OVERLASTFENOMENEN SANCTIONEERBAAR MET OVERLASTFENOMENEN SANCTIONEERBAAR MET GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES gemeente MAASMECHELEN
Inhoudstafel
Art.
INLEIDING DEEL I: ALGEMENE BEPALINGEN Toepassingsgebied Begrippen
1 2
DEEL II: OPENBARE RUST Afdeling 2.1: Algemene bepalingen Geluidsoverlast Niet-hinderlijk geluid
3 4
Afdeling 2.2: Specifieke situaties Laden en lossen 5 Verhuizingen 6 Dieren 7 2.2.1 Geluid voortgebracht door toestellen Muziek 8 Ontvang- en zendtoestellen 9 Elektronisch versterkte muziek in voertuigen 10 2.2.2 Geluid voortkomend uit het gebruik van toestellen, voertuigen en vuurwerk Grasmaaiers en andere lawaaierige machines aangedreven door een of meerdere motoren 11 Voertuigen 12 Toestellen voor recreatief gebruik 13 Vuurwerk 14 Luchtdrukkanonnen-vogelschrikkanonnen – vuurwapens 15 DEEL III: OPENBARE VEILIGHEID EN VLOTTE DOORGANG Afdeling 3.1 Hinderlijke werkzaamheden Werkzaamheden Invloed van werkzaamheden op het openbaar domein Afdeling 3.2 Bomen en beplantingen Afdeling 3.3 Rondreizende woonwagens Afdeling 3.4 Dieren Algemeen Honden
16 17 18 19 20 21
DEEL IV: OPENBARE REINHEID Afdeling 4.1 Openbare reinheid en netheid algemeen Zwerfvuil Verplichting tot onderhoud Afdeling 4.2 Sluikstorten Afdeling 4.3 Vervuilen openbare weg
22 22 bis 23 24
Art. Afdeling 4.4 Consumeren van eetwaren en/of drank 25 Afdeling 4.5 Hondenpoep 26 Afdeling 4.6 Aanplakking Aanplakkingen/wildplakken 27 Vernielen wettig aangebrachte aanplakbiljetten 28 Afdeling 4.7 Onderhoud van bermen en voetpaden 29 Afdeling 4.8 Opzettelijke beschadiging roerende en onroerende gemeentelijke eigendommen of openbaar domein Vandalisme 30 Graffiti 31 DEEL V: BEMIDDELING, SANCTIES EN OPHEFFINGSBEPALINGEN Bemiddeling Sancties Opheffingsbepalingen Datum van inwerkingtreding
32 33 34 35
INLEIDING Van Maasmechelen een veilige gemeente maken waar het goed is om te wonen en te verblijven, dat is één van de beleidsopties van de huidige bestuursploeg. Als Maasmechelaar verwacht u terecht dat er snel en kordaat opgetreden wordt tegen degenen die onze veiligheid aantasten. Ook kleine vormen van overlast, zoals hondenpoep en geluidshinder, moeten snel en kordaat aangepakt worden. Daarom start de gemeente Maasmechelen, in samenwerking met de gemeente Lanaken, met een systeem van gemeentelijke administratieve sancties (kortweg GAS). Het grote voordeel is dat de gemeente zelf de sanctie kan opleggen zonder tussenkomst van de gerechtelijke instanties. Een gemeentelijke administratieve sanctie is een geldboete van maximaal 250 euro. De sanctionerende ambtenaar van de gemeente legt de boete op, rekening houdend met de ernst van de overtreding. Het is zeker niet onze bedoeling om een klopjacht te starten, daarom kiezen wij ervoor om enkel die vormen van overlast te sanctioneren die u als Maasmechelaar het meest hinderen. De gemeenteraad heeft deze overlastfenomenen nu in een politiereglement bepaald. Deze vindt u hierbij terug. Bij de opmaak van het reglement streefden we naar een optimale afstemming met de gemeente Lanaken, omdat onze politiezone zich uitstrekt over ons beider grondgebied, en de politieambtenaren bevoegd zijn om vaststellingen te verrichten in het kader van GAS. Wij vinden het belangrijk om samen met u te bouwen aan een veilige toekomst voor onze mooie gemeente. Door de invoering van GAS krijgt de gemeente meer armslag om lokale problemen aan te pakken. Ook willen we beroep doen op uw burgerzin. Merkt u onregelmatigheden op die voor overlast zorgen of die het onveiligheidgevoel in uw buurt vergroten, aarzel dan niet om ons dit te melden. U kan hiervoor terecht bij de dienst “veiligheid en preventie”,
[email protected], tel. 089/769782. Alvast bedankt voor uw medewerking.
