Opening 10 1.32-27 20-25 2.27-22
diagram 56 2. ….. 18x27, dit is de Bilkert-voortzetting. 3.31x22 12x32 4.42x22 17x28 5.38x20 15x24 6.35x15 5x25 7.40-35 10-15 (gedwongen). Nu kan wit dam halen middels 8.35-30 24x35 9.34-30 25x32 10.45x5 maar zwart zal op voorsprong komen na 10. ….. 14-20 11.37x28 9-14 12.5x19 of 5x23 en in beide gevallen raakt wit achter. Wit speelt dus op 9.33-29 24x33 10.34x32 en kan aanvallen op zwarts lange hoek, Of 9.37-31, waarna de damzet wél kan. Als vijfde zet kan zwart echter ook spelen 5. …..10x30 6.35x24 25x23 met een lastige schijf op veld 23. Beter is het dus voor zwart om te spelen: 2. …..17x28(a) of 12x32(b) Voortzettting (a) kan tot de volgende varianten leiden: 3.33x22 18x27 4.31x22 12x32 5.38x27 en zwart kan kiezen uit 5. ….. 14-20(a-1), 11-17(a-2) of 19-24(a-3).
diagram 57 10-1
Na 5. …..14-20(a-1) speelt wit vaak 6.36-31. Deze voortzetting bespreek ik later. Wit kan de variant (a-1) verrassend beantwoorden met 6.27-22. Dit is de Meike-zet die is genoemd naar Meike van der Meer. Deze dammer van 'Nocht&Kriich' uit Oudega-W speelde dit als eerste in 1996. Zwart kan op voorsprong komen, maar zal een erg moeilijke stand krijgen indien hij die voorsprong wenst te behouden. De verwikkelingen kunnen echter ook ontweken worden middels 6. ….. 9-14 7.34-30 Gedwongen, omdat zwart anders na 19-24 en 24-30 op voorsprong komt. 7. ….. 25x34 8. 40x18 8x17 met een gelijkwaardige stand. Zwart komt een schijf voor na 6. ….. 16-21 7.37-31 21x23 8.31-26 maar veel zetten zijn nu voor zwart niet goed, zoals 9-14, 10-14, 19-24, 20-24, 7-12 en 11-17. Zwarts lange hoek zit op slot, maar die komt los na
diagram 58 8. ….. 23-28 en wit moet afruilen, omdat er anders na 8. …..28-32 een 'wyld hout' komt. 9.26-21, dat beter lijkt dan 34-30. 9. ….. 11x31 10.36x29 en weer staat zwarts lange hoek vast. Wit kan na 19-23 en 34-30 altijd gunstig afruilen. Wat moet zwart dan? Na 8. ….. 11-16 9.26-21 16x27 10.34-30 25x34 11.44x31 lijkt de stand gelijkwaardig. Zwart kan trachten middels 8. …..8-12 en later 3-8 het schijfvoordeel te behouden. Een moeilijke opgave, die sowieso een positioneel mindere stand met zich meebrengt. We gaan nu de tweede variant 5. …..11-17(a-2) nader bekijken. Wit kan vervolgen met 6.27-22 17x28 7.34-30 25x34 8.40x27 19-24 9.39-34 en een rustig positiespel. 9.37-31 is af te raden, want zwart zal vervolgen met 9. …..14-20. Nu mag wit niet 10.39-34 spelen en zal er volgen 10.31-26 24-30 11.35x24 20x29 12.39x19 13x24 wat een verbetering van de zwarte stand betekent.
10-2
De derde variant is 5. ….. 19-24(a-3). 6.37-31 is een voor de handliggende zet, maar kan niet om 6. …..14-20etc., dus 6.27-21 16x27 7.37x17 11x22 8.34-29 24x33 9.43x21 met ook hier een positiespel, waarbij wit er voor moet zorgen geen schijf op veld 21 te krijgen. Wit kan ook vervolgen met 6.34-30 25x34 7.39x19 13x24 8.40-34 11-17 9.43-38 8-13 10.49-43 2-8 (Of 10. …..15-20 en dan later 13-19, 17-22 en overdwars afruilen.) 11.44-40 24x44 12.40x49 7-11 13.27x7 11x2 en de opening is voorbij. Terug naar het begin van deze opening. Zwart kan als tweede zet ook rechtuit slaan. 1.32-27 20-25 2.27-22 12x32 3.38x27 (of 37x28, een zet van J.Schuurmans, maar dan kan zwart gunstig afruilen.)
