV
8
1.2 1.3
1.4 1.5
W
5
1 1.1
2 2.1
2.2
2.3
2.4
2.5
2.6
Stukadoren met handmatig aangemaakte species
2
Grondstoffen voor species Bindmiddelen 1.1.1 Cement 1.1.2 Kalk 1.1.3 Gips Toeslagmaterialen 1.2.1 Zand Vul- en hulpstoffen 1.3.1 Isolerende vulstoffen 1.3.2 Hulpstoffen voor betonspecies Water Kunststoffen 1.5.1 Wat zijn kunststoffen? 1.5.2 Thermoplastische en thermohardende kunststoffen 1.5.3 Toevoegingen aan kunststoffen 1.5.4 Kunststoffen als bindmiddel 1.5.5 Hechting en toepassing
IE
4
(traditioneel)
EV
3
Vertinnen en berapen (traditioneel) Vertinnen 2.1.1 Aanmaken van de specie 2.1.2 Aanbrengen van de vertinlaag Berapen van een wand 2.2.1 Uitlijnen 2.2.2 Opzetten en afreien van de wand 2.2.3 Dichtschuren 2.2.4 Afwerken van hoeken en plinten 2.2.5 Controleren Berapen van wanden met hoeken 2.3.1 Stellen van reien 2.3.2 Dichtschuren van hoeken 2.3.3 Aanbrengen van hoekbeschermers op uitwendige hoeken Berapen van een wand met inspringende hoek 2.4.1 Berapen van de evenwijdig aan elkaar lopende wanden 2.4.2 Berapen van de inspringende hoek Berapen van een wand met neggekanten 2.5.1 Stellen van reien 2.5.2 Omstellen van de reien Berapen van wanden met pilasters 2.6.1 Berapen van een pilaster als muurbeëindiging 2.6.2 Berapen van een pilaster in de wand 2.6.3 Berapen van een wand met meer pilasters
PR
W
2
125
3 127 127 127 132 134 136 136 139 139 140 141 141 141 141 143 143 144 145 145 146 147 147 148 149 151 151 152 152 152 154 154 156 156 157 158 158 159 160 160 161 162
Inhoudsopgave
Stukadoren met handmatig aangemaakte species
W
mortel
171 171 175 177
EV
IE
Afwerken van een beraapte wand (traditioneel) Blauwpleisterwerk Witpleisterwerk Fijnschuurwerk Cementschuurwerk
homogeen plastisch
168 168
126
Grondstoffen voor species
Een specie is een homogeen, plastisch mengsel dat is samengesteld uit een bindmiddel, water, toeslagmaterialen en eventueel hulp- en vulstoffen. Verharde specie noemen we een mortel.. Er bestaan veel verschillende species. De species verschillen in grondstoffen en de verhouding van die grondstoffen. Daardoor verkrijgen ze hun specifieke eigenschappen. Tegenwoordig wordt vooral gebruik gemaakt van fabrieksmatige, kant-en-klare species. Het komt echter ook nog steeds voor dat de stukadoor zelf de specie moet maken. Hij moet dan weten welke eigenschappen de benodigde grondstoffen hebben, omdat deze van invloed zijn op de kwaliteit en de duurzaamheid van het stukadoorswerk. Daarom wordt in dit hoofdstuk ingegaan op de grondstoffen van veel voorkomende species.
specie
167
EV
3 3.1 3.2 3.3 3.4
1
164 165 165
W
2.9
Berapen van een wand met een schuine schoorsteen Berapen van lepe hoeken 2.8.1 Berapen van een inwendige lepe hoek 2.8.2 Berapen van een uitwendige lepe hoek en een schuine neggekant Berapen van halfcirkelvormige en segmentboogvormige doorgangen met behulp van houten mallen (schenkels) 2.9.1 Berapen van een halfcirkelvormige doorgang 2.9.2 Berapen van een segmentboogvormige doorgang
IE
2.7 2.8
PR
Afbeelding: een stukadoor die specie maakt.
