24 Interview front
Maurizio Cattelan, gevierd en gevreesd enfant terrible van de kunstwereld, gooit het roer om. Een gesprek tussen ontwakend New York en schemerend Amsterdam. door Roos van der Lint
Maurizio Cattelan stopt ermee
Maurizio Cattelan, foto: Pierpaolo Ferrari
25 Interview front
G
oedemorgen, is dit Maurizio Cattelan? “Ehmmm… Dat kan ik niet met zekerheid zeggen.”
De Skype-verbinding is kraakhelder, het Italiaanse accent
Maurizio CATTELAN, We, 2010, wood, fiberglass, polyurethane rubber, fabric, 148 x 79 x 68 cm, Courtesy Maurizio Cattelan & Galerie Perrotin, Paris
van de vermaarde kunstenaar duidelijk aanwezig, maar naar de persoon achter deze zware stem blijft het gissen. Maurizio Cattelan (1960) is een van de weinige hedendaagse Italiaanse kunstenaars die internationaal meetelt. Begin jaren tachtig verschijnt hij op het toneel met kunstwerken die flirten met de arte povera: hij verstaat de kunst van het weglaten en het omgaan met bijzondere materialen. Zijn hyperrealistische beeldtaal kan echter al gauw op weerstand van dierenactivisten en de katholieke kerk rekenen. Cattelan weet zijn galeriehouder Emmanuel Perrotin over te halen een maand lang in een peniskostuum rond te lopen, zijn bonte installaties van opgezette dieren verschijnen op biënnales en het veilingrecord van zijn werk staat inmiddels op $8 miljoen. Deze winter exposeert het Solomon R. Guggenheim Museum in New York een retrospectief van Maurizio Cattelan. Niet alleen neemt Cattelan met regelmaat de kunst op de hak, ook is hij berucht om zijn clowneske persoptredens. Jarenlang stuurde hij vrienden in zijn plaats naar interviews. Een gesprek met Cattelan staat garant voor nonsens antwoorden. Bokkig en ontwijkend, soms kortaf, soms hinderlijk lang van stof, staat hij ook Kunstbeeld te woord. Deze veronderstelde Cattelan wil geen webcamera aan. Dus staar ik naar zijn profielfoto, een zwarte labrador met een pijp in zijn bek, terwijl ik luister naar een vrolijke Italiaan, die het gesprek ongemakkelijk houdt. Verscholen achter een computer in een rumoerig appartement in New York steekt hij de draak met de kunst, en met de interviewer.
Maurizio CATTELAN, Bidibidobidiboo, 1996, Taxidermized squirrel, ceramic, formica, wood, paint, steel, 45 x60 x 58 cm, Collection Fondazione Sandretto Re Rebaudengo Per L’arte, Courtesy Maurizio Cattelan & Galerie Perrotin, Paris
Protesten De afgelopen weken duikt er steeds een Cattelan op in het nieuws. Op het Piazza degli Affari, het plein voor het beursgebouw in Milaan, staat zijn sculptuur van een hand, waar de vingers van zijn afgehakt op een ferme middelvinger na. Het werk draagt de ironische titel L.O.V.E. (2010) en vormt het epicentrum van de Occupyprotesten in Italië. Het is een bijzondere dag in Europa, … Een hard geloei aan de andere kant van de lijn onderbreekt de vraag. Cattelan schreeuwt: “Stil!” Was dat een hond? “Nee. Ben je jarig vandaag?”
