DIT IS EEN BIJLAGE BIJ DAGBLAD DE TELEGRAAF. DE INHOUD VAN DEZE BIJLAGE VALT NIET ONDER DE REDACTIONELE VERANTWOORDELIJKHEID
Elektrische voertuigen
Luchtverontreiniging tegengaan in grote steden
Bereikbaarheid regio’s
Mobiliteitsvraagstukken
Bedrijven en kennisBetere benutting van wegen en openbaar vervoer instellingen trekken de kar
Nummer 9 / Mei ’13
MOBILITEIT 3 TIPS
IN DEZE BIJLAGE
FOTO: AUTOMOTIVENL
INTENSIEVE SAMENWERKING BINNEN GOUDEN DRIEHOEK ‘De laatste jaren is veel vooruitgang geboekt als het gaat om de mobiliteit van de Nederlander. Het goede nieuws is dat het nog veel beter kan’ Carlo van de Weijer
2 · MEI 2013
DE UITDAGING Vraag: Hoe kunnen huidige uitdagingen in mobiliteit het hoofd worden geboden? Antwoord: “Breng de overheid, het bedrijfsleven en kennisinstellingen bij elkaar en heb vertrouwen in de snelle technische ontwikkeling van voertuigen en informatiesystemen.”
Meer mobiliteit door geïnformeerde gebruiker
M
obiliteit is als een gegeven recht. We kunnen niet meer zonder. De laatste jaren is veel vooruitgang geboekt als het gaat om de mobiliteit van de Nederlander. Het goede nieuws is dat het nog veel beter kan. Files verdwijnen waarschijnlijk nooit, maar het fileprobleem wel. Een van de voornaamste oorzaken van de huidige daling van de filedruk komt doordat de weggebruikers steeds beter geïnformeerd zijn. Als men beter is geïnformeerd gebeuren er twee dingen. Ten eerste gaat men het netwerk beter gebruiken.Je hoeft maar één procent van de filerijders uit de file te halen om de file met vijf tot tien procent te laten afnemen dus daar profiteert iedereen van.Ten tweede passen mensen hun gedrag aan als de informatie beter is. Zo zal men niet alleen alternatieve routes nemen maar ook andere werktijden kiezen of andere vervoersmiddelen gaan gebruiken, bijvoorbeeld het openbaar vervoer. In een file staan is bijna nooit meer onverwacht.
Decentralized Traffic Management
Als het gaat om het informeren van weggebruikers is Tom Tom een goed voorbeeld. Miljoenen navigatiesys-
Belang van mobiliteit
Carlo van de Weijer Directeur Smart Mobility TU Eindhoven
temen staan nu al in verbinding met elkaar en wisselen verkeersinformatie uit.In de nabije toekomst kan ook andere informatie worden uitgewisseld, bijvoorbeeld als er ergens hard wordt geremd of als de auto merkt dat het wegdek glad is. En denk aan communicerende verkeerslichten of spoorwegovergangen zodat weggebruikers in de toekomst kunnen kijken en kilometers van tevoren hun snelheid kunnen aanpassen om niet stil te hoeven staan. Het zijn voorbeelden van een “Decentralized Traffic Management”, een zelfsturend systeem van goed geïnformeerde individuen.
Als je kijkt naar de huidige schade van immobiliteit dan zijn er drie dimensies: de milieukosten, congestiekosten en de hoogste kostenpost, de kosten door ongelukken.Als je dit optelt praat je over een schade van ongeveer 5% procent van het BNP. Dat zijn zeker niet allemaal ‘harde’ euro’s, maar per liter brandstof gaat het al gauw om een ordegrootte van anderhalve euro maatschappelijke schade. Dat is gigantisch. Maar het wordt snel minder. Het aantal gewonden en met name doden op de weg als gevolg van auto-ongelukken neemt al sterk af. In de auto-industrie zie je nu een verschuiving van het voorkomen van letsel naar het voorkomen van ongelukken.Auto’s zijn steeds beter in staat om in te grijpen. Volvo heeft zich bijvoorbeeld ten doel gesteld dat er in 2020 niemand meer komt te overlijden in een Volvo. Dat zegt veel over de mogelijkheden.
Samenwerking
De driehoek van overheid, kennisinstellingen en het bedrijfsleven komen steeds samen om nieuwe uitdagingen het hoofd te bieden. Wat mij betreft kan hier nog sterker op worden ingezet. Investeer in de slimheid van de auto in plaats van in de weg. Ik pleit voor een natuurlijke scepsis tegenover alles wat
meer dan tweedimensionaal is en langs de weg staat. Houd het zo simpel mogelijk. Heb vertrouwen in de technologische ontwikkeling van de auto en durf daar ook mee te experimenteren. Zoek naar koppelingen tussen verkeersmanagement en wat de auto-industrie doet. Versimpel de infrastructuur ten faveure van complexe auto’s die het probleem oplossen.
BIO ■ Carlo van de Weijer studeerde in 1990 af aan de TU/e als werktuigbouwkundig ingenieur. In dat jaar trad hij in dienst bij TNO Automotive in Delft. Na in 1997 gepromoveerd te zijn aan de Technische Universiteit in het Oostenrijkse Graz werd hij in 1998 bij TNO verantwoordelijk voor de Business Unit Power Trains. In 2001 stapte Van de Weijer over naar Siemens VDO om leiding te geven aan het ontwikkellab in Eindhoven. In juni 2007 ging hij over naar TomTom, waar hij sindsdien werkzaam is. Sinds 2011 is hij tevens directeur van het research programma “Smart Mobility” aan de technische universiteit Eindhoven. Van de Weijer is onder andere bestuurslid van AutmotiveNL en Connekt/ITS Nederland.
Haal betrouwbare en bruikbare verkeersinformatie uit uw bestaande infrastructuur
Natuurlijk Sturen
Investeren in en besparen op weginrichting We zijn verkeersdrempels moe! Maar hoe krijgen gemeenten en provincies bestuurders op de weg in hun greep? Technische middelen werken niet altijd. Kunnen we bestuurders onbewust beïnvloeden? Ja, met Natuurlijk Sturen, denken en werken vanuit het gezichtsveld van de bestuurder op de weg. In het brein van de bestuurder kruipen. Leren hoe dat brein omgaat met de inrichting van weg en omgeving. Wat zijn belangrijke informatieprikkels in die omgeving? VMC Beleids- en Procesmanagement maakt gebruik van waarnemingspsychologie. Wij weten hoe je een functioneel wegontwerp maakt om bestuurders te beïnvloeden in hun verkeers- en snelheidsgedrag.
IT&T is koploper in het inwinnen, verwerken en presenteren van verkeerskundige informatie uit bestaande systemen. Reeds aanwezige verkeerssystemen, zoals verkeerslichten, benutten om inzicht te krijgen in de actuele en historische verkeerssituatie. De wegbeheerder hoeft geen hoge kosten te maken voor extra systemen. De data ligt al op straat, het hoeft alleen maar te worden opgepakt! Ruim de helft van de Nederlandse verkeersregelinstallaties is uitgerust met het IT&T MV-protocol. Deze innovatieve wijze van data opslag en -inwinning leidt tot betere benutting van de aanwezige infrastructuur en waarborgt hiermee de mogelijkheid tot het inzetten van effectief verkeersmanagement. IT&T biedt gebruiksvriendelijke professionele tools die snel inzicht geven in de actuele en historische verkeerssituatie. Dit alles op basis van gegevens afkomstig uit diverse nieuwe en bestaande verkeerssystemen en informatiebronnen op en langs de weg (Verkeerslichten, Bluetoothsystemen, NDW-informatie, etc.). Op basis van deze informatie worden adequate maatregelen ingezet welke een bijdrage leveren voor een optimaal geregeld verkeersnetwerk. Al meer dan 13 jaar is IT&T koploper op het gebied van het inwinnen en verwerken van ruwe (verkeers)data. Zo zijn innovatieve projecten gerealiseerd voor vele wegbeheerders als Rijkswaterstaat, Provincies, diverse Gemeenten maar ook bijvoorbeeld het Havenbedrijf Rotterdam. Daarnaast is IT&T actief partner in het PPA Project (Praktijk Proef Amsterdam), waarin onze tools en expertise als essentiele informatiebron en koppelvlak fungeren. Meer weten over het benutten van uw bestaande systemen?
Belangstelling? Maak een afspraak met ons. Bel Max van Kelegom op 0346 553 683 of mail
[email protected].
Kijkt u eens op www.it-t.nl.
WIJ RADEN AAN Edward Neef Uitvinder van de nieuwe R-tf methodiek
PAGINA 10
‘Openbare verlichting is een spanning tussen veiligheid en duurzaamheid, waarbij iedereen op zoek is naar maatwerk’
We make our readers succeed! MOBILITEIT 9E EDITIE, MEI 2013 Managing Director: Marc Reineman Sales Manager: Bart Gabriëls Editorial Manager: Stella van der Werf Project Manager: Ali Diouri E-mail:
[email protected] Gedistribueerd: De Telegraaf, mei 2013 Drukkerij: Dijkman Offset Mediaplanet contact informatie: Telefoon: 020-7077000 Fax: 020-7077099 E-mail:
[email protected] VOLG ONS OOK OP:
Dit is een bijlage bij dagblad De Telegraaf. De inhoud van deze bijlage valt niet onder de hoofdredactionele verantwoordelijkheid van De Telegraaf.