PR
1
1.1
bindmiddel
cement
hydraulisch bindmiddel
Inhoudsopgave Grondstoffen voor species
Stukadoren met handmatig aangemaakte species
Bindmiddelen
Een bindmiddel is een stof die door een chemische verandering samen met een andere stof in een vaste massa overgaat. Voorbeelden zijn cement, kalk, gips en kunsthars. 1.1.1 Cement Cement is een bindmiddel voor stukadoorspecie, metselspecie en betonspecie dat de specie sterk maakt. Cement is een hydraulisch bindmiddel. Dit betekent dat het water nodig heeft om te kunnen verharden. Door deze reactie bindt (lijmt) cement bijvoorbeeld zand
127
Grondstoffen voor species
1
1 2
W
2
Berapen van halfcirkelvormige en segmentboogvormige doorgangen met behulp van houten mallen (schenkels)
W
2.9
1
Soms komt een stukadoor in zijn werk halfcirkelvormige of segmentboogvormige doorgangen tegen.
IE
geboorte
2.9.2 Berapen van een segmentboogvormige doorgang Beraap bij een segmentboog eerst beide zijden van de wand. Beraap daarna de verticale dagzijde van de doorgang met behulp van reien. Stel vervolgens de houten mallen (schenkels) waterpas op de geboorte van de segmentboog. Beraap daarna de dagzijde van de boog. Deze werkwijze is anders dan bij de halfcirkelvormige doorgang. Dat komt omdat er bij de geboorte van de segmentboog wel een duidelijke scheiding is tussen de overgang van de dagzijde van het verticale werk en de dagzijde van de segmentboog.
168
Voor beide bogen geldt dat de dagkanten haaks op de wand moeten staan.
EV
Afbeelding: doorgang met halve cirkelboog.
Stukadoren met handmatig aangemaakte species
Afbeelding: doorgang met segmentboog.
Vertinnen en berapen (traditioneel)
PR
PR
EV
dagzijde
IE
2.9.1 Berapen van een halfcirkelvormige doorgang Bij een halfcirkelvormige boog moet de boog op het beginpunt van de kromming, ook wel de ‘geboorte’’ genoemd, naadloos en zonder aanzet overgaan in de stijlen van de wanddoorgang. Ook moeten de twee ‘geboortepunten’ van de boog waterpas ten opzichte van elkaar liggen. Beraap eerst beide zijden van de wand. Plaats vervolgens twee houten mallen (schenkels). De geboortepunten aan weerszijden van de muur moeten hierbij waterpas ten opzichte van elkaar worden gesteld. Zet de houten mallen vast met behulp van klemhaken en stel ze op maat met een waterpas en een winkelhaak. Raap hierna met behulp van reien de dagzijde van de boog uit en vervolgens de dagzijde van de verticale muuropening.
