30e jaargang Kerstmis 2007
Pandipieri Vriendenbrief
Kisumu Urban Apostolate Programmes
Kerstmis 2007, Hans Burgman schrijft ons: Beste Vrienden.
Tijdens mijn verlof kon ik niet in Oosterbeek bij mijn Mill Hill medebroeders terecht, vanwege de verbouwing. Zo geschiedde het, dat het dorp Zelhem bij Doetinchem mijn habitat werd. Ik had het echt niet beter kunnen wensen. Ellie Eijkholt gaf mij haar bovenverdieping, kookte en deed de was en stond er op dat ik me vrij zou voelen om te gaan en staan waar ik wilde. Haast nog beter dan getrouwd zijn; de Vriendenkring in actie. In het gezellige Achterhoekse dorp, waar ik de mensen uitstekend kon verstaan en waar ze elkaar kennen en groeten, heb ik me echt thuis gevoeld. Er lopen talloze wandelpaden door een afwisselende natuur, en geregeld maakten Ellie en ik een fikse wandeling. Al Nordic-Walkend. Ellie had mij al meteen duidelijk gemaakt dat ik een Nordic-knoeier was. Met behulp van experts heb ik mijn techniek daarna feilloos bijgevijld. Het heeft me goed gedaan; ik loop beter dan voorheen, ook zonder stok. Ik heb de kans waargenomen om veel vrienden te bezoeken, alhoewel niet zoveel als ik had gewild. Oude vrienden weerzien is toch wel een van de grootste genoegens des levens. Ik ben ook altijd geboeid door hun godsdienstige ervaringen. Soms krijg je dan nieuwe inzichten. Een oude vriend – jarenlang niet gezien – zei me om half elf ’s morgens op een terrasje in Roosendaal, dat godsdienst eigenlijk niet hoeft en dat het zonder ook wel goed gaat. Dat intrigeerde mij. Toch geloof ik dat het verregaande religieuze analfabetisme in Nederland niet goed is. Tegenwoordig zijn alle grote wereldproblemen doorspekt met religie; wie niets van religie afweet zal geen bijdrage kunnen leveren aan de oplossing van die problemen. Ook was ik wat onthutst over het feit dat de parabels, de evangelieverhalen van Jezus, onbekend zijn geworden bij veel jongelui. Ik kan me herinneren dat ik vijf en twintig jaar geleden tegen een Nederlandse bezoeker in Pandipieri zei: “Zou je het niet erg vinden als je toekomstige kinderen niets meer zouden weten over de Barmhartige Samaritaan?” Hij zou het best vinden, zei hij. Het lijkt of dat tijdstip nu is aangebroken, en veel ouders het best vinden dat hun kinderen niets meer hoeven te weten over De Arme Lazarus en de Rijke Vrek, of De Farizeeër en de Tollenaar in de Tempel, of De Man die een Verborgen Schat Vond in een Akker, of De Werkers van het Elfde Uur, of De Vijf Domme Bruidsmeisjes. Veel van onze bezoekers hebben Nancy gekend, het hoofd van ons Liturgisch naai-atelier. Eerst heeft zij op onze Girls’ Domestic School gezeten, en toen ik dat Liturgisch atelier ging opstarten heeft de directrice mij Nancy gegeven als een van de beste naaisters. In 2003 heeft ze meegelopen met de grote voettocht van Kampala naar Kisumu. Daar kreeg ze een sterke vriendschapsband met iemand van onze Vriendenkring. Onverschrokken als ze was heeft ze daarna geprobeerd om voor zichzelf een zaak op te zetten, meer in de lijn van de horeca. In september kwam het droevige bericht, dat ze omgekomen was bij een auto-ongeluk. Zij heeft een grootse uitvaart gehad, en zal in menig hart blijven voortleven in dankbare liefde. Onlangs deed zich iets voor waaruit wat te leren viel. Er moest gekozen worden wie er als begeleidster mee zou gaan met de groep van 20 jongelui die in december naar Nederland afreizen voor een bezoek van drie weken. Er waren twee kandidaten. Na eindeloze discussies bleven de meningen precies in evenwicht. Het comité besloot om het lot de uitslag te laten geven. Meisje A werd geloot, en daar scheen de kous mee af. Maar nee, op de dag voordat het resultaat van de loterij bekend zou worden besloot het comité toch om de uitkomst te annuleren en meisje B te nemen. Dat leidde tot grote woede, anonieme brieven en beschuldiging van corruptie. Dit is een typisch voorbeeld van wat hier vaak gebeurt. Ik weet dat de leden van het comité niet corrupt zijn. Vanwaar dan die blunder om te denken dat je een duidelijke uitslag kunt veranderen? De leden van het comité waren waarschijnlijk bang geworden dat ze bekritiseerd zouden worden: het trekken van een lot is niet de manier waarop machthebbers hun beslissing behoren te nemen. Die moet uitgeredeneerd worden. En