Mediaplanet ontwikkelt hoogwaardige bijlagen die zich richten op een specifiek thema en de daarbij behorende doelgroep. Zo brengen wij lezer en adverteerder dichter bij elkaar. Copyright Mediaplanet Publishing House Volledige of gedeeltelijke verveelvoudiging, openbaarmaking of overname van deze publicatie is slechts toegestaan met toestemming van de uitgever, met bronvermelding: Mediaplanet Publishing House.
Ontvang drie nummers 2 3
is
201
jaa rga
3
www.ong 94 tar.nl
grat
T ActuHEMA ele o TUN ntwik NE kelin LS SHO ERNST gen RE W VAN IND ZUIJLE ENE RGIEN GET IJDE Pilo NEN t me ERG t IE
OFF
OT_0
2_Cov
er.ind
d 1
17-04
-13
13:02
OTAR is hét toonaangevende vakblad voor managers beheer en onderhoud infrastructuur en mobiliteit. Voor meer informatie zie www.otar.nl OTAR verschijnt, naast de vertrouwde vorm in print, ook als digitale doorbladermodule, voorzien van diverse extra’s als bijvoorbeeld videobeelden, diverse links en achtergrondinformatie. Interesse? Bestel een gratis proefabonnement en ontvang drie uitgaven van OTAR Digitaal. Mail naar
[email protected] of bel 0184-481044. De aanbieding geldt tot 28 juni 2013.
overspoelen Rotterdam MEI 2013 · 3
NIEUWS ‘Ben geen geitenwollen sokken rijder’
Europees project levert Rotterdam elektrische vrachtwagens op
■ Vraag: Wat zijn de ervaringen van elektrisch rijden in de Randstad? Is het nu al praktisch of toekomstmuziek om elke dag schoon te rijden? ■ Antwoord: “Drie van de vijf ritten passen in mijn range”, vertelt ondernemer Huub Sparnaay. “Lokaal rijden is pas echt leuk met een elektrische auto.”
“De luchtverontreiniging verminderen met elektrische voertuigen is sinds een aantal jaren een van de speerpunten van veel grote steden”, zegt Lode Messemaker, projectmanager FREVUE Nederland. FREVUE is een groot Europees project, dat in samenwerking met gerenommeerde bedrijven de komende jaren intensief gaat testen met elektrische voertuigen. “Om uiteindelijk succesvol te zijn moeten we nu experimenteren. Natuurlijk zal het vervoer van de Rotterdamse haven naar Duitsland en Rusland nu niet elektrisch kunnen, maar voor stadsverkeer is het uitermate geschikt. Om Rotterdam en andere grote steden op den duur elektrisch te krijgen, werken we nu al aan de infrastructuur en investeren we in dit soort innovatieprojecten om ervaring op te doen en te zien wat er in de praktijk mogelijk is.”
127 wagens
Amsterdam doet mee met het project, net als Europese steden als Londen, Oslo, Madrid en Milaan. Het is volgens Messemaker hard nodig. “We gaan
FOTO: AUGUST SWIETKOWIAK
Om de luchtverontreiniging in de stad aan te pakken gaan er binnenkort in Rotterdam veel meer elektrische vrachtwagens en bestelbussen rijden. Met korte afstanden en veel optrekken en remmen leent de stad zich uitstekend voor elektrische voertuigen.
met z’n allen 127 wagens op de weg zetten om daarmee te testen, zowel vrachtwagens als bestelbussen”, vertelt hij. “In Nederland werken in het project FREVUE de steden Rotterdam en Amsterdam samen met bedrijven als Heineken, TNT Express, UPS en Binnenstadservice. TNO onderzoekt hoe dat in de praktijk werkt. Hoe gaat het opladen ’s nachts? Kun je nog de verwarming aan doen zonder dat het ten koste gaat van je actieradius? Hoeveel laadvermogen is er nog over met alle zware accu’s? Welke vrachtwagens ga je vervangen en voor welke trajecten werkt dit goed? Met het vele starten en stoppen in de stad is elektrisch ideaal, omdat je met remmen energie terugwint. We kunnen na het onderzoek goed in kaart brengen wat
‘Voor geconsolideerde leveringen in het centrum van Rotterdam maken wij al gebruik van een elektrische bestelwagen. FREVUE maakt de inzet van een elektrische vrachtwagen voor stadsdistributie bereikbaar’ Wouter Blok, General Manager Binnenstadservice Rotterdam
‘Na ons Alpherium, LZV’s en mout per schip is het FREVUE project een goede stap in het verduurzamen van onze logistieke keten waar ik enorm trots op ben’ Bas Stok, Manager Duurzaamheid Heineken Nederland
de Total Cost of Ownership is en of we beschikken over voldoende laadpalen bij de bedrijven en in de stad, zodat de voertuigen niet stil komen te staan.”
People, planet, profit
Meerdere adressen in de drukke stad bereiken is op het lijf geschreven van de elektrische auto. Na de proef volgt een realistische conclusie wat betreft het inzetten van meer elektrische voertuigen voor de distributie. “Wij zijn techniek neutraal”,vertelt Messemaker. “En uiteindelijk moet de techniek wel rendabel zijn. Het draait om people, planet en profit. Als het werkt kunnen we dit vaker inzetten.” Rotterdam zet zich niet alleen in voor elektrische vrachtwagens en bestelbussen. Ook elektrische scooters spelen een belangrijke rol. Allemaal
met het doel om in de toekomst de luchtvervuiling tegen te gaan en in de hoop dat de verschillende nieuwe technieken snel goedkoper worden. “Voor nu is de proef met de elektrische vrachtwagens het belangrijkst”, zegt Messemaker. “Maar vorig jaar zijn we in Rotterdam ook gestart met het produceren van elektrische scooters. Die productie is teruggehaald uit China. In Rotterdam combineren we die productie met een leer- en werkprogramma voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Dat zijn de innovaties waar we mee bezig zijn.Daarnaast rijden we bijvoorbeeld met hybride vuilniswagens en ook waterstof kan een alternatief zijn voor de toekomst.” SANDER COLLEWIJN
De Rotterdamse ondernemer Huub Sparnaay kickt op nieuwe technologieën en dan is een elektrische auto logisch. Hoewel? “Elektrisch is voor mij niet heilig”, aldus Sparnaay. “Ik heb hiervoor twee jaar met bio-ethanol gereden. Maar ik wil altijd anderen inspireren en challengen en daarom leek een elektrische auto me wel wat.En de Opel Ampera die ik nu anderhalf jaar rij is perfect. Een goede auto,officieel een plug-in hybride. Je hebt heel veel koppel, meer comfort,geen lawaai.Je rijdt snel en soepel door het verkeer.Als je een klein ritje maakt is het voor je gevoel prettig dat je niet aan het vervuilen bent. Ook de footprint van de auto is in orde.Waar ik werk is er een oplaadpaal en in mijn straat ook.Dat is ideaal.” Sparnaay is zo tevreden dat er over een paar maanden een Tesla voor de deur staat. Een volledig elektrische sportsedan. “Die schaf ik ook aan omdat ik de innovatie volledig wil ondersteunen en het marketingtechnisch slim is. Maar ik doe het vooral omdat ik hiermee heel goed uit de voeten kan in Nederland. Met een range van 480 kilomometer kan ik veel doen met de Tesla. Er komen steeds meer snelladers in Nederland. We moeten deze auto’s ook weghalen van het niveau ‘happy few’ of ‘geitenwollen sokken’. De BV Nederland kan met deze techniek geld verdienen en minder CO2 uitstoten Duurzaamheid is eigenlijk gewoon innovatie, die zorgt voor kostenbesparing, een beter leefklimaat en meer business in Nederland.”
[email protected]
Rotterdam werkt hard aan elektrisch vervoer
Alexandra van Huffelen Wethouder Duurzaamheid, Binnenstad en Buitenruimte Rotterdam
Schonere lucht en minder lawaai laat Rotterdam samengaan met economische kansen. Het plaatsen van de oplaadpalen om elektrisch rijden mogelijk te maken, helpt de stad te verduurzamen. Het gaat goed op dat vlak, in Rotterdam, met zo’n 350 oplaadpunten en elektrische voertuigen. “Tegelijk zijn we er nog niet, Rotterdam en Nederland staan aan het begin van een grote omslag in denken over mobiliteit. Daarvoor hebben we een lange adem nodig”, aldus Alexandra van Huffelen, wethouder Duurzaamheid, Binnenstad en Buitenruimte van Rotterdam.
Elektrisch vervoer kent al veel enthousiaste gebruikers. Het uitrollen van de oplaadinfrastructuur is een recente ontwikkeling in Nederland, het bestond eerder gewoonweg niet. Van Huffelen: “We zetten als koploper de schouders eronder en dan loop je ook tegen kinderziektes op. Maar stilzitten is geen optie. De situatie rond de luchtkwaliteit in de Randstad is dusdanig dat dit geen optie is.” Daarom maakt zij zich sterk voor meer elektrisch vervoer in de stad. “Wij doen er als gemeente alles aan om elektrisch vervoer mogelijk te maken. Wij investeren ook zelf, 25 procent van ons wagenpark en onze nieuwe collegeauto worden elektrisch. We hopen dat ook de auto-industrie en de Rijksoverheid ervoor blijven zorgen dat elektrisch rijden op de lange termijn draagkracht heeft. Het in stand houden van de huidige stimulans, 0% bijtelling voor elektrisch vervoer, is hiervoor cruciaal.”
