www.researchportal.be - 6 Oct 2015 19:20:43
Onderzoeksprojecten (200 - 250 van 840) Zoekfilter: Classificaties: Informatica, systeemtheorie
Distributed digital signal processing algorithms for highdensity wireless EEG sensor networks with application to ASSR based objective hearing thresholds estimation KU Leuven Abstract: Electroencephalografie (EEG) wordt gebruikt om hersenactiviteit te analyseren en reacties op bepaalde stimuli te detecteren. EEG biedt een hogetemporele maar een lage spatiële resolutie. Een hogere spatiële resolutie kan bekomen worden door het verhogen van het aantal gebruikte elektrodes op het hoofd, samen met krachtige signaalverwerkingsalgoritmes. Echter, de honderden elektrodes moeten dan via kabels aan een toestel verbonden worden dat deze elektrodesignalen verzamelt en verwerkt. Dit wordt onpraktischer naarmate het aantal elektrodes toeneemt.Dit projectbeoogt het ontwerpen van nieuwe, gedistribueerde signaalverwerkingsalgoritmes voor de volgende generatie van EEGsystemen met een hoge elektrodedensiteit in de vorm van draadloze sensornetwerken (WSN's). Zo een WSN bestaat uit meerdere nodes die elk bestaan uit een aantal elektrodes, een signaalverwerkings- en een draadloze communicatie-eenheid. Via communicatie en samenwerking tussen de nodes is het dan mogelijk om de signaalverw Organisaties: • Afdeling ESAT - STADIUS
Onderzoekers: • Jan Wouters • Marc Moonen • Alexander Bertrand • Wouter Biesmans
Distributed Smart Camera Systems Universiteit Gent Abstract: Een eerste doel van het project is het ontwikkelen van nieuwe technieken voor de analyse van video, met speciale aandacht voor mulicamera systemen. Een tweede doel is het ontwikkelen van nieuwe krachtige, schaalbare en generieke rekenplatformen om de nieuwe algoritmen in ware-tijd en met laag vermogenverbruik uit te voeren. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Wilfried Philips
Distributed Smart Camera Systems Universiteit Gent Abstract: Een eerste doel van het project is het ontwikkelen van nieuwe technieken voor de analyse van video, met speciale aandacht voor mulicamera systemen. Een tweede doel is het ontwikkelen van nieuwe krachtige, schaalbare en generieke rekenplatformen om de nieuwe algoritmen in ware-tijd en met laag vermogenverbruik uit te voeren. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Koenraad De Bosschere
DITO: Onderzoek naar de mogelijkheden en knelpunten van het gebruik van identity management en het concept digitale kluis inzake e-government. Universiteit Antwerpen Abstract: DITO: Onderzoek naar de mogelijkheden en knelpunten van het gebruik van identity management en het concept digitale kluis inzake egovernment. Organisaties: • Media & ICT/Interpersoonlijke relaties in Organisaties & Samenleving (MIOS)
Onderzoekers: • Michel Walrave
DOCTIRIS 2012: Begeleid Leren in multi-agent systemen voor Decision Support: A Case Study op bij luchthaven Operaties Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project: het beheersen en begeleiden van emergent gedrag van een grootschalige leren multi-agent systemen door het opnemen van vakkennis. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • ANN NOWE
DOV: Databank ondergrond Vlaanderen: vastleggen van de formele stratigrafie in boringen en sonderingen met opmaak van regionale kaarten voor een aantal typegebieden op basis van de geologie en de geotechnische karakteristieken Universiteit Gent Abstract: Invullen van de stratigrafische interpretatie van geotechnische gegevens in de geologische databank van de Vlaamse Gemeenschap (Databank Ondergrond Vlaanderen, DOV)en omzetting in gebruiksvriendelijke kaarten voor enkele typegebieden Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Patric Jacobs
DRUST - Digging for the roots of understanding. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Project in kader van het ESF EUROSCORES programma EuroUnderstanding.
Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • LUC STEELS
Dynamic adaptation techniques for large-scale distributed systems KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Wouter Joosen • Eddy Truyen • Fatih Gey
Dynamica en computationele prestatie van met tijdsvertraging gekoppelde complexe systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Huge amounts of data need to be handled in present day society. Despite of increasing (digital) computing power, new approaches to information processing are desired and required. Reservoir computing represents such an alternative approach towards computation. Usually it is implemented using a large network of interconnected nonlinear nodes (or neurons). It has been shown that reservoir computing serves universal computational properties, such that any potential operation could be realized, outperforming other approaches for certain tasks. We have identified that delay-coupled systems are ideally suited for reservoir computing. Time-delayed coupling or feedback originally appeared in control systems where it naturally arises because a finite time is required between sensing the information and reacting to it with a control signal. The presence of delay, however, can also give rise to loss of stability and emergence of complex dynamics. Delay delivers the required complexity needed to implement reservoir computing. In this way, we target to achieve high computational performance with only a small number of nodes, or even one single nonlinear node, thus replacing a network of hundreds of nonlinearly coupled elements by a few nonlinear elements coupled with delay. Organisaties: • Natuurkunde • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • Guy VAN DER SANDE • JAN DANCKAERT
Dynamic Power Management in Content Distribution Networks (Dynamisch energiebeheer in contentdistributienetwerken) KU Leuven Abstract: A typical residential computer and entertainment set up consists of a personal computer, a TV set and a set-top box with a separate or integrated digital video recorder (DVR). A modem connects these to cable or telephone line; the set-top box may also contain an integrated modem. All ofthese devices are usually in stand-by mode when not in use: the computer because it takes so long to boot up Windows, the TV because then it can be switched on using the remote control, the set-top box because it needs to record programmes and download the TV guide periodically and themodem because it has no way of sensing whether the other devices are inuse or not. The immediate goal of this project is to replace these device by a thin client, the PowerHouse Box, that replaces both the computer and the set-top box. It connects to a display (in the future, we imagine the settop box to be integrated into the display), keyboard, mouse, remote control, and home peripheral devices, such as printers and sca Organisaties: • Faculteit Wetenschappen
Onderzoekers: • Yolande Berbers • N. N.
