m ultimo 2012

Personeel in cijfers 2013 Bevat gegevens t/m ultimo 2012

Universiteit Leiden Bestuursbureau / directie Bedrijfsvoering Afdeling Informatiemanagement Publicatiedatum: november 2013

Opdrachtgever: J. van der Boon, directeur Bedrijfsvoering

Samensteller: A. Ponsen, medewerker Bestuurlijke informatievoorziening

Voor inlichtingen en commentaar: Het algemene e-mailadres van de afdeling: [email protected] A. Ponsen 071 5271807; [email protected] Deze publicatie is ook te raadplegen op www.cijfers.leidenuniv.nl

Inhoudsopgave Inleiding .....................................................................................................................................................................5 Analyse ........................................................................................................................................................................7 Verantwoording .........................................................................................................................................................9 A. De universiteit als geheel A.1. Bezetting ...........................................................................................................................................................13 A.2. Functies .............................................................................................................................................................25 A.3. Dienstverband ..................................................................................................................................................29 A.4. Deeltijd..............................................................................................................................................................31 A.5. Salarisschalen en gemiddeld bruto maandsalaris ...........................................................................................33 A.6. Leeftijd ..............................................................................................................................................................37 A.7. Geldstromen .....................................................................................................................................................45 A.8. Internationalisering ..........................................................................................................................................49 A.9. Externe instroom ..............................................................................................................................................51 A.10. Externe uitstroom ..........................................................................................................................................55 A.11. Ziekteverzuim .................................................................................................................................................61 B. Faculteiten en diensten met elkaar vergeleken B.1. Bezetting per eenheid .......................................................................................................................................65 B.2. Functies .............................................................................................................................................................75 B.3. Dienstverband...................................................................................................................................................79 B.4. Leeftijd...............................................................................................................................................................83 B.5. Geldstromen .....................................................................................................................................................87 B.6. Internationalisering ..........................................................................................................................................91 B.7. Externe instroom ..............................................................................................................................................93 B.8. Externe uitstroom .............................................................................................................................................99 B.9. Ziekteverzuim .................................................................................................................................................105 C. Faculteiten met elkaar vergeleken op instituutsniveau C.1. Geesteswetenschappen ...................................................................................................................................109 C.2. Campus Den Haag .........................................................................................................................................117 C.3. Rechtsgeleerdheid...........................................................................................................................................125 C.4. Sociale Wetenschappen..................................................................................................................................133 C.5. Wiskunde & Natuurwetenschappen .............................................................................................................141 D. Definities en afkortingen Definities ................................................................................................................................................................151 Afkortingen ............................................................................................................................................................153

Inleiding Personeel in cijfers, een overzicht van cijfermatige personeelsgegevens van de Universiteit Leiden, bestaat uit een deel met kengetallen m.b.t. de gehele universiteit (deel A) en een deel met cijfers op het niveau van faculteiten/beheerseenheden (deel B). Deel D bevat de in de rapportage gebruikte definities en afkortingen. Deel C bevat de gegevens van de faculteiten op instituutsniveau. Dit deel wordt gepubliceerd op de website van de afdeling Bestuurlijke Informatievoorziening: http://www.cijfers.leidenuniv.nl In de jaarreeksen zijn de voormalige faculteiten Godsdienstwetenschappen, Letteren, Kunsten en Wijsbegeerte samen genomen als faculteit Geesteswetenschappen. Het Centrum voor Milieuwetenschappen wordt in alle jaren gerekend tot de Faculteit Wiskunde en Natuurwetenschappen. Het instituut Bestuurskunde is eind 2011 overgegaan van de Faculteit Sociale Wetenschappen naar Faculteit Campus Den Haag; de meerjarenreeksen zijn aangepast aan de nieuwe situatie. Het personeel van CILC en van Stichting VALK wordt niet beschouwd als personeel-in-dienst. De jaarreeksen zijn hiervoor gecorrigeerd, behalve in de landelijke WOPI-dataset van de VSNU waar deze groepen pas met ingang van het rapportagejaar 2010 zijn uitgesloten.

Personeel in cijfers 2013

-5-

Universiteit Leiden BB/BV/Informatiemanagement


-6-


Analyse In dit hoofdstuk worden de belangrijkste ontwikkelingen in de personeelsformatie van de Universiteit Leiden beschreven op universitair niveau (exclusief LUMC/Geneeskunde). Personeelsomvang De personeelsomvang van de Universiteit Leiden is in 2012 met 78,3 fte toegenomen ten opzichte van 2011. De OBP-bezetting is met 19,2 fte toegenomen. Bij het WP (exclusief promovendi) is het aantal medewerkers toegenomen tot 1425. Hun totale taakomvang is – na een lichte daling in 2011 – gestegen naar 1147,2 fte. Ten opzichte van 2010 is dat een toename van bijna 40 fte. Het OBP (inclusief OBP O&O) is licht gestegen, met 19,2 fte naar 1149,9 fte. Binnen het WP is het aantal hoogleraren enigszins toegenomen.. Het aantal bijzonder hoogleraren heeft zich gestabiliseerd rond de 75 (excl. Geneeskunde). Het aantal UHD’s is gelijk gebleven, terwijl er 14 UD’s bij zijn gekomen (evenveel als in 2011). De groei in het aantal docenten zet door: 33 erbij in 2011, 29 in 2012. De totale groep onderzoekers, waaronder postdoc’s en promovendi, is in 2012 per saldo met 10 personen toegenomen, zodat geconcludeerd kan worden dat de groei vooral is opgetreden bij het WP dat “voor de klas” staat. Aandeel vrouwen Het aandeel van vrouwen binnen de gehele populatie medewerkers is in de periode vanaf 2008 gestaag gestegen van 47,1% in 2008 tot 49,2% in 2012. Bij het WP steeg dit percentage van 35,4% in 2008 tot 38,5% in 2012. Bij de hoogleraren is het aandeel vrouwen sinds 2008 toegenomen met ruim 3% tot 19,7%. Bij de UHD’s vertoont het aandeel een stijging van 2008 naar 2012 van 23,8% tot 28,2%. Bij de UD’s is het aandeel vrouwen in 2012 licht gestegen; bij de docenten is het licht gedaald tot nét boven de 50%. Bij onderzoekers is het percentage in 2012 het hoogste van de afgelopen vijf jaar; bij de promovendi juist het laagste. De verschillen zijn te gering om van een trend te kunnen spreken. Flexibiliteit Sinds 2008 is het percentage tijdelijke aanstellingen duidelijk toegenomen: van 39,8% tot 46%. Deze toename komt onder meer doordat meer medewerkers op een tijdelijk onderzoeksproject, al dan niet via tweede of derde geldstroom gefinancierd, worden ingezet. Maar de toename is ook bij het OBP waarneembaar. Deeltijd Het percentage medewerkers dat in deeltijd werkt is in 2012 t.o.v. 2011 met 0,9% toegenomen. Tegelijkertijd is de gemiddelde omvang van het dienstverband licht gedaald van 0,82 in 2011 naar 0,81 in 2012, naar het niveau van 2009. Er zijn dus meer mensen parttime gaan werken en de omvang van de deeltijdaanstellingen is per saldo iets gedaald, behalve bij het OBP (mannen én vrouwen). Leeftijd De gemiddelde leeftijd per ultimo 2012 is 44 jaar bij het WP en 45,3 jaar bij het OBP - excl. het OBP O&O, dat met een gemiddelde van 41,9 duidelijk jonger is. Promovendi zijn gemiddeld 28,4 jaar oud. Het universitaire gemiddelde is vrij stabiel in de afgelopen jaren en ligt nu op 41,4 jaar. Het percentage 55+ is gelijk gebleven: 19%. Zestig procent daarvan zijn mannen. Uit de trendreeksen blijkt dat er geen grote schommelingen plaatsvinden. De gemiddelde leeftijd van de promovendi-in-dienst laat een lichte daling zien. Verder stijgt de gemiddelde leeftijd bij zowel vast als tijdelijk personeel, mannen én vrouwen. Behalve bij het OBP in tijdelijke dienst; dat is de afgelopen jaren steeds jonger geworden: van 33 jaar in 2008 naar 31,6 in 2012.


-7-


Geldstromen Van de 3256,1 fte ultimo 2012 (in dienst van de universiteit) werd 72,4% gefinancierd uit de eerste geldstroom, 16,3% uit de tweede geldstroom (exclusief FOM) en 11,3% uit de derde geldstroom. Vergeleken met vorige jaren is een gestage groei zichtbaar van het aandeel van de tweede geldstroom. Externe instroom In 2012 is 469,8 fte (605 personen) nieuw in dienst getreden bij de universiteit. Dit komt neer op 14,6% (in personen 15,7%) van het totale personeelsbestand. De instroom bestaat uit 165,4 fte WP, 163,1 fte promovendi en 141,3 fte OBP. In personen gerekend zijn in 2012 meer vrouwen ingestroomd dan mannen, maar in fte’s is dat andersom. Ruim 72% van de instroom betreft personeel jonger dan 35 jaar, en het overgrote deel betreft ook een tijdelijke aanstelling (een tijdelijke aanstelling met uitzicht op vast dienstverband wordt gerekend als een vaste aanstelling). Externe uitstroom De externe uitstroom bedroeg in 2012 386,6 fte (509 personen). Dit vormt 13,5% van de totale bezetting per ultimo 2011. Van de totale uitstroom was 143,6 fte WP, 124,7 fte promovendi en 118,2 fte OBP. Er is sprake van meer vrouwelijke uitstroom (1,2% meer uitstroom). Het merendeel van de uitstroom betreft personeel met een tijdelijke aanstelling. Verzuim Het verzuimpercentage is licht gedaald en is gelijk aan het gemiddelde van WO-Nederland: 2,9%. Het verschil tussen WP en OBP is nog altijd groot: het WP-verzuim (inclusief promovendi) in 2012 was 1,6% (landelijk 1,7%), het OBP-verzuim (inclusief studentassistenten) 4,6% (landelijk 4,4%).


-8-


Verantwoording LUMC/Geneeskunde Op 1 april 2001 is het grootste deel van het personeel van de faculteit Geneeskunde bij het LUMC in dienst gekomen. De band met de faculteit wordt vormgegeven door een onbezoldigde aanstelling van het WP bij de universiteit. In de rapportages over personeel-in-dienst wordt daarom LUMC/Geneeskunde geheel buiten beschouwing gelaten (dus ook in de totalen). Ziekteverzuimcijfers Na een onderbreking van enkele jaren zijn in Personeel in Cijfers weer ziekteverzuimcijfers opgenomen. Deze worden berekend volgens de landelijke definities van VSNU/WOPI, dwz. exclusief de gevallen die langer dan 2 jaar hebben geduurd. Uitsplitsing OBP In de HAY-systematiek Universitair Functie Ordenen (UFO) bestaat er een groep functies die onder het OBP valt, maar direct de primaire processen van Onderwijs en Onderzoek ondersteunt. Deze functiefamilie, genaamd “Onderwijs- en Onderzoek Ondersteuning” wordt apart gepresenteerd. Deze groep wordt in de discussie over universitaire “overhead” soms ruimer/strakker gedefinieerd dan de HAY-functiefamilie. Daarover bestaat nog geen consensus, zodat vooralsnog de HAY-clustering is aangehouden. Voor de betreffende functies, zie deel D.


-9-


Deel A.

De universiteit als geheel

Personeel in cijfers 2013, deel A

- 12 -


A.1. Bezetting Peildatum steeds 31-12 van enig jaar

A.1.1. In dienst van de universiteit Exclusief Geneeskunde (ook de jaarreeksen) WP (excl.promovendi) fte

personen*

index in fte (2008=100)

2008

1127

1406

2009

1115,5

1364

99

2010

1107,3

1347

98,3

2011

1098,3

1357

97,5

2012

1147,2

1425

101,8

fte

personen*

index in fte (2008=100)

2008

585,6

617

2009

588,9

617

100,6

2010

602,7

634

102,9

2011

639,8

668

109,3

2012

652,7

683

111,5

Promovendi

Functiefamilie Onderwijs- en Onderzoekondersteuning index in fte (2008=100)

fte

personen*

2008

339,2

445

2009

346,6

464

102,2

2010

327,6

434

96,6

2011

309,1

417

91,1

2012

306,4

425

90,3

OBP (excl. Student-assistenten en excl. Functie-familie O&O Ondersteuning index in fte (2008=100)

fte

personen*

2008

1084,4

1379

2009

1083,2

1357

2010

1080,6

1341

99,7

2011

1098,9

1355

101,3

2012

1112,5

1357

102,6


99,9

- 13 -


Student-assistenten index in fte (2008=100)

fte

personen*

2008

32,2

138

2009

35,1

151

109,3

2010

35,3

137

109,7

2011

31,6

115

98,3

2012

37,3

156

115,9

fte

personen*

Index in fte (2008=100)

2008

3168,4

3918

2009

3169,3

3907

100

2010

3153,5

3855

99,5

2011

3177,8

3862

100,3

2012

3256,1

4000

102,8

Totaal*

* Bij de totaaltellingen in personen zijn dubbeltellingen geëlimineerd


- 14 -


A.1.2. Aandeel vrouwen Personeel in dienst exclusief Geneeskunde in fte

in personen

WP

mannen

vrouwen

%vrouwen

mannen

vrouwen

%vrouwen

2008

761,1

365,9

32,5%

908

498

35,4%

2009

750,4

365,1

32,7%

886

478

35%

2010

731,8

375,5

33,9%

871

476

35,3%

2011

711,3

387,1

35,2%

854

503

37,1%

2012

728,3

418,9

36,5%

876

549

38,5%

in fte Promovendi

in personen

mannen

vrouwen

%vrouwen

2008

313,4

272,2

46,5%

325

292

47,3%

2009

316,7

272,2

46,2%

326

291

47,2%

2010

318,4

284,3

47,2%

329

305

48,1%

2011

346,1

293,7

45,9%

354

314

47%

2012

367,7

285

43,7%

378

305

44,7%

mannen

in fte vrouwen

%vrouwen

mannen

2008

693,7

729,9

51,3%

797

1021

56,2%

2009

696,6

733,2

51,3%

791

1026

56,5%

2010

677,6

730,5

51,9%

766

1008

56,8%

2011

664,6

743,4

52,8%

746

1022

57,8%

2012

653,4

765,5

53,9%

729

1048

59%

TOTAAL (incl.stud.ass.)

mannen

in fte vrouwen

%vrouwen

mannen

2008

1782,3

1386

43,7%

2074

1844

47,1%

2009

1780,1

1389,2

43,8%

2066

1841

47,1%

2010

1743,5

1410

44,7%

2016

1839

47,7%

2011

1736

1441,7

45,4%

1989

1873

48,5%

2012

1763,6

1492,4

45,8%

2032

1968

49,2%

OBP (excl.stud.ass.)

mannen

vrouwen

in personen vrouwen %vrouwen

in personen vrouwen %vrouwen

2008

2009

2010

2011

2012

aandeel FWN in totaal promovendi

51,5%

52,2%

52,5%

51,5%

52,4%

% vrouwelijke promovendi bij FWN

32,8%

32,3%

31,5%

30,5%

27,7%

% vrouwelijke promovendi bij overige eenheden

60,3%

63,4%

66,4%

64,5%

63,4%

% vrouwelijke promovendi bij alle faculteiten tezamen

46,1%

47,2%

48,1%

47%

44,7%


- 15 -

%vrouwen


A.1.3. In dienst van NWO en verwante stichtingen (vnl. FOM) Exclusief Geneeskunde In personen promovendi

WP

2008

28

19

OBP (incl.sa)

totaal

2009

29

23

1

53

2010

34

16

1

51

2011

35

19

2

56

2012

44

18

2

64

47

Door NWO gefinancierde medewerkers (excl. Zon) In fte 2008

WP

niet-WP

436

12

totaal 448

2009

464,8

15

479,8

2010

444,2

13,3

457,5

2011

467,6

14,4

482

2012

Jaarverslag NWO specificeert niet naar instituut per universiteit

Landelijk Aandeel (van door NWO gefinancierde aanstellingen bij de universiteiten) In fte

WP

niet-WP

totaal

positie Leiden (van 13)

2008

11,6%

4,7%

11,4%

3

2009

12,3%

11,4%

12,3%

3

2010

11,5%

9,2%

11,4%

2

2011 2012

11,4%

9,6%

11,4%

3

Jaarverslag NWO specifieert niet naar instituut per universiteit


- 16 -


A.1.4. Hoogleraren niet-in-dienst In personen bijzonder hoogleraren

2008

2009

2010

2011

2012

mannen

70

79

65

61

61

vrouwen

12

11

9

15

16

totaal 82 89 74 76 77 Inclusief bijzonder hoogleraren die in een andere functie dan hoogleraar IN DIENST zijn, voorzover zij een bijzondere leerstoel in Leiden bezetten bijzonder hoogleraren Geneeskunde mannen

2008

2009

2010

2011

2012

13

16

20

15

20

vrouwen

3

3

3

2

1

totaal

16

19

23

17

21

2008

2009

2010

2011

2012

1

1

2

2

2

1

1

2

2

2

gewoon- en persoonlijk hoogleraren Geneeskunde

2008

2009

2010

2011

2012

mannen

125

126

115

114

111

vrouwen

19

22

19

17

24

totaal

144

148

134

131

135

totaal hoogleraren niet-in-dienst

2008

2009

2010

2011

2012

mannen

209

205

202

192

194

kerkelijk hoogleraren mannen vrouwen totaal

vrouwen

34

33

31

34

41

totaal

243

237

233

226

235


- 17 -


A.1.5. Vergelijking met andere universiteiten A.1.5.a. Personeel in dienst exclusief het HOOP-gebied Gezondheid Bron: WOPI-cijfers VSNU In fte; exclusief studentassistenten. De grootste instelling (in het meest recente jaar) staat bovenaan. 2008

2009

2010

2011

2012

TUD

4517

4590

4499

4389

4348

UU

4489

4565

4495

4320

4171

UvA

3728

3820

3857

4016

4075

RUG

3308

3439

3620

3656

3634

VU

3188

3367

3368

3461

3504

RU

2965

2965

3003

3064

3238

LEI

3153

3150

3118

3146

3219

UT

2455

2656

2867

2856

2812

TUE

2738

2828

2963

2863

2766

WU

2329

2461

2489

2562

2635

EUR

1482

1690

1749

1775

1839

UM

1609

1801

1825

1796

1775

TiU

1533

1649

1753

1615

1602

OUNL

627

606

615

618

602

38120

39589

40221

40139

40221

WO totaal

Percentage vrouwen 2008

2009

2010

2011

2012

TUD

30,1%

30,8%

31,1%

31,3%

32,2%

UU

44,8%

45,7%

45,5%

46,1%

46,9%

UvA

43,9%

45,1%

46,4%

47,8%

47,8%

RUG

41%

42,4%

43,4%

43,7%

44,1%

VU

42,5%

43,6%

44,1%

44,6%

45,6%

RU

43,3%

43,9%

44,7%

45,4%

45,8%

LEI

43,7%

43,9%

44,6%

45,3%

45,6%

UT

34,5%

35,2%

35,3%

35,8%

36,4%

TUE

29,5%

31,2%

31,6%

31%

31,4%

WU

40,7%

41,8%

42,6%

44%

45,1%

EUR

42,8%

44,1%

45,3%

46,7%

47,7%

UM

47,9%

48,4%

48,9%

47,9%

48,9%

TiU

45,2%

46,3%

46,9%

48%

48%

OUNL

45,6%

46%

46,9%

47,6%

46,5%

WO totaal

40,3%

41,3%

41,8%

42,5%

43,1%


- 18 -


Personeel in dienst excl. HOOP Gezondheid en excl. Studentassistenten Klassieke Universiteiten in fte

2009

5000

2010

4500 2011

4000 2012

3500 3000 2500 2000 1500 1000 500 0 UU

UvA

RUG

VU

RU

LEI

Personeel in dienst excl. HOOP Gezondheid en excl. Studentassistenten Technische Universiteiten en overig in fte

2009

5000

2010

4500 2011

4000 2012

3500 3000 2500 2000 1500 1000 500 0 TUD

UT


TUE

WU

EUR

- 19 -

UM

TiU

OUNL


A.1.5.b. WP in dienst exclusief het HOOP-gebied Gezondheid Bron: WOPI-cijfers VSNU In fte; de grootste instelling in omvang WP (in het meest recente jaar) staat bovenaan. 2008

2009

2010

2011

2012

UvA

1542

1563

1596

1652

1678

UU

1720

1765

1708

1580

1558

TUD

1622

1673

1638

1582

1545

VU

1248

1307

1308

1360

1451

RUG

1227

1307

1379

1411

1370

RU

1052

1048

1070

1081

1227

LEI

1130

1119

1105

1098

1147

TUE

1010

1020

1050

1017

997

UT

827

907

994

979

976

WU

773

808

811

832

869

EUR

580

669

722

713

738

TiU

625

662

700

654

640

UM

533

600

617

602

598

OUNL

262

253

255

260

248

14150

14702

14954

14820

15040

WO-totaal

Percentage vrouwelijk WP 2008

2009

2010

2011

2012

UvA

33,4%

34,6%

36,4%

37,8%

37,8%

UU

35,9%

36,8%

37,1%

36,8%

38,2%

TUD

18,4%

18,7%

19,1%

19,6%

21,2%

VU

32,2%

32,7%

33,6%

35,7%

37,5%

RUG

29,5%

31,9%

33,4%

33,7%

34,5%

RU

32,4%

32,8%

33,8%

35,6%

37,6%

LEI

32,6%

32,9%

33,9%

35,2%

36,5%

TUE

19,7%

21,3%

22,5%

21,8%

22,4%

UT

22,3%

22,6%

22,7%

23,8%

25,9%

WU

26,2%

27,9%

27,7%

30,8%

31,6%

EUR

28,1%

31,9%

32,4%

33,1%

35,2%

TiU

30,5%

30,6%

31,3%

33,6%

33,3%

UM

36,5%

36,8%

37,8%

35,2%

35,3%

OUNL

37,3%

38,3%

40,5%

43,3%

39,5%

WO-totaal

29,2%

30,2%

31%

32%

33,1%


- 20 -


A.1.5.c. Promovendi in dienst exclusief het HOOP-gebied Gezondheid Bron: WOPI-cijfers VSNU In fte; de grootste instelling in omvang promovendi (in het meest recente jaar) staat bovenaan. 2008

2009

2010

2011

2012

TUD

1024

1012

962

961

948

UU

802

785

826

830

775

TUE

684

745

840

829

775

WU

541

609

608

682

727

UvA

604

622

642

699

722

UT

627

671

672

722

706

RUG

508

505

553

624

690

LEI

586

589

603

640

653

VU

530

579

594

632

625

RU

467

472

473

534

552

UM

244

311

328

329

325

EUR

254

270

266

293

309

TiU

268

291

300

295

287

OUNL WO-totaal

32

26

31

42

48

7170

7488

7697

8110

8140

percentage vrouwelijke promovendi 2008

2009

2010

2011

2012

TUD

27,2%

28,5%

27,4%

28%

26,6%

UU

49,7%

51,5%

51,1%

52%

51,6%

TUE

26,8%

29,2%

28,6%

26,6%

26,9%

WU

53,5%

54,7%

55,6%

55,8%

56,6%

UvA

45,7%

51,3%

53,6%

56,5%

54,6%

UT

29,9%

31,1%

31,5%

32,8%

31,2%

RUG

43,3%

46,1%

48,2%

48,6%

46,9%

LEI

46,5%

46,2%

47,2%

45,9%

43,7%

VU

50,4%

52,4%

54,7%

53,1%

52,1%

RU

52,8%

53,4%

53,6%

51,7%

50,3%

UM

50,5%

52,2%

51,2%

52,1%

53,7%

EUR

40,2%

36,8%

42%

43,9%

46,3%

TiU

52,6%

53,6%

55,5%

54,2%

52,6%

OUNL

51,9%

45,6%

58,2%

51,6%

47,3%

WO-totaal

41,9%

43,6%

44,3%

44,7%

44,1%


- 21 -


A.1.5.d. OBP O&O in dienst exclusief het HOOP-gebied Gezondheid Bron: WOPI-cijfers VSNU In fte; de grootste instelling in omvang OBP O&O (in het meest recente jaar) staat bovenaan. 2008

2009

2010

2011

2012

TUD

479

492

487

472

476

UU

423

429

446

436

400

WU

358

368

380

371

378

RUG

344

354

381

378

370

UVA

339

336

328

336

336

VU

317

323

318

342

331

LEI

340

347

328

309

306

RU

269

265

282

259

266

TUE

291

291

284

258

260

UT

211

226

249

237

229

UM

82

85

79

86

81

EUR

64

80

76

73

73

TiU

63

70

79

64

58

OU WO-totaal

22

24

25

22

23

3601

3690

3742

3642

3589

Percentage vrouwelijk OBP O&O 2008

2009

2010

2011

2012

TUD

17,9%

18,4%

18%

18,6%

19,9%

UU

40,7%

42,2%

43,1%

45%

47,1%

WU

35,8%

36,9%

39,6%

40%

40,8%

RUG

39,7%

40,6%

43,2%

42,6%

42,7%

UVA

42,4%

41,6%

44,5%

45,2%

45,8%

VU

35,9%

38,1%

40%

39,3%

42,2%

LEI

45%

46,2%

47,1%

47,2%

49,2%

RU

38,6%

40%

40,1%

40,1%

40,9%

TUE

19,5%

20,7%

19,4%

17,9%

17,7%

UT

29%

27,7%

29,4%

29,3%

29,3%

UM

62,9%

63,3%

64,1%

63,1%

62,8%

EUR

56,2%

63,2%

57,8%

63,4%

62,3%

TiU

62,2%

63,9%

59,7%

63,2%

69,7%

OU

61,5%

65,3%

63,4%

63,4%

65,1%

36%

37,1%

38%

38,4%

39,4%

WO-totaal


- 22 -


A.1.5.e. OBP excl. O&O in dienst exclusief het HOOP-gebied Gezondheid Bron: WOPI-cijfers VSNU In fte; de grootste instelling in omvang OBP (in het meest recente jaar) staat bovenaan. 2008