Deel 1
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1
Toepassingsgebied
Dit reglement is van toepassing op het grondgebied van de gemeente Maasmechelen en op iedereen die zich op dit grondgebied bevindt, ongeacht zijn woonplaats of nationaliteit. Artikel 2
Begrippen
Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: Openbare ruimte = • de openbare weg, te weten de wegen en pleinen die openstaan voor alle verkeer, hetzij voetgangersverkeer of ander verkeer. • de nabijheid van de openbare weg, te weten elke plaats van waaruit gevaar kan ontstaan voor de gebruiker van de openbare weg • de groene ruimten, te weten de openbare plantsoenen, wandelplaatsen, parken, tuinen, pleinen, speelterreinen en alle stukken van de openbare ruimte buiten de openbare weg, die openstaan voor het verkeer van personen en in hoofdorde bestemd zijn voor wandelen en ontspanning Inrichting toegankelijk voor het publiek = Inrichtingen waar het publiek, namelijk andere personen dan diegenen die nominatief zijn uitgenodigd, al dan niet tegen betaling toegang heeft. Het al dan niet voorhanden zijn van een intern huishoudelijk reglement, doet geen afbreuk aan het publieke karakter van de inrichting. Openbare overlast = Individuele, materiële gedragingen die het harmonieuze verloop van de menselijke activiteiten kunnen verstoren en de levenskwaliteit van de inwoners van een gemeente, een wijk, een straat, kunnen beperken op een manier die de normale druk van het sociale leven overschrijdt. Openlucht = Een locatie buiten, onder de vrije hemel. Bevoegde ambtenaar= De politie is bevoegd voor de vaststelling van alle overtredingen vervat in dit politiereglement. Inbreuken die uitsluitend bestraft worden met een administratieve sanctie kunnen eveneens door gemeenteambtenaren die hiervoor gemachtigd zijn door de gemeenteraad, worden vastgesteld. Voor alle artikelen in dit reglement waarin geluidsnormen worden opgelegd, gelden artikel 2 en 3 van de bijlage 4.5.1 van Vlarem II voor de meetomstandigheden en de eisen van de meetketen.
DEEL 2 Afdeling 2.1 Artikel 3
OPENBARE RUST Algemene bepalingen Geluidsoverlast
Zonder vergunning is elk geluid of lawaai, dat openbare overlast veroorzaakt, verboden. Het bewijs van geluidsoverlast kan met alle mogelijke middelen geleverd worden. Artikel 4
Niet-hinderlijk geluid
Het geluid wordt als niet-hinderlijk beschouwd en kan geen aanleiding geven tot een gerechtvaardigde klacht wanneer het: - het gevolg is van werken aan de openbare ruimte of voor het aanleggen van openbare nutsvoorzieningen, uitgevoerd met toelating van de daartoe bevoegde overheid of in opdracht van die overheid. De aannemers, ambachtslieden en arbeiders moeten hun werken onderbreken tussen 20 uur en 7 uur en op zon- en wettelijke feestdagen. Voor werken van openbaar nut of werken die om technische redenen niet kunnen onderbroken worden, is een voorafgaande vergunning vereist. - het gevolg is van werken uitgevoerd op werkdagen en zaterdagen aan private eigendommen, waarvoor door de bevoegde overheid een vergunning werd afgeleverd, of van verbetering-, verbouwing- of onderhoudswerken aan dergelijke eigendommen die zonder vergunning kunnen worden uitgevoerd, en waarbij de nodige voorzorgen worden getroffen om overdreven of niet noodzakelijk lawaai te vermijden. De aannemers, ambachtslieden en arbeiders moeten hun werken onderbreken tussen 20 uur en 7 uur en op zonen wettelijke feestdagen. Voor werken van openbaar nut of werken die om technische redenen niet kunnen onderbroken worden, is een voorafgaande vergunning vereist. - het gevolg is van werken of handelingen die bij hoogdringendheid of zonder verder uitstel moeten worden uitgevoerd ter bescherming van personen of eigendommen, of ter voorkoming van rampen; - het gevolg is van een door het gemeentebestuur vergunde manifestatie, voor zover de in de vergunning opgelegde voorwaarden worden nageleefd. - geluid veroorzaakt wordt door spelende kinderen. - geluid veroorzaakt wordt door het normaal gebruik van openbare parkings, pleinen, wegenis en andere openbare infrastructuur. Afdeling 2.2 Artikel 5
Specifieke situaties Laden en lossen
Laden en lossen is niet toegelaten tussen 22 uur en 6 uur, uitgezonderd voor openbare dienstverlening, zoals voor openbare markten en kermissen en voor die activiteiten waarvoor een vergunning werd afgeleverd. Artikel 6
Verhuizingen
Geen verhuizing mag plaatshebben tussen 22 uur en 6 uur, behalve met een schriftelijke vergunning.
