Stukjes uit maandbericht December 2010 - Januari 2011 Nieuwjaar 2011 Op zondag 2 januari 2011 zullen we tijdens de H.Mis het nieuwe jaar vieren. Na binnenkomst bij de H. Eucharistie, zal het Te Deum gezongen worden. Een prachtig gezang, dat werkelijk het idee oproept dat de Grote Koning binnen schrijdt. Wat is dat binnen schrijden? Wat doet de “Grote Koning”op dat moment op zijn troon? Elk jaar vanaf het begin van Advent, lijkt het wel of er een nieuwe intentie ontstaat die leidend is voor een komend jaar. Het “Nieuwe Licht”, het Christuskind, richt de schijnwerper en verlicht ons pad tot de volgende Advent. Gaandeweg gedurende Advent kregen we een idee wat misschien onze opdracht is voor het nieuwe jaar. Er wordt een “troonrede”geschreven voor de Koning diep in ons. Je kunt dat voor verschillende gezelschappen vaststellen. Voor jezelf, voor je relatie, voor een kerkgemeenschap, voor de wereld enzovoort. Ik denk nu even als e.a. Priester en stel mij voor wat het voor onze kerkgemeente zal zijn en meestal komen er steeds meer “tekenen” . Ik ontdek dat verschillende mensen (en ik ook) de laatste tijd spreken over een verkilde maatschappij. Een nieuw kabinet waarbij velen blij mee zijn, maar ook waar velen niet blij mee zijn. Versobering en vele bezuinigingen. Nodig of niet nodig, al zeker een behoorlijk aantal jaren is het duidelijk dat wij veel meer individueel voor elkaar zullen moet gaan zorgen. Dáár is overigens niets mis mee. Nog denkend aan het stukje over Kerstmis in het vorige maandbericht is er iedere keer een gedachte die bij mij en anderen steeds weer in het denken ligt te sudderen, namelijk: “Aanraking met Liefde en Warmte”. Binnen ons gezin, onze relatie, onze gemeenschap, onze kerk-gemeenschap, is het belangrijk om je voortdurend bewust te zijn in welke energiestroom je samen zit. ”Aanraking met Liefde en Warmte”. Aanraking is de zin van aandacht hebben voor elkaar. Begripvol zijn. Niet oordelen alvorens je gevraagd hebt waarom iets gebeurt. Meevoelen. In stilte in gebed gaan voor iemand, een kaarsje branden voor iemand. De in jou aanwezige liefde uitstralen naar de ander. Iemand die het “koud”heeft, even jouw “deken”omslaan. Dat is mijn boodschap voor het komende jaar. Laat onze omgeving kennismaken met de Liefde die in onze eigen innerlijke tempel aanwezig is en zet de deuren voor de ander wagenwijd open. Het is heel fijn om op 2 januari de “troonrede” kunnen vieren. Namens geestelijkheid en bestuur wens ik u een fantastisch 2011 toe. Pr. Parcival van Gessel
Maria Lichtmis Op zondag 4 februari 2011 vieren we weer Maria Lichtmis. Tijdens de H. Mis worden dan aan iedereen gezegende kaarsen uitgedeeld. Op Maria Lichtmis is het Nieuwe Licht dat tijdens Kerstmis geboren is, tot volle wasdom gekomen. Alhoewel misschien erg moeilijk, is het toch belangrijk om op deze dag eens onze positie als "geestelijk wezen" te bepalen. Vaak weten wij die positie helemaal niet en er bestaat bij onszelf dan ook nogal wat misverstand tussen “je geestelijk wezen voelen” of “geestelijk wezen zijn”. Ik denk dat de graad van geestelijk wezen zijn vaak samen gaat met ons "Goddelijk weten". Van Goddelijk weten kunnen wij bewust, maar ook onbewust vervuld zijn. In onze aardse jas is het voor onszelf belangrijk om kennis te hebben van het bewuste deel. Zo kunnen wij prachtige theorieën opbouwen over het verleden van al onze levens, over onze toekomst en over de taak die wij hebben. Wat zijn wij in vorige levens geweest? Monnik, priester, prins of - mooier nog – een Egyptische Hogepriester? Door dit aan te nemen of het ons in te beelden, kietelen wij onszelf een beetje op. Massamoordenaar bijvoorbeeld, hoor je niet veel. Al deze ideeën dragen bij aan de indruk die wij over onszelf hebben als geestelijk wezen. Wat ik eveneens onder de categorie ideeën plaats, is de inhoud van de lectuur die wij allemaal tot ons nemen. Wij kunnen de inhoud van wat we lezen voor kennisgeving aannemen, of ons er mee identificeren. En hier zit juist het knelpunt. Als wij ons identificeren met de inhoud, zullen wij zien, dat, juist op het moment dat er van ons verwacht wordt dat wij ons bewust zijn van het "goddelijk weten", (vaak in barre tijden) blijkt, dat er van het "geestelijk wezen zijn" weinig over blijft. Identificatie hebben wij nodig, maar het is ook gevaarlijk. Ik weet nog dat ik als jongetje van een jaar of 13 stiekem naar een film van James Bond ging. Ik zeg stiekem, omdat het een film van boven de 14 was. Met een paar vriendjes kwam je dan na afloop naar buiten en wij voelden ons bijzonder sterk. Met de armen wijd uit elkaar vanwege de enorme spieren die wij bij onszelf inbeeldden, liepen wij als geweldenaars door de straten. Wij hadden het gevoel dat wij ook de grootste kerel aankonden. Het tot stand komen van een film heeft een aantal ingrediënten in zich om een film van een sfeer te voorzien, die niet in het normale dagelijkse leven aanwezig zijn. Echt, het politiewerk bijvoorbeeld wordt heel wat minder spannend zonder dat muziekje. De lege fabriekshal is veel minder eng zonder dat muziekje dan met dat muziekje.
Ik denk dat de bewustwording van het "geestelijk wezen zijn" in jezelf plaats moet vinden, door dit gevoel te ontdoen van de boekenfranje en het muziekje en het roemruchte verleden wat wij onszelf soms toedichten. Allemaal komen wij dan tot de ontdekking, dat wij nog onnoemelijk veel te leren hebben. Laten wij eens proberen om op het moment van het volledig Licht zijn van de Kerstimpuls (Maria Lichtmis) onze identificatie een beetje los te laten en eens te bepalen waar wij eigenlijk staan. Dit zou ons, naar het Paasmysterie toe, wel eens een heel eind verder kunnen helpen op ons pad. Een nieuwe start. Een nieuwe uitdaging in onze ontwikkeling. Een start, waarbij wij voor wij vertrekken eerst eens kijken waar wij werkelijk zijn, in plaats van dat wij in een soort geestelijke "dropping" terecht zijn gekomen. Onze liturgie en vooral de Heilige Mis, kunnen ons helpen om de goede richting en het juiste vertrekpunt en het juiste eindpunt te vinden. Wie wij dan in het aardse zijn, maakt dan niet zo veel meer uit. Pr. Parcival
Doop van onze Heer De doop van onze Heer wordt dit jaar gevierd op zondag 16 januari 2011. " Ik moet door U gedoopt worden en niet andersom" was het antwoord van Johannes op verzoek van Jezus. Jezus geeft hem aan dat hij, Johannes, de gerechtigheid de kans moet geven om vervuld te worden. De omgekeerde wereld? Jezus komt bij Johannes aan de oever van de Jordaan om gedoopt te worden met het water. Johannes begrijpt er niets van. Jezus is zo verheven en dan moet hij, Johannes, Jezus dopen. Eigenlijk grappig dat iemand als Johannes kennelijk niet weet waar hij bezig mee is. Of is het een vraag van de schrijver van het verhaal? Het verhaal geeft aan dat iedereen zijn eigen unieke weg moet gaan. Dat je in iedere incarnatie weer door de zuiveringen heen moet om verder te kunnen. Het water is zeer zuiverend. Wij mogen niet uitmaken wat goed is voor de ander. Dopen in dit geval is een soort universeel recht, wat in allerlei vormen in allerlei religies terug te vinden is. Het kan opdragen zijn, dopen, zegenen, maar alles is gericht op een nieuwe kans en een nieuw leven dat iemand aanvangt. Maar het kan ook een nieuwe periode zijn in een leven. De Jordaan staat metafysisch voor de gedachtenstroom die van hoofd naar voeten stroomt. De Jordaan is hemelsbreed 170 km lang en heeft een werkelijke lengte van ongeveer 300 kilometer. Hij ontstaat door het sneeuwwater van de berg Hermon, loopt via het meer van Tiberias en eindigt tenslotte in de Dode Zee. Die Dode Zee intrigeert. Er is geen uitgang en dus is er een enorme zoutophoging. Zout conserveert. Is het dan de plek waar wij vertoeven in alles wat was? In ons verleden? “Zie niet om”, wordt in het verhaal van Lot verteld toen zij wegtrokken uit het gebied van Sodom en Gomorra. De vrouw van Lot zag wel om en veranderde in een zoutpilaar. Je gaat vast zitten in je verleden. Dat moeten we loslaten om onszelf een kans te geven in beweging te blijven. Het negatieve achterlaten en het positieve in beweging laten zijn. Die beweging, die energie, vinden we terug in het verhaal van Johannes de Doper. Na de doop met het water, komt de uitstorting van het vuur. Met dit vuur, deze energie, kreeg Jezus de kans om het verleden los te laten en in volle energie zijn taak te gaan vervullen. De Dode Zee met het zout kreeg geen kans. “Zie hier mijn Zoon, in wie ik welbehagen heb”, zo sprak God. Dit roept een verlangen op. Een verlangen om contact te krijgen met het diepste in ons. Een verlangen dat om loutering en energie vraagt. Op zo’n dag van de Doop van onze Heer, kunnen wij met deze energie weer een stap voorwaarts zetten in onze grote zoektocht naar God diep in ons. Pr. Parcival
Christendom en Islam In deze overdenking wil ik de zeer besproken discussie over Christendom en Islam in een positievere benadering over de Islam aan u voorleggen. Dit naar aanleiding van een interessant boek dat ik onlangs gelezen heb en een geheel ander licht werpt op de invloed van de Islam gedurende 1500 jaar op de vormgeving van de z.g. westerse maatschappij. In het boek”Het Elixer en de Steen” van Michael Baigent en Richard Leigh, ISBN 900-4390-776-6, Uitgave Tirion wordt verteld over de wijze waarop de esoterische wijsheid uit oude Egypte is opgenomen in de boeken van de Joden, de
Grieken en de Byzantijnen en, na het ontstaan van de Islam ca. 1500 jaar geleden. in geschreven en vertaalde boeken naar het Arabisch zijn weg naar het westen heeft gevonden. Toen de Islam zich tot in Spanje en Frankrijk verspreidde, waar al grote groepen van joodse Wijsheid door de handel op de Middellandse Zee waren ontstaan, heeft de Arabische wijsheid zich vermengd met de Wijsheid van het Christendom. Tijdens de Kruistochten ca. 1000 jaar heeft veel kennis in de gemeenschappen van Noord Europa zijn invloed gehad op de al bestaande legenden waardoor de wijsheid werd doorgegeven. Door de contacten met de Islam en de Joden kwamen kennisgebieden als esoterie, hermetisme, alchemie, magie, rekenkunde, astronomie, astrologie, verfijnde bouw- en schilderkunst beschikbaar voor het Westen. Op veel plaatsen ontstonden in instellingen van onderwijs bibliotheken van 700 tot 900 000 boeken in het Arabisch die later naar het Latijn werden vertaald en zo voor een groter publiek toegankelijk werd. Deze kennis is de laatste 50 jaar aangevuld door het beschikbaar komen van o.a. de Nag Hammadi Geschriften en andere archeologische vondsten. Het boek eindigt met een interessante uitleg op welke wijze de magie van de muziek uit Afrika een rol speelt om het gedrag van de mensen in geestelijke zin te transformeren. Dit boek lijkt mij een waardevolle bijdrage te geven aan de uitbreiding van het gedachtegoed in onze kerk als een mysterieschool waar het werken met de magische krachten in de natuur gebruikelijk is. Pr. Tom Fokker Stukjes uit periodiek juni - juli 2011
Pinksteren Met Pinksteren vieren wij de uitstorting van de Heilige Geest. Als de Heilige Geest over ons uitgestort wordt, worden wij als vanzelf in Gods tempel geplaatst en worden wij verwarmd met Zijn Liefde. Een Liefde die aanzet tot uitstralen over de wereld en tevens een Liefde die de kracht in onszelf doet ontwaken om naar Gods Woord te handelen. Ik zeg bewust onszelf omdat het namens onszelf handelen het dichtst bij onze inwonende God staat. Wij kunnen ons van alles laten aanpraten door een ander, maar de inwonende God en de daarmee gepaard gaande vurige kracht moet vanuit onszelf komen. Het is dan ook veel beter ons geloof te vinden naar aanleiding van de ontdekte waarheid in onszelf. Een waarheid waarvan de interpretatie zo broos is, dat wij ons best wel een paar keer op de tong mogen bijten voordat wij dat een ander zo gemakkelijk als waarheid opleggen. Want dat is de keerzijde van de medaille. Je kan je een "waarheid" laten aanpraten, maar je kan de "waarheid" ook de ander proberen op te leggen. Juist binnen onze Kerk is ons de mogelijkheid gegeven om ons tijdens de Mis zoveel mogelijk open te stellen en te pogen het Goddelijke in onszelf aan te raken. De indrukken en ideeën die wij krijgen kunnen voor ons een aanwijzing zijn om het pad der waarheid verder te vinden. Wij kunnen onszelf vergelijken met unieke spoortreintjes. Elk treintje is anders met een iets andere rails. Als wij onze eigen waarheid vinden spoort ons treintje precies op de juiste rails. Het kan dan heel langzaam gaan, maar het bereikt wel zijn doel. Gaat een ander ons de waarheid opleggen, dan zitten wij op de rails van de ander. Het treintje begint dan vreselijk te schudden en de kans op ontsporing is niet uitgesloten. De aanleg van de juiste rails is voor ons een lange weg als het degelijk gebeurt. Hiertoe moeten wij geduld betrachten. De uitstorting van de Heilige Geest is iets wat diep in ons gebeurt en wat het Liefdevuur van God in ons doet opvlammen. Laten wij met deze energie in ons, ons gedreven voelen tot het dienen van de wereld, door onze waarheid te leren kennen en met deze kennis te werken op welke manier dan ook, in alle vrijheid. Pr. Parvical van Gessel