2009

2010

2011

2012

UU

1544

1587

1516

1474

1438

TUD

1393

1413

1413

1375

1380

UVA

1243

1299

1291

1329

1339

RUG

1189

1234

1269

1243

1205

RU

1177

1181

1178

1191

1193

LEI

1094

1092

1080

1099

1112

VU

1081

1147

1133

1128

1096

UT

790

852

953

919

901

UM

738

794

789

779

772

TUE

737

745

768

760

734

EUR

583

671

684

697

718

WU

623

644

659

677

662

TiU

574

624

673

602

617

OU

307

288

292

294

283

13074

13569

13697

13567

13452

WO-totaal

Percentage vrouwelijk OBP 2008

2009

2010

2011

2012

UU

53,1%

53,7%

52,7%

53%

53,7%

TUD

50,1%

51,2%

51,9%

51,5%

52,8%

UvA

59,1%

58,7%

56,6%

56,4%

57,2%

RUG

48,8%

49,1%

50,5%

53%

53,8%

RU

54,9%

52,4%

54,3%

52,6%

53,4%

LEI

53,4%

53,2%

53,4%

54,4%

55,3%

VU

48,2%

51,9%

50%

51,9%

53,6%

UT

52,5%

54%

52,8%

52,7%

53,6%

UM

68,5%

64,3%

63,9%

54,3%

56,1%

TUE

49,3%

47,6%

50,7%

52,3%

53,3%

EUR

58,1%

61,4%

59,8%

60,2%

59,8%

WU

43,1%

44%

43,9%

51%

52,7%

TiU

51,8%

55,9%

59,2%

58,9%

59,2%

OUNL

51,4%

51,4%

50,1%

49,6%

51,1%

WO-totaal

52,6%

53,2%

53,3%

53,6%

54,6%


- 23 -



- 24 -


A.2. Functies A.2.1. Wetenschappelijk personeel Personeel in dienst exclusief Geneeskunde. In fte 2008

2009

2010

2011

2012

hoogleraar

212,9

211,4

217

218,1

226,7

UHD

128,4

130,3

135,8

120,1

120,3

UD

364,2

338,3

321,3

333,7

350,4

docent

132,2

112,8

123,7

140,4

165,3

onderzoeker

287,4

321,1

307,3

284,3

282,7

promovendus

585,6

588,9

602,7

639,8

652,7

2

1,6

2,2

1,8

1,8

overig WP

index (2008=100) 2009

2010

2011

2012

hoogleraar

99

102

102

106

UHD

101

106

94

94

UD

93

88

92

96 125

docent

85

94

106

onderzoeker

112

107

99

98

promovendus

101

103

109

111

overig WP

80

112

92

92


2009

2010

2011

2012

hoogleraar

16,6%

16,8%

17,6%

19,2%

19,7%

UHD

23,8%

24,2%

26,7%

27,7%

28,2%

UD

32,5%

33,6%

33,1%

35,8%

37,6%

docent

51,6%

50,5%

49,5%

53,8%

50,2%

onderzoeker

39,1%

39,4%

43,1%

40,9%

44%

promovendus

46,5%

46,2%

47,2%

45,9%

43,7%

50%

62,5%

44,8%

54,3%

54,3%

overig WP


- 25 -


In personen 2008

2009

2010

2011

2012

hoogleraar

255

253

257

261

272

UHD

145

144

151

135

135

UD

443

412

388

402

416

docent

248

206

222

255

294

onderzoeker

338

370

354

336

331

promovendus

617

617

634

668

683

3

2

3

2

2

overig WP

index (2008=100) 2009

2010

2011

2012

hoogleraar

99

101

102

107

UHD

99

104

93

93

UD

93

88

91

94

docent

83

90

103

119

onderzoeker

109

105

99

98

promovendus

100

103

108

111

overig WP

67

100

67

67

2008

2009

2010

2011

2012

hoogleraar

16,1%

16,2%

17,5%

19,2%

19,5%

UHD

24,8%

25,7%

27,2%

28,1%

28,9%

UD

34,3%

35%

34,3%

36,6%

38,7%

docent

55,2%

53,9%

50%

54,5%

53,1%

onderzoeker

41,1%

41,4%

43,8%

42%

45,3%

promovendus

47,3%

47,2%

48,1%

47%

44,7%

overig WP

33,3%

50%

33,3%

50%

50%

Percentage vrouwen


- 26 -


A.2.2. Percentage vrouwen in de (sub)top Volgens de definities van het Charter “Talent naar de Top”. Daarbij vormt niet de functie, maar de salarisschaal het uitgangspunt: top = schaal 15 en hoger, subtop = schaal 13 & 14. In fte exclusief Geneeskunde*. Het percentage is genomen van het totaal van de betreffende schaalgroep. De “klassieke” universiteiten zijn LEI, VU, UvA, RU, RUG, UU. *De landelijke benchmark wordt berekend in personen.

Functies in de top (schaal 15 en hoger) 2008

2009

2010

2011

2012

WP mannen

179

176,8

180,4

177,5

181,8

WP vrouwen

36,3

36,5

39,2

42,8

45,7

OBP mannen

19

21,8

19,8

18,1

16,8

OBP vrouwen

6,8

6,8

5,7

5,7

6,7

Leiden

18%

18%

18%

20%

21%

Klassieke universiteiten

16%

16%

18%

20%

21%

% vrouwen in de top

Functies in de subtop (schaal 13 en 14) 2008

2009

2010

2011

2012

WP mannen

106,9

108,1

106,6

94,7

96,6

WP vrouwen

33,8

32,7

38,3

36,3

36,7

OBP mannen

44,9

44

47,5

46,6

46,9

OBP vrouwen

26,4

26,5

27,7

29,7

29

Leiden

28%

28%

30%

32%

31%

Klassieke universiteiten

25%

27%

28%

29%

30%

% vrouwen in de subtop


- 27 -


35%

% vrouwen in de subtop % vrouwen in de top G6 % vrouwen in de subtop G6 % vrouwen in de top

% vrouwen in de (sub)top 35%

30%

30%

25%

25%

20%

20%

15%

15%

10%

10%

5%

5%

0%

0%


- 28 -


A.3. Dienstverband De totalen in alle tabellen in A.3 zijn inclusief promovendi en studentassistenten. In de SAP-basisregistratie kunnen PhDfellows niet worden onderscheiden van overige promovendi. Hoewel het begrip ‘postdoc’ nog algemeen wordt gehanteerd, zijn de betreffende medewerkers al sinds enkele jaren aangesteld als onderzoeker (niveau 3 of 4) met een tijdelijke aanstelling. In de tabellen vallen zij onder ‘WP tijdelijk’.

A.3.1. Vast en tijdelijk dienstverband in fte Exclusief Geneeskunde. 2008

2009

2010

2011

2012

WP vast

737,4

705,2

690,8

678,9

680,9

WP tijdelijk

389,7

410,3

416,6

419,5

466,3

OBP vast

1213

1218,8

1186,3

1175

1150,7

OBP tijdelijk

210,6

210,9

221,9

233,1

268,2

totaal vast

1953,2

1924

1877,1

1853,8

1831,7

totaal tijdelijk

1215,2

1245,3

1276,5

1323,9

1424,4

Vast en Tijdelijk WP

800

1300

700

1100

500

900 wp vast

Fte

600 Fte

Vast en Tijdelijk OBP

wp tijdelijk

700

obp vast obp tijdelijk

500 400 300 300 100 200

Index (2008=100) 2009

2010

2011

2012

WP vast

96

94

92

92

WP tijdelijk

105

107

108

120

OBP vast

100

98

97

95

OBP tijdelijk

100

105

111

127

totaal vast

99

96

95

94

totaal tijdelijk

102

105

109

117


- 29 -



2009

2010

2011

2012

WP vast

27,5%

27,9%

28,2%

29,5%

30,2%

WP tijdelijk

41,8%

41,1%

43,4%

44,6%

45,8%

OBP vast

48,8%

49%

49,3%

50,2%

51%

OBP tijdelijk

65,6%

64,3%

65,5%

65,9%

66,5%

totaal vast

40,8%

41,3%

41,6%

42,6%

43,3%

totaal tijdelijk

48,5%

47,8%

49,3%

49,2%

49,1%

A.3.2. Vast en tijdelijk dienstverband in personen Exclusief Geneeskunde. 2008

2009

2010

2011

2012

WP vast

894

841

810

799

802

WP tijdelijk

528

531

549

569

633

OBP vast

1498

1499

1452

1415

1378

OBP tijdelijk

332

329

327

356

400

totaal vast

2381

2332

2254

2202

2169

totaal tijdelijk

1573

1599

1622

1679

1845

Index (2008=100) 2009

2010

2011

2012

WP vast

94

91

89

90

WP tijdelijk

101

104

108

120

OBP vast

100

97

94

92

OBP tijdelijk

99

98

107

120

totaal vast

98

95

92

91

totaal tijdelijk

102

103

107

117

2008

2009

2010

2011

2012

WP vast

29,4%

29,1%

29,3%

30,4%

31,3%

WP tijdelijk

44,5%

43,9%

44,1%

46%

47,6%

OBP vast

53,7%

53,9%

54,3%

55,3%

56,1%

OBP tijdelijk

67,5%

68,7%

68,5%

68%

69%

totaal vast

44,6%

44,9%

45,3%

46,3%

46,9%

totaal tijdelijk

50,5%

50,2%

50,9%

51,2%

51,8%

Percentage vrouwen


- 30 -


A.4. Deeltijd A.4.1. Personen werkzaam in deeltijd naar omvang van de aanstelling Exclusief Geneeskunde. Aantal personen; meerdere deeltijd-aanstellingen van dezelfde persoon binnen dezelfde categorie bij elkaar geteld. <= 0,2

>0,2-<=0,5

>0,5-<=0,9

totaal dt

% deeltijd 2012

% deeltijd 2011

WP mannen

76

100

109

285

32,5%

33,9%

WP vrouwen

55

70

182

307

55,9%

55,5%

promovendi mannen

1

4

32

37

9,8%

9,7%

promovendi vrouwen

1

6

77

84

27,5%

27,9%

OBP mannen

14

49

150

213

29,2%

32,9%

OBP vrouwen

37

151

606

794

75,8%

78,1%

student-assistenten

77

76

3

156

100%

100%

totaal mannen

120

167

291

578

28,4%

28,2%

totaal vrouwen

117

258

853

1228

62,4%

61,2%

totaal *

237

425

1144

1806

45,2%

44,2%

* omvang aanstelling is totaal van alle aanstellingen en dus niet de categorieën getotaliseerd.

A.4.2. Gemiddelde omvang dienstverband De trend is pas over langere periode zichtbaar. Het totaalcijfer over 1990 is nog inclusief Geneeskunde. 1990

1995

2000

2005

2010

2012

WP mannen

0,9

0,89

0,87

0,83

0,84

0,83

WP vrouwen

0,81

0,82

0,72

0,74

0,79

0,76

promovendi mannen

0,97

0,96

0,97

0,97

promovendi vrouwen

0,95

0,93

0,93

0,93

OBP mannen

0,93

0,92

0,9

0,86

0,88

0,9

OBP vrouwen

0,76

0,74

0,72

0,7

0,72

0,73

student-assistenten

0,26

0,27

0,26

0,24

totaal mannen

0,88

0,86

0,86

0,87

totaal vrouwen

0,72

0,73

0,77

0,76

0,8

0,8

0,82

0,81

totaal

0,84


0,8

- 31 -



- 32 -


A.5. Salarisschalen en gemiddeld bruto maandsalaris A.5.1. Verdeling over salarisschalen Personeel in dienst exclusief Geneeskunde In personen. De hoogleraarsschalen 1 & 2 zijn inbegrepen in de schalen 18 resp. 16.

schaal

WP

Promovendi

OBP O&O

Overig OBP

Totaal incl Studentass

1

1

1

2

3

3

2

28

30

4

5

76

81

5

19

45

64

6

65

123

343

7

71

230

301

8

113

165

278

9

47

170

216

3

10

365

54

175

1255

11

346

683

37

164

542

12

301

15

92

405

13

79

3

49

131

14

74

31

105

15

1

7

8

16

193

13

206

3

3

17 18

77

overig

2

77 1

3

niet optelbaar i.v.m. dubbeltellingen, zie toelichting.


- 33 -


Schaalverdeling WP (incl. promovendi) 1200

2011

1000

2012

personen

800 600 400 200 0 10

11

12

13

14+15

>=16

Schaalverdeling OBP (incl. O&O) 350

2011

300

2012

personen

250 200 150 100 50 0 1 t/m 3

4


5

6

7

8

9

- 34 -

10

11

12

13

14

15

>=16


A.5.2. Gemiddeld bruto maandsalaris De totaal-rijen (totaal WP en totaal universiteit) zijn weggelaten omdat die cijfers vanwege het hoge aggregatieniveau lastig te interpreteren zijn. Gemiddeld bruto maandsalaris per fte Exclusief Geneeskunde, exclusief student-assistenten 2012

vrouwen als percentage van de mannen

mannen

vrouwen

hoogleraar

7276,7

6781,3

93,2%

UHD

5535,7

5458,4

98,6%

UD

4482,1

4268,9

95,2%

docent

3671,8

3589

97,7%

onderzoeker

3493,2

3455,3

98,9%

n.p.

n.p.

93,9%

promovendus

2393,0

2423,3

101,3%

OBP O&O

3029,4

2930,6

96,7%

OBP overig

3632

3253,6

89,6%

overig WP

Vrouwen als percentage van de mannen in dezelfde categorie 2008

2009

2010

2011

2012

hoogleraar

94,5%

94,2%

94,6%

93,1%

93,2%

UHD

96,6%

96,9%

95,9%

98,4%

98,6%

UD

95,8%

96,5%

97%

95,9%

95,2%

docent

98,1%

96,2%

97,2%

95,8%

97,7%

onderzoeker

95,2%

96%

96,4%

97,5%

98,9%

overig WP

100,3%

84%

89,6%

100%

93,9%

promovendus

100,5%

100,5%

101,2%

101,4%

101,3%

OBP O&O

97,5%

102,3%

100,3%

99,2%

96,7%

OBP overig

88,9%

89,2%

89,3%

89,5%

89,6%

np: in betreffende categorië komen wél personen voor maar worden de gegevens niet getoond omdat het aantal personen lager is dan vijf.


- 35 -


Gemiddeld bruto salaris; vrouwen als percentage van mannen 105%

100%

95%

90%

85%

Hoogleraar UHD

80%

UD overig WP

75%

Promovendi OBP

70% 2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

OBP is inclusief O&O; Overig WP = docent, onderzoeker, overig WP.


- 36 -


A.6. Leeftijd A.6.1. Verdeling in leeftijdsgroepen Personeel in dienst exclusief Geneeskunde, excl. student-assistenten In personen; bij totaal zijn dubbeltellingen geëlimineerd. WP <25

promo

OBP O&O

OBP overig

totaal

versch. 2011 17

6

71

37

44

156

25 t/m 29

123

407

78

104

693

59

30 t/m 34

245

164

51

124

577

-27

35 t/m 39

221

24

34

156

433

22

40 t/m 44

173

10

37

171

386

12

45 t/m 49

169

4

38

196

404

-34

50 t/m 54

188

2

48

229

466

32

55 t/m 59

155

1

48

202

404

-13

60 t/m 64

132

54

127

309

25

65&>

13

4

17

2

gemiddelde leeftijd

44

41,9

45,3

41,4

-0,2

aantal 55+ Percentage 55+

28,4

300

1

102

333

730

14

21,1%

0,1%

24%

24,5%

19%

-0,1%

A.6.1.a Verdeling in leeftijdsgroepen landelijk Bron: WOPI-cijfers VSNU Exclusief HOOP-gebied Gezondheid en studentassistenten In fte WP

In percentages per categorie

promo

OBP O&O

OBP overig

totaal

WP

promo

OBP O&O

OBP overig

totaal

<25

207

671

165

253

1312

1,1%

8%

3,8%

1,6%

2,8%

25 t/m 29

1700

5426

483

899

8515

9,4%

64,3%

11,3%

5,6%

18,1%

30 t/m 34

3218

1882

396

1553

7053

17,8%

22,3%

9,2%

9,7%

15%

35 t/m 39

2704

308

426

1928

5367

14,9%

3,7%

9,9%

12%

11,4%

40 t/m 44

2250

85

453

2314

5106

12,4%

1%

10,6%

14,4%

10,9%

45 t/m 49

2110

36

526

2494

5171

11,6%

0,4%

12,3%

15,5%

11%

50 t/m 54

2123

18

635

2583

5365

11,7%

0,2%

14,8%

16,1%

11,4%

55 t/m 59

2022

11

640

2352

5041

11,2%

0,1%

14,9%

14,6%

10,7%

60 t/m 64

1644

1

562

1676

3898

9,1%

0,01%

13,1%

10,4%

8,3%

65&>

149

4

31

186

0,8%

0,1%

0,2%

0,4%

.


- 37 -


A.6.2. Leeftijdsontwikkeling In personen; exclusief student-assistenten gemiddelde leeftijd

2008

2009

2010

2011

2012

42,1

42,1

42,1

41,6

41,4

mannen

43,3

43,2

43,3

42,7

42,4

vrouwen

40,8

40,9

40,8

40,4

40,4

749

745

752

716

730

480

478

477

443

438

aantal 55+ (55=>) mannen vrouwen percentage 55+

269

267

275

273

292

19,8%

19,8%

20,2%

19,1%

19%

mannen (% van mannen)

23,9%

24%

24,4%

22,9%

22,2%

mannen (% van totaal)

12,7%

12,7%

12,8%

11,8%

11,4%

vrouwen (% van vrouwen)

15,2%

15,1%

15,6%

15,1%

15,6%

vrouwen (% van totaal)

7,1%

7,1%

7,4%

7,3%

7,6%

A.6.3. Leeftijdsontwikkeling WP-OBP In personen; exclusief promovendi WP

<25

2008

2009

2010

2011

2012 0,4%

0,4%

0,5%

0,7%

0,7%

25 t/m 29

7%

6,3%

6,5%

6,9%

8,6%

30 t/m 34

16,4%

18,4%

19,1%

19,7%

17,2%

35 t/m 39

14,4%

14,5%

13,8%

14,1%

15,5%

40 t/m 44

11,6%

11,7%

11,8%

12,4%

12,1%

45 t/m 49

13,7%

13,1%

13,7%

12%

11,9%

50 t/m 54

14,1%

13,4%

12%

12,7%

13,2%

55 t/m 59

12,5%

12,2%

12,9%

11,8%

10,9%

60 t/m 64

9,5%

9,4%

9%

9,1%

9,3%

65&>

0,4%

0,5%

0,5%

0,7%

0,9%

Leeftijdsverdeling WP 20%

2008 15%

2010 2012

10%

5%

0% <25

25 t/m 29

30 t/m 34


35 t/m 39

40 t/m 44

45 t/m 49

50 t/m 54

- 38 -

55 t/m 59

60 t/m 64

65&>


OBP 2008

2009

2010

2011

2012

<25

3,1%

3,2%

3,3%

4,3%

4,5%

25 t/m 29

9,7%

8,7%

7,6%

8,8%

10,2%

30 t/m 34

10,5%

10,7%

11,2%

10,4%

9,8%

35 t/m 39

10,7%

10,2%

10,1%

11%

10,7%

40 t/m 44

12,8%

12,5%

13,5%

11,3%

11,5%

45 t/m 49

14,8%

14,6%

13,5%

15,2%

13,2%

50 t/m 54

14,5%

15,7%

15,4%

14,9%

15,6%

55 t/m 59

15,7%

14,5%

15,2%

14,6%

14,1%

60 t/m 64

7,6%

9,5%

9,7%

9,2%

10,1%

65&>

0,6%

0,4%

0,5%

0,3%

0,2%

Leeftijdsverdeling OBP 20%

2008 15%

2010 2012

10%

5%

0% <25

25 t/m 29

30 t/m 34


35 t/m 39

40 t/m 44

45 t/m 49

50 t/m 54

- 39 -

55 t/m 59

60 t/m 64

65&>


A.6.4. Leeftijdsontwikkeling promovendi Promovendi met Nederlandse nationaliteit Percentage van totaal promovendi met Nederlandse nationaliteit 2008

2009

2010

2011

2012

<25

9,9%

8,6%

10,3%

10,8%

12,6%

25 t/m 29

61,6%

61,7%

62,2%

62,6%

62,2%

30 t/m 34

21,2%

21,2%

19%

20,2%

20,1%

35 t/m 39

3%

4,2%

5,1%

3,2%

1,9%

40 t/m 44

2,7%

2,5%

1,5%

0,7%

1,7%

45 t/m 49

1,2%

1%

1,5%

50 t/m 54

0,2%

0,2%

55 t/m 59

0,2%

0,5%

0,3%

2%

0,7%

0,2%

0,5%

0,2%

0,2%

60 t/m 64 65&>

Promovendi met niet- Nederlandse nationaliteit Percentage van totaal promovendi met niet-Nederlandse nationaliteit 2008

2009

2010

2011

2012

<25

6,2%

6,6%

6,1%

5,3%

7%

25 t/m 29

58,8%

59%

58,8%

56,1%

55,6%

30 t/m 34

27%

25%

27,8%

30,5%

30%

35 t/m 39

5,2%

5,2%

4,5%

5,3%

5,9%

40 t/m 44

1,4%

2,4%

2%

2,3%

1,1%

45 t/m 49

0,5%

0,9%

0,4%

50 t/m 54

0,9%

0,9%

0,4%

0,4% 0,4%

55 t/m 59 60 t/m 64 65&>

A.6.5. Leeftijd vast en tijdelijk personeel Personeel in dienst ultimo 2012, exclusief Geneeskunde, in personen. Excl. Promovendi en student-assistenten. Wetenschappelijk personeel vast <25

ondersteunend en beheerspersoneel

tijdelijk

% tijdelijk

vast

tijdelijk

% tijdelijk

6

100%

1

79

98,8%

25 t/m 29

4

119

96,7%

36

146

80,2%

30 t/m 34

41

206

83,4%

106

69

39,4%

35 t/m 39

84

140

62,5%

154

36

18,9%

40 t/m 44

103

71

40,8%

182

23

11,2%

45 t/m 49

137

32

18,9%

217

17

7,3%

50 t/m 54

166

24

12,6%

260

17

6,1%

55 t/m 59

143

13

8,3%

244

7

2,8%

60 t/m 64

122

11

8,3%

176

4

2,2%

65&>

2

11

84,6%

2

2

50%

Totaal

802

633

44,1%

1378

400

22,5%


- 40 -


A.6.5.A Jaarreeks leeftijd tijdelijk personeel Personeel in dienst, exclusief Geneeskunde, In personen. Excl. promovendi en student-assistenten.

Percentage tijdelijk dienstverband van totaal WP <25

2008

2009

2010

2011

2012

0,4%

0,5%

0,7%

0,7%

0,4%

25 t/m 29

6,7%

6%

6,2%

6,4%

8,3%

30 t/m 34

13,5%

15,2%

16,5%

16,8%

14,4%

35 t/m 39

7,9%

8,6%

7,4%

7,9%

9,8%

40 t/m 44

2,9%

3%

3,8%

4,8%

4,9%

45 t/m 49

2%

2,2%

2%

1,5%

2,2%

50 t/m 54

1,6%

1,4%

1,5%

1,5%

1,7%

55 t/m 59

1,2%

0,7%

1%

1%

0,9%

60 t/m 64 65&>

0,6% 0,4%

0,6% 0,5%

1% 0,5%

0,7% 0,4%

0,8% 0,8%

Percentage tijdelijk dienstverband van totaal OBP 2008

2009

2010

2011

2012

<25

2,6%

2,8%

3%

4,1%

4,4%

25 t/m 29

6,8%

6,3%

6,1%

7,1%

8,2%

30 t/m 34

2,9%

3,5%

3,8%

3%

3,9%

35 t/m 39

1,7%

1,8%

1,3%

2,1%

2%

40 t/m 44

1,1%

1%

1,5%

0,8%

1,3%

45 t/m 49

1,2%

1,2%

1%

1,4%

1%

50 t/m 54

0,7%

0,8%

0,8%

0,6%

1%

55 t/m 59

0,6%

0,2%

0,3%

0,4%

0,4%

60 t/m 64 65&>

0,2% 0,3%

0,3% 0,2%

0,3% 0,3%

0,3% 0,2%

0,2% 0,1%

A.6.6 Gemiddelde leeftijd vast en tijdelijk personeel Exclusief student-assistenten Personeel in vaste dienst 2008

2009

2010

2011

2012

WP

49,4

49,6

49,6

49,5

49,7

OBP

47

47,6

47,9

47,8

48,2

totaal

47,9

48,3

48,5

48,4

48,7

Personeel in tijdelijke dienst 2008

2009

2010

2011

2012

WP

36,1

35,9

36,3

36,1

36,5

promovendi

28,8

28,9

28,8

28,7

28,4

OBP

33

32,2

32,8

31,9

31,6

totaal

32,4

32,1

32,3

32

32,1


- 41 -


A.6.7. Leeftijd mannen en vrouwen Gemiddelde leeftijd mannen 2008

2009

2010

2011

2012

WP vast

50,2

50,5

50,5

50,4

50,6

WP tijdelijk

36,9

36,6

37,1

37,1

37,4

promovendi

28,8

28,7

28,5

28,5

28,3

OBP vast

47,6

48,2

48,5

48,4

48,6

OBP tijdelijk

34,3

31,8

34,3

32,6

32

totaal vast

48,8

49,3

49,4

49,3

49,6

totaal tijdelijk

32,8

32,3

32,9

32,5

32,5

Gemiddelde leeftijd vrouwen 2008

2009

2010

2011

2012

WP vast

47,5

47,5

47,3

47,4

47,6

WP tijdelijk

35,1

35

35,4

34,8

35,4

promovendi

29

29,1

29

28,9

28,5

OBP vast

46,6

47,1

47,4

47,4

47,8

OBP tijdelijk

32,4

32,3

32,1

31,5

31,4

totaal vast

46,8

47,2

47,4

47,4

47,7

32

31,8

31,8

31,5

31,7

totaal tijdelijk

Exclusief Geneeskunde, exclusief student-assistenten 2008

2009

2010

2011

2012

19,8%

19,8%

20,2%

19,1%

19%

mannen

64,1%

64,2%

63,4%

61,9%

60%

vrouwen

35,9%

35,8%

36,6%

38,1%

40%

15,7%

15,3%

15,8%

16,6%

16,1%

mannen

60,7%

56,6%

55,5%

54,9%

55%

vrouwen

39,3%

43,4%

44,5%

45,1%

45%

% 55+ van het totaal aandeel in 55+

% <40 van het totaal vast aandeel in WP vast <40


- 42 -


Leeftijdverdeling WP, mannen-vrouwen 2012 300

vrouwen 250

mannen personen

200 150 100 50 0 t/m29

30-34

35-39

40-44

45-49

50-54

55-59

60-64

65+

Leeftijdverdeling OBP, mannen-vrouwen 2012 300

vrouwen

250

mannen personen

200 150 100 50 0 t/m29

30-34

35-39

40-44

45-49

50-54

55-59

60-64

65+

A.6.8. Personeel jonger dan veertig jaar als percentage van vast personeel; jaarreeksen In personen; exclusief promovendi, PhDfellows en student-assistenten. 2008

