MAANDBRIEF
UIT BURKINA
FASO
22 februari 2013
Het Leerlingenfonds van de Association Nabasnoogo bestaat 10 jaar 1 - Hoe het begon? Het was april 2003. In die periode verzorgde ik de bibliotheek voor de leerlingen van de Lycea die in de avonduren in de lokalen van ons Centrum in Zorgho kwamen studeren. Uitlenen en weer innemen van de studieboeken waren steeds even zovele aanleidingen tot contact met de leerlingen. En soms ontstond een praatje ook naar aanleiding van een vermaning: ‘een tafel is geen bank!’ en: ‘jullie herrie stoort de anderen!’. Soms moest er even een kop koffie gedronken worden bij het vertellen van de zorgen en de pijn van de dag. Soms een advies of goede raad. Het verhaal van de een: vader overleden, en moeder, die met kleine kinderen in het dorp achterbleef, vond geen mogelijkheid de school verder te betalen. En een andere leerling: zijn oudere zus betaalde het schoolgeld. Maar toen zij plotseling overleed, was er voor hem geen toekomst meer. Wat moesten ze doen? Hun studie liep voorspoedig, nog enkele jaren en ze zouden eindexamen kunnen doen. Moesten ze nu abrupt en noodgedwongen hun toekomstmogelijkheden opgeven? En ik wist, zij waren niet de enigen die in grote problemen kwamen… Want er zijn veel leerlingen die geen vader meer hebben die voor hen kan zorgen. In feite betekent dat meestal dat zij van school moeten, als zij verder niemand kunnen vinden die voor hen de school wil en kan betalen. Ik schreef over dit alles in mijn Maandbrief van april 2003. En in de maand daarna kon het Leerlingenfonds (LF) starten. Lezers gaven in die twee maanden 1.145,00 euro!
En zo kwamen ze, leerlingen en ouders, de een na de ander, ieder met zijn eigen problemen. Landaogo Francis Ouédraogo, 18 jaar, wees. Vanuit zijn dorp naar Zorgho gekomen waar hij bij een oom in huis kon komen. Landa moest nog enkele jaren Lyceum. De oom betaalde de school. Maar toen zijn eigen kinderen naar de middelbare school gingen, kon oom niet meer voor Landa betalen. Gelukkig vond Landa ons LF, ook voor zijn verdere studie. 1
Charlotte Ouédraogo, 20 jaar, laatste jaar van het Lyceum, Vader is blind. Moeder werkte. Maar toen vader verlamd raakte, moest moeder veel tijd aan de verzorging van haar man besteden, zodat zij niet meer kon werken. En dus geen geld verdienen. Charlotte ontdekte het LF. Hervé Ouédraogo, 31 jaar, is blind. Zijn vrouw werkt een beetje. En hij prutst een beetje met enkele varkens. Daniël, hun zoontje van zes jaar, kon dank zij het LF de school beginnen. Hervé kwam vertellen dat een kind van zijn oudere broer nu ook bij hem in huis is. En ook een kind van zijn jongere zus; zij en haar man zijn niet meer bij elkaar. Hoe dat nu allemaal moet… Het LF kan niet àlles… 2 - Het beleid van het Leerlingenfonds Aanvankelijk was ik alleen de verantwoordelijke voor het LF. Bij het bepalen welke vraag wel of niet gehonoreerd zou worden, liet ik mij vaak wel goed informeren over de persoon en de omstandigheden, bij voorbeeld door een leraar van de school. Nu, de laatste jaren, heb ik praktisch altijd overleg met Pierre, als voorzitter van de Association, en hij kent veel mensen in Zorgho. Daarmee is een zuiver beleid van het LF gegarandeerd. Het zijn in hoofdzaak leerlingen van de Lycea en basisscholen die hulp krijgen.Verder een aantal studenten van een beroepsopleiding en enkele studenten aan een Universiteit van Ouagadougou. Wij volgen zo nauwkeurig mogelijk de resultaten van hun studies en bespreken die met hen. Daarom vragen we de leerlingen of de ouders aan het einde van elk trimester de bulletins en rapporten te laten zien.- Eén enkele keer had een listige leerling zijn rapport opgeschoond met een paar ‘gecorrigeerde’ cijfers. Het viel helaas op… Het antwoord was uitsluiting uit het LF. De financiële hulp voor studenten en leerlingen is nodig voor de elementaire zaken: schoolgeld, schoolbehoeften, schoolkantine, abonnement bibliotheek, dossiers voor examens, fietsenstalling… Heel vaak ook voor huisvesting, maandelijkse huur, avondeten, artikelen voor lichaamsverzorging, geneesmiddelen, een fietsband, een beetje reisgeld. En soms voor een sportbroek, sportschoenen, een tafeltje, een stoel, een boek…
3 - Het aantal J(ongens) en M(eisjes) dat in de laatste jaren kon deelnemen.
