zorg voor mensen met diabetes
RAPPORT met de beschrijving en resultaten van de meldweek
VOORWOORD
Voor u ligt het rapport met de beschrijving en resultaten van de meldweek ‘Zorg voor mensen met diabetes’. Deze meldweek is samen door de Samenwerkende Patiënten/Consumentenorganisaties (SPC) en Geové zorgverzekeraar georganiseerd. De meldweek is gehouden van 10 tot en met 13 juni 2003. Mensen met diabetes zijn gevraagd om al hun ervaringen met de zorg aan ons te melden. SPC en Geové willen op deze wijze samen met zorgaanbieders komen tot verbetering van de zorg aan mensen met diabetes. Dit rapport is totstandgekomen door de prettige en enthousiaste samenwerking tussen mensen van de SPC, Geové en niet in de laatste plaats mensen van de Diabetes Vereniging Nederland. Wij gaan ervan uit dat u het rapport met veel belangstelling zult lezen en dat de aanbevelingen uit dit rapport daadwerkelijk leiden tot kwaliteitsverbetering van de zorg aan mensen met diabetes.
Samenwerkende Patiënten/Consumentenorganisaties Geové zorgverzekeraar
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
1
INHOUD
VOORWOORD
1
Hoofdstuk 1 - Inleiding
3
1.1 Samenwerking IKG en Geové ---------------------------------------------------------------------------- 3 1.2 Informatie- en Klachtenbureau Gezondheidszorg (IKG) ------------------------------------------- 3 1.3 Geové zorgverzekeraar------------------------------------------------------------------------------------- 3 HOOFDSTUK 2 - AANLEIDING MELDWEEK ‘ZORG VOOR MENSEN MET DIABETES’
4
2.1 De methode meldweek ------------------------------------------------------------------------------------- 4 2.2 Keuze onderwerp meldweek ------------------------------------------------------------------------------ 4 HOOFDSTUK 3 - ORGANISATIE VAN DE MELDWEEK
5
3.1 Bereikbaarheid ------------------------------------------------------------------------------------------------ 5 3.2 Instructie medewerkers van het IKG -------------------------------------------------------------------- 5 3.3 Publiciteit ------------------------------------------------------------------------------------------------------- 5 HOOFDSTUK 4 - CLIËNTEN TIJDENS DE MELDWEEK
6
4.1 Status, bekend via en wijze binnenkomst -------------------------------------------------------------- 6 4.2 Leeftijd ---------------------------------------------------------------------------------------------------------- 7 4.3 Geslacht betrokkene----------------------------------------------------------------------------------------- 7 4.4 Regio waar cliënten wonen -------------------------------------------------------------------------------- 7 4.5 Verzekering ---------------------------------------------------------------------------------------------------- 8 4.6 Begeleiding en behandeling ------------------------------------------------------------------------------- 8 HOOFDSTUK 5 - MELDINGEN TIJDENS DE MELDWEEK
10
5.1 De positieve ervaringen----------------------------------------------------------------------------------- 10 5.2 De negatieve ervaringen --------------------------------------------------------------------------------- 11 5.3 Object van de meldingen --------------------------------------------------------------------------------- 14 HOOFDSTUK 6 - SAMENVATTING
16
HOOFDSTUK 7 - AANBEVELINGEN
16
BIJLAGE - KORTE OMSCHRIJVINGEN ERVARINGEN VAN MENSEN MET DIABETES
19
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
2
HOOFDSTUK 1 - INLEIDING
