Nationale wedstrijden REINING – V.L.P. – REGLEMENT 2009 1. LIDMAATSCHAP 1.1. Alle ruiters die wensen deel te nemen aan door VLP erkende wedstrijden, dienen in het bezit te zijn van een VLP licentie. Elk lid krijgt een lidmaatschapskaart met een identificatienummer. Dit nummer moet gebruikt worden bij elk officieel contact met VLP en de kaart (of een fotokopie ervan) moet ook getoond worden op het wedstrijdsecretariaat bij deelneming aan VLP klassen. Reining
SCHOL/JUN/SEN SCHOL/JUN/SEN SCHOL/JUN/SEN
Internationaal (FEI / CRI wedstrijden) Nationaal (CRN wedstrijden) Beginners / Grooms
R04 R02 R01
€ 100,00 € 40,00 € 18,50
1.2. VLP licenties gelden van 1 januari tot en met 31 december van elk jaar. 1.3. Paarden die bereden worden in een CRN2 of CRN1, moeten over een immatriculatie (startlicentie) beschikken, aan te vragen bij de KBRSF. De immatriculatie van het paard geldt levenslang. 1.4. Eventuele klachten kunnen ingediend worden op het VLP secretariaat en worden onderzocht na betaling van een dossierbijdrage van € 25. 2. WEDSTRIJDKLASSEN Wedstrijd
Licentie (ruiter)
CRN 1
R02/R04
kwalificatiewedstrijd voor internationale selecties
20 €
Ja
CRN 2
R02/R04
open voor alle ruiters
20 €
Ja
CR 3
R02
voorbehouden aan niet professionele ruiters
20 €
Neen
20 €
Neen
10 €
Neen
FEI pattern volgens voorprogramma
Neen
FEI pattern volgens voorprogramma
CR 4
R02/R01
CR 5
R02/R01
CR 6
R02/R04
Opmerking
voorbehouden aan ruiters die nooit een CRN1/2/3/6 gereden hebben voorbehouden aan ruiters t/m 18 jaar in het lopende jaar open aan alle ruiters met paarden jonger dan 6jaar
Inschrijfgeld Immatriculatie (proef)* (paard)
20 €
Pattern FEI pattern volgens voorprogramma FEI pattern volgens voorprogramma FEI pattern volgens voorprogramma FEI pattern volgens voorprogramma
* In de tabel vermelde prijzen gelden bij online-inschrijving en betaling. Blz. 1/8
Bij gewone inschrijving via secretariaat of de dag zelf dient een supplement van vijf euro betaald te worden voor verwerkingskosten. CRN1 De CRN1 geldt als kwalificatiereeks bij selecties voor WEG / EK / Master Finals en andere internationale wedstrijden. Het paard moet op één hand met bit gereden worden. CRN 2 - Open De CRN 2 staat open voor alle ruiters. Het paard moet op één hand met bit gereden. CR 3 - Amateurs De CR 3 is voorbehouden aan ruiters die van het reining rijden geen beroepsactiviteit gemaakt hebben (les geven of paarden trainen tegen vergoeding). Het paard moet op één hand met bit gereden worden. CR 4 - Beginners De CR 4 is voorbehouden aan ruiters die nooit een CRN1/2/3 gereden hebben en/of bij een andere officiële reining vereniging (NRHA, NRHA Belgium, …) geen ‘open’ en/of ‘amateur’ klassen rijden. Het paard kan naar keuze op twee handen met snaffle-bit of op één hand met bit gereden worden. CR 5 - Jeugd De CR 5 staat open voor alle ruiters t/m 18 jaar in het lopende jaar. Het paard kan naar keuze op twee handen met snaffle-bit of op één hand met bit gereden worden. CR 6 – Jonge paarden De CR 6 staat open voor alle ruiters maar is voorbehouden voor paarden van 3, 4 en/of 5 jaar. Deze paarden mogen op twee handen met snaffle-bit of op één hand met bit gereden worden. 3. ALGEMENE WEDSTRIJDVOORWAARDEN 3.1. Voor alle aanvragen en/of vragen naar informatie betreffende de goedkeuring van shows door VLP dient men zich te wenden tot het VLP-secretariaat. Bekrachtigde klassen zijn onderworpen aan alle VLPbijdragen en -administratie. De wedstrijdaanvraag met voorprogramma dient voorgelegd te worden aan het VLP-secretariaat ten laatste 60 dagen voor wedstrijddatum. 3.2. Goedkeuringen worden toegekend op basis van de eerste aangekomen aanvraag, behalve in het geval van een gevestigde show. Om een preferentiële showdatum te behouden moet een gevestigde show contact opnemen met het VLP-secretariaat. Er zullen geen VLP verschillende erkende evenementen geprogrammeerd worden tijdens één en dezelfde showdag, zonder de goedkeuring van de reining commissie van VLP. 3.3. Bij VLP erkende wedstrijden wordt 50% van de netto inschrijvingsgelden terugbetaald aan de deelnemers volgens onderstaande terugbetalingtabel.
