Praktijkrichtlijn ATEX, toegepast in de metaalverwerking en metalelektro
Praktijkrichtlijn ATEX toegepast in de metaalverwerking en metalelektro
Peter Ladage (ArboAanzet) Dirk Muis (Imtech Arbodienst) Hannelie Pleij (Imtech Arbodienst) Gjalt Huppes (vhp)
Datum Opdrachtgever Contactpersoon vhp projectnummer
Februari 2008 Vereniging FME-CWM en de Koninklijke Metaalunie Gijs Meijer (FME-CWM) DerkJan Meijer (Metaalunie) 463-01
blad 1 van 9
Praktijkrichtlijn ATEX, toegepast in de metaalverwerking en metalelektro
Wat is ATEX? De ATEX1 richtlijnen komen uit Brussel en zijn van toepassing op arbeidsplaatsen waar een explosieve atmosfeer kan ontstaan. Er zijn twee delen: • De ATEX 952 geldt voor de fabrikant van apparatuur, die gebruikt wordt in een explosiegevaarlijke omgeving. • En de ATEX 1373 geeft voorschriften voor de werkgever van een bedrijf waar een explosieve atmosfeer kan ontstaan. Doel hiervan is dat de werknemers veilig kunnen werken. Wanneer is de ATEX 95 van toepassing op uw bedrijf De ATEX 95 heeft zoals gezegd, betrekking op de gebruikte apparatuur in een ruimte waar een ontplofbare atmosfeer aanwezig is of kan ontstaan. Alle apparaten die een explosie kunnen veroorzaken en worden gebruikt in een ruimte waar een explosieve atmosfeer aanwezig is, of kan ontstaan, moet voldoen aan de ATEX 95. Wanneer is de ATEX 137 van toepassing op uw bedrijf? De ATEX 137 is van toepassing als er op de werkplek een explosieve atmosfeer kan ontstaan. Deze explosieve atmosfeer kan alleen ontstaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: 1. Er is voldoende brandbare stof aanwezig (zie beslisboom verder in dit document) 2. Er kan, door vermenging van de brandbare stof met lucht, een explosief mengsel worden gevormd. Een voorwaarde hierbij is dat de hoeveelheid brandbare stof groot genoeg is. Daarbij moet een onderscheid worden gemaakt in: a) Brandbare gassen, dampen en vloeistoffen b) Brandbare vaste stoffen In ieder geval geldt het volgende: als alle brandbare stoffen zijn opgeslagen in een opslagruimte in de originele en niet aangebroken verpakking, en de verpakking voldoet aan de UN keur, en er in de ruimte geen overslag van deze stoffen plaatsvindt, dan is het onwaarschijnlijk dat er een explosieve atmosfeer kan ontstaan. Er hoeft voor deze opslagruimte dan geen verdere actie te worden genomen, de opslagruimte geldt dan niet als een explosiegevaarlijke plaats. Belangrijk hierbij is dat ook rekening wordt gehouden met eventuele calamiteiten zoals het lek steken van een verpakking tijdens transport of opslag bijvoorbeeld door een heftruck. In onderstaande afloopschema’s of beslisbomen wordt verder uitgewerkt of u maatregelen moet nemen. Er zijn twee aparte schema’s: één voor gasexplosies en één voor stofexplosies. Let op De in de afloopschema’s aangegeven hoeveelheden brandstof berusten op praktijkervaring en gelden in de meest voorkomende gevallen. Echter in bepaalde omstandigheden kan een explosieve atmosfeer ontstaan bij kleinere hoeveelheden dan in de onderstaande schema’s aangegeven. Raadpleeg bij twijfel altijd een deskundige.
1
ATEX is een afkorting van Atmosphere Explosible ofwel explosieve atmosfeer.
2
Richtlijn 94/9/EG (ATEX 95) bevat verplichtingen voor apparaten en beveiligingssystemen die bedoeld zijn voor het gebruik op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen. Deze richtlijn is in de Nederlandse wetgeving vastgelegd in het Warenwetbesluit Explosieveilig Materieel en heeft uitsluitend betrekking op het ontwerp en de productie van materieel dat geschikt i svoor gebruik in ruimten waar explosieve atmosferen voorkomen. Deze richtlijn is bestemd voor fabrikanten.