Mijn priesterwijding Lieve mensen, wat was het een prachtige dag! Onvergetelijk, mooi en zonnig van buiten en vooral bij mij innerlijk. Wat mij direct al heel erg beroerde was de grote aanwezigheid en deelname van familie, vrienden en kennissen en het aantal aanwezige priesters, dienaren, geestelijkheid en niet te vergeten beide bisschoppen. De begeleiding en warmte van + Peter die de wijding verrichte heeft me diep geraakt. Ja en dan probeer je op deze plek iets over te brengen van wat er met je is gebeurd. Woorden schieten dan al snel tekort maar ik doe een poging. Heel indringend is de litanie die over je heen spoelt terwijl je moeder aarde als het ware omarmt, zo liggend voor het altaar. Mijn hart stroomde vol met Liefde en de kerk werd een soort basiliek. Ik ervaarde een gezamenlijke harmonie en toewijding van allen zoals ik nooit tevoren heb mogen beleven. Het ontroerde mij diep en mijn ogen waren direct daarna niet droog. Vol devotie kon ik mij daardoor openstellen voor wat verder volgde. Terugdenkend aan dat moment kan ik nog steeds op een prettige manier ‘volschieten’ van een diepe aanraking. Vooral op het moment van de handoplegging door de bisschop en de zegening van alle priesters die je uiteindelijk omringen met hun toewijding. Ik voelde mij werkelijk
opgenomen in de broederschap hier, maar ook geestelijk. Het reikt veel verder dan alleen hier en nu in dit aardse. Ik heb het later omschreven alsof mijn schedeldak ‘open’ ging en vol kon stromen. Een diepe vrede en grote dankbaarheid overspoelde mij. Het volgende moment van de ‘aankleding’ en vooral de zalving van de handen is ook heel speciaal. Het lijkt wellicht overdreven maar voor mij was het een feit alsof de palmen van mijn handen gloeiden van kracht en de sterke behoefte om die kracht, die niet van jezelf is, over te brengen naar iedereen! Natuurlijk probeer je daar vooraf voor jezelf een voorstelling van te maken, zeker als je al meerdere priesterwijdingen van heel dichtbij hebt mogen beleven. Heel recen telijk nog die van Ietske Engelse. De beste voorstelling is echter een zwakke afspiegeling van de werkelijke beleving en die was rijker en dieper dan ik ooit had kunnen denken. Het gevoel eenvoudig dienaar voor Christus’ geest te willen en mogen zijn werd realiteit en is niet meer weg te denken. Het diepere willen voor Zijn dienst heeft plaats gemaakt voor zijn en ‘weten’. Als je dan daarna het evangelie leest en gaat co-celebreren, is de eenheid met de bisschop-celebrant heel direct voelbaar en ik ervaarde de priesterfunctie tijdens de verdere mis als heel vanzelfsprekend. Wat een andere beleving van onze liturgie en wat is die inhoudelijk rijk! De mystieke inhoud werd voor mij een vreugdevol feest, een golvende zee van energie en aanwezigheid. Het verlangen om de H. Mis geheel actief op te gaan dragen werd groot en vanzelfsprekend. Dan is daarna het moment op zondag dat ik mijn eerste H. Mis zelf mocht opdragen. Oh ja zoals iedereen werd ik ook geplaagd door ‘plankenkoorts’ maar dat ging vrij snel over en vanaf het Confiteor werd alles weer harmonisch één zoals de dag ervoor. Het basiliek-gevoel was er gewoon weer en alle aanwezigen waren voelbaar in een geestelijke afstemming. De vreugde en energie van een dienst werd weer een beleving en realiteit. Na mijn eerste dienst kon ik het volgende zeggen; “Het is zoiets als de eerste nog wat onwennige rit na het behaalde rijexamen, waarbij je het liefst een bus zou hebben om zoveel mogelijk mensen te laten meerijden en laten genieten van de prachtige omgeving in het mystieke landschap!” Ik dank God en u dat ik dit mag doen en hoop daarom nog heel lang in ons aller dienst te mogen staan! Verder ben ik overladen met geschenken en felicitaties en wil u daarvoor vanaf deze plek heel hartelijk danken. Het priesterfonds was goed gevuld. Een bedrag dat ik niet had durven geloven. Daarvan heb ik inmiddels een priesterkruis aangeschaft (zie het ontwerp), wat dezer weken wordt gemaakt. Van mijn familie heb ik een prachtige witte Cope gekregen die ik natuurlijk bij het H. Lof en lange vorm of andere gelegenheden zeker nodig heb. U weet dat ik als klein mannetje verdrink in alle bestaande maten van onze algemeen gebruikte gewaden. Vermaken kost veel en anderen zouden zo’n kledingstuk dan niet meer kunnen gebruiken, vandaar. Bij het aankleden voor mijn eerste dienst scheurde ik letterlijk uit mijn soutane (blijkbaar paste het oude jasje niet meer) en het is daarom bijzonder fijn dat ik uit het fonds nog wat overhoud voor een nieuwe. Pr. Jos Wieman
Over het leven van… Mianne Bakker De eekhoorns rennen rondom de grote eikenboom, een meter van mijn raam. De vogels zijn druk in de weer tussen de voederplaatsen, de planten, de drinkplaatsen, er is altijd die interactie tussen mij en wat er zich daar afspeelt. Ik laat het gebeuren en de kracht van dit stukje van mijn leven, vult mij. Als klein meisje had ik deze droom en deze droom die ik nu zie is mijn werkelijkheid geworden, vanuit het huis waar ik woon. Ik leefde met nog meer dromen. De boskapel van het seminarie van de Paters Augustijnen in Nijmegen liet mij een andere werkelijkheid zien. Ik vulde mijzelf met dankbaarheid voor een onzichtbare werkelijkheid die in mij leefde, die ik hoorde en voelde in de gezangen van de Heilige Mis en alle ritualen van de kerkelijke feestdagen. In de houten boskapel kon ik me verschuilen om zonder uiterlijkheden dit alles te ondergaan. Net als de vogels en de eekhoorns zo hun eigen weg gingen, ging ik als jong meisje mijn eigen weg en ik voelde me totaal bij mijzelf. Niemand heeft dit gevoel ooit van mij weg kunnen nemen. Mijn dromen werden steeds meer een werkelijkheid. Ik ontdekte deze kapel van de Vrij-Katholieke Kerk 2 jaar geleden. Ik was niet zoekende maar het kwam als het ware naar mij toe, de deuren stonden open en ik onderging mijn dromen weer. Ik voelde de stilte en dankbaarheid overspoelde me. Vogelgezang vulde de ruimte, de natuur in al haar verstilling bracht me terug, diep bij mijzelf, ik was weer thuis. Ik beschreef in het maandbericht van oktober 2009 mijn gevoelens hierover….”het is bijna onmogelijk om te beschrijven wat ik in mij opneem, op het moment dat ik de kapel binnen ga… dan treed ik de andere wereld binnen, mijn binnenste. Alle handelingen die gebeuren, vertaal ik, zonder dit bewust te doen, naar handelingen, die in mijn wezen plaats vinden. Het aansteken van de kaarsen zijn…de lichten in mijzelf. De processie met het zingende binnenkomen…dan zing ik de Onuitspreekbare tegemoet. De wierook…het reinigen van mijn aardse gedachten om zo intens bezig te kunnen zijn met datgene waar het allemaal om draait.. mijn contact met het Hogere, het Onuitspreekbare, die mij de kans geeft om te transformeren in het Wezen dat ik van oorsprong ben. Dat ik dit allemaal kan beleven, kan alleen maar, omdat een ieder, de priesters, de diaken en de mensen in de kerk dit zichtbaar mee beleven vanuit intense betrokkenheid. Dat is voelbaar, er is een heilige, heel makende energie, een energie van eenheid, er is een verbondenheid merkbaar. Dat is ontroerend”. In korte tijd ervaar ik de ritualen van een diakenwijding, de wijding van een vrouwelijke priester, 2 wijdingen van bisschoppen, en op 14 mei de priesterwijding van Jos. Weer een feestdag midden in de natuur en vanuit alle kanten, vanuit alle kerkjes kwamen er mensen hier naar toe, naar het centrum van de Vrij Katholieke Kerk St. Michael and all Angels in Naarden. Ik heb themadagen meegemaakt en de ritualen van alle kerkelijke speciale dagen. Ik beleefde de Goede Week, de ritualen van Witte Donderdag, Goede Vrijdag, Stille Zaterdag om dan uiteindelijk het Paasfeest als het prachtige feest van Opstanding, ook in mijzelf, te ondergaan en dat te vieren in de Heilige Mis en later samen met elkaar in een uitgebreide brunch.
Spiritualiteit onderga je zelf in je diepste wezen, het is een weg die je bewust wilt gaan om zo de totale harmonie te ervaren. Het is een levenslange weg die wonderen op je pad laat zien, maar die je zelf aan moet gaan omdat het niet een eenmalig gevoel is. Die verdieping is de bijzondere kant van het leven, het kleurt alles wat je verder tegen komt in diepere kleuren. Pasen kon ik alleen maar zo intens beleven doordat ik de verstilling van de dagen ervoor aan mijzelf heb geschonken. Het leven om ons heen is steeds maar sneller geworden. Het uitbreken van deze versnelling is noodzakelijk om daarna het mooiste terug te ontvangen en dat te kunnen delen met elkaar. Deze droom was mijn derde droom, dat wederom een werkelijkheid is geworden omdat ik het mooiste van het leven steeds zal door vertellen. Mianne Bakker
Maandbericht augustus tot oktober Maria Hemelvaart Op 15 augustus is de dag van Maria ten Hemelopneming. Ter gelegenheid hiervan wordt op zondag 21 augustus de H.Mis opgedragen. In het gebed van Maria Hemelvaart wordt gezegd dat Maria “om haar wondere nederigheid en reinheid verheven is tot het hemelheir”. Het schept een voorwaarde om het Godsbewustzijn in ons geboren te laten worden of meer geboren te laten worden. Nederigheid in volmaakte vorm en reinheid in volmaakte vorm zijn twee heel moeilijke begrippen. Zij hebben te maken met “oprecht respect” in de juiste proporties (nederigheid) en met zuiverheid in gedachten en handelen, integriteit (reinheid). Het werken naar deze twee principes toe zorgt ervoor dat wij stappen kunnen nemen in die vereniging met die grote Goddelijke Geest. De vergelijking met de Hemelvaart van onze Heer doemt dan op. De geestelijke eenwording met Jezus onze Meester, die ons uiteindelijk naar de Christus, het Goddelijk Volmaakt Mensprincipe brengt. Het werken naar die eenwording toe vindt plaats op dat niveau rond die ten Hemelopneming. Het wordt zo genoemd om te proberen het ons te laten begrijpen. De echte eenwording is nog een stap verder. Je zou kunnen zeggen dat het de derde hoek van de driehoek is. Maar in die sferen rond die ten hemelopnemingen vinden telkenmale weer die bevruchting en die geboorte plaats. Zo wordt langzaamaan onze eenwording met God in ons een feit. En hoe langzaam gaat dat? Heel langzaam. Het gaat namelijk om de manifestatie van ons “zijn”. En dat zijn duurt eeuwig en dat is op zijn beurt wel heel lang of het duurt een vingerknip. Wie weet! Pr. P. van Gessel
KINGSWEEK
21 september t/m 1 oktober
De King’s Week is een week die gericht is op het koninkrijk der engelen. De week komt elk jaar terug. Dit jaar begint de King’s Week op woensdag 21 september 2011 met een H.Lof om 19.30 uur. Elke dag hierop volgend is er om 10.30 uur een H.Mis en elke avond een H. Lof om 19.30 uur. Elke dag begint in de avonduren met een meditatie, waarbij aandacht besteed wordt aan een specifieke Aartsengel. De ochtend daarop wordt de meditatie nog eens herhaald. De King’s Week eindigt op zaterdag 1 oktober om 10.30 uur, dit keer met een Requiem. In deze periode van het jaar, in de herfst, is het een heel fijn moment om de samenwerking met Engelen dichtbij te voelen. In 2010 heeft pr. Chris de Moraaz gedurende de King’s Week op een aantal middagen een interactief middagprogramma verzorgd aan de hand van een aantal verzamelde toepasselijke teksten. Ook dit jaar is pr. Chris bereid om het voortouw te nemen voor een invulling. Als u belangstelling hebt om hier aan mee te doen, hoort Chris graag of u aanvullende ideeën heeft voor de middagen. (
[email protected]) Hij zal dit dan verder meenemen. Afgelopen week kwam bijvoorbeeld een suggestie om iets te doen met / in de natuur rondom onze kapel op het ITC. Ook vanuit het ITC wordt jaarlijks op een bepaalde manier aandacht aan de King’s Week besteed. Vooralsnog is hier op het verschijningsmoment van dit Naarder Licht nog geen concrete helderheid over. U gaat hier nog van horen. de navolgende diensten worden dan gecelebreerd:
Woensdag 21 september: 19.30 uur H. Lof + start King’s Week
Donderdag 22 september t/m vrijdag 30 september: Elke ochtend 10.30 uur H. Mis, elke avond 19.30 uur H. Lof Zaterdag 1 oktober: 10.30 uur H. Mis + afsluiting King’s Week Pr. P. van Gessel
Maria Hemelvaart Op 15 augustus is de dag van Maria ten Hemelopneming. Ter gelegenheid hiervan wordt op zondag 21 augustus de H.Mis opgedragen. In het gebed van Maria Hemelvaart wordt gezegd dat Maria “om haar wondere nederigheid en reinheid verheven is tot het hemelheir”. Het schept een voorwaarde om het Godsbewustzijn in ons geboren te laten worden of meer geboren te laten worden. Nederigheid in volmaakte vorm en reinheid in volmaakte vorm zijn twee heel moeilijke begrippen. Zij hebben te maken met “oprecht respect” in de juiste proporties (nederigheid) en met zuiverheid in gedachten en handelen, integriteit (reinheid). Het werken naar deze twee principes toe zorgt ervoor dat wij stappen kunnen nemen in die vereniging met die grote Goddelijke Geest. De vergelijking met de Hemelvaart van onze Heer doemt dan op. De geestelijke eenwording met Jezus onze Meester, die ons uiteindelijk naar de Christus, het Goddelijk Volmaakt Mensprincipe brengt. Het werken naar die eenwording toe vindt plaats op dat niveau rond die ten Hemelopneming. Het wordt zo genoemd om te proberen het ons te laten begrijpen. De echte eenwording is nog een stap verder. Je zou kunnen zeggen dat het de derde hoek van de driehoek is. Maar in die sferen rond die ten hemelopnemingen vinden telkenmale weer die bevruchting en die geboorte plaats. Zo wordt langzaamaan onze eenwording met God in ons een feit. En hoe langzaam gaat dat? Heel langzaam. Het gaat namelijk om de manifestatie van ons “zijn”. En dat zijn duurt eeuwig en dat is op zijn beurt wel heel lang of het duurt een vingerknip. Wie weet! Pr. P. van Gessel
