Master program Master Building Services 2010-2011
Department of Architecture, Building and Planning
Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
Master program information
Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
Inhoudsopgave 1. De master opleiding building services
5
1.1 Algemeen 1.2 Doelstelling van de opleiding 1.3 Competenties 1.4 Afstudeermogelijkheden 1.5 Toegang tot de opleidingen 1.6 Voltijd, deeltijd en duaal
5 5 5 5 5 6
2 Organisatie van de masteropleiding building services
7
2.1 2.2 2.3 2.4
7 7 7 7
Algemeen Coördinatie Opleidingscommissie opleiding Building Services Examencommissie Installatietechnologie / Building Services
9
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9
9 9 9 9 9 10 10 10 10
Algemeen Onderwijsmethode Studiepunten en studielast Studiekosten Studiebegeleiding Studievaardigheden Studievertraging Afstuderen masteropleiding Studeren in het buitenland
4 De programma’s
11
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6
11 11 12 12 13 13
Algemeen Het programma voor studenten die direct tot de master Building Services worden toegelaten Het programma voor studenten die niet direct tot de master Building Services worden toegelaten Keuzevakken in de master opleiding Te kiezen accenten in de master-opleiding Afstudeerdocenten
5. Examinering van het onderwijs
15
5.1 5.2 5.3 5.4
15 15 15 16
OER en Examenreglement masteropleiding Tentamens Examens Bezwaar en beroep
Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
3 De master studie
Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
1 De master opleiding building services 1.1 Algemeen De masteropleiding building services is een multidisciplinaire ingenieursopleiding van de TU/e. De faculteiten Bouwkunde, Werktuigbouwkunde, Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica en Techniek en Maatschappij zijn direct betrokken bij het onderwijsprogramma. De masteropleiding building services is bestuurlijk ondergebracht bij de faculteit Bouwkunde. Afgestudeerden van een geschikte HBO-opleiding kunnen via een schakelprogramma van 30 ects toegelaten worden tot het masterprogramma. De master biedt de mogelijkheid tot profilering naar wens. De master kan zowel voltijd, deeltijd als duaal gevolgd worden.
1.2 Doelstelling van de opleiding
1.3 Competenties De student moet in staat zijn tot zelfstandige uitoefening van de installatietechnologische ingenieurswetenschap, met name het toepassen van relevante wetenschappelijke kennis om te komen tot optimale oplossingen op het gebied van technische voorzieningen in directe relatie met de gebouwde omgeving in de ruimste zin. De studie vormt een voorbereiding op het kunnen functioneren in de installatietechnische ingenieurspraktijk. Onderzoek, advies en ontwerp vormen de verschillende modi van deze praktijk; relevante kennis wordt toegeleverd uit een aantal basisdisciplines, met name de bouwkunde, de werktuigbouwkunde en de elektrotechniek.
