Manual CC studiejaar 2010‐2011 V2
Domein Media Creatie Informatie (MCI)
Opleiding Interactieve Media (IAM) 20102011
Manual
(handleiding)
Verdiepingsfase 2 (V2) Blok 1&2 (semester 1) Afstudeervariant Content en Communicatie (CC)
Inhoudsopgave Inleiding Content en Communicatie Verdieping 2 (V2) ......................................................... 3 Het vakkenoverzicht van alle klassen voor het gehele studiejaar 201011.......................... 5 Vak: Trendanalyse ................................................................................................................ 6 Vak: Cross Media Strategie ................................................................................................... 9 Vak: Serious Games............................................................................................................. 12 Vak: Interactief Scenarioschrijven ................................................................................. 14 Vak: Televisie + Interactie.................................................................................................. 19
____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
2
Inleiding Content en Communicatie Verdieping 2 (V2) Beste student, Voor je ligt de CC manual van het studiejaar 2010‐2011 voor Verdieping 2 (V2) voor Blok 1 en 2. Deze manual bevat de jaarplanning, de vakken, een toetsoverzicht, van ieder vak de details incl. toetsvorm, criteria en competenties. SBC heeft zijn eigen manuals. Naast deze manual verschijnt er op intranet onder het CC kopje nog regelmatig info over CC keuzevakken, SRP‐modules, workshops en uitstapjes.
____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
3
Jaarplanning Blok 1 lesweek
Blok 2 lesweek
Blok 3 lesweek
Blok 4 lesweek
Blok 5
30-08 t/m 5-11 1 ma 30 aug 2 ma 06 sep 3 ma 13 sep 4 ma 20 sep 5 ma 27 sep 6 ma 04 okt 7 ma 11 okt 8 ma 18 okt 9 ma 25 okt 10 ma 01 nov 8-11 t/m 28-1 1 ma 08 nov 2 ma 15 nov 3 ma 22 nov 4 ma 29 nov 5 ma 06 dec 6 ma 13 dec ma 20 dec ma 27 dec 7 ma 03 jan 8 ma 10 jan 9 ma 17 jan 10 ma 24 jan 31-1 t/m 8-4 1 ma 31 jan 2 ma 07 feb 3 ma 14 feb 4 ma 21 feb 5 ma 28 feb 6 ma 07 mrt 7 ma 14 mrt 8 ma 21 mrt 9 ma 28 mrt 10 ma 04 apr 11-4 t/m 8-7 1 ma 11 apr 2 ma 18 apr 3 ma 25 apr ma 02 mei 4 ma 09 mei 5 ma 16 mei 6 ma 23 mei 7 ma 30 mei 8 ma 06 jun 9 ma 13 jun 10 ma 20 jun 11 ma 27 jun 12 ma 04 jul
lesweek 1 lesweek 2 lesweek 3 lesweek 4 lesweek 5 lesweek 6 lesweek 7 lesweek 8 herfstreces toetsweek lesweek 1 lesweek 2 lesweek 3 lesweek 4 lesweek 5 lesweek 6 kerstvakantie kerstvakantie lesweek 7 lesweek 8 toetsweek Assessments lesweek 1 lesweek 2 lesweek 3 voorjaarsreces lesweek 4 lesweek 5 lesweek 6 lesweek 7 toetsweek SRP week lesweek 1 lesweek 2 lesweek 3 meivakantie lesweek 4 lesweek 5 lesweek 6 lesweek 7 lesweek 8 toetsweek
Diplomering
11-7-2011 t/m 26-8-2011
____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
4
Het vakkenoverzicht van alle klassen voor het gehele studiejaar 2010‐11
____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
5
De vakken van blok 1 en 2 Het eerste semester van Verdiepingsjaar 2 (V2) bestaat uit 1 kernvak en 4 specialisatie‐vakken. Vak: Trendanalyse Studiejaar: V2 Periode(s): Blok 1 & 2 Aantal studiepunten: 3 Docenten: Shirley Niemans en Peter Buis Inleiding Trends zijn niets anders dan ontwikkelingen. Bewegingen. Binnen het domein van IAM hebben ontwikkelingen op diverse niveaus invloed op de consumptie van IAM diensten en producten. Een veelgebruikte en inmiddels platgeslagen term in ons vakgebied is innovatie, een hip woord voor vernieuwing. Maar wat houdt dit nu eigenlijk in? Waar is het goed voor? Waarom moet alles altijd zo vernieuwend zijn? Voor het demystificeren van woorden als ‘trends’ en ‘innovaties’ gaan we binnen Trendanalyse op zoek naar de samenhang tussen ontwikkelingen binnen de sociaal‐ maatschappelijke en technologische sfeer. De student gaat bij dit vak aan de slag met het kritisch beschouwen van de belangrijkste trends en welke invloed deze hebben op onze cultuur. Publieke en commerciële organisaties aan de ene kant en gebruikers aan de andere ondervinden invloed van media en gebruiken media om hun doelen te bereiken. Er wordt een aantal mediatheorieën en trends behandeld, afgewisseld met lessen en oefeningen hoe deze te analyseren. De student onderzoekt de relevantie van trends in zijn/haar omgeving en werkt een zelfgekozen trend uit in een heldere presentatie en rapport. De presentatie is bedoeld om de student de resultaten rond het onderzochte onderwerp aan de klas te vertellen en hier feedback op te krijgen. Het rapport is een eerste aanzet tot het afbakenen van het gebied waarover de student in het laatste semester van het 4e jaar een scriptie gaat schrijven. Er wordt geoefend met het