Motivatie voor deelname aan een open source software community
Dit document valt onder de Creative Commons licentie: Naamsvermelding- NietCommercieel- GelijkDelen 1.0 Nederland http://creativecommons.org/licenses/by- nc- sa/1.0/nl/
Afstudeerscriptie - Doctoraal Bedrijfswetenschappen Vrije Universiteit, Amsterdam Augustus 2004
Geschreven door:
M.E. Aalbers (Martine)
Begeleid door:
dr. M.H. Huysman (Marleen)
1e beoordeling door:
dr. M.H. Huysman (Marleen)
e
2 beoordeling door:
prof.dr.ir. J.W.M. Gerrits (Han)
1 Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
1
Overzicht van de figuren
4
Overzicht van de tabellen
5
Overzicht van de bijlagen
6
Voorwoord
9
Samenvatting
11
1
Inleiding (met basis onderzoeksmodel en probleemstelling) 13
2
Theorie
17
2.1
Open source software - de oorsprong
17
2.2
Wat is open source software?
18
2.3
Licenties
20
2.4
Community s
21
2.4.1
Vier relationele modellen
23
2.5
Motivatie
24
2.6
Motivatiefactoren voor deelname aan een open source software community
25
2.6.1
Software verbeteren
27
2.6.2
Enjoyment
27
2.6.3
Reciprociteit
27
2.6.4
Altruïsme
29
2.6.5
Care for community
29
2.6.6
Reputatie
29
2.6.7
Geldbeloning
30
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
2 3
Case study
3.1
Blender-software
31
3.2
De geschiedenis
32
3.3
Blender Foundation
33
3.4
Blender-community s
34
3.5
Huidige stand van zaken
37
3.6
Kenmerken van de Blender-community s
39
4
Invulling van het onderzoek
45
4.1
Theoretisch model
45
4.2
Volledig onderzoeksmodel
46
4.3
Hypothesen
48
Onderzoeksaanpak
51
5
5.1
Enquête
51
5.2
Response
53
5.3
Generalisatie
54
6
7
31
Resultaten van het kwalitatieve onderzoek
56
6.1
Betrouwbaarheidsanalyse
56
6.2
Gemiddelden van de schalen
57
6.3
Factoranalyse
58
6.4
Getoetste verbanden
59
6.5
Beschrijvende verbanden
62
Analyse van en discussie over de motivatiefactoren (met het nieuwe theoretische model)
67
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
3 8
9
Discussie en advies over het managen van de community
71
8.1
Discussie
71
8.1.1
Crowding out
77
8.2
Advies
78
Conclusie
80
Bronvermelding
82
Bijlagen
89
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
4 Overzicht van de figuren
1
Basis onderzoeksmodel
14
2
De stichting en de Blender.org-community
35
3
Alle Blender-gebruikers inclusief communityleden
36
4
Aantal nieuwe leden per jaar
41
5
Uren per week besteed aan Blender-activiteiten
42
6
Rol binnen de Blender.org-community
42
7
Theoretisch model
46
8
Volledig onderzoeksmodel
48
9
Aantal respondenten
53
10
Woonlocatie van de respondenten
55
11
Grafische weergave van de gemiddelden van de motivatiefactoren
57
12
Nieuw theoretisch model
69
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
5 Overzicht van de tabellen
1
Hoe vaak worden Blender-activiteiten door de respondenten ontplooid?
40
2
Cronbach s
3
Gemiddelden van de houdingen ten opzichte van de community
44
4
Cronbach s
56
5
Factoranalyse
6
Cronbach s
7
Wat motiveert de mensen die niet / neutraal / wel programmeren?
8
In welke mate motiveren de factoren in hypothese 2b, 2c en 2d (hoofdstuk 4.3)
voor de houdingen van de leden ten opzichte van de community 43
voor de motivatiefactoren
58 voor de drie factoren
de mensen die een bepaalde Blender-activiteit ontplooien?
59 59
60
9
Verschilt de betrokkenheid bij een community per leeftijd?
61
10
Wat motiveert mensen die een bepaalde Blender-activiteit ontplooien?
64
11
De mening van respondenten met verschillende rollen over de houdingen
12
ten opzichte van de community
66
Hypotheseoverzicht; aannemen of verwerpen?
67
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
6 Overzicht van de bijlagen
1
Open Source Definition
89
2
Overige relationele structuren
91
3
Begrippen
92
4
Enquête
93
5
Uiteindelijke vragen per schaal
99
6
Statistische methoden
101
7
Geslacht
103
8
Leeftijd
104
9
Woonlocatie
105
10
Hoe vaak worden Blender-activiteiten door de respondenten ontplooid?
106
11
Aantal nieuwe gebruikers per jaar
107
12
Aantal nieuwe communityleden per jaar
108
13
Uren per week besteed aan Blender-activiteiten
109
14
Programmeerervaring
110
15
Rollen binnen de Blender.org-community
111
16
Participatie op het werk?
112
17
Cronbach s
113
voor de houdingen ten opzichte van de community
17.1
Vrijheidsgevoel
113
17.2
AR-houding
114
17.3
Tevredenheid community
114
17.4
Tevredenheid leiderschap
115
18
Gemiddelden van de houdingen ten opzichte van de community
19
Hangt de tevredenheid over het leiderschap af van de duur van het
116
lidmaatschap bij de community? (Dit komt neer op een Anova-analyse, met een onafhankelijke en een afhankelijke variabele, die vanaf nu als volgt weergegeven wordt: Anova [sinds
. lid van de community] [tevredenheid leiderschap]
20
Anova [woonlocatie] [Authority Ranking-houding]
21
Anova [woonlocatie] [altruïsme, care for community, vrijheidsgevoel, tevredenheid community]
117 118
119
22
Gemiddelde van vraag 18a t/m 18e
121
23
Gemiddelden van vraag 19a t/m 19d
122
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
7 24
Anova [activiteit software programmeren] [Authority Ranking-houding]
123
25
Anova [alle Blender-activiteiten] [alle motivatiefactoren]
124
25.1
Software programmeren
124
25.2
Plaatjes, filmpjes en games maken
125
25.3
Website s maken
127
25.4
Documentatie schrijven
128
26
Anova [uren per week besteed aan Blender-activiteiten] [enjoyment, altruïsme, reputatie]
27
130
Hangt het aantal uur per week dat besteed wordt aan Blender-activiteiten samen met het wel of niet gebruiken van Blender op het werk?
131
28
Anova [leeftijd] [reputatie]
132
29
Anova [programmeerervaring] [care for community]
133
30
Anova [rol binnen Blender.org] [enjoyment, care for community, Authority Ranking-houding, tevredenheid leiderschap]
31
Cronbach s
voor de motivatiefactoren
134 135
31.1
Software verbeteren
135
31.2
Enjoyment
135
31.3
Reciprociteit
136
31.4
Altruïsme
136
31.5
Care for community
137
31.6
Reputatie
138
31.7
Geldbeloning
138
32
Gemiddelden van de motivatiefactoren
139
33
Factoranalyse
141
34
Anova [activiteit software programmeren] [alle motivatiefactoren]
145
35
Anova [sinds
148
36
Anova [leeftijd] [care for community]
37
Anova [sinds
. lid van de community] [care for community]
. lid van de community] [vrijheidsgevoel,
Authority Ranking-houding, tevredenheid community] 38
149
150
Anova [leeftijd] [vrijheidsgevoel, Authority Ranking-houding, tevredenheid community]
151
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
8 39
Hangt het jaar waarin de deelnemer lid werd van een community samen met de leeftijd van deze persoon?
40
Uit welk land komen de leden met de verschillende rollen binnen de Blender.org-community?
41
153
154
Correlatie tussen altruïsme en reputatie
155
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
9 Voorwoord
Deze scriptie schrijf ik eigenlijk ten eerste voor mijzelf, om mijn studie op een goede manier (op tijd) af te ronden. Ook schrijf ik deze scriptie voor mijn ouders die mij altijd (financieel) steunen in alle opleidingen die ik volg. En last but not least is deze scriptie voor mijn vriend en andere vrienden die het interessant vinden om te lezen. Vele van deze vrienden maken namelijk intensief gebruik van het wereldwijde web (waar het onderwerp van deze scriptie deel van uitmaakt) en onderhouden er ook veel van hun sociale contacten mee.
Door het vak E-Business & ICT-Industry (september
oktober 2003) ben ik geïnteresseerd geraakt
in community s. Kijken naar de motivatie van individuen om deel te nemen aan een community in het algemeen zou een veel te brede scriptie opleveren, zoniet een onhaalbaar doel zijn. Daarom zal ik dit onderwerp moeten specificeren. Ten eerste zal ik kijken naar een online community. Deze community is makkelijker te analyseren en past beter bij mijn afstudeerrichting dan community s met een fysieke ontmoetingsplek. Ten tweede kies ik ervoor mij te richten op een open source software community. Het fenomeen open source software werkt als volgt: mensen passen gezamenlijk (gratis) software aan zodat het de (bijna) optimale functionaliteiten voor hen bevat. Een community is daarbij een belangrijke factor. Zonder die community s zou de open source software lang niet zo populair en goed zijn (in vergelijking met betaalde software zoals van Microsoft) als dat het nu is. Ten derde zal ik mij moeten beperken tot enkele motivatiefactoren. Ik wil namelijk gaan onderzoeken waarom mensen deelnemen aan een online open source software community.
Ik zal uitleggen wat open source software is en hoe het werkt, maar de nadruk zal zeker niet liggen op het technische aspect van software en community s. Commerciële activiteiten die tegenwoordig steeds vaker met open source software worden gecombineerd komen niet aan bod, omdat de in deze scriptie onderzochte community bij een stichting hoort.
De eerste belangrijke stap is het vinden van een community die mee wil werken aan mijn onderzoek. Ton Roosendaal gaf voor het vak E-Business & ICT Industry dat ik gevolgd heb een gastcollege. Hij is de oprichter van de Blender Foundation en de bijbehorende community op www.Blender.org. Omdat dit mij een interessante community lijkt en omdat ik verder nog weinig andere community s ken, heb ik Ton Roosendaal om zijn medewerking gevraagd. Hij stemde ermee in. Dit legt de basis voor het onderzoek van mijn scriptie, waar ik veel tijd en ook veel plezier in heb gestoken.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
10
Met dank aan:
Ton Roosendaal
Marleen Huysman
begeleiding
Hans v.d. Heijden
Survissimo
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
11 Samenvatting
Dit onderzoek is gericht op de motivatie van mensen om deel te nemen aan een online open source software community. Open source software is software waarvan de broncode vrij beschikbaar is gesteld door de makers van deze software. Hierdoor kan iedereen de software vrij distribueren, gebruiken, bestuderen en wijzigen. Binnen een online community komen mensen bij elkaar om hun kennis en ervaringen te delen over een gemeenschappelijke interesse die deze mensen hebben. Een dergelijke community is erg belangrijk bij het ontwikkelen van open source software. De vrijheden van open source software maken het mogelijk de software in een grote groep te ontwikkelen, waardoor de kwaliteit van de software erg goed is.
Het onderzoek bestaat uit twee delen. Er is een community onderzocht door middel van enkele interviews en een enquête. Op deze manier is er een case study gedaan bij de community s van Blender (open source software voor driedimensionale beelden) en in het bijzonder de community die hoort bij de Blender Foundation, waar het specifiek draait om het ontwikkelen van de software. Bekeken is wat de kenmerken zijn van de leden, wat de motivatie is van de leden om mee te doen en of er relaties zijn tussen deze twee factoren. Daarnaast zijn er enkele vragen gesteld waaruit blijkt wat de leden vinden van (onder andere het management) van de community. Dit om later te kunnen adviseren hoe de Blender.org-community het beste gemanaged kan worden. Het andere deel van het onderzoek is gericht op het toetsen van theorie aan de praktijk: zijn de motivatiefactoren die besproken worden in de theorie ook daadwerkelijk aanwezig bij de leden van online open source software community s?
Vaak worden motivatiefactoren opgedeeld in intrinsieke en extrinsieke motivatiefactoren. Intrinsieke factoren bestaan om een directe behoefte te bevredigen en extrinsieke factoren veroorzaken juist een indirecte tevredenheid. De factoren die in dit onderzoek worden onderzocht zijn: gemotiveerd zijn door de wil de software te willen verbeteren, het is leuk, je hoopt hulp terug te krijgen als je ook iemand helpt (reciprociteit), je graag iemand helpt zonder daar iets voor terug te krijgen (altruïsme), je erg betrokken bent bij de community, je een reputatie wilt vergaren en je een geldbeloning wilt voor het deelnemen aan een community. De eerste vijf motieven zijn intrinsiek; de motieven een reputatie op te willen bouwen en een geldbeloning te willen ontvangen vallen onder extrinsieke motivatie.
De enquête is door 747 personen ingevuld en uit de resultaten van de enquête blijkt dat de motivatiefactoren uit de theorie ook daadwerkelijk aanwezig zijn in de praktijk. Daarbij valt op dat de motivatie altruïstisch te willen zijn veel meer aanwezig is dan verwacht. Ook komt er uit de analyse naar voren dat de zeven motivaties in te delen zijn in drie factoren, die ook redelijk overeenkomen met de theorie. Dit onderzoek geeft een nieuwe bijdrage aan de bestaande theorie. Deze bestaande theorie Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
12 over verschillende classificaties van motieven is in dit onderzoek namelijk samengebracht in een model. Dit model is vervolgens statistisch onderzocht en gevalideerd, waarna met enkele aanpassingen een nieuw model tot stand is gebracht met een nieuwe manier om de motivatiefactoren in te delen, namelijk in groepsverrijkende , kennisverrijkende en zelfverrijkende motivatie.
Gezien alle kenmerken van de leden en hun motivatie en mening over het management van de Blender.org-community luidt het advies een niet te strakke visie en strategie te voeren. Wel kan een meer hiërarchische structuur worden aangenomen, waarbij mensen bepaalde taken toebedeeld kunnen krijgen. Deze mensen belonen voor het uitvoeren van deze taken kan gedaan worden met een geldbeloning, maar daar moet erg zorgvuldig mee omgegaan worden vanwege de grote aanwezigheid van intrinsieke motivatie binnen de Blender-community s. De leider van de community wil graag meer hiërarchie inbrengen zodat het overzicht op de gehele community en de communicatie beter worden. Totaal gezien kunnen deze gewenste veranderingen dus doorgang vinden, zij het door middel van kleine stapjes en dus in geringe mate.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
13 1. Inleiding
Binnen de Blender-community wordt de Blender-software verbeterd en ontwikkeld door een grote groep mensen. Deze mensen en nog vele andere gebruikers van de software kunnen hierdoor gebruik maken van de nieuwste versie van de Blender-software om driedimensionale content te maken. Dit is allemaal gratis; zelfs bedrijven kunnen gratis gebruik maken van de Blender-software. Zij gebruiken het dus als middel om zelf geld mee te verdienen. Dit lijkt tegen het logische verstand in te gaan. Waarom vind Ton Roosendaal, de oprichter van de Blender Foundation, dit niet erg? Het antwoord is duidelijk en geeft een goed beeld van de gedachte achter de Blender Foundation: Als jij een kip met gouden eieren vindt, dan ga je toch ook die kip goed verzorgen?
Dat is de richting waar Ton
Roosendaal heen wil gaan: door de software gratis aan bedrijven te bieden hoopt hij dat bedrijven hem ondersteuning gaan bieden in de vorm van gespecialiseerde werknemers. Op die manier hoeft Ton Roosendaal zelf geen mensen aan te nemen. Iets wat Ton Roosendaal als lastig te realiseren heeft ervaren; er zijn weinig mensen die voor de Blender Foundation willen werken. Maar waarom nemen mensen dan wel vrijwillig deel aan een community?
Dit onderzoek bestaat uit twee delen. Ten eerste wordt er onderzocht in welke mate motivatiefactoren bepalend zijn voor een individu om deel te nemen aan een open source software community. Hierbij wordt gekeken naar intrinsieke motivatiefactoren, omdat deze factoren vaak het meest belangrijk worden gevonden in theorieën (Tosi, Mero, Rizzo, 2000, Lakhani, von Hippel, 2002, Teigland, 2003). Daarnaast worden ook enkele extrinsieke motivatiefactoren onderzocht, die vaak beschreven zijn in theorieën (Keuning, 1998, Fehr, Gächter, 1998, Tosi, Mero, Rizzo, 2000, Noe, Hollenbeck, Gerhart, Wright, 2000, McLure-Wasko, Faraj, 2000, Torvalds, Diamond, 2001, Franke, Shah, 2001, Lerner, Tirole, 2001, Mustonen, 2002, Kelty, 2002, Ghosh, 2002, Lancashire, 2002, Lakhani, von Hippel, 2002, Fehr, Falk, 2002, Torvalds, 2002, Zeitlyn, 2003, Osterloh, Rota, Kuster, 2003). De onafhankelijke variabele is hier motivatie; de afhankelijke variabele is de deelname aan een open source software community van een individu. Dit deel van het onderzoek zal als tweede worden behandeld. Het zal een empirisch onderzoek zijn, waarbij het doel is om de theorie te toetsen in de praktijk. Er bestaat veel theorie over motivatie voor deelname aan community s, maar er is nog weinig empirisch onderzoek naar gedaan. Hier is wel behoefte aan (Andriessen, Soekijad, Keasberry, 2002).
De community die voor dit doel onderzocht is is de Blender-community. Het eerste deel van dit onderzoek is dan ook een case study over Blender. Naast algemene uitspraken over motivatie voor deelname aan een open source software community in het theorietoetsende onderzoek, worden in de case study specifiekere uitspraken gedaan over de kenmerken van de leden van de Blendercommunity s. Ook wordt er belicht of de verschillende motivaties en de verschillende houdingen van Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
14 de communityleden ten opzichte van de community van invloed zijn op de manier van managen die het beste bij de Blender-community s past.
De Blender Foundation, de organisatie achter deze community s, is aan groei onderhevig en daarom vraagt de oprichter van deze stichting zich af of er bepaalde veranderingen in de organisatie en de managementstijl wenselijk zijn om de verdere ontwikkeling van de Blender-software optimaal te kunnen blijven faciliteren. De deelnemers van Blender-community s zijn, naast hun motivatie deel te nemen aan een community, gevraagd naar hun mening over enkele variabelen die hun houding ten opzichte van de community meten, zodat uiteindelijk een advies kan worden gegeven over de optimale managementstijl.
Na het bespreken van de theorie zal eerst de case study worden behandeld. Vervolgens wordt de verdere invulling van het onderzoek besproken en komen de resultaten van het statistische onderzoek naar de motivatiefactoren aan bod. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen theorietoetsende verbanden en beschrijvende uitkomsten van de enquête. Daarna wordt er teruggegrepen naar de case; het managen van de community wordt bediscussieerd, gevolgd door een advies.
Samengevat in een model ziet het onderzoek er als volgt uit:
Figuur 1, basis onderzoeksmodel
De rode pijlen in dit model geven de relaties weer die getoetst zullen worden aan de hand van de hypothesen (hoofdstuk 4.3). De pijlen bij nummer 1 geven de hypothesen weer waarbij het verband tussen de kenmerken van de communitydeelnemers en de motivatie van deze deelnemers wordt onderzocht. De pijlen bij nummer 2 geven de hypothese aan waarbij wordt onderzocht in welke mate
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
15 de motivatiefactoren de deelnemers motiveren om deel te nemen aan de community. Pijl 2 zal dus slechts een gemiddelde waarde opleveren; het gaat hier niet om het aantonen van een verband.
De verbanden die de groene pijlen aanwijzen worden in dit onderzoek ingevuld door een beschrijvende analyse. Deze verbanden zijn niet onderbouwd met theorie, maar wel onderzocht omdat het de basis legt voor het uiteindelijke advies over het managen van de community. Pijl 3 belicht de relatie tussen de kenmerken van de deelnemers en hun houding ten opzichte van het management (hoofdstuk 6.5) en pijl 4 beschrijft wat de houding van de deelnemers is; het geeft weer hoe de variabelen, die tezamen de houding ten opzichte van de community van de deelnemende mensen weergeven, scoren (hoofdstuk 3.6). Ook pijl 4 zal dus, net als pijl 2, alleen gemiddelde waarden opleveren.
De gestippelde pijlen geven aannames weer die niet kwantitatief getoetst worden in dit onderzoek. Pijl 5 impliceert dat de motivatie van communitydeelnemers van invloed is op hun houding ten opzichte van de community: de reden waarom mensen deelnemen bepaalt mede de mening van deze mensen, bijvoorbeeld over hun tevredenheid. Als de reden waarom jij meedoet meer aandacht krijgt binnen de community dan van een ander lid, zal jouw tevredenheid waarschijnlijk hoger zijn dan die van de andere persoon. Pijl 6 stelt dat de uiteindelijke groep deelnemers, met hun specifieke kenmerken, motivaties en houdingen, invloed heeft op de manier van managen binnen de community. Dit kan zo gesteld worden omdat de leider van de onderzochte community zijn leden waardeert, wil luisteren naar hun mening en zo nodig de managementstijl wil aanpassen.
Tenslotte geeft de blauwe pijl, pijl nummer 7, het in dit onderzoek te vormen advies weer (hoofdstuk 8.2). De specifieke samenstelling van de deelnemers en de huidige manier van managen geven samen aanleiding voor een advies, dat (wanneer dit wordt opgevolgd) invloed kan hebben op de motivatie en houding van de deelnemers en zelfs op de lange termijn invloed kan uitoefenen op de kenmerken van de deelnemers. Hiermee wordt bedoeld dat een verandering in het management ervoor kan zorgen dat de community een ander type mens gaat aantrekken dat geïnteresseerd is in deelname aan de community, wat kan leiden tot een andere samenstelling van de groep communityleden.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
16 De probleemstelling van dit onderzoek bestaat uit een theoretische en een praktische vraag:
Wat motiveert individuen om deel te nemen aan een online open source software community? En wat zijn hierbij de implicaties voor de manier waarop de community gemanaged kan worden?
Het zal blijken dat de motivatiefactoren die genoemd worden in de theorie in de verwachte mate aanwezig zijn, met uitzondering van de motivatie mensen te helpen zonder daar wat voor terug te krijgen. Die motivatie is groter dan verwacht. Gelet op de kenmerken van de communitydeelnemers kan besloten worden het management van de community wat duidelijker aanwezig te laten zijn door een meer hiërarchische structuur aan te nemen. Een strakke visie is echter niet gewenst. Leden belonen door middel van geld is mogelijk, maar moet met grote zorgvuldigheid aangepakt worden.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
17 2. Theorie
In dit hoofdstuk over de theorie zal eerst een algemeen beeld gegeven worden van wat open source software is en wat de waarde van community s daarbij is. Hierbij wordt gestart vanuit de oorsprong van de open source software en zal ook kort stilgestaan worden bij de licenties die de voorwaarden voor het gebruik van open source software bepalen. Vervolgens wordt er beschreven wat motivatie is en welke motivatiefactoren er al dan niet aanwezig kunnen zijn voor het deelnemen aan een open source software community. Ook zijn er vier relationele modellen die kort belicht worden, omdat de leider van de Blender Foundation aangeeft de mogelijkheden van een verschuiving van het ene model, Communal Sharing , naar een ander model, Authority Ranking , te willen bekijken. 2.1 Open source software - de oorsprong Vanaf het begin van de zestiger jaren waren academische instellingen, zoals Berkeley en MIT, en andere onderzoeksinstellingen, zoals Bell Labs en Xerox s Palo Alto Research Centre, besturingssystemen aan het ontwikkelen die op meerdere computerplatforms konden draaien. Het delen van de broncode van de software was daarbij heel normaal. Open source software vindt haar oorsprong in de freeware , toen Richard Stallman begin tachtiger jaren de grondbeginselen van deze manier van softwareontwikkeling formeel wilde vastleggen (Lerner, Tirole, 2000). Zijn initiatief bracht hij in 1983 naar buiten en Stallman richtte in 1985 de Free Software Foundation (FSF) op om tegenstand te bieden aan de trend van gepatenteerde softwarepakketten en de releases van software zonder de onderliggende broncodes. Het doel van de stichting is om een free Unix-like operating system te maken. Tegenwoordig moedigt GNU, GNU is Not Unix , ook verdere ontwikkeling van software mét openbare broncodes aan (www.gnu.org). Stallman bedoelt met free niet for free , maar free als in freedom (Demil, Lecocq, 2003, www.gnu.org). Hij vindt dat free software een andere inhoud heeft dan open source software , hoewel veel mensen vinden dat deze twee begrippen ongeveer hetzelfde betekenen. Stallman prefereert het begrip free software , omdat de open source software-beweging meer beperkingen heeft toegestaan in haar licenties. Volgens hem is free software een sociale kwestie en open source software een ontwikkelingsmethode (www.gnu.org). Een belangrijk kenmerk van de FSF-ontwikkelingen is een licentieschema dat Copyleft wordt genoemd (Mustonen, 2002, Lakhani, von Hippel, 2002). Onder Copyleft maakt een programmeur van een programma aanspraak op de traditionele en wetmatige rechten van Copyrightbescherming en krijgt de maker een licentie op het programma, waarbij anderen het wel mogen gebruiken, aanpassen en verder distribueren (Lakhani, von Hippel, 2002). De voorwaarde daarbij is dat steeds dezelfde Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
18 licentie wordt gebruikt; de broncode en de gebruiksvrijheden zijn dus onafscheidelijk. Een gebruiker is ten minste verplicht om de software weer open te stellen voor iedereen wanneer deze gebruiker een deel van de software verandert of toevoegt (Mustonen, 2002, Lakhani, von Hippel, 2002). De software wordt dus nooit intellectueel bezit van slechts één persoon. Deze voorwaarden vallen onder de naam General Public License (GPL), wat een veelgebruikte licentie is (Mustonen, 2002). De Copyleftlicentie is gebaseerd op Copyright, maar heeft precies het tegenovergestelde ten doel: in plaats van software te privatiseren, wordt er vastgelegd dat de software open gehouden dient te worden (Demil, Lecocq, 2003). Dit is kostbaar om te waarborgen, maar als de bescherming laag is worden Copyleftcommunity s waarschijnlijk beperkt in hun distributie van software, omdat ze dan meer risico lopen om het Copyright te overtreden (Mustonen, 2002, Demil, Lecocq, 2003). Ook worden de community s kwetsbaarder ten opzichte van bedrijven, wanneer zij geen geld hebben om een goede Copyrightbescherming te kopen (Mustonen, 2002). 2.2 Wat is open source software?
Open source software is software waarvan de broncode vrij beschikbaar is gesteld door de makers van deze software. De gedachte achter dit concept is vrijheid: vrijheid van distributie, vrijheid van gebruik, vrijheid te kunnen bestuderen hoe het werkt en vrijheid om de software te wijzigen (www.ossl.nl, www.gnu.org). Open source software is niet gebonden aan technologie, want het is namelijk goed mogelijk om open source software op een commercieel platform zoals Microsoft s Windows te maken. Het gaat immers om de beschikbaarheid van de broncode. De term open source zegt iets over wat men met de software mag doen. Hiertoe zijn er verschillende licenties opgesteld (www.ossl.nl) waarop verder wordt ingegaan in hoofdstuk 2.3. Bij het programmeren van software gaat het voornamelijk om een klein deel van de software dat de link naar de hardware vormt, de zogeheten
kernel , wat moeilijk na te maken is. Met
programmeertaal wordt software gemaakt, uitgedrukt in de source code of broncode . Vervolgens wordt het door een compiler vertaald naar machinetaal , wat alleen door pc s wordt begrepen en niet door mensen. Deze machinetaal is namelijk binair. Microsoft verkoopt haar software in deze machinetaal, zodat mensen het dus alleen kunnen gebruiken en niet zelf kunnen aanpassen. Met open source software heeft wel iedereen toegang tot de broncode. Veel open source software is gebaseerd op Linux, waarop vele uitbreidingen worden gemaakt. Deze uitbreidingen zijn zelf meestal, maar niet altijd, ook open source (Lerner, Tirole, 2001, Mustonen, 2002, Lakhani, von Hippel, 2002). Linux is net als Windows een besturingssysteem en één van de bekendste open source software. Het Open Source Initiative heeft de Open Source Definition opgesteld. Wanneer software aan deze definitie voldoet mag het de naam open source software dragen. Naast toegang tot de broncode zijn er nog tien voorwaarden die in de definitie gesteld worden. Deze zijn te vinden in bijlage 1.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
19 Het belangrijkste (al genoemde) voordeel van open source software is de vrijheid die ermee gepaard gaat. Dit in tegenstelling tot de zogenaamde proprietary software , waarvan de licenties sterke beperkingen opleggen aan het gebruik en de verdere verspreiding ervan en wijziging gelijkstellen met diefstal. Proprietary software mag meestal alleen gebruikt worden in ruil voor een aanzienlijke vergoeding. Een tweede voordeel komt voort uit de manier van ontwikkelen van de software: open source software wordt meestal ontwikkeld en verbeterd door netwerken van erg veel programmeurs die elkaar niet persoonlijk kennen, maar samenwerken via het internet. Hierdoor heeft de software een goede kwaliteit: het evolueert snel tot robuuste, stabiele en onderhoudsvrije software. Zo worden fouten in de software snel ontdekt en in een hoog tempo hersteld (Kelty, 2002, www.vosn.nl). Een hiermee samenhangend voordeel is de hoge innovatiesnelheid. Door grote netwerken op de hoogte te stellen van de aanwezige fouten, worden deze snel verholpen. Een van de oorzaken van de goede kwaliteit komt voort uit het feit dat de ontwikkeling van open source software user driven is, ofwel: de ontwikkelingen van de software worden gedreven door de wensen van de gebruikers. Door direct contact tussen de gebruikers en de programmeurs heeft de software al snel voldoende draagvlak (www.vosn.nl). Gebruikers van open source software hoeven meestal niet te betalen voor de aanschaf van de software en van nieuwe upgrades. De implementatiekosten zijn dus veel lager dan bij proprietary software . Er wordt dan ook steeds meer gebruik gemaakt van open source software (Demil, Lecocq, 2003, www.vosn.nl). Er zijn zelfs toepassingen, zoals networking, waarbij er bijna alleen nog maar open source software gebruikt wordt. Zo werd bijvoorbeeld de web server software van Apache in 2000 door meer dan zestig procent van de websites gebruikt (Lakhani, von Hippel, 2002, von Hippel, von Krogh, 2003) en dit percentage groeide naar 65 procent in januari 2003 (Osterloh, Rota, Kuster, 2003). Daarmee is Apache, ontstaan in 1995, nu de dominante http-server van het wereld wijde web (Tzouris, 2002). Een andere bekende open source software naam is, zoals gezegd, Linux. In 1991 gaf Linus Torvalds de broncode van het Linux-besturingssysteem vrij op een internet-newsgroup, zoekend naar verbeteringen van de software (Lerner, Tirole, 2000, Tzouris, 2002). Linux is gebaseerd op het GNUsysteem van Stallman (Tzouris, 2002).
In de beginperiode van de open source ontstonden projecten meestal vanuit academische instituten, maar tegenwoordig wordt meer en meer software verschaft door traditionele for-profit organisaties. Hier tussenin bestaan ook tussenvormen. Ook is een er een soortgelijke verschuiving opgemerkt door Eric S. Raymond: waar de softwareontwikkeling eerst plaatsvond in een kathedraal , waarin de zorgvuldige ontwikkeling plaatsvindt in kleine teams, zijn er nu ook heel veel bazaars bijgekomen, waarin allerlei verschillende groepen met verschillende benaderingen tegelijk aan de software werken
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
20 (Raymond, 1999, uit: Cubranic, 1999, Kuwabara, 2000, Tzouris, 2002, Demil, Lecocq, 2003, Hertel, Niedner, Herrmann, 2003) Eric S. Raymond en Bruce Perens zijn belangrijke personen binnen de open source stroming. Zij gaven het initiële commentaar op Stallman s free software en Perens stelde dan ook de Open Source Definition (bijlage 1) op (von Hippel, von Krogh, 2003). Raymond s homepage is te vinden op http://www.catb.org/~esr. Overigens is niet iedereen het eens met de metaforen kathedraal en bazaar . Een kathedraal wordt niet gebouwd met één gericht doel, om God te vereren, maar kan juist dienen voor verschillende godsdienstige stromingen. En prijzen op een bazaar vinden hun waarde door vraag en aanbod, iets dat niet bij een gift economy (zie ook hoofdstuk 2.6.3) past (Zeitlyn, 2003). 2.3 Licenties Een licentie is een bepaalde vorm van toestemming van de licentiehouder (de auteur of producent van het programma) aan de licentienemer (de gebruiker) om het intellectueel eigendom (het programma) te gebruiken onder bepaalde voorwaarden. Deze voorwaarden kunnen nogal verschillen, daarom zijn er veel vormen van licenties. Bij open source software wordt je als gebruiker expliciet het recht gegeven om de broncode in te zien, te wijzigen, te gebruiken en verder te geven. In de meeste open source licenties is tevens opgenomen dat deze rechten je niet afgenomen mogen worden door wie dan ook. Het intellectueel eigendom van de software blijft dus bij de oorspronkelijke auteur(s) van de software. Wanneer een persoon wijzigingen aanbrengt in de broncode en deze software dan verder verspreidt, behoudt deze persoon zelf het auteursrecht op die wijzigingen. Zo kan er meer dan één auteursrechthebbende zijn voor een programma (www.ossl.nl). De meest bekende licentie is GPL (Mustonen, 2002): de licentie die geldt voor onder andere Copyleft en free software . Iedereen krijgt binnen deze licentie het recht om de software te gebruiken, aan te passen en te distribueren, onder voorwaarde dat voor de aanpassingen dezelfde rechten gelden. De software is zo dus vrij toegankelijk voor iedereen en wordt nooit privé-eigendom van iemand. Deze licentie draagt bij aan de mogelijkheid decentraal software te ontwikkelen. Je mag onder deze licentie geen pogingen doen er bedrijfsmatig winst mee te maken. Een andere bekende licentie is LGPL ( lesser GPL ). Deze licentie lijk op GPL, maar ondanks dat het net als GPL een free software license is, is het Copyleft minder sterk: de software mag onder deze licentie gebruikt worden in combinatie met modules die niet gratis zijn.
Original BSD (Berkely System Distribution) staat modificaties uit winstoogmerk toe, maar er moet wel gemeld worden waar men de software vandaan heeft (door middel van een lange lijst statements). De modificaties blijven eigendom van de maker(s). Deze licentie is niet compatible (dit betekent: niet Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
21 verenigbaar ) met GPL in tegenstelling tot modified BSD. Deze licentie werkt hetzelfde als original BSD, echter mag nu de lijst statements achterwege gelaten worden.
De bovengenoemde licenties zijn conform de Open Source Definition. Een noemenswaardige licentie die niet compatible is met GPL is de licentie van Netscape (www.gnu.org). Netscape heeft in 1998 haar Communicator weggegeven aan het grote publiek en heeft ook de broncode vrijgegeven (Tzouris, 2002). Onder de Netscape Public License (NPL) mag Netscape andermans toevoegingen aan de broncode gebruiken, zelfs in haar proprietary version van het programma. Deze software kan dus gecombineerd worden met modules die niet gratis zijn. Kijk voor een uitgebreidere kijk op licenties op http://www.gnu.org/licenses/license-list.html.
Er zijn enkele termen die qua inhoud op open source software lijken maar toch zeker niet hetzelfde zijn, zoals shareware, freeware en public domain software. Shareware is software waarvan kopieën mogen worden verspreid, maar de gebruikers van een dergelijke kopie moeten wel een license fee betalen en shareware heeft meestal geen vrijgegeven broncode. Freeware mag ook worden verspreid en ook hiervan is de broncode niet beschikbaar gesteld. Freeware is zeker geen free software zoals Stallman deze definieert. Public domain software heeft geen Copyright. Als de broncode beschikbaar is gesteld is het non-Copylefted free software . Dit kan dan betekenen dat sommige versies van de software helemaal niet
free
zijn, maar dat het intellectuele eigendom privé gehouden wordt
(www.gnu.org).