Over het leven van… organist Ton Elbertse In het vorige Naarder Licht stond een artikel van Mianne Bakker, met daarin wat achtergronden van haar spirituele tocht en het vinden van de Vrij-Katholieke Kerk op die tocht. In de komende “Naarder Lichten” laat Mianne ons nader kennis maken met de spirituele tochten van anderen die onze kerk al dan niet regelmatig bezoeken. Ze voert gesprekken met hen en geeft de weerslag ervan weer in dit blad. (uiteraard na toestemming!) Mianne, en met haar de redactie van het Naarder Licht, hoopt dat velen zullen volgen, omdat de werkelijke ontmoeting altijd een bijzondere ontmoeting is. Deze keer: Ton Elbertse, al jarenlang vaste organist in onze kerkgemeente. Naar aanleiding van Mianne’s stukje in het vorige blad heeft Ton zijn diepgang aan Mianne laten zien. Als ik me nu verder ga verdiepen, dan blijkt dit in de echte ontmoeting. Ineens hoor ik in de koffiekamer woorden die me raken. Woorden die me aanzetten om verder te gaan met het onderzoeken naar spiritualiteit bij de mensen die samen met mij de H. Mis in de kapel op eigen wijze beleven. Nu laat Ton mij een stukje van zichzelf zien en ik mag het neerschrijven. Dat dit heel bijzonder is, realiseer ik me. Ton herkende in mijn woorden die ik schreef ook zijn innerlijke beroering. Bij hem gebeurde deze bijzondere gewaarwording als jonge jongen, in de Petrus en Pauluskerk in Soest, waar hij vaak, voordat hij naar school ging, meebad in de H. Mis. Daarnaast ging hij met zijn opa ook naar de Mariakerk, waar de diepe beleving van het gedempte licht, de glas in loodramen, de gregoriaanse gezangen, het spel op het orgel, de hele liturgie, hem iets heel bijzonders deden ervaren. Hij was net zoals ik, nog heel erg jong en toch ervoer hij de totale harmonie in zijn wezen. Nu later, noemen we dit een spirituele, mystieke ervaring, omdat het altijd heeft doorgewerkt en nooit vergeten is. Wat we dan ook zien is, dat je altijd op zoek blijft, onbewust om die hele diepe geluks-ervaring weer te mogen beleven. Het leven biedt dit alles aan en ook Ton geeft er gehoor aan. Hij kreeg pianoles, leerde in zijn parochiekerk op het orgel spelen en werd daar ook organist. Zijn weg volgde daarna een zomerschool op het theosofisch terrein, waarbij hij de toenmalige bisschop ontmoette van de Vrij-Katholieke Kerk. Zo kwam hij in de kapel St. Michael and all Angels terecht en beleefde het H. Lof weer opnieuw. Onbewust werden de wegen vrijgemaakt om de weg op te gaan die bij hem paste. De mystieke sfeer was verdwenen na het 2e Vaticaans Concilie, ook in zijn kerk. Ton volgde daarom een eigen weg die hem aansprak. Hij werd geïnteresseerd in de theosofie en volgde cursussen hier op het terrein dat omgeven is door prachtige bomen en paden die nu weer die diepere gevoelens bij hem naar boven halen. Hij begon te lezen in het Thomasevangelie en de begeleidende teksten van Erik van Ruysbeek raakte hem diep.
Glas-in-lood raam in de Petrus- en Pauluskerk te Soest (Ton’s oude parochiekerk) Afbeelding: de H. Antonius (Ton)
Zo vond ook Ton zijn weg terug naar de diensten in de kerk, maar nu in de kapel op het landgoed. Ook Ton was weer thuis aangekomen en wel diep bij zichzelf. De gnostische teksten, de ritualen van de H. Mis en het H .Lof die we hier in de kapel mogen meebeleven, vullen ook zijn hart met dankbaarheid en vreugde, omdat deze opnieuw bij hem een beroering teweeg brengen, een herkenning van een beleving die steeds dieper kan worden. Samen pratende, ontdekten we dat er een groei in spiritualiteit had plaats gevonden, de theosofie, de gnostiek, de meditaties op stanza’s, het mogen spelen op het orgel in de kapel, tezamen met de beleving van de diensten, hebben zijn beleving van vroeger doen uitgroeien tot een kracht in het heden. Voor mij was dit een echte ontmoeting. Mianne Bakker
Een stukje historie - vervolg In het vorige Naarder Licht werd een stukje historie over het ITC en het ontstaan van onze kapel op het terrein toegelicht. Dit is ook gelezen door de heer Rob van Vloten, één van de huidige bewoners van het “Grote Huis” op het terrein. Als reactie stuurde hij de redactie twee Engelstalige toelichtende artikelen. Het ene artikel is getiteld “Working in and for a centre”, geschreven in 1954 door N. Sri Ram en gepubliceerd in St. Michael’s News in voorjaar 1997. Het andere artikel “How the ITC came into being” is een verdere uitwerking door R. van Vloten over de eerste geschiedenis van het centrum in het begin van de 20e eeuw. Als u interesse in een kopie van één of beide artikelen hebt, kunt u dit bij de redactie laten weten. Verder gaf de heer Van Vloten de volgende correcties en toelichting op het artikel uit het Naarder Licht. In uw artikel heeft u het over 4 centra van de Theosophical Society. Het ITC is echter één van de drie hoofdcentra van de TS. Zie wat Br. Sri Ram daarover zegt. Professor Van der Stok noemde zelf de Centra te Adyar, Sydney en Naarden Occulte Centra, zoals ze ook volgens hem werden gezien door “Our Elders”. Niet het landgoed heette “de Duinen” maar het buitenverblijf (het Grote Huis) dat de heer Van Eeghen liet bouwen. Later is het genoemd Vasanta House (Vasanta is een Sanskriet woord dat “lente” of “nieuw begin” betekent). Om politieke redenen is het in de oorlog St. Michaels House genoemd, zijnde de woning van de toenmalige voorzittend bisschop van de VKK A.G. Vreede. Na de oorlog is veel teruggedraaid, maar men heeft toen vergeten Het Grote Huis haar naam Vasanta House terug te geven. Niet “het begrip” Drafna was een Theosofische school, maar deze school was gevestigd in het (Oostenrijkse) huis dat Drafna heette, zo’n 10 minuten lopen van het ITC. Het werd gebouwd door, naar ik meen, één van de heren Boissevain, op de wens van diens vrouw. De kleuterschool was gebouwd op het terrein van het ITC. Het is overigens maar kort een kleuterschool geweest. Later heeft o.m. Gerrit Munnik er gewoond, en daarna mevrouw Gouverne en haar dochter. Het gebouw van de stichting O&O stond op de hoek Meentweg/Huizerstraatweg. Op het Theosofisch Congres te Wenen gaf de heer Wedgwood (één van onze stichter-bisschoppen - red.) te kennen dat hij wel graag een plek zou hebben om mensen te instrueren m.b.t. ceremonieel werk. Er werd toen de suggestie gedaan om mevr. Van Eeghen te polsen. Zij was op zoek naar mogelijkheden om haar bezitting een bestemming te geven (n.a.v. haar ervaring in India). Zij had al wat geprobeerd, maar zonder resultaat. (zie het artikel “How the ITC came into being).
Krotona is één van de vele andere centra, en in zoverre bijzonder omdat het als een Esoterische School-centrum wordt beschouwd. Er zijn nog andere centra, zoals in de USA, Argentinië, Brazilië (qua oppervlak waarschijnlijk het allergrootste met 10 bronnen en 9 watervallen), Finland etc. Van Adyar wordt gezegd dat het speciaal een relatie heeft met The Lord Manu, Sydney heeft een speciale relatie met Lord Maitreya en Naarden met Lord the Maha Choan. R. van Vloten
Stukjes uit periodiek oktober november 2011 Allerheiligen en Allerzielen Allerheiligen Op 1 november wordt de jaarlijkse Allerheiligendienst gevierd. Daarom is het goed om stil te staan bij wie die heiligen zijn. We kunnen het horen, iedere keer als op zondag de eerste straalszegen wordt uitgesproken aan het einde van de dienst: Mogen de heiligen wier leerlingen u tracht te worden u het licht doen zien dat u zoekt, u de krachtige steun geven van Hun mededogen en Hun wijsheid. Er is een vrede die elk begrip te boven gaat. Hij woont in het hart van Hen die in het eeuwige leven. Er is een kracht die alle dingen vernieuwt. Zij leeft en beweegt in Hen die het Zelf kennen als Eén. Moge die vrede u omzweven, die kracht u opheffen, tot u daar staat waar de ene Inwijder wordt aangeroepen. Tot u Zijn Ster ziet stralen. In deze zegen of aanroep wordt gesproken over hen die onze ‘oudere’ broeders en zusters zijn omdat ze verder gevorderd zijn op het pad van evolutie en bereikt hebben waar wij nog naar streven: nl. naar de eenheid met het goddelijke. Zij kennen het Licht, het Mededogen en de Wijsheid, waarnaar wij nog op zoek zijn. Zij leven in volkomen vrede en kennen de liefdeskracht die alles kan vernieuwen. Een kracht die we volledig zullen kennen als we de wereld van dualiteit doorschouwen en kunnen zien wat daarachter ligt. En door wat de heiligen reeds hebben bereikt kunnen zij ons helpen op onze weg. Zij kunnen onze levens inspireren en in Hun liefde zullen zij iedere poging van onze kant ondersteunen en versterken, zodat ook onze pogingen en resultaten zullen bijdragen aan het bevorderen van de evolutie. Allerzielen Op 2 november gedenken we alle overledenen en in het bijzonder zij die het afgelopen jaar zijn overgegaan naar een hoger leven. (zoals onlangs nog de heer Pim van Gelder die velen onder ons wel gekend hebben en die op de toch wel jonge leeftijd van 55 jaar naar een hoger leven is overgegaan). Tijdens de dienst op Allerzielen worden deze laatsten met name genoemd. Dit is voor hen een grote steun en het heeft een speciale uitwerking. De Leidende Engel van de dienst zal aan ieder die genoemd wordt een bepaalde hoeveelheid toewijzen van de machtige uitstorting van Goddelijke kracht die neerdaalt tijdens de consecratie. Deze kracht zal worden gebruikt om de overledenen rust en sterkte te geven en hen in geestelijk opzicht te stimuleren. Overledenen die nog min of meer onbewust zijn van hun toestand zullen door deze kracht bewuster kunnen worden. Als de overledene nog enige tijd rust nodig heeft zal deze kracht in diens aura bewaard blijven, totdat de toestand van onbewustheid verdwijnt en de kracht kan worden uitgestort op de manier die voor de overledene het beste is. Over bidden voor de overledene zegt C.W. Leadbeater het volgende: “We kunnen ons de moeite besparen aan God te vragen de overledene te helpen, te zegenen of te gedenken, omdat Hij veel meer weet dan wij over wat zij nodig hebben en omdat God de evolutie van al Zijn schepselen voortdurend volgt. We bevinden ons immers in Zijn Bewustzijn. Als het gebed echter een krachtige, oprechte en liefdevolle wens is, zenden we een stroom van liefde en kracht die wel heel heilzaam is. Al onze gedachten bereiken hen immers en zijn op hen van invloed”. Een krachtig gebed zou kunnen zijn: Leid (naam) uit het onwerkelijke naar het werkelijke Leid (naam) uit de duisternis naar het licht Leid (naam) uit de dood naar onsterfelijkheid. Het is misschien wel één van de moeilijkste dingen in het leven, te leren onze geliefden los te laten en hen de vrijheid te geven hun eigen weg te gaan en hen niet vast te houden door ons verdriet en gemis. Ik wens een ieder die een dierbare moet missen dat inzicht en kracht hen moge helpen ook hun eigen weg te volgen. Pr. Eleonore Kemperink
In memoriam
Kort nadat het onderstaande interview is gehouden door Mianne Bakker bereikte ons het bericht dat Frank, zoals zij altijd genoemd wilde worden, in haar slaap is overgegaan naar een hoger leven. Dit was op 22 september j.l. Toch onverwacht omdat zij geen echt ziekbed had dat erop wees dat dit te gebeuren stond. Zij had haar mindere dagen en wat kwaaltjes maar gezien haar leeftijd van 97 jaar niets ernstigs. Zij heeft aan ons vaak aangegeven dat zij in haar slaap wenste over te gaan om over de grens weer wakker te worden. Zo is is het ook gebeurd en dat is mooi. Daar mogen wij dankbaar voor zijn dat haar wens in vervulling is gegaan. Een bijzondere vrouw, krachtig, vrolijk, oprecht en altiijd belangstellend in de ander. Haar 'ondeugende' trekjes zal ieder gemeentelid in Naarden bekend zijn. Zij presteerde het toch maar om tot 2 jaar terug nog in haar 45 Km autootje van Bilthoven naar Naarden te rijden om een dienst mee te kunen maken. Familie van haar wist dit en had dan regelmatig 'kromme tenen'. Doorzettingsvermogen en wilskracht waren toch ingredienten die haar deden gaan! Moge het eeuwige licht haar omschijnen. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Over het leven van… Frank de Haan Mianne Bakker laat ons nader kennis maken met de spirituele tochten van leden en belangstellenden die onze kerk al dan niet regelmatig bezoeken. Ze voert gesprekken met hen en geeft de weerslag ervan weer in dit blad. (uiteraard met toestemming!) Tijdens de doop van het kleinkind van Mary Kuska ontmoet ik Frank. Als iedereen buiten in de tuin een overzichtsfoto aan het nemen is, zie ik Frank terugkomen, ze zoekt de stoel op die in de hal van de kapel staat.
