recreatie
Nederlandse Ruitersportvereniging ‘De paden op, de lanen in! Vooruit, met flinke pas! Met stralend oog en blijde zin…’. De Nederlandse Ruitersportvereniging, opgericht in 1929, is springlevend. In heel Nederland worden buitenritten, vaak over meerdere dagen, georganiseerd. Zo kom je op plaatsen waar anders niemand komt. ‘De meeste mensen hebben er geen weet van hoe mooi ons land is.’ Tekst: Ton Corbeau | Foto: Arnd Bronkhorst
Mensen die zich aangetrokken voelen tot de NRSV (circa 200 leden) hebben iets met paarden en natuur. Ze houden van gezellige, gelijkgestemde mensen om zich heen. Helemaal vrijblijvend is hun paardenhobby niet. In voor- en najaarsrally’s gaat het om het beste resultaat over afstanden tot 35 kilometer.
pmerkelijk is hoeveel paarden op O hogere leeftijd probleemloos de afstanden overbruggen. Boven de twintig jaar is niet uniek. Voor de dienstdoend dierenarts is er meestal maar weinig te doen. ‘De leden zijn altijd erg met hun paard bezig. Goed horsemanship staat hoog in het vaandel’, zegt Joke Smit, die met
Trainen Tot op hoge leeftijd kunnen paarden worden gebruikt voor grotere afstanden. Ze moeten het wel gewend zijn. Een paard dat alleen in het weekeinde wordt gebruikt en de rest van zijn tijd op stal of in de wei staat, zal geleidelijk aan in conditie moeten worden gebracht. Dat betekent veel stapwerk afgewisseld met wat draf en galop. Wie alleen stapt, bouwt al kracht op bij een paard. Voordeel is dat dan weinig energie bij het paard verloren gaat. Een buitenrit begint en eindigt altijd met een ruime stapperiode. Ook voor en na een ingelaste rustpauze wordt een tijd gestapt om het dier voor aankomst redelijk droog en na vertrek weer los te krijgen. Ook de ruiter moet zich voorbereiden op het rijden van langere afstanden. Ongetraind zijn langere buitenritten op het laatst moeilijk uit te zitten. Een ruiter die niet ontspannen meegaat in de bewegingen, is een paard tot last. Over langere afstanden wordt afhankelijk van de terreinomstandigheden afwisselend 10 minuten stap en 10 minuten draf gereden, waarbij bij het lichtrijden regelmatig van been wordt gewisseld. Af en toe een handgalop werkt ontspannend. Bied een paard de gelegenheid onderweg te urineren, bijvoorbeeld na de eerste drafreprise. Ga er gerust een tijdje naast lopen. Goed voor de ontspanning van de paardenrug en nog veel beter voor de conditie van de ruiter.
24
H O E F S L A G n r. 6 2 0 0 8
recreatie haar 21-jarige paard Faust (Gurioso x Solaris) een buitengewoon actief deelnemer is aan het NRSV-circuit. Faust won vorig jaar de Midas Prijs, een wisseltrofee voor paarden van achttien jaar en ouder die op hun sloffen in vier opeenvolgende dagen (de vierdaagse) tweehonderd kilometer afleggen. Dat is vijftig kilometer per dag. Het gemiddelde tempo komt op circa negen kilometer per uur. Het is weliswaar geen race tegen de klok, maar voor wie per abuis van de uitgezette route raakt, kan de tijd behoorlijk gaan opspelen. ‘De paden op, de lanen in’, als in het oude wandelliedje, maar dan met een stok achter de deur.
‘Divers pluimage’ Wie zijn lid? ‘Een divers pluimage. Mensen die allemaal liefde voor het paard en de natuur met elkaar gemeen hebben’, zegt Mechteld d’Ancona, NRSV-bestuurslid en coördinator van de ritten. ‘Niet veel jeugd en weinig mensen met kinderen thuis, want er gaat nogal wat tijd en energie in onze wijze van rijden zitten. Bovendien moeten de
paarden behoorlijk zijn getraind. Ook dat vraagt de nodige tijd. Het is geen endurance, maar de paarden moeten met ons in het zadel heel wat kilo meters maken.’ In de meerdaagse ritten en rally’s waarin de tijd een rol speelt, weegt het oordeel van de dierenarts zwaar. Paarden worden voor aanvang en na afloop onderzocht. Net als bij endurance is de conditie van het paard na afloop van grote invloed op het eindresultaat. Dertig minuten na binnenkomst moet het paard weer helemaal hersteld zijn. De stem van de dierenarts is onverbiddelijk in de klassering: goud, zilver of brons. De meeste deelnemers aan de ritten van de NRSV zijn echte vrijetijdsruiters die veel buitenritten maken. Hun paarden hebben sowieso al een prima conditie opgebouwd. Ook paarden van hoge leeftijd kunnen lang mee. Er zijn paarden die met meer dan het tien-jarenkruis werden onderscheiden. Ook de ruiters en amazones kunnen hun jaarkruis verdienen. Twee NRSV-leden rijden de vierdaagse al 25 jaar en kregen daarvoor een 25-jarenkruis. Ook de Midas-wisseltrofee geeft er blijk van dat paarden in deze actieve vorm van recreatiesport
lang meegaan. De trofee werd jaren geleden ingesteld door Renée van Beuningen, nadat haar paard op zijn 25e zonder problemen een vierdaagse over viermaal vijftig kilometer had uitgelopen. Een aantal paarden is ook actief in de breedtesport.
