PALESTINA-BULLETIN Jrg. 1, Nr. 4 Redactie en uitgave:
Henk Franken Ben Otker Oplage 1000 ex., 6 pagina's verschijnt 1x per 14 dagen
18 mei 1968 Postbus 2311 Den Haag.
_______________________________________________________________________________ M E I Verheugd, maar onzeker, slaan we het begin van onderhandelingen over Vietnam gade. Verheugd, maar onzeker, vernamen wij het ANP-bericht dat Egypte, Israël en Jordanië tot vredesonderhandelingen bereid zijn. A1-Ahram, Cairo, berichtte op 10.5.'68: 'Mr. Mahmoud Riyad, de Egyptische Minister van Buitenlandse Zaken, zei dat zijn land bereid is de besprekingen met de U.N.-vertegenwoordiger Dr. Jarring naar New York te verplaatsen'. Dat gaf al hoop, die weer afnam toen 'News' 13-5-'68 berichtte dat Premier Eshkol, aan het Israëlisch Parlement op 12-5 had meegedeeld dat Israël niet had toegestemd in indirecte besprekingen met Arabieren in New York. Nu schijnt dan toch een weg tot gesprek gevonden te zijn. De vasthoudende Oe Thant, misschien ook de publieke opinie (?) en de 'duiven' in Israël en de Arabische landen laten voor ons een vleugje mei-zon oplichten. De economische toestanden in het M. Oosten hebben wellicht de doorslag gegeven. In Cairo vond vorige week een economische conferentie plaats, waaraan ook de directeur van de Amstel-Brouwerij in Zerqa (Jord.), de heer R.S. Abujaber deelnam. Hij is tevens Honorair Consul-Generaal der Nederlanden te Amman. Zoals de schrikbarende werkloosheid in Israël tot bezinning noopte, zo kan de armoede in Jordanië en Egypte de staatslieden rijp gemaakt hebben voor minder onbuigzaamheid. Het Israëli Information Bulletin, nr. 3, 1968, gepubliceerd door leden van de Knesseth, Mikunes en Sneh verschafte (p.16) enig inzicht in de tegenstellingen die in de boezem van, het Kabinet heerste. Recente uitlatingen van de Minister van Defensie, Moshe Dayan, en van de Minister van Buitenlandse Zaken Abba Eban, inzake de M.Oosten-crisis hebben het meningsverschil binnen de Israëlische Regering tot uitdrukking laten komen. De belangrijkste aspecten van Moshe Dayan's benadering zijn: 1. de veronderstelling dat een nieuwe oorlog onvermijdelijk zou zijn men denke aan President Nasser's laatste rede). 2. de noodzaak van gebiedsannexatie en militaire aanwezigheid. 3. de veronderstelling dat de sleutel tot hervatting van de oorlog in Russische, die tot een politieke oplossing in Amerikaanse handen lag. Om die reden zou Israël belang hebben bij een consolidatie van de positie der V.S. in het Midden-Oosten. Als voornaamste aspecten daarentegen van de benadering door Abba Eban geeft het Bulletin: 1. de redelijke mogelijkheid van vrede met de Arabieren op dit moment. 2. de veronderstelling dat de Sovjet Unie nog steeds hoopt de situatie te kunnen veranderen met vreedzame middelen. 3. de veronderstelling dat de publieke opinie in Israël de voorkeur geeft aan vrede met slechts behoud van een deel der bezette gebieden boven het behoud van alle bezette gebieden zonder werkelijke vrede. De onrust en de tegenstellingen waarmee Koning Hoessein en President Nasser binnenlands te kampen hebben, zullen niet minder dan in Israël de 'bereidheid tot een gesprek bevorderd hebben. -o-oI N T E R V I E W Op 9-5-1968 publiceerde de in Beirut verschijnende Assayad een vraaggesprek met de heer Yaser Arafat, leider van de Palestijnse Bevrijdings Beweging,die bekend staat onder de. naam 'Fath'. Vr.: wat is het doel van Uw organisatie ? Antw.: de vestiging van een vooruitstrevend en democratisch Palestina, dat de volledige rechten voor elk van zijn burgers zal waarborgen, zowel aan Arabieren als Joden. Vr.: Kiest 'Fath' ideologisch gesproken partij ?