Dynamic Speaker Alignment voor Interactieve Dialoog Systemen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwikkelen en implementeren van een cognitief model van linguistisch alignment voor interactieve dialoog Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • LUC STEELS
Dynamic spectrum management and multi-user signal coordination in next generation DSL networks KU Leuven Abstract: DSL (digital subscriber line)-technologie is momenteel de meest gebruikte technologie voor breedbanddiensten. Een van de belangrijkste beperkingen die hogere bitsnelheden belemmert, is elektromagnetische koppeling (overspraak) tussen verschillende DSL-lijnen binnen dezelfde kabelbundel.Dynamisch spectrum management (DSM) is een technologie voor het verminderen van de negatieve effecten veroorzaakt door overspraak door het gebruik van spectrum- en signaalcoördinatie tussen de gebruikers, en leidt in theorie tot spectaculaire prestatieverbeteringen. In dit project, hebben we als doel het uitbreiden van de huidige statische fysische laag optimalisatiebenaderingen gebaseerd op DSM naar een dynamische applicatiegedreven cross-layer optimalisatiebenadering. Organisaties: • Afdeling ESAT - STADIUS
Onderzoekers: • Marc Moonen • Wouter Lanneer
Dynamic spectrum management and multi-user signal coordination in wireless communication systems KU Leuven Abstract: In wireless multimedia communication systems, different users may have different and time-varying QoS (e.g. bit-rate, delay) requirements, while at the same time the transmission conditions (channel characteristics,multi-user interference) are highly time-varying. Providing an overall optimal service is then a challenging task, and requires advanced dynamic spectrum management techniques combined with dynamic physical layer multi user signal processing optimization. Such techniques have already been studied extensively in the DSL context, and will be developed here for the wireless
communications context. The non-stationarity of the wireless channel then in particular introduces additional impediments, largely unseen in the DSL context. The concept of dynamic spectrum management (DSM) has been introduced in the context of DSL (ADSL/VDSL) to tackle its multi-user crosstalk interference problem. DSM may then assume different degrees of coordination between modems in a network. In distr Organisaties: • Afdeling ESAT - STADIUS
Onderzoekers: • Marc Moonen • Rodolfo Torrea Duran
Dynamisch en gedistribueerde beheer van Service Function Chains in een gevirtualiseerde cloud- en netwerkomgeving. Universiteit Antwerpen Abstract: Het internet heeft een belangrijke evolutie gekend in de laatste decennia. Gestart als een simpel transportmedium voor het versturen van kleine pakketten is het een aanbieder geworden van veeleisende diensten zoals cloud applicaties en video streaming. Ondanks deze evolutie is de achterliggende architectuur nog steeds dezelfde. Dit zorgt voor een gebrek aan flexibiliteit: het is nog steeds niet mogelijk om externe diensten zoals Skype af te leveren aan de gebruikers met vooropgestelde kwaliteitseisen wat leidt tot belangrijke. Een tweede belangrijke evolutie is de populariteit van de cloud en zijn steeds verdere integratie in het internet. Er is niet langer "een cloud" en "een internet": de twee zijn geconvergeerd tot een eengemaakt platform. Dit betekent dat ook het beheer van de cloud en het internet moet samen bestudeerd worden. In de literatuur is er recent belangrijk onderzoek verricht die het mogelijk maakt om het netwerk te beheren via software en zo de virtualisatie van het netwerk toelaten. Door het virtualiseren van netwerk toestellen hoopt men dezelfde flexibiliteit te bekomen als men de dag van vandaag in een cloud ervaart. Door deze technieken zijn belangrijke nieuwe fundamentele onderzoeksrichtingen mogelijk gemaakt. Meer specifiek binnen het domein van netwerk virtualisatie is een belangrijke rol weggelegd voor de zogenoemde Service Function Chains (SFCs). Dit zijn grafen bestaande uit verschillende subcomponenten van diensten (bv. een video streamings component, een deel van een cloud applicatie) die over verschillende datacenters verspreid worden en samen de Internetdienst vormen. Het opstellen van dergelijke SFCs en het assigneren van de subcomponenten aan de verschillende datacenters op een schaalbare manier is een belangrijk onopgelost probleem. In dit doctoraatsonderzoek zullen algoritmes ontwikkeld worden die het mogelijk maken om dergelijke SFCs te construeren en dynamisch aan te passen als gevolg van gebruikersmobiliteit, wijzigingen in de dienst of variërende netwerkomgevingen. Hierdoor verandert de optimale constructie van SFCs. Binnen dit project zullen zowel optimale constructies berekend worden aan de hand van wiskundige optimalisatiesmethoden als approximaties van de oplossing via gedistribueerde heuristieken. Door een schaalbare en dynamische constructie en toewijzing van SFCs te bouwen kunnen externe diensten aangeboden worden met de broodnodige kwaliteitseisen voor de verdere ontwikkeling van het internet en de cloud. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Steven Latré • Bart Spinnewyn
Dynamische optimalisatie van componentontplooiing voor autonome gedistribueerde systemen Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Informatica
Onderzoekers: • Veerle Ongenae • Tim De Pauw
Dynamisch onderhoud van kritieke applicaties door middel van een reflectief raamwerk. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Software evolueert constant. Dit stelt bijzondere vereisten voor systemen die permanent actief moeten zijn. Denk maar aan de automatische betalingssystemen van Banksys of aan de online verkoopsdienst van Amazon. Het probleem is hier dat 'evolutie' en 'draaiende systemen' vaak niet verenigbaar zijn. In de eerste plaats gaan we onderzoeken hoe de architectuur van een systeem kan helpen om dit probleem op te lossen. Laat het duidelijk zijn dat het eenvoudiger is een systeem met gescheiden bekommernissen te onderhouden aangezien dat we dan elke bekommernis apart kunnen laten evolueren. Ook zullen we een reflectief raamwerk ontwikkelen dat ons in staat moet stellen om systemen te laten evolueren zonder dat we ze moeten stopetten om zo een oplossing te bieden voor het gestelde probleem. In de tweede plaats moeten we er ook in slagen bekommernissen te gaan detecteren in bestaande systemen die niet ontwikkeld werden met gescheiden bekommernissen, aangezien deze vrij groot in aantal zijn. Nadat de bekommernissen gedetecteerd werden zullen we ze afscheiden om zo tot een systeem met gescheiden bekommernissen te bekomen. Dat systeem kunnen we dan ook dynamisch laten evolueren. Organisaties: • Laboratorium voor Programmeerkunde
