Neurochirurgie
Nekhernia-operatie
Slingeland Ziekenhuis
Patiënteninformatie
i
Neurologie
Algemeen In verband met een nekhernia bent u door de neuroloog doorverwezen naar een neurochirurg. Op basis van uw klachten en lichamelijk onderzoek heeft de neurochirurg u geadviseerd uw nek te laten opereren. In deze folder vindt u algemene informatie over de nekhernia, de voorbereiding op de operatie, de operatie, het herstel en de risico's van een nekhernia-operatie. Het verloop kan per persoon verschillen. Neurochirurg In het Slingeland Ziekenhuis is M.J. Driesse werkzaam als neurochirurg. Wat is een nekhernia In uw wervelkolom zitten: 7 halswervels; 12 borstwervels; 5 lendenwervels.
Afbeelding 1: de wervelkolom
Aan elke wervel zit een wervelboog. Deze wervelbogen op elkaar vormen het wervelkanaal. Hierin bevindt zich het ruggenmerg. Tussen elke twee wervels loopt een zenuw uit het ruggenmerg. Deze zenuwen gaan naar uw armen en benen en zorgen voor het gevoel en dat u kunt bewegen. Spieren, banden en pezen zorgen voor de stevigheid van uw wervelkolom. Tussen de wervels liggen de tussenwervelschijven, die onder andere van belang zijn voor het bewegen van de wervelkolom. De tussenwervelschijf bestaat uit een weke kern en een stevige omhulling. Als in de stevige omhulling een zwakke plek ontstaat, kan de weke kern uitpuilen en op de zenuw drukken. Indien dit gebeurt bij een van de halswervels, dan spreken we van een nekhernia.
Afbeelding 2: een deel van de wervelkolom
Afbeelding 3: uitpuiling van de weke kern van de tussenwervelkolom Verschijnselen van een nekhernia Bij een nekhernia kunnen verschillende klachten optreden: U heeft pijn in uw nek of uw schouders. Sommige mensen hebben ook pijn in een of beide armen. Dat kan een schietende, uitstralende pijn zijn. Sommige mensen hebben een doof gevoel of tintelingen in een hand of arm. Een hand of arm kan ook voor een deel verlamd raken. Deze klachten krijgen mensen alleen als de tussenwervelschijf erg op de zenuw drukt. Heel soms krijgen mensen ook minder kracht in hun benen en problemen bij het plassen. Dat gebeurt alleen als de tussenwervelschijf op het ruggenmerg drukt. Oorzaken van een nekhernia Een nekhernia kan verschillende oorzaken hebben: De belangrijkste oorzaak is slijtage. Tussenwervelschijven slijten als we ouder worden, bij iedereen. Bij de een gaat dit sneller dan bij de ander. Bij sommige mensen is de tussenwervelschijf van zichzelf al zwak. Zij hebben een grotere kans op een nekhernia.
Roken kan de slijtage van de tussenwervelschijven versnellen. U kunt ook een nekhernia krijgen als u uw nek lange tijd te veel belast. Soms is een ongeluk de oorzaak van een nekhernia. Behandeling Niet elke hernia hoeft geopereerd te worden. Met rust en fysiotherapie gaat 70 tot 80% van alle hernia's vanzelf weer over. Daarom is het van belang niet te snel voor een operatie te kiezen. Het moment van opereren hangt in grote mate af van de ernst van de pijn. Meestal opereert de neurochirurg niet binnen 6 weken, tenzij er spoed vereist is. Vallen de pijnklachten mee, dan wacht de arts vaak langer af. Als de klachten na rust en fysiotherapie toch blijven bestaan, adviseert de neurochirurg vaak binnen 6 maanden toch te opereren. Dit omdat is gebleken dat te lang wachten vaak een langere herstelperiode betekent. Voorbereiding op de operatie Pre-operatief spreekuur Voordat u wordt opgenomen in het ziekenhuis heeft u een gesprek met een anesthesioloog en een verpleegkundige. Dit noemen we het pre-operatief spreekuur. Tijdens dit spreekuur wordt gekeken of er nog aanvullend onderzoek nodig is voor de operatie (bijvoorbeeld bloedprikken of een hartfilmpje). Ook bespreekt de anesthesioloog met u op welke manier u wordt verdoofd tijdens de operatie en met welke medicijnen u eventueel (tijdelijk) dient te stoppen. De verpleegkundige geeft uitleg over de opname en uw verblijf in het ziekenhuis. Ook legt de verpleegkundige uit wat u voor de operatie wel en niet mag eten en drinken. Voorafgaand aan het pre-operatief spreekuur heeft u een afspraak op het medicatiespreekuur. Een apothekersassistent neemt uw medicijngebruik met u door. Neem voor deze afspraak altijd uw actuele medicatieoverzicht mee. Dit overzicht is verkrijgbaar bij uw eigen apotheek. Bovengenoemde afspraken worden voor u gemaakt op de polikliniek Pre-operatief spreekuur.
