Steun ons op
giro 609060 www.xminy.nl
nieuwsbrief Jaargang 19 | nummer 4 | augustus 2014
in deze nieuwsbrief: • Honduras: Nederland investeert in omstreden stuwdam • Kenia: ouderen levend in brand gestoken • Bangladesh: van wie is het land in Bangladesh?
Redactie: Ruby van Leijenhorst Tekst: Willeke te Flierhaar, Doron Joles, Ruby van Leijenhorst, Koen Meeuwsen Correcties: Sophie Lambers Vormgeving: Benjamin van Vianen Druk: Drukkerij De Raddraaier
Kamervragen Als kleine organisatie heeft XminY beperkte tijd en middelen. Desondanks zijn we soms toch in staat om meer te doen voor de groepen die we steunen. In Honduras zetten we ons in voor COPINH, een collectief van Lenca-indianen dat zich verzet tegen de bouw van een waterkrachtcentrale die gefinancierd wordt door de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO. Dat het hier om een omstreden project gaat is niet onopgemerkt gebleven in politiek Den Haag en er zijn ook Kamervragen gesteld. Onze vrijwilligers hebben deze vragen vertaald naar het Spaans, zodat onze Hondurese vrienden volledig op de hoogte zijn van de Nederlandse discussie omtrent het project. Ook hebben de vrijwilligers andere organisaties benaderd die de Lencaindianen mogelijk kunnen helpen. Het is bijzonder inspirerend om als organisatie naast financiële steun ook praktisch een helpende hand te kunnen bieden. Voor de financiële hulp aan al die groepen zijn we volledig afhankelijk van de steun van onze donateurs, maar ook de tomeloze inzet van onze vrijwilligers is onontbeerlijk. En dat mag ook wel eens gezegd worden.
Ruby van Leijenhorst,
[email protected]
Honduras
Nederland wast handen in onschuld in bananenrepubliek Honduras Na onlusten over de Nederlandse investering in een Hondurese stuwdam en de publicatie van een artikel in de Volkskrant zijn er Kamervragen gesteld. De Nederlandse ontwikkelingsbank FMO en minister Ploumen van buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking verdedigen aannames van investeerders over verantwoordelijk handelen in een corrupt en gewelddadig land.
Honduras in de uitverkoop Honduras is rijk aan natuurlijke bronnen en heeft een grote diversiteit aan planten, dieren en etnische groepen. Aan de andere kant kenmerkt het land zich door armoede, sociaaleconomische
ongelijkheid en afschrikwekkende geweldcijfers. De gemiddelde Hondurees moet voor zijn dagelijks bestaan vechten. Sinds de coup in 2009 is Honduras drukdoende om buitenlands kapitaal aan te trekken voor de mijn- en bosbouw. De biodiversiteit en cultuur van het land komen hierdoor onder druk te staan en mensen worden van huis en haard verdreven. Door corruptie en manipulatie doet het land haar reputatie als bananenrepubliek eer aan. FMO [zie kader] doet er nog een schepje bovenop door de bouw van een omstreden stuwdam te financieren in het gebied van de Lenca-indianen.
Verdeel en heers De indianen verzetten zich uit alle macht hiertegen en beroepen zich op hun recht op zelfbeschikking. Zij zijn bang dat hun land en culturele erfgoed verloren zullen gaan. Door manipulatie en valse beloftes aan sommige Lenca-dorpen, en juist niet aan anderen, hebben de investeerders verdeeldheid gezaaid in de Lenca-gemeenschap en is het vorig jaar tot ongeregeldheden gekomen. Er zijn demonstraties geweest tegen DESA, het lokale bedrijf dat de stuwdam bouwt. De repressie is echter enorm en er zijn al meerdere doden gevallen. COPINH, de grootste organisatie die opkomt voor de positie van de Lenca-indianen, heeft de Nederlandse regering een brandbrief gestuurd met het verzoek zich terug te trekken uit het project. Coördinator Bertha Cáceres: ‘Als FMO de financiering doorzet, is het medeplichtig aan schending van de mensenrechten en moord. Ik ben zelf ook al talloze keren met de dood bedreigd.’
Kamervragen Na een artikel in de Volkskrant in mei van dit jaar, over deze wantoestanden, heeft SP-Kamerlid Jasper van Dijk Kamervragen gesteld [zie kader]. Minister Ploumen heeft zich bij het beantwoorden van deze vragen gebaseerd op de antwoorden en aannames gedaan door FMO. FMO baseert zich vervolgens weer op informatie die verstrekt wordt door de Hondurese partner DESA. Gezien de corruptie en manipulatie in Honduras,
Link naar Kamervragen: http://tinyurl.com/n6vxpc9
lijkt het duidelijk dat de aannames van FMO slechts een kant van de zaak belichten en niet per se gebaseerd zijn op feiten.