2.4 Community s
Een community betekent letterlijk vertaald een gemeenschap . Een online community bestaat uit een groep mensen die op internet een website hebben, waarop ze praten over een gemeenschappelijke interesse, zoals een hobby. Bij een open source software community praten de leden dus over open source software en helpen ze elkaar met het oplossen van problemen (bijvoorbeeld vanwege een fout in de software of vanwege het kennisniveau van een bepaalde gebruiker) en nieuwe functionaliteiten te ontwikkelen. Het draaiend houden van een dergelijke community is onmisbaar voor de open source software. Vaak begint de ontwikkeling van een nieuw stuk software bij een idee van één van die personen, die dit verder uitwerkt en ontwikkelt. Later in het traject moet de software dan getest en verbeterd worden en dan breekt het punt aan waarop de community s hun waarde gaan bewijzen (Osterloh, Rota, Kuster, 2003, www.vosn.nl). Ook zijn community s, naast het programmeren, waardevol voor het uitvoeren van ondersteunende taken, zoals het bijhouden van nuttige informatie in een database of het beheren van de website van de community.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
22 Kennis wordt steeds meer gezien als een belangrijk bezit en is hierbij in te delen in drie denkrichtingen. Kennis kan als een object worden gezien, kennis kan gezien worden als een bezit van een individu en kennis kan gezien worden als het bezit van een community (McLure-Wasko, Faraj, 2000, Patriotta, 2003). Kennis is dan een publiek goed. Het laatste denkbeeld past dus ook bij open source software community s. Kennis wordt daar gecreëerd en gedeeld in een sociale context. Community-leden doen er vaardigheden op en doen er vrijwillig aan mee. Mensen met soortgelijke kennis kunnen elkaar gemakkelijk opzoeken, ook al wonen ze verspreid over de gehele wereld. Het derde denkbeeld heeft dus voordelen boven de andere twee. Binnen de open source stroming vormen virtual community s of practice het derde denkbeeld (McLure-Wasko, Faraj, 2000, Tuomi, 2002). Deze community s hebben dan de volgende kenmerken:
Het is een virtuele ontmoetingsplaats, waar de mensen iets gemeenschappelijks willen delen (Osterloh, Rota, Kuster, 2003) en in de loop van de tijd bouwen deze mensen een relatie met elkaar op en wordt de community een steeds hechtere groep (van Doorn, Frowein, 2001), waarin er een gezamenlijke cultuur ontstaat en waar de kosten om experts in contact met elkaar te laten komen sterk te reduceren zijn, vergeleken met markt- of hiërarchiegeoriënteerde organisaties (Osterloh, Rota, Kuster, 2003).
Door op deze manier open source software te ontwikkelen gaat dit erg snel (Tuomi, 2002). Het is een succesvol innovatiemodel, waar de distributie gedreven wordt door de gebruiker, waar de intrinsiek en extrinsiek gemotiveerde mensen elkaar complementeren en waar de ontwikkeling en handhaving van regels zelfgeorganiseerd is, zonder formele centrale autoriteit. Het is efficiënter om intellectueel eigendom niet privé te houden, zoals bij open source software, als er sprake is van: lage kosten, complementaire innovatie die stukje bij beetje groeit of wanneer samenwerking tussen ontwerp en testen cruciaal is. Community s of innovation zijn te vergelijken met community s of practice . Dit zijn informele groepen die gezamenlijke kennis en interesse delen (Osterloh, Rota, 2003). Community s of practice bestaan overal, maar bij de één ben je meer betrokken dan bij de ander. Ook hebben sommige een naam en anderen niet (Wenger, 1998). De kenmerken van community s of practice komen gedeeltelijk overeen met de bovengenoemde kenmerken van een community of innovation.
Er bestaat echter geen eenduidig beeld. Zo kan een community of practice ook gezien worden als een informele groep binnen een bedrijf of bedrijfstak en bestaat dus volgens dit denkbeeld níet overal. De open source software community s passen volgens dit denkbeeld in de electronic networks of practice
(Teigland, 2003), waarvan de definitie wel erg lijkt op de definitie van de virtual
community s of practice. De gezamenlijke cultuur en het taalgebruik van een virtuele community Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
23 (Wenger, 1998, McLure-Wasko, Faraj, 2000) zijn minder hecht en in overeenstemming met elkaar dan het geval is bij een community die face-to-face met elkaar omgaat (Teigland, 2003). De verschillen tussen deze op elkaar lijkende begrippen zijn dus erg klein en niet alle auteurs zijn het met elkaar eens over deze verschillen en vooral niet over het begrip community s of practice .
Binnen community s kunnen verschillende relationele modellen van toepassing zijn. Dit onderzoek zal kijken naar een mogelijke verschuiving van de Communal Sharing-structuur naar de Authority Ranking-structuur binnen de onderzochte community. Dit zijn twee van de vier relationele modellen zoals Fiske deze beschrijft:
2.4.1 Vier relationele modellen
Alle verschillende relaties en sociale interacties tussen mensen zijn terug te brengen naar vier elementaire relationele structuren. Wel zullen alle verschillende implementaties erg variëren als gevolg van verschillen in culturen (Fiske, 1991). Mensen construeren complexe en gevarieerde sociale vormen door combinaties van deze vier modellen te implementeren volgens diverse culturele regels. Onderliggende sociale opvattingen, bekommeringen, doelen en principes worden ook ontleend aan de vier modellen om relaties mee op te bouwen. De vier structuren zijn van toepassing wanneer mensen dingen verhandelen ; het zijn de voorwaarden die de primaire standaarden van rechtvaardigheid definiëren. Ook al zijn deze modellen apart beschreven, ze zijn zelden als opzichzelfstaande modellen tegen te komen. Wel kan er vaak één als dominant aangewezen worden. De overige gevallen die niet onder één van deze vier modellen te plaatsen zijn worden als asociale of null interacties gezien. Je hebt als persoon met bijna alle mensen op de wereld een null relationship , simpelweg doordat je ze negeert. Een asociale relatie bestaat wanneer je contact hebt met iemand met als doel er alleen zelf beter van te worden (Fiske, 1992). De eerste twee relationele structuren zijn:
Communal Sharing (CS): Communal Sharing is een relatie van gelijken waarin personen zich samenvoegen (voor een bepaald doel) zodat de grenzen van de individuele personen vervagen. Dit model wordt gekenmerkt door mensen die zich toeleggen op een lidmaatschap bij een groep en daarbij het gevoel hebben een gelijke identiteit te hebben. Het individuele aspect van een persoon wordt buiten beschouwing gelaten. Mensen worden binnen de groep als gelijken gezien ongeacht welke redenen de mensen hebben om mee te doen in de groep (Fiske, 1991). Er wordt dus wel erkend dat er verschillende motieven zijn om deel te nemen in een community (Fiske, 1992). Er heerst een gevoel van solidariteit, eenheid en identiteit met het geheel. De essentie van Communal Sharing is dat het een relatie is gebaseerd op plichten, gevoelens en gedachten die vriendelijkheid en gulheid genereren bij de mensen die van opvatting zijn om bij elkaar te horen. Dit is het geval bij familie, maar het komt ook bij andere Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
24 groepen mensen voor. Deze relatie ontstaat op een natuurlijke, spontane manier (Fiske, 1991). Mensen zijn altruïstisch. Ook reciprociteit speelt een rol (je neemt wat je nodig hebt en je geeft wat je kunt), maar is minder belangrijk (Fiske, 1992).
Authority Ranking (AR): Authority Ranking is een transitieve en asymmetrische relatie. Het is een ongelijke relatie. Er is sprake van hiërarchie. Personen die met dit model te maken hebben zien elkaar als verschillend in sociale belangrijkheid, ofwel status. Mensen met een hogere rang hebben meer controle, meer kennis en meer gezag. Het initiatief ligt meestal bij degene met de hoogste rang en deze persoon mag ook als eerste zijn / haar keuzes en voorkeuren uiten. De mensen met een lage rang zijn veelal eerbiedig, loyaal en gehoorzaam. In ruil daarvoor krijgen ze bescherming en support (Fiske, 1991). Er is dus sprake van reciprociteit (Fiske, 1992). Bij Authority Ranking is er normaalgesproken geen sprake van dwingende macht (Fiske, 1991). Als het gaat om besluitvorming wordt informatie omhoog doorgespeeld en worden besluiten vervolgens weer omlaag doorgevoerd (Fiske, 1992).
De andere twee relationele structuren zijn Equality Matching en Market Pricing . Deze twee structuren zijn in bijlage 2 opgenomen, omdat ze verder niet van belang zijn voor dit onderzoek. Er zal alleen worden gekeken naar een mogelijke verschuiving van Communal Sharing naar Authority Ranking binnen de structuur van de onderzochte community.
2.5 Motivatie
Motivatie is een interne mentale stemming van een individu dat specifiek gedrag veroorzaakt. De need theory is een content-theorie voor motivatie; de theorie gaat over wat een persoon motiveert (en waarom) tot een bepaald gedrag. Volgens de need theory werkt dit als volgt: De betreffende persoon ontvangt een stimulus, waardoor de persoon een behoefte voelt (een spanning, omdat de behoefte nog niet bevredigd is) en dan gaat deze persoon op zoek naar een manier om de behoefte te bevredigen. De persoon gaat dan gedrag vertonen en gevoelens uiten. Hier kan een bevrediging van de behoefte uit voortkomen, maar de persoon kan ook nog steeds de spanning voelen en zal dan dus weer terug moeten gaan naar het punt manieren zoeken om de behoefte te bevredigen (Tosi, Mero, Rizzo, 2000).
Mensen zijn volgens McGregor te onderscheiden in twee groepen. Mensen die onder theorie X vallen hebben sterke sturing en motivatie nodig (bijvoorbeeld geld) om tijdens hun werk goed te presteren; deze mensen doen niks uit zichzelf. Hier tegenover staan de mensen die onder theorie Y vallen. Deze mensen willen uit zichzelf al activiteiten ontplooien. Als de faciliteiten goed zijn, zullen deze mensen uit zichzelf gemotiveerd actie ondernemen (McGregor, 1960). Het zwakke punt van deze theorie is Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
25 echter dat mensen meestal zowel onder X als Y vallen; het is sterk afhankelijk van de situatie. Ook zijn mensen in te delen in sociaal, wat ze van nature zijn, en asociaal (Fiske, 1992). Mensen die lid zijn van een online open source software community vallen naar verwachting onder theorie Y; ze opereren zonder verplichtingen en zonder tastbare beloning in een sociale context.
Vaak worden motivatiefactoren opgedeeld in intrinsieke en extrinsieke motivatiefactoren. Intrinsieke factoren bestaan om een directe behoefte te bevredigen (Osterloh, Rota, Kuster, 2003), zoals het gevoel dat je krijgt als je ergens goed in bent (Tzouris, 2002). Onder extrinsieke factoren vallen factoren die indirecte tevredenheid veroorzaken (Osterloh, Rota, Kuster, 2003), zoals een geldbeloning of erkenning van anderen (Tzouris, 2002). Deze indeling wordt vaak beschreven in kwalitatieve onderzoeken, maar wordt zelden onderzocht in kwantitatieve onderzoeken. Motivatiefactoren zijn ook op andere manieren in te delen, bijvoorbeeld als self-interest of collective-interest motivatie. Hierbij kan self-interest motivatie onderverdeeld worden in effectiviteit en intrinsieke satisfactie (Teigland, 2003). Intrinsieke motivatie wordt onderverdeeld in enjoyment based en obligation based motivatie (Osterloh, Frey, 2000, Osterloh, Rota, Kuster, 2003, Lakhani, Wolf, 2003).
2.6 Motivatiefactoren voor deelname aan een open source software community
Intrinsieke en extrinsieke motivatiefactoren zijn complementair. Intrinsieke motivatie zorgt voor een goede kwaliteit van de software en behoud van de manier van samenwerken (Osterloh, Rota, 2003). De kosten om mee te doen aan een community moeten laag zijn, voordat veel mensen intrinsiek gemotiveerd worden. Een voorbeeld hiervan is reciprociteit, dat onder de obligation-based motivatie valt. De voordelen moeten tegen de kosten kunnen opwegen. Een voorwaarde voor open source software is dan ook dat het opgesplitst kan worden in modules, zodat er parallel door verschillende groepen aan gewerkt kan worden en daardoor de integratiekosten laag blijven. Verder kost het verspreiden van softwareaanpassingen haast niets en weegt het verlies dat je leidt door jouw software met anderen te delen op tegen de hulp en feedback die je zult krijgen. Zonder intrinsiek gemotiveerde fun seekers en members of the tribe zijn open source projecten niet interessant genoeg voor extrinsiek gemotiveerde personen. Extrinsieke motivatie is aanwezig bij mensen die de software willen aanpassen aan hun eigen wensen; ze verbeteren daarmee de software en bouwen een reputatie op. Beide soorten motivatie zijn van belang voor het succes van de software (Osterloh, Rota, Kuster, 2003).
Het innovatiemodel waarin open source software haar ontwikkeling vindt moet dus gebaseerd zijn op een balans van intrinsieke en extrinsieke motivatie, lage kosten om deel te nemen en besturingsmechanismen die niet leiden tot crowding out van intrinsieke motivatie. Crowding out impliceert dat bij een overmatige hoeveelheid extrinsieke motivatie, de intrinsieke motivatie van Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
26 mensen sterk kan verminderen. Het is niet goed vastgesteld in welke verhouding intrinsieke en extrinsieke motivatie tot elkaar staan, maar uit onderzoek van Ghosh et al. (2002), Hars, Ou (2002) en Lakhani (2002) blijkt dat ze beide ongeveer evenveel invloed hebben (Osterloh, Rota, 2003).
Er is al veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar motivatie om deel te nemen aan een community, motivatie om open source software te willen gebruiken en ook specifieke motivatie om deel te nemen aan een online open source software community. Het grootste deel hiervan is kwalitatief. Voorbeelden van motieven om bepaald gedrag te vertonen, zoals het deelnemen aan een community, zijn behoefte aan verwantschap hebben (Keuning, 1998, Tosi, Mero, Rizzo, 2000, Lakhani, von Hippel, 2002), iets betekenisvol vinden (Noe, Hollenbeck, Gerhart, Wright, 2000, Tosi, Mero, Rizzo, 2000), ergens van willen leren (McLure-Wasko, Faraj, 2000, Noe Hollenbeck, Gerhart, Wright, 2000, Lahhani, von Hippel, 2002), self-esteem en self-image willen verbeteren (Tosi, Mero, Rizzo, 2000, Lerner, Tirole, 2001, Mustonen, 2002, Lahhani, von Hippel, 2002) en gemotiveerd zijn vanuit een cultuur (Fox, Calkins, 2003).
Motieven om open source software te gebruiken zijn: je hebt meer keuzevrijheid en bent dus niet afhankelijk van bijvoorbeeld Microsoft, het is gratis (of in ieder geval kostenbesparend), je bent een open source believer (ideologie), je wilt proberen om winst te maken met complementaire services, je wilt op de hoogte blijven van nieuwe open source ontwikkelingen (bedrijven kunnen zo de concurrentie beter leren kennen, open source ideeën verwerken in commerciële software en getalenteerde open source developers zelf inhuren), je wilt je de ontwikkeling van een standaard rondom een technologie van een machtige concurrent toe kunnen eigenen, je wilt gebruik maken van de interoperabiliteit van de software of je wilt kennis en contacten hebben om een eigen merk (uit winstoogmerk) te beginnen. Een bijkomend positief punt van open source software is dat het niet meer onder doet voor proprietary software op vlakken als kwaliteit en gebruiksgemak (Lerner, Tirole, 2001, Mustonen, 2002, Lahhani, von Hippel, 2002). Ook stimuleert het werken aan open source software de geest; het houdt je scherp (McLure-Wasko, Faraj, 2000, Krishnamurthy, 2002). Een community kan gezien worden als een plaats waar sociaal kennis wordt gecreëerd . Mensen doen mee aan een community om nieuwe kennis op te doen en vaardigheden te ontwikkelen. Tuomi spreekt dan over een community of practice. Hierbij willen mensen ook reputatie vergaren. Door te leren is er ook sprake van innovatie binnen de community of practice. Expertise en identiteit zijn nodig om lid te zijn van een dergelijke community of practice (Tuomi, 2002).
Binnen deze sociale groepen heersen er ook bepaalde sociale normen en waarden. Vaak bepalen deze normen en waarden een deel van het gedrag van de leden van de groep. Zo handelen deze leden niet als de anderen dit onaanvaardbaar gedrag zullen vinden. De normen en waarden zorgen er ook vaak
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
27 voor dat de leden reciprociteit als een soort verplichting zien. Ook vinden mensen het fijn om goedkeuring van de mensen uit hun groep te krijgen (Fehr, Falk, 2002).
Hiermee is het punt gekomen de motivatiefactoren om deel te nemen aan een online open source software community te bespreken. De vijf intrinsieke motieven die volgens de theorie belangrijk zijn worden behandeld, gevolgd door de twee extrinsieke motieven:
2.6.1 Softwareverbetering
Iemand kan deelnemen aan een community omdat de community een cooking pot is, die blijft koken doordat er nu eens iets ingestopt wordt en dan eens iets eruit gehaald wordt. Er is dan sprake van reciprociteit en ook wordt de software verbeterd (Ghosh, 2002). Mensen doen dan ook vaak mee aan een community omdat ze zelf bepaalde softwareverbeteringen nodig hebben en die op deze manier sneller kunnen verkrijgen (Tosi, Mero, Rizzo, 2000, Noe, Hollenbeck, Gerhart, Wright, 2000, Lerner, Tirole, 2001, Franke, Shah, 2001, Mustonen, 2002, Ghosh, 2002, Krishnamurthy, 2002 Teigland, 2003, Osterloh, Rota, Kuster, 2003, Hertel, Niedner, Herrmann, 2003).
2.6.2 Enjoyment
Een andere motivatiefactor die veelvuldig genoemd wordt is Fun , ofwel Enjoyment (Tosi, Mero, Rizzo, 2000, Franke, Shah, 2001, Lakhani, von Hippel, 2002, Fehr, Falk, 2002, Teigland, 2003, Osterloh, Rota, Kuster, 2003, Bonaccorsi, Rossi, 2003). Ook Linus Torvalds, de man achter Linux, heeft een open source software community opgestart vanwege de lol (Torvalds, Diamond, 2001, Hertel, Niedner, Herrmann, 2003) en ook de huidige contributors van Linux nemen voor het plezier deel aan de community. Wel kan je het woord fun in twijfel trekken: hoe leuk is het om uren achtereen te programmeren en daardoor vergeten te slapen? Meestal wordt dat dus wél leuk gevonden, ook al is het vaak niet de enige reden om deel te nemen (Ghosh, 2002).
2.6.3 Reciprociteit
Mensen nemen vaak deel aan een open source software community vanwege de reciprociteit die ze verwachten. Hiermee wordt meestal bedoeld dat mensen hulp (willen) terugkrijgen als zij dat op een dag nodig hebben (Fiske, 1991, 1992, Wenger, 1998, Fehr, Gächter, 1998, Lerner, Tirole, 2001, Lakhani, von Hippel, 2002, Mustonen, 2002, Fehr, Falk, 2002, Teigland, 2003, Osterloh, Rota, Kuster, 2003). Het staat niet vast wanneer de reciprociteit plaatsvindt en de hulp die iemand terugkrijgt hoeft ook niet hetzelfde te zijn (dat kan ook haast niet, want iemand stelt geen vragen waarvan hij of zij het antwoord al weet). De hulp kan dus van een andere waarde zijn en kan zelfs van een ander persoon Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
28 afkomstig zijn, bijvoorbeeld van iemand die wel tot dezelfde groep behoort (Fehr, Gächter, 1998). Vanuit een ander perspectief kan de wederkerigheid geuit worden in het krijgen van een geldbeloning of reputatie als tegenprestatie (Franke, Shah, 2001). Dit past bij de Market Pricing-structuur van Fiske (bijlage 2). In dit onderzoek wordt onder reciprociteit echter alleen wederkerige hulp verstaan, dus zonder materiële beloningen. Deze reciprociteit past ook het beste bij de Communal Sharing-structuur.
Omdat reciprociteit negatief en positief kan zijn, is iedereen erbij gebaat dat je een aardige houding aanneemt, zodat er sprake kan zijn van positieve reciprociteit. Wanneer een persoon hulp ontvangt van iemand betekent dat ook dat er van die persoon verwacht wordt iets terug te doen. Er bestaat geen free gift vanuit deze gift economy waaronder de open source wereld valt (Zeitlyn, 2003). Hiermee wordt bedoeld dat in de open source software wereld, waarin mensen geven en nemen van elkaar zonder financiële vergoedingen, niks écht gratis is; je moet er wel altijd wat voor terugdoen. Reciprociteit valt onder de eerder genoemde obligation-based motivatie. Het is dus voor een deel beladen met sociale wenselijkheid, wat kan dwingen tot reciprociteit (Fehr, Gächter, 1998). Volgens het perspectief dat
kennis ziet als ingebed in community s
helpen mensen vaak andere
communityleden, omdat ze zich daar moreel verplicht toe voelen (McLure-Wasko, Faraj, 2000). Maar mensen kunnen zich ook vanuit henzelf echt pro-sociaal gedragen, dus zónder verwachte reciprociteit. Dan is er sprake van altruïsme (Frey, Meier, 2002). Reciprociteit én altruïsme passen zowel bij een Communal Sharing-structuur als een Authority Ranking-structuur (Fiske, 1991).
Als je iets in de
cooking pot
stopt wat vele malen verspreid wordt, zoals hulp of een
softwareverbetering, wil je zelf ook minstens één keer een beroep doen op hulp vanuit de cooking pot . En vaak kan je er zelfs meerdere malen hulp voor terugkrijgen. Bij deze denkwijze zijn mensen dus niet altruïstisch, maar helpen ze anderen voor de verwachte reciprociteit (Ghosh, 2002).
Verwachte reciprociteit als motivatie is een reden dat expliciete financiële beloningen niet aanwezig hoeven te zijn. Vaak willen mensen wel geld verdienen, maar reciprociteit is ook een belangrijke motivatiefactor volgens Fehr en Gächter. Ze zeggen dat er naast mensen met wederkerig gedrag (meestal rond de 50%) ook nog veel zelfzuchtige mensen zijn (meestal rond de 25%). Deze mensen misbruiken de mensen met het wederkerig gedrag; ze gedragen zich altijd aardig tegenover anderen om vervolgens alleen hun eigen egoïstische doelen na te streven. Reciprociteit kan, als extra beloning naast een geldbeloning, de motivatie van mensen versterken. Maar het kan ook tegenovergesteld werken; mensen willen dan niks voor anderen terug doen, omdat ze dan onbetaald het werk doen van anderen, waar die personen wél betaald voor krijgen. De mensen willen dan liever tijd aan hun eigen werk besteden om zelf geld te verdienen in plaats van wederkerig gedrag te vertonen. De sfeer bepaalt meestal van welke van de twee er sprake zal zijn. In het laatste geval is er sprake van crowding out (Fehr, Gächter, 1998). Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
29 2.6.4 Altruïsme
Altruïsme is ook een variabele die vaak genoemd wordt. Hierbij valt op dat er vaak onenigheid over bestaat. Sommigen wetenschappers stellen dat altruïsme een motivatiefactor is om deel te nemen aan een community (Fiske, 1992, Lerner, Tirole, 2001, Lakhani, von Hippel, 2002, Mustonen, 2002, Osterloh, Rota, Kuster, 2003, Bonaccorsi, Rossi, 2003). Het al genoemde pro-sociale gedrag kan verder reiken dan reciprociteit; mensen zijn dan altruïstisch (McLure-Wasko, Faraj, 2000, Frey, Meier, 2002). Ook Linus Torvalds vindt het naast reputatie en fun vooral belangrijk dat de mensen iets aan zijn software hebben. Hij wil het delen en is dus altruïstisch (Torvalds, 2002). Anderen menen dat het aanwezige altruïsme steeds minder wordt of helemaal niet aanwezig is (Teigland, 2003). Door de groei van de open source ontwikkelingen is reputatie steeds belangrijker geworden en verschuift altruïsme naar de achtergrond (Lancashire, 2002). Er is dan geen sprake van altruïsme omdat mensen altijd hulpvaardig zijn omdat ze iets terug verwachten (Ghosh, 2002).
2.6.5 Care for community
Mensen willen soms ergens bij horen of, zoals hier toepasselijk is, ze zijn echte open source believers en kunnen daarom erg veel betrokkenheid voelen met de community waaraan ze deelnemen. Ze voelen zich dan verbonden met de community; ofwel Care for the community (McLure-Wasko, Faraj, 2002, Teigland, 2003, Osterloh, Rota, Kuster, 2003). Hierdoor hebben deze mensen veel over voor hun community: ze besteden vaak veel tijd aan hun deelname en vervullen daarbij taken die niet allemaal even leuk zijn, zoals documentatie bijhouden en handleidingen schrijven. Door grote betrokkenheid bij de community onderhouden mensen ook vrijwillig website s die de communicatie binnen de community faciliteren. Leden met betrokkenheid als motivatie stellen het belang van de community voorop (Torvalds, Diamond, 2001, McLure-Wasko, Faraj, Teigland, 2003, Osterloh, Rota, Kuster, 2003). Grote betrokkenheid bij de community waar mensen lid van zijn is vaak te vinden wanneer er sprake is van de Communal Sharing-structuur (Fiske, 1991).
2.6.6 Reputatie
Naast deze intrinsieke factoren zijn er ook extrinsieke factoren die iemand ertoe bewegen aan een community deel te nemen (Keuning, 1998, Tosi, Mero, Rizzo, 2000, Noe, Hollenbeck, Gerhart, Wright, 2000, Franke, Shah, 2001, Lerner, Tirole, 2001, Mustonen, 2002, Lakhani, von Hippel, 2002, Zeitlyn, 2003, Osterloh, Rota, Kuster, 2003). Voor Linux-contributors is geld niet belangrijk, maar reputatie wel (Ghosh, 2002). Ook is reputatie de meest waardevolle beloning voor succes (Kelty, 2002) en kan je reputatie onder andere verkrijgen door vaak en / of consequent reciprociteit toe te passen (Zeitlyn, 2003). Door de groei van de open source ontwikkelingen is Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
30 reputatie steeds belangrijker geworden (Lancashire, 2002). Op het internet wordt niet met geld gehandeld, maar vooral met ideeën en reputatie. Reputatie kan dus wel indirect als geld dienen; als je reputatie hebt hoef je voor sommige dingen niet te betalen, zoals Linus Torvalds heeft ervaren (Ghosh, 2002). Maar Linus Torvalds vindt, net als anderen (Fehr, Falk, 2002) reputatie niet het belangrijkste (Torvalds, 2002). Niet iedereen neemt deel vanwege de reputatie. Zo geeft Rob Hartill, één van de ontwikkelaars van Apache, helemaal niks om reputatie (Ghosh, 2002). Ook bij het denkbeeld kennis is ingebed in een community is reputatie een onbelangrijke factor (McLure-Wasko, Faraj, 2000).
2.6.7 Geldbeloning
Enkele onderzoeken wijzen uit dat geld als extrinsieke motivatie van belang is bij communitydeelname (Noe, Hollenbeck, Gerhart, Wright, 2000, Franke, Shah, 2001, Mustonen, 2002). Zo zou 72% van de mensen uit een onderzoek, die deelnemen aan een open source software community, wél geld willen verdienen aan het programmeren als dat voor een closed source project zou zijn (Lakhani, Wolf, Bates, DiBona, 2002). Maar meestal blijkt dat geld als beloning niet belangrijk wordt gevonden door leden van community s (McLure-Wasko, Faraj, 2000, Ghosh, 2002). Verwachte reciprociteit als motivatie is de reden dat expliciete financiële beloningen vaak niet aanwezig hoeven te zijn (Fehr, Gächter, 1998). Ook Linus Torvalds vindt het een raadsel waarom mensen gratis deelnemen en veel werk verzetten (Torvalds, Diamond, 2001).
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
31 3. Case study - Blender
In deze case study wordt eerst beschreven wat Blender software is en hoe de geschiedenis van Blender eruit ziet aan de hand van de website s van Blender en de Blender.org-community en de interviews die gehouden zijn met de oprichter van de Blender Foundation. Ook wordt belicht wat de Blender Foundation en de Blender-community s zijn, om te eindigen met de huidige stand van zaken binnen de stichting en de bijbehorende Blender.org-community. Ook komen de kenmerken van Blendercommunity s aan bod die uit de statistische analyse komen.
3.1 Blender-software
Blender is een 3D graphics creation suite . Het is software waarmee plaatjes, filmpjes en games gemaakt kunnen worden én het is open source software.
De Blender-software is volledig geïntegreerd; modeling, rendering, animation en game creation zitten allen verwerkt in één gemakkelijk en gratis te downloaden programma. Het is cross-platform compatible; zo kan het draaien op de volgende platformen: Windows 95, 98, 2000, XP, ME, NT, Mac OS X, Linux, FreeBSD 4.2, SGI Irix en Sun Solaris. Dit zijn dus proprietary én open source platformen. De Blender-software wordt meer en meer toegepast, ook door professionals in bedrijven. Zo is Blender gegroeid tot een in-house tool voor een bekende Europese animatiestudio. Ook wordt de software gebruikt voor digitale informatieborden bij een van de grootste festivals van Nederland. De interactieve 3D content wordt voor vele toepassingen gebruikt, zoals: web design, branded advertainment, character animation, e-commerce, product modeling, e-learning applications, emarketing, presentations, post-production / visual effects en architectural / industrial applications. Er is ook een 3D web plug-in gemaakt. Deze kan nog wel gebruikt worden op websites, maar de laatste versie dateert uit maart 2002 en er wordt dan ook geen nieuwe support meer bij aangeboden. Blender draait op Open GL (www.blender.org, www.blender3d.org). Dit is de meest gebruikte graphics standaard voor interactieve 2D en 3D applicaties (www.opengl.org). Om met Blender te werken heb je ook een goede videokaart nodig, die Open GL ondersteunt. Op 30 april 2004 heeft de nieuwste release plaatsgevonden: Blender 2.33. Er wordt ten tijde van dit onderzoek alweer hard gewerkt aan versie 2.33a en 2.34.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
32 3.2 De geschiedenis
In 1988 was Ton Roosendaal één van de oprichters van de Nederlandse animatiestudio NeoGeo. NeoGeo groeide al snel uit tot de grootste 3D animatiestudio van Nederland. NeoGeo maakte destijds producten voor Philips, die Awards wonnen zoals de European Corporate Video Awards 1993 & 1995. Binnen NeoGeo was Ton Roosendaal verantwoordelijk voor zowel de art direction en de internal software development . Na goed overleg werd besloten dat de huidige in-house 3D toolset van NeoGeo in zijn geheel moest worden herschreven. Dit herschrijven begon in 1995 en was bestemd om de 3D software tool te worden die we nu allen kennen als Blender.
Ton richtte in 1998 een nieuw bedrijf op dat Not a Number (NaN) heette, om Blender verder te in de markt te positioneren en te ontwikkelen. De belangrijkste wens voor NaN was om een compacte crossplatform 3D tool te maken en gratis te distribueren. NaN hoopte 3D modeling en animation tools op professioneel niveau onder de aandacht te brengen van het gewone computerpubliek. Het business model van NaN was gericht op het verschaffen van commerciële producten en services rond de Blender-software. De eerste Siggraph tradeshow-presentatie in 1999 was een enorm succes en Blender trok
toen
veel
aandacht
van
de
aanwezigen,
inclusief
de
pers
(voor
Siggraph:
zie
http://siggraphnews.digitalmedianet.com). Blender was een hit en zijn grote potentieel werd bevestigd.
Op de vleugels van een succesvolle Siggraph-presentatie begin 2000, verzekerde NaN zich van financiering voor een bedrag van 4,5 miljoen, wat besteed werd aan marketingactiviteiten zoals promotie op beurzen en advertenties. Maar deze grote cashflow resulteerde vooral in een snelle expansie van NaN tot vijftig werknemers. Na deze expansie werkten er mensen uit Nederland, Japan en de Verenigde Staten voor NaN. In de zomer van 2000 vond de release van Blender 2.0 plaats. Binnen deze versie van Blender was een geïntegreerde game engine toegevoegd aan de 3D suite. Aan het einde van 2000 passeerde het aantal geregistreerde Blender users de 250.000.
Helaas pasten de ambities en nieuwe mogelijkheden van NaN niet meer bij de capabiliteit van het bedrijf en de marktrealiteit op dat moment. Toentertijd werd er gedacht dat er met veel geld snel een capabele en winstgevende organisatie uit de grond gestampt kon worden en dat er geld verdiend kon worden met een snelle beursgang. Maar in de realiteit kostte dit twee tot vier jaar en dit vergde dus een langere betrokkenheid van investeerders en een veel bescheidener bedrijfsopzet. Dit resulteerde in april 2001 in een herstart van NaN met nieuwe investeerders en een kleiner bedrijf. Zes maanden later, in oktober 2001, werd het eerste commerciële software pakket gelanceerd: Blender Publisher. Dit product was gericht op de opkomende markt van interactieve web-based 3D media. Maar door tegenvallende verkoopcijfers en het moeilijke economische klimaat, besloten de nieuwe investeerders
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
33 alle NaN-activiteiten stil te leggen. Dit betekende ook de discontinuïteit van de ontwikkeling van de Blender-software.
Ook al waren er duidelijke tekortkomingen in de huidige versie van Blender, met een complexe interne software architectuur, niet afgeronde toepassingen en een manier om de general user interface (GUI) te verschaffen die niet standaard is, toch was er enthousiaste support van de gebruikerscommunity en van klanten die in het verleden Blender Publisher hadden aangeschaft, die het niet rechtvaardig vonden om Blender te verlaten en te laten verdwijnen in vergetelheid. Omdat het herstarten van een bedrijf met een groot genoeg team van developers niet haalbaar was, richtte Ton Roosendaal in maart 2002 een stichting (dus non-profit) op: de Blender Foundation.
Het belangrijkste doel van de stichting was om een manier te vinden door te kunnen gaan met het ontwikkelen en promoten van Blender als een op een community gebaseerd open source software project. In juli 2002 slaagde Ton Roosendaal erin de investeerders van NaN over te halen om mee te doen aan een uniek plan om Blender open source te maken. De "Free Blender" campagne trachtte 100.000 bijeen te brengen, zodat de stichting de rechten kon kopen van de Blender-broncode en dus het intellectuele eigendom kon krijgen om Blender tot open source software te maken. Met een enthousiaste groep vrijwilligers, waaronder verschillende ex-NaN werknemers, werd de campagne opgezet en tot ieders verbazing werd er binnen zeven weken al het bedrag van 100.000 behaald. Op zondag 13 oktober 2002 vond de release van Blender plaats, onder de termen van de GNU General Public License. Sindsdien wordt de ontwikkeling van Blender gedreven door een team van toegewijde vrijwilligers van over de hele wereld, onder de leiding van Blender s oorspronkelijke schepper Ton Roosendaal.
3.3 Blender Foundation
De doelen van de Blender Foundation zijn:
Services te bieden aan actieve gebruikers en ontwikkelaars van de Blender-software. Het huidige Blender-product te onderhouden en verbeteren door middel van een publiekelijk toegankelijke broncode onder de GPL-licentie. Fondsen en opbrengsten te verzekeren die de doelen van de stichting dienen en de kosten van de stichting dekken. Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
34 De wereldwijde internet community toegang te geven tot 3D technologie, met Blender als middelpunt.
De stichting draait nu zonder officieel kantoor; zij is virtueel georganiseerd over de hele wereld. De opbrengsten van de E-shop (waarover spoedig meer verteld wordt) en publicaties maken het voor Ton Roosendaal mogelijk fulltime aan Blender te werken en de kosten van boekhouding en administratie te kunnen voldoen. Ton Roosendaal heeft momenteel slecht één persoon in vaste dienst. Het is een oude vriendin van hem die nu de E-shop runt, voor acht uur per week. Een tweede persoon die het systeembeheer moest verzorgen is onlangs afgehaakt. Ton Roosendaal wilde graag een goede communicatie met zijn werknemer: hij wilde weten wat de persoon deed in de acht uur per week waarvoor hij was aangesteld en wat de verdere plannen van deze persoon waren. Maar dit ging dus niet naar tevredenheid. De oprichter van de stichting betaalt verder alleen mensen op projectbasis, bijvoorbeeld bij het maken van een nieuw boek. De stichting en de community s bieden veel gratis support en tutorials: er zijn handleidingen voor beginners gemaakt en ook heel uitgebreide boeken voor meer gevorderden. Ook is er een Knowledge Base : een continu ontwikkelende support tool die open staat voor iedereen die iets wil verkrijgen van of juist toevoegen aan de opgeslagen informatie in de
Knowledge
Base.
