“De Brusselse Organisatie voor de Emancipatie van Jongeren” Jaaractieplan 2015 Dit is het jaaractieplan van D’Broej vzw. Het is het derde actieplan in het kader van het beleidsplan 2012-‐2016 dat sinds september 2012 in uitvoering is. De uitvoering van een beleidsplan is een voortdurend proces van acties ondernemen en evalueren of de beoogde doelstellingen gerealiseerd worden. In onze jaaractieplannen willen we een beeld schetsen van de accenten die we daarbij in het desbetreffende jaar leggen, de keuzes die we maken, zowel lokaal als centraal. Dit is geen volledig overzicht van onze activiteiten. Daarvoor verwijzen we graag naar onze jaarverslagen. Missie D’Broej Voor we ingaan op de accenten en keuzes voor het jaar 2015 geven we graag mee waar D’Broej voor staat. Missie D’Broej D'Broej vzw, “De Brusselse Organisatie voor de Emancipatie van Jongeren”, wil via het ontwikkelen van initiatieven in de vrije tijd bijdragen tot de emancipatie (zowel individueel als collectief) van kinderen en jongeren in een aantal van de meer kansarme buurten in Brussel. Vertrekkende vanuit hun leefwereld, de Brusselse wijken, bieden we een positieve belevingsruimte waarin jongeren hun talenten en competenties verder kunnen ontplooien. D'Broej ontwikkelt deze initiatieven via de uitbouw en ondersteuning van wijkgerichte jeugdwerkingen. Deze jeugdwerkingen hebben als doel kinderen en jongeren sociaal weerbaar te maken en hen vaardigheden, houdingen en kennis aan te reiken die helpen bij de ontwikkeling van hun persoonlijkheid en die hun positie in de samenleving versterken. We komen op voor hun rechten en belangen met het oog op de structurele verbetering van hun positie in de maatschappij.
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
1
Waar is D’Broej actief ? D’Broej vzw bestaat uit acht wijkgerichte lokale jeugdwerkingen: 1. Brussels Boxing Academy in Brussel Stad, 2. Centrum West in Sint-‐Jans-‐Molenbeek. 3. Chambery in Etterbeek, 4. Chicago in Brussel Stad, 5. Miks in Laken, 6. Peterbos in Anderlecht, 7. Ratatouille in Schaarbeek, 8. VMJ in Sint-‐Jans-‐Molenbeek, De werkingen van D’Broej bevinden zich in wijken … -‐ waar tot 50% van de mensen werkloos is (versus 2% in andere wijken); -‐ waar 25% van de jongeren aan het 1ste middelbaar begint met minstens 2 jaar achterstand; -‐ waar soms slechts 5% van de jongeren doorstroomt naar hoger onderwijs (versus 60% in andere wijken); -‐ waar tot 50% van de bewoners ‘enkel’ lager onderwijs of beroeps heeft gedaan; … waar D’Broej dikwijls één van de weinige initiatieven is gericht op de jongeren die anders “uit de boot vallen”. Met wie en hoe “werken” de jeugdwerkingen van D’Broej ? Iedere week worden méér dan 200 groepsgebonden activiteiten in de vrije tijd georganiseerd. Aan die activiteiten nemen méér dan 1300 kinderen en jongeren deel. In de wijken waar D’Broej werkingen heeft, bieden wij een uniek aanbod voor kansarme kinderen en jongeren die ze soms moeilijk ergens anders kunnen vinden. 65% van de ouders van de D’Broej-‐kinderen en -‐jongeren beschikken over maximaal een diploma lager onderwijs. Méér dan 20% van onze kinderen komen uit een éénoudergezin. 70% van deze kinderen en jongeren geven aan extra ondersteuning voor school nodig te hebben: 30% van hen is al eens blijven zitten en 40% van de jongeren zit in technisch op beroepsonderwijs. D’Broej organiseert activiteiten gericht op vorming van sociale cohesie en betere beeldvorming van de doelgroep. We organiseren leeftijdsgebonden groepen, die een continuïteit en doorgroei mogelijk maken, ondersteund door een professioneel kader, en met bijzondere aandacht voor activiteiten die door de jongeren zelf worden georganiseerd. We hebben bijzondere aandacht voor het uitbouwen van wijkoverleg en samenwerkingsverbanden met partnerorganisaties met het oog op het geven van signalen aan het beleid en het aanzetten tot structurele hervormingen. Onze groepsgebonden activiteiten zijn gericht op zelfontplooiing, bewustwording, positieve belevingsruimte en experimenteerruimte van kinderen en jongeren, via een divers aanbod van ateliers, spel, sport, projectwerking, vorming, kampen. Kinderen en jongeren kunnen bij D’Broej hun talenten ontplooien in circusatelier, taalstages, internationale uitwisselingen, monitorenopleiding, vrijwilligerswerk, voetbalatelier, toneelwedstrijden, fiets-‐montage-‐opleiding, schoolondersteuning,…
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
2
Doelstellingen lokaal en ‘D’Broej Centraal’ in 2015 In dit hoofdstuk vindt u de accenten voor 2015, zowel lokaal als centraal (bovenlokaal), georganiseerd per strategische doelstelling (SD) uit het beleidsplan. De keuzes die voor de lokale werkingen gemaakt worden zijn uiteraard sterk afhankelijk van de lokale context. Als er al een grote groep vrijwilligers actief is, zal in die bepaalde werking minder actie ondernomen om de groep nog uit te breiden maar meer om de bestaande groep te vormen en te begeleiden. Als er zekerheid op lange termijn is over de huidige infrastructuur, dan is dat een heel andere situatie dan wanneer er grote renovatiewerken gepland zijn of een verhuis noodzakelijk is en beïnvloed dat in grote mate waar de aandacht prioritair aan besteed zal worden. Als er toevallig veel personeelswissels waren in een bepaalde werking zal meer aandacht gaan naar het inwerken van die mensen dan bijvoorbeeld het investeren in wijkoverleg of jeugdhuis overstijgende projecten.