1
daarom duren vergaderingen hier soms tot ’s nachts twaalf uur; en worden genomen besluiten vaak niet uitgevoerd en neemt iedereen aan dat er met verkiezingsuitslagen geknoeid wordt. Iedereen is nu ontdaan, want de oude vrede is weg. Het comité denkt dat ze alles in het diepste geheim hadden moeten doen: dan was er niets uitgelekt. Macht verdraagt geen pottenkijkers. Wat mijn eigen toekomst betreft, de tijd is nu gekomen waarop ik met onze aartsbisschop moet overleggen. Ik ga hem een tijdsschema aanbieden. Mijn voorlopige plan is om ergens tussen Nieuwjaar en Pasen de sprong naar Nairobi te wagen. Ik weet nog niet hoe dat bij hem valt. Er zijn mensen die zich afvragen wie dan de belangen van de Vrienden van Pandipieri bij KUAP zal behartigen. Ik wil ze op het hart drukken dat ikzelf dat zal blijven doen. Ook nu al doe ik dat grotendeels per email; het maakt niet veel uit of ik dat vanuit Kisumu of vanuit Nairobi doe. Het nieuwe bestuur werkt keihard om de programma’s uit te bouwen. We moeten vertrouwen in hen hebben. Vanuit een heet Kisumu wens ik jullie een Cool Kerstfeest en een Vet Nieuwjaar toe. Mogen de kinderen het oude verhaal van het Kindje Jezus in Bethlehem horen.
Hans
Nieuw: het OMA-project !
Oorsprong De ziekte AIDS vernietigt sociale structuren. Gezinnen lijden zware schade wanneer beide ouders weggerukt worden. De weeskinderen moeten dan opgevangen worden door familieleden. Vaak hebben die ook al AIDS, zodat er na een tijdje alleen nog maar de grootmoeders overblijven. Mensen van over de hele wereld proberen manieren te vinden om de pleegouders te hulp te komen. Sommige Vrienden van Pandipieri raakten bekend met een initiatief in Oeganda, om oma’s te helpen met een geit: daardoor zou er wat meer melk beschikbaar komen voor de kinderen, en de geiten zouden ook in aantal en waarde groeien. We hebben toen iets dergelijks voor Kisumu overwogen. Eerst hebben wij bekeken hoe groot de nood hier was. Uit een vluchtig onderzoek bleek, dat het om honderden weeskinderen ging; er waren gezinnen die vier of vijf wezen opgenomen hadden. Verder hebben we besproken hoe effectief geiten hier zouden zijn. Dat bleek miniem te zijn: dit is een stadsgebied, waar geiten niet floreren; bovendien drinken de mensen niet graag geitenmelk; en verder zou de hulp erg karig zijn. Het was duidelijk dat we zelf een plan moesten uitdenken. Ons eigen plan Eerst heeft een parochieel comité een groot onderzoek ingesteld. In ons gebied bleek, dat het ging om minstens twaalfhonderd weeskinderen. Die waren geadopteerd door zo’n vijfhonderd gezinnen; bij driehonderd gezinnen stond een oma aan het hoofd; in twaalf gevallen stond zelfs een kind aan het hoofd van het gezin! Uit onderzoek naar de behoeften bleek dat de medische zorg een zware belasting vormde. Zo kwamen we op het idee van een ziektekostenverzekering. We ontdekten dat er goedkope verzekeringen waren: voor een bedrag van twintig Euro per jaar kon een heel gezin –ouders en zes kinderen- verzekerd worden voor alle ziekenhuisonkosten. We besloten om daarop in te haken. Poliklinische kosten vielen daar niet onder, maar we konden een kapitaaltje opbouwen bij de Pandipieri-kliniek, waardoor de weeskinderen daar gratis poliklinische behandeling zouden kunnen krijgen.