XminY steunt de Lenca’s Maar de strijd is nog niet gestreden. Door de nauwe banden van XminY met COPINH is XminY in staat om dit verzet niet alleen financieel maar ook met directe actie te ondersteunen. Zo zijn de antwoorden op de Kamervragen door XminY vertaald in het Spaans zodat men in Honduras de officiële Nederlandse argumentatie kan lezen. Op deze manier kunnen zij zich inhoudelijk beter verweren tegen het bataljon advocaten dat de Nederlandse belangen verdedigt. Ook zijn er contacten aangehaald met andere Nederlandse organisaties om samen te werken aan het indienen van een officiële klacht bij FMO. Als de onafhankelijke commissie de tegenargumenten gegrond acht, zou dit het einde van het project kunnen betekenen. Zover is het echter nog lang niet. ‘De strijd is hard en moeilijk, maar zeker niet kansloos’, aldus Cáceres.
XminY steunt dit project met € 2000,FMO is de internationale ontwikkelingsbank van Nederland. FMO investeert risicodragend kapitaal in bedrijven en financiële instellingen in ontwikkelingslanden die (nog) geen toegang hebben tot de gangbare bronnen van vreemd en/of risicodragend vermogen. Het doel is florerende bedrijven en financiële instellingen te creëren die als motor fungeren voor duurzame groei in hun land.
Bangladesh
Van wie is het land in Bangladesh? Er speelt al jaren een conflict rond landrechten in het zuidoosten van Bangladesh. De inheemse bevolking, bestaande uit elf verschillende etnische groepen, is om verschillende redenen van hun land verjaagd. Weliswaar werd er na een periode van bloedige strijd een verdrag getekend dat de inheemse bevolking meer rechten zou moeten geven, maar tot op heden zijn zij nog steeds landloos.
Dubbele klap Het begon allemaal in de jaren 60, toen de bouw van een megadam in het gebied Chittagong Hill Tracts (CHT) ervoor zorgde dat 100.000 inheemsen, vooral boeren, van hun land moesten vertrekken zonder dat zij hiervoor gecompenseerd werden. Tegelijkertijd besloot de regering dat er een programma moest komen om de bossen te beschermen. Een goed idee wat betreft natuurbescherming, maar dit betekende wel dat 25 procent van de regio niet langer als landbouwgebied gebruikt kon worden. Een dubbele klap voor de inheemsen.
Conflict Doordat de regering vanaf eind jaren 70 steeds meer Bengaalse inwoners van het vlakke land naar de heuvelachtige CHT begon te verhuizen, ontstonden er nog meer spanningen. De vlam sloeg dan ook al snel in de pan en de regering stuurde het leger erop af. Duizenden inheemsen vluchtten naar India en verbleven daar jaren in vluchtelingenkampen.
Verdrag In 2009 tekende de regering een nieuw verdrag dat de rechten en autonomie van de inheemsen moest waarborgen en de toeloop van Bengaalse kolonisten zou tegengaan. Ook zou het leger vertrekken uit de regio. Veel vluchtelingen keerden terug uit India, maar op hun land vonden ze de Bengaalse kolonisten die natuurlijk weigerden te vertrekken. Van het verdrag is dus tot op heden helemaal niets terechtgekomen.
Rechtszaken Voor de inheemsen lijkt de enige mogelijkheid om hun land terug te krijgen een rechtszaak aanspannen. Ze zijn echter merendeels ongeletterd en arm. En dus vertrekken veel inwoners weer naar India of Birma; zonder land om te verbouwen is er geen toekomst voor hen in Bangladesh.
Droom Toch is er een lichtpuntje. De jonge organisatie Hanani Lantri zet zich in voor de landloze inheemsen en organiseert samen met hen demonstraties en bijeenkomsten om zoveel mogelijk landloze boeren bij elkaar te krijgen. Als groep willen zij beginnen met het in gang zetten van verschillende rechtszaken, die er hopelijk toe zullen leiden dat het verdrag wordt nageleefd en de inheemsen weer land tot hun beschikking krijgen. Want hun eigen land beheren en verbouwen is voor de meeste boeren hun allergrootste droom.
