NED.NAT. BUREAUVOOR1 fi ANTHROPOLOGIE HET ANTHROPOLOGISCH CONGRES TE AMSTERDAM. Nu het congres, door het „Institut international d’anthropologie” op 20 Sep tem ber 1927 en volgende dagen te Amsterdam belegd, tot het verleden behoort, mag een overzicht omtrent de voornaam ste fata in dit tijdschrift niet ontbreken. O ver de w etenschappelijke verhandelingen, die in de algem eene vergaderingen en in de verschillende secties w erden gehouden en de hieraan verbonden discussies kan worden gezw eg en , daar het Institut te Parijs d eze eerlang zal publiceeren. S lechts eei.ige algem eene beschouw ingen daaromtrent m ogen hier, naast een b e schrijving van de verschillende festiviteiten en excu rsies, een plaats vinden. De opening van het congres vond op Dinsdag 20 Septem ber ten IIV 2 ure plaats sisten en genoodigden aanw ezig w as. Nadat de voorzitter van het Nederlandsch in de groote aula van het Koloniaal Instituut, w aar een talrijke schare congresBureau, prof. K leiw eg de Zwaan, de begroetingsrede had u'itgesprcken, stelde hij de vergadering voor den Franschen minister Louis Marin, voorzitter van het In stitut, tot algem een congrespresident te benoem en; de vergadering nam dit v oor stel bij acclam atie aan. De nieuw benoem de voorzitter hield v ervolgen s een to e spraak, w aarin hij het Nederlandsch bureau voor anthropologie bij voorbaat dank bracht voor de voortreffelijke organisatie en voorbereiding van het congres. Nadat hierop Prof. W ent, voorzitter van de Koninklijke A cadem ie van w etenschappen, namens den minister van onderwijs de con gressisten had toegesproken, voerden de gedelegeerden der verschillende landen het w oord; ten slotte sprak de heer D e V os van Steenw ijk uit naam van het Instituut voor intellectueele sam enwerking te Parijs. In den namiddag had een ledenvergadering van het Institut international d’anthrcpologie plaats, w aar o.a. de secretaris Capitan v ersla g uitbracht over de wetenschappelijke w erkzaam heden sinds het vorige congres (Praag 1924), de secretaris Papillault de ontw ikkeling en groei van het Institut besprak en de pen ningm eester W eisgerber een overzicht gaf van den financieelen toestand. Na af loop der vergadering b egaven de congressisten zich naar het Beursgebouw , waar het gem eentebestuur hen feestelijk ontving. In een hartelijke toespraak heette burgem eester De Vlugt de anthropologen w elkom te Amsterdam en w e e s hij hen op het v ele belangw ekkende, dat deze stad hun bieden kan. De congresvoorzitter zegde in een kort w ed erw oord dank voor de ontvangst. D es avonds kw am en de congresdeelnem ers w ederom bijeen in het Koloniaal Instituut, w aar een feestelijke „Indische avond” w a s georganiseerd. Prof. Krom uit Leiden hield een lezing, met lichtbeelden verduidelijkt, over de Hindoe-Javaansche kunst; vervolgens w erden Indische dansen opgevoerd met begeleiding van gam elan-m uziek. D eze dansen w aren ingeleid door den heer Noto Soeroto die, in Javaansch costuum gekleed, in een korte rede de b eteek en is der dansen uiteen zette. De goed geslaagde avond w erd besloten met een thee in de hal van het gebouw , w aar reeds de geanim eerde en vriendschappelijke stemming onder de congressisten, die zich gedurende den verderen loop van het congres steed s v er toonde, tot uiting kwam . D e ochtend en de middag van den volgenden dag (21 Septem ber) w a s aan de
NEDERL. NATIONAAL BUREAU VOOR ANTHROPOLOGIE.