Onderzoekers: • TOM TOURWE • PETER EBRAERT • THEO D'HONDT
ECG based risk stratification for sudden cardiac death KU Leuven Abstract: Sudden cardiac death (SCD) caused by ventricular arrhythmia such as ventricular fibrillation (VF) and tachycardia (VT) is the second most important cause of death in today#s world. The only efficient prevention of SCD is the implantation of a cardiac defibrillator (ICD). To keep the cost effectiveness and complication risk of this therapy acceptable, it is crucial to identify patients at high risk of arrhythmic death but at lowrisk of dying of other causes, e.g. heart failure or non cardiac death.Today, this risk stratification is almost entirely based on the assessment of the left ventricular ejection (LVEF). The poor specificity of this parameter to predict arrhythmia results in questionable cost-effectiveness of ICD therapy, as was
described by the Belgian Health Care Knowledge Center. There is therefore a need for new non-invasive techniques to estimate the individual risk of ventricular arrhythmia. These new techniques focus on the pathophysiological mechanisms underlying ventricu Organisaties: • Afdeling ESAT - STADIUS
Onderzoekers: • Sabine Van Huffel • Griet Goovaerts
E'CHO 3D Sonarsensoren toegepast op AGV's. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van het E'CHO project is het evalueren van een door aan de UA ontwikkeld en gepatendeerd sonar systeem in industriële omstandigheden. Specifiek zal worden onderzocht in welke mate het sonar systeem bruikbaar is in twee specifieke toepassingen op Automatisch Geleide Voertuigen (AGV's) die Egemin Automation Handling ontwikkelt. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Jan Steckel
eCloud: Europeana Cloud: Unlocking Europe's Research via The Cloud. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Erik Duval • Stefan Gradmann
Economic and network aware grid resource management. Universiteit Antwerpen Abstract: Het invoeren van economische overwegingen in Grid computing, Grid Economics, heeft twee onderscheiden facetten: enerzijds het gebruik van economisch geïnspireerde principes om effectieve vormen van resourcebeheer uit te werken, en anderzijds het aanbieden van resources en services als economische activiteit mogelijk te maken. Het feit dat een substantieel aantal Grid applicaties zeer data intensief is, heeft aanleiding gegeven tot het bestuderen en het voorstellen van scheduling algoritmen die rekening houden met de effecten van het transport van deze data, het zogenaamd network aware scheduling. Een dergelijke aanpak kan de efficiëntie van zowel de computationele als netwerk resources verhogen en tegelijkertijd de responstijd van jobs verlagen. In dit project richten trachten we Grid Economics en network aware scheduling te combineren. Het objectief is het ontwerpen van algoritmen en protocollen die toelaten om netwerk- en computationele resources te co-alloceren bij Grid resource beheer gebaseerd op een marktwerking. Inzake co-allocatie is er al substantieel werk verricht. Er wordt ook op beperkte schaal onderzoek gedaan naar het gebruik van markt-mechanismen bij de allocatie van netwerkpaden. De combinatie van een marktwerking en co-allocatie van netwerk en computationele resources is echter nog niet onderzocht. Deze combinatie leidt tot nieuwe mogelijkheden in het uitwerken van allocaties en schedules. Ze creëert een meer relevante formulering van het waardeoordeel van de gebruiker over de allocatie. Daarom zal economic and network aware scheduling een unieke bijdrage leveren aan het domein van Grid Economics. Het project past tevens in de huidige activiteiten van de CoMP groep die al onderzoek doet naar verscheidene marktmechanismen en hun toepasbaarheid bij economic scheduling van computationele resources in Grids. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Jan Broeckhove • Wim Depoorter
Economisch en netwerkbewust grid bronbeheer. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is het ontwerpen van algoritmen en protocollen voor grid resource beheer die toelaten om netwerk en computationele resources te co-alloceren op basis van een marktwerking. Enerzijds zal co-allocatie van computationele en netwerk resources het resource management systeem in staat stellen om effici¿ntere scheduling beslissingen te nemen. Anderzijds zal het gebruik van een marktmechanisme leiden tot meer openheid en flexibiliteit voor gebruikers, een duurzame grid infrastructuur en tot maximalisatie van de waarde die deze infrastructuur levert aan zijn gebruikers. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Jan Broeckhove • Wim Depoorter
Economisch en netwerkbewust grid bronbeheer. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is het ontwerpen van algoritmen en protocollen voor grid resource beheer die toelaten om netwerk en computationele resources te co-alloceren op basis van een marktwerking. Enerzijds zal co-allocatie van computationele en netwerk resources het resource management systeem in staat stellen om effici¿ntere scheduling beslissingen te nemen. Anderzijds zal het gebruik van een marktmechanisme leiden tot meer openheid en flexibiliteit voor gebruikers, een duurzame grid infrastructuur en tot maximalisatie van de waarde die deze infrastructuur levert aan zijn gebruikers. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Jan Broeckhove • Wim Depoorter
Economisch geïnspireerde resource beheersystemen voor grids Universiteit Antwerpen
Abstract: Het gebruik van economische principes voor het beheer van resources in grids kan de efficiëntie van grid systemen gevoelig verhogen. In dit project nemen we een aantal barrières weg voor de integratie van marktgebaseerd resource management in grids door de introductie van geavanceerde taak-, resource- en waarderingsmodellen, en door de ontwikkeling van ondersteunende tools voor het biedingsproces. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Kurt Vanmechelen