2009

2010

2011

2012

WP mannen

13,5%

12,2%

12,4%

13,1%

12,9%

WP vrouwen

20,9%

22,9%

24,1%

24,7%

23,1%

WP totaal

15,7%

15,3%

15,8%

16,6%

16,1%

OBP mannen

25,1%

23%

23,2%

23,4%

22,3%

OBP vrouwen

24%

22,5%

21,1%

21,9%

21%

24,5%

22,7%

22%

22,5%

21,6%

OBP totaal


- 43 -



- 44 -


A.7. Geldstromen In fte; exclusief Geneeskunde 2008

2009

2010

2011

2012

2435,1

2353

2290,2

2316,9

2357,7

445,5

479,9

504,1

506,4

529,7

47

53

51

56

64

492,5

532,9

555,1

562,4

593,7

overig

180,9

205,1

198,3

171,7

149,9

collectebus

15,6

15,8

16,3

15,4

12,5

EU

70,1

95,6

122

143,3

181,2

PAO/nasch

21,1

19,8

22,6

24

25,1

e

1 geldstroom 2e geldstroom in dienst NWO/FOM totaal2 3e geldstroom

totaal3 totaal in dienst

287,7

336,4

359,2

354,5

368,8

3168,4

3169,3

3153,5

3177,8

3256,1

N.B.: bij ‘totaal in dienst’ zijn de NWO/FOM-medewerkers niet inbegrepen (die zijn in dienst van NWO). Geldstromen WP In fte; exclusief Geneeskunde 2008

2009

2010

2011

2012

828,1

779,3

770,6

796,5

835

181,4

192,2

192,9

175,3

92,5

19

23

16

19

18

200,4

215,2

208,9

194,3

110,5

67,5

83,6

78,4

62,3

48,7

collectebus

6,3

7,3

4,8

2,8

1,8

EU

37,2

48

55,2

56,1

69,3

1e geldstroom e

2 geldstroom in dienst NWO/FOM totaal2 3e geldstroom overig

PAO/nasch totaal3 totaal in dienst

6,5

5

5,3

5,2

5,1

117,6

144

143,8

126,5

125

1127

1115,5

1107,3

1098,3

1147,2


- 45 -


Geldstromen promovendi In fte; exclusief Geneeskunde 2008

2009

2010

2011

2012

248,5

212,5

183,6

187,1

168,3

238,2

252,1

276,4

295,6

223,6

28

29

34

35

44

266,2

281,1

310,4

330,6

267,6

overig

69,6

78,6

77,3

71,6

65,6

collectebus

6,4

6,6

9,6

10,6

9

EU

21,8

38,4

55,9

74,8

97,8

e

1 geldstroom 2e geldstroom in dienst NWO/FOM totaal2 3e geldstroom


0,7

0,4

97,8

124,3

142,8

157,1

172,9

585,6

588,9

602,7

639,8

652,7

Geldstromen OBP O&O In fte; exclusief studentassistenten, exclusief Geneeskunde 1e geldstroom

2008

2009

2010

2011

2012

290

288,5

267,3

253,3

252,6

19,9

28,5

29

26,2

12,7

2e geldstroom in dienst NWO/FOM

1

1

1

2

5

20,9

29,5

30

28,2

17,7

overig

20,6

21,7

20

18,6

21,1

collectebus

2,8

1,8

1,8

2

1,7

EU

5,9

5,6

9,5

8,5

9,4

0,5

0,5

29,4

29,6

31,3

29,6

32,6

339,2

346,6

327,6

309,1

306,4

totaal2 3e geldstroom


0,5

Geldstromen overig OBP In fte; exclusief studentassistenten, exclusief Geneeskunde 1e geldstroom

2008

2009

2010

2011

2012

1045,6

1046,1

1044,9

1057,8

1071,6

5,4

5,2

4,3

7,2

6,1

5,4

5,2

4,3

7,2

6,1

16,3

17,6

13,7

13,9

10,2

2e geldstroom in dienst NWO/FOM totaal2 3e geldstroom overig collectebus EU

4,4

2,6

1,4

3,3

4,6

PAO/nasch

12,7

11,6

16,4

16,9

18,7

totaal3 totaal in dienst

33,5

31,9

31,4

34

33,5

1084,4

1083,2

1080,6

1098,9

1112,5


- 46 -


Geldstromen in fte exclusief Geneeskunde

100% 90% 80% 70% Promo3

60%

WP3

50%

OBP3

40%

Promo2 WP2

30%

OBP2

20%

Promo1

10%

WP1 OBP1

0%


- 47 -



- 48 -


A.8. Internationalisering Paspoort-nationaliteit, in fte. Europese Economische Ruimte (EER) is exclusief Nederland. Hoogleraar

UHD

UD

docent

onderzoeker

WP totaal*

promovendus

OBP

Totaal**

EER

2000 13,2%

2004 13,8%

2008 13,3%

2011 13,0%

2012 12,6%

niet-EER

2,8%

2,6%

2,1%

0,9%

0,9%

totaal niet-Nederlands

16,0%

16,4%

15,5%

14,0%

13,5%

EER

5,2%

8,3%

8,0%

6,6%

7,6%

niet-EER

1,8%

1,7%

2,2%

4,0%

4,0%


7,0%

10,0%

10,2%

10,6%

11,6%

EER

4,7%

9,2%

13,8%

19,3%

18,8%

niet-EER

1,8%

2,8%

4,7%

6,2%

8,5%


6,5%

12,0%

18,5%

25,6%

27,3%

EER

5,0%

6,0%

7,8%

10,4%

9,7%

niet-EER

9,7%

7,4%

7,5%

7,3%

9,4%


14,7%

13,4%

15,3%

17,7%

19,1% 33,6%

EER

18,4%

26,4%

28,6%

31,5%

niet-EER

9,9%

16,1%

17,9%

18,7%

18,6%


28,3%

42,5%

46,5%

50,2%

52,2%

EER

9,1%

14,0%

16,1%

18,7%

18,8%

niet-EER

4,4%

6,7%

7,6%

8,3%

9,1%


13,5%

20,7%

23,7%

27,0%

27,9%

EER

16,8%

17,7%

18,7%

18,9%

19,0%

niet-EER

7,2%

13,8%

16,0%

21,3%

20,9%


24,0%

31,5%

34,7%

40,3%

39,8%

EER

0,6%

1,4%

2,8%

2,9%

3,0%

niet-EER

1,1%

1,2%

1,5%

0,9%

0,8%


1,7%

2,5%

4,3%

3,8%

3,8% 11,8%

EER

6,2%

8,6%

10,4%

11,6%

niet-EER

3,3%

5,3%

6,4%

7,6%

7,8%


9,5%

13,9%

16,8%

19,2%

19,6%

*inclusief overig WP **Inclusief overig WP en studentassistenten


- 49 -


niet-Nederlandse nationaliteit in percentages van het totaal WP+promovendi 16% 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0%


- 50 -


A.9. Externe instroom Definities -

Alleen externe instroom wordt geteld. De berekening is gemaakt middels ultimo-vergelijking. Student-assistenten tellen niet mee, met als consequentie, dat indiensttreding als WP of OBP aansluitend op student-assistentschap als instroom geldt. Wijzigingen in dienstverband (bijv. werktijduitbreiding of aanvaarden nieuwe functie) zijn niet meegeteld. Personen zijn geteld per dienstverband. In% = totale instroom in 2012 als percentage van bezetting per 31-12-2012 (dus in % van het verslagjaar). Een leeg veld in de tabel betekent dat er in de betreffende categorie/periode geen instroom heeft plaatsgevonden.

A.9.1. Externe instroom vast/tijdelijk In fte WP

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

3,8

88,5

92,3

0,8%

35%

12,7%

vrouwen

2,1

71

73,1

1%

33,3%

17,5%

totaal

5,9

159,5

165,4

0,9%

34,2%

14,4%

promovendi

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

101,7

101,7

27,7%

27,7%

mannen vrouwen

61,5

61,5

21,6%

21,6%

totaal

163,1

163,1

25%

25%

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

10,4

10,4

0%

33%

6,7%

OBP O&O

vast

mannen vrouwen

1,8

34,2

36

2,1%

54,1%

23,9%

totaal

1,8

44,6

46,4

0,9%

47,1%

15,1%

OBP overig mannen vrouwen totaal

vast 2,9 5 7,9

tijdelijk 31,1 55,9 87

totaal 34 60,9 94,9

vast in % 0,7% 1% 0,8%

tijdelijk in % 53,4% 48,5% 50,2%

totaal in % 6,8% 9,9% 8,5%

totaal

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

6,7

231,7

238,4

0,6%

32,6%

13,6%

vrouwen

8,9

222,5

231,4

1,1%

32,9%

15,7%

totaal

15,6

454,3

469,8

0,8%

32,7%

14,6%


- 51 -


In personen WP

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

5

120

125

0,9%

36,1%

14,3%

vrouwen

3

93

96

1,2%

30,9%

17,5%

totaal

8

213

221

1%

33,6%

15,5%

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

103

103

27,2%

27,2%

vrouwen

65

65

21,3%

21,3%

totaal

168

168

24,6%

24,6%

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

promovendi

OBP O&O

vast

mannen

20

20

0%

40,8%

10,7%

vrouwen

2

70

72

1,7%

59,8%

30,3%

totaal

2

90

92

0,8%

54,2%

21,6%

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

3

39

42

0,6%

52%

7,7%

vrouwen

6

80

86

0,9%

49,4%

10,6%

totaal

9

119

128

0,8%

50,2%

9,4%

totaal

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

8

282

290

0,7%

31,7%

14,7%

vrouwen

11

304

315

1,1%

31,8%

16,8%

totaal

19

586

605

0,9%

31,8%

15,7%

OBP overig

A.9.2. Externe instroom naar functie in fte WP hoogleraar

in personen

mannen

vrouwen

totaal

mannen

8,3

0,7

9

13

vrouwen 1

totaal 14

UHD

2,5

3,9

6,5

4

5

9

UD

17,3

16,8

34,1

23

19

42

docent

14,1

15,8

29,8

29

30

59

overig WP

50,1

35,9

85,9

56

41

97

promovendus

101,7

61,5

163,1

103

65

168

mannen

vrouwen

totaal

mannen

vrouwen

totaal

O&O Ondersteuning

10,4

36

46,4

20

72

92

Adm. & Secr. Onderst.

2,5

16,1

18,6

3

22

25

Facilitaire Zaken

7,7

8,3

16

12

16

28

ICT

10,6

3

13,6

12

3

15

Management & Best.onderst.

10,8

10,2

21

12

12

24

in fte OBP

in personen

Arbo en Milieu

Personeel & Organisatie

2,7

2,7

4

4

PR, Voorl. & Communicatie

1,8

6,4

8,2

2

9

11

Studentgerichte Onderst.

0,6

14,2

14,8

1

20

21

OBP totaal

44,5

96,8

141,3

62

158

220


- 52 -


A.9.3. Externe instroom naar leeftijdscategorie In fte WP

Promovendi

OBP O&O

OBP overig

<25

1,8

48,2

14,6

16,1

TOTAAL 80,7

25 t/m 29

36,8

89,8

19,2

31,7

177,4

30 t/m 34

59,5

20,3

6,4

11,7

98

35 t/m 39

28,6

2

0,8

9,6

41,1

40 t/m 44

18,3

1,8

2,9

5,5

28,5

45 t/m 49

8

1

1,2

4

14,2

50 t/m 54

6,4

1,3

11

18,8

55 t/m 59

2,3

0,1

4,8

7,2

60 t/m 64

1,9

0,4

2,3

65&>

1,7

1,7 In personen

WP

Promovendi

OBP O&O

OBP overig

TOTAAL

<25

2

49

28

28

106

25 t/m 29

48

91

36

39

213

30 t/m 34

70

23

14

15

121

35 t/m 39

38

2

3

11

54

40 t/m 44

27

2

4

9

41

45 t/m 49

12

1

3

6

22

50 t/m 54

11

3

13

27

55 t/m 59

3

1

6

10

60 t/m 64

5

1

6

65&>

5

5

Gemiddelde omvang aanstelling van de ingestroomde medewerkers WP

Promovendi

OBP O&O

OBP overig

TOTAAL

<25

0,9

1

0,5

0,6

0,8

25 t/m 29

0,8

1

0,5

0,8

0,8

30 t/m 34

0,9

0,9

0,5

0,8

0,8

35 t/m 39

0,8

1

0,3

0,9

0,8

40 t/m 44

0,7

0,9

0,7

0,6

0,7

45 t/m 49

0,7

1

0,4

0,7

0,6

50 t/m 54

0,6

0,4

0,8

0,7

55 t/m 59

0,8

0,1

0,8

0,7

60 t/m 64

0,4

0,4

0,4

65&>

0,3


0,3

- 53 -



- 54 -


A.10. Externe uitstroom Definities -

Alleen externe uitstroom wordt geteld. De berekening is gemaakt middels ultimo-vergelijking. Student-assistenten zijn niet meegeteld. Wijzigingen in dienstverband (bijv. werktijduitbreiding of aanvaarden nieuwe functie) zijn niet meegeteld. Personen zijn geteld per dienstverband. In% = totale uitstroom in 2012 als percentage van bezetting per 31-12-2011 (dus in % van het vorige verslagjaar). - Een leeg veld in de tabel betekent dat er in de betreffende categorie/periode geen uitstroom heeft plaatsgevonden.

A.10.1. Externe uitstroom vast/tijdelijk In fte WP

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

20,8

69,8

90,6

4,3%

30%

12,7%

vrouwen

10

43

53

5%

23%

13,7%

totaal

30,9

112,7

143,6

4,5%

26,9%

13,1%

promovendi

vast

vast in %

tijdelijk

totaal

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

61,7

61,7

17,8%

17,8%

vrouwen

62,1

62,1

21,1%

21,1%

totaal

123,7

123,7

19,3%

19,3%

OBP O&O

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

8,2

10,1

18,3

6,4%

29,4%

11,2%

vrouwen

3,5

15,3

18,8

3,9%

27,5%

12,9%

totaal

11,7

25,3

37,1

5,3%

28,2%

12%

OBP overig

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

22

9,7

31,7

4,8%

21,5%

6,3%

vrouwen

26

23,5

49,5

5,2%

24%

8,3%

totaal

48

33,2

81,2

5%

23,2%

7,4%

totaal

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

51

151,2

202,3

4,8%

23%

11,7%

vrouwen totaal

39,5 90,6

143,8 295

183,3 385,6

5% 4,9%

22,7% 22,8%

12,9% 12,3%


- 55 -


In personen WP

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

26

94

120

4,7%

30,6%

13,9%

vrouwen

13

58

71

5,3%

22,1%

14,1%

totaal

39

152

191

4,9%

26,7%

14%

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

64

64

18,1%

18,1%

vrouwen

68

68

21,7%

21,7%

totaal

132

132

19,8%

19,8%

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

10

15

25

6,9%

30%

12,8%

vrouwen

4

35

39

3,2%

36,5%

17,7%

totaal

14

50

64

5,2%

34,2%

15,4%

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

28

18

46

5,7%

28,1%

8,3%

vrouwen

37

42

79

5,6%

28,8%

9,8%

totaal

65

60

125

5,7%

28,6%

9,2%

totaal

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

mannen

64

190

254

5,4%

24,7%

13%

vrouwen

54

200

254

5,3%

25,1%

14%

totaal

118

390

508

5,4%

24,9%

13,5%

promovendi

OBP O&O

OBP overig

A.10.2. Externe uitstroom naar functie Mobiliteit tussen functies, b.v. van UHD naar hoogleraar, niet meegerekend. In fte WP

in personen

mannen

vrouwen

totaal

mannen

vrouwen

totaal

hoogleraar

6,6

0,4

7

10

1

11

UHD

6,6

1,3

8

8

2

10

UD

11,6

9,8

21,4

15

12

27

8

8,8

16,8

21

17

38

overig WP

57,8

32,6

90,4

66

39

105

promovendus

61,7

62,1

123,7

64

68

132

docent

in fte OBP

in personen

mannen

vrouwen

totaal

mannen

vrouwen

totaal

O&O Ondersteuning

18,3

18,8

37,1

25

39

64

Adm. & Secr. Onderst.

3,6

16,8

20,5

6

29

35

Arbo en Milieu

0,6

1

1,6

2

1

3

Facilitaire Zaken

8,8

6,9

15,7

14

16

30

ICT

4,3

1,8

6,1

5

2

7

Management & Best.onderst.

10,1

14,7

24,8

13

18

31

1

1

2

2

Personeel & Organisatie PR, Voorl. & Communicatie

3

3,8

6,9

4

5

9

Studentgerichte Onderst.

0,2

3,4

3,6

1

6

7

Zeldzame functies

1 50

68,2

1 118,2

1 71

118

1 189

OBP totaal


- 56 -


A.10.3. Externe uitstroom naar leeftijdscategorie In fte WP

Promovendi 3

5,4

8,5

16,9

25 t/m 29

16,8

64,4

10,5

11,3

103,1

30 t/m 34

57,1

44,1

8,1

9,4

118,7

35 t/m 39

24,3

5,3

1,8

3,6

34,9

40 t/m 44

14,1

3,8

1,8

6,2

25,9

45 t/m 49

3,4

2,2

1,4

10,8

17,8

50 t/m 54

4,4

1

0,8

9,3

15,5

55 t/m 59

4,6

60 t/m 64

16,9

<25

65&>

OBP O&O

7,1

2

OBP overig

TOTAAL

4,4

9

16,3

40,3

1,3

3,4

In personen WP

Promovendi

<25

OBP O&O

OBP overig

TOTAAL

3

12

16

31

25 t/m 29

23

67

21

19

129

30 t/m 34

70

48

12

13

141

35 t/m 39

33

6

4

6

49

40 t/m 44

21

4

2

9

36

45 t/m 49

5

3

4

16

27

50 t/m 54

6

1

1

12

20

55 t/m 59

7

5

12

60 t/m 64

22

26

56

65&>

4

3

7

8

Gemiddelde omvang aanstelling van de uitgestroomde medewerkers WP

Promovendi

OBP O&O

OBP overig

TOTAAL

1

0,5

0,5

0,5

<25 25 t/m 29

0,7

1

0,5

0,6

0,8

30 t/m 34

0,8

0,9

0,7

0,7

0,8

35 t/m 39

0,7

0,9

0,5

0,6

0,7

40 t/m 44

0,7

1

0,9

0,7

0,7

45 t/m 49

0,7

0,7

0,3

0,7

0,7

50 t/m 54

0,7

1

0,8

0,8

0,8

55 t/m 59

0,7

0,9

0,8

60 t/m 64

0,8

0,6

0,7

65&>

0,5

0,4

0,5


0,9

- 57 -


mobiliteit WP als percentage van totale bezetting WP 60%

16% 14%

50% 12% 40% 10% 8%

30%

6% 20%

instroom vast

4%

uitstroom vast 10% 2%

instroom tijdelijk

0%

0%

uitstroom tijdelijk % binnen 2 jaar in&uit

mobiliteit OBP O&O als percentage van totale bezetting OBP O&O 60%

18% 16%

50% 14% 40%

12% 10%

30% 8% 20%

6% 4%

instroom vast uitstroom vast

10% 2%

instroom tijdelijk

0%

0%



- 58 -


mobiliteit overig OBP als percentage van totale bezetting overig OBP 60%

9% 8%

50% 7% 40%

6% 5%

30% 4% 20%

3% 2%

instroom vast uitstroom vast

10% 1%

instroom tijdelijk

0%

0%



- 59 -



- 60 -


A.11. Ziekteverzuim Volgens definitie VSNU: uitgezonderd verzuim dat langer heeft geduurd dan 2 jaar. Bron: VSNU-WOPI ZVP-2jaar netto ziekteverzuim volgens definitie GVZD gemiddelde verzuimduur per werknemer (in kalenderdagen) ZMF gemiddelde verzuimfrequentie per persoon op jaarbasis NZP nulverzuim (percentage van het personeel dat niet heeft verzuimd) TOTAAL ZVP-2jaar GVZD

2008

2009

2010

2011

2012

Leiden

2,61

WO-totaal

2,97

2,61

2,6

3,07

2,9

2,91

2,89

2,88

Leiden

2,9

13,3

14

14

15,1

14,6

WO-totaal

13,19

12,65

13,59

14,12

14

Leiden

0,9

0,8

0,7

0,7

0,7

WO-totaal

0,94

0,95

0,9

0,88

0,9

Leiden

59,8

60,9

63,1

62,6

66,6

WO-totaal

59,07

59,6

62,19

61,99

62,7

WP incl promovendi

2008

2009

2010

2011

2012

ZVP-2jaar

Leiden

1,57

1,7

1,51

2,02

1,6

WO-totaal

1,7

1,69

1,68

1,71

1,7

Leiden

16

19,4

21,3

19,9

18,9

ZMF NZP

GVZD

WO-totaal

13,93

12,72

14,59

14,96

14,2

Leiden

0,4

0,4

0,3

0,3

0,3

WO-totaal

0,5

0,56

0,5

0,49

0,5

Leiden

76,5

74,5

79,9

77,6

80,7

WO-totaal

73,78

71,23

74,53

74,34

74,8

OBP incl studentass.

2008

2009

2010

2011

2012

ZVP-2jaar

Leiden

3,86

3,64

3,89

4,32

4,6

WO-totaal

4,61

4,44

4,44

4,39

4,4

Leiden

12,4

12,1

11,7

13,6

13,3

WO-totaal

ZMF NZP

GVZD ZMF NZP

12,87

12,61

13,16

13,74

14

Leiden

1,4

1,1

1,1

1,1

1,1

WO-totaal

1,51

1,4

1,37

1,33

1,3

Leiden

41,2

49

47,2

47,7

51,8

WO-totaal

37,48

46,01

47,53

46,65

47,1


- 61 -


Ziekteverzuim excl gevallen die langer dan 2 jaar geduurd hebben

5,00 4,50 4,00 3,50 WP Leiden

3,00

WP totaal

2,50

OBP Leiden

2,00

OBP totaal

1,50 1,00 0,50 0,00 2008


2009

2010

2011

- 62 -

2012


Deel B.

Faculteiten en diensten met elkaar vergeleken

B.1. Bezetting per eenheid Volgens dezelfde systematiek als in het A-gedeelte is LUMC/Geneeskunde niet meegeteld; in de landelijke cijfers is het HOOP-gebied Gezondheid weggelaten.

B.1.1. Personeel in dienst en bezoldigd exclusief Geneeskunde. Promovendi zijn inclusief PhDfellows. Faculteit FWN is inclusief CML; Bestuurskunde valt onder Faculteit Campus Den Haag. In fte

2012 totaal*

2011

Verschil 2011

6,8

96

77,8

18,2

44,6

110,5

95,2

15,3

98,9

566

546,4

19,6

79

323,7

298,2

25,6

37,2

75,4

406,2

388,5

17,7

126,7

144,2

964,2

975,7

-11,5

217,7

449

2466,6

2381,7

84,9

8,9

27,1

65

65,7

-0,8

8,2

11

11,6

-0,7

226,7

484,2

2542,5

2459,1

83,4

1

3

3

0

0,5

168,8

172,9

171,7

1,2

WP

Promovendi

OBP O&O

Archeologie

46,6

25,9

11,7

Campus Den Haag

46,6

11

7,6

Geesteswetenschappen

321,2

102,5

29,2

Rechtsgeleerdheid

154,8

69,7

5,3

Sociale wetenschappen

200,5

90,5

Wiskunde & Natuurwet.