Deze
Knowledge
Base
is
toegankelijk
via
Elysiun.com:
www.elysiun.com/support/browse.php. Het nieuwste boek is echter niet gratis. Het boek, met een bijbehorende cd-rom, is in maart 2004 uitgegeven en te koop in de E-shop van de stichting. De stichting verdient haar geld voornamelijk met de E-shop. In de E-shop zijn ook andere boeken, downloadables
van boeken, cd-rom s, t-shirts en een hoedje met logo te koop. Om verdere
inkomsten te genereren zijn sponsoren altijd welkom. Zo sponsoren Waag Society, Nokia, Apple en XS4ALL de stichting. Ook worden er conferenties georganiseerd, zodat men elkaar eens in real life ontmoet en verder kan praten over Blender. Ook bouwen mensen zo een band op, wat de ontwikkeling van Blender kan versterken.
3.4 Blender-community s
Ton Roosendaal is geen open source believer; hij ziet het meer als een middel om zijn software te verbeteren. Bij deze ontwikkeling van Blender-software horen, zoals bij vele open source software projecten, grote groepen mensen die zich verzameld hebben in community s. De software is afhankelijk van de vrijwillige inzet van deze mensen. Er zijn al meer dan 250.000 mensen lid van een van de Blender-community s en de software is al meer dan drie miljoen keer gedownload. Je kunt dus zelf de broncode van Blender downloaden, bekijken en nieuwe functionaliteiten erbij programmeren. De aanpassingen moet je dan weer teruggeven aan de Blender.org-community, waar de committers beslissen of de aanpassingen goed genoeg zijn om in de volgende release meegenomen te worden. Ton Roosendaal ziet zijn stichting als facilitator van de Blender.org-community. Dit is de community die Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
35 zich bezighoudt met de ontwikkeling van de Blender-software als open source project. De leden van deze community willen het meest betrokken zijn. Hiertoe zijn de belangrijkste activiteiten geordend in boards en projecten:
Figuur 2, de stichting en de Blender.org-community (rood = de stichting, blauw = de boards, geel = de communicatiekanalen) De Blender.org-community is verdeeld in vier boards. Er is een board voor het onderhoud van de website, een board dat zich bezighoudt met documentatie, een board dat de functionaliteiten test en natuurlijk het development board. Elk board heeft zijn eigen mailinglists, waarmee iedereen op de hoogte gehouden kan worden van de laatste gebeurtenissen. Er wordt eerst gekeken of je serieus genoeg bezig bent binnen de community voordat je lid kan worden van een mailinglist. Hierdoor zijn de boards wat meer gesloten. Committers van een board zijn mensen die mogen beslissen over hoe het eindresultaat van de activiteiten van het betreffende board er elke keer weer uit gaat zien. Committers van het development board mogen dus beslissen welke software aanpassingen en verbeteringen goed genoeg zijn voor in de volgende release. Het zijn nu ongeveer dertig mensen; iets wat de nodige aansturing vergt. Om het decentraal geregeld te houden is de software onderverdeeld: een module owner beheert een bepaald deel van de software, waaraan in kleinere groepen verder aan gewerkt kan Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
36 worden. Het functionality board heeft geen committers; dit board heeft alleen een adviserende taak. Zij kunnen alleen maar tips geven aan het development board. Deze verhouding leidt echter regelmatig nog tot onenigheden. Tenslotte heeft een board nog enkele administrators, een functie die gezien kan worden als een leider van een board. Naast deze boards maken de leden van de community veel gebruik van andere informatiebronnen en communicatiemiddelen, namelijk het IRC (Internet Chat Relay; een soort chatbox), forums en artikelen. Hierbij valt op te merken dat een mailinglist een gemakkelijk communicatiemiddel is. De oprichter zegt dat even je email lezen niet als tijdrovend ervaren wordt. Het voordeel is wel dat je er precies diegene mee kan bereiken die je wilt. Het chatten op IRC en het deelnemen aan forums is daarentegen wel een stuk actiever. Hierbij is IRC een snelle manier om een antwoord op je vraag te vinden. Een forum is meer geschikt voor vragen die een langere termijn nodig hebben om beantwoord te worden en ook voor onderwerpen waar een grote interesse voor bestaat. Als we de stichting en de Blender.org-community in het grotere geheel willen plaatsen, ziet dat er als volgt uit:
Figuur 3, alle Blender-gebruikers inclusief communityleden De Blender.org-community heeft dus overlap met verschillende andere community s. Maar er zijn ook veel community s die helemaal op zichzelf staan. Dit komt voornamelijk door taalbarrières. De leden Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
37 van die community s zullen zelf al dan niet eens een kijkje nemen op de Blender.org-site, maar verder zullen ze voornamelijk bij hun eigen community blijven. Van sommige community s staat er op www.blender3d.org een link en van sommige weet Ton Roosendaal niet eens van het bestaan af. Op de site worden bijvoorbeeld community s uit Engeland, Japan, Italië, Spanje, Frankrijk, Duitsland en Brazilië genoemd. Dat veel community s niet nauw samenwerken met de Blender.org-community vindt de leider niet erg; hij wil de stichting en de Blender.org-community juist zo klein mogelijk houden. Van alle Blender-software gebruikers is ongeveer 10% lid van een community. Zo heeft Blender.org tussen de 5.000 en 10.000 bezoekers op de site en Elysiun.com tussen de 20.000 en 30.000 bezoekers op de site, waarvan respectievelijk 3945 en 6561 geregistreerde gebruikers op het forum (gemeten op 14 mei 2004). Er bestaan nog veel meer websites over Blender. Blender3d.org geeft veel informatie over de Blendersoftware, de Blender Foundation en community s. De grootste communitysite is Elysiun.com, waar ook tutorials en een discussieforum te vinden zijn waar je antwoord op je vragen kan vinden, óf natuurlijk zelf anderen kan helpen. De Elysiun-community houdt zich voornamelijk bezig met het maken van plaatjes, filmpjes en games. Hierin onderscheiden Blender-community s zich van anderen: de meeste open source software community s zijn alleen maar gericht op het technische aspect, maar bij Blender gaat het om het technische én het creatieve aspect. Het discussieforum op Elysiun.com is het meest populaire forum. Daarnaast is er het forum van Blender.org voor de ontwikkelingen van de software en zijn er een aantal IRC chat-kanalen specifiek om over Blender te chatten. 3.5 Huidige stand van zaken Blender is erg klein in de open source wereld. Zoals gezegd zijn er wel bedrijven die gebruik maken van de Blender-software. De bedrijven kunnen daar winst mee maken, zonder dat Ton Roosendaal daar zelf ook wat aan verdient. Maar, zegt hij, daar gaat het niet om: Als jij een kip met gouden eieren vindt, dan ga je toch ook die kip goed verzorgen? Dat is de richting waar de oprichter heen wil gaan: door de software gratis aan bedrijven te bieden hoopt hij dat bedrijven hem ondersteuning gaan bieden in de vorm van gespecialiseerde werknemers. Op die manier hoeft de leider zelf geen mensen aan te nemen, wat uit ervaring lastig te realiseren is gebleken; er zijn weinig mensen die voor de Blender Foundation willen werken. De deelnemers doen volgens de leider van de community mee voor het plezier en willen geen verplichtingen. Ook zegt de oprichter van de Blender Foundation dat hij mensen wil helpen en niet eraan wil verdienen; net als dat vele mensen Aids-patiënten willen helpen . Maar omdat Blender relatief klein is, komt er van de bedrijven weinig support. Verder is het moeilijk om mensen die vrijwillig deelnemen opdrachten te geven. De leden zijn tot niks verplicht en ze moeten het wel leuk blijven vinden. Ton Roosendaal wil dus de Blender.org-community zo leiden, Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
38 dat iedereen het leuk blijft vinden, dat iedereen zo tevreden mogelijk is binnen de community en dat daardoor de softwareontwikkeling zo een goed mogelijke doorgang kan vinden.
Naast betrokken gebruikers (meestal volwassenen) hangen er ook al jaren mensen (veelal jongeren) rond (bijvoorbeeld op IRC-channels of het forum) die eigenlijk niks voor Blender betekenen en de software ook niet eens gebruiken. Soms komen er dan ook wel opstootjes voor. Dan moet er goed gekeken worden wat er precies aan de hand is en dan zal de leider de betreffende persoon erop aanspreken. Ze krijgen dan een waarschuwing en ook kunnen er voorwaarden worden afgesproken. Ton Roosendaal is zich er wel van bewust dat hij geen partij moet kiezen. Hij heeft veel aanzien verworven; hij is een soort goeroe. Dit is volgens de leider een voorbeeld van managen dat nodig is om de community op een nette manier draaiende te houden. Professionals zoals open source programmeurs houden echter niet van het woord management . Omdat de Blender.org-community toch aardig gegroeid is geven steeds meer leden toe dat een beetje management wel gewenst is. Zo willen ze bijvoorbeeld graag bijeenkomen op een conferentie, maar wie organiseert dat allemaal? Een manager kan volgens de oprichter van de stichting dan wel beter een facilitator genoemd worden en heeft bij voorkeur wel verstand van open source software, zodat deze persoon in zijn rol eerder geaccepteerd wordt.
De leider wil weten of hij meer hiërarchie kan invoegen in de community. Hij wil eigenlijk overal (dus bij elk board en ook van IRC, de forums en de artikelen) een persoon aanwijzen die op een bepaald deel let en aan de leider samengevat kan rapporteren hoe het met dat deel gaat. Dit wil de oprichter omdat de community zo erg gegroeid is, dat hij het zelf allemaal niet meer kan bijbenen om alles te volgen. Hij erkent dat duidelijke communicatie hierbij belangrijk is: niet alleen van de leden naar hem toe, maar hij wil ook zijn ideeën beter gaan communiceren naar de anderen toe. Hij wil dus misschien een strakker leadership gaan uitoefen.
De stichting heeft naast de GPL-licentie ook BL. Dit staat voor Blender License . Met BL houdt de intellectuele eigenaar het Copyright op dat wat hij gemaakt heeft. Dus de software kan ook nog onder een andere licentie aangeboden worden. Dit heeft de Blender Foundation met het oog op de commercie, maar Ton Roosendaal wil er nog niks mee gaan doen. Het is alleen al geregeld om die mogelijkheid in de toekomst niet uit te hoeven sluiten, maar voorlopig zal de Blender Foundation zich niet met commerciële activiteiten bezig houden. De oprichter wil dan ook medewerkers contracteren, omdat ze anders zelf aan de software kunnen verdienen in plaats van de stichting en de community als geheel. Maar hier is nu nog geen sprake van en hier hoeft dus ook geen rekening mee gehouden te worden in het onderzoek naar de mogelijke verbeteringen in de managementstijl.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
39 De leider loopt nu met ideeën, zoals sommige leden een speciale rol of titel te geven. Maar dat mag niet zomaar binnen een stichting, omdat daar juridische kwesties aan verbonden zijn. Waarschijnlijk willen de leden niet juridisch aansprakelijk kunnen worden gesteld. Ook denkt de leider aan een commissie of adviesboard. Hij vindt wel dat het een pakkende naam moet hebben. De communityleden zouden dan bijvoorbeeld kunnen stemmen wie ze als afgevaardigde in een dergelijke groep willen hebben. Maar aan de andere kant zegt de oprichter van de stichting dat vaak iedereen beter denkt te weten hoe het moet. Hierbij maakt hij een vergelijking tussen het Nederlands Elftal en de manier waarop de gebruikersinterface van Blender werkt : iedereen denkt te weten hoe het moet, maar weet ook dat er maar één iemand kan zijn die uiteindelijk de trainer / leider kan zijn. Je moet er dus geen democratie van willen maken. Ook is het zo dat mensen elkaar soms niet snappen, omdat het niveau teveel verschilt. Zo vindt de leider het ook wenselijk dat de mensen van het functionality board en die van het development board beter samen gaan werken en elkaar beter gaan begrijpen. Betere communicatie kan hiertoe leiden. Ook bestaat nog steeds de vraag waarom mensen vervelende klussen zoals de documentatie bijhouden gratis willen doen. Hiertoe moet je weten wat de motivatie van de leden is om mee te doen aan de community.
De leider zegt dat zijn tevredenheid te vinden is in bepaalde momenten, zoals wanneer er een nieuw boek wordt uitgegeven. Hij is erg gedreven en houdt van een uitdaging. Hij noemt het zelf een auto die langzaam maar zeker vooruit gaat. Af en toe is er gelegenheid om bij te sturen, maar er is ook tijd nodig om benzine te tanken en onderhoud te plegen. De oprichter van de stichting wil het vooruit rijden optimaliseren. Hij wil daarin zelf niet de bottleneck zijn, die hij nu langzamerhand misschien wel wordt omdat hij nu zo veel zelf moet doen. Hij wil weer tijd kunnen besteden aan andere dingen en dus moet hij eigenlijk misbaar worden. Maar de leider wil juist steeds naar een hogere versnelling, zodat hij zich toch weer extra moet inzetten, omdat hij het leuk vindt om goed vooruit te gaan (www.blender.org, www.blender3d.org, interviews met Ton Roosendaal). Door de groei van de community overdenkt de oprichter nu andere mogelijkheden om de organisatie in te richten. De vraag is welke manier van leidinggeven er nu bij de stichting en de community past.
3.6 Kenmerken van de Blender-community s
Nu volgen de gegevens die uit de enquête komen over de kenmerken van de individuen die deelnemen aan een Blender-community. Ten eerste zijn de respondenten vooral mannen die tussen de 21 en 35 jaar oud zijn, woonachtig in Noord-Amerika en Europa (bijlage 7, 8, 9).
Bijna de helft van de respondenten geeft aan nooit software te programmeren en maar 5% zegt regelmatig software te programmeren. In totaal geeft 66% het antwoord nee, ik programmeer niet en 22% het antwoord ja, ik programmeer wel eens . De overige 13% heeft de middelscore ingevuld. Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
40
Met het maken van plaatjes, filmpjes en games is het net andersom: 51% zegt vaak hiermee bezig te zijn en slechts 1% zegt dit nooit te doen. In totaal geeft 3% het antwoord nee, dat doe ik niet en 91% het antwoord ja, dat doe ik . De overige 6% heeft de middelscore ingevuld.
Bij het maken van websites is er een beeld dat niet zo gericht is naar één kant (niet skewed ): in totaal geeft 46% het antwoord nee, ik maak geen website s en 37% het antwoord ja, ik maak website s . De overige 17% heeft de middelscore ingevuld.
Tenslotte het schrijven van documentatie en tutorials: 58% geeft hier het antwoord nee, die maak ik niet en 27% geeft het antwoord ja, die maak ik , waarvan slechts 3% aangeeft erg vaak te schrijven. De overige 15% heeft de middelscore ingevuld (bijlage 10).
Software
Plaatjes, filmpjes en
Website s
Documentatie en
ontwikkelen
games maken
bouwen
tutorials schrijven
Nee, nooit
49%
1%
29%
32%
Nee, weinig
17%
2%
17%
25%
Neutraal
13%
6%
17%
15%
Ja, soms
16%
40%
29%
24%
5%
51%
8%
3%
100%
100%
100%
100%
Ja, erg vaak Totaal
Tabel 1, hoe vaak worden Blender-activiteiten door de respondenten ontplooid? N = 746
Het aantal mensen dat elk jaar is begonnen Blender te gebruiken en / of te ontwikkelen is redelijk stabiel: elk jaar zijn tussen de tussen de 12% en 18% van de huidige leden lid geworden. Alleen 2004 scoort lager (7%), maar dat jaar is ook pas 4,5 maand jong en dus zal het percentage over het jaar 2004 nog groeien (bijlage 11).
Het aantal mensen dat lid is geworden van een Blender-community is bijna elk jaar gestegen (12):
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
41
Figuur 4, aantal nieuwe leden per jaar
Het aantal mensen dat pas in 2004 lid is geworden belooft ook wederom een stijging van de groei per jaar, want 117 nieuwe leden in 4,5 maand zal ongeveer 312 nieuwe leden in het jaar betekenen. Deze groei sluit ook aan bij de literatuur over de kathedraal en de bazaars (Raymond, 1999, uit: Cubranic, 1999, Kuwabara, 2000, Tzouris, 2002, Demil, Lecocq, 2003, Hertel, Niedner, Herrmann, 2003); de overgang van kathedraal naar bazaar is ook duidelijk bij de Blender-community s aanwezig: het ontwikkelen van de software gebeurt niet in een klein besloten team, maar in een steeds groter wordende groep. Er is zelfs sprake van een exponentiële groei.
Veruit de meeste mensen zijn minder dan 8 uur per week met Blender-gerelateerde activiteiten bezig: 27% geeft aan 4 uur of minder per week te besteden en 32% geeft aan 5 à 8 uur per week aan Blendergerelateerde activiteiten te besteden (bijlage 13):
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
42
Figuur 5, uren per week besteed aan Blender-activiteiten
Het aantal jaren programmeerervaring dat de respondenten hebben is redelijk verspreid: 29% zegt geen ervaring te hebben, 25% 1 à 2 jaar, 15% 2 à 3 jaar en 32% is een ervaren programmeur (5 of meer jaar) (bijlage 14).
De rollen die de respondenten aangeven hebben de volgende verdeling (bijlage 15):
7 20 1% 3% 232 31%
114 15% project administrator committer member of mailinglists using discussionforums none of these 373 50%
Figuur 6, rol binnen de Blender.org-community
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
43 De mensen die het antwoord
none of these
hebben gegeven zijn wel lid van een Blender-
community, maar niet van de Blender.org-community. De verdeling geeft een goede afspiegeling van de werkelijkheid: er hebben redelijk veel mensen gereageerd die af en toe de Blender.org-community en -site bezoeken, die geen lid zijn van deze community, maar van een andere Blender-community. Ook geven de meeste leden van de Blender.org-community aan alleen discussieforums te gebruiken, geven minder mensen aan lid te zijn van een mailinglist en zijn er nog minder committers en project administrators.
Op de vraag of de mensen op hun werk met Blender bezig zijn antwoordde 60% dit niet te doen. Van de andere 41% gaf 11% aan het stiekem te doen, 17% doet het, maar niet stiekem en 13% gebruikt het omdat het tot hun werk behoort (bijlage 16).
Nu volgen de uitkomsten van de variabelen die de houding van de deelnemers ten opzichte van de community meten. Daarvoor moeten eerst de onderzochte schalen besproken worden.
De schalen over de houding van de leden ten opzichte van de community hebben de volgende Cronbach s
(bijlage 4, 5, 17):
Schaal
Cronbach s
Deleted item(s)
Cronbach s
Uiteindelijke vragen in de schaal
Vrijheidsgevoel
0.857
17e
0.874
17a, 17b, 17c, 17d
AR-houding
0.025
18b#, 18d#, 18e
0.692 *
18a, 18c
Tevredenheid
0.754
19a
0.776
19b, 19c, 19d
0.928
20a, 20b, 20c
community Tevredenheid
0.928
leiderschap Tabel 2, Cronbach s
voor de houdingen van de leden ten opzichte van de community
* = geen bestaande schaal; zelf ontwikkeld # = recoded
De
van Tevredenheid leiderschap is erg hoog. Daarnaast heeft de zelfontwikkelde schaal die de
houding ten opzichte van Authority Ranking meet wel een voldoende hoge , maar bereikt deze waarde helaas pas na het verwijderen van drie belangrijke items. Daarom volgen nu de gemiddelden van elke vraag uit de schaal: er wordt door de respondenten aangegeven dat ze niet een meer democratische besluitvorming willen (2,9), niet meer leiderschap dan waar nu sprake van is (2,9) en het niet zo erg vinden wanneer een actie of besluit eerst door een meerdere moet worden goedgekeurd (2,9). Een sterkere negatieve houding hebben de respondenten tegen een striktere visie (2,73); ze
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
44 vinden nu dan ook (nog) dat ze de controle hebben over hun activiteiten en deelname binnen de Blender.org-community (2,7) (bijlage 22).
De vier schalen die de houding ten opzichte van de community meten, hebben de volgende gemiddelden (bijlage 18): Schaal
Gemiddelde (lopend van 1 tot 5)
Vrijheidsgevoel
2,9692
AR-houding
2,9198
Tevredenheid over de community
2,8172
Tevredenheid over het leiderschap
3,9746
Tabel 3, gemiddelden van de houdingen ten opzichte van de community
De deelnemers hebben niet het gevoel veel vrijheid te hebben; ze ervaren sommige dingen als verplichtingen (3,0). Wanneer er alleen gekeken wordt naar vraag 17e ( I feel like having no obligations ; bijlage 4) dan is dit zelfs maar 2,8 (gemeten op een schaal van 1 tot 5). Dit is in strijd met de verwachting van de leider van de Blender.org-community die denkt dat zijn leden juist geen verplichtingen (willen) hebben. Misschien komt het gevoel wél verplichtingen te hebben voort uit grote betrokkenheid die de leden voelen bij de community; ze hebben dus geen echte verplichtingen, maar ervaren het wel zo omdat er in de loop van de tijd ongeschreven regels zijn ontstaan die ook de normen en waarden binnen de community bepalen.
De deelnemers hebben gemiddeld een positieve houding tegenover Authority Ranking , want de vragen in deze schaal zijn zó gesteld dat een score van onder de 3 betekent dat de mensen een positieve houding hebben ten opzichte van Authority Ranking (bijlage 4, 5). Dit betekent dus dat de leden de invoering van meer autoriteit niet echt erg zullen vinden. Verder zijn de deelnemers niet van plan de community in te ruilen voor een andere community. Ze zijn tevreden over de huidige stand van zaken binnen de community en zijn erg tevreden met het huidige leiderschap van Ton Roosendaal.
De hoge tevredenheid van het huidige leiderschap wordt (nog) niet gedeeld met de mensen die pas sinds 2004 lid zijn van de community; zij scoren significant ( = 0.000 < 0.05) lager met 3,7 waar de anderen tussen 3,9 en 4,1 aangeven (bijlage 19). Dit kan veroorzaakt worden door het feit dat deze mensen de leider nog niet zo lang en goed kennen en dus nog een minder uitgesproken mening hebben gevormd over Ton Roosendaal. Een andere, maar minder waarschijnlijke oorzaak zou kunnen zijn dat juist in de laatste maanden, dus in 2004, er ontwikkelingen hebben plaatsgevonden die de mening over de oprichter van de stichting niet ten goede komen.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
45 4. Invulling van het onderzoek
De literatuur is samen te vatten in een theoretisch model, waarmee een deel van het basis onderzoeksmodel kan worden ingevuld. De verdere invulling van het basismodel tot het volledige onderzoeksmodel komt ook in dit hoofdstuk aan bod, wat tenslotte leidt tot het opstellen van hypothesen.
4.1 Theoretisch model
Zoals reeds gezegd behandelt dit onderzoek enkele intrinsieke en extrinsieke motivatiefactoren. Onder de intrinsieke factoren vallen Software verbeteren , Enjoyment , Reciprociteit , Altruïsme en Care for community . De twee extrinsieke factoren zijn Reputatie en Geldbeloning . In het theorietoetsende deel van dit onderzoek zal de mate waarin deze factoren aanwezig zijn bij een open source software community in de praktijk worden vergeleken met de mate van aan- of afwezigheid van motivatie zoals deze in de theorie besproken wordt.
De uitleg bij de keuze voor de bovenstaande variabelen is als volgt: zoals uit de theorie blijkt kunnen motivatiefactoren op verschillende manieren worden ingedeeld. Zo wordt motivatie vaak onderverdeeld in intrinsieke en extrinsieke motivatie (Noe, Hollenbeck, Gerhart, Wright, 2000, Osterloh, Rota, 2003). Intrinsieke motivatie kan weer onderverdeeld worden in enjoyment based en obligation based motivatie (Osterloh, Frey, 2000, Osterloh, Rota, Kuster, 2003, Lakhani, Wolf, 2003). Nog een andere indeling maakt het verschil tussen individual interest of self-interest en collective-interest . Deze
self-interest
wordt dan weer onderverdeeld in
effectiviteit
en
intrinsieke satisfactie (Teigland, 2003). Wanneer je deze onderverdelingen samenvoegt, ziet het er als volgt uit:
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
46
Figuur 7, theoretisch model
Naast de inhoud van deze zeven begrippen (geheel rechts in figuur 7), wat in hoofdstuk 2.6.1 tot en met 2.6.7 te vinden is, is in bijlage 3 opgenomen wat er in dit onderzoek precies verstaan wordt onder de begrippen.
Dit theoretische model is nog niet eerder ontworpen. Dit onderzoek zal het theoretische model toetsen door middel van een statistische analyse: de factoranalyse. Na het valideren van de resultaten kan het uiteindelijke theoretische model opgesteld worden, dat een nieuwe bijdrage aan de bestaande theorie zal leveren.
4.2 Volledig onderzoeksmodel
In de case study worden individuele kenmerken van de deelnemende personen betrokken om te kijken of deze invloed hebben op de aanwezige motivatie van die personen. De volgende kenmerken van de individuen kwamen aan al bod: geslacht, leeftijd, woonlocatie, de Blender-activiteiten die het individu ontplooit, het aantal jaren van gebruik van Blender en deelname aan een Blender-community, de tijd per week besteed aan Blender, aantal jaren programmeerervaring en de rol van het individu bij Blender.org-projecten. Op deze manier kan er ook gekeken worden of verschillende subgroepen verschillende motivatiefactoren als belangrijkste aangeven, want dit heeft implicaties voor de Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
47 managementstijl en voor de vraag of het mogelijk is van een Communal Sharing-structuur te verschuiven naar een Authority Ranking-structuur. Enkele van deze kenmerken zijn in eerdere kwantitatieve onderzoeken behandeld, andere kenmerken zijn bepaald aan de hand van interviews met de oprichter van de Blender Foundation. Om de voorkeur voor een bepaalde manier van managen nog specifieker te kunnen beoordelen zijn er een viertal variabelen onderzocht die de houding van de leden ten opzichte van hun community meten.
De eerste variabele vrijheidsgevoel bekijkt of de deelnemers aan een community het gevoel hebben geen verplichtingen te hebben binnen de community, maar zich vrij voelen. Dit is een belangrijke reden waarom mensen deelnemen, wat blijkt uit het feit dat veel mensen vaak geen geldbeloning willen hebben voor hun activiteiten binnen een community omdat dit ook bepaalde verplichtingen met zich meebrengt. De variabele AR-houding belicht of de deelnemers positief of negatief tegenover een verschuiving van de relationele structuur Communal Sharing richting Authority Ranking staan. Deze vraag is speciaal gericht aan de personen die deelnemen aan Blender.org-projecten, omdat deze mensen als eerste en het meeste deze verandering zullen bemerken. Deze factor bestrijkt onderwerpen als besluitvorming, regels, controle, visie en leiderschap. De variabele tevredenheid over de community bepaalt of de deelnemers naar een andere maar soortgelijke community zouden overstappen voor een geldbeloning, meer vrijheid, meer status en een betere sfeer. Dit zegt iets over de tevredenheid van de deelnemers over de huidige gang van zaken binnen hun community. De laatste variabele, tevredenheid over het leiderschap , belicht zoals de naam al zegt of de deelnemers tevreden zijn met de huidige manier van leiding geven van de oprichter van de Blender Foundation.
Wanneer het basis onderzoeksmodel uit figuur 1 ingevuld wordt met de genoemde factoren, ziet het totale onderzoek er als volgt uit:
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
48
Figuur 8, volledig onderzoeksmodel
4.3 Hypothesen
De aanwezige literatuur geeft aanleiding tot het opstellen van drie hypothesen:
Deelnemen vanwege Software verbeteren zal niet hoog scoren, mede doordat de onderzochte community anders is dan vele andere open source software community s. De betreffende community houdt zich namelijk niet alleen bezig met het technische, maar ook met het creatieve aspect van de software. De motivatiefactoren Enjoyment en Reciprociteit zullen erg belangrijke factoren zijn om deel te nemen aan een community, omdat veel wetenschappelijke literatuur stelt dat deze factoren in positieve zin aanwezig zijn (Tosi, Mero, Rizzo, 2000, Franke, Shah, 2001, Torvalds, Diamond, 2001, Lakhani, von Hippel, 2002, Fehr, Falk, 2002, Ghosh, 2002, Teigland, 2003, Osterloh, Rota, Kuster, 2003, Hertel, Niedner, Herrmann, 2003, Bonaccorsi, Rossi, 2003) [en] (Fiske, 1991, 1992, Wenger, 1998, Fehr, Gächter, 1998, McLure-Wasko, Faraj, 2000, Lerner, Tirole, 2001, Lakhani, von Hippel, 2002, Mustonen, 2002, Fehr, Falk, 2002, Ghosh, 2002, Teigland, 2003, Osterloh, Rota, Kuster, 2003, Zeitlyn, 2003).
Door de jaren heen is Altruïsme als motivatiefactor steeds minder sterk aanwezig (Ghosh, 2002, Lancashire, 2002, Teigland, 2003). Maar het wordt door anderen wel als een belangrijke factor Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
49 beschouwd (Fiske, 1992, McLure-Wasko, Faraj, 2000, Lerner, Tirole, 2001, Lakhani, von Hippel, 2002, Mustonen, 2002, Frey, Meier, 2002, Torvalds, 2002, Osterloh, Rota, Kuster, 2003, Bonaccorsi, Rossi, 2003). Dit zal tezamen zorgen voor een middenweg; ofwel een gemiddelde score . Van het altruïsme wordt verwacht dat het afneemt, dus zal het niet meer hoog scoren, maar gemiddeld. De factor Care for community zal ook zeker aanwezig zijn, omdat veel mensen juist bij open source software de gedachte erachter ondersteunen. Ook blijkt vaak dat velen de lastige en ververlende klusjes best willen opknappen, om zo het voortbestaan van hun community te verlengen (Torvalds, Diamond, 2001, McLure-Wasko, Faraj, Teigland, 2003, Osterloh, Rota, Kuster, 2003).
Reputatie is ook een factor die erg vaak als van toepassing wordt beschouwd (Tosi, Mero, Rizzo, 2000, Noe, Hollenbeck, Gerhart, Wright, 2000, Franke, Shah, 2001, Lerner, Tirole, 2001, Mustonen, 2002, Ghosh, 2002, Kelty, 2002, Lancashire, 2002, Lakhani, von Hippel, 2002, Zeitlyn, 2003, Osterloh, Rota, Kuster, 2003), maar open source goeroe Linus Torvalds en ook anderen (Fehr, Falk, 2002) zijn van mening dat het niet de belangrijkste factor is (Torvalds, 2002). Zoals reeds genoemd knappen veel deelnemers ook vervelende klusjes op, zonder dat zij daar betaald voor krijgen. Meestal wordt de extrinsieke motivatie al vervuld door reputatie en dus ligt het in de lijn der verwachting dat geldbeloning als motivatiefactor laag zal scoren.
Samenvattend kunnen hier de volgende hypotheses aan verbonden worden:
H.1a:
De motivatiefactoren Enjoyment , Reciprociteit en Care for community motiveren een individu sterk om deel te nemen aan een open source software community.
H.1b: De motivatiefactor Reputatie zal een sterk aanwezige factor zijn, maar minder aanwezig dan de factoren Reciprociteit , Enjoyment en Care for community . H.1c:
De motivatiefactor Altruïsme zal een gemiddelde motivatie teweeg brengen bij deelnemers van een open source software community.
H.1d: Gezien de aard van de community, zal de motivatiefactor Software verbeteren slechts in geringe mate aanwezig zijn. H.1e:
De motivatiefactor Geldbeloning zal nauwelijks van toepassing zijn.
Ook zijn er een aantal verwachtingen met betrekking tot de activiteiten die de respondenten ontplooien en de daarmee samengaande motivatie. Zo zijn de mensen die aangeven zich bezig te houden met softwareontwikkeling meer gemotiveerd door de factoren die onder self-interest motivatie (figuur 7) vallen en dan met name door de factor Software verbeteren , omdat mensen die software ontwikkelen professionals zijn of kunnen worden en dus meer geïnteresseerd zijn in hun eigen werk dan in sociale contacten (De Caluwé, Vermaak, 2003). Mensen die deelnemen aan de community omdat ze plaatjes, filmpjes en games maken zullen meer gemotiveerd zijn door Enjoyment en Reputatie en mensen Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
50 die website s bouwen zijn gemotiveerd door Care for community en / of Enjoyment . Dit omdat het een ondersteunende taak is voor het ontwikkelen van open source software en omdat er mensen zijn die alleen maar website s bouwen (omdat ze dat leuk vinden) en verder niks doen binnen de community. Ook documentatie en tutorials schrijven zal worden gedaan vanwege
Care for
community , omdat dit ook een ondersteunende taak is. Het wordt gezien als een vervelende klus ; dus moet je wel veel gevoel hebben bij jouw community.
H2a:
Softwareontwikkelaars worden meer door self-interest motivatiefactoren gemotiveerd dan door collective-interest factoren en ze zullen meer gemotiveerd zijn voor self-interest factoren dan niet-softwareontwikkelaars.
H2b:
Mensen die plaatjes, filmpjes en games maken nemen vooral deel vanwege Enjoyment en Reputatie .
H2c:
Website-bouwers doen mee vanwege Enjoyment en / of Care for community .
H2d:
Documentatie en tutorials schrijvers doen mee vanwege Care for community .
Hoe langer mensen lid zijn van een community (of in het algemeen bij een bedrijf), hoe meer ingebed ze zijn. Daardoor zal hun Care for community redelijk sterk zijn en zullen ze niet erg positief tegenover veranderingen staan (de Caluwé, Vermaak, 2003). Die mensen passen hun houding en denkwijze dan minder snel aan de gewenste veranderingen in de organisatie en haar omgeving aan (March, Olsen, 1978). Mensen die al langer lid zijn zullen, wanneer hun tevredenheid over de community daalt, minder snel van community wisselen. Mensen die langer lid zijn, zullen ook wat ouder zijn. Ouderen zijn over het algemeen ook minder dynamisch dan jonge mensen tegenwoordig, dus dit kan de houding tegenover veranderingen nog meer versterken.
H3a:
Hoe langer de mensen lid zijn van een community, hoe meer ze gemotiveerd zijn door Care for community en hoe minder graag ze willen veranderen. Ze zullen dus geen voorstanders zijn van Authority Ranking en ook niet snel naar een andere community gaan.
H3b:
Hoe ouder de mensen zijn, hoe meer ze gemotiveerd zijn door Care for community en hoe minder graag ze willen veranderen.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
51 5. Onderzoeksaanpak
In dit onderzoek wordt methodetriangulatie toegepast. Dit betekent dat er zowel kwalitatief (in de vorm van interviews), als kwantitatief (in de vorm van een enquête) onderzoek wordt gedaan. Het kwantitatieve aspect voert hierbij de boventoon.
5.1 De enquête
Een kwantitatief onderzoek richt zich op feiten en redenen voor sociale gebeurtenissen. Dit gebeurt meestal door het testen van objectieve hypothesen. Het zogeheten survey-onderzoek gaat vaak over meningen, attitudes, motieven en normen en waarden. Een enquête zoals in dit onderzoek gehouden wordt is daar een voorbeeld van. Voordelen van een online enquête zijn:
Snelheid Respondenten blijven redelijk anoniem De onderzoeker veroorzaakt geen
bias , elke respondent antwoordt immers op precies
dezelfde vragen Lage kosten Gemakkelijk statistisch te analyseren De uitkomsten van individuen zijn te generaliseren naar de hele groep Je kunt er op een objectieve manier theoretische aannamen mee testen
Er zijn echter ook nadelen verbonden aan een online enquête:
De uitkomsten zijn slechts een momentopname van gedrag op één plaats en één tijdstip. Generaliseren buiten de onderzochte groep is vaak moeilijk vanwege verschillende contexten en culturen. Je vraagt iets aan mensen en dus ben je afhankelijk van hun wil en vermogen de enquête in te vullen. Hierbij komt dat je niet zeker weet of je de gewenste doelgroep bereikt, of ook anderen personen. Een toevallig surfer kan ook voor de lol de enquête invullen. Sociale wenselijkheid van antwoorden is een potentieel gevaar. De response rate (hoofdstuk 5.2) is vaak laag.