EDA−DSE: EDA for hardware/software generation based on design space exploration. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TC Elektrotechniek (ESAT) Diepenbeek
Onderzoekers: • Kris Aerts • Luc De Raedt • Ingrid Verbauwhede • Nele Mentens • Wannes Meert
EEG signal processing for the objective mapping of cochlear implants based on electrically evoked auditory steady state responses KU Leuven Abstract: A cochlear implant (CI) is an auditory prosthesis that can restore hearing in profoundly deaf or severely hearing impaired subjects, based on electrical stimulation of the auditory nerve by means of an electrode array implanted in the cochlea. With the advent of successful neonatal screening, an increasing number of infants, between 6 and 12 months of age, are implanted with a CI. Providing a CI at a young age is indeed observed to be crucial, e.g., for the development of speech and language skills. At the same time, such early implantation poses great challenges forthe technical adjustment (mapping) of the CI processing. Prior to CI switch on, the stimulation levels for each stimulation channel have to be mapped to the dynamic range of the individual CI recipient, and this is again crucial for a proper remedial action. The usual mapping procedure (for adult CI recipients), however, relies on behavioral testing and participation of the CI recipient, which is impossible with infants. Organisaties: • Afdeling ESAT - STADIUS
Onderzoekers: • Jan Wouters • Marc Moonen • Astrid Van Wieringen • Hanne Deprez
Een aanpak gebaseerd op de toestands-(differentiaal)-Riccati vergelijking voor niet-lineaire regelsystemen KU Leuven Abstract: Numerous techniques currently exist for the control of nonlinear systems (e.g. Kokotovic et al., 1976; Byrnes and Isidori, 1991; Khalil, 1996;J. C. Willems, 2007). Among these, the State-dependent Riccati equation (SDRE) approach has recently attracted considerable attention and has become a promising and popular synthesis tool over the last decade [1]-[6]. The benefits of the SDRE scheme include i) the concept is intuitive and simple, which directly adopts the LQR design at every nonzero state; ii) the design can directly address system performance through the specification of the performance index by adjusting the state and the control weightings with predictable results, for instance, the engineer may tune up the weightings on system state to speed up the response at the expense of more control effort; iii) the scheme possesses an extra design degree of freedom arose from the non-uniqueness of the state-dependent coefficient (SDC) matrix representation of the nonlinear dri Organisaties: • Faculteit Wetenschappen
Onderzoekers: • Joseph Vandewalle • N. N.
Een algebraïsche ProbLog en zijn toepassingen. KU Leuven Abstract: Reasoning about the environment is central to many tasks in artificial intelligence. While traditional approaches based on first order logic are well suited to reason about a single, fixed situation, in practice one often has to compare or combine multiple options based on some property. For instance, the cost or probability of achieving a given goal can be estimated based on costs or probabilities of subgoals. This can be seen as a labeling task, where labels are given to basicstatements in a logical theory and the task is to compute labels for derived statements, called queries. Previously, we have introduced ProbLog, a popular probabilistic logic programming language where probability labels define a distribution over possible worlds, which is used to calculate probabilities of queries. However, labeling tasks in other settings require both different types of labels and more flexible ways to combine these. The goal of this project therefore is to develop a language for modeling such Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Luc De Raedt • Angelika Kimmig
Een Architectuur voor de Analyse en het Beheer van Veiligheid in Industriële Controle Systemen. KU Leuven Abstract: Industriële Controle Systemen (ICS) zijn verantwoordelijk voor het controleren en besturen van een groot aantal processen zoals het verdelen van gas en elektriciteit, het opvolgen van een kernreactor of het regelen van verkeerslichten. De laatste decennia zijn deze systemen geëvolueerd van geïsoleerde, eigendomsmatige systemen tot omgevingen die intensief gebruik maken van commerciële basiscomponenten, geïntegreerd met back-endsystemen die vaak verbonden zijn met het internet en andere bedrijfsnetwerken. Deze evolutie heeft de gebruiksvriendelijkheid en performantie van ICS vergroot maar tegelijk de veiligheid verzwakt en de systemen opengesteld voor meer aanvallen van buitenaf. De technisch-wetenschappelijke doelstelling van dit project is het creëren van een architectuur voor de analyse van de veiligheid in ICS. We ontwikkelen een nieuwe aanpak om automatische kwalitatieve conclusies te trekken omtrent de veiligheid van het systeem. Daarenboven kunnen ook suggesties gegenereerd worde Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Bart De Decker • Vincent Naessens • Laurens Lemaire
Een 'Artificial Life' benadering voor het ontstaan van mentale complexiteit in autonome agenten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het centrale doel van het onderzoek is om te begrijpen hoe mentale complexiteit kan ontstaan in autonome agenten. Autonome agenten ("autonomous agents") zijn systemen met sensoren, actuatoren, eigen energiebronnen, en de capaciteit om beslissingen te treffen en ze uit te voeren. Begrijpen hoe mentale complexiteit ontstaat in autonome agenten is relevant voor biologie en psychologie omdat nieuwgeboren organismen telkens opnieuw mentale capaciteiten blijken op te bouwen in een natuurlijk groeiproces. Het is ook relevant voor het bouwen van een nieuwe generatie autonome robots die niet langer voorgeprogrammeerd zijn, maar zich aanpassen aan omgevingen die gedeeltelijk onbekend zijn voor de ontwerper of gedeeltelijk onvoorspelbaar. De nadruk zal liggen op pre-rationele, subsymbolische intelligentie voor autonome agenten. De nadruk van het project ligt op fysische agenten, d.w.z. fysische systemen die een kontakt hebben met de wereld via sensoren en actuatoren. Prerationele of subsymbolische intelligentie regelt mee voortbeweging, onderhouden van basiscondities voor overleven (zoals voldoende energie), niet-verbale communicatie, gemotiveerd gedrag, en sociale cooperatie. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • LUC STEELS