2
Uitwerking We sloten een overeenkomst met een ziekenfonds. Daar gingen ze er mee akkoord dat de kinderen niet enkel maar biologische kinderen hoefden te zijn, maar dat aangenomen kinderen ook mee konden doen. Daarmee bleken we een primeur voor heel Kenia te hebben! Ook werd het toegestane aantal kinderen nog groter gemaakt. Mij intrigeerde de vraag hoe dat allemaal zo goedkoop kon zijn. Het bleek dat de overheid hier achter staat: die probeert om hierdoor ziekteverzekering bij de bevolking populair te maken. Verzekeren past namelijk niet erg goed bij de Keniaanse aard. Je betaalt immers een bepaald bedrag vooruit, en je zult dan maar de pech hebben dat je niet ziek wordt, dan heb je het geld voor niks uitgegeven. Ons plan betekent dus ook nog eens een culturele doorbraak. De stand van zaken We zijn met de oma’s begonnen. We hebben formulieren ontworpen waarop de foto’s van de gezinsleden geplakt moeten worden. Daar is men nu mee bezig. We hebben een identiteitskaartje ontworpen waarmee de weeskinderen bij onze Pandipieri-polikliniek terecht kunnen. Als onze actie goed loopt kunnen we hem groter maken door andere gemeenschappen uit te nodigen mee te doen. We hebben bij de Pandipieribank een rekening geopend. Er is al heel wat geld binnengekomen, bijvoorbeeld van mijn oude Roosendaalse Lionsclub. Het bestuur van de Stichting Vrienden van Pandipieri besloot op grotere schaal propaganda te gaan maken voor dit project. We noemen het ons “OMA-project”. Bijdragen kunnen naar Oosterbeek gestuurd worden onder vermelding van “Burgman, OMAproject”. Het lijkt ons een ideaal project, ook voor kleinere sponsorgroepen zoals schoolklassen. We zullen jullie regelmatig op de hoogte houden via de Vriendenbrief.
Hans Burgman
Een prima plan, dit OMA-project!
Van 1977 tot 1979 werkte ik als arts in een missieziekenhuis in Mukumu, 40 km van Kisumu. Op een ochtend na de nachtoverdracht werd ik bij het begin van de visites aangesproken door een keurige man. Het was mijn eerste week in het ziekenhuis. Ik kende nog niet alle personeelsleden en hield hem voor een van hen. Hij deed mij de mededeling: ”Doctor, I am taking my patient home”. Ik kwam net uit Nederland en daar werd een patiënt gezien als bezit van dokters en verpleegsters. Dus dacht ik: een medewerker van het ziekenhuis heeft het over “his patient”. Het gesprek ging nog enige tijd verder, maar met hulp van een verpleegster, die de eerste zin natuurlijk onmiddellijk goed begrepen had, werden mij een aantal dingen duidelijk: degene die mij aansprak was een familielid van de patiënt en het was “his patient and not mine” en hij “went home because the money was finished”. Dat de patiënt nog niet genezen was en thuis vermoedelijk zou overlijden, was verdrietig maar onvermijdelijk. Je moet nog weten dat wij bij zieke patiënten altijd uitlegden, dat een opname soms weken kon duren en we noemden dan ook het bedrag waar ze rekening mee moesten houden. Dat vonden ze bijna altijd goed. Ik dacht: arme familie, patiënt overleden en geld kwijt. Was dan niet aan ziekenhuisopname begonnen. De familie van de patiënt dacht anders. Achteraf was één ding duidelijk: ik moest nog veel leren. Deze gebeurtenis schoot mij te binnen toen ik hoorde over het OMA-project. Laat mij uitleggen waarom:
3
In Afrika gaat men anders om met elkaar: de weeskinderen worden daar opgevangen door familie. In Europa zouden wij daar kindertehuizen voor oprichten. In Afrika denkt men anders vooruit: daardoor overziet men niet dat een opname soms niet te betalen is. Het goede van dit project is volgens mij, dat een niet te overzien risico wordt afgedekt, namelijk een ziekenhuisopname, en dat alle onder de hoede van de “OMA” vallende kinderen zijn verzekerd.
Johan Hage
“De honden van oom Hans? Die heten Mormel, Joekel en Olivia” Aldus twee van onze kleinkinderen, Marijne (9) en Mart (5), na hun bezoek aan Kenia. We hebben namelijk ter gelegenheid van ons 40-jr. huwelijksjubileum onze kinderen en kleinkinderen in juli j.l. laten kennismaken met die wondere wereld van hun oom Hans.
Over oom Hans:
“Hij was vroeger een soort rijke Nederlander en daar in Kenia hadden ze eigenlijk niks, da’s toch wel zielig eigenlijk, dus ging ie daar maar wonen. En ook omdat ie heel gelovig is en zo. Maar ook omdat oom Hans ’t een beetje leuk vindt.”
Over het eten:
“Nou, sukuma wiki dat ging nog wel, maar oooh die ugaaali. De tilapia was wèl heel lekker. En op zo’n jico-kacheltje heeft Kizito voor ons een keer frietjes gebakken, ooh véél lekkerder dan hier in Nederland!”