1.4 Afstudeermogelijkheden De student kan afstuderen op één van de volgende thema’s: - Comfortabele, gezonde en duurzame gebouwen - Gebouwveiligheid - Intelligente gebouwen - Integraal ontwerpen van gebouw en installaties - Installatietechnologie gecombineerd met bedrijfskunde
1.5 Toegang tot de opleidingen a. Toelatingeisen op grond waarvan een bewijs van toelating kan worden afgegeven Een bewijs van toelating kan worden afgegeven aan: - HBO afgestudeerden van Algemene Operationele Technologie, Autotechniek, Bouwkunde, Elektrotechniek, Technische Natuurkunde, Scheepsbouw, de Hogeschool voor Installatietechniek (HIT, ATO) en Werktuigbouwkunde, die aan de TU/e een doorstroomminor of een schakelprogramma met succes hebben afgelegd. - Studenten van alle andere opleidingen in binnen- en buitenland dienen een verzoek tot toelating in bij de Facultaire Toelatings Commissie. b. Bachelorgetuigschriften die toegang geven: De volgende bachelorgetuigschriften van de daarbij genoemde instellingen voor hoger onderwijs geven rechtstreeks toegang tot de masteropleiding: - Installatietechnologie (TU/e) - Civiele Techniek (TUD, UT) De volgende bachelorgetuigschriften van de daarbij genoemde instellingen voor hoger onderwijs geven toegang tot de masteropleiding met maximaal 30 studiepunten (of minder) deficiëntie: - Bouwkunde (TUD, TU/e*) - Biomedische Technologie (UT, TU/e) - Life Science & Technology (TUD) - Elektrotechniek (TUD, UT, TU/e*)
Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
De opleiding richt zich op de wetenschappelijke beoefening van de Installatietechnologie met als doel de voorbereiding tot het functioneren in de installatietechnische beroepspraktijk en de wetenschappelijke onderzoekspraktijk. Bij de wetenschappelijke beoefening staat de toepassingsgerichte integratie van kennis uit de bouwkunde, werktuigbouw en elektrotechniek centraal. Communicatie met verschillende actoren, inzicht in de aard van ontwerpprocessen en het kunnen functioneren in een multidisciplinair, projectmatig werkverband vormen een belangrijk onderdeel van de opleiding.
- Maritieme Techniek (TUD) - Technische Natuurwetenschappen (UT) - Technische Innovatiewetenschappen (TU/e) - Technische Natuurkunde (TUD, UT, TU/e*) - Scheikundige Technologie (TU/e*) - Werktuigbouwkunde (TUD, UT, TU/e*)
*) rechtstreeks toegang als minor Climatic Design is gevolgd. Zie major-minorsite http://w3.tue.nl/nl/diensten/stu/onderwijs/major_minor/
1.6 Voltijd, deeltijd en duaal De masteropleiding BS kan zowel in voltijd, deeltijd als duaal gevolgd worden.
Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
2 Organisatie van de masteropleiding building services 2.1 Algemeen Bestuur en organisatie van de master Building Services is ondergebracht bij de Faculteit Bouwkunde. De student heeft op verschillende manieren met het bestuur en de organisatie van het onderwijs te maken. Naast het Opleidingsinstituut Bouwkunde zijn voor de opleiding installatietechnologie de hieronder genoemde commissies van belang.
2.2 Coördinatie Studenten met vragen over de masteropleiding building services kunnen terecht bij Dr.ir.M.A. van Houten Gebouw Vertigo Kamer Vrt. 06.32 Telefoon 2926 Email
[email protected]
De opleidingscommissie wordt door het Faculteitsbestuur ingesteld en heeft als wettelijke taak het gevraagd en ongevraagd advies uitbrengen aan de Faculteitsraad en het Faculteitsbestuur, de opleidingsdirecteur en de Unitgroepbesturen, over alle aangelegenheden betreffende het onderwijs van de opleiding. Samenstelling Opleidingscommissie MSc Building Services Voorzitter: prof. dr. P.G.S. Rutten Leden: dr. A. Kastelein Dr. ir. M.A. van Houten ir. G. Boxem Studentleden: <............> <............> <............> <............> Secretaris: Secretariaat:
2.4 Examencommissie Installatietechnologie / Building Services De taken en bevoegdheden van examencommissie zijn wettelijk vastgelegd. Ook staat in het algemene deel van dit statuut hoe dit verder op de Technische Universiteit Eindhoven geregeld is. Samenstelling van de Examencommissie : Voorzitter: Leden: Adviseurs: Secretaris: Secretariaat:
prof. ir. B. de Vries ir. A.W.J. Borgers ir. H.J.M. Janssen dr. A.G. van Asch ir. A.W.C. Timmermans ir. A.W.M. van Schijndel drs. W.J. Buurke dhr. J.C.Th. Marks J.H. Steetskamp (VRT 2.12) telnr. 040- 247 3298
Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
2.3 Opleidingscommissie opleiding Building Services
Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
3 De master studie 3.1 Algemeen De Technische Universiteit Eindhoven biedt als enige Nederlandse universiteit een wetenschappelijke masteropleiding building services aan.
