Muzische opvoeding
Muzikale opvoeding klas:
_______________________________
doelen deelleerplan VSKO 1999
1. Het kind musiceert met klank en muziek _______________________________________________________________________________ 3 1.1
Musiceren en experimenteren met de stem, met aandacht voor een goed stemgebruik (ademhaling, stemplaatsing, resonantie, articulatie), een zuivere toon (toonovername, intonatie) en expressiviteit __________________________________________________________________ 3
1.2
Musiceren met voorwerpen en instrumenten (lichaamsinstrumenten, zelfgemaakte en bestaande instrumenten), met aandacht voor klankproductie en speeltechniek _________________________________________________________________________________________ 3
1.3
Visuele voorstellingen van klank en muziek met de stem, voorwerpen of instrumenten (lichaamsinstrumenten, zelfgemaakte en bestaande instrumenten) verklanken ______________________________________________________________________________________________ 4
1.4
Diverse vormen van muzikale communicatie actief verwerken________________________________________________________________ 4
2.
Het kind luistert naar klank en muziek _______________________________________________________________________________ 5 2.1
Geluiden, klanken en klankeigenschappen herkennen, vergelijken en ordenen volgens diverse criteria ______________________________ 5
2.2
Bij het luisteren naar klanken en muziek verschillende notatievormen actief verwerken __________________________________________ 5
2.3
Het luisteren naar muziek verfijnen door aandacht te schenken aan de muzikale aspecten ________________________________________ 5
3. Het kind leest en noteert voorstellingen van klank en muziek _______________________________________________________________ 6 3.1
Beelden en symbolen van waargenomen auditieve prikkels lezen en waargenomen auditieve prikkels schriftelijk verwerken ___________ 6
4. Het kind ontwerpt klank en muziek ____________________________________________________________________________________ 6 4.1
Een klankstuk of een muziekstuk ontwerpen _____________________________________________________________________________ 6
5. Het kind beweegt op klank en muziek __________________________________________________________________________________ 6 5.1
Klank en muziek via beweging ervaren __________________________________________________________________________________ 6
6. Het kind denkt na en praat over klank en muziek ________________________________________________________________________ 7 6.1
Een klankstuk of een muziekstuk ontwerpen ______________________________________________________________________________ 7
7. Het kind verwerft bepaalde houdingen via klank en muziek________________________________________________________________ 8 7.1
Genoegen beleven aan de omgang met klank en muziek _____________________________________________________________________ 8
7.2
Eenvoudige regels en afspraken naleven bij de productie of reproductie van muziek_____________________________________________ 8
7.3
Een kritische houding aannemen tegenover een auditieve omgeving __________________________________________________________ 8
2
1. Het kind musiceert met klank en muziek 1.1
Musiceren en experimenteren met de stem, met aandacht voor een goed stemgebruik (ademhaling, stemplaatsing, resonantie, articulatie), een zuivere toon (toonovername, intonatie) en expressiviteit
1.1.1 De ademhaling bewust gebruiken en de
JK
OK 12
34
56
--
--
--
--
—
—
—
—
==
--
--
—
==
activiteiten
lichaamshouding verzorgen.
1.1.2 Aandacht schenken aan een goede stemplaatsing en resonantie 1.1.3 Een tekst of een lied uitvoeren met 1.1.4
1.2
aandacht voor een correct stemgebruik en een goede stemexpressie 1.4 Een gevarieerd repertoire van kindgerichte liederen zuiver en expressief zingen en gebruiken als impuls voor diverse expressiewijzen en spelvormen
--
Musiceren met voorwerpen en instrumenten (lichaamsinstrumenten, zelfgemaakte en bestaande instrumenten), met aandacht voor klankproductie en speeltechniek
1.2.1
De klankmogelijkheden van voorwerpen en instrumenten onder zoeken
1.2.2
Een eenvoudig ritme of eenvoudige melodie instrumentaal uitvoeren Bij het musiceren met instrumenten de juiste speeltechniek toepassen
1.2.3
JK --
OK 12 -—
34 ==
56 ==
--
--
—
==
--
--
—
==
activiteiten
3
1.3
Visuele voorstellingen van klank en muziek met de stem, voorwerpen of instrumenten (lichaamsinstrumenten, zelfgemaakte en bestaande instrumenten) verklanken JK
1.3.1
Beelden, klanksymbolen en grafische notatie vocaal of instrumentaal verklanken