XminY steunt dit project met € 2000,-
XminY steunde onlangs ook € 689,-
€ 675,-
Campagne tegen arbeidsdiscriminatie
Red het zonevrijebos
Kazachstan
België
€ 1100,Campagne voor schone Brantas rivier
Indonesië
€ 600,March for Marriage
Engeland
Kenia
Kenia: ontvoeringen en verbrandingen omwille van ‘hekserij’ Stel je voor: je zit rustig aan tafel met je grootmoeder. Plotseling wordt er ruw op de deur gebonkt. Er klinkt geschreeuw. Een groep mannen stormt het huis in. Met veel geweld wordt je grootmoeder naar buiten geduwd. In de verte zie je rookpluimen. Ze zal levend worden verbrand, omdat ze wordt verdacht van hekserij. Dit klinkt als een onwaarschijnlijk nachtmerrieverhaal. Toch is dit de gruwelijke werkelijkheid in de Keniaanse stad Kisii. Er zijn al meer dan vijftig ouderen vermoord in de periode van juni 2013 tot maart 2014. En de aantallen lopen op. De politie heeft moeite met voordragen van deze zaken in de rechtbank, omdat niemand getuige wil zijn of bewijs wil leveren.
Bang om oud te worden John Ogeto is een inwoner van de stad Bomachoge. Hij weigert om terug te keren naar zijn oorspronkelijke stad, Kisii. ‘Ze wijzen naar me en zeggen: ‘Kijk, dat is de zoon van een heks.’ Hier in Kisii worden mensen verbrand omdat ze beschuldigd worden van hekserij. De meeste van hen zijn al oud. We hebben nu helemaal geen oude mensen meer in de stad.’ Ogeto nadert de vijftig, dat boezemt hem angst in. ‘Ik ben bang dat ze ook voor mij zullen komen. Het liefst wil ik hier wegvluchten en ergens ver weg gaan wonen.’
Stop de verbrandingen Gelukkig klinkt er een tegengeluid in de vorm van een mensenrechtengroep. Haki
Yetu (‘Onze Rechten’ in Swahili) is een LGBTI-beweging, opgericht in 2010 en uitgegroeid tot meer dan zeventig leden. De organisatie vecht tegen schending van mensenrechten in Kenia. Haki Yetu hoopt de angst onder de families in de stad weg te nemen en de brute ontvoeringen en verbrandingen te stoppen. Vijf dagen lang zullen er demonstraties worden gehouden in Kisii. Daarnaast pleit de organisatie voor volledige bescherming van de ouderen in de omgeving en eist dat de politie 24 uur per dag patrouilleert om meer moorden te voorkomen. Verder worden er petities getekend en overgedragen aan de OCPD (Officer Commanding Police Department). De organisatie wil getroffen families en ouderen die mogelijk doelwit zijn mobiliseren. Haki Yetu daagt tot slot ook de regering uit in de rechtbank, omdat zij hebben gefaald de oudere generatie te beschermen in de afgelopen vijf jaar.
gemeenschappen zijn ook heksen, maar hier nemen wij het heft in eigen hand.’ Later bleek dat de jongen die plots niet meer kon praten, leed aan epilepsie.
Demonstraties Het uiteindelijke doel van Haki Yetu is om het zinloze moorden van de ouderen te stoppen, hoe moeilijk dat ook gaat zijn. Het archaïsche geloof in hekserij zit diepgeworteld in de cultuur van Kisii. Duidelijk is dat er snel actie moet worden ondernomen, anders zullen er nog vele slachtoffers volgen. Momenteel is de groep in gesprek met getroffen families om te luisteren naar hun verhalen en angsten. Ze bespreken samen met hen wat de overheid zou kunnen doen om hen en hun ouderen te beschermen. In juli en augustus zullen de demonstraties plaatsvinden. Het is te hopen dat deze zullen leiden tot vrede en rust in de stad, voor jong én oud.
Overtuigd van hekserij Dat het een hardnekkig probleem betreft, blijkt uit de gesprekken die de organisatie had met verschillende jongeren die meehielpen met mensenverbrandingen. ‘Natuurlijk zijn er mensen verbrand. Maar er is ook bewijs dat zij heksen waren’, aldus één van hen. ‘Er was bijvoorbeeld een kind dat de hele nacht buiten heeft rondgelopen, de volgende ochtend kon hij niet meer praten. We zijn erg kwaad en daarom moeten de boosdoeners gestraft worden, door ze te doden.’ Zijn vriend is het daarmee eens. ‘In andere
Op internet circuleert een filmpje waarop te zien is hoe verschillende ouderen mishandeld en in brand gestoken worden. De beelden zijn uitermate schokkend: http://tinyurl. com/pa7xt4v
XminY steunt dit project met € 1000,-
België
€ 910,-
Kenia
€ 832,50
Turkmenistan
€ 1000,-
Huisartsen in actie als Streetmedic
Dappere dienstmeisjes in staking
Actie in Ashgabat: gezinnen al jarenlang dakloos
Twee Belgische artsen zijn een Streetmedicteam begonnen. Het politieke klimaat in België is de laatste jaren verhard en tijdens demonstraties wordt steeds vaker geweld gebruikt door de politie. De artsen willen tijdens acties de demonstranten morele en concrete medische steun bieden.
