__________________________________________________________________________________
PESTPROTOCOL HOOFDVAART COLLEGE
Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1
Wat is de inhoud van het pestprotocol? Het pestprotocol is een protocol van de vertegenwoordigers van de school waarin is vastgelegd dat pestgedrag op school niet geaccepteerd wordt en dat dit volgens een vooraf bepaalde handelwijze wordt aangepakt.
1.2
Waarom een pestprotocol? Pesten komt helaas op elke school voor, ook bij ons. Het is een probleem dat wij onder ogen zien en op onze school serieus aanpakken. Wij vinden het belangrijk dat iedere leerling zich veilig en geborgen voelt op onze school. Een kind dat zich veilig voelt, ontwikkelt zelfvertrouwen en een goed gevoel van eigenwaarde. Daarom is binnen de school een aantal afspraken gemaakt over hoe wij met elkaar omgaan. Hierbij worden ouder(s)/verzorger(s) intensief betrokken. Door regels en afspraken zichtbaar te maken kunnen wij elkaar hierop aanspreken.
1.3
Plagen en pesten, wat is daar het verschil tussen? Plagen is vaak een incidenteel, onbezonnen en spontaan negatief gedrag. Plagen is meestal een onschuldige eenmalige activiteit waarbij humor een rol kan spelen. Het herhaaldelijk en langdurig karakter ontbreekt hier. Het plagen speelt zich af tussen twee (kinderen of groepen) min of meer gelijken. Plagen gaat meestal om een prikkelend spelletje, dat door geen van de betrokkenen als bedreigend of echt vervelend wordt ervaren. Er is sprake van een pedagogische waarde: door elkaar eens uit te dagen leren kinderen heel goed om met allerlei conflicten om te gaan. Dat is een vaardigheid die later in hun leven van pas komt bij conflicthantering, waar iedereen in zijn leven mee te maken krijgt. Bij plagen is er sprake van incidenten en van een gelijke machtsverhouding, is er geen winnaar of verliezer, is het slachtoffer in staat zichzelf te verdedigen en loopt het slachtoffer geen (blijvende) psychische en/of fysieke schade op. Pesten betekent het systematisch misbruiken van je persoonlijke macht en/of kracht om anderen die zich niet of moeilijk kunnen verweren pijn te doen, te intimideren of bang te maken met de bedoeling er zelf beter van te worden. Met deze definitie is het verschil tussen pesten en plagen duidelijk aangegeven. Bij pesten kan een onderscheid gemaakt worden tussen incidenteel pesten; een enkele opmerking, steek of sneer, een enkele duw, een enkele keer een voet uitsteken en structureel pesten: sommige leerlingen zijn continu het slachtoffer van pesten, wat ze ook doen, wat ze ook zeggen, wat voor kleding ze ook dragen. Sommige
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________ leerlingen gedragen zich continu als pesters, het lijkt wel of ze geen andere manier van omgaan met medeleerlingen kennen.
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________ Hoofdstuk 2 Aanpak 2.1
Voorwaarden Pesten moet door alle betrokken partijen als probleem worden gezien: leerlingen (gepeste kinderen, pesters en de zwijgende groep), docenten en de ouder(s)/verzorger(s). De school probeert pestproblemen te voorkomen. Preventief wordt het onderwerp pesten met de leerlingen bespreekbaar gemaakt. Dit gebeurt met de methode “Leefstijl”. Ook gaat het Hoofdvaart College vanaf 2015-2016 werken met een anti-pestcoördinator. Deze functionaris heeft een regiefunctie in het organiseren de vroeg signalering t.a.v. pestgedrag, een sleutelrol in het monitoren van de groepsprocessen en ondersteunt actief medewerkers, leerlingen en schoolleiding op het moment dat er sprake is van pestgedrag. Het is belangrijk dat pestgedrag wordt gesignaleerd en gerapporteerd. Personeel van de school, medeleerlingen, ouder(s)/verzorger(s) en de gepeste leerling hebben hierin een verantwoordelijkheid. Als pesten optreedt signaleren mentoren of docenten dat zo snel mogelijk. Daarna worden ouder(s)/verzorger(s) betrokken. In goed overleg wordt bepaald welke aanpak zal worden gehanteerd. Wanneer pesten ondanks alle inspanningen toch weer de kop opsteekt, beschikt de school over een directe aanpak. Samenwerking tussen school, personeel, betrokken leerlingen en ouder(s)/verzorger(s): School en gezin halen voordeel uit een goede samenwerking en efficiënte wederzijdse communicatie. Dit neemt niet weg dat iedere partij moet waken over haar eigen grenzen. Het is niet de bedoeling dat ouder(s)/verzorger(s) naar school komen om eigenhandig een probleem voor hun kind op te komen lossen. De inbreng van de ouder(s)/verzorger(s) blijft bij voorkeur beperkt tot signaleren, het aanreiken van informatie, het geven van suggesties en tot het ondersteunen van de aanpak van de school. Waar nodig worden ouder(s)/verzorger(s) betrokken bij het bepalen van de juiste aanpak, waarbij afspraken worden gemaakt over de mate van betrokkenheid en de periode. De school neemt hiertoe, indien nodig, initiatief.