557
sectievergaderingen gewijd. Een aantal dam es en eenige congressisten, w ier sectie niet v ei gaderde, brachten ’s middags een b ezoek aan het Rijksmuseum. In de aula van het Koloniaal Instituut w oonden de congresdeelnem ers 's avonds de oogstfilm bij, die de bekende folklorist D. J. van der Ven, de vervaardiger ervan, op onderhoudende w ijze toelichtte. De begeleidende muziek van den com ponist Julius Roentgen, uitgevoerd door den heer G. Dekker uit Arnhem, droeg er toe bij deze dem onstratie der aloude oogstgebruiken in het Oosten van ons land tot een zeer belangw ekkende te maken. Op Donderdag 22 Septem ber bleven de w etenschappelijke werkzaam heden tot den ochtend beperkt. Begunstigd door goed w eer vond ’s middags een auto tocht door de stad plaats. Langs de Eilanden, Nieuwmarkt, Stadhuis, Dam, Bloem gracht, P ostjesw eg, Mercatorplein en R ozengracht w erden de congressisten naar het Centraal Station gebracht, alw aar een deel van hen uitstapte om naar Haar lem te reizen ter bezichtiging van den w ereldberoem den Pithecanthropus erectus, verklaard en toegelicht door den ontdekker prof. Dubois. D e overigen w erden per auto langs Rokin, R eguliersgracht, Amstel en door de nieuw e straten van Amsterdam-Zuid naar de diamantslijperij van de firma I. J. A sscher geleid, voor de m eesten de eerste kennismaking met dit m erkw aardige bedrijf. Op w aardige wijze w erd deze dag besloten door een concert van het C oncertgebouw orkest, onder leiding van Cornelis Dopper. In de nagenoeg uitverkochte zaal bracht het orkest achtereenvolgens ten gehoore een ouverture van B erlioz, de Ciaconna van Dopper en de 9e sym phonie van B eeth oven , de laatste met m edew erking van het Toonkunstkcor. Na afloop ontving de voorzitter van het C oncertgebouw , Jhr. A. Röell, de bestuursleden van Institut en Bureau met de officieele gedelegeerden in de solistenkam er, w aar toespraken w erden gehouden en champagne w erd rondge diend. Geheel aan de anthropologische w etenschappen gewijd w a s de hierop v o l gende dag (Vrijdag 23 Septem ber). De dam es der congresdeelnem ers bezochten in den middag het Stedelijk museum. D e avondbijeenkomst gold een met licht beelden toegelichte lezing van abbé H. Breuil (Parijs) over de beschilderde rotsen in O ost-Spanje. De officieele sluitingszitting van het congres vond plaats op Zaterdagmiddag 24 Septem ber. V erschillende belangrijke besluiten w erden in deze vergadering genomen. V ooreerst besloot men, dat het bestuur van het Institut bij de verschil lende gouvernem enten zou aandringen op de oprichting van universitaire leer stoelen voor de anthropologische w etenschappen, en op het verplichtend stellen van het volgen van het onderwijs in anthropologie en praehistorie overal waar het tot dusverre facultatief w erd g egeven . Dit besluit w a s een w eerslag op de voordracht, dien ochtend door den hoogleeraar Pittard uit G enève gehouden, waarin hij de regeling van het anthropologisch onderwijs aan de universiteiten en aan de scholen voor voorbereidend hooger onderwijs besprak. Verder w erden verschillende internationale com m issies ingesteld: voor de beoordeeling van de praehistorische vondsten van Glozel, voor de studie der bloedgroepen, voor een studiepiogram betreffende het onderzoek der rassenpsychológie, en voor de be schrijvende kenmerken in de morphologie. Het bestuur van het Instituut zal de leden dezer com m issies later aanwijzen. Van gew icht w aren voorts een tw eetal moties, die betrekking hadden op het internationale karakter van het congres en van het Institut dat er de leiding van had. Door de eene w erd het bestuur van het Institut uitgenoodigd zich in verbinding te stellen met de nog overgeb leven bestuursleden van de organisatie, die vóór den w ereldoorlog anthropologische congressen placht te beleggen; aangezien in d eze organisatie alle landen gelijkelijk vertegenw oordigd waren, beteekent deze uitnoodiging tev en s een verdergaande internationaliseering van het Institut te Parijs. De andere m otie had betrekking op het zoo juist geëin digde congres waarop, zoo als bekend, voor het eerst de tot dusverre uitgesloten centrale rijken w aren vertegenw oordigd; zij luidde als volgt:
558
NEDERL. NAT. BUREAU VOOR ANTHROPOLOGIE.