Schooljaar
2008-2009 2009-2010 2010-2011 2011-2012 2012-2013
Basisschool J M 29 28 29 27 33
30 25 24 25 31
Lyceum J
M
14 19 17 19 25
9 19 20 26 25
Beroepsonderwijs J M 4 6 1 1 1
1 2 2 2 1
Universiteit
Totaal
J
M
J
M
Totaal
5 5 3 2 4
0 0 0 0 1
52 58 50 49 58
40 46 46 53 57
92 104 96 102 115
Het aantal jongens en meisjes dat door het LF geholpen kan worden is natuurlijk afhankelijk van het beschikbare budget, maar ook van de kosten per persoon. Een kind op de lagere school kost niet zo veel. Maar de kleintjes worden groot, en dan groeien de kosten mee. We moeten ieder schooljaar opnieuw zorgvuldig bekijken hoeveel en welke leerlingen we in dat jaar in het LF kunnen toevoegen.
2
Een enkele keer staan we voor de uitdaging om talentvolle studenten de kans te geven een dure studie of opleiding te laten volgen. Dat zijn wel echt uitzonderingen. In dat geval zoeken we extra ondersteuning bij ‘sponsors’ die we tot nu toe gelukkig ook konden vinden. Elk jaar komen er natuurlijk ook plaatsen vrij in het LF, wanneer leerlingen hun studie of opleiding voltooid hebben. Het verloop door verhuizing e.d. is heel gering. Soms vallen leerlingen uit, als het echt niet lukt op school. Dan volgt het advies om iets anders te gaan ondernemen, bij voorbeeld bij iemand in de leer gaan – een kleermaker of een timmerman -om in de praktijk een vak te leren. Als het nodig is, kan het LF daar ook bij helpen. Overigens, ook zonder een diploma te halen kunnen enkele schooljaren zinvol zijn; je steekt er altijd wel iets van op… Een zeldzame keer gebeurt het dat een leerling er was, en toen ineens niet meer… geruisloos in het niets verdwenen… Nooit meer iets van gehoord!
4 - De financiën van het Leerlingenfonds In de tien jaren dat het LF nu bestaat gaven veel lezers van mijn Maandbrieven af en toe een bedrag. Sommigen bestemden voor ons LF de sponsorgelden bij spectaculaire en sportieve acties en activiteiten: een Dakar-race, de Nijmeegse Vierdaagse… Maar ook verjaardagen en bruiloften waren meerdere keren aanleiding om aan ons LF te denken. Ook hielden kleine (kerk)gemeenschappen bij speciale gelegenheden collectes, of zij bestemden verzamelde giften voor het LF. En sommige Stichtingen droegen eveneens bij. Al deze sympathieke bijdragen bijeen vormden en vormen nog steeds een solide basis van het LF. Van heel groot en wezenlijk belang daarbij is dat enkele lezers van de Maandbrieven het LF met regelmaat of elke maand steunen met een vast bedrag. Zij doen dat soms al meer dan zes jaren! Voor al deze daadwerkelijke sympathie en solidariteit zijn wij enòrm dankbaar. Dank zij onze donateurs kan het LF blijven helpen. Niet alleen financieel, maar ook moreel is het LF van grote waarde: het versterkt het zelfrespect van de leerlingen: ook zij mogen er zijn, gelijkwaardig aan alle anderen! Inkomsten en uitgaven van het Leerlingenfonds De inkomsten van het LF bestaan uitsluitend uit de bijdragen van de donateurs in Nederland. Van 2003 t/m 2012 gaven de donateurs gemiddeld € 6.181,00 per jaar, dat betekent gemiddeld € 515,00 per maand. Van de inkomsten houdt het LF een zekere reserve in kas; want eenmaal begonnen met hulp moet je kunnen volhouden, ook als onverhoopt de inkomsten door omstandigheden zouden teruglopen… Renteloze leningen? Er is wel eens de suggestie gedaan om geld uit het LF niet alleen te schenken, maar ook renteloos uit te lenen, als het bij voorbeeld om een duurdere studie of opleiding gaat, waarna de geslaagde een goede baan kan vinden en dus kan terugbetalen. In principe is dit natuurlijk een goed systeem, maar in onze werkelijkheid niet reëel. 3