formuleren van probleem‐ en vraagstellingen en de student verdedigt de conclusies en evt aanbevelingen die uit het onderzoek zijn gedestilleerd. Een belangrijke doelstelling van het vak is het geven van een raamwerk om kritisch na te leren denken en een eigen mening te kunnen vormen over de invloed van trends en media op cultuur en andersom. Leerdoelen ‐ Student is in staat om trends te identificeren die een rol spelen binnen het IAM‐vakgebied ‐ Student leert trends en innovaties op het gebied van HCI, media, cultuur, ontwerp, communicatie, business en techniek te herkennen en onderscheiden ‐ Student is in staat om een trend te kiezen en deze trend tot op de bodem te onderzoeken en analyseren ‐ Student kan trends op product‐, gedrags‐ en maatschappelijk niveau met behulp van de trendpiramide duiden ‐ Student is in staat een heldere presentatie over de gekozen trend te geven ‐ Student is in staat de feedback uit de klas te registreren en te verwerken in het onderzoek en het rapport ‐ Student is in staat een helder trendrapport op te leveren, bestaande uit een afbakening van het onderwerp, een probleemstellng, een vraagstelling en een uitwerking van de stellingen Randvoorwaarden voor een voldoende ‐ Student heeft inzicht in relevantie trendanalyse voor de IAM beroepspraktijk ‐ Student kan kritisch onderscheid maken tussen relevante en niet‐relevante bronnen ‐ Student kan trends in beide richtingen vertalen (macro meso micro en micro meso macro) ‐ Student kan trends in eigen omgeving ontdekken en duiden ‐ Student kan heldere feedback geven op trendpresentatie klasgenoten ‐ Student neemt gekregen feedback serieus en doet er wat mee ‐ Student participeert actief in de werkgroepen ____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
6
Trendpiramide Binnen het vak worden de ontwikkelingen geanalyseerd en binnen een model geplaatst waarmee de onderlinge samenhang wordt verduidelijkt. Ook wordt gekeken naar bijkomende effecten. De strategie van ontwikkeling/innovatie in de praktijk kan veel kansen bieden, maar innovatie zal zeker niet alle problemen van organisaties aan de ene kant en de samenleving aan de andere kant oplossen. Sterker nog: innovatie creëert op haar beurt ook weer nieuwe problemen. Competenties 1. Creërend en interactief denkvermogen Indicator: de student laat zien dat vanuit persoonlijke kennis, ervaring en visie een eigen identiteit en signatuur wordt ontwikkeld. 2. Communicatief vermogen Indicator: de student zet bij de communicatie op gepaste wijze diverse media in bij het overdragen van ideeën en concepten; de student kan in het Nederlands foutloos presenteren, rapporteren en documenteren zowel in gesproken als geschreven vorm. 3. Omgevingsgerichtheid Indicator: de student toont zich bewust van de sociaal‐maatschappelijke verantwoordelijkheid van zijn beroep. Plaats in het leerplan Het vak is bedoeld om de analytische vermogens van de studenten te ontwikkelen door studenten onderzoek te laten doen naar trends en ze trends met elkaar in verband te laten brengen i.h.k.v. wat deze betekenen voor de ontwikkeling van nieuwe diensten en produkten. Met deze kennis geeft de student blijk van een professionele houding t.a.v. het bedenken en beargumenteren van de context van digitale concepten en produkten in de maatschappij. Het denkraamwerk wat wordt aangeboden, kan tevens worden gebruikt tijdens de onderzoeksfase van de afstudeerscriptie. Werkwijze Het vak bestaat uit een introcollege in week 1 en vervolgens elke week een hoorcollege en een werkgroep waarin studenten vaaf week 4 individueel presenteren over trends op diverse niveaus. De docenten haken in op relevante actuele onderwerpen en behandelde stof. Aanwezigheid en participatie tijdens de werkgroepen verplicht. Max. 1 x afwezig met geldige reden. Lesstof Boek: BEING HUMAN – Microsoft research. (PDF download of boek > wordt uitgedeeld bij 1e college). Artikelen en readers die als pdf worden aangeboden. Criteria: ‐ De student heeft een trend op het gebied van communicatie, media, cultuur, design, business of techniek gekozen, geïndexeerd en geanalyseerd. ‐ De student heeft de geselecteerde trend vertaald in een schriftelijke rapportage: het trendrapport. Het trendrapport is minimaal 10 en maximaal 12 A4 groot, Arial/Helvetica 10 punts. Het trendrapport is in overtuigende en heldere stijl geschreven en bevat de klassieke opbouw van een onderzoeksrapport. ‐ De student heeft minimaal 3 blogposts incl uitleg op de klasseblog gezet Toetsing: Trendrapport en een presentatie. Blogposts op klasseblog. De criteria voor presentatie en rapport komen t.z.t. op het intranet. Herkansing: Herkansing bestaat uit een nieuwe presentatie houden of aanvulling van het rapport. Lesmateriaal: Wordt tijdens de lessen uitgedeeld.
