Middenschool Meeuwen Kloosterstraat 11 3670 Meeuwen 011 79 26 82 www.middenschoolmeeuwen.be
[email protected]
Dag allemaal Hartelijk welkom op onze Middenschool. Een school waar jij met jouw talenten belangrijk bent! Het allerbelangrijkste op onze school, is dat iedereen zich goed mag voelen. Met het oog daarop, werken we heel hard aan een positieve omgeving waarin je aangenaam kan leven én leren met en van elkaar. Je kan daarom ook altijd bij iedereen van ons terecht met jouw verhaal. Daarnaast werken we ook aan een brede, algemene vorming. Hier doe jij veel nieuwe kennis op, pas je steeds nieuwe vaardigheden toe en leer je het juiste gedrag (of attitude) te tonen op de juiste momenten. Zo ontdek je stilletjes aan jouw unieke talenten, interesses en manier van studeren. Hierdoor kan jij je na twee jaar goed inschatten, om zo de juiste keuze te maken naar het derde middelbaar toe. Wij werken in onze school ook handelingsgericht. Dit wil zeggen dat we met alle partijen samenwerken: Jij als leerling, maar ook je ouders, leerkrachten en andere begeleiders ondersteunen je in je avontuur naar volwassenheid. We zouden het dan ook fijn vinden om je te helpen openbloeien tot een gelukkig mens op alle vlakken, met respect voor jezelf, de medemens, de samenleving en ons milieu. Hopelijk zien we je vlug terug! Jan Peeters
Monique Segers
Directeur
Adjunct van de directeur
Eerste leerjaar A Gemeenschappelijk deel: 27 uur Godsdienst 2 Nederlands 5 Frans 4 Wiskunde 4 Aardrijkskunde 2 Natuurwetenschappen 2 Geschiedenis 1 Lichamelijke opvoeding 2 Muzikale opvoeding 1 Plastische opvoeding 2 Techniek 2
Er blijven 5u om te kiezen uit volgende paketten:
1. Latijn Voor wie houdt van talen en niet bang is voor een uitdaging! Latijn 4 I.C.T. 1 (informatie-‐ en communicatietechnologie) 2. Kokkerellen Je leert basistechnieken van Kokkerellen 2 koken en eenvoudige, Frans ondersteuning 1 gezonde gerechten m aken. Wiskunde ondersteuning 1 I.C.T. 1 (informatie-‐ en communicatietechnologie) 3. Atelier Atelier 2 Atelier is techniek in de praktijk! Frans ondersteuning 1 Wiskunde ondersteuning 1 I.C.T. 1 (informatie-‐ en communicatietechnologie) 4. Crea Crea 2 Crea: Hier kan je bv/ Frans ondersteuning 1 boetseren, schilderen,… Wiskunde ondersteuning 1 I.C.T. 1 (informatie-‐ en communicatietechnologie) 5. Multimedia Multimedia is o.a.: foto’s Multimedia 2 maken en bewerken, Frans ondersteuning 1 bewegende beelden,… en je Wiskunde ondersteuning 1 leert natuurlijk de bijbehorende programma’s I.C.T. 1 (informatie-‐ en communicatietechnologie) gebruiken. **** ondersteuning = In dit lesuur is er ruimte om de leerstof beter in te oefenen.
1. Latijn Welke kennis verwerf en verwerk je? Je ontdekt dat Latijn geen ‘dode’ taal is en je merkt vlug dat ze verder leeft in vele moderne talen. Je verwerft Latijnse woordenschat en je verdiept je in de basisbouwstenen van een Latijnse zin: substantieven, adjectieven en werkwoorden. Je leert deze bouwstenen op een juiste manier gebruiken in een Latijnse zin. Dit is de basis voor iedere verdere taalstudie. Deze kennis heb je nodig om je eerste stappen te zetten in tekstvertaling. Tenslotte krijg je in de cultuurlessen een beeld van de Romeinse samenleving, de wieg van onze Westerse beschaving. Welke vaardigheden train je? Door de studie van het Latijn krijg je een grondige taalkundige vorming en leer je logisch Latijnse zinnen analyseren en omzetten naar vlot Nederlands. Je traint je geheugen door de Latijnse woordenschat dagelijks in te oefenen. Je ontdekt verbanden tussen Latijn en moderne talen en je leert de kennis van de Latijnse grammatica en woordenschat gebruiken in andere talen. Welke attitudes ontwikkel je verder? Je staat open voor de antieke Romeinse cultuur en je maakt een kritische vergelijking tussen je eigen gewoontes en gebruiken en die van Romeinse leeftijdsgenootjes. Je leert de opgedane grammaticale kennis spontaan gebruiken in Nederlands en Frans. Je wil je eigen oplossing steeds kritisch beoordelen. Je bent bereid zowel individueel als in groepsverband te werken.