Breder kijken Ook in Europa is veel kennis te halen. “We zijn niet de enige stad met een vooruitstrevend karakter. Andere grote Europese steden kennen ook uitdagingen op het gebied
van duurzame mobiliteit. Wij delen onze nieuwe kennis, zij die van hun”, aldus Van Huffelen. In dat kader wordt nauw samengewerkt met steden die een soortgelijke problematiek kennen. Maar ook dichterbij is kennisdelen van groot belang. “Vieze lucht stopt niet bij de stadsgrens. Daarom werken we ook nauw samen in de G4 en de omliggende gemeenten om tot gezamenlijke maatregelen te komen.”
4 · MEI 2013
TIP
1
INSPIRATIE
Een gestuurde groene golf
KIJK NAAR EEN SMARTPHONE OPLOSSING VOOR CHAUFFEURS
Met het geslaagde Freilot pilot project profiteren bedrijven en de brandweer in Helmond van een betere doorstroming in het verkeer dankzij intelligente transportsystemen. “Dit bespaart veel brandstof en tijd. Wij zijn heel tevreden over de samenwerking met de gemeente”, zegt Karel van Rooij, directeur van Van den Broek Logistics. “We mogen trots zijn dat we in 2010 in Helmond het startsein van het Freilot project mochten geven”, vertelt Van Rooij, en dat in een project met vooraanstaande Europese steden als Lyon, Bilbao en Krakow. Freilot werd als pilot ingezet om de efficientie van het goederentransport te vergroten door energie-efficiënte verkeersregelingen en heeft als doel om onder commerciële voorwaarden door te gaan. In Helmond maken de brandweer en Van den Broek Logistics gebruik van deze voorzieningen op het traject Deurne-Eindhoven, de N270. “Voor ons is het een win-win situatie”, vertelt Van Rooij. “De chauffeurs krijgen via een extra scherm onder de boordcomputer door hoe lang de stoplichten nog op rood blijven staan. Dan kun je de vrachtwagen uit laten rollen. Wij krijgen beperkte prioriteit en daardoor krijgen we zeker buiten de spits vaak groen licht. Dat scheelt dan acht keer vier ton stilzetten en opstarten. Dat is een enorme brandstofbesparing, Karel van Rooij Directeur van Van den Broek Logistics.
maar ook scheelt het in de loonkosten, die 45 procent van onze kostprijs uitmaken. Voor ons is dit een optimale combinatie.”
Joost Janssen Beleidsmedewerker veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
Elke dag profijt
Ook de brandweer profiteert van Freilot, constateert beleidsmedewerker Joost Janssen. “Wij hebben goede ervaringen met dit project”, vertelt hij. “Dit is voor ons veel veiliger, omdat het weggedrag van de andere weggebruikers wordt beinvloed met de verkeerslichten. Daardoor zijn er geen verkeersopstoppingen als wij in actie komen. Het verkeer voor ons is weg of al in beweging. We kunnen het moeilijk meten, maar de ervaringen zijn erg goed. Voor ons is het essentieel om soepel door de stad te bewegen en snel ter plaatse te zijn. We hebben er elke dag profijt van, vooral in de spits. Er zijn nog wel verbeteringen mogelijk, omdat de verbinding met de verkeersregelinstallatie niet altijd stabiel is. Maar met zo’n soepele doorstroming wordt onze tweede kazerne in de stad minder noodzakelijk.”
Opvolger
Het Freilot project is zo succesvol geweest dat met ‘Compass4d’ al een opvolger is gestart. Bijzonder is de samenwerking tussen het bedrijfs-
leven en de gemeente. “Die goede publieke private samenwerking is wel een voorwaarde voor succes en het financieringsmodel”, weet Janssen. “Het traject wordt nu wellicht uitgebreid langs de Kanaaldijk in Helmond voor een nieuwe klant van ons”, is Van Rooij enthousiast. “Als je daar groene lichten hebt in plaats van vier keer rood betekent dat al een enorme winst. Het is ook zinnig om snel naar een smartphone oplossing te gaan voor de chauffeurs, zodat ze niet te veel verschillende schermen hebben in de vrachtwagen. Mijn advies zou zijn om dit project op alle Europese ontsluitingswegen uit te zetten.De doorstroming is verschrikkelijk belangrijk. Een auto moet blijven rollen. Zeventig procent van de kostenkern van transport pakken we hiermee aan. En er is veel minder CO2-uitstoot. Oplossingen als deze horen bij maatschappelijk verantwoord ondernemen.” SANDER COLLEWIJN
[email protected]
Automotive bloe De automotive industrie ontwikkelt zich razend snel rond de automotive campus in Helmond, waar bedrijven, overheid en kennisinstellingen (van mbo tot en met wo) intensief met elkaar samenwerken. Het terugdringen van de CO2-uitstoot en de opkomst van smart mobility vereist innovaties van alle partijen. Een goede samenwerking en investeringen leveren Nederland juist een exportproduct op van grote economische waarde, betogen Fred Welschen (AutomotiveNL), Joëlle van den Broek (TNO) en Rik Baert (Fontys) in een rondetafelgesprek.
“De automotive industrie is heel bijzonder”, trapt directeur AutomotiveNL Welschen af. “Er is totaal geen versnippering binnen de industrie. Er is maar één organisatie die de belangen vertegenwoordigt. 95 procent van onze industrie is export. We zijn de enige industrie die over een 100 procent automotive doorlopende leerlijn opleiding beschikt. Onderwijs is dan ook een belangrijk speerpunt binnen onze organisatie. De samenwerking tussen overheid, bedrijven en onderwijs is altijd goed geweest. Wij zijn een hele hechte club.” “De urgentie is nu groot om met elkaar samen te werken binnen de wereld van automotive”,vertelt Joelle van den Broek, senior projectmanager bij TNO. “Nieuwe verkeers- en mobiliteitssystemen, een auto vol
Helmond koploper innovatieve mobiliteit Amsterdam is de hoofdstad van Nederland, maar Helmond is de hoofdstad van de automotive sector. Burgemeester Elly Blanksma-van den Heuvel is trots dat Helmond bekend staat als de ‘City of Smart Mobility’ van Europa. Helmond is een proeftuin voor slimme mobiliteitsoplossingen en acteert als aanjager en verbinder voor industrie, onderwijs en kennisinstellingen. Door de aanwezigheid van de AutomotiveCampusNL is Helmond met recht de automotive hotspot van Nederland. De campus is het (kennis)centrum van de Nederlandse automotive sector met in totaal 300 bedrijven, 45.000 medewerkers en € 17 miljard omzet. “Op de AutomotiveCampusNL werken bedrijven en kennisinstellingen aan de technologie van morgen. Samenwerken en kennis delen is hier heel eenvoudig”, aldus de Helmondse burgemeester. Daarnaast biedt de gemeente de eigen stedelijke omgeving aan als levend laborato-
rium voor het testen van innovaties op het gebied van mobiliteit. Samen met de topfaciliteiten op de campus ontstaat zo een unieke testomgeving. “In 2010 en 2011 hebben we speciaal voor TNO de snelweg tussen Helmond en Eindhoven een aantal keer afgezet zodat ze daar konden testen met slimme auto’s, verkeers-en wegkantsystemen. Dat is uniek in Europa.” Voor de ontwikkeling van nieuwe technologie is het van groot belang dat tot nu toe sterk gescheiden sectoren actief met elkaar gaan samenwerken. Helmond probeert een brugfunctie te vervullen tussen de automotive sector en de wereld van mobiliteitsbeleid en infrastructuur. “Wij stimuleren actief dat deze partijen elkaar ontmoeten en gaan samenwerken. Zodat innovaties niet op papier blijven staan, maar werkelijkheid worden in Helmond.” “De AutomotiveCampusNL willen we de komende jaren verder uitbreiden. De campus biedt een aantrekkelijke leer- en werkomgeving, state of the art techno-
logische faciliteiten en flexibele huisvestingsconcepten. In Helmond is ook een doorlopende leerlijn automotive onderwijs”, vertelt Blanksma-Van den Heuvel, die zes jaar lid was van de Tweede Kamer voordat ze een half jaar geleden burgemeester werd. “De kracht van automotive is de triple helix benadering: bedrijven, kennisinstellingen en overheden trekken gezamenlijk op bij de verdere versterking van dit cluster. Het idee van de campus komt vanuit het bedrijfsleven en de kennisinstellingen. Helmond faciliteert.” “Die mentaliteit van samenwerken en het delen van kennis en know how zetten wij nu voort. Ik ben ontzettend trots op deze stad en die mooie campus. Helmond kijkt continu vooruit en blijft op zoek naar verbeteringen. Dat houdt ons gedreven, maar het uiteindelijke doel blijft om innovaties die in Helmond ontstaan wereldwijd toe te passen.”
Voor meer informatie: www.drivenbyhelmond.nl
MEI 2013 · 5
RONDETAFELGESPREK v.l.n.r. Joëlle van den Broek (TNO) Sander Collewijn (Journalist) Fred Welschen (AutomotiveNL) Rik Baert (Fontys) FOTO: PETER DE LANNOY
eit in Helmond Een hechte club met ambities met sensoren, communicatie en navigatie,dat moet je samen oppakken. Anders krijg je allemaal verschillende systemen en dat werkt niet.” “Die samenwerking is altijd vanzelfsprekend geweest bij ons”, zegt Rik Baert, lector automotive power bij de Fontys automotive opleiding. Hij is drie dagen per week lector. “Wij zijn altijd op zoek naar bedrijven in de regio om samen projecten en onderzoek mee te doen.Ook de samenwerking met de overheid erbij is vanzelfsprekend. Dat heeft ons ook veel gebracht. Omdat alle relevante partijen hier fysiek aanwezig zijn gaat dat ook makkelijk en gebeuren hier mooie dingen.”