Artikel 7
Dieren
Iedereen wordt geacht de nodige voorzorgen te nemen om te voorkomen dat zijn dieren abnormale geluidshinder aan de buurt veroorzaken door ondermeer aanhoudend geblaf, gehuil of gekraai. Het veroorzaken van deze overlast is op elk ogenblik verboden ongeacht of de dieren op dat ogenblik wel of niet onder toezicht staan, behoudens wanneer de eigenaars van de dieren kunnen aantonen dat zij de nodige voorzorgsmaatregelen genomen hebben om de hinder te beperken of te beletten. Onderafdeling 2.2.1 Geluid voortgebracht door toestellen Artikel 8
Muziek
Zonder vergunning zijn volgende activiteiten die openbare overlast veroorzaken verboden : - vocale, instrumentale of muzikale audities - gebruik van luidsprekers, versterkers of andere apparaten die geluidsgolven produceren of reproduceren Artikel 9
Ontvang- en zendtoestellen
Zonder vergunning is het verboden in de openbare ruimte ontvang- en zendtoestellen zoals radio’s, televisietoestellen, luidsprekers en muziekinstallaties te laten functioneren, tenzij de voortgebrachte geluidssterkte het niveau van 90 dB (A) (LAFMAX) niet overtreft, gemeten op de plaats waar een persoon overlast ondervindt. Het gebruik van ontvang- en zendtoestellen binnenshuis, op particuliere eigendom, mag niet hoorbaar zijn op de openbare wegen en openbare plaatsen. In de campings mogen de geluidsinstallaties niet gebruikt worden tussen 20 uur en 8 uur, tenzij voor dringende mededelingen. Artikel 10
Elektronisch versterkte muziek in voertuigen
In afwijking van artikel 9 is het verboden elektronisch versterkte muziek in voertuigen te produceren die hoorbaar is buiten het voertuig. Het heeft geen belang of het voertuig open vensters of een open dak heeft. De overtreding wordt verondersteld door de bestuurder van het voertuig te zijn begaan. Als de bestuurder niet gekend is, zal de boete opgelegd worden aan de titularis van de inschrijving in het repertorium van motorvoertuigen. Het gebruik van voertuigen uitgerust met of voorzien van luidsprekers en bestemd voor het maken van reclame en propaganda is onderworpen aan een voorafgaande geschreven vergunning. Deze vergunning kan in geen geval verleend worden voor de periode tussen 12.00 uur en 14.00 uur en kan slechts toegestaan worden van 8.00 uur tot 12.00 uur en van 14.00 uur tot 18.00 uur in de periode van 1 oktober tot 31 maart en van 8.00 uur tot 12.00 uur en van 14.00 uur tot 20.00 uur in de periode van 1 april tot 30 september. Deze beperkingen zijn eveneens van toepassing op het aanwenden van fluiten, sirenes, bellen, klokken, uitgezonderd kerkklokken, niet elektronisch versterkte
muziek, geluidsverwekkende hulpmiddelen, door handelsinrichtingen, bewegende verkoopsinrichtingen, venters of leurders, opkopers van oude of nieuwe voorwerpen en dienstverleners, met het doel de aandacht te trekken op de verkoop van een product of het verlenen van een dienst, de marktdagen, de kermissen en de middenstandsevenementen uitgezonderd.
Onderafdeling 2.2.2 Geluid voortkomend uit het gebruik van toestellen, voertuigen en vuurwerk Artikel 11 Grasmaaiers en andere aangedreven door een of meerdere motoren
lawaaierige
machines
Het gebruik in open lucht van grasmaaiers en andere lawaaierige werktuigen zoals houtzagen, hakselaars en bosmaaiers, aangedreven door ontploffings- en/of elektrische motoren, is enkel toegelaten tussen 8 uur en 20 uur. Op zondagen, evenals op wettelijke feestdagen is het gebruik van dergelijke toestellen verboden. Dit artikel is niet van toepassing op landbouwmachines voor de normale exploitatie van het bedrijf. Het gebruik van lawaaierige landbouw,- tuinbouw- en bosbouwmachines ikv de normale exploitatie van het bedrijf is enkel toegelaten tussen 6 uur en 22 uur. Op zondagen, evenals op wettelijke feestdagen is het gebruik van dergelijke toestellen eveneens toegelaten. Artikel 12
Voertuigen
Tenzij noodzakelijk is het verboden voertuigen of hun toebehoren (o.a. koelinstallaties) draaiende te houden terwijl het voertuig stilstaat. Deze voertuigen moeten in ieder geval zo geplaatst worden dat ze de rust van omwonenden niet verstoren. Artikel 13
Toestellen voor recreatief gebruik
Behoudens andersluidende bepalingen cfr. de Vlaremwetgeving is het verboden met ontploffingsmotoren aangedreven speeltuigen en experimenteertuigen te gebruiken om er oefeningen, vertoningen, persoonlijke of groepsvermakelijkheden, wedstrijden of manifestaties mee te houden of in te richten in open lucht, op minder dan 500 meter van natuurgebieden, woonwijken of woonkernen of enig bewoond huis. Afwijkingen op deze bepaling kunnen worden toegestaan ter gelegenheid van feestelijkheden of vieringen. Dit verbod geldt niet op de erkende terreinen waarop afzonderlijke reglementen van toepassing zijn. Zonder voorgaande schriftelijke vergunning is het verboden in de openbare ruimte bezig te zijn met op afstand bestuurde modelvliegtuigen, modelboten of modelwagens waarvan het voortgebrachte geluid de openbare rust verstoort.