„De vergadering spreekt hare voldoening uit over het waarlijk internationale „karakter van het 3e congres van het Institut international d’anthropologie; „spreekt als hare overtuiging uit, dat dit congres w ederom de noodzakelijkheid „heeft bew ezen van de sam enwerking der geleerden uit alle landen, teneinde de „problemen te belichten, die de geh eele m enscheid belang inboezem en; spreekt „den w ensch uit,dat dit internationaal karakter steed s meer zal w orden v erw er k e lijk t.” T erecht mocht de secretaris-generaal Capitan in zijn slotrede doen opmerken, dat dit congres zich in vele opzichten van het voorafgaande onderscheidde, niet het minst door den g eest van vriendschappelijke sam enw erking, die tusschen de vertegenw oord igers van alle landen zonder onderscheid heerschte. T even s w erd bekend gem aakt, dat de z.g.n. „Prix hollandais” w as toegekend aan Miss D. A. E. Garrod uit Oxford. Het officieele gedeelte van het congres w erd besloten met een diner in Krasnapolsky, w aar Prins Hendrik mede aanzat. Z. K. H. sprak, nadat prof. K leiw eg de Zwaan een w elkom stw oord had gesproken, de verzam elde anthropologen toe en wijdde een dronk aan de buitenlandsche gasten. Daarna w erd achtereenvolgens het w to rd gevoerd door prof. W ent, namens den minister van onderwijs, Dr. Vos, namens het gem eentebestuur van Amsterdam, prof. Capitan, nam ens het Institut en prof. Pittard (G enève) uit naam van de gezam enlijke congresdeelnem ers. Op het programma voor Zondag 25 Septem ber stond een tocht naar Marken en Volendam. Dank zij het gunstige w eder, dat trouw ens gedurende de excursies in het Noorden en bij Arnhem bleef voortduren, slaagde deze tocht uitnemend. Per stoom tram w erd gereden tot Bdam — onderw eg bezocht men een kaasmakerij te Broek-in-W aterland — alwaar d eels per trekschuit, deels per tram de tocht tot Volendam w erd voortgezet. Men gebruikte in hotel Spaander de lunch, die een w etenschappelijk tintje kreeg door de pakkende voordacht van prof. B arge over de schedels der Marker bevolking. Daarna w erd de tocht naar Marken onder nomen. Op den terugw eg voer de boot naar Monnikendam, w aar de stoomtram w eer stond te w achten. Gedurende den geheelen tocht zorgden een aantal leden van het studenten-fanfarecorps voor vroolijke muziek. Een gezelschap van 98 personen vertrok in den middag van 26 Septem ber per trein naar Groningen. In de stationsw achtkam er aldaar stond de plaatselijke regelingscom m issie gereed om de congressisten, met behulp van een aantal pad vinders, naar hun logies te verw ijzen. D es avonds hield het gem eentebestuur van Groningen een receptie op het monumentale stadhuis aan de Groote Markt, dat door een rijke bloem versiering een feestelijk aanzien had gekregen. De burge m eester sprak een w elkom strede uit, die door graaf B égouen, secretaris van het Institut, w erd beantw oord. D en volgenden dag vertrokken de congresdeelnem ers in autobussen langs sm alle binnenw egen, w aar het geoefende oog reeds talrijke terpen ontdekte, naar Ezinge. Daar w a s onder leiding van Dr. A. E. van Giffen, directeur van het biologisch-archaeologisch instituut te Groningen, de groote dorpsterp, w aarop zich de kerk verhief, ten deele zoodanig ontgraven, dat de opbouw van de terp en de uit verschillende tijdperken dateerende lagen, w aaruit zij w a s opgebouw d, duidelijk te onderscheiden w aren. In een op de terp opgestelde tent w aren de gebruiks voorw erpen, sch ed els en beenderresten te zien, die er uit te voorschijn w aren gebiach t. N aast de mondelinge toelichting van Dr. van Giffen konden de deel nem ers een gedrukte gids raadplegen, w aarin alle details omtrent de terp en Je andere verm eldensw aardige bijzonderheden van den tocht w aren opgenom en. De deelnem ers begaven zich vervolgens naar het dichtbij gelegen Saaksum, w aar in een groote schuur, met vlaggen opgesierd, een koffiemaaltijd door het provinciaal bestuur w erd aangeboden. De Com m issaris der Koningin, Jhr. van Starkenborch, heette hier de gezamenlijke anthropologen w elkom ; de heeren B égcu en en Capitan gaven hunnerzijds uiting aan de dankbaarheid voor de betoonde gastvrijheid en
NEDERL. NAT. BUREAU VOOR ANTHROPOLOGIE.