342,1

351,1

TOTAAL faculteiten

1111,9

650,7

27,9

1,1

ICLON IIAS TOTAAL eenheden O&O CvB Bestuursbureau

2

0,8

1141,7

652,7

2 3,5

ISSC SOZ LURIS

OBP

113,7

113,7

109,1

4,6

0,6

105,7

106,3

116,4

-10,1

3

19,2

22,2

21,5

0,7

Universiteitsbibliotheek

72,1

40,3

112,4

115,5

-3,2

UFB

3,5

149,5

153

150,9

2,1

30,1

30,1

30,5

-0,4

79,7

628,3

713,6

718,7

-5,1

306,4

1.112,5

3.256,1

3177,8

78,3

Vastgoed TOTAAL ondersteunend TOTAAL Universiteit

5,5 1.147,2

652,7

* het totaal is inclusief student-assistenten

Personeel in cijfers 2013, deel B

- 65 -


In personen

Archeologie

2012 WP

promovendi

OBP O&O

OBP

totaal*

2011

verschil 2011

60

27

18

9

132

108

24

Campus Den Haag

50

11

9

53

124

110

14


406

111

56

144

755

728

27

Rechtsgeleerdheid

218

72

10

106

480

410

70


263

101

69

105

524

489

35


378

358

140

170

1044

1067

-23

TOTAAL faculteiten

1375

680

302

587

3059

2912

147

ICLON

42

2

10

35

88

90

-2

IIAS

4

1

12

17

19

-2

1421

683

312

634

3164

3021

143

1

3

3

0

1

204

211

209

2

121

121

117

4

1

134

135

153

-18

TOTAAL eenheden O&O CvB

2

Bestuursbureau

6

ISSC SOZ LURIS Universiteitsbibliotheek

3

21

24

23

1

105

48

153

155

-2

4

175

178

176

2

32

32

33

-1

114

736

857

869

-12

425

1357

4000

3862

138

UFB Vastgoed TOTAAL ondersteunend

TOTAAL Universiteit


8

1425

683

- 66 -


B.1.2. Personeel naar functiecategorie WP in FTE

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

Archeologie

21,6

25

27,2

30

34,1

34,9

32,5

34,6

37,6

46,6

Campus Den Haag

18,8

25,1

22,4

25,9

27,8

28,4

32,2

34

41,2

46,6


333,4

332,7

320,9

335,2

336,4

327,2

305,6

298,5

304,7

321,2

Rechtsgeleerdheid

131,6

122,7

119

131,3

128,9

128,6

133,9

133,4

133,2

154,8


171,4

175,3

181,5

187,6

186,4

188,1

190,2

189,1

191,9

200,5


364,5

369

366,6

354,3

364,8

382,8

392

386,6

353,4

342,1

TOTAAL faculteiten

1041,3

1049,7

1037,5

1064,2

1078,4

1090

1086,4

1076,3

1062,1

1111,9

ICLON

36,9

24,8

24,4

24,4

24,9

23

20,8

22,6

28,3

27,9

IIAS

4,5

6,1

3,7

5

5,3

3,8

2

2,2

2,2

2

1082,7

1080,6

1065,6

1093,7

1108,6

1116,9

1109,3

1101,1

1092,6

1141,7

1,2

1

2

2

2

2

2

2

2

2

1

1

3,5

TOTAAL eenheden O&O CvB Bestuursbureau ISSC SOZ

1

1

1

1

3,7

4,2

3,2

2,7

8,1

2

3

3

3

5,7

6,2

6,2

5,7

5,5

1102,8

1092,4

1075,6

1101,9

1119,7

1127

1115,5

1107,3

1098,3

1147,2

2008

2009

2010

2011

2012 25,9

LURIS Universiteitsbibliotheek

6,9

UFB Vastgoed TOTAAL ondersteunend TOTAAL Universiteit*

*Incl. eenheden die in 2012 niet meer bestonden Promovendi in FTE

2003

2004

2005

2006

2007

Archeologie

6,2

11,6

11,6

13,8

13,5

13

16

18,4

19,2

Campus Den Haag

8,3

11,4

10,6

9,6

8,8

5,8

5,4

7,6

12

11


106,7

111,8

107

112,2

113,2

112,4

107,4

104

109,8

102,5

Rechtsgeleerdheid

52,3

50,6

56,4

60,6

59,2

50,7

46,4

46,6

67,7

69,7


47,3

57,8

72,9

79,5

80

86,5

89,2

94,1

87,7

90,5


253,5

262

256,3

264

300,4

306,9

318,2

327,4

339

351,1

TOTAAL faculteiten

474,2

505,1

514,8

539,9

575,1

575,3

582,6

598,1

635,4

650,7

6,4

7,6

9,2

8,5

9,7

8,6

5,4

3,8

3,5

1,1

0,8

0,8

0,8

0,8

TOTAAL eenheden O&O

480,6

512,7

524

548,3

584,8

584

588,9

602,7

639,8

652,7

TOTAAL Universiteit*

494,4

527,3

533,8

557,5

589,2

585,6

588,9

602,7

639,8

652,7

ICLON IIAS

*Incl. eenheden die in 2011 niet meer bestonden


- 67 -


OBP O&O in FTE

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

Archeologie

2003

8,8

9,1

8,9

10,5

10,4

10,8

8,1

7,8

11,7

Campus Den Haag

1,3

0,8

1

4,7

8,2

7,8

7,6


18,1

22,3

22,9

23,8

22,1

21,4

29,1

25,2

29,2

Rechtsgeleerdheid

13,4

16,4

16,4

14,7

13,2

5,5

7,6

9,6

5,3


39,6

36,2

35

37,8

38,3

32,6

29,4

32,9

37,2


30,2

177,3

179,1

171,5

169,8

164,1

145,5

134,6

126,7

TOTAAL faculteiten

111,4

262

262,3

258,3

254,8

239,1

227,9

217,8

217,7

15

14,5

16,2

15,8

13,5

11,5

10,9

9,4

8,9

126,4

276,5

278,6

274

268,3

250,6

238,8

227,3

226,7

0,4

1

0,5

0,5

0,5

ICLON IIAS TOTAAL eenheden O&O CvB Bestuursbureau ISSC SOZ

0,9

0,9

LURIS

1,1

1,1

1,1

1,1

0,6

0,6

0,6

2

2

3

3,8

3,8

2,9

3


65,1

57,1

54,3

56,5

59,5

83,1

77,9

74,3

72,1

UFB

9,2

10

9,2

8,6

6,9

6,9

5,9

3,5

3,5

TOTAAL ondersteunend

75,2

68

66,6

68,2

70,9

96

88,7

81,8

79,7


203,5

345,5

345,2

342,2

339,2

346,6

327,6

309,1

306,4

2012

Vastgoed

*Incl. eenheden die in 2012 niet meer bestonden Overig OBP in FTE

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

Archeologie

14,2

5,7

5,9

6,8

7,2

8,4

8,3

8,2

6,6

6,8

Campus Den Haag

19,7

17,1

18,4

22,7

29,7

27

28,3

31,8

33,9

44,6


114,4

102,6

111,8

115,4

109,7

100,6

91,9

94,1

93,5

98,9

Rechtsgeleerdheid

102,5

87,4

84,8

85,9

80,8

79,2

78,2

77,7

76,8

79


97,2

82,3

82,1

90

87,5

87,3

81,6

70,2

75,2

75,4


392,7

324,9

177,7

176

179,5

177,9

172,1

146,6

148,8

144,2

TOTAAL faculteiten

740,7

620,1

480,7

496,8

494,3

480,5

460,5

428,6

434,8

449

ICLON

25,3

26,3

27,9

28,1

28,6

23,7

23,7

23,1

24,5

27,1

IIAS

12,6

14

12,8

10,2

9,1

9,6

8,4

8

8,6

8,2

TOTAAL eenheden O&O

778,6

660,5

521,5

535,1

531,9

513,8

492,6

459,6

467,9

484,2

3

3

1,6

1

1

1

1

1

1

1

Bestuursbureau

125,3

116,9

118,6

121,1

119,6

113

145,8

171,2

170,1

168,8

ISSC

78,9

88,3

88

88,8

84,6

82,1

82,2

109,4

109,1

113,7

SOZ

108,2

115,2

144

155,4

146,5

147

139,5

105,3

113,1

105,7

1,9

5,3

8,8

13,7

15,8

16

18,6

19,2

CvB


62,7

38,2

34,7

27,5

32,7

30

35,3

40,9

41,3

40,3

UFB

149,5

151,3

158,4

163,4

148,8

141,4

140,9

148,2

147,4

149,5

Vastgoed

24,6

34,9

30,8

30,5

27,2

29,7

30,1

29,2

30,5

30,1


552,2

547,7

578,1

593

569,4

557,9

590,6

621

631,1

628,3


1355,8

1229,4

1116,1

1143,6

1115

1084,4

1083,2

1080,6

1098,9

1112,5

*Incl. eenheden die in 2012 niet meer bestonden


- 68 -


TOTAAL in FTE

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

Archeologie

43,9

52,6

54,3

61,4

65,9

68,1

69,7

72,9

77,8

96

Campus Den Haag

50,4

59,2

55,7

59,5

68

63,3

72,4

82,1

95,2

110,5


563,8

578

575,8

602,3

593,4

568,7

538,3

538

546,4

566

301

289,1

291,7

313

302,7

290,3

277,8

278,5

298,2

323,7


334,1

371,4

375,7

392,7

394,9

401,5

395,1

385

388,5

406,2


1015,3

990,2

981,6

977

1020,9

1041

1050,1

1009,5

975,7

964,2

TOTAAL faculteiten

2308,4

2340,4

2334,9

2405,9

2445,7

2432,8

2403,5

2366

2381,7

2466,6 65

Rechtsgeleerdheid

ICLON IIAS TOTAAL eenheden O&O CvB

2012

69

74,5

76,4

77,2

78,9

68,9

61,4

60,4

65,7

17,1

20,1

16,5

15,3

14,4

13,4

11,7

11,2

11,6

11

2394,5

2435,1

2427,8

2498,4

2539

2515,1

2476,6

2437,6

2459,1

2542,5

4,2

4

3,6

3

3

3

3

3

3

3

125,3

116,9

118,6

121,7

119,6

113,4

146,8

172,7

171,7

172,9

ISSC

78,9

88,3

88

88,8

84,6

82,1

82,2

109,4

109,1

113,7

SOZ

108,2

117

145,9

157,8

148,7

151,9

144,9

109,1

116,4

106,3

1,9

7,3

10,8

16,7

19,6

19,8

21,5

22,2 112,4

Bestuursbureau


102,6

103,3

91,8

81,8

89,2

89,5

118,4

118,8

115,5

UFB

149,5

160,5

168,4

172,6

157,4

148,3

147,8

154,1

150,9

153

Vastgoed

24,6

34,9

30,8

30,5

27,2

29,7

30,1

29,2

30,5

30,1


593,3

624,9

649,1

663,5

640,6

634,5

692,8

715,9

718,7

713,6


3038,7

3107,6

3111,9

3191,6

3206

3168,4

3169,3

3153,5

3177,8

3256,1

*Incl. studentassistenten en eenheden die in 2012 niet meer bestonden


- 69 -



- 70 -


B.1.3. Landelijk Aandeel per HOOPgebied Exclusief HOOPgebied Gezondheid en excl. Studentassistenten, in fte Het HOOP-gebied Taal & Cultuur omvat Letteren, Godgeleerdheid, Wijsbegeerte én Archeologie. Het instituut Bestuurskunde valt in alle jaren onder HOOP-gebied Gedrag & Maatschappij. De ondersteunende diensten kunnen alleen als totaal vergeleken worden met de WOPI-categorie diversen. Het totaal en het subtotaal wetenschappelijk personeel zijn vergeleken met het totaal van alle HOOP-gebieden (dus inclusief de disciplines die niet in Leiden vertegenwoordigd zijn, maar exclusief Gezondheid).

WP

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

Natuur

14,4%

14,5%

15,2%

14,2%

14,6%

15,5%

15,4%

14,4%

13,3%

12,9%

Recht

13,6%

10,6%

10,8%

11,8%

11,3%

10,9%

11,2%

10,1%

10%

11,5%

Gedrag & Maatschappij Taal & Cultuur Diversen

Promovendi Natuur Recht Gedrag & Maatschappij Taal & Cultuur

9,1%

9,5%

9,5%

9,4%

9,2%

8,8%

8,3%

8%

8,5%

8,2%

18,2%

17,9%

18,5%

18,5%

18,8%

17,7%

16%

15,6%

15,9%

17,3%

1,9%

4,8%

2,3%

2,7%

3,5%

3%

3,4%

4,5%

4,6%

5,7%

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

15%

14,7%

15,3%

15,3%

17,4%

17,8%

18,8%

18,9%

18,3%

18,8%

13,3%

13,1%

13,6%

14,4%

18,5%

14,8%

12,7%

11,7%

15,6%

16,8%

9%

10%

10%

10,3%

9,4%

8,9%

7,7%

7,6%

7,4%

7,1%

19,2%

17,9%

19,4%

19,6%

23,2%

20,5%

20,8%

19,4%

18,3%

18,4%

Diversen

6,9%

8,1%

8,3%

7,9%

0%

0%

4,1%

10,1%

0%

0%

O&O Ondersteuning

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

Natuur

16,8%

17,4%

17%

16,9%

16,6%

15,2%

14,2%

14,3%

Recht

19,5%

20,2%

21,9%

21,6%

9,9%

13,9%

14,9%

8,2%

Gedrag & Maatschappij

18,4%

19,5%

19,6%

18,3%

15,4%

14,2%

15,2%

15,1%

Taal & Cultuur

23,8%

23,2%

27,6%

27,5%

26,3%

27,4%

26,2%

28,3%

7,1%

6,5%

6,4%

6,6%

8,7%

7,6%

7,2%

7,3%

Diversen

OBP*

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

Natuur

15,6%

14,4%

14,8%

15,4%

15,7%

15,8%

15,1%

12,8%

13,2%

13,2%

15%

15,6%

15,8%

16,1%

15,3%

14,3%

14%

12,2%

12,3%

12,6%

Recht Gedrag & Maatschappij Taal & Cultuur Diversen

9,9%

11,9%

10,2%

10,9%

10,7%

10,6%

9,9%

8,9%

11,9%

12,2%

18,5%

15,6%

18,5%

18,9%

17,7%

17%

14,8%

15,4%

15,3%

16,5%

7,2%

8,1%

8,9%

8,4%

8,1%

7,6%

7,6%

7,7%

7,7%

7,8%

* NB tot en met 2004 is dit cijfer inclusief OBP O&O


- 71 -


TOTAAL Universiteit

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

Natuur

15%

14,7%

15,3%

15,3%

15,7%

16,4%

16,4%

15,4%

14,8%

14,8%

Recht

13,3%

13,1%

13,6%

14,4%

14%

12,8%

12,2%

11%

11,7%

12,6%

Gedrag & Maatschappij

9%

10%

10%

10,3%

9,9%

9,7%

8,8%

8,4%

9,3%

9,1%

Taal & Cultuur

19,2%

17,9%

19,4%

19,6%

19,5%

18,3%

16,9%

16,7%

16,6%

17,8%

Diversen

6,9%

8,1%

8,3%

7,9%

7,6%

7,2%

7,5%

7,6%

7,5%

7,6%

Aandeel Leiden in het totaal van alle HOOPgebieden met uitzondering van HOOP Gezondheid en Studentassistenten 2003

2004

2005

2006

2007

2008

8,1%

8,3%

8,6%

8,6%

8,3%

8,3%


2009 8%

- 72 -

2010

2011

7,8%

7,8%

2012 8%


B.1.4. In dienst van NWO, LUMC en externe rechtspersonen

In dienst van NWO/FOM in personen WP

Promovendi

mannen

vrouwen

13

5


OBP

mannen vrouwen 37

mannen

7

vrouwen

totaal

2

64

Bijzonder hoogleraren in personen, inclusief kerkelijk hoogleraren Vanwege het LUF mannen Archeologie

vrouwen

Vanwege andere instanties mannen

2

vrouwen

In dienst in andere functie dan hgl mannen

vrouwen

2

1

Campus Den Haag Geesteswetenschappen

5

Rechten

2

Sociale wetensch.

1

5

TOTAAL Universiteit

14

2

2012

2011

4

4

1

0

17

5

28

28

8

1

11

13

9

5

15

15

11

2

1

1

20

16

47

13

2

1

79

76

1


TOTAAL

Hoogleraren Geneeskunde Bron: Verantwoordingsdocumenten LUMC In personen in dienst LUMC % vrouwen bijzonder hgl % vrouwen

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

92

102

114

124

137

136

128

131

132

5,4%

7,8%

7,9%

10,5%

14,6%

14,7%

14,1%

14,5%

17,4%

7

13

12

13

18

19

22

17

18

28,6%

15,4%

16,7%

15,4%

16,7%

15,8%

13,6%

5,9%

5,6%


- 73 -



- 74 -


B.2.1. Functies In fte

HGL

UHD

UD

docent

WP totaal*

promovendi

O&O ondersteuning

Archeologie

10,5

5,8

8,7

8,5

46,6

25,9

11,7

Campus Den Haag

6,4

5

25,5

4,8

46,6

11

7,6


66,6

19,5

123,4

56,5

321,2

102,5

29,2

Rechtsgeleerdheid

40,4

20,7

41,7

36,2

154,8

69,7

5,3


27,7

27,9

77,6

33

200,5

90,5

37,2


69

38,4

70,2

9

342,1

351,1

126,7

220,7

117,3

347,1

147,9

1111,9

650,7

217,7

3

3

1,8

17,4

27,9

1,1

8,9

2

0,8

1141,7

652,7

TOTAAL faculteiten ICLON IIAS TOTAAL eenheden O&O

223,7

CvB

2

Bestuursbureau

1

120,3

348,9

165,3

226,7

2 3,5

1,5

0,5

ISSC SOZ

0,6

LURIS

3


72,1

UFB

3,5


3 226,7

5,5

1,5 120,3

350,4

165,3

1147,2

79,7 652,7

306,4

*WP totaal is inclusief onderzoekers


- 75 -


In personen

HGL

UHD

UD

docent

WP totaal*

promovendi

O&O ondersteuning

Archeologie

12

6

13

14

60

27

18

Campus Den Haag

7

6

26

6

50

11

9


71

21

153

108

406

111

56

Rechtsgeleerdheid

68

23

54

53

218

72

10


31

34

91

69

263

101

69


77

42

75

16

378

358

140

TOTAAL faculteiten

266

132

412

265

1373

680

302

3

3

2

31

42

2

10

4

1

1

1417

683

312

ICLON IIAS TOTAAL eenheden O&O

269

CvB

2

Bestuursbureau

1

135

414

294

2 6

2

ISSC SOZ

1

LURIS

3


105

UFB

4


3 272

8

1 135

416

294

1425

113 683

425

*WP totaal is inclusief onderzoekers


- 76 -


B.2.2. Vrouwen in de (sub)top In personen, exclusief Geneeskunde. Volgens de definities van het Charter “Talent naar de Top”. Daarbij vormt niet de functie, maar de salarisschaal het uitgangspunt: top = schaal 15 en hoger, subtop = schaal 13 & 14. De percentages zijn genomen van het totaal van mannen en vrouwen in de betreffende salarisgroep. Campus Den Haag is inclusief Bestuurskunde. Functies in de top (schaal 15 en hoger) en subtop (schaal 13+14) Archeologie totaal in de top % vrouwen in de top totaal in de subtop % vrouwen in de subtop Campus Den Haag totaal in de top % vrouwen in de top totaal in de subtop

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

5

7

7

7

8

10

10

12

20%

14,3%

14,3%

14,3%

25%

20%

20%

25%

7

5

4

6

6

7

6

6

28,6%

40%

25%

16,7%

16,7%

14,3%

16,7%

16,7%

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

9

9

10

9

10

8

7

9

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

11,1%

4

4

6

4

5

8

8

10

0%

25%

0%

0%

20%

50%

62,5%

40%

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

66

73

79

81

77

80

78

72

% vrouwen in de top

19,7%

19,2%

16,5%

19,8%

20,8%

21,3%

23,1%

26,4%

totaal in de subtop

43

44

39

36

34

34

30

32

20,9%

25%

25,6%

25%

26,5%

23,5%

23,3%

25%

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

% vrouwen in de subtop Geesteswetenschappen totaal in de top

% vrouwen in de subtop Rechtsgeleerdheid

52

53

57

58

59

58

62

69

% vrouwen in de top

totaal in de top

5,8%

11,3%

15,8%

17,2%

16,9%

19%

22,6%

20,3%

totaal in de subtop

35

33

31

30

30

29

28

29

37,1%

33,3%

32,3%

30%

30%

31%

25%

27,6%

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

% vrouwen in de subtop Sociale wetenschappen totaal in de top % vrouwen in de top totaal in de subtop

27

28

31

31

32

33

34

33

40,7%

39,3%

41,9%

41,9%

37,5%

36,4%

35,3%

33,3%

46

47

45

47

43

44

43

44

26,1%

34%

31,1%

38,3%

34,9%

38,6%

37,2%

43,2%

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

70

71

72

72

73

72

75

78

% vrouwen in de top

4,3%

4,2%

4,2%

4,2%

4,1%

5,6%

6,7%

7,7%

totaal in de subtop

59

63

62

62

64

63

56

57

15,3%

15,9%

17,7%

22,6%

21,9%

22,2%

26,8%

24,6%

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

% vrouwen in de subtop Wiskunde & Natuurwetenschappen totaal in de top

% vrouwen in de subtop TOTAAL faculteiten

227

229

241

258

259

261

266

273

% vrouwen in de top

totaal in de top

14,5%

13,5%

14,5%

16,7%

16,6%

17,6%

19,2%

23,1%

totaal in de subtop

199

192

196

185

182

185

171

178

20,1%

23,4%

26,5%

27,6%

26,9%

29,2%

29,8%

30,3%

% vrouwen in de subtop


- 77 -


Overige eenheden totaal in de top % vrouwen in de top totaal in de subtop % vrouwen in de subtop


2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

31

31

29

27

26

26

23

24

19,4%

22,6%

24,1%

22,2%

23,1%

23,1%

26,1%

29,2%

57

58

60

55

54

61

61

58

21,1%

24,1%

31,7%

38,2%

38,9%

37,7%

41%

37,9%

- 78 -


B.3. Dienstverband WP exclusief promovendi Percentage tijdelijke aanstellingen In fte

vast

tijdelijk

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

Archeologie

24,4

22,2

26%

30%

37%

36%

35%

33%

41%

48%

Campus Den Haag

19,5

27,1

21%

31%

32%

42%

39%

44%

50%

58%


213,9

107,3

22%

27%

26%

21%

22%

23%

28%

33%

Rechtsgeleerdheid

101,6

53,1

20%

23%

19%

20%

27%

24%

25%

34%


130,9

69,7

30%

30%

32%

32%

34%

35%

34%

35%


165,3

176,9

51%

48%

49%

52%

54%

56%

53%

52%

TOTAAL faculteiten

655,5

456,3

33%

34%

35%

35%

37%

38%

38%

41%

ICLON

21,6

6,3

9%

5%

3%

7%

5%

17%

28%

23%

0,8

1,1

95%

96%

96%

95%

90%

63%

54%

57%

677,9

463,7

33%

34%

34%

34%

37%

38%

38%

41%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

72%

IIAS TOTAAL eenheden O&O CvB

2

Bestuursbureau

1

2,5

ISSC SOZ

0%

0%

0%

46%

52%

100%

100%

LURIS Universiteitsbibliotheek UFB Vastgoed TOTAAL ondersteunend TOTAAL Universiteit

3

2,5

0%

0%

0%

29,8%

35,5%

51,6%

48%

46%

680,9

466,3

33%

34%

34%

34%

37%

38%

38%

41%

Vast en tijdelijk wp faculteiten 2012 250

60%

58% 52%

200

48% 40% 34%

35%

fte

33%

% tijdelijk

150

100 20% 50

0

0% Archeologie

Campus DH

FGW

wp vast


Rechten

wp tijd.

- 79 -

Soc.wet.

FWN

%tijd


OBP O&O Percentage tijdelijke aanstellingen In fte

vast

tijdelijk

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

Archeologie

4,4

7,3

15%

16%

32%

33%

46%

30%

32%

62%

7,6

0%

100%

100%

88%

87%

100%

18,8

41%

38%

35%

36%

34%

61%

54%

64%

5,3

31%

35%

30%

45%

100%

100%

100%

100%


10,5

Rechtsgeleerdheid

2012


6,7

30,4

55%

69%

70%

67%

78%

72%

78%

82%


109,5

17,2

24%

24%

23%

25%

25%

24%

18%

14%

TOTAAL faculteiten

131,2

86,6

30%

32%

32%

34%

37%

40%

38%

40%

7,9

1

23%

31%

25%

28%

15%

23%

14%

11%

139,1

87,6

29%

32%

31%

34%

36%

39%

37%

39%

100%

0%

0%

0%

0%

ICLON IIAS TOTAAL eenheden O&O CvB Bestuursbureau

0,5

ISSC SOZ

0,6

LURIS

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

100%

50%

67%

26%

0%

0%

0%

2%

2%

6%

6%

5%

7%

9%

10%

8%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

3


65

UFB

3,5

7,2

Vastgoed TOTAAL ondersteunend

72,6

7,2

2,9%

4,8%

6,1%

8,4%

5,1%

6,5%

8%

9%

TOTAAL Universiteit

211,7

94,7

24%

27%

26%

28%

28%

30%

29%

31%

Vast en tijdelijk obp O&O faculteiten 2012 100%

100

82%

80

80%

64%

62% fte

100%

100%

60%

60 40%

% tijdelijk

120

40 20%

20

14% 0%

0 Archeologie

Campus DH

OBP O&O vast


FGW

Rechten

OBP O&O tijd.

- 80 -

Soc.wet.

FWN

%tijd


OBP Overig Percentage tijdelijke aanstellingen In fte

vast

Archeologie

tijdelijk

6,8

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

28%

28%

28%

28%

28%

28%

0%

0%

Campus Den Haag

31,2

13,4

23%

40%

43%

23%

22%

34%

27%

30%


78,3

20,6

24%

24%

24%

24%

24%

24%

20%

21%

Rechtsgeleerdheid

65,5

13,5

15%

15%

15%

15%

15%

15%

11%

17%


64,8

10,6

14%

12%

9%

7%

7%

9%

11%

14%


114,3

29,9

15%

15%

15%

15%

15%

15%

22%

21%

TOTAAL faculteiten

361

88

15%

16%

17%

14%

15%

17%

18%

20%

ICLON

22,6

4,5

25%

21%

16%

10%

3%

10%

11%

17%

7,6

0,6

40%

39%

48%

26%

6%

5%

17%

7%

391,2

93

17%

16%

18%

14%

14%

16%

17%

19%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0% 11%

IIAS TOTAAL eenheden O&O CvB

1

Bestuursbureau

150,5

18,3

8%

1%

2%

1%

3%

6%

8%

ISSC

105,8

7,8

4%

8%

0%

0%

2%

2%

3%

7%

SOZ

86

19,8

15%

18%

18%

16%

18%

12%

14%

19%

10,8

8,4

53%

50%

32%

7%

18%

22%

45%

44%

36

4,3

12%

11%

10%

7%

5%

10%

8%

11%

128,6

20,9

12%

11%

10%

7%

5%

10%

11%

14%

LURIS Universiteitsbibliotheek UFB Vastgoed

29,2

0,9

8,6%

3,3%

4%

3,4%

10,0%

3,4%

6%

3%


547,9

80,4

10,6%

9,7%

8,6%

6,8%

7,6%

7,6%

10%

13%

TOTAAL Universiteit

939,1

173,4

14%

13%

13%

11%

11%

11%

13%

16%

Vast en tijdelijk Overig OBP faculteiten 2012 120 30%

100

30%

fte

21%

21%

60

20%

17% 14%

% tijdelijk

80

40 10% 20

0

0% Archeologie

0% Campus DH

FGW

OBP Overig vast


Rechten

OBP Overig tijd.

- 81 -

Soc.wet.

FWN

%tijd



- 82 -


B.4. Leeftijd Sommige gegevens worden hier niet gepresenteerd wegens het geringe aantal medewerkers in de betreffende categorie (leeftijd tot de persoon herleidbaar). Dit is aangegeven met de code n.p. WP gemlft

verschil 2011

gemlft vast

verschil 2011

%55+

jonger dan 40jr als % van vast WP

Archeologie

44,3

0,8

49,2

0,8

23%

17%

Campus Den Haag

40,8

0,1

46,9

0,8

10%

33%


45,2

-0,8

51

0,4

21%

10%

Rechtsgeleerdheid

43,3

-0,6

46,4

-0,2

18%

26%


42,6

-0,4

48,5

-0,6

21%

26%


43,1

0,7

51,3

0,7

17%

7%

TOTAAL faculteiten

43,6

-0,1

49,6

0,2

19%

16%

ICLON

48,3

3

49,7

0,3

26%

14%

IIAS

n.p.