2. Kokkerellen Welke kennis verwerf en verwerk je? Je leert de opbouw van de actieve voedingsdriehoek en het verschil tussen een voedingsmiddel en een voedingsstof kennen. Je krijgt achtergrondinformatie die je zal helpen bij het samenstellen van een gezonde voeding. Je leert eenvoudige gerechten bereiden. Je maakt kennis met keukenmateriaal en je leert het correct benoemen. Welke vaardigheden train je? Je leert vloeistoffen en voedingsmiddelen meten en wegen en elementair keukenmateriaal (dunschiller, mixer, citruspers, manuele en digitale weegschaal, …) juist gebruiken. Je oefent een aantal technieken (schillen, snijden, mengen, breken, klutsen, kneden, kloppen, …) en een aantal bereidingswijzen (braden, gratineren, fruiten, roosteren, smelten, …). Ook oefen je eenvoudige bakprincipes en je past de gebruiksaanwijzing van elektrische toestellen (oven, vuur, mixer, …) correct toe. Je leert hoe je een tafel mooi verzorgd en decoratief kan dekken, hoe je op de juiste wijze opdient en hoe je aangeleerde tafelmanieren gepast gebruikt. Welke attitudes ontwikkel je verder? Je hebt interesse voor koken en voor gezonde voeding. Je streeft naar zelfstandigheid en je wil organisatorisch werken volgens een stappenplan. Je streeft naar orde, netheid en zorg tijdens het werk en bij de nazorg. Je hebt oog voor je eigen veiligheid en die van de anderen. Tevens besteed je aandacht aan het milieu door zorgzaam om te gaan met materialen, ingrediënten en afval.
3. Atelier Welke kennis verwerf en verwerk je? Je maakt kennis met een aantal basisvaardigheden en technieken voor het bewerken van hout, metaal, kunststoffen en elektriciteit. Je leert de nodige gereedschappen kennen om het gewenste materiaal te bewerken. Ook leer je een aantal eigenschappen kennen van materialen die je gaat bewerken. Je verwerft specifieke vak-‐ en symbolentaal om de stappenplannen van een praktische realisatie vlot te kunnen uitvoeren. Welke vaardigheden train je? Je leert omgaan met gereedschappen en machines door verschillende materialen te bewerken. Zo verwerf je een grotere motorische vaardigheid. Ook leer je werken volgens een werkvolgorde om zo je oefeningen tot een goed einde te brengen. Steeds meer krijg je de kans om je eigen creativiteit aan te wenden. Welke attitudes ontwikkel je verder? Je hebt interesse voor technologie en je bent nieuwsgierig naar nieuwe technologieën. Je werkt zelfstandig en respectvol met gereedschappen en machines. Je krijgt aandacht voor detail en afwerking en je streeft kwaliteitseisen na. Je houdt je aan de veiligheids-‐ en milieuvoorschriften die gelden in de werkplaats. Je wil kritisch kijken naar je eigen realisaties en je manier van werken.
4. Crea Welke kennis verwerf en verwerk je?
Hier maak je kennis met basisvaardigheden en technieken die nodig zijn om een creatieve voorstelling te realiseren. Dus ben je vindingrijk, oorspronkelijk, fantasievol, dan is crea de manier om je uit te drukken. Boetseren, collage, assemblage, grafiek, kalligrafie, waarneming, schilderen… enkele van de mogelijke items die aan bod komen. Welke vaardigheden train je? Je leert op een correcte manier omgaan met verschillende materialen om de technieken optimaal toe te passen. Verder ontwikkel je de motorische vaardigheid, je leert je creatieve geest verder ontwikkelen. Welke attitudes ontwikkel je verder? Je werkt zowel zelfstandig als in groep. Je leert respect opbrengen voor elkaar en de omgeving. Je leert kritisch te kijken en je manier van werken beoordelen. Je kan culturele informatiebronnen raadplegen en jezelf expressief uiten; je leert waarnemen, vormgeven en verwoorden.