Stukadoren met handmatig aangemaakte species
169
Vertinnen en berapen (traditioneel)
Inhoudsopgave Deel 5 Stukadoren met
1
1
fabrieksmatig vervaardigde species
IE
6 7
PR
EV
8
W
5
2
1.2
Fabrieksmatig vervaardigde producten Gipsgebonden producten 1.1.1 Eigenschappen van gips Cementgebonden producten
187 189 189 191
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6
Stukadoorsprofielen Hoekbeschermers Stucstopprofielen Guideprofielen Schilderijlijstprofielen Dilatatieprofielen Prefab toogprofielen
195 195 196 197 197 198 199
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
Het stellen van profielen Het stellen van hoekbeschermers Het stellen van stucstopprofielen Het stellen van guideprofielen Het stellen van schilderijlijstprofielen Het stellen van dilatatieprofielen Het stellen van toogprofielen
201 201 202 202 203 204 204
4 4.1
Aanbrengen van gipsgebonden afwerklagen Handmatig stukadoren van een wand met gips 4.1.1 Voorbereiden 4.1.2 Aanmaken van gipsen 4.1.3 Opzetten van gipsspecie 4.1.4 Afreien van de gipslaag 4.1.5 Controleren van de gipslaag 4.1.6 Dichtmessen van de gipslaag 4.1.7 Doorschuren van de gipslaag 4.1.8 Af- en napleisteren van de gipslaag 4.1.9 Afschuren van een gipsschuurlaag Stukadoren van wanden met hoeken 4.2.1 Voorbereiden 4.2.2 Aanmaken en opzetten gipslaag 4.2.3 Afreien en controleren van de gipslaag Stukadoren van een wand met inspringende hoek 4.3.1 Stukadoren van de evenwijdig aan elkaar lopende wanden met inspringende hoek Stukadoren van een wand met neggekanten 4.4.1 Stukadoren van een wand met één raamkozijn 4.4.2 Stukadoren van een wand met meerdere raamkozijnen Stukadoren van wanden met pilasters Stukadoren van een wand met een schuine schoorsteen
207 207 208 208 209 210 211 211 211 212 212 212 212 214 214 215
IE
4
1 1.1
EV
3
PR
W
2
4.2
4.3
4.4
4.5 4.6
Stukadoren met fabrieksmatig vervaardigde species
185
215 218 218 219 219 221
Inhoudsopgave
3 4 5 6 7 8
4.10
Stukadoren van een lepe hoeken 4.7.1 Stukadoren van een inwendige lepe hoek 4.7.2 Stukadoren van een uitwendige lepe hoek en een lepe neggekant Het stukadoren van halfcirkelvormige en segmentboogvormige doorgangen 4.8.1 Stukadoren van een halfcirkelvormige doorgang met behulp van houten mallen (schenkels) 4.8.2 Stukadoren van een segmentboogvormige doorgang met behulp van houten mallen (schenkels) 4.8.3 Stukadoren van een cirkelvormige of segmentboogvormige doorgang met behulp van prefab verstelbare pleisterdragers Gips spuiten 4.9.1 Voorbereiden 4.9.2 Spuiten van gips en afwerken van de gipslaag 4.9.3 Schoonmaken van de gipsspuitmachine Mechanisch afwerken van een gipslaag
5
Aanbrengen van cementgebonden afwerklagen
233
6 6.1 6.2 6.3
Spuitpleister spuiten Aanbrengen eerste laag Aanbrengen tweede laag Reparatie van met spuitpleister afgewerkte wanden
235 235 236 237
7 7.1
Aanbrengen van sierpleisters Kunstharsgebonden sierpleister 7.1.1 Voorbereiden 7.1.2 Aanbrengen van de sierpleister Minerale krabpleister 7.2.1 Aanbrengen van krabpleister 7.2.2 Uitkrabben 7.2.3 Verkleuring Leempleister 7.3.1 Voorbereiden 7.3.2 Aanbrengen van de leemfinish Glanspleister 7.4.1 Voorbereiden 7.4.2 Aanbrengen van de glanspleister
239 239 239 239 242 243 243 244 244 245 246 247 247 247
Afwerken van plafonds Afwerken van een plafond met gipskartonstucplaten 8.1.1 Afwerken van een plafond met pleistergips 8.1.2 Afwerken van een plafond met schuurgips Afwerken van een plafond met stucanet Afwerken van een plafond met balk(en) met gips 8.3.1 Afwerken van een plafond met één balk 8.3.2 Afwerken van een plafond met meerdere balken
249 249 249 251 251 253 254 255
5 6
IE
4.9
7
EV
8
7.2
PR
7.3
7.4
8. 8.1
8.2 8.3
Steen
186
226
227
227 228 228 229 230 232
Inhoudsopgave
productspecificatie-
W
4
226
Tegenwoordig wordt steeds meer gebruik gemaakt van kant-en-klare producten. De stukadoor hoeft hieraan vaak alleen maar water toe te voegen. Hij volgt hierbij de richtlijnen van de leverancier (etiket op het product, technische bladen of productspecificatiebladen). productspecificatiebladen).