3
ATEX 137 (Richtlijn 1999/92/EG) geeft in hoofdlijnen aan hoe om te gaan met gas- en stofontploffingsgevaarlijke ruimten. De richtlijn geeft minimale voorschriften weer waar arbeidsplaatsen en arbeidsmiddelen aan moeten voldoen, zodat werknemers op die plaatsen veilig kunnen werken. Deze richtlijn is bestemd voor bedrijven waar explosieve atmosferen voorkomen.
blad 2 van 9
Praktijkrichtlijn ATEX, toegepast in de metaalverwerking en metalelektro
Beoordeling GAS explosiegevaar
Start
Is brandbare stof aanwezig?
nee
ja
Is meer dan 5 kg gas of K0 vloeistof aanwezig
ja
nee
Is meer dan 50 kg K1 vloeistof aanwezig
ja
nee
Is meer dan 500 kg K2, K3 of K4 vloeistof aanwezig
ja
nee
Zone indeling niet zinvol
Zone indeling noodzakelijk
De genoemde hoeveelheden brandbare product gelden voor de aanwezigheid van gassen binnen. Voor installaties in de buitenlucht mogen deze hoeveelheden met een factor 10 worden vermenigvuldigd. Stoffen ingedeeld aan de hand van het vlampunt. Het vlampunt is de temperatuur waarbij een vloeistof zo veel brandbare damp afgeeft dat deze damp kan worden ontstoken. K0 - Dit zijn de oplosmiddelen met een vlampunt onder de 0°C. Deze stoffen zijn zeer licht ontvlambaar! K1 - Hieronder vallen de gassen en vloeistoffen met een vlampunt van minder dan 21°C. Deze stoffen kunnen al bij een temperatuur onder kamertemperatuur voldoende damp afgeven om tot ontsteking te kunnen komen. K2 - Hieronder vallen de gassen/vloeistoffen die een vlampunt hebben van 21-55°C. Deze stoffen kunnen in een warme omgeving voldoende damp afgeven om tot ontsteking te kunnen komen. K3 - Hieronder vallen de gassen/vloeistoffen met een vlampunt van 55-100°C. K4 - Het vlampunt van deze stoffen ligt boven de 100°C. Praktijk voorbeeld: Wasbenzine kent een vlampunt van 2 graden Celsius. Wasbenzine kan al bij kamertemperatuur in een kleine ruimte ontsteken bijvoorbeeld tijdens lassen, solderen of door een vonk van een schakelaar. Aceton heeft een vlampunt van -19 °C
blad 3 van 9
Praktijkrichtlijn ATEX, toegepast in de metaalverwerking en metalelektro
Beoordeling STOF explosiegevaar Start
nee
Is brandbaar stof aanwezig of kan het worden gevormd?
ja
Is de brandbare stof aanwezig in het inwendige van de apparatuur? nee
ja
Meer dan 50 kg stof met deeltjes < 0,1 mm aanwezig?
Meer dan 0,1 kg stof met deeltjes < 0,1 mm aanwezig?
nee
nee
Meer dan 500 kg stof met deeltjes tussen 0,1 mm en 0,5 mm aanwezig?
Meer dan 1 kg stof met deeltjes tussen 0,1 en 0,5 mm aanwezig?
nee
Zone indeling niet zinvol
ja
nee
Zone indeling noodzakelijk
Stof bestaat uit kleine vaste deeltjes (< 0,5 mm) in de atmosfeer die door hun eigen gewicht neerslaan, maar eerst enige tijd in de lucht kunnen blijven zweven. Onder brandbare stof wordt verstaan een fijn verdeelde stof die door opwerveling in de lucht onder atmosferische omstandigheden een ontplofbaar mengsel kan vormen. Praktijk voorbeeld: poedercoatings bestaat veelal uit deeltjes met een afmeting < 0,1 mm. Ook metaalpoeder van lichte metalen ontstaan door oppervlaktebehandeling (slijpen) is brandbaar stof . Dit metaalstof kan in verzamelbakken een explosierisico teweegbrengen.
blad 4 van 9
Zone indeling niet zinvol
Praktijkrichtlijn ATEX, toegepast in de metaalverwerking en metalelektro
Actie Met de beslisboom heeft u kunnen bepalen of er meer dan de minimale hoeveelheid brandbare stoffen aanwezig is of kan zijn. Als dat zo is dan moeten er maatregelen genomen worden. Uitvoeren van een risico inventarisatie en -evaluatie 1. Opstellen van een lijst van brandbare stoffen (welke stoffen, hoeveelheden en het gevaar van iedere stof) 2. Bepaal de locaties, processen en momenten in het bedrijf waar en wanneer er kans op explosiegevaar is 3. Bepaal welke werknemers gevaar lopen 4. Als er sprake is van een explosieve atmosfeer moet het bedrijf worden ingedeeld in één of meer gevaarszones 5. In deze gevaarszones moeten maatregelen worden genomen om het explosiegevaar zoveel mogelijk te beperken. Voorbeelden van deze maatregelen zijn onderstaand weergegeven. Deze voorbeelden zijn ingedeeld in technische en organisatorische maatregelen.