3.2 Onderwijsmethode De onderwijsmethode die gehanteerd wordt is een mix van studentactiverend onderwijs, in de vorm van projecten, en docent gestuurd onderwijs, in de vorm van hoorcolleges en skill-labs. In de master building services worden 27 ects kernvakken, 10 ects kernkeuzevakken en 6 ects keuzevakken aangeboden. In het eerste jaar wordt er gewerkt aan twee masterprojecten. Het tweede masterproject is het MIO-project (Multi Integraal Ontwerp project) is een verplicht project. Voor het eerste masterproject wordt gekozen uit de thema’s Sustainable buildingsystems, Health and comfort, Building performance simulation, Building safety en Intelligence buidings. Vaardigheden in ontwerpen, meten en modelleren worden getraind. In het tweede jaar werkt de student hoofdzakelijk aan zijn M3-project en zijn afstudeeropdracht.
Het onderwijs- en examenprogramma is nominaal te volgen. De roosters zijn zo ingericht dat de studiebelasting zoveel mogelijk gespreid wordt. Evenredig met deze indeling van de studiebelasting worden, bij een voldoende afronding van een onderdeel, studiepunten toegekend. Een studiejaar omvat 60 studiepunten. Een semester is 30 sp. Per vak wordt de opdeling gemaakt tussen contact uren en zelfstudieuren. Uit het studiepuntenstelsel worden de exameneisen afgeleid. Studielast van afstuderen: de onderverdeling in het totaal te behalen aantal studiepunten bij het afstuderen staat vermeld in de paragraaf ‘Afstuderen’.
3.4 Studiekosten Voor algemene kosten die gelden op de Technische Universiteit Eindhoven wordt verwezen naar het algemene deel van dit statuut. De totale kosten aan studiematerialen van de studierichting komt niet uit boven het door de Informatie Beheer Groep gegeven normbedrag van ruim 600,-- Euro voor het studiejaar 2010-2011. Voor een deel van de in de studentenwerkplaats verkrijgbare materialen wordt een bijdrage in de kosten gevraagd.
3.5 Studiebegeleiding Binnen de opleiding wordt op verschillende wijzen begeleiding geboden aan de student. De op vaardigheden en oriëntatie gerichte begeleiding vindt plaats binnen het projectwerk. Met betrekking tot de studievoortgang speelt de studieadviseur een belangrijke rol. Tel. studieadviseurs: 040- 247 5981 Studieadviseur master opleiding: drs. W.J. Buurke, VRT 2.12 Studieadviseurs De studieadviseurs helpen de studenten van de faculteit bij de problemen, die zich tijdens de studie kunnen voordoen. Nauwe contacten worden onderhouden met de centrale bureaus van studentendecanen en studentenpsychologen. De studieadviseur is betrokken bij alle commissies op faculteitsniveau, die zich met onderwijszaken bezighouden. Hij kent alle docenten van de faculteit. De studieadviseur heeft geen beoordelende taak ten aanzien van studenten. Iedere student met eventuele studieproblemen wordt aangeraden direct contact met de studieadviseur op te nemen. In principe is het mogelijk om binnen een week een afspraak te hebben met de studieadviseur. Docenten Studenten hebben recht op begeleiding van een docent, zowel in groepsverband als individueel. Een student heeft het recht binnen drie weken na een verzoek daartoe, een gesprek te voeren met een docent die belast is met het onderwijs waaraan de student participeert. Indien de docent voor langere tijd afwezig is dan moet de capaciteitsgroep of studierichting voor vervanging zorgen.
Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
3.3 Studiepunten en studielast
3.6 Studievaardigheden Voor het opdoen van specifieke studievaardigheden is het mogelijk een algemene cursus studievaardigheden te volgen bij het Studenten Service Centrum. Studenten kunnen voor hulp bij problemen met studievaardigheden direct contact opnemen met het Studenten Service Centrum (040 - 247 8015) of met de studieadviseur (040 - 247 5981).