-2,3

n.p.

-5,5

25%

0%

TOTAAL eenheden O&O

43,8

-0,1

49,6

0,2

19%

16%

CvB

n.p.

1

n.p.

1

50%

0%

Bestuursbureau

45,8

-15,2

n.p.

1

17%

0%

49

2,9

n.p.

1

25%

0%

43,8

0

49,6

0,2

19%

16%

ISSC SOZ LURIS Universiteitsbibliotheek UFB Vastgoed TOTAAL ondersteunend TOTAAL Universiteit


- 83 -


OBP O&O verschil 2011

gemlft vast

36,6

-3

51,7

27

-1,9

37,5

-0,9

29

0,8


31,8

-0,1

48,9

0,5

6%

38%


45

0,7

47,5

0,1

24%

30%

TOTAAL faculteiten

39

-0,4

47,8

0,5

16%

26%

46,8

0,7

49,3

-0,6

40%

33%

39,3

-0,4

47,9

0,4

16%

26%

n.p.

1

n.p.

1

0%

0%

SOZ

n.p.

1

n.p.

1

0%

0%

LURIS

n.p.

1

n.p.

1

33%

33%


48,3

0,4

52,3

1,3

4%

9%

UFB

n.p.

1

n.p.

1

100%

0%


48,7

0,5

52,4

1,3

8%

9%

TOTAAL Universiteit

41,7

-0,2

49,5

0,7

22%

20%

gemlft Archeologie Campus Den Haag Geesteswetenschappen Rechtsgeleerdheid

ICLON

48,2

verschil 2011

%55+

jonger dan 40jr als % van vast WP 0%

3,8

11%

-41

0%

1,4

13%

5%

0%

IIAS TOTAAL eenheden O&O CvB Bestuursbureau ISSC

Vastgoed


- 84 -


OBP Overig gemlft Archeologie

verschil 2011

gemlft vast

verschil 2011

%55+

jonger dan 40jr als % van vast WP

50

1

50

1

33%

22%

Campus Den Haag

37,9

-0,6

41,2

-0,1

8%

50%


43,4

-0,7

47,9

-0,5

18%

19%

Rechtsgeleerdheid

47,1

0,3

48,8

1,2

22%

14%


48,3

0,7

50,2

0,9

29%

18%


45,3

-1,5

48,5

-1

20%

17%

TOTAAL faculteiten

45,1

-0,6

48,2

-0,1

20%

20%

ICLON

46,1

-1

47,9

0,5

14%

14%

IIAS

44,3

2,3

45,9

0,2

33%

36%

TOTAAL eenheden O&O

45,1

-0,6

48,1

-0,1

20%

20%

CvB

n.p.

1

n.p.

1

100%

0%

Bestuursbureau

46,2

0,6

49

1

24%

17%

ISSC

45,5

0,4

46,5

0,9

20%

24%

SOZ

41,5

-1

44,4

-0,5

13%

39%

LURIS

40,5

1,3

41,1

0,9

10%

58%


43,9

-1

47,1

0

21%

27%

UFB

47,9

0,4

49,9

0,5

33%

17%

Vastgoed

47,3

0,5

47,7

0,3

19%

16%


45,4

0,2

47,7

0,5

23%

23%

TOTAAL Universiteit

45,3

-0,2

47,9

0,3

22%

22%


- 85 -



- 86 -


B.5. Geldstromen In fte, exclusief Geneeskunde; in dienst van de universiteit, dus exclusief promovendi in dienst van NWO/FOM. Faculteit FWN is in de gehele reeks inclusief CML. Archeologie WP

promovendi

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

1 gldstr

17,2

17,7

20,1

20,7

21,4

19,4

18,6

24,9

29,4

2e gldstr

6,4

7,9

8,6

11,8

12,8

12,1

11,5

9,7

10,1

3e gldstr

1,4

1,6

1,2

1,7

0,7

1,1

4,5

3,1

7,2

1e gldstr

1

1

1,8

1

17,4

17,4

16,6

e

e

2 gldstr

10,6

11,6

13,8

13,5

13

16

3e gldstr O&O ondersteuning

8,3

1e gldstr

7,2

7,4

7,4

7,9

2e gldstr

1,6

1,5

1,5

1,5

e

3 gldstr OBP

studentassistenten

1e gldstr

0,2

3,4

1,1

1,6

1,2

0,8

1,3

1,3

7,2

6,6

6,8

7,6

0,8

0,6

3e gldstr

0,1

0,04

0,04

0,04

0,8

1,6

1,3

3,4

3,8

0,3

0,3

1,1

0,6

Campus Den Haag

promovendi

7,1

0,6

7,4

3e gldstr

WP

5,9

0,6

0,8

0,4

2e gldstr

6,8

6,7

3,4

7,5

1,2

5,9

6,2

2e gldstr

1e gldstr

5,7

8,8

1,3

0,2

0,5 0,4

0,2

0,2

0,4

0,6

0,2

2

2,1

0,4

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

1e gldstr

21,8

19,4

22,9

26,8

27

30,0

32,2

36,5

40,8

2e gldstr

3

2

2,8

0,8

1,6

2,7

3e gldstr

0,3

1

0,2

0,2

1,4

2,2

1,8

3,2

3,1

1e gldstr

7,8

7,8

6,8

7,8

4,8

4,4

5,6

8

2

2e gldstr

3,6

2,8

2,8

1

1

1

3

5

2

1

4

8,2

5,7

4,6

2,1

3


1e gldstr

1,3

0,8

1

4,7

2e gldstr 3e gldstr OBP

1e gldstr

17,1

15,3

17,8

24,6

21,1

22,6

22,3

25

32,8

3,1

4,9

5,1

5,9

5,7

9,4

8,9

11,8

3,2

1,6

0,6

0,8

1,2

2

0,6

0,9

0,5

0,2

0,6

e

2 gldstr 3e gldstr studentassistenten

1e gldstr

0,7

2e gldstr 3e gldstr


- 87 -

1,1

1,1


Geesteswet. WP

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

1e gldstr

277,4

267

278,8

285,8

277,8

249,4

244,2

247,4

255,4

2e gldstr

46,2

44,3

50,1

48

43,3

47,3

46,2

48,7

53,8

3 gldstr

9,2

9,6

6,3

2,6

6,1

8,9

8

8,7

12

1e gldstr

74,9

66,4

64

68,4

54

42,6

29,1

31,8

23,3

2e gldstr

35,9

39,6

47,2

42,6

58,2

60,8

69,8

71,8

73,2

3e gldstr

1

1

1

2,2

0,2

4

5,2

6,2

6

1e gldstr

17,2

19

20,7

21,7

19,2

18,2

18,2

15,2

20,2

2e gldstr

1,9

4,3

2,2

1,9

1

1,6

5,3

6,4

3,4

0,2

2

1,6

5,5

3,7

5,6

90,4

92,2

91,6

97,9

e

promovendi

O&O ondersteuning

3e gldstr OBP

1e gldstr

99,3

109,4

113,6

107,7

97

2 gldstr

0,6

0,4

0,8

1

0,9

0,3

0,7

0,5

3e gldstr

1,7

1

1

1

2,7

1,5

1,6

1,2

0,5

1e gldstr

11,7

12,4

15,6

8,3

4,7

10,1

10,5

11,9

11,8

2e gldstr

0,5

0,6

0,3

1,5

0,7

1,7

1,1

1,1

1,7

0,4

0,7

0,8

0,6

1

0,2

0,7

0,2

0,7

e

studentassistenten

e

3 gldstr

Rechten WP

promovendi

O&O ondersteuning

OBP

studentassistenten

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

1e gldstr

107,8

105,2

112,3

111,7

111,9

115,6

116,8

122,2

136,8

2e gldstr

4,9

4,7

5,1

4,7

2,3

3,7

3,9

3,9

4

3e gldstr

10

9,1

13,8

12,5

14,4

14,7

12,8

7,1

14

1e gldstr

35,4

38,7

38,6

39,2

30,3

27,7

28,8

43

46,4

2e gldstr

10,1

13,1

15

14,3

13,2

12,4

11,8

17,8

16,8

3e gldstr

5

4,6

7

5,7

7,2

6,3

6

6,9

6,5

1e gldstr

10,5

13,3

13,8

10,7

8,8

2

2,1

3,6

1,8

2e gldstr

0,1

1,1

1,9

0,2

1

1,6

0,4

3e gldstr

2,8

2

0,7

3,8

4,4

3,5

4,5

4,4

3,1

1e gldstr

78,7

76,2

77,4

72

71,9

71,2

69,1

66,9

69,5

2e gldstr

0,7

0,1

1,4

0,5

3e gldstr

8

8,5

7,1

8,4

7,3

7

8,6

9,8

9,5

1e gldstr

9,1

8,6

12,7

12,7

12,2

8,6

6,9

6,1

11,8

5,9

6,6

6,1

6,3

6,5

5,2

6,3

4,8

3,1

0,1

2e gldstr 3e gldstr


- 88 -


Sociale Wetensch. WP

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

1e gldstr

141,1

144

155,6

159,1

157,8

147,1

143,7

150

158,7

2e gldstr

12,2

14,2

14

14,8

17,4

18,9

22,6

19,4

19,2

3 gldstr

25,8

27,6

22,4

16,7

12,9

24,3

22,8

22,5

22,6

1e gldstr

35,8

43,4

52,8

44,3

43,9

39,7

38,9

26,7

32,1

2e gldstr

13

21,3

19,2

28,1

37,6

40,3

42,7

46,4

39,2

3e gldstr

9

8,2

7,6

7,6

5

9,2

12,4

14,6

19,2

1e gldstr

25

23,8

28,9

30,4

31,6

23,3

16,3

18,5

28,6

2e gldstr

1,8

0,7

2,8

2,8

2,9

5,3

7,6

3,8

2,3

3e gldstr

12,8

11,7

3,3

4,5

3,8

4

5,5

10,6

6,3

1e gldstr

76,3

75,1

84,2

82,8

82,4

77,2

67

69,5

70,1

0,6

1

3e gldstr

7,6

8,6

7,6

5,7

4,9

4,4

3,3

5,1

4,4

1e gldstr

13,2

2,8

0,5

3,2

1,2

1,5

1,7

0,8

2,6

2e gldstr

0,6

3e gldstr

2,7

0,2

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

1 gldstr

223,8

201,7

196,8

203,3

207,1

195,2

189,5

184,6

182,9

2e gldstr

86,5

112,5

103,1

104,2

99,6

108,4

107,2

90,8

97

3e gldstr

58,7

52,4

54,2

57,4

76,1

88,3

89,9

77,9

62,2

1e gldstr

118,9

99,6

96,9

116,9

111,1

95,5

77,5

72,7

61,5

2 gldstr

103

115,4

115,4

110,7

111

118,3

133

138,3

160,7

3e gldstr

40

41,3

52,8

72,8

84,8

104,4

116,8

128

128,9

1e gldstr

115,2

146,3

152

137,7

137,6

127,4

116,1

113,2

101,9

2e gldstr

16,9

15,4

16,5

15,6

15,9

18,2

14,4

13,8

11,7

3e gldstr

10,9

18,2

12,2

18,8

16,2

18,5

15

7,6

13,1

1e gldstr

204,1

166,4

164,3

169,3

166,1

158,6

136,7

135,4

132,5

2e gldstr

4,4

5,6

5,9

4,5

3,7

4,2

3,4

5,9

5,9

3e gldstr

3,5

3,1

4,1

5,1

8,2

9,3

6,5

7,5

5,8

1e gldstr

4,1

3,4

2,3

2,9

3,1

3,7

3,4

2e gldstr

0

0,4

0

0,6

3e gldstr

0

0

1,3

1,2

e

promovendi

O&O ondersteuning

OBP

e

2 gldstr

studentassistenten

Wiskunde & Natuurwetensch. WP

promovendi

e

e

O&O ondersteuning

OBP

studentassistenten


0,2 0,3

- 89 -

0,4


ICLON WP

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

1e gldstr

19,1

20,3

20,4

19

17,2

16,5

18,3

24

24,1

2e gldstr

0,8

0,4

0,8

0,4

0,8

0,8

0,4

e

promovendi

3 gldstr

4,8

4,1

4

5,5

5

4

3,6

3,5

3,3

1e gldstr

2,6

5,4

5,5

5,5

5,4

2,6

1,8

2,3

1,1

2e gldstr

5

3,8

3

3,6

2,6

2,4

1,6

0,8

0,6

0,6

0,4

0,4

0,4

14,8

12,1

10,7

10,9

9,4

8,9

1

1,4

0,8

20,9

20,4

21,1

23,2

25,6

2

1,3

1,4


1e gldstr

15

14,5

16,2

2e gldstr 3e gldstr

OBP

studentassistenten

e

1 gldstr

20,8

25,5

25,7

25,8

3e gldstr

5,6

2,4

2,4

2,8

2,8

3,3

1e gldstr

0,7

0,3

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

1 gldstr

815,7

782,3

816,1

836,3

828,1

779,3

770,6

796,5

835

2e gldstr

163,1

188,5

186,7

191,2

181,4

192,2

192,9

175,3

187,2

3e gldstr

117,6

109,1

104,3

97,3

117,6

144

143,8

126,5

125

1e gldstr

276,5

262,3

266,2

285

249,5

212,5

183,6

187,1

168,3

2 gldstr

181,2

207,6

218,1

215,4

238,2

252,1

276,4

295,6

311,5

3e gldstr

69,7

63,9

74,2

88,9

97,8

124,3

142,8

157,1

172,9

1e gldstr

272,8

295

305,6

291,4

290

288,5

267,3

253,3

252,6

2e gldstr

22,8

23

25

22

19,9

28,5

29

26,2

21,2

3 gldstr

26,5

32,2

16,2

29,4

29,4

29,6

31,3

29,6

32,6

1e gldstr

1078,3

1084,8

1111,4

1089,2

1045,6

1046,1

1044,9

1057,8

1071,6

2e gldstr

10,6

7,7

10,3

8,3

5,4

5,2

4,3

7,2

7,4

3e gldstr

33,5

32,2

33,5

28

33,5

31,9

31,4

34

33,5

1e gldstr

43,2

30,3

33,8

28,3

21,9

26,6

23,8

22,2

30,1

2e gldstr

1,1

1

0,8

2,1

0,7

1,9

1,6

2,1

2,3

3e gldstr

10,6

9,7

9

9,5

9,5

6,6

9,9

7,3

4,9

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

3123,3

3129,4

3211

3222,2

3168,4

3169,3

3153,5

3177,8

3256,1

TOTAAL Universiteit WP

promovendi

e

e

O&O ondersteuning

e

OBP

studentassistenten

EINDTOTAAL


- 90 -

2012


B.6. Internationalisering Aantal medewerkers met niet-Nederlandse nationaliteit. In personen. In de totalen zijn de studentassistenten opgenomen.

TOTAAL WP

Promovendi

OBP O&O

Archeologie

21

10

1

Campus Den Haag

16

5

1

1


113

43

7

Rechtsgeleerdheid

25

13


35

16


153

182

TOTAAL faculteiten

363

269

ICLON

1

IIAS

2

1

366

270

TOTAAL eenheden O&O

OBP overig

2012

2011

verschil

35

24

11

23

21

5

173

157

4

4

47

41

6

2

4

57

58

-1

7

7

348

349

-1

22

21

683

650

33

1 22

21

16

1

3

3

0

687

653

34

CvB

0

Bestuursbureau

5

5

ISSC

6

-1

1

-1

SOZ

13

13

13

0

LURIS

3

3

1

2

3

8

6

2

3

3

3

0

5

27

32

30

2

27

45

716

679

37


5

UFB Vastgoed

0

TOTAAL ondersteunend TOTAAL Universiteit


366

270

- 91 -



- 92 -


B.7. Externe Instroom Definities: -

Alleen externe instroom wordt geteld. De berekening is gemaakt middels ultimo-vergelijking. Student-assistenten tellen niet mee, met als consequentie dat indiensttreding als WP of OBP aansluitend op student-assistentschap als instroom geldt. Wijzigingen in dienstverband (bijv. werktijduitbreiding of aanvaarden nieuwe functie) zijn niet meegeteld. Personen zijn geteld per dienstverband. In% = totale instroom als percentage van bezetting per 31-12-2012. Een leeg veld in de tabel betekent dat er in de betreffende categorie/periode geen instroom heeft plaatsgevonden.

B.7.1. Externe instroom in fte Faculteit FWN is inclusief CML; Campus Den Haag is inclusief Bestuurskunde. Externe instroom WP In fte

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

Archeologie

1,5

6,6

8,1

6,1%

29,5%

17,3%

6,8

6,8

0%

25,1%

14,6%


0,7

41,3

42

0,3%

38,4%

13,1%

Rechtsgeleerdheid

0,3

25,6

25,9

0,3%

48,3%

16,8%

13,4

13,4

0%

19,2%

6,7%

2

64

66

1,2%

36,2%

19,3%

Totaal faculteiten

4,5

157,7

162,2

0,7%

34,6%

14,6%

ICLON

1,4

1,4

2,8

6,5%

22,2%

10%

0,4

0,4

0%

37,6%

21,4%

Sociale Wetensch. Wiskunde & Natuurwet.

IIAS Totaal eenheden O&O

5,9

159,5

165,4

0,9%

34,4%

14,5%

TOTAAL Universiteit

5,9

159,5

165,4

0,9%

34,2%

14,4%

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

10,3

10,3

39,7%

39,7%

1

1

9,1%

9,1%

28,4

28,4

27,7%

27,7%

Externe instroom promovendi In fte Archeologie Campus Den Haag Geesteswetenschappen

vast

Rechtsgeleerdheid

7

7

10%

10%

Sociale Wetensch.

19,6

19,6

21,7%

21,7%


96,9

96,9

27,6%

27,6%

Totaal faculteiten

163,1

163,1

25,1%

25,1%

TOTAAL Universiteit

163,1

163,1

25%

25%


- 93 -


Externe instroom OBP O&O In fte

vast

Archeologie Campus Den Haag

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

5,5

5,5

0%

75,6%

47,2%

26,2%

26,2%

23,2%

14,9%

32,1%

32,1%

2

2


4,4

4,4

Rechtsgeleerdheid

1,7

1,7

Sociale Wetensch.

19,6

19,6

0%

64,6%

52,9%


6,9

6,9

0%

40,1%

5,4%

Totaal faculteiten

40,1

40,1

0%

46,3%

18,4%

1

1

2

12,6%

100%

22,4%

1

41,1

42,1

0,7%

47%

18,6%

ICLON

0%

IIAS Totaal eenheden O&O College van Bestuur Bestuursbureau

0%

0%

0%

0%

ISSC SOZ LURIS Universiteitsbibliotheek

0% 0,8

3,5

4,3

Univ.Facilitair Bedrijf

1,2%

0% 48,7%

0%

5,9% 0%

Vastgoed Totaal ondersteunend

0,8

3,5

4,3

1,1%

48,7%

5,4%

TOTAAL Universiteit

1,8

44,6

46,4

0,9%

47,1%

15,1%


- 94 -


Externe instroom OBP Overig In fte

vast

tijdelijk

totaal

tijdelijk in %

totaal in %


7,4

7,4

0%

55,4%

16,7%

Campus Den Haag

10,2

Rechtsgeleerdheid

8,8

10,2

0%

49,8%

10,4%

8,8

0%

65,2%

11,1%

Archeologie

vast in % 0%

0%

Sociale Wetensch.

1,4

5,8

7,2

2,2%

54,6%

9,6%


0,7

10,4

11,1

0,6%

34,8%

7,7%

Totaal faculteiten

2,2

42,6

44,8

0,6%

48,5%

10%

1

2,3

3,3

4,4%

51,8%

12,3%

0%

0%

0%

48,3%

9,9%

ICLON IIAS Totaal eenheden O&O

3,2

45

48,1

0,8%

0,8

11

11,8

60,1%

7%

60,1%

ISSC

2

4,8

6,8

61,7%

6%

61,7%

SOZ

1

11,1

12,1

56,1%

11,4%

56,1%

1

1

11,9%

5,2%

11,9%

3,2

4,1

74,6%

10,1%

74,6%

11

11

52,4%

7,3%

52,4%

0%

0%

0%

College van Bestuur Bestuursbureau

0%


0,9

Univ.Facilitair Bedrijf Vastgoed Totaal ondersteunend

4,7

42,1

46,8

52,3%

7,4%

52,3%

TOTAAL Universiteit

7,9

87

94,9

0,8%

50,2%

8,5%


- 95 -


B.7.2. Externe instroom in personen Externe instroom WP In personen

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

Archeologie

2

10

12

6,9%

32,3%

20%

7

7

0%

24,1%

14%


1

60

61

0,4%

37,3%

15%

Rechtsgeleerdheid

1

38

39

0,8%

44,2%

17,9%

Sociale Wetensch.

24

24

0%

21,4%

9,1%


2

69

71

1,1%

35,6%

18,8%

Totaal faculteiten

6

208

214

0,8%

33,9%

15,6%

ICLON

2

4

6

6,9%

30,8%

14,3%

1

1

0%

33,3%

25%

Totaal eenheden O&O

8

213

221

1%

33,9%

15,6%

TOTAAL Universiteit

8

211

221

1%

33,3%

1,6%

vast in %

IIAS

Externe instroom promovendi In personen

tijdelijk

totaal

tijdelijk in %

totaal in %

Archeologie

vast

11

11

40,7%

40,7%

Campus Den Haag

1

1

9,1%

9,1%


29

29

26,1%

26,1%

Rechtsgeleerdheid

7

7

9,7%

9,7%

Sociale Wetensch.

22

22

21,8%

21,8%


98

98

27,4%

27,4%

Totaal faculteiten

168

168

24,7%

24,7%

TOTAAL Universiteit

168

168

24,6%

24,6%


- 96 -


Externe instroom OBP O&O In personen

tijdelijk

totaal

vast in %

Archeologie

9

9

0%

Campus Den Haag

2

2


12

12

Rechtsgeleerdheid

5

5

Sociale Wetensch.

44

44


8

Totaal faculteiten ICLON

vast

0%

tijdelijk in %

totaal in %

75%

50%

22,2%

22,2%

33,3%

21,4%

50%

50%

0%

72,1%

63,8%

8

0%

40%

5,7%

80

80

0%

54,1%

26,5%

1

1

2

11,1%

100%

20%

1

81

82

0,6%

54,4%

26,3%


0,0%

0%

SOZ

0%

0%

LURIS

0%

ISSC


1

9

10

1,1%


0% 52,9%

0%

9,5% 0%


1

9

10

1%

52,9%

8,8%

TOTAAL Universiteit

2

90

92

0,8%

54,2%

80,7%


- 97 -


Externe instroom OBP Overig In personen

vast

tijdelijk

totaal

Archeologie

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

0%

0%

Campus Den Haag

8

8

0%

53,3%

15,1%


20

20

0%

52,6%

13,9%

Rechtsgeleerdheid

12

12

0%

57,1%

11,3%

Sociale Wetensch.

2

9

11

2,3%

52,9%

10,5%


1

13

14

0,7%

36,1%

8,2%

Totaal faculteiten

3

62

65

0,7%

48,8%

11,1%

ICLON

1

3

4

3,6%

42,9%

11,4%

0%

0%

0%

48,1%

10,9%

7,8%


4

65

69

0,8%

Bestuursbureau

1

15

16

0,6%

53,6%

ISSC

2

5

7

1,8%

62,5%

5,8%

SOZ

1

15

16

0,9%

57,7%

11,9%

1

1

0%

11,1%

4,8%

5

6

2,4%

62,5%

12,5%

13

13

0%

54,2%

7,4%

0%

0%

0%

College van Bestuur

0%


1

Univ.Facilitair Bedrijf Vastgoed

0%

Totaal ondersteunend

5

54

59

0,8%

51,9%

8%

TOTAAL Universiteit

9

117

128

0,8%

49,4%

9,4%


- 98 -


B.8. Externe uitstroom Definities -

Alleen externe uitstroom wordt geteld. De berekening is gemaakt middels ultimo-vergelijking. Wijzigingen in dienstverband (bijv. werktijduitbreiding of aanvaarden nieuwe functie) zijn niet meegeteld. Personen zijn geteld per dienstverband. In% = totale uitstroom als percentage van bezetting per 31-12-2011 (dus in % van het vorige verslagjaar). Een leeg veld in de tabel betekent dat er in de betreffende categorie/periode geen uitstroom heeft plaatsgevonden.

B.8.1. Externe uitstroom in fte Externeuitstroom WP In fte

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

Archeologie

vast

1,1

1,1

0%

7,2%

2,9%

Campus Den Haag

3,6

3,6

0%

17,5%

8,7%


11

23

34

5%

26,7%

11,2%

Rechtsgeleerdheid

3,9

3,6

7,5

3,9%

11%

5,6%

Sociale Wetensch.

8

8,5

16,4

6,3%

13,2%

8,5%


7,4

68,2

75,7

4,5%

36,2%

21,4%

Totaal faculteiten

30,3

108

138,3

4,6%

26,5%

13%

ICLON

0,6

3,2

3,8

2,9%

40,3%

13,4%

0,3

0,3

0%

25%

13,4%

111,5

142,4

4,6%

26,8%

13%


30,9

College van Bestuur

0%

0%

Bestuursbureau

0%

0%

ISSC SOZ

1,2

1,2

1,2

1,2

112,7

143,6

43,8%

43,8%

0%

43,8%

20,9%

4,6%

26,9%

13,1%

LURIS Universiteitsbibliotheek Univ.Facilitair Bedrijf Vastgoed Totaal ondersteunend TOTAAL Universiteit


30,9

- 99 -


Externe uitstroom promovendi In fte

vast

Archeologie Campus Den Haag Geesteswetenschappen

tijdelijk

totaal

tijdelijk in %

totaal in %

1,8

1,8

vast in %

9,4%

9,4%

1

1

8,3%

8,3%

21,8

21,8

19,9%

19,9%

Rechtsgeleerdheid

8,4

8,4

12,4%

12,4%

Sociale Wetensch.