Blz. 2/8
Aantal ingeschreven paarden Plaats 1 1 100% 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 100%
2-5 60% 40%
6-9 45% 35% 20%
10-13 40% 30% 20% 10%
14-18 34% 27% 20% 10% 9%
19-24 32% 22% 19% 10% 9% 8%
25-28 28% 22% 17% 10% 9% 8% 6%
29-32 26% 22% 14% 10% 9% 8% 6% 5%
33-36 26% 19% 13% 10% 9% 8% 6% 5% 4%
37-40 25% 18% 13% 10% 8,5% 7% 6% 5% 4% 3,5%
41-44 25% 17% 12% 9,5% 8% 7% 6% 5% 4% 3,5% 3%
45-48 25% 16% 11% 9% 8% 7% 6% 5% 4% 3,5% 3% 2,5%
49-52 23% 16% 11% 9% 8% 7% 6% 5% 4% 3,5% 3% 2,5% 2%
53-60 23% 15% 10,5% 9% 8% 7% 6% 5% 4% 3,5% 3% 2,5% 2% 1,5%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
61-.. 23% 14% 10,5% 9% 8% 7% 6% 5% 4% 3,5% 3% 2,5% 2% 1,5% 1% 100%
3.4. Bij ex-aequos voor de 1ste plaats zal het ex-aequo doorbroken worden door middel van lottrekking. Alle ander gelijke standen worden niet weggewerkt en zullen op zoveel plaatsen betrekking hebben als er paarden gelijk staan, i.e. 4de, 5de, 6de, 7de. 3.5. Een ruiter mag niet meer dan drie (3) paarden laten deelnemen in een VLP-klas. Een paard mag maximum vier (4) runs per dag lopen. 3.6. Alle inschrijvingsformulieren moeten het paard, de eigenaar en/of de ruiter nauwkeurig en waarheidsgetrouw identificeren. Elk bedrog of elke foute verklaring op het inschrijvingsformulier zal aanzien worden als onsportief gedrag en zal de eigenaar of de deelnemer blootstellen aan een disciplinaire maatregel zoals uiteengezet in het huishoudelijke reglement van VLP. 3.7. Indien een ruiter meer dan één paard berijdt, moeten er minstens twee paarden zijn tussen zijn ritten. Mist een deelnemer zijn bij loting bepaalde beurt, dan wordt hij gediskwalificeerd voor deze proef (behalve in geval van ongewoonlijke en onvermijdelijke omstandigheden). Elk geval zal specifiek beoordeeld worden door de judge(s). 3.8. Wanneer fotokopies kunnen gemaakt worden, moeten de scorebladen van de judge(s) bekendgemaakt worden voor de VLP klassen. Scorebladen moeten bekendgemaakt worden binnen het uur van de klascompetitie. In geval er geen kopie kan gemaakt worden, moeten de scorebladen van de judge(s) beschikbaar gesteld worden voor controle. De originele scorebladen van de judge(s) moeten aan het VLPsecretariaat gezonden worden met de showresultaten. 3.9. Een lid van VLP zal geen enkel paard mishandelen op welke manier ook op de showterreinen. Wordt als mishandeling aanzien een handeling of verzuim te handelen, die een redelijke persoon, die op de hoogte is van of ervaring heeft met de gewoonten, de aanvaarde trainingstechnieken en wedstrijdprocedures, zou bepalen als wreed, mishandelend, onmenselijk of schadelijk voor de gezondheid van het paard. Personen zullen gestraft worden indien er vastgesteld wordt dat er een opzettelijke mishandeling van het paard was in één van volgende omstandigheden: 1. De persoon neemt fysiek deel in de mishandeling van het dier of toont het paard in een toestand aanzien als mishandeling; 2. De persoon meldt zich op het inschrijvingsformulier van de show als deelnemer. Eigenaars en ruiters worden verondersteld alle regels, reglementen en straffen van de federatie te kennen. Blz. 3/8