____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
7
Lesprogramma: leswk 1
Hoorcollege Het vak, de opdrachten, de blog
Werkcollege Onderzoek doen ihkv TA (Hoogendorp)
Eindproduct Een probleemstelling + een vraagstelling
2
BEING HUMAN Hdst 1
Oefenen met onderwerpen, niveaus. Brainstormen
3
Trendpiramide en voorbeeldpresentatie
Def onderwerpkeuze
4
BEING HUMAN Hdst 2
Presentaties
Probleemstelling + vraagstelling over gekozen onderwerp
5
BEING HUMAN Hdst 3
Presentaties
6
The future of HCI
Presentaties
7
Presentaties
Trendrapport deadline
8
Presentaties
Trendrapport gecorrigeerd
9
____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
8
Vak: Cross Media Strategie Studiejaar: V2 Periode(s): Blok 1 Aantal ECTS: 4 Docent: Marianne Spier en Robert Crain Leerdoelen • De student krijgt inzicht in het ontwikkelen van een cross media communciatiestrategie. • De student krijgt inzicht in de cross mediale werking van de diverse mediumtypen, gedacht vanuit de doelgroep en klant waarvoor het plan wordt gemaakt. • De student kan een cross mediaplan uitwerken op basis van de huidige ontwikkelingen. • De student kan een demo produceren met tekstuele en visuele content voor een cross mediacampagne Competenties 1. Omgevingsgerichtheid Indicatoren: • Volgt de professionele ontwikkelingen van het vakgebied op nationaal én internationaal op de voet • Kan actuele kennis gebruiken om op basis van wensen en behoeften van opdrachtgevers en eindgebruikers interactieve media toepassingen te ontwikkelen; • Zoekt een creatieve en innovatieve oplossing passend bij de praktijksituatie. 2. Productie en beheerbekwaam Indicatoren o Kan zelfstandig voor een specifiek doel het juiste communicatiemiddel inzetten en beoordelen op kwaliteit en toepasbaarheid o Kan met recente vakinhoudelijke kennis en vaardighedn interactieve producten en diensten beoordelen op kwaliteit en relevantie 3. Communicatief en interactief vermogen Indicatoren o Kan communiceren met gebruikmaking van vakkennis en vaardigheden waarbij op gepaste wijze interactieve media wordt ingezet bij het overdragen van ideeën en concepten; o Kan in het Nederlands op professionele wijze presenteren, rapporteren en documenteren, zowel in gesproken als geschreven vorm; o Zet bij de communicatie op gepaste wijze diverse media in bij het overdragen van ideeën en concepten; 4. Creërend en interactief denkvermogen Indicatoren o Beschikt over een creatief en conceptueel denkvermogen en kan dit inzetten bij de ontwikkeling van een interactieve media oplossing o Kan visuele, economische,communicatieve en technologische aspecten integreren in de ontwikkeling van een interactieve media oplossing o Laat zien dat vanuit persoonlijke kennis, ervaring en visie een eigen identiteit en signatuur wordt ontwikkeld. Plaats in het leerplan Het doel van het vak is een marketingcommunicatiestrategie ontwikkelen, mediaplanning uitwerken en een begroting maken voor een cross mediacampagne. Cross Media bestaat uit een kruisbestuiving van verschillende media zoals theater, film, televisie, radio, print, Internet, games, mobiele devices en live‐events, waarbij de verschillende media informatie communiceren, welke deel uitmaken van een overkoepelende boodschap. Voor de campagne leer je vernieuwende en innovatieve cross media concepten ontwikkelen in demovorm. Het stukje design dat behandeld wordt is ondersteunend aan het vak Crossmedia en aan de meeste vakken en projecten die conceptuele en visuele ondersteuning nodig hebben. Lesstof Het vak behandelt de volgende onderwerpen: • Cross media communicatie • Geïntegreerde conceptontwikkeling ____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
9
• • •
Kennis en inzicht verwerven in alternatieve campagnetechnieken. Toepassen van alternatieve campagnetechnieken. Financieel management
Werkwijze Het lesprogramma bestaat uit 1 uur hoorcollege en 3 uur werkcollege. Vanuit bovengenoemde leerdoelen ga je in teams van drie een cross mediastrategie en campagne uitwerken voor een organisatie. Tijdens de hoorcolleges komen onderwerpen en thema’s aan bod die ondersteunend zijn aan bovengenoemde opdracht. Ook geeft het verdieping in concept ‐en alternatieve campagnetechnieken. De werkcolleges worden deels ingezet voor teamgesprekken (over de voortgang) en voor presentaties en werkvormen met de hele groep. De werkgroep is voor de uitvoering van je opdrachten en feedback. Presentatie van je opdrachten doe je vanuit je Crossmedia weblog. Criteria Het eindproduct voldoet aan de volgende criteria; • Het plan is geschreven in foutloos Nederlands. • Je hebt gebruik gemaakt van desk en fieldresearch. • In het plan zijn diverse media op gepaste wijze ingezet bij het crossmedia concept. • Het plan getuigt van inzicht in praktijksituaties die een creatieve en innovatieve oplossing vergen. • De juiste mediamix is toegepast binnen de context van het plan. • De uitgewerkte media en content sluiten aan bij de vooraf bepaalde doelgroep. Voldaan aan alle criteria levert een voldoende op. De volgende punten kunnen de beoordeling verhogen naar ruim voldoende, goed of uitmuntend: - Professionele werkhouding - Communicatieve vaardigheden - Constructieve rol binnen het groepsproces Toetsing Opdracht 1 ; Het schrijven van een cross media plan. (50% van eindbeoordeling) Opdracht 2; Het conceptualiseren, uitwerken en presenteren van de media die horen bij de cross mediacampagne. (50 % van eindbeoordeling) Voor alle opdrachten gelden verschillende AVV momenten. Dit is in de vorm van wekelijkse teamgesprekken tijdens de werkcolleges en door studenten onderling naar aanleiding van korte presentaties. In groepjes van 3 ontwikkelen de studenten het cross media plan. Elk team werkt het concept, bedacht vanuit de marketingcommunicatiestrategie in demovorm uit en presenteert het aan de klas in week 9. Herkansing In lesweek 3 van het volgend blok en de aanpassingen kunnen in week 3 worden ingeleverd. Literatuur: Verplichte literatuur: The Advertising Concept Book (Pete Barry) Aanbevolen literatuur: Basisboek Crossmedia concepting Indira Reijnaert Lesprogramma leswk Hoorcollege Werkcollege Eindproduct 1 Medialandschap Briefing Debriefing Doelgroepen Teams samenstellen Klant kiezen 2 Cross media communicatie Debriefing en moodboard Omgevingsanalyse, doelstellingen, strategie presenteren. debriefing 3 Communicatie Voorbeelden presenteren Plan versie 0.1 instrumenten en creatieve van cross media, guerilla en ____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