diagram 59 Nu heeft zwart de keus uit zes voortzettingen: 3. …..14-20(1), 19-23(2), 18-23(3), 8-12(4), 17-22(5) en 17-21(6). 3. ….. 14-20(1) 4.27-22 de 'Meike-zet', zie boven. Ook is mogelijk 4.31-26, zie verderop. 3. ….. 19-23(2), een zet van Sjoerd Couperus. 4.31-26 14-19 5.33-29 17-21 6.26x17 11x31 7.41x21 16x27 of 7.37x26 25-30 8.37x17 18x16 8.35x22 18x27 9.29x20 25x14 9.26x28 19-23 en de opening is voorbij 10.28x19 13x35 11.45x25 15x35 en de zwarte schijf op veld 35 plaagt wit.
dus 7.36x27 7-12 8.37-32 19-24 9.29x20 25x14 10.34-30 en wit staat beter.
10-3
3. ….. 18-23(3), een variant van Hiele Walinga. 4.31-26 19-24, een antwoord van dezelfde dammer. 5.27-21 11x31 6.41x12 13x11 7.33x13 14x12 8.34x14 9x20 en zwart staat als een huis. Beter lijkt daarom 5.33-29 24x33 6.39x19 13x24 7.43-39 8-13 of 7.37-31 8.37-31 17x37 8.41x32 9.41x32 13-19 9.34-29 10.34-29 24x33 10.32x34 11.32x34 11.42-38
17x37 8-12 24x33 12-17 2-8
3. ….. 8-12(4), een variant van Willem F. Bakker. 4.31-26 en hoe redt zwart zich uit de problemen?
diagram 60 De volgende zet is voor het eerst gespeeld door Marten S. Walinga. 3. ….. 17-22(5) en nu zijn veel zetten van wit niet goed, zoals 4.36-31, 27-21, 37-32, 34-29, 34-30 en 35-30 De beste voortzetting lijkt Wit kan evenwel ook kiezen voor 4.43-38 14-20(verplicht) 4.42-38 25-30 of 5.33-28 22x33 5.34x25 16-21 5.35x24 19x30 6.34x32 met een goede stand voor wit. 6.27x16 6x26 6.34x25 15x35 Wit kan ook kiezen voor 7.36x16 22-28 7.45x25 11-17 4.33-28 22x33(verplicht) 8.33x22 18x36 8.40-35 17-21 5.43x12 8x17 met evenwicht. 9.46x26 19-24 9.31x11 1x34 Een aardige voortzetting lijkt 10.25x23 13x31 10.39x30 4.43-38 14-20 11.41x21 11x31 dat voor wit 5.27-21 16x27 12.26x37 1-6 beter lijkt. 6.37x28 en wit komt op voorsprong. 13.43-38 6x26 Zwart vervolgt echter met 14.37-31 26x37 6. ….. 18-23 15.38x36 7.48-43 23x32 en op de volgende zet met evenwicht 7.48-44 speelt zwart 23-29, met dam op veld 49. 7.49-43 leidt eveneens tot een dam voor zwart of wit houdt een zwakke stand. 10-4
Dus zal wit kiezen voor 7.38-32, met een spectaculair vervolg. 7.38-32 23x43 11.34x12 2x22 15.36x16 6x26 8.49x38 19-23 12.5x48 15-20 en zwart lijkt beter te staan. 9.28x19 9x49 13.35x24 8-13 10.48-43 20-24 14.32x14 10x26 3. ….. 4.31-26 5.33x31 6.26x17
17-21(6), wederom een variant van Willem F. Bakker. 21x32 16-21 18x16 met rustig positiespel.
We gaan terug naar het begin van deze opening. Na 1.32-27 20-25 2.27-22 17x28 3.33x22 18x27 4.31x22 12x32 5.38x27 14-20 kwam de verrassende voortzetting 6.27-22, oftewel de Meike-zet. Wit kan echter ook kiezen voor 6.36-31
diagram 61 Zwart heeft nu de keuze uit 6. …..9-14(1) of 11-17(2). 6. ….. 9-14(1) 7.42-38 (niet 34-30 etc.) 7. ….. 19-24 8.34-30 25x34 of 8.41-36 24-30 of een variant van Joh. Hijma 9.39x19 13x24 9.35x24 20x29 8.38-32 10.41-36 20-25 10.34x23 13x42 9.34-30 11.31-26 14-20 11.43x41 12.37-31 en in beide gevallen ontstaat een gelijkwaardige stand. 6. ….. 11-17(2) 7.27-22 17x28 8.31-26 16x38 of 9.43x12 8x17
8.34-30 25x34 9.40x27 en ook nu is de stand gelijkwaardig.
