Oplossingen voor voedingsontwikkeling in de neonatale intensive care
Voeding in de NICU vormt een unieke uitdaging. Medela ondersteunt professionele zorgverleners in de NICU met wetenschappelijk onderbouwde oplossingen om borstvoeding en het voeden van moedermelk te stimuleren.
Oplossingen voor voedingsontwikkeling in de neonatale intensive care Medela begrijpt dat de voedingsontwikkeling geleidelijk verloopt, niet als een reeks stappen of fasen. Daarom biedt Medela een compleet productaanbod met wetenschappelijk onderbouwde oplossingen voor voedingsontwikkeling. Een productaanbod dat erop is gericht baby’s die zijn opgenomen in een ziekenhuis melk te voeden op een manier die zo dicht mogelijk aansluit op borstvoeding, én de voedingsvaardigheid en maturatie van de baby ondersteunt. Deze brochure helpt professionele zorgverleners in de NICU (Neonatal Intensive Care Unit) bij het vinden van de optimale, wetenschappelijk onderbouwde oplossingen voor elk moment tijdens de voedingsontwikkeling van de baby. Het biedt een overzicht van de voedingsoplossingen van Medela voor de NICU en geeft referenties naar verdere informatie en initiatieven die zijn gericht op moedermelk en borstvoeding.
2
MEDELA
Medela: Totaaloplossingen voor moedermelk en borstvoeding Al meer dan 50 jaar streeft Medela ernaar de gezondheid van moeder en baby te bevorderen door middel van de heilzame voordelen van moedermelk. In deze periode heeft het bedrijf zich toegelegd op het verkrijgen van inzicht in de behoeften van moeders en in het gedrag van baby’s. In al onze activiteiten spelen de gezondheid van moeder en kind tijdens de waardevolle borstvoedingsperiode een centrale rol. Medela blijft verkennend onderzoek naar moedermelk en borstvoeding ondersteunen en verwerkt de resultaten hiervan in innovatieve oplossingen voor borstvoeding. Door nieuwe inzichten omtrent de bestanddelen van moedermelk, de anatomie van de lacterende borst en de wijze waarop de baby melk uit de borst zuigt, heeft Medela een reeks oplossingen ontwikkeld om neonatale intensive care-afdelingen (NICU’s) te ondersteunen bij het geven van moedermelk en het verbeteren van borstvoeding. Medela begrijpt welke problemen er zijn bij het geven van moedermelk in de NICU. Met name de vraag of de moeder voldoende melk kan produceren en of de baby in staat is om de melk tot zich te nemen; en bij het werken aan deze uitdagingen zijn er ook nog de aspecten hygiëne en logistiek. Het productaanbod van Medela is gericht op het verkrijgen van moedermelk, het bevorderen van borstvoeding en het bieden van ondersteuning zodat baby’s zo vroeg mogelijk borstvoeding kunnen krijgen.
Wetenschappelijk onderzoek Medela streeft ernaar uit te blinken in wetenschappelijk onderzoek. En door deze aanpak heeft het bedrijf geavanceerde borstkolf- en borstvoedingstechnologieën kunnen ontwikkelen. Medela werkt met ervaren medische deskundigen en gaat wereldwijde samenwerkingen aan met universiteiten, ziekenhuizen en onderzoeksinstellingen. Producten Moeders helpen met het afkolven van melk is de belangrijkste doelstelling van Medela. Dit betekent onder andere het voorzichtig en hygiënisch opvangen van moedermelk in BPA-vrije containers. Eenvoudige oplossingen voor etiketteren, bewaren, vervoeren, opwarmen en ontdooien – ze dragen allemaal bij tot het veilig omgaan met de kostbare moedermelk. En voor het geven van de moedermelk aan de baby heeft Medela een gamma innovatieve producten ontwikkeld voor uiteenlopende voedingssituaties. Voorlichting Bij Medela zijn onderzoek en scholing nauw met elkaar verbonden. Medela brengt artsen en opleiders samen om professionele groei, uitwisseling van kennis en interactie met de bredere wetenschappelijke gemeenschap te stimuleren.
Medela streeft ernaar de meest actuele, wetenschappelijk onderbouwde kennis te verschaffen om borstvoeding en het gebruik van moedermelk in de NICU te ondersteunen. Met onze innovatieve, op onderzoek gebaseerde producten en ons educatieve materialen streven we ernaar oplossingen te bieden voor de problemen die verbonden zijn aan het geven van moedermelk in de NICU.
MEDELA 3
Gepassioneerd over moedermelk In wetenschappelijke kringen en in de professionele zorgverlening is men het erover eens dat moedermelk de beste voedingsbron is voor de groei en ontwikkeling van een baby en dat borstvoeding de meest natuurlijke en veilige manier is om moedermelk te geven. Bovendien biedt borstvoeding voordelen voor zowel moeder als kind.
Moedermelk: Uniek en onvervangbaar Moedermelk is de natuurlijke voeding voor alle baby’s. Er bestaat geen gelijkwaardige vervanging voor en het wordt universeel erkend als de beste voedingskeuze voor elke baby. Wereldwijd is er overeenstemming over de voordelen van moedermelk, en de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en verenigingen voor kinderen, pediatrie en neonatologie adviseren dan ook om voldragen baby’s gedurende de eerste zes maanden uitsluitend met moedermelk te voeden1–3. Deze aanbeveling garandeert dat baby’s de volledige nutritionele, immunologische en ontwikkelingsgerelateerde voordelen van moedermelk krijgen4, naast de fysieke en psychologische voordelen van borstvoeding voor moeder en kind1. Moedermelk verlaagt het risico op en de ernst van verzwakkende morbiditeiten bij premature baby’s via een dosis-respons systeem, waarbij grotere hoeveelheden moedermelk de meeste bescherming bieden5, 6. Premature baby’s die tijdens hun verblijf in de NICU moedermelk krijgen, hebben een verlaagd risico op; nosocomiale infecties, sepsis, necrotiserende enterocolitis, chronische longziekte, retinopathie van de prematuur, ontwikkelingsgerelateerde en neurocognitieve achterstand en een nieuwe ziekenhuisopname na ontslag uit de NICU7–14. Kunstmatige voeding is geen volledige vervanging voor de melk van de moeder, en derhalve moet het geven van moedermelk in de NICU een belangrijk doel zijn. Premature baby’s missen de snelle foetale groeifase die normaal tijdens het laatste trimester in de baarmoeder plaatsvindt15. De omschakeling naar het leven buiten de baarmoeder vindt veel te vroeg plaats, wat een unieke en complexe reeks uitdagingen voor premature baby’s en hun verzorgers met zich meebrengt.