Over AIDS:
“AIDS is een heel erge ziekte. Bij ons kun je dat goed behandelen en ga je er meestal niet dood aan, maar in Kenia wel. Daarom zijn daar zoveel weeskinderen.”
Over het laboratorium in Magadi:
“Oh ja, daar liet die mevrouw ons in de microscoop die dingen van malaria zien, bacillen of zoiets. Ja, van die blauwe stipjes. En ook die van AIDS. Wat voor bacteriën je kunt krijgen in je lichaam, dat was leuk om te zien.”
Over BergeijKisumu:
“Dat naai-atelier bij oom Hans in de tuin, naast die kerk, daar stond toch met grote letters op: BergeijKisumu? Dat is op zich best wel knap, want Bergeijk is niet zo heel groot en ze hebben tòch een groot gebouw kunnen laten maken!”
Over de papieren kleding in de huishoudschool:
“Dat doen ze om mee te oefenen, want papier is veel goedkoper dan stof. Ik vind ’t op zich best knap dat ze dat met papier kunnen, want dat lijkt me veel moeilijker naaien dan met stof.”
Over kinderen onder elkaar:
“Wat ik wel mooi vond is dat zo’n ouder meisje dat kleine meisje in de gaten houdt of bij zich houdt; ja, je ziet wel dat ze heel verantwoordelijk zijn voor elkaar en zo en dat ze daar erg op letten.”
Over de haren en de kleren:
“Ze hebben daar ook mooi haar met van die mooie kraaltjes er in. En ik dacht dat de mensen in Kenia allemaal kleren hadden zoals de Masai, met doeken en lappen en zo, maar ze hebben gewone kleren en niet vuil van het zand, maar best mooi schoon!”
Over de huidskleur:
“Ik had gedacht dat ze zwart waren, pikzwart, maar ze zijn meer bruinig. In Kenia is zoveel zon, toen heeft God bedacht, dan maak ik die mensen bruin, dan kunnen ze niet verbranden. Want die mensen zijn al zo arm en als ze dan ook nog zonnebrandcrème zouden moeten kopen om niet te verbranden, dat zou zielig zijn.”
Over de taal:
4
“Je kunt de kinderen eigenlijk niet echt goed verstaan, maar dat maakt op zich niet veel uit… En ze kunnen ook heel snel touwtje springen, veel beter dan hier bij ons.”
Over de schoolpap in Pandipieri:
“Die arme kinderen hebben thuis geen ontbijt gehad en dus krijgen ze op school pap van die mevrouw.”
Over gelukkig zijn:
“Die kinderen kennen niks anders hè? Als ze zouden zien wat wij in Nederland hebben, dan zouden ze denken: Oh, had ik dat ook maar. Maar dat missen ze niet, dus ik denk niet dat ze ongelukkig zijn.”
Eugène Burgman.
Terugblik Vriendendag 2007 Zoals in de vorige Vriendenbrief aangegeven, hadden we dit jaar een Vriendenmiddag. We waren te gast bij onze protestantse geloofsgenoten. De middag stond in het teken van een lezing door Hans, met als titel: “Mijmeringen onder de Afrikaanse zon”. Een lezing die klonk als een klok. U weet dat Hans zijn verhalen altijd met voorbeelden omlijst, ook nu weer. Hij memoreerde vooral de verschillen in cultuur en leefstijl tussen de Afrikanen en de mensen op het noordelijk halfrond. Hij liet ons o.a. nadenken over de vraag of God een atheïst kon zijn. In verhouding tot andere Vriendendagen waren er weinig vrienden aanwezig. Jammer, want u hebt echt wat gemist wat betreft Hans zijn lezing! Overigens kan de oorzaak daarvan liggen in een niet volledige uitnodiging onzerzijds. Om toch te kunnen lezen wat Hans zoal ten gehore bracht kunt u de lezing bestellen bij Alida Mulder, tegen een vergoeding van € 2,50. In 2008 zal de Vriendendag gehouden worden in het nieuwe St. Jozefhuis. Graag tot dan. Namens de werkgroep Vriendendag,
Alida Mulder
Ubuntu Een dorpje tussen Kampala en Kisumu, ergens tijdens de voettocht in 2003; een handvol hutten en huisjes, verspreid over de rode aarde van Oeganda. Een man komt naar me toe met een papaja in zijn handen, en zegt: “I kept this in my house to give it to somebody”. Een mooier gebaar kan ik me nauwelijks voorstellen. Die vanzelfsprekendheid om te delen heeft een naam in Afrika: Ubuntu. Een woord dat geen Europese vertaling kent, maar omschreven kan worden met “medemenselijkheid”. Het woord Ubuntu komt oorspronkelijk uit het Xhosa, een van de streektalen van Zuid-Afrika, en heeft equivalenten in veel andere Afrikaanse talen. In de Europese levensvisie is “zijn” verbonden met bewustzijn en individualiteit. Descartes verwoordde dat met: “Ik denk dus ik ben”. Doch in de Afrikaanse wereldbeschouwing is Ubuntu het sleutelbegrip. Het geeft aan dat iemand niet fundamenteel alleen maar een solitair wezen is. Wat iemand menselijk maakt is juist het feit dat hij of zij deel uitmaakt van een gemeenschap met anderen, deel uitmaakt van het leven in al zijn aspecten. Bestaan betekent… in contact zijn, participeren. De Keniase filosoof John Mbiti vatte dat samen met: “Ik ben omdat wij zijn”.