2 Antw.: Nee. Onze ideologie is, Palestina voor de Palestijnen. Aan PalestijnsArabische vluchtelingen zou moeten worden toegestaan naar hun land terug te keren. Vr.: Israël stelt dat 'Fath' alle Joden in Israël wil uitroeien. Is dat waar ? Antw.: 'Fath' wordt geleid door humanistische idealen. In onze strijd tegen de zionistische bezetting van Palestina, zullen wij nooit de nazi-methoden nabootsen. Wij voelen met de Joden mee in het lijden dat zij in Europa ondergingen. Maar dit moet geen excuus zijn om de Arabieren te laten betalen voor de misdaden van de nazi's. Daarom zijn onze operaties alleen gericht tegen het Israëlische leger, niet tegen de Joodse burgers van Israël. Commentaar P.B.: Een tiental jaren geleden kon men in verschillende landen van het Midden-Oosten nogal eens de opvatting horen verdedigen dat de berichten over de massale moord op Joodse burgers in Duitsland zoal niet gelogen dan toch overdreven waren. Meermalen hebben wij daarover hooglopende twistgesprekken gevoerd met Arabische vrienden. Het bovenstaand vraaggesprek zullen velen in Nederland met een smalend lachje willen afdoen. Toch zou dat niet juist zijn. De vele gesprekken met Europeanen, die zich ware vrienden der Arabieren betoonden (d.w.z. die zonodig hun kritiek niet spaarden), films en literatuur hebben hun werk gedaan. Daarenboven heeft men begrepen dat ook de vrienden der Arabieren zich tegen hen zouden keren als ooit een nieuwe slachtpartij tegen Joden zou dreigen. DIFFERENTIATIE De verbreking van de diplomatieke betrekkingen tussen Tunis en Syrië maakt, afgezien van de oorzaken, ook duidelijk dat wij ten onrechte spreken over 'de' Arabieren. Een stereotypie, even onjuist als 'de' Europeanen, 'de' communisten en 'de' Joden. In de Arabisch sprekende landen zijn de verschillen in opvatting en leefwijze nauwelijks minder groot dan in Europese landen. Geen absolute eenheid dus. Men kan daarover gnuiven, men kan het betreuren. In ieder geval kan het ons de Arabisch sprekende MENS naderbrengen: hij laboreert aan dezelfde euvelen als wij in Europa, of .... laat zich evenmin als wij onder één en hetzelfde hoedje vangen. DE WONDEREN ZIJN DE WERELD NOG NIET UIT. Na de zesdaagse oorlog kon men kreten lezen als 'Gods beschermende arm strekte zich over Israël uit'. In Vrij Nederland van 4 mei 1968 vertelt Rabbi Nathan (Duitser, Buchenwald, Israël 1939, luchtmachtrabbijn, adviseur van President Ben Zwi): 'Sinds 1948 beleven wij de komst van het Messiaanse Rijk. In 1948 de eerste stap, vorig jaar de tweede. Het is beide keren een groot wonder geweest.' Nu heeft dan Cyrillis, Patriarch van de Koptische kerk, een der oudste Christelijke gemeenschappen, met vreugde en vertrouwen bekend gemaakt dat de H. Maagd meermalen is verschenen in Zaitoen, een voorstadje van Cairo. Zijn woordvoerder was Athanasius, Koptisch aartsbisschop, volgens wie de verschijningen zouden bewijzen dat God met Egypte is tegen Israël. 'Gott mit Uns'; 'God's own country'; 'Dieu et mon droit'. Vult U maar aan. Kreten, waarmee de mens God medeplichtig tracht te maken aan 's mensen strijdlust. NOG EEN WONDER. Bij de bewondering over 'tuinen uit woestijnen', vergeten we in Nederland nogal vaak dat de opbloei van Israël, een wat dubieus economisch wonder, mede mogelijk werd door de verovering van bebouwd land. Palestijns land. Aan het Bulletin, maart 1968, van the Arab Women's Information Committee, P.O.Box 320, Beyrouth, ontlenen wij deze opgave (niet door ons gecontroleerd): Jaar 1944 - 1945 Arabische productie Joodse productie granen 193.376 ton 16.579 ton groenten 189.104 ton 55.730 ton fruit 73.320 ton 21.398 ton olijven 78.287 ton 1.182 ton meloenen 135.634 ton 7.193 ton
