Maatschappijwetenschappen Staatsexamen havo Programma van toetsing en afsluiting (vernieuwde profielstructuur)
2010
havo maatschappijwetenschappen
Inhoudsopgave Opzet van het examen ...................................................................................................................... 3 Het examenprogramma..................................................................................................................... 3 Beschrijving eindtermen .................................................................................................................... 4 Het centraal examen ......................................................................................................................... 4 Het commissie-examen ..................................................................................................................... 4 De beoordeling van het commissie-examen ...................................................................................... 5 Het eindcijfer ..................................................................................................................................... 5 Bijlage 1: Basispakket toegestane hulpmiddelen ............................................................................... 6
2
havo maatschappijwetenschappen
Maatschappijwetenschappen Opzet van het examen Het examen bestaat uit een centraal examen en een commissie-examen. Het centraal examen is gelijk aan het centraal examen van de scholen. Het commissie-examen bestaat uit een mondeling examen. Het examenprogramma Maatschappijwetenschappen Domein A1: Vaardigheden
Domein B: Politieke besluitvorming Domein C: Massamedia
Domein D: Multiculturele samenleving
Domein E: Mens en werk
Domein F: Criminaliteit en rechtsstaat
Subdomein A1: Informatievaardigheden Subdomein A2: Onderzoeksvaardigheden Subdomein A3: Benaderingswijzen Subdomein A4: Oriëntatie op studie en Beroep Subdomein B1: Politieke structuren Subdomein B2: Actoren in het proces van politieke besluitvorming Subdomein C1: Communicatie en massamedia Subdomein C2: Massamedia en technologische ontwikkelingen Subdomein C3: Massamedia en de Overheid Subdomein C4: Massamedia en Commercie Subdomein C5: Massamedia en cultuur Subdomein D1: Multiculturele samenleving Subdomein D2: Overheidsbeleid Subdomein D3: Maatschappelijke positie Subdomein D4: Cultuur en discriminatie Subdomein E1: Politieke visies en Verzorgingsstaat Subdomein E2: Arbeidsverhoudingen Subdomein E3: Arbeidsverdeling Subdomein E4: Arbeid en informatisering Subdomein E5: Betekenis en waardering van werk Subdomein F1: Criminaliteit en samenleving Subdomein F2: De rechtsstaat Subdomein F3: Overheidsbeleid Subdomein F4: Functies van straffen Subdomein F5: Oorzaken van criminaliteit
3
centraal examen X X X
commissieexamen X X X X
X X
X X
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
havo maatschappijwetenschappen
centraal examen
commissieexamen
Domein G: Milieu en beleid
Subdomein G1: Milieu als maatschappelijk probleem Subdomein G2: Overheid Subdomein G3: Maatschappelijke organisaties Subdomein G4: Mondiaal niveau Subdomein G5: Milieu en cultuur Domein H: Subdomein H1: OntwikkelingssamenOntwikkelingssamenwerking werking en beleid Subdomein H2: Nationale en internationale organisaties Subdomein H3: Economische betrekkingen Subdomein H4: Ontwikkelingssamenwerking en cultuur Beschrijving eindtermen Een beschrijving van de eindtermen is te vinden op www.examenblad.nl, kies linksboven: 2010 > havo > maatschappijwetenschappen > Syllabus 2010 maatschappijwetenschappen, havo > punt 3: Specificatie van de globale eindtermen voor het CE en bijlage: Examenprogramma. Het centraal examen Het centraal schriftelijk examen bestaat uit één zitting van 180 minuten tijdens het centraal examen (zie examenrooster). Het gebruik van het basispakket hulpmiddelen is toegestaan (voor basispakket hulpmiddelen zie bijlage 1). Er worden geen vragen gesteld over die onderdelen die zich naar hun aard niet lenen voor centrale examinering, waaronder vaardigheden die uitdrukkelijk een computer als werkstation vereisen. Het commissie-examen Het commissie-examen bestaat uit een mondeling examen en vindt plaats in juli (op scholen voor v.s.o. in juni/juli). Gedurende twintig minuten voorafgaand aan het mondeling examen, krijgt de kandidaat een casus te bestuderen. Daarbij worden de kandidaat één of meer artikelen voorgelegd over een maatschappelijk vraagstuk uit een van de domeinen. Tijdens de voorbereiding is het gebruik van het zelf meegebrachte basispakket toegestane hulpmiddelen toegestaan (voor basispakket hulpmiddelen zie bijlage 1). Bij het mondeling commissie-examen van 40 minuten wordt aandacht besteed aan: 1. een casus over maatschappelijke onderwerpen. Over deze casus worden vragen gesteld, waarbij wordt nagegaan of de kandidaat de informatie heeft begrepen en verwerkt en een standpunt kan innemen of een conclusie kan trekken.
4
havo maatschappijwetenschappen
2. algemeen deel: vragen over de overige domeinen Het beantwoorden van vragen over kennis en inzicht van één of meer maatschappelijke vraagstukken. De kennis van de aangewezen domeinen wordt getoetst in combinatie met de vaardigheden en benaderingswijzen uit domein A. De beoordeling van het commissie-examen Voor het commissie-examen worden de volgende deelcijfers gegeven: - één deelcijfer voor het beantwoorden van vragen over maatschappelijke vraagstukken aan de hand van de casus: deelcijfer a - één deelcijfer voor het beantwoorden van vragen over maatschappelijke vraagstukken over de overige domeinen (subdomeinen) behorend tot de examenstof van het commissie- examen deelcijfer b Het cijfer voor het commissie-examen wordt als volgt berekend: (2a + 3b) : 5, afgerond op 1 decimaal. Het eindcijfer Het eindcijfer wordt als volgt berekend: (het cijfer voor het centraal examen + het cijfer voor het commissie-examen) : 2, afgerond op een geheel getal.
5
havo maatschappijwetenschappen
Bijlage 1: Basispakket toegestane hulpmiddelen Het basispakket, bestaande uit: - een Nederlands woordenboek; - schrijfmateriaal incl. millimeterpapier; - tekenpotlood; - blauw en rood kleurpotlood; - liniaal met millimeterverdeling; - passer; - geometrische driehoek; - vlakgum; - elektronisch rekenapparaat. Naast de grondbewerkingen tevens beschikken over toetsen voor π, x y, x 2, 1/x of x –1 en sin/cos/tan in graden (en hun inversen). Niet toegestaan is: - lichtnetaansluiting tijdens het examen, - opladen tijdens het examen, - schrijfrol, - alarm of ander geluid, - alfanumeriek (letters op scherm), - grafieken weergeven, - zend- of ontvanginstallatie.
6