2.2
Hoe pakken wij op het Hoofdvaart College het pesten aan Binnen onze school hechten we eraan om bij onze leerlingen een goede basis te leggen met betrekking tot het voorkomen van pesten. Dit gebeurt op verschillende manieren:
Anti-pest coördinator actief vanaf schooljaar 2015-2016 Jaarlijks vindt voor het personeel van het Hoofdvaart College een training plaats, waarbij een aantal aspecten aan de orde komt rondom pestproblematiek. Medewerkers worden erop getraind snel pestsituaties te herkennen en worden begeleid om pestsituaties op een adequate manier op te lossen (georganisseerd door de anti-pest coördinator). Binnen een organisatie is het belangrijk dat er regels gelden waaraan een ieder zich houdt. Zo geldt binnen het Hoofdvaart College ook een aantal regels. Daarbij gaat het erom een veilig leer- en leefklimaat in de school te waarborgen. Regels kunnen alleen
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________ functioneren als ze worden beperkt tot een minimum aantal. Met elkaar moeten we erop letten dat iedereen zich aan deze regels houdt. Alle regels draaien om de begrippen; Respect, Medeverantwoordelijkheid en Bereidheid om te leren.
Respect: voor iedereen en alles in en om de school Medeverantwoordelijkheid: voor het leerproces, veiligheid en welbevinden van de leerling zelf en anderen Bereidheid om te leren: in woord en daad, daarbij wordt het gezag van de medewerkers van de school geaccepteerd. De schoolregels Accepteer anderen zoals ze zijn Dus niet: discrimineren, pesten, uitlachen en roddelen. Beleefd zijn tegen anderen Dus niet: beledigen, dreigen, schelden. Ook niet digitaal. Concentreer je op het leren Op tijd in de lessen, goede spullen meenemen, huiswerk gemaakt en geleerd. Tijdens pauzes mag er ontspannen worden in de kantine of op het schoolplein. Geluidsapparatuur en GSM zijn in de school, tijdens pauzes en tussenuren beperkt en onhoorbaar toegestaan. Mobiel bellen is in de school niet toegestaan. Het dragen van een pet ook niet. Tijdens lessen is er rust in de school. Doe mee aan een veilige school en omgeving Veroorzaak geen overlast of onveilige situaties. Niet stoeien, vechten en uitlokken. Geen wapens en/of drugs en/of aanstootgevende lectuur mee naar school. Als iemand je hindert vraag je hem of haar daarmee te stoppen. Als dit niet helpt roep je hulp in van een medewerker van school. Roken gebeurt alleen buiten. Een schone school werkt beter Ruim afval op, eet en drink alleen in de kantine of buiten, spuug niet en lever je bijdrage aan het schoonmaken van de school. Fatsoenlijk omgaan met spullen van een ander Doe niet mee aan beschadigingen, vervuilen of stelen. Gebruik je geweten en help anderen om zich aan de schoolregels te houden.
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________ Binnen onze school is een specialistisch team beschikbaar (team t.b.v. de leerlingondersteuning), waarbij de zorgcoördinator het aanspreekpunt is. Het zorgteam kan, afhankelijk van de complexiteit van pestproblematiek, bepalen of extra leerlingzorg of –begeleiding noodzakelijk is. Hierbij is het van belang dat ouder(s)/verzorger(s) achter de interventies van de school ondersteunen. Bij de aanpak van pesten zorgen we voor hulp aan het gepeste kind, hulp aan de pester, hulp aan de leerkracht(en) en waar nodig hulp aan ouder(s)/verzorger(s). Het voorbeeld van personeel (en thuis ouder(s)/verzorger(s)) is van groot belang. Er wordt minder gepest in een klimaat waar duidelijkheid heerst over de omgang met elkaar, waar verschillen worden aanvaard en waar ruzies niet met geweld worden opgelost maar uitgesproken. Situaties rondom pesten (gepeste en pester) worden zorgvuldig gedocumenteerd in het leerlingvolgsysteem. Bij het treffen van passende maatregelen in een pestsituatie blijft de mentor leidend, tenzij er omstandigheden zijn waardoor een teamleider of directeur de kwestie verder in behandeling dient te nemen. Wanneer het probleem niet op de juiste wijze wordt aangepakt of de aanpak niet het gewenste resultaat oplevert dan kan de Interne Begeleider of de anti-pest coördinator worden ingeschakeld. Deze kan het probleem onderzoeken, deskundigen raadplegen en het bevoegd gezag adviseren. Soms kan het noodzakelijk zijn om een vertrouwenspersoon in te schakelen. Op onze school zijn twee vertrouwenspersonen beschikbaar. Een medeleerling heeft ook de verantwoordelijkheid om het pestprobleem bij de mentor of docent aan te kaarten. Alle leerlingen worden binnen school immers opgevoed met RMB (Respect, Medeverantwoordelijkheid en Bereidheid om te leren) en zijn medeverantwoordelijk voor een goede sfeer in de groep.