Folders Meer informatie over de manier van verdoven vindt u in de folder 'Anesthesie'. Tijdens het pre-operatief spreekuur krijgt u de folder 'Opname in het Slingeland Ziekenhuis' mee naar huis. Daarin vindt u onder andere informatie over de gang van zaken in het ziekenhuis, wat u meeneemt als u wordt opgenomen en welke voorzieningen er zijn in het ziekenhuis. Informatie over de verpleegafdeling vindt u in de folder 'Verpleegafdeling A1'. De folders zijn ook verkrijgbaar bij het Bureau Patiëntenvoorlichting en te raadplegen op www.slingeland.nl. Medicijnen Neemt u de medicijnen die u gebruikt mee naar het ziekenhuis. Kleding/schoeisel Het is belangrijk om makkelijk zittende kleding mee te nemen voor na de operatie en schoenen die u makkelijk aan kunt krijgen. Wij raden u af om op slippers of sloffen te lopen. Make-up en sieraden Om medische en hygiënische redenen vragen wij u om op de dag van de ingreep geen make-up en nagellak te gebruiken. Ook mag u tijdens de operatie geen sieraden, piercings en haarspelden dragen. De dag van de operatie Melden Meldt u zich op het afgesproken tijdstip bij de medewerker van de receptie bij de hoofdingang. Vervolgens gaat u naar de verpleegafdeling. Op de afdeling neemt de verpleegkundige uw gegevens nog even met u door. De verpleegkundige vertelt u hoe laat de operatie is gepland. Het tijdstip kan veranderen als er een spoedingreep tussenkomt of als het programma uitloopt. Contactlenzen en kunstgebit U mag geen contactlenzen en/of een kunstgebit dragen tijdens de operatie. Doet u deze voor de operatie uit.
Fysiotherapeut Afhankelijk van het tijdstip van de operatie komt de fysiotherapeut voor of na de operatie bij u langs. Hij/zij stelt u vragen die van belang zijn voor de revalidatie. De fysiotherapeut legt u uit hoe u het beste in bed kunt liggen en geeft aanvullende uitleg op de informatie die u van de neurochirurg heeft gekregen. Kort voor de operatie De verpleegkundige geeft u een operatiehemd en meet uw bloeddruk, hartslag en temperatuur. Als u dit met de anesthesioloog heeft afgesproken, krijgt u van de verpleegkundige een tablet of injectie met een rustgevend middel ter voorbereiding op de narcose. Hier kunt u een slaperig gevoel en een droge mond van krijgen. De verpleegkundige brengt u vervolgens naar de operatiekamer. De operatie Voor een nekhernia-operatie gaat u onder narcose. De neurochirurg kan u via de hals opereren of via de nek. Via de hals opereren komt het meeste voor. U ligt dan op uw rug tijdens de operatie. Tijdens de operatie haalt de chirurg de tussenwervelschijf met de uitpuiling weg. Soms vult de neurochirurg de ruimte van de tussenwervelschijf op met botcement of ander materiaal. Met of zonder opvulling, de twee wervels groeien vanzelf aan elkaar na verloop van tijd. Als uw wervels niet stabiel genoeg zijn, is het soms nodig een metalen plaatje aan de wervels te bevestigen. Dat zorgt ervoor dat de twee wervels sneller aan elkaar groeien. Het is voor de operatie niet altijd duidelijk of een metalen plaatje bij u nodig is. De neurochirurg kan dit tijdens de operatie beoordelen. Het aan elkaar groeien van de twee wervels heeft geen gevolgen voor het bewegen van uw nek.