1.1 Samenwerking IKG en Geové Om samen sterker te staan in de kwaliteitsverbetering in de zorg, is tussen de SPC en Geové in februari 2003 een overeenkomst gesloten. Geové en SPC willen met de samenwerking meer inzicht krijgen in de behoeften van patiënten/consumenten en op basis hiervan afspraken maken met zorgaanbieders. Voor 2003 is afgesproken om gezamenlijke meldacties te organiseren die door het IKG worden uitgevoerd. 1.2 Informatie- en Klachtenbureau Gezondheidszorg (IKG) Het IKG is een onderdeel van het de Samenwerkende Patiënten/Consumentenorganisaties in Groningen (SPC). Het IKG biedt patiënten en hun naasten gratis onafhankelijke ondersteuning bij vragen en klachten over de gezondheidszorg. Bovendien informeert zij over rechten en ze adviseert over de manier waarop een klacht kan worden ingediend en kan behulpzaam zijn bij bijvoorbeeld het opstellen van een klachtbrief. Zo nodig gaan medewerkers van het IKG mee naar een gesprek met een zorgverlener of helpen met de voorbereiding van een hoorzitting van een klachtencommissie. Mensen die hun onvrede kenbaar willen maken zonder actie te ondernemen kunnen hun klacht anoniem melden. Alle vragen en klachten worden geregistreerd. De SPC stelt gesignaleerde knelpunten (op basis van geanonimiseerde gegevens) aan de orde bij zorgverleners om tot afspraken te komen over verbeteringen. 1.3 Geové zorgverzekeraar Geové is de grootste zorgverzekeraar in de provincie Groningen die afspraken maakt met zorgaanbieders over de te leveren zorg. Het doel is ervoor te zorgen dat verzekerden de juiste zorg op het juiste moment ontvangen. Geové wil graag inzicht hebben in de behoeften en wensen van patiënten om de zorgverlening daarop af te kunnen stemmen.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
3
HOOFDSTUK 2 - AANLEIDING MELDWEEK ‘ZORG VOOR MENSEN MET DIABETES’
2.1 De methode meldweek Bij een meldweek wordt er rond een specifiek thema of onderwerp actief naar ervaringen en meningen van mensen gevraagd. Een meldweek kan in een relatief korte tijd een algemeen beeld geven over dit onderwerp of thema en is dan ook niet bedoeld als wetenschappelijk verantwoord onderzoek. Omdat een meldweek door het IKG wordt uitgevoerd, ontstaat een veilige anonieme plek waar mensen hun mening kunnen geven. Op basis van de uitkomsten van een meldweek kunnen partijen (verzekeraars, aanbieders, patiëntenorganisaties) in de gezondheidszorg besluiten verbeteracties uit te voeren maar kan ook tot vervolgonderzoek worden overgegaan. 2.2 Keuze onderwerp meldweek Het Informatie- en Klachtenbureau Gezondheidszorg (IKG) in Groningen organiseerde samen met Geové zorgverzekeraar een meldweek voor mensen met diabetes. Voor dit onderwerp is gekozen omdat het een grote groep betreft die te maken heeft met veel zorgverleners. Beide organisaties willen een helder beeld over de tevredenheid van mensen met diabetes en de kwaliteit van de zorg. Met deze gegevens willen IKG en Geové samen met zorgaanbieders komen tot verbetering van de zorg aan mensen met diabetes. De Diabetesvereniging Nederland (DVN), afdelingen Groningen, Oost Groningen, Westerwolde en Eemsmond ondersteunden deze actie.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
4
HOOFDSTUK 3 - ORGANISATIE VAN DE MELDWEEK
3.1 Bereikbaarheid IKG en Geové hebben mensen met diabetes opgeroepen zowel hun positieve als negatieve ervaringen over de zorgverlening te melden. Van 10 t/m 13 juni tussen 9.00 en 16.30 uur op telefoonnummer 0900 2437070 (€ 0,10 / min.) was het IKG bereikbaar. Schriftelijk kon men via een brief of via de website reageren. Voor de meldweek is een apart registratieformulier ontwikkeld. De meldingen zijn anoniem geregistreerd. 3.2 Instructie medewerkers van het IKG Voorafgaand aan de meldweek zijn medewerkers voorgelicht over de aandoening diabetes door iemand van de Diabetes Vereniging Nederland (DVN) en door de medisch adviseur van Geové. Voordeel hiervan was dat medewerkers voldoende en uitgebreide achtergrondinformatie hadden om ervaringen van bellers boven tafel te krijgen. Naast de melding werd de melders enige achtergrondinformatie gevraagd en werden een aantal vragen over behandelaars, controles, enz. voorgelegd. Een vooraf opgestelde vragenlijst met gesloten en open vragen werd hierbij door de medewerkers gebruikt. 3.3 Publiciteit Tijdens en voorafgaand aan de meldweek is uitgebreid aandacht besteed aan de bedoeling ervan. Er is in de regionale media uitgebreid aandacht besteed aan de meldweek door middel van een advertentie. Aan alle regionale en huis-aan-huisbladen zijn persberichten verstuurd en er werden ook interviews gegeven voor de radio. Via posters en flyers (strooifolders) die verspreid zijn bij huisartsen en ziekenhuizen in de provincie Groningen werd de meldweek onder de aandacht gebracht. Leden van de DVN (in totaal ca. 2200) kregen een persoonlijke brief toegestuurd met het verzoek hun ervaringen aan ons te melden.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
