Nieuwsbrief Kangoeroes ’66
Editie: februari 2012
Van de voorzitter Sportvrienden, De eerst digitale brief van het nieuwe jaar. Ondanks de vele negatieve berichten over het komend jaar, de crisis en zo, ben ik van mening dat we niet moeten zeuren, maar de schouders eronder en er wat van maken! De bijeenkomst in de Molen ligt nog vers in het geheugen, niet zo uitbundig als anders, maar dat had een ’n droeve reden, ons clublid van het eerste uur, Ties van Offeren, was op 15 december overleden. Ook verloren we in 2011 ons oudste clublid, Jan van Walsum, op bijna 90 jarige leeftijd. Ook zijn er enkele leden van ons weduwnaar geworden. Jan Zachariasse en onlangs Henk Veldhuizen. Wij wensen hen veel sterkte. Op zaterdag 31 december waren er oliebollen in het bos en ‘’gloeiwijn’’, helaas was het regenachtig weer en de opkomst niet zo groot. Zondag 25 maart a.s. gaat de zomertijd weer in, de winter moet nog komen, en starten we zaterdag 31 maart voor het eerst weer bij het zandgat Kwintelooijen. Het lijkt het bestuur een leuk idee om bij het wisselen van het seizoen, net als in het najaar, met elkaar te gaan ontbijten, na het lopen. Bijv. restaurant La Montagne, van 09.15 uur – 10.30 uur op 25 maart.
Denkt u ook nog aan de contributie voor 2012? SNSbank: 93.96.25.067 t.n.v. Kangoeroes ’66.
Berichten uit de ziekenboeg Gert van Manen is geholpen in Gronau en intussen weer thuis, ik heb hem bezocht namens de club met een fruitmand. Rien van Elst wordt een dezer dagen geholpen aan staar. Jan van Lunteren wordt een dezer dagen voor een ingreep opgenomen in het ziekenhuis te Ede. Wij wensen iedereen een spoedig herstel!
Dankbetuigingen
Ledenlijst – aantal leden per leeftijdsgroep Toen ik in 2001 aantrad als secretaris/penningmeester van de vereniging, heb ik tijdens de Kerstviering in de molen de volgende grafiek getoond over de leeftijdsopbouw van ons ledenbestand.
Na ruim
10 jaar is dat nu als volgt.
De conclusie is dat we trouwe leden hebben. Er is weinig nieuwe aanwas, wel hebben we in die periode helaas enkele zeer gewaardeerde leden verloren als gevolg van overlijden. Over 10 jaar maken weer zo'n grafiek en dan hopen we diverse 90-jarigen te kunnen optekenen! En uiteraard hun kleinkinderen te hebben verwelkomd als lid. Dirk Jans, Secretaris/penningmeester.
Mag ik me even voorstellen Al wandelend/joggend door het bos hoor je nog wel eens “wie is ook al weer die man daar”? Dat bracht ons op het idee van deze rubriek. Het ligt in de bedoeling dat in iedere Nieuwsbrief twee leden zich even voorstellen. Deze keer: Hans van Tuil en Kees Hoezen. Er is mij gevraagd om als eerste "gewone" Kangoeroe een stukje te schrijven over mijzelf, dit om te publiceren op onze website. Tevens ontving ik het verzoek iemand aan te wijzen die dit een volgend keer gaat doen. Graag geef ik gevolg aan deze verzoeken en wil mijn levensloop starten in het jaar 1949. Veenendaal telde toen om en nabij de 35.000 inwoners, bestond 400 jaar en was verdeeld in Stichts Veenendaal (Rhenen) en Gelders Veenendaal (Ede). In dat mooie jaar, bijna 63 jaar geleden, ben ik geboren op de Holleweg, schuin achter de Molen van Gerrit, de laatste jaren ons Kangoeroenest. Tegenwoordig is deze locatie gemeente Veenendaal, maar in 1949 was dit nog Renswoude. Mijn vader schreef me dus in bij de gemeente Renswoude onder de namen Johannes Bart van Tuil, roepnaam Hans, geboren op 11 februari. Lang heb ik in het "Stichtse" Veenendaal niet gewoond, het duurde maar 1 jaar. Ook in Veenendaal was iedereen druk bezig met de naoorlogse opbouw. Zo ook mijn ouders en zij besloten een nieuwe start te maken door een huis aan de Larikslaan te betrekken. Daar heb ik een jaar of twintig met heel veel plezier