5. Multimedia Welke kennis verwerf en verwerk je? Je verwerft kennis over de mogelijkheden van je computer en over hedendaagse multimediatoepassingen. Je leert multimedia (foto’s, bewegende beelden, muziek en geluiden) en computerprogramma’s gebruiken om onderwerpen uit je omgeving voor te stellen. Welke vaardigheden train je? Je oefent een aantal praktische computervaardigheden tijdens de uitvoering van creatieve en expressieve werkstukjes. Je wordt vaardig in het opslaan, weergeven en overdragen van geluid, stilstaande afbeeldingen, foto’s) en bewegende (video, film, animaties) beelden. Je leert aspecten van jezelf, je omgeving en andere onderwerpen digitaal voorstellen, individueel of in groep. Je wordt vaardig in het lezen van logische stappenplannen. Welke attitudes ontwikkel je verder? Je hebt interesse voor het werken met computer en het digitaal voorstellen van ideeën. Je bent bereid te leren van en met elkaar. Je hebt zin voor nauwkeurigheid, stiptheid en orde. Je wil kritisch omgaan met moderne mediamiddelen en eigen creaties.
Eerste leerjaar B Gemeenschappelijk deel: 29 uur Godsdienst 2 Nederlands 4 Wiskunde 4 Natuurwetenschappen 2 Maatschappelijke vorming 3 Muzikale opvoeding 1 Plastische opvoeding 3 Lichamelijke opvoeding 2 Techniek Voeding Verzorging 3 Techniek Hout – Bouw – Elektriciteit – Metaal 3 Frans 2 Specifiek deel: 3u ICT 1 Technologische Opvoeding Hout 2
Eerste leerjaar B Voor wie? • Leerlingen met leerachterstand kunnen de stap van het zesde leerjaar naar eerste leerjaar A overbruggen door het eerste leerjaar B te volgen. • Leerlingen met een overwegend praktisch denkvermogen kunnen zich in het eerste jaar B voorbereiden op het beroepsonderwijs • Leerlingen die op basis van leeftijd, 12 jaar of ouder, het zesde leerjaar overslaan. Hoe? • Er is een individuelere aanpak omdat je in kleine groepen werkt. • Er wordt individueel verder gewerkt op het niveau van de leerlingen. • Taal en rekenen worden bijgewerkt. Belangrijk is: • Dat de leerling een positief zelfbeeld ontwikkelt. • Dat de leerling ook positieve schoolse ervaringen krijgt. Toelatingsvoorwaarden: • Het akkoord van de ouders en schriftelijk advies van het CLB. Mogelijke overschakelingen: • Leerlingen kunnen tot 15 november de overschakeling naar 1A maken. Ze moeten hiervoor wel in het bezit zijn van een getuigschrift basisonderwijs. • Leerlingen kunnen na het eerste jaar overschakelen naar het beroepsvoorbereidend leerjaar. • Leerlingen kunnen na het eerste jaar overschakelen naar het eerste leerjaar A, als hun leerachterstand is weggewerkt.
Tweede leerjaar A Gemeenschappelijk deel: 25 uur
Godsdienst
2
Nederlands
4
Frans
4
Engels
2
Wiskunde
4
Aardrijkskunde
1
Natuurwetenschappen
1
Geschiedenis
2
Lichamelijke opvoeding
2
Muzikale opvoeding
1
Techniek
2
Keuze uit 3 richtingen
1.Latijn Specifiek deel: 5 uur
Vast pakket: 2 uur
Latijn
5
Frans verdieping
1
Wiskunde verdieping
1
2.Moderne Wetenschappen Specifiek deel: 5 uur
Keuzepakket A: 2 uur
S.E.I.