Rijke traditie De NRSV, die aan de wieg heeft gestaan van het Ruiterbewijs en de Dutch Endurance Riders (DER), is in 1929 ontstaan uit de Koninklijke Militaire Sportvereniging. De vereniging kwam er omdat burgers niet konden meedoen aan de meerdaagse ritten die militairen organiseerden. Toen de KMSV in 1930 in tien dagen van Arnhem naar Groningen reed, hield de burgervereniging haar eerste vierdaagse en ze doet dit nog steeds. Jaarlijks staan drie regioritten, een twee-, een drie- en een vierdaagse op het programma. In alle gevallen gaat het over circa 35 kilometer. Alleen de vierdaagse wordt gereden over 35 en 50 kilometer per dag. ‘Dergelijke ritten zijn erg goed voor de ontwikkeling van je oriëntatievermogen. Je leert scherp goed kijken en afstand schatten. Dat gaat spelenderwijs zonder het oog voor
‘Veel mensen hebben geen idee hoe MOOI ons land is’
H O E F S L A G n r. 6 2 0 0 8
25
recreatie Rust Langere afstanden worden onderbroken door rustpauzes van zo’n twintig minuten. ’s Zomers staan de paarden in de schaduw en in de andere maanden van het jaar in elk geval uit de wind. Tijdens de rust houdt het paard het zadel op zijn rug. Dat wordt wel wat losser gesingeld. De paarden worden tijdens de rust niet gecontroleerd, maar een dierenarts is wel aanwezig voor als er problemen zijn. De keuring door de dierenarts vindt plaats na de rit. Joke Smit (l) en Mechteld d’Ancona met Faust en de Midas Prijs. de vaak mooie omgeving te verliezen. Met de georganiseerde ritten komen we op plaatsen die anders verboden gebied zijn. Dat is uniek. Nederland is zo mooi,’ zegt Joke Smit.
Kaartlezen In routes uitzetten gaat veel tijd zitten. Mechteld d’Ancona houdt zich er al lang mee bezig. ‘Bij het uitzetten hanteren we het principe van het klaverblad. De route wordt zo uitgezet dat je tijdens de rit steeds weer op dezelfde plaats terugkomt zonder dezelfde route te rijden.
Voor de meerdaagse wedstrijden zijn wij voornamelijk aangewezen op de Veluwe, Drenthe en Noord-Brabant. Je kunt niet overal terecht. Stallen en hotel mogen niet te ver van elkaar vandaan liggen. Bovendien kan niet elke manege zomaar zo’n dertig paarden voor enkele nachten onderbrengen. Regioritten zetten de leden uit. Het is de bedoeling dat de deelnemers de route van de grote kaart op hun eigen kaart intekenen voordat zij van start gaan’, legt Mechteld d’Ancona uit. Joke Smit laat zien hoe een routebeschrijving voor
Conditie Een paard moet zo gereden worden dat het tijdens de rit geen zichtbare vermoeidheidsverschijnselen toont. Slecht eten na afloop duidt op oververmoeidheid. De PAT (pols, ademhaling, temperatuur) zegt veel over de trainingstoestand van een paard. In rust is de pols circa 30 tot 40 slagen per minuut. Hij wordt gemeten door met wijs- en middelvinger licht te drukken op de kaakslagader aan de binnenkant van de onderkaak. Het tellen begint pas na een of twee minuten om er zeker van te zijn dat de pols door de aanraking niet sneller is geworden. De ademhaling (flanken en neusvleugels) bedraagt in rust 10 tot 15 ademtochten per minuut. De temperatuur bedraagt dan 37,5 tot 38,2 graden Celsius. Als een paard zich inspant, gaan deze waarden omhoog. Tien tot vijftien minuten na afloop moet de rusttoestand weer intreden. De temperatuur moet na drie tot vier minuten weer normaal zijn. Bij flinke inspanning is het aan te raden een kwartier later nog eens de PAT-waarden vast te stellen. Door de PAT vast te leggen, kan men zien welke vorderingen worden gemaakt in de training.
de NRSV-ritten eruitziet: 17. 0.4 RP re (=zw), fp oversteken; 18. 0.4 rd, door kuil!; 19. 0.3 Einde RP li, voor schaapskooi, zw; 20. 2.4 voor hek + aw li. In gewone mensentaal staat er: 17. na 400 m ruiterpad rechts, zandweg, fietspad oversteken; 18. na 400 m rechtdoor, door kuil!; 19. na 300 m einde ruiterpad links, voor schaapskooi, zandweg; 20.na 2,4 km voor hek en asfaltweg links. Die zandweg van tweeënhalve kilometer nodigt uit voor een lekkere galop. En die routebeschrijving gaat dus 35 tot 50 kilometer door. Hoe ontwikkel je het gevoel voor afstanden? Joke Smit: ‘Dat gaat vanzelf. In het begin heb je er moeite mee en rijd je nog wel eens verkeerd, maar hoe vaker je het doet, hoe vanzelfsprekender het wordt. Bovendien rijd je nooit alleen. Tijdens een gewone buitenrit kun je jezelf goed in de afstanden oefenen. Neem een bepaald punt in je op. Schat de afstand in aantal paardenpassen en tel de afstand uit. Er zijn ook ezelsbruggetjes: tien minuten draf, tien minuten stap en een galopje brengen je per uur algauw tien kilometer verder.’ In onze paardenwereld nemen NRSVleden een aparte plaats in. Ze hebben het beste voor met hun paard. Hoewel de rally’s wel een wedstrijdelement kennen, vragen ze niet gauw te veel. | Zie voor ritten en activiteiten in 2008 www.nrsv.nl
26
H O E F S L A G n r. 6 2 0 0 8