5
Nelson Mandela verklaarde Ubuntu door te zeggen: “Een reiziger die door mijn dorp komt hoeft niet om voedsel of water te vragen; de mensen van mijn dorp zullen er een genoegen in scheppen hem dat te geven”. Een uitvloeisel van Ubuntu is, dat volwassenen bij hun familienaam genoemd worden in plaats van bij hun voornaam. Dit benadrukt de sociale context boven de individualiteit van de betrokken persoon en plaatst hem in het ruimere kader van zijn herkomst. Ubuntu ligt aan de basis van wederzijdse verbondenheid en verantwoordelijkheid. Als iemands omstandigheden verbeteren, profiteert iedereen daarvan; als iemand gebrek lijdt zal wie helpen kan, dat doen. Het is het sociale vangnet dat het bestaan in de uiterst onzekere omstandigheden in Afrika mogelijk maakt. Dat kan echter ook de ontwikkeling remmen, want niemand kan wezenlijk boven zijn omgeving uitgroeien. Daarvan zegt Mandela: “Ubuntu betekent niet dat mensen niet naar rijkdom zouden mogen streven. De vraag moet zijn: doe je dat om de gemeenschap om je heen vooruit te brengen?” En ja hoor: de jongste versie van Linux, een gratis en vrij verkrijgbaar besturingsprogramma voor computers, heet … Ubuntu!
Johan Smorenburg
“Hoffest” in Kerzell op 29 juli Kerzell is een plaatsje in Duitsland met ± 600 inwoners en ligt ongeveer 10 km ten zuiden van Fulda . Onder de bezielende leiding van Joseph Reith worden er jaarlijks meerdere evenementen georganiseerd, waaronder het “Hoffest”. Dit feest wordt gehouden om geld in te zamelen voor de straatkinderen van Kisumu. Herr Joseph heeft 20 jaar in en rond de sloppenwijken van Kisumu als architect gewerkt en is daar een goede vriend van Hans Burgman geworden. Dit jaar was het 2de lustrum van dit Straatkinderenproject, daarom was naast de burgemeester van Kerzell en de burgemeester van de buurgemeente, ook de Landrat aanwezig. Zaterdagmorgen 28 juli zijn Jaap Meester, Ellie Eijkholt, Marie-José Burgman, Jouke van Groningen en Alida Mulder als uw delegatie naar Kerzell afgereisd. Omdat wij beloofd hadden hand- en spandiensten te zullen verrichten werden we al snel aan het werk gezet. We dekten lange tafels met vlieseline en blauwe strikken, Ellie hielp mee bloemstukken te maken voor op de tafels, Jaap en Jouke hielpen een “Weinachtsbaum” te kappen om deze op de top van de feesttent te plaatsen. Alles was voor ons fantastisch geregeld. Zo sliepen we in vakantie-appartementen en kregen de volgende morgen een uitgebreid ontbijt. Zoals wij van Hans gewend zijn op de Vriendendag vertelde hij ook nu tijdens de Misviering meerdere anekdotes in zijn preek. Na de preek werd er dan ook uitbundig voor hem geapplaudisseerd. Na de viering, terug in de feesttent, bleek deze al bijna vol te zitten met mensen die kwamen eten en drinken. Ook nu hielpen wij waar ze ons konden gebruiken. We schepten eten op, brachten vuile borden en bestek naar de afwasmachine om ze daarna weer voor nieuw gebruik terug te brengen, maakten foto’s, enz. enz. enz. Tijdens dit feest wordt er veel gegeten en gedronken. Dat is maar goed ook, want de opbrengst daarvan komt ten goede aan het Straatkinderenproject. Er was: een warme maaltijd met keus uit verschillende soorten salades, vier soorten vlees, aardappelen op verschillende wijze klaar gemaakt, er kwamen zestig “Kuchen” op tafel, daarna brood en broodjes met overheerlijk beleg. In het begin van de avond was er weer een warme maaltijd. En al dit heerlijks werd gratis door de bevolking gemaakt en beschikbaar gesteld! De dag werd omlijst met muziek, gespeeld door drie elkaar aflossende bandjes. Op ons verzoek werd ook “Tulpen aus Amsterdam” gespeeld. Rond 22.00 uur liep het feest ten einde. Maandagochtend stond er voor ons weer een uitstekend ontbijt klaar. Rond 10.00 uur namen we met weemoed in het hart en een wederzijds goed gevoel afscheid van onze Duitse Vrienden van Pandipieri. We hebben anderhalve dag vreselijk veel met elkaar gelachen.
