Nero PhotoSnap Handleiding
Nero AG
Informatie over auteursrecht en handelsmerken
De handleiding van Nero PhotoSnap en de volledige inhoud van de handleiding zijn auteursrechtelijk beschermd en zijn eigendom van Nero AG. Alle rechten voorbehouden. Deze handleiding bevat materiaal dat door internationaal geldend auteursrecht wordt beschermd. Niets uit deze handleiding mag worden gereproduceerd, overgedragen of gekopieerd zonder de uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Nero AG.
Nero wijst elke aansprakelijkheid die niet onder de garantiebepalingen valt af. Nero AG aanvaardt geen aansprakelijkheid met betrekking tot de juistheid van de inhoud van de Nero PhotoSnap handleiding. De inhoud van de geleverde software en van de Nero PhotoSnap handleiding kan zonder voorafgaande waarschuwing worden gewijzigd.
Alle merknamen en handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve eigenaars. De in deze handleiding genoemde handelsmerken worden uitsluitend ter informatie vermeld.
Copyright © 2007 Nero AG en haar licentieverleners. Alle rechten voorbehouden. REV 1,0, SW 1.2.0.19
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave 1
Algemene informatie
5
1.1
Informatie over de handleiding
5
1.2
Informatie over Nero PhotoSnap en Nero PhotoSnap Viewer
5
1.3
Versies van Nero PhotoSnap
6
2
Technische informatie
7
2.1
Systeemvereisten
7
2.2
Ondersteunde indelingen
7
3
Het programma starten
8
3.1
Nero PhotoSnap starten via Nero StartSmart
8
3.2
Nero PhotoSnap starten met de functie On-the-Fly
8
4
De programma-interface van Nero PhotoSnap
9
5
Beeldeffecten
11
5.1
Het gebied Effect
17
5.2 5.2.1 5.2.2
Het gebied Belichting Het bereik van de helderheid corrigeren De gradatiecurve corrigeren
17 18 19
5.3 5.3.1
Kleurbalans Kleurbalans
20 21
5.4
Het gebied Resolutie
22
5.5
Het gebied Ruis
23
5.6
Het gebied Scherper maken
24
5.7
Verwijdering rode ogen
25
5.8 5.8.1
Het gebied Roteren Afbeelding roteren
26 27
5.9
Het gebied Verouderen
28
6
Afbeelding bewerken
29
7
Afbeelding opslaan
30
7.1
Het venster Bestandsindeling afbeelding instellen
31
Pagina 3
Inhoudsopgave
8
Het venster Infobestand
33
9
Configuratie
34
10
Nero PhotoSnap Viewer
36
10.1
Programma-interface
36
10.2
Volledig scherm weergeven
37
10.3
Weergave afbeelding
37
10.4
Configuratie
38
10.5
Toetsencombinaties
39
11
Lijst met afbeeldingen
40
12
Woordenlijst
41
13
Index
43
14
Contact opnemen
46
Pagina 4
Algemene informatie
1
Algemene informatie
1.1
Informatie over de handleiding Deze handleiding is bestemd voor alle gebruikers die willen leren werken met Nero PhotoSnap. In deze handleiding leest u hoe u stapsgewijs tot de gewenste resultaten kunt komen. In deze handleiding gelden de volgende conventies: Pictogram
Betekenis Geeft waarschuwingen, voorwaarden of instructies waaraan u zich moet houden. Geeft aanvullende informatie of mededelingen.
1. Start… Æ
Geeft een tussentijds resultaat aan.
Î
Geeft een resultaat aan.
OK
Geeft tekst of knoppen aan die in de gebruikersinterface voorkomen. Deze worden vet weergegeven.
Hoofdstuk
Dit zijn verwijzingen naar andere hoofdstukken. Het zijn koppelingen die onderstreept en met rode tekst worden weergegeven.
[…]
1.2
Een cijfer aan het begin van een regel geeft aan dat er een handeling moet worden uitgevoerd. Voer deze handelingen uit in de opgegeven volgorde.
Geeft sneltoetsen aan voor het invoeren van opdrachten.
Informatie over Nero PhotoSnap en Nero PhotoSnap Viewer Met Nero PhotoSnap kunt u uw digitale foto's bewerken. U kunt kiezen uit een brede reeks hulpprogramma's om de kwaliteit van de afbeelding te verbeteren of speciale effecten te creëren. Nero PhotoSnap wordt bovendien geleverd met Nero PhotoSnap Viewer. Met Nero PhotoSnap Viewer kunt u uw digitale foto's en afbeeldingsbestanden bekijken. Nero Scout is in beide toepassingen geïntegreerd via het venster Selecteer een afbeeldingsbestand. Met Nero Search hebt u verschillende zoekopties. Nero Scout en de zoekwizard van Nero Search zijn toepassingen van de Nero 7 Suite en worden automatisch met Nero 7 geïnstalleerd. Raadpleeg de handleiding van Nero Scout voor meer informatie.
Pagina 5
Algemene informatie
1.3
Versies van Nero PhotoSnap Er zijn drie versies van Nero PhotoSnap beschikbaar:
Nero PhotoSnap Nero PhotoSnap Essentials Nero PhotoSnap Essentials SE
Nero PhotoSnap en Nero PhotoSnap Essentials bieden een uitgebreide reeks functies. Nero PhotoSnap Essentials SE bevat niet de volgende filters en hulpprogramma's:
Autom. correctie afbeelding Kleurvegen automatisch verwijderen Ruis Verwijdering rode ogen Verouderen Gloeien JPEG Artefact Remover Caleidoscoop Canvas Schakeringen reduceren Solariseren Water Duotint
Pagina 6
Technische informatie
2
Technische informatie
2.1
Systeemvereisten Nero PhotoSnap wordt samen met de volledige versie van Nero geïnstalleerd (de systeemvereisten zijn voor beide programma's gelijk). Raadpleeg de handleiding Snel aan de slag van Nero voor meer informatie over de systeemvereisten.
2.2
Ondersteunde indelingen Nero PhotoSnap ondersteunt alle gangbare afbeeldingsindelingen.
Indelingen die kunnen worden gelezen
Ondersteunde indelingen waarin kan worden opgeslagen
BMP
BMP
GIF
GIF
IFF
JP2
JPG
JPG
PCD
PCX
PCX
PNG
PNG
TGA
RAS
TIF
TGA TIF XBM
Pagina 7
Het programma starten
3
Het programma starten
3.1
Nero PhotoSnap starten via Nero StartSmart Voer de volgende stappen uit als u Nero PhotoSnap wilt starten via Nero StartSmart:
1. Klik op het pictogram Nero StartSmart. Æ Het venster van Nero StartSmart verschijnt.
2. Klik op de knop met de pijl links in het venster. Æ Het dialoogvenster met extra opties verschijnt.
Fig. 1: Nero StartSmart
3. Selecteer Nero PhotoSnap in de lijst Toepassingen. Æ Het venster Nero PhotoSnap verschijnt.
Î U hebt Nero PhotoSnap gestart via Nero StartSmart.
3.2
Nero PhotoSnap starten met de functie On-the-Fly Ga als volgt te werk om Nero PhotoSnap on-the-fly te starten:
1. Selecteer Start (het pictogram Start) > (Alle) programma's > Nero 7 (Premium) > Foto en video > Nero PhotoSnap.
Æ Het venster Nero PhotoSnap verschijnt.
Î U hebt Nero PhotoSnap gestart. U kunt Nero PhotoSnap Viewer op dezelfde manier starten als Nero PhotoSnap. U kunt Nero PhotoSnap Viewer ook starten door op een afbeelding te dubbelklikken. U kunt Nero PhotoSnap ook via Nero PhotoSnap Viewer starten door op de knop Bewerken te klikken.
Pagina 8
De programma-interface van Nero PhotoSnap
4
De programma-interface van Nero PhotoSnap De interface van Nero PhotoSnap is het startpunt voor het bewerken van foto's en afbeeldingen.