Duurzaamheid
De roep om schonere auto’s is groot en de ontwikkelingen talrijk en het
onderwijs speelt hier op in. De automotive industrie staat voor de schone taak om innovaties te realiseren die helpen om de uitstoot te verminderen. Denk dan niet alleen aan emissiereductie, maar ook aan light weight constructies. Maar ook om draagvlak te creëren voor het adopteren en faciliteren van alle uitvindingen door middel van investeringen. Want met te weinig laadpalen in de actieradius kan een elektrische auto niet zo veel. “Die electricatie van voertuigen, schoon en zuinig, smart mobility: dat is geen hype”, weet Baert. “Het gaat nu nog niet om miljoenen auto’s, maar dit gaat wel doorzetten.” Al moeten we ons wel realiseren dat de gemiddelde autogebruiker nog geen 100 km per dag rijdt en iedere elektrische auto dit zonder proble-
men aankan! Welschen: “Met schaalvergroting zal de electrificatie sneller gaan. De revolutie binnen de automotive zit in de energie. Verbrandingsmotoren gebruiken straks 1 op 35 of 1 op 40 liter de km. Of zelfs 1:50 of 1:60, alles gaat razendsnel.”
Slimme auto
Ook de slimme auto, die in verbinding staat met verkeerssystemen en kan ‘praten’ met andere auto’s, is sterk in opkomst. “De auto staat steeds minder op zichzelf, die is onderdeel van een mobiliteitssysteem”, zegt Van den Broek. “De auto communiceert ook zelf. Met ICTtechnologieën en verbeterde mobiliteitssystemen zal de auto veel beter kunnen anticiperen, slimmer en zuiniger zijn. Dat is echt een gi-
gantische transitie, vergelijkbaar met de opkomst van de mobiele telefoon. Een kwart tot een derde van de files ontstaat zonder reden. Dat voorkom je door beter advies te geven, dat je doorgeeft aan de auto. Meer in-car technologie betekent uiteindelijk een versobering van de weg, omdat je minder borden nodig hebt.” Baert: “Alle voertuigen gaan met elkaar praten. Daarom moet je hier een living lab creëren, zodat je dat hier kunt testen. In het conceptstadium moet je al met elkaar samenwerken in een duidelijke rolverdeling tussen de partijen.” “Het integreren van al die systemen is een exportproduct dat heel belangrijk voor Nederland gaat worden”, zegt Welschen. “Daar moeten we dus beleid op gaan voe-
ren. Daar heb je bedrijven, kennisinstellingen en de overheid voor nodig om dit met elkaar te testen en commercieel te exploiteren. Met zo’n geïntegreerd systeem waarbij auto’s, systemen en infrastructuur worden gecombineerd heb je iets unieks. Daar hoort visie en lef bij om de beste van de wereld op dit gebied te worden. We zijn met sommige technologieën al de beste van de wereld, dus is de ambitie realistisch. We weten wat voor goud we hier in onze handen hebben, en met een overheid die meewerkt gaat dat zeker lukken.”
SANDER COLLEWIJN
[email protected]
Automotive Center of Expertise AC E Een verdere versterking van de automotive opleidingen in Nederland Het Automotive Center of Expertise (ACE) is het samenwerkingsverband tussen overheid, onderwijs en bedrijfsleven. Als vertegenwoordiger van de drie hbo automotive opleidingen in Nederland - HAN Automotive in Arnhem, Fontys Hogeschool Automotive in Eindhoven en Hogeschool Autotechniek in Rotterdam - zet ACE zich in voor de actieve werving van studenten en de aansluiting tussen mbo-hbo-wo. Ook worden steeds meer bedrijfsprojecten uitgevoerd met de lectoren van de drie hogescholen. ACE werkt nauw samen met bedrijven op de campus in Helmond alwaar het een deel van het onderwijsprogramma uitvoert in de vorm van stages en afstudeertrajecten. In samenwerking met het middelbaar beroepsonderwijs in Nederland en de universiteit Eindhoven (TU/e) wordt personeel opgeleid en gezorgd voor doorlopende mobiliteitsleerlijnen. Om samen te voldoen aan de sterk groeiende vraag naar automotive opgeleiden op alle niveaus. Zowel technisch als commercieel. Via het TOP-ACE programma biedt ACE studenten de mogelijkheid om af te studeren met honours of om goed voorbereid door te studeren voor een professionele master bij de HAN of een wetenschappelijke master aan de TU/e. Aan de HAN is het ook mogelijk om een Engelstalig programma te volgen, dit jaar gaat daar een 50-tal internationale studenten uit meer dan 20 landen studeren.
Onderwijs volgen, stagelopen en afstuderen in een uitdagende leeromgeving bij de top van het Nederlands bedrijfsleven. Multidisciplinair ontwikkelen, prototypen, testen en produceren. Automotive is een dynamische wereld van hightech aandrijvingen, slimme kooiconstructies, zuiniger motoren, voertuigcommunicatietools en op afstand bestuurbare voertuigen. Hier kun je als student al je talent en energie in kwijt. Als echte techneut of als commercieel ingesteld persoon. De vraag is alleen: Kun jij ons bijhouden! Automotive is niet vies of milieubelastend, maar een innovatieve sector met ruime mogelijkheden voor de ontwerp/constructeur- en commerciële automotive engineer. De komende vijf jaar zijn binnen Nederland 10.000 extra automotive opgeleiden nodig. Een opleiding met een baangarantie! Meer informatie over ACE en de automotive opleidingen? Kijk op www.acemobility.nl voor de open dagen, een dag meelopen of een automotive tour volgen (en op 1 dag 4 bedrijven bezoeken). Neem gerust contact op met Rob Kluivers via
[email protected] of bel 06-50242031
ve - t e c h n o l o g i e d i e o n s b e w A u t o moti eegt!
Automotive
Steenovenweg 1 • 5708 HN Helmond • Tel. 0492-562756
[email protected] www.acemobility.nl
STADSREGIO ARNHEM NIJMEGEN BEWIJST KRACHT BETER BENUTTEN DE STADSREGIO ARNHEM NIJMEGEN is één van de tien regio’s waar Beter Benutten streeft naar een betere bereikbaarheid. De regio fungeert als een schakel tussen de Randstad en het Ruhrgebied. “Zo heeft de regio ook een internationaal belang,” vertelt Henk Driessen projectleider in de Stadsregio Arnhem Nijmegen. “De economische belangen worden groter terwijl de problemen op de weg en in het openbaar vervoer blijven bestaan. Ook zien we dat een aantal wegwerkzaamheden die gepland zijn de druk op het wegennet vergroten. Vanuit die problematiek hebben we diverse maatregelen op poten gezet die vanuit het Rijk worden ondersteund in het Beter Benutten platform.” Volgens Driessen kenmerkt de regio zich door een aantal trends waar rekening mee moet worden gehouden. “Mensen werken niet meer fulltime van negen tot vijf. Werk en privé worden flexibel gecombineerd, denk aan kinderopvang of sporten tijdens de werkdag. Technologische ontwikkelingen rond de smartphone, mobiel internet, data die altijd en overal toegankelijk is, maken
dat ook echt mogelijk en bieden aanknopingspunten voor concrete oplossingen. Het is niet meer investeren in hardware, maar in software.”
Mobiliteit is onderdeel van de business
“Een van de basisideeën van Beter Benutten is dat het de belangen van de verschillende belanghebbenden koppelt en geïntegreerd probeert aan te pakken,” zegt Rob Soeters. “De samenwerking tussen de overheid en bedrijfsleven is intensiever en beter dan voorheen. Er zijn verschillende manieren waarop wij doelgroepen proberen te bereiken. Bijvoorbeeld via de werkgever, die natuurlijk van grote invloed is op de werknemer. Als je mensen kan verleiden om op een andere tijd te reizen bereik je al heel veel.” Driessen onderstreept dat het bedrijfsleven steeds meer bewust is van het belang van goede bereikbaarheid. “Mobiliteit wordt gezien als onderdeel van de business. In het verleden was alles wat met mobiliteit te maken had het domein van de overheid.”
Motieven
Soeters vindt deelname van bedrijven belangrijker dan de motieven die ze daarvoor hebben. “Wij streven ernaar dat bedrijven uit eigen belang deelnemen. Niet omdat wij het willen, maar bijvoorbeeld omdat zij maatschappelijk verantwoord willen ondernemen. Of omdat zij een vitaliteitsbeleid willen uitdragen” Driessen: “Een project als SLIM uit de spits helpt hierbij. Weggebruikers kunnen met een app hun reis plannen en zo de spits mijden. Goed reisgedrag levert punten op, waarvoor je in de webshop producten kunt aanschaffen. De app daagt je uit jezelf hierin te overtreffen en geeft je altijd actuele verkeerssituatie door.” De tijd dat de overheid bepaalt hoe je moet werken en reizen is voorbij en werkt niet meer. Soeters: “Wij proberen impulsen te geven om de ontwikkeling in het bedrijfsleven op gang te brengen en zijn er trots op dat we al heel veel ervaring hebben opgedaan en voorop lopen als het gaat om het aantal deelnemende partijen. Die kennis willen we graag delen.”