2
Frans verdieping
1
Wetenschappelijk werk
3
Wiskunde verdieping
1
OF: Keuzepakket B: 2 uur
Crea
2
3. Industriële Wetenschappen Specifiek deel: 5 uur
Keuzepakket A: 2 uur
Industriële wetenschappen: 5 Industriële Wetenschappen 1 Wiskunde verdieping
OF: Keuzepakket B: 2 uur
Technologische Activiteit
**** Verdieping= In dit lesuur is er ruimte om dieper in te gaan op de leerstof.
1
2
1. Latijn Welke kennis verwerf en verwerk je? In het tweede leerjaar verbreed je de basiskennis Latijn die je verworven hebt in het eerste jaar. Je breidt je kennis betreffende zinsdelen en overeenkomstige vormen uit. Je verkent strategieën (deductie, afleiden uit Latijnse vormen, …) om in de 4 grote onderdelen van een taal – woordenschat, grammatica, cultuur en tekstbegrip – je inzichten te verdiepen. Welke vaardigheden train je? Je beschouwt elke (vertaal)opgave als een uitdaging en je probeert een correcte, efficiënte, logische en genuanceerde oplossing na te streven. Je leert vakbegrippen op een vlotte en juiste manier hanteren. Bovendien kom je ertoe stapsgewijs zelf de leerstof te analyseren en om te zetten in hanteerbare schema’s. Bij het verwerven van nieuwe kennis leg je spontaan verbanden met reeds verworven kennis. Stilaan ontwikkel je een eigen, persoonlijke vertaaltechniek. Je leert je uitdrukken in een correct en verzorgd Nederlands. Welke attitudes ontwikkel je verder? Je hebt een ruime belangstelling voor andere culturen en voor ‘creatief omgaan met taal’. Je bent bereid grondig en nauwkeurig te werken, met veel zin voor regelmaat en planning. Je toont doorzettingsvermogen, zowel bij het zelfstandig werken als in groepsverband. Je wil respectvol samenwerken met medeleerlingen.
2. Moderne wetenschappen Welke kennis verwerf en verwerk je? Je verwerft kennis in de gebieden natuurwetenschappen (elektriciteit, chemie, fysica), economie en gedrags-‐ en cultuurwetenschappen. Je leert bepaalde wetten van de natuur verklaren in het vak Wetenschappelijk werk (WW). In het vak Socio-‐economische initiatie (SEI) bestudeer je hoe mensen leven en werken in het gezin en de gemeenschap. Via onderzoekopdrachten en projectwerking verwerf je inzicht in de verbanden tussen de leefomgeving (natuurwetenschappen), de gedragingen en de culturele uitingen (media, politiek, reclame,…) van de mens (menswetenschappen) en de economische wetmatigheden. Welke vaardigheden train je? Je oefent eenvoudige wetenschappelijke denk-‐ en werkwijzen via experimenten in het laboratorium en via projectwerking: onderzoeksvraag formuleren, onderzoek uitvoeren, metingen doen en verklaringen voorstellen. Je ontwikkelt algemene leervaardigheden: je verzamelt gegevens in verschillende informatiebronnen, je doet een (markt)onderzoek, je geeft de resultaten in grafieken weer en je formuleert conclusies. Welke attitudes ontwikkel je verder? Je hebt interesse voor economische en maatschappelijke problemen en laboratoriumwerk. Je bent bereid een eigen mening te verwoorden en rekening te houden met de mening van anderen. Je bent kritisch en objectief ingesteld: je kan feiten van meningen onderscheiden. Je werkt graag samen met anderen. Je probeert creatief te zijn in het probleemoplossend denken. Orde en netheid en rekening houden met veiligheids-‐ en milieuvoorschriften, vooral in een labo, ervaar je als een vanzelfsprekendheid.