De enquête (bijlage 4) in dit onderzoek is cross-sectional (de enquête wordt éénmalig gehouden). Een longitudinaal onderzoek zou te veel tijd kosten. Het merendeel van de vragen bestaat uit vragen van
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
52 bestaande schalen. Een schaal wordt gevormd door een groepje van aan de variabele gerelateerde vragen. Wel zijn de vragen aangepast, zodat ze van toepassing zijn op open source software gebruikers en ontwikkelaars. De gebruikte schalen komen voornamelijk uit het Marketing scales handbook van Bruner, Hensel en James. Daarnaast komen er schalen uit The Boston Consulting Group Hacker Survey en het Handbook of marketing scales van Bearden en Netemeyer. De schaal Reciprociteit komt uit een artikel van Gallucci en Perugini en de schalen Geldbeloning en Authority Rankinghouding zijn nieuw geconstrueerd voor dit onderzoek.
Vooraf aan het invullen van de enquête wordt duidelijk gemaakt voor wie de enquête bedoeld is: iedereen die lid is van een Blender-community. Wel wordt er specifiek naar gevraagd of de respondent ook deelneemt aan de Blender.org-community en is er één vraag (vraag 18) die alleen ingevuld dient te worden door de mensen die wel eens deelnemen / deel hebben genomen aan een Blender.orgproject. Deze vraag is specifiek voor die mensen, omdat hun mening belangrijk is voor de managementstijl die Ton Roosendaal zou moeten aannemen. De aanwezige motivatie wordt dus wel aan elk Blender-communitylid gevraagd, om de theorie te testen.
Er zijn een aantal punten waar op gelet moet worden bij het maken van de enquête. Zo is het belangrijk duidelijke en beschaafde taal te gebruiken in eenduidige en niet suggestieve vragen. Er moet dus maar één dimensie per vraag behandeld worden. Moeilijkere vragen kunnen beter niet meteen worden gesteld. Daarom begint de enquête met vragen over kenmerken van de respondent zelf ( about you ). Daarna komen de vragen over motivation en satisfaction . Deze indeling is duidelijk vooraf én tussen de vragen door aangegeven. Ook moet de enquête niet te lang zijn en een nette layout hebben. Het computerprogramma waarmee de enquête is gemaakt heeft deze nette lay-out; er zijn geen afleidende dingen op de pagina te vinden. De enquête staat op één pagina, zodat de respondenten meteen kunnen zien hoeveel vragen er te beantwoorden zijn. In de inleiding wordt verteld wat de bedoeling is en de inleiding is zó opgesteld dat de respondenten het gevoel krijgen inspraak te hebben op het besturen / managen van hun community. Er is een soort reciprociteit ingebouwd in het invullen van de enquête, door te stellen dat door het invullen van de enquête de leden er een betere community voor terug krijgen. Ook wordt de anonimiteit van de respondenten gewaarborgd, wordt medegedeeld wat er met de geaggregeerde resultaten wordt gedaan en is er een emailadres beschikbaar gesteld voor vragen en opmerkingen.
De volledige enquête is te vinden in bijlage 4.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
53 5.2 Response
De response rate is het percentage mensen uit de gehele populatie dat reageert op de enquête. Deze response rate is vooral belangrijk als er een kleine populatie onderzocht wordt. Dan moet het percentage van de steekproef voldoende groot zijn. In dit onderzoek is de populatie echter erg groot. De enquête stond online op www.blender.org en is ingevuld door een totaal van 747 personen in de week tijd dat de enquête online stond. Één persoon heeft allemaal nullen (ofwel lege waarden) weten te submitten. Deze respondent is verwijderd. Daarnaast waren er toch enkele missing values te vinden in de dataset. Het verloop van het binnenkomen van de reacties is weergegeven in het volgende figuur:
Figuur 9, aantal respondenten
De Blender.org-community heeft volgens de oprichter van de Blender Foundation ongeveer 5.000 tot 10.000 bezoekers, waarvan 3.945 geregistreerde gebruikers ten tijde van dit onderzoek (www.blender.org op 14 mei 2004, de dag waarop de reactietermijn sloot). Ongeveer 69% van de respondenten (514 van de 746) gaf aan een rol te hebben binnen de Blender.org-community en dus zijn deze mensen geregistreerde bezoekers. De totale populatie is dan ongeveer 5726 mensen (uitgaande van dat 3945 mensen 69% vertegenwoordigen) en ligt dus tussen de schatting van 5.000 en 10.000. De response rate is ongeveer 13% (746 van de 5726, ofwel 514 van de 3945).
De enquête is niet te lang gemaakt, omdat hoe langer de vragenlijst, hoe minder de response is. De enquête is gemaakt met behulp van het programma Survissimo van Hans van der Heijden, docent aan de VU (afdeling Informatiekunde, Marketing en Logistiek ). Het is een gebruiksvriendelijk
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
54 programma waarbij alle vragen (op vraag 18 na; bijlage 4) zó konden worden ingesteld dat de respondenten de enquête pas konden submitten als alle vragen waren ingevuld. Hierdoor wordt getracht de missing values te vermijden, om zo de gegevens zo volledig mogelijk te laten zijn, wat een betere analyse ten goede komt. De gegevens kunnen ook beïnvloed worden door het feit dat de respondenten verschillende manieren van antwoorden hebben: de één blijft veel om de middenscore heen hangen, de ander antwoordt misschien erg veel in extremen. Daarnaast kan de huidige gemoedstoestand van de respondent van invloed zijn en ook de situatie waarin hij / zij zich bevindt. Er is ook sprake van een validiteitgevaar: mensen die juist erg gemotiveerd door bijvoorbeeld Altruïsme of Care for community zijn, zullen eerder de enquête invullen dan mensen met bijvoorbeeld Software verbeteren als motivatie. De uitkomsten kunnen dus een enigszins vertekend beeld geven.
5.3 Generalisatie
De resultaten van dit onderzoek zijn wel te generaliseren, wat betekent dat de uitkomsten ook kunnen gelden voor andere personen (community s), situaties en tijdstippen. Er is namelijk uit onderzoek gebleken dat de meeste leden van open source software community s mannen zijn, in de leeftijd van 22 tot 37 jaar en woonachtig in de Verenigde Staten van Amerika en Europa (Kim, 2003). De respondenten van dit onderzoek zullen dus ook mannen met de leeftijden 21-25 , 26-30 en 31-35 en de woonlocaties North America , The Netherlands en Another country in Europe (bijlage 4) moeten zijn om te voldoen aan de generaliseerbaarheid en dit is ook daadwerkelijk het geval.
Van de overgebleven 746 respondenten waren er 738 mannen en slechts 8 vrouwen (bijlage 5). Meer dan de helft van de mensen is 25 jaar of jonger en 75% van de mensen is 35 jaar of jonger. De meeste respondenten zijn tussen de 15 en 35 jaar (85%) (bijlage 7). Ver uit de meeste mensen (85%) kwamen uit Noord Amerika (259) en Europa (373). Daarvan waren 47 mensen woonachtig in Nederland en 326 in een ander land in Europa (figuur 10 en bijlage 8).
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
55
38 7 29 5% 1% 40 4% 5%
47 6% Nederland ander land in Europa Noord Amerika 326 44%
259 35%
Zuid Amerika Azië Australië Afrika
Figuur 10, woonlocatie van de respondenten
Een uitleg over de manier waarop de enquête (bijlage 4) geanalyseerd is, is te vinden in bijlage 6.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
56 6. Resultaten van het kwalitatieve onderzoek
In dit hoofdstuk komen de uitkomsten van het empirische onderzoek naar de motivatiefactoren naar voren; de gegevens die nodig zijn voor het beoordelen van de hypothesen (hoofdstuk 4.3) worden gepresenteerd. Ten eerste is er de betrouwbaarheidsanalyse die behandeld moet worden, om te kijken of de vragen in de gebruikte schalen voldoende samenhang hebben om er conclusies aan te mogen verbinden. Hierna komen achtereenvolgens de gemiddelden van de schalen, een factoranalyse en de verbanden tussen de kenmerken van de deelnemers en de aanwezige factoren uit de hypothesen aan bod. Het hoofdstuk eindigt met andere opvallende verbanden, die niet gerelateerd zijn aan theorie, maar beschrijvend van aard zijn.
6.1 Betrouwbaarheidsanalyse
Om de gegevens uit de enquête te kunnen analyseren is er eerst een betrouwbaarheidsanalyse gedaan, met de volgende uitkomsten (bijlage 4, 5, 31):
Schaal
Cronbach s
Deleted item(s)
Cronbach s
Uiteindelijke vragen in de schaal
Software verbeteren
0.483
12e#
0.532
12d, 12f
Enjoyment
0.745
12c
0.745
12a, 12b
Reciprociteit
0.643
11c, 11d
0.670
11a, 11b, 11e, 11f
Altruïsme
0.798
0.798
14a, 14b
Care for community
0.612
13e#, 13b#
0.639
13a, 13c, 13d, 13f
Reputatie
0.792
15c
0.794
15a, 15b, 15d, 15e, 16a
Geldbeloning
0.412
16e#, 16c
0.501 *
16b#, 16e#
Tabel 4, Cronbach s
voor de motivatiefactoren
* = geen bestaande schaal; zelf ontwikkeld # = recoded
De schalen Software verbeteren en Geldbeloning hebben een (te) lage
(< 0,6).
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
57 6.2 Gemiddelden van de schalen
Nu kunnen de vragen tot schalen omgezet worden, wat tot de volgende gemiddelden leidt (bijlage 32):
Motivatiefactoren 4,0999 Enjoyment 5 2,8592 Geldbeloning
4
3,7647
3
Altruïsme
2 1 0
2,8740 Software verbeteren
3,7286 Care for community
2,9598
3,5268
Reputatie
Reciprociteit
Figuur 11, grafische weergave van de gemiddelden van de motivatiefactoren
De factoren hebben met de klok mee, beginnend bij Enjoyment , een steeds afnemende waarde.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
58 6.3 Factoranalyse
De KMO is 0,649 en dus goed omdat 0,649 > 0,5. Het is dus een adequate factoranalyse. Ook Bartlett s test is goed, want deze geef 0,000 aan en is dus significant. Alle communalities, behalve Reciprociteit zijn hoger dan 0,5 en er zijn drie eigenwaardes van boven de 1,0 te vinden, wat betekent dat er 3 factoren aanwezig zijn. Hiervan is de eerste eigenwaarde 2,036 en dus een belangrijkere factor dan de andere twee: 1,235 en 1,017. Aan de volgende tabel is te zien hoe de variabelen in de drie factoren gegroepeerd zijn (bijlage 33):
Rotated Component Matrix (a) Component 1
2
3
Care for community ,793
,188
-,101
Enjoyment
,749
-,162
,096
Altruïsme
,655
,053
-,293
Software verbeteren -,218
,809
-,190
Reciprociteit
,221
,618
,182
Geldbeloning
-,231
-,041
,813
Reputatie
,453
,391
,473
Extraction Method: Principal Component Analysis. Rotation Method: Varimax with Kaiser Normalization. a Rotation converged in 7 iterations. Tabel 5, factoranalyse
De aanwezige factoren worden gevormd door de volgende motivaties en daarbij passen de volgende namen voor de factoren:
Factor 1 =
Care for community + Enjoyment + Altruïsme =
Groepsverrijkend
Factor 2 =
Software verbeteren + Reciprociteit
=
Kennisverrijkend
Factor 3 =
Geldbeloning + Reputatie
=
Zelfverrijkend
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
59 Een analyse van Cronbach s
voor de drie factoren geeft vervolgens (bijlage 5, 31, 33):
Schaal
Cronbach s
Factor 1
0.773
Factor 2
0.607
12d, 12f
0.670
Factor 3
0.672
16b#, 16e#
0.794
Tabel 6, Cronbach s
Deleted item(s)
Cronbach s 0.773
voor de drie factoren
Verder analyseren met de gemiddelde factorscore is, zoals reeds gezegd, niet voldoende betrouwbaar. Dit is ook te zien aan de deleted item s van factor 2 en 3: bij het verwijderen van 12d en 12f wordt de hele schaal Software verberen verwijderd en bij het verwijderen van 16b# en 16e# wordt de hele schaal Geldbeloning verwijderd. Factor 1 is dus de sterkste factor.
6.4 Getoetste verbanden
Nu volgen de uitkomsten van de verbanden die gesteld zijn in hypothesen 2 en 3 (hoofdstuk 4.3).
Hypothese 2 De gemiddelden van de zeven motivatiefactoren zijn uitgesplitst in een gemiddelde voor nee, ik programmeer (haast) nooit ,
neutraal / middenscore
en
ja, ik programmeer (vaak) . Alle
gemiddelden van de mensen die ja, ik programmeer (vaak) antwoordden waren hoger dan die van de mensen die nee, ik programmeer (haast) nooit en neutraal / middenscore invulden. Maar alleen het verschil in motivatiefactor software verbeteren is significant ( = 0.001 < 0.05). De gemiddelden zijn (bijlage 34): Motivatiefactor
nee, ik programmeer
neutraal /
ja, ik programmeer
(haast) nooit
middenscore
(vaak)
Software verbeteren *
2,8
2,9
3,1
Enjoyment
4,1
4,0
4,1
Reciprociteit
3,5
3,5
3,6
Altruïsme
3,8
3,7
3,8
Care for community
3,7
3,7
3,8
Reputatie
2,9
3,0
3,0
Geldbeloning
2,9
2,9
2,9
Tabel 7, wat motiveert de mensen die niet / neutraal / wel programmeren? * significant verschil
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
60 De collective-interest motivatiefactoren Altruïsme en Care for community scoren niet lager dan de self-interest factoren, te weten: Software verbeteren , Enjoyment , Reciprociteit , Reputatie en Geldbeloning .
Er is een significant verschil te vinden tussen mensen die wel of geen plaatjes, filmpjes en games maken voor de variabelen Enjoyment en Reputatie ( = 0.000 en 0.003 en dus beide
0.05). De
mensen die wél plaatjes, filmpjes en games maken scoren hoger op deze variabelen; ze zijn er dus sterker door gemotiveerd.
Er is een is een significant verschil te vinden tussen mensen die wel of geen website s bouwen voor een Blender-community wat betreft het plezier dat ze eraan beleven ( = 0.047 < 0.05) en voor de betrokkenheid die zij voelen bij de community ( = 0.000 < 0.05). De mensen die wél website s bouwen voor de community zijn sterker gemotiveerd door Enjoyment en Care for community dan de mensen die aangeven (bijna) nooit website s te bouwen.
Er is een is een significant verschil te vinden tussen mensen die wel of geen documentatie en tutorials schrijven voor het plezier dat zij aan het deelnemen beleven ( = 0.000 < 0.05). De mensen die documentatie en tutorials schrijven zijn sterker gemotiveerd door Enjoyment dan de mensen die dit niet doen.
De gemiddelden zijn (bijlage 25): Geen
Weinig
Neutraal
Beetje
Veel
Plaatjes, filmpjes en games maken - Enjoyment
3,9
3,8
3,9
4,0
4,2
Plaatjes, filmpjes en games maken
- Reputatie
2,9
2,8
3,0
2,8
3,1
Website s bouwen
- Enjoyment
4,0
4,1
4,1
4,1
4,3
Website s bouwen
- Care for community
3,6
3,6
3,9
3,8
4,0
Documentatie en tutorials schrijven - Enjoyment
4,0
4,1
4,1
4,3
4,2
Tabel 8, in welke mate motiveren de factoren in hypothese 2b, 2c en 2d (hoofdstuk 4.3) de mensen die een bepaalde Blender-activiteit ontplooien?
Alle vijf de verbanden in de tabel zijn dus positief. Geen / weinig / neutraal / beetje / veel staat voor de antwoordmogelijkheden (dus lopend van 1 tot 5) die de deelnemers in de enquête konden invullen. Hoe vaker ze één van de activiteiten doen, hoe hoger hun motivatie is. Dit lijkt logisch, maar vergeet niet dat er ook verbanden zijn waar dit helemaal niet het geval is; waar de mensen die een bepaalde activiteit veel doen níet het meest gemotiveerd worden door een bepaalde factor.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
61 Hypothese 3 Dit is de volgorde van de leden, gerangschikt van de minste betrokkenheid bij de community tot de meeste betrokkenheid bij de community: de respondenten zijn lid van een Blender-community sinds: 2004, 2003, 2000, 2002, 2001, 1999, 1998. Het verschil is significant ( = 0.006 < 0.05) (bijlage 35).
Ook voor het kenmerk leeftijd is er een significant verschil ( = 0.004 < 0.05) op te merken voor de hoeveelheid Care for community ; er is echter een minder duidelijk verloop van te zien (bijlage 36): Leeftijd
Gemiddelde Care for community
< 14
4,0
15
20
3,8
21
25
3,8
26
30
3,6
31
35
3,6
36
40
3,6
41
45
3,5
46
50
4,0
51
55
4,0
> 56
3,8
Tabel 9, verschilt de betrokkenheid bij een community per leeftijd?
Er is geen verschil te vinden tussen de mensen die kort of lang lid zijn op de schalen vrijheidsgevoel , tevredenheid over de community en de Authority Ranking-houding (bijlage 37).
Er is wel een verschil te vinden tussen de mensen die jonger / ouder zijn op de schalen vrijheidsgevoel ( = 0.001 < 0.05) en tevredenheid over de community ( = 0.050 = 0.05), maar niet op de schaal
Authority Ranking-houding
(
= 0.421 > 0.05). Het verloop van het
vrijheidsgevoel is echter niet duidelijk stijgend of dalend. Het verloop de tevredenheid over de community neemt naarmate de leeftijd hoger wordt sterk af, maar de oudste groep mensen geeft weer een hoger gemiddelde aan: zij kiezen wel weer eerder voor een overstap naar een andere community (bijlage 38). Maar deze groep van oudere deelnemers is zo klein dat de waarde van hun mening weinig betekenis heeft.
Uit een chi-square-analyse blijkt dat er geen significant verband bestaat tussen leeftijd van de persoon en de lengte van het lidmaatschap bij één van de Blender-community s (bijlage 39).
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
62 6.5 Beschrijvende verbanden
In deze paragraaf worden andere opvallende verbanden behandeld, die niet gebaseerd zijn op theorie, maar beschrijvend van aard zijn.
Dat de respondenten verspreid over de wereld leven, betekent ook dat zij verschillende culturen hebben. Dit heeft op verschillende dimensies invloed op een organisatie en haar activiteiten (Tosi, Mero, Rizzo, 2000). De respondenten kunnen dus verschillende houdingen aannemen op hun werk en in dit geval binnen hun community. De houding ten opzichte van Authority Ranking kan dus verschillen. Er is een significant verschil ( = 0.012 < 0.05) te vinden tussen de Authority Ranking houdingen van de respondenten uit verschillende werelddelen. Nederland, Afrika, Zuid Amerika en Azië scoren hoog (3,3 / 3,3 / 3,2 / 3,4) en staan dus negatief tegenover Authority Ranking , Noord Amerika en een ander land in Europa scoren wat lager (3,0 / 2,8) en Australië scoort het laagste (2,4). Er moet bij vermeld worden dat er slechts 3 respondenten uit Afrika komen (bijlage 20).
Significante verschillen zijn ook te vinden voor de verschillende woonlocaties van de deelnemers op factoren anders dan Authority Ranking : zo loopt motivatie door altruïsme (de significantie is 0,000) op van 3,6 voor een ander land in Europa , via Azië, Nederland, Afrika, Zuid-Amerika en Australië, naar 3,9 voor deelnemers uit Noord-Amerika. De betrokkenheid bij de community is het laagste in Nederland (3,6), vervolgens een ander land in Europa en Azië en de landen Australië, ZuidAmerika, Afrika en Noord-Amerika scoren allen tussen de 3,8 en 3,9 ( = 0.000 < 0.05). Nederlanders scoren ook het laagste op het vrijheidsgevoel (2,7) en hebben dus het meeste het gevoel wel verplichtingen te hebben bij hun deelname aan hun community (de significantie is 0,000). Daarna komt wederom een ander land in Europa , gevolgd door Azië, Zuid-Amerika, Australië en NoordAmerika en als uitschieter naar boven eindigend met Afrika (3,6). Tenslotte is er een significant verschil (
= 0.002 < 0.05) te vinden voor de tevredenheid van de deelnemers over de huidige
community: het is wéér Nederland die de laagste score laat zien (2,5), Afrika, Australië, NoordAmerika, een ander land in Europa en Zuid-Amerika scoren steeds wat hoger tot aan 3,3 voor deelnemers uit Azië (bijlage 21). Een lage score over deze tevredenheid betekent juist dat de leden wél tevreden zijn.
Opvallend is dat de respondenten wel naar een soortgelijke community willen overstappen, wanneer ze daar betaald zouden krijgen (3,2). Dit gaat tegen de verwachtingen van de leider van de Blender.org-community in en is ook tegenovergesteld aan het gemiddelde van de motivatiefactor Geldbeloning , die slechts 2,9 scoort. De leden willen niet overstappen voor een vriendelijkere sfeer (3.0), meer vrijheid (2,9) en nog minder voor meer status (2,6) (bijlage 23). Gemiddeld genomen zijn de deelnemers dus tevreden over hun community. Ook deze geldkwestie hangt samen met Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
63 verplichtingen: de leden zijn gemotiveerd door het plezier dat zij aan het deelnemen beleven en hebben liever niet te veel verplichtingen (buiten dan de verplichtingen die ze ervaren door de aanwezige ongeschreven regels). Door deel te nemen voor een geldbeloning zit je echter wel vast aan verplichtingen. Dit zou een reden kunnen zijn voor de lage motivatie voor een geldbeloning. Aan de andere kant geven de communityleden wel aan zich bij een andere community aan te sluiten voor een geldbeloning, maar niet voor de andere drie punten. Dit betekent dat de leden gemiddeld genomen niet van community zullen wisselen. De geldbeloning kan dus gezien worden als een leuke bijkomstigheid, maar niet als echt belangrijke motivatiefactor. Daarbij komt dat de mensen bij het beantwoorden van de vraag over het overstappen naar een andere community voor een geldbeloning zich er waarschijnlijk niet concreet bewust van zijn dat er ook bij een andere community verplichtingen zullen zijn, zeker wanneer je betaald wordt voor je activiteiten binnen die community.
De mensen die aangeven software te ontwikkelen kunnen gezien worden als professionals . Deze mensen richten zich op kwaliteit van hun werk, vinden management niet erg belangrijk en willen daarom ook niet graag veranderingen ondergaan door toedoen van het management (de Caluwé, Vermaak, 2003). Deze mensen zullen dus volgens deze theorie een negatieve houding hebben ten opzichte van een meer autoritaire structuur, maar uit de gegevens blijkt dat er geen significant verschil ( = 0.340 > 0.05) is te vinden tussen de Authority Ranking-houdingen van de respondenten met geen / weinig / neutraal / beetje / veel programmeeractiviteiten (bijlage 24). Deze theorie geldt hier dus niet en dat zou kunnen komen door het feit dat er geen echte scheiding is tussen managers en professionals, in dit geval programmeurs. De leden die managementgerelateerde taken uitvoeren zijn zelf namelijk ook allemaal professionals. Doordat het gat tussen deze twee groepen veel kleiner is dan in de theorie wordt beschreven en door de lagere managementintensiteit zijn de verschillende groepen het niet significant met elkaar oneens binnen deze community.
Er zijn veel positieve verbanden te vinden tussen de activiteiten die de deelnemers ontplooien en de motivatiefactoren: hoe vaker de activiteit gedaan wordt, hoe groter de motivatie (bijlage 25):
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
64 Software
Enjoyment
Altruïsme
verbeteren ++
Programmeurs
Care for
Reputatie
community
2,9
4,1
3,8
3,7
3,0
4,1
3,8
3,7
3,0
0,000
0,000
0,000
0,003
0,001 2,9
Mensen die plaatjes,
+
filmpjes en games maken Website-bouwers
+
2,9
++
4,1
0,010
0,047
Schrijvers van
2,9
4,1
documentatie en tutorials
0,000
0,000
++
3,8
+
0,000 ++
3,8
3,7
++
0,000 ++
0,000
3,7
0,000 +
0,000
Tabel 10, wat motiveert mensen die een bepaalde Blender-activiteit ontplooien?
De waarden in de tabel betekenen achtereenvolgens: het verband, het gemiddelde en de significantie (wanneer deze
0.05 is). De drie verschillende verbanden die zijn aangegeven zijn:
=
verband, maar zonder duidelijk verloop
+
=
voornamelijk positief verband (met maar één enkele schommeling)
++
=
geheel positief verband
3,0
De lege vakjes geven aan dat er géén verband is en ook voor de motivatiefactoren Reciprociteit en Geldbeloning is er geen enkel significant verband te vinden.
Dat hoe groter de motivatie is, hoe vaker de activiteit ontplooid wordt is wel logisch, maar wat opvallend is is het verschil tussen de programmeurs en de website-bouwers. Bij de programmeurs is maar één positief verband te vinden en wel bij de motivatiefactor de software te willen verbeteren. Dit betekent dat de mensen die programmeren meer gemotiveerd zijn door softwareverbetering dan mensen die niet programmeren. Merk hierbij wel op dat deze motivatie (2,9) voor programmeurs gemiddeld nog altijd lager is dan de andere motivatiefactoren uit de tabel. Bij de website-bouwers zijn er echter wel vijf positieve verbanden te vinden, wat betekend dat een persoon die website s bouwt meerdere motivaties tegelijkertijd heeft om dit te doen en / of dat de redenen van de mensen die website s bouwen sterk uit elkaar liggen.
Ook is er een positief maar wel schommelend verband te zien van Altruïsme en Reputatie op grond van het aantal uren dat de deelnemers aan Blender-gerelateerde activiteiten per week besteden. Hoe meer tijd de mensen besteden, hoe meer deze mensen gemotiveerd zijn door altruïsme en het vergaren van een reputatie. Verder geldt dat hoe meer uren per week de deelnemers besteden, hoe hoger hun motivatie door Enjoyment is, oplopend van 3,9 naar 4,6. Echter de mensen die de meeste tijd besteden (> 25 uur) zijn weer iets minder gemotiveerd door het plezier dat ze ervaren door het Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
3,0 0,000
65 deelnemen: 4,3 (bijlage 26). Een verklaring hiervoor kan zijn dat het mensen betreft die Blender gebruiken voor hun werk en het gebruik van Blender dus wel erg leuk vinden, maar toch invloed ondervinden van het feit dat hun werk ook verplichtingen met zich meebrengt, iets dat de motivatie kan verminderen. Een chi-square-analyse wijst uit dat dit inderdaad een mogelijkheid is: de meeste deelnemers die vijfentwintig uur of meer per week besteden aan Blender-gerelateerde activiteiten, gebruiken Blender ook voor hun werk (bijlage 27).
Jongeren van 14 jaar en jonger zijn meer gemotiveerd om een reputatie op te bouwen dan alle oudere deelnemers (de significantie is 0,000) (bijlage 28). Dit kan komen doordat ze in hun pubertijd zitten en meer drang hebben een identiteit te vormen en zich te willen bewijzen.
Opvallend is de tweedeling in de mate waarin deelnemers worden gemotiveerd door Care for community (de significantie is 0,006): de deelnemers die aangeven geen programmeerervaring te hebben en de deelnemers met drie à vier jaar ervaring geven ongeveer hetzelfde aan (respectievelijk 3,7 en 3,8) en de mensen met één à twee jaar ervaring geven aan méér gemotiveerd te zijn door Care for community dan de mensen met vijf of meer jaren programmeerervaring (respectievelijk 3,8 en 3,6). De mensen met weinig tot geen ervaring geven dus aan meer betrokken te zijn bij hun community dan de leden die meer ervaring hebben (bijlage 29). Dit kan aangeven dat de ervaren programmeurs door hun kennis minder afhankelijk zijn van de community om software te ontwikkelen en zich dus minder betrokken voelen bij de community. De mensen die programmeren en dat nog niet zo lang doen (dus van één tot vier jaar) hebben de meeste hulp nodig en creëren daarom meer betrokkenheid en afhankelijkheid bij de community. Mensen die niet programmeren en bijvoorbeeld alleen plaatjes maken kunnen hun vragen ook stellen op forums van andere community s en dus is hun betrokkenheid bij deze specifieke community lager. Een andere reden dat ervaren programmeurs minder betrokkenheid voelen kan zijn dat deze mensen deelnemen aan de community omdat ze de Blender-software (moeten) gebruiken voor hun werk. Deelnemen aan de community is voor die mensen een middel om hun werk goed uit te kunnen voeren en daarvoor hoeft de betrokkenheid niet per se groot te zijn.
Tenslotte komen nu de significante verschillen aan bod tussen de mensen met verschillende rollen binnen Blender.org-projecten (bijlage 30):
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
66 Enjoyment
Care for
Authority
Tevredenheid
community
Ranking-houding
leiderschap
Project administrator
4,4
4,1
2,9
4,7
Committer
4,0
3,5
2,4
4,1
Lid van een
4,3
3,8
3,0
4,0
4,2
3,8
2,9
4,1
Geen van allen
3,9
3,6
3,1
3,8
Significantie ( 0.05)
0,000
0,012
0,036
0,000
mailinglists Gebruik van discussieforums
Tabel 5, de mening van respondenten met verschillende rollen over de houdingen ten opzichte van de community
De project administrators hebben de meeste Enjoyment en Care for community . Opvallend is dat de committers minder
Enjoyment ,
Care for community
en
Authority Ranking-houding
aangeven dan de respondenten met de overige twee rollen. Misschien is de lage Enjoyment te verklaren doordat de committers de meeste verplichtingen hebben in verhouding tot de Enjoyment die ze krijgen van het deelnemen aan de community. Dit is te onderbouwen met het feit dat de committers ook het minste (2,8) een vrij gevoel hebben en wel verplichtingen ervaren. Het is opmerkelijk dat de committers de minste betrokkenheid uiten, ook al is deze betrokkenheid toch nog redelijk groot. De lage score voor de Authority Ranking-houding van de committers betekent dat zij het prima vinden als er meer autoriteit wordt uitgedragen. Dit komt waarschijnlijk doordat naast de leider van de community en de project administrators de committers een hoge rang bekleden en dus meer te zeggen zullen hebben, wanneer Authority Ranking een grotere rol zou krijgen in de community. Dat de project administrators minder zien in meer autoriteit dan de committers kan komen door de hoge score van de project administrators op de factoren plezier in het meedoen en betrokkenheid bij de community. Ze vinden het leuk zoals het nu is en zijn wel erg betrokken, maar zijn misschien toch banger voor een dergelijke verandering dan de committers. De mensen die geen van allen hebben aangevinkt zijn mensen die lid zijn van een andere community dan de Blender.orgcommunity. Tenslotte valt op dat de project administrators wel heel erg tevreden zijn met het leiderschap van de oprichter van de Blender Foundation. Dit zal voor een gedeelte voortkomen uit sociale wenselijkheid van dit antwoord.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
67 7. Analyse van en discussie over de motivatiefactoren
Nu volgt er een overzicht van de hypothesen, waaruit blijkt of de gestelde hypothesen verworpen, dan wel aangenomen moeten worden. Hierbij betekent de uitkomst + aannemen en de uitkomst verwerpen. Tevens is in het overzicht te vinden in welke bijlage het statistische bewijs voor de uitkomst van de hypothese staat: Hypothese
Uitkomst
Bijlage
1a
+
32
+
32
-
32
+
32
De motivatiefactoren Enjoyment , Reciprociteit en Care for community motiveren een individu sterk om deel te nemen aan een open source software community.
1b
De motivatiefactor Reputatie zal een sterk aanwezige factor zijn, maar minder aanwezig dan de factoren Reciprociteit , Enjoyment en Care for community .
1c
De motivatiefactor Altruïsme zal een gemiddelde motivatie teweeg brengen bij deelnemers van een open source software community.
1d
Gezien de aard van de community, zal de motivatiefactor Software verbeteren slechts in geringe mate aanwezig zijn.
1e
De motivatiefactor Geldbeloning zal nauwelijks van toepassing zijn.
+
32
2a
Softwareontwikkelaars worden meer door self-interest motivatiefactoren
-
34
+
25
+
25
+
25
-/+
35, 37
-/+
36, 38
gemotiveerd dan door collective-interest factoren en ze zullen meer gemotiveerd zijn voor self-interest factoren dan nietsoftwareontwikkelaars. 2b
Mensen die plaatjes, filmpjes en games maken nemen vooral deel vanwege Enjoyment en Reputatie .
2c
Website-bouwers doen mee vanwege Enjoyment en / of Care for community .
2d
Documentatie en tutorials schrijvers doen mee vanwege Care for community .
3a
Hoe langer de mensen lid zijn van een community, hoe meer ze gemotiveerd zijn door Care for community en hoe minder graag ze willen veranderen. Ze zullen dus geen voorstanders zijn van Authority Ranking en ook niet snel naar een andere community gaan.
3b
Hoe ouder de mensen zijn, hoe meer ze gemotiveerd zijn door Care for community en hoe minder graag ze willen veranderen.
Tabel 12, hypotheseoverzicht; aannemen of verwerpen?
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
68 Hypothese 1 Hypothese 1 stelde deze verwachte volgorde, van hoog naar laag, van de motivatiefactoren op: (Enjoyment
Reciprociteit
Care for community)
Reputatie
Altruïsme
Software verbeteren
Geldbeloning. Van Enjoyment, Reciprociteit en Care for community wordt dus verwacht dat ze hoger scoren dan de andere factoren, maar er is binnen deze drie geen volgorde aangewezen. De verwachting komt bijna geheel overeen met de volgorde die uit dit onderzoek naar voren komt: Enjoyment (4,1) Altruïsme (3,8)
Care for community (3,7)
Reciprociteit (3,5)
Reputatie (3,0)
Software
verbeteren (2,9)
Geldbeloning (2,9). Alleen de factor Altruïsme scoort hoger dan verwacht; de
deelnemers aan de community s helpen anderen dus vaker zomaar voor niets dan verwacht. De theorieën die aangeven dat motivatie door altruïsme steeds minder wordt kloppen dus niet, tenzij het altruïsme voorheen nog groter was. Maar daar kan nu geen uitspraak over gedaan worden aangezien het onderzoek niet longitudinaal is. Hier ligt een mogelijkheid voor verder onderzoek: wanneer dit onderzoek nogmaals gedaan wordt kan gekeken worden of het altruïsme is gedaald en de reciprociteit daarvoor in de plaats is gestegen. Een andere verklaring voor de grote altruïstische motivatie kan zijn dat mensen zich altruïstisch gedragen omdat zij erg graag willen laten zien hoe goed ze ergens in zijn en dat ze veel weten. Deze mensen willen dan niet per se een reputatie krijgen, maar willen wel laten zien wat ze kunnen. Een correlatieanalyse voor de motivaties altruïsme en reputatie wijst ook uit dat deze twee factoren samenhangen (bijlage 41). Dat
Software verbeteren
één van de minst
voorkomende motivatiefactoren is kan ook veroorzaakt worden doordat deelnemers die bijvoorbeeld Altruïsme en Care for community als motivatie hebben, vermoedelijk eerder de enquête invullen dan mensen die deelnemen vanwege het Software verbeteren . Daarnaast is een verklaring dat bij de onderzochte community het niet alleen gaat om het technische aspect de software te verbeteren, maar zijn er ook heel veel communityleden die zich alleen bezig houden met het maken van plaatjes, filmpjes en games. Hypothesen 1a, 1b, 1d en 1e kunnen aangenomen worden en alleen 1c moet verworpen worden.