bladen
productinformatiebladen
Op het etiket van een product staat vaak voldoende informatie om aan het werk te gaan. Gedetailleerde productinformatie kan ook worden gevonden op de website van de betreffende leverancier of producent. Er worden verschillende benamingen voor gebruikt: productinformatiebladen, productinformatiebladen kenmerkenbladen, technische bladen, bladen, technische gegevens.
IE
3
225
W
4.8
Fabrieksmatig vervaardigde producten
kenmerkenbladen technische bladen
De hoeveelheid productinformatie verschilt van leverancier tot leverancier, maar vaak wordt de volgende informatie gegeven: - algemene informatie (werking van het product en toepassingsgebieden); - eigenschappen van het product (bijvoorbeeld droogtijd en hechting); - verwerkingsgegevens (bijvoorbeeld minimale temperatuur bij verwerking, benodigde gereedschappen en geadviseerde laagdikte); - werkwijze/systeem (op welke wijze het product moet worden aangebracht).
EV
2
1
224 224
Uitgebreide informatie over de veiligheidsvoorschriften van een product wordt vaak vermeld in een afzonderlijk veiligheidsblad. Het spreekt voor zich dat het nauwkeurig lezen van productinformatie en voorschriften van een leverancier heel belangrijk is. .
PR
4.7
1
Stukadoren met fabrieksmatig vervaardigde species
187
Fabrieksmatig vervaardigde producten
1
3
1 2
IE
Bij het stukadoren van wanden met gips moet een hoekbeschermer aan twee zijden tegelijk recht en te lood worden gesteld. Dit wijkt af van de traditionele manier van reien stellen. Bij de traditionele manier moet de rei namelijk, na het berapen van de eerste wand, omgesteld worden om de volgende wand te kunnen berapen.
EV
EV 200
3.1 Het et stellen van hoekbeschermers
berapen
Afbeelding: links: haakse hoek stellen met een rei (traditioneel: een kant tegelijk) rechts: haakse hoek stellen met een hoekbeschermer (modern: twee kanten tegelijk).
PR
Het stellen van een hoekbeschermer op een uitwendige haakse hoek gaat als volgt: - Controleer Controleer aan twee zijden met een aluminium rei en waterpas of met een stelwaterpas hoe de uitwendige hoek erbij staat (vlak, ’te lood’). - Meet vervolgens de hoogte van de hoek op en knip de hoekbeschermer op maat. - Maak een beperkte hoeveelheid gips aan om op de hoek aan te brengen (± 3 troffels voor 2.50 m). - Breng nu het aangemaakte gips op de uitwendige hoek aan. Dit kan door de hele uitwendige hoek vol te zetten met gipsspecie, maar ook door om de ± 50 cm dotten gipsspecie op de uitwendige hoek aan te brengen. Let op: indien een hoekbeschermer in buitenwerk wordt toegepast, moet het profiel altijd helemaal vol worden gezet met montagespecie. - Zet de hoekbeschermer zonder druk tegen het aangebrachte gips. - Druk nu de hoekbeschermer met behulp van een (natgemaakte) stelwaterpas in de specie, tot de hoekbeschermer aan beide zijden recht, te lood en op maat staat. - Verwijder de overtollige gipsspecie en maak de hoekbeschermer schoon.
PR Stukadoren met fabrieksmatig vervaardigde species
W
In het vorige hoofdstuk zijn profielen beschreven die een stukadoor in zijn werk vaak verwerkt. Deze profielen worden in het werk opgenomen en moeten dus worden gesteld, vóórdat de ondergrond van een stuclaag wordt voorzien. Dit stellen van profielen dient recht, te lood of waterpas te gebeuren.
