7 december 2014
Milieuzorgsysteem van de Amsterdamse Golf Club Uitgangspunten Per relevante milieuindicator wordt beschreven wat de huidige situatie is qua gebruiken, welke procedures eventueel van belang zijn, of er een relevant wettelijk kader van belang is en waar van toepassing, en bovendien hoe een beperking van de impact van de indicator kan worden bereikt, al of niet voorzien van een verbeterdoelstelling. Voor de Amsterdamse Golf Club zijn van toepassing sinds 1 januari 2008 het "Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer" en de "Regeling algemene regels voor inrichtingen milieubeheer" ( zie o.a. brief van Dienst Milieu en Bouwtoezicht d.d. 19 oktober 2010).
Milieuindicatoren Water Het watergebruik is onder te verdelen in gebruik van leidingwater en van oppervlaktewater. Leidingwater wordt voor huishoudelijke toepassing gebruikt in de doucheruimtes, toiletten, keuken en bar, greenkeepersruimte en secretariaat en in de baan op 3 watertappunten en bij de toiletten bij hole 1 en 10. Tevens wordt er water gebruikt in de beheerderswoning (dit is niet meegenomen in de gerapporteerde hoeveelheden). Het jaarverbruik van leidingwater in 2013 was 1093 m3 en in 2012 was het jaarverbruik 1127 m3. In de greenkeepersruimte en opslagloods van machines wordt per jaar ca. 100 m3 leidingwater verbruikt voor huishoudelijke toepassingen en het schoonmaken van de machines in de winterperiode (deze 100 m3 is inbegrepen bij het totale verbruik) In de zomerperiode worden machines schoongemaakt met water uit de beregeningsinstallatie. Het schoonmaken vindt plaats op een vloeistofdichte vloer en dit water (in zomer en winter) wordt na het passeren van een olie- en vetafscheider geloosd in de vijver naast hole 9. Deze vetput wordt 2-3 maal per jaar leeggezogen door een professioneel bedrijf. Tezamen met de afvoer uit de vetput bij de keuken bedroeg de afgevoerde hoeveelheid per jaar ca. 6 m3. Al het "huishoudelijke" water, dat buiten de baan gebruikt wordt, wordt afgevoerd via het gemeente riool. Oppervlakte water wordt gebruikt voor het sproeien van de baan via de aanwezige sprinklerinstallatie. Het water wordt via een pomp (gelegen buiten het terrein van de Amsterdamse Golf Club met aparte electricteits meter) en aanvoerleiding betrokken uit een zijtak van de nabij gelegen Haarlemmermeer Ringvaart (+/- 2 km) en gepompt naar de vijver tussen hole 1 en 18. Het beregeningssysteem wordt vervolgens gevoed vanuit de vijver door 2 pompen; deze zijn geïnstalleerd bij het huisje aan de westkant van de vijver tussen hole 1 en 18. Het overtollige water (inclusief regenwater) wordt via het uitgebreide drainagesysteem afgevoerd naar de interne sloten en vijvers, die beneden het maaiveld liggen (baan ligt op ca. 2 m beneden NAP) De interne sloten en vijvers worden op niveau gehouden d.m.v. 3 sluisjes/overstort aan de noordkant in de Zuidertocht, die op ca 2,8 m beneden NAP ligt. Via de beregeningsinstallatie werd gedurende 2013 ca. 41,750 m3 oppervlakte water op de greens, teeboxen en fairways gesproeid. Dit water wordt jaarlijks geanalyseerd op pH, chloriden, mineralen, etc. In 2012 is 12,350 m3 gesproeid, wat dicht bij het gemiddelde jaar volume ligt; 2013 is een erg droog jaar geweest in de zomerperiode. In 2012 en 2013 zijn extra plas dras poelen gecreëerd bij hole 9 en tussen hole 7 en 8.