Daar hoor ik haar in zichzelf praten, … “ik zal afscheid moeten nemen van deze kapel, het zal wel de laatste keer zijn, dat ik hier kan zijn.” ….. Ik ben geraakt door haar woorden en ik neem mij voor haar snel te ontmoeten , maar nu bij haar thuis in haar eigen omgeving in Bilthoven in Huize Het Oosten. Enkele dagen later vindt de ontmoeting plaats en Frank wil me over haar leven een stukje laten horen en me zo mee op weg nemen. Frank is geboren 16 Januari 1914, ze is dus 97 jaar. Haar wieg staat werkelijk aan de basis van het ontstaan van de Vrij-Katholieke Kerk, die ontstaan is 13 Februari 1916, de dag dat Priester Wedgwood in Londen tot bisschop werd gewijd. Mgr. Wedgwood vestigt zich later in 1924 in Naarden op het landgoed De Duinen van Mevrouw Van EeghenBoissevain. Daar wordt de eerste Vrij Katholieke kapel, gewijd aan Sint Michael and All Angels, gebouwd. Frank is dan 10 jaar. Als kind woont ze in Muiden, waar haar vader hoofd van de school is. Frank is enig kind en omdat ze niet een echt studiekind is, besluiten haar ouders haar naar het theosofisch lyceum te sturen, dat heel dichtbij het landgoed ligt, waar ze 4 tot 5 jaar blijft studeren. Ze geniet van de vrijheid die deze school haar geeft. Ze spreekt vol enthousiasme over Professor Van Hinloopen Labberton, die eerst een kamer heeft in het tropenmuseum en later op het landgoed en die de kinderen vaak buiten de school, kennis bijbrengt! Vanaf haar dertiende jaar komt ze op het theosofisch centrum en ze wordt aangetrokken door de kapel en volgt de diensten zo vaak mogelijk. Ze ontmoet Mgr. Wedgwood en Mgr. Leadbeater en zovele anderen. Ze noemt dit haar Gouden Tijd. Haar vader wil niets van theosofie en de Vrij Katholieke Kerk weten, maar haar moeder ontdekt waarom haar dochter zo geïnspireerd is geworden en ook zij vindt nu de weg naar de Vrij- Katholieke kerk en het Theosofisch Centrum. Dan trouwt Frank en ze gaat naar Nederlands Indië, naar het eiland Timor, waar haar echtgenoot vele jaren bestuursambtenaar is. Het zijn hele mooie, maar ook hele moeilijke jaren. Met 2 kinderen komt zij in Zuid Celebes in een jappenkamp terecht, terwijl haar man in een mannenkamp zit in Noord Celebes. Ze komt door de ontberingen heen van het kamp en krijgt de kans om naar Australië te gaan, waar de eerste opvang plaats vindt. Na een tijdje kan ze weer naar Timor terugkeren, waar ze haar man terug vindt. Helaas wordt hij na enige jaren ziek en afgekeurd voor het leven in de tropen. Met bloedend hart gaan ze terug naar het Vaderland Nederland. In Laren, in het Singer Museum worden ze opgevangen. Gelukkig kan haar echtgenoot de draad van het leven weer oppakken en wordt hij na een tijdje benoemd tot directeur van de kredietverzekering- maatschappij te Amsterdam. Het gezin gaat in Bussum wonen waar het derde kind geboren wordt. Nu wordt de verbintenis met de Vrij-Katholieke Kerk weer levendig aangehaald. Mij treffen haar woorden aan het einde van onze ontmoeting.
“Ik liep van school weg om naar de kerk te gaan. Ik kwam daar in een speciale atmosfeer terecht, dat deed me wat. Daar bloeide mijn hart open en daar voelde ik me thuis komen. Zo is het altijd gebleven. In de kapel daar hoor ik thuis, daar ben ik thuis”. Als een rode draad loopt de theosofie door haar leven, met de zomerkampen, de Tafelronde-bijeenkomsten. Haar echtgenoot die vrijmetselaar is geeft haar de vrijheid om haar eigen weg te volgen, die toch niet zijn weg blijkt te zijn. Ze geniet van de ontmoetingen, het familiegevoel op het Centrum en tegelijkertijd geniet ze van de intimiteit die er in de kapel is, die ook zo bij haar hoort.
Deze foto mag ik van haar nemen, midden tussen haar Indische kussens, ook zo een belangrijk stuk van haar leven. Soms moet je afscheid nemen van iets wat je heel dierbaar is, doordat je niet meer de kracht hebt om er zelf naar toe te gaan. Het afscheid van de kapel is een van de vele afscheiden die zij in haar leven mee moest maken. Toch weet ik dat zij het gevoel van diepe verbondenheid in haar hart meedraagt en daar veel kracht uit put. Ik heb haar de foto’s laten zien van de feestvreugde van de doop, waar zij enkele dagen hiervoor nog bij aanwezig was, samen met haar kleinzoon. Daar raakte zij mij door haar woorden die zij hardop tegen zichzelf zei, in de hal van de kapel, waar toen niemand op dat moment was. Ook nu weer ben ik dankbaar voor deze prachtige ontmoeting die ik mee zal blijven dragen en deze beeltenis laat haar zien als een hele bijzondere, krachtige en lieve vrouw… Mianne Bakker
Over het leven van… Evelien van Aller Mianne Bakker laat ons nader kennis maken met de spirituele tochten van leden en belangstellenden die onze kerk al dan niet regelmatig bezoeken. Ze voert gesprekken met hen en geeft de weerslag ervan weer in dit blad. (uiteraard met toestemming!) Nu volgt een volgende ontmoeting en wel met Evelien van Aller, die regelmatig de H. Mis viert in de kapel St. Michael and all Angels. Ook zij wil mij graag vertellen over de weg die zij heeft afgelegd om hier aan te komen. Haar verhaal begint vanaf haar jonge kind-zijn. Ze noemt haar jeugd a-christelijk. Haar moeder heeft niet veel met dominees en laat dat merken door de spot er mee te drijven. Haar vader geeft haar wel ruimte. Toch belandt ze op een christelijke school, maar blijft daar met veel vragen zitten: “Zijn de woorden die ik hoor echt waar, of zijn het alleen maar woorden?” Ook tijdens de Middelbare School blijven deze vragen doorgaan en in haar studententijd komt ze in de christelijke geloofsgemeenschap van Taizé in midden Frankrijk terecht. Daar luistert ze iedere morgen naar orgelmuziek, welke klanken een diepe uitwerking op haar hebben. Ze noemt dit “een levend water gevoel”. De “dode stukken” in haar, zoals zij dit verwoordt, worden aangeraakt. Er gebeurt daar iets heel fundamenteels. Iets verandert in haar:
“Ik weet niet hoe, ik wist alleen dat ik aangeraakt was, heel zacht, heel diep, eigenlijk onvoelbaar. Ik wist het gewoon" zegt ze mij. Terug in haar eigen omgeving ontstaat er een enorme honger om alleen maar te lezen over het esoterisch christendom. Er treden meer verschuivingen op. Zo verandert bijvoorbeeld ook haar vriendenkring. Ook gaat ze bij christelijke groepjes kijken en wordt steeds weer geraakt als ze het over Jezus hebben. Het opmerkelijke is dat haar verstand wantrouwig blijft over alle uitspraken die ze hoort, maar haar gevoel geeft aan dat dit alles vanuit een werkelijkheid voor haar leeft. Tegelijkertijd wil ze niet in een sektarische groep terecht komen. Haar Godsgeloof is een werkelijkheid geworden, maar het Jezusbeeld is nog niet duidelijk voor haar. In haar zoektocht gaat ze nu naar de Joodse bron, het Jodendom. Ze neemt les bij rabbijn Yehuda Aschkenazy, een erudiet geleerde die zijn leven heeft gewijd aan het verbeteren van de relatie Jodendom-Christendom. Via het Jodendom heeft zij de bijbel leren waarderen. In haar scriptie probeert ze God te omschrijven, zonder Hem zo te kunnen noemen vanwege het rationele studieklimaat, om zo een diepere dimensie aan haar “psycholoog-in-spé- zijn” te geven. Eenmaal aangeraakt, voelt ze dat ze haar vak op een andere wijze zal gaan uitoefenen. Ze herkent dat het verstand en het gevoel in een juiste balans moeten zijn. Ze vindt methodes om een betere balans te krijgen en vindt dit in dans en bewegingsexpressie. Ook de techniek van het focussen, waarbij het luisteren naar het lichaam iets waardevols zegt over wat innerlijk beweegt. Dit is ze gaan toepassen in haar vorm van therapie. Stapsgewijs gaat dit proces van geestelijke groei. Evelien studeert in deze periode psychologie aan de universiteit en via een jeugdvriend komt ze in een groep Holy Order Of MANS,(mysterion-agape-nous-sophia), een groep waar de diepere beleving van religie voelbaar en zichtbaar is en waar ook de figuur van Jezus Christus centraal staat. Voor haarzelf staat eveneens centraal het luisteren naar haarzelf, naar het diepste in haar en zo komt ze bij de weg van de stilte via meditatie, die ze dagelijks beoefent. Ze heeft veel geleerd in kloosters, vooral in Zundert waar zij gedurende 20 jaar, jaarlijks een week is om te mediteren. Stilte, het heelal, de sterrenhemel, een ervaring van enorme en diepe vrede.
Zo heeft Evelien deze gevoelens tot uitdrukking gebracht in deze schildering: Ze heeft haar vriend leren kennen in Nijmegen, die in een kleine meditatie- kring woont, waar ze veel van haar vrije tijd te vinden is. In 1998 leest ze een van de boeken van pr. Johan Pameijer en wordt zo op het spoor gebracht van de Vrij Katholieke Kerk. Zo komt Evelien eerst in de Vrij Katholieke Kerk in Amersfoort en later in Naarden. Ze ervaart hier de kracht van stilte, van meditatie en van gebed in de kapel en de uitwerking van de genezingsdienst, vaak in de vorm van een heel sterke liefde. Haar leven heeft de weg gevolgd die haar het gevoel geeft om thuis te komen en thuis te zijn. Ook nu weer was dit een hele speciale ontmoeting, die ik meedraag. Mianne Bakker Stukjes uit periodiek November-December 2011
Adventbijeenkomst 11 december, Kerstmis 24 december, Nieuwjaar 1 januari
Adventbijeenkomst Op zondag 11 december 2011 om 16.30 uur zal er weer een speciale Adventbijeenkomst gehouden worden. De bijeenkomst wordt geleid door onze Priesters Tom Fokker en Jos Wieman. Aansluitend aan deze bijeenkomst worden er soep en broodjes geserveerd. Om 19.30 uur volgt dan een Heilig Lof.
