Maatschap Gynaecologie
Hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap
Diaconessenhuis Leiden
Hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap
Inleiding U bent opgenomen op de afdeling gynaecologie. Deze folder geeft informatie over hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap. Doel van de ziekenhuisopname is de bewaking van uw gezondheid en die van uw baby. Bij het lezen van de folder is het goed u te realiseren dat uw persoonlijke situatie anders kan zijn. Stel daarom uw specifieke vragen aan de gynaecoloog of verpleegkundige. In deze folder leggen wij uit wat zwangerschapshypertensie is en welke klachten, symptomen en complicaties hierbij kunnen optreden. Daarnaast staat beschreven wat u in grote lijnen kunt verwachten tijdens uw opname in het ziekenhuis. Hebben u of uw partner na het lezen van de folder nog vragen, aarzel dan niet en bespreek deze met de dienstdoende arts of met een verpleegkundige. Het meten van de bloeddruk De bloeddruk wordt gemeten door de verpleegkundige. De bloeddruk wordt aangegeven in een lage en een hoge waarde: de onder- en de bovendruk. Tijdens uw verblijf in het ziekenhuis wordt de bloeddruk meerdere malen per dag opgenomen. De bloeddruk kan wisselen. Zo kan het gebeuren dat na het bezoek uw bloeddruk ineens iets hoger is. Hoge bloeddruk of hypertensie Hoge bloeddruk die ontstaat tijdens de zwangerschap, noemt men zwangerschapshypertensie Men spreekt van zwangerschapshypertensie als de waarde van de onderdruk meer dan 20 mmHg hoger is dan in het begin van de zwangerschap. Naarmate de onderdruk stijgt (>90 mmHg) is er een grotere kans op complicaties. Voor de bovendruk wordt 140 mmHg als grens aangehouden. Kans op hypertensie in de zwangerschap Bij de meeste vrouwen is het niet duidelijk waarom zij tijdens de zwangerschap een hoge bloeddruk krijgen. Mogelijk spelen de aanleg en de ontwikkeling van de placenta in de eerste helft van de zwangerschap een rol. Vermoedelijk zijn er ook erfelijke factoren. Voorkomen van hoge bloeddruk in de zwangerschap Voor gezonde vrouwen, die voor hun zwangerschap geen ziekten hadden, zijn geen zinvolle maatregelen bekend om een hoge bloeddruk te voorkomen. De gevaren van een hoge bloeddruk Bij een hoge bloeddruk kunnen complicaties optreden bij moeder en kind. De nieren en lever van de moeder kunnen tijdelijk slechter gaan functioneren en er kunnen afwijkingen in de bloedstolling ontstaan. Verder kan de werking van de placenta achteruitgaan. Hierdoor komen er minder voedingsstoffen bij de baby en dit kan leiden tot groeivertraging.
2
Diaconessenhuis Leiden
Hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap
De kans op deze complicaties is over het algemeen niet groot bij een lichte verhoging van de bloeddruk (onderdruk tot 90 mmHg). Maar de complicaties nemen toe naarmate de bloeddruk hoger wordt. Klachten en verschijnselen Veel vrouwen met een hoge bloeddruk in de zwangerschap hebben geen klachten. Als er wel klachten zijn dan kan men denken aan: opgezwollen handen, enkels of gezicht, tintelingen in de vingers, gezichtsstoornissen zoals sterretjes of lichtflitsen zien, hoofdpijn, pijn of knellend gevoel in de bovenbuik, misselijkheid en braken. Omdat de klachten en symptomen in korte tijd snel kunnen veranderen, is het belangrijk dat u hiervan direct melding maakt bij de verpleegkundige. Complicaties Als er naast een verhoogde bloeddruk ook sprake is van eiwitverlies in de urine, dan spreekt men van pre-eclampsie. Een complicatie die bij pre-eclampsie kan optreden is het HELLP-syndroom. De letters HELLP staan voor Hemolysis, Elevated Liverenzymes & Low Platelets. Het HELLP-syndroom wordt gekenmerkt door bloedafbraak, gestoorde leverfunctie en daling van bloedplaatjes met stollingsproblemen als gevolg. Een andere complicatie bij pre-eclampsie is het optreden van toevallen die lijken op stuipen, zoals deze bij epilepsie worden gezien. Bij een ernstige groeivertraging van de baby kan de gynaecoloog besluiten om een keizersnede (sectio) te verrichten. Onderzoek U heeft bedrust voorgeschreven gekregen, vaak wel met de vrijheid om te douchen en naar het toilet te gaan. U krijgt eventueel uit voorzorg een infuusslangetje in de arm waardoor medicijnen kunnen worden toegediend. Tijdens uw opname worden