Het ledingwaterverbruik wordt gemonitored door het regelmatig aflezen van de verbruiksmeter en deze waarnemeningen worden door de gebouwencommissie besproken en beoordeeld. Het leidingwaterverbruik zoals gemeten in 2012 en 2013 wordt als normaal beoordeeld in vergelijking met vergelijkbare andere banen. Er zijn de afgelopen jaren geen concrete waterbesparingsmaatregelen genomen. Het verbruik in de baan van oppervlaktewater is sterk afhankelijk van de weersomstandigheden en van de neerslag hoeveelheden. Ons doel is om via regelmatige aandacht het bewustzijn over het verspillen van water te voorkomen; echter de mogelijkheden om flinke besparingen te realiseren zijn beperkt. . Afval Afval beperkt zich tot het bedrijfsafval dat vrijkomt bij de greenkeepers activiteiten, het afval uit kantoor (secretariaat) en uit de bar, restaurant & keuken. Concreet gaat het hier met name om papier, kartonnen en plastic verpakkingen, glas van flessen en voedselrestanten uit het restaurant of de keuken. In een beperkte mate wordt er zo nu en dan wat bouw- en sloopafval gegenereerd. Het papieren afval wordt gescheiden verzameld en afgevoerd en de rest van het bedrijfsafval rondom greenkeepersloods en secretariaat wordt verzameld in een container geplaatst bij de greenkeepersloods. Bouw- en sloopafval worden separaat afgevoerd. In de horeca verkregen afval wordt gescheiden in papier/karton, glas en overig rest-afval (via 3 aparte containers op de binnenplaats). De restafval container bevat (biologisch afbreekbare) voedsel-afval uit keuken/restaurant, het plastic van verpakkingsmaterialen (ook van secretariaat en de greenkeepers) en het niet-groenafval van de greenkeepersloods. De restafval rolcontainer wordt 1 a 2 keer per week geledigd. Papier/karton 1 per 2 weken. De afvalverwerker verwijdert op hun eigen terrein uit het restafval het plastic en de metalen en vermaald dat tot wokkels die vervolgens worden verbrand voor energie terugwinning (in Zweden voor stadsverwarming). Plastic verpakkingen waar chemicalien in hebben gezeten worden 3x gespoeld en geprikt voordat deze in de restafvalcontainer worden gedaan. Uit de door Icova beschikbare overzichten zijn de volgende hoeveelheden te achterhalen: 2013: Restafval: 5.125 kg (in 2014 tm sept:4.400 kg) Paier/karton: 3.380 kg (in 2014 tm sept 2.470 kg) Het glasafval wordt door de firma Sita verwijderd en dat bedroeg in 2013 ca. 1275 kg, dat geschat ongeveer 2500 flessen waren. Gebruikte frituurolie wordt apart verzameld en door een professioneel bedrijf afgevoerd voor recycling. De olie- en vetafscheiders (bij de machinewasplaats en bij de keuken ) worden 2-3 maal per jaar door een professioneel bedrijf leeggezogen en afgevoerd; dat bedroeg in 2013 ca. 6m3 In de loods waar de machines staan worden eenvoudige doorsmeerwerkzaamheden uitgevoerd op een vloeistofdichte vloer. Mogelijk chemisch- of gevaarlijk afval wordt afgevoerd naar een gemeentelijk afvalstation in de buurt (Amsterdam, Heemskerk, Haarlem of Heemstede). Gemaaid gras van de fairways blijft liggen op de fairways. Het maaisel van de tees en greens wordt tezamen met andere tuinafval gestort op een aangewezen locatie in de baan alwaar het door verrotting wordt omgezet in compost. De stortplaats voldoet sinds 2012 aan de wettelijke eisen voor opslag van groenafval en is o.a. voorzien van een onderlaag bestaande uit houtsnippers, die de sappen absorberen; deze onderlaag moet om de 3-5 jaar worden vervangen. De (compost) restanten worden eens in de zoveel tijd afgevoerd voor verwerking in nieuw te vormen glooiingen en heuvels in de baan. Snoeihout en takken worden zoveel mogelijk verwerkt in (bestaande) ecorillen. Bij overschot wordt dit ter plekke versnipperd en gebruikt als bodembedekker. Samenvattend wordt al het groen dat uit de baan komt ook weer in de baan verwerkt als ecorails of als compost .