Strategische Doelstelling 1: Ownership De doelstelling uit het Beleidsplan van D’Broej gaat als volgt: De jeugdhuizen van D’Broej mogen geen geïsoleerde eilandjes zijn binnen de Brusselse volksbuurten. We willen meer inspanningen leveren om een plaats te geven aan jongeren die zin hebben om verantwoordelijkheden op te nemen, zowel binnen het jeugdhuis als op andere domeinen. We willen dat de jongeren van de wijk zich de jeugdhuizen van D’Broej kunnen toe-‐eigenen, dat ze er zich thuis voelen. Ze kunnen er taken uitvoeren, mee activiteiten organiseren, mee beleid voeren en een plaats krijgen binnen bestuursorganen. Het is nodig om meer jongeren in te schakelen, zodat die jongeren de kans krijgen om hun situatie -‐de situatie in de kansarme wijken-‐ binnen te brengen in de jeugdhuizen. Samen willen we aan de slag: ten eerste willen we de jongeren zelf laten vooruitgaan. D’Broej kan helpen de jongeren een kansrijkere toekomst te geven. We zijn er tevens van overtuigd dat we samen met de jongeren projecten kunnen opstarten die naar de wijk toe iets veranderen: ateliers, kleine oplossingen voor grote problemen, vorming, workshops, signaleren…
Om dit te bereiken, willen we in 2015 inzetten op het ontwikkelen en perfectioneren van verschillende methoden om zoveel mogelijk 'profielen' van jongeren/vrijwilligers te betrekken bij ons werk, hierover uit te wisselen met de beroepskrachten (coördinatoren en jeugdwerkers) teneinde good practices intern en extern te delen. We werken hiervoor aan 3 grote pijlers: -‐ Jongeren worden gevormd/gecoacht tot vrijwilliger (als animator of decisionmakers); -‐ Jeugdwerkers worden opgeleid tot vrijwilligerscoaches; -‐ Een gemeenschappelijk vrijwilligersbeleid wordt uitgebouwd (als onderdeel van het personeelsbeleid – zie ook verder). 1. Jongeren worden gevormd/gecoacht als vrijwilliger Jongeren die een duurzaam engagement opnemen in de jeugdwerking (bijvoorbeeld in een atelier, speelweek of kamp), worden opgevolgd via een (animatieve vrijwilliger) competentietool. Deze competentietool brengt in kaart waar de jongere goed in is en wat zijn haar werkpunten zijn waardoor hij/zij beter opgevolgd kan worden alsook gevaloriseerd wordt. In 2015 maken we hiervan een gemakkelijke en aantrekkelijke handleiding. Actie 1
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
3
Jongeren kunnen zich vormen als animatieve vrijwilliger: hulpmonitor, monitor of hoofdmonitor. De verschillende jeugdhuizen werken in deze op verschillende (animatieve vrijwilliger) snelheden. In 2015 zullen in sommige werkingen kortlopende hulpmonitorvormingen worden opgezet, in andere langdurende monitorvormingen en in nog andere situaties volgen vrijwilligers vormingen bij externe partners (bijv. bij Uit de Marge of Jes vzw). Actie 2
We ontwikkelden afgelopen jaren het concept mini-‐moni-‐kamp, waar vrijwilligers opleiding krijgen om animator te worden. Dit is een kamp met een (animatieve vrijwilliger) groep vrijwilligers en een groep kinderen. De vrijwilligers krijgen vorming op het kamp en moeten 'het geleerde' onmiddellijk in de praktijk omzetten (met de aanwezige groep kinderen). In 2015 zullen we deze methode documenteren en onze expertise ontsluiten. Actie 3
Actie 4 (decision maker)
Actie 5 (decision makers)
16 vrijwilligers en 8 jeugdwerkers gaan begin februari 2015 op visieweekend. Bedoeling is om het vrijwilligersbeleid van D’Broej scherper te krijgen en samen met de jongeren vorm te geven. We stappen deels af van de klassieke maandelijkse jongerenraden waarin we de jongeren horen over allerlei thema's eigen aan het jeugdhuis en de wijk. We experimenteren met alternatieve vormen van participatie en dit weekend is er één van. Vrijwilligers worden gevormd/gevoed over maatschappelijke thema's teneinde er kleine acties samen met het doelpubliek voor op te zetten (burgerschapsvorming / leiderschapsvorming / werken aan politiek bewustzijn en kritische geest).
Jeugdwerkers worden opgeleid tot vrijwilligerscoaches Actie 1
Een tweetal jeugdwerkers (= vrijwilligerscoaches) per werking volgen een 2 maandelijkse intervisie over het thema 'vrijwilligers'. Cases worden voorgelegd, besproken en geanalyseerd. Deze intervisie werd reeds vorig opgestart en dit jaar verdergezet. De intervisie wordt extern begeleid. Conclusies van belang voor de organisatie worden opgepakt door het beleidsteam (zie verder)
Actie 2
2 maandelijks vindt er een vergadering plaats waar gezamenlijke initiatieven worden uitgewerkt en good practices worden uitgewisseld.
Actie 3
Bovenlokaal wordt op maat en op vraag ondersteuning gegeven aan de vrijwilligerscoaches.
Een gemeenschappelijk vrijwilligersbeleid wordt uitgebouwd Actie 1
Eind 2015 bestaat er een definitie van de verschillende profielen van vrijwilligers in onze organisatie.
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
4
Actie 2
In 2015 werken we met éénvormige vrijwilligerscontracten.
Actie 3
Er wordt een functieprofiel opgemaakt van een 'vrijwilligerscoach' (zie sd4, doorgroeimogelijkheden bij personeel).
Actie 4
Eind 2015 organiseren we een methodiekenbeurs over het werken met vrijwilligers in d'broej waar we onze methoden en beleid delen met de buitenwereld.
Lokaal Actie 1
Actie 2
Actie 3
Actie 4
Actie 5
Een groep vrijwilligers (+18) van VMJ wordt getraind in het geven van multimedia-‐ateliers aan tieners. Tegelijk krijgen deze vrijwilligers de kans om zich maandelijks bij te scholen in multimedia-‐methoden. Een 10-‐tal vrijwilligers en enkele jeugdwerkers/coördinatoren uit de werkingen BBA, Peterbos en Chicago trekken een week de Pyreneeën in. Algemene doelstelling: persoonlijke ontwikkeling, creëren van zelfvertrouwen. In de Pyreneeën wordt gewerkt aan het engagement van jongeren (om hun leven in handen te nemen en om een engagement op te nemen in het jeugdhuis en mogelijks in de wijk). Deze week is tevens een vormingsweek voor de jeugdwerkers en coördinatoren. Indien financieel en praktisch haalbaar wordt ook een tweede trekking georganiseerd met vrijwilligers uit andere lokale werkingen. We willen ertoe komen dat we voor dergelijke projecten geen externe expertise meer hoeven in te huren. In Miks, Chambery en Ratatouile worden acties ondernomen om van de bestaande poule vrijwilligers een groep te vormen, die op termijn sterk genoeg staat om zelf initiatieven te nemen. Daartoe wordt onder andere een vrijwilligersweekend georganiseerd waar voornamelijk rond visie zal gewerkt worden. Minimaal 1 vrijwilliger per werking begeleidt zelfstandig een wekelijks atelier of activiteit. Enkele voorbeelden: * bokstraining in BBA * voetbalwerking in VMJ en Chicago * spel en Sport atelier in Ratatouille * 1 atelier van de fanfakids * kookatelier in Chambery * … In Chambery zal men in 2015 verder werk maken van de uitbouw van een JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
5
Actie 6
sociale minionderneming ‘chambebie’ (= sociale babysitdienst) dat volledig geleid wordt door een groep vrijwilligers die op hun beurt gecoacht worden door een beroepskracht en ondersteunt (oa. via vorming) door Vlajo In Peterbos is er dringend nood aan het uitbreiden van de beschikbare ruimte voor activiteiten. Daarvoor wordt een huidige stockageplaats omgebouwd tot multifunctionele zaal en wordt een grote bouwkeet aangekocht. Hoe dat alles zal ingericht worden is in handen van de jongeren, een stukje decoratie zal met de kinderen gebeuren.