Artikel 14
Vuurwerk
Zonder afbreuk te doen aan de wettelijke en reglementaire bepalingen is het verboden, zowel op de openbare weg als op private domeinen, binnenkoeren, en op alle plaatsen palende aan de openbare weg, om het even welk vuurwerk af te steken of voetzoekers, thunderflashes, knal- en rookbussen te laten ontploffen. Het is de particulieren enkel toegestaan om siervuurwerk af te steken tijdens de avond en nacht van oud- naar Nieuwjaar, tussen 19.00 uur (31 december) en 1.30 uur (1 januari). Het is de lokale vuurwerkverkopers enkel toegestaan om ontploffend vuurwerk te verkopen in de periode tussen Kerstmis en Nieuwjaar, zijnde van 27 december tot en met 31 december, met uitzondering aan de lokale bevolking. Het is de lokale vuurwerkverkopers verboden om ontploffend vuurwerk te verkopen aan de lokale bevolking. Artikel 15 vuurwapens
Luchtdrukkanonnen
–
vogelschrikkanonnen-
Het gebruik van al dan niet automatische vogelschrikkanonnen of gelijkaardige toestellen, zoals hagelkanonnen, met inbegrip van toestellen, al dan niet elektronisch versterkt, die het geluid laten horen van krijsende vogels, voor het verjagen van vogels bij het beschermen van de akkerbouw, tuinbouw en fruitteelt is enkel toegestaan na schriftelijke vergunning. De aanvraag wordt gemotiveerd en moet toelaten de mogelijke hinder van de installatie te beoordelen. Luchtdrukkanonnen mogen enkel opgesteld worden op een minimum afstand van 350 meter van de meest dichtbij gelegen woning. Het gebruik van luchtdrukkanonnen is niet toegelaten tussen 21.00 uur en 8.00 uur. Op gemotiveerd verzoek kan in de vergunning een ingekorte verbodsperiode worden bepaald. Het kanon mag niet meer dan 6 knallen per uur produceren. De opening van het kanon moet steeds in de meest gunstige richting geplaatst worden ten aanzien van de hindergevoelige plaatsen. Voor de geluidssterkte van het vogelgekrijs, zoals vereist bij vergunningplichtige inrichtingen geldt de toepassing van de algemene milieukwaliteitsnormen voor geluid in open lucht voorzien in bijlage 2.2.1 van Vlarem II. Bij plaatsing van meerdere kanonnen waarbij, op eender welke plaats, het geluid van elk van hen afzonderlijk waargenomen kan worden, moeten de onderscheiden installaties op elkaar gesynchroniseerd worden zodat de ontstekingen van de verschillende kanonnen telkens slechts één hoorbare slag veroorzaken.
DEEL 3 Afdeling 3.1 Artikel 16
OPENBARE VEILIGHEID EN VLOTTE DOORGANG Hinderlijke werkzaamheden Werkzaamheden
Zonder vergunning is verboden werkzaamheden te starten op het openbaar en privaat domein van de gemeente, zowel aan de oppervlakte als onder de grond. Iedere persoon die werkzaamheden op de openbare ruimte uitvoert of laat uitvoeren, is er toe gehouden die te herstellen in de staat waarin ze zich voor de uitvoering van de werkzaamheden bevond of in de staat die in de vergunning vermeld is. Onverminderd de toepassing van een administratieve boete moet diegene die deze paragraaf overtreedt, de zaken onmiddellijk in orde brengen, zoniet houdt de gemeente zich het recht dit te doen op kosten en op risico van de overtreder. Artikel 17 domein
Invloed van werkzaamheden op het openbaar
Voor de toepassing van deze afdeling worden de werkzaamheden bedoeld die buiten de openbare weg uitgevoerd worden en die de weg kunnen bevuilen, de veiligheid of de gemakkelijkheid van doorgang kunnen belemmeren. De burgemeester kan de nodige veiligheidsmaatregelen voorschrijven. Werkzaamheden die hinderlijk stof of afval op de openbare weg of de omringende eigendommen kunnen verspreiden mogen slechts aangevat worden na het aanbrengen van schermen. Indien de weg door de werkzaamheden wordt bevuild, moet de uitvoerder van de werken hem onmiddellijk opnieuw schoonmaken. Afdeling 3.2
Bomen en beplantingen
Artikel 18 De gebruiker van een onroerend goed of de eigenaar van een ongebruikt onroerend goed palend aan de openbare weg is ertoe gehouden ervoor te zorgen dat de bomen, beplantingen en hagen zodanig onderhouden worden dat geen enkele tak ervan: - over de rijweg hangt op minder dan 4,5 meter boven de grond; - over de gelijkgrondse berm of over het trottoir hangt op minder dan 2,5 meter boven de grond; - de stabiliteit van de installaties voor de openbare verlichting in het gedrang brengt of het uitgestraalde licht ervan in belangrijke mate vermindert; - hagen en struiken aan kruispunten mogen niet hoger zijn dan 0,70 meter. - de verkeerstekens of de huisnummers bedekt; - enige belemmering betekent voor de leesbaarheid van de straatnaamborden. Omwille van veiligheidsredenen kan de politie andere afmetingen opleggen. De voorgeschreven werken moeten binnen de gestelde termijn na de