Maurizio Cattelan, L.O.V.E., 2010, Carrara marble, figure: 470 x 220 x 72 cm; base: 630 x 470 x 470 cm © Maurizio Cattelan, foto: Zeno Zotti, Courtesy the artist
26 Interview front
Nee, er wordt vandaag vergaderd over de euro. Is L.O.V.E. in goede handen bij de demonstranten? “Ik steun mensen met een andere manier van kijken. Het maakt me niet uit of ze dan een plein bezetten of een fabriek bouwen. Het is altijd belangrijk om je te mengen in het politieke en economische debat. Maar mensen die kritiek leveren zonder zelf deel uit te maken van het systeem tellen voor mij niet mee. Wel gek trouwens dat ik zelf niet ben uitgenodigd in Milaan, ik zou daar bij moeten zijn om te protesteren.” Heb je al geprotesteerd? “Altijd. Ik werd vanmorgen wakker en protesteerde al gelijk. Ik zei tegen mezelf: [zware stem, red.] ‘Je bent een stuk stront, je zou je leven moeten veranderen’. [hoog stemmetje, red.] ‘Ja ja ja meneer, zal ik doen’.‘Probeer vandaag in hemelsnaam eens iets nieuws te doen!’ ‘Ja meneer, ik doe mijn best.’” Je bent wereldberoemd geworden als kunstenaar. Wanneer je echt zou gaan protesteren kun je wellicht veel invloed uitoefenen. “Ik heb geprotesteerd vanaf de dag dat ik als kunstenaar begon, íedere dag, met mijn kunst. Ik protesteerde zo vaak met voorstellen en projecten dat ik wel zou wel willen zeggen dat ik een professioneel demonstrant ben.”
Cattelans kritische kunstwerken worden gekarakteriseerd door zijn protest tegen van alles en nog wat, met als gemene deler de aanval op de heersende publieke opinie. Hij dwong Hitler op zijn knieën in de wassen sculptuur Him (2001), waarmee Cattelan de toeschouwer het ongemakkelijke aanbod van vergiffenis deed. La Nona Ora (1999), de sculptuur van paus Johannes Paulus II die getroffen door een meteoriet op een rood tapijt ligt, is waarschijnlijk Cattelans beroemdste werk. Tijdens een expositie in de Zacheta Nationale Galerij van de Kunsten in Warschau probeerden twee leden van het Poolse parlement de paus weer rechtop te zetten, in een minder compromitterende houding. Het kunstwerk raakte beschadigd, het Poolse parlement in crisis. Cattelan: “Ik heb geprobeerd om geen eenvoudig kunstleven te leiden. En toch is het makkelijk om verveeld te raken, de herhaling dreigt altijd.”
Duiven Herhaling lijkt inderdaad op de loer te liggen. Voor de laatste Biënnale van Venetië werkte Cattelan aan een bewerking van een werk dat hij daar in 1997 al toonde in het Italiaanse paviljoen. De installatie Turisti toonde een groep opgezette duiven die de schaduw-
o Maurizio Cattelan, La Nona Ora, 1999, polyester resin, wax, pigment, human hair, fabric, clothing, accessories, stone, glass, and carpet, dimensions variable © Maurizio Cattelan, foto: Attilio Maranzano, Courtesy the artist
27 Interview front
inwoners van Venetië vertegenwoordigden. Dit jaar besloot hij het hele Palazzo delle Esposizioni in de Giardini van opgezette duiven te voorzien. Was je werk op de biënnale een voorbeeld van verveling? “Nee, dat was een vorm van perfectionisme. In 1997 had ik maar drie ruimtes tot mijn beschikking en slechts een paar mensen zagen het werk. De biënnale nodigde me dit jaar opnieuw uit om een project te realiseren. Door Turisti tot een veel groter formaat op te blazen hoopte ik een nieuw perspectief te bieden, dat nu met tweeduizend duiven veel krachtiger en indrukwekkender moest zijn. Ik noem het werk Others: de duiven zijn als de mensen om je heen, als je buren, overal aanwezig. Ik plaatste ze op alle hoeken van het paviljoen, en als je in het midden staat en omhoog kijkt… Ken je dat, als je je niet veilig voelt en alsmaar achterom blijft kijken? Dat gevoel wil ik de bezoeker geven.” Was je tevreden met het resultaat van de bewerking? “Ik ben nooit tevreden, met geen enkel resultaat. Heel soms, echt eens in de zoveel tijd, ga ik zitten en voel ik me…”, Cattelan zet een piepstemmetje op, “…gelukkig?? Voor twee minuten, dan heb ik een nieuwe shot frustratie nodig en verander ik mijn schaalgrootte en perspectief. Het is een ware verslaving.” Het is een tijdje stil als
k Maurizio Cattelan, La Rivoluzione siamo noi, 2000, polyester resin, wax, pigment, felt suit, and metal coat rack, figure: 123,8 x 35,6 x 43,2 cm; coat rack: 189,9 x 47 x 52,1 cm © Maurizio Cattelan, foto: Attilio Maranzano, Courtesy the artist