Elk paard gediskwalificeerd voor redenen van mishandeling zal alle gelden verliezen die verdiend werden in de desbetreffende klas. Deze gelden zullen eigendom zijn van VLP. De straffen voor schending van de mishandelingregel zijn zoals bepaald in het VLP Huishoudelijk reglement. 3.10. Verwisseling van ruiters zal niet toegelaten worden, behalve door middel van een wijzigingsformulier drie (3) werkdagen voorafgaand aan de wedstrijd. 3.11. Het is voor alle ruiters verplicht om gepaste westernkledij en -uitrusting te gebruiken tijdens het showen; dit houdt in een hemd met kraag en lange mouwen, een western hoed of veiligheidshelm, western boots, een western zadel, een western hoofdstel. On(aan)gepaste kledij en/of uitrusting zal leiden tot een ‘zero score’ 3.12. Deelname aan VLP klassen impliceert dat de eigenaar en/of de ruiter van het deelnemende paard toestaan dat het desbetreffende paard mag en kan getest worden op doping of andere verboden middelen door een bevoegde instantie. 4. REGIONAAL KAMPIOEN (VLAAMS/WAALS) Aan het einde van het wedstrijdseizoen, dat afgesloten wordt met de finales, wordt de titel van regionaal kampioen uitgereikt. Worden met die titel beloond, de ruiters die de meeste punten hebben in hun respectieve categorie. De punten worden toegekend volgens onderstaande tabel. PLAATS 15 OF MEER RUITERS 1ST 20 2DE 17 3DE 15 4DE 13 5DE 12 6DE 11 7DE 10 8ST 9 9DE 8 10DE 7 11DE 6 12DE 5 13DE 4 14DE 3 15DE 2
14 19 16 14 12 11 10 9 8 7 6 5 4 3 2
FEI PUNTENSYSTEEM 13 12 11 10 9 8 18 17 16 15 14 13 15 14 13 12 11 10 13 12 11 10 9 8 11 10 9 8 7 6 10 9 8 7 6 5 9 8 7 6 5 4 8 7 6 5 4 3 7 6 5 4 3 2 6 5 4 3 2 5 4 3 2 4 3 2 3 2 2
7 12 9 7 5 4 3 2
6 11 8 6 4 3 2
5 4 OF MINDER RUITERS 10 9 7 6 5 4 3 2 2
5. BELGISCH KAMPIOEN Tijdens het weekend waarin het Belgische Kampioenschap georganiseerd wordt, wordt de Belgische Kampioenstitel uitgereikt. Drie klassen komen in aanmerking voor het behalen van de titel van Belgisch Kampioen, zijnde de klassen Open, Amateur en Jeugd. Het gaat om een éénmalige wedstrijd, verreden volgens hetzelfde principe als dat van de andere wedstrijden van het nationale VLP/LEWB-circuit, namelijk over twee runs. Om te kunnen deelnemen aan het Belgische Kampioenschap, moet de ruiter in het lopende jaar aan minstens drie wedstrijden in zijn klasse deelgenomen hebben. Eventueel kunnen ook ruiters op uitnodiging deelnemen aan het kampioenschap. Blz. 4/8
De andere ruiters die niet voldoen aan de voorwaarde van drie wedstrijden kunnen wel deelnemen aan de proeven maar maken geen kans op de titel van Belgisch Kampioen. De behaalde punten komen in aanmerking voor de algemene klassering aan het einde van het jaar voor de toekenning van regionaal kampioen. 6. JUDGES Alle officials die tijdens VLP wedstrijden jureren zijn erkend door de VLP. 7. REGELS VOOR HET JUREREN 7.1. Algemeen Een paard besturen (reinen) is niet enkel het leiden, maar ook elke beweging die het maakt onder controle houden. Het best bestuurde paard moet bereidwillig geleid of onder controle gehouden worden met weinig of geen zichtbare weerstand en volledig onderworpen. Elke beweging uit eigen initiatief moet aanzien worden als een gebrek aan controle. Elke afwijking van de exact beschreven pattern moet aanzien worden als een gebrek aan of tijdelijk verlies van controle en is aldus een fout waarbij punten afgetrokken worden in functie van de ernst van de afwijking. Na het in aanmerking nemen van alle fouten, hierin bepaald, tegen de uitvoering van een pattern en de algemene prestatie van het paard, moeten er punten gegeven worden voor de zachtheid, de finesse, de houding, de snelheid en het gezag waarmee de verschillende bewegingen uitgevoerd worden, bij gecontroleerde snelheid, wat de moeilijkheidsgraad verhoogt en het spannender en aangenamer maakt voor een publiek. De officiële richtlijn voor het toepassen van de regels voor het jureren zal zijn zoals bepaald in de FEI Rules & Regulations/NRHA Judges Handleiding. 