10
ontwikkelingen 4 5 6 7 8
Ontwikkelen van strategieen en ideeen Ontwikkelen van strategieen Het ontwikkelen van een campagne Mediasynergie concept eindpresentaties Inleveren plan
9 10
Eindpresentaties Inleveren plan
social media campagne Present Herkennen van een goed concept. Ontwikkelen concept. Ideenoterend tekenen. Visualiseren concept
Conceptdocument Conceptdocument Campagnevoorstel
Presentaties in 5 minuten.Aan plan werken en uitwerking media. concept eindpresentaties Inleveren plan reces
Aangescherpt concept en plan incl. mediaplan
Eindpresentaties Inleveren plan
Eindpresentaties Inleveren plan
concept eindpresentaties Inleveren plan
____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
11
Vak: Serious Games Studiejaar: V2 Periode(s): Blok 1 Aantal ECTS: 4 Docent: Jurriaan van Rijswijk Leerdoelen • Parate kennis over speltheorie, (serious) gaming en belangrijke trends en ontwikkelingen in de game industrie; • In teamverband uitwerken van ideeën voor een serious game passend binnen een mediastrategie; • Vertalen van wensen opdrachtgever in plan van aanpak; • Stappen voor de ontwikkeling en productie van een serious game Competenties Omgevingsgerichtheid Indicatoren: • Volgt de professionele ontwikkelingen van het vakgebied op nationaal én internationaal op de voet • Kan actuele kennis gebruiken om op basis van wensen en behoeften van opdrachtgevers en eindgebruikers interactieve media toepassingen te ontwikkelen; Productie en beheerbekwaam Indicatoren • Kan zelfstandig voor een specifiek doel het juiste communicatiemiddel inzetten en beoordelen op kwaliteit en toepasbaarheid • Kan met recente vakinhoudelijke kennis en vaardighedn interactieve producten en diensten beoordelen op kwaliteit en relevantie Communicatief en interactief vermogen Indicatoren • Kan communiceren met gebruikmaking van vakkennis en vaardigheden waarbij op gepaste wijze interactieve media wordt ingezet bij het overdragen van ideeën en concepten; • Kan in het Nederlands op professionele wijze presenteren, rapporteren en documenteren, zowel in gesproken als geschreven vorm; Creërend en interactief denkvermogen Indicatoren • Beschikt over een creatief en conceptueel denkvermogen en kan dit inzetten bij de ontwikkeling van een interactieve media oplossing • Kan visuele, economische,communicatieve en technologische aspecten integreren in de ontwikkeling van een interactieve media oplossing Plaats in het leerplan Bij serious games worden concepten en technologieën uit de gaming en interactieve digitale media industrie ingezet voor niet‐entertainment omgevingen. Serious Gaming is toegepaste gaming die in het bedrijfsleven, onderwijs en bij non‐profitorganisaties als krachtig middel ingezet kan worden bij onder andere campagnes, educatie, training en voorlichting. Werkwijze Het lesprogramma bestaat uit 2 uur hoorcollege (voltallig) en 2 uur werkcollege in zelf samen te stellen groepjes per klas bestaand uit bij voorkeur 3, maar maximaal 4 deelnemers. Presentaties • Wat is een game? • Game design, theorie en praktijk • Game ontwerp met gamemaker • Gaming en complexe besluitvormingsbegeleiding • Geschiedenis van computer games • De sociale en economische aspecten van online gaming • Serious games a playfull introduction • Games and the influence on corporate IT • Design in games ____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
12
Criteria Theoretische toets • Multiple choice: binair t.o.v. vooraf vastgestelde en vastgelegde antwoorden. • Open vragen: de mate waarin de gebruikte woordkeuze in context overeenkomen met wat hier in de gebruikte en aangeboden literatuur wordt gezegd. Praktijktoets Creativiteit De kracht van het idee. Het concept moet uniek zijn (niet eerder in deze vorm zijn gedaan) en opvallen in creatief opzicht. En moet kunnen passen in een totale media strategie van een campagne. Strategie Het vernuft van het concept. Is er slim nagedacht over de doelstelling, de doelgroep en de in te zetten middelen? Uitvoerbaarheid Een leuk idee alleen is niet genoeg, het daadwerkelijk kunnen realiseren van het concept is zeer belangrijk voor de ontwikkelde concepten. Potentieel Kan het concept het gewenste resultaat halen? Is het bijvoorbeeld realistisch dat de geprognosticeerde kijkcijfers gehaald gaan worden, kan het concept zich commercieel zelfstandig bedruipen of gaat het concept door de beoogde doelgroep gebruikt worden. Voldaan aan alle criteria levert een voldoende op Wanneer minimaal is voldaan aan bovenstaande criteria wordt eveneens op de volgende punten beoordeeld: • Professionele werkhouding. • Constructieve rol binnen het groepsproces. • Halen van deadlines • Werken in teamverband • Professionele werkhouding • Visie en inzicht • Originaliteit en creativiteit • Zakelijk inzicht Beoordeling van het concept is onderdeel van de totale beoordeling en ‘weegt’ even zwaar mee als de theorie. Toetsing Theoretische toets (combinatie van multiple choice en open vragen) en een praktijktoets a.d.h.v. de eindpresentatie aan opdrachtgever en docent van het ontwikkelde gameconcept. Binnen iedere groep worden de taken per onderdeel verdeeld en volgt een beoordeling per groep en student. Herkansing In het volgende blok in week 3 wordt zowel het tentamen als het concept herkanst. Literatuur Verplichte literatuur: A theory of fun for game design, Raph Koster (Paraglyph Press, 2005)