3.7 Studievertraging Er is sprake van studievertraging als in een studiejaar niet het volledige aantal onderwijsprogrammaonderdelen van dat jaar met een voldoende wordt afgerond Voor advies over voorkomen of wegwerken van vertraging kan de student terecht bij de studieadviseur. Indien studievertraging optreedt door bijzondere omstandigheden (ziekte, familieomstandigheden, handicap, bestuurswerk) kan hiervoor financiële ondersteuning worden aangevraagd bij de TU/e. Meer informatie hierover is te vinden in het algemene deel van de studentenstatuten (zie Universiteitsgids). 10
3.8 Afstuderen masteropleiding
Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
Het doel van het afstuderen is het bereiken van de eindtermen van de masteropleiding Building Services. Het afstuderen geschiedt in het tweede jaar van de opleiding. Het derde masterproject (9 ects, semester A kwartiel 1) kan aan de afstudeeropdracht gekoppeld worden. Het afstudeerproject omvat 40 ects. Het project kent een begincolloquium, een tussencolloquium en een eindcolloquium. Voorafgaand aan het eindcolloquium is er een “groenlicht” bespreking. Meer informatie over het afstuderen vindt u bij de faculteit bouwkunde site http: //w3.bwk.tue.nl/nl/onderwijs/masteropleidingen/afstudeerregeling/
3.9 Studeren in het buitenland Het is mogelijk om vakken te volgen in het buitenland. Het is raadzaam om dit te doen in overleg met de examencommissie. De student moet aan kunnen tonen het vak gehaald te hebben, alsmede de omvang van het vak kunnen aangeven. Daarnaast moet er niet een al te grote overlap zijn met al in de eigen opleiding gehaalde vakken. Bij terugkomst in Nederland legt de student het vak en de resultaten voor ter beoordeling van de examencommissie. Deze bepaalt of er studiepunten uitgegeven kunnen worden voor het vak. Voor meer informatie: dr. ir. M.A. van Houten, tel. 040- 247 2926.
4 De programma’s 4.1 Algemeen Het masterprogramma van de opleiding omvat 2 studiejaren. In het programma staan acht kernvakken (27 ects) waarin de professionele installatietechnologische verbreding gestalten krijgt, zes kernkeuzevakken (16 ects) waarin de specialisatie plaats vindt. De zes kernkeuzevakken betreft vakken uit de architectuur, bouwfysica, werktuigbouwkunde, elektrotechniek/ informatica, comfort en gezondheid. Masterproject 2 is het integraal ontwerpproject en is een verplicht masterproject. Masterproject 1 is een meetof modelleringsproject met een afstudeerprofileringsthema. Masterproject 3 mag aan het afstudeerproject gekoppeld worden. Voor het kiezen van een masterproject gelieve contact op te nemen met de masterprojectcoördinator dr.ir. M.A. van Houten. Het kernkeuzevakkenpakket wordt in overleg met de afstudeerhoogleraar vastgesteld.
4.2 Het programma voor studenten die direct tot de master Building Services worden toegelaten
Course program MSc Building Services 2010/11 (All courses in English) Jaar 1 semester A code Lectures ects Quarter 7Y400 Design methodology 3 1 7S532 Heat and moister transfer in building envelops 5 1+2 7Y900 Health and comfort 4 1+2 7S750 State of the art in building performance simulation for integrated solutions 3 1 7S892 Introduction to CFD in building, planning and architecture 3 2 7YS15 Masterproject 1 14 1+2 Jaar 1 semester B 7Y320 Building Safety 3 3 7Y700 Modeling of sustainable building systems matlab/simulink 3 3+4 optional courses (see list optional lectures) 8 7YS25 Masterproject 2 14 3+4 Jaar 2 semester A 7Y410 Intelligent Buildings 3 1 optional courses (see list optional lectures) 8 1 7YS35 Masterproject 9 1 7YY10 Final project building services part 1 10 2 Jaar 2 semester B 7YY40 Final graduation project 30 3+4
Total
120
11 Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
Course program MSc Building Services 2010-2011 (all courses lectured in English)
4.3 Het programma voor studenten die niet direct tot de master Building Services worden toegelaten De HBO afgestudeerden Werktuigbouwkunde, Bouwkunde, Elektrotechniek, Technische Natuurkunde, Scheepsbouw en de Hogeschool voor Installatietechniek (HIT, ATO) hebben toegang tot een schakelprogramma van 30 sp.