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
6
Strategische Doestelling 2: Samen verantwoordelijk voor de jongeren en de wijk. In het Beleidsplan spreken we over: A. We zijn ervan overtuigd dat we in samenwerking met andere partners in staat zullen zijn om de jongeren beter te begeleiden. … Regelmatig overleg met de school kan positief zijn voor zowel school als jongere. We denken tevens dat we meer contact moeten leggen met de ouders, om zo tot een coherent verhaal te komen. …. B. We willen ervoor zorgen dat er binnen ieder jeugdhuis formele structuren zijn die de jongeren opvolgen en begeleiden. … We denken dat het positief is om de jongeren binnen het jeugdhuis in team te bespreken (mits het respecteren van de deontologische code) zodat we als geheel nadenken over de jongeren in kwestie. … C. We willen niet alleen de jongeren laten vooruitgaan, maar ook de oorzaken van de problemen aanpakken. We willen werken aan wijk-‐jongeren-‐opbouwwerk. … De actieweek is een hefboom voor het aangaan van dergelijke partnerschappen. D’Broej wil komen tot duurzame partnerschappen met verenigingen, instellingen en overheden. Dit om te signaleren of druk uit te oefenen waar nodig en veranderingen te realiseren voor onze doelgroep. D. Voor sommige structurele en collectieve maatschappelijke problemen zijn er geen structurele en duurzame oplossingen mogelijke op het niveau van de wijk of de jongere. Daarom zal D’Broej, net zoals we zelf onze verantwoordelijkheid proberen op te nemen, ook politieke overheden en instellingen wijzen op hun verantwoordelijkheid.
A.1. Belang van werken met ouders. We hechten veel belang aan het werken met ouders. In haast alle jeugdwerkingen wordt reeds met ouders gewerkt: van regelmatig tot sporadisch, individueel of collectief, animatief of ondersteunend. Dit jaar zal D’Broej het werken met de ouders systematiseren om te komen tot groepen waar ouders in contact kunnen komen met elkaar (voor het delen van ervaringen), met het jeugdhuis (voor band met jeugdhuis en ondersteuning van hun kinderen) en waar ze kunnen bijleren (opvoedingsondersteuning en andere vaardigheden) om zo tot oplossingen te komen. Centraal: Actie 1
Actie 2
Actie 3
Actie 4
Actie 5
We lanceren 2 pilootprojecten in 2 jeugdhuizen die binnen 1 jaar uitgebreid zullen worden naar de verschillende lokale werkingen. We stellen een centrale visie op die de doelstellingen bepaalt van het werken met ouders (bv veiligheid voor het jeugdhuis, opvoedingsondersteuning, peer-‐ ontmoetingen voor ouders). We richten een stuurgroep op binnen D’Broej, bestaande uit animatoren van de jeugdwerkingen die verantwoordelijkheid hebben over ouderwerking. Doelstelling is uitwisselen van ervaringen, opstellen concept. Zij sturen het project mee aan. We documenteren doelstellingen en methodieken over het werk met ouders. Op die manier ontsluiten we onze expertise. In het kader van de oudergroepen gaan we samenwerkingen aan met organisaties zoals Hop-‐On, het huis der gezinnen, opvoedingswinkel, Solentra, … JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
7
Actie 6
Actie 7
We geven centrale ondersteuning – op maat – aan iedere werking die met ouders werkt. Bijzondere aandacht wordt besteed aan ouders die zélf verantwoordelijkheden willen opnemen.
Lokaal Actie 1
Actie 2
Actie 3
Actie 4
Actie 5
Op VMJ starten we een regelmatige oudergroep. Deze groep wordt uitgebouwd door een jeugdwerker, en bestaat uit een wekelijks contactmoment (individueel en collectief) met ouders. Doelstelling is door meer regelmatig contact met ouders, een betere ondersteuning voor de kinderen te krijgen. Tevens creëren we zo een beter netwerk, worden ouders gevormd, kunnen ze peers ontmoeten, ed. Op Ratatouille starten we een regelmatige oudergroep. Deze groep legt een accent op opvoedingsondersteuning en wordt mee begeleid door Hop-‐On. In andere jeugdwerkingen waar al een oudergroep bestaat (Centrum West, Chambery) wordt deze verdergezet. In september 2015 worden de pilootprojecten uitgebreid naar 3 andere werkingen. In iedere jeugdwerking heeft een animator de specifieke opdracht in te staan voor het werken met ouders.
A.2. Overleg met scholen. Een tweede belangrijke partner waar we geprivilegieerde aandacht aan willen besteden zijn de scholen. We doen dit omdat heel veel van onze kinderen een problematisch schoolparcours hebben, waar zowel de animatoren als de jeugdwelzijnswerkers veel aandacht aan moeten besteden. Centraal: Actie 1
Actie 2
Actie 3
Dit jaar willen we centraal de goede ervaringen systematiseren: wat zijn de verschillende manieren die D’Broej toepast om onderwijsondersteuning te geven aan onze kinderen en jongeren en hoe kunnen we in overleg gaan met scholen. D’Broej blijft prominent deelnemen aan overlegstructuren zoals LOP, overleg met OCB, uitwisseling en samenwerkingen met Erasmushogeschool en andere onderwijsinstellingen. We werken ook nauw samen met Brede School Molenbeek, Brusec en zitten in de stuurgroepen van deze organisaties. We willen een overleg met de betrokken overheden omtrent onderwijsproblematiek, alsook met koepels én het OCB over hoe we dit structureel moeten benaderen.
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
8
Lokaal Actie 1
Actie 2
Actie 3
Actie 4
In Chicago loopt een project waarbij jonge vrijwilligers onderwijsondersteuning geven aan kinderen, in nauwe samenspraak met de school. In overleg met leerkrachten worden leerlingen geselecteerd die extra ondersteuning nodig hebben (vooral coaching), die dan verzorgd wordt door vrijwilligers van het jeugdhuis. In VMJ loopt een actieve huistaakschool, die in regelmatig contact staat met de leerkrachten van de betrokken scholen. Ratatouille werkt in samenwerking met de school “de Buurt” in Schaarbeek en in nog nauwere samenwerking met Brede School Schaarbeek. Tegelijkertijd heeft Ratatouille een goed functionerende oudergroep. Ratatouille maakt deel uit van de schoolraad, en pleegt tevens overleg met OCB hieromtrent. Op die manier werken verschillende actoren samen in teken van het welzijn van kinderen en ouders. Chambery werkt goed samen met 2 scholen waar de kinderen voornamelijk vandaan komen. Er lopen gezamenlijke projecten gericht op wijk en de leefomgeving van de kinderen. Tegelijkertijd hebben ze een regelmatig overleg in het kader van de opvolging van de kinderen.