Nieuw in Assen: anders van A naar B Het is misschien wat kort door de bocht geformuleerd, maar in het verkeer willen we allemaal hetzelfde: zo snel mogelijk van A naar B. Mooi dat we daarvoor een beroep kunnen doen op navigatiesystemen. Maar stel nou eens dat zich plotseling een kink in de kabel aandient bijvoorbeeld in de vorm van een brug die openstaat of een afgesloten verkeersader. Dan zou je haast wensen dat die problemen zich aandienen in Assen. Want daar word je als automobilist bij de hand genomen door het meetnetwerk van sensoren dat in het kader van Sensor City is aangelegd. Voorwaarde is wel dat je auto is uitgerust met een slim kastje dat zowel praat met het netwerk als met een navigatietablet. Met behulp van het kastje, dat voortdurend data ontvangt over bijvoorbeeld de openstaande brug, wordt u langs dit soort verkeersobstakels geleid. Om u toch zo snel mogelijk van A naar B te brengen. Komt de veiligheid ten goede en niet onbelangrijk, het bespaart u ergernissen Een consortium aan bedrijven gebruikt Sensor City het komende jaar als een proeftuin om dit soort mobiliteitsconcepten te beproeven. Op de langere termijn zien we in het kader van Sensor City een innovatief en dynamisch verkeersmanagementsysteem ontstaan. Met dat systeem en dus met behulp van sensortechnologie voorkomen we in de toekomst verkeersopstoppingen bij evenementen zoals de TT. Op de wat kortere termijn kan dit onderdeel van Sensor City ook een belangrijke bijdrage leveren aan het verminderen van hinder en overlast bij de uitvoering van Assens toekomstproject de FlorijnAs. Als onderdeel van de FlorijnAs ondergaat het stations-
gebied een metamorfose en gaat een belangrijke noord-zuid verkeersader op de schop. Zo komt er onder het nieuwe stationsplein een autotunnel. Kortom grote en stevige infrastructurele ingrepen.
Alle inspanningen zijn er op gericht om met behulp van innovatieve toepassingen het verkeer in goede banen te leiden. Het programma Beter Benutten van het Rijk kan daarbij trouwens ook prima helpen. Kort samengevat komt het er op neer dat je bestaande infrastructuur zoals wegen en �ietspaden beter benut door een reeks van maatregelen. Dat kan door een dynamisch verkeersmanagement systeem in te voeren. In de praktijk moet dat er toe leiden dat verkeersopstoppingen worden voorkomen en het gebruik van het openbaar vervoer een impuls krijgt. Zo bezien speelt Sensor City een belangrijke rol om Assen in de nabije en verdere toekomst bereikbaar te houden voor alle verkeersdeelnemers en een vlotte doorstroming van het verkeer te waarborgen. Ook als de stad zoals binnenkort weer wordt overspoeld met tienduizenden motorfans die de TT races willen bijwonen. Want ook zij willen zo snel mogelijk van A naar B.
Gezocht: mobiliteitsdiensten tegen de �iles De markt voor mobiliteitsdiensten is nu nog onvolwassen. Daarom roept De Verkeersonderneming in een aanbesteding ondernemers op business plannen in te dienen voor mobiliteitsdiensten. Gedacht wordt aan diensten als shuttlebusjes, reisinformatie-apps, voor- en natransport, thuiswerken, niet reizen of anders reizen. Hans Stevens, programmamanager bij De Verkeersonderneming zegt hierover: “Het is een innovatieve aanbesteding. Nieuw is dat er nu meerdere winnaars mogelijk zijn in tegenstelling tot een gewone aanbesteding, want diverse mobiliteitsdiensten sluiten aan bij de diverse behoeften van reizigers. De Verkeersonderneming is niet tegen de auto maar tegen de �iles. Wij willen iets nieuws gaan doen door een marktplaats van mobiliteit op te zetten waarin de vraag van reizigers en het aanbod van alternatieven voor de �ile bij elkaar worden gebracht.” Met de grappige campagne �iledier.nl vraagt De Verkeersonderneming aandacht voor de routine om elke dag in de �ile te staan. Een slogan als “Wees geen
�iledier, doe het op jouw manier”, houdt reizigers een spiegel voor. “Uit onderzoek blijkt dat 75 procent van de ‘�iledieren’ op hetzelfde tijdstip en op dezelfde plek in de �ile staan, een bizarre statistiek. Anders of buiten de �ile reizen is mogelijk en daar gaan deze campagne en onze aanbesteding voor mobiliteitsdiensten bij helpen”, benadrukt Aernout van der Bend, directeur van De Verkeersonderneming.
De toekomst
De Verkeersonderneming is al aardig op weg om de doelstellingen te halen in de regio Rotterdam. “Toch zijn we er nog niet”, vertelt Van der Bend. “Die �iles zijn een gezamenlijk probleem van wegbeheerders, bedrijfsleven en gebruikers. En de boodschap is simpel: de oplossing voor het bereikbaarheidsprobleem is iets dat we alleen samen kunnen bereiken.” Voor meer informatie: www.verkeersonderneming.nl Contact via: 010 – 402 63 26,
[email protected]
MEI 2013 · 7
TIP
2
INZICHT
MIJD DE FILE DOOR ‘S OCHTENDS THUIS TE WERKEN
IN HET KORT
Geen hype maar maatwerk
“Als het gaat om mobiliteit kan er veel met infrastructuur, maar er blijft altijd een stuk menselijk gedrag over.” Dat zegt Rick van Baaren, hoogleraar gedragsbeïnvloeding aan de Radboud Universiteit Nijmegen.
De overheid kan het niet alleen Vanuit het Ministerie van Infrastructuur en Milieu is het programma Beter Benutten opgezet. Een verzameling van ruim 250 maatregelen moet de bereikbaarheid in de drukste regio’s ook op een innovatieve manier verbeteren. “Bereikbaarheidsvragen zijn op verschillende manieren te benaderen,” stelt Jan-Bert Dijkstra, directeur van het Beter Benutten programma.“Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft in het verleden hoofdzakelijk ingezet op de bouwoplossing. Nu is het taak om naast het bouwen te kijken naar hoe de bestaande infrastructuur zo goed mogelijk benut kan worden. Als je een klein aantal reizigers op een andere tijd kunt laten reizen dan zorgt dat voor een enorme verlichting van de filedruk en de drukte in het openbaar vervoer. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het project spitsmijden in Brabant. Vanuit dat verkeerskundig beginsel is het programma Beter Benutten opgezet in tien regio’s en bestaat het uit meer dan 250 maatregelen. Er wordt ingezet op fysieke maatregelen, bijvoorbeeld verruiming van de openingstijden van de spitsstroken, maar in het bijzonder op gedragswijzigingen die we teweeg willen brengen. Dat kan door mensen in staat te stellen om bijvoorbeeld een dagje thuis te werken, of de file te mijden door eerst thuis in te loggen. Daarom is de betrokkenheid van werkgevers zo belangrijk. Over het geheel is zo’n zestig procent gericht op de fysieke kant en veertig procent op de gedragskant. De doelstelling is twintig procent filereductie op de drukste
knelpunten in de tien gebieden waar we actief zijn met maatregelen,” aldus Dijkstra.
De publieke bril moet af
Er is in het programma Beter Benutten bewust gekozen voor een opzet waarin de overheid het probleem niet alleen oplost. Het bedrijfsleven
‘Het is nu taak om naast het bouwen te kijken naar hoe de infrastructuur zo goed mogelijk benut kan worden’ is volgens Dijkstra onmisbaar. “Als we elkaar weten te vinden en goede afspraken maken bereiken we meer dan wanneer er alleen maar met de publieke bril naar de problematiek wordt gekeken. Zo zijn er bedrijven die meedoen vanuit bedrijfseconomisch belang om de kosten te verlagen. De kunst is om ieders belang op tafel te krijgen en deze zo goed mogelijk te dienen zodat er collectief meerwaarde ontstaat.”
Gedeeld belang
Consultant en informatietechnologie bedrijf Capgemini, gevestigd in Utrecht, is een bedrijf dat Beter Benutten heeft omarmd. Henk Broeders, voormalig vice president bij Capgemini, legt uit waarom. “Wij denken dat het een uitstekende bijdrage is aan het beter bereikbaar maken van Utrecht, en feitelijk van alle belangrijke centra in Nederland. Onze medewerkers zijn vaak onderweg
naar onze klanten en wij zien graag dat ze daar snel kunnen komen. Wij hebben net als vele andere deelnemende bedrijven duidelijk voor ogen hoe het naast ons eigen belang ook het algemeen belang van Utrecht dient.” Zo heeft de U15(twintig beeldbepalende regionale werkgevers) een monitor gebouwd waarmee bedrijven vast kunnen stellen hoeveel CO2 output er wordt gegenereerd. “Uit onderzoek blijkt dat als je aan medewerkers duidelijk kan maken wat het CO2 effect is van hun reisgedrag dat ze eerder hun reisgedrag eerder aanpassen. Dat zorgt weer voor een betere benutting van de snelwegen en beter gebruik van het openbaar vervoer. Daarnaast proberen we het parkeren te perfectioneren en zijn er afspraken met de overheid om werknemers met financiële prikkels het OV in te krijgen,” aldus Broeders.
