NT00267_822
Nadere Toegang op inv. nr 822 uit het archief van het van het Gemeentebestuur Doorn, 1934-2005 (267)
H.J. Postema 2013
Inleiding
Dit document bevat regesten op de stukken betreffende het beheer en het onderhoud van de Nieuwe Algemene Begraafplaats in Doorn over de periode 1955-1973.
2
Regesten
3-10-1960 aan B&W nu de NAB enige jaren in gebruik is, is gebleken, dat de indeling in klassen en de aanwijzing van de te plaatsen grafwerken, niet overeenkomstig met de in de praktijk gebleken behoefte. Er is dringend behoefte aan nieuwe verdeling, speciaal voor de 2e klas graven. In vak AI zijn deze uitverkocht. In vak AII zijn geen 2e klas graven, in vak AIII zijn er nog 3 beschikbaar. Zijn deze 3 verkocht, dan moet worden overgegaan naar vak AIV. In vak AI zijn dan echter nog 90 graven leeg, in vak A II 80 graven terwijl in vak A III behalve de 6 2e klas graven, nog niets is uitgegeven…. 21-2-1962 Directeur gemeentewerken aan B&W. Ivm de algemene vraag naar staande stenen op de 3e klasse graven, komen we nu voor het feit te staan, dat er practisch geen staande stenen meer kunnen worden toegewezen. De reden hiervan is dat het ontwerpplan voor de NAB maar voorziet in een gering aantal staande stenen ivm liggende stenen. Op de A-velden zijn er nog 19 graven met staande stenen te verdelen…. 6-4-1964
Herziening verdeling op de heffing en vordering van rechten voor het gebruik van de NAB
27-9-1963 Herziening NAB kl. tot. aantal graven waarvan uitgeg. tot. nodig. te weinig te veel 1
38
6
37
-
-
2
91
14
86
-
5
3
736
74
453
-
283
4
132
56
343
212
-
5
31
26
149
118
-
1.kd.
77
2
13
-
64
5.kd.
25
8
49
24
-
In totaal is dus momenteel plm. 1/6 deel van het aantal beschikbare graven uitgeven (Van het R.K. –gedeelte is plm. 1/20 deel uitgegeven. Ook hier kloppen de verhoudingen niet, doch er is nog zoveel ‘speling’ dat directe wijziging niet nodig is. Bovendien kan wellicht beter eerst worden afgewacht hoe de Kath. groep in Doorn zich ontwikkelt. 8-7-1964
Wijziging voorschriften NAB ivm aula en urnenmuur.
28-7-1965 vergadering B&W beslist over Algemene Kindergraven NAB katholiek deel de nrs. 4, 5 en 6 van vak H.
3
6-1-1972
Het is nodig gebleken op korte termijn over te gaan tot uitbreiding van de 5e klas (algemene) graven op het algemeen gedeelte van de NBA terwijl voorts zij het dan op minder korte termijn, ook het aantal 1e klas (eigen) graven zal moeten worden uitgebreid. Een nieuwe herindeling zou gevonden kunnen worden in de gravenvelden CII en CIII. Er staat echter een nieuwe wet op de lijkbezorging op stapel en zodra deze inwerking treedt, zal een algehele herziening waarschijnlijk noodzakelijk zijn.
1955 Correspondentie met architect E.F. Groosman over terreinafscheiding. 8-4-1964
In oktober 1963 constateerde ik tijdens een controle op de NAB en het daaraan liggende gemeentelijk bosbezit dat van het hekwerk, hetwelk een afscheiding vormt tussen het gemeentelijk bosbezit en het recreatiecentrum Het Grote Bos, het gaas over een lengte van +- 10 m vernield was. … Contact met van de Kleut van het Grote Bos. Nog niet gerepareerd. Met vervolgbrieven.
5-3-1965
besluit over vernieuwing van de afrastering van de NAB. Met aanbesteding e.d.
1956 briefwisseling met tuin- en landschapsarchitect W.C.J. Boer over NAB. O.a. over grootte van stenen. 26-2-1957 advies over Urnengraven op NAB. 11-11-1967 brief van C.W. Jongbloed te Arnhem: We delen U mede dat er door ons geen prijs meer wordt gesteld op de plaatsaanduiding door een steen op het graf van onze in 1958 overleden tante. Ieder jaar betalen we hiervoor grafrechten en zagen ons graag ontheven van deze verplichting. Het gaat om graf vak AI nr 122, M.J. Jongbloed. 17-11-1967 antwoord van gemeentebestuur van Doorn. Jongbloed dient dan afstand te doen van het graf. Indien de steen van het graf wordt verwijderd, betaalt U vanzelfsprekend geen onderhoudskosten meer voor deze steen, doch blijven wel de kosten van algemeen grafonderhoud, ten bedrage van f 4,50 per jaar, voor Uw rekening. 29-4-1968 reactie van Jongbloed. Hij wil afstand doen van dit graf. 30-5-1968 advies aan B&W. Als Jongbloed niet zelf de steen weghaalt, mag de gemeente dat doen. Na 10 jaar na de laatste begraving (in dit geval na 13 augustus van dit jaar) mag het graf worden geruimd. 3-7-1968
Brief aan Jongbloed om steen voor 1-9 weg te halen. Wordt hiervan door U geen gebruik gemaakt, dan vervalt de steen aan de gemeente.