hij vervolgt: “Wanneer het maken van kunst niet meer interessant is, wordt het tijd om iets anders te gaan doen.” Heb je dat punt inmiddels bereikt? “Ja. Nee. Ik moet verder. Ik wil een cyclus van kunstwerken afsluiten en vooral ook de manier van kunst maken achter me laten. Ik wil mezelf opnieuw uitvinden, en dat is ook hoog nodig. Dit verlangen naar een ‘kunstpensioen’ groeide tijdens het ontwikkelen van de tentoonstelling voor het Guggenheim. Ik voelde me zo losgekoppeld van de kunst en ervoer zo’n grote afstand tot het museum dat ik niet kon genieten van het project. Bovendien zag ik het nut van een solotentoonstelling niet in. Op een dag werd ik wakker met de gedachte: ‘Dit is het moment om niet langer van kwasten gebruik te maken.’” Met een schaterende lach herhaalt Cattelan die zin een aantal keer, terwijl hij toch niet te boek staat als schilder. “Daarbij moet je als kunstenaar ook de ruimte bieden aan de jongere generatie, met frissere ideeën. Ik was twintig jaar kunstenaar en dat is lang. En ik neem als kunstenaar ook veel ruimte in! Het stoppen met de kunst zie ik dus echt als een recycling statement. Toen ik dit eenmaal besloten had, werd alles opeens weer licht en opwindend en kreeg ik er weer zin in. Als je me zou vragen of ik uitkijk naar de opening zou ik zeggen: ‘Ik kijk super uit naar
28 Interview front
de opening, want ik ben nog maar een week verwijderd van mijn pensionering!’” Een harde schreeuw wordt gevolgd door gelach, en een bevestigende vreugdekreet.
Therapie Gerammel en gepruttel, samen met het onmiskenbare geluid van New Yorks getoeter in de ochtendspits maakt de Italiaanse kunstenaar moeilijk te verstaan. Hij drinkt thee, uitdrukkelijk géén koffie, en loopt met zijn computer door zijn appartement terwijl hij aan één stuk door praat. Vind je jezelf geslaagd als kunstenaar? “Ik heb nog nooit geweten wat ik wilde doen met mijn leven en leef van dag tot dag, dus ja, dit vind ik nogal indrukwekkend. Ik zie mijn kunstwerken als vrienden, of kinderen zelfs, de nakomelingen van mijn wezen. En ik ben ze dankbaar. Nu ik op mijn werk terugkijk, begrijp ik mezelf een klein beetje beter. Ik zie hoe ik bepaalde angsten heb overwonnen, lang niet allemaal, maar toch.” Angsten? “Je weet wel, je verleden, alles wat je blijft achtervolgen. Sommige werken hebben momenten uit mijn verleden onthuld die klaarblijkelijk traumatisch waren. In die zin vind ik mijn kunstenaarschap
geslaagd, omdat de kunst me in leven heeft weten te houden. En dan is er nog het grote succes, het succes met de twee $$en… Ik heb een vrij eenvoudige levensstijl. Die vorm van succes heb ik nooit nagejaagd.” Was die therapeutische werking van kunst ook de reden om kunstenaar te worden? Wat volgt is een onnavolgbaar relaas over zijn werkzame leven, als elektricien, bij een ziekenhuis, als meubelmaker. “Ik werkte vanaf mijn zeventiende, ik was van alles en op een gegeven moment was ik het werken beu. Toevalligerwijs kwam ik in aanraking met de designwereld en toen was daar de kunstwereld, die wereld fascineerde me. Ik weet nog steeds niet wat me aantrok in de kunst. Waarschijnlijk de vrijheid om zelf te kunnen beslissen.” Een lang, twijfelachtig gehum volgt. “Je schrijft je eigen wetten, in plaats van andermans wetten na te leven... dat haatte ik. Vóór ik voor de kunst koos maakte ik de fout om te leven om te overleven. Maar zelfs als je werkt in de meest erbarmelijke omstandigheden, moet je altijd je eigen wetenschap zien te destilleren uit wat je doet om je leven interessanter te maken.” Deze serieuze oorsprong van Cattelans kunst komt bij het publiek niet altijd over. Voor velen staat de humoristische verschijnings-
29 Interview front
vorm van zijn werk niet alleen voorop, maar gaat Cattelans kunst ook niet dieper dan dat. Waarom zou je persoonlijke emoties, verhuld als kunst, willen delen met de wereld? “Dit is een vraag die mij altijd al heeft beziggehouden. Ik weet ook niet wat mensen met mijn kunst doen, maar waarschijnlijk delen we dezelfde problemen.” Hinnikende lach. “De problematiek van veel van mijn werken is universeel.”