6
De organisatie van dit feest is bij alle vrijwilligers in goede handen en liep fantastisch. We nemen ons petje hiervoor af. Onze dank voor het mogen bijwonen van het jaarlijkse “Hoffest” is groot. We hebben genoten en komen graag volgend jaar weer. Namens de Nederlandse deelnemers,
Alida Mulder
Ons „Hoffest“ in Kerzell „Het Kerstboom-Team helpt kinderen in Kenia”, onder dit kopje beschreef de lokale krant ons Hoffest, dat op zondag 29 juli in Kerzell plaatsvond. Inmiddels zijn onze vereniging en onze feesten tot ver over de grenzen van Kerzell bekend. Door de vele Vrienden van het Straatkinderenproject wordt zowel voor het jaarlijkse Hoffest als voor de verkoop van kerstbomen in december, tijd ingeruimd in hun agenda’s. Ook dit jaar was Hans weer in de gelegenheid om het Hoffest met een misviering op zondagmorgen te openen en over zijn werk in de sloppen van Kisumu te vertellen. De aanwezigheid van Hans is voor onze feesten van groot belang, want wie kan ons over de vele activiteiten en problemen in Kisumu beter informeren dan hij? Het lukt hem altijd weer, om ons allen met zijn enthousiasme te begeesteren. Veel mensen uit Kerzell ondersteunen ons telkens weer, ze geven zelf-gebakken taarten (meer dan 50 stuks!), ze helpen ons in de keuken, of ze maken muziek om onze gasten te amuseren. Deze keer hadden we echter nog meer ondersteuning: Vrienden uit Nederland hadden hun komst aangekondigd. Marie-José Burgman, Jaap Meester, Ellie Eikholt, Alida Mulder en haar zoon Jouke hebben ons bezocht en met ons meegewerkt en meegefeest. We willen jullie heel hartelijk bedanken voor de daadkrachtige hulp. Het was een wondermooi en succesvol feest. Inmiddels bereiden we ons volgende feest voor: de verkoop van kerstbomen, op zaterdag 15 december 2007 en we zouden ons ook daarbij erg verheugen op bezoek uit Nederland. Namens het Kerzell-team,
Barbara Reith
Adres onbekend In het afgelopen jaar zijn enkele Vriendenbrieven bij mij terugbezorgd met de vermelding “adres onbekend”. Wij vinden dit vervelend, omdat er op deze wijze vrienden zijn, die niet meer op de hoogte blijven van Hans zijn belangrijke werk. Als u weet waar de volgende personen naar toe verhuisd zijn, wilt u mij dat dan melden? De namen zijn: Hanneke Velthoen uit Amsterdam in Nederland. En voor de Duitse editie: Fam Mc. Tough in Zwitserland en Mevr. B. Frischknecht uit Bern in Zwitserland, Vera Humburger-Shirra uit Elwangen en Birgit Schradt uit Apsberg in Duitsland. We hopen te horen waar deze mensen nu wonen. Onze dank daarvoor. Namens het bestuur,
Alida Mulder
7
Uitgesproken “De eerste microkredieten zijn aan vrouwen gegeven en dat is heel succesvol gebleken. Waarom? Omdat de overtuiging bestaat dat vrouwen beter terugbetalen. Omdat een betere economische positie van de vrouw leidt tot emancipatie en omdat een vrouw eerder dan een man zal investeren in familiezaken als gezondheid, onderwijs, huisvesting en sanitatie. Dus wordt momenteel zo’n 80 procent van de microkredieten verstrekt aan vrouwen.”
Prinses Máxima, in ABP Magazine.