betekening verricht worden. Indien de werken niet uitgevoerd worden, zal de gemeente Maasmechelen deze werken verrichten op kosten en risico van de in gebreke blijvende partij. Afdeling 3.3
Rondreizende woonwagens
Artikel 19 Zonder voorafgaande vergunning is het verboden de openbare ruimte voor langer dan 24 uur te gebruiken voor het plaatsen van één of meer verplaatsbare inrichtingen die voor bewoning dienen of ervoor kunnen dienen, zoals woonwagens en tenten, tenzij binnen hiervoor voorbehouden ruimtes. Afdeling 3.4
Dieren
Artikel 20
Algemeen
Het is eigenaars van dieren verboden deze op de openbare weg te laten lopen zonder de nodige voorzorgsmaatregelen te treffen opdat zij geen inbreuk zouden plegen op de veiligheid en het gemak van doorgang. Het is de eigenaars, bezitters, bewakers of houders van dieren, verboden deze onbewaakt vrij te laten rondlopen op alle openbare wegen en alle voor het publiek toegankelijke plaatsen. De bewaking dient zodanig te zijn dat de begeleider, het dier op elk ogenblik kan beletten om personen of dieren te intimideren of lastig te vallen, voertuigen te bespringen of private eigendommen te betreden. Het is de personen die het dier niet in de hand kunnen houden, verboden deze te begeleiden. Het is verboden om honden of andere dieren op te hitsen of niet terug te houden wanneer deze voorbijgangers aanvallen of volgen, zelfs wanneer er geen schade uit volgt. De politie mag de nodige maatregelen nemen op kosten en risico van de overtreder. Bijvoorbeeld bij bestuurlijke inbeslagname zijn de kosten van het vervoer en verblijf in het dierenasiel en de kosten van het eventueel euthanaseren ten laste van de overtreder.
Artikel 21 Honden Honden dienen steeds aan de leiband gehouden te worden. Deze laatste verplichting geldt niet voor honden tijdens de jacht, die een kudde begeleiden, die voor reddingsoperaties ingezet worden of voor politiehonden. Elke houder van een hond dient passende maatregelen te nemen om te beletten dat de hond zou ontsnappen van een privaat erf naar een ander privaat erf, naar een openbare plaats of naar een openbare weg.
Kwaadaardige, agressieve of gevaarlijke honden moeten gemuilkorfd worden door de begeleider, zodra ze op de openbare weg of op openbare plaatsen komen. Dit geldt niet voor honden van politiediensten en erkende bewakingsfirma’s. De toegang met honden is verboden tot openbare gebouwen, begraafplaatsen, gemeentelijke sporthallen, sportterreinen en zwembaden. Dit met uitzondering van visueel gehandicapten (blinden) of mindervaliden met hun geleidehond, politiediensten en erkende bewakingsfirma’s met hun honden alsook personen belast met het africhten van geleidehonden bestemd voor visueel gehandicapten (blinden) of andere mindervaliden en die daartoe een attest kunnen voorleggen. Het is verboden zich met een hond zelfs aan de lijn, te begeven op plaatsen aangeduid door een rond bord met rode rand waarop in zwarte kleur het profiel van een hond staat. De burgemeester kan tevens plaatsen en tijdstippen aanduiden waar het tijdelijk verboden is zich met een hond, zelfs aan de lijn, te bevinden. De politie mag de nodige maatregelen nemen op kosten en risico van de overtreder. Bijvoorbeeld bij bestuurlijke inbeslagname zijn de kosten van het vervoer en het verblijf in het dierenasiel en de kosten van het eventueel euthanaseren ten laste van de overtreder. DEEL 4
OPENBARE REINHEID
Afdeling 4.1
Openbare reinheid en netheid algemeen
Artikel 22
Zwerfvuil
Het achterlaten van zwerfvuil in de hierna bepaalde gevallen wordt gezien als kleine vorm van openbare overlast met betrekking tot afvalstoffen. Het is verboden de openbare weg of de openbare ruimte met zwerfvuil te bevuilen op gelijk welke manier door eigen toedoen of door toedoen van de personen waarop men toezicht of waarover men zeggenschap heeft. Iedereen die, op om het even welke wijze, de openbare weg heeft bevuild of laten bevuilen, is verplicht deze dadelijk te reinigen. Indien dit niet mogelijk is, dient men onmiddellijk maatregelen te nemen die de veiligheid van de weggebruikers waarborgen en dient men de politie te verwittigen. Het is verboden huishoudelijk afval te werpen of achter te laten in en naast de straatvuilbakken, naast de glasbollen of glasbakken of naast afvalcontainers. Het is verboden in deze vuilnisbakken en/of tonnen voorwerpen, materialen of producten van welke aard ook en onder welke vorm ook te werpen of achter te laten, die deze vuilnisbakken en/of tonnen kunnen beschadigen of vernielen of het ledigen ervan bemoeilijken. De bevoegde ambtenaar mag de nodige maatregelen nemen om het zwerfvuil te laten opruimen op kosten en risico van de overtreder.