Positief samenwerken
Het enthousiasme over het programma Beter Benutten is groot in de regio Utrecht. Broeders: “Dat komt omdat er positief wordt samengewerkt.Als je door de overheid fietsenstallingen laat bouwen levert dat pas resultaat op als je binnen de organisatie ook actief mensen mobiliseert om te gaan fietsen. Omdat bedrijven daar het voordeel van inzien zullen ze ook extra willen bijdragen. Er zijn weinig obstakels om af te zien van deelname aan het programma. Je moet de voordelen wel willen zien en iemand zal je daar op moeten wijzen.” SIETSE HERREMA
[email protected]
Gedragsexperts krijgen een steeds actievere rol bij mobiliteitsvraagstukken. Zowel in het ontwerp als de uitvoering. Van Baaren: “Je kunt niet alles met regels en procedures oplossen. Een groot gevaar is dat gedacht wordt dat een paar trucs en een rapport over gedragsbeïnvloeding voldoende is voor verandering. Zo werkt dat absoluut niet, want het is maatwerk.” “In de Stadsregio ArnhemNijmegen zijn we aan de slag gegaan met het belonen van weggebruikers om de spits te mijden. Nu willen we dat ze dat
Rick van Baaren Hoogleraar gedragsbeïnvloeding Radboud Universiteit Nijmegen Eigenaar Dijksterhuis & van Baaren
blijven doen zonder die geldprikkel. Dus van extrinsiek naar intrinsiek. Hoe verwijder je negatieve associaties en hoe kan je inspelen op andere positieve motieven? Het is een dogma dat iedereen flexibiliteit wil, maar mensen en hersenen zitten niet zo in elkaar. Mensen willen regelmaat, voorspelbaarheid en vertrouwdheid. De gedragsbril van waaruit gekeken kan worden moet echter geen hype worden. Het is geen alles oplosser. Soms is het aanleggen van een rotonde gewoon veel slimmer.” SIETSE HERREMA
[email protected]
Regelmaat Voorspelbaarheid Vertrouwdheid
8 · MEI 2013
FOTO’S: PEDRO SLUITER
INSPIRATIE
Een keuze vanuit kans, niet vanuit schaarste ■ Vraag: Zijn mobiliteitsvraagstukken nog op te lossen vanuit de klassieke infrastructurele rol van de overheid? ■ Antwoord: ‘Nee. De overheid fungeert niet langer als koploper. Samen met bedrijven en kennisinstellingen wordt de kar getrokken.’ “Als je tien procent oplost ben je een heel eind, als je twintig procent oplost ben je het kwijt. Dat is het mooie van dit verhaal. Ik dacht toen ik wethouder werd dat we de hele wereld moesten veranderen om deze problematiek het hoofd te bieden.” Dit zegt René de Heer, wethouder in de stad Zwolle. Hij spreekt geanimeerd als het gaat om de mobiliteit in zijn stad.
“Ik ben van mening dat wij in Zwolle vernieuwend mobiliteitsbeleid toepassen.Voorheen was de klassieke rol van de overheid een puur infrastructurele rol, het aanleggen van de harde infrastructuur,asfalt,fietspaden.Over het gebruik van het product dat door ons is aangelegd hadden wij voorheen weinig te zeggen. Wat wij nu doen is in gesprek komen met de werkgevers om te achterhalen wat de meest optimale manier is van het benutten van de beschikbare infrastructuur. Het is mooi dat wij als overheid niet meer de koploper zijn. Het bedrijfsleven zit aan het stuur. Zo zijn we momenteel in Zwolle bezig met het verbeteren van de bereikbaarheid van de binnenring om de gracht. Er is geen ruimte voor meer asfalt in onze historische stad. Dat wat we nu hebben zullen we op de meest optimale manier moeten gaan gebruiken. Om dat te kunnen doen heb ik partners in techniek en gedrag nodig,” aldus de wethouder.
Techniek en gedrag
Lucien Linders Directeur business unit Advies & Innovatie bij Vialis
“Wij zorgen ervoor dat doelstellingen, bijvoorbeeld in Zwolle, gehaald kunnen worden,” vertelt Lucien Linders, directeur business unit Advies & Innovatie bij Vialis. “Daarbij kan ik de technologie in een doos aanleveren, maar ik denk liever mee en neem werk uit handen vanuit alle kennis en kunde die wij hebben.
Bereikbaarheid Nieuwe Stijl: slimme keuzes aanbieden!
Ed Graumans
In 1994 introduceerde Ed Graumans de winkelexpres in Utrecht. Deze pendelbus naar de binnenstad werd een groot succes door het gemak en de lage prijs. Dit sterkte Ed in zijn mening dat bereikbaarheid meer was dan een file oplossen. Nu twintig jaar later zijn de servicemogelijkheden nog groter: individuele reisinformatie, reserveren van parkeerplaatsen, parkeerkortingen voor vaste klanten, verlotingen, reisbundels (zoals prepaid belbundels) en combi-arrangementen (bijvoorbeeld theater + parkeren, horeca + parkeren).
Adviesbureau ‘Met Graumans’ was betrokken bij de bereikbaarheidsarrangementen in Zwolle. Zo stelde Ed onder andere voor om de parkeerkosten bij een lange bezoektijd niet op te laten lopen maar juist af te laten nemen. ‘Met Graumans’ ontwikkelt slimme reisconcepten voor binnensteden, winkelcentra, publiekstrekkers en bedrijventerreinen. De belangen van de consument, de ondernemer en de overheid worden met elkaar verenigd. Steden met een dergelijke aanpak hebben de (economische) toekomst volgens Ed.
Karel Brookhuis Hoogleraar verkeerspsychologie rijksuniversiteit Groningen
Naast technologieleverancier is Vialis ook gewoon een werkgever. Onze werknemers zijn dusdanig ambulant dat wij er ook belang bij hebben dat de mobiliteit goed in orde is.” Naast techniek staat gedrag ook hoog in de instrumentenlijst van het Beter Benutten programma. “Als je grootschalige ontwerpen maakt is het steeds gebruikelijker om in een beginstadium de ‘human factor’ mee te nemen,” vertelt Karel Brookhuis, als verkeerspsycholoog verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen. “Vanuit Rijkswaterstaat wordt daar nu ook heel duidelijk op ingezet. Of gedrag is te veranderen ten behoeve van de mobiliteit hangt af van de bereidheid van de weggebruiker. Gewoontes haal je moeilijk uit de mens. Autorijden is
een aaneenschakeling van gewoontes. Het gevoel van comfort vinden mensen erg belangrijk. Het tweede is dat het informeren cruciaal is daarbij. Hoe informeer je mensen? We zitten nu in de testfase van de volgende stap: het verleiden en begeleiden tot aan de bestemming door middel van ‘in-car systems’ die vertellen hoe laat je weg moet en waar je heen moet. Zo overtuig je mensen om hun gedrag aan te passen.De grootste winst valt te behalen uit toenemende adaptiviteit van systemen. Het informatiesysteem moet afgestemd kunnen worden op bijvoorbeeld een oudere gebruiker.We bewegen naar een situatie waarin elke weggebruiker een persoonlijk slim systeem, een zogenoemd ‘personal intelligent system’, heeft waarmee je het vervoermiddel kan kiezen dat bij je behoefte past.”
Toepasbare innovatie
Linders onderstreept dat de geboden dienstverlening niet stopt zodra er geleverd is: “Wij zorgen dat het verkeerssysteem in Zwolle blijft functioneren en dat het apparaat nog steeds maximale output genereert terwijl de wereld om het apparaat snel verandert. Uiteindelijk gaat het om toepasbare innovatie. Je kunt niet zeggen ‘ik bedenk iets en ik zie wel of het succesvol is’. We innoveren in de aanpak. Je stelt je kwetsbaar op en vraagt
Licht moet uit op Nederlandse snelwegen Rijkswaterstaat zet de middenbermverlichting uit in een gedeelte van de avond en nacht, in het kader van versobering en efficiëntie. Hiermee bespaart het meer dan 65 procent op de kosten van energieverbruik en onderhoud. De lichten gaan waar mogelijk uit van 21 tot 5 uur. Indien nodig kan de verlichting ook weer aan, zoals bij calamiteiten en incidenten, rijtaakverzwarende omstandigheden en wegwerkzaamheden. Dit systeem van schakelbare openbare verlichting (SOV), heeft een levensduurverwachting van 15 jaar. Besparing De kosten voor de investering zijn naar verwachting binnen een jaar terugverdiend. Het bedrijf Maiken Systems maakt voor Rijkswaterstaat Oost-Nederland circa 5000 lampen schakelbaar, wat voor een jaarlijkse kostenbesparing van 455 000 euro moet zorgen. Maar er zijn nog meer mogelijkheden voor Rijkswaterstaat, aangezien er circa 100 000 lampen zijn die op de SOV-manier kunnen worden geschakeld. Milieu De Vlaamse overheid schakelt al jaren met verlichting op de hoofdwegen en wil nu ook de afstandsbewaking en besturing centraal laten plaatsvinden. SOV draagt naast het financiële gewin ook positief bij aan het milieu. Het beperkt de CO2-uitstoot, lichtvervuiling en lichthinder.
Voor meer informatie: www.maiken.com email:
[email protected] tel: 0488-48 15 58
‘dit heb ik bedacht, wat vinden jullie ervan?’ De wethouder gaat nog een stap verder. “We zijn begonnen met wegwerkzaamheden, maar we willen uiteindelijk dat je 24 uur per dag door Zwolle heen geleid wordt. Zwolle heeft 85.000 arbeidsplaatsen. Daarvan bewegen 35.000 zich met de fiets om bij hun werk te komen.Die andere 50.000 komen met de trein en de auto de stad in. Wat mij betreft is Zwolle de proeftuin voor systemen die deze stromen begeleidt. Grote verkeersbewegingen tijdens bijvoorbeeld het bevrijdingsfestival kunnen we niet meer managen als we dat niet samen doen met een netwerkstad als Kampen,de provincie en Rijkswaterstaat.”