2.3
Aanpak van de ruzies en pestgedrag in vijf stappen:
Wanneer leerlingen ruzie met elkaar hebben en/of elkaar pesten proberen zij en/of de school: 1. Er eerst zelf ( en samen) uit te komen. 2. Evt. oplossen i.s.m. klasgenoten (mediation functie) 3. Lukt het in aanwezigheid van de mediator niet om het probleem op te lossen of is geen geen leerling bereid, dan hebben de desbetreffende leerlingen het recht én de plicht om het probleem bij hun mentor te melden. 4. De mentor brengt de partijen bij elkaar voor een gesprek en probeert samen met de leerlingen de ruzie of pesterijen op te lossen en (nieuwe) afspraken te maken. Deze afspraken kunnen worden vastgelegd in een contract (voor een voorbeeld zie bijlage 2). Ouder(s)/verzorger(s) worden geïnformeerd. 5. Bij herhaaldelijke ruzie/pestgedrag tussen dezelfde leerlingen nemen mentoren duidelijk stelling en houden een corrigerend gesprek met de leerling die pest/ruzie maakt. In het
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________ leerlingvolgsysteem wordt een aantekening gemaakt. Omdat de pestende leerling ook vaak een leerling met een probleem is, wordt onderzocht of het pestgedrag van deze leerling kan ophouden door de desbetreffende leerling adequate hulp en of correctie te bieden. Mentor(en) en ouders proberen in goed overleg samen te werken aan een bevredigende oplossing, waarbij het initiatief bij de school ligt. Ouder(s)/verzorger(s) worden regelmatig op de hoogte gebracht van de voortgang. De praktijk heeft ons geleerd dat de punten 1 tot en met 3 bij structurele pestsituaties vaak niet haalbaar zijn. Omdat wij waarde hechten aan zelfstandigheid en ontwikkeling van onze leerlingen zijn deze stappen echter wel opgenomen. In structurele pestsituaties zal vrijwel altijd punt 4 direct in werking treden. Mochten de hierboven beschreven stappen geen effect sorteren, dan treden de fases van sanctie in werking (zie bij consequenties). 2.4
Mogelijke consequenties bij het niet naleven van contract
Wanneer de beschreven stappen onder hoofdstuk 2.3 geen resultaat opleveren gaan de hieronder beschreven sancties in. De mentor onderneemt hierop actie. De sancties voor de pester zijn opgebouwd in vijf fases; afhankelijk van hoe lang de pester door blijft gaan met zijn/haar pestgedrag en geen verbetering toont in zijn/haar gedrag. Aanpak voor de pestende leerling Vaak is de pestende leerling een leerling met een probleem. Zijn of haar gedrag komt mogelijk voort uit: Eigen pestervaringen Gebrek aan invoelingsvermogen Ontbreken van sociale vaardigheden Thuissituatie
In het kader van het pestcontract wordt, samen met de pestende leerling, gekeken naar de oorzaak van zijn/haar pestgedrag. De oorzaak kan liggen in één van de bovengenoemde punten. Als dit het geval is zoekt de mentor naar passende hulp voor de pestende leerling, dit al dan niet in samenspraak met het team van de leerlingondersteuning of de anti-pest coördinator. Daarnaast worden de stappen onder punt 2.3 doorlopen. Mocht deze oplossing geen effect sorteren, dan treden de hieronder aangegeven fases in werking. Fase 1
De pestende leerling schrijft een opdracht over de toedracht en zijn/haar rol in het pestprobleem én een oplossing voor het probleem. De opdracht wordt in het dossier van de leerling bewaard
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________ De mentor maakt afspraken met de pestende leerling over gedragsveranderingen, die zijn opgenomen in het contract. De naleving van deze afspraken komt aan het einde van elke week (voor een vooraf vastgestelde periode) in een kort gesprek aan de orde Het kan zijn dat een sanctie gepast is. Besluit de mentor hiertoe, dan zal de pestende leerling tijdens pauzes en na schooltijd moeten nakomen in de Centrale Opvang gedurende een door de mentor te bepalen periode. Vanzelfsprekend worden ouder(s)/verzorger(s) hierover geïnformeerd.