De drie factoren die uit de factoranalyse naar voren kwamen, komen voor een groot deel overeen met de onderverdelingen in het theoretische model (bladzijde 29): factor 3 Zelfverrijkend komt overeen met de indeling intrinsiek en extrinsiek, waar deze factor de extrinsieke motivatie beslaat. Van de overige drie self-interest motivatiefactoren vormen Software verbeteren en Reciprociteit de tweede factor Kennisverrijkend . De self-interest motivatiefactor Enjoyment hoort echter niet hierbij, maar bij factor 1 Groepsverrijkend tezamen met Care for community en Altruïsme . Enjoyment is dus de enige motivatiefactor die volgens de praktijkresultaten anders moet worden ingedeeld dan in de huidige theorie verondersteld wordt. Een verklaring hiervoor kan zijn dat de Enjoyment van het deelnemen aan een community bestaat uit het leuk vinden om samen te werken met andere mensen. Een community is alleen leuk om aan deel te nemen als anderen dat ook doen en dus kan de motivatiefactor Enjoyment beter als collective-interest motivatie worden aangemerkt Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
69 in deze situatie, waar het gaat om het deelnemen aan een open source software community. Zou er bijvoorbeeld aan de deelnemers gevraagd zijn naar hun motivatie hoe leuk ze het vinden te werken met de Blender-software, dan werd er gevraagd naar de motivatie voor een individuele activiteit. Maar er wordt dus gevraagd naar een collectieve activiteit en dus is het beter Enjoyment in te delen als collective-interest motivatie in factor 1.
Deze drie factoren leiden tot een herindeling van het theoretische model uit figuur 7. Hierbij moet in gedachte gehouden worden dat de respondenten van dit onderzoek niet alleen deelnemen aan een community vanwege het technische aspect van de open source software, maar ook vanwege het creatieve aspect. De drie nieuwe factoren vervangen in het nieuwe model de indeling van motivatie in self-interest en collective-interest . De onderverdeling tussen intrinsiek en extrinsiek blijft evenals de onderverdeling van intrinsiek in
effectiviteit
en
enjoyment based
en
obligation based
behouden in het model. Het ziet er dan als volgt uit:
Figuur 12, nieuw theoretisch model
Dat andere wetenschappers nog niet eerder op een dergelijk model uitkwamen komt waarschijnlijk doordat zij nog niet eerder een factoranalyse hebben gedaan voor de verschillende motieven om deel te nemen aan een online open source software community.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
70 Hypothese 2 Hoewel alle gemiddelden van de mensen die ja, ik programmeer (vaak) antwoordden hoger waren dan die van de mensen die nee, ik programmeer (haast) nooit en neutraal / middenscore invulden, is alleen het verschil in motivatiefactor software verbeteren significant ( = 0.001 < 0.05). De collective-interest motivatiefactoren Altruïsme en Care for community scoren niet lager dan de andere self-interest factoren bij de mensen die wel programmeren. Softwareontwikkelaars worden dus niet meer door
self-interest
motivatiefactoren gemotiveerd dan door
factoren en ze zijn ook niet meer gemotiveerd voor
self-interest
collective-interest factoren dan niet-
softwareontwikkelaars. Hypothese 2a moet dus verworpen worden. Een verklaring voor het feit dat de professionals die de software ontwikkelen niet meer gemotiveerd worden door
self-interest
motivatie dan door collective-interest motivatie kan zijn dat juist bij open source software de programmeurs erg betrokken zijn bij het ontwikkelen van de software en het voortbestaan van hun community. Deze mensen zijn dan ook sterker gemotiveerd door bijvoorbeeld Care for community , een collective-interest motivatiefactor. Dat professionals meestal individueel actief zijn geldt dus niet voor de programmeurs binnen een community, omdat het in een community juist om een groep gaat en dus vooral de
collective-interest
factoren ( Care for community ,
Altruïsme
en
Enjoyment ) erg belangrijk zijn, zoals uit de gemiddelden is gebleken.
De mensen die plaatjes, filmpjes en games maken zijn meer gemotiveerd door Enjoyment en Reputatie , de mensen die website s bouwen meer door Enjoyment en Care for community en de mensen die documentatie en tutorials schrijven zijn meer gemotiveerd door Enjoyment dan de deelnemers die aangeven dit niet te doen. Hypothese 2b, 2c en 2d zijn dus juist; de verwachtingen gebaseerd op de theorie stemmen overeen met de resultaten uit de praktijk.
Hypothese 3 Hoe langer de mensen lid zijn van een community, hoe meer ze gemotiveerd zijn door Care for community . Er is echter geen verschil te vinden tussen de mensen die kort of lang lid zijn op de schalen
vrijheidsgevoel ,
tevredenheid over de community
en
Authority Ranking-houding .
Hypothese 3a klopt dus slechts voor een deel.
Er is wel een significant verschil te vinden voor het kenmerk leeftijd wat betreft de hoeveelheid Care for community , maar het verloop van deze hoeveelheid schommelt en laat geen eenduidige stijgende of dalende lijn zien. Het verschil tussen de mensen die jonger / ouder zijn op de schalen vrijheidsgevoel en tevredenheid over de community is significant, maar het verschil op de schaal Authority Ranking-houding is dit niet. Om het verband van hypothese 3a met 3b te bekijken is er een chi-square-analyse gedaan, waaruit bleek dat er geen verband bestaat tussen leeftijd en lengte van het lidmaatschap van de deelnemers. Hypothese 3b klopt ook slechts voor een deel. Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
71 8. Discussie en advies over het managen van de community.
Het is nu tijd om de theorie over het managen van community s te bespreken en daarbij de bijbehorende bevindingen over de Blender-community s (en in het bijzonder de Blender.orgcommunity) te belichten. Besproken wordt de sfeer binnen de community, de gewenste mate van visie en management, de verhouding van Communal Sharing en Authority Ranking, het mogelijk invullen van een profiel en of het geven van een geldbeloning het gewenste effect heeft binnen de Blender.orgcommunity, om uiteindelijk tot een advies te komen voor het managen van de Blender.orgcommunity.
8.1 Discussie
Mensen die lid zijn van een online open source software community vallen onder theorie Y van McGregor (1960); ze opereren zonder verplichtingen en zonder tastbare beloning in een sociale context. Dit is een punt om rekening mee te houden bij het aansturen van de community. Deze sociale context bestaat binnen sociale groepen, zoals de community s van Blender, uit bepaalde sociale normen en waarden. Deze zijn in de loop van de tijd ontstaan. Door deze normen en waarden zullen individuele leden niet snel onaanvaardbaar gedrag vertonen, zullen ze reciprociteit een beetje als een verplichting voelen en vinden de leden het fijn om goedkeuring van de mensen uit hun groep te krijgen (Fehr, Falk, 2002). Misschien is het omgekeerde, eerst goedkeuring krijgen vóórdat je daadwerkelijk actie gaat ondernemen, dan ook niet zo erg voor de deelnemers. Ze zullen dan dus een hogere mate van Authority Ranking aanvaarden. Deze reciprociteit is ook bij Blender-community s aanwezig. De motivatie voor een geldbeloning is laag; mensen doen zelfs dingen graag voor een ander zonder daar wat voor terug te krijgen. Het is dus waarschijnlijk dat de community-leden zich moeilijk laten contracteren, vanwege de verplichtingen die dit met zich meebrengt. Er is wel sprake van wederzijdse verwachtingen. Dit kan een gevolg zijn van de in de tijd ontstane ongeschreven normen en waarden. Dit is een positieve ontwikkeling, want door de wederzijdse verwachtingen zal er vaker interactie zijn, wat weer kan leiden tot meer innovatie van de software.
Verwachte reciprociteit als motivatie is een reden dat expliciete financiële beloningen niet aanwezig hoeven te zijn (Fehr, Gächter, 1998). Aangezien de motivatie door reciprociteit binnen de Blendercommunity s hoog is, is een financiële beloning dus niet noodzakelijk. Maar het is niet onmogelijk en misschien zelf wel een goede mogelijkheid om de gewenste verbeteringen, zoals de leider van de Blender.org-community deze naar voren brengt, te kunnen realiseren. Geld als beloning zou er dus voor kunnen zorgen dat de leider van de community er zeker van kan zijn dat hij periodiek op de hoogte wordt gehouden over de verschillende onderdelen van de community. Hij gaf namelijk aan het Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
72 niet meer allemaal in zijn eentje te kunnen overzien. Reciprociteit kan zelfs tezamen met een geldbeloning de motivatie van een deelnemer versterken mits de sfeer goed is (Fehr, Gächter, 1998).
Bij Blender-community s gaat het de meeste leden niet om het vergaren van een reputatie en ook niet om het verbeteren van software. Wanneer er geen interne concurrentiestrijd is, wat het geval is vanwege de lage motivatie om een reputatie op te bouwen, komt dit de sfeer binnen de community wel ten goede. De lage motivatie voor de verbetering van de software valt toe te schrijven aan het feit dat veel leden van Blender-community s zich niet bezighouden met het ontwikkelen van de software, maar alleen met het creatieve aspect van de software. Ook blijkt het plezier dat de deelnemers van de community hebben aan het deelnemen erg hoog te zijn. Samen met de hoge betrokkenheid en de grote tevredenheid over de leider van de Blender.org-community kan gesteld worden dat de sfeer binnen de community goed is. Er moet gerealiseerd worden dat deze goede omstandigheden snel kunnen veranderen als de gang van zaken en de managementstijl veranderd wordt. Het is natuurlijk goed altijd eerst goed na te denken voordat je veranderingen doorvoert. Maar de goede sfeer maakt het wel mogelijk leden te gaan belonen met geld. De gewenste verandering om mensen te gaan contracteren vereist ook duidelijke communicatie. De oprichter van de stichting wil niet alleen zelf betere informatie ontvangen, maar wil ook zijn ideeën meer en beter gaan communiceren naar zijn leden toe. Dit kan leiden tot strakker leiderschap en een meer aanwezige visie. Maar de leden geven echter aan geen striktere visie te willen binnen de community en ook geen sterker aanwezig leiderschap. Je kunt beter geen sterke visie uiten als leider, omdat je dan wel sneller komt waar je wilt zijn, maar niet zeker weet of het wel de juiste richting is die je op gaat. In plaats van visie is juist aanpassingsvermogen belangrijk (Iannacci, 2003). De leden vinden nu dat ze controle hebben over hun activiteiten en deelname aan de community en dit willen ze waarschijnlijk ook zo houden. Dit pleit dus tegen de veranderingen, terwijl de volgende twee punten juist voor een verandering naar een meer autoritaire manier van managen pleiten: de respondenten geven namelijk aan dat ze niet een meer democratische besluitvorming willen en het ook niet zo erg vinden wanneer een actie of besluit eerst door een meerdere moet worden goedgekeurd.
Uit een onderzoek van de Boston Consultancy Group is gebleken dat community-leden wél visie willen bij een project. De respondenten van dat onderzoek vinden dat koningen, presidenten en verkiezingen niet per se een goede eensgezinde sfeer, waar hard gewerkt wordt aan de software, in de weg staan. Ook Lerner en Tirole pleiten voor visie (2001). Een reden voor het meningsverschil over de visie zou kunnen zijn dat de Blender-community s relatief minder steun van mensen krijgen die Blender gebruiken voor hun werk, dan de community s uit het andere onderzoek: 13% voor Blender tegen 26% bij Linux en SourceForge.net (Lakhani, Wolf, Bates, DiBona, 2002). Op het werk accepteren mensen eerder een hiërarchische structuur met een duidelijke visie van bovenaf, dan bij een
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
73 community waar de leden vrijwillig deelnemen voornamelijk om het plezier. De leider van de community moet dus oppassen met een sterk uitgedragen visie.
De oprichter van de Blender Foundation denkt er ook aan de mensen die de nieuwe managementtaken moeten gaan verrichten een soort titel te geven. Maar dat wordt niet zomaar toegestaan; er zitten namelijk juridische kwesties aan verbonden. De relatie tussen de werkgever en werknemer moet vastgesteld worden. Waarschijnlijk willen de leden ook niet juridisch aansprakelijk kunnen worden gesteld. Wat een optie zou kunnen zijn is eerst eens te proberen om mensen te vinden die dit voor niks willen doen. De gedachte daarbij is dat ze het niet voor geld doen, maar niet helemaal voor niks. Ze kunnen het uitvoeren van een dergelijke taak ook doen alleen voor het plezier, net als bij het beheren van de websites en het schrijven van documentatie. Er zijn nu ook al namen voor de rollen die vervuld worden, zoals project administrator en committer , dus kan er ook een dergelijke naam gegeven worden aan iemand die Ton Roosendaal zal informeren over de gang van zaken binnen een bepaald onderdeel van de community.
Ook is er de mogelijkheid een commissie of een adviesboard op te zetten. De community-leden zouden dan bijvoorbeeld kunnen stemmen over wie ze als afgevaardigde in een dergelijke groep willen hebben. Een andere mogelijkheid is om mensen die in de commissie willen komen zelf te beoordelen, om vervolgens de meeste geschikte ervoor te kiezen. Uit de vergelijking met het Nederlands Elftal (bladzijde 39) blijkt wel dat de community geen democratie dient te worden. Een verkiezing voor afgevaardigden in de commissie kan dus een goede oplossing zijn (Pal, Madanmohan, 2002). Alle leden van de community hebben dan eenmalig indirect de kans om zich te mengen in de besluitvorming, om het vervolgens over te laten aan een selecte groep leden. Het door de leider kiezen van mensen die zich aanbieden is ook een goede mogelijkheid; het blijkt dat bij verschillende andere community s beide manieren worden toegepast, óók bij stichtingen zoals de Blender Foundation ook is (O Mahony, 2003). Er zijn echter wel theorieën te vinden waar tegen het kiezen van afgevaardigden in wordt gegaan. Het vanzelf naar boven komen laten drijven van sleutelfiguren wordt dan als een betere manier gezien. De structuur groeit uit zichzelf (Madanmohan, Navelkar, 2002, Bonaccorsi, Rossi, 2003).
Kijkend naar de theorie van Fiske (1991, 1992) komt men zowel plus- als minpunten tegen voor een mogelijke verschuiving van Communal Sharing (CS) naar Authority Ranking (AR).
Een hoge betrokkenheid bij de community, zoals te vinden is bij de Blender-community s, past beter bij Communal Sharing-structuur. Omdat de wens een reputatie op te bouwen niet één van de belangrijkste motivatiefactoren is, kan dit ook geen drijfveer zijn om achter een Authority Ranking-
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
74 structuur te staan en ook het altruïsme dat sterk aanwezig is, pleit voor een Communal Sharingstructuur.
Aanwezigheid van een goede, charismatische leider is een voorwaarde voor een Authority Rankingstructuur. Dit is een voorwaarde waar de Blender.org-community aan voldoet. De theorie meldt dat Communal Sharing vaak ook samengaat met elementen van Authority Ranking. Ook is een veel voorkomende volgorde van de structuren: CS
AR
EM
MP. Deze twee punten maken
duidelijk dat meer autoriteit binnen de community zeker een mogelijkheid is. Maar echt overstappen op een structuur waar mensen met hogere rangen worden gecontracteerd en er dus een scheiding ontstaat tussen twee groepen ( ingehuurde hoge rangen en vrijwillige lage rangen ) is niet wenselijk binnen deze community. Een pure vorm van één van de structuren komt eigenlijk nooit voor en dus zou een volgende verdeling voor de betreffende community het beste zijn: een structuur waarin Communal Sharing de boventoon voert en Authority Ranking alleen beperkt aanwezig is. De deelnemers van de Blender.org-community geven gemiddeld een positieve houding tegenover een Authority Ranking-structuur aan en dus kunnen er wel enkele Authority Ranking-aspecten worden gebruikt wanneer dat nodig is. Ook de grote aanwezigheid van altruïsme als motivatie past goed bij zowel Communal Sharing als Authority Ranking. Het combineren van strategieën wordt vaker geopperd. Zo zeggen Andriessen, Soekijad en Keasberry (2002) dat je een middenweg moet vinden in ondersteunende managementtaken en taken met een directe invloed op de uitvoering van activiteiten. Participatie moet daarbij geen must worden, de focus moet niet teveel gedefinieerd worden en de tijdsbesteding moet niet verantwoord hoeven worden. De Blender.org-community kan dan ook het beste vooral gefaciliteerd worden, met soms als het nodig is een periode waarin een strakkere strategie wordt gevoerd (Rothfuss, 2002). Belangrijk is hierbij altijd goed te overdenken wat je precies wel en niet gaat aanpassen, of de verandering echt noodzakelijk is en hoe je deze verandering het beste door kunt voeren.
De ervaren programmeurs hebben aangegeven minder betrokken te zijn bij de community dan minder ervaren programmeurs. Het zou beter zijn als de programmeurs met meer ervaring wel erg betrokken zijn bij de community, omdat op die manier het bestaan van Blender meer gegarandeerd kan worden. Aan de andere kant is het wel positief dat de minder ervaren deelnemers zich wel erg betrokken voelen. Ze zullen veel leren en kunnen zich ontwikkelen tot ervaren programmeurs die aan de ontwikkeling van de software kunnen bijdragen. Er is onenigheid over de tijd die besteed wordt aan onkundige leden. De ervaren leden zouden te veel tijd besteden aan het helpen van anderen en daardoor wordt er tijd verspild die beter gebruikt zou kunnen worden om aan softwareontwikkeling te werken (Rothfuss, 2002, Butler, Sproull, Kiesler, Kraut, 2002). Aan de andere kant zijn er veel peripheral members ; leden die niet actief meedoen en waarvan het bestaan dus niet eens opgemerkt wordt. Deze mensen zijn waardevol, omdat deze mensen zelf veel leren, zonder anderen te storen . Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
75 Uit deze groep zijn er altijd een paar die uitgroeien tot een erg waardevol en ervaren lid van de community, zonder dat er veel tijd aan deze leden is besteed om zo ervaren te worden. Ook hebben zij zich al precies dezelfde manier van communiceren aangeleerd (Zhang, Storck, 2001).
Veel leden van de Blender-community s komen uit Noord-Amerika en Europa. Deze mensen scoren ook positief op punten die voordelig zijn voor een eventuele verschuiving naar een structuur met meer Authority Ranking-elementen. Zo zijn de mensen die uit Europa (inclusief Nederland) komen het minst altruïstisch en dit is positief voor een Authority Ranking-structuur. De Nederlanders geven aan het minst snel over te stappen naar een andere community als er iets verandert en zijn dus het meest tevreden over de community. De Noord-Amerikanen hebben al het gevoel geen vrijheid, maar juist verplichtingen te hebben en dus is het met deze mensen waarschijnlijk gemakkelijker om nieuwe verplichtingen af te spreken, dan met de mensen die nu veel meer vrijheid ervaren. Verder staan de Noord-Amerikanen én de Europeanen (behalve de Nederlanders) positief ten opzichte van een Authority Ranking-structuur en opvallend genoeg ook vooral de Australiërs. Dezelfde Australiërs verwisselen ook niet snel van community. Naast de veelvuldig aanwezige leden uit Noord-Amerika en Europa kunnen dus ook de Australische mensen aangesproken worden of ze een taak met betrekking tot het management willen gaan uitvoeren. De huidige project administrators en committers die de enquête hebben ingevuld komen ook al uit Europa en Noord-Amerika en er is ook een project administrator uit Australië (bijlage 40).
Om dit te kunnen doen moet wel bekend zijn uit welk land het lid afkomstig is. Dit kan door middel van een profiel, wat ingevuld zou moeten worden om lid te worden. Belangrijk daarbij is natuurlijk dat je je profiel wel makkelijk kunt updaten. Ook zou je de leden ertoe kunnen aansporen, om zo over een zo volledig mogelijk bestand met profielen te beschikken. Theorie hierover moedigt het hebben van profielen van alle community-leden aan (McLure-Wasko, Faraj, 2000, Notess, Plaskoff, 2004). Zo kan je bijvoorbeeld ook daar je verjaardag aangeven, waarop je dan vervolgens op de site gefeliciteerd wordt wanneer je jarig bent. Het is dan een soort ritueel en er wordt dan een groepsgevoel gecreëerd (Notess, Plaskoff, 2004). De leden zijn dan minder anoniem en dan kunnen er beter persoonlijke relaties worden opgebouwd (Osterloh, Frey, 2000). Deze persoonlijke relaties zijn vaak effectiever dan alleen te coördineren door middel van technologische oplossingen (Rothfuss, 2002). Ook is het goed om nieuwsbrieven uit te geven of online bijeenkomsten te houden op IRC, zodat iedereen op de hoogte is en te zorgen voor een gemeenschappelijke taal en goede communicatiemechanismen. Ook zouden er offline activiteiten moeten zijn (Wenger, 1998, McLure-Wasko, Faraj, 2000, Dafermos, 2001, Rothfuss, 2002, Pal, Madanmohan, 2002, Andriessen, Soekijad, Keasberry, 2002, Demil, Lecocq, 2003, Notess, Plaskoff, 2004, Lee, Chan, 2004).
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
76 De Blender.org-community voldoet hier zeker al aan. Ze heeft voldoende infrastructuur, zowel directe als indirecte communicatiekanalen en ook manieren om individueel of juist collectief contact met elkaar te hebben. Ook in het echte leven ontmoeten de leden elkaar op conferenties die gehouden worden en zijn er bijeenkomsten op IRC. Ook is de aanzet voor een dergelijk profiel al gemaakt. Op Blender.org-site vertellen ontwikkelaars onder de noemer meet the developers wat over zichzelf. Hiermee moedigen ze andere leden ook aan meer over zichzelf te vertellen. In een profiel moeten dan ook gegevens zoals woonlocatie, kennisgebied(en) en ervaring worden opgenomen. Ook kan gedacht worden aan een soort gewenste tijd van deelname die aangegeven kan worden. Zo voorkom je dat leden overspoeld worden met vragen, omdat zij als enigen aangeven kennis te hebben over een heel specifiek gebied, terwijl zij helemaal geen tijd hebben of willen nemen om alle andere leden met hun vragen te helpen. De grote vraag blijft of de leden wel een profiel willen invullen en daarmee minder anoniem worden, ondanks dat uit de theorie blijkt dat dit wel goed zou zijn voor de community en de daarmee gepaarde ontwikkeling van de software.
Veel theorieën over het managen van community s pleiten ook voor het werken in kleine, functioneel georiënteerde groepen, ofwel het opsplitsen van de software in modules (Osterloh, Frey, 2000, Lerner, Tirole, 2000, Dafermos, 2001, Lerner, Tirole, 2001, Iannacci, 2003, Bonaccorsi, Rossi, 2003, Lee, Chan, 2004). De Blender.org-community is ook onderverdeeld in functionele groepen (de verschillende boards), zoals te vinden is in figuur 2. In veel theorieën wordt de voorkeur gegeven aan ontwikkeling van de community in kleine stapjes (Rothfuss, 2002, Madanmohan, Navelkar, 2002, Iannacci, 2003, Scacchi, 2003). Wanneer er dus veranderingen doorgevoerd zullen worden binnen de Blender.org-community moet dit niet op een te rigoureuze manier plaatsvinden. Ook is het beter om meer gericht te zijn op de korte dan op de lange termijn. Je kunt immers niet in je eentje (of met slechts een klein groepje, zoals een mogelijke commissie) beter weten wat de beste strategie zal zijn. Veel mensen weten meer dan één en dus is het beter om de strategie te laten evolueren en niet op voorhand vast te stellen (Rothfuss, 2002, Madanmohan, Navelkar, 2002, Iannacci, 2003, Scacchi, 2003). Alle verschillende leden zijn complementair aan elkaar (Pal, Madanmohan, 2002, Osterloh, Rota, 2003).
Of een community moet werken met beloningssystemen wijst de theorie niet uit. Het is gevaarlijk om met beloningssystemen te proberen het gedrag van je leden managen, dus moet je deze systemen niet toepassen (Wenger, 1998). Een andere wetenschapper zegt weer dat de beloning niet groot hoeft te zijn en aangepast moet worden aan de motivatie van de mensen (Demil, Lecocq, 2003). In het geval van de Blender-community s zullen het dus intrinsieke beloningen moeten zijn volgens deze theorie. Maar bij andere open source projecten, zoals de open source computer game Unreal Tournament, worden ook mensen ingehuurd, dus geldbeloningen zijn zeker niet uit te sluiten voor een community als Blender.org. Eén theorie stelt voor om mensen in te huren die de softwaretoevoegingen beoordelen Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
77 (Lerner, Tirole, 2000). Er zijn al mensen met een dergelijke functie binnen de Blender.org-community, maar deze worden er niet voor betaald. Maar een managementtaak zoals deze kan dus zeker beloond worden met een financiële vergoeding.
Aan de andere kant zijn er veel theorieën die waarschuwen voor de gevolgen van een geldbeloning. Ze waarschuwen voor crowding out .
8.1.1 Crowding out
De leider van een community moet geen extrinsieke beloningen geven, want die beloningen verdraaien al snel morele verplichtingen in eigenbelang en dat is niet goed voor het kennisdelen binnen de community. Kennis moet gezien worden als publiek goed, omdat de kennis dan het beste ontwikkeld voor de best ontwikkelde software (McLure-Wasko, Faraj, 2000). Meestal zijn beloningen ook geen motivatie. Dat is ook het geval bij de Blender-community s, waar de extrinsieke motivatie laag is. De intrinsieke motivatie blijft bestaan als het blijft bij een standaard beloning. Deelnemers moeten dus niet beloond worden naar prestatie. Geld moet niet het belangrijkste zijn waarvoor de community-leden iets doen. Maar beloningen kunnen wel de prestaties verminderen wanneer het om creatieve activiteiten gaat. Dus dat werkt in het nadeel om met geldbeloningen de community beter te managen. Door een beloning gaan mensen namelijk alleen hun taak uitvoeren en kijken daarbij niet om zich heen. Ze hebben dan geen wijde kijk op het geheel en willen het snel afhebben, met zo min mogelijk risico s. De taak die mensen uitvoeren moet het doel zijn en niet het middel waarmee het nieuwe doel
beloning
wordt bereikt (www.gnu.org). Hiërarchische coördinatie is dan niet
noodzakelijk; er moet opgepast worden voor crowding out (Bonaccorsi, Rossi, 2003).
Wat is nu precies crowding out? Er valt een onderscheid te maken tussen tacit knowledge en explicit knowledge. Explicit knowlegde is kennis die makkelijk vastgelegd kan worden. Tacit knowledge daarentegen kan een bron van competitief voordeel zijn, omdat het moeilijk te imiteren is. Maar de tacit knowledge die iemand heeft is ook moeilijk te meten en te belonen met geld. Dit heeft gevolgen voor de motivatie van deze persoon. Wanneer een persoon een geldbeloning voor zijn werk krijgt, extrinsieke motivatie dus, zijn er twee aspecten die spelen: het controlling aspect versterkt het gevoel van de persoon externe controle te voelen en het
informing
aspect beïnvloedt de
waargenomen competency s en versterkt daarmee het gevoel van interne controle. Afhankelijk van het aspect dat prominent is bij de betreffende persoon heeft dit respectievelijk een negatieve ( controlling ) en positieve ( informing ) invloed op de intrinsieke motivatie. Het negatieve effect heet crowding out en het positieve effect crowding in (Fiske, 1992, Osterloh, Frey, 2000, Osterloh, Rota, 2003). De situatie kan echter ook gelijk blijven. Alle interventies vanuit de externe omgeving van een persoon kunnen dus de intrinsieke motivatie van deze persoon beïnvloeden, zowel Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
78 door geldbeloningen als door regels en waar nodig sancties. Dit wordt ook wel de hidden cost of reward genoemd (Frey, Jegen, 2001).
Het is wel zo dat bij een geldbeloning de keuze open gelaten wordt of die beloning voor jou van belang is, terwijl als je taken opgelegd krijgt die je moet uitvoeren, je geen keuze hebt. Aan de taken moet je aandacht schenken; aan het geld niet per se (Osteloh, Frey, 2000).
Ook kan intrinsieke motivatie
crowded out
worden als de ongeschreven regels voor het
samenwerken met betrekking tot een publiek goed worden overtreden en door freeriders , mensen die alleen nemen en niet geven (Fiske, 1992, Osterloh, Rota, Kuster, 2003).
De interacties tussen geldbeloningen en intrinsieke beloningen zijn belangrijk en onverwacht. Extrinsieke motivatie kan intrinsieke motivatie verminderen en kan de energie die in de uit te voeren taken wordt gestoken verminderen. De achterliggende psychologische oorzaak is het feit dat een persoon zelf eerder zijn / haar extrinsieke motivatie herkent. Als deze aanwezig is wordt de intrinsieke motivatie
vergeten . Als een persoon eenmaal extrinsieke motivatie heeft ervaren, wordt de
intrinsieke motivatie nooit meer zo groot als voorheen het geval was. Vanuit economisch oogpunt gezien gaat het om de totale verandering van de motivatie. Als de intrinsieke motivatie dus minder wordt, maar de totale motivatie wel stijgt is het niet erg (Fehr, Falk, 2002).
Om de intrinsieke motivatie van een groep te verbeteren kan de participatie vergroot worden. De mensen voelen zich dan meer betrokken. Dit is ook het geval als er persoonlijkere relaties worden opgebouwd. Mensen voelen zich dan minder anoniem. Tenslotte kun je beter geen onvoorziene beloningen geven. Hierbij is het waargenomen controlling effect groter dan het informing effect en dus is er dan sprake van crowding out (Kelty, 2002).
8.2 Advies
Paragraaf 8.1 kan op de volgende manier worden samengevat tot een advies voor het managen van de community: ten eerste vinden de leden van de Blender.org-community het prima als de structuur meer elementen van duidelijker aanwezige hiërarchie zou bevatten. De structuur moet wél voornamelijk blijven zoals zij is, waarbij kennis wordt gedeeld als gemeenschappelijk bezit, maar deze moet gecombineerd worden met hiërarchische elementen. De leider van de community kan zo dus wat meer taken toebedelen aan anderen. De leden van de community willen echter geen duidelijker uitgedragen visie. De theorie zegt daarbij ook dat je beter niet een strakke visie en strategie voor de lange termijn kan volgen, maar beter kan kijken naar de korte termijn. Dit zou de leider van de Blender.orgcommunity ook moeten doen. Het advies zou zelfs kunnen luiden de huidige manier van managen aan Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
79 te houden en niks te veranderen. Maar de leider van de community wil wél de manier van managen veranderen, dus worden daarvoor de mogelijkheden bekeken.
De rol van mensen die een bepaalde taak op zich nemen zou een naam moeten krijgen, net als het geval is bij de huidige rollen. Die leden voeren hun taken nu ook uit zonder een geldbeloning daarvoor te krijgen en dat zou in principe ook zo ingevuld kunnen worden voor de nieuw te vervullen rollen. Daarbij zal het moeilijk blijven mensen te vinden die een bepaalde rol willen uitvoeren binnen de community. Veelal moet er gewacht worden totdat iemand zich aanbiedt. Zelf mogelijke kandidaten zoeken is moeilijk; je vindt ze niet snel. Als de oprichter van de Blender Foundation dit toch wil proberen zou overwogen kunnen worden alle leden een profiel te laten invullen. Dan kunnen leden geselecteerd worden op ervaring, kennis, houding, motivatie en woonlocatie. Het blijft de vraag of de leden dit willen, of liever anoniem blijven. Goede communicatie bottom-up én top-down is erg belangrijk. Er moet dan ook duidelijk gecommuniceerd worden wat het voordeel is voor de leden en de community als geheel wanneer iedereen een profiel invult.
De leden geven aan geen geldbeloning te willen voor het deelnemen aan de community. Door de in loop van de tijd gevormde normen en waarden wordt er al heel veel werk verzet zonder dat daarvoor geldbeloningen worden gegeven. Het is echter wel mogelijk geldbeloningen te geven vanwege de goede sfeer binnen de community en vanwege de hoge verwachte reciprociteit. Wanneer er gekozen wordt voor een geldbeloning, kies er dan voor een standaardbeloning te geven en bekijk in het profiel van de leden wat hun motivatie is om zo crowding out zo veel mogelijk te voorkomen. Daar moet zeker op gelet worden, vanwege de grote aanwezigheid van intrinsieke motivatie onder de leden van de Blender.org-community.
Een verschuiving naar Authority Ranking is dus mogelijk en ook een geldbeloning is mogelijk, maar niet door iedereen gewenst en voor iedereen bevorderlijk voor zijn / haar motivatie en dus moet dat een stuk voorzichtiger worden aangepakt. Het blijft belangrijk altijd goed te overdenken wat gewenst is te veranderen binnen de community en of het ook echt noodzakelijk is. De gewenste veranderingen kunnen dus een toekomst hebben, maar doe het zeer gematigd!
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
80 9. Conclusie
Uit de resultaten van dit onderzoek blijkt dat de zeven onderzochte motivatiefactoren de leden van open source software community s op de volgende manier motiveren, beginnend bij de hoogste mate van motivatie: Enjoyment verbeteren
Altruïsme
Care for community
Reciprociteit
Reputatie
Software
Geldbeloning. Deze uitkomsten gelden niet alleen voor de onderzochte Blender-
community s, maar zijn ook te generaliseren naar andere open source software community s omdat belangrijke kenmerken van de Blender-communitydeelnemers, zoals geslacht, leeftijd en woonlocatie, overeenkomen met deelnemers van andere community s. Het enige substantiële verschil dat te vinden is is het feit dat de Blender-software in veel mindere mate wordt ondersteund door bedrijven dan het geval is bij veel andere open source software namen. De zeven motivatiefactoren kunnen ingedeeld worden in drie factoren: Enjoyment, Altruïsme en Care for community zijn groepsverrijkende motivaties, Reciprociteit en Software verbeteren zijn kennisverrijkende motivaties en Reputatie en Geldbeloning zijn zelfverrijkende motivaties.
Deze uitkomsten komen voor een groot deel overeen met de bestaande theorie. Dit onderzoek belicht echter drie nieuwe punten, die een nieuwe bijdrage aan de theorie kunnen betekenen. Ten eerste is namelijk het altruïsme van de communityleden een stuk hoger dan verwacht. De theorie meldt dat de altruïstische motivatie in de loop van de tijd minder is geworden, maar dit blijkt zeker nog niet het geval te zijn. Ten tweede blijkt de motivatie deel te nemen voor het plezier dat men eraan beleeft niet een individuele motivatie te zijn, maar te horen bij collectieve motivatie, of zoals in dit onderzoek groepsverrijkende motivatie genoemd. De oorzaak hiervan ligt in het feit dat het deelnemen aan een community alleen leuk is als er ook andere mensen zijn die er zo over denken. Een community is niet leuk om aan deel te nemen in je eentje; het is een groepsactiviteit. Hieruit volgt nog een derde belangrijke bijdrage aan de theorie: een nieuw theoretisch model dat een nieuwe indeling van motivatiefactoren weergeeft.