13,8

13,8

15,7%

15,7%


74,9

74,9

22,1%

22,1%

Totaal faculteiten

121,6

121,6

19,1%

19,1%

2,1

2,1

60%

60%

ICLON IIAS

0%

0%

Totaal eenheden O&O

123,7

123,7

19,3%

19,3%

TOTAAL Universiteit

123,7

123,7

19,3%

19,3%

Externe uitstroom OBP O&O In fte

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

Archeologie

0,8

0,8

1,7

16%

33,6%

21,7%

0%

0%

0%

0,8

3,2

4

6,9%

23,1%

15,7%

22,9%

22,9%

Campus Den Haag Geesteswetenschappen Rechtsgeleerdheid

2,2

2,2

Sociale Wetensch.

0,6

7,6

8,2

8,6%

29,7%

25%


6,4

8,1

14,6

5,8%

34,4%

10,8%

Totaal faculteiten

8,7

21,9

30,6

6,4%

26,8%

14,1%

1

1,3

2,3

12,3%

100%

24,4%

9,7

23,2

32,9

6,7%

28%

14,5%

ICLON IIAS Totaal eenheden O&O College van Bestuur Bestuursbureau

0%

ISSC

0%

SOZ

0%


0%

0% 0% 0%

0%

2

2,1

4,1

57,1%

117,6%


2

2,1

4,1

2,7%

31,1%

5%

TOTAAL Universiteit

11,7

25,3

37,1

5,3%

28,2%

12%

Univ.Facilitair Bedrijf Vastgoed


- 100 -


Externe uitstroom OBP Overig In fte

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

Archeologie

0%

Campus Den Haag

0%

0%

0% 0%

4,1%

15,5%

6,3% 9,7%


3,1

2,9

5,9

Rechtsgeleerdheid

4,8

2,7

7,5

7%

32%

Sociale Wetensch.

2,8

1,8

4,6

4,1%

21,3%

6,1%


7,2

10,8

18

6,2%

33%

12,1%

Totaal faculteiten

17,8

18,1

35,9

5%

23,5%

8,3%

1

4,6%

0%

4,1%

0,4

0,4

0%

27,9%

4,7%

18,8

18,5

37,3

4,9%

22,8%

8%

Bestuursbureau

11,9

3,4

15,3

7,6%

23,8%

9%

ISSC

1,2

1,2

1,2%

0%

1,1%

SOZ

7

11

7,2%

25,3%

9,7%

0%

0%

0%

ICLON

1

IIAS Totaal eenheden O&O College van Bestuur

0%

3,9

LURIS

0%


3,4

2,7

6,1

9%

76,6%

14,7%


5,1

4,7

9,8

3,9%

30,2%

6,6%

Vastgoed

0,5

0,5

1,7%

0%

1,6%


29,2

14,7

43,8

5,1%

23,7%

6,9%

TOTAAL Universiteit

48

33,2

81,2

5%

23,2%

7,4%


- 101 -


B.8.2. Externe uitstroom in personen Externe uitstroom WP In personen

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

Archeologie

vast

2

2

0%

9,5%

4,3%

Campus Den Haag

4

4

0%

17,4%

8,7%


13

42

55

5%

29,8%

14%

Rechtsgeleerdheid

7

5

12

5,3%

9,3%

6,5%

Sociale Wetensch.

9

14

23

6,1%

14%

9,3%


8

77

85

4,4%

37,2%

21,8%

Totaal faculteiten

37

144

181

4,8%

26,4%

13,8%

ICLON

2

5

7

6,9%

33,3%

15,9%

1

1

0%

33,3%

20%

39

150

189

4,9%

26,6%

13,9%

IIAS Totaal eenheden O&O College van Bestuur

0%

0%

Bestuursbureau

0%

0%

ISSC SOZ

2

2

33,3%

33,3%

LURIS Universiteitsbibliotheek Univ.Facilitair Bedrijf Vastgoed Totaal ondersteunend

0

2

2

0%

33,3%

22,2%

TOTAAL Universiteit

39

152

191

5%

27%

14%


- 102 -


Externe uitstroom promovendi In personen

vast

tijdelijk

totaal

Archeologie

2

2

10%

10%

Campus Den Haag

1

1

8,3%

8,3%


24

24

20,2%

20,2%

Rechtsgeleerdheid

9

9

12,7%

12,7%

Sociale Wetensch.

15

15

15,6%

15,6%


78

78

22,7%

22,7%

Totaal faculteiten

129

129

19,5%

19,5%

3

3

60%

60%

0%

0%

Totaal eenheden O&O

132

132

19,8%

19,8%

TOTAAL Universiteit

132

132

19,8%

19,8%

ICLON

vast in %

IIAS

tijdelijk in %

totaal in %

Externe uitstroom OBP O&O In personen

vast

tijdelijk

totaal

vast in %

tijdelijk in %

totaal in %

Archeologie

1

2

3

14,3%

40%

25%

0%

0%

0%

4,8%

20,8%

13,3%


1

5 3

3

23,1%

23,1%

Sociale Wetensch.

1

22

22

10,0%

43,8%

37,9%


7

12

19

5,8%

37,5%

12,4%

Totaal faculteiten

10

44

53

6,3%

32,6%

18,2%

ICLON

1

2

3

11,1%

100%

27,3%

11

45

56

6,5%

33,6%

18,5%

Rechtsgeleerdheid

6


0%

0%

SOZ

0%

0%

LURIS

0%

0%

ISSC


3

4

7

3,2%


28,6%

0%

6,6% 0%


3

4

7

3,0%

28,6%

6,1%

TOTAAL Universiteit

14

50

64

5,2%

32,7%

14,9%


- 103 -


Externe uitstroom OBP Overig In personen

vast

tijdelijk

totaal

Archeologie

vast in %

tijdelijk in %

0%

totaal in % 0%


5

8

13

4,8%

25%

9,6%

Rechtsgeleerdheid

8

4

12

8,9%

30,8%

11,7%

Sociale Wetensch.

4

4

8

4,5%

25%

7,6%


10

19

29

7,2%

42,2%

15,8%

Totaal faculteiten

27

35

62

5,9%

29,7%

10,7%

ICLON

1

3,2%

1

3,8%

0%

1

1

0%

33,3%

7,7%

28

36

64

5,6%

28,6%

10,3%

13

7

20

7,1%

29,2%

9,7%


0%

0%

ISSC

2

2

1,8%

0%

1,7%

SOZ

10

8

18

8,2%

33,3%

12,3%

0%

0%

0%


4

4

8

9,3%

66,7%

16,3%


7

5

12

4,5%

29,4%

6,9%

Vastgoed

1

1

3,2%

0%

3%


37

24

61

5,6%

28,2%

8,2%

TOTAAL Universiteit

65

60

125

5,7%

28,6%

9,2%

LURIS


- 104 -


B.9. Ziekteverzuim Bron: SAP-BW De verzuim-gegevens van de VSNU zijn niet uitgesplitst naar HOOP-gebied, zodat een vergelijking met de andere universiteiten niet te maken is. Het onderscheid tussen OBP O&0 en overig OBP wordt in het ziekteverzuim nog niet gemaakt. Van de niet-facultaire eenheden zijn geen gedetailleerde cijfers beschikbaar vóór 2010. Het instituut Bestuurskunde is met ingang van 2011 gerekend tot Campus Den Haag. Over de eerdere jaren is het ziekteverzuim van de faculteit Sociale Wetenschappen inclusief Bestuurskunde. Het totaal van de faculteiten is exclusief Campus Den Haag. Archeologie

2008

2009

2010

2011

2012

WP

0,76

1,99

2,62

0,62

0,42

Promovendi

0,16

1,49

1,59

OBP

2,08

1,56

2,56

1,7

0,95

Faculteit totaal

0,99

1,39

1,98

1,13

0,87

2008

2009

Campus Den Haag

2010

2011

2012

WP

0,38

2,5

1,13

Promovendi

4,66

3,6

0,38

OBP

1,90

7,2

6,61

Faculteit totaal

1,64

4,8

3,63


2008

2009

2010

2011

2012

WP

1,84

2,47

2,06

1,67

1,89

Promovendi

2,11

1,32

1,18

0,52

1,27

OBP

4,78

6,02

5,61

4,28

4,63

Faculteit totaal

2,53

2,94

2,75

2,08

2,44

Rechtsgeleerdheid

2008

2009

2010

2011

2012

WP

1,82

1,22

2,08

2,89

2,10

Promovendi

2,45

3,6

3,32

4,74

1,44

OBP

4,16

2,72

2,25

2,44

2,68

Faculteit totaal

2,57

2,05

2,34

3,11

2,15

Sociale Wetenschappen

2008

2009

2010

2011

2012

WP

2,32

2,84

2,20

3,64

2,28

Promovendi

3,22

2,6

2,47

2,62

2,97

OBP

3,75

4,69

4,43

3,12

3,97

Faculteit totaal

2,92

3,33

2,89

3,26

2,91

Wiskunde & Natuurwetensch.

2008

2009

2010

2011

2012

WP

1,15

1,21

1,06

1,61

1,16

Promovendi

0,97

0,56

0,49

1,54

0,93

OBP

3,36

3,32

3,58

4,29

3,76

Faculteit totaal

1,85

1,72

1,66

2,39

1,84


- 105 -


FACULTEITEN TOTAAL

2008

2009

2010

2011

2012

WP

1,65

1,93

1,74

2,13

1,68

Promovendi

1,67

1,26

1,13

1,85

1,37

OBP

3,75

3,88

3,89

3,87

3,95

Faculteit totaal

2,27

2,32

2,22

2,56

2,26

TOTAAL Universiteit

2008

2009

2010

2011

2012

WP

1,64

1,98

2,06

2,18

1,7

Promovendi

1,67

1,28

1,18

1,88

1,4

OBP

3,93

3,71

5.61

4,36

4,52

TOTAAL

2,67

2,63

2,62

3,13

2,92

Eenheden O&O 2012

ICLON

WP

3,14

Promovendi OBP O&O eenheden totaal

0,08 7,42 5,26

Ondersteunende eenheden (uitsluitend OBP)

2012

BB & CvB

3,98

ISSC SOZ* UB UFB

4,09

6,02 5,7 5

Vastgoed

5,42

Ondersteunend totaal

4,9

IIAS

TOTAAL

45,97 5,19 7,24

6,58 6,58

*exclusief vml. International Office (4,83)


- 106 -


Deel C.

Faculteiten uitgesplitst naar instituten

C.1. GEESTESWETENSCHAPPEN C.1.1.Personeel in dienst en bezoldigd in fte. In het totaal zijn de studentassistenten opgenomen.


prom

O&O Ondersteuning

30,2

34,5

31,5

3

85,6

16,6

4,5

6,6

117,3

109,6

7,7 0,8

WP

Faculteitsbureau

OBP excl O&O onderst.

1

Area Studies Culturele Disciplines

2012 totaal

2011 totaal

vgl 2011

77

14,1

6,8

2,2

100,7

99,9

Geschiedenis

60,7

33,5

1,1

4,2

100,9

94,8

6,1

Godsdienstwetenschappen

19,5

4,8

0,5

3,4

28,2

28,5

-0,2

1

1

-

16,3

6,2

117

120,7

-3,7

Kunsten

1

Linguistics

63,3

27,5

Wijsbegeerte

13,2

6

OSZ TOTAAL

321,2

102,5

29,2

2,9

22,1

22

-

43,1

44,4

38,4

6

98,9

566

546,4

19,6

C.1.2. a. WP naar geldstroom in fte. 3e geldstroom WAARVAN


1e geldstroom

Faculteitsbureau

2e geldstroom in dienst

3e geldstroom totaal

collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

1

Area Studies

71,5

7

7,1

5,9

1,2

Culturele Disciplines

58,1

17,6

1,2

1

0,2

Geschiedenis

49,4

11,3


16

3,5

Kunsten

1 3,7

3

0,7

12,0

9,9

2,1

Linguistics Wijsbegeerte

47,4

12,3

11

2,2

255,4

53,8

OSZ TOTAAL

Personeel in cijfers 2013, deel C

- 109 -

Universiteit Leiden Bestuursbureau/Informatiemanagement

C.1.2.b. Promovendi naar geldstroom in fte. 3e geldstroom WAARVAN

1e geldstroom



Area Studies

3,8

10,8

2


4,5

8,6

1

1

Geschiedenis

5,5

27

1

1

2

2,8

7,5

18


collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

Faculteitsbureau


2

Kunsten Linguistics Wijsbegeerte

2

2

6

4

6

OSZ TOTAAL

23,3

73,2

2

C.1.2.c. OBP O&O naar geldstroom in fte. 3e geldstroom WAARVAN

1e geldstroom



Area Studies

3,3

0,8

0,4

0,2

0,2


1,5

2,1

3,2

3,0

0,2

Geschiedenis

0,6

0,5


collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

Faculteitsbureau


0,5

Kunsten Linguistics

0,5

0,0 14,8

1,5

0,7

0,9

5,6

3,9

1,8

Wijsbegeerte OSZ TOTAAL


20,2

3,4

- 110 -


C.1.2.d. OBP exclusief O&O naar geldstroom in fte. 3e geldstroom WAARVAN


1e geldstroom

Faculteitsbureau

30,2

Area Studies

5,8


2,2

Geschiedenis Godsdienstwetenschappen



0,3

0,5

0,5

0,5

0,5

4

collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

0,2

3,4

Kunsten Linguistics

6,2

Wijsbegeerte

2,9

OSZ

43,1

TOTAAL

97,9

0,5

C.1.3. Internationalisering Percentage niet-Nederlandse paspoortnationaliteit, in personen. In het totaal zijn de studentassistenten opgenomen. Geesteswetenschappen

WP

Faculteitsbureau

0%

PROM

O&O Ondersteuning


Totaal 2012

Totaal 2011

verschil

0%

1,8%

0%

1,8%

Area Studies

39,6%

41,2%

0%

0%

31,4%

27,4%

4%


18,6%

17,6%

33,3%

0%

19,4%

15,6%

3,8%

Geschiedenis

16,7%

33,3%

0%

0%

20,2%

19,8%

0,3%


24%

20%

0%

0%

20%

17,1%

2,9%

Kunsten

0%

0%

0%

0%

22,2%

31,7%

33,3%

-1,6%

0%

33,3%

31%

2,3%

Linguistics

35,4%

53,3%

Wijsbegeerte

27,8%

66,7%

27,8%

38,7%

10%

OSZ TOTAAL


12,5%

- 111 -

4,8%

6,1%

3,4%

2,7%

3,5%

22,9%

21,6%

1,3%


C.1.4.a. Functies WP in fte

33

23,8

Culturele Disciplines Geschiedenis

11

6,5

34,8

7,4

16,2

3,3

25

6,9

6,8

1,8

8

Kunsten Linguistics

1

0%

0%

10,3

85,6

37,4%

42,5%

17,3

77

51,7%

19,4%

9,4

60,7

33,5%

18,1%

3

19,5

33,1%

25,1%

1

0%

0%

1


% niet-Nederlands

2,3

1

% vrouwen

docent

Area Studies

TOTAAL

UD

16,2

Faculteitsbureau

onderzoeker

UHD


hoogleraar

Het percentage vrouwen is genomen van het totaal per instituut/faculteit. Het percentage niet-Nederlandse paspoortnationaliteit is genomen van het totaal per instituut/faculteit.

13,2

3,6

17,9

15,5

13,2

63,3

49,8%

35,6%

2

2,8

5

1,2

2,2

13,2

16,7%

25,9%

66,6

19,5

123,4

56,5

55,2

321,2

41,2%

29%

Wijsbegeerte OSZ TOTAAL

C.1.4.b. Functies WP in personen

onderzoeker

TOTAAL

0%

3

39

37

12

106

37,7%

39,6%


11

7

47

17

20

97

53,6%

18,6%

Geschiedenis

18

4

29

16

11

78

34,6%

16,7%


8

8

5

4

25

32%

24%

1

Kunsten

1

% vrouwen

docent

0%

18

Faculteitsbureau

UHD

1

Area Studies


hoogleraar

UD

% niet-Nederlands


1

0%

0%

Linguistics

14

4

25

28

17

82

53,7%

35,4%

Wijsbegeerte

2

3

5

5

3

18

16,7%

27,8%

71

21

153

108

67

406

42,9%

27,8%

OSZ TOTAAL


- 112 -


C.1.5. Vrouwen in (sub)topfuncties Volgens de definities van het Charter “Talent naar de Top”: top = schaal 15 en hoger, subtop = schaal 13+14. In fte en in personen. Het percentage vrouwen is genomen van het totaal in de betreffende schaal. in fte Geesteswetenschappen Faculteitsbureau

Area Studies


Geschiedenis


Kunsten

in personen

2011

2012

2011

2012

% vrouwen totaal

66,6%

68,8%

64,7%

66,7%

% vrouwen in de top

100%

100%

100%

100%

% vrouwen in de sub-top

30,9%

36,7%

33,3%

40%

% vrouwen totaal

42,8%

41,1%

42,6%

41,1%

% vrouwen in de top

16,3%

18,5%

16,3%

16,7%


16,7%

20,5%

16,7%

20%

% vrouwen totaal

47,9%

54,2%

48,1%

54,3%

% vrouwen in de top

44,6%

54,5%

41,7%

54,5%


0%

0%

0%

0%

% vrouwen totaal

39%

42,3%

40,5%

42,6%

% vrouwen in de top

12,7%

15,4%

11,8%

16,7%


41,9%

38,7%

40%

28,6%

% vrouwen totaal

47,8%

50,2%

51,4%

48,6%

% vrouwen in de top

35,9%

37,5%

37,5%

37,5%


0%

0%

0%

0%

% vrouwen totaal

0%

0%

0%

0%

% vrouwen totaal

54,8%

51,3%

59,5%

55,2%

% vrouwen in de top

26,7%

22,7%

26,7%

21,4%

% vrouwen in de top % vrouwen in de sub-top

Linguistics


50%

50%

50%

50%

18,2%

24,9%

17,2%

25,9%

% vrouwen in de top

0%

0%

0%

0%


0%

0%

0%

0%

89,1%

87,8%

88,1%

87,9%

% vrouwen totaal Wijsbegeerte

% vrouwen totaal OSZ

TOTAAL



100%

100%

100%

100%

% vrouwen totaal

49,6%

50,8%

51,9%

52,5%

% vrouwen in de top

24,8%

27,4%

23,7%

26,4%


21,3%

24,4%

23,1%

25%

- 113 -


C.1.6.a. Tijdelijk personeel Exclusief personeel dat per definitie een tijdelijk dienstverband heeft: promovendi en studentassistenten. In fte.

vrouwen

Totaal tijdelijk

mannen

vrouwen

Totaal tijdelijk

Faculteitsbureau

17,4%

20,8%

19,8%

0%

0%

19,5%

20,8%

20,4%

Area Studies

27,7%

51,4%

37,8%

26,9%

47,8%

34,7%

50%

64,1%

61,5%


29,4%

46,1%

38,2%

22,2%

42,8%

32,9%

100%

71,2%

83,3%

Geschiedenis

25,9%

55,2%

36,4%

22,4%

61,1%

35,3%

100%

20,4%

48,8%


18,8%

24,1%

21,1%

18,8%

21,7%

19,7%

28,1%

28,1%

0%

0%

30,4%


Kunsten

0%

mannen

Totaal tijdelijk

OBP incl O&O

vrouwen

WP

mannen

Totaal excl. Promovendi/studass

0%

Linguistics

29,4%

41,6%

35,9%

29,4%

46,4%

37,9%

29,5%

30,9%

Wijsbegeerte

15,6%

26,7%

18,7%

16,4%

54,5%

22,8%

0%

0%

0%

OSZ

31,2%

17,7%

19,2%

31,2%

17,7%

19,2%

TOTAAL

26,3%

38,6%

32,6%

41,2%

27,5%

30,7%

24%

46,9%

33,4%

C.1.6.b. Percentage vaste aanstellingen van het totaal in de eerste geldstroom Exclusief promovendi en studentassistenten. In fte. Totaal excl. promovendi en studentassistenten Geesteswetenschappen

WP

mannen

vrouwen

totaal

mannen

Faculteitsbureau

82,6%

79,2%

80,2%

100%

Area Studies

80,4%

53,2%

68,6%

81,8%


87,2%

69,5%

78,3%

89,3%

Geschiedenis

76,9%

44,5%

68,3%

79,7%


83,9%

88,7%

86,1%

83,9%

Kunsten

100%

100%

100%

Linguistics

80,8%

65,4%

72,9%

80,6%

Wijsbegeerte

94,2%

94,3%

94,2%

93,8%

OSZ

68,8%

82,3%

80,8%

TOTAAL

81,7%

68,9%

75,3%


- 114 -

83,6%

vrouwen

OBP incl O&O totaal

mannen

vrouwen

100%

72%

79,2%

56%

71,8%

2,2%

8,6%

5%

71,6%

80,7%

0%

4,8%

2,4%

34,6%

69,6%

0%

17,8%

4,7%

92,7%

86,9%

0%

31,8%

14,5%

100%

0%

61,7%

72%

17,7%

27,9%

22,9%

83,3%

92,7%

5,8%

65,7%

20,9%

68,8%

82,3%

80,8%

9,5%

37,6%

23,6%

61,9%

75,5%

totaal 77%

0%


C.1.7. Gemiddelde omvang dienstverband

UHD

UD

docent

onderzoeker

OBP O&O

OBP

TOTAAL excl promo/studass


hoogleraar

Exclusief promovendi en studentassistenten.

0,67

0,25

0,9

0,77

0,85

0,64

0,86

0,45

0,66

0,86

1

0,93

0,74

0,44

0,86

0,57

0,73

1,87

0,9

0,83

0,86

0,43

0,85

0,37

0,6

0,75

0,85

0,35

0,74

0,5

0,85

0,78

0,54

0,69

0,71

Faculteitsbureau Area Studies Culturele Disciplines Geschiedenis Godsdienstwetenschappen

1

1

Kunsten Linguistics

1

1

0,94

0,9

0,71

0,55

0,77

0

0

0

0

0

0,94

0,93

0,81

0,52

0,82

Wijsbegeerte OSZ TOTAAL excl promo/studass

0,52

0,05

0,25

10,78

1,96

0,69

0,74

C.1.8. Gemiddelde leeftijd vast WP

% jonger dan 40 jaar

% 55-pluls


Gemiddelde leeftijd vast WP

Exclusief promovendi.

Faculteitsbureau

n.p.

n.p.

n.p.

Area Studies

50,8

31,9%

7,2%


52,7

45,2%

9,7%

Geschiedenis

51

31,8%

11,4%


49,8

35,3%

11,8%

Kunsten

n.p.

n.p.

n.p.

Linguistics

49,4

28,6%

14,3%

Wijsbegeerte

52,6

36,4%

9,1%

51

34,4%

10,3%

OSZ TOTAAL vast WP


- 115 -



- 116 -


C.2. CAMPUS DEN HAAG C.2.1. Personeel in dienst en bezoldigd in fte. In het totaal zijn de studentassistenten opgenomen.