5-1-1972
brief van B&W aan mevr. A.G. Haman-van Miltenburg te Utrecht n.a.v. haar verzoek om de grafsteen op graf EI, nr. 152, klasse 4 per 1-1-1972 te verwijderen. Geen bezwaar. Zij mag hem zelf voor 1-3 weghalen.
21-12-1971 brief van A.G. Haman-van Miltenburg met dit verzoek. 12-10-1971 brief van A.G. Haman-van Miltenburg. Het gaat om het graf van mej. M.W. van Miltenburg geb. 29-9-1894. Zij is 25 jaar geleden overleden. 4
3-6-1974
brief van H.J. Muysson dat hij geen grafrechten meer wil betalen voor graf vak AI/95 tnv wijlen mevr. J.C. Fey-Muysson.
12-12-1974 brief van M. Schraag-Rodenburg om afstand te doen van het graf van haar man J.T. Schraag. Het gaat om graf vak EI, nr. 2, kl. 3, liggende steen. 4-6-1968
rapport betreffende de teraarde bestelling van wijlen Theodorus Frederiks, dd. 1 Juni 1968 te 10.30 uur op de NAB te Doorn Commandant belast met de leiding der begrafenis Majoor der Mariniers Toet.
6-6-1968
naar aanleiding van het hierbij gevoegde rapport van de heer v.d. Kolk betreffende de begrafenis van de adjudant der mariniers Frederiks stel ik (directeur gemeentewerken) U (B&W) voor aan de commandant van de mariniers te Doorn te verzoeken om – indien nogmaals een begrafenis met militaire eer plaats zal vinden- hierover in eerste instantie rechtstreeks contact met mij op te nemen. Met brief van B&W aan commandant van de Van Braam Houckgeestkazerne, dd. 11-6-1968.
23-1-1969 Advies over urnenmuur. Diverse stukken en tekeningen. 24-1-1967 Heden verzonden wij per P.T.T. aan bovenstaand adres (beheerder algemene begraafplaats) de asbus, houdende de as van wijlen de heer Hermanus Rollman, ter bijzetting op de onder uw beheer staande begraafplaats. Brief van Crematorium te Dieren. Drie stukken. 5-3-1963
brief van directeur gemeentewerken aan B&W. Op woensdagmorgen 27-2-1963 omstreeks 10.00 uur, werden door de hulpopzichter van de NAB 4 mariniers aangetroffen op het in exploitatie zijnde gedeelte van de NAB en komende uit het gemeentelijk bosbezit. Op de vraag van de hulpopzichter of de heren iets zochten, keken ze zeer verbaasd op. Nav. legitimeerde de hulpopzichter zich en verzocht de mariniers zich van de begraafplaats te verwijderen. De bij de groep aanwezige sergeant gaf het volgende commentaar: Daar heb ik niets meer te maken Dit terrein staat op onze kaart en wij hebben opdracht overal dwars doorheen te gaan. Kort hierop vertrokken zij op eigen initiatief. Herhaaldelijk komt het voor dat de manschappen van de van Braam Houckgeestkazerne bij hun oefeningen langs de Arnhemse Bovenweg, dwars door de beplanting van de voortuin van de woning van de hulpopzichter rennen en door de beplanting en gazons van het voorterrein van de NAB…. op de stafkaarten staat het als open terrein. Advies dit terrein van de stafkaarten te schrappen als oefenterrein. Met brief van B&W aan Departement van Defensie.
2-12-1968 brief van J.E.F. Wolf-Frank ook namens mej. Lindhout over afsluiting van kraan op begraafplaats, onprettige behandeling door opzichter en slechte aanduiding op de NAB. Veel bloemen zijn afgevreten door konijnen en herten. Ook in 1965 al brief hierover gestuurd. Met reacties van B&W en gemeentewerken.
5
11-12-1969 brief van B&W aan P. van der Kolk om geen toezeggingen meer te doen aan begrafenisondernemers om te begraven buiten de vastgestelde tijden.
6