Na de operatie Controle Na de narcose wordt u wakker in de uitslaapkamer en na enige tijd brengt de verpleegkundige u terug naar de afdeling. U krijgt een injectie om trombose (bloedstolsels) te voorkomen. Ook heeft u een infuus waardoor u vocht toegediend krijgt. De verpleegkundige neemt de eerste uren regelmatig uw bloeddruk, hartslag en temperatuur op. Ook controleert de verpleegkundige of u voldoende plast en hoe het gevoel is in uw benen. Meld het de verpleegkundige als u zelf veranderingen bemerkt wat betreft pijn, misselijkheid, kracht en gevoel in de benen of als u twijfels heeft over uw gesteldheid. Drain Mogelijk heeft u een slangetje (drain) in de wond dat het wondvocht afvoert. De drain mag er de volgende dag weer uit. Praten en slikken Het kan zijn dat u kort na de operatie moeite heeft met slikken en praten. Dit gaat vanzelf over. Liggen U heeft één hoofdkussen en u mag liggen in een houding die u prettig vindt. Ondersteun uw hoofd met een dun kussen als u op uw rug ligt. Ligt u op uw zij, dan is het belangrijk dat u de ruimte tussen uw schouders en hoofd opvult met een kussen, zodat u uw nek ondersteunt. U mag zelf in bed draaien, eventueel geholpen door een verpleegkundige. Belangrijk bij het draaien is dat uw gehele nek op één rechte lijn blijft. Eten en drinken Als u niet meer misselijk bent, kunt u weer wat eten en drinken. Uit bed Als u zich goed voelt mag u aan het einde van de operatiedag (de eerste keren onder begeleiding van een verpleegkundige) zelf naar het toilet lopen.
De eerste dag na de operatie Controle De verpleegkundige bekijkt uw wond en verbindt deze zo nodig opnieuw. Medicijnen U krijgt een injectie om trombose te voorkomen en een drankje om de ontlasting iets zachter te maken. Douchen U mag de eerste dag na de operatie weer douchen. Zorg ervoor dat de wond niet nat wordt. Fysiotherapeut 's Ochtends komt de fysiotherapeut bij u langs om onderzoek te doen naar de pijn, het gevoel en de kracht van de arm. U gaat een stukje lopen zodat de fysiotherapeut kan zien hoe het lopen gaat. U mag daarna elk uur 5 minuten lopen en naar het toilet. Ook mag u elk uur 5 à 10 minuten op een stoel zitten als dit lukt. Nemen uw klachten toe tijdens het zitten, dan kunt u beter iets korter gaan zitten. Indien nodig verandert de fysiotherapeut dit schema in overleg met u. Daarnaast gaat de fysiotherapeut met u traplopen. Oefeningen Ook neemt de fysiotherapeut een aantal oefeningen met u door. Doe deze oefening twee tot drie keer per dag. Oefen liever meerdere keren kort, dan eenmaal langdurig. Oefen rustig en let goed op uw ademhaling. Er mag geen pijn en/of uitstraling in de arm ontstaan. Wees de eerste paar dagen voorzichtig met het vooroverbuigen van het hoofd.
Oefening 1: Ga rechtop zitten. Trek uw schouders op en laat uw armen losjes langs uw lichaam hangen. Voel de spanning in uw nek- en schouderspieren. Laat daarna uw schouders los en ontspan. Herhaal dit 10 keer.
Oefening 2: Ga rechtop zitten. Trek uw kin iets in. Draai het hoofd langzaam zo ver mogelijk naar rechts. Draai het hoofd weer terug en doe hetzelfde naar links. Herhaal iedere kant 5 keer.
Oefening 3: Ga rechtop zitten. Laat uw armen ontspannen langs uw lichaam hangen. Beweeg het linkeroor richting linkerschouder totdat u spanning voelt. Houd dit 3 tellen vast en ga dan weer terug. Doe hetzelfde aan de rechterkant. Herhaal iedere kant 5 keer.
Oefening 4: Leg uw handen losjes op uw schouders en draai kringetjes met uw ellebogen, zowel vooruit als achteruit. Draai 10 rondjes.
Oefening 5: Beweeg de top van uw duim en wijsvinger naar elkaar. Strek daarna de vinger en doe hetzelfde met de andere vingers. Wissel daarna van hand.
Oefening 6: Maak een vuist en strek vervolgens uw vingers. Doe deze oefening 5 keer en wissel dan van hand.
Oefening 7: Ga rechtop zitten en laat uw arm langs uw lichaam hangen. Buig en strek uw arm. Uw arm hangt weer naast uw lichaam. Hef uw arm zijwaarts tot schouderhoogte (eventueel met gebogen elleboog). Breng daarna uw arm voorwaarts tot schouderhoogte (eventueel met gebogen elleboog). Laat uw arm vervolgens weer zakken. Herhaal dit met uw andere arm.
Ontslag en controle Als alles goed gaat, kunt u de eerste dag na de operatie naar huis. U krijgt van ons een afspraak mee voor een controle bij de neuroloog. Deze controle vindt na ongeveer 4 tot 6 weken plaats op de polikliniek Neurologie.