7.2. Punten geven 7.2.1. Het geven van punten gebeurt op een basis van 0 - oneindig, met 70 als weergave van een gemiddelde prestatie. De individuele manoeuvres zullen gequoteerd worden in stappen van ½ punten met een laagste quotering van - 1½ tot een hoogste quotering van +1½, waarbij een score van 0 aangeeft dat een manoeuvre correct is uitgevoerd zonder moeilijkheidsgraad. Scores zullen bekend gemaakt worden nadat elk paard zijn proef gereden geeft. 7.2.2. Ex-aequo's voor een 1ste plaats zullen weggewerkt worden door middel van lottrekking, zoals reeds vermeld onder punt 2.4. 7.3. Uitrusting 7.3.1. Zie FEI Rules & Regulations. 7.4. Het volgende zal leiden tot "geen score" - inbreuk op elke bestaande plaatselijke wetgeving met betrekking tot de wedstrijd, de zorg en het houden van paarden waar een CRN gehouden wordt; - mishandeling van een dier in de show arena en/of bewijs van een daad van mishandeling voor of tijdens de wedstrijd van een paard in competitie; - gebruik van illegale uitrusting, met inbegrip van draad op bitten, bosals of kinkettingen; - gebruik van illegale bitten, bosals of kinkettingen; - gebruik van spijkergarelen, bindstukken of neusbanden; - gebruik van zwepen of rijzwepen; - gebruik van elke bevestiging die de beweging of de circulatie naar de staart verandert; - onvermogen om af te stappen en/of het paard en de uitrusting te tonen aan de aangewezen judge voor inspectie; - gebrek aan respect of slecht gedrag van de deelnemer; Blz. 5/8
- de judge(s) kunnen op elk ogenblik een paard laten stoppen, terwijl het in de arena is, wegens onveilige omstandigheden of ongepaste vertoning zowel wat het paard als de ruiter betreft. 7.5. Teveel aan teugel mag bijgetrokken worden op elke plaats waar een paard volledig mag stoppen tijdens een pattern. Bij gebruik van een romal, zijn er geen vingers tussen de teugels toegelaten. De vrije hand mag gebruikt worden om de romal te houden op voorwaarde dat het op minstens 16" (40cm) van de teugelhand gehouden wordt, in een ontspannen positie. Gebruik van de vrije hand terwijl men de romal houdt om de spanning of de lengte van de teugels te veranderen van het hoofdstel naar de teugelhand wordt aanzien als het gebruik van twee handen en een nul-score zal toegepast worden. 7.6. Het volgende zal leiden tot een “nul-score” - gebruik van meer dan de wijsvinger of eerste vinger tussen de teugels; - gebruik van twee handen (behalve in Snaffle Bit of Hackamore-klassen voorzien voor twee handen) of wisselen van hand; - gebruik van een romal anders dan deze vermeld onder punt 5; - onvermogen om de pattern af te werken zoals beschreven; - de manoeuvres uitvoeren in een andere volgorde dan deze aangegeven; - het invoegen van niet gespecificeerde manoeuvres, met inbegrip van, maar niet beperkt tot a. meer dan 4 stappen achteruitrijden b. meer dan 90 graden draaien (Uitzondering: een volledige stop in het eerste kwart van een cirkel na een vertrek in korte galop wordt niet aanzien als een invoeging van een manoeuvre; 2 strafpunten voor gangonderbreking zullen aangerekend worden.) - problemen met de uitrusting dat het afwerken van de pattern onmogelijk