„Vul doorzichtige plastic flessen met vuil water en leg ze zes uur in de zon. Daarna is het water drinkbaar, zo is gebleken uit Zwitserse proeven. De ultraviolette zonnestraling doodt alle microben, waaronder de e-coli bacterie die diarree veroorzaakt, waaraan jaarlijks 2,5 miljoen mensen overlijden.”
Hilde Janssen, in IS, magazine van NCDO.
“Over Afrika ben ik helemaal niet zo pessimistisch. Mensen hebben veel te weinig geduld met Afrika. Latijns Amerika heeft ook jaren nodig gehad om burgeroorlogen en instabiliteit te boven te komen. Maar dat continent kent nu stabiele groei. Ik zie datzelfde ook nog wel in Afrika gebeuren.”
Prof. William Easterly, in IS, magazine van NCDO.
“We zijn al druk op zoek naar een stukje grond, ongeveer ter grootte van een voetbalveldje. Als mijn Afrikaanse collega’s op zoek gaan naar zo’n stukje grond ga ik liever niet mee. Het is algemeen bekend, dat wanneer er een blanke meegaat, de prijs omhoog schiet. Ik noem dat altijd: “Skintax” (huidbelasting).”
Corry van den Bosch, in haar Rondzendbrief.
“De KNVB leidt nu al 9 jaar lang coaches uit ontwikkelingslanden op. Alleen al in de sloppenwijken van Nairobi wonen 17.000 jonge amateur-voetballers, die een coach nodig hebben. Voetbal heeft een sterke sociale functie in achterstandswijken. Het is een positieve tijdsbesteding en kan jongeren op het rechte pad houden. Een goede coach kan daarbij helpen.”
Johan van Geijn, in Supporter, magazine van NCDO.
“Oom Hans was vroeger een soort rijke Nederlander en daar in Kenia hadden ze eigenlijk niks, da’s toch wel zielig eigenlijk, dus ging ie daar maar wonen. En ook omdat ie heel gelovig is en zo. Maar ook omdat oom Hans ’t een beetje leuk vindt.”
Marijne (9) en Mart (5) Loonen, na hun bezoek aan Kenia.
Eugène Burgman
8
“Wat ik in Kisumu de afgelopen 30 jaar geleerd heb” Bij het oplossen van conflicten tijdens zijn werk in Kenia heeft Hans Burgman veel aandacht moeten besteden aan de culturele achtergronden. Daarover heeft hij vorig jaar een samenvattende reflectie geschreven. Die interessante reflectie bestaat uit drie delen. In deze Vriendenbrief het derde en laatste deel:
EEN GELDLOZE CULTUUR
Beschrijving Van huis uit kent de cultuur hier geen geld. Geld is slechts honderd jaar oud. Vroeger was alle handel een soort ruilhandel. De mensen kijken dan ook op een andere manier tegen geld aan dan Europeanen. Voor Europeanen is geld het waarde-equivalent van goederen of werk, een abstractie dus. Voor de mensen hier is geld meer een geval van boffen en bezit, dus concrete macht. Gratis geld, zij het op een verstandige dan wel onverstandige manier verkregen, is onweerstaanbaar voor de meesten. Dat geld zo’n nieuw fenomeen is heeft bepaalde gevolgen: -De mensen kennen de grammatica en het taaleigen van geld niet goed, ze beseffen niet dat geld zijn eigen wetmatigheid heeft. Ze nemen in Europese ogen ongelooflijke risico’s met geld en zijn daarbij laconiek wanneer ze geld kwijtraken. -De prijs van een ding hangt af van je eigen slimheid en verschilt van klant tot klant naar gelang zijn rijkdom; een Europeaan betaalt normaal de dubbele prijs. -Een budget maken heeft vaak meer van doen met stoutmoedigheid dan met berekening. -Velen zullen hard proberen om hun schulden niet terug te betalen. Vaak gaat het zo. Men betaalt na een tijdje een stuk van zijn schuld, en een hele tijd later nog eens een stuk, en de resterende schuld wordt omgezet in een soort vriendschap waarmee de schuldeiser t.z.t. hulp of gunsten van de schuldenaar zal kunnen eisen. -Zoals ik al eens eerder heb uitgelegd zijn de mensen hier kampioenen in het oplossen van een crisis. Wanneer het over plannen gaat wekken ze de indruk dat ze een crisis plannen, want daar weten ze het beste mee om te gaan. -Aangezien geld samenvalt met boffen, zal een slim iemand in deze cultuur graag investeren in een goede verstandhouding met God, die immers al het boffen regelt. Lessen Europeanen moeten niet denken dat hun techno-economische cultuur verre superieur is aan de cultuur hier, ondanks de hogere materiële welvaart. De mensen schijnen hier toch wel beter in hun vel te zitten dan Europeanen, hun gulle gelach lijkt er op te wijzen dat hun geest minder onder stress gebukt gaat. Hun lichamen lijden minder aan weelde-ravage, en hebben vaak een betere conditie. Ze voeden daarbij hun kleine kinderen erg leuk op, die dan ook betrekkelijk weinig schofterig gedrag vertonen. Daarnaast moeten we bepaalde dingen wel goed in acht nemen: -Wanneer Europeanen met geld smijten heeft dat invloed op de normen van mensen hier. -De mensen hier hebben vanuit hun cultuur weinig weerstand meegekregen tegen gratis geld. Europeanen moeten voorzichtig zijn wanneer ze geld als lokaas gebruiken. -De mensen hier zijn van de Westerse maatschappij aan het leren dat geld alle problemen oplost, en dat je nooit teveel geld kunt hebben. Een foute les. -Onze ervaring bij ons ontwikkelingswerk is, dat zo gauw je een beetje teveel geld in een situatie mengt, alles kapot gaat; net zoals wanneer je teveel mest op het land gooit.