W IE
3
Het stellen van profielen
Het stellen van profielen
Stukadoren met fabrieksmatig vervaardigde species
201
Het stellen van profielen
1 2 3
3
Bewaar overtollige sierpleister in een emmer. Als er veel sierpleisterresten in het afvalwater zitten, mag dat niet zomaar weggegooid worden, maar moet dit bezinken en/of gefilterd worden.
sierpleisterresten
4 5
IE
EV
granollen
natuursteenpleister
PR
Gebruik voor het opbrengen een roestvast stalen spaan. Verdeel hiermee de laag gelijkmatig op korreldikte. De grootste korrel bepaalt de laagdikte. Breng daarna de gewenste textuur aan met een kunststof spaan. Daarbij bestaan verschillende mogelijkheden: - Verticale en horizontale texturen Door de spaan in verticale of horizontale richting te bewegen, ontstaat een verticale of horizontale textuur. Een verticale textuur zorgt ervoor dat de wand hoger lijkt. Meestal heeft deze verticale textuur de voorkeur. - Gedraaide textuur Deze textuur ontstaat door een ronddraaiende beweging. Het aanbrengen van de textuur kan na enige droging het beste door één verwerker gebeuren om verschillen in textuur te voorkomen. Houd bij een gedraaide textuur goed rekening met lichtinval van bijvoorbeeld ramen en lichtbronnen. Werk altijd van het licht af.
textuur
Stukadoren met fabrieksmatig vervaardigde species
240
De meeste eigenschappen van kwartspleister komen overeen met die van sierpleisters met groefeffect. Kwartspleister wordt hoofdzakelijk aangebracht op minerale ondergronden, maar ook op gipsplaten. Met een rvs spaan kan deze pleister gelijkmatig worden opgebracht. Het gewenste effect wordt verkregen door de pleister draaiend met de kunststof spaan af te werken. De textuur kan het beste door één verwerker worden aangebracht Bij een laagdikte die gelijk is aan de korrelgrootte, kan een zeer open textuur worden verkregen. Deze kan afwijken van het monster dat de klant heeft uitgezocht. Bij te dikke lagen spachtelpleister treedt craquelé op. Ook kunnen er kleine speldeprikachtige gaatjes in komen. Natuursteenpleister
Afbeelding: sierpleister met een groefeffect.
Aanbrengen van sierpleisters
Natuursteenpleister bestaat uit gekleurde steentjes met een transparant opdrogend bindmiddel. In Nederland heet deze pleister ‘natuursteenpleister’ of ‘marmerpleister’. In Duitsland ‘Buntsteinputz’.
Afbeelding: voorbeeld van natuursteenpleister.
Stukadoren met fabrieksmatig vervaardigde species
241
1 2 3 4 5 6 7
Afbeelding: kwartspleister.
EV
boomschorseffect
PR
groefeffect
IE
Aanbrengen van kunstharsgebonden sierpleister met een groefeffect Sierpleister met een groefeffect is pleistermateriaal waaraan een hoeveelheid ronde kwartskorrels is toegevoegd. Doordat de pleister na het opbrengen wordt bewerkt met een kunststof spaan, gaan de korrels rollen en ontstaan er groeven. Het groefeffect is vooral bekend geworden door de naam ‘boomschorseffect’.’. Ook met de begrippen ‘Granollen ‘‘Granollen’ Granollen’’ of de Duitse naam ‘Reibeputz’ wordt groefeffect bedoeld.
6 7
Spachtelputz
W
2
Aanbrengen van sierpleister met kwartskorrels Een grove kwartspleister bestaat uit pleistermateriaal, waaraan marmerkorrels zijn toegevoegd. Deze pleister staat ook wel bekend onder de Duitse naam ‘Spachtelputz’.
kwartspleister
W
Breng de sierpleister van het spaarbord met een roestvast stalen spaan aan op de wand. De laagdikte hangt af van de korrelgrootte. De laag moet veelal net zo dik worden als de korrels van de sierpleister. Na enige droging wordt de laag afgewerkt. De afwerking hangt af van het soort sierpleister dat wordt aangebracht.