gewoond. Ik had daar samen met mijn vrienden een prachtige jeugd en we probeerden door goed "je best " te doen op school en ook daarbuiten, iets te bereiken om vooruit te komen, zodat je maar niet in die "fabriek" terecht zou komen. Ik kom uit een gezin van 6 kinderen en dat was voor mijn ouders uiteraard hard buffelen om de zaak draaiende te houden, wat ze uiteindelijk goed is gelukt. Zelfwerkzaamheid stond bij ons thuis hoog in het vaandel en dat was voor later een goede leerschool. Zoals veel jongeren uit onze buurt, heb ik op de lagere (Boslaan) school gezeten bij meester Dillingh en ben daarna zoals veel Kangoeroes naar Thoomes gegaan (ULO). Na enige avondstudies en het volbrengen van mijn militaire dienst ben ik als jonge vent, na eerst 2 jaar bij de "Mus" (Hollandia Wol en Kousen fabrieken, aan het Verlaat) te hebben gewerkt, uitgevlogen naar het westen van het land. In die tijd was het wel bijzonder als je op je 18e, als Veense jongen buiten Veenendaal in Amsterdam of Den Haag aan het werk was. De meeste kinderen gingen hier toen nog steeds naar de "fabriek". Ik heb nooit overwogen om naar het westen te verhuizen omdat ik het toch in dit stadse dorp prima naar mijn zin had en nog steeds heb. Mijn diensttijd heb ik trouwens doorgebracht als dienstplichtig onderofficier bij de Pantser Genie en ze maakten me commandant van een Centurion tank. Omdat het ijzeren gordijn toen nog bestond, heb ik tijdens mijn diensttijd als parate hap de wacht gehouden over menig Kangoeroe. Het Rode Gevaar kreeg niet de kans door te stoten naar de Rijn. Een woord van dank heb ik tot op de dag van vandaag nooit mogen ontvangen! Ik ben al ruim 40 jaar getrouwd met Ada Ploeg, toen een meisje uit Amerongen. Zij en haar familie zijn in de jaren 70 verhuisd naar Veenendaal. Wij hebben 2 prachtige dochters gekregen en zijn opa en oma van 2 kleinkinderen. Vanaf mijn 14e levensjaar ben ik gaan volleyballen en competitiespelen bij V.C.V., v.h. Panters en heb dat volgehouden tot mijn 50ste. Bij V.C.V. ben ik vele jaren actief geweest als trainer, coach en diverse bestuursfuncties. Mijn werkzame leven heb ik vanaf 1968 doorgebracht als een soort "commerciële-boekhouder" en die waren, ook toen al, dun gezaaid. Ik ben importeur/distributeur geweest van een aantal prachtige audiomerken zoals o.a. Tandberg, Mission luidsprekers, Wharfedale en nog een aantal toonaangevende audiomerken. De laatste 25 jaar als mede-eigenaar van een bloeiende onderneming. Buiten het
ondernemen was ik zakelijk ook veel bezig met het luisteren, beoordelen en demonstreren van muziek via geluidsapparatuur. Deze kennis en ervaring werd weer gebruikt voor het samen met fabrikanten ontwikkelen van nieuwe producten. Al die jaren heb ik veel gereisd en dus veel van de wereld gezien. Vier jaar geleden, nog net voor de eerste financiële crisis, zijn we met het bedrijf gestopt en hebben dit deels overgedaan aan het personeel. Nu ben ik dus een commerciële emeritus -audioloog en probeer mijn tijd te vullen met taken als oppas opa, tuinman, manus van alles, zit veel in ons chaletje in Friesland en ben een enthousiaste vaarder, speel tennis, ben Lord van de VWC (Veense Whisky Clan) en doe aan vrijwilligerswerk. Toen ik nog werkte heb ik veel beurzen en andere evenementen georganiseerd en deze ervaring komt nu goed van pas door als medeorganisator van een aantal Kangoeroe lustrumfeesten op te treden. Destijds, 20 jaar geleden, ben ik door inbreng van Maarten Punt, lid geworden van de Kangoeroes. Ik kende al aardig wat mensen dus deze stap was niet al te moeilijk. Het lopen daarentegen kostte in het begin nog heel wat inspanning en energie om op een beetje redelijk niveau mee te kunnen, maar ook dat is