Energie Electriciteit De hoofdafnemers van stroom zijn de verlichting, keukenapparatuur (o.a. diepvrieskist en koelcel),het opladen van accu's van trolleys en buggy's en de waterpompen van de beregeningsinstallatie. In 2013 is er ruim 119,024 kWh aan stroom afgenomen (in 2012: 163,657 kWh). Het gebruik van de aanvoerpomp van het beregeningswater is separaat en bedroeg over de afgelopen 3 jaren gemiddeld ca. 6.600 kWh per jaar met een piek in 2013 vanwege een droge zomerperiode. Alle gebruiken worden sinds begin 2011 via 5 (deel) meters gemeten. De caddiemaster verzorgt de maandelijkse registratie en de gebouwencommissie monitored de gebruiken. In diverse ruimtes zijn bewegingssensoren geinstalleerd voor de verlichting. Als besparingsmogelijkheid is de aanschaf van energiezuiniger verlichting onderzocht in de afgelopen jaren. Een investeringsvoorstel daartoe met een significante besparing is in kwartaal 4 van 2014 door het bestuur goedgekeurd; implementatie volgt rond de jaarwisseling. In 2013/14 is een renovatie van de keuken uitgevoerd waar bij de aanschaf van nieuwe keukenapparatuur gekozen is voor laag energie verbruikende apparatuur. In dat verband kan met name worden genoemd efficientere afzuigapparatuur en een nieuwe koelcel. Tevens wordt nog de mogelijkheid onderzocht van het plaatsen van een kleine windmolen/turbine op het terrein van de club, die elektriciteit voor het fontein in de vijver bij hole 1 kan leveren. Alle geleverde stroom (via Sportstroom) is volledig groen en hoofdzakelijk geproduceerd via waterkrachtcentrales (certificaat is aanwezig). Een van de aanwezige handicart buggy's is voorzien van zonnepanelen. Gas De belangrijkste afnemers zijn verwarming van het clubhuis (aparte ketel), de verwarming in het secretariaat en greenkeeperruimte (aparte ketel), de heetwatervoorziening (aparte kachel sinds 2010), open (gas-)haard en de keuken. Het prive verbruik in de beheerderwoning valt niet onder de verantwoordelijkheid van de club. Het gas dat op de club wordt gebruikt, is vloeibaar propaangas dat opgeslagen wordt in een op de parkeerplaats van de greenkeepers aanwezige omheinde tank (met een inhoud van 5.000 liter). Het gasgebruik in 2013 was ruim 29,278 liter (en in 2012: 25,911 liter). . Een aantal gasbesparende maatregelen zijn in de loop van 2010 en 2011 genomen Dit betreft o.a. het plaatsen van aparte energiezuiniger gasketels voor de heetwatervoorziening (31 kW nominaal) en voor de CV (95 kW nominaal); betere controle over en beheer van het gebruik van de openhaard en een beter instelbare thermostaat in secretariaat en greenkeeperverblijf, waardoor in de weekenden een lagere temperatuur kan worden ingesteld. Mogelijkheden voor verdere besparing betreffen met name gebruik in de keuken en het gedoseerd aanzetten van de afzuiging in de keuken en het daarmee beperken van de uitstoot van verwarmde lucht uit het clubhuis. De caddiemaster verzorgt de registratie en de gebouwencommissie monitored de gebruiken. Diesel en benzine Dieselgebruik voor het machinepark is de laatste jaren gemiddeld 10,000 liter. De diesel is opgeslagen in een goedgekeurde gecertificeerde dubbelwandige tank met electrische pompinstallatie. Het bijvullen van de machines wordt uitgevoerd op de vloeistofdichte vloer bij de wasplaats; eventueel gemorste diesel/benzine wordt opgevangen via de olie- en vetafscheider. Benzine (Petrol) gebruik is ruim 400 liter per jaar en wordt gebruikt voor de bunkerrake, kettingzagen, handmaaiers, bladblazers, de verplaatsbare waterpomp en de generator, die voor stroom in de baan kan zorgen. Onderhoud van apparatuur die gebruikt wordt in de baan, is beschreven in het baanbeheerplan.
Gevaarlijke stoffen, gewasbeschermingsmiddelen, meststoffen.
In de baan worden alleen goedgekeurde middelen gebuikt. Hiervan wordt een duidelijke administratie bijgehouden m.b.t. aankoop (datum en hoeveelheid) en gebruik (datum, hoeveelheid en verdunning). Alle gevaarlijke stoffen (bestrijdingsmiddelen, benzine, verven, etc.) zijn opgeslagen in speciale, goedgekeurde, afgesloten ruimten die zich bevinden in de machineloods en onder de open overkapping. Opleiding De procedures voor omgang met gevaarlijke stoffen zijn verankerd in de opleiding en aanvullende cursussen van de greenkeepers. De meeste greenkeepers hebben een spuitlicentie om met de op de Amsterdamse Golf Club gebruikte stoffen te mogen werken. De licenties worden d.m.v. nascholing upto-date gehouden. De greenkeepers hebben tijdens hun opleiding en aanvullende cursussen kennis genomen van de diverse procedures m.b.t. gebruik machines, kettingzagen, handmaaiers, gewasbestrijdingsmiddelen en dergelijke.
Amsterdam, 7 december, 2014