3 Bronverwijzing: Tabel 4, list. IX, p. Palestine, 1946.
323, Survey of Palestine, Government of
BITTERE 00GST. Dat is de titel tevens van het boek van Sami Hadawi met als ondertitel 'Palestina tussen 1914 - 1967.' Uitgegeven bij 'The New World Press; New York 1967: en lang voordat de Zionistische immigratie begon in 1920, was Palestina bekend als het land dat citrusfruit exporteerde en beroemd om de Jaffa sinaasappel. Het is niet bekend wanneer de citruscultuur in Palestina het eerst tot ontwikkeling werd gebracht, maar de statistiek toont aan dat in 1912 - 1913 de Arabieren 1.608.570 kisten sinaasappelen naar Europa hadden geëxporteerd tegen een prijs van £ 297.700.- ($ 1.488.500.-)'. Bronverwijzing: Handbook of Palestine and Transjordan, Charles Luke en Edw. KeithRoach, London, MacMillan, 1930, pp. 233-4. Bitter om het kwijt te raken; een zoete winst om er een nieuwe staat mee te financieren. PERSVRIJHEID. Haaretz, Israëlisch Nieuwsblad, 6.5.1968: 'De beslissing van Generaal Dayan, Minister van Defensie, aan de bevolking van Ramallah in het bezette gebied te verbieden naar Amman te gaan, dit als gevolg van hun protest tegen de militaire parade in Jerusalem op 2.5.1968, is in tegenspraak met zijn voorgaande verklaringen. Hij beloofde aan de Arabieren van het bezette gebied de vrijheid van meningsuiting toe te staan, de vrijheid om hun winkels te openen of te sluiten wanneer zij dat willen'. Alitihad, Israëlische krant, 23.4.1968. Het uitvoerend comité van de'International Parliamentary Session' in Dakar roept op tot het terugtrekken van Israëlische troepen uit de bezette Arabische gebieden, een eind te makers aan de vijandelijkheden in het M. Oosten en de soevereiniteit van alle staten in dat deel van de wereld te erkennen. Gedelegeerden van de Arabische staten en van Israël ondersteunden het beroep. Het comité verzocht ook om een internationale commissie tot onderzoek van de omstandigheden der Arabieren in de bezette gebieden. 87 Gedelegeerden stemden vóór, 5 tegen waaronder ook de gedelegeerde van Israël. De Jerusalem Post publiceerde een protest van 42 Amerikanen en Britten, woon-achtig in Jordaans Jerusalem tegen de 2 mei-parade. Onder de 5 initiatiefnemers was ook Pater W. van Etten Casey S.J., hoogleraar in de theologie aan het Holy Cross College, Mass. U.S.A., thans directeur van de American School of Oriental Research in Jerusalem. Met onze voldoening over dat protest, spreken wij onze waardering uit voor de Israëlische 'Jerusalem Post' die het publiceerde. Dat kan dan toch maar in Israël. M 0 R G E N .... Haagsche Courant 1.5.1968; Bij een artikel over 20 jaar Israël een terzijde met als titel 'Beide kanten. Om de verschillende standpunten van de betrokken partijen in het Midden-Oosten tegenover elkaar te stellen publiceren wij vandaag de Israëlische visie, morgen een Arabische reactie hierop'. Al wat P.B. in de Haagsche Courant van 2 mei vond was een foto van Ali met zijn muilezel. De Redactie zal bedoeld hebben mañana - boukra - morgen - St. Juttemis. ELSEVIER'S WEEKBLAD, 27.4.1968 meldt: ! Neutrale waarnemers in Arabische landen zijn er van overtuigd, dat de rantsoenen, door de V.N. ter beschikking gesteld van de Palestijnse vluchtelingen in niet geringe mate gebruikt worden voor de opleidingskampen der Arabische Commando's in Jordanië'.