____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
13
Vak: Interactief Scenarioschrijven Studiejaar: V2 Periode(s): Blok 2 Aantal ECTS: 4 Docent(en): Ruud Hendriks Leerdoelen • De student heeft kennis van en inzicht in de theorie van het scenarioschrijven. • De student beheerst de technische voorwaarden waar een scenario aan behoort te voldoen. • De student is in staat een idee voor een (interactieve) audiovisuele productie voor de nieuwe media op waarde in te schatten. • De student is in staat een idee voor een (interactieve) audiovisuele productie voor de nieuwe media te formuleren in een dynamische logline. • De student is in staat om in de fase van de idee‐ontwikkeling de beoogde audiovisuele productie in onderdelen te structureren. • De student is in staat in de fase van de idee‐ontwikkeling in te schatten op welke wijze de potentie van het idee kan worden benut en met behulp van welke media. • De student beheerst de vaardigheden en kennis, die nodig is voor de ontwikkeling van een format voor een interactief tv‐programma. • De student is in staat het (interactieve) scenario, te ontwikkelen als onderdeel (pilot of sample) van het te ontwikkelen format. • De student beheerst de benodigde methoden voor onderzoek en research, welke nodig zijn voor de ontwikkeling van het idee tot een volwaardig interactief scenario. Competenties 1. Creerend en interactief denkvermorgen De beginnende IAM professional is in staat om visie, ideeën, kennis en vaardigheden te combineren om tot effectieve en vernieuwende oplossingen voor IAM vraagstukken te komen. Indicatoren: • Beschikt over een creatief en conceptueel denkvermogen en kan dit inzetten bij de ontwikkeling van interactieve oplossingen van beperkte omvang. Dat wil zeggen qua technische complexiteit, aantal doelgroepen, content en (bedrijfs‐)context; • Heeft kennis gemaakt met het integreren van visuele, technologische, communicatieve én economische aspecten bij de ontwikkeling van een interactieve oplossing; • Laat zien dat vanuit persoonlijke kennis, ervaring en visie een eigen identiteit en signatuur wordt ontwikkeld. 2. Communicatief vermogen
3.
De beginnende IAM professional is in staat te communiceren over een visie, de ontwikkeling en productie/beheer van een interactieve media oplossing, zowel in een multidisciplinair team als met opdrachtgevers en eindgebruikers. Indicatoren: • Kan zich inleven in en communiceren met opdrachtgevers en eindgebruikers; • Zet bij de communicatie op gepaste wijze diverse media in bij het overdragen van ideeën en concepten; • Kan in het Nederlands foutloos presenteren, rapporteren en documenteren zowel in gesproken als geschreven vorm; • Kan in het Engels eenvoudige documenten opstellen en presentaties houden; • Is bekend met verschillende (bedrijfs)niveaus binnen een (project‐) organisatie. Omgevingsgerichtheid De beginnende IAM professional getuigt van een onderzoekende houding waarin hij op basis van oriëntatie en analyse op de hoogte is van relevante professionele en maatschappelijke ontwikkelingen op het gebied van interactieve media. Hij kan deze
____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
14
4.
5.
6.
kennis in de context van een opdracht plaatsen en houdt daarbij rekening met de behoeften en de wensen van de opdrachtgever. Indicatoren: • Weet relevante kennis te selecteren uit diverse bronnen die aansluit bij de wensen en behoeften van opdrachtgevers en doelgroepen; • Zoekt een creatieve en innovatieve oplossing passend bij de praktijksituatie; • Toont zich bewust van de sociaal‐maatschappelijke verantwoordelijkheid van zijn beroep; • Toont een kritische houding t.o.v. zijn/haar eigen professionele ontwikkeling. Productie en beheer bekwaam De beginnende IAM professional kan een substantiële bijdrage leveren aan interactieve media projecten en kan multimedia objecten produceren, implementeren en beheren op basis van aangeleverde ontwerpspecificaties. Indicatoren: • Kan zelfstandig, vanuit meerdere beroepsrollen, meewerken aan een IAM project; • Kan zelfstandig aan de hand van specificaties van de opdrachtgever een prototype testen; • Kan multimedia content produceren; • Kan, binnen de context van een aangereikte case, de juiste communicatiemiddelen onderscheiden; • Kan recente vakinhoudelijke kennis en vaardigheden inzetten bij het produceren en beheren van interactieve producten en diensten. Multidisciplinaire samenwerking en managementvaardigheden De beginnende IAM professional kan adequaat samen‐werken met anderen in een multiculturele, internationale en/of multidisciplinaire beroepsomgeving. Kan op startersniveau leidinggevende‐, en managementtaken uitvoeren. Indicatoren: • Kan onder begeleiding zelfstandig en resultaatgericht werken en kan meedenken over de doelen en inrichting van de (project) organisatie; • Kan samenwerken in multidisciplinaire groepen, in een arbeidsorganisatie of projectteam; • Kan doel‐ en klantgericht denken en handelen; • Kan verschillende stijlen van leidinggeven onderscheiden en past deze toe op basis van het samenwerkingsproces; • Kent de verschillende vakgebieden en het bijbehorende jargon die te maken hebben met de ontwikkeling van interactieve media oplossingen. Methodisch en reflectief denken en handelen De beginnende IAM professional is in staat methodisch te werken en om op zijn eigen professionele ontwikkeling en beroepshandelingen te reflecteren. Indicatoren: • Kan gericht reflecteren op de eigen beroepsontwikkeling en leerdoelen formuleren; • Kan de juiste methode kiezen voor het werken aan een interactieve media project op basis van vakkennis en ervaring; • Ontwikkelt een beroepshouding die getuigt van respect voor anderen en besef van ethische en maatschappelijke aspecten en integreert dit in het beroepsmatig handelen en verkent hierbij zijn grenzen; • Maakt actief kennis met het beroepenveld.