Borstvoeding: Veilig, efficiënt en het beste voor de gezondheid van moeder en kind Naast het belang van de moedermelk zelf, helpt het geven van borstvoeding de baby ook bij de overgang naar het leven buiten de baarmoeder doordat het de fysiologische systemen van moeder en kind verbetert en reguleert. Borstvoeding is vaak de eerste directe moeder-kindinteractie16, 17. Bij de baby helpt het lichamelijk contact tijdens de borstvoeding de zuur-base balans, temperatuur, opslag van energiereserves18, aanpassing van de ademhaling, het huilen en het voedingsgedrag van de baby te reguleren19, 20. Bij de moeder zorgt de borstvoeding dat zij attenter is voor de behoeften van haar baby21, het verbetert de initiatie en het behoud van lactatie, evenals de efficiëntie van de energiehuishouding van de moeder, wat leidt tot effectievere verwerking van opgenomen calorieën22. Daarnaast werkt de afgifte van hormonen, prolactine en oxytocine tijdens borstvoeding stressverlagend en stimuleert het de binding23. Gezonde baby’s die borstvoeding krijgen, kunnen het proces van het drinken van melk uit de borst veilig coördineren zonder fysiologische problemen 24. Het gebruik van vacuüm tijdens borstvoeding blijkt hierbij een belangrijke rol te spelen24, 25. Verder wordt het mechanische aspect van het borstvoedingsproces geassocieerd met voordelen voor de orofaciale ontwikkeling van de baby 26, waaronder een beter gebit, betere groei van de periorale en kauwspier en gehemelte 27, 28, een lager risico op acute middenoorontsteking en verbeterde spraak en tonale kwaliteit in de latere kinderjaren 29–31 in vergelijking met kinderen die conventionele flesvoeding hebben gekregen 8.
Borstvoeding is de meest handige, veilige en hygiënische voedingsmethode omdat er geen voorbereidingen of handelingen voor nodig zijn en de melk steeds op de juiste temperatuur beschikbaar is. Het is onmiskenbaar de meest natuurlijke en effectieve manier van voeden, het beschermt tegen infecties en bevordert de normale groei en ontwikkeling van alle baby’s.
4
MEDELA
Uitdagingen voor borstvoeding in de NICU In de NICU is het geven van borstvoeding een doel dat niet zonder slag of stoot kan worden bereikt. De fragiele, kwetsbare baby’s met hun medische complicaties kunnen na de geboorte meestal niet direct aan de moederborst worden gelegd en succesvol worden gevoed32–34. Daarom is borstvoeding voor baby’s in de NICU, hoewel de doelstelling eenvoudig klinkt, in de praktijk een complexe taak die aandacht vereist voor de behoeften van moeder en kind.
Uitdagingen voor de baby Voor een veilige en succesvolle orale voeding moeten niet alleen het zuigen, slikken en de ademhaling op orde zijn, maar moeten die drie functies ook goed worden gecoördineerd om episodes van slaapapneu, bradycardie, lage saturatie en/of aspiratie te voorkomen35-37. Om premature baby’s veilig te kunnen voeden, moeten er diverse problemen worden overwonnen; dit zijn onder andere hypotonie (lage spiertonus), immaturiteit van het neurologische en maagdarmstelsel en onderliggende medische complicaties zoals gastro-oesofageale reflux en chronische aandoening van de luchtwegen34. Samen maken deze problemen het moeilijk voor de baby die is opgenomen in een ziekenhuis om het voor de borstvoeding vereiste vacuüm te realiseren en te behouden en bovendien ook om het slikken en ademhalen op een veilige manier te coördineren35–37. Geboorteafwijkingen zoals een gespleten lip en gehemelte kunnen de mogelijkheid om nog borstvoeding te geven verder beperken.38, 39.
MEDELA 5
Uitdagingen voor de moeder Vroeggeboorte onderbreekt de borstontwikkeling van de moeder, en haar lichaam moet eerder dan verwacht gereed zijn voor borstvoeding40. Moeders van premature baby’s, met name van baby’s met een extreem laag geboortegewicht, hebben te maken met fysiologische en emotionele problemen die een succesvolle borstvoeding kunnen tegenwerken41–43. Als de baby niet aan de borst kan liggen, of niet op een efficiënte manier melk uit de borst kan zuigen, heeft de moeder hulp nodig bij het initiëren en op peil houden van de melkproductie42, 43. De stress die gepaard gaat met de scheiding van moeder en kind kan, naast onvoldoende borststimulatie, de borstvoeding in het gedrang brengen en de kans op complicaties vergroten44, 45. Voor veel moeders van premature baby’s betekent dit dat ze in eerste instantie moeten vertrouwen op de steun van professionele zorgverleners en op een borstkolf om melk af te kolven voor hun baby, en als hun melkproductie laag is, kunnen ze tijdelijk afhankelijk zijn van donormelk.
Versterken van moedermelk Afgekolfde melk van de moeder moet, net zoals donormelk, waarschijnlijk worden verrijkt om aan de verhoogde energiebehoefte van de premature baby te voldoen13, 46. De voeding voor deze baby’s moet calorierijker zijn, maar in kleinere, geconcentreerdere hoeveelheden worden gegeven. Dit kan betekenen dat de afgekolfde moedermelk eerst moet worden verrijkt voor deze aan de baby wordt gegeven. Dit zorgt voor meer complexiteit. Daarnaast kan het om andere redenen moeilijk zijn om rechtstreeks borstvoeding te geven. Als de moeder bepaalde geneesmiddelen gebruikt, kan het onveilig zijn om rechtstreekse borstvoeding te geven47, en in sommige gevallen moet de melk van de eigen moeder eerst worden behandeld, bijvoorbeeld door pasteurisatie, waardoor borstvoeding direct aan de borst niet mogelijk is48. In sommige gevallen kunnen moeders niet altijd bij elke voeding in het ziekenhuis aanwezig zijn41. Als baby’s niet aan de borst kunnen worden gevoed, moet het primaire doel zijn om te zorgen dat deze baby’s moedermelk krijgen, op een wijze waardoor ze hun natuurlijke orale voedingsvaardigheden kunnen ontwikkelen, zodat zo snel mogelijk de overstap naar volledige borstvoeding kan worden gemaakt5, 41.
6
MEDELA
De kloof overbruggen: Voeden van een baby die is opgenomen in een ziekenhuis Om de kloof in voedingsontwikkeling te overbruggen, werken NICU’s voortdurend aan het optimaliseren van processen en procedures voor: I het bieden van een voedingservaring die zo dicht mogelijk bij borstvoeding ligt I het ondersteunen van de ontwikkeling van borstvoeding Medela deelt deze doelstellingen. Met op onderzoek gebaseerde innovaties via een geoptimaliseerd proces, onderzoeksevaluaties en de laatste onderzoekssamenvattingen, helpt Medela u en uw patiënten bij het maken van gefundeerde keuzes. Hoewel de primaire doelstelling van alle niet-orale voedingstechnieken voornamelijk het op een efficiënte wijze en met zo weinig mogelijk risico toedienen van voedingsstoffen aan de baby is, is de orale voedingportfolio van Medela gericht op het bieden van voedingsopties voor baby’s die hun individuele orale voedingscapaciteiten in elke ontwikkelingsfase ondersteunen. Niet-orale voedingsmethodes De geboorte van een extreem premature baby leidt tot een acuut nutritioneel probleem. Om uithongering bij deze baby’s te beperken, wordt sterk de nadruk gelegd op de totale of gedeeltelijke parenterale toediening van voedingsstoffen. Hieraan zijn echter potentiële risico’s verbonden, zoals bacteriële- en schimmelinfecties, mechanische complicaties bij het inbrengen van de veneuze lijn, en foutieve berekeningen en fouten in de toediening en registratie. Daarom wordt er bij erg premature baby’s zo snel mogelijk gekozen voor alternatieve methodes, zoals enterale voeding13.