gelukt. Mijn 1ste doel was om Rien van Elst bij te houden en dit kwam uiteindelijk goed. "Dieselen werd mijn motto". Tot op de dag van vandaag heb ik nog geen spijt gehad van het Kangoeroe zijn en het mooie van deze club is dat "buiten" het gezond bezig zijn, de prachtige feesten in het Berghuis , het kerstfeest in de Molen en niet te vergeten de lustrumfeesten, je altijd deel uitmaakt van een positief geheel. Wanneer je hardloopt, zachtjes loopt, wandelt, er is altijd wel iemand waarmee je je blijdschap, zorgen, verdriet kunt delen of advies kunt vragen en dat is mooi in deze jachtige tijd. De webmaster, Dirk Reede, heeft mij gevraagd iemand aan te wijzen voor een volgende "Mag ik mij even voorstellen", dit wil ik dan ook graag doen en Meindert Boorsma is mijn man. Hans van Tuil. Mag ik me even voorstellen? Graag stel ik mij als “jongste” lid van de vereniging even voor. Mijn naam is Kees Hoezen en sinds augustus vorig jaar loop ik in principe elke zaterdag mee. Al eerder had Meindert Boorsma mij uitgenodigd mee te doen, maar omdat mijn zoon Matthias tot nu toe meestal zaterdagochtend voetbalde en ik leider van zijn team was, was het daar tot nu toe nog niet van gekomen. Al ruim meer dan twintig jaar wonen mijn vrouw Janneke en ik met veel plezier in Veenendaal. Na mijn studies natuurkunde en bedrijfskunde aan de Universiteit Twente (toen nog TH) ging ik voor mijn tweede baan in Velp werken en zij in Doorn. Veenendaal lag mooi centraal tussen die plaatsen in en was sindsdien altijd op redelijke afstand van de plaatsen waar ik werkte en Schiphol, waar ik vanwege mijn werk erg veel gebruik van maakte. Ook onze kinderen zijn hier geboren. Twee zijn al weer het huis uit: Esther studeert Pedagogische Wetenschappen in Groningen, Cecilia Muziektheater in Rotterdam, Matthias doet 5 Atheneum. Ik heb altijd in sales/marketing, product and supply chain management rollen gewerkt in met name chemische en food business-to-business (ex-)Unilever bedrijven. Daarvoor ging ik de hele wereld over: een tijd in Noord- en Zuid-Amerika, markten ontwikkelen vlak na de Wende in Centraal/ Oost-Europa, daarna Azië en Afrika. Momenteel zit ik bij Sime Darby Unimills in Dordrecht, een plantaardige olie raffinaderij, onderdeel van de grootste palmolie producent ter wereld. Op zich een leuke business, maar ik zit er al weer 7 jaar en als zich iets interessants in de buurt voordoet, zal ik dat zeker overwegen. De ruwe palmolie komt met name uit Maleisië en Indonesië, de afzet van de geraffineerde en verder bewerkte producten vindt vooral in Europa plaats, voor mij dus dicht bij huis. Daardoor zijn mijn reizen wat minder lang dan voorheen, waardoor ik wat meer tijd heb voor mijn grote passie: Muziek! Vroeger speelde ik al veel in pop- en jazzbandjes (piano, gitaar en zang) en sinds een jaar of tien heb ik de klassieke muziek ontdekt. Die beoefen ik vooral door te zingen, o.a. bij de plaatselijke oratoriumvereniging, waar ik zeven jaar geleden al snel tot voorzitter verkozen werd. (Hier is
volgende maand overigens een zeer interessante zangworkshop te volgen voor tenoren en bassen door o.a. Robbert Muuse, professioneel bariton, zie www.oratoriumvereniging.nl of info bij mij.) Ook ben ik lid van een cantatekoor in Amersfoort en word ik af en toe gevraagd elders medewerking te verlenen. Al tijdens de eerste zaterdagochtend vond ik de Kangoeroes een inspirerende club. Bij terugkeer op de parkeerplaats bleken twee leden, die de zeventig ruim gepasseerd zijn, nog steeds tot de kopgroep te behoren (en mij er dus uit te lopen). Voorwaar voor mij een uitdaging op dat niveau te komen en nog jaren te blijven! De pen geef ik door aan Menno Vinke. Vriendelijke groet, Kees Hoezen.