3. Industriële wetenschappen Welke kennis verwerf en verwerk je? Je kennis van wiskunde en Frans zal door een extra uur uitgediept worden. Je zal je verder bekwamen in het probleemoplossend denken en je creativiteit op deze manier aanscherpen. Je maakt kennis met een aantal gereedschappen en materialen. Voor je deze gereedschappen correct kan gebruiken, moet je weten hoe ze werken. Je gaat zelf informatie over de gereedschappen moeten opzoeken. Ook ga je proefjes moeten uitvoeren op verschillende materialen om zo de materiaaleigenschappen af te leiden. Door het bouwen en onderzoeken van een aantal mechanismen ga je er de eigenschappen en werking van ontdekken. Op het gebied van technisch tekenen ga je leren hoe je een werkstuk in tekening moet brengen. Je gaat leren tekenen met een CAD-‐programma. Welke vaardigheden train je? Door een aantal uitvoeringstechnieken toe te passen leer je de gereedschappen op een correcte manier gebruiken. Zo verwerf je een grotere motorische vaardigheid. Je werkt in groep een project uit dat voorgesteld wordt op de opendeurdag. In het project is een aantal bewegende onderdelen geïntegreerd. Tijdens het project oefen je het plannen en samenwerken met andere groepen, zelfs buiten je eigen klas. Dit project loopt door de verschillende vakken van de optie Industriële wetenschappen. Technieken die je leert tijdens mechanismen pas je in de praktijk toe, bijvoorbeeld het maken van overbrengingen. Je oefent tekenvaardigheden in de lessen technisch tekenen om zonder problemen een werktekening te kunnen lezen, tekenen en begrijpen. Welke attitudes ontwikkel je verder? Je hebt interesse voor technologie en je bent nieuwsgierig naar nieuwe technologieën. Je bent bereid om in groep te werken en een project tot een goed einde te brengen. Je werkt zelfstandig met gereedschappen en machines. Je houdt je aan de veiligheids-‐ en milieuvoorschriften die gelden in de werkplaats.
Beroepsvoorbereidend leerjaar
Gemeenschappelijk deel: 18 uur Godsdienst
2
Nederlands
3
Wiskunde
3
Maatschappelijke vorming
2
Natuurwetenschappen
2
Muzikale opvoeding
1
Plastische opvoeding
1
Lichamelijke opvoeding
2
Frans
2
Keuze uit 2 richtingen Keuzepakket A: 14 uur Nijverheid • • • • • • • •
Realisatie Metaal Technologie Mechanica Realisatie Hout Technologie Hout Realisatie Elektriciteit Technologie Elektriciteit Realisatie Decoratie Technologie Decoratie
3 1 3 1 2 1 2 1
Keuzepakket B: 14 uur Kantoor Verkoop / Voeding Verzorging Kantoor Verkoop: 5 • Nederlands 1 • Computervaardigheden 2 • Initiatie Administratie Verkoop 2 Voeding Verzorging: 7 • Zorg voor leef-‐ en woonsituatie • Zorg voor Voeding • Personenzorg Decoratie hout:
2 3 2 2
1.Nijverheid Welke kennis verwerf en verwerk je? Je bestudeert verschillende domeinen: metaal, hout, elektriciteit en decoratie, bouw. Je maakt kennis met materialen, gereedschappen en technieken die je als metaal-‐ en houtbewerker zal gebruiken. Je komt te weten waarvoor de gereedschappen dienen en hoe ze moeten gebruikt worden. Je leert wat elektriciteit is en wat je er mee kan doen. Je verwerft inzicht in elektrische schema’s en in veiligheidsmaatregelen om je te beschermen tegen de gevaren van elektriciteit. Je observeert en benoemt vorm, kleur en technieken om te decoreren. Welke vaardigheden train je? Je oefent technieken om hout (boren, zagen, kappen met de beitel, vijlen en raspen, lijmen, vernissen, … ) en metaal (boren, zagen, vijlen, knippen, plooien, puntlassen, …) te bewerken. Je gebruikt hiervoor de gepaste gereedschappen. Je leert verschillende houtsoorten en plaatmateriaal bewerken en technieken toepassen om te komen tot een praktische realisatie. Jeoefent technieken (draden strippen, vertinnen, solderen) om onderdelen (lampen, schakelaars, …) aan te sluiten in een elektrische kringloop. Je leert decoratief omgaan met kleur, vorm en verf en je leert verfborstel, verfrol en spuitbus hanteren. Tekeningen lezen en werkplannen volgen zijn vaardigheden die je traint in alle domeinen. Welke attitudes ontwikkel je verder? Je hebt interesse voor het werken met verschillende materialen. Je hebt aandacht voor zorg en nauwkeurigheid bij de uitvoering van de praktische realisatie. Je streeft een kwaliteitsvolle afwerking na. Je wil werken op een veilige en hygiënische manier, met zorg voor de mens en het milieu. Je staat ervoor open om projecten samen met andere leerlingen te realiseren.