559
de groote belangstelling, w aarm ede zij de dem onstraties op deze excursie hadden aanschouwd. Een eigenaardig cachet aan dezen maaltijd gaf nog de bediening door dam es in G roningsch boerencostuum . Na afloop reed men naar Aduard, w aar, gelijk in alle andere Groningsche en D rentsche dorpen w elke de stoet pas seerde, de bevolking de vlag had uitgestoken. Hier had een bezichtiging van de g erestaureerde kerk plaats, vroeger het refectorium van het overigens geheel v e r dw enen klooster Aduard. Ten 3'/2 ure w as men w eder in Groningen terug en wel in het Museum van Oudheden, w aar gelegenheid w as tot het bezichtigen van de praehistorische bezittingen van het museum en deszelfs verd ere schatten, o.a. de beroem de porceleinverzam eling. Het museum bestuur bood hier een thee aan. De tocht w erd, alw eder in autobussen, voortgezet naar P atersw olde, w aar de con gressisten, sommigen na een v a a rt op het meer, zich in het Familiehotel te r tafel vereenigden. Ten slotte w erd naar Assen gereden, w aar het gem eentebestuur in hotel-„De H ertenkam p” recipieerde. De burgem eester, Mr. J. Bothenius Lohman, hield hier een toespraak, w elke door prof. Elliot Smith uit Londen w erd beantw oord. De excursie in Drente, die evenzeer geslaagd is als die in Groningen, nam W oensdagochtend op het stationsplein te Assen een aanvang. De autobussen reden over Rolde naar B orger; daar w erd het hunnebed bezichtigd, dat onder lei ding van Dr. van Giffen geheel w as ondergraven, zoodat men de onder de zw are steenen gelegen grafkam er kon onderscheiden. Een eind buiten Borger, onder Drouwen, w as een tumulus ontgraven, binnen w elke de zandsporen ten dui delijkste een rijengraf aantoonden. H et gezelschap reed vervolgens naar Gieten, w aar de com m issaris der Koningin Mr. J. T. Linthorst Homan, die helaas verhin derd w as zelf tegenw oordig te zijn, een copieuzen landelijken koffiemaaltijd aanbood. Prof. Sergio Sergi uit Rome dankte hier nam ens allen v„or de heusche ontvangst. T evens w erd in Gieten een uit folkloristisch oogpunt interessante dem cnstratie gegeven van een boerenbruiloft, zooals die tot voor ko rt in de streek w erden gevierd. De tocht w erd vervolgens voortgezet naar Eext, in de omgeving w a a r van o.a. te zien w aren een steenen grafkam er, een cirkelvorm ig urnengraf, en een dubbele grafheuvel. H et hunnebed bij het station E ext w as speciaal voor de congressisten door middel van zw are takels uit elkaar genomen, zoodat de struc tuur er van des te duidelijker aan het licht kwam . H ierna aanvaardde men de terugtocht naar Assen, om van daar ten 5 ure per trein naar Arnhem te v e rtre k ken. In hotel Royal w erd hier gedineerd. Reeds om 9 uur des ochtends verzam elden zich de congressisten den 29en S eptem ber op het Velperplein te Arnhem, om per electrische tram , na een rondrit door de stad, het openluchtmuseum te bereiken. De heer F. A. Hoefer, v oorzitter van het bestuur, heette hen hier in het D uitsch w elkom ; de directeur, de heer A. G. van Erven Dorens, gaf vervolgens in een rede in de Fransche taal een over zicht van totstandkom ing en w erkkring van het museum. De gasten w erden daarna, in groepen gesplitst, door het interessante museum rondgeleid. Toen de bezichtiging w as afgeloopen, begaf het gezelschap zich, w ederom per tram , naar Velp. In hotel Naeff aldaar gaf het gem eentebestuur van Rheden een lunch; de burgem eester, de heer H. P. J. Bloemers, hield hier een toespraak, w elke door prof. Thurnw ald uit Berlijn w erd beantw oord. Van Velp uit w erden de congres sisten in een 30-tal particuliere auto’s, w elwillend beschikbaar gesteld door inwo ners van Arnhem, over den Zijpenberg via De Steeg, Ellecom en D oesburg langs de kasteelen Ulenpas en Hummelo naar het kasteel Keppel gebracht, w aar de eigenaar, Baron van Pallandt, recipieerde. Behalve de sm aakvolle interieurs kon men hier het kam ertje in oogenschouw nemen, w aa r Lodewijk XIV in 1672 eens overnachtte. Op het kasteelplein w erden folkloristische dem onstraties gegeven: het vaandelzw aaien van het schuttersgilde uit Ulft en het binnenhalen van het „Olie W ief”, de laatste schoof van de oogst. Prof. P eake uit N ew bury (Engeland), die een dankw oord voor al het gebodene uitsprak, speciaal aan de verschillende
560
NEDERL. NAT. BUREAU VOOR ANTHROPOLOGIE.