Gekeken naar de individuele kenmerken van de deelnemers en in het bijzonder de Blender.orgcommunityleden, kan geconcludeerd worden dat de manier waarop de Blender.org-community gemanaged wordt aangepast kan worden door een meer hiërarchische manier van managen. Hierdoor kunnen er beter taken verdeeld worden, zodat de leider van de community een beter overzicht over de gehele community kan houden. Hierbij is het echter af te raden en sterke visie te hebben en deze visie op een dwingende manier te communiceren. Een open source software community gedijt beter onder een korte termijn planning, die afhangt van het aanpassingsvermogen van de gehele community. Deelnemers daarbij contracten in ruil voor een geldbeloning kan, maar vereist een grote zorgvuldigheid omdat er door de hoge mate van intrinsieke motivatie snel sprake is van crowding out. Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
81 Een mogelijk onderzoek dat in de toekomst gehouden kan worden betreft het verzamelen van verdere bewijzen voor de hoge motivatie door altruïsme en het plaatsen van
Enjoyment
in een
groepsgerelateerde in plaats van een individueel gerelateerde factor. Daarnaast zou herhaling van dit onderzoek meer kunnen uitwijzen over de verhouding van altruïsme en reciprociteit. Daaruit kan blijken of motivatie door altruïsme alsnog afneemt, maar dan in een lager tempo dan verwacht, in ruil voor een hogere motivatie door reciprociteit zoals in de huidige theorie gesteld wordt. Ook ligt er een mogelijkheid om in verder onderzoek dieper op het managen van open source software community s in te gaan. De huidige theorie behandelt dit onderwerp vaak nog te algemeen. Door middel van (het kijken naar bestaande) onderzoeken zouden er steeds concretere managementadviezen kunnen worden opgesteld. Tenslotte is verder onderzoek naar de wil van mensen hun anonimiteit op het internet (en in het bijzonder binnen online community s) te behouden, dan wel bloot te geven gewenst.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
82 Bronvermelding
Andriessen J.H., Soekijad M., Keasberry H.J. (2002); Support for knowledge sharing in communities; Delft University of Technology, The Netherlands; Delft University Press: ISBN 90-407-2333-8
Bearden W.O., Netemeyer R.G.; Handbook of marketing scales multi-item measures for marketing and consumer behavior research; ISBN 0-7619-1000-X; second edition, Thousand Oaks, California, [etc.] Sage 2001
Bonaccorsi A., Rossi C. (2003); Altruistic individuals, selffish firms? The structure of motivation in open source software: Sant Anna School of Advanced Studies & Institute for Informatics and Telematics (IIT), Italia
Bruner G.C. (II), Hensel P.J., James K.E.; Marketing scales handbook a compilation of multi-item measures; ISBN 0-87757-226-7 (vol. I), 0-87757-261-5 (vol. II), 0-87757-290-9 (vol. III); Chicago, Ill. American Marketing Association cop. 1992-2001
Butler B., Sproull L., Kiesler S., Kraut R. (2002); Community effort in online groups; who does the work and why?; Universities of Pittsburgh, New York and Carnegie Mellon; http://opensource.mit.edu/papers/butler.pdf
Caluwé de L., Vermaak H. (2003); Leren veranderen: een handboek voor de veranderkunde; Kluwer, ISBN 90-140-6158-7
Cubranic D. (1999); Open source software development; University of British Columbia; http://sern.ucalgary.ca/~maurer/ICSE99WS/Submissions/Cubranic/Cubranic.html
Dafermos G.N. (2001); Management & virtual decentralised networks; the Linux project; Durham Business School; http://opensource.mit.edu/papers/dafermoslinux.pdf
Demil B., Lecocq X. (2003); Neither market nor hierarchy or network : the emerging bazaar governance; Université Lille & Institut d Administration des Entreprises
Doorn van P.W., Frowein J.C. (2001); De Edusite Community, verslag van NetWerkTafel 5; http://www.surf.nl/download/Verslag_NetWerkTafel5_EdusiteCommunity.pdf
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
83 Fehr E., Falk A. (2002); Psychological Foundations of Incentives; Centre for Economic Studies & Ifo Institute for Economic Reasearch, Institute for the Study of Labor IZA; http//ssrn.com/abstract_id=294287
Fehr E., Gächter S. (1998); Reciprocity and economics; the economic implications of Homo Reciprocans; European Economic Review, 42, 845-859
Fiske A.P. (1991); Structures of social life: the four elementary forms of human relations; The Free Press ( boek: QL 09356 van 2e etage)
Fiske A.P. (1992); The four elementary forms of sociality: framework for a unified theory of social relations; Psychological Review, vol. 99, no. 4, 689-723
Fox N.A., Calkins S.D. (2003); The development of self-control of emotion: intrinsic and extrinsic influences; Motivation and emotion, vol. 27, no. 1
Franke N., Shah S. (2001); How communities support innovative activities: an exploration of assistance and sharing among innovative users of sporting equipment; Sloan Working Paper #4164
Frey B.S., Jegen R. (2001); Motivation Crowding Theory; Journal of Economic Surveys, vol.15, no.5; Blackwell Publishers Ltd., USA
Frey B.S., Meier S. (2002); Pro-social behaviour, reciprocity or both?; University of Zurich, Switserland; CESifo working paper no. 750, category 10: empirical and theoretical methods; http://ssrn.com/abstract_id=303901 en www.CESifo.de
Gallucci M. (Free University, Amsterdam, The Netherlands), Perugini M. (University of Essex, UK) (2002); Information Seeking and reciprocity: a transformational analysis; European Journal of Social Psychology; and published online in Wiley interScience; http://www3.interscience.wiley.com/cgi-bin/fulltext/103020344/PDFSTART
Ghauri P., Grønhaug K. (2002); Research methods in business studies, a practical guide; Pearson education Limited, Prentice Hall, ISBN 0273-65110-2
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
84 Ghosh R.A. (2002); Cooking pot markets: an economic model for the trade in free goods and services on the internet; FirstMonday, peer-reviewed journal on the internet; http://www.firstmonday.dk/issues/issue3_3/ghosh/index.html
Hertel G., Niedner S., Herrmann S. (2003); Motivation of software developers in open source projects: an internet-based survey of contributors to the Linux-kernel; Research Policy 32, 1159-1177
Hippel von E., Krogh von G. (2003); Open source software and the private-collective innovation model: issues for organization science; Organizational Science, vol. 14, no. 2.
Iannacci F. (2003); The Linux managing model; Department of Information Systems, London School of Economics; http://opensource.mit.edu/papers/iannacci2.pdf
Kelty C.M. (2002); Free software / free science; FirstMonday, peer-reviewed journal on the internet; http://www.firstmonday.dk/issues/issue3_3/kelty/index.html
Keuning D. (1998); Management; a contemporary approach; Pitman Publishing; ISBN 0-273-625918
Krishnamurthy S. (2002); Cave or community? An empirical examination of 100 mature open source projects; FirstMonday, peer-reviewed journal on the internet; http://www.firstmonday.dk/issues/issue7_6/krishnamurthy/
Krogh von G., Hippel von E. (2003); Editorial: Special issue on open source software development; Research Policy 32, 1149-1157
Kim E.E. (2003); An introduction to open source communities; Blue Oxen Associates; http://www.blueoxen.org/research/00007/BOA-00007.pdf
Kuwabara K. (2000); Linux: a bazaar at the edge of chaos; FirstMonday, peer-reviewed journal on the internet; http://www.firstmonday.org/issues/issue5_3/kuwabara/index.html
Lancashire D. (2002); Code, Culture and Cash; the fading altruism of open source development; FirstMonday, peer-reviewed journal on the internet; http://www.firstmonday.dk/issues/issue6_12/lancashire/
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
85 Lakhani K.R., Hippel von E. (2002); How open source software works: free user-to-user assistance; Research Policy 32, 923 943
Lakhani K.R., Wolf R.G. (2003); Why hackers do what they do: understanding motivation effort in free / open source software projects; MIT Sloan School of Management; working paper 442503; http://ssrn.com/abstract=443040
Lakhani, K.R., Wolf B., Bates J., DiBona C. (2002); The Boston Consulting Group Hacker Survey; http://www.osdn.com/bcg/BCGHACKERSURVEY.pdf
Lee J.F., Chan T.Y. (2004); Theory Development for organizational platform of user collaboration innovation community ; National Cheng Chi University of Technology & Innovation Management, Taiwan; http://opensource.mit.edu/papers/leechan2.pdf
Lerner J., Tirole J. (2000); The simple economics of open source; National Bureau of Economic Research working paper no. 7600; http://www.nber.org/papers/w7600
Lerner J., Tirole J. (2001); The open source movement: key research questions; European Economic Review 45, 819 826
Madanmohan T.R., Navelkar S. (2002); Roles and knowledge management in online technology communities: an ethnography study; Indian Institute of Management; Bangalore; http://opensource.mit.edu/papers/madanmohan2.pdf
March J.G., Olsen J.P. (1978); chapter 4: Organizational learning and the ambiguity of the past; Ambiguity and choice in organizations; ISBN 82-00-01960-8
McLure-Wasko M., Faraj S. (2000); It is what one does: why people participate and help others in electronic communities of practice ; Journal of Strategic Information Systems 9, 155-173
Mustonen M. (2002);Copyleft; the economics of Linux and other open source software; Information Economics and Policy 15, 99 121
Noe R.A., Hollenbeck J.R., Gerhart B., Wright P.M. (2000); Human Resource Management; gaining a competitive advantage; Irwin McGraw
Hill; ISBN 0-07-116972-5
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
86 Notess M., Plaskoff J. (2004); Preliminary Heuristics for the Design and Evaluation of Online Communities of Practice Systems; E-learn Magazine; Indiana University and Eli Lilly and Company; http://www.elearnmag.org/subpage/sub_page.cfm?section=4&list_item=8&page=1
O Mahony S. (2003); Guarding the commons: how community managed software projects protect their work; Research Policy 32, 1179-1198 Osterloh M., Frey B.S. (2000); Motivation, knowledge transfer and organizational forms; Organizational Science, vol. 11, no. 5, 538-550
Osterloh M., Rota S. (2003);Open Source Software: New Rules for the Market Economy?; http://www.colbud.hu/honesty-trust/osterloh/Margit%20Osterloh.doc
Osterloh M., Rota S., Kuster B. (2003); Open source software productions: climbing on the shoulders of giants; University of Zurich
Pal N., Madanmohan T.R. (2002); Competing on open source; strategies and practise; Indian Institute of Management; Bangalore; http://opensource.mit.edu/papers/madanmohan.pdf
Patriotta, G. (2003); Chapter 2, Knowing and Organization; Organizational Knowledge in the Making, how firms create, use and institutionalise knowledge. Oxford University press, ISBN 0-19925678-0
Rothfuss G.J. (2002); A framework for open source projects; University of Zurich; http://opensource.mit.edu/papers/rotfuss.pdf
Scacchi W. (2003); Free / Open source software development practices in the computer game community; to appear in IEEE Software; Institute for Software Research, University of California, Irvine; http://opensource.mit.edu/papers/scacchi4.pdf
Teigland R. (2003); Knowledge Networking; structure and performance in networks of practice; Institute of International Business (IIB), Stockholm School of Economics, Sweden; ISBN 91973849-1-7
Torvalds L., Diamond D. (2001); Why open source makes sense; Educause Review; http://staff.feweb.vu.nl/olivier/oss/files/Torvalds%20Diamond%20%20Why%20open%20source%20makes%20sense.pdf Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
87 Torvalds, First Monday interview with Linus (2002); What motivates free software developers?; FirstMonday, peer-reviewed journal on the internet; http://www.firstmonday.dk/issues/issue3_3/torvalds/index.html
Tosi H.L., Mero N.P., Rizzo J.R. (2000); Managing organizational behaviour; Blackwell Publishers Inc.; ISBN 0-631-20883-6
Tuomi I. (2002); Internet, innovation and Open source; actors in the network; FirstMonday, peerreviewed journal on the internet; http://www.firstmonday.dk/issues/issue6_1/tuomi/index.html
Tzouris M. (2002); Software Freedom, open software and the participant s motivation; a multidisciplinary study; The London School of Economics and Political Science
Velde van der M.E.G., Jansen P.G.W., Telting I.A. (2000); Bedrijfswetenschappelijk onderzoek, van probleemstelling tot presentatie; Uitgeverij H. Nelissen, ISBN 90-244-0969-1
Wenger E. (1998); CoP: Learning as a Social System; published in the "Systems Thinker"; http://staff.feweb.vu.nl/olivier/oss/files/CoPWenger.htm
Zhang W., Storck J. (2001); Peripheral members in online communities; AMCIS; Boston university; http://opensource.mit.edu/papers/zhang.pdf
Zeitlyn D. (2003); Gift economies in the development of open source software: anthropological reflections; Research Policy, 32, 1287-1291
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
88 www.blender.org
www.blender3d.org
www.catb.org/~esr ; site van Eric S. Raymond
www.elysiun.com ; waaronder www.elysiun.com/support/browse.php (de knowledge base)
www.gnu.org ; waaronder www.gnu.org/licenses/license-list.html en http://www.gnu.org/philosophy/motivation.html; GNU (2000); Copyright (C) 1996, 1997, 1998, 1999, 2000 Free Software Foundation, Inc., 59 Temple Place - Suite 330, Boston, MA 02111, USA; Woordelijk kopiëren en verspreiden van dit gehele artikel is toegestaan in elke vorm, mits deze mededeling wordt gehandhaafd.
www.isworld.org/surveyinstruments/tutor.htm
www.opengl.org/developers/about/overview.html
www.opensource.org
www.ossl.nl
http://siggraphnews.digitalmedianet.com
www.vosn.nl
Interviews met Ton Roosendaal op 3 maart 2004 en 26 april 2004 en contact via email.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
89 Bijlagen
Bijlage 1
-
Open Source Definition
De tien voorwaarden die in de definitie gesteld worden zijn: Vrije verspreiding De licentie mag geen enkele partij verhinderen om de software te verkopen of weg te geven als onderdeel van een collectie software met programma's van verschillende bronnen. De licentie mag geen royalty s of andere vergoeding voor een dergelijke verkoop eisen. Broncode Het programma moet de broncode bevatten en moet verspreiding toestaan, zowel als broncode als in gecompileerde vorm. Als het product zonder broncode verspreid wordt moet er een goed gedocumenteerde manier zijn om de broncode, zonder kosten, te downloaden van het Internet. De broncode moet beschikbaar zijn om een programmeur in de gelegenheid te stellen het programma aan te passen. Met opzet zeer verwarrende broncode schrijven is niet toegestaan. Tussenvormen (zoals de output van een preprocessor of translator) zijn niet toegestaan. Afgeleide programma's De licentie moet aanpassingen en van het originele programma afgeleide werken toestaan en deze moeten onder dezelfde voorwaarden verspreid kunnen worden als het originele programma. Integriteit van de originele broncode De licentie mag verspreiding van aangepaste broncode alléén verbieden als de licentie wél de verspreiding van zogenaamde "patch bestanden" bij de originele broncode toestaat, met het doel het programma aan te passen tijdens het "builden" ervan. De licentie moet expliciet toestaan dat software die gebaseerd is op gewijzigde broncode verspreid wordt. De licentie mag eisen dat afgeleide programma's een andere naam of versienummer hebben dan de originele software. Geen discriminatie van personen of groepen De licentie mag niet discrimineren tegen welke persoon of groep personen dan ook. Geen discriminatie tegen toepassingsgebieden De licentie mag niemand verhinderen om het programma te gebruiken in een bepaald toepassingsgebied. Het mag bijvoorbeeld niemand verhinderen om het programma in een bedrijf, of voor genetisch onderzoek te gebruiken.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
90 Verspreiding van de licentie De rechten die bij het programma horen moeten ook van toepassing zijn op iedereen naar wie het programma is verspreid, zonder dat voor deze partijen een extra licentie noodzakelijk is. De licentie mag niet specifiek voor één product gelden De rechten die bij het programma horen mogen niet afhankelijk zijn van het feit dat het programma deel uitmaakt van een bepaalde softwaredistributie. Als het programma uit deze distributie wordt gehaald en gebruikt of verspreid volgens de voorwaarden van de licentie van het programma, dan hebben alle partijen naar wie het programma is herverspreid dezelfde rechten die ook van toepassing waren op de originele distributie. De licentie mag andere software niet beïnvloeden De licentie mag geen beperkingen stellen aan andere software die is verspreid samen met het betreffende programma. De licentie mag bijvoorbeeld niet vereisen dat alle andere software die met het programma wordt meegeleverd ook open source software is. Conformerende licenties en certificatie Alle software die een licentie gebruikt die gecertificeerd is als zijnde conform de Open Source Definition mag het Open Source handelsmerk gebruiken, evenals broncode die expliciet in het zogenaamde public domain wordt geplaatst. Geen enkele andere licentie of software is gecertificeerd om het Open Source handelsmerk te gebruiken (www.vosn.nl, www.opensource.org).
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
91 Bijlage 2 - Overige relationele structuren
Equality Matching (EM):
Equality Matching is een voor gelijkheid staande relatie tussen vrienden / kennissen die aparte individuen zijn en toch ook gelijken. Het is een relatie waarbij de personen elkaar helpen of iets geven. Daarbij wordt er sterk op gelet dat de totale waarde van de hulp en goederen dat de ene heeft gegeven gelijk is aan dat wat de ander heeft gegeven (Fiske, 1991). Bij een verschil in balans wordt goed bijgehouden hoe groot het verschil is en welke richting zij opwijst (Fiske, 1992). Het gaat dus om erg nauwgezette reciprociteit. Het kan ook een negatieve wending hebben: kwaad wordt met kwaad vergolden. Omdat iedereen gelijk is en iedereen evenveel krijgt zijn personen in principe voor elkaar vervangbaar bij dit model (Fiske, 1991). Besluitvormingsprocessen binnen EM-relaties bestaan meestal in de vorm van een stemmingsproces (Fiske, 1992).
Market Pricing (MP):
Market Pricing is een relatie die optreedt door waarden die bepaald worden door een marktsysteem. Individuen hebben interactie met elkaar wanneer zij besluiten dat het rationeel is dit te doen, gekeken naar de waarde van goederen op dat moment. De waarde van alle goederen kan teruggebracht worden onder één noemer / maatstaf: meestal prijs . Alles kan dan met elkaar worden vergeleken; de acties, diensten en producten van mensen. De gedachte van deze personen gaat uit naar potentiële substituten, complementaire goederen en de dynamiek van de markt (Fiske, 1991).
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
92 Bijlage 3
-
Open source software
Begrippen
software waarvan de broncode vrij beschikbaar is gesteld door de makers ervan, waardoor de volgende vrijheden zijn toegestaan: vrijheid van distributie, vrijheid van gebruik, vrijheid te kunnen bestuderen hoe het werkt en vrijheid om de software te wijzigen.
Community
een virtuele ontmoetingsplaats voor mensen met een gemeenschappelijke interesse die ze willen delen.
Deelname
het ontplooien van activiteiten op de site van de community en / of gerelateerde media.
Motivatie
een interne mentale stemming van een individu dat leidt tot specifiek gedrag.
Software verbeteren
Deelnemen aan een community om op die manier aan betere software te komen, die je zelf nodig hebt.
Enjoyment
Het leuk vinden tijd te besteden aan deelname aan een community.
Reciprociteit
Deelnemen aan een community in de verwachting hulp terug te krijgen, wanneer je dat aan een ander geeft; de hulp hoeft niet precies dezelfde waarde te hebben en hoeft ook niet per se door dezelfde persoon die eerder hulp kreeg terug te worden gegeven. De wederkerige hulp is in dit onderzoek geen geld.
Altruïsme
Deelnemen aan een community omdat je met de kennis die je hebt graag mensen helpt.
Care for community
Deelnemen aan een community om een groepsgevoel te hebben, de open source-ideologie te steunen en willen bijdragen aan het geheel.
Reputatie
Deelnemen aan een community om te laten zien wat je kunt, in de hoop op erkenning, waardering en / of promotie.
Geldbeloning
Deelnemen aan een community omdat je er geld mee kan verdienen.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
93 Bijlage 4
-
Enquête
Hi, my name is Martine and I m a student at the VU, a university in Amsterdam in the Netherlands, where I study for my Master in Business Administration. I now have to write my final thesis and I selected online communities as my subject of interest. I want to study why people take part in an online community. Ton Roosendaal was a guest speaker at the VU last year, that's how we met. He agreed to cooperate with my thesis to target it at the Blender Community. According to me this community is very interesting, because not only it's a large group of people who join based on a shared interest, it's also a very productive community who maintains Open Source software and a lot of different websites. From a scientific and economical background, there's little known about such groups. This thesis and questionnaire is aimed at giving a little more insight in the motivations and incentives of people, and how this relates to an organization behind it. I hope this thesis will be useful for the Blender Foundation as well. The results of the questionnaire will be published on my university website, void of any personal information. I guarantee that your contribution will be fully anonymous, because it's essential to get honest answers, and not what you think you're expected to. The Blender Foundation also won't get other or more information than what will be published here. A few important last remarks: - The questionnaire is only meant for people who use or develop Blender, *and* are somehow participating in a Blender community. - When the questionnaire mentions "Community" or "Communities", it refers to the Blender community (communities) you participate in. That can be at blender.org, elysiun.com or any other Blender-related community. - Try to take a position, don't fill in the "middle-score" to easily! Filling in the questionnaire takes about 8 minutes. If you have questions or remarks, please email
[email protected]. 1. First I will ask some questions about you What's your gender? male female 2. What's your age? < 14 years 15
20 years
21
25 years
26
30 years
31
35 years
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
94 36
40 years
41
45 years
46
50 years
51
55 years
> 56 years 3. Where do you live? The Netherlands Another country in Europe Africa North America South America Asia Australia 4. In general; in relationship to Blender I'm involved with: yes, no, no, yes, neutral very never hardly sometimes often a. software development b. creating art, movies and/or games c. making websites d. writing documentation and/or tutorials 5. I'm using and/or developing Blender since: 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 6. I'm participating in a Blender community since: 1998 1999 Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
95 2000 2001 2002 2003 2004 7. I spend, on average, .... hours per week on activities related to Blender: < 4 hours 5
8 hours
9
12 hours
13
16 hours
17
20 hours
21
24 hours
> 25 hours 8. I have .... years of programming experience: none 1 - 2 year(s) 3 - 4 years > 5 years 9. My role in Blender.org is: project administrator committer member of mailinglists using discussionforums none of these 10. Do you participate in Blender related activities at work? Yes, and my supervisor knows, but it is non-core to my job Yes, and my supervisor knows, because it is core to my job Yes, but my supervisor doesn´t know No, I don´t participate at work 11. Now I will ask some questions about your motivation
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
96 Strongly Strongly Disagree Neutral Agree disagree agree a. Helping somebody in a Blender community is the best policy to be certain that (s)he will help you in the future b. I don t behave badly towards others to avoid them behaving badly towards me c. I fear other members reactions when the quality of my work is low d. When I pay someone compliments, I expect him/her to give something in return e. I avoid being impolite because I don t want others to be impolite to me f. The greater the effort I put in a Blender community, the more I expect to get something in return 12. . Strongly Strongly Disagree Neutral Agree disagree agree a. I participate in a Blender community because that makes me happy b. Blender communities are fun c. I get real high from participating in a Blender community d. I only joined a community because I need improvements of the Blender software e. If there were fewer improvements of the software, I would still participate in a Blender community f. The most important reason for me to join a community is to improve the Blender software 13. . Strongly Strongly Disagree Neutral Agree disagree agree a. I m willing to put in a great deal of effort beyond what's normally expected in order to help Blender be successful b. I feel very little loyalty to Blender communities c. I would accept almost any type of job assignment in order to keep the community up and running d. I m proud to tell others that I m part of a Blender community e. I could just as well be a member of a different community as long as the type of activities was similar f. I really care about the future of Blender 14. . Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
97
never
hardly neutral often ever
very often
a. I m willing to give some of my time to help others who have problems with the Blender software b. I m willing to take some of my time out of my busy schedule to help a newbie getting started with Blender 15. . Strongly Strongly Disagree Neutral Agree disagree agree a. Others noticing that I m improving my skills at Blender is very important to me b. I want others to look up to me for my accomplishments c. I m more concerned with my personal success at Blender than most people I know d. Achieving greater success than other members is important to me e. I want my achievements to be recognized by others 16. . Strongly Strongly Disagree Neutral Agree disagree agree a. Being seen as an expert is very important to me b. I enjoy Blender for its own sake, not for what it will get me c. I would be more satisfied if the Blender Foundation paid me for the work I do d. Pure enjoyment is the only thing in it for me e. Being paid for it will decrease my motivation 17. When I m participating in the community: Strongly Strongly Disagree Neutral Agree disagree agree a. It helps me to forget about the day s problems b. It is like getting away from it all c. It makes me feel like I m in another world d. I could get so involved that I would forget everything else e. I feel like having no obligations 18. When I participate in a Blender.org-project: (don't aswer this question if you never participate in a Blender.org-project!) Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
98
Strongly Strongly Disagree Neutral Agree disagree agree a. I want to have a more democratic decision making process b. I want to see a stricter vision c. I don't like it when most of the actions are only taken when a supervisor has given his/her approval d. I want to see more leadership e. I feel completely not in control 19. Finally I will ask some questions about your satisfaction I would participate in a non-Blender-related community: no, no, yes, yes, neutral indefinitely unlikely likely definitely a. If that would be a paid job b. when I can find more freedom there c. when I can get more status d. to work with people who are friendlier 20. . Strongly Strongly Disagree Neutral Agree disagree agree a. I m satisfied with the degree of respect and fair treatment I receive from Ton b. I m satisfied with the amount of support and guidance I receive from Ton c. I m very satisfied with the overall quality of supervision I receive from Ton Thanks for taking the time to fill in this survey. Please press "Submit" now.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
99 Bijlage 5
-
Uiteindelijke vragen per schaal
Software verbeteren: 12d
I only joined a community because I need improvements of the Blender software
12f
The most important reason for me to join a community is to improve the Blender software
Enjoyment: 12a
I participate in a Blender community because that makes me happy
12b
Blender communities are fun
Reciprociteit: 11a
Helping somebody in a Blender community is the best policy to be certain that (s)he will help you in the future
11b
I don t behave badly towards others to avoid them behaving badly towards me
11e
I avoid being impolite because I don t want others to be impolite to me
11f
The greater the effort I put in a Blender community, the more I expect to get something in return
Altruïsme: 14a
I m willing to give some of my time to help others who have problems with the Blender software
14b
I m willing to take some of my time out of my busy schedule to help a newbie getting started with Blender
Care for community: 13a
I m willing to put in a great deal of effort beyond what's normally expected in order to help Blender be successful
13c
I would accept almost any type of job assignment in order to keep the community up and running
13d
I m proud to tell others that I m part of a Blender community
13f
I really care about the future of Blender
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
100 Reputatie: 15a
Others noticing that I m improving my skills at Blender is very important to me
15b
I want others to look up to me for my accomplishments
15d
Achieving greater success than other members is important to me
15e
I want my achievements to be recognized by others
16a
Being seen as an expert is very important to me
Geldbeloning: 16b#
I enjoy Blender for its own sake, not for what it will get me
16e#
Being paid for it will decrease my motivation
Vrijheidsgevoel: 17a
It helps me to forget about the day s problems
17b
It is like getting away from it all
17c
It makes me feel like I m in another world
17d
I could get so involved that I would forget everything else
Authority Ranking-houding: When I participate in a Blender.org-project: 18a
I want to have a more democratic decision making process
18c
I don't like it when most of the actions are only taken when a supervisor has given his/her approval
Tevredenheid community: I would participate in a non-Blender-related community: 19b
when I can find more freedom there
19c
when I can get more status
19d
to work with people who are friendlier
Tevredenheid leiderschap: 20a
I m satisfied with the degree of respect and fair treatment I receive from Ton
20b
I m satisfied with the amount of support and guidance I receive from Ton
20c
I m very satisfied with the overall quality of supervision I receive from Ton
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
101 Bijlage 6
-
Statistische methoden
Dit is een korte uitleg over de manier waarop de enquête (bijlage 4) geanalyseerd is. Daartoe wordt eerst de aard van de vragen besproken. De eerste tien vragen (exclusief vraag 4) in de enquête zijn multiple choise. Er kan dus maar één antwoord worden ingevuld. De overige vragen zijn allemaal in de vorm van een Likert-schaal. Deze schaal loopt meestal van niet mee eens tot mee eens op een 5 of 7 puntsschaal. In dit geval is er gekozen voor een 5 puntsschaal, om het antwoorden voor de respondenten makkelijk te houden.
Er zijn vier verschillende schalen aan te geven die afhankelijk zijn van wat er gemeten moet worden:
Nominaal: deze waarden zijn er alleen om dingen te classificeren. In deze enquête zijn dat: geslacht, woonlocatie en rol in Blender.org . Ordinaal: deze waarden bepalen een volgorde. In deze enquête zijn dat: alle Likert-schalen. De Likert-schalen worden vaak gebruikt voor het meten van attitudes en worden voor statistische analyse vaak gezien als interval-schaal. Interval: deze waarden geven een echt getal aan, waarbij de afstand tussen de getallen steeds gelijk is. In deze enquête zijn dat: de jaartallen. Ratio: deze waarden komen overeen met de interval-schaal, maar nu is er ook een nulpunt aan te wijzen. In deze enquête zijn dat: leeftijd, uren besteed aan Blender-activiteiten per week en programmeerervaring. Maar doordat deze drie vragen als multiple choise vragen zijn opgesteld, kunnen ze niet meer als ratio-schaal worden gezien. Het zijn nu ordinale schalen geworden.
Bij statistische analyse wordt onderscheid gemaakt tussen metrische en niet-metrische variabelen. Nominaal en ordinaal zijn niet-metrisch; interval en ratio zijn wel metrisch. De statistische methoden die gebruikt worden voor het analyseren van de dataset zijn: Cronbach s , factoranalyse, crosstabs met chi-square-analyse en Anova.
Cronbach s : Door verschillende gerelateerde vragen in één schaal samen te voegen geeft de gemiddelde uitkomst ervan een betere afspiegeling van de werkelijkheid. De meting is robuuster en de random error is gereduceerd. Om de samenhang van de verwachte gerelateerde vragen te meten is er de Cronbach s . De betrouwbaarheid van de enquête kan worden onderzocht door deze Cronbach s . De
moet hoger
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
102 zijn dan 0,6, maar niet té hoog: er is dan geen samenhang; je meet dan met de vragen steeds hetzelfde. Cronbach s
test dus of de variabelen goed genoeg zijn om er conclusies aan te kunnen verbinden.
Factoranalyse: Met een factoranalyse wordt gekeken hoe een aantal variabelen onderling samenhangen. De variabelen kunnen dan geconstrueerd worden in nieuwe factoren . Het moeten metrische variabelen zijn en er moet worden voldaan aan de voorwaarde variabelen x 10 = aantal respondenten . Dit is het geval: er worden 7 motivatiefactoren in de factoranalyse onderzocht en daarvoor moeten er dus minimaal 70 respondenten zijn. Bartlett s test of sphericity meet of de variabelen niet gecorreleerd zijn in de populatie en de Kaiser-Meyer-Olkin (KMO) meting bekijkt hoe adequaat de factoranalyse is. Bartlett s test moet significant zijn en de KMO moet tussen de 0,5 en 1,0 liggen (het liefst
0,7). Aan het aantal
eigenvalues hoger dan 1,0 dat uit de analyse komt kan je zien hoeveel factoren de variabelen vormen. Hoe hoger de eigenwaarde van de factor, hoe belangrijker deze factor is. De communalities moeten ook groter dan 0,5 zijn. Dit meet hoe goed je variabelen in de oplossing passen. Kies je vervolgens voor de varimax rotatie, dan wordt er meerdere keren door SPSS gekeken hoe de variabelen op de factoren laden en kun je de variabelen sorteren, zodat je gemakkelijk ziet welke variabelen bij elkaar passen. Na de factoranalyse kan weer een gemiddelde factorscore berekend worden, maar deze factorscores zijn meestal instabiel en onbetrouwbaar. Wel kan weer Cronbach s bepaald worden.
Crosstabs met chi-square-analyse: Wanneer je bij het opvragen van een crosstab (kruistabel) ook aangeeft de chi-square-analyse te willen verkrijgen, kan hieruit afgelezen worden of er een relatie (ofwel samenhang) is tussen twee nominale variabelen.
Anova: Anova betekent
analyse van de variantie . De analyse vergelijkt tegelijkertijd een aantal
groepsgemiddelden, om te kijken of er verschil tussen zit. De voorwaarde is dat de afhankelijke variabelen metrisch zijn en de onafhankelijke variabelen niet-metrisch zijn. Deze analyse is dus geschikt om te kijken of de motivatiefactoren worden beïnvloed door bepaalde
kenmerken van
individuen .
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
103 Bijlage 7
-
Geslacht
What s your gender? Frequency Valid
male female Total
Percent
Valid Percent
Cumulative Percent
738
98,9
98,9
98,9
8
1,1
1,1
100,0
746
100,0
100,0
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
104 Bijlage 8
-
Leeftijd
What s your age? Frequency Valid
< 14 years
Valid Percent
Percent
Cumulative Percent
12
1,6
1,6
1,6
15
20 years
171
22,9
22,9
24,5
21
25 years
199
26,7
26,7
51,2
26
30 years
154
20,6
20,6
71,8
31
35 years
111
14,9
14,9
86,7
36
40 years
55
7,4
7,4
94,1
41
45 years
17
2,3
2,3
96,4
46
50 years
15
2,0
2,0
98,4
51
55 years
10
1,3
1,3
99,7 100,0
> 56 years Total
2
,3
,3
746
100,0
100,0
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
105 Bijlage 9
-
Woonlocatie
Where do you live? Frequency Valid
The Netherlands
Valid Percent
Percent
Cumulative Percent
47
6,3
6,3
6,3
326
43,7
43,7
50,0
7
,9
,9
50,9
North America
259
34,7
34,7
85,7
South America
40
5,4
5,4
91,0
Asia
29
3,9
3,9
94,9 100,0
Another country in Europe Africa
Australia Total
38
5,1
5,1
746
100,0
100,0
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
106 Bijlage 10
-
Hoe vaak worden Blender-activiteiten door de respondenten ontplooid?
software development Frequency Valid
Cumulative Percent
no, never
363
48,7
48,8
48,8
no, hardly
127
17,0
17,1
65,9
95
12,7
12,8
78,6
yes, sometimes
120
16,1
16,1
94,8
yes, very often
39
5,2
5,2
100,0
744
99,7
100,0
neutral
Total Missing
Valid Percent
Percent
0
Total
2
,3
746
100,0
creating art, movies and/or games Frequency Valid
Valid Percent
Percent
Cumulative Percent
no, never
9
1,2
1,2
1,2
no, hardly
16
2,1
2,1
3,4
neutral
42
5,6
5,6
9,0
yes, sometimes
297
39,8
39,8
48,8
yes, very often
382
51,2
51,2
100,0
Total
746
100,0
100,0
making websites Frequency Valid
Cumulative Percent
no, never
218
29,2
29,3
29,3
no, hardly
128
17,2
17,2
46,4
neutral
123
16,5
16,5
63,0
yes, sometimes
213
28,6
28,6
91,5
yes, very often
63
8,4
8,5
100,0
745
99,9
100,0
1
,1
746
100,0
Total Missing
Valid Percent
Percent
0
Total writing documentation and/or tutorials
Frequency Valid
241
32,3
32,3
32,3
no, hardly
188
25,2
25,2
57,6
neutral
114
15,3
15,3
72,9
yes, sometimes
180
24,1
24,2
97,0 100,0
Total Total
Cumulative Percent
no, never
yes, very often Missing
Valid Percent
Percent
0
22
2,9
3,0
745
99,9
100,0
1
,1
746
100,0
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
107 Bijlage 11
-
Aantal nieuwe gebruikers per jaar
I m using and/or developing Blender since: Frequency Valid
Percent
Valid Percent
Cumulative Percent
1998
91
12,2
12,2
12,2
1999
108
14,5
14,5
26,7
2000
136
18,2
18,2
44,9
2001
115
15,4
15,4
60,3
2002
118
15,8
15,8
76,1
2003
127
17,0
17,0
93,2
2004
51
6,8
6,8
100,0
Total
746
100,0
100,0
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
108 Bijlage 12
-
Aantal nieuwe communityleden per jaar
I m participating in a Blender community since: Frequency Valid
Percent
Valid Percent
Cumulative Percent
1998
36
4,8
4,8
4,8
1999
61
8,2
8,2
13,0
2000
95
12,7
12,7
25,7
2001
94
12,6
12,6
38,3
2002
153
20,5
20,5
58,8
2003
190
25,5
25,5
84,3
2004
117
15,7
15,7
100,0
Total
746
100,0
100,0
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
109 Bijlage 13
-
Uren per week besteed aan Blender-activiteiten
I spend, on average, .... hours per week on activities related to Blender: Valid Frequency Percent Percent Valid < 4 hours 199 26,7 26,7
Cumulative Percent 26,7
5
8 hours
241
32,3
32,3
59,0
9
12 hours
108
14,5
14,5
73,5
13
16 hours
58
7,8
7,8
81,2
17
20 hours
55
7,4
7,4
88,6
21
24 hours
22
2,9
2,9
91,6
63
8,4
8,4
100,0
746
100,0
100,0
> 25 hours Total
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
110 Bijlage 14
-
Programmeerervaring
I have .... years of programming experience: Frequency Valid
Percent
Valid Percent
Cumulative Percent
none
214
28,7
28,7
28,7
1 - 2 year(s)
184
24,7
24,7
53,4
3 - 4 years
110
14,7
14,7
68,1
> 5 years
238
31,9
31,9
100,0
Total
746
100,0
100,0
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
111 Bijlage 15
-
Rollen binnen de Blender.org-community
My role in Blender.org is: Frequency Valid
project administrator
Valid Percent
Percent
Cumulative Percent
7
,9
,9
,9
20
2,7
2,7
3,6
member of mailinglists
114
15,3
15,3
18,9
using discussionforums
373
50,0
50,0
68,9
none of these
232
31,1
31,1
100,0
Total
746
100,0
100,0
committer
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
112 Bijlage 16
-
Participatie op het werk?