Johannus Bos – beter bekend als Hannus Huh Al decennia lang genieten wij als Kangoeroes van al het moois dat Landgoed Prattenburg en zijn omgeving ons te bieden heeft. Ontelbare keren zijn we (vaak achteloos) voorbijgegaan aan het markante huisje aan de rand van het Egelmeer. Oud Veenendalers binnen onze club kennen deze plek maar steeds minder mensen kennen het verhaal dat er onlosmakelijk mee verbonden is. Onderstaand het prachtige verhaal over Hannes Hu. Het huisje van Hannes in 2010. Coll. Gemeentearchief Veenendaal. Foto: )anny Groenleer.
Voor de Veenendalers was Hannes Hu gedurende meer dan een halve eeuw een bekende figuur. Hij groeide op, samen met zijn broer Albert, in een huisje bij het Egelmeer. Zijn bekendheid had hij te danken aan zijn talent als verhalenverteller en aan de gunstige ligging van zijn huisje. Vooral ’s zondags maakten veel Veenendalers een fiets- of wandeltochtje om het Egelmeer en troffen dan Hannes Hu, die belust op een praatje, de voorbijgangers stond op te wachten. Leunend op zijn hekje vertelde hij fantastische verhalen, dikwijls doorspekt met waarnemingen uit de mobilisatie- en oorlogstijd. Vrij en wild Het huisje van de familie Bos maakte deel uit van een kleine nederzetting in de stille verlatenheid van het moeras en de uitgestrekte bossen tussen Amerongen en Veenendaal. In 1882 werd Johannes (Hannes) geboren en Albert in 1889. In 1909 woonden daar nog drie families n.l. de gezinnen van Rijk en Aalt Versteeg en de familie Bos. Ze ploeterden van de morgen tot de avond en trokken zich van niets of niemand wat aan. Vader Bos was arbeider. Hij was het ook die het contact met de buitenwereld onderhield. Iedere zaterdag liep hij met een blauw geruite zak naar Veenendaal. Nooit een stap harder of zachter, altijd in hetzelfde tempo. En Hannes en Albert? Ze wilden niet naar school, bang als ze waren voor al die andere kinderen. Het liefst dwaalden ze rond in de vrije natuur. Maar al gauw leerden ze wat werken was. Spitten, bomen vellen, hout laden. Allebei waren ze oersterk, maar Albert was de sterkste. Als het moest tilde hij in zijn eentje een boom op en zo nodig nam hij ook zijn oudere broer in bescherming tegen de veldwachters. Na de dienders kwam het leger. Ze moesten allebei in dienst, maar waren er binnen twee dagen weer uit. “Niet voor rede vatbaar” schreven de autoriteiten op hun korte staat van dienst. Het leven hernam zijn gewone gang en Hannes werd voerman. Met een bespannen wagen reed hij zand en grind naar Veenendaal en met een bulderend “Hu” bracht hij zijn paard tot stilstand. Hij hield er zijn uitschel aan over. Boeren In 1921 overleed de moeder van de jongens en in 1927 de vader. Albert, die zich over het huishouden ontfermde, kon niet voorkomen dat de boel gaandeweg verslonsde. Hoe kon het ook anders? Ze hadden geen gas, geen waterleiding, geen elektriciteit. Er was een aangestampte aarden vloer en er waren
Hannes Bos, 1949. Coll. Gemeentearchief Veenendaal.
kisten om op te slapen. Nergens gordijnen. Kippen die vrij in en uit liepen. Niet in alle opzichten leken de broers op elkaar. Albert verzorgde zich goed en ging iedere week naar de markt voor de boodschappen. Hannes bleef thuis en vervuilde. Nooit schoor hij zich. Als zijn baardharen te lang werden knipte hij ze af met een schaar. Hij droeg altijd hetzelfde pak. Had een zwarte pet op die glom van het vet en kleedde zich in een rafelige pilobroek. Liep altijd op klompen en over zijn kin liep tabakssap. Hannes was zwaar gebouwd, Albert daarentegen was lang en mager. Waar leefden ze van? Ze verbouwden o.a. rogge, aardappelen en bieten. Ook hielden ze koeien, katten en bijen. Ze raapten de kippeneieren op die overal lagen. Soms begroetten ze de kuikens, die ineens ergens vandaan kwamen. Publiek Met de aanleg van de Defensieweg in 1939 kwam er meer drukte. De weg liep langs de hut van de kluizenaars. Fietsers en wandelaars uit Veenendaal maakten er gretig gebruik van. Het stulpje werd een bezienswaardigheid. Albert moest niets van de drukte hebben, maar als Hannes in de verte mensen zag aankomen stond hij al bij het hek met zijn stok in de hand, of ging hij op het bankje zitten dat tegen het huis stond. Hannes voor zijn huisje, circa 1955. Coll. Gemeentearchief Veenendaal.