Kerstavond Op zaterdag 24 december 2011 is het Kerstavond. Wij gaan de avond anders organiseren dan vorige jaren. Om 20.00 uur wordt het Heilig Lof opgedragen door onze Priester Jos Wieman. Maar het is niet alleen een Heilig Lof, eraan vooraf gaat een dienst van “Kaarsen aansteken” door de kinderen en een mooi Kerstverhaal. Dan volgt om 22.00 uur de vervroegde Nachtmis. Deze wordt in het Nederlands opgedragen door onze Priester Tom Fokker. Wij dragen dan op zondag 25 december geen ochtendmis op. Dat komt omdat dit jaar rond Kerst alleen onze Priesters Tom Fokker en Jos Wieman aanwezig zijn en dat mensen, voor wie het op grond van hun energie bezwaarlijk is om tot diep in de nacht te blijven, toch in de gelegenheid gesteld worden om Kerst echt gezamenlijk met de anderen te vieren. Nieuwjaar Op zondag 1 januari 2012 wordt om 11.00 uur de Nieuwjaarsmis opgedragen door Priester Eleonore Kemperink met, bij aanvang, het Te Deum Laudamus. Pr. Parcival van Gessel
De zondagen van Advent Het kerkelijk jaar loopt niet parallel met het kalenderjaar. Het begint met de 1e zondag van de Advent. (omstreeks begin december) en eindigt met de Zondag vòòr de Advent (omstreeks eind november). Het grootste gedeelte van het kerkelijk jaar is “opgehangen” aan de Paasdatum, en die wisselt van jaar tot jaar (tussen 22 maart en 25 april). De “rek”wordt opgevangen door het aantal zondagen na Driekoningen (van 1 tot 6) en het aantal zondagen na Heilige Drievuldigheid (van 21 tot 26). Wij kennen ook een aantal zondagen met speciale intenties, die niet goed binnen het kerkelijk jaar ingepast kunnen worden omdat zij op vaste data vallen. Dit zijn o.a.
De Mariafeestdagen; H. Albanus en andere Heiligen of apostelen; Allerheiligen/Allerzielen.
De Adventsperiode
De 40-daagse Adventsperiode luidt het begin van een nieuw kerkelijk jaar in. In het ideale geval beginnen wij deze periode met een volkomen “blanco lei”. Maar in de praktijk is het anders, en nemen wij allerlei ballast en onafgewerkt verleden met ons mee. De Adventsperiode is ervoor bedoeld om deze ballast zoveel mogelijk van ons af te werpen, opdat wij met Kerstmis als een kind met het Christuskind herboren mogen worden. Wij kunnen de Adventsperiode dus zien als een periode van reiniging en schoonmaking. De periode begint met de Zondag vóór de Advent: De intentie is: Verdrijven van onwetendheid. Deze dag is gewijd aan de H.Geest en is bedoeld om al onze ballast (onwetendheid) in het Vuur te werpen en terug te keren tot onze essentie. Dit is een belangrijke dag, die de overgang markeert van een afgespoten periode naar een volkomen nieuw begin. De volgende zondag is de: 1e Zondag van de Advent: De intentie van deze dag is: Onderscheidingsvermogen. Onderscheidingsvermogen is altijd buitengewoon belangrijk, maar speciaal op dit moment van het jaar, wanneer de lei blanco en onbeschreven is. In deze donkere tijd proberen wij ons te richten op het komende Licht. Wij moeten ons ervan bewust zijn, dat de werkelijke bron van licht het Christuslicht is, en ons niet laten misleiden door andere bronnen, die meer beloven, maar tweederangs of minder zijn.
2e t/m 4e Zondag van de Advent: D e intentie van de 1e Zondag (onderscheidingsvermogen) blijft ons richtsnoer gedurende de gehele Adventsperiode. In het gebed van de 1e zondag worden wij aangespoord om de “werken van de duisternis” af te leggen en ons te omgorden met de “wapenen des lichts”, opdat wij de komst van het Koninkrijk Gods mogen bespoedigen. Dit prachtige gebed wordt gedurende de hele Adventsperiode bij elke dienst herhaald. De intenties van de 2e t/m de vierde zondag zijn respectievelijk Zelfvergetelheid, Liefde en Juist handelen. Zelfvergetelheid is een moeilijk thema. Op andere eigenschappen kun je oefenen om ze te versterken, op zelfvergetelheid niet. Wij moeten allemaal de les leren dat wij veel minder belangrijk zijn dan wij denken te zijn. Dit is vaak een heel onaangename les, omdat ons ego hierdoor wordt afgebroken. Toch is het essentieel dat wij afleren ons ego te verheerlijken. Alle esoterische scholingen onderwijzen dit door de eeuwen heen. Ook in de Bijbel vinden we dit duidelijk terug: “Hij moet groeien en ik moet minder worden” is een typische uitspraak van Johannes de Doper. Het is onze taak om - in het voetspoor van Johannes de Doper - wegbereiders te worden voor de komst van onze Heer, en daarbij onszelf letterlijk te vergeten. Als wij in staat zijn deze moeilijke les te leren en ons ego te overstijgen, dan komen de Liefde en het juiste handelen hieruit spontaan voort. Maar zolang wij gebonden zijn aan ons “ikje” is het hard werken om iets van die Goddelijke eigenschappen te verwezenlijken. Uiteindelijk draait het toch weer om het Onderscheidingsvermogen. Het leren inzien van wat belangrijk is en wat niet. Laten wij proberen ons werkelijk te wapenen met het Licht om zo de donkere krachten in onszelf en in de wereld te overwinnen. Pr. Rob van Roggen († 2002)
Kerst en Nieuwjaar Nog even en het is weer Kerstmis. Zoals u even eerder heeft kunnen lezen ziet het programma er dit jaar heel anders uit. Het afgelopen jaar is een bijzonder en een intens jaar geweest. Dit geldt in kerkelijke zin, maar ook voor heel veel van onze leden privé. We hadden de prachtige Priesterwijding van Jos Wieman en de studie rond de voorgestelde liturgiewijzigingen. Ook de relevante werkkringen van onze Priesters hebben heel veel geëist. Vroeger was er in veel werkkringen meer ruimte, maar in tijden van economische teloorgang is het goed opletten en erbij blijven. Regeren is vooruitzien, zegt men weleens, maar dat is in deze tijden wat lastig. De wereld zit zo complex in elkaar, dat velen buiten de boot dreigen te vallen. Ooit was er de kerk, die vele taken vervulde. Armenzorg, sociale binding, psychologische ondersteuning, ouderenzorg, kinderopvang enzovoort. Naarmate de ontkerkelijking begon, begonnen er beroepen te ontstaan. Psychologen, maatschappelijk werk enzovoort. De overheid nam een heel groot stuk zorg over. Een tijd lang leek het aardig te gaan, en de maatschappelijke dienstverlening zich helemaal ging richten op de wijken en daarin samenwerking zocht en vond met vele partners. Als dan de geldkraan dicht gaat, gaat met weer centraliseren. Beroepstaken worden deels overgenomen door vrijwilligers. Vrijwilligers komen er steeds minder omdat er doorgewerkt moet worden en omdat wij met z’n allen in de val van de consumptiemaatschappij (alles moet mooier en beter) getrapt zijn. Ja, in de komende jaren zal de armoede toenemen en zullen mensen letterlijk gedwongen worden zich weer maatschappelijk te organiseren, omdat van de mensen die aan anderen verdienden door die anderen “de spiegel van rijkdom en begeerte voor te houden”,niets meer te verwachten is. Een oud kerklid kwam eens met de opmerking: “een geldschieter leent geld uit aan mensen die het eigenlijk niet nodig hebben en die haalt de paraplu weg als het gaat regenen”. Over een aantal jaren zal men troost willen zoeken bij instellingen, omdat het leven regelmatig te zwaar is geworden. Zullen dat de kerken weer zijn? Zal spiritualiteit de oplossing zijn? Werkelijke redding door ontwikkelend Godbewustzijn? Hebben we het dan nog niet door met z’n allen? Zoals elk jaar stel ik mij voor hoe het komend jaar zal zijn. Het opvlammend Adventslicht vormt uiteindelijk het Nieuwe Licht. Het licht dat vooruitschijnt in het nieuwe jaar. Dit is een kosmische intentie die meegegeven wordt. Het zou zomaar “loutering”kunnen zijn. Onze “oren”worden gewassen. Wij zullen ons werkelijk gedwongen voelen om inzicht te krijgen. Dat we ons werkelijk gaan gedragen naar wat we eigenlijk wel weten met z’n allen. Mens worden, zorg voor elkaar, onderscheiden dat de wederzijdse Liefde veel kostbaarder is dan onze materiële valkuil. God in elkaar herkennen en
die dienen. Dat kan alleen maar als we alle vuiligheid van ons af laten spoelen en ons niet als een klein kind verzetten tegen de douchestraal. Loutering is essentieel. Maar ja, als wij niet als de kinderen zijn, zullen wij het Koninkrijk Gods niet bereiken. En we verzetten ons wél tegen die douchestraal. Tegen die loutering. Dit stemt tot nadenken. Het lijkt paradoxaal, maar is dat ook zo? Laten we het in ieder geval samen ondergaan het komende jaar. Namens het bestuur en de geestelijkheid wens ik u een gezegend Kerstfeest en een sprankelend en louterend 2012 toe. Pr. Parcival van Gessel.
Gedachten van stichter-bisschop Mgr. C. Leadbeater over de zevenvoudige betekenis van Kerstmis Kerstmis is het op een na grootste Feest in het hele christelijke jaar, en inderdaad, hoewel Pasen algemeen als het grootste wordt beschouwd, volgt volgens mij Kerstmis daar direct op – Kerstmis, het grote Feest van de Geboorte van de Heer, de periode van vrede en goede wil tussen de mensen. Ik heb in “De verborgen zijde der Christelijke feestdagen” en in andere publicaties geschreven dat al de grote feesten van de katholieke kerk een zevenvoudige betekenis hebben.
Kerstmis wordt in de eerste plaats gezien als de geboortedag van Jezus. Het is niet werkelijk de dag, waarop Hij geboren werd, maar al duizenden en duizenden jaren voor het Christendom stond deze dag bekend als de geboortedag van de zonnegod en daar Christus onze Zon is, de Zon van rechtschapenheid, is het juist dat hetzelfde feest nu als Zijn geboortedag wordt aangehouden. Bovendien, afgezien van de geschiedkundige herdenking, is er veel prachtige symboliek verbonden met Kerstmis. Het tweede aspect van het Kerstfeest, de tweede grote gedachte die daarmee verbonden is, is dat van de Nederdaling in de stof van de Tweede Persoon van de Heilige Drie-eenheid, die ofschoon Hij volmaakt God is, toch ook volmaakt Mens is – God en Mens, de tweevoudige Christus. Nog een andere betekenis die aan dit feest wordt gehecht, is die van voorbereiding voor zijn Wederkomst. Evenals hij tweeduizend jaar geleden naar de aarde kwam en het lichaam gebruikte van de leerling Jezus, zo geloven wij dat Hij zal terugkeren naar de aarde en het lichaam zal gebruiken van een andere leerling. Wij behoren ons zeer zeker voor te bereiden voor die komst en wij vieren ons geloof daarin met het Kerstfeest. Het vierde aspect is, dat wij weten dat er een bijzondere uitstorting van geestelijke kracht plaats vindt op deze tijd. Dit vanwege de goede gevoelens tussen de mensen, vanwege onze uitstorting van onze liefde en devotie voor God, hemel en aarde dlchter bij elkaar zijn en de innerlijke en de uiterlijke werelden elkaar naderen. Daarom vindt er op Kerstmis een speciale uitstorting plaats als antwoord van de goedertierenheid van God, van de Liefde van Christus, die Liefde die alle begrip te boven gaat, als Zijn Vrede. Daarom ontmoeten wij elkaar in de kerk om op onze bescheiden manier onze dank te brengen voor die grote uitstorting van liefde en kracht. Wij geven onze welgemeende erkentelijkheid, onze dankbaarheid aan de Heer en wij bieden onszelf en alle wat wij hebben aan als offerande aan de voeten van Hem, die vandaag geboren werd. En vervolgens, als een vijfde gedachte, wordt Christus geboren in de harten van de mensen. Dat is inderdaad een geboorte in ons binnenste. Telkens en telkens weer is er met de woorden van Paulus gezegd, dat Christus-in-ons is de hoop en de glorie. Zonder dit Christusprincipe in ons is het inderdaad waar, dat niemand “gered” kan worden (beter gezegd: verlost kan worden, veilig kan worden in de zin van het latijnse “salvus”), dat niemand naar het hoogste kan opstijgen, naar de maat van de grootheid van Zijn Volheid. Zo is de geboorte van Christus in de mens een ander groot begrip dat wordt gesymboliseerd in Kerstmis. Nog een andere gedachte, nauw verbonden met het idee van de geboorte van Christus-in-ons en een, die altijd in ons bewustzijn zou moeten zijn, is dat de grote feesten van de christelijke kerk zijn bedoeld om de vier Grote Inwijdingen te symboliseren en in onze herinnering terug te roepen. De vier grote stappen op dat opwaartse Pad dat ons leidt van de aarde naar de hemel, van mens naar Godheid. In deze periode van Kerstmis zouden we moeten denken aan de eerste grote Inwijding, die wordt gesymboliseerd door de geboorte van Christus. Er is nog een zevende gedachte, die ons duidelijk wordt voorgehouden in de woorden van het Anglicaanse gezang “Vrede op aarde voor mensen van goede wil”. Er is altijd vrede voor mensen van goede wil, maar speciaal met Kerstmis proberen we allemaal mensen van goede wil te zijn; wij doen ons best opdat er universele vrede zal zijn in onze harten, in onze gedachten, in onze gevoelens. Want toen Jezus geboren werd in Bethlehem in Judea was er universele vrede over de gehele wereld en voor het eerst sinds vele jaren waren de hekken van de Janustempel in Rome gesloten, ten teken dat er nergens oorlog was, maar dat er universele vrede heerste over de gehele wereld.