heeren, die de dem onstratie hadden geregeld, w erd na afloop van zijn toespraak door het boerenvolk in triumf rondgedragen. Tegen 6 uur w erd de terugtocht naar Amsterdam aanvaard. Met het diner, dat de gem eente Arnhem in het gebouw Musis Sacrum aanbood, w erd het congres op w aardige w ijze besloten. Na het openingsw oord van dert burgem eester, Mr. S. J. R. de Monchy, w erden nog verschillende redevoeringen gehouden; de slotrede w erd uitgesproken door graaf Bégouen, die door zijn achter eenvolgens in het Fransch, het Duitsch en het Engelsch uitgedrukte w oorden w elsprekend uiting gaf aan den vriendschappelijken g eest van internationalisme, die gedurende het geh eele congres had geheerscht. A nthropologisch on derzoek betreffende de Vuurlanders. In de „Mitteilungen der Anthropologischen G esellschaft in W ien”, Band LVII, Heft 2 en 3, 1927 doet Prof. M artin Gusinde eene voorloopige mededeeling over een uitgebreid onderzoek aan schedel- en overig skeletmateriaal, van Vuurlanders af komstig, hetwelk hij, in sam enwerking met Dr. L ebzelter en Prof. S ergio Sergi te Rome, heeft ondernomen. Niet minder dan 150 schedels van Vuurlanders. alsook een aantal min of meer volledige skeletten vormen het belangrijk materiaal van onderzoek. Het bleek alreeds, dat verscheidene dezer schedels een groot aantal inferieure kenmerken bezitten. Onder inferieur verstaat Schrijver, in navolging van Sarasin: meer naderend tot de Neandertalgroep en tot de dierlijke voorouders der menschheid dan de Europeanen en andere hoog-ontwikkelde menschvariëteiten. Opvallend w as verder bij deze schedels o.a. de groote neiging tot exostosevorm ing en tot beenwoekeringen, dientengevolge een hoog gewicht van den schedel (m et name van de schedelkap, minder van de onderkaak), de ruime gaten en sleuven aan het basale deel van de schedelkap en de sterk ontwikkelde torus occipitalis (zelfs reeds op jeugdigen leeftijd). V olgens de schedelafmetingen zijn de onderzochte schedels: dolichokraan — lengtebreedte-index 74,9 orthokraan — lengtehoogte-index 72,5 metriokraan — breedtehoogte-index 96.8 metriometoop — frontopariëtaal-index 66,3 eneucephaal — capaciteit 1372 cM3. Naar de gezichtsm aten en hoeken zijn zij: m esognaath — totale profielhoek 83° m esoprosoop — gezichtsindex 85,5 m eseen — morph. bovengezichtsindex 52,8 mesorrhien — neusindex 47,2 brachyuranisch — m axilloalveolairindex 116,7 leptostaphylien — gehemelte-index 71,4. Verder is vooral zeer belangrijk, dat bij de Vuurlandsche schedels verschei dene australoïde eigenschappen werden opgcmerkt. W aar men den laatsten tijd meent ook aan schedels van Zuid-Afrika australoïde kenmerken te hebben vast gesteld. zou men alzoo in de drie zuidelijkste gebieden der bewoonde w ereld volken hebben Ieeren kennen, aan w elke australoïde kenmerken eigen zijn.