Enterale voeding is aangewezen voor patiënten met een functioneel spijsverteringskanaal, maar bij wie de orale inname van voedingsstoffen ontoereikend is om aan de geschatte behoefte te voldoen. Langdurig gebruik van voedingsondes wordt als schadelijk voor de pasgeborene beschouwd omdat het de coördinatie van zuigen, slikken en ademen kan veranderen49. Sondes kunnen foutief worden geplaatst 50 en zo een bron voor pathogene kolonisatie vormen51. De risico’s die gepaard gaan met parenterale en enterale voedingsmethodes en de niet-natuurlijke wijze waarop hiermee voeding wordt toegediend, zijn een sterke motivatie om de baby zo snel mogelijk te laten overschakelen naar orale voeding. Als voorbereiding op het overschakelen naar orale voeding wordt gewoonlijk gebruik gemaakt van vroegtijdig niet-voedend zuigen op een fopspeen. Dit helpt de premature baby het zuigen te oefenen. Premature baby’s die tijdens de sondevoeding een fopspeen gebruiken, hebben een verbeterde voedingstolerantie, gaan sneller over van sonde- naar orale voeding, hebben een hogere gewichtstoename en een korter verblijf in het ziekenhuis52. Verder kan er worden beoordeeld of de baby klaar is voor orale voeding om te garanderen dat de overstap op een optimaal tijdstip plaatsvindt. MEDELA 7
Medela productaanbod voor orale voeding in de NICU Medela heeft een scala aan specifieke producten voor uiteenlopende voedingssituaties die zijn gericht op het ondersteunen van professionele zorgverleners in de NICU en ouders bij het bieden van de voordelen van moedermelk en borstvoeding aan premature en andere baby’s in de NICU. Doelstellingen van een productaanbod voor orale voedingsontwikkeling voor de NICU I Een vroegtijdige overschakeling van sondevoeding naar orale voedingen en borstvoeding I Inzetten van een combinatie van producten die zijn aangepast aan de voedingsontwikkeling van elke baby I Een positieve orale voedingservaring bieden voor de NICU-baby, ouders en professionele zorgverleners I Baby’s in staat stellen hun natuurlijk voedingsgedrag toe te passen I Zorgen dat de baby zijn borstvoedingsvaardigheden behoudt, op de momenten dat er niet rechtstreeks aan de borst kan worden gevoed I Borstvoeding promoten en ondersteunen
Vroege orale blootstelling aan moedermelk De baby moet zo snel mogelijk na de geboorte worden blootgesteld aan de unieke componenten van moedermelk, vooral aan het colostrum van zijn eigen moeder13. Bij een gezonde voldragen baby moet de eerste borstvoeding al plaatsvinden in het eerste uur na de geboorte53; echter voor een premature baby of een baby die om een andere reden in een ziekenhuis is opgenomen, gebeurt dit gewoonlijk later. Bij parenterale en enterale voeding gaat de voeding niet via de mondholte54, 55. Al zeer vroeg in de ontwikkeling van de baby kan het natmaken van de orofaryngeale gebieden een mogelijkheid zijn om de baby aan moedermelk bloot te stellen, zelfs voordat de baby in staat is te zuigen56, 57. Finger Feeder Als de baby de lippen gaat bewegen en begint te zuigen, kunnen andere voedingsopties worden gebruikt om de orale voedingsvaardigheid van de baby te helpen ontwikkelen. Bijvoorbeeld: het aanbieden van kleine hoeveelheden melk met een spuit. Een hulpmiddel dat hiervoor kan worden gebruikt, is de Finger Feeder. Met dit hulpmiddel is het mogelijk om, op aanwijzing van de professionele zorgverlener, de baby kleine hoeveelheden melk aan te bieden. Nadat een spuit met moedermelk op de Finger Feeder is vastgezet, wordt deze aangeboden door deze langs de vinger van de zorgverlener te schuiven die in de mond van de baby is gebracht. Als de zorgverlener vaststelt dat de baby probeert te zuigen en een vacuüm probeert te creëren op de vinger, kan hij/zij de baby belonen door de spuit zacht in te drukken en een beetje moedermelk toe te dienen. Dit kan helpen de natuurlijke zuigreflexen van baby’s te versterken58 en moedigt ze aan een vacuüm te leren creëren voor het verwijderen van melk. Finger feeding heeft ervoor gezorgd dat er betere resultaten worden geboekt met borstvoeding in ziekenhuizen59. I Moedig het natuurlijke zuiggedrag van de baby aan58 I Controleer zorgvuldig de toediening van melk aan de baby die is opgenomen in het ziekenhuis
8
MEDELA
Voeding aan de borst aanmoedigen Zodra de mogelijkheid tot borstvoeding zich voordoet, dient dit zo vaak mogelijk te worden aangemoedigd60, 53. Dit kan parallel met enterale voeding en orale voeding gebeuren. De voordelen van het geven van voeding terwijl de baby aan de borst ligt, zijn niet beperkt tot de overdracht van melk. Ook andere voordelen zoals huid-op-huidcontact61–63, vertrouwen en betrokkenheid van de ouder, trainen van de baby om effectiever aan de borst te drinken en het stimuleren van de productie van moedermelk zijn van belang60. Contact tepelhoedje Om voeding van de NICU-baby aan de borst te ondersteunen, worden in het ziekenhuis vaak tepelhoedjes gebruikt64. Medela heeft in zijn productaanbod voor voedingsoplossingen diverse contact tepelhoedjes van silicone die zijn ontworpen om een borstvoedingervaring te bereiken die zo natuurlijk mogelijk is. De tepelhoedjes zijn dun en flexibel met een uitsparing zodat het neusje en gezichtje van de baby contact kunnen hebben met de huid van de moeder. I Bevorder het vasthouden van de borst door de baby met het zachte silicone oppervlak64 I Moedig de baby aan om een vacuüm te creëren om melk te verwijderen64 I Ondersteunt het voeden aan de borst65 I Ontworpen met een uitsparing voor een maximaal huidcontact
MEDELA 9
Eerste autonoom gecontroleerde orale voedingen Rekening houdend met de risico’s en beperkingen bij oro- en nasogastrische enterale voeding 49 moet de baby zo snel als dit veilig wordt geacht, oraal worden gevoed. Als de baby oraal een voldoende hoeveelheid voeding kan drinken, kunnen de enterale slangetjes worden verwijderd en is de baby één stap dichter bij ontslag uit het ziekenhuis. In de NICU wordt er, naast het ontwikkelen van borstvoeding gelijktijdig ook gebruik gemaakt van alternatieve methodes voor het toedienen van voeding66. Voor conventionele flesvoeding is onderzocht in welke mate dit bijdraagt aan het beschermen van de borstvoeding. De technieken die worden gebruikt bij het voeden met een conventionele fles en speen verschillen sterk van de technieken die worden gebruikt tijdens het voeden aan de borst. Bij een conventionele speen wordt er constant melk afgegeven door de opening aan het uiteinde, zonder dat hiervoor een vacuüm nodig is67. Dit kan er voor zorgen dat de vaardigheid van de baby om zuigen, slikken, pauzeren en ademen te coördineren in het gedrang komt, resulterend in hypoxemie en stress68, 69. Calmita Starter Medela heeft Calmita ontwikkeld, de innovatieve voedingsoplossing voor ziekenhuizen waarvan is aangetoond dat hiermee betere resultaten met borstvoeding in het ziekenhuis worden behaald70. Het systeem heeft een vacuümmembraan die voorkomt dat er melk wordt doorgelaten, tenzij de baby een vacuüm aanbrengt. Dit betekent dat de baby een vacuüm moet creëren om een melkstroom te krijgen en als het vacuüm tot onder de drempelwaarde daalt, stopt de melk met stromen. Baby’s kunnen zelf regelen hoeveel melk ze drinken, en zuigen, slikken, pauzeren en ademen terwijl ze op een natuurlijkere manier worden gevoed71. De Calmita Starter heeft een lage vacuümdrempelwaarde, zodat baby’s die slechts een minimaal vacuüm kunnen aanbrengen toch actief melk kunnen opzuigen.