4 1. niet nader aangeduide 'waarnemers' deden beter met naam en toenaam bewijzen aan te voeren in plaats van overtuigingen uit te spreken 2. hebben de neutrale waarnemers al eens mee in de rij gestaan als de vluchtelingen hun rantsoenkaarten komen halen ? Gelooft Elsevier heus dat zij zich hun aandeel laten ontfutselen door buitenstaanders ? 3. het is bitter, maar die Commando's ZIJN Palestijnse vluchtelingen. Dat is nu precies de reden waarom ze bereid zijn hun leven te riskeren als verzetsstrijders, 4. 30.6.1966 waren er 1.317.749 geregistreerde vluchtelingen 861.122 daarvan ontvingen rantsoenen en diensten; 347.877 ontvingen g)en rantsoenen, alleen diensten.. 108.750 ontvingen noch rantsoenen, noch diensten. 5. de V.N.-hulp (d.i. UNRWA) kost per persoon per JAAR f 133,20, 6. dat is f 0,36 per dag. Wat zullen die Commando's smullen ! Vooral als U weet dat van die f 0,36 de helft wordt gegeven in de vorm van voeding + behuizing + kleding,. 7. Elsevier's neutrale waarnemers mogen zich schamen, samen met ons. EL-KOENEITRA. Bij het Vrij Volk zendt de heer Reens een stuk in, Ass.Press, zegt hij, heeft onjuist bericht dat Koeneitra zozeer door de oorlog is gehavend dat het een dode stad dreigt te worden, want de oorspronkelijke bevo1king heeft op bevel van de Syrische Regering die vernietiging zelf uitgevoerd al vóór de evacuatie in juni 1967. HVV echter, dat sinds enige weken het praedicaat 'openhartig' uit de kop weglaat, had nog met geen,woord over Koeneitra gerept. HVV's Haagse editie loopt nu de kans dat critische lezers die omissie opmerken. De heer Reens zegt de bewijzen voor de zelfvernietiging te hebben opgenomen op een film die hij in september 1967 gemaakt heeft. Filmde hij dus in september wie in juni de boel opblies? Koeneitra ligt bijna 70 km. Z.W. van Damascus, op de hoogten van Golan. Nu vormen die hoogten een belangrijk brongebied voor de Jordaan. Dat verklaart waarom beide partijen daar niet zachtzinnig met elkaar omsprongen. Over de verovering van Koeneitra vinden we enige inlichtingen in 'Het M.-Oosten en de V.N., IV, publ. van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, nr. 86'. Op 9 juni deelt..Oe Thant aan de Veiligheidsraad mee dat zowel Israël als Syrië verklaard hadden een staakt-het-vuren te aanvaarden. Syrië beschuldigt Israël van voortzetting der vijandelijkheden. De Israëlische gedelegeerde verklaarde dat aan Israëlische zijde de strijd gestaakt was, BEHOUDENS MAATREGELEN TOT ZELFVERDEDIGING (vet van PB). Omdat het hoofdkwartier van UNTSO door troepen van Israël bezet werd gehouden en pas half augustus weer aan de V.N. ter beschikking werd gesteld, kon de Chef Staf UNTSO, Generaal Odd Bull, niet over radioverbindingen beschikken. Op 10 juni beschuldigden Arabische woordvoerders Israël van schending van de wapenstilstand, t.w. de bezetting van Koeneitra. De Israëlische gedelegeerde ontkende zulks. In de avondzitting leest Oe Thant een telegram van Odd Bull voor, waarin deze de bezetting van Koeneitra bevestigt. Door het ontbreken van radioverbindingen kon niet worden vastgesteld of de bezetting vóór of na 16.30 uur, het uur van de wapenstilstand, was geschied. Intussen zijn er berichten over de uittocht van de laatste 150 bewoners. Zij willen naar Syrië. Wat is er aan de hand met het Israëlische bezettingsgedrag ? Over enige maanden kan de heer Reens weer gaan filmer. Dan zitten de 150 in een vluchtelingenkamp. Rabbi Elmer BERGER. In beperkte mate kan PB aan belangstellenden een exemplaar verschaffen van een tweetal lezingen, gehouden door de vice-President van de American Council for Judaism, Rabbi Elmer Berger, De titels luiden: 1. Prophecy, Zionism and the State of Israël. 2. Israël, Covenant Community or National State.