er (dagelijks) verschillende onderzoeken gedaan. De meest voorkomende onderzoeken zijn: Het meten van de bloeddruk. Het tellen van de hartslag. Het meten van de temperatuur (oorthermometer). Bloedafname voor laboratoriumonderzoek. Het gaat dan vooral om de lever-, nierfuncties en stollingsfactoren. De urine wordt dagelijks gecontroleerd op eiwitten. De urine kan ook gespaard worden in een grote bokaal (12 of 24 uur lang) om te meten hoeveel eiwitten er in de urine zit. Dagelijks kunt u een injectie krijgen om de kans op trombose te verminderen. De kniepeesreflex wordt gecontroleerd. Zo wordt gezien of het zenuwstelsel extra geprikkeld is. Het maken van een cardiotocogram (CTG) kan vanaf 26 weken zwangerschapsduur. Bij een CTG wordt gedurende ongeveer twintig minuten de hartslag van de baby en het samentrekken van de baarmoeder geregistreerd. De gegevens worden op papier vastgelegd en geven informatie
3
Diaconessenhuis Leiden
Hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap
over de conditie van de baby en de activiteit van de baarmoeder. Voor dit onderzoek krijgt u twee elastische banden met onder iedere band een schijf op uw buik bevestigd. Het is geen pijnlijk onderzoek en het is niet schadelijk voor het kind. Bij een zwangerschap van minder dan 26 weken heeft een CTG weinig zin. Wel wordt er dan dagelijks naar harttonen van de baby geluisterd. De conditie van de baby kan mede d.m.v. echoscopisch onderzoek worden beoordeeld.
Medicijnen De gynaecoloog kan besluiten om medicijnen te geven. Zo kan men proberen complicaties door ernstige zwangerschapshypertensie voor moeder en kind te voorkomen. Vaak wordt er gestart met het geven van tabletten. Indien nodig kunnen de medicijnen ook door een infuus toegediend worden. Hoe verder Soms blijkt na enkele dagen dat de ernst van de zwangerschapshypertensie meevalt. U wordt ontslagen en u komt dan weer op de polikliniek gynaecologie voor een controleafspraak. Soms is deze stap te groot en kunt u worden aangemeld voor het thuismonitorproject. Dan komt dagelijks een gespecialiseerde verpleegkundige bij u thuis om een CTG te maken, uw bloeddruk te meten en de urine te controleren. Deze verpleegkundige houdt contact met de gynaecoloog over uw situatie op dat moment. Mocht het nodig zijn, dan blijft u opgenomen, vaak tot na de bevalling. De bevalling De enige manier om de oorzaak van zwangerschapshypertensie te behandelen is het beëindigen van de zwangerschap. Alle andere behandelingen bestrijden alleen symptomen en proberen complicaties te voorkomen. De gynaecoloog probeert over het algemeen de baby zolang mogelijk in de baarmoeder te laten. Dat kan bij een goede conditie van uzelf en de baby betekenen dat men wacht tot de bevalling spontaan begint. Het kan ook zijn dat de gynaecoloog besluit om de bevalling in te leiden. Daarbij zijn de duur van de zwangerschap en de groei van de baby van belang. Soms is het noodzakelijk om een keizersnede te overwegen. Tijdens de bevalling ligt u regelmatig aan het CTG om de conditie van de baby te controleren. Na de bevalling Het is bekend dat zwangerschapshypertensie spontaan geneest na de bevalling. Vrijwel altijd adviseert de gynaecoloog u om na de bevalling een of twee dagen in het ziekenhuis te blijven. De eerste dagen na de geboorte van uw kind kan de bloeddruk nog oplopen en is extra controle noodzakelijk.
4
Diaconessenhuis Leiden
Hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap
Afhankelijk van de ernst van uw klachten kan het herstel ook langer duren. Het herstel wordt mede beïnvloed door de bevalling zelf: na een gewone bevalling verloopt dit sneller dan na een keizersnede. Na ontslag Na de bevalling krijgt u een controleafspraak voor over 6 weken op de polikliniek gynaecologie. De arts controleert dan uw bloeddruk en laat soms nog bloedonderzoek verrichten. Het gesprek met de gynaecoloog geeft u tevens informatie over wat u bij een eventuele volgende zwangerschap kunt verwachten. Het is raadzaam om thuis alvast uw vragen op te schrijven, zodat u deze niet vergeet te stellen aan de gynaecoloog.
Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen dan kunt u deze altijd stellen aan de verpleegkundige of de gynaecoloog.
Maatschap Gynaecologie Telefoon: 071 - 517 83 51 1014/702788/DIA1156
5