Campus Den Haag

WP

prom

O&O Ondersteuning


2012 totaal

2011 totaal

Bestuurskunde

24,5

5

3,4

8,6

41,5

40,4

1,1

9,6

9,6

9,7

-0,1

Professional Learning

vgl 2011

Terrorism & Counterterrorism

2,1

2

2

0,4

6,5

6,6

-0,1

Regionale Kennisontwikkeling

1

1

1

3,3

6,3

5

1,3

Modern Urban Studies

1,3

Montesquieu Instituut Grotius Centre

1

0,7

2

2

3

2,8

0,2

0,8

2

0,8

1,2

14,1

16,7

13,6

3,1

0,5

7,7

22,8

16,1

6,7

7,6

44,6

110,5

95,2

15,3

1,2

Campus DH algemeen

1

Leyden University College

14,5

TOTAAL

46,6

1 11

nvt

C.2.2.a. WP naar geldstroom in fte. 3e geldstroom WAARVAN

Campus Den Haag Bestuurskunde

1e geldstroom


22,5

2

0,4

0,7


collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

Professional Learning Terrorism & Counterterrorism Regionale Kennisontwikkeling Montesquieu Instituut

0,2

Grotius Centre

1,2

1,3

1,3

0,8

0,8

3,1

3,1

1


14,5

TOTAAL

40,8


1

1


Campus DH algemeen

1

2,7

- 117 -




1e geldstroom


2

3


collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

Professional Learning Terrorism & Counterterrorism Regionale Kennisontwikkeling

2 1

1

2

2

1

1

4

4

Modern Urban Studies Montesquieu Instituut Grotius Centre Campus DH algemeen Leyden University College TOTAAL

2

5



1e geldstroom



collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

3,4

Professional Learning Terrorism & Counterterrorism Regionale Kennisontwikkeling

2

2

0,7

0,7

1

Modern Urban Studies Montesquieu Instituut Grotius Centre Campus DH algemeen Leyden University College

0,2

0,3

0,3

TOTAAL

4,6

3

3


- 118 -



Campus Den Haag

1e geldstroom

Bestuurskunde



collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

8,6


9,6

Terrorism & Counterterrorism Regionale Kennisontwikkeling

0,4

9,6 0,4

3,3

Modern Urban Studies Montesquieu Instituut Grotius Centre

0,8

Campus DH algemeen

13,1


7,7

TOTAAL

32,8

0,2

1

0,6 1

11,8

9,8

2

C.2.3. Internationalisering Percentage niet-Nederlandse paspoortnationaliteit, in personen. In het totaal zijn de studentassistenten opgenomen. WP

PROM

O&O Ondersteuning


Totaal 2012

Totaal 2011

verschil

23,1%

40%

0%

0%

17,4%

17,8%

0,4%

0%

0%

0%

0%


0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%


0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%


0%

Montesquieu Instituut

0%

66,7%

0%

Grotius Centre

50%

Campus DH algemeen

0%


60%

TOTAAL

32%

Campus Den Haag Bestuurskunde Professional Learning


0%

0%

100%

66,7% 50%

100% 100% 45,5%

11,1%

- 119 -

1,9%

nvt

50%

50%

0%

5%

5,6%

0,6%

41,7%

47,4%

5,7%

18,5%

18,8%

0,2%



1

0,4

% niet-Nederlands

14

% vrouwen

3,1

TOTAAL

UD

3

onderzoeker

UHD

Bestuurskunde

docent

Campus Den Haag

hoogleraar


3,8

0,6

24,5

21,6%

22,4%

0,7

2,1

81%

0%

1

1

0%

0%

0,8

1,3

61,5%

0%

1

1

0%

0%

0,8

1,2

66,7%

66,7%

Professional Learning Terrorism & Counterterrorism Regionale Kennisontwikkeling Modern Urban Studies

0,5


0,4

Campus DH algemeen

1


1

1

11,5

1

6,4

5

25,5

4,8

TOTAAL

4,9

1

0%

0%

14,5

44,8%

62,1%

46,6

32,4%

32,8%


1

1

% niet-Nederlands

14

% vrouwen

4

TOTAAL

UD

3

onderzoeker

UHD

Bestuurskunde

docent

Campus Den Haag

hoogleraar


5

1

26

23,1%

23,1%

1

3

66,7%

0%

1

1

0%

0%

1

2

50%

0%

1

1

0%

0%

1

2

50%

50%

Professional Learning Terrorism & Counterterrorism Regionale Kennisontwikkeling Modern Urban Studies

1


1

Campus DH algemeen

1


1

1

12

1

TOTAAL

7

6

26

6


- 120 -

6

1

0%

0%

15

46,7%

60%

50

34%

32%


C.2.5. Vrouwen in (sub)topfuncties Volgens de definities van het Charter “Talent naar de Top”: top = schaal 15 en hoger, subtop = schaal 13+14. In fte en in personen. Het percentage vrouwen is genomen van het totaal in de betreffende schaal. in fte Campus Den Haag % vrouwen totaal Bestuurskunde





% vrouwen in de top

2012

2011

2012

40,7%

40,7%

40%

43,5%

0%

0%

0%

0%


55,6%

48,4%

50%

50%

% vrouwen totaal

61,5%

61,1%

63,6%

63,6%


100%

100%

100%

100%

% vrouwen totaal

63,8%

63,1%

62,5%

62,5%

% vrouwen in de top

% vrouwen in de top

100%

100%


71,4%

0%

50%

0%

% vrouwen totaal

20,8%

37%

33,3%

42,9%

0%

0%

0%

0%


0%

0%

% vrouwen totaal

75%

66,7%

0%

0%

% vrouwen in de top % vrouwen in de sub-top % vrouwen totaal

Montesqieu Instituut

in personen

2011

71,4%

66,7%

66,7%

66,7%

100%

80%

100%

75%


Grotius Centre

% vrouwen in de top

0%

0%

% vrouwen in de sub-top % vrouwen totaal Campus Den Haag algemeen

62,3%

61,5%

65%

% vrouwen in de top

0%

0%

0%

0%


0%

0%

0%

0%

56,1%

73,7%

58,3%

0%

0%

0%

% vrouwen totaal Leiden University College

TOTAAL

% vrouwen in de top

71,9% 0%


100%

33,3%

100%

50%

% vrouwen totaal

53,5%

52,1%

56,4%

54,8%

0%

11,9%

0%

11,1%

64,3%

35,3%

62,5%

40%



64,8%

- 121 -



55,2%

34%

27%


71,4%

54,8%

60%

0%


0%

59,6%

26,2%

0%


0%

100%

75,%

0%


0%

0%

0%

Grotius Centre

100%

50%

60%

100%

Campus DH algemeen

37,7%

10,2%

19,9%

0%

90%

65,2%

76,1%

87,5%

58,8%

39,2%

48,7%

57,1%

Leyden University College TOTAAL

41,2% 100%

Totaal tijdelijk

vrouwen

50,5%

13,6%


vrouwen

mannen

31,9%

48%

Bestuurskunde

mannen

Totaal tijdelijk

61,9%

Campus Den Haag

OBP incl O&O

Totaal tijdelijk

vrouwen

WP

mannen


50,6%

100%

30,7%

50,3%

48%

13,6%

27%

33,3%

100%

71,4%

83,3%

0%

0%

59,6%

32,2%

100%

100%

61,5% 0%

100%

100%

0%

0%

0%

46,5%

10,2%

21,3%

76,9%

82,8%

100%

53%

64,3%

60,3%

58,2%

62%

30,3%

40,3%

C.2.6.b. Percentage vaste aanstellingen van het totaal in de eerste geldstroom Exclusief promovendi en studentassistenten. In fte. Totaal excl. promovendi en studentassistenten Campus Den Haag Bestuurskunde

WP

OBP incl O&O

mannen

vrouwen

totaal

mannen

vrouwen

totaal

mannen

vrouwen

35,4%

70%

48,2%

41,9%

71,4%

47,5%

0%

69,3%

totaal 49,7%

100%

100%

100%

40,4%

73,8%

100%

100%

100%

40,4%

67,8%

100%

100%

100% 100%

84,7%

Professional Learning Terrorism & Counterterrorism

100%


100%

Modern Urban Studies Montesquieu Instituut Grotius Centre Campus DH algemeen Leyden University College TOTAAL


100% 0%

0%

0%

0,%

76,7%

89,8%

85,8%

100%

69,7%

89,8%

10%

35,7%

24,3%

12,5%

23,1%

17,2%

0%

49,5%

37%

38,9%

60,6%

49,5%

38,5%

39,1%

38,7%

40,2%

69,9%

61,4%

- 122 -

0%

0%



docent

onderzoeker

0,78

1

0,76

0,6


UD

1

OBP

UHD

Bestuurskunde

OBP O&O

Campus Den Haag

hoogleraar


0,85

0,78

0,89

0,88

0,88

Professional Learning Terrorism & Counterterrorism

1

0,4

Regionale Kennisontwikkeling Modern Urban Studies

0,5


1

0,4

0,75

1

1

0,84

0,89

0,8

0,7

0,67

1 0,4

1

0,8

Campus DH algemeen

1


1

1

0,96

1

0,91

0,83

0,98

0,8


0,7

0,82

0,4

0,50

0,83

0,84

0,52

0,97

0,95

0,85

0,84

0,88


Campus Den Haag


% 55-pluls



Bestuurskunde

47

15,4%

23,1%


n.p.

n.p.

n.p.


n.p.

n.p.

n.p.


n.p.

n.p.

n.p.


n.p.

n.p.

n.p.

Campus DH algemeen

n.p.

n.p.

n.p.


n.p.

n.p.

n.p.

TOTAAL vast WP

46,9

23,8%

33,3%


Grotius Centre


- 123 -



- 124 -


C.3. RECHTSGELEERDHEID C.3.1. Personeel in dienst en bezoldigd in fte. In het totaal zijn de studentassistenten opgenomen

Rechtsgeleerdheid

WP

Cleveringa Instituut

0,3

prom

O&O Ondersteuning


2012 totaal

2011 totaal

vgl 2011

19,5

23,8

19,1

4,7

12

13,7

15,8

-2

Decanaat Faculteitsbureau

1

16,6

17,8

17,8

-

Graduate school

1

3,7

5,5

9

-3,4

3,3

29,3

30,8

-1,5

Fiscale- en Economische vakken

22,8

3

Metajuridica

27,3

7,5

1

7,4

44,6

41,8

2,8

Privaat Recht

30,6

17,4

0,3

4,5

55,9

44,1

11,8

Publiekrecht

42,3

27

4

7,1

82,9

78

4,9

0,4

0,4

1,4

-1

4,4

49,7

40,4

9,3

79

323,7

298,2

25,6

Rechtsgeleerdheid Derden Strafrecht & Criminologie

29,6

14,8

TOTAAL

154,8

69,7

5,3

C.3.2.a. WP naar geldstroom in fte. 3e geldstroom e

Rechtsgeleerdheid

1e geldstroom


0,3


3 geldstroom totaal

WAARVAN

collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

Decanaat Faculteitsbureau Graduate school Fiscale- en Economische vakken Metajuridica

1 1 20,9 24

Privaat Recht

30,6

Publiekrecht

33,9

1,9

0,4

2,3

1

1,7

6,7

1

4,4

1

14

2,4

1,5 1 3,1

2,6


25,1

TOTAAL

136,8


4

- 125 -

3,4 3,1

8,5


C.3.2.b. Promovendi naar geldstroom in fte. 3e geldstroom

Rechtsgeleerdheid

1e geldstroom



WAARVAN

collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

Cleveringa Instituut Decanaat Faculteitsbureau Graduate school Fiscale- en Economische vakken

3

Metajuridica

3,5

3

1

Privaat Recht

15,4

1

1

1 1

Publiekrecht

16,0

9,8

1,2

1,2

Strafrecht & Criminologie

8,5

3

3,3

3,3

TOTAAL

46,4

16,8

6,5

6,5

1e geldstroom



0,6

0,4

Rechtsgeleerdheid Derden

C.3.2.c. OBP O&O naar geldstroom in fte. 3e geldstroom

Rechtsgeleerdheid

WAARVAN

collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

Cleveringa Instituut Decanaat Faculteitsbureau Graduate school Fiscale- en Economische vakken Metajuridica Privaat Recht Publiekrecht

0,3 1,2

0,3

2,8

0,5

2,3

3,1

0,5

2,6

Rechtsgeleerdheid Derden Strafrecht & Criminologie TOTAAL


1,8

0,4

- 126 -


C.3.2.d. OBP exclusief O&O naar geldstroom in fte. 3e geldstroom e

Rechtsgeleerdheid

1e geldstroom


19,5

Decanaat

6,1

Faculteitsbureau

16,6

Graduate school

3,7


3,3

Metajuridica

5,8

Privaat Recht

4,5

Publiekrecht

5,1


0,4


4,4

TOTAAL

69,5


3 geldstroom totaal

WAARVAN

collectebus

EU

5,9

PAO/ nascholing

overig

5,9

1,7

0,2

1,5

2

0,6

0,9

0,5

9,5

0,8

6,8

2


Totaal 2012

Totaal 2011

verschil

4,2%

1,6%

3,8%

2,2%

6,7%

4,2%

9,1%

4,9%

C.3.3. Internationalisering Percentage niet-Nederlandse paspoortnationaliteit, in personen. In het totaal zijn de studentassistenten opgenomen. Rechtsgeleerdheid

WP


0%

PROM

O&O Ondersteuning


0%

0%

0%

3,8%

3,8%

Graduate school

0%

0%

0%

0%

0%


0%

0%

0%

0%

0%

0%

Metajuridica

7,5%

12,5%

0%

0%

6,3%

6,9%

0,6%

Privaat Recht

6,3%

5,6%

0%

0%

4,8%

4,3%

-0,5%

Publiekrecht

29,8%

39,3%

57,1%

18,2%

31%

28,2%

-2,8%

0%

0%

0%

0%

0%

3,4%

4,2%

0,7%

3,8%

9,8%

10%

0,2%


5,9%

0%

TOTAAL

11,5%

18,1%


40%

- 127 -



% vrouwen

% niet-Nederlands

onderzoeker

0,3

TOTAAL


docent

UD

UHD

Rechtsgeleerdheid

hoogleraar


0,3

0%

0%

1

0%

0%

1

0%

0%


1

Graduate school

1


4,7

2,2

4,8

9

2,1

22,8

11,4%

0%

Metajuridica

6,2

3,8

7,2

7

3,1

27,3

28,6%

5,9%

Privaat Recht

11,2

3,8

7,9

7,1

0,6

30,6

40,4%

7,2%

Publiekrecht

12,5

4

12

8,3

5,5

42,3

36,1%

32%

4,8

5,9

9,5

4,9

4,4

29,6

61,8%

6,8%

40,4

20,7

41,7

36,2

15,7

154,8

36,4%

12,5%

Rechtsgeleerdheid Derden Strafrecht & Criminologie TOTAAL


% vrouwen

% niet-Nederlands

onderzoeker

docent

1

TOTAAL


UD

UHD

Rechtsgeleerdheid

hoogleraar


1

0%

0%

1

0%

0%

1

0%

0%


1

Graduate school

1


8

3

7

17

3

38

21,1%

0%

Metajuridica

8

4

10

13

5

40

32,5%

7,5%

Privaat Recht

20

5

12

10

1

48

39,6%

6,3%

Publiekrecht

23

4

14

9

8

57

35,1%

29,8%


8

6

10

5

5

34

58,8%

5,9%

TOTAAL

68

23

54

53

22

218

36,2%

11,5%


- 128 -


C.3.5. Vrouwen in (sub)topfuncties Volgens de definities van het Charter “Talent naar de Top”: top = schaal 15 en hoger, subtop = schaal 13+14. In fte en in personen. Het percentage vrouwen is genomen van het totaal in de betreffende schaal. in fte Rechtsgeleerdheid

2012

2011

2012

71,3%

71%

69,2%

72,1%


100%

73,7%

100%

50%

% vrouwen totaal

70,4%

74,2%

65,4%

70,8%

66,4%

56,5%

63,6%

65,2%

% vrouwen totaal Cleveringa Instituut

Decanaat

in personen

2011 % vrouwen in de top


Faculteitsbureau

Graduate School

% vrouwen in de top 28,6%

0%

50%

0%

% vrouwen totaal

50,3%

62,4%

59,1%

54,5%

% vrouwen in de top

0%

41,2%

0%

50%

20,9%

31,3%

29,8%

% vrouwen in de top

6,1%


Publiekrecht


0%

26%

% vrouwen totaal

Privaat recht

0%

% vrouwen totaal % vrouwen in de sub-top Metajuridica

0%


% vrouwen in de sub-top Fiscale- en Economische vakken

0%

6,4%

12,5%

12,5%

0%

0%

0%

0%

37%

44,5%

39,7%

46,9%

12,5%

12,9%

12,5%

12,5%

20%

20%

20%

25%

% vrouwen totaal

53,6%

50,1%

52,2%

49,4%

% vrouwen in de top

24,7%

22,3%

25%

25%


39,1%

37,5%

40%

33,3%

% vrouwen totaal

55,5%

55,4%

54,4%

54,4%

24%

20%

23,8%

17,4%


20,7%

25%

20%

25%

% vrouwen totaal

70,4%

0%

50%

0%

% vrouwen totaal

64,7%

71%

60,4%

67,2%

% vrouwen in de top

51,3%

43,8%

42,9%

37,5%


18,5%

33,9%

16,7%

33,3%

% vrouwen totaal

52,7%

54,3%

52%

55,2%

% vrouwen in de top

21,6%

19,9%

22,6%

20,3%


24,9%

28,9%

25%

27,6%

% vrouwen in de top



TOTAAL


- 129 -



mannen

vrouwen

Totaal tijdelijk

30,9%

22,7%

25%

100%

Decanaat

28,6%

9,8%

14,2%

27%

22,7%

23,9%

28,6%

9,8%

Faculteitsbureau

0%

10,7%

6%

0%

14,2%

0%

0%

10,7%

Graduate school

29,6%

0%

8,9%

0%

6,4%

0%

100%

0%

11,3%


14,4%

42,1%

20,7%

14,4%

69,2%

20,6%

Metajuridica

27,3%

57,6%

39,5%

25,7%

64,1%

21%

21%

36,7%

44,4%

49,9%

48,7%

Privaat Recht

29,7%

34,8%

32,1%

28,6%

Publiekrecht

41%

31,5%

36,8%

34,4%

42,5%

34,2%

100%

13,4%

18,9%

40,3%

36,5%

100%

14,9%


0%

37,9%

Totaal tijdelijk

mannen


Rechtsgeleerdheid

vrouwen

Totaal tijdelijk

OBP incl O&O

vrouwen

WP

mannen


100%

0%

0%

0%


31,4%

43,2%

39%

33,6%

46,2%

41,4%

0%

28,2%

23%

TOTAAL

27,7%

32,5%

30,1%

26,9%

47,3%

34,3%

31,3%

19,2%

22,3%

C.3.6.b. Percentage vaste aanstellingen van het totaal in de eerste geldstroom Exclusief promovendi en studentassistenten. In fte. Totaal excl. promovendi en studentassistenten

WP

Rechtsgeleerdheid

mannen

vrouwen

totaal

mannen


69,1%

Decanaat

100%

77,3%

75%

0%

83,6%

85,2%

Faculteitsbureau

100%

89,3%

94%

100%

Graduate school

70,4%

100%

91,1%

100%


89,9%

63,2%

83,9%

89,9%

Metajuridica

73,5%

51,8%

65,9%

Privaat Recht

71,4%

65,2%

68,4%

Publiekrecht

66,1%

74,8%

69,8%

vrouwen

OBP incl O&O totaal

mannen

vrouwen

0%

69,1%

77,3%

75%

100%

83,6%

85,2%

100%

87,1%

89,3%

88,3%

100%

0%

100%

69,8%

38,1%

84,7%

0%

48,4%

10,9%

72,9%

40%

65,3%

5,1%

31,2%

14,3%

71,4%

57,5%

65,8%

0%

23%

11%

69,1%

65,3%

67,7%

0%

29,7%

12,7%


100%


73,4%

68,1%

70,2%

71,4%

67,2%

69%

7,1%

14%

11,4%

TOTAAL

76,3%

72%

74,2%

75,4%

59,6%

70%

12,6%

44,7%

28,2%


100%

- 130 -

100%

totaal

100%



0

Faculteitsbureau Graduate school

0


OBP O&O

onderzoeker

0,

Decanaat

OBP


docent

UD

UHD

Rechtsgeleerdheid

hoogleraar


0,81

0,79

2,4

0,8

1,11

0,8

0,18

0,11


0,59

0,73

0,69

0,53

0,7

0,67

4,36

Metajuridica

0,78

0,95

0,72

0,53

0,62

0,50

0,68

0,67

Privaat Recht

0,56

0,76

0,66

0,71

0,60

0,30

0,56

0,62

Publiekrecht

0,54

1

0,86

0,92

0,69

0,57

0,64

0,71

0,42

0,42

0,87

0,87

0,75

0,72


0,6

0,98

0,95

0,98

0,89


0,59

0,9

0,77

0,68

0,72

0,53



% 55-pluls



Faculteitsbureau

n.p.

n.p.

n.p.

Graduate school

n.p.

n.p.

n.p.


47,6

26,9%

23,1%

Metajuridica

49,4

31,8%

9,1%

Privaat Recht

49,4

33,3%

13,3%

Publiekrecht

44,2

14,3%

31,4%

40

10,5%

57,9%

46,4

23,3%

25,6%

Rechtsgeleerdheid Cleveringa Instituut Decanaat

Rechtsgeleerdheid Derden Strafrecht & Criminologie TOTAAL vast WP


- 131 -



- 132 -


C.4. SOCIALE WETENSCHAPPEN C.4.1. Personeel in dienst en bezoldigd in fte. In het totaal zijn de studentassistenten opgenomen


WP

prom

O&O Ondersteuning


2012 totaal

Faculteitsbureau

2011 totaal

vgl 2011

1,1

-1,1

Graduate School

0,7

Culturele Antropologie / OS

16,5

CWTS

12,7

2,9

3,1

Pedagogiek

44,3

32,6

15,7

Politicologie

34,2

7,8

1

5,3

Psychologie

90,9

39,7

11,3

20

Sociale Wetensch. Algemeen

1,2

3,4

28,6

34

31,6

2,4

37,2

75,4

406,2

388,5

17,7

TOTAAL

200,5

7,4

2,7

90,5

0,7

1,7

-1,

30,1

30,8

-0,7

5,5

24,2

20,3

3,9

12,6

105,2

94,7

10,5

48,3

51,5

-3,2

163,7

156,8

6,9

3,4

C.4.2.a. WP naar geldstroom in fte. 3e geldstroom WAARVAN


1e geldstroom



2,1

0,6

collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

Faculteitsbureau Graduate School

0,7


13,8

CWTS

7,7

Pedagogiek

36,8

3,1

4,4

1,6

Politicologie

26,4

4,2

3,6

3,6

Psychologie

72,1

9,8

Sociale Wetensch. Algemeen TOTAAL


0,6

5

5 0,3

2,5

4

0,6

4,4

9,2

0,9

12,5

1,2 158,7

19,2

- 133 -

22,6




1e geldstroom


3

4,4


collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

Faculteitsbureau Graduate School Culturele Antropologie / OS CWTS

2,9

Pedagogiek

11,3

Politicologie

5,8

2

Psychologie

9 32,1

10,1

11,2

5,4

5,8

22,7

8

4,6

0,4

3

39,2

19,2

10

0,4

8,8




1e geldstroom



collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

Faculteitsbureau Graduate School Culturele Antropologie / OS

2,7

CWTS

0,6

Pedagogiek

11,1

Politicologie

1

Psychologie

9,7


3,4

TOTAAL

28,6


2,4

0,5

1,9

1,4

3,1

0,6

2,5

0,9

0,7

2,3

6,3

- 134 -

0,7 1,1

5,2




1e geldstroom



collectebus

EU

PAO/ nascholing

overig

Faculteitsbureau Graduate School Culturele Antropologie / OS

3,4

CWTS

2,4

Pedagogiek

11,2

Politicologie

5,3

Psychologie

19,2


28,6

TOTAAL

70,1

3,1 0,4

1,1

0,6

0,2

1

4,4

0,5

2,6 0,4

0,7 0,2

0,5

0,4

3,5

C.4.3. Internationalisering Percentage niet-Nederlandse paspoortnationaliteit, in personen. In het totaal zijn de studentassistenten opgenomen. Sociale Wetenschappen

WP

PROM

O&O Ondersteuning


Totaal 2012

Totaal 2011

verschil


0%

0%

-


9,5%

0% 75%

0%

0%

21,1%

23,7%

-2,6%

CWTS

21,4%

33,3%

0%

14,3%

18,5%

18,2%

0,3%

Pedagogiek

4,3%

7,7%

3,4%

0%

4,3%

4,9%

-0,6%

Politicologie

34,1%

37,5%

0%

11,1%

30,5%

33,9%

-3,4%

Psychologie

11,4%

7%

4%

3,7%

8,9%

8,5%

0,4%

0%

2,6%

2,1%

2,3%

-0,1%

2,9%

3,8%

10,9%

11,9%

-1%



0% 13,3%

15,8%

- 135 -



TOTAAL

% vrouwen

% niet-Nederlands

onderzoeker

docent

UD

UHD


hoogleraar


0,7

71,9%

0%

0,8

16,5

49,2%

10,3%

8,7

12,7

25,2%

23,6%


0,1


2

CWTS

3

0,6

1

7,5

5,2

1

Pedagogiek

5,8

8,4

18,7

7,9

3,5

44,3

69,5%

4,2%

Politicologie

5,2

5,8

14,5

4,3

4,4

34,2

29,9%

36,6%

Psychologie

10,5

12,5

35,9

14,9

17

90,9

54,5%

12,3%


1,2

1,2

0%

0%

TOTAAL

27,7

200,5

51,1%

15,1%

27,9

77,6

33

34,4


TOTAAL

% vrouwen

0%

52,4%

9,5%

10

14

28,6%

21,4%

6

69

75,4%

4,3%

8

5

41

29,3%

34,1%

26

22

114

57%

11,4%

2

0%

0%

263

55,1%

13,3%

8

10

7

10

24

23

Politicologie

6

8

15

Psychologie

11

14

43


2

TOTAAL

31

UHD 1


% niet-Nederlands

onderzoeker

33,3%

21

docent

3 1

UD

hoogleraar



1


2

CWTS

3

Pedagogiek


2 1

34

91

- 136 -

69

44


C.4.5. Vrouwen in (sub)topfuncties Volgens de definities van het Charter “Talent naar de Top”: top = schaal 15 en hoger, subtop = schaal 13+14. In fte en in personen. Het percentage vrouwen is genomen van het totaal in de betreffende schaal. in fte Sociale Wetenschappen

2011 % vrouwen totaal

Faculteitsbureau

in personen

2012

100%

2011

2012

100%


Graduate School

% vrouwen totaal

88,1%

% vrouwen in de top

100%

% vrouwen in de sub-top % vrouwen totaal Culturele Antropologie/OS


CWTS


Pedagogiek

Politicologie

Psychologie

Sociale Wetenschappen Algemeen

TOTAAL


71,9%

50%

60,5%

100%

50%

0%

0%

0%

0%

55,6%

58,7%

53,3%

33,3%

50%

50%

50%

0%

0%

0%

0%

20,4%

32,6%

27,7%

37%

0%

0%

0%

0%

0%

16,7%

0%

33,3%

% vrouwen totaal

81,7%

84,2%

82,1%

85,1%

% vrouwen in de top

50,9%

51,7%

57,1%

57,1%


37,5%

45,5%

40%

45,5%

% vrouwen totaal

46,7%

46,3%

50%

47,5%

% vrouwen in de top

38,5%

38,5%

33,3%

33,3%


14,3%

13,8%

14,3%

25%

% vrouwen totaal

63,8%

64,3%

66,8%

67,6%

% vrouwen in de top

27,5%

28,6%

27,3%

27,3%


48,7%

51,7%

47,1%

50%

% vrouwen totaal

53,8%

59,4%

61,4%

63,8%

% vrouwen in de top

27,7%

27,7%

25%

25%


69,7%

69,7%

75%

75%

% vrouwen totaal

62,3%

64,6%

65,1%

67,2%

% vrouwen in de top

34,9%

33,3%

35,3%

33,3%


37,8%

41,8%

37,2%

43,2%

- 137 -



vrouwen

Totaal tijdelijk

0%

0%

0%

0%

39,1%

22,6%

38,5%

30,4%

100%

53,3%

62,4%

CWTS

33,8%

47,2%

38,1%

21,1%

37,5%

25,2%

58,7%

55,6%

57,4%

Pedagogiek

7%

46,2%

37,8%

3,7%

37,8%

27,4%

28,6%

56,2%

54,1%

Politicologie

31,3%

47,7%

38%

31,3%

54,1%

38,1%

37,5%

37,5%

Psychologie

31,6%

44,3%

39,6%

29,8%

48%

39,7%

51%

37,5%

39,2%


1,5%

11,7%

7,7%

16,7%

16,7%

0%

11,7%

7,4%

TOTAAL

25,4%

41,7%

35,4%

24,9%

34,7%

27,8%

38,8%

36,4%

Totaal tijdelijk

0% 44,1%

mannen

0%

Totaal tijdelijk

mannen

OBP incl O&O

32,3%

mannen

vrouwen

WP



vrouwen



44,2%

C.4.6.b. Percentage vaste aanstellingen van het totaal in de eerste geldstroom Exclusief promovendi en studentassistenten. In fte. Totaal excl. promovendi en studentassistenten Sociale Wetenschappen

WP

OBP incl O&O

mannen

vrouwen

totaal

mannen

vrouwen

totaal

mannen

vrouwen

Graduate School

100%

100%

100%

100%

100%

100%


62,7%

62,8%

62,7%

73,2%

74,6%

CWTS

56,3%

48,5%

54,3%

69,2%

34,5%

Pedagogiek

93%

59,7%

68,5%

96,3%

Politicologie

67,1%

62,2%

65,2%

Psychologie

81,2%

58,3%

Sociale Wetensch. Alg.