maakt; - tegenstribbeling of weigering van een beweging waar de pattern het vereist; - weglopen of onvermogen te leiden waar het onmogelijk wordt om te onderscheiden of de deelnemer de pattern volgt; - draven gedurende meer dan een halve cirkel of een halve lengte van de arena; - overspins van meer dan een kwartdraai; - het op de grond vallen van paard en/of ruiter OPMERKING: Zowel geen score als een nulscore komen niet in aanmerking voor een plaats in een run of klas, maar een nulscore kan stijgen in een wedstrijd met meerdere runs terwijl geen score dit niet kan. In het geval dat niet voldoende paarden zich kwalificeren voor de volledige verdeling van het prijzengeld, zal het niet verdeelde deel van het prijzengeld behouden worden door het showmanagement. 7.7. Het volgende zal leiden tot “5 strafpunten” 7.7.a. sporen geven voor de singel; 7.7.b. gebruik van een hand om schrik in te boezemen of te prijzen; 7.7.c. zadel vasthouden met de vrije hand; 7.7.d. flagrante ongehoorzaamheid waaronder trappen, bijten, bokken, steigeren en slaan. 7.8. Het volgende zal leiden tot “2 strafpunten” 7.8.a. gangonderbreking; 7.8.b. verstijven tijdens spins of rollbacks; 7.8.c. bij een instappattern, het onvermogen om te stoppen of te stappen voor het vertrek in galop; 7.8.d. bij een inlooppattern, het onvermogen om in galop te zijn voor het bereiken van de eerste kegel; 7.8.e. indien een paard de bedoelde kegel niet volledig voorbijloopt alvorens een stoppositie aan te vatten. 7.9. Starten of cirkels of achten uitvoeren in de foute galop zal als volgt gejureerd worden: Telkens een paard in foutieve galop is, moet de judge 1 strafpunt aanrekenen. De strafpunten voor in foutieve galop te lopen worden gecumuleerd en de judge zal 1 strafpunt toevoegen voor elke vierde van de omtrek van een cirkel of elke deel ervan dat een paard in foutieve galop is. Blz. 6/8
Een judge moet een paard met ½ punt straffen voor elke vertraagde gangwissel met één pas. 7.10. Een ½ punt aftrekken voor het starten van een cirkel in draf of bij het uitkomen van een rollback in een draf voor meer dan 4 stappen 7.11. Een ½ punt aftrekken voor te veel of te weinig spinnen tot een 1/8 van een draai; 1 punt aftrekken voor teveel of te weinig spinnen tot een ¼ van een draai. (zie tekening) 7.12. In patterns waar na een rechte lijn een halve cirkel wordt gevraagd, zal het zich niet in de juiste galop bevinden voor het ingaan van die halve cirkel als volgt bestraft worden: 1 punt voor de helft van de boog of minder, 2 punten voor meer dan de helft van de boog (zie tekening) 7.13. Er zal een ½ strafpunt aangerekend worden indien niet op een minimum van 20 voet (6 meter) van de muur of het hek gebleven wordt bij het naderen van een stop of/en een rollback. 7.14. Judges mogen niet beraadslagen over een strafpunt of manoeuvrescore voor het voorleggen van een score. Indien een belangrijke straf (een straf die leidt tot geen score, een nulscore of 5 strafpunten) onduidelijk is, zal de judge zijn/haar score voorleggen en vragen dat de score behouden blijft, in afwachting van een vergadering of het bekijken van de officiële video bij de volgende drag. Indien de judges bepalen na vergadering of bekijken van de video dat een straf opgelopen werd, moet ze toegepast worden. Indien echter geen straf opgelopen werd, zal de score bekend gemaakt worden zoals origineel voorgelegd. Geen judge zal gevraagd worden om zijn/haar score te veranderen na vergadering of bekijken van de video. Elke beslissing van de judge is een individuele beslissing en gebaseerd op een individuele beslissing op basis van een vergadering of het bekijken van de video. Het gebruik van videoapparatuur door de judges is enkel toegelaten indien de judge reden heeft om te geloven dat alle deelnemers opgenomen werden. 