Kroonluchter Al Cattelans sculpturen uit de afgelopen twintig jaar zijn deze winter verenigd in het Guggenheim Museum in New York, onder de toepasselijke tentoonstellingstitel ‘Maurizio Cattelan: All’. Het is niet de eerste keer dat Cattelan in het museum exposeert. In 2008 lag er een sculptuur van Pinokkio in de vijver bij de opgang van de spiraalvormige rondgang, met zijn gezicht naar beneden (Daddy Daddy, 2008). Zelfmoord van het Disney-figuur of een vervelend ongeluk, dat houdt Cattelan in het midden. Het idee voor een solotentoonstelling in het museum was er al in die tijd, maar Cattelan was er niet klaar voor. “Ik weiger al vijf jaar om mee te werken aan een solotentoonstelling in het Guggenheim. Maar toen curator
Nancy Spector me opnieuw benaderde vond ik het het juiste moment voor reflectie.” Cattelans werk leent zich niet voor conventionele presentaties. Zijn sculptuur Untitled (2002) komt in Museum Boijmans Van Beuningen midden tussen de oude meesters omhoog uit de vloer, de achterkant van een paard steekt uit de muur van François Pinaults museum Punta della Dogana. In het Guggenheim hangen de kunstwerken normaal gesproken netjes op een rij, gerangschikt aan de muren van de opgaande spiraal, richting het glazen plafond. Maar niet de werken van Cattelan: de sculpturen zijn met een ingenieus systeem aan het plafond gehangen, en bungelen in de rotunda, vertelt hij trots. “En trouwens, ieder uur dat ik met jou praat neem je een uur uit het leven van deze laatste tentoonstelling weg.” Is het confronterend om oude kunstwerken terug te zien? “De sculpturen zijn nog nooit samen getoond, zo veel vrienden heb ik nog nooit bij elkaar gezien. Het is een reünie. In principe ben ik blij om iedereen weer te zien, maar zoals het hoort bij een reünie probeer je sommigen ook te ontlopen, een broer of zus of neef misschien. Het is een mooi moment om vrede te sluiten met sculpturen waar ik niet of minder veel van hield. Door ze samen
o Maurizio CATTELAN, Others, 2011, view of the exhibition ILLUMInazioni, 54th Venice Biennial, Italy, 2011, 1200 taxidermized pigeons, environmental dimension, foto : Zeno Zotti, Courtesy Maurizio Cattelan & Galerie Perrotin, Paris
30 Interview front
op te hangen worden ze in mijn ogen op een horizontale manier aan elkaar gelijkgesteld. Er is nu niet meer één werk beter dan een ander. Als bezoeker loop je naar boven. Je beweegt zelf en alles verandert steeds mee, de installatie is als een kroonluchter, een verzameling kleine dieren, als engeltjes op een kerktoren. In ieder geval, het Guggenheim is een onmogelijke plek om kunst te presenteren, waarom haat dit museum kunstenaars zo? Maar mijn tentoonstelling, en hiermee is het misschien wel de eerste tentoonstelling in het museum ooit, is geknipt voor het gebouw van Frank Lloyd Wright, en andersom is het Guggenheim de enige plek waar mijn show had kunnen worden gemaakt. Ik had geen keuze.” En na het Guggenheim…? “Een grote depressie? Een zwart gat, hoe noemen ze dat, the big blues?”