Technische maatregelen
Onderstaand enige voorbeelden van technische maatregelen ingedeeld in volgorde van balang: Voorkoming dat een explosieve atmosfeer kan ontstaan • Goed onderhoud aan alle apparaten en machines waardoor vervuiling of lekkages worden voorkomen • Ventilatie, bronafzuiging en neutralisatie • Ontkoppeling van installatiedelen indien zich een explosie voordoet (explosietechnische ontkoppeling). • Toepassen van meet- en regeltechniek (bijvoorbeeld door temperatuur meting, gasmetingen, automatische uitschakeling van installaties) Voorkoming van ontsteking • Gebruik explosieveilige apparatuur en gereedschappen (voldoen aan ATEX 95) • Voorkom dat explosieve mengsels in aanraking komen met hete oppervlakken van apparatuur of leidingen. • Voorkom vonken door statische ontladingen. Beperking van de gevolgen van de explosie • Pas een explosiebestendige bouwwijze toe • Breng explosiedrukontlasting aan op apparatuur of installaties, • Onderdruk de explosie m.b.v. blusmiddelen
Organisatorische maatregelen
Naast technische maatregelen kunnen de organisatorische maatregelen genomen worden: • Het introduceren van een werkvergunning stelsel voor het werken in een als explosief gekwalificeerde ruimte. • Het houden van toezicht op werkzaamheden in een als explosief gekwalificeerde ruimte. • Het geven van voorlichting en onderricht aan medewerkers die werkzaamheden moeten uitvoeren in een als explosief gekwalificeerde ruimte. • Markering van explosiegevaarlijke plaatsen. • Het opstellen van schriftelijke bedrijfsinstructies voor het werken op plaatsen waar een explosieve atmosfeer kan ontstaan. • Het coördineren van de werkzaamheden indien meerdere werkgevers moeten werken op plaatsen waar een explosieve atmosfeer kan ontstaan • Het gebruik van de geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen.
blad 5 van 9
Praktijkrichtlijn ATEX, toegepast in de metaalverwerking en metalelektro
Explosieveiligheidsdocument Als er kans bestaat op de aanwezigheid van een explosieve atmosfeer dient een explosieveiligheidsdocument te worden opgesteld. Dit document bevat de belangrijkste gegevens uit de risico inventarisatie en -evaluatie en dient de volgende informatie te bevatten: • Een beschrijving van de arbeidsplaats en de aanwezige werkplekken en de processen / activiteiten, • Een beschrijving van de gebruikte stoffen, • Een RIE van de explosierisico’s, • De indeling in gevarenzones, • De wijze waarop de veiligheid op de werklocaties is gewaarborgd (bijvoorbeeld in het ontwerp, de bediening en het onderhoud), • De technische en organisatorische maatregelen die zijn genomen om explosieve atmosferen te voorkomen, en de gevolgen van een eventuele explosie te beperken. Samenvatting De beoordeling of, en zo ja welke actie in het kader van ATEX 137 moet worden uitgevoerd kan worden bepaald met de volgende 7 vragen: 1. Zijn er brandbare stoffen aanwezig? 2. Kan door voldoende verdeling in lucht een explosieve atmosfeer ontstaan? 3. Waar kan zich een explosieve atmosfeer voordoen? 4. Is de vorming van gevaarlijke explosieve atmosferen mogelijk? 5. Is de vorming van een gevaarlijke explosieve atmosfeer terdege voorkomen? 6. In welk zones kunnen plaatsen met een gevaarlijke explosieve atmosfeer worden ingedeeld? 7. Is de ontsteking van een gevaarlijke explosieve atmosfeer terdege voorkomen?
blad 6 van 9
Praktijkrichtlijn ATEX, toegepast in de metaalverwerking en metalelektro
Bijlage 1 Voorbeeld explosieveiligheidsdocument EXPLOSIEVEILIGHEIDSDOCUMENT
Beoordeling van explosiegevaren door gas en damp Explosiegevaarlijke locatie: Verantwoordelijke: Beschrijving gas en/of (1) damp Vlampunt C Categorie Zelfontbrandingstemperatuur C Relatieve dampdichtheid Beschrijving van de installatie Zone Geen Gebruikte Zone-indeling (3) Ex-zone normen In ruimte/ arbeidsplaats 1. 2. 3. 4. 5. Technische veiligheidsmaatregelen Uitvoering apparaten binnen de gevarenzone niet aanwezig
EG-verklaring van overeenstemming aanwezig Apparaten voldoen aan de juiste categorie Apparaten voorzien van CE-markering
(2) (4)
(5)
Maatregelen ter voorkoming van explosief mengsel: (6)
Constructieve maatregelen, welke de explosie zover beperken dat werknemers geen risico lopen (7)
Overige technische maatregelen ter vermindering van restrisico’s
(8)
blad 7 van 9
Praktijkrichtlijn ATEX, toegepast in de metaalverwerking en metalelektro
EXPLOSIEVEILIGHEIDSDOCUMENT
Beoordeling van explosiegevaren door gas en damp Organisatorische maatregelen Algemene eisen Noodzaak Personeel (9) Arbeidsplaats (10) Ja Nee Schriftelijke bedrijfsinstructie Taken en verantwoordelijkheden personeel Voldoende kwalificatie personeel Toezicht
Vluchtwegen Ontruimingsplan
Noodzaak Ja Nee
Ex-markeringen Werkvergunningssysteem
Instructies aan personeel Installatie/ ruimte
(11)
Gebruikershandleiding aanwezig Ja Nee N.v.t. Ja Nee N.v.t. Ja Nee N.v.t. Ja Nee N.v.t.