Fase 2
Als de voorgaande acties niets hebben opgelost volgt een gesprek met ouder(s)/verzorger(s) van de pestende leerling, door de mentor en de desbetreffende teamleider. De medewerking van de ouder(s)/verzorger(s) wordt nadrukkelijk gevraagd om een einde aan het probleem te maken. De school heeft alle activiteiten vastgelegd in het leerlingvolgsysteem en de school heeft al het mogelijke gedaan om een einde te maken aan het pestprobleem. Van het gesprek met de ouder(s)/verzorger(s) wordt een verslag gemaakt.
Fase 3
Bij aanhoudend pestgedrag wordt deskundige hulp ingeschakeld zoals de anti-pest coördinator, de zorgcoördinator, intern begeleider of orthopedagoog. In deze fase wordt de directie geïnformeerd. Als de gewenste gedragsverandering uitblijft of de pestende leerling weigert mee te werken aan de vastgestelde oplossing, dan treedt het sanctie-stappenplan van de school in werking. Dit sanctie-stappenplan is weergegeven in de schoolgids.
Fase 4
In extreme gevallen kan een leerling geschorst of verwijderd worden (zie artikel 14 en 15 van het Leerlingenstatuut).
Aanpak voor de gepeste leerling Ieder kind dat afwijkt van een door de meerderheid van medeleerlingen vastgestelde norm loopt het risico gepest te worden. Intelligente kinderen lopen een grote kans, maar ook leerlingen die niet zo makkelijk mee kunnen komen. Ook uiterlijke kenmerken kunnen een aanleiding zijn. Leerlingen kunnen uit- of buitengesloten worden omdat zij andere normen, waarden, gewoonten, een andere godsdienst of huidskleur hebben dan de rest van de klas. Hoge cijfers willen halen, terwijl de rest van de klas dit ‘uitsloverig’ vindt, is soms al een voldoende reden. Ook het dragen van bepaalde kleding kan aanleiding geven voor pesterijen. Het is niet altijd
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________ mogelijk om pestgedrag te voorkomen. We vinden het binnen onze school echter belangrijk dat leerlingen die gepest worden gereedschap meekrijgen waarmee ze hun persoonlijke houding kunnen veranderen en ze beter leren omgaan met pestende medeleerlingen. Via de mentor en of via ons zorgteam leren we leerlingen die gepest worden om weerbaarder te worden. Ook zorgt de mentor voor afspraken tussen de gepeste leerling en de pestende leerling. Deze afspraken worden vastgelegd in een contract (zie bijlage 2). Beide leerlingen zijn het eens met de vastgestelde aanpak en worden met regelmaat door de mentor uitgenodigd voor een voortgangsgesprek.
Bijlagen
-
Voorbeeld stappenplan Voorbeeldcontract
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________ Bijjlage 1: voorbeeld stappenplan 1. De pestklacht wordt onderzocht door een mentor, eventueel met advies vanuit het zorgteam. Indien er sprake is van pesten dan wordt het hiernavolgende stappenplan gehanteerd. De klacht kan op diverse manier binnen komen:
direct via de mentor via een andere docent via medeleerlingen via conciërges of een ander personeelslid via ouder(s)/verzorger(s) via een vertrouwenspersoon.
Degene die de melding ontvangt meldt een en ander aan de desbetreffende mentor(en). 2. De mentor onderzoekt de melding en zorgt voor een objectieve probleemstelling en voor de juiste identificatie van de betrokkenen (pestende leerling, gepeste leerling, klas, derden). Als de conclusie van de mentor is dat pesten aan de orde is dan stelt de mentor/coach een contract op waarbij hij/zij de pestende en de gepeste leerling betrekt en eventueel andere betrokkenen. Hierbij zijn twee opties denkbaar:
Het contract wordt alleen tussen de pestende en de gepeste leerling gemaakt Er wordt een afspraak gemaakt of een contract opgesteld waarbij ook de ouder(s)/verzorger(s) en de overige klasgenoten in betrokken worden, dit afhankelijk van de ernst van het pesten of van het voortduren.
De mentor zorgt ervoor dat het opgestelde pestcontract voor akkoord wordt ondertekend door zijn/haar teamleider. Een kopie van het pestcontract gaat naar teamleider en naar de zorgcoördinator. Ouder(s)/verzorger(s) worden geïnformeerd over de aanpak. 3. Waar nodig wordt zorghulp en of begeleiding opgestart voor de gepeste en of de pestende leerling, in samenspraak tussen mentor/zorgteam en ouder(s)/verzorger(s). 4. De mentor zorgt ervoor dat het pestcontract regelmatig wordt besproken/geëvalueerd met de betrokken partijen. 5. Bij weigering van de pestende leerling om tot een afspraak te komen volgen passende acties. 6. Indien de pestende leerling zich voortdurend niet houdt aan de afspraken volgt een sanctiebeleid.
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________ Bijlage 2: voorbeeldcontract
__________________________________________________________________________________