Do you participate in Blender related activities at work? Frequency Valid
Yes, and my supervisor knows, but it is non-core to my job Yes, and my supervisor knows, because it is core to my job Yes, but my supervisor doesn´t know No, I don´t participate at work Total
Percent
Valid Percent
Cumulative Percent
127
17,0
17,0
17,0
96
12,9
12,9
29,9
80
10,7
10,7
40,6
443
59,4
59,4
100,0
746
100,0
100,0
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
113 Bijlage 17
-
Cronbach s
voor de houdingen ten opzichte van de community
17.1 Vrijheidsgevoel Reliability Statistics Cronbach's Alpha ,857
N of Items 5
Item Statistics Mean
Std. Deviation
N
It helps me to forget about the day s problems
3,10
1,097
746
It is like getting away from it all
3,07
1,106
746
It makes me feel like I m in another world
2,95
1,158
746
I could get so involved that I would forget everything else
2,75
1,159
746
I feel like having no obligations
2,77
1,094
746
Item-Total Statistics Scale Variance if Item Deleted
Scale Mean if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
It helps me to forget about the day s problems
11,54
13,014
,739
,810
It is like getting away from it all
11,57
12,787
,766
,803
It makes me feel like I m in another world
11,70
12,673
,734
,811
I could get so involved that I would forget everything else
11,89
13,207
,655
,832
I feel like having no obligations
11,88
14,822
,481
,874
Maar I feel like having no obligations moet verwijderd worden en dan wordt het: Reliability Statistics Cronbach's Alpha N of Items ,874
4
Item Statistics Std. Deviation
Mean It helps me to forget about the day s problems It is like getting away from it all It makes me feel like I m in another world I could get so involved that I would forget everything else
N
3,10
1,097
746
3,07
1,106
746
2,95
1,158
746
2,75
1,159
746
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
114 Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted It helps me to forget about the day s problems It is like getting away from it all It makes me feel like I m in another world I could get so involved that I would forget everything else
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
8,77
8,641
,772
,822
8,81
8,482
,794
,813
8,93
8,478
,741
,833
9,12
9,154
,617
,883
17.2 Authority Ranking-houding Reliability Statistics Cronbach's N of Items Alpha ,692
2
Item Statistics Std. Deviation
Mean I want to have a more democratic decision making process I don t like it when most of the actions are only taken when a supervisor has given his/her approval
N
2,91
,877
243
2,93
,953
243
Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted I want to have a more democratic decision making process I don t like it when most of the actions are only taken when a supervisor has given his/her approval
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
2,93
,908
,531
,336
2,91
,769
,531
,346
17.3 Tevredenheid community Reliability Statistics Cronbach's N of Items Alpha ,776
3
Item Statistics Std. Deviation
Mean when I can find more freedom there when I can get more status to work with people who are friendlier
N
2,93
,970
746
2,55
,904
746
2,97
1,093
746
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
115 Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted when I can find more freedom there when I can get more status to work with people who are friendlier
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
5,52
2,902
,689
,613
5,90
3,306
,608
,707
5,48
2,867
,556
,774
17.4 Tevredenheid leiderschap Reliability Statistics Cronbach's N of Items Alpha ,928
3
Item Statistics Std. Deviation
Mean I m satisfied with the degree of respect and fair treatment I receive from Ton I m satisfied with the amount of support and guidance I receive from Ton I m very satisfied with the overall quality of supervision I receive from Ton
N
4,04
,841
723
3,96
,828
723
3,92
,857
723
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
7,89
2,600
,838
,907
7,96
2,554
,885
,870
8,00
2,557
,836
,910
Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted I m satisfied with the degree of respect and fair treatment I receive from Ton I m satisfied with the amount of support and guidance I receive from Ton I m very satisfied with the overall quality of supervision I receive from Ton
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
116 Bijlage 18
-
Gemiddelden van de houdingen ten opzichte van de community
Descriptive Statistics N
Minimum
Maximum
Std. Deviation
Mean
No obligations
746
1,00
5,00
2,9692
,96250
ARhouding
243
1,00
5,00
2,9198
,80079
verandering
746
1,00
5,00
2,8172
,82474
tevredenheid
723
1,00
5,00
3,9746
,78760
noobligations
ARhouding
140
100
120 80
Frequency
Frequency
100
80
60
60
40
40 20
20 Mean = 2,9692 Std. Dev. = 0,9625 N = 746
0 0,00
1,00
2,00
3,00
4,00
5,00
Mean = 2,9198 Std. Dev. = 0,80079 N = 243
0
6,00
0,00
1,00
2,00
3,00
noobligations
4,00
5,00
6,00
ARhouding
verandering
tevredenheid
250
200
200
Frequency
Frequency
150
150
100
100
50
50
Mean = 2,8172 Std. Dev. = 0,82474 N = 746
0 0,00
1,00
2,00
3,00
4,00
verandering
5,00
6,00
Mean = 3,9746 Std. Dev. = 0,7876 N = 723
0 0,00
1,00
2,00
3,00
4,00
5,00
6,00
tevredenheid
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
117 Bijlage 19
-
Anova [sinds
. lid van de community] [tevredenheid leiderschap]
Descriptives
N
Std. Deviation
Mean
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
Std. Error
Minimum
Maximum
1998
36
4,0926
,89305
,14884
3,7904
4,3948
1,00
5,00
1999
61
4,0929
,77012
,09860
3,8957
4,2901
2,00
5,00
2000
93
3,9355
,70069
,07266
3,7912
4,0798
3,00
5,00
2001
92
4,0978
,77434
,08073
3,9375
4,2582
3,00
5,00
2002
146
4,0685
,79261
,06560
3,9388
4,1981
2,33
5,00
2003
184
3,9891
,80895
,05964
3,8715
4,1068
1,00
5,00
2004
111
3,6547
,72743
,06904
3,5178
3,7915
3,00
5,00
Total
723
3,9746
,78760
,02929
3,9171
4,0321
1,00
5,00
ANOVA Sum of Squares Between Groups
Mean Square
df
15,583
6
2,597
Within Groups
432,286
716
,604
Total
447,868
722
F 4,302
Sig. ,000
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
118 Bijlage 20
-
Anova [woonlocatie] [Authority Ranking-houding]
Descriptives ARhouding N
The Netherlands Another country in Europe Africa
Mean
Std. Deviation
Std. Error
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
Minimum
Maximum
11
3,3182
,78335
,23619
2,7919
3,8444
2,00
5,00
107
2,8084
,79990
,07733
2,6551
2,9617
1,00
5,00
3
3,3333
,57735
,33333
1,8991
4,7676
3,00
4,00
North America
88
2,9545
,81168
,08653
2,7826
3,1265
1,00
5,00
South America
13
3,2308
,43853
,12163
2,9658
3,4958
2,50
4,00
Asia
11
3,3636
,86865
,26191
2,7801
3,9472
2,00
5,00
Australia
10
2,3500
,57975
,18333
1,9353
2,7647
1,50
3,00
243
2,9198
,80079
,05137
2,8186
3,0209
1,00
5,00
Total ANOVA ARhouding
Sum of Squares Between Groups
Mean Square
df
10,363
6
1,727
Within Groups
144,822
236
,614
Total
155,185
242
F 2,815
Sig. ,012
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
119 Bijlage 21
-
Anova [woonlocatie] [altruïsme, care for community, vrijheidsgevoel, tevredenheid community]
Descriptives
N
altruïsme
The Netherlands Another country in Europe Africa
Mini mum
Maxi mum
47
3,7128
,64895
,09466
3,5222
3,9033
2,50
5,00
326
3,6227
,72979
,04042
3,5432
3,7022
1,00
5,00
7
3,7857
,80917
,30584
3,0374
4,5341
2,00
4,50
3,9363
,71175
,04423
3,8492
4,0234
2,00
5,00
South America
40
3,8375
,78762
,12453
3,5856
4,0894
2,50
5,00
Asia
29
3,6724
,68499
,12720
3,4119
3,9330
2,00
5,00
The Netherlands Another country in Europe Africa
38
3,8684
,70408
,11422
3,6370
4,0998
2,00
5,00
746
3,7647
,73087
,02676
3,7122
3,8173
1,00
5,00
47
3,5585
,50328
,07341
3,4107
3,7063
2,75
4,50
326
3,5974
,58004
,03213
3,5342
3,6606
1,75
5,00
7
3,8571
,59261
,22399
3,3091
4,4052
2,75
4,75
North America
259
3,8861
,56080
,03485
3,8175
3,9547
1,75
5,00
South America
40
3,8375
,67118
,10612
3,6228
4,0522
2,00
5,00
Asia
29
3,7672
,66792
,12403
3,5132
4,0213
2,50
5,00
Australia Total The Netherlands Another country in Europe Africa
38
3,8224
,62846
,10195
3,6158
4,0289
2,50
5,00
746
3,7286
,59447
,02177
3,6858
3,7713
1,75
5,00
47
2,6968
,94400
,13770
2,4196
2,9740
1,00
4,25
326
2,8229
,94251
,05220
2,7202
2,9255
1,00
5,00
7
3,5714
,73193
,27664
2,8945
4,2483
2,50
4,50
North America
259
3,1429
,96391
,05989
3,0249
3,2608
1,00
5,00
South America
40
3,0500
,92888
,14687
2,7529
3,3471
1,00
4,50
Asia
29
3,0431
,86878
,16133
2,7126
3,3736
1,25
5,00
Australia Total verandering
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
259
Total
No obligations
Std. Error
North America
Australia care
Mean
Std. Deviation
The Netherlands Another country in Europe Africa
38
3,1250
1,04744
,16992
2,7807
3,4693
1,00
5,00
746
2,9692
,96250
,03524
2,9000
3,0383
1,00
5,00
47
2,4752
,84197
,12281
2,2280
2,7224
1,00
5,00
326
2,8231
,81633
,04521
2,7342
2,9121
1,00
4,67
7
2,6667
1,05409
,39841
1,6918
3,6415
1,00
4,00
North America
259
2,8031
,81508
,05065
2,7034
2,9028
1,00
5,00
South America
40
3,0750
,76418
,12083
2,8306
3,3194
1,00
4,33
Asia
29
3,2529
,74352
,13807
2,9701
3,5357
2,00
4,67
38
2,7105
,85309
,13839
2,4301
2,9909
1,00
4,67
746
2,8172
,82474
,03020
2,7580
2,8765
1,00
5,00
Australia Total
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
120 ANOVA Sum of Squares altruïsme
care
No obligations
verandering
Between Groups
Mean Square
df
15,197
6
2,533
Within Groups
382,766
739
,518
Total
397,963
745
Between Groups
14,364
6
2,394
Within Groups
248,918
739
,337
Total
263,282
745
Between Groups
22,161
6
3,693
Within Groups
668,005
739
,904
Total
690,166
745
14,315
6
2,386
Within Groups
492,436
739
,666
Total
506,751
745
Between Groups
F
Sig.
4,890
,000
7,108
,000
4,086
,000
3,580
,002
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
121 Bijlage 22
-
Gemiddelden van vraag 18a t/m 18e
Descriptive Statistics N I want to have a more democratic decision making process I want to see a stricter vision I don t like it when most of the actions are only taken when a supervisor has given his/her approval I want to see more leadership I feel completely not in control
Minimum
Maximum
Mean
Std. Deviation
248
1
5
2,90
,878
246
1
5
2,73
,886
244
1
5
2,93
,951
243
1
5
2,90
,876
243
1
5
2,67
,953
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
122 Bijlage 23
-
Gemiddelden van vraag 19a t/m 19d
Descriptive Statistics N If that would be a paid job when I can find more freedom there when I can get more status to work with people who are friendlier
Minimum
Maximum
Mean
Std. Deviation
746
1
5
3,17
1,060
746
1
5
2,93
,970
746
1
5
2,55
,904
746
1
5
2,97
1,093
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
123 Bijlage 24
-
Anova [activiteit software programmeren] [Authority Ranking-houding]
Descriptives ARhouding N
Mean
Std. Deviation
Std. Error
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
Minimum
Maximum
no, never
80
2,8250
,68019
,07605
2,6736
2,9764
1,00
4,50
no, hardly
40
3,0250
,80821
,12779
2,7665
3,2835
1,50
5,00
neutral
40
2,7875
,67830
,10725
2,5706
3,0044
1,00
4,00
yes, sometimes
60
3,0500
,95978
,12391
2,8021
3,2979
1,00
5,00
23
2,9565
,90344
,18838
2,5658
3,3472
1,50
5,00
243
2,9198
,80079
,05137
2,8186
3,0209
1,00
5,00
yes, very often Total ANOVA ARhouding
Sum of Squares Between Groups
Mean Square
df
2,910
4
,727
Within Groups
152,275
238
,640
Total
155,185
242
F 1,137
Sig. ,340
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
124 Bijlage 25
-
Anova [alle Blender-activiteiten] [alle motivatiefactoren]
25.1 Software programmeren
N
Software verbeteren
no, never
2,6589
2,8369
1,00
5,00
127
2,9094
,90066
,07992
2,7513
3,0676
1,00
5,00
95
2,9211
,86392
,08864
2,7451
3,0970
1,00
5,00
yes, sometimes
120
3,0542
,83464
,07619
2,9033
3,2050
1,00
5,00
yes, very often
39
3,2051
,81691
,13081
2,9403
3,4699
1,50
5,00
Total
744
2,8710
,87134
,03194
2,8083
2,9337
1,00
5,00
no, never
363
4,0978
,64858
,03404
4,0309
4,1647
2,00
5,00
no, hardly
127
4,1181
,66505
,05901
4,0013
4,2349
1,00
5,00
yes, very often
4,0474
,72594
,07448
3,8995
4,1952
1,50
5,00
4,1292
,71154
,06495
4,0006
4,2578
2,00
5,00
39
4,1282
,68555
,10978
3,9060
4,3504
2,00
5,00
744
4,1015
,67256
,02466
4,0531
4,1499
1,00
5,00
no, never
363
3,5296
,79012
,04147
3,4481
3,6112
1,00
5,00
no, hardly
127
3,4705
,76221
,06764
3,3366
3,6043
1,00
5,00
yes, sometimes yes, very often
95
3,4763
,82600
,08475
3,3081
3,6446
1,00
5,00
120
3,5813
,77863
,07108
3,4405
3,7220
1,00
5,00
39
3,6154
,69502
,11129
3,3901
3,8407
2,00
4,75
Total
744
3,5255
,78267
,02869
3,4692
3,5819
1,00
5,00
no, never
363
3,7204
,69899
,03669
3,6482
3,7925
1,00
5,00
no, hardly
127
3,8386
,73431
,06516
3,7096
3,9675
2,00
5,00
95
3,7316
,81805
,08393
3,5649
3,8982
2,00
5,00
yes, sometimes
120
3,8625
,73611
,06720
3,7294
3,9956
1,50
5,00
yes, very often
39
3,7051
,77560
,12420
3,4537
3,9565
2,00
5,00
Total
744
3,7641
,73176
,02683
3,7114
3,8168
1,00
5,00
no, never
363
3,6715
,57548
,03021
3,6121
3,7309
1,75
5,00
no, hardly
127
3,7972
,61053
,05418
3,6900
3,9045
2,00
5,00
95
3,7474
,61291
,06288
3,6225
3,8722
1,75
5,00
120
3,7875
,60256
,05501
3,6786
3,8964
1,75
5,00
neutral
neutral yes, sometimes yes, very often
39
3,8013
,62085
,09942
3,6000
4,0025
2,50
4,75
Total
744
3,7282
,59434
,02179
3,6854
3,7709
1,75
5,00
no, never
363
2,9399
,75614
,03969
2,8619
3,0180
1,00
5,00
no, hardly
127
2,9449
,74607
,06620
2,8139
3,0759
1,00
5,00
neutral yes, sometimes yes, very often geldbeloning
95 120
Total
neutral
reputatie
Maximu m
,04526
yes, sometimes
care
Mini mum
,86233
neutral
altruïsme
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
2,7479
neutral
reciprociteit
Std. Error
363
no, hardly
enjoyment
Mean
Std. Deviatio n
95
2,9726
,77822
,07984
2,8141
3,1312
1,00
4,60
120
2,9633
,75146
,06860
2,8275
3,0992
1,00
5,00
39
3,1333
,63467
,10163
2,9276
3,3391
1,80
5,00
Total
744
2,9589
,74997
,02750
2,9049
3,0128
1,00
5,00
no, never
363
2,8140
,70554
,03703
2,7412
2,8869
1,00
4,50
no, hardly
127
2,9724
,61820
,05486
2,8639
3,0810
1,50
5,00
95
2,8632
,64595
,06627
2,7316
2,9947
1,00
4,50
120
2,8958
,71566
,06533
2,7665
3,0252
1,00
5,00
neutral yes, sometimes
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
125 yes, very often Total
39
2,8205
,62289
,09974
2,6186
3,0224
1,50
4,50
744
2,8609
,68226
,02501
2,8118
2,9100
1,00
5,00
ANOVA Sum of Squares Software verbeteren
enjoyment
reciprociteit
altruïsme
care
reputatie
geldbeloning
Between Groups
Mean Square
df
14,304
4
3,576
Within Groups
549,809
739
,744
Total
564,113
743
Between Groups
,438
4
,110
Within Groups
335,650
739
,454
Total
336,088
743
Between Groups
1,309
4
,327
Within Groups
453,831
739
,614
Total
455,140
743
2,796
4
,699
Within Groups
395,056
739
,535
Total
397,852
743
Between Groups
Between Groups
2,438
4
,610
Within Groups
260,019
739
,352
Total
262,458
743
Between Groups
1,362
4
,341
Within Groups
416,539
739
,564
Total
417,901
743
2,587
4
,647
Within Groups
343,264
739
,464
Total
345,852
743
Between Groups
F
Sig. 4,806
,001
,241
,915
,533
,712
1,308
,266
1,732
,141
,604
,660
1,393
,235
25.2 Plaatjes, filmpjes en games maken
N
Software verbeteren
enjoyment
no, never
Std. Error
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
Mini mum
Maxi mum
9
3,1111
,69722
,23241
2,5752
3,6470
2,00
4,50
no, hardly
16
3,0938
,61152
,15288
2,7679
3,4196
2,00
4,00
neutral
42
3,0357
,82929
,12796
2,7773
3,2941
1,00
5,00
yes, sometimes
297
2,8552
,81741
,04743
2,7619
2,9486
1,00
5,00
yes, very often
382
2,8560
,92866
,04751
2,7626
2,9494
1,00
5,00
Total
746
2,8740
,87213
,03193
2,8113
2,9367
1,00
5,00
no, never
9
3,8889
,41667
,13889
3,5686
4,2092
3,00
4,50
no, hardly
16
3,7500
,51640
,12910
3,4748
4,0252
2,50
4,50
neutral
reciprociteit
Mean
Std. Deviatio n
42
3,9286
,75362
,11629
3,6937
4,1634
2,00
5,00
yes, sometimes
297
4,0236
,59654
,03461
3,9554
4,0917
2,50
5,00
yes, very often
382
4,1976
,71418
,03654
4,1258
4,2695
1,00
5,00
Total
746
4,0999
,67288
,02464
4,0515
4,1482
1,00
5,00
no, never
9
3,3889
,50173
,16724
3,0032
3,7746
2,50
4,00
no, hardly
16
3,4219
,61046
,15261
3,0966
3,7472
2,00
4,50
neutral
42
3,6429
,64426
,09941
3,4421
3,8436
1,75
4,75
297
3,4806
,81752
,04744
3,3873
3,5740
1,00
5,00
yes, sometimes
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
126
altruïsme
care
reputatie
yes, very often
382
3,5576
,77926
,03987
3,4792
3,6360
1,00
5,00
Total
746
3,5268
,78211
,02864
3,4706
3,5830
1,00
5,00
no, never
9
3,7778
,61802
,20601
3,3027
4,2528
3,00
5,00
no, hardly
16
3,2813
,81586
,20396
2,8465
3,7160
1,50
4,50
neutral
42
3,5357
,77611
,11976
3,2939
3,7776
2,00
5,00
yes, sometimes
297
3,6094
,66954
,03885
3,5330
3,6859
2,00
5,00
yes, very often
382
3,9306
,73157
,03743
3,8570
4,0042
1,00
5,00
Total
746
3,7647
,73087
,02676
3,7122
3,8173
1,00
5,00
no, never
9
3,5278
,36324
,12108
3,2486
3,8070
3,00
4,25
no, hardly
16
3,5000
,63246
,15811
3,1630
3,8370
2,00
4,75
neutral
42
3,6726
,58039
,08956
3,4918
3,8535
2,75
5,00
yes, sometimes
297
3,5758
,58751
,03409
3,5087
3,6428
1,75
5,00
yes, very often
382
3,8678
,57181
,02926
3,8103
3,9253
1,75
5,00
Total
746
3,7286
,59447
,02177
3,6858
3,7713
1,75
5,00
no, never
9
2,8889
,69362
,23121
2,3557
3,4221
1,40
3,60
no, hardly
16
2,7875
,74285
,18571
2,3917
3,1833
1,40
4,20
neutral
geldbeloning
42
2,9762
,66141
,10206
2,7701
3,1823
1,00
4,40
yes, sometimes
297
2,8377
,70380
,04084
2,7573
2,9181
1,00
4,80
yes, very often
382
3,0618
,78152
,03999
2,9832
3,1404
1,00
5,00
Total
746
2,9598
,74933
,02743
2,9059
3,0136
1,00
5,00
no, never
9
2,7778
,44096
,14699
2,4388
3,1167
2,00
3,50
no, hardly
16
3,0000
,75277
,18819
2,5989
3,4011
1,50
4,00
neutral
42
2,9286
,72894
,11248
2,7014
3,1557
1,00
4,50
yes, sometimes
297
2,8855
,64752
,03757
2,8116
2,9595
1,00
4,50
yes, very often
382
2,8272
,70729
,03619
2,7561
2,8984
1,00
5,00
Total
746
2,8592
,68318
,02501
2,8101
2,9084
1,00
5,00
ANOVA Sum of Squares Software verbeteren
enjoyment
reciprociteit
altruïsme
care
reputatie
geldbeloning
Between Groups
Mean Square
df
2,605
4
,651
Within Groups
564,050
741
,761
Total
566,655
745
8,972
4
2,243
Within Groups
328,337
741
,443
Total
337,310
745
Between Groups
Between Groups
1,908
4
,477
Within Groups
453,806
741
,612
Total
455,714
745
23,621
4
5,905
Within Groups
374,342
741
,505
Total
397,963
745
15,671
4
3,918
Within Groups
247,611
741
,334
Total
263,282
745
Between Groups
Between Groups
Between Groups
8,931
4
2,233
Within Groups
409,382
741
,552
Total
418,314
745
1,175
4
,294
346,546
741
,468
Between Groups Within Groups
F
Sig. ,856
,490
5,062
,000
,779
,539
11,689
,000
11,724
,000
4,042
,003
,628
,642
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
127 Total
347,721
745
25.3 Websites maken
N Software verbeteren
reciprociteit
altruïsme
Geldbeloning
Maxi mum
2,8853
,86037
,05827
2,7705
3,0002
1,00
5,00
no, hardly
128
2,6328
,82406
,07284
2,4887
2,7769
1,00
5,00
neutral
123
2,9146
,84618
,07630
2,7636
3,0657
1,00
5,00
yes, sometimes
213
2,9319
,87217
,05976
2,8141
3,0497
1,00
5,00
63
3,0317
,98322
,12387
2,7841
3,2794
1,00
5,00
Total
745
2,8725
,87174
,03194
2,8098
2,9352
1,00
5,00
no, never
218
4,0046
,66511
,04505
3,9158
4,0934
2,00
5,00
no, hardly
128
4,0781
,66237
,05855
3,9623
4,1940
2,00
5,00
neutral
123
4,1423
,61910
,05582
4,0318
4,2528
2,50
5,00
yes, sometimes
213
4,1362
,70728
,04846
4,0406
4,2317
1,00
5,00
yes, very often
63
4,2698
,67696
,08529
4,0994
4,4403
2,00
5,00
Total
745
4,1000
,67332
,02467
4,0516
4,1484
1,00
5,00
no, never
218
3,4874
,87963
,05958
3,3700
3,6048
1,00
5,00
no, hardly
128
3,4512
,77234
,06827
3,3161
3,5863
1,00
5,00
neutral
123
3,5142
,73712
,06646
3,3827
3,6458
1,00
4,75
yes, sometimes
213
3,5657
,66925
,04586
3,4753
3,6561
1,00
5,00
yes, very often
63
3,7063
,87360
,11006
3,4863
3,9264
1,50
5,00
Total
745
3,5265
,78259
,02867
3,4702
3,5828
1,00
5,00
no, never
218
3,6261
,75526
,05115
3,5253
3,7270
1,00
5,00
no, hardly
128
3,6602
,70970
,06273
3,5360
3,7843
2,00
5,00
neutral
123
3,8171
,70498
,06357
3,6912
3,9429
2,00
5,00
yes, sometimes
213
3,8920
,70883
,04857
3,7963
3,9878
2,00
5,00
63
3,9206
,71958
,09066
3,7394
4,1019
2,50
5,00
Total
745
3,7644
,73132
,02679
3,7118
3,8170
1,00
5,00
no, never
218
3,5872
,59653
,04040
3,5075
3,6668
1,75
5,00
no, hardly
128
3,6426
,52467
,04637
3,5508
3,7343
2,50
5,00
neutral
123
3,8252
,57965
,05227
3,7217
3,9287
2,00
5,00
yes, sometimes
213
3,7981
,62314
,04270
3,7140
3,8823
1,75
5,00
yes, very often reputatie
Mini mum
218
yes, very often care
Std. Error
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
no, never
yes, very often enjoyment
Mean
Std. Devia tion
63
3,9563
,51498
,06488
3,8267
4,0860
2,50
5,00
Total
745
3,7275
,59420
,02177
3,6848
3,7703
1,75
5,00
no, never
218
2,7743
,74220
,05027
2,6752
2,8734
1,00
4,80
no, hardly
128
2,9594
,75934
,06712
2,8266
3,0922
1,20
5,00
neutral
123
3,0016
,77945
,07028
2,8625
3,1408
1,20
5,00
yes, sometimes
213
3,0742
,68704
,04707
2,9814
3,1670
1,00
4,60
yes, very often
63
3,1238
,79061
,09961
2,9247
3,3229
1,60
5,00
Total
745
2,9589
,74946
,02746
2,9050
3,0128
1,00
5,00
no, never
218
2,8417
,70968
,04807
2,7470
2,9365
1,00
5,00
no, hardly
128
2,9766
,67246
,05944
2,8589
3,0942
1,00
5,00
neutral
123
2,8740
,61602
,05554
2,7640
2,9839
1,00
4,00
yes, sometimes
213
2,7817
,67152
,04601
2,6910
2,8724
1,00
4,50
yes, very often
63
2,9365
,73776
,09295
2,7507
3,1223
1,00
5,00
745
2,8611
,68182
,02498
2,8120
2,9101
1,00
5,00
Total
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
128 ANOVA Sum of Squares Software verbeteren
enjoyment
reciprociteit
altruïsme
care
reputatie
Geldbelo ning
Between Groups
Mean Square
df
9,958
4
2,489
Within Groups
555,428
740
,751
Total
565,386
744
Between Groups
4,361
4
1,090
Within Groups
332,939
740
,450
Total
337,300
744
Between Groups
3,444
4
,861
Within Groups
452,220
740
,611
Total
455,664
744
10,906
4
2,726
Within Groups
387,002
740
,523
Total
397,907
744
Between Groups
Between Groups
10,753
4
2,688
Within Groups
251,933
740
,340
Total
262,686
744
Between Groups
12,196
4
3,049
Within Groups
405,707
740
,548
Total
417,903
744
3,510
4
,877
Within Groups
342,361
740
,463
Total
345,871
744
Between Groups
F
Sig.
3,317
,010
2,423
,047
1,409
,229
5,213
,000
7,896
,000
5,561
,000
1,897
,109
25.4 Documentatie schrijven
N Software verbeteren
reciprociteit
altruïsme
Std. Error
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
Minimu m
Maximu m
no, never
241
2,7656
,88742
,05716
2,6530
2,8782
1,00
5,00
no, hardly
188
2,6941
,83109
,06061
2,5746
2,8137
1,00
5,00
neutral
114
3,2281
,80689
,07557
3,0783
3,3778
1,00
5,00
yes, sometimes
180
3,0083
,85788
,06394
2,8822
3,1345
1,00
5,00
yes, very often enjoyment
Mean
Std. Deviatio n
22
2,6136
,81550
,17387
2,2521
2,9752
1,00
4,00
Total
745
2,8725
,87174
,03194
2,8098
2,9352
1,00
5,00
no, never
241
3,9627
,65563
,04223
3,8795
4,0458
2,00
5,00
no, hardly
188
4,1463
,67312
,04909
4,0494
4,2431
1,50
5,00
neutral
114
4,0614
,65223
,06109
3,9404
4,1824
2,00
5,00
yes, sometimes
180
4,2500
,68402
,05098
4,1494
4,3506
1,00
5,00
yes, very often
22
4,1818
,62765
,13381
3,9035
4,4601
3,00
5,00
Total
745
4,1000
,67332
,02467
4,0516
4,1484
1,00
5,00
no, never
241
3,4907
,80698
,05198
3,3883
3,5931
1,00
5,00
no, hardly
188
3,5346
,77916
,05683
3,4225
3,6467
1,00
5,00
neutral
114
3,6075
,75402
,07062
3,4675
3,7474
1,00
5,00
yes, sometimes
180
3,4917
,79712
,05941
3,3744
3,6089
1,00
5,00
yes, very often
22
3,7159
,52495
,11192
3,4832
3,9487
3,00
4,75
Total
745
3,5265
,78259
,02867
3,4702
3,5828
1,00
5,00
no, never
241
3,5124
,74151
,04777
3,4184
3,6065
1,00
5,00
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
129
care
no, hardly
188
3,7394
,67906
,04953
3,6417
3,8371
2,00
5,00
neutral
114
3,8289
,70343
,06588
3,6984
3,9595
2,00
5,00
yes, sometimes
180
4,0111
,65790
,04904
3,9143
4,1079
2,00
5,00
yes, very often
22
4,3864
,72262
,15406
4,0660
4,7068
2,50
5,00
Total
745
3,7644
,73132
,02679
3,7118
3,8170
1,00
5,00
no, never
241
3,5301
,58752
,03785
3,4555
3,6046
1,75
5,00
no, hardly
188
3,6968
,59787
,04360
3,6108
3,7828
1,75
5,00
neutral
114
3,8224
,54114
,05068
3,7220
3,9228
2,75
5,00
yes, sometimes
180
3,9278
,54765
,04082
3,8472
4,0083
2,00
5,00
yes, very often reputatie
Geldbelo ning
22
4,0227
,55586
,11851
3,7763
4,2692
3,00
5,00
Total
745
3,7275
,59420
,02177
3,6848
3,7703
1,75
5,00
no, never
241
2,8025
,76692
,04940
2,7052
2,8998
1,00
5,00
no, hardly
188
2,9149
,78624
,05734
2,8018
3,0280
1,00
5,00
neutral
114
3,1404
,63298
,05928
3,0229
3,2578
1,40
4,40
yes, sometimes
180
3,1133
,72253
,05385
3,0071
3,2196
1,00
5,00
yes, very often
22
2,8455
,61080
,13022
2,5746
3,1163
1,80
4,00
Total
745
2,9589
,74946
,02746
2,9050
3,0128
1,00
5,00
no, never
241
2,8610
,70591
,04547
2,7714
2,9506
1,00
4,50
no, hardly
188
2,8564
,64011
,04669
2,7643
2,9485
1,50
5,00
neutral
114
2,8421
,62865
,05888
2,7255
2,9588
1,50
5,00
yes, sometimes
180
2,8667
,73917
,05509
2,7579
2,9754
1,00
5,00
yes, very often
22
2,9545
,57547
,12269
2,6994
3,2097
1,50
4,00
745
2,8611
,68182
,02498
2,8120
2,9101
1,00
5,00
Total ANOVA
Sum of Squares Software verbeteren
enjoyment
reciprociteit
altruïsme
care
reputatie
Geldbelo ning
Between Groups
Mean Square
df
27,945
4
6,986
Within Groups
537,441
740
,726
Total
565,386
744
Between Groups
9,316
4
2,329
Within Groups
327,984
740
,443
Total
337,300
744
2,077
4
,519
Within Groups
453,587
740
,613
Total
455,664
744
Between Groups
Between Groups
35,358
4
8,839
Within Groups
362,550
740
,490
Total
397,907
744
19,733
4
4,933
Within Groups
242,953
740
,328
Total
262,686
744
14,589
4
3,647
Within Groups
403,314
740
,545
Total
417,903
744
Between Groups
Between Groups
Between Groups
,243
4
,061
Within Groups
345,628
740
,467
Total
345,871
744
F
Sig.
9,619
,000
5,255
,000
,847
,496
18,042
,000
15,026
,000
6,692
,000
,130
,971
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
130 Bijlage 26
-
Anova [uren per week besteed aan Blender-activiteiten] [enjoyment, altruïsme, reputatie]
Descriptives
N enjoyment
Std. Error
Minimu m
Maximu m
199
3,9372
,66083
,04684
3,8448
4,0296
1,00
5,00
5
8 hours
241
4,0581
,63307
,04078
3,9778
4,1384
2,00
5,00
9
12 hours
108
4,0926
,73988
,07119
3,9515
4,2337
1,50
5,00
13
16 hours
58
4,2328
,63671
,08360
4,0653
4,4002
3,00
5,00
17
20 hours
55
4,3636
,56482
,07616
4,2109
4,5163
3,00
5,00
21
24 hours
22
4,5682
,60347
,12866
4,3006
4,8357
3,00
5,00
63
4,2698
,70611
,08896
4,0920
4,4477
2,00
5,00
Total
746
4,0999
,67288
,02464
4,0515
4,1482
1,00
5,00
< 4 hours
199
3,5302
,67912
,04814
3,4352
3,6251
1,50
5,00
5
8 hours
241
3,7531
,70285
,04527
3,6639
3,8423
2,00
5,00
9
12 hours
108
3,6806
,78377
,07542
3,5310
3,8301
1,00
5,00
13
16 hours
58
4,0948
,58831
,07725
3,9401
4,2495
2,50
5,00
17
20 hours
55
3,9909
,69716
,09400
3,8024
4,1794
2,50
5,00
21
24 hours
22
4,1591
,82211
,17527
3,7946
4,5236
3,00
5,00
> 25 hours reputatie
Mean
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
< 4 hours
> 25 hours altruïsme
Std. Deviatio n
63
4,0556
,72463
,09129
3,8731
4,2381
2,00
5,00
Total
746
3,7647
,73087
,02676
3,7122
3,8173
1,00
5,00
< 4 hours
199
2,7538
,71934
,05099
2,6532
2,8543
1,00
4,80
5
8 hours
241
2,9402
,70196
,04522
2,8512
3,0293
1,20
5,00
9
12 hours
108
3,0241
,76009
,07314
2,8791
3,1691
1,00
4,80
13
16 hours
58
3,1276
,75552
,09920
2,9289
3,3262
1,20
4,60
17
20 hours
55
3,1273
,67918
,09158
2,9437
3,3109
1,60
4,80
21
24 hours
22
3,0818
,75254
,16044
2,7482
3,4155
1,80
4,60
63
3,2317
,89169
,11234
3,0072
3,4563
1,40
5,00
746
2,9598
,74933
,02743
2,9059
3,0136
1,00
5,00
> 25 hours Total ANOVA
Sum of Squares enjoyment
altruïsme
reputatie
Between Groups
Mean Square
df
17,189
6
2,865
Within Groups
320,121
739
,433
Total
337,310
745
Between Groups
29,632
6
4,939
Within Groups
368,331
739
,498
Total
397,963
745
17,148
6
2,858
Within Groups
401,166
739
,543
Total
418,314
745
Between Groups
F
Sig.