10
MEDELA
Calmita Advanced Als er in de voedingsontwikkeling goede vooruitgang is, kan de Calmita Advanced worden gebruikt. Voor de Advanced versie is er iets meer zuigkracht nodig om te zorgen dat de vacuümmembraan melk doorlaat. Calmita is bedoeld voor baby’s die in een ziekenhuis zijn opgenomen en het ontwerp is geschikt voor de orale anatomie van baby’s die te vroeg geboren zijn of klein zijn voor hun gestationele leeftijd72. Recent onderzoek70 heeft aangetoond dat premature baby’s die in een ziekenhuis zijn opgenomen en die werden gevoed met Calmita, in de plaats van met een conventionele speen, aanzienlijk eerder werden ontslagen uit het ziekenhuis en dat meer baby’s in het ziekenhuis borstvoeding kregen. I Verhoogt de kans op sneller ontslag uit het ziekenhuis70 I Maakt natuurlijk voedingsgedrag mogelijk, waarbij de baby een vacuüm moet creëren71 I Helpt borstvoeding in het ziekenhuis te verbeteren70 I Betrouwbaar en gebruiksvriendelijk I Geschikt voor alle goed-oplosbare nutritionele voedingen Borstvoeding Hulp Set Tijdens het gehele ontwikkelingsproces van de voeding, kan de borstvoeding worden ondersteund door het aanbieden van bijvoeding terwijl de baby borstvoeding krijgt. Dit kan nuttig zijn voor moeders met een lage melkproductie of als er naast de moedermelk ook supplementen moeten worden gegeven. De Borstvoeding Hulp Set van Medela werkt door het vullen van een reservoir met de bijvoeding. Het reservoir kan worden geplaatst op de borst van de moeder of op een standaard en is verbonden met zeer dunne en flexibele slangetjes die langs de tepels van de moeder kunnen worden bevestigd. Zo krijgt de baby aanvullende voeding terwijl hij/zij de voordelen van borstvoeding heeft. I Stelt moeders in staat borstvoeding te geven wanneer ze dat anders niet zouden kunnen doen I Helpt de melkproductie van de moeder te stimuleren door de baby rechtstreeks aan de borst te laten zuigen73 I Leer de baby correct te zuigen door een vacuüm aan de borst te creëren I Een uitstekende partner bij het ondersteunen van huid-op-huidcontact I Ondersteunt de band tussen moeder en kind I Geschikt voor alle goed-oplosbare nutritionele voedingen
MEDELA 11
Tenslotte: Volledige borstvoeding en terugkeren naar huis Als het moment is aangebroken dat de baby uit het ziekenhuis kan worden ontslagen, zou dit het ideale scenario zijn: I De moeder heeft haar melkproductie met succes opgestart en behouden I De baby heeft de vaardigheden ontwikkeld om veilig en effectief voldoende voeding uitsluitend via borstvoeding te krijgen De mijlpaal van volledig orale voeding is vaak een voorwaarde voor ontslag uit het ziekenhuis74 en ouders zouden hier enorm trots op moeten zijn. Afhankelijk van de reden voor de ziekenhuisopname kan de overgang naar thuis nog steeds problemen met zich meebrengen. Het opstellen van een ontslagplan, met een doorlopende ondersteuning en reële verwachtingen, is van groot belang om ervoor te zorgen dat de borstvoeding zo lang mogelijk kan worden gegeven60. Calma Medela heeft Calma ontwikkeld voor als moeders met hun baby weer thuis zijn, aan het werk gaan en andere activiteiten hervatten. Dit vernieuwende voedingssysteem helpt het zuiggedrag dat de baby heeft ontwikkeld te behouden. Calma werkt op dezelfde manier als Calmita Advanced, met een vergelijkbare vacuümmembraan waarbij de baby een vacuüm moet creëren om melk te laten stromen. Maar dan met de anatomische vormgeving die past bij die van een voldragen baby67, 75. I Stelt baby’s in staat hun aan de borst aangeleerde natuurlijke drinkgedrag te blijven toepassen67, 75 I Baby’s creëren hun eigen vacuüm door een combinatie van tong- en kaakbewegingen67, 75 I Helpt baby’s om te drinken, ademen en regelmatig te pauzeren75 I Ondersteunt een probleemloze overgang van voedingen aan de borst naar Calma en omgekeerd I Eén maat is voldoende voor de hele borstvoedingsperiode, net als bij borstvoeding op de natuurlijke manier
12
MEDELA
Voor speciale omstandigheden Medela biedt ook oplossingen voor baby’s die een beetje extra hulp nodig hebben op het vlak van voeding. Voedingsproblemen zijn vaak complex en elke baby moet zijn eigen hordes nemen. Daarom zal er variatie zijn in de mate waarin NICU-baby’s de vaardigheden hebben ontwikkeld om een vacuüm te creëren en zuigen, slikken en ademen te coördineren. Om deze reden ondersteunen geïndividualiseerde combinaties van de producten in deze oplossingportfolio de ontwikkeling van voeding bij deze speciale omstandigheden. Het belangrijkste uitgangspunt bij de producten in de Medela-portfolio is het ondersteunen van de baby bij het ontwikkelen van de vaardigheid om een vacuüm te creëren, dat belangrijk is om tijdens de borstvoeding melk te kunnen verwijderen24, 25, 76, 77. Er zijn echter speciale omstandigheden waarin het creëren van een vacuüm door de baby moeilijk of onmogelijk is. SpecialNeeds Feeder en de Mini SpecialNeeds Feeder Een baby die is geboren met een hazenlip en gespleten gehemelte is anatomisch niet in staat om tijdens de voeding een luchtdichte afsluiting te realiseren38, 39 en kan zodoende geen vacuüm creëren. Baby’s met bepaalde syndromen en neurologische afwijkingen kunnen als gevolg van hypotonie en coördinatieproblemen ook moeilijkheden hebben bij het correct aanbrengen van een vacuüm78. De SpecialNeeds Feeder is ontworpen om de baby in staat te stellen compressie te gebruiken om melk te onttrekken. De zorgverlener kan zelf gemakkelijk de melkstroom bepalen door middel van de verschillende standen die op de speen zitten. Voor kleinere baby’s is er de Mini SpecialNeeds Feeder voor voeding bij diverse orale anatomieën. Door gebruik te maken van een combinatie van hulpmiddelen kunnen professionele zorgverleners de oplossing aanpassen aan elke individuele patiënt. Vervolgens kan er dan, afhankelijk van de uitdaging en als de baby in staat is een vacuüm te creëren, worden overgeschakeld op een voedingshulpmiddel waarbij een vacuüm moet worden gecreëerd, zoals Calmita, om de mogelijkheid tot borstvoeding te ondersteunen. I Eenvoudige regeling van melktoevoer, afgestemd op de mogelijkheden en inspanningen van de baby I Gemakkelijke melkintake I Zonder lekken of knoeien I Eenrichtingsmembraan om te voorkomen dat er lucht in de speen komt I Helpt de baby die geen vacuüm kan creëren I Ondersteunt orale voeding bij baby’s met een hazenlip/gespleten gehemelte79, 80