Plaats in het leerplan De student leert een (interactief) scenario te ontwikkelen, vanuit een helder geformuleerd idee, uitgewerkt via een goed doordacht, weloverwogen en helder gestructureerd plan. Het interactieve scenario kan verschillende mediavormen dienen, zoals film, televisie, games, internet en mobiele devices. De student leert voorts het (interactieve) scenario op te nemen als “pilot” (of sample) binnen een format zoals dat in nauwe samenwerking met het vak “Televisie & Interactie” wordt ontwikkeld. ____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
15
Werkwijze Stapsgewijs doorloopt de student het schrijftraject voor een audio‐visuele productie: ontwikkeling van het idee, onderzoek, scenes schrijven, rangschikken en structureren en uiteindelijk de oplevering van het scenario. Bij iedere bijeenkomst wordt deels de theorie van het schrijven behandeld en wordt het scenario in ontwikkeling van de student besproken. Daarnaast worden steeds de stappen doorgenomen die gezet moeten worden in de opbouw van het scenario. Belangrijk is dat de student zélf een scenario ontwikkelt en dat deze zelf het onderzoek verricht. • De hoorcolleges behandelen in hoofdlijn de theorie van het scenarioschrijven, waarbij het accent ligt op de directe toepasbaarheid, dat wil zeggen: die theorie waarmee vanaf het eerste idee direct kan worden ontwikkeld én die samengaat met de theorie die toepasbaar is als (dramaturgische) analyse. • De werkcolleges dienen in hoofdlijn om de theorie direct in praktijk te brengen: werkvormen waarbij de student leert het (interactieve) scenario (én format) uit te werken volgens een strak gestructureerd schrijfproces. Lesstof 1. Het idee • Wat is een goed idee? • Wat zijn de voorwaarden voor een goed idee? • Beweging krijgen in een idee • Formulering van het idee: doelstelling, logline, premisse • De “drieledigheid” van het idee: eerste voorbode op het scenario 2. Van logline naar synopsis • De kernvragen: Wat?, Wie?, Waar?, Wanneer?, Waarom, Hoe? (Hoeveel?) • Genre vs boodschap, verhaal en doelgroep • Wat is een synopsis? • De logline ontwikkelen tot synopsis • Controle logline en synopsis: analyse 3. Het scenario • Wat is een scenario? • De basis‐kenmerken van een scenario • De formattering van een scenario • Scenario in opdracht, origineel scenario, scenario‐adaptatie •Schrijven in de taal van de cinematografie: visualiseren en verklanken 4. Scenariotheorie • Het schrijftraject: idee, logline, premisse, synopsis, treatment, scenario • Overzicht scenariotheorie • Field’s drie‐akten‐theorie • Beukenkamp’s cyclisch conflictmodel • Vogler’s “Hero’s Journey” 5. Structuur en inhoud vs vorm • Belang van de premisse • Het verhaal in structuur uitzetten: “Story” versus “Structure” • De kernpunten in het verhaal/de vertelling • Verband tussen inhoud en vorm 6. Analyse van het scenario • De tools van de analyse • Kritiek: vanuit de centrale doelstelling beargumenteren • De voorwaarden formuleren voor de rewrite ____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
16
Criteria Voldaan aan hieronder genoemde criteria levert een voldoende op: 1. Hoofdopdracht De hoofdopdracht omvat het interactieve scenario, inclusief logline, synopsis, scenelijst, schematische structuur conform de scenariotheorie. • De student levert aan het eind van het blok de hoofdopdracht verzorgd en ingebonden in • De student verwerkt de lesstof in de hoofdopdracht: de stappen van het schrijfproces, de toepassing van de scenariotheorie, de juiste formattering van het scenario • De hoofdopdracht is in foutloos Nederlands geschreven 2. Discipline, professionaliteit De volgende aandachtspunten betreffen de werkhouding, individueel en in teamverband. • De student is pro‐actief, heeft alle deadlines gehaald en was op tijd voor én aanwezig tijdens alle colleges • De student communiceert constructief over zijn eigen werk én over het werk van anderen • De student past kritiek, zelfkritiek en analyse toe volgens de richtlijnen zoals behandeld in de lesstof Toetsing 1. Theoretisch tentamen tussen de 8e en 9de lesweek • Theorie scenarioschrijven (reader en vakboek; zie lesmateriaal) • Analyse scenario om inzicht te kunnen toetsen 2. Oplevering hoofdopdracht (interactief scenario) tijdens laatste les. • Toetsing onderdelen: logline, premisse, doelstelling, synopsis, structuur, uitwerking scenario • Discipline: navolging schrijfproces, juiste formattering • Creativiteit en inzicht: balans inhoud en vorm, relevantie interactieve component 3. De volgende punten kunnen de beoordeling van een voldoende verhogen naar ruim voldoende, goed of uitmuntend: • Werken in teamverband • Visie en inzicht • Originaliteit en creativiteit • Analytisch vermogen Lesmateriaal Verplichte literatuur en tentamenstof: 1. De reader “Scenarioschrijven”. Deze omvat fragmenten uit oa: • Screenplay: The Foundations of