A.3. Méér dan 200 samenwerkingsverbanden In totaal hebben de 8 jeugdwerkingen van D’Broej méér dan 200 samenwerkingsverbanden. We gaan ervan uit dat we partners nodig hebben om de situatie voor onze jongeren te verbeteren, dat er veel expertise bij anderen zit, dat we alleen te geïsoleerd zijn om onze jongeren alle oplossingen te kunnen bieden. Daarom zien we bij veel lokale en centrale initiatieven partnerschappen ontstaan. Het zijn er teveel om op te noemen. Hieronder een aantal voorbeelden, om een beeld te geven van de samenwerkings-‐dynamiek die bestaat bij de koepel D’Broej én in de lokale deelwerkingen. Enkele voorbeelden: -‐ BBA maakt een theatervoorstelling in samenwerking met KVS. -‐ Filmfestival MinuutQuartier werd en wordt georganiseerd in samenwerking met oa Bronks, KVS, Zinnema,… -‐ In Peterbos bestaat een deel van het team uit medewerkers van de gemeente Anderlecht en delen ze hun bureauruimte met medewerkers van Samenlevingsopbouw. Dit resulteert niet alleen in concrete samenwerking voor een aantal evenementen (wijkfeest, kerstlunch, Sintfeest) maar er worden ook intervisies georganiseerd met dat uitgebreide team om hun samenwerken te analyseren en optimaliseren. -‐ Chicago werkt samen met Fietsersbond voor het organiseren van een fiets-‐evenement voor 500 jongeren. -‐ De vormingsdriedaagse voor het personeel van D’Broej wordt mee gegeven door Groep Intro, Lejo, Uit de Marge, Time Out Brussel ea … -‐ De jeugdwelzijnswerkers werken samen met OCB of Hop-‐On voor opvoedingsondersteuning, -‐ Ieder jeugdhuis van D’Broej maakt deel uit van zijn plaatselijke Brede School. -‐ Centrum West zet structurele samenwerkingen verder met bijvoorbeeld Ultima Vez voor de organisatie van dansateliers en de creatie van een dansfilm. -‐ En samen met Circus Zonder Handen wordt in 2015 een productiegroep opgericht die klaargestoomd JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
9
wordt om voorstellingen te geven op wijkfeesten en andere evenementen. -‐ … B) Belang van specifiek jeugdwelzijnswerk Het beleidsplan heeft als doelstelling: “We willen ervoor zorgen dat er binnen ieder jeugdhuis formele structuren zijn die de jongeren opvolgen en begeleiden. …” Dat vertrekt vanuit de nood om jongeren structureel en professioneel te ‘bespreken’. We willen dat doen omdat we vinden dat jongeren recht hebben op een zo goed mogelijke ondersteuning. Daarom willen we regelmatig alle jongeren bespreken onder animatoren: met het zicht op hoe we de jongere beter kunnen helpen, doen ontwikkelen, stimuleren, talenten doen ontwikkelen, vrijwilliger laten worden in het jeugdhuis. Centraal Voor structureel en professioneel welzijnsoverleg blijft D’Broej inzetten op de Centrale Welzijnspijler. Bij de 8 jeugdwerkingen van D’Broej werken 3 jeugdwelzijnswerkers: de sociaal assistenten van onze jeugdwerkingen. 3 assistenten voor 1300 kinderen en jongeren én hun ouders. Dat legt een serieuze druk, dat vraag om keuzes maken en doeltreffend werken. De 3 jeugdwelzijnswerkers worden centraal aangestuurd, ze ondersteunen de animatoren van de jeugdhuizen met als nadruk: hoe op een professionele manier de jongeren hulpverlening bieden. Actie 1
Actie 2
Actie 3
Actie 4
Actie 5
In iedere werking is een regelmatig (maandelijks) overleg waar kinderen en jongeren besproken worden in het kader van jeugdwelzijn. Uit dit overleg komen initiatieven voor interventies voor welzijn van kinderen en jongeren. Jeugdwelzijnswerkers organiseren tevens groepsactiviteiten in het kader van sensibilisering en preventie Lokale jeugdwerkers krijgen ondersteuning van de jeugdwelzijnswerkers in het kader van welzijnsvragen van kinderen en jongeren (en hun ouders). Lokale werkingen krijgen een deontologisch kader voor dit werk
C. Jongeren-‐wijk-‐werking en signaleren D’Broej wil blijven signaleren én druk uitoefenen om de situatie van onze jongeren en van de wijken duurzaam te veranderen. We willen dit doen op een participatieve manier, en graag in samenwerking met andere organisaties en diensten. We willen méér doen dan alleen maar een “plakker op een houten been”, maar jongeren ertoe aanzetten om zich te vormen en in te zetten voor maatschappelijke verandering. Dit is een proces van empowering en emancipatie. Centraal: Actie 1
Organiseren van een Parade. Als gevolg van lokale burgerschapsprojecten organiseert D’Broej een – ludieke en contestataire – optocht van jongeren en kinderen met als centrale boodschap: we willen een stadsbeleid dat méér kansen geeft aan alle kinderen en jongeren uit de wijken. JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
10
Actie 2
Actie 3
Actie 4
Actie 5
Actie 6
Om die centrale en lokale projecten te sturen: beschikt D’Broej over een stuurgroep die bestaat uit jeugdwerkers uit de lokale werkingen. Deze stuurgroep gaat dit jaar veel belang hechten aan vorming en systematiseren van ervaringen. We bieden ondersteuning op maat aan voor iedere werking die lokale burgerschapsprojecten organiseert. D’Broej organiseert dit jaar ook minstens één signaaldag rond een bepaald thema. De eerste signalerende dag zal dit jaar overkoepelend georganiseerd worden rond het thema ‘toegankelijkheid van sport voor kansarme kinderen en jongeren’. Deze dag wordt mee georganiseerd door verschillende partners in Brussel. Belangrijk voor burgerschap is het beschikken over kennis. We organiseren dit jaar 4 vormingen voor het personeel waarbij we inhoudelijke thema’s willen uitdiepen: recht op sport, recht op ontspanning, recht op onderwijs… Op die manier willen we onze jeugdwerkers de bagage geven om inhoudelijk te werken. We systematiseren andere methodes van burgerschapsprojecten zoals we die reeds doen (zie de toolkit van D’Broej) en boekstaven deze nieuwe methoden.
Lokaal Actie 1
Actie 2
Actie 3
Actie 4
Actie 5
In de Bockstaelwijk neemt Miks initiatief voor het project Groene Wijk. De wijk wordt gekleurd met bloemen en planten, in samenwerking met buurtbewoners en asbl Quartier Verts. Het jongerenproject rond identiteit van VMJ gaat een 2de fase in. Na het bezoeken en onderzoeken van hun (cultureel) erfgoed gaan ze in de 2de fase op onderzoek naar wat de toekomst hen te bieden heeft, individueel maar vooral ook als gemeenschap. VMJ is vertegenwoordigd in de gemeentelijke werkgroep rond de relatie tussen politie en jongeren. Ze nemen daarbinnen initiatief om ontmoetingen te organiseren tussen politiemensen in opleiding en jongeren uit de wijk waar die in gaan werken. Er zijn ook plannen om een groep van politiemensen en jongeren samen te stellen die gezamenlijk de 20km van Brussel lopen. Centrum West en VMJ zijn vertegenwoordigd in de werkgroep rond het oprichten van de gemeentelijke jeugdraad in Molenbeek en is zo mede organisator van een structureel verankerde inspraak van jongeren op gemeentelijk niveau. Samen verantwoordelijk betekent ook dat de jongeren mede verantwoordelijk zijn voor ‘hun wijk’. De intergenerationele projecten spelen hier een belangrijke rol in. Jongeren van Centrum West gaan een aantal keer op bezoek in een rust-‐ en verzorgingstehuis en bezorgen de bewoners er een gezellige en warme JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
11
Actie 8
Actie 9
namiddag met hun aanwezigheid en activiteiten. In het kader van opleiding van vrijwilligers en animatoren geven Chambery en Chicago vorming aan vrijwilligers: met maatschappijanalyse en ‘hoe burgerschapsprojecten’ uitvoeren. Ratatouille voert een project uit rond Solidariteit, waarin jongeren van het jeugdhuis een traject afleggen rond de armoede en de situatie van de daklozen in Brussel.