MEDELA 13
Voorlichting Professionele zorgverleners in de NICU weten dat producten maar één van de aspecten is die bepalend zijn voor het realiseren van succesvolle borstvoeding in de NICU. Het is belangrijk voor alle belanghebbenden om consistente, juiste informatie te krijgen zodat I zowel het personeel als de ouders volledig achter het gebruik van moedermelk en borstvoeding staan I ondersteun met bewijs gestaafde besluitvorming I ontwikkel efficiënte en effectieve best practices voor het hanteren en voeden van moedermelk Medela werkt samen met deskundigen over de hele wereld om de problemen bij het voeden van moedermelk en borstvoeding in de NICU op te lossen. Naast rechtstreekse ondersteuning van diverse algemene en klinische onderzoeksprojecten, geeft Medela een overzicht van de huidige kennis over de diverse uitdagingen en verspreidt deze kennis via verschillende materialen, kanalen en evenementen.
14
MEDELA
Onderzoeksreview: Voedingsontwikkeling van premature baby’s Er is uitgebreid literatuuronderzoek gedaan naar publicaties over de voedingsontwikkeling van de premature baby. Dit is samengevat in een review waarin actuele en op wetenschappelijke inzichten gebaseerde methoden worden besproken voor het ondersteunen van voeding met moedermelk en borstvoeding in de NICU.
Research review Feeding development of the preterm infant
Providing adequate feeding support to preterm infants is challenging. This review describes the underlying evidence behind practices that promote successful human milk feeding and breastfeeding at NICU discharge.
Calmita: Rese arch-based Designed hospital feed to support ing solution neonatal oral feed ing develop ment
ding solution ntain Calma: Fee to help mai designed Uniquely aviour feeding beh a baby’s
Onderzoekssamenvattingen De onderzoekssamenvattingen vormen de wetenschappelijke en klinische context voor specifieke proces- en productinnovaties. Door het samenvatten, analyseren en verklaren van het klinisch onderzoek helpen ze bij het stellen van de juiste verwachtingen bij het implementeren van een nieuwe procedure of technologie.
“By allowing infants to apply a natur feeding beha al viour, Calm ita not only supports, protects and therefore breastfeed increases ing in reduces lengt the hospital, but also h of stay.” Prof.
able to feed infants are “Breastfed rily intraoral y using prima successfull movement a tongue vacuum and tfeeding to remove breas similar to Donna Geddes Calma” Dr milk from
Karen Simmer
Informatieve grafieken Informatieve grafieken bevatten een grote hoeveelheid informatie in een combinatie van afbeeldingen, tekst en cijfermateriaal. Hierdoor kunnen lezers snel een beeld krijgen van de belangrijkste conclusies die op basis van de gegevens zijn getrokken. De visuele weergave van gegevens en instructiematerialen bieden voor een breed publiek een snelle manier om meer te leren over een onderwerp.
What is the range of “normal” when it comes to breastfeeding? How often and how long?
The infants assessed for this study were: l 1 – 6 months of age l Perfectly normal full-term infants l Exclusively breastfeeding on demand l Growing according to the WHO growth charts
4 –13
12 – 67 minutes
Number of breastfeeding sessions in a day
How much? Infants will drain the breast once a day, but usually they feed to appetite and stop feeding when they have had enough or want to change to the other breast.
Average duration of a breastfeeding session
l From a single breast, the average volume an infant drinks is 75 ml (range: 30 –135 mL) l It is normal for one breast to produce more milk than the other
67%
54 – 234 mL
An average breastfeed removes 67% of the milk from the breast
Average amount of milk of a breastfeeding session (1 or 2 breasts)
One breast or both? Infants have varied feeding patterns: l 30 % always take just one breast l 13 % always take both breasts, and l 57 % mix it up!
Night feeding is normal
30 % one breast 13 % both breasts 57 % mixed
l The majority (64 %) of infants breastfeed day and night l These infants spread their milk intake evenly throughout the 24 hours
28 % Morning 28 % Afternoon 24% Evening 20 % Night l Only 36 % of infants don’t feed at night (10 PM to 4 AM) l These infants have a large feed in the morning
64 % Day & Night 36 % Day only
Do boys and girls drink the same?
Boys do drink more than girls! Boy infants drink on average 76 mL more than girl infants.
831 mL
755 mL
478 –1356 mL
Average daily amount taken by boys
Average daily amount taken by girls
Range of daily milk intake of exclusively breastfed infants who are growing according to the WHO charts.
Over a day, the average volume of milk consumed is 798 mL. But this varies from one infant who was drinking 478 mL to another drinking 1356 ml per day.
The range of normal…
Between 3 and 6 months infants grow more slowly and have a relatively lower metabolic rate, so they don’t need more milk.
References l Kent,J.C. et al. Volume and frequency of breastfeeds and fat content of breastmilk throughout the day. Pediatrics 117, e387-e395 (2006). l Kent,J.C. et al. Longitudinal changes in breastfeeding patterns from 1 to 6 months of lactation. Breastfeed Med 8, 401-407 (2013).
www.medela.com
© Medela AG/200.8054/MAGEN/2014-03/A
Breastfed infants are indeed getting enough milk. As infants get older, they take fewer, shorter, larger feeds but their 24-hour (daily) intake will remain the same.