5 Alleen in Engelse tekst. Administratie-
en portokosten f 1.--In aansluiting op PB nr. 3, p. 5 kunnen wij meedelen dat uit de Royal Jordanian Hunting and Shooting Club, P.O.Box 6354, Amman een nieuw genootschap is voortgekomen. Met ingang van 2 mei 1968 is opgericht de Royal Society for the Conservation of Nature. Aan een Engelse vertaling van de statuten wordt gewerkt, Het genootschap krijgt een curatorium onder voorzitterschap van Koning Hoessein. Het Azraq Nationaal Park is een van de drie reservaten die in Jordanië in `ontwikkeling zijn. Een gebied van 6000 acres is omheind. Daarbinnen bevindt zich een diepgelegen bron. Er is een fokkerij gesticht waarin Oryx, Ostrich en de Arabische Gazelle zullen worden gefokt. In Azraq is een internationaal biologisch station gereed gekomen, dat open staat voor wetenschappelijke onderzoekers. De directie_berust bij de heer J.B. Nelson, het secretariaat is in handen van Dr.S.Qasem. Beider adres: Jordan international Biological Station 'Azraq' c/o the University of Jordan, Department of Biology, Amman, Hashemite Kingdom of Jordan, COR HUISMAN In de bekende AO-reeks verscheen als no. 1200 'Het Midden-Oosten, achtergronden van een oorlog. Een uitgave van de Stichting IVIO,,Koninginneweg 62, Amsterdam. De prijs is f 0.50; giro 55.15.99. De auteur is Cor Huisman. In 16 pagina's een helder overzicht + 9 foto's. Met onze aanbeveling wijzen wij tevens op zijn 'Modern Egypte', Uitg. Kosmos, 1967, f 12,90. Niet pretentieus, wel informatief en zeer leesbaar. In de AO-reeks verscheen in juni 1967 als no. 1167: 'Israël'. JUBILEUMGESCHENK Libelle 18.5.1968 stelde een pagina ter beschikking van de Stichting Hulp aan het gebrekkige kind in het Nabije Oosten, Hofwijckstraat 62, Voorburg, tel. 070-860447, giro penningmeester: 715515. In Louezeh bij Beyrouth en in Jordanië zijn onder leiding van de predikant A.J. Andeweg scholen voor dove kinderen opgericht. Informaties verkrijgbaar aan bovenstaand adres. BIJDRAGEN Postzegels:
H.A., Hilversum f 0,40; P.K.Leiderdorp f 1.H,D.., Amsterdam f 0.60 Bankpapier: A.G., Eefde f 10.-; P.v.d. V., Amstelveen f 10.H.O., Den Haag f 20.-; Mevrouw N. de J., Scheveningen f 10,F.M.K., Beverwijk f 2,50 Giro: Mevrouw W-v.d.HL, Den Haag f 50.-; G.A.B., Den Haag, f 15.C.H., Amsterdam. f 25.-; J.J., Goes f 25.-; Mevrouw G.A.K-de VP. Oegstgeest f 25.-. Voorts een stroom van tekstbijdragen, knipsels, literatuur, waardevolle critiek en goede raad. Teveel om ineens te verwerken. Knipsels met naam en datum van het blad stellen wij zeer op prijs. Ook al konden wij U nog niet beantwoorden, toch zijn wij U zeer verplicht. Zolang wij kunnen, zullen wij PB gratis verspreiden. Wij zijn niet gebonden aan enigerlei persoon, instelling of partij. Wij behouden ons het recht voor bijdragen van welke aard ook zonder opgave van redenen te weigeren.