Screenwriting | Syd Field • The Writer’s Journey | Christopher Vogler • De Verborgen Schrijver| Ger Beukenkamp • Story: Substance, Structure, Style and The Principles of Screenwriting | Robert Mckee 2. “Kill Your Darlings: Scenarioschrijven voor Film en TV”, van Rogier Proper Uitgeverij Bert Bakker – 2007 | ISBN 978 90 351 2837 8. www.kill‐your‐darlings.nl www.uitgeverijbertbakker.nl Aanbevolen literatuur: • Art of Computer Game Design | Chris Crawford • Manufacturing Consent: The Political Economy of the Mass Media | Noam Chomsky, Edward S. Herman Lesprogramma Het lesprogramma voor Interactief Scenarioschrijven gaat deels samen met het lesprogramma voor Televisie en Interactie (docent: Ron Toekook). Het interactieve scenario is onderdeel van het tv‐format, zoals dat wordt ontwikkeld als hoofdopdracht voor Televisie en Interactie. Week 1: • Donderdag: Van idee naar logline ____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
17
Week 2: Week 3: Week 4: Week 5: Week 6: scenario Week 7: Week 8: Week 9: Week 10:
• Vrijdag: Formulering en uitwerking idee en logline • Donderdag: Van logline naar synopsis • Vrijdag: Uitwerking logline naar synopsis • Donderdag: Het interactieve scenario en het tvformat • Vrijdag: Structureren narratieve en interactieve onderdelen • Donderdag: Van synopsis naar treatment • Vrijdag: Uitwerking synopsis naar treatment • Donderdag: Van treatment tot scenario (eerste versie) • Vrijdag: Uitwerking treatment, ontwikkeling scenes, scenelijst • Donderdag: Kritiek en analyse (n.a.v. eerste versie scenario) • Vrijdag: Evaluatie, doelstellingen formuleren t.b.v. tweede versie interactief • Donderdag: Gastcollege (scenarioschrijven film/tv) • Vrijdag: Projectgerichte evaluatie t.b.v. tweede versie interactief scenario. • Donderdag: Kritiek en analyse (n.a.v. tweede versie interactief scenario) • Vrijdag: Feedback, kritiek n.a.v. tweede versie interactief scenario • Donderdag: Theorietentamen • Vrijdag: Inleveren hoofdopdracht (interactief scenario), deadline: 16.00 uur • Donderdag: Feedback/evaluatie theorietentamen • Vrijdag: Feedback/evaluatie hoofdopdracht
____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
18
Vak: Televisie + Interactie Studiejaar: V2 Periode(s): Blok 2 Studiepunten: 4 Docenten: Rob Prass Leerdoelen • Bedenken, uitwerken en pitchen van een TVformat met een interactief karakter • Kennis vergaren over de tv‐branche en haar stakeholders • Inzicht krijgen in de rol van TV binnen het nationale en internationale medialandschap • Succesfactoren en trends bij tv‐producties • Visieontwikkeling op mogelijke toekomstscenario’s voor TV en Interactie • Televisie en interactie effectief samenvoegen, hoe doe je dat? • Budgetteren en financieren & verdienmodellen van het TVformat • Crossmedialiseren van een TVformat • Meetbaarheid van TVformats Competenties Creërend & Interactief denkvermogen - Beschikt over een creatief en conceptueel denkvermogen en kan dit inzetten bij de ontwikkeling van een interactieve media oplossing - Kan visuele, economische, communicatieve en technologische aspecten integreren in de ontwikkeling van een interactieve media oplossing. Communicatief denkvermogen - Kan zich inleven in, communiceren met en adviseren aan opdrachtgevers en eindgebruikers. Omgevingsgerichtheid - Kan actuele kennis gebruiken om op basis van wensen en behoeften van opdrachtgevers en eindgebruikers interactieve media toepassingen te ontwikkelen. - Handelt vanuit het besef van de sociaal‐maatschappelijke verantwoordelijkheid van zijn beroep. - Volgt de professionele ontwikkelingen van het vakgebied op nationaal en internationaal niveau op de voet. Productie en beheer bekwaam - Kan prototypes (laten) testen bij eindgebruikers en/of opdrachtgevers Multidisciplinaire samenwerking en managementvaardigheden - Kan doel‐, resultaat‐, en klantgericht handelen Methodisch en reflectief denken en handelen - Toont een beroepshouding die getuigt van respect voor anderen en besef van ethische en maatschappelijke aspecten bij het beroepsmatige handelen. Plaats in het leerplan Televisie & Interactie volgen de studenten in het tweede blok. Hierdoor kunnen de studenten de opgedane kennis uit het eerste blok bij ‘cross media’ en ‘serious gaming’, direct toepasbaar maken. Bij interactief scenarioschrijven leren de studenten de TVformats inhoudelijke verder uit te schrijven. Werkwijze Theoretische hoorcolleges en werkcolleges. Tijdens de hoorcolleges is het vooral kennis vergaren aan de hand van praktijkvoorbeelden. In de werkcollege’s zullen studenten een TVformat bedenken, uitwerken en pitchen. Waar de ene student meer de verdieping zal zoeken in het verzinnen van een briljant nieuw format, ziet de andere student meer de uitdaging in de interactieve uitwerking van een bestaand format. Alle studenten zullen bij de ontwikkeling van hun format, de focus leggen bij innovatie, huidige trends en interactiviteit. Lesstof De belangrijkste onderwerpen die bij dit vak aan bod komen zijn: ‐ TV van vroeger tot nu ‐ Succesvolle formats, trends & marktontwikkelingen ‐ Doelgroepgeorienteerde TVformats en interactieve‐, en crossmediale‐ mogelijkheden ____________________________________ 19 Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