Artikel 22 bis Elke grondeigenaar, huurder of gebruiker van een terrein, bebouwd of niet bebouwd, is ertoe gehouden het terrein zodanig te onderhouden zodat er geen overlast veroorzaakt wordt aan de omliggende terreinen, aan de buren of het openbaar domein. Het is verboden vuilnis, puin of welke stoffen ook op de braakgronden neer te leggen of te bewaren. Wanneer de verantwoordelijke vaststelt dat zich op zijn terreinen ratten bevinden, moet hij onmiddellijk voor de verdelging ervan zorgen. Afdeling 4.2
Sluikstorten
Artikel 23 Het zich ontdoen van huishoudelijke afvalstoffen op een andere wijze dan wettelijk of decretaal bepaald of zoals bepaald in een lokaal politiereglement wordt als sluikstorten beschouwd. Onder sluikstort, zoals vernoemd in onderhavige verordening, wordt het achterlaten van huishoudelijk afval op zowel het openbaar domein als op private eigendommen bedoeld. Onverminderd de toepassing van andere wettelijke bepalingen is het verboden om huishoudelijk afvalstof te sluikstorten. Onder sluikstorten wordt verstaan: het achterlaten, opslaan of storten van huishoudelijk afval op openbare wegen, plaatsen, andere terreinen, op een wijze of op tijdstippen die niet overeenstemt met deze politieverordening en andere wettelijke bepalingen. Sluikstort afkomstig van bedrijven, ook al bevindt zich dit op het openbaar domein, valt niet onder het toepassingsgebied van deze verordening. De bevoegde ambtenaar mag de nodige maatregelen nemen om het sluikstort te laten opruimen op kosten van de overtreder.
Afdeling 4.3
Vervuilen van de openbare weg
Artikel 24 Het is verboden op de openbare weg voertuigen te smeren en er, behoudens geval van overmacht, onderhouds- of andere werken aan uit te voeren. Ongeacht de voorschriften van de wegcode en van de lokale reglementering op het stilstaan en parkeren van voertuigen, mogen het wassen en het reinigen
slechts gebeuren vóór het gebouw, waar de eigenaar van het voertuig woont, of vóór zijn eigen garage. Het is verboden daartoe sproeislangen te gebruiken of water te gieten, zo anderen hierdoor gehinderd worden. De openbare weg mag door het wassen of reinigen niet bevuild worden. Alle overblijfselen en ingrediënten, voortspruitende uit het wassen of reinigen, zoals modder, aarde, vet, zeep of zeeppoeder en onderhoudsproducten, moeten zorgvuldig verzameld en van de openbare weg weggenomen worden. Hij die materiaal, bouwstoffen, brandstoffen of andere voorwerpen zal laden of ontladen is verplicht de openbare weg, voetpad en goot te reinigen, onmiddellijk na de lading of ontlading, en alle resten weg te ruimen. Na uitvoering van de werkzaamheden dienen alle bouwmaterialen opgeruimd te worden. Bij het uitvoeren van allerhande bouwwerken is het iedereen verboden cement, mortel, zand of andere bouwmaterialen op de weg of op het voetpad langs de weg of op enig ander deel van het openbaar domein klaar te maken of achter te laten. Afdeling 4.4
Consumeren van eetwaren en/ of dranken
Artikel 25 De uitbaters van vaste of mobiele verkooppunten van eetwaren of dranken, die zich lenen voor onmiddellijke consumptie, gelegen op of palend aan de openbare weg, zoals frituren, snackbars, ijs- of gebakkramen, automaten voor eetwaren of dranken, ... zijn verplicht in de onmiddellijke nabijheid van het verkooppunt, op goed zichtbare plaatsen, korven of andere geschikte recipiënten te plaatsen van voldoende grootte en in voldoende aantal voor het deponeren van wegwerpartikelen en eetresten, waartoe hun handelsactiviteit kan aanleiding geven. Zij moeten die korven of andere recipiënten op behoorlijke wijze tijdig en geregeld ledigen en de inhoud ervan opbergen. Zij zijn er tevens toe gehouden de openbare plaats binnen tien meter rondom het verkooppunt net te houden, door er de achtergelaten artikelen en resten weg te nemen en op te bergen en de plaats ten minste dagelijks met water en zo nodig met detergenten te reinigen zodat er geen sporen van dranken of eetwaren aan de oppervlakte achterblijven. Zij moeten er tevens zorg voor dragen, dat hun activiteit noch reuk, noch rook verspreidt, die de voorbijgangers of de bewoners van de buurt kunnen hinderen. De bovenvermelde voorschriften doen geen afbreuk aan de voorwaarden, gesteld in de daartoe aan hen verleende vergunning. Uitbaters, houders van de vereiste vergunning voor het aanbieden van koopwaren op de openbare weg, worden ertoe gehouden bij het opruimen van de plaats en alvorens die te verlaten, hun standplaatsen en omgeving grondig te ontdoen van alle sporen, die hun activiteit zou nalaten.