Fig. 2: De interface van Nero PhotoSnap, met een geopende afbeelding
Nero PhotoSnap geeft in één taakbalk de opties voor bestand, weergave en configuratie weer en in het gebied Hulpprogramma's kunt u filters en effecten voor het bewerken van afbeeldingen kiezen. De geopende afbeelding wordt in het bewerkingsgebied weergegeven. De volgende knoppen zijn in de taakbalk beschikbaar: Hiermee opent u het venster Selecteer een afbeeldingsbestand waarin u een afbeeldingsbestand kunt selecteren dat u wilt openen. In de keuzelijst met invoervak kunt u de meest recent geopende afbeeldingsbestanden selecteren. Hiermee slaat u het bestand op. In de keuzelijst met invoervak kunt u de afbeelding onder een andere naam opslaan en, indien nodig, opties voor compressie instellen (zie Afbeelding opslaan). Hiermee maakt u de laatste bewerking ongedaan. Hiermee herhaalt u de bewerking. Hiermee past u de afbeelding aan het bewerkingsgebied aan. Hiermee vergroot u de weergave van de afbeelding. Hiermee geeft u de afbeelding in het originele formaat weer (100% zoom). Hiermee verkleint u de weergave van de afbeelding. Pagina 9
De programma-interface van Nero PhotoSnap
Hiermee opent u het venster Opties waarin u het programma kunt configureren (zie Configuratie). In het de keuzelijst met invoervak kunt u informatie over het bestand weergeven (zie Het venster Infobestand) of plugins registreren (er zijn momenteel geen plug-ins beschikbaar). Hiermee drukt u de afbeelding af. U kunt de printerinstellingen configureren in de keuzelijst met invoervak. Hiermee sluit u Nero PhotoSnap. Hiermee opent u het venster Informatie over Nero PhotoSnap om informatie over bijvoorbeeld de versie weer te geven. Hiermee opent u het venster Help om de online Help weer te geven (mits u de bijbehorende handleiding tijdens de installatie hebt geïnstalleerd). De volgende opties zijn beschikbaar in het bewerkingsgebied: Tabblad Opgeslagen
Hiermee geeft u de originele afbeelding weer zoals deze is opgeslagen.
Tabblad Huidig
Hiermee geeft u de huidige bewerkingsstatus van de (niet opgeslagen) afbeelding weer.
Tabblad Voorbeeld
Tabblad Beeld splitsen
Hiermee geeft u de afbeelding weer met de huidige toegepaste filter. Dit tabblad is uitsluitend beschikbaar als er een filter is geselecteerd. Hiermee geeft u de huidige afbeelding in het linkerpaneel weer, terwijl in het rechterpaneel wordt weergegeven hoe de afbeelding er met de huidige filter uitziet. Dit tabblad is uitsluitend beschikbaar als er een filter is geselecteerd. Hiermee synchroniseert u de weergave van de linker- en rechterafbeelding (voorbeeld: als de linkerafbeelding is vergroot, wordt de rechterafbeelding ook vergroot en vice versa).
Knop
Als deze knop niet beschikbaar is, kan de weergave niet worden gesynchroniseerd. Deze knop is beschikbaar wanneer het tabblad Voorbeeld splitsen wordt weergegeven.
In het gebied Hulpprogramma's zijn effecten beschikbaar die u op afbeeldingen kunt toepassen (zie Beeldeffecten). Verder zijn de volgende knoppen beschikbaar: Andere effecten
Hiermee worden aanvullende effecten weergegeven.
Terug naar het venster Hoofdeffecten
Hiermee worden de belangrijkste effecten weergegeven.
Deze belangrijkste effecten zijn handig voor het corrigeren van imperfecties in de digitale afbeelding als gevolg van, bijvoorbeeld, een vage opname of een foutieve scan. De andere effecten worden gebruikt voor het artistiek bewerken en creatieve beeldmanipulatie.
Pagina 10
Beeldeffecten
5
Beeldeffecten Wanneer een afbeelding is geopend, kunt u in het gebied Hulpprogramma's schakelen tussen de belangrijkste en de overige effecten met behulp van de knoppen Andere effecten en Terug naar hoofdeffecten. De hoofdeffecten zijn vooral handig voor het corrigeren van imperfecties in de digitale afbeelding als gevolg van, bijvoorbeeld, een vage opname of een foutieve scan. De andere effecten worden gebruikt voor het artistiek bewerken en creatieve beeldmanipulatie. De volgende hoofdeffecten zijn beschikbaar: Originele afbeelding
Automatische correctie
Belichting
Kleurbalans
Hiermee opent u het gebied Automatische correctie waar u automatische correcties kunt uitvoeren. Afhankelijk van uw bewerking, kunt u kleurvegen, onderbelichting, gedraaid beeld en/of ruis verwijderen.
Hiermee opent u het gebied Kleur/Belichting waar u automatisch of handmatig de belichting kunnen corrigeren (zie Het gebied Belichting).
Hiermee opent u het gebied Kleur/Kleurbalans waar u afzonderlijke kleurwaarden kunt verhogen of verlagen om zo de kleurvegen te corrigeren of speciale effecten te creëren (zie Kleurbalans). Voorbeeld: in deze voorbeeldafbeelding is de waarde voor de kleur rood verlaagd. Pagina 11
Beeldeffecten
Resolutie
Bijsnijden
Hiermee opent u het gebied Resolutie waar u de pixelgrootte, resolutie en/of de afdrukgrootte kunt wijzigen (zie Het gebied Resolutie). Hiermee opent u het gebied Bijsnijden waar u een gedeelte uit de afbeelding kunt halen (croppen).
Hiermee opent u het gebied Lensvervorming waar u speldenkussen of tonvormige lensvervorming kunt offsetten. Lensvervorming
Voorbeeld: voorbeeldafbeelding heeft tonvormige vervorming.
Hiermee opent u het gebied Helderheid en contrast waar u de helderheid en het contrast kunt aanpassen. Helderheid en contrast
Voorbeeld: deze voorbeeldafbeelding is helderder gemaakt.
Hiermee opent u het gebied Ruis waar u ruis op de afbeelding kunt verminderen of toevoegen (zie Het gebied Ruis). Ruis
Scherper maken
Voorbeeld: in deze voorbeeldafbeelding is de ruis verminderd.
Hiermee opent u het gebied Scherper maken waar u de afbeelding scherper of onscherper kunt maken (zie Het gebied Scherper maken). Voorbeeld: deze voorbeeldafbeelding is scherper gemaakt.
Pagina 12
Beeldeffecten
Verwijdering rode ogen
Hiermee opent u het gebied Verwijdering rode ogen waar u rode ogen kunt corrigeren (zie Verwijdering rode ogen). Hiermee opent u het gebied Roteren waar u de afbeelding kunt draaien (zie Het gebied Roteren).
Roteren
Reparatie hete pixels
Voorbeeld: deze voorbeeldafbeelding is 330 graden gedraaid. Hiermee opent u het gebied Reparatie hete pixels waar u zogenaamde hete pixels kunt verwijderen. Hete pixels zijn afzonderlijke pixels in een witte, groene, rode of een blauwe kleur die in digitale camera 's kunnen optreden als gevolg van ladingsverlies in de CCD-opnamechip.
De volgende aanvullende effecten zijn beschikbaar: Originele afbeelding
Mediaan
Hiermee opent u het gebied Mediaan waar u waterkleureffecten kunt toevoegen. Met dit effect reduceert u ruis en verstrooit u de afbeelding zodat deze enigszins vervaagt. Deze filter is handig voor het verwijderen van geïsoleerde pixels en kunstmatige pixels. Met deze filter wordt de waarde van de helderheidmediaan binnen een voorgedefinieerd gebied berekend en alle centrale pixels met de berekende waarde vervangen.
Pagina 13
Beeldeffecten
Inverteren
Omzetten naar grijsschaal
Hiermee opent u het gebied Kleur/Inverteren waarmee u de kleuren van een afbeelding kunt inverteren en een negatief van de afbeelding kunt maken. Wanneer u dit doet, kunt u kiezen uit het uitsluiten van de kanalen rood, groen of blauw uit de kleurinversie.
Hiermee converteert u een kleurafbeelding naar een zwart-witafbeelding.
Randdetectie
Hiermee verkleint u de afbeelding tot aan de randen (tot de overgang tussen kleurgebieden).
Vignetten
Hiermee past u de vignetfilter toe. De afbeelding krijgt schaduw in een elliptische vorm, richting de hoeken.
Horizontaal spiegelen
Hiermee spiegelt u de afbeelding horizontaal.
Pagina 14
Beeldeffecten
Verticaal spiegelen
Bosseleren
Verouderen
Gloeien
JPEG Artefact Remover
Hiermee spiegelt u de afbeelding verticaal.
Hiermee past u het bosseleereffect toe.
Hiermee opent u het gebied Verouderen waar u verouderingseffecten kunt toepassen (zie Het gebied Verouderen).
Hiermee opent u het gebied Gloeien waar u een gloed, die uitstraalt van een heldere oppervlakte kunt toevoegen.
Hiermee opent u het gebied JPEG Artefact Remover waar u de pixels van JPEGafbeeldingen kunt verbeteren. Pixels in JPEG-afbeeldingen kunnen voorkomen door bijvoorbeeld een te hoge compressie. Met de hulp van dit effect effent u het laddereffect en plotselinge kleurovergangen.