Want àls de student al goed afstudeert, en àls hij dan al een goede en redelijk betaalde baan kan vinden, - inderdaad, dan verdient hij. Maar op datzelfde moment staat meteen de hele familie op de stoep, met de onuitroeibare gedachte dat jij nu rijk bent, en nu dus eindelijk iets voor de familie kunt doen: voor vader en moeder, en grootvader, en broertjes en zusjes, en de zieke buurvrouw, en tante, en voor medicijnen voor grootmoeder, en voor als de oogst erg tegenviel, en voor als in de regentijd een lemen hutje instortte, en voor…. En dan moet de verdiener ook nog zijn eigen toekomst zien op te bouwen en een gezin stichten en een huis bouwen en ook een keer ziek mogen worden, en … Als een verdiener dan zegt: “ik heb geen geld, want ik moet eerst mijn studiekosten terugbetalen”, - dan krijgt hij dat niet aan zijn familie verkocht: dubbel ongeloof zal toeslaan: “hij heeft geld genoeg, maar hij beduvelt ons: hij wil gewoon niks geven!” Dat kan tot grote problemen binnen de familie leiden. Het is niet toevallig dat beginnende verdieners bij voorkeur een beetje ver weg van de familie willen werken; dan heb je niet meteen de familie over de vloer als er iets is! ‘Terugbetalen’ kan dan ook reëler in de vorm van broers en zussen helpen bij hun school, en af en toe een zak maïs voor moeder, en een platgeregend hutje herbouwen…
5 - Succes dank zij het Leerlingenfonds, en wat ze zeiden Mariam Kologo, onderwijzeres. Joseph Doudoulgou, leraar natuurkunde en licentiaat Rechten (Universiteit Ouaga). Pauline Kaboré, boekhouder bij een bedrijf. Benoît Natama, dierenarts. “Als ik ‘s morgens op mijn brommer naar de dorpen rijd om runderen te vaccineren, denk ik vaak hoe u op dat uur in Zorgho in het kantoor aan het werk bent. Die gedachte maakt mij blij en stimuleert mij om ook hard te werken. U geeft mij een voorbeeld. Aan jullie financiële en morele steun heb ik het te danken dat ik dierenarts kon worden” Benoît Natama
Foto: Benoît vaccineert runderen in Ouéléni, het uiterste zuidwesten van Burkina Faso
Issouf Sawadogo, boekhouder in overheidsdienst: ”Ik ben vertrokken met de resultaten van jullie arbeid”. Ablassé Sawadogo, gediplomeerd verpleger. Paul Kaboré, onderwijzer: “U hebt de grond waarin wij staan vruchtbaar gemaakt, zodat wij kunnen groeien en vrucht dragen”
4
Landaogo Francis Ouédraogo, gediplomeerd verpleger: “U bent mijn vader”. Théodore Oubda, secretaris in overheidsdienst: “Ik heb nu een baan in Ouagadougou, en het gebeurt niet zo vaak, maar àls ik langs Zorgho kom, kan ik niet doorrijden zonder eerst even bij jullie binnen te lopen en jullie te groeten; want ik heb zòveel te danken aan jullie en aan dit Centrum met zijn bibliotheek…”
« Zonder jullie Leerlingenfonds zou ik nooit, nooit hebben kunnen dromen, dat ik op een dag ingenieur zou kunnen worden… » Aloys Tiendrébéogo Aloys
Ignace Kaboré, laatste jaar voor een licentiaat Economie (Universiteit Ouaga) Zijn moeder Pauline Kaboré schreef jaren geleden een briefje: “… ik heb u in de kerk gezien, en ik dacht: zou deze man mij kunnen helpen?...” Haar oudste zoon Ignace kwam het briefje brengen. Enkele dagen later kwam Pauline en vertelde in aangrijpende eenvoud over haar aan TBC overleden man en over de school van Ignace en Brigitte en Odette en Désiré… Het LF kon ze helpen, alle vier, al vele jaren. Ignace is nu bijna afgestudeerd. Brigitte haalde eindexamen middelbare school. Odette werkt en doet avondschool Lyceum. En Désiré schittert in het vierde jaar Lyceum. Stefan Kaboré: 2e jaar basisschool, eerste van de klas – proficiat! Djénéba Soudré: 2e jaar basisschool, laatste van de klas – volhouden!