MEDELA 15
Sucking ce of Infant The Scien
Modern technolog y has provided insights into a breastfee the sucking techniquenew ding baby. s of
1
This comprehe in up position vacuum nsive programm put togetherl Tongue in place by e has been Nipple held l to the tongue you findings with andenable ‘pinch to off’ study the does not new, l Tongue exciting nipple animations will have access base of the . You to unique images with ultrasound interactive scan guide you flash animations through. It to also highlights findings and the key provides some relevance insight into to current their lactation practice. Added Feature Downloada ble material for use in presentatio powerpoin ns t
return and soft palate l Tongue position to starting into the pharynx l Milk moves
5
Minimum requiremen ts: Windows 98/2000/XP /Vista or OS X (from 10.2.8)
1
2
9
3
Requisiti minimi: Windows 98/2000/XP
98/2000/XP /Vista ou 10.2.8 et OS X (versions suivantes)
/Vista o OS X (da 10.2.8)
© Medela
AG/200.1920/MAGEN/
2014-07/C
s ted peristalsi removal Key Points www.med without accentua role in milk ela.com plays a key down manner l Vacuum an up and moves in its length soft palates ©Medela along l The tongue AG 2009, the hard and sed evenly junction of Baar/Switzerland is compres reach the All rights l The nipple reserved. does not See CD for of the nipple Terms of l The tip Use.
26
Mitoulas,L.R., Kent,J.C., Geddes,D.T., (2008). Dev 84, 471-477 Early Hum
Medela AG
23
4b Lättichstrasse Switzerland 6341 Baar,
& Hartmann,P.E.
Tongue movement
and intra-oral
breastfeeding vacuum in
infants.
www.medela.com
23
International Medela AG
Sales
Baar, Switzerland 4b, 6341 769 51 00 +41 (0)41 Lättichstrasse 51 51, Fax (0)41 769 Phone +41 www.medela.com
[email protected],
3.10/A
4
The Scienc e of Infant Sucking Wissenscha ftliche Erkenn tnisse zum Saugmuster La Scienc e de la Succio des Babys n chez le Nourrisson La Scienz a della Suzion e Infantile
Zusatzma terial Download fähiges Material Powerpoin zum Gebrauch t-Präsenta in tionen
Minimale Anforderung move l Jaw drops and soft palateen: Windows l Tongue 98/2000/XP downwards /Vista oder increases OS X (von l Vacuum
10.2.8) La technolog l Ducts expand flow to l Milk starts autre regard ie moderne a apporté un succion des sur les technique La tecnologi s de nourrisso ns allaités approfond a moderna ha fornito au sein. imenti sulle nuovi Ce programm dei bambini tecniche e complet durante l’allattame di suzione pour vous a été mis permettre au point nto. d’étudier vertes qui Questo sostanzios les découont biais d’animatioété faites en la matière, o programm creato per a è stato consentire ns attrayante par accès à des lo studio approfond s. Vous aurez le échogram degli imenti con accompag mes nuove animazion nés d’animatio exceptionnels, i. Sarà possibile interessanti pour vous ns flash interactive esclusive accedere guider. Le scansioni ad s programm les découvert ad ultrasuoni animazion e présente es fondamen i flash interattive. tramite avant des tales evidenziate et met en Vengono points de le scoperte réflexion pertinents la pratique importanti chiave e forniti actuelle de approfond pour alcuni la lactation. imenti dell’allatta mento moderno. per la pratica Nouvelle fonction Supports Funzional télécharge ità aggiuntiva point – at lowest tations PowerPoin ables pour Materiale l Tongue vos présenscaricabile down position t désormais da utilizzare presentazi cavity disponible l Peak vacuum nelle oni powerpoin into the oral s. Configuratio l Milk flows n minimale t requise: Windows
200.2339/0
29
rises slightly l Tongue decreases palate l Vacuum under soft l Milk moves
Moderne Bildgebun gsverfahre uns neue n gewähren Einsichten in die Saugtechn die ein stillendes iken, Baby anwendet . Dieses umfassend e Programm zusammen wurde so gestellt, dass mithilfe von Sie die Ergebnisse neuen, spannende nen studieren n Animatiozu einzigartige können. Sie haben Zugang interaktiven n Ultraschallaufnahmen Flash-Anim mit ationen, die das Programm Sie durch die Kernergeb führen. Es zeigt außerdem nisse auf Einblicke in die Relevanzund gibt einige Stillberatu zur gegenwär ngspraxis. tigen
Posters en DVD’s Medela ondersteunt diverse onderzoeksprojecten. De meest significante resultaten van deze projecten worden beschreven en in beeld gebracht op posters en DVD’s. Hierin worden onderwerpen behandeld zoals een wetenschappelijke analyse van de wijze waarop baby’s zuigen en moedermelk verwijderen.
With download able material for use in powerpoin t presentati ons
23 Online Voor aanvullende en actuele informatie, gaat u naar http://www.medela.com/nicu
Evenementen voor kennisoverdracht Medela organiseert diverse symposia over uiteenlopende onderwerpen die verband houden met moedermelk. Dit kunnen zowel regionale eenmalige evenementen als landelijke symposia zijn. Het belangrijkste evenement van Medela is echter het jaarlijkse Interna tionale Symposium over Borstvoeding en Lactatie. Via dit Symposium stelt Medela haar kennis rechtstreeks ter beschikking aan artsen en zorgverleners. Het Symposium is een platform waar internationaal gerenommeerde onderzoekers inzicht in hun meest recente onderzoeksresultaten geven op drie belangrijke gebieden: nieuwste aanbevelingen voor wetenschappelijk onderbouwde best practices, de unieke componenten van moedermelk en het belang van moedermelk in de NICU.
Neem contact op met uw Accountmanager voor meer informatie over alle bovenstaande onderwerpen, of ga naar www.medela.com
16
MEDELA
Literatuur
1 WHO & UNICEF. Global strategy for infant and young child feeding (World Health Organization, Geneva, 2003). 2 American Academy of Pediatrics – Section on Breastfeeding. Breastfeeding and the use of human milk. Pediatrics 129, e827– e841 (2012). 3 UNICEF Facts for life (United Nations Children’s Fund, New York, 2010).
13 Schanler R.J., Lau,C., Hurst,N.M., & Smith,E.O. Randomized trial of donor human milk versus preterm formula as substitutes for mothers’ own milk in the feeding of extremely premature infants. Pediatrics 116, 400–406 (2005). 14 Vohr, B.R. et al. Beneficial effects of breast milk in the neonatal intensive care unit on the developmental outcome of extremely low birth weight infants at 18 months of age. Pediatrics 118, e115–e123 (2006).
4 Callen, J. & Pinelli, J. A review of the literature examining the benefits and challenges, incidence and duration, and barriers to breastfeeding in preterm infants. Adv Neonatal Care 5, 72–88 (2005).
15 American Academy of Pediatrics – Committee on Nutrition. Nutritional needs of low-birth-weight infants. Pediatrics 75, 976–986 (1985).
5 Meier, P.P., Engstrom, J.L., Patel, J.L., Jegier, B.J., & Bruns, N.E. Improving the use of human milk during and after the NICU stay. Clin Perinatol 37, 217–245 (2010).
16 Nissen, E., Gustavsson, P., Widstrom, A.M., & Uvnas-Moberg, K. Oxytocin, prolactin, milk production and their relationship with personality traits in women after vaginal delivery or Cesarean section. J Psychosom Obstet Gynaecol 19, 49–58 (1998).