Al deze verschillende betekenissen zouden in onze harten en geesten moeten leven gedurende de periode van Kerstmis, hoewel voor ons misschien het belangrijkste is, te streven naar de Nieuwe Geboorte, naar die Inwijding, die toegang geeft tot het Koninkrijk der hemelen waarvan het evangelieverhaal van de geboorte het speciale symbool is. Deze grote inwijdingen zijn treden die ieder van ons ooit zal moeten beklimmen. Treden die ons leiden van het niveau van de mensheid naar dat van bovenmenselijkheid, naar het niveau van Hen, die het doel bereikt hebben waarom ze mens geworden zijn, die zijn gestegen naar de staat die we Adeptschap of Heiligheid noemen. C.W. Leadbeater
Over het leven van… Jo en Trinette Stots Mianne Bakker laat ons nader kennis maken met de spirituele tochten van leden en belangstellenden die onze kerk al dan niet regelmatig bezoeken. Ze voert gesprekken met hen en geeft de weerslag ervan weer in dit blad. (uiteraard met toestemming!) Jo Stots
Mijn volgende ontmoeting zal in Driebergen zijn. Sinds korte tijd hebben Jo en Trinette daar een appartement betrokken in een wooneenheid van de Antroposofen, temidden van een prachtig landgoed. Mijn weg er naar toe gaat via de Lage Vuursche en ik geniet van de bossen en de lanen en ik ontwijk zo de files van de hoofdwegen. Mijn eerste gesprek is met Jo en het wordt een bijzondere ontmoeting. Het is een stralende dag. Al pratende ervaar ik het enthousiasme en de diepgang waarmee Jo mij een kijkje gunt in zijn leven. Als kind is hij erg religieus. Vanuit de Hervormde wereld van zijn ouders, wordt hij angstig opgevoed. Voor hem blijft God ver weg. Zijn moeder ontpopt zich vanuit die strenge wereld als een vrijdenkster. Deze basis van zijn jeugd neemt hij lange tijd mee, vooral het angstige. Jo blijft evenwel die eigen religieuze behoefte houden en probeert te begrijpen wat er gebeurt in de kerk, waar hij op zondagen 3 keer heen gaat. Hij doet belijdenis en hij wil ervaren dat er meer moet zijn dan die afstand. Het blijven woorden die hij hoort en deze komen niet in zijn hart terecht, omdat hij dit ook niet om zich heen ziet gebeuren. Als hij Trinette in 1945 ontmoet en zij in 1951 hun eerste kindje laten dopen, ontdekt Jo dat hij het antwoord schuldig blijft als de vraag wordt gesteld: ‘Wilt U het kindje in deze traditie opvoeden? Hij kan geen ‘ja ’zeggen. Jo is opticien in Amersfoort en een ommekeer in zijn zoektocht naar de werkelijke betekenis achter de woorden ontstaat, tijdens een ontmoeting met een buurman, die naar Theosofische bijeenkomsten gaat. Jo verlaat de kerk van zijn jeugd en begint net zoals Trinette het boek ‘De Geheime Leer’ van Blavatsky te lezen. Innerlijke deuren gaan voor hem open. Hij wordt lid van de Theosofische Vereniging en wordt ook lid van de Astrologische Vrijmetselaars, de A.C.M. ( astrologischceremoniele mystiek). De sfeer spreekt hem aan, vertelt hij mij. Het niet meer naar de kerk gaan, blijft hij voelen als een leegte. Hij verlangt naar een verbintenis, een werkelijk religieus gevoel. Ik zie hoe de rode draad in zijn leven verder loopt. In het gebouw van de Vrij-Katholieke Kerk in Amersfoort, waar hij erg actief is samen met Trinette, komt de Theosofische loge als huurder. Het contact met priester Vreedendaal van de VrijKatholieke Kerk wordt intens. Het is dan 1962. Deze priester is voorzitter van de loge. De Astrologische Vrijmetselarij is heel belangrijk voor Jo gebleven en de teksten die hij hier vanuit dagelijks uitspreekt, dragen hem als een mantra door de dag heen. Hij laat ze me horen, ik kan en mag ze niet opschrijven, maar ik zie dat er iets heel bijzonders met hem gebeurt, hij straalt, eigenlijk zoals ik hem altijd zie stralen. Het is zijn anker, het is een kracht, die uitdrukt wat zijn hart voelt. Dit lidmaatschap hoort bij Jo en die verbintenis is een verbintenis voor het leven geworden. Dit boeiende gesprek eindigt met de woorden: “in de werkplaats van de loge, zag ik een harmonische groep, die mij vormde en waar ik diep in mij voelde dat de Schepping, de manifestatie is van het Allerhoogste, de Logos. De Schepping ontvouwt zich als een kosmische werkelijkheid voor mij en daar krijg ik dat thuiskomen gevoel”.
Als een speciaal beeld van hemzelf, kiest Jo de verzamelde geschriften van Ramana Maharshi. Dit tezamen met het Ankh-kruis en een lievelingsembleem zijn heel belangrijk voor Jo. De ketting heeft Jo altijd om.
Ik heb een afspiegeling mogen neerschrijven van de leidraad van een stuk van het leven van Jo, die ik Licht zie uitstralen. Wat een prachtige ontmoeting op deze zonovergoten dag.
Trinette Stots Na het gesprek met Jo laat Trinette me haar levensweg horen. Zij is enig kind en haar ouders laten haar heel vrij, zodat ze al heel jong in staat is, haar eigen weg te gaan. Ze verlangt naar Licht en Liefde en daar hoort ook de sprookjeswereld bij. Haar vader is een zoeker, die vanuit een hervormde achtergrond zijn vrijheid zoekt. Haar moeder is Luthers, meer bevrijd en niet kerkgaand, zoals men dat vroeger zei. De zondagviering van haar moeder is een beleving in de natuur en zo wordt Trinette in die belevingswereld opgevoed. Trinette neemt de verhalen die ze op de hervormde school hoort, intens in haar op en de verhalen over Jezus zijn heel belangrijk voor haar. Alleen de verhalen van het Oude Testament vindt ze niet kloppen omdat er veel strijd en oorlog in die verhalen zitten. Als kind komt ze in een kindergroep van de Rozenkruisers en als 9-jarige in een protestante kinderpraatgroep in Hilversum. Langzaam begint haar religieuze belangstelling te groeien. Stiekem gaat ze naar de Rooms-Katholieke Kerk om het licht, de kaarsen, de mysterieuze sfeer te ervaren. Na de oorlog ontmoet ze Jo, die geeft haar vastigheid, ook in hun samengaan naar de kerk. Trinette doet eveneens haar belijdenis in de Hervormde Kerk. Ze gaat werken in de verpleging. Haar leven ziet Trinette als een hele leerzame tijd, ook met verdriet en boosheid, maar waarbij ze steeds weer het licht in haarzelf blijft opzoeken. Samen met Jo wordt ze heel actief in de Theosofische Vereniging Doordat Priester Vreedendaal van de Vrij Katholieke Kerk ook voorzitter van de loge is, komen de theosofie en de religie voor haar samen. De herkenning ligt in de wijsheid en de liefde. Elke woensdagavond hoort Trinette het zingen in het Lof. Ze wordt overspoeld door grote dankbaarheid dat zij dit mag meemaken. Haar dankbaarheid kan Trinette uiteindelijk neerleggen bij de 3 treden onder het altaar, naast de bijbel in de kerk in Amersfoort . Zo vindt zij de plaats die bij haar past en waar zij zich thuis voelt. Ze hoort spreken over beschermende krachten, die om haar heen zijn en die gaat ze intens voelen. Ook wordt zij heel actief in het Boeddhisme om Tibetaanse vluchtelingen te laten integreren in Nederland. Ze krijgt daar veel leringen en vele inwijdingen, waarbij de magische mysteriën en het mantra zingen haar diep beroeren. Trinette heeft vele kanten in zich, zij heeft haar serieuze kant en haar vrolijke kant. Dit uit zich o.a. in beweging, door middel van Yoga, Sacred Dance en zangkunst. Haar verbeelding uit zich in het vormgeven van haar gevoelens door te schilderen en prachtig keramiek te maken en ook in de klanken van zang, zoals de Taizé liederen. Haar leven is een aaneenschakeling geweest van diepgang en intense betrokkenheid. Haar woorden zijn heel betekenisvol voor mij: “De Wijsheid, de Liefde en het Licht, die ik in mijn jeugd heb gezocht, die mag ik ervaren en die mag ik delen. Als ik in de kapel ben van de Vrij Katholieke Kerk, dan ervaar ik in alles, wat er gebeurd, een dankbaarheid en een diepe vreugde. Vooral ook als ik de dienstbaarheid zie van de geestelijkheid, die altijd klaar staan om via de ritualen de goddelijke energie door te geven”. Trinette sluit ons gesprek af met de woorden die me sterk bij blijven: de Vrij Katholieke Kerk is een van de facetten van het diamanten hart, de flonkerende diamant die we allemaal zijn. Het Rozenkruis symbool is voor Trinette een kruis met rode Rozen met een witte roos in het midden. Dat beeld zie ik in iedereen, dat zie ik ook in de kapel. Ik hoor Trinette zeggen dat ze zich voelt als een Rozenkrans met heel veel kleuren.
Deze foto toont de prachtige diepe creativiteit van Trinette. In het keramiek mogen we zien dat haar werk gericht is op de Grote Moeder-Oceaan van Leven en Liefde, zoals ze aan mij vertelt. In deze bijzondere ontmoeting heb ik slechts een sluier kunnen oplichten van de vele facetten van het diamant, welke in Trinette zichtbaar is. Onze geboortedatum blijkt gelijk te zijn, 2 oktober, een feestdag van engelen, een dag om nooit te vergeten. Mianne Bakker
Stukjes uit periodiek januari februari 2012 2012 een bijzonder jaar? Als ik dit schrijf is het 7 december 2011 en ik vertrek vanavond met het schip van mijn zoon naar een tot nu toe onbekende bestemming. Ik zou veel eerder gaan, maar dat lukte niet eerder vanwege allerlei activiteiten. Zulke dingen moet je maar laten gebeuren, dat is het beste. Als je bezig bent om iets op te bouwen en je voelt dat je de stroom mee hebt, zit je lekker in je energie. Soms gebeurt het ook dat je tegen de stroom in moet als je aan het opbouwen bent, dan sta je ook in je kracht. (levende vissen zwemmen ook tegen de stroom in, dode vissen drijven alleen maar mee.) Soms ben je met dingen bezig die maar niet lijken te lukken, tobben en zwoegen vallen je ten deel en als je dan goed kijkt, blijkt dat je na jaren niets bent opgeschoten. Dat kan aan van alles liggen. Maar dikwijls ligt het ook bij jezelf. Oftewel de vraag van een bekende cabaretier : ”waar zijn wij nu helemaal mee bezig”. In het voorjaar van 2011 kwam ik tot de conclusie dat ik bij mijn werkgever in Amsterdam niet meer op mijn plaats was. Het werk heeft een aantal aspecten, die je iemand van 60 niet meer aan moet doen. De verstandhouding met de werkgever en de collega’s zijn prima, maar ik word zeer regelmatig geconfronteerd met agressie en heel veel werkdruk en heb daar geen zin meer in. De uitdaging van vroeger begint nu een last te worden. Ik zag mijzelf uiteindelijk als een “stervende zwaan” ten onder gaan en aan dat ballet doe ik niet mee. Ondertussen werden mij kansen geboden als geestelijk verzorger bij een andere werkgever, die ik graag wilde aanpakken. Pensioen was niet mogelijk door allerlei wetgeving. Dan zwem je wat rond. Al die maanden, tot eind september toe was ik bezig om na te denken hoe ik dit probleem kon lossen. Toen kreeg ik een bericht van mijn ABP adviseur dat de wet veranderd was en dat ik in het kader van ouderen-participatie nu wel mag blijven bijverdienen. Dan ga je rekenen. En nog eens rekenen. En praten, advies inwinnen, wat als dit…., wat als dat…. Een looplijstje maken met vragen en stappen die je wilt zetten. Corresponderen met het ABP. Langzaamaan worden alle vinkjes langs het looplijstje groen. Er ontstaat een heel positieve energie. Een zorgcentrum dat heel blij is als ik daar wat meer ga werken en snel daarop het contract. De berichten van het ABP die alleen maar positief uitvallen. De gesprekken thuis en met mijn vertrouwelingen vertonen alleen maar een groen licht. En voor mijzelf alleen maar opluchting en nieuwe energie.
Het besluit is gevallen. In april 2012 valt het doek in Amsterdam en begin ik een nieuw leven. 42 jaar zijn weggetikt alsof het de dag van gisteren was. Resultaat? Een enorme rugzak met ervaring, waar ik nog heel veel mensen mee kan dienen. Een paar maanden lang bestook ik mijn geliefden met de meest krankzinnige toekomstplannen. Oh ja, dàt is ook nog leuk om te gaan doen en dàt en dàt. En dan kijk ik naar de wereld om mij heen. Iedereen kijkt vol verwachting uit naar 2012. Het jaar waarop de Mayakalender af loopt. Allerlei doemscenario’s komen weer bij mensen naar boven. Het einde der tijden, de grote verandering. Ik heb daar niet zoveel mee. Mogelijkheden tot positieve veranderingen en een doorbraak daarin? Ik heb daar meer mee, maar dat willen we elk jaar toch? Dat we met de wereld in een lastig parket zitten, dat is wel duidelijk en hoe het zo gekomen is, ook wel. Dat de boel dan uiteindelijk vastloopt, daar hebben we echt geen Mayakalender voor nodig. Vanavond vertrek ik naar zee. Ik zal daar een paar weken rond varen. Ik weet nog niet met welke vracht en waarheen. De zee stemt tot nadenken. Lonkend naar het komende jaar 2012 biedt het mij de gelegenheid om (terugkerend naar het begin van dit verhaal) te schouwen op welke momenten en waar en in welke positie ik het beste in mijn energie zit. En zo vergaat het niet alleen mij, maar iedereen. IJkmomenten in je leven. Wat is je diepste motivatie waarom je doet wàt je doet. Geven we gehoor aan die Stem in ons diepste binnenste. Ik wens u de komende periode zeer goede en bezielende ijkmomenten toe. Voor u en uw geliefden een heel fantastisch 2012 toegewenst. En dit spreek ik natuurlijk ook uit namens het bestuur en de geestelijkheid. Pr. Parcival van Gessel
De kerkelijke dagen in de komende periode Nieuwjaar (1 januari) Nieuwjaar is geen echte kerkelijke feestdag. Toch vieren wij deze dag in onze kerk omdat de jaarwisseling ook in de profane wereld een belangrijk moment is. Nieuwjaar is tevens de octaafdag van Kerstmis, dat wil zeggen de 8e dag. Daarmee is Nieuwjaar een soort herhaling van het Kerstfeest op een ander niveau. Het is een feit dat de jaarwisseling voor velen een stimulans is om af te rekenen met de fouten uit het verleden en een “nieuw begin” te maken. Een nieuw jaar brengt nieuwe hoop en nieuwe verwachtingen. Wij zijn het zelf die deze verwachtingen waar moeten maken. Maar wij hebben ook nog iets als een kinderlijk geloof in het “wonder”, in een totale omwenteling die ons leven op deze aarde mooier en beter zal maken. De toekomst zal het leren en wij maken mede die toekomst.