Pagina 15
Beeldeffecten
Caleidoscoop
Canvas
Schakeringe n reduceren
Solariseren
Water
Hiermee opent u het gebied Caleidoscoop waar u het caleidoscoopeffect kunt toepassen. Met dit effect kunt u de diepte en dekking bepalen.
Hiermee opent u het gebied Canvas waar u het canvaseffect kunt toepassen. U kunt kiezen uit een aantal verschillende patronen. De afbeelding verschijnt alsof deze op het geselecteerde patroon is gedrukt.
Hiermee opent u het gebied Schakeringen reduceren waar u het olieverfeffect kunt gebruiken. Het scheiden van tinten en het verminderen van tinten wordt uitgevoerd zodat de gebieden met dezelfde helderheid ontstaan.
Hiermee opent u het gebied Solariseren waar u het solarisatie-effect kunt toepassen. Met dit effect wordt de afbeelding vervormd dankzij lichteffecten terwijl dezelfde licht- en schaduwgebieden gedeeltelijk worden geïnverteerd en de kleuren worden vervomd.
Hiermee opent u het gebied Water waar u watereffecten kunt toepassen. De afbeelding verschijnt als vervormd door golven.
Pagina 16
Beeldeffecten
Duotint
5.1
Hiermee opent u het gebied Duotint waar afbeeldingen in twee kleuren kunt omzetten. U kunt de twee kleuren vrij kiezen.
Het gebied Effect Wanneer u een effect selecteert, verschijnt normaal gesproken het bijbehorende gebied voor dat effect. De volgende instelopties zijn in dit gebied beschikbaar: Voorinstellin gen
Hiermee geeft u de geselecteerde instellingen een naam.
Opslaan
Hiermee slaat u de voorinstelling op.
Verwijderen
Hiermee verwijdert u de geselecteerde voorinstelling.
Toepassen
Hiermee past u het effect toe.
Annuleren
Hiermee annuleert u de handeling, waarna het gebied Hulpprogramma's verschijnt.
Voorbeeld weergeven
Hiermee opent u het voorbeeldvenster Voorbeeld filter. Hier ziet u de opgeslagen afbeelding in het bovengedeelte en de bewerkte afbeelding in het ondergedeelte.
Fig. 3: Het venster Voorbeeld filter
5.2
Het gebied Belichting Met Nero PhotoSnap kunt u de belichting corrigeren. Voor dit doel is er in het gebied Kleur/Belichting een histogram- en gradatiecorrectiecurve beschikbaar. De volgende tabbladen zijn beschikbaar:
Histogramcorrectie
Hiermee definieert u het bereik van helderheid binnen het histogram met behulp van twee lijnen. Aan de linkerkant staan de belichtingspixels en aan de rechterkant de donkere pixels. Het histogram wordt in de achtergrond opgenomen. Pagina 17
Beeldeffecten
Gradatiecurven
Hiermee definieert u de verdeling van de waarden voor de helderheid met behulp van een curve. Op de X-as staan de waarden voor de tint van het origineel, van licht naar donker en op de Y-as de waarden voor de toon nadat de correctie van licht naar donker is uitgevoerd. Een rechte curve met een hoek van 45° betekent dat de originele waarden ongewijzigd blijven. Het histogram wordt in de achtergrond opgenomen.
In het histogram wordt helderheidverdeling van de pixels in de afbeelding grafisch weergegeven. Op de X-as staan de waarden voor de tint van 0 (licht) tot 255 (donker) en op de Y-as het aantal pixels.
5.2.1 Het bereik van de helderheid corrigeren Met Nero PhotoSnap kunt u de belichting van een afbeelding corrigeren door het bereik van de helderheid in het histogram te wijzigen. In het histogram wordt de verdeling van de helderheid van de afbeeldingspixels grafisch weergegeven. Op de X-as staan de waarden voor de tint van 0 (licht) tot 255 (donker) en op de Y-as het aantal pixels. Er moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:
Het gebied Belichting wordt weergegeven.
Ga als volgt te werk als u het bereik van de helderheid wilt corrigeren:
1. Klik op het tabblad Histogramcorrectie. Æ Het tabblad Histogramcorrectie verschijnt.
Fig. 4: Het gebied Belichting, het tabblad Histogramcorrectie -- deze afbeelding is onderbelicht
2. Klik op de knop Automatisch aanpassen om het bereik van de helderheid automatisch aan te passen.
Æ De twee lijnen waarmee het bereik van de helderheid wordt gedefinieerd verschuiven.
3. Ga als volgt te werk als u het bereik van de helderheid handmatig wilt aanpassen: 1. Verplaats de linker lijn. Æ
De beginwaarde van het bereik van de helderheid is bepaald.
2. Verplaats de rechter lijn. Æ
De eindwaarde van het bereik van de helderheid is bepaald.
4. Klik op de knop Toepassen. Pagina 18
Beeldeffecten
Î U hebt nu de belichting aangepast. Het histogram van de bewerkte afbeelding wordt nu over het volledige bereik van de helderheid uitgespreid. Een correct belichte afbeelding bevat een histogram met verschillende verhogingen die van links naar rechts zijn verdeeld. Een over- of onderbelichte afbeelding bevat daarentegen geen of uitsluitend zeer platte verhogingen in de linker of rechter gebieden. U kunt de lijnen zodanig verschuiven totdat de correcte verhogingen worden bereikt of dit automatisch laten uitvoeren om een dergelijke afbeelding te corrigeren. De tintwaarden bedekken het volledige bereik van de helderheid en de belichting wordt gecorrigeerd.
5.2.2 De gradatiecurve corrigeren Met Nero PhotoSnap kunt u de belichting van de afbeelding corrigeren. In de gradatiecurve wordt de verdeling van de waarden van de helderheid bepaald. Op de X-as staan de waarden voor de tint van het origineel, van licht naar donker en op de Y-as de waarden voor de tint na correctie van licht naar donker. Een rechte curve met een hoek van 45° betekent dat de originele waarden ongewijzigd blijven. Er moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:
Het gebied Belichting wordt weergegeven.
Ga als volgt te werk als u de gradatiecurve wilt corrigeren:
1. Klik op het tabblad Gradatiecurven. Æ Het tabblad Gradatiecurven verschijnt.
2. Klik op de curve om te voorkomen dat er vervorming plaatsvindt in het bereik van de helderheid dat ongewijzigd moet blijven.
Æ Er wordt een controlepunt ingesteld.
Fig. 5: Het gebied Belichting, het tabblad Gradatiecurves -- de getrokken gradatiecurves met controlepunten
3. Verplaatst de curve naar boven of naar beneden om de tintwaarden van dit gebied lichter of donkerder te maken.
4. Klik op de knop Toepassen. Î U hebt de belichting aangepast. Het histogram van de bewerkte afbeelding wordt vervolgens afgebeeld met een gewijzigd profiel.
Pagina 19
Beeldeffecten
U kunt de standaardwaarde herstellen met behulp van de knop Resetten als u niet tevreden bent met de wijzigingen.
5.3
Kleurbalans Met Nero PhotoSnap kunt u de kleur van de afbeelding corrigeren en bijvoorbeeld kleurvegen verwijderen. U kunt hiervoor kiezen uit de correctie-opties voor RGB en HSL in het gebied Kleur/Kleurbalans.
Fig. 6: Het gebied Kleurbalans
U kunt de kleurbalans corrigeren in het tabblad RGB in de RGB-modus: de kleuren worden gedefinieerd op basis van de drie primaire kleuren rood, groen en blauw. De volgende invoeropties zijn beschikbaar: Rood / Groen / Blauw
Hiermee regelt u de hoeveelheid kleur. Schuif de regelaar naar rechts om de hoeveelheid kleur te verhogen (tot 100%). Schuif de regelaar naar links om de hoeveelheid kleur te verlagen (tot 0%)
Kleurvegen automatisch verwijderen
Hiermee balanceert u automatisch de huidige kleurvegen
U kunt de kleurbalans uitvoeren via het tabblad HSL in de HSL-modus: de kleuren zijn gedefinieerd door een combinatie van tintfactoren, verzadiging en helderheid. De volgende invoeropties zijn beschikbaar: Tint
Hiermee regelt u de primaire kleuren. Schuif de regelaar naar rechts of links om de tint van de primaire kleur van elke pixel te wijzigen.
Verzadiging
Hiermee regelt u de verzadiging van kleuren. Schuif de regelaar naar rechts om de verzadiging te verhogen en naar links om de verzadiging te verlagen.
Helderheid
Hiermee regelt u de helderheid van de kleur. Schuif de regelaar naar rechts om de helderheid te verhogen of naar links om de helderheid te verlagen.