Een computationeel raamwerk voor de rangschikking van ziekteveroorzakende mutaties KU Leuven Abstract: Naar schatting acht procent van de totale bevolking heeft een van zevenduizend geïdentificeerde genetische aandoeningen. De oorzaak van deze aandoeningen is vaak slecht gekend, wat ziektemanagement bemoeilijkt, en in sommige gevallen leidt tot verhoogde morbiditeit en mortaliteit. Tegelijkertijd is de ontdekking van biomarkers in een stroomversnelling gekomen, dank zij de ontwikkeling van hoge-doorvoer technologieën. Hiervan biedt de exoom sequencing technologie een veelbelovende manier om nieuwe genen te identificeren die erfelijke ziektes veroorzaken. Elk individueelgenoom bevat echter typisch duizenden mutaties, zodat het achterhalen van welke de oorzaak zijn van ziektes een uitdaging blijft, zelfs wanneerhet merendeel van de vermoedelijk neutrale variatie vooraf weggefilterdwerd. Verscheidene rekenkundige methodes werden voorgesteld om dit proces te ondersteunen, maar de meeste onder hen zijn onvoldoende precies voor praktisch gebruik. We stellen een nieuwe methode voor voor de pri Organisaties: • Afdeling ESAT - STADIUS
Onderzoekers: • Bart De Moor • Dusan Popovic
Een Cross-Layer Raamwerk voor Heterogene Draadloze Sensor Netwerken (CLAWS). Universiteit Antwerpen Abstract: Het hoofddoel van het project is het bestuderen van de belangrijkste uitdagingen bij het maken van een cross-layer WSN framework dat optimaal gebruik maakt van modulariteit en cross-layer interacties tussen de verschillende bouwblokken van dit framework om heterogeniteit, schaalbaarheid, energie-efficientie, QoS en mobiliteit te ondersteunen. Voor de verschillende modules binnen het cross-layer framework hebben we volgende onderzoeksdoelen. -Het ontwikkelen en analyseren van generische, resource en QoS bewuste modulaire Medium Access Control (MAC) protocollen en schaalbare modulaire netwerk oplossingen voor intra-en inter-WSN communicaties (het samenvoegen van WSNs). -Het analyseren van zwaktes in de veiligheid van WSNs door een tegenstander model, om de netwerk en middleware oplossingen te evalueren in termen van veiligheid en om deze oplossingen aan te passen om ze resistenter te maken tegen bekende en nieuwe soorten veilighiedsaanvallen. -Het ontwikkelen van coördinatie mechanismes en middleware ondersteuning die gebaseerd is op multi-agent technologieën. De services die zullen geïntegreerd worden in de multi-agent systemen zijn onder andere synchronisatie, localisatie en data aggregatie. -Het ontwikkelen van adequate gateway functionaliteit die nodig is voor de communicatie van WSNs met IP-gebaseerde netwerken. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia
Een declaratieve benadering van software-agenten toegepast op interactieve hyperdocumenten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van het voorgestekle project is Het ontwerpen van een declaratief model dat voldoende krachtig is om zowel zelfstandige "software agents" als de interacties tussen zulke agents te heschrijven. Er wordt verwacht dat dit kan verwezenlijkt worden door get)ruik te maken van technieken uit niet-klassieke logica en logisch programmeren. Het toepassen en uitbreiden van het bovenstaande model naar het domein van hyperdocumenten. In dit geval zijn de betrokken agenten (de knopen in) het hyperdokument en een (al dan niet menselijke) gebruiker. Het nut van deze toepassing is dat het mogelijk wordt om op intuitieve wijze raadplegingen en opzoeken van gegevens in een hyperdocument te beschrijven; waarbij de beschrijving van het document rijker k;m zijn dan met de traditionele methoden. Een en ander zal getest worden in een concrete implementatie bovenop bestaande (bv. html) systemen.
Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • DIRK VERMEIR
Een formele aanpak voor het ondervragen van grote hoeveelheden data Universiteit Hasselt Abstract: De term "big data" is een modewoord geworden waarmee wordt verwezen naar een context waarin datavolumes worden gemeten met Gigabytes, Terabytes vaak voorkomen, en veel internet bedrijven, wetenschappelijke en financiële instellingen te maken krijgen met Petabytes aan informatie. Door de praktische noodzaak zijn er verschillende systemen ontstaan voor het verwerken van big data, zoals Mapreduce dat een brede aanname kent via zijn open source implementatie Hadoop. Deze laatste heeft ook geleid tot een heropleving van parallelle database management systemen en een verhoogde interesse in zogenaamde NoSQL data stores. Voortgang in het database onderzoek heeft geleid tot een diepgaand inzicht in traditionele data modellen en sequentiële ondervragingen, maar er ontbreekt een gelijkaardig begrip voor berekeningen op "big data". Gegeven het aantal concurrerende systemen en hun diversiteit, blijft het onduidelijk welk systeem het best geschikt is voor welk soort van ondervragingen. Dit werk richt zich daarom op de ontwikkeling en studie van computationele modellen voor grote hoeveelheden data om inzicht te verkrijgen in het gebruik van bestaande systemen en om mogelijke verbeteringen te formuleren. Dit onderzoeksvoorstel heeft twee hoofddoelstellingen: (1) de ontwikkeling van een computationele complexiteit, geschikt voor grote hoeveelheden data; en (2) de ontwikkeling en studie van ondervragings- en transformatietalen voor grote hoeveelheden data binnen dit framework. Organisaties: • Databases en Theoretische Informatica
Onderzoekers: • Frank NEVEN
Een formele aanpak voor het ondervragen van grote hoeveelheden data Universiteit Hasselt Abstract: De afgelopen jaren is "big data" een modewoord geworden in zowel de onderzoeksgemeenschap alsook technologie en zelfs reguliere media. De term "big data" verwijst meestal naar een context waarin datavolumes worden gemeten met Gigabytes, Terabytes vaak voorkomen, en veel internet bedrijven, wetenschappelijke en financiële instellingen te maken krijgen met Petabytes aan informatie. Door de praktische noodzaak zijn er verschillende systemen ontstaan voor het verwerken van big data, zoals Mapreduce (geïntroduceerd door Google), samen met tal van varianten en uitbreidingen. Hoewel de karakteristieken van de hierboven vermelde systemen verschillend zijn, wijken ze af van traditionele database systemen door het gebruik van parallellisatie en data-distributie als cruciaal element voor het afhandelen van de zeer grote, en groeiende, data-collecties. Voortgang in het database onderzoek heeft geleid tot een diepgaand inzicht in traditionele data modellen en sequentiële ondervragingen, maar er ontbreekt een gelijkaardig begrip voor berekeningen op "big data". Gegeven het aantal concurrerende systemen en hun diversiteit, blijft het onduidelijk welk systeem het best geschikt is voor welk soort van ondervragingen. Dit werk richt zich daarom op de ontwikkeling en studie van computationele modellen voor grote hoeveelheden data om inzicht te verkrijgen in het gebruik van bestaande systemen en om mogelijke verbeteringen te formuleren. Organisaties: • Databases en Theoretische Informatica