Regelmatig onderhoud Locatie
Instructie geven bij
(12)
Frequentie
Inspectie en controle van arbeidsplaats / arbeidsmiddel Locatie
Bijlagen
(13)
Frequentie
(14)
Datum opstellen document:
blad 8 van 9
Praktijkrichtlijn ATEX, toegepast in de metaalverwerking en metalelektro
Toelichting explosieveiligheidsdocument Nr 1
Omschrijving Beschrijving gas en/of damp
2
Beschrijving van de installatie
3
Zone
4
Gebruikte normen
5
Uitvoering apparaten
6
Maatregelen ter voorkoming van explosief mengsel Constructieve maatregelen welke de explosie zover beperken dat werknemers geen risico lopen. Overige technische maatregelen ter vermindering van restrisico’s Organisatorische maatregelen m.b.t. personeel Arbeidsplaats
7
8
9 10 11
Instructies aan personeel
12
Regelmatig onderhoud Inspectie en controle van arbeidsplaats/ arbeidsmiddel Bijlagen
13
14
Toelichting Geef de productnaam van de gas en/of damp van de stof. Geef de productinformatie of verwijs hiervoor naar het productinformatieblad. Geef aan waar dit blad te vinden is. Geef de belangrijke eigenschappen van het gas en/of damp aan. Deze informatie is te vinden in het productinformatieblad. Geef aan wat voor installatie het betreft en welke onderdelen tot de installatie behoren. Geef tevens aan waar de installatie zich in het gebouw bevindt. Verwijs eventueel naar plattegronden. Geef de zone. Deze wordt in principe bepaald op basis van de klasse van de gevarenbron. Afhankelijk van de ventilatie kan deze zone hoger of lager worden ingedeeld. Geef de norm op basis waarvan de klasse van de zone is bepaald. Voor gas en damp meestal NPR 7910-1 De apparatuur (die een aanwezig explosief mengsel kan ontsteken) aanwezig binnen de gevarenzone, moet voorzien zijn van een EG-verklaring van overeenstemming aan de ATEX 95 (EG Richtlijn 94/9/EG) Daarnaast dient het beschermingsniveau van de apparatuur (groep en categorie) afgestemd te zijn op het beoogde gebruik. De apparatuur dient voorzien te zijn van een CE-markering. Geef aan welke maatregelen genomen zijn ter voorkoming van een explosief mengsel zoals gegarandeerde kunstmatige plaatselijke ventilatie. Bijvoorbeeld explosiebestendige bouwwijze, explosiedrukontlasting, explosieonderdrukking of andere maatregelen ter voorkoming dat vlammen en explosies zich uitbreiden Bijvoorbeeld meet- en regeltechniek die het ontstaan van een explosieve atmosfeer in een vroegtijdig stadium signaleren en al dan niet automatisch maatregelen initiëren. Geef aan de noodzakelijk geachte maatregelen m.b.t. het personeel dat werkzaamheden uitvoert in ruimten waar een explosieve atmosfeer aanwezig is of kan ontstaan. Geef aan de noodzakelijk geachte maatregelen m.b.t. de arbeidsplaats. Geef aan welke instructies gegeven moeten worden bij welke installaties c.q. ruimtes. Geef ook aan wanneer deze instructies gegeven moeten worden en of de gebruikershandleiding onderdeel is van de instructie. Geef aan welke onderdelen regelmatig onderhoud behoeven en de onderhoudsfrequentie. Geef aan welke inspecties en controles dienen plaats te vinden en met welke frequentie. Geef aan welke bijlagen deel uitmaken van het explosieveiligheidsdocument. Dit kunnen zijn plattegronden, productinformatiebladen, werkinstructies, EG-verklaringen
blad 9 van 9