Pagina 20
Beeldeffecten
5.3.1 Kleurbalans Met Nero PhotoSnap kunt u de kleurbalans bijstellen of kleurvegen corrigeren. U kunt de kleuren handmatig, semi-automatisch of automatisch bijstellen. Er moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:
Het gebied Kleur/kleurbalans is geopend.
U kunt de kleur van een afbeelding op verschillende manieren corrigeren:
1. Ga als volgt te werk als u de kleurbalans handmatig wilt bijstellen: 1. Klik op het tabblad RGB of HSL. Æ
Het tabblad RGB of HSL verschijnt.
U kunt de kleurbalans corrigeren in het tabblad RGB in de RGB-modus: de kleuren worden gedefinieerd op basis van de drie primaire kleuren rood, groen en blauw. U kunt de kleurbalans uitvoeren via het tabblad HSL in de HSL-modus: de kleuren zijn gedefinieerd door een combinatie van tintfactoren, verzadiging en helderheid. 2. Schuif de regelaar naar de gewenste positie. Æ
De wijzigingen worden in de afbeelding weergegeven.
2. Ga als volgt te werk om de kleurbalans semi-automatisch uit te voeren: 1. Klik op het tabblad RGB. Æ
Het tabblad RGB wordt weergegeven.
2. Verplaats de cursor over de afbeelding. Æ
De cursor wordt weergegeven als een pipet.
3. Klik in een gebied in de afbeelding met een neutrale kleur, bijvoorbeeld grijs. Æ
De regelaars schuiven naar de juiste positie en de wijzigingen worden in de afbeelding weergegeven.
3. Ga als volgt te werk om de kleurbalans automatisch uit te voeren: 1. Klik op het tabblad RGB. Æ
Het tabblad RGB verschijnt.
2. Klik op de knop Kleurvegen verwijderen. Æ
Nero PhotoSnap analyseert de kleurverdeling. De regelaars schuiven naar de juiste positie en de wijzigingen worden in de afbeelding weergegeven.
De automatische kleurbalans is gebaseerd op de geanalyseerde kenmerken waarna de kleurvegen automatisch worden gebalanceerd. Als u niet tevreden bent met de gecorrigeerde afbeelding, bedenk dan dat een kleurbalans een kwestie is van smaak en dat bepaalde kleurvegen gewenst kunnen zijn om een bepaalde sfeer te creëren.
4. Klik op de knop Toepassen. Î U hebt de kleurbalans uitgevoerd.
Pagina 21
Beeldeffecten
5.4
Het gebied Resolutie Met Nero PhotoSnap kunt u de resolutie, grootte en afdrukformaat van de afbeelding wijzigen.
Fig. 7: Het gebied Resolutie
In het gebied Resolutie kunt u kiezen uit de volgende gebieden: Modus voor aanpassing afmetingen
Hiermee selecteert u een methode voor het wijzigen van de afbeeldingsgrootte.
Pixelafmeting
Hiermee definieert u de grootte van de afbeelding in pixels.
Resolutie document
Hiermee definieert u de resolutie van de afbeelding in pixels per centimeter of inch.
Afdrukgrootte document
Hiermee definieert u het afdrukformaat van de afbeelding in centimeters of inch.
In de Modus voor aanpassing afmetingen zijn volgende opties beschikbaar: Selectievakje Verhoudingen Hiermee behoudt u de verhoudingen binnen de afbeelding. beperken Keuzelijst met invoervak Afbeelding niet herberekenen Keuzelijst met invoervak Nearest neighbor
Keuzelijst met invoervak Bilineair
Hiermee wijzigt u de pixelgrootte van de afbeelding, waarbij de afbeelding niet wordt herberekend als er grote wijzigingen hebben plaatsgevonden. Hiermee wordt de afbeelding opnieuw berekend als de grootte wordt gewijzigd met verdubbelde of weggelaten pixels. Deze methode is het snelst en het eenvoudigst en met name geschikt voor illustraties met weinig kleuren. Contrast en randen worden behouden. Niet geschikt voor foto's. Hiermee wordt de afbeelding herberekend als de grootte is gewijzigd, waarbij tijdens het berekenen rekening wordt gehouden met de bovenste en laagste pixels. Deze methode is snel en met name geschikt voor tekeningen en illustraties. Pagina 22
Beeldeffecten
Keuzelijst met invoervak Bilineair (Bartlett)
Keuzelijst met invoervak Bicubic
Keuzelijst met invoervak Lanczos
Hiermee wordt, in geval van een wijziging van de grootte, de afbeelding herberekend, waarbij er rekening wordt gehouden met de omliggende pixels in de diverse delen. Deze functie is nauwkeuriger dan de eenvoudige bilineaire methode voor het kleiner maken van afbeeldingen, maar ook langzamer. Met deze methode krijgt u de beste resultaten voor tekeningen en illustraties. Als u de grootte aanpast, wordt de afbeelding herberekend, waarbij rekening wordt gehouden met de naastliggende pixels. Deze methode is met name geschikt voor realistische foto's. De randen en lijnen worden betrekkelijk goed behouden. Het kan echter voorkomen dat deze methode leidt tot artefacten op scherpe randen en is daarom niet geschikt voor tekeningen. Als u de grootte aanpast, wordt de afbeelding herberekend waarbij rekening wordt gehouden met alle naastliggende pixels in een gedefinieerde verhouding. Deze methode is kwalitatief de beste en vereist de langste berekeningsduur. De methode is met name geschikt voor gedetailleerde halftoon foto's. Het kan echter voorkomen dat deze methode leidt tot artefacten op scherpe randen en is daarom niet geschikt voor tekeningen.
Als de standaard knoppen Toepassen en Annuleren niet zichtbaar zijn, kunt u het venster vergroten met behulp van de vensterhoeken.
5.5
Het gebied Ruis Met Nero PhotoSnap kunt u ruis in de afbeelding verhogen of verlagen. Ruis komt voor in digitale foto's als de ISO-gevoeligheid hoog is op het moment dat de foto's worden genomen. Storende signalen, ongewilde pixels of artefacten kunnen verschijnen.
Fig. 8: Het gebied Ruis
Pagina 23
Beeldeffecten
De volgende configuratieopties zijn beschikbaar in het gebied Ruis: Het tabblad Ruis Soepelheid
Hiermee bepaalt u het niveau van de algemene ruisonderdrukking.
Ruisniveaus
Hiermee bepaalt u het niveau van de ruisonderdrukking van de primaire kleuren rood, groen en blauw.
Automatisch profiel
Hiermee wordt de ruis automatisch onderdrukt. De regelaars zijn ingesteld op de optimale waarde.
Het tabblad + Ruis Ruisniveaus
5.6
Hiermee bepaalt u de algemene verhoging van het ruisniveau.
Het gebied Scherper maken Met Nero PhotoSnap kunt u de afbeelding scherper of vager maken. Het effect Scherper maken wordt gedaan met de filter Onscherp masker en het onscherp maken (blur) met Gaussiaans vaag. De impressie van scherpte komt voort uit afbeeldingen met veel wijzigingen in toon (bijvoorbeeld het contrast tussen twee gebieden). Hoe meer hoeken en verschillen in toonwaarden, des te scherper de overgang.
Fig. 9: Het gebied Scherper maken
In het gebied Scherper maken zijn de volgende invoeropties beschikbaar: Onscherp masker Grootte
Hiermee bepaalt u hoeveel pixels er in de berekening voor het scherper maken moeten worden opgenomen.
Hoeveelheid
Hiermee bepaalt u het niveau van contrastverwijdering.
Drempel
Hiermee definieert u welke scherpte van het randcontrast moet plaatsvinden.
Het tabblad Gaussiaans vaag Grootte
Hiermee definieert u hoeveel pixels er in een gebied moeten worden opgenomen voor de berekening van het onscherp maken.
Er is geen gecombineerde regelaar voor het toepassen van scherper maken op alle afbeeldingen. U zult zelf de optimale gecombineerde regelaar moeten vinden.
Pagina 24
Beeldeffecten
5.7
Verwijdering rode ogen Met Nero PhotoSnap kunt u het rode-ogeneffect verwijderen. Rode ogen komen doorgaans voor op foto's waarbij een persoon of een dier wordt gefotografeerd met flitslicht in een donkere omgeving. Het flitslicht of normaal licht wordt door het netvlies van het oog gereflecteerd en verschijnt als rood in de foto. Dit effect wordt nog eens versterkt als de pupil groter is. Er moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:
Het gebied Verwijdering rode ogen is geopend.