6 Patel, A.L. et al. Impact of early human milk on sepsis and health-care costs in very low birth weight infants. J Perinatol 33, 514-519 (2013). 7 Furman, L., Taylor, G., Minich, N., & Hack, M. The effect of maternal milk on neonatal morbidity of very low-birth-weight infants. Arch Pediatr Adolesc Med 157, 66–71 (2003). 8 Ip, S. et al. Breastfeeding and maternal and infant health outcomes in developed countries. Evid Rep Technol Assess (Full Rep) 153, 1-186 (2007). 9 Vohr, B.R. et al. Persistent beneficial effects of breast milk ingested in the neonatal intensive care unit on outcomes of extremely low birth weight infants at 30 months of age. Pediatrics 120, e953–e959 (2007). 10 Bier, J.A., Oliver, T., Ferguson, A.E., & Vohr, B.R. Human milk improves cognitive and motor development of premature infants during infancy. J Hum Lact 18, 361–367 (2002). 11 Sisk, P.M., Lovelady, C.A., Dillard,R.G., Gruber, K.J., & O’Shea, T.M. Early human milk feeding is associated with a lower risk of necrotizing enterocolitis in very low birth weight infants. J Perinatol 27, 428-433 (2007). 12 Hylander, M.A., Strobino, D.M., Pezzullo.J.C., & Dhanireddy, R. Association of human milk feedings with a reduction in retinopathy of prematurity among very low birthweight infants. J Perinatol 21, 356–362 (2001).
17 Uvnas-Moberg, K. & Petersson, M. [Oxytocin, a mediator of anti-stress, well-being, social interaction, growth and healing]. Z Psychosom Med Psychother 51, 57–80 (2005). 18 Christensson, K. et al. Temperature, metabolic adaptation and crying in healthy full-term newborns cared for skin-to-skin or in a cot. Acta Paediatr 81, 488–493 (1992). 19 Christensson, K., Cabrera, T., Christensson, E., Uvnas-Moberg, K., & Winberg, J. Separation distress call in the human neonate in the absence of maternal body contact. Acta Paediatr 84, 468–473 (1995). 20 Michelsson, K., Christensson, K., Rothganger, H., & Winberg,J. Crying in separated and non-separated newborns: Sound spectrographic analysis. Acta Paediatr 85, 471–475 (1996). 21 Widstrom, A.M. et al. Short-term effects of early suckling and touch of the nipple on maternal behaviour. Early Hum Dev 21, 153–163 (1990). 22 Winberg, J. Mother and newborn baby: Mutual regulation of physiology and behavior – a selective review. Dev Psychobiol 47, 217–229 (2005). 23 Uvnas-Moberg, K. Neuroendocrinology of the mother-child interaction. Trends Endocrinol Metab 7, 126–131 (1996). 24 Sakalidis, V.S. et al. Longitudinal changes in suck-swallow-breathe, oxygen saturation, and heart rate patterns in term breastfeeding infants. J Hum Lact 29, 236–245 (2013).
25 Geddes, D.T., Kent, J.C., Mitoulas, L.R., & Hartmann, P.E. Tongue movement and intra-oral vacuum in breastfeeding infants. Early Hum Dev 84, 471–477 (2008). 26 Labbok, M.H. & Hendershot, G.E. Does breast-feeding protect against malocclusion? An analysis of the 1981 Child Health Supplement to the National Health Interview Survey. Am J Prev Med 3, 227–232 (1987). 27 Inoue, N., Sakashita, R., & Kamegai, T. Reduction of masseter muscle activity in bottle-fed babies. Early Hum Dev 42, 185–193 (1995). 28 Diouf,J.S. et al. Influence of the mode of nutritive and non-nutritive sucking on the dimensions of primary dental arches. Int Orthod 8, 372–385 (2010). 29 Broad, F.E. The effects of infant feeding on speech quality. N Z Med J 76, 28–31 (1972). 30 Broad, F.E. Further studies on the effects of infant feeding on speech quality. N Z Med J 82, 373–376 (1975). 31 Neiva, F.C., Cattoni, D.M., Ramos, J.L., & Issler, H. [Early weaning: implications to oral motor development]. J Pediatr (Rio J) 79, 7–12 (2003). 32 McGuire, W., Henderson, G., & Fowlie, P.W. Feeding the preterm infant. BMJ 329, 1227–1230 (2004). 33 Barlow, S.M. Oral and respiratory control for preterm feeding. Curr Opin Otolaryngol Head Neck Surg 17, 179–186 (2009). 34 Bertoncelli, N. et al. Oral feeding competences of healthy preterm infants: A review. Int Pediatr 2012, (2012). 35 Meier, P. Bottle- and breast-feeding: Effects on transcutaneous oxygen pressure and temperature in preterm infants. Nurs Res 37, 36–41 (1998). 36 Lau, C., Smith, E.O., & Schanler, R.J. Coordination of suck-swallow and swallow respiration in preterm infants. Acta Paediatr 92, 721 (2003). 37 Delaney, A.L. & Arvedson, J.C. Development of swallowing and feeding: Prenatal through first year of life. Dev Disabil Res Rev 14, 105–117 (2008). 38 Mizuno, K., Ueda, A., Kani, K., & Kawamura, H. Feeding behaviour of infants with cleft lip and palate. Acta Paediatr 91, 1227–1232 (2002).
MEDELA 17
39 Reid, J., Reilly, S., & Kilpatrick, N. Sucking performance of babies with cleft conditions. Cleft Palate Craniofac J 44, 312–320 (2007).
53 Salariya, E.M., Easton, P.M., & Cater, J.I. Duration of breast-feeding after early initiation and frequent feeding. Lancet 2, 1141–1143 (1978).
40 Cregan, M., De Mello, T., Kershaw, D., McDougall, K., & Hartmann, P.E. Initiation of lactation in women after preterm delivery. Acta Obstet Gynecol Scand 81, 870–877 (2002).
54 Ziegler, E.E. Feeding: Parenteral nutrition in Iowa neonatology handbook (eds. Bell, E.F., Klein, J. & Segar,J.L.; The University of Iowa, Iowa, 2006).