7.15. De judge zal de bevoegdheid hebben om een deelnemer te verwijderen van een show waar hij jureert, indien de betrokken deelnemer blijkt geeft van een gebrek aan respect of slecht gedrag waardoor hij zichzelf of de show in een onprofessioneel daglicht stelt. 7.16. Alle ruiters moeten afstappen en het hoofdstel onmiddellijk afnemen na de proef. Het hoofdstel moet afgenomen worden door de ruiter of een aangeduide vertegenwoordiger. Het hoofdstel moet gecontroleerd worden door een aangeduide judge in de arena of in de onmiddellijke nabijheid van de arena. Onvermogen om dit te doen zal leiden tot geen score. 7.17. Enkel en alleen judges zijn verantwoordelijk om te bepalen of een ruiter de pattern correct afgewerkt heeft zoals beschreven. 7.18. VLP geeft de judge de mogelijkheid om elke deelnemer opnieuw te laten rijden indien de judge vindt dat de ruiter niet in staat is een pattern af te werken voor redenen die buiten de controle van de ruiter zijn. In het geval dat een nieuwe run gerechtvaardigd is volgens de judge, moet de judge de vertegenwoordiger van VLP en/of het showmanagement hiervan zo vlug mogelijk informeren. 7.19. De reining commissie van VLP zal individuele vragen van de deelnemende ruiters bestuderen met betrekking tot het gebruik van hulpmiddelen. In het geval een individu speciale voorrechten krijgt, zullen deze voorrechten hem of haar schriftelijk medegedeeld worden en moet hij of zij een kopie leveren aan het showcomité elke keer dat hij of zij deelneemt. Het showcomité dient de voorrechten voor te leggen aan de judge(s) evenals het getrokken nummer van de enkeling en het deelnemingsnummer voor de klas waarin hij of zij zal deelnemen.
Blz. 7/8
8. PATTERNS 8.1. De volgende patterns moeten uitgevoerd worden zoals beschreven, niet zoals getekend. De getekende pattern is enkel en alleen bedoeld om een algemeen beeld te geven van hoe de pattern er zal uitzien in de arena. 8.2. Kegels zullen als volgt op de muur of tegen de rand van de arena geplaatst worden: (I) in het midden van de arena & (II) op minstens 15 meter van elk uiteinde. 8.3. Wanneer in de pattern stops moeten worden uitgevoerd na een kegel, moet het paard beginnen te stoppen nadat het de bedoelde kegel gepasseerd is. 8.4. Elke pattern is zo getekend dat de onderkant van de bladzijde het uiteinde van de arena voorstelt waar de deelnemers binnenkomen en moet als dusdanig gereden worden. In het geval dat de arena maar één ingang heeft en dat deze zich juist in het midden van de zijkant bevindt, zal deze zijkant de rechterkant van de bladzijde voorstellen waarop de pattern getekend is. 8.5. Alle paarden zullen beoordeeld worden onmiddellijk bij het binnenkomen van de arena en de beoordeling zal stoppen na het laatste manoeuvre. Elke fout die zou gebeuren vóór het begin van een pattern zal overeenkomstig de jureringregels gequoteerd worden. 8.6. Alle beslissingen van de judges zijn onherroepelijk. In geval van betwisting zal enkel de oorspronkelijke FEI versie uitsluitsel geven over de oorzaak van de betwisting.
Blz. 8/8