Ga als volgt te werk om rode ogen met Nero PhotoSnap te verwijderen:
1. Klik op de afbeelding, houd de muisknop ingedrukt en teken een cirkel of ovaal rondom de pupil.
Æ Het gebied wordt gemarkeerd en de rode pupil wordt zwart.
U kunt de grootte en de positie van de ovaal wijzigen door de hoekpunten te slepen.
2. Klik op de knop Doorgaan. Æ Het gemarkeerde gebied is gedefinieerd.
3. Herhaal de twee voorgaande stappen voor elke pupil waarvan u de rode ogen wilt verwijderen.
4. Verplaats de regelaar Intensiteit reductie rode ogen Æ De zwarte pupillen worden grotere of kleiner, afhankelijk van de beginstatus.
Met de regelaar wijzigt u alle gemarkeerde gebieden in de afbeelding.
5. Klik op de knop Toepassen. Î U hebt nu alle rode ogen verwijderd.
Pagina 25
Beeldeffecten
5.8
Het gebied Roteren Met Nero PhotoSnap kunt u de afbeelding of de inhoud van de afbeelding roteren.
Fig. 10: Het gebied Roteren
De volgende configuratieopties zijn beschikbaar in het gebied Roteren: Geen rotatie
De afbeelding wordt niet geroteerd.
90 graden naar links/rechts
Hiermee roteert u de afbeelding 90 graden naar links of naar rechts.
180 graden
Hiermee roteert u de afbeelding 180 graden.
Aangepaste hoek
Hiermee roteert u de afbeelding in een willekeurig aantal graden.
Achtergrondkleur
Hiermee bepaalt u de achtergrondkleur voor niet gevulde gebieden die ontstaan na rotatie.
Afbeelding automatisch roteren
Hiermee roteert u automatisch de afbeelding op basis van de randen (de afbeelding wordt zo geroteerd dat de meeste randen horizontaal of verticaal staan).
De volgende Items zijn in het keuzemenu Grootte van de geroteerde afbeelding beschikbaar:
Niet bijsnijden
Hiermee wordt de afbeelding niet bijgesneden en wordt de geroteerde afbeelding in een buitenframe met horizontale en verticale randen geplaatst. Het nieuwe gebied wordt opgevuld met de geselecteerde achtergrondkleur.
Pagina 26
Beeldeffecten
Afbeelding bijsnijden
Hiermee wordt de geroteerde afbeelding bijgesneden zodat de achtergrondgebieden niet zichtbaar zijn.
Bijsnijden, maar grootte behouden
Hiermee wordt de afbeelding bijgesneden zoals met de functie Afbeelding bijsnijden, maar wordt de grootte van de bijgesneden afbeelding vergroot zodat de afmetingen van de geroteerde afbeelding hetzelfde zijn als het origineel.
5.8.1 Afbeelding roteren Met Nero PhotoSnap kunt u een afbeelding roteren. U kunt de afbeelding handmatig, semiautomatisch of automatisch roteren. Er moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:
Het gebied Roteren is geopend.
U kunt op de volgende manieren een afbeelding met Nero PhotoSnap roteren:
1. Ga als volgt te werk om een afbeelding handmatig te roteren: 1. Selecteer een van de optievelden of roteer de hoekcirkel. Æ
De afbeelding is volgens de geselecteerde hoek geroteerd.
2. Ga als volgt te werk om een afbeelding semi-automatisch te roteren: 1. Klik op de afbeelding en trek een lijn. Æ
De afbeelding wordt volgens de getrokken lijn, in de horizontale of verticale positie geroteerd.
De lijn wordt niet aan de afbeelding toegevoegd, maar dient uitsluitend voor het roteren van de afbeelding.
3. Ga als volgt te werk om de afbeelding automatisch te roteren: 1. Klik op de knop Automatisch roteren. Æ
De afbeelding wordt automatisch geroteerd zodat de meerderheid van de randen in de afbeelding horizontaal of verticaal zijn gepositioneerd.
4. Selecteer een item in de keuzelijst met invoervak Grootte van de geroteerde afbeelding om de grootte van de geroteerde afbeelding te bepalen (zie Het gebied Roteren). Pagina 27
Beeldeffecten
Æ De grootte van de afbeelding is volgens de gewenste instelling aangepast.
5. Klik op het Invoerveld Achtergrondkleur en selecteer een achtergrondkleur als u de optie Niet bijsnijden hebt geselecteerd en er niet gevulde gebieden zijn als gevolg van de rotatie.
Æ De gebieden in de nieuwe afbeelding zijn opgevuld met de geselecteerde achtergrondkleur.
6. Klik op de knop Toepassen. Î De afbeelding is geroteerd.
5.9
Het gebied Verouderen Met Nero PhotoSnap kunt u een afbeelding kunstmatig verouderen. De volgende configuratieopties zijn beschikbaar in het gebied Verouderen: Intensiteit
Hiermee bepaalt u de mate van veroudering. Naarmate een afbeelding veroudert, wordt deze steeds bruiner.
Desaturatie
Hiermee bepaalt u hoe vaag de kleuren moeten zijn.
Ruis
Hiermee voegt u ruis toe aan de afbeelding (willekeurig verspreide artefact pixels)
Krassen
Hiermee voegt u bruine krassen toe aan de afbeelding.
Lijnen
Hiermee voegt u verticale lijnen toe aan de afbeelding.
Pagina 28
Afbeelding bewerken
6
Afbeelding bewerken Met Nero PhotoSnap kunt u een afbeelding bewerken en voorzien van effecten. De effecten zijn beschikbaar in het gebied Hulpprogramma's (zie Beeldeffecten). Ga als volgt te werk om een afbeelding te bewerken:
1. Klik in het gebied Hulpprogramma's op de knop met het effect dat u wilt gebruiken (zie Beeldeffecten).
Æ Het bijbehorende gebied verschijnt. De tabbladen Voorbeeld en Beeld splitsen verschijnen. De effecten Omzetten naar grijsschaal tot Bosseleren worden meteen op de afbeelding toegepast. Met de knop kunt u het effect dat u hebt toegepast ongedaan maken.
2. Klik op het tabblad Voorbeeld splitsen om zowel de huidige afbeelding als de afbeelding met het effect weer te geven.
Æ Het tabblad Voorbeeld splitsen verschijnt. De knop
wordt in het bewerkingsgebied
weergegeven.
3. Maak de afbeelding groter of kleiner om het resultaat van het effect beter te kunnen zien. 4. Schakel het selectievakje Voorbeeld weergeven uit om het venster Voorbeeld te sluiten. 5. Selecteer de gewenste instellingen in de sectie (zie Beeldeffecten). Æ Beeldeffecten Voor meer instructies over
het effect Belichting kunt u Het bereik van de helderheid corrigeren en De gradatiecurve corrigeren raadplegen. Zie Kleurbalans voor het effect Kleurbalans Zie Afbeelding roteren voor het effect Rotatie
6. Ga als volgt te werk om uw instellingen voor het effect op te slaan: 1. Klik in de keuzelijst met invoervak van de functie Voorinstellingen. 2. Voor een naam in. 3. Klik op de knop Opslaan. Æ
De instellingen worden onder de opgegeven naam opgeslagen. De volgende keer dat u het effect gebruikt, zijn de opgeslagen instellingen beschikbaar in de keuzelijst met invoervak Voorinstellingen.
U kunt een bestaande voorinstelling overschrijven met nieuwe instellingen door te klikken op de knop Opslaan wanneer u de bijbehorende invoer selecteert in de keuzelijst met invoervak Voorinstellingen.
7. Klik op de knop Toepassen. Î Het effect wordt op de afbeelding toegepast. De tabbladen Voorbeeld en Voorbeeld splitsen zijn verborgen.
Pagina 29
Afbeelding opslaan
7
Afbeelding opslaan Nadat u alle effecten hebt toegepast, kunt u de afbeelding opslaan. U kunt de huidige afbeelding overschrijven of de gewijzigde afbeelding onder een andere naam opslaan. Voor afbeeldingen in JPG- of TIFF-indeling kunt u aanvullende instellingen voor compressie selecteren. De voorinstelling voor compressie van JPEG-afbeeldingen is 80%. Deze compressie wordt toegepast elke dat keer dat u de afbeelding opslaat, met als resultaat dat de beeldkwaliteit elke keer achteruitgaat. Sla de afbeelding alleen op nadat u klaar bent met bewerken of wijzig de compressie-instelling (zie Het venster Bestandsindeling afbeelding instellen) als u niet wilt dat dit gebeurt. Ga als volgt te werk als u een afbeelding wilt opslaan:
1. Klik op de knop
om de afbeelding op te slaan en/of te overschrijven.
Æ De afbeelding is opgeslagen.