Zijn favoriete onderwerp waren de meidagen van 1940. In die verhalen speelde hij zelf de hoofdrol. Feit en fictie liepen door elkaar. Dat er een kanon was dat zijn huisje deed schudden zal wel kloppen, maar dat hij Nederlandse vliegtuigen met krachtige stem naar de Grebbeberg dirigeerde, past in zijn fantasie. De mensen vonden het mooi. Hannes was een bezienswaardigheid. Broer Albert probeerde zijn broer te beschermen tegen plagerijen. Maar Hannes ging door met zijn verhalen. Hij kon de contacten niet missen. Wie hem niet plaagde, maar hem serieus nam, had bij hem al gauw een streepje voor. Jongelui, met wie hij een goed contact had, kwamen een keer langs. Hannes liep niet naar het hek, maar bleef op het bankje zitten. Hij bleek een flinke beenwond te hebben, waar de jongens bezorgd naar keken en hem adviseerden naar de dokter te gaan. Met het klimmen der jaren viel het Hannes steeds zwaarder om waarheid en verbeelding uit elkaar te houden. Hij kon zijn luisteraars niet meer boeien en ze kregen hem zo ver dat hij nog fantastischer verhalen ging vertellen. Zittend op een boomstam beweerde hij, dat hij een zoon van Stalin onderdak had gegeven. De week daarop brachten de grappenmakers een brief mee. “Een bedankbrief van Stalin” zeiden ze. Hannes, analfabeet, was als een kind zo blij. Rust Op 30 december 1958 trouwde Albert Bos met Cornelia Maria Hulsebos. Zij was op 5 december 1912 in Amsterdam geboren en woonde sinds 1954 in Veenendaal. In het leven van beide broers betekende haar komst niet minder dan een keerpunt. Het huisje werd een beetje opgeknapt. Minstens zo belangrijk was dat Corrie de mannen zoveel mogelijk onttrok aan de ongezonde nieuwsgierigheid van de voorbijgangers. Het werd rustiger bij het Egelmeer. Voor het eerst in zijn leven luisterde Hannes naar de radio en als hij naar buiten kwam herkende niemand hem meer. Zo mocht hij nog een jaar of wat genieten van een goedverzorgde oude dag. Hij overleed op 12 maart 1964 in het huisje waar hij 81 jaar geleden geboren was. Vier dagen later werd hij begraven op de algemene begraafplaats in Veenendaal. Geen rouwadvertentie in de krant. Wel een uitgebreide necrologie met de kop “Hannes Bos eens populair, nu in stilte gestorven”. Nog stiller werd het na het overlijden van Albert. Zijn weduwe vertrok naar Veenendaal en stierf in 1984 in Rhenen. Er kwam geen steen op het familiegraf van Hannes, Albert en Corrie. Een ander monument hield de herinnering aan Hannes Hu vast: zijn huisje.
Bewondering In menige publicatie zingt veldbioloog Adriaan de Kleuver de lof over het Egelmeer. De klokjesgentianen en de zonnedauw, de boomvalk en de hermelijn, het ruige bos en de stilte van het winterlandschap; Adriaan kon er geen genoeg van krijgen. Voor hem was het Egelmeer een “idylle van ongekende schoonheid” en het hutje van Hannes Hu en haar voormalige bewoners droeg daar niet weinig aan bij.
Bron: Het verhaal “Johannes Bos – beter bekend als Hannes Hu”, is oorspronkelijk een bijdrage van drs. G.C. Groenleer in het boek ‘Markante Veenendalers’ dat in 2010 werd uitgegeven door de Historische Vereniging Oud Veenendaal. Met toestemming van de auteur heeft onze Teus van Beek het oorspronkelijke verhaal ingekort voor deze Nieuwsbrief.
Reacties Wil je reageren op deze Nieuwsbrie en/of heb je een leuke suggestie, stuur dan je reactie naar onderstaand e-mailadres: Walter Bosters, Sparrenlaan 28, 3904 KB Veenendaal Tel. 0318-513525 E-mail:
[email protected] De volgende Nieuwsbrief verschijnt april 2012.