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
12
Strategische doelstelling 3: Wat we doen, doen we goed. Kwaliteit.
In het Beleidsplan staat: “Een heleboel activiteiten doen we reeds goed. Het veralgemenen van deze best practices en de andere activiteiten op een vergelijkbaar niveau krijgen, is een uitdaging voor de komende beleidsperiode.” “Een belangrijk element om kwaliteitsvol te werken, is regelmatig overleg (op team en tussen coördinator en jeugdwerker) te organiseren waar de programmatie grondig voorbereid en geëvalueerd wordt. Dat laat ons toe om de doelstellingen van onze werking te expliciteren en voortgang te zien.” “We willen de kwaliteiten van de jeugdwerkers meer tot hun recht laten komen en de kwaliteit van onze werking verhogen door meer samen te werken als team, vertrekkende vanuit de complementariteit van competenties en kwaliteiten.” Centraal We willen de kwaliteiten van de jeugdwerkers meer tot hun recht laten komen en de kwaliteit van onze werking verhogen door meer samen te werken als team, vertrekkende vanuit de complementariteit van competenties en kwaliteiten. Op die manier wordt personeel ingezet op de plaats waar ze goed zijn (diversiteits -‐en competentiemanagement). Via werkbesprekingen brengen we de competenties en lacunes van ons personeel in kaart en detecteren we vormingsnoden. Dit laat ons toe om groeipistes voor elk personeelslid uit te tekenen. We willen ook blijvend energie steken in het vormen van onze jeugdwerkers en coördinatoren zodat ze nog beter in staat zijn om een aanbod te programmeren in overeenstemming met de visie Een geheel dat meer is dan het naast mekaar zetten van de delen wordt echter pas verwezenlijkt als de onderdelen zich ook als deel van het geheel (willen) zien en voelen en zich zo gedragen. Daarom wil D'Broej de coherentie, de uitwisseling en de samenwerking tussen de lokale werkingen en haar personeelsleden verhogen door beter op de hoogte te zijn van wat de anderen doen, en daar inspiratie uit te kunnen putten voor hun eigen werk. Actie 1
In de takenpakketten van de algemene coördinatoren en stafmedewerkers wordt meer tijd vrijgemaakt voor lokale ondersteuning (0,2 VTE in totaal, bovenop ondersteuning voor financiën, infrastructuur). Naargelang de noden in elke lokale werking is die tijd voorzien voor: coaching van de lokale coördinator, (mee)begeleiden van de groepsdynamische processen en inhoudelijke trajecten op teamniveau, (mee) begeleiden van lokale projecten,.. Tegelijkertijd wordt zo een nog sterkere band opgebouwd tussen het terreinwerk en de beleidsorganen van de organisatie.
Actie 2
Interne expertise. Expertise halen waar ze zit en inzetten waar ze nodig is. Bij D’broej werken vele ervaren jeugdwerkers met uiteenlopende expertises. We gaan bij het zoeken naar antwoorden op begeleidingsnoden op zoek naar personeel uit andere lokale werkingen
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
13
die daar een rol in kunnen spelen. Zo zetten we aanwezige expertise optimaal in en smeden we banden tussen de werkingen onderling. We weten dat een belangrijk deel van kwaliteitsverbetering gebeurd door het opvolgen, coachten bijsturen en scholen van jeugdwerkers op het terrein. Strategische Doelstelling 4 waakt dan ook mee over het uitvoeren van deze doelstellingen.
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
14
SD 4 : ‘Groeien’ door opvolging en trajecten Bij het opstellen van het beleidsplan, planden we het volgende: “We geloven bij D’Broej heel sterk in mensen, en het potentieel waarover mensen beschikken. We merken dat veel menselijk kapitaal verloren gaat of onderbenut wordt. … Willen we onze gasten doen vooruit gaan dan zullen ook onze medewerkers moeten groeien, en de kans krijgen om competenties bij te schaven en/of te verwerven.” “We gaan de kinder-‐ en tienergroepen maandelijks bespreken en opvolgen, met als doel talenten op te sporen, behoeften te ontdekken en moeilijkheden aan te pakken. Uiteraard wordt niet elk kind of elke tiener individueel opgevolgd, wel diegene(n) die een specifieke omkadering nodig hebben.” “Ten tweede schrijven we aan het begin van deze beleidsperiode een vrijwilligersbeleid voor onze organisatie uit. Dit zal ons in staat stellen om jongeren vanaf 15 jaar op te volgen en trajecten aan te bieden ten voordele van hun persoonlijke ontwikkeling, ten voordele van het jeugdhuis (als hulp-‐animator, klusjeshulp of andere) en de wijk (leadership).” “Ten derde maken we werk van competentieprofielen voor de verschillende functies in onze organisatie. Via werkbesprekingen brengen we de competenties en lacunes van ons personeel in kaart en detecteren we vormingsnoden. Dit laat ons toe om groeipistes voor elk personeelslid uit te tekenen. We willen ook blijvend energie steken in het vormen van onze jeugdwerkers en coördinatoren zodat ze nog beter in staat zijn om een aanbod te programmeren in overeenstemming met de visie (zie ook SD 3).”