Rene de Heer Wethouder gemeente Zwolle SIETSE HERREMA
[email protected]
FOTO
MEI 2013 · 9
3 TIP
NIEUWS
STRAT STRATEGISCH A EGISCH AT GELEGEN OVERSTAP- EN OVERSLAGLOCATIES ZIJN ONMISBAAR
Geert van Wijhe Directeur nationale bewegwijzeringsdienst (NBd)
Bewegwijzering na 120 jaar onder één paraplu “Sinds 1894 heeft de ANWB in ons land de bewegwijzering verzorgd. Nieuwe Europese aanbestedingswetten zorgden er in 2004 voor dat andere partijen naast de ANWB ook bewegwijzering konden gaan verzorgen. Er ontstond versnippering en de samenhang op de grensgebieden van de verschillende wegbeheerders nam af. De kwaliteit van bewegwijzering kwam in het geding. Na lange gesprekken is besloten het databeheer, de coördinatie tussen de wegbeheerders en de planvorming aan één, nieuw op te richten publiek orgaan over te laten.
Gemeenten belangrijk voor regionale mobiliteit De belangrijkste economische activiteiten en de meest ingrijpende mobiliteitsopgaven spelen zich af in en rond de (groot)stedelijke gebieden. Essentieel hierbij is de samenhang tussen één stedelijke economie, één openbaar vervoer netwerk, één wegennetwerk en één woningmarkt. Het belang van het grootstedelijk niveau wordt erkend in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte. De VNG steunt het Kabinet bij de vorming van de vervoerregio’s die de samenwerking tussen betrokken gemeenten en provincie(s) moeten verstevigen. De VNG wil dit niet alleen in de Randstad maar ook daarbuiten.
Aanspreekpunt voor burgers
Gemeenten bieden de burgers een veilige en leefbare woon- en werk-
omgeving. De ruimtelijke inrichting, de economische ontwikkeling en de mobiliteit zijn daarbij onlosmakelijk met elkaar verbonden. Goede bereikbaarheid van de stedelijke gebieden is essentieel voor de economische kracht van Nederland. Dit geldt voor personen- én goederenvervoer. Gedurende de reis via de weg, het spoor en het water moet eenvoudig van vervoerswijze kunnen worden veranderd. Goede strategisch gelegen overstap- en overslaglocaties zijn hierbij onmisbaar. Mobiliteit raakt direct de mensen die wonen en werken binnen hun gemeente en hun eigen regio. (Samenwerkende) gemeenten zijn het eerste aanspreekpunt voor burgers als het gaat om verkeersveiligheid, fietsvoorzieningen, fietsenstallingen, openbaar vervoer etc. Verreweg het grootste deel van de dagelijkse verplaatsingen vindt plaats binnen de stedelijke regio met afstanden tot
Kees Jan de Vet Lid directieraad VNG
maximaal 30 kilometer. Regionaal openbaar vervoer hangt onmisbaar samen met de gemeentelijke taken op fysiek en sociaal gebied.
Integrale aanpak
De praktijk leert dat de stedelijke gebieden veelal als ‘koploper’ fungeren als het gaat om het realiseren van
Nationale Bewegwijzeringsdienst
nieuwe ontwikkelingen op het gebied van verkeer en vervoer. Wij denken hierbij aan de invoering van de OV-chipkaart, sociale veiligheid in het openbaar vervoer, schone bussen, elektrisch vervoer en mobiliteitsmanagement, inclusief proeven met prijsprikkels. Gemeenten leveren bottom up maatwerk voor een integrale aanpak van ruimte, economie en mobiliteit op het niveau van de stedelijke regio. Gemeenten moeten in staat blijven hun mobiliteitsopgaven samen met de provincie(s) op te pakken op die schaal waar de integrale afstemming tussen economie, ruimtelijk beleid, milieu én mobiliteit het beste kan plaatsvinden, namelijk op de schaal van het (groot)stedelijk gebied.
De wetsprocedure loopt nog, maar VNG, IPO, UvW, RWS (namens de wegbeheerders) en de ANWB hebben hard gewerkt en per 1 april 2013 haar werkzaamheden overgedragen aan de Nationale Bewegwijzeringsdienst (NBd). De NBd is er voor de vier groepen van wegbeheerders: het rijk, de provincies, de gemeenten en de waterschappen. Om de samenhang, de continuiteit en de uniformiteit te kunnen waarborgen op het gehele wegennet zullen de Provincies Overijssel, Zuid-Holland en RWS haar bewegwijzeringsactiviteiten in 2014 overdragen. Vanaf 1 januari 2015 moet alles voor de volle honderd procent draaien en kan de weggebruiker veilig de weg op met de robuuste bewegwijzering die men gewend is.”
KEES JAN DE VET
[email protected]
SIETSE HERREMA
[email protected]
10 · MEI 2013
INZICHT
Minder lichtvervuiling met R-tf methodiek ■ Vraag: Hoe kun je lichtvervuiling tegengaan en energie besparen op de openbare verlichting? ■ Antwoord: Met de nieuwe R-tf methodiek die Edward Neef ontwikkelde, kunnen gemeenten en provincies via de radiofrequentie afzonderlijk lichten aan- en uitzetten en dimmen. Dat bespaart tot 45 procent op de energie- en lichtvervuiling. Openbare veiligheid, verkeersveiligheid en ook zoveel mogelijk besparen op de energiekosten. Het is een moeilijke spagaat waar het gaat om de openbare verlichting. Altijd aanzetten is zonde van de energie en de kosten, teveel besparen is slecht voor de veiligheid op straat en op de weg. Edward Neef, uitvinder van de nieuwe R-tf methodiek, weet als
geen ander waar het om draait bij de openbare verlichting. “Dat is een spanning tussen veiligheid en duurzaamheid, waarbij iedereen op zoek is naar maatwerk”, betoogt hij. “De huidige systemen waarmee op de openbare verlichting door netbeheerders worden geregeld, kennen weinig flexibiliteit. Daarmee kun je alleen grote gebieden en een hele regio in één keer beheren. De draadloze systemen maken gebruik van gps en wifi en kennen veel elektronica die storingsgevoelig is. En ze zijn relatief duur door de datakosten.”
Verlichting op afstand bedienen
Neef werkte in het verleden in de telecom- en energiesector en is goed op de hoogte van de technieken. Met die kennis ontwierp hij met colle-
Adv Ziut-Telegraaf_Mobiliteit-concept_Ziut 08-05-13 14:35 Pagina 1
‘Openbare verlichting is een spanning tussen veiligheid en duurzaam- heid, waarbij iedereen op zoek is naar maatwerk’ Edward Neef Uitvinder van de nieuwe R-tf methodiek
ga’s een nieuwe methode om via de radiofrequentie de verlichting op afstand te bedienen. “Veel nadelen van het huidige systeem ontbreken daarin”, vertelt Neef. “Wij ontwierpen een R-tf syteem waarbij je met het gebruik van de zendmast iedere lichtmast separaat kunt aansturen. Dan heb je minder schakelkasten nodig en zijn er minder points of failure. Via de FM-frequentie ben je verzekerd van 99,8 procent betrouwbaarheid zonder dat je veel elektronica nodig hebt. Dat zorgt voor een kwalitatief bedrijfszeker netwerk zonder overbodig dataverkeer.”
Elke paal een ontvanger
Na deze zomer wil Neef groots uitrollen met het nieuwe systeem, waarmee lichtvervuiling tegengegaan wordt. Rijkswaterstaat, provincies
en gemeenten kunnen kiezen hoe de verlichting werkt op specifieke momenten of bij eventuele calamiteiten of evenementen. Neef: “Hiermee kun je op grote schaal objecten aansturen en kunnen provincies of gemeenten ervoor kiezen om kruisingen wel of niet te verlichten op bepaalde uren. We hebben al een patentaanvraag gedaan en zitten nu in de eindfase van de ontwikkeling. Op deze manier is de aansturing van verlichting nooit toegepast. Het is techniek die werkt. Elke paal krijgt een unieke ontvanger en daarmee kun je lichtvervuiling tegengaan. De besparing op de energie met deze techniek kan oplopen tot 45 procent.” SANDER COLLEWIJN
[email protected]
Eén partij voor openbare verlichting, verkeerssystemen en camerabewaking
Ziut is expert in openbare verlichting, verkeerssystemen en camerabewaking. We leggen het aan, voorzien u van advies, of verzorgen het beheer en onderhoud. Onze monteurs hebben zowel ervaring met ondergrondse netten als kennis van bovengrondse installatie. Door hun expertise weten ze wat in praktijk werkt en wat niet.
www.ziut.nl
Zo heeft u er nog jaren profijt van. Daarnaast zijn we onafhankelijk van leveranciers en kunnen we u alle producten en modellen leveren die op de markt zijn. Is uw ideale product nog niet op de markt? Dan kunnen onze eigen engineers het speciaal voor u ontwikkelen. Dat maakt ons Ziut, specialist in de openbare ruimte.