Afdeling 4.5
Hondenpoep
Artikel 26 De eigenaar of begeleider, die zich met een hond op de openbare weg of openbare ruimte bevindt, is verplicht steeds in het bezit te zijn van voldoende zakjes om de uitwerpselen in te bergen. Het zakje voor het verwijderen van de uitwerpselen moet op het eerste verzoek van de politie getoond worden. Het is de eigenaar of begeleider van een hond verboden het dier zich op de openbare weg of op aanpalende terreinen, van zijn uitwerpselen te laten ontdoen. Indien de hond zich toch op deze plaatsen ontlast, is de eigenaar of begeleider verplicht de uitwerpselen onmiddellijk te verwijderen, in welk geval de overtreding niet sanctioneerbaar is. Wanneer de eigenaar of begeleider van de hond weigert de uitwerpselen op de ruimen, mag de bevoegde ambtenaar de nodige maatregelen nemen om de uitwerpselen te laten opruimen op kosten en risico van de eigenaar of de begeleider. Uitzondering aan deze verplichting wordt gemaakt voor blinden met geleidehond of andere personen met een handicap die zelf fysisch niet in staat zijn om de uitwerpselen te verwijderen. Afdeling 4.6
Aanplakkingen
Artikel 27
Aanplakkingen/wildplakken
Naast de toepassing van de actuele en relevante regelgeving terzake moet de overtreder de zaken onmiddellijk op orde brengen, zoniet houdt de gemeente zich het recht voor dit te doen op kosten van de overtreder. De boete wordt gegeven aan de aanplakker, de verantwoordelijke uitgever of de verantwoordelijke organisatie in aflopende lijn. Voor het verwijderen van aankondigingen op de openbare weg, op openbare gebouwen en op monumenten worden de reinigingskosten teruggevorderd van de persoon die de opschriften of tekeningen heeft aangebracht, de verantwoordelijke uitgever of de verantwoordelijke organisatie in aflopende lijn.
Artikel 28
Vernielen wettig aangebrachte aanplakbiljetten
Het is verboden wettig aangebrachte aanplakbiljetten af te trekken, te scheuren of onleesbaar te maken.
Afdeling 4.7
Onderhoud van bermen en voetpaden
Artikel 29 Iedere inwoner van de gemeente staat in voor de reinheid van de aangelegde berm of het voetpad voor zijn eigendom of woonst. Langs onbewoonde huizen, andere bebouwde eigendommen of onbebouwde bouwpercelen moeten de eigenaars, huurders of hun vertegenwoordigers hiervoor instaan. Voor de woningen bewoond door verschillende gezinnen en waar geen huisbewaarder is, valt de verplichting ten laste van de bewoners van de benedenverdieping(en) en, zo deze plaatsen niet bewoond zijn, op de bewoners van de verdiepingen te beginnen met de bewoners van de eerste verdieping, en zo verder, behoudens andersluidende bepalingen in de basisakte of het reglement van mede-eigendom. Voor de openbare inrichtingen valt de verplichting ten laste van de beherende instantie. De afvoergoot moet schoon gehouden worden zowel van onkruid als van stof en vuil. Dat mag echter niet in de afvoerroosters geveegd of geworpen worden. Het is ook verboden voornoemd vuil voor of op het eigendom van een ander te verzamelen. Onder aangelegde berm wordt verstaan, iedere ruimte gelegen tussen het privé domein en de openbare weg, aangelegd in gelijk welk materiaal, uitgezonderd aarde. In verkeersvrije straten en pleinen, in straten waar geen voetpad is aangelegd, alsmede in open winkelgalerijen dienen de in dit artikel vermelde personen in de in dit artikel vermelde gevallen en onder dezelfde voorwaarden de verplichting voorzien in dit artikel uit te voeren over een breedte van minimum 1,50 meter, gemeten vanaf de gevel. Naast de toepassing van een administratieve boete moet de overtreder de berm en/of het voetpad onmiddellijk in orde brengen, zoniet houdt de gemeente zich het recht voor het te doen op kosten van de overtreder. Onder de toepassing van deze afdeling valt ook het verwijderen van distels. Afdeling 4.8 Opzettelijke beschadiging roerende of onroerende gemeentelijke eigendommen of openbaar domein Artikel 30 Vandalisme : Het is verboden roerende of onroerende eigendommen, behorende tot het openbaar domein of in privé-eigendom eigendom van de gemeente, opzettelijk te beschadigen of te vernielen. Naast de toepassing van een administratieve boete moet de overtreder de zaken onmiddellijk op orde brengen en de goederen overeenkomstig hun oorspronkelijke staat op eigen kosten herstellen, zo niet houdt de gemeente zich het recht voor dit te doen en zullen deze kosten teruggevorderd worden van de overtreder.