‐ Business development & Future Tv‐scenario’s De studenten krijgen kennis over de ontwikkelingen van de afgelopen decennia binnen het televisielandschap. Vervolgens ligt de focus op recente ontwikkelingen, trends en mogelijke toekomstscenario’s. Nadat de horizon van de studenten is verbreed met informatie over belangrijke stakeholders binnen de tv‐branche, hebben de studenten voldoende fingerspitzegefuhl ontwikkeld om bestaande formats te analyseren en hierover een mening te vormen. Na de hieraan voorafgaande introductie; is de student klaargestoomd om groepsgewijs een nieuw format te ontwikkelen, waarbij doelgroepgerichtheid, interactiviteit en innovatie de belangrijkste focuspunten zijn. Werkwijze Het vak bestaat uit acht hoorcolleges en 8 werkcollege’s. Tijdens de werkcollege’s ga je aan de slag met 2 praktijkopdracht(en): a. Onderzoek naar trends in technieken en formats, succesfactoren van de TVformats, de doelgroepgerichtheid en de doorontwikkel‐mogelijkheden. b. Het groepsgewijs ontwikkelen en uitwerken van een –‘interactief’‐ TVformat Studenten worden actief betrokken bij de inhoud en de werkwijze van het vak onder meer door intensief – in teams en individueel – tijdens de werkgroepen met de theorie en opdrachten aan de slag te gaan. Na het volgen van dit vak hebben studenten een heldere visie op TV en haar interactieve mogelijkheden. Criteria Onderzoeksopdracht en expertpresentatie • Onderzoek: de student heeft zelfstandig onderzoek verricht naar de kenmerken en ontwikkelingen van een bestaand format, wat relevante en bruikbare informatie voor de presentatie heeft opgeleverd. • Kennis: de student toont zich in de presentatie expert tav dit specifieke format, de producent en de broadcaster • Inzicht: de student kan vragen uit de klas en van de docenten correct en adequaat beantwoorden • Samenwerking: de student heeft constructief samengewerkt met zijn/haar team en een aantoonbare bijdrage geleverd aan de presentatie c.q. workshop. Praktijkopdracht TVformat met interactie • Theorie toepassen: de student toont aan de theorie en –terminologie uit de colleges op een juiste en relevante manier te gebruiken tbv het TVformat • Techniek, trends en succesfactoren: de student weet de informatie uit de colleges te gebruiken bij het selecteren van de meest effectieve aanpak tbv het TVformat en tevens deze keuzes te onderbouwen. • Format: de student heeft een innovatief format ontwikkeld wat op geloofwaardige manier tot interactie tussen zender en doelgroep leidt. • Uitwerking: In de uitwerking van het format toont de student aan rekening te houden met factoren die van invloed zijn op de gebruiker en het communicatieproces zoals: motivatie, perceptie, cultuur, omgeving, ethiek e.d. • Expertpresentatie met het team (25% van eindbeoordeling) • Voortgang en eindpresentatie van de praktijkopdracht (60% van eindbeoordeling) • Individuele bijdrage aan de uitwerking van het TVformat (25%) Studenten voeren de onderzoeksopdracht uit in teams van 2 personen. Elk team presenteert de onderzoeksresultaten in de klas in de vorm van een korte les c.q. workshop. De beoordeling van ieders individuele prestatie wordt gedaan in een team assessment. Wanneer het team onvoldoende behaalt dient de presentatie in wk 8 opnieuw te worden gedaan. Lesmateriaal Nog onbekend ____________________________________ 20 Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
leswk Hoorcollege 1 TV ‐van vroeger tot nu TV local versus TV global 2 3
TV branche en haar stakeholders Succesfactoren, trends & ontwikkelingen
4
Future scenario’s
5
Financiën, verdienmodellen & meetbaarheid TV en ethiek Debatcollege
6 7
Gastcollege
8
Gastcollege
9 10
Geen college
Werkcollege Briefing Teams samenstellen Format kiezen Presentatie bestaand TVformat (1+2)
Eindproduct Planning & taakverdeling
Presentatie bestaand TVformat (3+4)
Onderzoek + conclusies + 3 eerste ideeën format. Inclusief visuals Doorontwikkeling format
Presentatie bestaand TVformat (5+6) Presentatie bestaand TVformat (7+8)
Plan van aanpak & debriefing
Doorontwikkeling format
Presentatie bestaand TVformat (9+10) Presentatie bestaand TVformat(11+12) Presentatie bestaand TVformat (herkansingen) Herfstreces
Presentatie eerste format‐ materiaal Creativity Exchange
Format Pitches en inleveren bijbehorende schriftelijke documentatie
Individuele assessments en beoordeling.
Proefpitches
____________________________________ Interactieve Media, studiejaar 2010‐11 Manual Verdiepingsfase CC V2 Blok 1&2
21