We geloven sterk in mensen en het potentieel waarover kinderen, jongeren, vrijwilligers en animatoren beschikken. Kinderen en jongeren die bij ons “zijn langsgeweest”, moeten (maatschappelijk) sterker naar huis gaan dan dat ze zijn toegekomen. Om dit te bewerkstelligen zullen kinder– en tienergroepen regelmatig besproken en opgevolgd worden zodat specifieke omkadering voorzien wordt voor diegene(n) die het nodig hebben en interventies voor de programmatie worden ontwikkeld. We realiseren ook een vrijwilligersbeleid: we willen met méér vrijwilligers dan nu aan de slag, we willen ze beter opleiden en ze regelmatig valoriseren (traject). Hiertoe zullen we de competenties en lacunes van de jeugdwerkers en coördinatoren moeten kennen opdat ze deze kunnen bijschaven/verwerven. We realiseren dus ‘Persoonlijke Ontwikkelingstrajecten’. In 2015 willen we méér werk maken van een gestructureerd personeelsbeleid. Willen we 'wat we doen, goed blijven doen', dan zullen we tijd moeten investeren in het professionaliseren van ons aanwervingsbeleid en opvolgingsbeleid en het blijven vormen van onze werknemers. Er werden uiteraard reeds veel acties ondernomen maar we voelen dat onze organisatie nood heeft aan een meer doordacht personeelsbeleid om het personeel ten volle in zetten op waar ze goed in zijn (competentiegericht werken). Bovendien staat d'broej voor 'groeien' in de organisatie, niet enkel jongeren worden gevolgd in hun groei, ook jeugdwerkers. Bovenlokaal Actie 1
Groeimogelijkheden in de organisatie in kaart brengen (meer dan jeugdwerker en coördinator)
Actie 2
Prioritaire competentieprofielen uitwerken. Om een degelijk aanwervings-‐ en personeelsbeleid te voeren, moeten we beschikken over een zo volledig mogelijk profiel van de verschillende functies die binnen D’Broej van toepassing zijn. Pas dan kunnen we beter aanwerven en een beter persoonlijk carrièreplan
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
15
opstellen met de mensen. Actie 3
Verduidelijken van belangrijke principes in het personeelsbeleid. We hebben ervoor gekozen om uit te gaan van teamcompetenties in tegenstelling tot de vereiste dat elkeen die over dezelfde competentie dient te beschikken. In 2015 vertalen we deze oefening naar de jeugdwerkingen en tekenen we verder uit wat dit betekent voor het aanwervingsbeleid.
Actie 4
Aanwervings-‐ en sollicitatieprocedure verbeteren. Hiervoor de profielen én de procedures opstellen die gevolgd moeten worden.
Actie 5
Competenties en lacunes van personeelsleden in kaart brengen via werkbesprekingen, functionerings -‐en evaluatiegesprekken teneinde een individueel en collectief vormingsplan voor 2015-‐2016 op te maken.
Actie 6
Intensieve aansturing en coaching van coördinatoren.
Actie 7
Vorming: #Doorlopend vormen van nieuwe medewerkers via vormingdagen #Doorlopend vormen van teams in maatschappelijke participatief werken in Brusselse wijken, werken aan een politiek bewustzijn en kritische geest. #Doorlopend trainen van coördinatoren in coachingsvaardigheden #Via een driedaagse met de hele personeelsploeg werken aan teambuilding en visieontwikkeling in d'broej.
Actie 8
Zie ook de acties die D’Broej onderneemt in het kader van het vrijwilligersbeleid (SD1 Ownership).
Lokaal Actie 1
Actie 2
Actie 3
In alle werkingen worden kinderen en jongeren besproken, zowel individueel als in groep, zowel informeel als formeel. Deze besprekingen doelgerichter houden en structureel inbedden in de wederkerende vergaderingen is een aandachtspunt voor dit jaar. We noemen dit het -‐12 en +12 overleg. Het ervaringsgericht leren neemt in de trajecten die we met de jongeren aangaan een belangrijke plaats in. Via grensverleggende ervaringen en reflectie erover worden belangrijke stappen gezet in hun ontwikkeling en kijk op de wereld. Miks en VMJ organiseren samen met JES vzw een klimweek in de krokusvakantie en een avonturenweekend later op het jaar. Gezien het hier om een gemixte groep van 2 jeugdhuizen gaat kennen niet alle jongeren mekaar, wat de uitdaging voor hen nog groter maakt. JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
16
Actie 4
Elke werknemer van D’Broej krijgt regelmatige werkbesprekingen, twee keer jaarlijks een functioneringsgesprek op basis van hetwelk een groeiplan kan opgesteld worden.
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
17
SD 5 : Meer steun voor D’Broej en haar visie Het Beleidsplan van D’Broej schrijft: “De wijken waarin wij werken, de jongeren waarmee wij werken en bijgevolg ook ons werk ligt geregeld onder vuur. Wij willen hier verandering in zien maar we kunnen dat niet alleen. We moeten daarvoor samenwerkingen kunnen aangaan met overheden, publieke opinie, wijkorganisaties en ouders.” “Veel van onze jongeren zijn betrokken in toffe projecten die te weinig gekend zijn. Door deze projecten in de kijker te zetten, door standpunten in te nemen en er de publieke opinie mee te bereiken willen we een positievere beeldvorming over de wijken waarin we werken en de jongeren die erin wonen.”
Er heerst een eenzijdig beeld van de jongeren in onze wijken waardoor het maatschappelijk draagvlak voor ons werk niet vanzelfsprekend is en meer en meer onder druk komt te staan. We gaan daarom op zoek naar meer steun, bij ouders en partners, bij het beleid, en tenslotte en vooral bij de publieke opinie. We zoeken manieren om de stem van de onze jongeren te laten horen en organiseren projecten om hen hierin te vormen en ervaring op te laten doen. Actie 1
In 2015 gaan we verder met het organiseren van participatieve projecten en burgerschapsacties. Hierin hebben de kinderen en jongeren zelf in handen welk thema behandeld wordt en op welke manier. De burgerschapsprojecten zijn een ideaal project waarmee jongeren clichés doorprikken: jongeren die dikwijls afgeschilderd worden als “problematisch”, zijn nu acteurs in positieve verandering in de wijk.
Actie 2
We organiseren een parade om aan de projecten van de jongeren ruchtbaarheid te geven, hun thema’s in de kijker te zetten en in de kijker te zetten hoe ze zelf hun projecten vorm gegeven hebben.
Actie 3
We hebben een bovenlokale werkgroep ‘participatieve projecten’ waarin de verschillende lokale werkingen zijn vertegenwoordigd. Zij zijn de motor van de burgerschapsinitiatieven van alle werkingen. Ze komt samen om ervaringen uit te wisselen, samenwerkingen te organiseren en de praktische organisatie van de parade uit te werken. Naast de projecten die met de parade in de kijker lopen worden tal van andere projecten en ateliers op een participatieve manier georganiseerd. De bovenlokale werkgroep wisselt uit over hoe die projecten verlopen en organiseert begeleiding en coaching waar nodig. Zo wordt een permanent vormingsproces in gang gezet op basis van de concrete ervaringen van de jeugdwerkers zelf.
Actie 4
In het kader van het huidige politiek klimaat willen we niet enkel stilstaan bij relevante maatschappelijke thema’s, maar vooral ook standpunten innemen als organisatie met betrekking tot thema’s die belangrijk zijn voor onze jongeren en Brussel. Als gevolg van de inhoudelijke vormingen: komt D’Broej naar buiten met standpunten verbonden met de basisrechten van kinderen en jongeren in Brussel: recht op ontspanning, recht op woning, recht op JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
18
onderwijs, Door meer rond gezamenlijke standpuntbepaling te werken willen we als organisatie een duidelijker stem laten horen maar ook de medewerkers steunen in hun individuele contacten met (lokale)beleidsmakers, partnerorganisaties, buurtbewoners,.. De politieke en maatschappelijke evoluties vragen erom.
Actie 5
Alle werkingen, alle jeugdwerkers, de jeugdwelzijnswerkers worden dagelijks geconfronteerd met problematische onderwijssituaties waar de deelnemers aan onze activiteiten in verzeild raken. Het thema ‘onderwijs’ komt bij zowat alle overlegmomenten op tafel. Zowel lokaal als bovenlokaal worden acties en projecten rond dit thema opgezet.