Onderzoekers: • Frank NEVEN
Een formele basis voor "software refactoring". Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van het project bestaat erin een formele basis voor software refactoring te leggen door de ontwikkeling van een geschikt formeel model. We mikken op een 'lichtgewicht' model dat zowel de studie van de fundamentele eigenschappen van refactoring moet mogelijk maken als het ontwerp van 'tools' om het refactoring proces te ondersteunen. Meer bepaald zal het potentieel van grafherschrijfsystemen als basis voor zo een model geëxploreerd worden. Dit moet leiden tot, bv., methoden voor de detectie van conflicten tussen refactorings, en voor de optimalisering van refactoring processen. Verder zal er een antwoord worden gezocht op de belangrijke vraag of een gegeven verzameling van refactorings toelaatbaar is in de zin dat het gedrag van het programma bewaard blijft. Deze vraag komt in het formeel model overeen met de vraag om eigenschappen te karakteriseren die bewaard worden door een verzameling van herschrijfregels. Andere belangrijke aspecten die aan bod zullen komen zijn enerzijds de complexiteit van refactorings, die bestudeerd kan worden in termen van het aantal herschrijfregels dat moet toegepast worden, eventueel gecombineerd met de grootte van de grafen die erbij betrokken zijn, en anderzijds het probleem van de consistentie tussen verschillende niveaus van abstractie, waar men kan denken aan de toepassing van hiërarchische grafen. Organisaties: • Concurrente en reactieve systemen (concurrency) • Antwerp Systems and software Modelling (AnSyMo)
Onderzoekers: • Dirk Janssens • Serge Demeyer
Een geïntegreerd informatica-platform voor op massaspectrometrie gebaseerde eiwitanalyse (InSPECtor). Universiteit Antwerpen Abstract: Verschillende computationele uitdagingen verhinderen momenteel de ruime inzetbaarheid van proteoomanalyses in een industriële en klinische omgeving. De doelstellingen van dit project bestaan uit het aanpakken van deze uitdagingen door het ontwikkelen van nieuwe dataanalyse methoden en data mining algoritmen zodat massaspectrometrie gebaseerde eiwitanalyse een volwaardige analytische discipline kan worden. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Kris Laukens • Bart Goethals
Een graafgebaseerde aanpak tot 3D pattern mining KU Leuven Abstract: Grafen worden gebruikt om complexe data voor te stellen aangezien enerzijds ze voldoende expressief zijn en anderzijds nauwkeurige en efficiente algoritmes kunnen geconstrueerd worden om ermee om te gaan. Het ERC MiGraNT-project heeft als doel zowel een theoretische basis hiervoor te ontwikkelen alsook algoritmes te ontwikkelen en toe te passen op realistische situaties. Dit doctoraat kadert binnen het MiGraNT project en zal focussen op 3D grafen. Geometrische pattern mining is nog onvoldoende onderzocht terwijl er toch duidelijk veel toepassingen voor zijn. Mogelijke toepassingen voor deze techniek vinden we binnen macromolecules (e.g. QSAR), analyse van gebouwstructuren en robotica.
Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Jan Ramon • Maurice Bruynooghe • Thomas Fannes
Een logica voor grafen: ontwikkeling van een theorie voor representatie, inferentie en leren Universiteit Hasselt Abstract: Data mining betreft het analyseren van verzamelingen gegevens met het oog op het ontdekken van wetmatigheden in die gegevens die voorheen onbekend waren en interessant edof nuttig kunnen zijn (Frawley et al., 1992). De meeste bestaande ("klassieke") data mining methoden gaan ervan uit dat gegevenselementen in een standaard formaat voorgesfeM worden (een vaste verzameling attributen wordt gebruikt om elk element te beschrijven) en dat de verschillende elementen onafhankelijk van elkaar zijn. In veel toepassingsdomeinen zijn deze aannames echter niet rdstiseh, en kunnen de klassieke data mining methoden dus niet gebruikt worden (zie bv. Jensen en Neville, 2003). Om die reden gebeurt er onderzoek naar zogenaamde "relationele data mining"; di behelst de ontwikkeling van methoden die expliciet rekening houden met de inteme structuur van gegevenselementen en de relaties ertussen. Er bestaan meerdere soorten benaderingen tot relationeel leren; Dzeroski en Lavrac (2001) geven een excellent overzicht. Die benaderingen worden bestudeerd onder noemers als "inductive logic programming", "statistical relational learning", "multi-relational data mining", "graph mining", ... De gemene deler van al die benaderingen is dat ze gesiiuctureerde of "relationele" informatie kunnen vewerken. Ze verschillen voornamelijk met betrekking tot de manier van voorstebn van die informatie: dit kan eerste orde predikatenlogica zijn, graafstructuren, relationele databanken, ... Hierdoor hebben ze elk hun eigen sterke en zwakke punten. Voor di project zijn voorat inductief logisch programmeren (ILP) en graph mining (GM) van belang. We bespreken ze hier in iets meer detail, wijzen op hun voor- en nadelen, en zullen vervolgens uitleggen hoe we de sterke punten van beide zullen combineren door het ontwikkelen van een logica voor grafen. Inductief logisch programmeren (Muggleton en De Raedt, 1994) maakt gebruik van eerste orde predikatenlogica om zowel de gegeven kennis (die feitelijke gegevens maar ook regels en definities kan bevatten) als de afgeleide kennis (de gevonden wetmatigheden) voor te stellen. Het is gebaseerd op logische theorielSn over het afleiden van algemene uit specifiekere kennis. Onder alle benaderingen tot relationele data mining is ILP de meest expressieve, maar precies hierdoor is het ook de minst efficiente. In (i.pg.vr.a plohg micain)i.n Tgy (pWiscahseh ipor eonb lMemoteond