10-5
In plaats van 6.36-31 kan wit ook nog spelen 6.34-30, waarna er kan volgen 6. ….. 25x34 11.34x14 9x20 7.39x30 11-17 12.27-22 17x28 8.43-39 19-24 13.35-30 25x34 9.30x19 13x24 14.40x27 10.39-34 20-25
Rest er nog één voortzetting van deze opening, die nog onbesproken is. 1.32-27 20-25 2.27-22 12x32 3.38x27 14-20 4.31-26 en zwart kan nu kiezen uit 10-14 of 9-14. De laatste bekijken we eerst.
diagram 62 4. ….. 9-14 5.37-31 geeft een vereenvoudiging of 5.43-38 3-9 5. ….. 17x37 6.38-32? 17-22 en wit raakt achter, dus 6.36x38 16x27 6.36-31 16x36 7.33-28 27x29 7.46x26 11-16? 8.34x12 8x17(verplicht) 8.41-36? 17-21 dus 8.33-28 16x36 9.35-30 25x34 9.26x17 19-24 9.38-33 36x29 10.40x16 6x26 10.17x30 20-24 10.34x21 18x38 11.30x19 14x41 11.39x37 en wit staat voor. Meestal geeft wit echter de voorkeur aan 4. …..10-14. Dit is de Jan Bruinsma-variant.Het vervolg is 5.37-31 17x37 Nu kan wit beter kiezen voor 6.41x32, omdat anders kan volgen 6.47x27 25-30 11.43-38 19-23 7.34x25 20-24 12.48-43 13-18 8.25x12 8x37 13.33x22 47x41 9.41x32 16-21 14.36x47 en zwart staat beter 10.26x17 7x47 Derhalve
10-6
6.41x32 (dreigt 25-30 etc.). Zwart heeft nu de keuze uit 16-21(a), 5-10(b) of 20-24(c).
diagram 63 6. ….. 7.26x17 8.34x12 9.35-30 10.39x8
16-21(a) is niet goed, omdat wit na 7x29 8x17 25x34 3x12 beter staat.
Na 6. ….. 5-10(b) 7.32-27 18-22 8.27x18 19x17 lijkt de opening voorbij, maar er kan volgen 9.31-27 17x37 10.42x31 11-17 11.33-29 13-18, een zet van Dirk H. de Vries, uit Minnertsga, nu wonend te Drachten. 12.29-24 25x23 (verplicht) 13.34-30 met de dreiging 30-25 13. ….. 6-11 14.26x6 17-21 15.6x28 21x41 16.46x37 20-24 17.30x19 14x41 18.36-31 (verplicht) 18. ….. 41x21 en zwart kan aanvallen op wits onderbezette lange hoek.
10-7
De derde variant leidt tot een levendig spel. Na 6. …..20-24(c) heeft wit slechts een beperkte keuze.
diagram 64 Niet goed is 7.32-27? 24-29 8.34x12 8x37 9.47x27 15-20 Of 11.36x47 16x36 10.35x24 14x41 12.46x26 11-16 en de schijf op veld 11.46x37 16-21 26 gaat verloren. 12.7x38 39x37 en wit staat één schijf achter. Na 7.33-29 24x33 8.43x12 8x17 (of 7x18) 9.32-27 17x37 10.47x27 2-8 (of 11-17 11.27-21 etc.) Bij 10. …..2-8 staat zwarts dubbele hoek vast. 11.48-43 14-20 12.42-38 4-10 is de partij in evenwicht.
Tenslotte 7.34-30 25x34 8.40x20 15x24 9.33-29 24x33 10.43x12 8x17 Beter voor wit is echter 11.39-34, een zet van Dirk H. de Vries 11.32-27 17x37 Een vervolg kan zijn 11. …17-21 12.26x17 7x38 13.42x33 12.47x27 evenwicht Maar zwart kan ook kiezen voor 8. ….. 14x25 9.32-27 (Om 16-21 etc. tegen te gaan.) 9. ….. 25-30 of 9. ….. 9-14 (dreigt 25-30 etc.) 10.35x24 19x30 10.33-29(verplicht) 3-9 11.33-29 30x28 11.29-24 25x23 12.27x29 met opnieuw een evenwichtige stand. 12.27-21 16x27 11.33-28 18x40 13.31x24 19x30 12.44x24 lijkt aardig, maar na 14.35x24 14x34 12. ….. 7-12 dreigt 13-18 en 18-23 en 15.39x30 en wit staat niet minder. 13.43-39 leidt bijvoorbeeld altijd tot een achterstand voor wit. 10-8