Fysiotherapie In principe is fysiotherapie na een nekhernia-operatie niet nodig. Er kunnen redenen zijn waardoor de neurochirurg u wel fysiotherapie adviseert. Dit hoort u voordat u naar huis gaat. Hechtingen Oplosbare hechtingen kunt u na ongeveer tien dagen wegpoetsen. Uw huisarts verwijdert draadhechtingen de achtste dag na de operatie. Vraag de verpleegkundige welke hechtingen bij u zijn gebruikt. Herstel Het totale herstel duurt ongeveer drie tot zes maanden. Uw lichamelijke conditie, leeftijd en eventueel eerdere operaties aan uw wervelkolom zijn uiteraard van invloed op uw herstel. Het grootste herstel vindt plaats in de eerste maanden, dit is dan ook de meest kwetsbare periode voor uw nek/hals. In deze periode is het belangrijk om goed te letten op de houding en de bewegingen die u maakt. Adviezen voor thuis Hieronder volgen adviezen die voor u belangrijk zijn tijdens de herstelperiode. Algemeen In de herstelperiode is het belangrijk om signalen van uw lichaam serieus te nemen. Pijn in uw nek is een goede graadmeter voor wat u wél kunt en wanneer u te veel vraagt van uw lichaam. Wanneer u te veel doet, krijgt u klachten. Als u na een activiteit een felle, scherpe, uitstralende pijn vanuit uw nek/hals naar uw arm voelt, betekent dit dat u te veel heeft gedaan en dat u uw activiteit moet aanpassen of stoppen. Wanneer u het weer wat rustiger aan doet, verdwijnt de pijn meestal. Zorg voor een goed evenwicht tussen wat u van uw lichaam vraagt (belasting) en wat uw lichaam aan kan (belastbaarheid). Is de belasting te hoog, dan kan dit klachten tot gevolg hebben. Pas dan uw belasting aan en probeer het over een paar dagen nog eens. Door op deze manier uw activiteiten op te bouwen, went uw lichaam weer geleidelijk aan uw normale dagelijkse activiteiten.
Als u oefeningen doet, let dan goed op uw ademhaling (adem rustig door). Veroorzaakt een oefening pijn, stop dan met deze oefening. Werken Wanneer u weer kunt werken, hangt sterk af van het soort werk dat u doet. Overlegt u met uw arts wat in uw situatie mogelijk is. Autorijden en fietsen Wij raden u af de eerste week na de operatie auto te rijden of te fietsen. Ga pas weer autorijden en fietsen als de pijnklachten dit toelaten en u uw nek weer goed kunt bewegen. Sporten Wacht met sporten tot na uw controleafspraak bij de neurochirurg. Voordat u weer gaat sporten, is het belangrijk dat uw basisconditie weer voldoende op peil is en u uw dagelijkse activiteiten weer zonder problemen kunt uitvoeren. Dit is natuurlijk ook afhankelijk van de soort sport die u beoefent. Ook hier geldt dat u het geleidelijk opbouwt en steeds goed op de reactie van uw nek let. Tillen De eerste vier tot zes weken mag u niet meer dan 10 kg tillen. Vrijen Vrijen heeft geen nadelige gevolgen voor uw nek. Vermijd houdingen die niet prettig aanvoelen. Verschijnselen en complicaties na de nekhernia-operatie Normale verschijnselen De pijn in uw arm is meestal direct na de operatie verdwenen of aanzienlijk afgenomen. Rond de derde dag na de operatie is er vaak een kortstondige terugkeer van de uitstralingspijn. Dit is het gevolg van zwelling van het weefsel in het gebied waar de operatie heeft plaatsgevonden. Deze napijn is na een paar dagen weer verdwenen. Eventueel kunt u pijnstillers gebruiken. Het dove gevoel voelt men vaak sterker dan voor de operatie. Dat komt doordat de pijn voor de operatie overheerste en deze nu weg is.