Schakelprogramma Building services 2010 - 2011 Jaar 1 semester A
12 Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
Vakcode Vaknaam 2IP70 Basis informatica 2DL03 Basis wiskunde 2DL06 Lineaire algebra 2DL04 Calculus A 4B440 Thermodynamica 7Y116 Schakelproject
sp kwartiel 1 kwartiel 2 kwartiel 3 kwartiel 4 3 1 3 1 3 1 2 3 2 3 2 6 1 2
Jaar 1 semester B 2DL05 Calculus B 3 3 3B470 Fysische transportverschijnselen 3 3 7Y100 Elektriciteitsleer voor B 3 3
Totaal
30
In- en doorstroomregels voor de programma’s: 1. Studenten mogen aan het tweede jaar van de master beginnen als zij hun bachelordiploma hebben. 2. Studenten die een schakelprogramma volgen, mogen aan het tweede jaar van de master beginnen als zij hun schakelprogramma hebben afgerond. 3. Studenten mogen aan hun afstudeerproject beginnen als zij het overige masterprojectwerk hebben behaald. 4. Studenten mogen hun tussencolloquium houden als alle masteronderdelen, met uitzondering van de afstudeeropdracht, zijn afgerond. NB. Aan de doorstroomregel(s) moet voldaan zijn uiterlijk op de datum dat de aanmelding voor het te volgen onderdeel sluit.
4.4 Keuzevakken in de master opleiding Studenten mogen 6 sp keuzevakken vrij kiezen. Samen met de afstudeerdocent stelt de studenten een specialisatie programma (10 sp) vast. Mogelijke keuzevakken kunnen gekozen worden uit de programma’s van het derde jaar en de masterprogramma’s van de TU/e.
List electives (Student and Coach choice credits) Code 7Y910 0T400 0T500 0H610 0C903
Lectures Robotics and home automation Academic skills in English 1 Academic skills in English 2 Agents and interfaces Energy and consumer
Credits 3 3 3 3 3
Quarter 3+4
0C950 4J530 4P510 4P570 4K560 4K580 4K140 4J820
Design of sustainable energy systems for the built environment Engineering optimization: concepts and applications Renewable Energy Sources Energy conversion Modeling in systems and control System theory for control Capita Selecta in Control Advanced Control
3 3 3 3 3 3 3 3
2 2 1 1 1 2 4 3
There are more
1,2,3 or 4 2
De masteropleiding Building Services heeft 5 afstudeerthema’s. - Integraal ontwerpen van gebouw en installaties [Zeiler, Rutten] (de Installatiearchitect; met nadruk op bouwkunde en installatietechnologie) - Intelligente gebouwen [Zeiler, Boxem, Van Houten] (gebouwautomatisering, regeltechniek en telematica) - Comfortabele gezonde en duurzame gebouwen [Bronswijk, De Wit, Van Schijndel] (installaties, bouwfysica en menswetenschappen) - Installatietechnologie en bouwfysica [De Wit, Van Schijndel] - Installatietechnologisch bedrijfskundig [Rutten, Zeiler, bedrijfskundig) Bij elke opleiding van de TUE, dus ook bij de opleiding installatietechnologie, zijn accenten in de afstudeerspecialisatie te kiezen. Dit zijn: - Technologie voor Duurzame Ontwikkeling (TDO) - Technisch Management (TM)
4.6 Afstudeerdocenten Gebruikelijk is dat een student begeleid wordt door een afstudeercommissie. Een afstudeercommissie bestaat uit een hoogleraar/uhd, een ud en een extern/intern deskundige op het vakgebied. Zo zal een student die als bedrijfskundig installatietechnoloog een afstudeerdocent bij de opleiding Installatietechnologie kiezen en daar aangekoppeld een docent van de opleiding Bedrijfskunde. Met deze twee docenten stelt de student zijn afstudeerpakket samen. De afstudeerdocenten van de opleiding Installatietechnologie zijn: Hoogleraar Prof. ir. W. Zeiler Prof. ir. P.G.S. Rutten Prof.dr. J.E.M.H. van Bronswijk Prof. dr. ir. J.M.L. Hensen Prof. dr.ir. J. Brouwers Prof. dr.ir. E. van Loenen