UITGAVE Bij de Imprimerie catholique, Place de 1'Etoile, Beyrouth, Libanon verscheen van de hand van Paul Mouterde een nieuwe 'Flora van Libanon en Syrië'. Vol.l, 563 p.; atlas 186 p. Het geeft een beschrijving van vegetatietypen in hun horizontale en verticale zonering, een analyse van de diverse groepen, een overzicht van de lopende botanische onderzoekingen. Een toponymische index maakt
6 vergelijking mogelijk tussen de gangbare benamingen en de Arabische transcriptie. Tenslotte volgt een systematische beschrijving. EEN HEER DRAAGT TOCH EEN HOED. Zo luidde een vooroorlogse slagzin. In klassieke tijden zou men gezegd hebben 'een heer zit toch te paard, gewapend'. Een reliek van deze opvatting vinden wij ook heden ten dage nog terug in Europa: waarlijk 'deftige' families zorgen er nog altijd voor dat hun zonen in het huwelijk treden, gekleed in het huzaren-uniform. Gouden rijders zogezegd. Door de geschiedenis heen zijn het steeds de zwaargewapende ruiters (Ridderstand) die aan de boeren hun bescher-ming bieden en daarvoor schatting eisen. Deze opvatting leefde lang voort in het Oosten en is nog niet geheel verdwenen. Heel en half-sedentariserende stammen gingen zich op de landbouw toeleggen. Nomadische stammen, gewapend en over rijdieren beschikkend, beheersten de wegen. De landbouwers kochten, veel-al gedwongen, de 'bescherming' van de bereden nomaden. Nog niet lang geleden verschafte het Arabische Legioen aan toeristen een bereden bescherming op de weg naar Petra, de rose-rode stad. De Jerusalem Post Weekly, 13.5.1968 brengt een foto waarop een Israëlische majoor een geweer uitreikt aan een sheikh. Bedouinen werden aangesteld als helpers om de algemene veiligheid te handhaven, alsmede ter bescherming van hun eigen stammen. Ook hier dus: nomaden optredend als beschermer. In dit licht, menen wij, dat U het volgende verhaal moet lezen, ontleend aan BEN-GOERION, door Michel Bar-Zohar, Ned. uitgave A.W.Bruna & Zn., 1967. 'Maar reeds ziet de jonge Grün verder, Hij streeft ernaar de bewaking en de verdediging van de joodse landerijen in joodse handen te brengen. Tot nu toe zijn het overal in Palestina niet-joden die de dorpen bewaken: Circassiërs,[de paleisbewaking van Koning Hoessein bestaat nog steeds uit een garde van Circassiërs in romantisch kozakken-uniform; Red. PB], Turken en Arabieren. Het verdedigingsvraagstuk is voor het ogenblik niet belangrijk; weliswaar zijn de wegen gevaarlijk, MAAR DE JOODSE DORPEN HEBBEN ALLEEN MAAR TE LIJDEN VAN KLEINE DIEFSTALLETJES, (vet PB), en moorden komen zelden voor. De joden hebben nooit wapens gedragen, waarom zouden ze het nu doen ? David Grün komt in verzet tegen deze mening. In dit land moet een natie worden opgebouwd, een natie die zichzelf zal moeten besturen. Ze kan niet altijd blijven steunen op de geweren van enkele huurlingen die bereid zijn hen in de steek te laten of zich bij gelegenheid tegen hen te keren. De joden moeten reeds nu zorgen voor hun verdediging. Hij probeert de bewoners van Sejera voor zijn gezichtspunt te winnen; de directeur van de hoeve aarzelt. Het dorp wordt bewaakt door Circassiërs, harde en wrede mensen. Waarom zou hij hen tegen zich in het harnas jagen ? Dat is gewaagd en gevaarlijk. DE JODEN BEWAPENEN, DAT BETEKENT BINNEN KORTE OF LANGE TIJD EEN BLOEDIG CONFLICT MET DE ARABIEREN. DE BEDOELING IS NIET ELKAAR TE DODEN, MAAR IN VREDE SAMEN TE LEVEN. (vet PB) David gelooft niet in zijn woorden; binnen kortere of langere tijd zal er een krachtmeting zijn. Hij zegt het telkens weer. Uiteindelijk wint hij het: een kar wordt naar de kust gestuurd, naar de stad Haifa en komt terug volgeladen met wapens, zorgvuldig verborgen. Korte tijd later WENDEN DAVID, EN ZIJN VRIENDEN EEN POGING TOT DIEFSTAL VOOR: (vet PB) de directeur van de boerderij, gewaarschuwd, constateert dat de Circassische bewakers hen niet verdedigd hebben (sic 4). Ze worden ontslagen. Sejera wordt het eerste joodse dorp dat uitsluitend door joden wordt bewaakt. Slechts enkele maanden zullen voorbijgaan, voordat een bloedig incident bewijst dat Grün gelijk heeft gehad.' Commentaar PB: een onthullend relaas. Hier wordt duidelijk gemaakt dat Ben-Goerion vanaf het eerste begin uit is geweest op een militant expansionisme. Daarbij heeft hij blijkbaar geprovoceerd en bedrieglijk optreden niet geschuwd.
Dit is een ingescande en bewerkte kopie van het origineel