Artikel 31 Graffiti : Het is verboden zonder toestemming graffiti aan te brengen op roerende of onroerende goederen, behorende tot het openbaar domein of in privé-eigendom eigendom van de gemeente. Naast de toepassing van een administratieve boete moet de overtreder de zaken onmiddellijk op orde brengen en de goederen overeenkomstig hun oorspronkelijke staat op eigen kosten reinigen, zo niet houdt de gemeente zich het recht voor dit te doen en zullen deze kosten teruggevorderd worden van de overtreder.
DEEL 5
BEMIDDELING, SANCTIES en OPHEFFINGSBEPALINGEN
Artikel 32 Bemiddeling Ingevolge van de invoering van gemeentelijke administratieve sancties zal in een bemiddelingsprocedure cfr. artikel 119ter Nieuwe Gemeentewet voorzien worden. De bemiddeling heeft als objectief de overtreder de mogelijkheid te bieden de aangerichte schade te herstellen of te vergoeden. Volgens artikel 119ter van de Nieuwe Gemeentewet moet de bemiddeling verplicht worden aangeboden aan minderjarige overtreders die de volle leeftijd van zestien jaar hebben bereikt op het tijdstip van de feiten. Aan meerderjarige overtreders kan de bemiddeling facultatief aangeboden worden, wanneer een bemiddeling op basis van de gepleegde inbreuk een meerwaarde kan betekenen. De sanctionerend ambtenaar beoordeelt hierbij of het opstarten van de bemiddelingsprocedure wenselijk en nuttig is. Aangezien de tenuitvoerlegging van deze bemiddelingsprocedure niet is vastgesteld door de ter zake toepasbare wetsbepalingen en voor het gerechtelijk arrondissement Tongeren door de Stad Tongeren een bemiddelingsambtenaar werd aangesteld, zal er met de stad Tongeren een samenwerkingsovereenkomst afgesloten worden, die ter goedkeuring aan de gemeenteraad zal voorgelegd worden.
Artikel 33
Sancties
De inbreuken op onderhavige politieverordening zullen vastgesteld worden door de hiertoe door de gemeenteraad aangestelde ambtenaren conform de procedure vervat in artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet. Conform artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet zullen inbreuken op deze artikelen gesanctioneerd worden met één van volgende administratieve sancties: 1. de administratieve geldboete
2. de administratieve schorsing van een door de gemeente afgegeven toestemming of vergunning 3. de administratieve intrekking van een door de gemeente afgegeven toestemming of vergunning 4. de tijdelijke of definitieve sluiting van een inrichting. De administratieve geldboete wordt opgelegd door de hiertoe door de gemeenteraad aangestelde ambtenaar conform de procedure vervat in artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet. De omvang van de administratieve geldboete zal proportioneel zijn in functie van de ernst van de inbreuk die de boete verantwoordt en van eventuele herhaling. Voor meerderjarigen zal de boete ongeacht de omstandigheden alleszins het bedrag van het wettelijk voorziene maximum van € 250,00 niet overschrijden. Voor minderjarigen bedraagt de max. geldboete € 125,00. In geval van herhaling bedraagt de administratieve geldboete ten minste het dubbele van de geldboete die bij de eerste overtreding werd opgelegd, met een maximum van 250 euro. In geval van nieuwe herhaling bedraagt de administratieve geldboete ten minste het driedubbele van de geldboete die bij de eerste overtreding werd opgelegd, met een maximum van 250 euro. Herhaling wordt weerhouden wanneer de overtreder binnen de 12 maanden (na de definitieve beslissing) dezelfde overtreding begaat. De administratieve sancties administratieve schorsing, administratieve intrekking en de tijdelijke of definitieve sluiting van een inrichting worden opgelegd door het College van Burgemeester en Schepenen. Artikel 34
Opheffingsbepalingen
Alle artikelen van eerdere politiereglementen en -verordeningen die strijdig zijn met onderhavige politieverordening worden geacht te zijn opgeheven, meer in het bijzonder: Politiereglement op het lawaai dd. 20 december 1977; Politiereglement op het reinigen van voetpaden, bermen, straten en openbare plaatsen dd. 7 februari 1984; Politiereglement op het storten van vuil in de bossen dd. 15 maart 1977; Politiereglement op het verwijderen van voor de verkeersveiligheid hinderlijke beplantingen dd. 7 februari 1984. Artikel 35
Datum van inwerkingtreding.
Onderhavige verordening zal in werking treden op 1 maart 2012.