41 Meier, P.P. & Engstrom, J.L. Evidencebased practices to promote exclusive feeding of human milk in very low-birthweight infants. NeoReviews 18, c467– c477 (2007). 42 Lau, C. Effects of stress on lactation. Pediatr Clin North Am 48, 221–234 (2001). 43 Chatterton, R.T., Jr. et al. Relation of plasma oxytocin and prolactin concentrations to milk production in mothers of preterm infants: Influence of stress. J Clin Endocrinol Metab 85, 3661–3668 (2000). 44 Dewey, K.G. Maternal and fetal stress are associated with impaired lactogenesis in humans. J Nutr 131, 3012S-3015S (2001). 45 Newton,M. & Newton,N. The let-down reflex in human lactation. J Pediatr 33, 698–704 (1948). 46 Schanler,R.J. The use of human milk for premature infants. Pediatr Clin North Am 48, 207–219 (2001). 47 Hale,T.W. Medications and Mothers’ Milk (Hale Publishing, Plano TX, 2014). 48 Hamprecht, K. et al. Cytomegalovirus (CMV) inactivation in breast milk: Reassessment of pasteurization and freeze-thawing. Pediatr Res 56, 529–535 (2004). 49 Medeiros, A.M.C. et al. Characterization of the transition technique from enteral tube feeding to breastfeeding in preterm newborns. J Soc Bras Fonoaudiol 23, 57–65 (2011). 50 Quandt, D., Schraner, T., Ulrich Bucher, H., & Arlettay Mieth, R. Malposition of feeding tubes in neonates: Is it an issue? J Pediatr Gastroenterol Nutr 48, 608–611 (2009). 51 Hurrell, E. et al. Neonatal enteral feeding tubes as loci for colonisation by members of Enterobacteriaceae. BMC Infectious Disease 9, 146 (2009). 52 Bingham, P.M., Ashikaga, T., & Abbasi, S. Prospective study of non-nutritive sucking and feeding skills in premature infants. Arch Dis Child Fetal Neonatal Ed 95, F194–F200 (2010).
18
MEDELA
55 Fusch,C. et al. Neonatology/Paediatrics – Guidelines on Parenteral Nutrition, Chapter 13. Ger Med Sci 7, Doc15 (2009). 56 Rodriguez,N.A. et al. A pilot study to determine the safety and feasibility of oropharyngeal administration of own mother’s colostrum to extremely low-birth-weight infants. Adv Neonatal Care 10, 206-212 (2010). 57 Narayanan, I., Prakash, K., Verma, R.K., & Gujral, V.V. Administration of colostrum for the prevention of infection in the low birth weight infant in a developing country. J Trop Pediatr 29, 197–200 (1983). 58 Marmet,C. & Shell, E. Training neonates to suck correctly. MCN Am J Matern Child Nurs 9, 401–407 (1984). 59 Oddy, W.H. & Glenn, K. Implementing the Baby Friendly Hospital Initiative: The role of finger feeding. Breastfeed Rev 11, 5–10 (2003). 60 Nyqvist, K.H. Early attainment of breastfeeding competence in very preterm infants. Acta Paediatr 97, 776–781 (2008). 61 Hurst, N.M., Valentine, C.J., Renfro, L., Burns, P., & Ferlic, L. Skin-to-skin holding in the neonatal intensive care unit influences maternal milk volume. J Perinatol 17, 213–217 (1997). 62 Whitelaw, A., Heisterkamp, G., Sleath, K., Acolet, D., & Richards, M. Skin to skin contact for very low birthweight infants and their mothers. Arch Dis Child 63, 1377–1381 (1988). 63 Cattaneo, A. et al. Kangaroo mother care for low birthweight infants: A randomized controlled trial in different settings. Acta Paediatr 87, 976–985 (1998). 64 Chevalier McKechnie, A. & Eglash, A. Nipple shields: A review of the literature. Breastfeed Med 5, 309–314 (2010). 65 Meier, P. et al. Nipple shields for preterm infants: Effect on milk transfer and duration of breastfeeding. J Hum Lact 16, 106–114 (2000).
66 Siddell, E.P. & Froman, R.D. A national survey of neonatal intensive-care units: Criteria used to determine readiness for oral feedings. J Obstet Gynecol Neonatal Nurs 23, 783–789 (1994). 67 Geddes, D.T. et al. Tongue movement and intra-oral vacuum of term infants during breastfeeding and feeding from an experimental teat that released milk under vacuum only. Early Hum Dev 88, 443-449 (2012). 68 Fucile, S., Gisel, E., Schanler, R.J., & Lau, C. A controlled-flow vacuum-free bottle system enhances preterm infants’ nutritive sucking skills. Dysphagia 24, 145–151 (2009). 69 Lau, C. & Schanler, R.J. Oral feeding in premature infants: Advantage of a self-paced milk flow. Acta Paediatr 89, 453–459 (2000). 70 Simmer, K., Kok, C., Nancarrow, K., Hepworth, A.R., & Geddes, D.T. Novel feeding system to promote establishment of breastfeeds after preterm birth: A randomised controlled trial [poster]. 17th Annual Congress Perinatal Society of Australia and New Zealand, 14–17 April 2013, Adelaide, Australia (2013). 71 Geddes, D.T., Nancarrow, K., Kok, C.H., Hepworth, A., & Simmer, K. Investigation of milk removal from the breast and a novel teat in preterm infants [poster]. 16th International Society for Research on Human Milk and Lactation Conference, 27 September – 1 October 2012, Trieste, Italy (2012). 72 Sherer, D.M., Sokolovski, M., Santoso, P.G., Dalloul, M., & Abulafia, O. Nomograms of sonographic measurements throughout gestation of the fetal hard palate width, length and area. Ultrasound Obstet Gynecol 24, 35–41 (2004). 73 Neifert, M. & Seacat, J. Practical aspects of breast feeding the premature infant. Perin Neonatol 12, 24–30 (1988). 74 American Academy of Pediatrics – Committee on Fetus and Newborn. Hospital discharge of the high-risk neonate. Pediatrics 122, 1119–1126 (2008). 75 Sakalidis, V.S. et al. Oxygen saturation and suck-swallow-breathe coordination of term infants during breastfeeding and feeding from a teat releasing milk only with vacuum. Int J Pediatr 2012, ID 130769 (2012).
76 McClellan, H.L., Sakalidis, V.S., Hepworth, A.R., Hartmann, P.E., & Geddes, D.T. Validation of nipple diameter and tongue movement measurements with B-mode ultrasound during breastfeeding. Ultrasound Med Biol 36, 1797–1807 (2010). 77 Sakalidis, V.S. et al. Ultrasound imaging of infant sucking dynamics during the establishment of lactation. J Hum Lact 29, 205–213 (2013). 78 Lau, C., Sheena, H.R., Shulman, R.J., & Schanler, R.J. Oral feeding in low birth weight infants. J Pediatr 130, 561–569 (1997). 79 Bessell, A. et al. Feeding interventions for growth and development in infants with cleft lip, cleft palate or cleft lip and palate. Cochrane Database Syst Rev CD003315 (2011). 80 Shaw, W.C., Bannister, R.P., & Roberts,C.T. Assisted feeding is more reliable for infants with clefts – a randomized trial. Cleft Palate Craniofac J 36, 262–268 (1999).
MEDELA 19
www.medela.com
Medela AG Lättichstrasse 4b 6341 Baar, Switzerland www.medela.com
International Sales Medela AG Lättichstrasse 4b 6341 Baar Switzerland Phone +41 41 562 51 51 www.medela.com
Bijgewerkt juli 2015 NB: Dit document geldt niet voor de markt in de VS.
© Medela AG/ref. master doc. 200.8843/A 621.4113/MNLNL/2016-02/A
Netherlands & Belgium Medela Benelux BV Uilenwaard 31 5236 WB ‘s-Hertogenbosch Netherlands Phone +31 73 690 40 40 Fax +31 73 690 40 44
[email protected] [email protected] www.medela.nl www.medela.be