… LF blijft meedoen! ….. En zo zijn er gelukkig nog veel meer successen….. Met veel oud-LF-ers blijven wij in goed contact. Zij bellen af en toe op, en zij komen soms even langs. Als het uitkomt, zoeken wij hen wel eens in hun werkomgeving op. Zoals Benoît in Ouéléni; prachtig om te zien. Even zovele momenten van enthousiasme, dankbaarheid en motivatie. Voor hen en voor ons. En, een heel enkele keer, als er een extra probleempje is, weten zij de weg terug te vinden… 6 - Mislukt in de loop der tien jaren (dat gebeurde natuurlijk ook…) Joseph (van Madeleine) : God weet waar hij gebleven is. Madi (van Moussa) : naar het goud gerend (illegale goudmijn). Nassiré (van Fati) ; naar het goud gerend (illegale goudmijn). 5
Cyrille (van Antoinette) : te arrogant om te kunnen leren. Yvonne (van Laurentine) : gevlucht naar de grote stad. Jean Pierre : hij loog zich het LF uit. Véronique : (van Cathérine) naar het goud gerend (illegale goudmijn). ….. En zo zijn er nog een paar mislukkingen … erg jammer.
7 - Uit het leven van het Leerlingenfonds Stefan Kaboré, 9 jaar : “Mijn moeder groet u, en dit moest ik aan u geven,” zei Stefan, en hij overhandigde mij een klein zwart plastic zakje met daarin 5 tomaten en 2 komkommers. Mooie rijpe vruchten vanuit de handel van zijn moeder Christine: een tafeltje met wat groenten langs de straat. Zij heeft een strategisch plekje kunnen bezetten, en zij verkoopt altijd goede kwaliteit. Zodoende loopt haar handel goed. Maar zij kan nooit voldoende van de verdiensten opzij leggen om haar vier kinderen naar school te laten gaan. En sinds haar man vijf jaar geleden is overleden, heeft zij geen andere inkomsten. Het LF brengt uitkomst. Christine is heel dankbaar. Laatst kwam zij een haan brengen ‘voor de soep’. Want het LF had haar een extra bijdrage gegeven toen zij een keer echt al het geld had moeten besteden aan medicijnen… Haar handel had daardoor schade geleden, maar om die weer op peil te brengen vroeg zij een ondersteuning. Die kon het LF geven. Nu komt Stefan af en toe een paar tomaten en zo brengen, en ‘de groeten van mijn moeder’. En daarmee verdient hij dan weer een muntje! – Och ja, als iedereen geeft uit wat hij heeft, kan iedereen ontvangen. “Smakelijk eten!” zegt Stefan nog, als hij met het muntje in zijn knuistje de deur uit gaat. Hamidou Kaboré, 12 jaar : “… en toen was op die middag ineens mijn fiets weg, en moest ik te voet van school naar huis, dat is wel 5 kilometer”. “En toen moest jij dus voortaan ’s morgens een uurtje eerder van huis?!” Nou nee, hij was de laatste halve maand maar niet naar school gegaan. Einde verhaal. En dat betekende ook voor het LF: einde verhaal. Patrice Tapsoba, 13 jaar, groot kruis op de borst. Hij is dit schooljaar nieuw in het LF. Hij moest een plaats zien te bemachtigen op het Lyceum, had hij gezegd. Kort daarna kwam hij zelfverzekerd binnen: “Ik heb een plaats op het Provinciaal Lyceum!” “Ga jij nu voor het éérst naar het Lyceum?” “Ja”. Ik bladerde door mijn aantekeningen. Daar stond: ‘Patrice doubleert het eerste jaar Lyceum’. Daarmee geconfronteerd zei hij: “ach, ja, ik was vergeten dat ik doubleer!” “Jezus op je borst schrikt een beetje als jij liegt!” Patrice grinnikte en gaf zich gewonnen. Nadège Kaboré, 14 jaar, gaf een papiertje met de volgende vraag om schoolbehoeften: « Fourniture d’écolier - Je vous demandes un sac d’écolier. Mai on ma donnée 4 cahiers de 200 pages et 3 cahiers de 100 pages. Mai 7 cahiers sa ne suffie pas. J’ai oublier Je demande un academie. Merci beaucoups. Merci. Merci beaucoups tonton » (Aandoenlijk, maar Nadège zal –zo te lezen- nog wel een aantal jaren in het LF moeten blijven…!) Chantal Yaméogo, 21 jaar: “Wij zullen het nooit kunnen vergeten: jullie zijn als de wortels van een boom: wij kunnen groeien op de basis die jullie hebben gelegd”.