Driekoningen (6 januari / dienst 8 januari) Het feest van Driekoningen, veel mooier “Epiphanie” of “Openbaring” genoemd, is terug te voeren op het verhaal van de Ster, die straalde in de stille nacht. Deze wonderlijke ster leidde de 3 wijzen uit het Oosten naar de plek waar het Christuskind verborgen lag. Deze Ster van voor de andere mensen, zelf voor de koning (Herodes), niet zichtbaar. De wijzen uit het Oosten waren de eersten die de Ster volgden en het Christuskind herkenden als Goddelijke Openbaring in deze wereld. De Ster van Bethlehem is niet als een astronomisch verschijnsel op te vatten, maar als een symbool of als een geestelijke werkelijkheid. Zo bezien is de Ster een voortdurend stralend - maar moeilijk zichtbaar - geestelijk baken, dat ons tot gids kan zijn bij onze eigen zoektocht naar het Christuslicht. Als wij in onszelf de “Koninklijke” kwaliteiten tot ontwikkeling weten te brengen, dan zal deze Ster ook voor ons zichtbaar worden. Dan zullen wij in aanraking komen met het Licht der mensen. Dan zal onze ziel verlicht worden door Hem, die het Licht der wereld is.
Doop van Onze Heer (15 januari) Op Driekoningen openbaart de Heer zich nog steeds aan de Wijzen, maar bij zijn Doop treedt hij in de volle openbaarheid. Het Evangelie van Mattheus vertelt ons hoe Johannes de Doper door Jezus werd benaderd om zich te laten dopen in de Jordaan, zoals dat onder gelovigen gebruikelijk was. Johannes
wilde hem tegenhouden met de woorden: “Ik heb uw doopsel nodig en Gij komt tot mij?” Daarop antwoordt Jezus: “laat het zo gebeuren, want het past om alles wat is vastgesteld te volbrengen”. Ook al had Jezus dit doopsel voor de geestelijke ontwikkeling niet nodig, vanwege het feit dat hij als mens tussen de mensen geïncarneerd was, onderwierp hij zich aan dezelfde wetten, die ook voor de andere mensen golden. De Doop van Onze Heer kunnen wij dus zien als een volledig bewuste erkenning en aanvaarding van de Wet; niet alleen de Wet die gold voor de mensen ten tijde van het leven van Jezus, maar de Wet die van alle tijden is, en waaraan iedereen - van het nietigste schepsel tot de volmaakte mens - onderworpen is. Hier wordt ons een groot voorbeeld voorgehouden van nederigheid en gehoorzaamheid. En nadat hij gedoopt was, ging de hemel open en daalde de Geest Gods neer in de gedaante van een duif en een stem vanuit de hoge sprak: ”Dit is mijn geliefde Zoon in wie ik welbehagen heb”.
3e Zondag na Driekoningen (22 januari) De 3e Zondag na Driekoningen heeft als intentie: Oprechtheid en beheersing van de tong. Deze intentie heeft betrekking op de voorbeeld-functie van onze Heer, in Zijn tijd én in onze tijd. Oprechtheid is een eigenschap waarin wij alleen onszelf kunnen toetsen. Elke spirituele scholing begint met het ontwikkelen van oprechtheid. De beheersing van de tong is een “bijproduct” daarvan. Dit is een stokoude waarheid, die nogal eens uit het oog verloren wordt. Aan de ene kant floreert het fundamentalisme in grote delen van de wereld. Aan de andere kant is spirituele ontwikkeling een commercieel product geworden dat in de supermarkt “te koop” is. Beide verschijnselen zijn een belemmering voor het ontwikkelen van oprechtheid. Het citaat uit Mattheus 23 zegt het overduidelijk: “Hij die zichzelf verhoogt zal vernederd worden, maar hij die zichzelf vernederd zal verhoogd worden”.
Verheerlijking van onze Heer (25 januari / dienst 29 januari) De Verheerlijking van onze Heer vertelt ons in een visionair beeld, door de mond van de apostelen , hoe onze Heer op de top van de berg Tabor wordt opgenomen in een stralend licht, met aan zijn zijden de wetgever Mozes en de profeet Elia. Ook bij deze gelegenheid klinkt de stem van de Goddelijke Vader met dezelfde woorden als bij de Doop (15 januari). De leerlingen werden door een hevige vrees bevangen, omdat zij getuige waren van een uitstorting van Goddelijke energie, die zij zelf niet konden bevatten. Zij mochten er van de Heer ook niet met anderen over spreken. Mogen wij ons, zoals de apostelen, laten inspireren door deze prachtige spirituele gebeurtenissen. Laten ook wij trachten geliefde zonen en dochters van God te zijn, door zijn voorbeeld na te volgen, door te werken aan onszelf en te voldoen aan onze verplichtingen – tegenover God, onze medemensen en ons eigen geweten.
Opdracht van onze Heer in de Tempel / Maria Lichtmis (2 februari / dienst 5 februari) Dit feest, op de 40e dag na Kerstmis, markeert het einde van de Kerstperiode. De Bijbelse achtergrond van dit feest is te vinden in het Lucas-evangelie (hoofdstuk 2). Jozef en Maria gaan met hun eerstgeboren zoon naar de tempel om het daar volgens aloud gebruik aan God op te dragen. Het kind wordt door Simeon, een oude man, herkend als de Christus. Simeon heeft op dit moment gewacht en hij spreekt de prachtige lofzang uit: “Laat nu O Heer Uw dienstknecht in vrede gaan…”, ook bekend als “Nunc Dimitis” en als zodanig opgenomen in onze Completen. Dit feest staat helemaal in het teken van het Licht, het Christuskind, dat op deze dag volop gaat schijnen in de wereld. Liturgisch wordt dit prachtig tot uitdrukking gebracht door het uitdelen van brandende kaarsen en door de uitstelling van het H. Sacrament gedurende de H.Mis. De intentie van deze dag kunnen wij op verschillende manieren beleven:
Vanuit het standpunt van Simeon, die een directe ervaring van verlichting heeft. Hij heeft het Licht gezien en daarmee is het doel van zijn leven vervuld. Vanuit het standpunt van de ouders - Jozef en Maria - die hun kind moeten afstaan ter wille van een hogere Goddelijke Doelstelling. Zij zijn echter wél degenen die het kind hebben voortgebracht. Het is prachtig om op deze manier een bijdrage te mogen leveren aan de evolutie van de mensheid. Vanuit het standpunt van de “navolgers” van Christus. Ook wij kunnen onszelf opdragen in de Tempel van de Heer om betere dienaren van de mensheid te worden.
Pr. R.van Roggen (†2002)
De 12 dagen na Kerstmis De mystieke geboorte en het pad van Inwijding (Dit is het vervolg van de (enigszins gecomprimeerde) voordracht door C.W. Leadbeater, waarvan het eerste deel – over Kerstmis - in het vorige Naarder Licht verscheen) Gedurende de periode van Kerstmis en de dagen daarna is het voor ons belangrijk om te streven naar de Nieuwe Geboorte, om een stap te zetten in de richting van die Inwijding, die toegang geeft tot het Koninkrijk der Hemelen waarvan het evangelieverhaal van de geboorte het speciale symbool is. De grote Inwijdingen zijn treden die ieder van ons ooit kan beklimmen en die ons leiden van het niveau van de mensheid naar het niveau van Hen die het doel bereikt hebben waarom ze mens geworden zijn, die zijn gestegen naar de staat die we Adeptschap of Heiligheid noemen. Wat wordt er nu bedoeld met de mystieke geboorte? De mens die in staat is de eerste grote Inwijding te ontvangen heeft een duidelijke stap voorwaarts gezet; een stap die hem uittilt boven de gewone mens. Niet opdat hij krachten mag krijgen ten behoeve van hemzelf, maar opdat hij beter in staat zal zijn de gewone mens te helpen. Hij krijgt veel licht en kracht, want bij een Inwijding worden o.a. de innerlijke en de uiterlijke mens één. De Ziel kan zeggenschap hebben over het lichaam als de lagere mens, de persoonlijkheid, dit wil. Laat ons realiseren dat we zielen zijn, gehuld in lagere voertuigen, fysiek, astraal en mentaal. En we weten hoe vaak deze strijden tegen de ziel, een strijd tussen de lagere en de hogere mens. Laat ons herinneren dat wij de hogere zijn en dat onze voertuigen de lagere zijn. We zijn de ziel, maar alleen bij deze grote eerste Inwijding worden de ziel en het lichaam definitief één, zodat de mens daarna nooit meer het lagere laat heersen over het hogere. Natuurlijk vallen we soms terug, want we zijn nog niet volmaakt. Maar na Inwijding kan de mens in staat zijn zich geheel staande te houden in de strijd met het lagere. Dat wordt bedoeld in de verklaring van de geloofsbelijdenis en in het Nieuwe Testament over verlossing. Een veel betere vertaling van het Latijnse “salvus” zou zijn: veilig. Want de mens is inderdaad veilig als hij die eerste stap heeft genomen. Hij kan nog terugvallen, maar hij zal niet totaal terugvallen, teruggaan naar een lagere schoolklas als het ware en later weer terug moeten komen. Hij is veilig, zodat hij voort kan gaan met deze grote evolutionaire golf van de mensen die hun doel hebben bereikt, die één zullen worden met Christus. In India zeggen ze: de ingewijde is de stroom ingegaan, hij mag er tegen vechten maar hij wordt er door meegenomen; en bovendien heeft hij de buitenste rand bereikt van de Grote Witte Broederschap, de Broederschap die de wereld regeert en de evolutie van de mens leidt, de Broederschap die bestaat van eeuwigheid tot eeuwigheid. Dat wordt bedoeld in de bijbel met “het binnengaan van het koninkrijk der hemelen”. Maar voor de kandidaat een lid kan worden van deze grote Broederschap, moet hij een plechtige gelofte afleggen dat hij zich zal wijden aan het welzijn van de wereld, dat zij leven alleen zal bestaan uit liefde, zoals het leven van Christus alleen liefde is. Hij verbindt zich op dat moment om de geest van Kerstmis gedurende zijn hele leven uit te dragen en altijd de houding van hulpvaardigheid en dienst aan te nemen, om altijd de Werkelijkheid te voelen en niet afgeleid te worden door de uiterlijke verschijning van dingen. De meeste mensen in de wereld zijn als kinderen die aan een buitenkant van de Werkelijke Wereld spelen en nooit doordringen in de echte Werkelijkheid, nooit iets weten over de grote waarheden achter het werkelijke doel van hun leven, en van wat zij zouden moeten doen. Maar bij de Inwijding opent zich
die innerlijke wereld voor het verbaasde gezicht van de mens en hij ziet ten volle, waarlijk en helder, wat Gods bedoeling is dat hij doet en is. We kunnen die vergelijking beter omkeren. Zo heb ik op Java het wajang- of schaduwspel gezien. Men kijkt naar een verlicht laken, in de opening van een grot als het ware en kijkt daar naar binnen; en men ziet het spel van de schaduwen die bewegen in het oude, traditionele drama. 2500 jaar geleden leerde Plato ons al dat de meeste mensen gedurende hun hele leven kijken naar het spel van de schaduwen van het Werkelijke, terwijl ze nooit het echte leven aanraken. Maar als ze zich zouden omdraaien en uit de grot in het zonlicht zouden stappen, dan zouden ze de Werkelijke Wereld zien. Dan zullen zij de pracht en de glorie van God aanschouwen en begrijpen wat Hij wil dat ze doen en zijn. De werkelijk wereld is vol licht, niet vol schaduwen. Er schijnt een Licht over, dat alle menselijke lampen doet verbleken. Iemand die de Werkelijke Wereld kan binnengaan, ziet het werkelijke doel van het leven. Vele jaren dacht hij dat hij zo druk en verstandig bezig was met al het werk dat hij deed en al de kennis die hij had opgeslagen. En toch heeft hij al die tijd naar schaduwen gekeken. Laten we ons omkeren en naar de Werkelijkheid kijken als we de betrekkelijkheid van het belang van dingen willen zien. (uit de Lange Vorm van onze H. Mis: “Wend ons o Heer en belevendig ons” – HH) Vanuit Onderscheidingsvermogen zien we het betrekkelijk belang van dingen. Dat is een eerste vereiste op het pad van Inwijding. De ingewijde dient het onderscheidingsvermogen in zijn hele leven in stand te houden; altijd alert te zijn op keuzes tussen het beste en datgene wat, ofschoon het goed is, niet zo nuttig is, niet zo effectief in het Grote Werk. Dat onderscheidingsvermogen is noodzakelijk om hem voor te bereiden op zijn Inwijding en voor zijn verdere ontwikkeling. Het bewustzijn van de Ingewijde is ook één geworden met het bewustzijn van de Grote Broederschap. Maar hoeveel hij naar beneden kan brengen hangt van hemzelf af. Bij de eerste Inwijding worden schitterende krachten gegeven aan de Kandidaat, maar of hij ze wil gebruiken hangt van hemzelf af. Het bewustzijn van de Ingewijde is één met dat van de Broederschap, maar we dienen ons te herinneren dat dat bewustzijn is wat de psychologie het onderbewuste noemt, het bewustzijn onder de drempel. Het moet boven de drempel gebracht worden in het waakbewustzijn en de Ingewijde dient te leren bewust te zijn en niet alleen onbewust. De Christus is in het hart van ieder van ons geboren. Maar herinner je, dat Hij dient te groeien in ons opdat we de maat van Zijn volheid bereiken, en wij dienen te luisteren naar Zijn stem. Laten we altijd letten op het gefluister van de Christus-in-ons, echt luisteren om te zien wat Hij ons wil vertellen wat we moeten doen, om te zien wat voor innerlijke intuïtie bij ons boven komt. Het heeft weinig waarde voor ons als de Christus slaapt in ons hart. Laten we de Christus-in-ons wekken en voortdurend naar Zijn stem luisteren, altijd alert zijn om de Innerlijke intuïtie waar te nemen, zodat we kunnen profiteren van Zijn Wijsheid. Dat is het Christus-leven, en dat is ons enige echte leven dat de moeite waard is geleefd te worden. Laat die gedachte bij ons zijn gedurende Kerstmis en de 12 dagen daarna tot het feest van Driekoningen, laat alle streven in deze periode erop gericht zijn te denken aan de Christus-in-ons en hoe dat moet leven en groeien in ons, totdat de Innerlijke Christus één wordt met de machtige Christus buiten ons. Mgr. Ch.W. Leadbeater †
Een nieuw jaar, een nieuw begin In het vorige artikel in dit Naarder Licht sprak Mgr. Leadbeater in het kader van de Kerstperiode over het streven naar de eerste grote Inwijding en het uiteindelijk mogelijk bereiken van het Adeptschap en Heiligheid. Het zijn grote woorden die hij gebruikt, maar we kunnen ons er wel door laten inspireren voor het eigen spirituele pad dat wij allen gaan. Over dat pad wil ik het hieronder wat nader hebben, en dan in het kader van Nieuwjaar.