Actie 6
Onder de werktitel D’Broej Art Festival worden de eerste voorbereidselen getroffen om het kunnen en de kunsten van de deelnemers aan onze ateliers en projecten aan een breed publiek te tonen.
Actie 7
D’Broej heeft een nieuwe website en nieuwsbrief. Via deze kanalen willen we de rijkdom van onze jongeren en hun projecten meer in de kijker zetten.
Actie 8
D’Broej zal aandacht besteden om bepaalde initiatieven in de nationale pers te krijgen, om op die manier aan positieve beeldvorming te doen van onze jongeren. We willen op die manier het negatieve beeld dat ‘jan met de pet’ heeft over de jongeren (de wijken, Brussel) kunnen bijschaven naar een positief beeld.
Actie 9
D’Broej wil regelmatig een structureel (en/of informeel) overleg met de beleidsmensen die van belang zijn voor onze wijken en jongeren. Op die manier willen we kunnen overbrengen hoe wij werken, welke kansen de jongeren van de wijken verdienen en dikwijls niet krijgen.
Actie 10
D’Broej ondersteunt lokale werkingen in het naar buiten brengen van lokale verhalen die een positieve beeldvorming naar buiten kunnen dragen. Sociale media spelen hierbij een grote rol.
Lokaal Actie 1
Actie 2
Alle werkingen nemen deel aan Parade in maart. Het is een parade waarin elke groep zijn aparte boodschap kan steken: voor een propere wijk, voor meer steun aan daklozen,… In samenwerking met de CLES is VMJ de drijvende kracht achter ‘Futsal Molenbeek’, 6 voetbalploegen van jong tot oud waarvan de eerste ploeg in 1ste nationale wekelijks makkelijk honderden toeschouwers trekt. De omkadering van de ploegen en de trainingen gebeurt uitsluitend door vrijwilligers en voor de organisatie en omkadering van de wedstrijden kan VMJ rekenen op een brede schare JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
19
Actie 3
Actie 4
Actie 5
Actie 6
sympathisanten. VMJ en Centrum West spelen een belangrijk rol in de oprichting van de jeugdraad van Molenbeek. Hierdoor is de band tussen het (jeugd)beleid van Molenbeek en onze jeugdwerkingen veel nauwer, wat de steun voor onze werkingen ten voordele komt. We willen de ervaring van Molenbeek doortrekken naar andere jeugdhuizen. Lokale werkingen hebben aandacht voor “naar buiten brengen” van verhalen. We willen de positieve verhalen en ervaringen bekendmaken bij de mensen die Brussel en de wijken niet kennen. Tegelijkertijd is het belangrijk de mensen te informeren over de realiteit van de jongeren in Brussel; de armoede, de werkloosheid, de discriminaties. Lokale werkingen (vertegenwoordigers) nemen deel aan overlegmomenten met beleid: zowel op informele als formele manier. VMJ organiseert in de krokusvakantie samen met FBIA een internationaal toernooi improvisatietheater. De talenten van de jongeren krijgen een breed internationaal forum en de mogelijkheden van het improvisatietheater om die verder te ontwikkelen worden in de kijker gezet.
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
20
Strategische Doelstelling 6 : Organisatieontwikkeling. D’Broej heeft zich voorgenomen aandacht te besteden aan de ontwikkeling van onze organisatie. We willen dit realiseren door interne procedures en reglementen te ontwikkelen die de coherentie, de efficiëntie en de kwaliteit in de organisatie verhogen waardoor de jeugdwerkers zich volledig kunnen concentreren op hun werk met de jongeren. We willen ook een organogram hebben met voor iedereen een duidelijke plaats en verantwoordelijkheden, met een inhoudelijke en pedagogische visie die toegepast wordt in het concrete werk met de kinderen, jongeren en ouders. Tegelijkertijd willen we dat de medewerkers meer op de hoogte zijn van wat de collega’s doen en dat ze ‘deel uitmaken van D’Broej’ beschouwen als een meerwaarde voor hun werk. We willen dat de’ minimale basisvoorwaarden’ voor elke lokale werking aanwezig zijn. Onder basisvoorwaarden verstaan we dat iedere werking beschikt over voldoende lokalen, voldoende personeel (ten minste 3,5 VTE) en voldoende financiële middelen om de werking te voorzien die van ons verondersteld wordt. Maar we gaan ook verder. Om een financieel gezonde organisatie te blijven volstaat een herverdeling van de beschikbare middelen niet. Om een antwoord te bieden op de uitdagingen van de toekomst hebben we nood aan meer, en meer diverse financiële steun. Door de indexering van de lonen dreigt het evenwicht tussen personeelskost en werkingsmiddelen helemaal verloren te gaan. Actie 1
Actie 2
D’broej realiseerde dat binnen elke deelwerking de minimale basisvoorwaarden voor een kwaliteitsvolle werking gerealiseerd zijn voor elke lokale werking qua personeelsbezetting (minimum 3,5 VTE). Wat betreft de werkingsmiddelen zullen we in 2015 blijvend op zoek moeten gaan naar bijkomende projectmiddelen, enerzijds om onze dagelijkse werking kwaliteitsvol te kunnen dragen, anderzijds om nog meer aanbod te kunnen genereren voor de grote hoop kinderen en jongeren die we nu (nog) niet kunnen bedienen. Door de niet indexering van onze enveloppe zijn al veel middelen verloren gegaan. Dit jaar dwingen maatregelen zich op. We moeten enerzijds op zoek naar andere bronnen, anderzijds zullen maatregelen genomen moeten worden. Een kwaliteitsvolle werking kan echter enkel worden uitgebouwd als er ook een degelijke infrastructuur is om de kinderen en jongeren te ontvangen. En daar wringt het schoentje voor enkele werkingen, nl. Ratatouille en BBA, centrum-‐west en VMJ. Ratatouille deelt een gebouw van de gemeente samen met andere partners in de Noordwijk. Ze beschikken over 1 vaste bureauruimte en voor de andere zalen moeten ze jaarlijks onderhandelen. Elk jaar verliezen ze wat uren. Bovendien maakte Ratatouille tot nog toe gebruik van de lokalen van Sint Lucas. Dit kan momenteel ook niet meer omdat Sint Lucas gaat verbouwen. Ratatouille zal samen met andere Nederlandstalige partners in de wijk een ‘nodendossier’ JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
21
Actie 3
Actie 4