1
Aanbrengen van sierpleisters
Inhoudsopgave deel 6
1
1
Thermische buitengevelisolatie
4 5
7 8
Wat en waarom van thermische gevelisolatie
261
2 2.1 2.2 2.3
Thermische isolatie nader toegelicht Warmtegeleidingscoëfficiënt ( ) Warmteweerstand (R) Warmtedoorgangscoëfficiënt (K)
263 263 264 264
3 3.1 3.2 3.3 3.4
Isolatiematerialen Geëxpandeerd polystyreenschuim (EPS) Geëxtrudeerd polystyreenschuim (XPS) Glaswol Steenwol
267 267 267 268 269
4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5
Afdichtmaterialen Kitten Wapeningsweefsel Cellenband Bitumenband (was) Schuim (PUR)
271 271 271 272 272 272
5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
Het aanbrengen van thermische gevelisolatie 273 273 Controleren en voorbehandelen van de ondergrond Plakken (lijmen) van gevelisolatiesystemen 275 277 Gevelisolatiesystemen aanbrengen met profielen Gevelisolatiesystemen aanbrengen met schotelpluggen en ankers 278 Uitwendige hoeken en dilataties 279
6
Gevelisolatie onder het maaiveld
281
7 7.1 7.2
Afwerken van gevelisolatiesystemen Aanbrengen van wapeningsweefsel Afwerking van gevelisolatiesystemen
283 283 285
PR
PR
EV
9
1
EV
IE
6
Het stukadoorsvak
2
W
3
IE
W
2
8
Kwaliteitscontrole
171
9 9.1 9.2 9.3
Onderhoud aan gevelisolatie Controle en inspectie Reiniging Overschilderen
173 289 289 290
259
Inhoudsopgave
3 4 5 6 7 8 9
Aanslag
W
93
Een laag die zich op een ondergrond heeft vastgezet. 199
Aansluitprofiel
Eén van de verschillende soorten stukadoorsprofielen. Een aansluitprofiel wordt gebruikt om stukadoorswerk op andere constructiedelen, zoals aftimmering, te laten aansluiten. 131
Aanvangssterkte
94
IE
De sterkte van cement aan het begin van het verhardingsproces. Absorptievermogen
De mate waarin een materiaal (vloei)stoffen uit zijn omgeving kan opnemen. 144, 191
Adhesie
De aantrekkingskracht tussen verschillende stoffen. 136
Afbindproces
95, 208
EV
Een chemische reactie (verhardingsproces) die optreedt nadat gips met water wordt vermengd. Afbramen n
Het verwijderen van (ongewenste) uitstekende onderdelen, zoals uitgeharde specie- of lijmresten, van een oppervlak. Deze worden eraf gehakt met en gipsbijl of hamer.
27
Afdekvlie A Afdekvlies fdekvliess
Afdekmateriaal dat de ondervloer beschermt tegen vervuiling en beschadiging. Het is gemaakt van vilt dat vocht opneemt. Hierdoor wordt vochtig vuil snel opgenomen.
236
Afmesse A Afmessen fmessen n
PR
PR
EV
IE
W
Verklarende woordenlijst
Egaliseren van een basislaag met een spackmes.
147, 149, 9,, 218 9
Afreien Afreie A freien n
Met een rei vlak maken van de pas aangebrachte specielaag.
180, 182, 212
Afschuren A fschuren
Na voldoende harding met een fijn schuurblok schuren van een oppervlak.
68 6 8
Airless spuitinstallatie
Spuitinstallatie waarbij materiaal uitsluitend onder hoge druk (>30 bar) gedoseerd op het oppervlak wordt gespoten.
Stukadoortechnieken
293
Verklarende woordenlijst