6
Paténéma Ilboudo, 19 jaar : “Ik wil iets terug doen, maar ik heb niks… Ik kan wel helpen bij iets… of nee, zal ik uw kamer schoonmaken?” “Ja, dat is goed!” “Morgenvroeg om 8 uur?” “Ja, dat is goed!” Christophe Ouédraogo, 38 jaar : hij wil zo graag dat zijn kinderen succes hebben; hij zal trots zijn als zij verder komen dan hij en zijn vrouw: “Mijn drie kinderen zijn nu op school. Ik zou ze graag helpen en overhoren bij hun huiswerk, maar ik kan alleen maar het alfabet A t/m Z met de kinderen repeteren, maar verder niet… En mijn vrouw ook niet…” Christine Sanouidi, vriendelijk, klein, schriel en beweeglijk, kwam bedanken voor de hulp aan haar vier kinderen: “Jezus, daarboven in de hemel,” riep zij luid en breed lachend, waarbij haar dode rechteroog deed alsof het keek, en zij wees met haar ene hand op het bronzen kruisje dat ik draag, terwijl haar andere hand hoog de lucht in stak: “Hij zal u zegenen en u een lang leven geven!” De oude Adama Sissao, gehuld in een blauwe boubou en witte moslimbonnet, kwam binnen met opgerolde papieren, als een bul, en een schrift in zijn hand, - als kwam hij regelrecht van een promotie. Hij kwam de schoolresultaten laten zien van zijn twee kinderen Soufianou en Sanata, - die beide gemakkelijk zijn kleinkinderen hadden kunnen zijn. Adama, ongeletterd, had zichtbaar geen idee wat hij eigenlijk bij zich droeg; hij overhandigde mij de papieren heel voorzichtig, als gaf hij kostbare en waardevolle documenten uit handen. - Ik gaf voor Soufianou een bemoedigingprijs van100 cfa voor een paar bananen, want hij had heel goed gewerkt. En Sanata, met erbarmelijke resultaten, kreeg een troostprijsje, ook 100 cfa, ook voor een paar bananen. Albert Boureima Kaboré, een lange magere man, heeft vier kinderen op de middelbare school, en nog een kleintje op de basisschool. Rosalie staat in het midden van het rijtje van vijf, boven haar een tweeling: Léon en Léonie, en na haar nog een tweeling: Sergine en Serge. De kinderen hebben hetzelfde postuur als vader, alleen met de kleine Serge kan het nog van alles worden. Albert staat alleen voor de opvoeding van de kinderen. Zijn vrouw is een aantal jaren geleden overleden. Hij is psychisch niet zo sterk, maar doet wat hij kan. Hij werkt wat in tuinen, maar dat houdt niet over. Hij heeft het niet getroffen met de intelligentie van zijn kinderen; het licht is niet in gelijke helderheid op alle vijf neergestreken. Alleen Rosalie doet het goed op school; voor de anderen is het hangen en wurgen en met de hakken over de sloot, of net niet. Het LF ondersteunt Albert in zijn niet aflatende en heldhaftige pogingen een goede toekomst voor zijn kinderen te openen. Hij waardeert de hulp, en bij elk contact schudt hij de hand langdurig en dankt ‘infiniment’: “Zonder uw hulp zouden mijn kinderen niet naar school kunnen gaan”. - Zou het lukken met de vijf? We hopen het allemaal. Ablassé Tiendrébéogo, 19 jaar, een stille, heel bescheiden jongen. Als hij spreekt, plukt zijn linkerhand aan zijn