2. Ga als volgt te werk als u de afbeelding in een andere map, in een andere indeling en/of onder een andere naam wilt opslaan: 1. Klik op de kleine driehoek naast de knop 2. Selecteer de optie Opslaan als. Æ
.
Het venster Opslaan als verschijnt.
3. Selecteer de locatie waar u de afbeelding wilt opslaan, de indeling voor de afbeelding uit de keuzelijst met invoervak Bestandstype en voer een naam in. 4. Klik op Instellingen als u de compressie-instellingen voor JPG, JP2, TIFF of PNG wilt opgeven. Æ
Het bijbehorende venster verschijnt (zie Het venster Bestandsindeling afbeelding instellen).
5. Selecteer de instellingen die u wilt en klik op de knop OK. 6. Klik op de knop Opslaan. Æ
De afbeelding wordt opgeslagen.
3. Ga als volgt te werk als u de huidige afbeelding wilt opslaan met de compressie-instellingen voor JPG, JP2, TIFF of PNG: 1. Klik op de kleine driehoek naast de knop 2. Selecteer de optie Instellingen. Æ
.
Het bijbehorende venster verschijnt (zie Het venster Bestandsindeling afbeelding instellen).
3. Selecteer de gewenste instellingen.
Î De afbeelding is opgeslagen.
Pagina 30
Afbeelding opslaan
7.1
Het venster Bestandsindeling afbeelding instellen Voor de indelingen TIFF, JPG en PNG zijn er in Nero PhotoSnap enkele opties voor compressie en opslaan beschikbaar. U kunt het betreffende venster openen via Opslaan > Instellingen.
Fig. 11: Het venster TIFF-instellingen
De volgende optievelden voor TIFF-afbeeldingen zijn beschikbaar in het gebied Compressie van het venster TIFF-instellingen: Geen
Geen compressie.
LZW
Hiermee voert u een snelle compressie zonder kwaliteitsverlies uit via de Lempel, Ziv and Welch-methode. De bestandsgrootte kan tot 50% worden gecomprimeerd. De laadtijd in bewerkingsprogramma's kan echter langer zijn. Deze methode is met name geschikt voor afbeeldingen in grijsschaal en kleur.
JPEG
Hiermee voert u een JPG-compressie uit (met kwaliteitsverlies). Met behulp van de regelaar JPEG compressiesterkte kunt u de mate van de compressie bepalen.
Groep 3 fax
Hiermee voert u een compressie zonder kwaliteitsverlies uit dankzij de codering van isochromatische pixels waardoor de gegevens afzonderlijk worden opgeslagen. Deze methode wordt door alle faxapparaten gebruikt en is zeer geschikt voor zwartwitafbeeldingen.
Groep 4 fax
Hiermee voert u een compressie zonder kwaliteitsverlies uit dankzij de codering van isochromatische pixels waardoor de gegevens afzonderlijk worden opgeslagen. Deze methode is met name geschikt voor zwart-witafbeeldingen.
CCITT RLE
Hiermee voert u een compressie zonder kwaliteitsverlies uit met behulp van Run Length Encoding. Isochromatische pixels worden met behulp van tellers gecodeerd. Deze methode is met name geschikt voor zwart-witafbeeldingen of afbeeldingen die grote gebieden met dezelfde kleur bevatten.
Pagina 31
Afbeelding opslaan
Fig. 12: Het venster JPEG-instellingen
In het venster JPEG-instellingen zijn de volgende instelopties beschikbaar voor JPEG/JPGafbeeldingen: Compressiekwali teit
Hiermee stelt u de mate van compressie in.
Progressieve compressie
Hiermee gebruikt u de progressieve compressiemethode voor JPEG-afbeeldingen. Als een JPEG-afbeelding met een progressieve compressie wordt geopend en verzonden via internet, wordt de afbeelding laag voor laag weergegeven. De gebruiker ziet eerst een onscherpe afbeelding die steeds scherper wordt.
De volgende selectievakjes zijn in het venster PNG-configuratie beschikbaar voor PNGafbeeldingen: Huidige afbeelding omzetten naar 256 kleuren (geditherd)
Hiermee reduceert u de kleurdiepte tot 256 kleuren en daarmee de grootte van het bestand.
Pagina 32
Het venster Infobestand
8
Het venster Infobestand Het venster Infobestand geeft informatie over de afbeelding. Als de foto is genomen met een digitale camera, zijn er doorgaans metadata beschikbaar (bijvoorbeeld cameraspecifieke EXIF-gegevens zoals lensopening en sluitertijd. U kunt het venster Infobestand openen vanuit Nero PhotoSnap of Nero PhotoSnap Viewer.
Fig. 13: Het venster Infobestand
In het venster Infobestand zijn de volgende gegevens en instelopties beschikbaar: Afbeeldingsformaat
Hiermee geeft u de indeling van de afbeelding weer.
Grootte afbeelding
Hiermee geeft u de hoogte en breedte van de afbeelding weer.
Resolutie
Hiermee geeft u de resolutie van de afbeelding weer in dpi (horizontaal en verticaal).
Metadata
Hiermee bepaalt u de wijze waarop de metadata worden weergegeven. Deze gegevens kunnen in een boomstructuur of in een lijst worden weergegeven.
Het veld Weergeven
Hiermee worden, indien aanwezig, de metadata weergegeven. Metadata zijn normaal gesproken aanwezig als de foto is genomen met een digitale camera.
Kopiëren naar klembord
Hiermee kopieert u de metadata naar het klembord. U kunt de gegevens vervolgens in een ander programma invoegen (bijvoorbeeld in een tekstverwerker).
Pagina 33
Configuratie
9
Configuratie Met Nero PhotoSnap kunt u voorinstellingen voor het weergeven van afbeeldingen definiëren. Deze voorinstellingen kunt u definiëren in het venster Opties, dat u opent met de . knop
Fig. 14: Het venster Opties
De volgende instelopties zijn beschikbaar: Zoomen voor weergave van de gehele afbeelding wanneer bestand is geopend Laatst geopende afbeelding laden bij start
Hiermee past u de afbeelding aan het bewerkingsgebied aan. Als dit selectievakje is uitgeschakeld, wordt de afbeelding in het originele formaat (100%) in het bewerkingsgebied weergegeven. Hiermee opent u de laatst geopende afbeelding wanneer u Nero PhotoSnap start. Hiermee wordt de afbeelding opnieuw geladen nadat deze is opgeslagen en weergegeven in de tabbladen Opgeslagen en Huidig.
Laad de afbeelding na opslaan opnieuw om de mogelijke wijzigingen te bekijken
Als dit selectievakje is uitgeschakeld, wordt de originele afbeelding (voor bewerking) in het tabblad Opgeslagen weergegeven (vanuit het cachegeheugen van Nero PhotoSnap) en wordt de bewerkte en opgeslagen afbeelding in het tabblad Huidig weergegeven. om de wijzigingen ongedaan te maken en Klik op de knop opnieuw de bewerking vanuit de originele afbeelding te starten als u niet tevreden bent met de wijzigingen.
Ook vergroting van de afbeelding toestaan tijdens automatisch aanpassen
Hiermee vergroot u de afbeelding zodat deze past in het bewerkingsgebied. Als dit selectievakje is uitgeschakeld, is de originele grootte de maximumgrootte van de afbeelding.
Achtergrondkleur
Hiermee definieert u de achtergrondkleur van het bewerkingsgebied.
Maximum aantal stappen ongedaan maken
Hiermee definieert u het maximum aantal stappen ongedaan maken.
Pagina 34
Configuratie
Plug-ins
Hiermee opent u het venster Plugin-manager configureren waar u plug-ins kunt registreren (er zijn momenteel geen plug-ins beschikbaar).
Pagina 35
Nero PhotoSnap Viewer
10
Nero PhotoSnap Viewer Met Nero PhotoSnap Viewer kunt u foto's en afbeeldingen bekijken.
10.1 Programma-interface De programma-interface van Nero PhotoSnap Viewer is het startpunt voor het bekijken van afbeeldingen.
Fig. 15: Programma-interface van Nero PhotoSnap Viewer
De programma-interface bestaat uit een menubalk, een werkbalk en een weergavegebied. In de menubalk zijn de volgende items beschikbaar:
Bestand
Hier vindt u opties voor het openen en afdrukken van een afbeelding. U kunt hier ook de printer en het programma configureren (zie Configuratie) en plug-ins registreren (er zijn momenteel geen plug-ins beschikbaar).
Weergave
Hier vindt u opties voor het weergeven van de afbeelding.
Start
Hier vindt u opties voor het bladeren door afbeeldingen.
Extra
Hier vindt u opties voor het roteren van de afbeelding. U krijgt hier ook informatie over de weergegeven afbeelding en de mogelijkheid om Nero PhotoSnap te openen.