Zestien uur per dag, zeven dagen per week keihard werken voor een schamel loon. Vergeleken met de Keniaanse dienstmeisjes heeft Assepoester een luizenleventje. En de vrouwen kunnen ook niet rekenen op een knappe prins die hen uit de klauwen van hun werkgevers komt redden. De dappere dienstmeisjes komen daarom zelf op voor hun rechten.
In de jaren negentig besloten lokale autoriteiten in Ashgabat, de hoofdstad van Turkmenistan, een ambitieus project te starten in de vorm van ‘stadsvernieuwing’. Wolkenkrabbers, exclusieve appartementen en parken schoten de grond uit. Maar al deze ingrijpende veranderingen bleken niet zonder ernstige consequenties voor de inwoners.
Bewust een laag salaris De twee huisartsen werken in deeltijd in een sociaal buurtcentrum in Antwerpen. ‘We verdienen bewust een laag salaris’, zegt Egmont, een van de Streetmedics. ‘Op die manier proberen we de band met de werkende bevolking te behouden. Door in deeltijd te werken, houden we meer tijd over om ons als Streetmedic in te zetten bij acties sandere projecten.’
Niet neutraal ‘Als Streetmedics zijn we niet neutraal, maar steunen we de acties waar we aan deelnemen. We trekken ons in geval van politiegeweld of arrestaties niet terug, maar blijven de demonstranten ondersteunen met medische hulp. Dat is niet zonder risico, we kunnen natuurlijk zelf ook aangehouden worden.’ In hun korte bestaan namen de Streetmedics al deel aan verschillende acties, zoals de klimaattrein in Warschau en de Europese vakbondsbetoging in Brussel.
Verbandmateriaal Om hun werk voort te kunnen zetten hebben de artsen behoefte aan verschillende soorten medicatie en verbandmateriaal, helmen en beschermende en reflecterende kleding. Egmont: ‘Er zijn al meer medisch geschoolden die hebben aangegeven zich aan te willen sluiten. We hopen dan ook dat we snel kunnen groeien en aan nog meer acties mee kunnen doen.’
Misbruikt Dienstmeisjes staan in laag aanzien in Kenia. Ze komen meestal uit de lage klasse en zijn niet of nauwelijks opgeleid. Omdat ze bij hun werkgevers inwonen en er helemaal alleen voor staan, zijn ze overgeleverd aan de grillen van hun werkgevers. Vrije dagen komen nauwelijks voor en de vrouwen kunnen hierdoor dus bijna nooit hun familie bezoeken. Wie klaagt kan rekenen op ontslag of een pak rammel. Een groot deel van de vrouwen wordt mishandeld en seksueel misbruikt door de heer des huizes. In de Keniaanse maatschappij is er niemand die zich bekommert om het lot van de huishoudsters.
Staking Maar de dienstmeisjes laten het er niet bij zitten. De vrouwen zijn het zat om als slaven te worden gezien en willen als volwaardige mensen behandeld worden. Daarom hebben ze zich verenigd en organiseren ze binnenkort een staking. Een dag lang leggen ze het werk neer. In de dagen daarop organiseren ze een demonstratie. Hun eisen: een vakbond voor huishoudelijke hulpen, fatsoenlijke werktijden, een jaarlijkse loonsverhoging en vakantiedagen. Assepoester kan een voorbeeld nemen aan de strijdbare huishoudsters.
Tent Duizenden mensen moesten gedwongen hun huizen verlaten. De overheid gaf niemand van hen enige financiële tegemoetkoming. Sterker nog, families werden gedwongen hun verwoeste huizen achter te laten en te vertrekken naar een aangewezen stuk verlaten land, ver buiten de stad. Shirin-Daiza, een zeventigjarige inwoonster, vertelt dat de burgemeester haar absurd genoeg een tent aanbood om in te wonen. ‘Hoe kan ik daar nou in wonen, in de woestijn, met mijn drie kleinkinderen?’ Nu leven er zo’n 370 families aan de rand van de stad, in geïmproviseerde containers.
Demonstraties Actiegroep Maşgala (‘familie’) maakt zich hard voor dit soort schrijnende situaties. Met meer dan tweeduizend betogers heeft de groep twee grote demonstraties op touw gezet, onder andere bij het parlementsgebouw, om daarmee dakloze gezinnen te steunen en om de autoriteiten te overtuigen nieuwe appartementen te bouwen. Ook wordt er geld ingezameld voor de families.
Dak Maşgala werd meer dan een jaar geleden opgezet door een groep vrouwen die actief wilde zoeken naar oplossingen voor de problemen van getroffen families. Momenteel bestaat de groep uit zo’n 160 vrijwilligers. Afhankelijk van de beslissing van de overheid organiseert de actiegroep nog meer acties. In de hoop dat iedereen straks eindelijk weer een eigen dak boven zijn hoofd krijgt.