wangen, alsof zijn baardhaartjes al waren uitgekomen. Hij woont in Dawaka, een klein dorpje vlakbij Zorgho. Zijn vader overleed vorig jaar. Zijn moeder is al meerdere jaren geleden gestorven. Vader liet nog drie vrouwen achter, en veel kinderen. Ablassé volgt dit jaar de voorlaatste klas van het Lyceum. Nu vader overleden is, zijn er geen financiële middelen meer voor zijn school. De vrouwen van zijn vader zorgen wel voor zijn eten. Ablassé zit in het LF. En kreeg schoolgeld en schoolbehoeften. Hij kwam bedanken, bedeesd als altijd. Verlegen gaf hij een in mooi handschrift geschreven briefje: “Cher Tonton, bonjour. Met veel genoegen schrijf ik u deze brief om iets van mij te laten horen. 7
Ik dank u heel bijzonder dat u mij geholpen hebt. Ik heb werkelijk geen woorden om te danken. Ik wil dat God, onze hemelse Vader, u zal danken. Ik was in nood, en u hebt mijn nood doen verkeren in geluk. Ik ben blij dat ik samen met mijn vrienden het schooljaar kon beginnen. Ik ben zonder vader, en zonder moeder, maar met u ben ik nu gelijk aan de andere leerlingen. Ik dank God. Dat de almachtige God u moge zegenen. Ik geef u een kus. Tot ziens, tonton. -Geschreven door Tiendrébéogo Ablassé-“ 8 - En als dank kregen wij… … hanen; kippen; parelhoenders; tomaten; komkommers; eieren; pinda’s; maïskolven geroosterd en vers; maniok; yam; paprika’s; gedroogde bonen; pindapasta (“heeft mijn moeder zelf gemaakt”); mango’s; soumbala; aubergines violet en sauvage; linzen; sesamzaad; wilde druiven; bissap; wortelen; witte kool; rode en gele pepers; en nog veel meer…en tekeningen met Jezus in zoete tinten; tekeningen met vrolijke vogels en bloeiende bloemen (je kon ze haast ruiken); kleurrijk versierde brieven, of briefjes geschreven op scheef afgescheurde schriftblaadjes; een batikoverhemd; een decoratief batik wandkleedje; wensen voor een héél lang leven, en nòg langer… en … en …
9 - Toekomst van het Leerlingenfonds “Ik geef graag iets voor het Leerlingenfonds. Uit eigen ervaring weet ik hoe belangrijk het is als je in je studietijd financieel gesteund wordt..” (A.T.) “Laat de jongens en de meisjes maar goed studeren. De kennis die zij nu vergaren kan niemand hen ooit ontnemen. Gun ze de vreugde van studeren en lezen, en ‘ademloos het blad omslaan’ “. (H.B.) In naam van honderden leerlingen feliciteren wij het tienjarige Leerlingenfonds dat investeert in hun capaciteiten. En samen met de honderden leerlingen danken en feliciteren wij alle donateurs met de prachtige resultaten die hun solidariteit mocht behalen. Wij wensen het leerlingenfonds nog een heel lang leven toe, en hopen van harte dat wij op onze huidige (en nieuwe ??) donateurs mogen blijven rekenen, zodat opnieuw honderden leerlingen die onze hulp nodig hebben hun capaciteiten kunnen ontwikkelen!
Giro: 8161466 t.n.v. Stg. Emmaus Haren Middenweg 14 5368 AG Haren m.v.v. LEERLINGENFONDS E-mail:
[email protected]
Jan Beekman Assoc. Nabasnoogo BP 91 Zorgho Burkina Faso Tel. 00 226 40708673 E-mail
[email protected] 8