opmaken en zowel bij de gemeente als bij de VGC indienen. BBA maakt nu gebruik van de lokalen van de school De Kleurdoos en heeft er ook haar bureau/onthaalruimte voor jongeren. De Kleurdoos gaat uitbreiden waardoor BBA minder ruimte kan gebruiken. Hoogstwaarschijnlijk neemt BBA deels haar intrek in Allee du Kaai (vzw Toestand) aangezien ze daar op woensdag ook trainingen geven. Dit is echter een tijdelijke oplossing. We zullen in 2015 moeten uitkijken naar duurzamere infrastructuur. De gebouwen van Centrum West en VMJ zijn enerzijds toe aan een grondige renovatie en anderzijds vonden de eerste gesprekken plaats over welke regeling getroffen kan worden voor het verdere gebruik ervan en hun plaats in het infrastructuurbeleid van de VGC. Deze renovaties en evoluties zullen in 2015 de nodige tijd en aandacht vergen. Het organogram van d’broej en vooral de mandaten die de verschillende organen binnen d’broej hebben is voortdurend in ontwikkeling. In 2015 willen we verhoogd inzetten op de werking van het beleidsteam, als motor van de organisatie. Het beleidsteam is een cruciaal en centraal onderdeel van de organisatie. Eind juni 2014 kwamen we tot de conclusie dat we efficiënter te werk konden gaan, het team functioneert maar nog onvoldoende als een team dat nadenkt voor het geheel van d'broej. Een nog beter functionerend beleidsteam dat het beleid van de organisatie uittekent en vormgeeft, is immers een hefboom om genomen beslissingen méér gedragen te maken. Bovendien straalt het goed samenwerken van het beleidsteam af op de hele organisatie. * Bovenlokaal wordt meer tijd vrijgemaakt om het beleidsteam optimaal te doen functioneren. * Er worden jaarlijks minimum 2 beleidstweedaagses georganiseerd die in het teken staan van visieontwikkeling en groepsdynamica *Er wordt verhoogd ingezet op alternatieve vergaderwerkvormen teneinde de gedragenheid te verbeteren. * We trainen ons in communicatieve vaardigheden (luisteren, horen, begrijpen). * Het beleidsteam heeft als team een eigen project namelijk: we zullen méér initiatieven opzetten om de beeldvorming van onze kinderen en jongeren bij de beleidsmakers en publieke opinie te verbeteren en de soms schrijnende situatie van onze kinderen en jongeren te signaleren en alternatieven te formuleren. D’Broej vindt uitwisseling en samenwerking tussen de verschillende jeugdhuizen zeer belangrijk en waardevol. Daartoe organiseren we jaarlijks 3 personeelsmomenten: een ontspannende nieuwjaarslunch in januari, een teambuilding/visie/vormingsmeerdaagse in april en JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
22
een startactiviteit in oktober.
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
23
Strategische Doelstelling 7 : Meer halen uit de huidige diversiteit binnen de ploeg, de bestaande diversiteit beter bewaren, en zich voorbereiden om een betere afspiegeling te worden van de wijk. Het Beleidsplan stelt de volgende doelstellingen: “Als je wil werken aan een positieve verandering van de wijk, of de stad, kan je dat niet met één bepaalde groep jongeren in de wijk. Je kan dat niet alleen met de kinderen of alleen met de jongens of alleen met de meisjes. … Voor ons betekenen al die verschillen een potentiële rijkdom door hun verschillende invalshoeken, ervaringen en competenties. … Maar we stellen vast dat sommige groepen moeilijk of niet hun weg vinden naar het jeugdhuis. Daarom willen we leren hoe we als jeugdhuis nieuwe doelgroepen kunnen bereiken doorheen 2 pilootprojecten.” “We denken dat we beter aansluiting kunnen vinden bij de diversiteit in de wijk, de herkenbaarheid van het jeugdhuis bij de verschillende groepen in de wijk kunnen verhogen, en beter kunnen beantwoorden aan de diverse noden van de jongeren en de wijk doorheen het diversifiëren van de vrijwilligersploeg.” “We denken dat we dit alles maar kunnen bereiken door als ploeg zelf een voorbeeld te zijn voor dat samenleven in diversiteit. Door te tonen dat we met respect kunnen omgaan met elkaar. Door te tonen dat de verschillen in de ploeg vooral een voordeel zijn, en ons in staat stellen om een betere, meer polyvalente ploeg te zijn. …”
We willen als jeugdwerkingen werken aan een diversiteitsbeleid. We willen dat, omdat het jeugdhuis verankerd is in diverse wijken, omdat we met een diverser publiek meer aansluiting zullen vinden bij de diverse stad. We beseffen dat we met een “monocultuur” te geïsoleerd zijn in de wijk én in de stad. We hebben een divers palet aan jongeren, vrijwilligers én werkkrachten nodig als we het verschil willen maken. We willen dit beleid uitwerken voor de kinderen en jongeren die naar het jeugdhuis komen, voor de vrijwilligers én voor het personeel van D’Broej. We willen leren hoe we moeilijk of niet bereikte doelgroepen in de wijk hun weg kunnen laten vinden naar het jeugdhuis. Daartoe organiseren we 2 pilootprojecten met ondersteuning van externe expertise. Bovenlokaal Actie 1
Actie 2
Actie 3
Actie 4
Bij de acties rond personeelsbeleid hebben we extra aandacht voor de diversiteit binnen onze ploeg en hoe we daar mee aan de slag kunnen gaan. Voor de ontwikkeling van een diversiteitsbeleid kunnen we in 2015 reken op de steun van Uit De Marge die momenteel bezig zijn met het project fusion teams. Bedoeling is om ‘good practices’ uit de sector te onderzoeken, te documenteren en er uitwisseling over te organiseren. Systematiseren en ontsluiten van de positieve ervaringen die bestaan binnen de jeugdhuizen van D’Broej en elders. Opstellen van een visietekst: een divers jeugdhuis als antwoord op kansarmoede Bij ontwikkeling van personeelsbeleid zal D’Broej de diversiteit meenemen in het opstellen van de profielen voor teams. JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
24
Lokaal Actie 1
Actie 2
Actie 3
Actie 4
In MIKS is met middelen van het wijkcontract een halftijdse jeugdwerker aangeworven die onder andere als taak krijgt om outreachend te werken en zo contact te leggen met individuen en groepen uit de wijk die de weg naar het jeugdhuis (nog) niet gevonden hebben. Om blijvend een diverse groep vrijwilligers te hebben die de activiteiten van het jeugdhuis mee ondersteunen rekruteert VMJ niet enkel in de wijk maar ook bewust via ‘Het Punt’. Zo trekken ze vrijwilligers aan die een ander profiel hebben dan de ‘doorgroei vrijwilliger’ uit de werking. Ook naar beeldvorming over de wijk en de jongeren is dit een bewuste keuze. Om tegen te gaan dat er zicht te gesloten vaste groepen vormen kiest VMJ er voor om voor de vakantieactiviteiten steeds weer breed te rekruteren. Zo bereiken ze voor de helft van de deelnemers aan de vakantieactiviteiten kinderen die tijdens de schoolweken niet aan activiteiten deelnemen en maken ook de ouders van die kinderen kennis met het jeugdhuis. Om steeds een nieuwe instroom van kinderen en jongeren te creëren, ondernemen de animatoren van jeugdhuis Chicago jaarlijks verschillende initiatieven voor outreaching: ze organiseren rekruterende activiteiten in ongewonnen straten, zorgen dagelijks voor een gezonde mix bij de kinderen en jongeren, nemen multiculturaliteit als belangrijk aspect binnen de activiteiten en kampen. Solidariteit is hier een dagelijks werkpunt.
JaarActiePlan vzw D’Broej 2015
25