ad,i e2 0in0 g3r) awpohr dmeinn ingeg % ee vsecnhso, uewnd v waaokrd oeonk, Arejns u0l.taa.t ehne, tm onettd beekhkuelpn vvaann fgreraqfueenn vtoeo rgesteld subgrafen, classificatie van grafen, classificatie van bogen of knopen in een graaf. De voorgestelde oplossingsmethoden kunnen bv. inferentie van grafengrammatica's zijn (Jonyer et al., 2003), kemelgebaseerde methoden (Gartner, 2003), meihoden gebaseerd op matrixalgebra (bv. Saerens et al., 2004), etc. Gewoonlijk worden hierbij relatief eenvoudige soorten grafen beschouwd: grafen waarbij de knopen en bogen weinig of geen informatie dragen (in het beste geval een eenvoudig label"). De wetmatigheden waamaar gezocht wordt uiten zich voomamelijk in de structuur van de graaf als geheel, minder in de eigenschappen van specifieke bogen of knopen. In dit opzicht is graph mining erg complementair aan ILP, dat minder op die structuur focust en meer op eigenschappen van knopen en bogen in de graaf, en op het affeiden van die eigenschappen met behulp van achtergrondkennis. Het ligt dus voor de hand dat een beter formalisme voor relationele data mining bekomen kan worden door de voordelen van 1LP en graph mining te combineren. Dat laatste is de doelstelling van dit project. Meer bepaald zal in dit project een "logica vow grafen" ontwikkeld worden. Deze logica zal gebruikt kunnen worden om (a) data mining problemen te definigren (of nog, te omschrijven welk soort wetmatigheden men zoekt; die omschrijving neemt men een "inductive query"), en @) de gegevens en resultaten van het data mining probleem te fomuleren. Concrete objectieven zijn: (1) ontwikkeling van een logica voor grafen en een concrete taal hiervoor; (2) onfwikkeling van efficient6 inferentiemechanismen voor die taal; (3) ontwikkeling van data mining algoritmen voor dit raamwerk; (4) empirische evaluatie van deze aanpak Organisaties: • Databases en Theoretische Informatica
Onderzoekers: • Jan VAN DEN BUSSCHE
Een mobiele companion Universiteit Gent Abstract: Het Project zal onderzoeken hoe een vetrouwde module (TPM) kan gebruikt worden om een veilige virtuele omgeving op te zetten op een mobiel toestel en nieuwe primitieven ontwikkelen om de betrouwbaarheid van een toestel in te schatten. Bovendien zullen protocollen ontworpen worden die een gebruiker vast verbinden met een toestel en het eventueel tijdelijk te kunnen delegeren naar een andere gebruiker (mogelijk is hiervoor verificatie van biometrische data nodig). Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Luc Martens
Een nieuwe paradigma voor het bedieningsproces in wachtlijnsystemen, met toepassingen in computer- en communicatienetwerken Universiteit Gent Abstract: Het project onderzoekt een nieuwe klasse van wachtlijnmodellen waarbij het klassieke begrip ?bedieningstijd? vervangen wordt door twee nieuwe begrippen ?bedieningsvraag? en ?bedieningscapaciteit?. De bedieningsvraag geeft de hoeveelheid werk aan die een klant vereist, terwijl de bedieningscapaciteit de hoeveelheid werk voorstelt die in een tijdseenheid kan uitgevoerd worden. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Herwig Bruneel • Sabine Wittevrongel
Een nieuw paradigma voor het bedieningsproces in wachtlijnsystemen, met toepassingen in computer- en communicatienetwerken.
Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Benny Van Houdt
Een ontwerpproces voor parallelle dataverwerking in embedded systemen. Universiteit Antwerpen Abstract: In het toepassingsdomein van embedded systemen is er nood aan ontwerptechnieken voor parallelle dataverwerking in FPGA's. In dit project zal, aan de hand van een case studie rond patroonherkenning, een ontwerpproces worden ontwikkeld met behulp van een high-level synthesis tool. Dit zal leiden tot nieuwe generieke inzichten in het ontwerpproces voor FPGA-code, alsook tot het efficiënter ontwikkelen van algoritmes te gebruiken binnen experimenteel onderzoek in de deeltjesfysica. Organisaties: • Elementaire-Deeltjesfysica
Onderzoekers: • Paul De Meulenaere • Nick Van Remortel
Een principiële benadering voor het verbeteren van datakwaliteit: het overbruggen van theorie en praktijk. Universiteit Antwerpen Abstract: De verbetering van de kwaliteit van gegevens is erkend als een van de belangrijkste uitdaging voor het beheren van gegevens. De behoefte aan effectieve methoden om fouten in de data te detecteren, om objecten te identificeren van mogelijk onbetrouwbare gegevensbronnen, en om deze fouten te herstellen is evident. Inderdaad, er is een toenemende vraag naar dergelijke methoden vanuit verscheidene hoeken in onze huidige digitale samenleving en vanuit de industrie in het bijzonder. Om tegemoet te komen aan deze vraag, is meer fundamenteel onderzoek in data quality vereist en de praktische mogelijkheden hiervan dienen te worden gerealiseerd. Meer specifiek, voortbouwend op eerder onderzoek, een uniforme theorie zal worden ontwikkeld om de kwaliteit van gegevens te verbeteren in een verscheidenheid van toepassingsgebieden. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Floris Geerts
Een principiële benadering voor het verbeteren van datakwaliteit: het overbruggen van theorie en praktijk. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht toegekend door de Universiteit Antwerpen. De promotor levert de Universiteit Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd door de universiteit. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Floris Geerts
Een schaalbare onderbouw voor multi-paradigma modelleren. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project bouwt de fundamenten van Multi-Paradigma Modelleren in de vorm van de ModelVerse, een conceptueel raamwerk en een oplslagplaats voor multi-paradigma modellen. Dit vormt de basis voor gedistribueerd en collaboratief modelleren van systemen alsook van de gebruikte modelleertalen. Om modelleertalen expliciet te modelleren dienen hun concrete en abstracte syntax gemodelleerd, alsook hun semantiek. Voor semantiek moet ofwel een interpreter/simulator of een mapping (transformatie) naar een gekend formalisme gespecifieerd worden. De ModelVerse ondersteunt modelmanipulaties zoals documentatie, analyse, simulatie, (software) synthese en evolutie. Deze zijn alle gebaseerd op modeltransformatie. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Antwerp Systems and software Modelling (AnSyMo)