“Een nieuw jaar, een nieuw begin”, zeggen we wel eens. Het begin van een nieuw jaar zien we vaak als een mogelijkheid om met een schone lei te beginnen. We nemen ons voor om te stoppen met allerlei slechte gewoonten, meer aandacht aan onze familie of onze vrienden te schenken, beter aan onszelf te gaan werken, en met meer mededogen naar de tegenstellingen in onze wereld te kijken. Nieuwjaar heeft een specifieke plaats in het kerkelijk jaar. Prof. Van der Stok zegt over Nieuwjaarsdag dat deze dag hoort bij het grote christelijke feest van Kerstmis, maar dat het deels ook een nieuw begin is. Op oudejaarsavond is vanuit de grote Hiërarchie een soort absolutie aan de wereld geschonken,
waarmee de wereld gelouterd werd. Daarna ontstaat een soort vervulling, een verzoening en éénmaking, waardoor een spontane schepping, een “creatio spontanea” kan plaatsvinden. Bij het begin van het nieuwe jaar wordt dan de grondslag gelegd op het hoogste geestelijke gebied. Het is de bedoeling dat wij helemaal vrij zijn van zelfzucht, dat wij besef krijgen van de fundamentele noden en de glorierijke mogelijkheden van de mensheid, en dat we beseffen dat dit veel belangrijker is dan onze persoonlijke behoeften. Als we in staat zijn te “versterven” ter wille van de mensheid, dan zullen we de Christus aanschouwen en zullen we in staat zijn onze plaats in te nemen in de uiteindelijke werkelijkheid van het Absolute. Het licht laten schijnen voor de mensen is iets wat we leren op ons spirituele pad. We vergeten het wel eens, en dan nemen we ons met Nieuwjaar voor om hier toch weer beter op te gaan letten. Maar eigenlijk is ons hele spirituele pad van jaar tot jaar een pad zonder begin en (voorlopig) zonder eind. Het is alsof we spiraalsgewijs een berg beklimmen en bij elke afgeronde cirkel weer op een hoger punt op die berg zijn gekomen. Soms rusten we onderweg even uit. En soms struikelen we of glijden we uit en dan schuiven we zó via de kortste weg een of twee ommegangen naar beneden. Dan vervolgen we vanaf dat punt gewoon weer opnieuw de spiraalweg omhoog... Alle intenties en leidende gedachten die we gedurende het hele kerkelijk jaar elke week meekrijgen, kunnen ons helpen die weg te gaan. Zo is er geen begin of einde van elke ronde van de ommegang. De Heer de Christus in ons is zo altijd bij ons, en zo zouden we eigenlijk elke week onze Heer kunnen bezingen als het begin en het einde, de Alfa en de Omega, zoals we op Nieuwjaarsdag in het Te Deum hebben gezongen. Een zin uit een gebed dat we wel eens horen, is: Onze Vader in de hemel, maak alles nieuw. Als we met nieuwe ogen, met nieuwe moed, met een nieuwe en meer (zelf)bewuste blik naar onze weg kunnen kijken, kunnen we de ervaringen uit het verleden een betere plaats in ons leven geven. Elke dag is een nieuwe dag, en elk moment is een nieuw moment. Er is een soort formule, die luidt: “verleden + heden = toekomst”. Het verleden is voorbij, een gelopen weg. We kunnen de ervaring uit het verleden meenemen om in het huidige moment, in het Nu, iets wezenlijks te doen, een wezenlijke verandering in onszelf aan te brengen en daarmee ook een nieuwe toekomst te creëren. Voor onszelf. Iedereen kan alleen bij zichzelf iets veranderen. En dat heeft altijd invloed op de wereld om je heen. Ik zou daarom zeggen: verbeter de wereld, begin bij jezelf. Zo kunnen we weer een stapje verder komen op ons spirituele pad, op ons pad van Inwijding in de richting van Adeptschap of Heiligheid zoals Mgr. Leadbeater het hierboven noemde. En daarbij kunnen we ook zeker wat hebben aan de Eerste Straals Zegen die de priester ons regelmatig geeft aan het eind van onze H. Mis. Wij zouden deze zegen voor ons zelf ook kunnen zien als een affirmatief gebed: “Mogen de Heiligen, wier leerling ik tracht te worden, mij het Licht doen zien dat ik zoek. Mogen zij mij de krachtige steun geven van Hun mededogen en Hun wijsheid. Ik weet dat er een vrede is die elk begrip te boven gaat, die woont in het hart van hen, die in het eeuwige leven. Ik weet dat er een alles vernieuwende kracht is die beweegt in hen, die het Zelf kennen als één. Moge die vrede mij omzweven, die kracht mij opheffen, tot ik ooit daar sta waar de Ene Inwijder wordt aangeroepen en ik Zijn ster zie stralen”. Henry Hagen
Over het leven van… Annette van Genderen Mianne Bakker laat ons nader kennis maken met de spirituele tochten van leden en belangstellenden die onze kerk al dan niet regelmatig bezoeken. Ze voert gesprekken met hen en geeft de weerslag ervan weer in dit blad. (uiteraard met toestemming!) Over het leven van Annette van Genderen-Baggerman van Houweninge. Annette is geboren op 26 januari 1929 op het eiland Biliton in Indië. Haar familie draagt een patriciërsnaam en die start tekent haar leven. Het betekent dat ze in haar wereld omringd werd door veel bedienden, eerst in Indië en later ook in het grote huis met landerijen in Soest. Het betekende echter ook dat er veel te leren viel om het dagelijkse leven als zelfstandige jonge vrouw te beginnen. Als klein meisje krijgt Annette in Indië de dodelijke ziekte kindercholera. Ze overleeft het als door een wonder aangeraakt. Haar moeder vertrekt daarom met haar 5 kinderen naar Nederland omdat het
herstel van Annette geen kans krijgt in de tropen. Ze zijn met 4 meisjes en een broertje. Haar vader blijft in Indië, op het eiland Billiton en komt tijdens de oorlog in het jappenkamp terecht. Later na de oorlog, bij de hereniging in Nederland, komt er nog een kindje. De angsten en de pijnen van de oorlog komen echter in heftigheid naar boven en ze gaan gescheiden leven. Het wordt een heel moeilijke periode. Als 19 jarig meisje gaat Annette, als onderwijzeres, werken in de zwakzinnigenzorg in Wormerveer, Noord Holland. Het is een heel gelukkige tijd, omdat ze voelt dat ze haar liefde kan geven aan deze kinderen, van wie ze ook veel liefde terug ontvangt. Rond haar 20e jaar begint Annette de andere werkelijkheid te zien. Allereerst is de schok groot, maar na een tijdje raakt ze er mee vertrouwd en ze merkt dat dit iets is wat bij haar hoort. Ze ziet overledenen, die vaak nog in strijd verkeren en daarom niet verder op weg kunnen gaan. Zij communiceert met ze en ze helpt deze overledenen de overgang gemakkelijker te maken. Annette trouwt als ze bijna 29 jaar is en ze gaat wonen met haar man in Putten, midden tussen de landerijen. Ze krijgen 4 zonen. Haar taak ziet ze om overledenen te helpen naar hun bestemming te komen. Haar moeder wordt op 18-jarige leeftijd theosofe in Indië en Annette wordt dit eveneens als 18-jarige als zij in Soest woont. Ze heeft van jongs af aan diep religieuze gevoelens en ze gaat dan ook zelf op zoek naar een kerk die bij haar past. Ze bezoekt veel kerken en religieuze groeperingen. Zo ontstaat er tijdens deze zoektocht een warme vriendschap met veel mensen op het theosofisch centrum. Pascaline Mallet, die in het grote huis De Duinen woont is een van die bijzondere vriendschappen. Zij is Française en Annette vindt het heerlijk om met haar te praten. Haar moeder die met haar man, de vader van Annette, eveneens een zwaar leven heeft, kan moeilijk naar St. Michael komen door de afstand. Annette is daar kind aan huis geworden. Haar wereld met vele gedachten, zoals ook haar geloof in reïncarnatie sluiten hier prachtig bij aan. Annette is een geboren spreekster en vanaf de leeftijd van 35 jaar wordt zij veelvuldig gevraagd om lezingen te geven in protestantse kerken, verspreid over het land. Haar visie over het goddelijke is haar geliefde thema. De Vrij-Katholieke Kerk met de kapel wordt de plek waar Annette helemaal bij zichzelf en het goddelijke is. Ze voelt zich thuis in de diensten en ze geniet van de gezangen. Hier is haar wereld, hier ziet zij de krachten, de engelen, de mensen in de andere wereld. Die periode heeft 10 jaar geduurd, waarbij Annette op het altaar werkt als misdienaar. Zij zegt tegen mij: “ik heb altijd een relatie met God gehad. Wij zijn in het goddelijke en het goddelijke is in ons.” Annette begint een studie psychologie op haar 49e jaar en ze studeert af als ze 55 jaar is. Haar scriptie met het onderwerp sprookjes krijgt een cum laude beoordeling. Ze begint een psycho-therapeutische praktijk, waarbij ze haar droom om mensen te helpen nog meer in werkelijkheid kan brengen. Haar andere droom is om priester te worden om zo zegeningen, genezingsdiensten te kunnen geven en voor mensen te bidden. Ze heeft haar kapel in haar huis en daar worden ook door andere priesters diensten opgedragen. Ik hoor haar zeggen: “dat haar weg ligt in een weg om mensen te helpen, ook voor hen die niet gezien worden”. Als ik terugkijk naar de weg die Annette heeft afgelegd, dan zie ik dat ze de beloftes aan haar zelf waar heeft kunnen maken. Haar tweede man Herman ziet Annette als een speciaal godsgeschenk. Ze kenden elkaar al vele jaren, maar enkele jaren geleden besloten ze te trouwen en dat geluk is maar van heel korte duur geweest, een jaar en 1 maand . Annette spreekt over deze liefde als iets heel bijzonders, hij is haar nog steeds nabij. Als zij met Herman sprak dan was het meestal over spiritualiteit dat ver van hem verwijderd lag. Ze gingen altijd samen naar de kerk en dit veranderde zijn leven. Oprechtheid, diep inzicht achter de sluiers van het leven, dat mocht ik opmerken en dat draag ik als een bijzonder geschenk mee en de openhartigheid heb ik hartverwarmend ervaren. Ik wil dit stukje over het leven van Annette afsluiten met een gedicht van Rumi: De Herberg Dit mens- zijn is een soort herberg, elke ochtend weer nieuw bezoek. Een vreugde, een depressie, een benauwdheid, een flits van inzicht komt als een onverwachte gast. Verwelkom ze, ontvang ze allemaal gastvrij. Zelfs als er een menigte verdriet binnenstormt, die met geweld je hele huisraad kort en klein slaat. Behandel dan toch elke gast met eerbied, misschien komt hij
de boel ontruimen om plaats te maken voor extase. De donkere gedachte, schaamte, het venijn, ontmoet ze bij de voordeur met een brede grijns En vraag ze om erbij te komen zitten Wees blij met iedereen die langskomt, de hemel heeft ze stuk voor stuk gestuurd om jou als raadgever te dienen. Mianne Bakker