2. Kantoor-‐verkoop / Verzorging-‐voeding Kantoor en verkoop Welke kennis verwerf en verwerk je? Je leert de beginselen van aankopen en verkopen van goederen en diensten. Je verwerft inzicht in de regels die van toepassing zijn voor het oprichten van een zaak. Tevens verken je handelingen die in een klein bedrijf tot het dagelijks beheer horen. Je gebruikt reclametechnieken om het koopgedrag van de kopers te beïnvloeden. Je leert begrippen die voorkomen op handelsdocumenten (facturen, betalingen, …) begrijpen en je bouwt kennis op om de handelsdocumenten manueel en digitaal te verwerken. Welke vaardigheden train je? Je leert om op een gepaste en beleefde manier informatie te vragen – mondeling en schriftelijk – aan bekende en onbekende personen in het Nederlands. Deze spreek-‐ en schrijfvaardigheden worden op allerlei creatieve manieren, zowel individueel als in groep, getraind. Je oefent het gebruik van de juiste begrippen in aankoop-‐ en verkoopsituaties. Bovendien leer je ook communiceren – vooral spreken en luisteren – in eenvoudig Frans. Je wordt vaardig in het opzoeken, verwerken en bewaren van digitale informatie. Je leert werken met verschillende computerprogramma’s en je leert blind, foutloos en met tien vingers typen. Je commerciële talenten kun je ontwikkelen in projecten.
Welke attitudes ontwikkel je verder? Je hebt interesse voor het dagelijks beheer van een kleine zaak. Je kan de taken nauwkeurig en tijdig afwerken, met oog voor details. Je bent bereid je aan gemaakte afspraken te houden (bv. tienvingersysteem, BIN-‐normen, andere afspraken, …) en je kan onder begeleiding aan opdrachten werken. Je neemt zelf initiatief en je gaat kritisch om met informatie. Je besteedt aandacht aan het milieu door zorgzaam om te gaan met materialen en je hebt aandacht voor ergonomische aspecten (bv. zithouding, …). Verzorging-‐voeding Welke kennis verwerf en verwerk je? Je verwerft vakkennis over de verzorging van je lichaam en de verzorging van je kleding en leefruimte. Tevens leer je de opbouw van de actieve voedingsdriehoek en de basisprincipes van voedselbereiding voor verschillende maaltijden kennen. Je maakt kennis met verschillende technieken, materialen en middelen. Deze worden gebruikt voor het onderhoud van diverse leef-‐ en werkruimtes en voor het verzorgen van je eigen lichaam. Welke vaardigheden train je? Je leert de juiste methoden, middelen en materialen gebruiken om lichaamsverzorging toe te passen, gezonde maaltijden te bereiden, textielgrondstoffen te reinigen en af te werken, het interieur te verzorgen, …. Je oefent in het omgaan met stappenplannen en het correct toepassen van technieken. Je zoekt naar creatieve manieren om eigentijds materiaal te verwerken. Je voert opdrachten uit onder begeleiding, individueel of in groep Welke attitudes ontwikkel je verder? Je hebt interesse voor de leefwereld rondom je en voor gezonde voeding. Je streeft naar zelfstandigheid en je wil organisatorisch werken volgens bepaalde methodes. Je streeft naar orde, netheid en zorg tijdens het werk en bij de nazorg. Je hebt oog voor je eigen veiligheid en die van de anderen. Tevens besteed je aandacht aan het milieu door zorgzaam en hygiënisch om te gaan met materialen, grondstoffen en afval.
Inschrijvingsdata: Zaterdag 14 maart 2015: 13.00-‐16.00u Tot 30 juni op afspraak (Tel: 011 79 26 82) 1 – 3 juli: 9.00-‐12.00u en 13.00-‐16.00u (NIET op woensdagnamiddag) Augustus: Zie website