Help
Hier vindt u opties voor het weergeven van de online Help en het venster Informatie over Nero PhotoSnap Viewer, waar u onder andere het versienummer kunt zien.
De volgende knoppen zijn beschikbaar in de werkbalk: Openen
Hiermee opent u het venster Selecteer een afbeeldingsbestand waarmee u een afbeelding kunt openen.
Bewerken
Hiermee opent u Nero PhotoSnap. U kunt vervolgens de afbeelding met Nero PhotoSnap bewerken.
Inzoomen
Hiermee vergroot u de weergave van de afbeelding. Pagina 36
Nero PhotoSnap Viewer
Uitzoomen
Hiermee verkleint u de weergave van de afbeelding.
Volledig scherm
Hiermee geeft u de afbeelding weer in volledig scherm.
Links/Rechts
Hiermee roteert u de afbeelding 90° naar links of naar rechts.
Informatie
Hiermee opent u het venster Infobestand waarin informatie over de afbeelding wordt gegeven (zie Het venster Infobestand).
Helponderwerpen
Hiermee opent u de online Help (indien geïnstalleerd).
Vorige afbeelding
Hiermee opent u de vorige afbeelding in de map. [Page up]
Volgende afbeelding
Hiermee opent u de volgende afbeelding in de map. [Page down], [Spatiebalk]
Hiermee worden de afbeeldingen in een map weergegeven en gesorteerd op bestandsnaam:
Speciale tekens Cijfers van 0 tot 9 Letters in alfabetische volgorde
10.2 Volledig scherm weergeven Met de knop Volledig scherm weergeven kunt u de afbeelding in volledig scherm bekijken. De afbeelding wordt in het volledige scherm of in de originele grootte (100%) met een achtergrond weergegeven. U kunt de volgende afbeelding weergeven door op de spatiebalk te drukken. U kunt het contextmenu weergegeven door te klikken op de rechtermuisknop. Het contextmenu biedt dezelfde opties als de werkbalk in de programma-interface. De volgende optie is ook beschikbaar: Weergave 'Volledig scherm' wisselen
Hiermee sluit u het volledig scherm en geeft u de afbeelding opnieuw weer in het weergavegebied.
10.3 Weergave afbeelding Ga als volgt te werk om de afbeeldingen met Nero PhotoSnap Viewer te bekijken:
1. Klik op de knop Openen en selecteer een afbeelding. Æ De afbeelding verschijnt.
2. Klik op de knop Inzoomen / Uitzoomen om de weergavegrootte van de afbeelding te wijzigen.
Æ De weergave van de afbeelding wordt groter of kleiner.
3. Klik op de knop Links/Rechts om de afbeelding te roteren. Æ De afbeelding wordt geroteerd.
4. Klik op de knop Volledig scherm weergeven om de afbeelding in volledig scherm weer te geven.
Æ De afbeelding wordt in volledig scherm weergegeven. Pagina 37
Nero PhotoSnap Viewer
5. Druk met de rechtermuisknop op de afbeelding om het contextmenu te openen en selecteer Weergave 'Volledig scherm' wisselen om de weergave volledig scherm af te sluiten.
Æ De afbeelding wordt opnieuw in het weergavegebied weergegeven.
6. Druk op de knop Volgende afbeelding of op de spatiebalk om de volgende afbeelding weer te geven.
Î U hebt nu afbeeldingen bekeken met Nero PhotoSnap Viewer.
10.4 Configuratie In Nero PhotoSnap Viewer kunt u voorinstellingen voor het weergeven van afbeeldingen definiëren. De voorinstellingen vindt u in het venster Instellingen, via Bestand > Voorinstellingen.
Fig. 16: Het venster Instellingen (Nero PhotoSnap Viewer)
De volgende instelopties zijn beschikbaar:
Grootte afbeeldingen als standaard automatisch aanpassen
Na dubbelklikken worden afbeeldingen altijd in volledig scherm geopend Naam afbeelding weergeven bij volledig scherm
Pixels herberekenen
Hiermee past u de afbeelding aan de grootte van het weergavegebied of scherm aan. De weergave van de afbeelding wordt verkleind of vergroot. Als dit selectievakje is uitgeschakeld, worden de afbeeldingen in het originele formaat (100%) weergegeven . Als het weergavegebied te klein is om de volledige afbeelding weer te geven, worden de randen van de afbeelding weergegeven. Hiermee opent u de afbeelding in volledige scherm wanneer u er op dubbelklikt. Als dit selectievakje is uitgeschakeld, wordt de afbeelding in het weergavegebied geopend. Hiermee geeft u de naam van de afbeelding weer in volledig scherm. Hiermee wordt de vergrootte afbeelding gestroomlijnd weergegeven. De afbeelding wordt herberekend via een speciale berekeningsmethode die, afhankelijk van de grootte van de afbeelding, enige tijd kan duren. Als dit selectievakje is uitgeschakeld, worden de pixels in de vergrootte afbeelding wazig weergegeven. Pagina 38
Nero PhotoSnap Viewer
Sluit Nero PhotoSnap Viewer wanneer op 'Bewerken' wordt geklikt
Hiermee sluit u Nero PhotoSnap Viewer als u op Bewerken klikt.
Kleur selecteren
Hiermee bepaalt u de kleur van het weergavegebied en de achtergrond.
10.5 Toetsencombinaties De volgende snelkoppelingen zijn beschikbaar in Nero PhotoSnap Viewer voor het invoeren van opdrachten:
[spatiebalk]
Hiermee opent u de volgende afbeelding.
[Page up]
Hiermee opent u de vorige afbeelding.
[Page down]
Hiermee opent u de volgende afbeelding.
U kunt ook het muiswiel gebruiken om door de afbeeldingen in een map te navigeren.
Pagina 39
Lijst met afbeeldingen
11
Lijst met afbeeldingen
Fig. 1: Nero StartSmart.......................................................................................................................................8 Fig. 2: De interface van Nero PhotoSnap, met een geopende afbeelding.........................................................9 Fig. 3: Het venster Voorbeeld filter...................................................................................................................17 Fig. 4: Het gebied Belichting, het tabblad Histogramcorrectie -- deze afbeelding is onderbelicht ..............18 Fig. 5: Het gebied Belichting, het tabblad Gradatiecurves -- de getrokken gradatiecurves met controlepunten..........................................................................................................................................19 Fig. 6: Het gebied Kleurbalans .......................................................................................................................20 Fig. 7: Het gebied Resolutie ............................................................................................................................22 Fig. 8: Het gebied Ruis ....................................................................................................................................23 Fig. 9: Het gebied Scherper maken ................................................................................................................24 Fig. 10: Het gebied Roteren.............................................................................................................................26 Fig. 11: Het venster TIFF-instellingen ............................................................................................................31 Fig. 12: Het venster JPEG-instellingen ..........................................................................................................32 Fig. 13: Het venster Infobestand.....................................................................................................................33 Fig. 14: Het venster Opties ..............................................................................................................................34 Fig. 15: Programma-interface van Nero PhotoSnap Viewer ............................................................................36 Fig. 16: Het venster Instellingen (Nero PhotoSnap Viewer)...........................................................................38
Pagina 40
Woordenlijst
12
Woordenlijst Resolutie De resolutie is een maateenheid van de hoeveelheid visuele informatie in een afbeelding. Met het aantal pixels in een foto bepaalt u de absolute resolutie. Met het aantal pixels per lengte-eenheid bepaalt u de relatieve resolutie, normaal gesproken uitgedrukt in dpi.
Afbeeldingsruis Zoals alle halfgeleiders bevatten CCD-chips een bepaalde basisruis, die merkbaar is als hinderlijke grofkorreligheid in de afbeelding. Als het ISO-nummer wordt verhoogd van 100 naar 400 wanneer het donker is, neemt de ruis toe wanneer het signaal wordt verhoogd. Dit is zichtbaar in de afbeelding. Indien mogelijk moet u een lager ISO-nummer gebruiken om de afbeeldingsruis zo veel mogelijk te beperken.
CCD-chip CCD staat voor 'Charge Coupled Device'. Een CCD is een lichtgevoelige sensor waarmee licht kan worden opgevangen en opgeslagen. De lichtgevoelige cellen, die ook wel pixels worden genoemd, bevinden zich in een matrix op het element. Van elke cel wordt een lading, evenredig aan de hoeveelheid licht, ontkoppeld en vervolgens opgeslagen voor verdere verwerking.
dpi Dit is een afkorting van 'Dots Per Inch'. Met DPI wordt het aantal dots (pixels) per inch (1 inch = 2,54 cm) aangegeven dat wordt ondersteund door een uitvoerapparaat.