6,613
,000
9,909
,000
5,265
,000
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
131 Bijlage 27
-
Hangt het aantal uur per week dat besteed wordt aan Blender-activiteiten samen met het wel of niet gebruiken van Blender op het werk?
I spend, on average, .... hours per week on activities related to Blender: * Do you participate in Blender related activities at work? Crosstabulation Count Do you participate in Blender related activities at work? Yes, and Yes, and my my supervisor supervisor Yes, but knows, but knows, my it is nonbecause it supervisor No, I don´t core to my is core to doesn´t participate Total job my job know at work I spend, on < 4 hours 32 10 15 142 199 average, .... hours 5 8 hours 46 23 28 144 241 per week on 18 12 8 70 108 activities related to 9 12 hours Blender: 13 16 hours 6 7 15 30 58 17
20 hours
12
21
24 hours
> 25 hours Total
8
6
29
55
4
5
3
10
22
9
31
5
18
63
127
96
80
443
746
Chi-Square Tests
Value Pearson ChiSquare Likelihood Ratio Linear-by-Linear Association N of Valid Cases
Asymp. Sig. (2sided)
df
114,887(a)
18
,000
89,646
18
,000
21,686
1
,000
746 a 3 cells (10,7%) have expected count less than 5. The minimum expected count is 2,36.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
132 Bijlage 28
-
Anova [leeftijd] [reputatie]
Descriptives reputatie
N < 14 years
Mean
Std. Devia tion
Std. Error
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
Mini mum
Maxi mum
12
3,6000
,97608
,28177
2,9798
4,2202
1,20
5,00
15
20 years
171
3,1637
,65751
,05028
3,0645
3,2630
1,40
5,00
21
25 years
199
3,0221
,78233
,05546
2,9127
3,1315
1,20
5,00
26
30 years
154
2,7636
,76882
,06195
2,6412
2,8860
1,00
5,00
31
35 years
111
2,8757
,70996
,06739
2,7421
3,0092
1,00
4,20
36
40 years
55
2,7527
,68634
,09255
2,5672
2,9383
1,40
4,00
41
45 years
17
2,9294
,76138
,18466
2,5379
3,3209
1,00
4,00
46
50 years
15
2,8667
,69966
,18065
2,4792
3,2541
1,40
4,00
51
55 years
10
2,7200
,56725
,17938
2,3142
3,1258
1,40
3,40
2
3,1000
,42426
,30000
-,7119
6,9119
2,80
3,40
746
2,9598
,74933
,02743
2,9059
3,0136
1,00
5,00
> 56 years Total ANOVA reputatie
Sum of Squares Between Groups
Mean Square
df
22,633
9
2,515
Within Groups
395,680
736
,538
Total
418,314
745
F 4,678
Sig. ,000
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
133 Bijlage 29
-
Anova [programmeerervaring] [care for community]
Descriptives care
N
Mean
Std. Devia tion
Std. Error
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
Mini mum
Maxi mum
none
214
3,7395
,56881
,03888
3,6628
3,8161
2,50
5,00
1 - 2 year(s)
184
3,8315
,57866
,04266
3,7474
3,9157
1,75
5,00
3 - 4 years
110
3,7500
,67729
,06458
3,6220
3,8780
1,75
5,00
> 5 years
238
3,6292
,57631
,03736
3,5556
3,7028
1,75
5,00
Total
746
3,7286
,59447
,02177
3,6858
3,7713
1,75
5,00
ANOVA care Sum of Squares Between Groups
Mean Square
df
4,376
3
1,459
Within Groups
258,906
742
,349
Total
263,282
745
F 4,181
Sig. ,006
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
134 Bijlage 30
-
Anova [rol binnen Blender.org] [enjoyment, care for community, Authority Ranking-houding, tevredenheid leiderschap]
Descriptives
N enjoyment
project administrator committer
care
Std. Error
Minimu m
Maximu m
7
4,4286
,34503
,13041
4,1095
4,7477
4,00
5,00
20
3,9500
,62618
,14002
3,6569
4,2431
2,50
5,00
114
4,2544
,63192
,05918
4,1371
4,3716
3,00
5,00
using discussionforums
373
4,1609
,67072
,03473
4,0926
4,2291
2,00
5,00
none of these
232
3,9289
,67284
,04417
3,8418
4,0159
1,00
5,00
Total
746
4,0999
,67288
,02464
4,0515
4,1482
1,00
5,00
project administrator
7
4,0714
,40089
,15152
3,7007
4,4422
3,50
4,75
20
3,5250
,70664
,15801
3,1943
3,8557
1,75
4,75
member of mailinglists
114
3,7566
,63408
,05939
3,6389
3,8742
2,00
5,00
using discussionforums
373
3,7795
,56452
,02923
3,7220
3,8370
2,00
5,00
none of these
232
3,6401
,60418
,03967
3,5619
3,7182
1,75
5,00
Total
746
3,7286
,59447
,02177
3,6858
3,7713
1,75
5,00
project administrator
7
2,8571
1,02933
,38905
1,9052
3,8091
2,00
5,00
16
2,4375
,92871
,23218
1,9426
2,9324
1,00
4,00
member of mailinglists
49
3,0102
,80681
,11526
2,7785
3,2419
2,00
5,00
using discussionforums
114
2,8596
,79408
,07437
2,7123
3,0070
1,00
5,00
57
3,1053
,69267
,09175
2,9215
3,2891
1,00
5,00
243
2,9198
,80079
,05137
2,8186
3,0209
1,00
5,00
7
4,6667
,43033
,16265
4,2687
5,0647
4,00
5,00
committer
none of these Total Tevredenheid
Mean
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
member of mailinglists
committer
ARhouding
Std. Deviatio n
project administrator committer
19
4,0702
,74186
,17019
3,7126
4,4277
3,00
5,00
member of mailinglists
114
4,0000
,78831
,07383
3,8537
4,1463
1,00
5,00
using discussionforums
358
4,0652
,77470
,04094
3,9847
4,1457
2,00
5,00
none of these
225
3,7881
,78494
,05233
3,6850
3,8913
1,00
5,00
Total
723
3,9746
,78760
,02929
3,9171
4,0321
1,00
5,00
ANOVA Sum of Squares enjoyment
care
ARhouding
Tevreden heid
Between Groups
Mean Square
df
12,098
4
3,024
Within Groups
325,212
741
,439
Total
337,310
745
Between Groups
4,525
4
1,131
Within Groups
258,757
741
,349
Total
263,282
745
6,523
4
1,631
Within Groups
148,662
238
,625
Total
155,185
242
Between Groups
Between Groups
14,359
4
3,590
Within Groups
433,510
718
,604
Total
447,868
722
F
Sig.
6,891
,000
3,239
,012
2,611
,036
5,945
,000
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
135 Bijlage 31
-
Cronbach s
voor de motivatiefactoren
31.1 Software verbeteren Reliability Statistics Cronbach's Alpha N of Items ,532
2
Item Statistics Std. Deviation
Mean I only joined a community because I need improvements of the Blender software The most important reason for me to join a community is to improve the Blender software
N
2,50
1,063
746
3,25
1,050
746
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
3,25
1,103
,362
,143
2,50
1,131
,362
,408
Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted I only joined a community because I need improvements of the Blender software The most important reason for me to join a community is to improve the Blender software
31.2 Enjoyment Reliability Statistics Cronbach's Alpha N of Items ,745
2
Item Statistics Std. Deviation
Mean I participate in a Blender community because that makes me happy Blender communities are fun
N
4,07
,787
746
4,13
,718
746
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
4,13
,516
,597
,606
4,07
,620
,597
,646
Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted I participate in a Blender community because that makes me happy Blender communities are fun
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
136 31.3 Reciprociteit Reliability Statistics Cronbach's Alpha N of Items ,670
4
Item Statistics Std. Deviation
Mean Helping somebody in a Blender community is the best policy to be certain that (s)he will help you in the future I don t behave badly towards others to avoid them behaving badly towards me I avoid being impolite because I don t want others to be impolite to me The greater the effort I put in a Blender community, the more I expect to get something in return
N
3,82
1,013
746
3,73
1,123
746
3,61
1,176
746
2,95
1,097
746
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
10,29
6,491
,439
,611
10,37
5,351
,611
,488
10,50
5,531
,520
,553
11,16
7,075
,259
,722
Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted Helping somebody in a Blender community is the best policy to be certain that (s)he will help you in the future I don t behave badly towards others to avoid them behaving badly towards me I avoid being impolite because I don t want others to be impolite to me The greater the effort I put in a Blender community, the more I expect to get something in return
31.4 Altruïsme Reliability Statistics Cronbach's Alpha N of Items ,798
2
Item Statistics Std. Deviation
Mean I m willing to give some of my time to help others who have problems with the Blender software I m willing to take some of my time out of my busy schedule to help a newbie getting started with Blender
N
3,84
,761
746
3,69
,840
746
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
137 Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
I m willing to give some of my time to help others who have 3,69 ,705 ,668 .(a) problems with the Blender software I m willing to take some of my time out of my busy schedule to 3,84 ,579 ,668 .(a) help a newbie getting started with Blender a The value is negative due to a negative average covariance among items. This violates reliability model assumptions. You may want to check item codings.
31.5 Care for community Reliability Statistics Cronbach's N of Items Alpha ,639
4
Item Statistics Std. Deviation
Mean I m willing to put in a great deal of effort beyond what s normally expected in order to help Blender be successful I would accept almost any type of job assignment in order to keep the community up and running I m proud to tell others that I m part of a Blender community I really care about the future of Blender
N
3,41
,885
746
2,94
1,000
746
3,99
,865
746
4,57
,642
746
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
11,51
3,367
,463
,537
11,97
3,153
,422
,575
10,92
3,365
,485
,521
10,35
4,369
,325
,630
Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted I m willing to put in a great deal of effort beyond what s normally expected in order to help Blender be successful I would accept almost any type of job assignment in order to keep the community up and running I m proud to tell others that I m part of a Blender community I really care about the future of Blender
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
138 31.6 Reputatie Reliability Statistics Cronbach's Alpha N of Items ,794
5
Item Statistics Std. Deviation
Mean Others noticing that I m improving my skills at Blender is very important to me I want others to look up to me for my accomplishments Achieving greater success than other members is important to me I want my achievements to be recognized by others Being seen as an expert is very important to me
N
3,18
1,001
746
3,12
1,027
746
2,20
1,011
746
3,41
,983
746
2,89
1,037
746
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
11,62
9,640
,547
,764
11,68
8,978
,650
,730
12,60
9,924
,485
,783
11,39
9,307
,627
,738
11,91
9,384
,563
,759
Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted Others noticing that I m improving my skills at Blender is very important to me I want others to look up to me for my accomplishments Achieving greater success than other members is important to me I want my achievements to be recognized by others Being seen as an expert is very important to me
31.7 Geldbeloning Reliability Statistics Cronbach's Alpha N of Items ,501
2
Item Statistics
q16bnew
2,1903
Std. Deviation ,91591
q16dnew
2,3405
,99091
746
Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted q16bnew 2,3405
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
,982
,335
,319
,839
,335
,228
Mean
q16dnew
2,1903
N 746
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
139 Bijlage 32
-
Gemiddelden van de motivatiefactoren
Descriptive Statistics N
Minimum
Maximum
Std. Deviation
Mean
Software verbeteren
746
1,00
5,00
2,8740
,87213
enjoyment
746
1,00
5,00
4,0999
,67288
reciprociteit
746
1,00
5,00
3,5268
,78211
altruïsme
746
1,00
5,00
3,7647
,73087
care
746
1,75
5,00
3,7286
,59447
reputatie
746
1,00
5,00
2,9598
,74933
geldbeloning
746
1,00
5,00
2,8592
,68318
softwareverbeteren
enjoyment
200
300
250
150
Frequency
Frequency
200
100
150
100
50 50
Mean = 2,874 Std. Dev. = 0,87213 N = 746
0 0,00
1,00
2,00
3,00
4,00
5,00
Mean = 4,0999 Std. Dev. = 0,67288 N = 746
0
6,00
0,00
1,00
2,00
softwareverbeteren
reciprociteit
4,00
5,00
6,00
altruisme
120
300
100
250
80
200
Frequency
Frequency
3,00
enjoyment
60
40
150
100
20
50 Mean = 3,5268 Std. Dev. = 0,78211 N = 746
0 0,00
1,00
2,00
3,00
4,00
reciprociteit
5,00
6,00
Mean = 3,7647 Std. Dev. = 0,73087 N = 746
0 0,00
1,00
2,00
3,00
4,00
5,00
6,00
altruisme
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
140
care
reputatie
140
120
120
100
100
Frequency
Frequency
80
80
60
60
40
40
20
20 Mean = 3,7286 Std. Dev. = 0,59447 N = 746
0 2,00
3,00
4,00
0,00
5,00
Mean = 2,9598 Std. Dev. = 0,74933 N = 746
0 1,00
2,00
3,00
4,00
5,00
6,00
reputatie
care
geldbeloning
300
250
Frequency
200
150
100
50 Mean = 2,8592 Std. Dev. = 0,68318 N = 746
0 0,00
1,00
2,00
3,00
4,00
5,00
6,00
geldbeloning
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
141 Bijlage 33
-
Factoranalyse
KMO and Bartlett's Test Kaiser-Meyer-Olkin Measure of Sampling Adequacy. Bartlett's Test of Sphericity
,649
Approx. Chi-Square
531,179 21
df
,000
Sig. Communalities reciprociteit enjoyment Software verbeteren care
Initial 1,000
Extraction ,463
1,000
,596
1,000
,738
1,000
,674
altruïsme
1,000
,517
reputatie
1,000
,582
geldbeloning
1,000
,717
Extraction Method: Principal Component Analysis. Total Variance Explained Component Initial Eigenvalues % of Cumula Total Variance tive % 1 2,036 29,083 29,083
Extraction Sums of Squared Loadings % of Cumula Total Variance tive %
Rotation Sums of Squared Loadings % of Cumula Total Variance tive %
2,036
29,083
29,083
1,974
28,196
28,196
46,732
1,235
17,650
46,732
1,255
17,925
46,121
61,260
1,017
14,528
61,260
1,060
15,140
61,260
2
1,235
17,650
3
1,017
14,528
4
,863
12,325
73,586
5
,726
10,368
83,953
6
,663
9,473
93,427
7
,460
6,573
100,000
Extraction Method: Principal Component Analysis. Component Matrix(a) Component 1
2
3
care
,820
-,034
-,028
enjoyment
,674
-,255
,277
altruïsme
,667
-,205
-,174
reputatie
,500
,451
,358
,009
,685
-,519
,356
,580
-,033
-,295
,345
,715
Software verbeteren reciprociteit geldbeloning
Extraction Method: Principal Component Analysis. a 3 components extracted.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
142
Rotated Component Matrix(a) Component 1
2
3
care
,793
,188
enjoyment
,749
-,162
,096
altruïsme
,655
,053
-,293
-,218
,809
-,190
Software verbeteren reciprociteit geldbeloning reputatie
-,101
,221
,618
,182
-,231
-,041
,813
,453
,391
,473
Extraction Method: Principal Component Analysis. Rotation Method: Varimax with Kaiser Normalization. a Rotation converged in 7 iterations. Component Transformation Matrix Component 1
1
2
3
,965
,253
-,075
2
-,201
,889
,412
3
,171
-,382
,908
Extraction Method: Principal Component Analysis. Rotation Method: Varimax with Kaiser Normalization.
Cronbach s
voor factor 1:
Reliability Statistics Cronbach's Alpha N of Items ,773
8
Item Statistics Std. Deviation
Mean I participate in a Blender community because that makes me happy Blender communities are fun I m willing to put in a great deal of effort beyond what s normally expected in order to help Blender be successful I would accept almost any type of job assignment in order to keep the community up and running I m proud to tell others that I m part of a Blender community I really care about the future of Blender I m willing to give some of my time to help others who have problems with the Blender software I m willing to take some of my time out of my busy schedule to help a newbie getting started with Blender
N
4,07
,787
746
4,13
,718
746
3,41
,885
746
2,94
1,000
746
3,99
,865
746
4,57
,642
746
3,84
,761
746
3,69
,840
746
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
143
Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted I participate in a Blender community because that makes me happy Blender communities are fun I m willing to put in a great deal of effort beyond what s normally expected in order to help Blender be successful I would accept almost any type of job assignment in order to keep the community up and running I m proud to tell others that I m part of a Blender community I really care about the future of Blender I m willing to give some of my time to help others who have problems with the Blender software I m willing to take some of my time out of my busy schedule to help a newbie getting started with Blender
Cronbach s
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
26,58
13,119
,501
,745
26,51
13,775
,432
,756
27,24
12,594
,512
,742
27,70
12,554
,429
,761
26,65
12,558
,536
,738
26,08
14,357
,375
,764
26,81
13,029
,544
,738
26,95
12,948
,487
,747
voor factor 2:
Reliability Statistics Cronbach's N of Items Alpha ,607
6
Item Statistics Std. Deviation
Mean I only joined a community because I need improvements of the Blender software The most important reason for me to join a community is to improve the Blender software Helping somebody in a Blender community is the best policy to be certain that (s)he will help you in the future I avoid being impolite because I don t want others to be impolite to me The greater the effort I put in a Blender community, the more I expect to get something in return I don t behave badly towards others to avoid them behaving badly towards me
N
2,50
1,063
746
3,25
1,050
746
3,82
1,013
746
3,61
1,176
746
2,95
1,097
746
3,73
1,123
746
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
144 Item-Total Statistics Scale Mean if Item Deleted I only joined a community because I need improvements of the Blender software The most important reason for me to join a community is to improve the Blender software Helping somebody in a Blender community is the best policy to be certain that (s)he will help you in the future I avoid being impolite because I don t want others to be impolite to me The greater the effort I put in a Blender community, the more I expect to get something in return I don t behave badly towards others to avoid them behaving badly towards me
Cronbach s
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
17,36
11,784
,200
,616
16,61
11,568
,238
,601
16,04
10,648
,408
,536
16,25
9,936
,412
,530
16,91
10,985
,301
,578
16,12
9,679
,491
,495
voor factor 3:
Reliability Statistics Cronbach's N of Items Alpha ,672
7
Item Statistics Mean
Std. Deviation
N
q16bnew
2,1903
,91591
746
q16enew
3,5282
,99253
746
3,1796
1,00062
746
3,1193
1,02740
746
2,1997
1,01084
746
3,4075
,98316
746
2,8928
1,03718
746
Scale Variance if Item Deleted
Corrected Item-Total Correlation
Cronbach's Alpha if Item Deleted
Others noticing that I m improving my skills at Blender is very important to me I want others to look up to me for my accomplishments Achieving greater success than other members is important to me I want my achievements to be recognized by others Being seen as an expert is very important to me Item-Total Statistics
Scale Mean if Item Deleted q16bnew
18,3271
15,332
,029
,722
q16enew
16,9893
15,044
,046
,725
17,3378
12,106
,470
,611
17,3981
11,306
,582
,575
18,3177
12,265
,437
,621
17,1099
11,349
,614
,568
17,6247
11,451
,549
,585
Others noticing that I m improving my skills at Blender is very important to me I want others to look up to me for my accomplishments Achieving greater success than other members is important to me I want my achievements to be recognized by others Being seen as an expert is very important to me
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
145 Bijlage 34
-
Anova [activiteit software programmeren] [alle motivatiefactoren]
Descriptives
Valid
Frequency Software developme nt
Frequency Creating art
Frequency Making websites
Frequency Writing documentat ion
490
25
346
429
95
42
123
114
159
679
276
202
744
746
745
745
1,00 2,00 3,00 Total System
Missing Total 1,00 2,00 3,00
= = =
2
0
1
1
746
746
746
746
Nee, ik doe het (haast) nooit Neutraal / middenscore Ja, ik doe het (vaak) createart_janee
softdev_janee
100
70
60 80
Percent
Percent
50
40
30
60
40
20 20
10
0
0 1,00
2,00
1,00
3,00
2,00
3,00
createart_janee
softdev_janee
writedoc_janee
makewebsite_janee
60
50
50 40
Percent
Percent
40 30
30
20
20
10
10
0
0 1,00
2,00
makewebsite_janee
3,00
1,00
2,00
3,00
writedoc_janee
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
146 Descriptives
N Software verbeteren
enjoyment
reciprociteit
altruïsme
care
reputatie
Geldbelo ning
Mean
Std. Deviatio n
Std. Error
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
Minimu m
Maximu m
1,00
490
2,7898
,87437
,03950
2,7122
2,8674
1,00
5,00
2,00
95
2,9211
,86392
,08864
2,7451
3,0970
1,00
5,00
3,00
159
3,0912
,83031
,06585
2,9611
3,2213
1,00
5,00
Total
744
2,8710
,87134
,03194
2,8083
2,9337
1,00
5,00
1,00
490
4,1031
,65227
,02947
4,0452
4,1610
1,00
5,00
2,00
95
4,0474
,72594
,07448
3,8995
4,1952
1,50
5,00
3,00
159
4,1289
,70310
,05576
4,0188
4,2391
2,00
5,00
Total
744
4,1015
,67256
,02466
4,0531
4,1499
1,00
5,00
1,00
490
3,5143
,78264
,03536
3,4448
3,5838
1,00
5,00
2,00
95
3,4763
,82600
,08475
3,3081
3,6446
1,00
5,00
3,00
159
3,5896
,75697
,06003
3,4711
3,7082
1,00
5,00
Total
744
3,5255
,78267
,02869
3,4692
3,5819
1,00
5,00
1,00
490
3,7510
,70945
,03205
3,6880
3,8140
1,00
5,00
2,00
95
3,7316
,81805
,08393
3,5649
3,8982
2,00
5,00
3,00
159
3,8239
,74659
,05921
3,7070
3,9408
1,50
5,00
Total
744
3,7641
,73176
,02683
3,7114
3,8168
1,00
5,00
1,00
490
3,7041
,58673
,02651
3,6520
3,7562
1,75
5,00
2,00
95
3,7474
,61291
,06288
3,6225
3,8722
1,75
5,00
3,00
159
3,7909
,60514
,04799
3,6961
3,8857
1,75
5,00
Total
744
3,7282
,59434
,02179
3,6854
3,7709
1,75
5,00
1,00
490
2,9412
,75278
,03401
2,8744
3,0080
1,00
5,00
2,00
95
2,9726
,77822
,07984
2,8141
3,1312
1,00
4,60
3,00
159
3,0050
,72634
,05760
2,8913
3,1188
1,00
5,00
Total
744
2,9589
,74997
,02750
2,9049
3,0128
1,00
5,00
1,00
490
2,8551
,68688
,03103
2,7941
2,9161
1,00
5,00
2,00
95
2,8632
,64595
,06627
2,7316
2,9947
1,00
4,50
3,00
159
2,8774
,69290
,05495
2,7688
2,9859
1,00
5,00
Total
744
2,8609
,68226
,02501
2,8118
2,9100
1,00
5,00
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
147 ANOVA Sum of Squares Software verbeteren
enjoyment
reciprociteit
altruïsme
care
reputatie
geldbelonin g
Between Groups
Mean Square
df
11,178
2
5,589
Within Groups
552,935
741
,746
Total
564,113
743
Between Groups
,399
2
,200
Within Groups
335,689
741
,453
Total
336,088
743
Between Groups
,945
2
,473
Within Groups
454,195
741
,613
Total
455,140
743
,753
2
,376
Within Groups
397,099
741
,536
Total
397,852
743
Between Groups
Between Groups
,945
2
,472
Within Groups
261,513
741
,353
Total
262,458
743
Between Groups
,509
2
,255
Within Groups
417,392
741
,563
Total
417,901
743
,060
2
,030
Within Groups
345,792
741
,467
Total
345,852
743
Between Groups
F
Sig.
7,490
,001
,441
,644
,771
,463
,702
,496
1,338
,263
,452
,636
,064
,938
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
148 Bijlage 35
-
Anova [sinds
. lid van de community] [care for community]
Descriptives
N
Std. Deviation
Mean
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
Std. Error
Minimum
Maximum
1998
36
3,8472
,64719
,10786
3,6282
4,0662
2,00
5,00
1999
61
3,8320
,59638
,07636
3,6792
3,9847
2,00
5,00
2000
95
3,7658
,50636
,05195
3,6626
3,8689
2,75
5,00
2001
94
3,8112
,61858
,06380
3,6845
3,9379
2,00
5,00
2002
153
3,7712
,63281
,05116
3,6702
3,8723
1,75
5,00
2003
190
3,6921
,56514
,04100
3,6112
3,7730
1,75
5,00
2004
117
3,5449
,58687
,05426
3,4374
3,6523
1,75
5,00
Total
746
3,7286
,59447
,02177
3,6858
3,7713
1,75
5,00
ANOVA Sum of Squares Between Groups
Mean Square
df
6,411
6
1,069
Within Groups
256,871
739
,348
Total
263,282
745
F 3,074
Sig. ,006
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
149 Bijlage 36
-
Anova [leeftijd] [care for community]
Descriptives
N < 14 years
Mean
Std. Devia tion
Std. Error
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
Mini mum
Maxi mum
12
4,0417
,62915
,18162
3,6419
4,4414
3,00
4,75
15
20 years
171
3,7895
,62859
,04807
3,6946
3,8844
1,75
5,00
21
25 years
199
3,7927
,59464
,04215
3,7096
3,8758
1,75
5,00
26
30 years
154
3,6266
,57823
,04660
3,5346
3,7187
2,00
5,00
31
35 years
111
3,6351
,54438
,05167
3,5327
3,7375
2,00
5,00
36
40 years
55
3,6318
,58106
,07835
3,4747
3,7889
2,00
5,00
41
45 years
17
3,5441
,50183
,12171
3,2861
3,8021
2,75
4,50
46
50 years
15
4,0333
,60405
,15597
3,6988
4,3678
3,00
5,00
51
55 years
10
4,0250
,47799
,15115
3,6831
4,3669
3,25
5,00
2
3,7500
,00000
,00000
3,7500
3,7500
3,75
3,75
746
3,7286
,59447
,02177
3,6858
3,7713
1,75
5,00
> 56 years Total ANOVA Sum of Squares Between Groups Within Groups Total
Mean Square
df
8,565
9
,952
254,717
736
,346
263,282
745
F 2,750
Sig. ,004
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
150 Bijlage 37
-
Anova [sinds
. lid van de community] [vrijheidsgevoel, Authority
Ranking-houding, tevredenheid community]
Descriptives
N No obligations
ARhouding
Verandering
Mean
Std. Deviatio n
Std. Error
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
Minimu m
Maximu m
1998
36
3,2639
1,07727
,17955
2,8994
3,6284
1,00
5,00
1999
61
2,9467
,97373
,12467
2,6973
3,1961
1,00
5,00
2000
95
3,0211
,88099
,09039
2,8416
3,2005
1,00
5,00
2001
94
3,0319
,93270
,09620
2,8409
3,2230
1,00
5,00
2002
153
2,8007
1,00956
,08162
2,6394
2,9619
1,00
5,00
2003
190
2,9724
1,01162
,07339
2,8276
3,1171
1,00
5,00
2004
117
3,0128
,84131
,07778
2,8588
3,1669
1,00
5,00
Total
746
2,9692
,96250
,03524
2,9000
3,0383
1,00
5,00
1998
14
3,1071
1,02241
,27325
2,5168
3,6975
1,50
5,00
1999
19
2,7895
,90240
,20702
2,3545
3,2244
1,00
5,00
2000
24
2,9167
,68630
,14009
2,6269
3,2065
1,00
4,00
2001
26
3,1346
,80694
,15825
2,8087
3,4605
1,00
5,00
2002
52
2,7596
,83719
,11610
2,5265
2,9927
1,50
5,00
2003
70
2,8929
,82045
,09806
2,6972
3,0885
1,00
5,00
2004
38
3,0395
,60829
,09868
2,8395
3,2394
2,00
4,50
Total
243
2,9198
,80079
,05137
2,8186
3,0209
1,00
5,00
1998
36
2,9815
,86536
,14423
2,6887
3,2743
1,00
4,67
1999
61
2,8525
,87881
,11252
2,6274
3,0775
1,00
5,00
2000
95
2,6982
,79161
,08122
2,5370
2,8595
1,00
5,00
2001
94
2,7908
,93771
,09672
2,5987
2,9828
1,00
5,00
2002
153
2,7996
,81051
,06553
2,6701
2,9290
1,00
4,67
2003
190
2,7947
,79422
,05762
2,6811
2,9084
1,00
4,33
2004
117
2,9259
,77942
,07206
2,7832
3,0686
1,00
4,67
Total
746
2,8172
,82474
,03020
2,7580
2,8765
1,00
5,00
ANOVA Sum of Squares No obligations
ARhouding
verandering
Between Groups
Mean Square
df
8,353
6
1,392
Within Groups
681,813
739
,923
Total
690,166
745
3,943
6
,657
Within Groups
151,242
236
,641
Total
155,185
242
Between Groups
Between Groups
3,984
6
,664
Within Groups
502,768
739
,680
Total
506,751
745
F
Sig.
1,509
,172
1,026
,409
,976
,440
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
151 Bijlage 38
-
Anova [leeftijd] [vrijheidsgevoel, Authority Rankinghouding, tevredenheid community]
Warnings Post hoc tests are not performed for ARhouding because at least one group has fewer than two cases. Descriptives N
No obligations
< 14 years
3,4375
Std. Error
95% Confidence Interval for Mean Lower Upper Bound Bound
,84022
,24255
2,9037
Minimum
Maximum
3,9713
2,00
5,00
20 years
171
3,1930
,94754
,07246
3,0499
3,3360
1,00
5,00
21
25 years
199
2,8455
1,01301
,07181
2,7039
2,9871
1,00
5,00
26
30 years
154
2,8669
,99598
,08026
2,7083
3,0254
1,00
5,00
31
35 years
111
2,8761
,90383
,08579
2,7061
3,0461
1,00
5,00
36
40 years
55
2,9682
,77288
,10422
2,7592
3,1771
1,00
4,50
41
45 years
17
2,8235
,57801
,14019
2,5263
3,1207
1,75
4,00
46
50 years
15
3,7000
1,05729
,27299
3,1145
4,2855
1,00
5,00
51
55 years
10
2,8250
,83375
,26365
2,2286
3,4214
1,00
3,75
2
2,8750
,17678
,12500
1,2867
4,4633
2,75
3,00
746
2,9692
,96250
,03524
2,9000
3,0383
1,00
5,00
4
2,3750
,75000
,37500
1,1816
3,5684
1,50
3,00
Total < 14 years 15
20 years
56
3,0000
,88933
,11884
2,7618
3,2382
1,00
5,00
21
25 years
62
2,9113
,77101
,09792
2,7155
3,1071
1,00
5,00
26
30 years
50
2,9100
,80616
,11401
2,6809
3,1391
1,50
5,00
31
35 years
37
3,0000
,77280
,12705
2,7423
3,2577
1,00
5,00
36
40 years
18
2,8611
,61371
,14465
2,5559
3,1663
2,00
4,00
41
45 years
7
2,4286
,73193
,27664
1,7517
3,1055
1,00
3,00
46
50 years
6
3,2500
,98742
,40311
2,2138
4,2862
2,00
5,00
51
55 years
3
2,3333
,57735
,33333
,8991
3,7676
2,00
3,00
0
.
.
.
.
.
.
.
243
2,9198
,80079
,05137
2,8186
3,0209
1,00
5,00
12
3,1944
,94771
,27358
2,5923
3,7966
1,00
4,33
> 56 years Total verandering
12
Std. Deviation
15
> 56 years ARhouding
Mean
< 14 years 15
20 years
171
2,8324
,83968
,06421
2,7056
2,9591
1,00
5,00
21
25 years
199
2,8978
,81522
,05779
2,7839
3,0118
1,00
4,67
26
30 years
154
2,8290
,79508
,06407
2,7024
2,9556
1,00
5,00
31
35 years
111
2,8018
,79947
,07588
2,6514
2,9522
1,00
4,33
36
40 years
55
2,6121
,80063
,10796
2,3957
2,8286
1,00
4,67
41
45 years
17
2,6275
,85702
,20786
2,1868
3,0681
1,00
4,00
46
50 years
15
2,6889
,97969
,25295
2,1464
3,2314
1,00
4,00
51
55 years
10
2,1000
,88958
,28131
1,4636
2,7364
1,00
3,33
2
3,0000
,00000
,00000
3,0000
3,0000
3,00
3,00
746
2,8172
,82474
,03020
2,7580
2,8765
1,00
5,00
> 56 years Total
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
152 ANOVA Sum of Squares No obligations
ARhouding
verandering
Between Groups
Mean Square
df
25,413
9
2,824
Within Groups
664,753
736
,903
Total
690,166
745
Between Groups
5,232
8
,654
Within Groups
149,953
234
,641
Total
155,185
242
Between Groups
11,471
9
1,275
Within Groups
495,280
736
,673
Total
506,751
745
F
Sig.
3,126
,001
1,021
,421
1,894
,050
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
153 Bijlage 39
-
Hangt het jaar waarin de deelnemer lid werd van een community samen met de leeftijd van deze persoon?
What s your age? * I m participating in a Blender community since: Crosstabulation Count I m participating in a Blender community since: 1998 What s your age?
1999
2000
2001
2002
2003
< 14 years
1
0
1
1
3
4
2
12
15
20 years
6
11
25
19
30
45
35
171
21
25 years
8
15
23
26
39
56
32
199
26
30 years
9
16
17
22
40
33
17
154
31
35 years
5
9
19
13
20
27
18
111
36
40 years
4
5
7
8
13
13
5
55
41
45 years
0
3
1
2
4
4
3
17
46
50 years
3
2
1
2
2
3
2
15
51
55 years
0
0
1
1
2
3
3
10
> 56 years Total
0
0
0
0
0
2
0
2
36
61
95
94
153
190
117
746
Chi-Square Tests
Value Pearson ChiSquare Likelihood Ratio Linear-by-Linear Association N of Valid Cases
Total
2004
Asymp. Sig. (2sided)
df
41,690(a)
54
,889
40,666
54
,910
2,431
1
,119
746 a 37 cells (52,9%) have expected count less than 5. The minimum expected count is ,10.
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
154 Bijlage 40
-
Uit welk land komen de leden met de verschillende rollen binnen de Blender.org-community?
Where do you live? * My role in Blender.org is: Crosstabulation Count project administrator Where do you live?
The Netherlands Another country in Europe Africa North America South America Asia Australia
Total
My role in Blender.org is: using member of discussion committer mailinglists forums
Total none of these
2
3
6
24
12
47
1
12
52
160
101
326
0
0
0
6
1
7
3
5
35
129
87
259
0
0
11
19
10
40
0
0
5
13
11
29
1
0
5
22
10
38
7
20
114
373
232
746
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004
155 Bijlage 41
-
Correlatie tussen altruïsme en reputatie
Correlations altruïsme altruïsme
Pearson Correlation Sig. (2-tailed)
1
,139(**)
.
,000
746
746
,139(**)
1
,000
.
746
746
N reputatie
Pearson Correlation Sig. (2-tailed)
reputatie
N ** Correlation is significant at the 0.01 level (2-tailed).
Nonparametric Correlations altruïsme Spearman's rho
altruïsme
Correlation Coefficient Sig. (2-tailed) N
reputatie
Correlation Coefficient Sig. (2-tailed) N
reputatie
1,000
,138(**)
.
,000
746
746
,138(**)
1,000
,000
.
746
746
** Correlation is significant at the 0.01 level (2-tailed).
Motivatie voor deelname aan een online open source software community Martine Aalbers augustus 2004