Vaak verdwijnt ook dit dove gevoel. Ook verlammingsverschijnselen verminderen vaak na operatie, maar helaas niet altijd. De eerste tijd na de operatie kan uw nek dik, warm en soms pijnlijk aanvoelen. Dit komt waarschijnlijk door de onderhuidse hechtingen, wondvocht of een bloeduitstorting in de buurt van de wond. Terugkerende hernia 5% van de geopereerde mensen krijgt op dezelfde plaats een nieuwe hernia. Er kan ook op een andere plek in uw nek een hernia ontstaan. Dit komt niet door de operatie. U kunt dan opnieuw geopereerd worden. Risico's Zoals bij iedere operatie, zitten er ook aan deze operatie risico's vast. Soms ontsteekt de operatiewond of de tussenwervelruimte. Er kan een nabloeding ontstaan. Dan moet u misschien nog een keer worden geopereerd. Heel soms wordt er een zenuw van de stembanden beschadigd. U heeft dan een schorre stem. Dit kan over gaan, maar het kan ook blijvend zijn. Nog veel kleiner is de kans dat de slokdarm of het ruggenmerg wordt beschadigd. Er is een heel kleine kans dat u na de operatie juist meer last heeft van verlamming en gevoelsverlies in uw armen. Als u via de nek wordt geopereerd, kan er 'hersenvocht' lekken. Er is dan een gaatje ontstaan in het vlies rondom het ruggenmerg of in het vlies rondom de zenuwwortel. Als dat het geval is, dient u na de operatie een of meerdere dagen bedrust te houden, zodat het gaatje dicht kan groeien. Het duurt dan één of meer dagen langer voordat u weer naar huis kunt. U kunt deze risico's het beste voor de operatie met uw arts bespreken. De kans dat deze risico's voorkomen, is zeer klein. De neurochirurg voert de herniaoperatie jaarlijks tientallen malen uit.
Contact opnemen U dient contact op te nemen als: de wond open gaat; er pus uit de wond komt; de wond steeds dikker wordt; u onhoudbare pijn in rug of been krijgt; u minder kracht krijgt in een of beide benen; u niet meer kunt plassen of ongewild urine/ontlasting verliest; u koorts krijgt. Als er complicaties optreden wanneer u weer thuis bent, kunt u contact opnemen met de secretaresse van de verpleegafdeling waar u opgenomen bent geweest. Vragen Als u nog vragen heeft, kunt u deze tijdens uw opname stellen aan een verpleegkundige van de verpleegafdeling A1. Ook kunt u uw vragen stellen aan de verpleegkundige die u op de donderdag na de operatie tussen 9.00 en 10.00 uur belt. Patiëntenvereniging 'De Wervelkolom' Er is een patiëntenvereniging voor mensen met rug- en nekklachten: de Nederlandse Vereniging van Rugpatiënten 'De Wervelkolom'. U kunt bij deze patiëntenvereniging terecht als u bijvoorbeeld behoefte heeft aan een gesprek met een lotgenoot. Ook geeft de patiëntenvereniging informatie en advies over klachten en behandelmogelijkheden. De vereniging organiseert één keer per maand een inloopmiddag. U kunt dan praten met ervaringsdeskundigen van de patiëntenvereniging. Op de site van 'De Wervelkolom' kunt u zien waar deze inloopmiddagen worden gehouden en wanneer. Meer informatie over De Wervelkolom vindt u op www.nvvr.nl. U kunt ook telefonisch contact opnemen: 0900 -784 46 36.
Hoe gaan wij met uw vertrouwelijke gegevens om Zodra u zich meldt in het ziekenhuis, leggen wij persoonlijke gegevens over u vast. Die gegevens zijn geheim. Alleen de arts die u behandelt, de zorgverleners die bij uw behandeling betrokken zijn en uzelf mogen uw gegevens inzien. Het ziekenhuis is verplicht om de kwaliteit van zorg te bewaken en verbeteren. Daarom kan het nodig zijn om gegevens te verstrekken aan personen binnen of buiten het ziekenhuis. Het verstrekken van gegevens is aan wettelijke regels gebonden (zie het 'Privacyreglement Patiënten', verkrijgbaar bij Bureau Patiëntenvoorlichting). Wanneer zorgverleners van verschillende zorginstanties samenwerken bij uw behandeling, noemt men dit ketenzorg. Als het voor een goede behandeling of verzorging noodzakelijk is dat de zorgverleners uit de keten toegang hebben tot uw patiëntgegevens, dan is dit toegestaan. Dit is echter alleen toegestaan als u van tevoren duidelijk bent geïnformeerd over welke hulpverleners van welke zorginstanties deel uitmaken van deze keten en u hier geen bezwaar tegen heeft. Daarnaast kunnen uw huisarts, de huisartsenpost en uw apotheker een samenvatting van uw medische gegevens inzien bij spoedeisende zorg buiten praktijkuren. Meer informatie kunt u lezen in de folder 'Uw rechten en plichten als patiënt'. Deze folder kunt u raadplegen op www.slingeland.nl (klik op: Patiënteninfo > Folders).
Slingeland Ziekenhuis Kruisbergseweg 25 Postadres: Postbus 169 7000 AD Doetinchem Telefoon: (0314) 32 99 11 Internet: www.slingeland.nl
Nr. 1816-jan 16