EXIF EXIF is de afkorting voor Exchangeable Image File Format en is een standaard van JEITA (Japan Electronic and Information Technology Industries Association) voor metadata in afbeeldingen. Gegevens zoals cameratype, lensopening, belichtingstijd, afstand tot het object en de datum van opname kunnen in de metadata worden opgeslagen. De grafische formaten JPEG en TIFF worden ondersteund. De term Metadata verschijnt in de kop van de foto (bijvoorbeeld voor de gegevens van de eigenlijke afbeelding). Deze gegevens kunnen in Nero PhotoSnap en Nero PhotoSnap Viewer via het venster Infobestand worden bekeken.
ISO-nummer Voor analoge films wordt de lichtgevoeligheid aangeduid met een ISO-nummer, waarbij de grofheid van de korrel van de film toeneemt bij een hoger nummer. Hoewel de gevoeligheid van de CCD-chip constant is voor digitale camera's, kunt u een hoger ISO-nummer simuleren door de gevoeligheid te verhogen via een verhoging van het signaal. Wanneer u het signaal verhoogt, leidt dit tot meer afbeeldingsruis.
JPEG Een afbeeldingsindeling die is ontwikkeld door de Joint Photographic Experts Group. Dit is een efficiënte compressiemethode, maar heeft kwaliteitsverlies tot gevolg.
Pixels De term 'pixel' is een woord dat wordt gevormd uit een combinatie van 'pix' (picture) en 'el' (element). Een pixel is een afbeeldingselement en de kleinste eenheid van een digitale afbeelding. Wanneer u het aantal pixels per inch voor de hoogte en breedte van de
Pagina 41
Woordenlijst
afbeelding vermenigvuldigt, verkrijgt u het totale aantal pixels. Een afbeelding met een grootte van 800 x 600 pixels bevat dus 480.000 pixels.
Progressieve compressie Type compressie voor JPEG-afbeeldingen. Wanneer een JPEG-afbeelding met progressieve compressie via het internet wordt geopend, verschijnt deze in lagen. De gebruiker ziet eerst een onscherpe afbeelding die steeds scherper wordt.
RGB In de RGB-modus worden alle verschillende kleuren aangegeven met de waarden voor rood, groen en blauw. De kleur is het resultaat van het bij elkaar voegen van de drie kleurcomponenten.
HSL In de HSL-modus wordt de kleur beschreven op basis van de tint (Hue), verzadiging (Saturation) en helderheid (Lightness).
Pagina 42
Index
13
Index Contrast ......................................................................12
A
Controlepunt
afbeelding afdrukken.......................................................................10, 36 bewerken.............................................................................29
instellen............................................................................... 19
Conventies....................................................................5 Correctie
bijsnijden .............................................................................27
automatisch uitvoeren......................................................... 11
niet bijsnijden.......................................................................26 openen ............................................................................9, 36
D
opslaan............................................................................9, 30
duotint .........................................................................17
roteren ...........................................................................27, 29 vergroten .............................................................................37
E
verkleinen ............................................................................37
effect
weergave.............................................................................37
opslaan ............................................................................... 17
andere effecten........................................................... 13
toepassen ..................................................................... 17, 29
Automatische correctie ............................................... 11
effecten weergeven .......................................................................... 10
B beeld openen ................................................................................36
Beeldeffecten.................................................. 10, 11, 29
effectinstellingen opslaan ............................................................................... 29
Exif-gegevens lezen ................................................................................... 33
belangrijkste effecten.................................................. 11 Belangrijkste effecten weergeven...........................................................................10
Belichting .................................................................... 11 corrigeren ......................................................................11, 17
bereik van de helderheid corrigeren ............................................................................18
Bicubic ........................................................................ 23
G Gebruikers ....................................................................5 gedeelte uit afbeelding uithalen: .............................................................................. 12
Glaussiaans vaag .......................................................24 gloeien ........................................................................15 Gradatiecurve
Bilineair....................................................................... 22
corrigeren...................................................................... 19, 29
bosseleren .................................................................. 15
gradatiecurven ............................................................18 Groep 3 fax .................................................................31
C
Groep 4 fax .................................................................31
Caleidoscoop.............................................................. 16 Canvas ....................................................................... 16
H
CCITT RLE ................................................................. 31
Helderheid ..................................................................12
compressie
Hete pixel
instelling ........................................................................30, 31
verwijderen ......................................................................... 13
Compressiekwaliteit.................................................... 32
histogram ....................................................................18
Configuratie .......................................................... 10, 34
Histogram
Contact ....................................................................... 46
corrigeren............................................................................ 18
Pagina 43
Index
Histogramcorrectie ..................................................... 17
Nero Search..................................................................5
horizontaal spiegelen.................................................. 14
Nero StartSmart starten ................................................8
Hulpprogramma's ................................................. 10, 11
O I
olieverfeffect ...............................................................16
infobestand ..................................................... 10, 33, 37
Omzetten naar grijsschaal ..........................................14
Installatie ...................................................................... 7
Ondersteunde indelingen..............................................7
inverteren ................................................................... 14
Ongedaan maken .........................................................9 Onscherp
J
masker ................................................................................ 24
JPEG Artefact Remover ............................................. 15
opslaan .......................................................................30
JPEG-afbeelding
Opslaan ......................................................................17
compressie ..........................................................................32 opslaan................................................................................30
JPEG-compressie....................................................... 31
P patroon........................................................................16 pixels van afbeeldingen
K kleurbalans ........................................................... 11, 20 uitvoeren........................................................................21, 29
verbeteren........................................................................... 15
Plug-ins.................................................................10, 35 PNG-afbeelding
Kleurbalans................................................................. 11 kleuren inverteren ............................................................................14
kleurvegen
compressie ......................................................................... 32
Programma starten .......................................................8 Programma-interface ....................................................9 Progressieve compressie............................................32
corrigeren ............................................................................11
R L
randdetectie ................................................................14
Lanczos ...................................................................... 23 Lensvervorming .......................................................... 12
Reparatie hete pixels ..................................................13 Resolutie...............................................................12, 22
LZW............................................................................ 31
M
wijzigen ............................................................................... 12
rode ogen verwijderen ......................................................................... 13
Mediaan...................................................................... 13 metadata .................................................................... 33
N Nero PhotoSnap Essentials SE .................................... 6 Nero PhotoSnap On-the-Fly starten ............................. 8 Nero PhotoSnap via Nero PhotoSnap Viewer starten .. 8 Nero PhotoSnap Viewer ............................................. 36
Rode ogen verwijderen ................................................................... 13, 25
Rotatie ........................................................................26 roteren ............................................................13, 26, 27 Roteren .......................................................................13 Ruis ......................................................................12, 23
S
configureren ..................................................................36, 38
Nero PhotoSnap Viewer starten ................................... 8 Nero Scout.................................................................... 5
Schakeringen reduceren.............................................16 Scherper maken ...................................................12, 24 Solariseren..................................................................16 Pagina 44
Index
speldenkussen vervorming...........................................................................12
spiegelen .................................................................... 14
Voorbeeld weergeven .................................................17 voorinstellingen...........................................................17 vorige afbeelding weergeven .......................................................................... 37
T TIFF-afbeelding compressie ..........................................................................31
tonvormig vervorming...........................................................................12
W Water ..........................................................................16 waterkleureffect ..........................................................13 weergave afbeelding aan de grootte van Nero PhotoSnap Viewer aanpassen ... 38
U
in het origineel formaat weergeven .................................... 38
uithalen ....................................................................... 12
roteren .......................................................................... 36, 37 vergroten............................................................................. 36
V
volledig scherm................................................................... 37
verouderen ........................................................... 15, 28
volledig scherm sluiten ....................................................... 37
verticaal spiegelen...................................................... 15
Weergave volgorde.....................................................37
verwijderen ................................................................. 17
Weergave volledig scherm
Vignetten .................................................................... 14 volgende afbeelding
sluiten ................................................................................. 37
Weergave 'Volledig scherm'
weergeven...........................................................................37
wisselen .............................................................................. 37
Volgorde van de weergave ......................................... 37 Volledig scherm weergeven........................................ 37
Z
Voorbeeld ................................................................... 10
zwart-witafbeelding .....................................................14
Pagina 45
Contact opnemen
14
Contact opnemen Nero PhotoSnap is een product van Nero AG.
Nero AG Im Stoeckmaedle 13-15 76307 Karlsbad Duitsland Website:
www.nero.com
Help:
http://support.nero.com
Fax:
+49 724 892 8499
Copyright © 2007 Nero AG en haar licentieverleners. Alle rechten voorbehouden.
Pagina 46