Onderzoekers: • Hans Vangheluwe • Yentl Van Tendeloo
Een synergetische benadering voor extraheren, leren en redeneren bijmachinaal lezen. KU Leuven Abstract: Onderzoekers in het domein van de kunstmatige intelligentie zijn reeds lange tijd gefascineerd door de mogelijkheden om systemen te ontwerpen die automatisch kennis vergaren bij het lezen van teksten. Om dit doel tebereiken moet een systeem in staat zijn om (1) informatie uit tekst te extraheren, (2) regels te leren die verschillende stukken informatie samenvoegen om nieuwe kennis eruit af te leiden, en (3) te redeneren met deze kennis en te verifiëren welke van de geëxtraheerde en afgeleide feiten waar zijn. Onderzoekers hebben momenteel heel wat vooruitgang geboekt in deze drie domeinen. Er is echter weinig onderzoek om deze drie problemen in een geïntegreerd kader aan te pakken. Het doel van dit project iseen één gemaakt machine reading systeem te onderzoeken waarbij een hoge betrouwbaarheid van de geëxtraheerde kennis wordt beoogd. We plannen om volgende belangrijke wetenschappelijke objectieven te behalen. Een eerste doelstelling betreft de ontwikkeling van een methode die een m Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Marie-Francine Moens • Jesse Davis
Een Uniform Programmeermodel voor Rijke Internettoepassingen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Rijke internettoepassingen zijn bezig aan een opmars, doordat recente evoluties in browsertechnologie toelaten om interactievere en rijkere toepassingen te schrijven. Deze rijke toepassingen doen het onderscheid tussen de client (de browser) en de server vervagen, doordat de client steeds meer aan belang wint. De programmeertechnologie voor internettoepassingen gaat echter nog steeds uit van het klassieke three tier model, waarbij een toepassing is opgedeeld in client, server en database. Dit maakt het ontwikkelen van rijke toepassingen een complexe zaak,
aangezien de applicatie een combinatie is van verschillende technologie•en, elk voor een andere tier. Eerst en vooral dwingen deze technologie•en de programmeur om een statische opdeling te maken tussen client en server, wat het moeilijk maakt om internettoepassingen te ontwikkelen die een ander distributiemodel volgen. Ten tweede, hebben deze verschillende programmeertechnologieën elk een andere representatie van de data, waardoor de programmeur manueel deze datamodellen moet overbruggen. Tenslotte, hebben deze rijke internettoepassingen steeds meer gerepliceerde data nodig, zodat de data steeds snel beschikbaar is voor de client, ook wanneer er geen verbinding met de server is. Hierdoor zit de data verspreid over het distributiemodel en moet de toepassing garanderen dat de data steeds consistent blijft. Strategieën om data te repliceren en consistent te houden, worden vooralsnog niet aangeboden door mainstream webtechnologie. Het probleem dat we aankaarten is het feit dat de programmeertechnologie niet voorzien is op rijke internettoepassingen, wat leidt tot complexe oplossingen die slecht onderhoudbaar zijn en subtopimaal presteren. Het doel van dit onderzoek is het opstellen van een uniform programmeermodel voor rijke internettoepassingen. Hierbij heeft het model drie kerneigenschappen, die elk een van de reeds opgesomde problemen oplossen. Zo zal het model de applicatielogica loskoppelen van het distributiemodel, waardoor de programmeur tierless code zal schrijven, terwijl het model de code verdeelt over de lagen van de webtoepassing. Daarnaast wordt de data uniform gerepresenteerd, zodat de programmeur niet langer manueel verschillende representaties moet synchroniseren. Het programmeermodel voorziet ook replicatie- en consistentiestrategieën zodat de data voor andere knopen in het netwerk snel en oine beschikbaar is. Dit programmeermodel zal leiden tot een raamwerk dat aan de kerneigenschappen van het model voldoet, waarbij we niet blind zijn voor de state of the art technologie•en en we meer concreet kijken naar JavaScript, dat uitgegroeid is tot een performant platform. Dit onderzoek zal zowel een programmeermodel als raamwerk opstellen voor rijke internettoepassingen, waarbij het raamwerk als validatie dient voor het programmeermodel. Hierbij vallen we voor het raamwerk terug op bestaande state of the art webtechnologie, en meer bepaald JavaScript. De recente reflectie API voor JavaScript stelt ons in staat om de taal op een elegante manier uit te breiden. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • WOLFGANG DE MEUTER
Een vergelijking van de verklarende kracht van drie theoretische perspectieven in de organisatorische adoptie van kennisintensieve informatietechnologie-innovaties Universiteit Antwerpen Abstract: In dit onderzoeksproject bestuderen we de organisatorische adoptie van kennisintensieve informatietechnologie-innovaties door Vlaamse organisaties. Deze innovaties zijn moeilijk te adopteren omdat hieraan kennisbarrières zijn verbonden. Om een beter begrip te verkrijgen van het innovatiegedrag van organisaties met betrekking tot de adoptie van dit type innovaties, wordt de adoptie bestudeerd vanuit drie verschillende theoretische perspectieven. Organisaties: • Beleidsinformatica
Onderzoekers: • Kris Ven
Een verkennende studie van kenmerkselectietechnieken voor clustering Universiteit Gent Abstract: Kernmerkselectie is een belangrijk aspect van data mining, dat steeds meer aan belang wint door het vrijkomen van grote en hoogdimensionele dataverzamelingen. In dit onderzoek zullen we nagaan in hoeverre de huidige taxonomie van kenmerkselectietechnieken voor classificatie overgedragen kan worden naar het gerelateerde probleem van clustering. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Yves Van de Peer
Efficiënt architecturaal ontwerp van microprocessors Universiteit Gent Abstract: Het ontwerp van microprocessors is zeer tijdrovend, door de grote ontwerpruimte en de beperkte snelheid van de nodige simulaties. In dit onderzoek proberen we dit ontwerpsproces te versnellen (i) door snelle zoekmethodes en (ii) door de simulatietijd te beperken. Voor dit laatste bestaan reeds enkele methodes (bv. Sampling, statistische simulatie) maar deze verliezen allen nauwkeurigheid. Er zal onderzocht worden hoe deze gebruikt kunnen worden in het optimalisatieproces, en aangepast kunnen worden om beter te presteren. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Koenraad De Bosschere