Licht-, Zicht- en Mobiliteitsoplossingen
MEI 2013 · 11
NIEUWS
Synergie tussen havengebieden voor betere verbindingen ■ Vraag: Hoe kan het havengebied van Zeeland Seaports hun positie als goed bereikbare haven verder uitbouwen? ■ Antwoord: Door te zoeken naar synergie en samenwerking in de Zeeuwse Delta en daarbuiten. De Zeeuwse havens van Terneuzen en Vlissingen hebben een goede naam verworven als het gaat om bereikbaarheid en ontsluiting met het achterland. Alain Dufait, Voorzitter Kring van Werkgevers in de Kanaalzone en Algemeen Directeur van Cargills zetmeel- en zoetstoffenactiviteiten in Nederland, die vanuit de Kanaalzone opereren, legt uit waarom. “Sinds de opening van de Wester-
Haven biedt kansen voor glastuinbouw
schelde tunnel is het in tien jaar flink verbeterd. In 2015 worden een aantal nieuwe infrastructuur verbeteringen afgerond. Het gaat om verbredingen van wegen en nieuwe tunnels. Er wordt hard gewerkt om de aansluitingen op het Belgische wegennet te verbeteren. Het zijn voorbeelden van hoe Nederland in mobiliteit stappen wil blijven maken.” De lage congestie op het wegennet is een belangrijk pluspunt voor Zeeland Seaports, de uitbater van de havens van Vlissingen en Terneuzen. “De Westerschelde is erg diep en de ontsluiting naar zee is erg goed,” zegt Dufait. “Er is een goede verbinding met het achterland. Veel mensen vergeten dat er ook een goede treinverbinding is.”
In de Kanaalzone zijn industrieën vertegenwoordigd die volumes transporteren die groter zijn dan wat er verhandelbaar is in Nederland. Dufait: “Veel bedrijven
hebben niet alleen vestigingen in de Zuidwestelijke Delta, maar ook in het buitenland. Daarnaast is de afzetmarkt grensoverschrijdend. Daarom hebben wij een groot be-
FEITEN & CIJFERS ■ Seaports omvat de havens van Vlissingen en Terneuzen. De strategische positie aan de Westerschelde en de open verbinding met de Noordzee maakt het havengebied aantrekkelijk voor bedrijven om zich hier te vestigen. In totaal heeft het havengebied maar liefst 33,9 miljoen ton zeeoverslag en 35,2 miljoen ton binnenvaartoverslag. ■ Zeeland Seaports omvat circa 250 bedrijven met een to-
Op het eerste gezicht hebben havens en glastuinbouw niets met elkaar te maken. Maar schijn bedriegt. In Zeeland heeft WarmCO2, een samenwerking tussen Zeeland Seaports en kunstmestfabrikant YARA, een gebied van 300 ha speciaal ingericht voor duurzame glastuinbouw. Het stuk grond grenst direct aan het havengebied. Door een unieke infrastructuur en goede afspraken tussen partijen kunnen tuinders hier tegen aantrekkelijk voorwaarden gebruik maken van de restwarmte én -CO2 van YARA. WarmCO2 directeur Jan Taks ‘WarmCO2 heeft het mogelijk gemaakt een glastuinbouwgebied te creëren dat voor 90% duurzaam is, wat uniek is in Nederland.
taal omvang gebied van 4.400 hectare. Het havengebied biedt een directe werkgelegenheid van 15.000 banen en 18 procent van de totale Zeeuwse werkgelegenheid (inclusief indirecte werkgelegenheid). De toegevoegde waarde is 207.3 Keuro per arbeidsplaats. Door de uitbreiding van de haven in de Kanaalzone en de in 2010 opgeleverde nieuwe Scaldiahaven, neemt dit aantal nog altijd toe.
lang bij een goede verbinding met het achterland.”
Synergie: samenwerken in plaats van concurreren
“De grens tussen Nederland en België moeten we nog meer wegdenken. We moeten niet meer alleen naar onszelf kijken en het meer als één geheel gaan zien. Het is onze taak om te werken naar synergie om de logistiek te optimaliseren. Er is tegenwoordig veel meer contact met andere havengebieden dan vijf jaar geleden. Als de gebruikers van het kanaal meer samenwerking opzoeken, is het niet meer dan logisch dat de uitbaters dat ook doen.” SIETSE HERREMA
[email protected]
Een belangrijk argument voor tuinders om voor Glastuinbouw ZeeuwsVlaanderen te kiezen, is het contract waarmee ze voor een aantal jaar verzekerd zijn van een zeer concurrerende, vaste prijs voor warmte en CO2.’ Zeeuwse zuinigheid die loont. En als je dan ook nog eens bedenkt dat Zeeland de lichtste en zonnigste provincie van Nederland is en er erg snelle verbindingen zijn naar België, Frankrijk, Engeland en Duitsland, dan zou deze regio wel eens één van de glastuingebieden van de toekomst kunnen worden. Meer informatie vindt u op: www.warmco.nl www.gtzv.nl.
BRABANT: BOUWEN, BENUTTEN EN BEÏNVLOEDEN Voor een belangrijke economische regio als Noord-Brabant is een goede bereikbaarheid van levensbelang. De provincie werkt daarom intensief samen met andere overheden, marktpartijen en kennisinstellingen om samen innovatieve projecten mogelijk te maken om files te verminderen. Gedeputeerde Ruud van Heugten vertelt er met Guido Dierick, CEO Netherlands van NXP, meer over. Samen met verkeersminister Schultz vormen zij het bestuurlijke trio van Brabant voor het actieprogramma ‘Beter Benutten’.
Van Heugten: “Met het actieprogramma ‘Beter Benutten’ willen we de files in Brabant met 20% verminderen. We zetten drie instrumenten in: bouwen, benutten en beïnvloeden. Rond Eindhoven is
derop. Is er verderop een file of ongeval, dan verschijnt de adviessnelheid op het systeem. Automobilisten die dan hun snelheid aanpassen, zorgen ervoor dat ook automobilisten zonder dat systeem hun snelheid aanpassen. Op termijn is dit een goede manier om files te voorkomen.”
Ruud van Heugten
Direct rendement
Guido Dierick
het echt nodig om de nieuwe rondweg, de ‘Ruit van Eindhoven’ aan te leggen. Daarnaast ontwikkelen we slimme technieken om de bestaande wegen beter te benutten. Die innovatieve technieken komen in samenwerking met onder andere de automotive campus in Helmond tot stand. Tussen Eindhoven en Helmond ligt de zes kilometer lange snelweg die wij beschikbaar stellen als testtraject voor een project met auto’s met een speciaal navigatiesysteem. Op de navigatie wordt een adviessnelheid gegeven, afhankelijk van de situatie op de weg ver-
Een andere manier om de filedruk te verminderen, is het vervoer over water gemakkelijker te maken. “De provincie en het rijk investeren in de Brabantse kanalen en als tegenprestatie gaan 16 bedrijven per dag meer ladingen per schip vervoeren in plaats van over de weg. Dat zijn elke dag circa 500 trucks minder op de weg en dus minder kans op files!” Van Heugten noemt Spitsmijden een goed voorbeeld om het gedrag van weggebruikers te beïnvloeden. “Door automobilisten tijdelijk financieel te belonen als zij buiten de spits reizen, blijkt een groot deel van hen dat te blijven doen. Dat is een belangrijke gedragsverandering.”
Exportartikel
Guido Dierick is naast zijn rol als ambassadeur van de werkgevers bij de aanpak in Beter Benutten ook erg geïnteresseerd in de toepassing van slimme technologieën. “Door de pilots binnen het programma Beter Benutten, breiden we onze kennis uit en komen we met nog meer innovatieve ideeën. Investeren in technologie levert op deze manier direct rendement (want minder files) én een exportartikel en dat is goed voor de economie.” Nederland is ver met dergelijke slimme technologieën, volgens Dierick. “Technieken die nu bijvoorbeeld in Singapore worden gebruikt, komen echt uit Brabant.”
HANSA GREEN TOUR 2013 SCHRIJF JE NU IN!
Internationale netwerktour voor duurzame ondernemers en bestuurders die duurzame technologie willen promoten en zaken willen doen in Noord Duitsland en Noord Polen. GRONINGEN Deelnemers rijden met milieuvriendelijke auto’s. Toegelaten zijn elektrische en hybride auto’s en auto’s die rijden op alternatieve brandstoffen zoals aardgas, groengas en/of biobrandstof. De route gaat van Hanse stad naar Hanse stad, van Groningen via Bremen en Hamburg naar HAMBURG BREMEN Goléniow in Polen.
GOLÉNIOW
Stap in en rijdt mee om uw duurzame technologie of producten te promoten in Noord Europa!
GRONINGEN – BREMEN - HAMBURG – GOLÉNIOW
21– 24 AUGUSTUS 2013
WWW.HANSGREENTOUR.COM
[email protected] TEL: 06-55567218
Internationale netwerktour voor duurzame ondernemers en bestuurders die duurzame technologie willen promoten en zaken willen doen in Noord Duitsland en Noord Polen. Deelnemers rijden met milieuvriendelijke auto’s. Toegelaten zijn elektrische en hybride auto’s en auto’s die rijden op alternatieve brandstoffen zoals aardgas, groengas en/of biobrandstof. De route gaat van Hanse stad naar Hanse stad, van Groningen via Bremen en Hamburg naar Goléniow in Polen.
STAP IN EN RIJDT MEE OM UW DUURZAME TECHNOLOGIE OF PRODUCTEN TE PROMOTEN IN NOORD EUROPA!