1.3.2
Elementaire muzieknotatie als hulpmiddel bij het vocaal of instrumentaal musiceren gebruiken Een eenvoudige partituur (van beelden, klanksymbolen, grafische notatie of eenvoudige muzieknotatie) vocaal of instrumentaal verklanken
1.3.3
1.4
OK 12 ---
34 —
56
--
--
—
--
--
—
activiteiten
Diverse vormen van muzikale communicatie actief verwerken
1.4.1 1.4.2 1.4.3
Bij het musiceren verschillende verwerkingsmogelijkheden of musiceervormen toepassen Bij het musiceren verschillende rolverdelingen herkennen en toepassen De opnamemogelijkheden van audioapparatuur zinvol gebruiken
JK --
OK 12 ---
34 —
56 ==
--
--
—
==
--
--
—
activiteiten
4
2. Het kind luistert naar klank en muziek 2.1
Geluiden, klanken en klankeigenschappen herkennen, vergelijken en ordenen volgens diverse criteria
2.1.1
Kenmerken van de geluidsomgeving onderscheiden en bewust ervaren
2.1.2
Klankeigenschappen en muzikale tegenstellingen ervaren en benoemen De functie en de betekenis van een geluidsomgeving herkennen en beschrijven Eenvoudige functies van film- en reclamemuziek herkennen
2.1.3 2.1.4
2.2
JK --
OK 12 -—-
--
--
==
--
--
34 ==
56 ==
--
—
--
--
activiteiten
Bij het luisteren naar klanken en muziek verschillende notatievormen actief verwerken
2.2.1 2.2.2
2.3
Eenvoudige beelden of klanksymbolen van geluiden, klanken of muziek verwerken Grafische notatie of elementaire vormen van traditionele notatie verwerken
JK --
JK Eenvoudige melodie- en ritmepatronen herkennen en vergelijken
2.3.2
Eenvoudige vormen van samenklank herkennen en vergelijken De klankkleur herkennen en beschrijven Het tempo en de dynamiek van muziek herkennen en benoemen De structuur en de vorm van een ritme, een melodie of een klank- of muziekstuk aan de hand van de structurele principes (herhaling, variatie, contrast) herkennen en benoemen Eenvoudige muzikale vormen herkennen en vergelijken
2.3.5
2.3.6
34 —
56
--
--
—
--
activiteiten
Het luisteren naar muziek verfijnen door aandacht te schenken aan de muzikale aspecten
2.3.1
2.3.3 2.3.4
OK 12 ---
OK 12 ---
34 —-
56 ==
--
--
—
---
---
— —
== ==
--
--
--
—
--
—
activiteiten
5
3. Het kind leest en noteert voorstellingen van klank en muziek 3.1 Beelden en symbolen van waargenomen auditieve prikkels lezen en waargenomen auditieve prikkels schriftelijk verwerken JK 3.1.1
Beelden of symbolen van auditieve prikkels herkennen of noteren
3.1.2
Een grafische partituur aanvullen of ontwerpen
OK 12 ----
34 --
56 —
--
—
34 --
56 —
--
—
56
activiteiten
4. Het kind ontwerpt klank en muziek 4.1 Een klankstuk of een muziekstuk ontwerpen JK 4.1.1 2.2.2
Een klank- of muziekstuk ontwerpen vanuit een buitenmuzikaal gegeven Een klank- of muziekstuk ontwerpen vanuit een muzikaal gegeven
OK 12 ---
activiteiten
5. Het kind beweegt op klank en muziek 5.1 Klank en muziek via beweging ervaren 5.1.1
5.1.2 5.1.3 5.1.4
Klankverschillen en muzikale tegenstellingen via beweging herkennen en ervaren Kenmerken van klank en muziek in tijd en ruimte via bewegingen ervaren Kenmerken van klank en muziek in bewegingen omzetten De eigen beweging afstemmen op een klank, op muziek of op andere bewegingen
JK --
OK 12 -—
34
--
--
--
—
--
--
—
==
--
--
--
—
activiteiten
6
6. Het kind denkt na en praat over klank en muziek 6.1
Een klankstuk of een muziekstuk ontwerpen JK
6.1.1
6.1.2 6.1.3
Auditieve ervaringen beschrijven en met een gepaste woorden- schat benoemen Een eigen mening over de omgang met klank en muziek ver- woorden Veel voorkomende begrippen uit de wereld van klank en muziek passend gebruiken
OK 12 --
34 --
56 —
--
--
—
--
--
—
activiteiten
7
7. Het kind verwerft bepaalde houdingen via klank en muziek 7.1 Genoegen beleven aan de omgang met klank en muziek 7.1.1 7.1.2
7.1.3
Zich door middel van klank en muziek durven uiten De wereld van stilte, geluid en muziek verwonderd en aandachtig tegemoet treden Zich verbonden voelen met anderen tijdens een groepsgerichte omgang met klank en muziek
JK
OK 12
34
56
activiteiten
7.2 Eenvoudige regels en afspraken naleven bij de productie of reproductie van muziek JK 7.2.1
7.2.2
Bereid zijn om voldoende nauwkeurigheid aan de dag te leggen bij de omgang met klank en muziek Actief deelnemen aan het groepsmusiceren en zich kunnen aanpassen aan de eisen van het samenspel
OK 12
34
56
activiteiten
7.3 Een kritische houding aannemen tegenover een auditieve omgeving JK 7.3.1
7.3.2 7.3.3
Nieuwsgierig zijn voor en/of kritisch staan tegenover diverse vormen van muzikale communicatie Openstaan voor de muzikale uitdrukking van anderen Openstaan voor of rekening houden let de kenmerken van een bepaalde muziekcultuur
OK 12
34
56
activiteiten
8