Leerstoel Installaties Ontwerpen van het Binnenmilieu Gezondheidstechniek voor het Gebouw Prestatiegericht ontwerpen Materialen Licht
Universitair hoofddocent Dr. Ir. H.L. Schellen
Bouwfysica van monumentale gebouwen
Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
4.5 Te kiezen accenten in de master-opleiding
13
14
Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
5. Examinering van het onderwijs 5. 1 OER en Examenreglement masteropleiding Afspraken die gemaakt zijn en regels die vastgesteld zijn met betrekking tot tentamens en examens zijn vastgelegd in de Onderwijs- en Examenregeling (OER) en in het Examenreglement.
5.2 Tentamens
Tentamendata De data waarop een tentamen wordt afgenomen, worden voor aanvang van het studiejaar bekend gemaakt. Slechts in gevallen van organisatorische overmacht kan van deze hoofdregel worden afgeweken. Tentamenroosters zijn te raadplegen via het gebruikelijke internetadres (zie hiervoor bij aanmelding). De tijden waarop een tentamen wordt afgenomen moeten voor aanvang van het onderwijs in het desbetreffende vak aan de student bekend gemaakt worden. Voor de schriftelijke tentamens worden in het algemeen de volgende tijden gehanteerd: ‘s ochtends van 9.00 tot 12.00 uur of ‘s middags van 14.00 tot 17.00 uur. Slechts enkele tentamens wijken hiervan af, dit is dan van te voren bekend. (Zie ook Onderwijs- en Examenreglement artikelen 2.1, 2.2, 2.3 en 2.4) Volgtijdelijkheid De wet gebruikt de term ‘volgtijdelijkheid’ om de mogelijkheid te omschrijven voor opleidingen om bepaalde tentamens verplicht te stellen voordat een student een ander tentamen mag afleggen. Zie artikel 2.4 lid 1 van de Onderwijs- en Examenregeling). Geldigheidsduur van tentamens Met goed gevolg afgelegde tentamens hebben in principe een onbeperkte geldigheid. (Zie ook de Onderwijsen Examenregeling art. 2.2 lid 1). Inzage Gedurende ten minste twintig werkdagen na de bekendmaking van de uitslag van een schriftelijk (deel)tentamen heeft de student het recht op inzage in zijn beoordeelde werk. Tevens wordt hem op zijn verzoek tegen kostprijs een kopie verschaft van dat werk. (Zie ook de Onderwijs- en Examenregeling art. 2.8) Fraude Fraude is het opzettelijk handelen of nalaten van een examinandus dat er op is gericht het vormen van een juist oordeel omtrent zijn/haar kennis, inzicht en vaardigheden geheel of gedeeltelijk onmogelijk te maken. De examencommissie kan de student voor ten hoogste een jaar uitsluiten van verdere deelneming aan het desbetreffende tentamen. (Zie ook Examenreglement art. 3.2)
5.3 Examens Masteropleiding In de masteropleiding kan alleen het afsluitend examen worden afgelegd. Aanmelding examens Masteropleiding De examencommissie onderzoekt of de student de tot de masteropleiding behorende examenonderdelen met goed gevolg heeft afgelegd. Is dat het geval, dan is het examen gehaald. Om voor dit onderzoek in aanmerking te komen dient de student zich uiterlijk 4 weken voor de examenvergadering aan te melden via internet: http://owinfo.tue.nl/ (Zie de sluitingsdata die hier vermeld zijn voor de aanmelding voor het examen).