98,5% 79%

totaal

73,9%

0%

46,7%

37,6%

63,7%

0%

59,8%

29,9%

68,4%

78,6%

71,4%

49,6%

51,7%

67,1%

61,8%

65,8%

62,5%

62,5%

66,5%

85%

53,9%

67,9%

49%

65,3%

63,1%

88,3%

92,3%

83,3%

83,3%

100%

88,3%

92,6%

63,2%

69,4%

80,2%

70,6%

74,2%

65,7%

67,5%

Faculteitsbureau

TOTAAL


- 138 -

60,7%




OBP

OBP O&O

onderzoeker

docent

UD

UHD


hoogleraar



0,11


1

CWTS

1

1

0,31 0,94

0,52

1

0,24 0,8

0,54

0,68

0,73

0,87

0,76

0,78

0,85

Pedagogiek

0,83

0,84

0,78

0,34

0,58

0,54

0,63

0,62

Politicologie

0,87

0,73

0,96

0,54

0,88

0,48

0,59

0,79

Psychologie

0,95

0,9

0,84

0,57

0,77

0,45

0,74

0,74

0,86

0,73

0,74

0,82

0,85

0,48

0,78

0,54

0,72

0,72


0,6


0,89



% 55-pluls





n.p.

n.p.

n.p.


52,1

38,5%

7,7%

CWTS

42,8

20%

50%

Pedagogiek

48,9

43,6%

28,2%

Politicologie

47,2

43,5%

34,8%

Psychologie

48,2

28,6%

23,8%


n.p.

n.p.

n.p.

TOTAAL vast WP

48,5

36,2%

26,3%


- 139 -



- 140 -


C.5. WISKUNDE EN NATUURWETENSCHAPPEN C.5.1. Personeel in dienst en bezoldigd in fte. In het totaal zijn de studentassistenten opgenomen

Wiskunde & Natuurwetenschappen

WP

prom

O&O Ondersteuning


2012 totaal

2011 totaal

vgl 2011

CML

12,9

8,5

0,8

3,3

25,4

28,3

-2,8

5

5

6

-1

7,6

4,3

11,9

14,2

-2,3

Facility Management Hortus Botanicus IBL

44,8

36,1

22,7

8,9

112,5

110,9

1,6

LACDR

41,4

57,6

24,1

8,9

132,1

159,5

-27,4

LIACS

23,5

23,2

2,2

5,1

53,9

59,6

-5,7

LIC

59,2

71,5

21,5

9,6

161,8

165,6

-3,8

LION

46,5

38

36,2

10,2

130,9

134,1

-3,2

Lorentz centre

0,4

6,8

7,2

7,2

0,1

MI

33,7

40,7

1,9

76,4

55,8

20,6

NHN

9,9

4,5

8,5

32,3

38,2

-5,9

2

1

1

NeCen

9,4

2

Sterrewacht

64,6

W&N algemeen

3,2

TOTAAL

342,1

71 351,1

0,8

14,7

151,1

134,3

16,8

1,5

56,9

61,6

61,1

0,5

126,7

144,2

964,2

975,7

-11,5

C.5.2.a. WP naar geldstroom in fte. 2e geldstroom

3e geldstroom WAARVAN

5,4

IBL

26,7

10,7

10,7

7,4

LACDR

14,7

17,5

17,5

9,1

LIACS

17,5

2,5

2,5

overig

0,8

PAO/ nascholing

0,8

EU

6,6

collectebus

3e geld-stroom totaal


NWO/FOM

in dienst

CML

1e geld--stroom


4,6

0,8

3,5

3,9

1,

6,3

3,5

2,5

1

Facility Management Hortus Botanicus

LIC

1,8

36

16,1

1

17,1

7,2

4,1

3,1

LION

22,4

14,4

17

31,4

9,7

8,1

1,7

Lorentz centre

0,4

MI

18,3

10,2

10,2

5,2

4,4

0,8

NHN

7,9

2

2

22,7

22,7

13,7

115,0

62,2

NeCen Sterrewacht W&N algemeen TOTAAL

1 28,2

1

1 13,7

3,2 182,9


97

18

- 141 -

1,8

41,8

18,6


C.5.2.b. Promovendi naar geldstroom in fte. 2e geldstroom


overig

PAO/ nascholing

7

EU

1,5

collectebus

1,5


CML


NWO/FOM

in dienst

1e geld--stroom


6

1


4

21,4

2

23,4

10,6

1

3,8

5,8

LACDR

5

21,6

1

22,6

31,0

8

8

15

LIACS

5,8

11

11

6,4

2,6

3,8

LIC

16,8

39,8

1

40,8

15

5

10

LION

2,6

14,8

40

54,8

20,6

13,6

7

21,7

20

16,5

Lorentz centre MI NHN

4

15

15,0

1,6

2,8

2,8

21,7

32,8

32,8

16,5

61,5

160,7

204,7

128,9


44

9

75,5

44,3

C.5.2.c. OBP O&O naar geldstroom in fte. 2e geldstroom


overig

PAO/ nascholing

EU

collectebus



NWO/FOM

in dienst

CML

1e geld--stroom


0,8


7,6

IBL

20,1

0,5

0,5

2,1

LACDR

13,5

6,5

6,5

4,2

LIACS

2,2

LIC

18,6

2

2

0,8

LION

27,5

2,8

2

4,8

5,9

11,7

2

13,7

13,1

2,1 1,7

2,5 0,8 3,8

2,2

3,8

7,6

Lorentz centre MI NHN

9,4


0,8 1,5 101,9


- 142 -

1,7


C.5.2.d. OBP exclusief O&O naar geldstroom in fte. 2e geldstroom


overig

PAO/ nascholing

EU

collectebus



NWO/FOM

in dienst

CML

1e geld--stroom


3,3

Facility Management

5

Hortus Botanicus

4,3

IBL

7,1

LACDR

6,2

1,3

1,3

LIACS

4,1

1

1

LIC LION Lorentz centre

6,8

MI

1,5

NHN

8,5

1,7

0,8

1,4

0,6

8,4

1,2

0,5

0,7

9,7

0,5

0,4

0,1

0,4

0,4

3,2

3,2

1

1

5,9

5,9

5,8

3,3

0,9 0,6

0,2

NeCen Sterrewacht

10,5

W&N algemeen

56,9

TOTAAL

132,5

0,6

1,9

C.5.3. Internationalisering Percentage niet-Nederlandse paspoortnationaliteit, in personen. In het totaal zijn de studentassistenten opgenomen. Wiskunde & Natuurwetenschappen CML

WP

PROM

O&O Ondersteuning


Totaal 2012

Totaal 2011

verschil

5,6%

77,8%

0%

0%

25%

29,4%

-4,4%

0%

0%

0%

0%

0%

20%

7,7%

18,8%

-11,1% -1,6%


31,3%

35,1%

3,7%

9,1%

24,6%

26,2%

LACDR

35,6%

46,6%

4%

0%

31,2%

30,6%

0,6%

LIACS

34,5%

52%

0%

0%

36,5%

40,6%

-4,1%

LIC

41,5%

43,1%

8,7%

7,7%

34,9%

36,2%

-1,3%

LION

45,3%

46,2%

5,3%

0%

30,8%

30,8%

-0,1%

12,5%

11,1%

11,1%

0%

50%

0%

nvt

0%

46,3%

41,3%

5,1% 2,1%

Lorentz centre MI NHN NeCen Sterrewacht W&N algemeen TOTAAL


0% 50% 36,8%

58,5%

30%

80%

8,3%

0%

21,6%

19,6%

62,7%

62,5%

0%

6,3%

56,4%

55,4%

1%

0%

3,1%

2,9%

4,1%

-1,3%

5%

4,1%

33,3%

32,7%

0,6%

0% 40,5%

50,8%

- 143 -



15,8 26,7

% nietNederlands

4,1

% vrouwen

5,2

TOTAAL

3,1

onderzoeker

0,4

docent

UD

CML

UHD


hoogleraar


12,9

25,4%

4,9%

44,8

28%

32,1%

41,4

36,3%

35%


7

8,8

10,4

LACDR

7,4

4

3,3

LIACS

3,2

6,8

5,1

1,7

6,7

23,5

15,3%

39,2%

LIC

11,2

3,8

14,4

2,3

27,4

59,2

23,1%

42,9%

LION

14,7

7,8

1,2

17,7

46,5

11,8%

51,6%

Lorentz centre

0,4

0,4

0%

0%

9

33,7

17,2%

39,1%

2

9,9

30,3%

30,3%

1

2

0%

50%

45,1

64,6

22%

62,7%

3,2

18,8%

0%

342,1

22,6%

42,6%

MI

8

3,8

12

NHN NeCen

2,8

0,9

7,9 1

Sterrewacht

12,5

W&N algemeen

3,2

TOTAAL

69

3

4

38,4

70,2

9

155,5


TOTAAL

% vrouwen

% niet-Nederlands 5,6%

18

48

29,2%

31,3%

29

45

35,6%

35,6%

4

7

29

13,8%

34,5%

16

3

30

65

23,1%

41,5%

8

4

18

53

11,3%

45,3%

1

0%

0%

10

38

15,8%

36,8%

2

10

30%

30%

1

2

0%

50%

47

67

22,4%

62,7%

4

25%

0%

168

378

22,5%

40,5%

CML

1

5

6

IBL

7

9

11

LACDR

8

4

4

LIACS

4

8

6

LIC

12

4

LION

18

5

Lorentz centre

1

MI

10

docent

27,8%

UD

18

UHD

6


hoogleraar

onderzoeker



4

NHN

2

8

NeCen

1

Sterrewacht

13

W&N algemeen

4

TOTAAL

77


12

3

3

4

42

75

- 144 -

16


C.5.5. Vrouwen in (sub)topfuncties Volgens de definities van het Charter “Talent naar de Top”: top = schaal 15 en hoger, subtop = schaal 13+14. In fte en in personen. Het percentage vrouwen is genomen van het totaal in de betreffende schaal. in fte

Wiskunde & Natuurwetenschappen % vrouwen totaal CML


Facility Management

in personen

2011

2012

2011

2012

38,2%

37,6%

41,2%

37,5%

0%

0%

0%

0%

54,5%

41,5%

60%

40%

0%

0%

0%

0%

33,8%

27,6%

37,5%

30,8%


Hortus Botanicus


IBL

LACDR

40,8%

42,6%

0%

0%

0%

0%


32,1%

22,2%

30%

20%

% vrouwen totaal

43,9%

38,5%

45,3%

39,7%

% vrouwen in de top

13,5%

13,5%

12,5%

12,5%

40%

40%

40%

40%

20,8%

20,1%

21,7%

22,2%

0%

0%

0%

0,% 11,1%

% vrouwen totaal % vrouwen in de top % vrouwen in de sub-top LIC

LION

42,6%

14,7%

12,8%

12,5%

% vrouwen totaal

32%

30,5%

33,9%

32%

% vrouwen in de top

8,2%

8,9%

7,7%

8,3%


45,7%

38%

50%

40%

% vrouwen totaal

16,1%

17,1%

17,8%

18,2%

% vrouwen in de top

6,8%

6,8%

5,6%

5,6%

0%

20%

0%

20%

85,7%

94,5%

77,8%

88,9%

0%

0%

0%

0%

9,3%

15,3%

11,1%

15,9%

0%

12,5%

0%

10%


26,3%

26,3%

25%

25%

% vrouwen totaal

43,3%

47,8%

43,5%

48,6%


50%

50%

50%

50%

% vrouwen totaal

0%

0%

0%

0%

% vrouwen in de top

0%

0%

0%

0%

% vrouwen totaal

30,6%

30,4%

30,9%

30,8%

% vrouwen in de top

9,5%

8%

9,1%

7,7%

0%

0%

0%

0%

% vrouwen totaal

46,6%

46,7%

47,9%

50%

% vrouwen in de top

17,6%

14,3%

20%

20%


25,8%

27,3%

25%

28,6%

% vrouwen totaal

32,3%

31,2%

33,9%

32,7%

% vrouwen in de top

7%

8%

6,7%

7,7%


26%

24,8%

26,8%

24,6%

% vrouwen in de sub-top % vrouwen totaal Lorentz Centre

0%

40,4%

% vrouwen in de top

% vrouwen in de sub-top LIACS

0%


MI

NHN

NeCen

% vrouwen in de top

% vrouwen in de top

% vrouwen in de sub-top Sterrewacht

% vrouwen in de sub-top W&N algemeen

TOTAAL


- 145 -



vrouwen

Totaal tijdelijk

mannen

vrouwen

Totaal tijdelijk

mannen

vrouwen

Totaal tijdelijk

OBP incl O&O

10,2%

42,9%

22,8%

11,1%

34,6%

17,1%

0%

51,3%

40,8%

Wiskunde & Natuurwetenschappen CML

WP

mannen


Facility Management

0%

0%

0%

Hortus Botanicus

0%

25,7%

7,1%

IBL LACDR

36,8%

42,9%

39,4%

43,6%

53,5%

46,6%

57,9%

51,3%

61,7%

74,7%

LIACS

35,4%

29,4%

34,1%

37,5%

55,6%

40,3%

LIC

28,7%

43,6%

33,6%

36%

73,8%

44,8%

LION

30,5%

31,6%

30,7%

48,9%

63,6%

50,6%

8,7%

0%

35,4%

33,4%

0%

MI

39,4%

61,1%

44,1%

39,4%

NHN

23,7%

9,1%

18%

58%

50%

50%

Lorentz centre

NeCen

50%

0%

0%

25,7%

7,1%

46,4%

17,4%

36,3%

29,6%

66,4%

23,4%

42,1%

32,5%

25%

0%

13,9%

6,6%

17,6%

12,2%

16,8%

10,8%

0%

35,4%

35,4%

48,3%

40,9%

100%

100%

33,3%

50,5%

0%

0%

0% 30,9%

50%

Sterrewacht

63,1%

69,3%

64,8%

67,3%

93%

72,9%

35,9%

25,8%

W&N algemeen

4,5%

14,1%

9%

0%

0%

0%

4,9%

14,4%

9,5%

TOTAAL

34,3%

41%

36,5%

47,3%

66,9%

51,7%

10,5%

25,2%

17,4%

C.5.6.b. Percentage vaste aanstellingen van het totaal in de eerste geldstroom Exclusief promovendi en studentassistenten. In fte. Wiskunde & Natuurwetenschappen

Totaal excl. promovendi en studentassistenten

WP

OBP incl O&O

mannen

vrouwen

totaal

mannen

vrouwen

totaal

mannen

vrouwen

totaal

CML

93,6%

59,5%

80,4%

92,6%

100%

93,6%

12,8%

38,5%

22,8%

Facility Management

100%

Hortus Botanicus

100%

IBL

100%

100%

74,3%

92,9%

100%

74,3%

92,9%

87,2%

72,6%

80,7%

85,1%

73,6%

82,2%

30,2%

52,3%

40%

LACDR

95,2%

74,3%

86,8%

89,9%

79,2%

86,4%

52,1%

46,5%

49,9%

LIACS

86,3%

82,8%

85,5%

83,6%

61,5%

80,3%

16,8%

55,3%

26,2%

91%

96,3%

92,4%

87,1%

100%

88,3%

30,4%

74,6%

41,9%

LION

90,5%

75,5%

86,9%

87,8%

57,1%

83%

53,9%

61,5%

55,7%

Lorentz centre

100%

64,6%

66,6%

100%

100%

0%

64,6%

61%

MI

100,%

59,1%

92,3%

100,%

100%

100%

0%

0%

0%

NHN

81,1%

100%

88,4%

49,2%

100%

62%

62,8%

79,9%

69,4%

LIC

NeCen

0%

100%

0%

0%

0%

0%

Sterrewacht

69,1%

59,1%

66,4%

66,5%

15%

59,2%

13,2%

53,5%

24,1%

W&N algemeen

95,5%

85,9%

91%

100%

100%

100%

87,6%

83,8%

85,8%

TOTAAL

88,9%

78,7%

85,5%

83,3%

71,9%

81,3%

42,9%

63,1%

49,8%


- 146 -

0%



OBP


0,87

OBP O&O

0,63

onderzoeker

0,42

docent

UD

CML

UHD


hoogleraar


0,68

0,84

0,82

0,74

Facility Management

1

1

0,95

0,85

0,91

0,88

0,84

0,81

0,89

0,92

0,97

0,69

0,9

Hortus Botanicus IBL

1

0,98

0,95

0,93

1

0,83

LIACS

0,8

0,85

0,85

0,41

0,96

0,72

0,84

0,81

LIC

0,93

0,96

0,90

0,78

0,91

0,93

0,74

0,89

LION

0,82

1

0,98

0,31

0,98

0,95

0,79

0,89

Lorentz centre

0,4

MI

0,8

LACDR

0,95

1

NHN NeCen

0,95

0,46

0,8

0,64

0,87

0,78

0,85

0,87

0,8

0,92

0,95

0,74

0,89

0,88

0,91

0,85

0,89

0,90

0,99

1

1

1

0,96

0,91

0,94

1

0,86

1

Sterrewacht

0,96

W&N algemeen

0,8


0,9

0,56

0,93

1




% 55-pluls



CML

52,6

46,2%

7,7%


54

48%

0%

LACDR

50,8

37,5%

6,3%

LIACS

50,9

25%

0%

49

27,8%

16,7%

LION

53

48,1%

0%

Lorentz centre

n.p.

n.p.

n.p.

MI

8,3%

LIC

50,5

29,2%

NHN

56

60%

0%

NeCen

n.p.

n.p.

n.p.

Sterrewacht

47,7

16,7%

16,7%

W&N algemeen

n.p.

n.p.

n.p.

TOTAAL vast WP

51,3

35,9%

7,1%


- 147 -


Deel D.

Definities en afkortingen

Definities Bronnen Het merendeel van de gegevens is afkomstig uit SAP/HR, het personeelsregistratiesysteem van de universiteit. Een aantal gegevens komt uit de door de VSNU verzamelde Wetenschappelijk Onderwijs Personeels Informatie (WOPI). Waar andere bronnen zijn gebruikt wordt dit bij de betreffende tabel aangegeven. De in Personeel in cijfers gehanteerde definities volgen de afspraken die landelijk gemaakt zijn in VSNU/WOPI-verband. Personeelsomvang Ieder jaar weer blijkt de definitie van wat universitair personeel is een beetje te moeten worden bijgesteld. Het uitgangspunt is: het gaat primair om de medewerkers waarvoor de universiteit de werkgeversfunctie vervult, met daarnaast het overige personeel dat bijdraagt aan het universitaire produkt, onderzoek en onderwijs. Maar die laatste groep is zeker niet eenvoudig in cijfers te vangen, aangezien de registratie van gegevens aangaande deze medewerkers vaak niet compleet is. De gevolgen van het overhevelen van personeel naar LUMC voor de rapportage zijn in de toelichting beschreven. Er zijn nog meer beleidswijzigingen, zowel landelijk als binnen de universiteit, die telkens weer dwingen tot het maken van keuzes in de wijze van rapportage. Tijdelijk personeel Tijdelijk personeel is gedefinieerd zoals in de VSNU/WOPI-cijfers, d.w.z. dat ook personeel met proeftijd als vast geteld wordt. Peildatum en fotodatum De cijfers hebben in principe betrekking op de situatie per de peildatum van 31 december van betreffende jaren. Voor een goed begrip van de oorzaak van mogelijke afwijkingen met elders gerapporteerde cijfers is het nodig dat men zich rekenschap geeft van het feit dat het SAP/HR een dynamisch systeem is, waarin voortdurend aanvullingen plaatsvinden en zelfs met terugwerkende kracht gemuteerd kan worden. De ene of de andere zgn. foto-datum (dat is de datum waarop de gegevens uit het personeelssysteem worden gehaald) leidt daarom onherroepelijk tot discrepanties. Kleine aantallen Bij sommige kleine aantallen zijn absolute gegevens en gemiddelden niet gepresenteerd, omdat ze tot de persoon herleidbaar zouden zijn. In de totalen tellen deze cijfers uiteraard wél mee. Het tellen van personen Een aantal personeelsleden heeft meer dan één dienstverband. Dat kan bijvoorbeeld zijn een combinatie van - een vaste en een tijdelijke functie - een OBP- en een WP-functie. Bij het tellen van personen per categorie ontstaat dan een overlap (figuur 1, volgende pagina). Optelling van de totalen per categorie (figuur 2) leidt dan tot een groter aantal personen dan er in werkelijkheid aanwezig is. Een oplossing om dubbeltellingen te voorkomen is personen toewijzen aan een categorie (figuur 3). Dit leidt echter tot miskenning van de situatie in de tweede categorie. Gekozen is voor de aanpak in figuur 4. Bij elke nieuwe onderverdeling wordt per categorie het aantal personen geteld met aanstelling in die categorie. Bij totale tellingen wordt echter het werkelijk aantal personen geteld (altijd kleiner dan of gelijk aan de som van de diverse categorieën apart).

Personeel in cijfers 2013, deel D

- 151 -


Diverse mogelijkheden om personen te tellen figuur 1

2

1

figuur 2

1

2

figuur 3

1

2 2

1 f

figuur 4

1


1

- 152 -


Afkortingen BB Best. Bijzonder hgl. CILC CML CvB CWTS DH EUR excl. FGW FOM fte FSW FWN GBGD GVZD HAY-methode

HGL HOOPgebied IBL ICLON IIAS incl. ISSC LACDR LEI LIACS LIC LION LUMC MI NHN NeCen np NWO NZP O&O OBP OBP O&O Onderst. OS OSZ OUNL PhDfellow postdoc RUG RU SAP HR Secr. SOZ

Bestuursbureau Bestuurlijk bijzonder hoogleraar Centre for International Legal Cooperation Centrum voor Milieuwetenschappen College van Bestuur Centrum voor Wetenschaps- en Technologiestudies (Faculteit Sociale Wetenschappen) Den Haag (in afkorting Campus DH) Erasmusuniversiteit Rotterdam exclusief Faculteit Geesteswetenschappen (stichting) Fundamenteel Onderzoek van de Materie full time equivalent, zie definities Faculteit Sociale Wetenschappen Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen Gemeenschappelijke Bedrijfs Gezondheids Dienst (van Universiteit Leiden en LUMC) gemiddelde verzuimduur per medewerker (in kalenderdagen) Methode van functie-ordening, ontwikkeld door de internationale adviesorganisatie Hay groep; hierop is het per 1 april 2003 ingevoerde systeem van Universitair Functie Ordenen (UFO) gebaseerd. (gewoon) hoogleraar Discipline-indeling gehanteerd door het Ministerie van OCW Instituut Biologie Leiden (Faculteit W&N) Interfacultair Centrum voor Lerarenopleiding, Onderwijsontwikkeling en Nascholing International Institute for Asian Studies inclusief ICT Shared Service Centre (voorheen ICS) Leiden Amsterdam Centre for Drug Research (Faculteit W&N) Universiteit Leiden Leiden Institute of Advanced Computer Science (Faculteit W&N) Leids Instituut voor Chemisch Onderzoek (Faculteit W&N) Leids Instituut voor Onderzoek in de Natuurkunde (Faculteit W&N) Leids Universitair Medisch Centrum Mathematisch Instituut (Faculteit W&N) Nationaal Herbarium Nederland (Faculteit W&N) Nederlands Centrum voor Electronen Nanoscopie (Faculteit W&N) niet presenteren (cijfers worden niet gepresenteerd als omvang lager dan 5 is) Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijke Onderzoek nulverzuim (percentage van het personeel dat niet heeft verzuimd) Onderzoek en Onderwijs ondersteunend en beheerspersoneel Onderwijs- en Onderzoek Ondersteunend OBP Ondersteuning Ontwikkelingssociologie (Faculteit Sociale Wetenschappen) Onderwijs & Studentenzaken (Faculteit Geesteswetenschappen) Open Universiteit Nederland promovendus (6-jarige aanstelling) met gedeeltelijke onderwijstaak onderzoeker met tijdelijke vervolgaanstelling na promotie Universiteit Groningen Radboud Universiteit (Nijmegen) Salarissysteem gebruikt door de Universiteit Leiden (SAP = Systemen, Applicaties en Producten in gegevensverwerking) Secretarieel Studenten- en Onderwijszaken (voorheen OSZ)


- 153 -


stud.ass. TUD TUE UD UFB UFO UHD UM UT UU UvA TiU VALK versch. Voorl. VSNU VU W&N WO WOPI WU WP ZMF ZON ZVP-2

student-assistent Technische Universiteit Delft Technische Universiteit Eindhoven universitair docent Universitair Facilitair Bedrijf Universitair systeem van Functie Ordening universitair doofddocent Universiteit Maastricht Uninversiteit Twente Universiteit Utrecht Universiteit van Amsterdam Universiteit Tilburg VliegAngstbestrijding Leidse universiteit/KLM verschil met voorlichting Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten Vrije Universiteit Wiskunde & Natuurwetenschappen Wetenschappelijk Onderwijs Wetenschappelijk Onderwijs Personeels Informatie (VSNU-publikatie) Wageningen Universiteit wetenschappelijk personeel gemiddelde verzuimfrequentie per persoon op jaarbasis Zorg Onderzoek Nederland (NWO) ziekteverzuim percentage exclusief gevallen die langer dan 2 jaar hebben geduurd

Betekenis van de tekens % .. 0 55+ >= <

percentage bij tellingen; cijfer niet gegeven/onbekend categorie niet aanwezig cijfer kan wel een waarde vertegenwoordigen maar is na afronding 0 55 jaar en ouder groter dan of gelijk aan kleiner dan

Functiefamilie Onderwijs- en Onderzoekondersteuning (OBP O&O): Bibliotheektechnisch medewerker Informatie/ collectiespecialist Medewerker audiovisuele technieken (regie) Medewerker audiovisuele technieken (vervaardiging) Medewerker kennistransfer Medewerker onderwijsontwikkeling Onderzoek & Onderwijs assistent Onderzoek & Onderwijs medewerker Plant/dierverzorger/biotechnicus Technicus O&O gebonden Coördinator externe samenwerking Onderwijscoördinator Vaardigheidsdocent


- 154 -


m ultimo 2012

Recommend Documents