9
-De mensen hier gaan er van uit dat Europeanen over onbeperkte hoeveelheden geld beschikken, en dat slim bedelen dus de aangewezen weg is om met hen om te gaan. -Anderzijds is het ook zeker waar, dat ze zelf veel te weinig geld hebben. Met dank aan mijn leermeesters,
Hans Burgman
Keniaanse wijsheden “Eén manier om groot te worden is het klein maken van anderen.”
Tegeltjesspreuk van Hans.
“Eriso Ilmaasai o Enkai.” (“Als je een Masai blijft, ben je net zo veilig als wanneer je bij God bent.”)
Spreekwoord Masai.
Eugène Burgman
Uitwisseling Mill(NB)-Kisumu Afgelopen zomer zijn jongeren van het Merletcollege in Mill (NB) naar Kisumu gereisd, naar de parochie van Hans Burgman. Twintig Keniaanse jongeren die zij daar ontmoet hebben, reizen 16 december af naar Mill voor een tegenbezoek. Zij zullen daar tot 6 januari verblijven. De eerste week zullen ze meedraaien op de school. Tijdens de kerstdagen logeren zij in gastgezinnen. Ze hebben een druk programma, maar er zijn een paar dagen gereserveerd, waarop ze in groepjes van twee uitzwermen om Vrienden van Hans Burgman te bezoeken. Dit zijn vrijdag 28, zaterdag 29 en maandag 31 december plus dinsdag 1 januari 2008. Dit lijkt me voor veel Vrienden een leuke gelegenheid om ze te ontvangen. Ook is er op zondag 30 december een speciale ontmoetingsdag in de parochie van Bergeijk. De Kenianen worden begeleid door Mike Maunda, Suzan Ochang, Tobias Ogoi en Fides Mugwanga. In ieder geval de laatste drie personen herinner ik me nog van de voettocht in 2003, van Kampala naar Kisumu. De organisatie van dit tegenbezoek berust bij “Jongeren en Missie”, www.jongerenenmissie.nl
Martine Meester.
10
Colofon Eindredactie: Eugène Burgman Redactie en overige medewerkers: Hans Burgman, Ellie Eijkholt, Johan Hage, Margriet van der Horst, Martine Meester, Alida Mulder, Martin Nota, Barbara Reith, Johan Smorenburg
Engelse vertaling: Hans Burgman Duitse vertaling: Barbara Reith Redactie-adres:
van Egmondlaan 7 5583 VA Waalre tel.: 040-2213102 e-mail:
[email protected]
Secretariaat (opgave adreswijzigingen en nieuwe Vrienden): Lijsterbeslaan 11 1702 LW Heerhugowaard tel.: 072-5741025 e-mail:
[email protected]
Onze website: www.pandipierivrienden.nl Kisumu-website: www.pandipieri.org Adres Hans Burgman: St. Joseph’s Catholic Church P.O. Box 795 Kisumu 40100 Kenia tel.: 00254.5720.21748 mobiel: 06.30.298.613(Nederland); 07.23.344.553(Kenia) e-mail:
[email protected] Bijdragen:
Postbank, rekeningnummer 1066957, of ABN-AMRO, rekeningnummer 40.02.36311 t.n.v. Missieprocuur Mill Hill, Oosterbeek s.v.p. vermelden: “Pandipieri”, c.q. “Burgman, OMA-project”
11