15 Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
Aanmelding De aanmelding voor een centraal georganiseerd tentamen geschiedt via Internet. Dit moet gebeuren voor de sluitingsdatum van aanmeldingen die op de tentamenroosters vermeld staat en te raadplegen is via internet: http//owinfo.tue.nl/. Indien een student deelneemt aan een tentamen zonder zich te hebben aangemeld, vindt in principe geen beoordeling van het gemaakte werk plaats. (Zie ook Onderwijs- en Examenregeling artikel 2.4 lid 6) Verder is de student verplicht tijdens het tentamen zijn/haar collegekaart mee te nemen (zie ook Onderwijs- en Examenregeling arikel 2.4 lid 3). Ook mogen studenten drie pogingen doen voor het afleggen van een tentamen. Als er meer pogingen nodig zijn dient er een verzoek te worden ingediend en een studieplan bij de studieadviseur (zie artikel 2.4 Onderwijs- en Examenregeling, lid 4).
Aanmelding voor uitslag examen In artikel 3.2 van de Onderwijs- en Examenregeling is de frequentie vastgelegd waarmee de examencommissie de uitslag van de examens vaststelt.
5.4 Bezwaar en beroep Bij alle beslissingen inzake tentamens en examens is het voor de student mogelijk om bezwaar aan te tekenen en beroep in te stellen bij de examencommissie. Zie verder voor beroep in verband met beslissingen van examencommissies en examinatoren artikel 8.1 uit de Onderwijs- en Examenregeling. Het certificaat programma Technology, Development and Globalisation (cTDG) Het certificaat programma “Technology, Development and Globalisation (cTDG)” is open voor alle TU/e studenten (including non-Dutch speakers), en zelfs voor studenten van andere universiteiten. 16 Bachelorprogramma Faculteit Bouwkunde 10-11
Het certificaat programma richt zich op studenten die een bijdrage willen leveren aan een meer evenwichtige en duurzame ontwikkeling wereldwijd. Het cTDG helpt studenten om zich voor te bereiden op het werk in internationale technische projecten bijvoorbeeld als consultant of wetenschapper. Door globalisering wordt het werk van Nederlandse ingenieurs steeds internationaler bijvoorbeeld als medewerker van multinationale ondernemingen, overheden en ingenieursbureaus zal er steeds meer gewerkt worden met partners in Azië, Latijns Amerika, de voormalige Sovjet Unie en landen in Afrika. Hierdoor ontstaat een groeiende behoefte aan ingenieurs die kennis hebben van verschillende culturen en internationale sociaaleconomische machtverhoudingen en spanningsvelden, zodat ze effectief kunnen werken in verschillende omstandigheden en goed presteren in internationale teams. Informatie op deze website: http://w3.ieis.tue.nl/nl/groups/tis/tis_education/ctdg/ Philosophy Certificate The Certificate is intended for students who are interested in the big picture. ‘Why’ is a word that frequently pops up in philosophy, and for good reasons. Why, for example, would you want to take the Certificate when your curriculum is already a busy one? And why would you turn to philosophy when you are studying to become an engineer? The certficate in a nutsshell:
- Courses at Master’s level - 16 ects (or more if desired) - Addendum to your diploma - Liberty to choose the courses you want - Great way to improve your academic skills
Information: http://w3.ieis.tue.nl/en/groups/pe/programs_and_courses/philosophy_certificate/