Vissenkoppen Samen met de Italiaanse fotograaf Pierpaolo Ferrari (1971) zette Cattelan vorig jaar het fototijdschrift Toilet Paper Magazine op, een project dat nu al zijn aandacht opeist. In mei willen ze samen een fotoboek uitbrengen. Cattelan mailt me het document van het
meest recente nummer van Toilet Paper Magazine. Het laden gaat langzaam. Schrijf je zelf? “Ik haat schrijven. Net als praten overigens. Woon je in een boot?” De achtergrondgeluiden in New York zijn merkwaardig. Ik zou zweren een vogel te horen fluiten en herken toch duidelijk het gejank van een hond. Waar andere mensen schoenen of relaties hebben, heeft Cattelan inderdaad een hond, vertelt hij. Dieren vormen het handelsmerk van veel van Cattelans sculpturen. Voor een van zijn eerste solotentoonstellingen liet hij onder de titel Warning! Enter at your own risk – Do not touch, do not feed, no smoking, no photographs, no dogs, thank you (1994) een ezel loslopen in Daniel Newburg Gallery in New York. De afgelopen twintig jaar waren het vooral opgezette dieren die zijn werk bepaalden. De horens van een koe verving hij voor handvatten van een scooter, dode ezels liet hij te zware karren trekken, of hij bond een televisie op hun rug, en een babyolifant werd door hem opgetuigd als lid van de Ku Klux Klan. Een eekhoorn zit dood op een stoel, een pistool ligt op de grond voor het dier. Hou je van dieren? “Ik ben gek op dieren. Ik houd niet van mensen.”
P r o b e e r va n da ag i n h e m e l s n a a m eens iets nieuws te doen!
k MAURIZIO CATTELAN, ‘ALL’, installation view, Solomon R. Guggenheim Museum, November 4, 2011 - January 22, 2012, foto: David Heald © Solomon R. Guggenheim Foundation
31 Interview front
In je werk laat je dieren gebruiken door mensen. “Dat zie je verkeerd. De ezel is een paradox: hoeveel last kun je dragen? Ik lever eerder een commentaar op ons bestaan dan dat ik wil aantonen hoe we dieren zouden misbruiken.” De mens lijkt er toch niet goed van af te komen. Tegen de tijd dat een eekhoorn zelfmoord pleegt aan een keukentafel, moet er iets mis zijn. “Kan ik me niet herinneren.” In ieder geval zijn mensen machtiger dan dieren. “Het hangt ervan af in welk land je woont.” In Nederland hebben we een Partij voor de Dieren. “Dat klinkt als een goed idee. Maar Nederland zou beter een partij voor de bloemen kunnen hebben, om jullie economie te beschermen.” Toilet Paper Magazine is inmiddels geladen en 22 intrigerende beelden verschijnen op mijn beeldscherm. Op de cover van het novembernummer staat een naakte vrouw met een speelkaart tussen haar billen. Fascinerend en afstotelijk is de foto van een man, zijn voeten geplaatst in de opengesperde bekken van vissenkoppen als skischoenen. Op een andere foto is Imponderabilia (1977) te
herkennen, de performance van Abramovic en Ulay in de deurpost, alleen is de ruimte tussen de naakte lichamen opgevuld met boeken in plaats van passanten. “Je zou dit beeld als een eerbetoon kunnen zien. Maar ik zou nooit een eerbetoon aan Marina maken. Zij heeft niet meer aandacht nodig dan ze nu al krijgt.” Waarom een tijdschrift? “Een tijdschrift is als een schetsboek en geeft me veel vrijheid. Kunstwerken zijn beladen objecten, maar in een magazine kun je fouten maken. Het is en blijft maar een tijdschrift.” We scrollen door de foto’s. “De Partij voor de Dieren zou overstuur zijn. De feministen vast ook. Wie heb ik nog meer beledigd denk je?” De kunstwereld? “Nee”, lacht Cattelan smakelijk. “Nooit.”
‘Maurizio Cattelan: All’ 4 nov. 2011 t/m 22 jan. 2012 Solomon R. Guggenheim Museum, 1071 Fifth Avenue, New York (VS) www.guggenheim.org