5
HOOFDSTUK 4 - CLIËNTEN TIJDENS DE MELDWEEK
4.1 Status, bekend via en wijze binnenkomst In totaal namen 167 mensen contact op met een van de medewerkers tijdens de meldweek1. Meestal waren het mensen die zelf (85%) diabetes hebben die contact opnamen maar ook werd af en toe door iemand anders gebeld. Zo namen bijvoorbeeld partners of ouders contact op met het IKG. Tabel 1 - Status van de cliënt (n=167)
Status van de cliënt Betrokkene Partner Ouder-verzorger Hulpverlener Familie Vriend-kennis Anders Totaal
Aantal 142 13 9 2 1 167
% 85,0 7,8 5,4 1,2 0,6 100
Tabel 2 - Cliënt bekend via (n=160)
Bekend via Brief diabetesvereniging Krant Radio/TV Bekende Anders Noordtext TV Website SPC/IKG Zorgverzekeraar Totaal
Aantal 72 66 13 6 3 160
% 45,0 41,3 8,1 3,8 1,9 100
Ruim 40% van de cliënten belde het IKG nadat ze over de meldweek geïnformeerd waren via een brief van de DVN. Overige cliënten werden via de media geïnformeerd, met name via de krant. Tabel 3 - Wijze binnenkomst (n=157)
Binnenkomst Telefoon Mail Brief Persoonlijk Totaal
Aantal 136 15 11 5 167
% 81,4 9,0 6,6 3,0 100
1 Omdat een aantal vragen pas later is toegevoegd aan de vragenlijst en een aantal vragen niet standaard door medewerkers is gesteld is de n bij een aantal vragen kleiner dan 167 (N) Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
6
Het merendeel van de cliënten benaderde de medewerkers van het IKG telefonisch. Voor het eerst tijdens een meldweek konden cliënten een registratieformulier op de website van de SPC invullen en mailen; hiervan maakten 15 cliënten gebruik. Vijf mensen kwamen persoonlijk langs. Elf mensen schreven het IKG een persoonlijke brief. In de tabellen die volgen is steeds de betrokkene als uitgangspunt genomen met andere woorden gescoord is op eigenschappen en kenmerken van degene die diabetes heeft. 4.2 Leeftijd Tabel 4 - Leeftijd van de betrokkene (n=154)
Leeftijd t/m 24 jaar 25 t/m 49 jaar 50 t/m 64 jaar 65 t/m 74 jaar 75 jaar en ouder Totaal
Aantal 7 19 57 39 32 154
% 4,5 12,3 37,0 25,3 20,8 100
Driekwart van de betrokkenen is 50 jaar of ouder. Slechts 4,5% van de bellers is jonger dan 25 jaar. Dit is een redelijke afspiegeling van de totale populatie mensen met diabetes. Het aantal jongeren is relatief iets oververtegenwoordigd. 4.3 Geslacht betrokkene Tabel 5 - Geslacht van de betrokkene (n=167)
Categorie Vrouw Man Totaal
Aantal 96 71 167
% 47,5 42,5 100
Er hebben tijdens de meldweek iets meer vrouwen dan mannen gereageerd, respectievelijk 47,5% en 42,5%. 4.4 Regio waar cliënten wonen In onderstaande tabel vindt u een overzicht van de regio waaruit een beller afkomstig is. Tabel 6 - Regio waaruit cliënt afkomstig is (n=167)
Gemeente Groningen centraal (Groningen, Grootegast, Haren,
Aantal 75
Hoogezand-Sappemeer, Leek Marum en Zuidhorn)
Noord Groningen (Appingedam, Bedum, Ten Boer,
24
Delfzijl, Eemsmond, Loppersum, De Marne, Slochteren en Winsum)
Zuidoost Groningen (Bellingwedde, Menterwolde,
58
Pekela, Reiderland, Scheemda, Veendam en Winschoten)
Buiten provincie Groningen Onbekend Totaal
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
6 4 167
7
Er is een goede spreiding van mensen die hebben gereageerd over de gehele provincie Groningen. 4.5 Verzekering Tabel 7 - Verzekerd bij (n=151)
Verzekeraar Geové Anders Groene Land Totaal
Aantal (%) 122 (80,8%) 21 (13,9%) 8 (5,3%) 151 (100%)
Iets meer dan 80% van de cliënten is verzekerd bij Geové. Tabel 8 - Verzekeringsvorm (n=113)
Categorie Ziekenfonds
Aantal (%)
AV+
53 (46,9%) 37 (32,7%) 22 (19,5%) 1 (0,9%) 113 (100%)
AV
Particulier Anders Totaal
Aan 113 mensen is gevraagd op welke manier men verzekerd was. Van hen is bijna 80% ziekenfonds verzekerd, 19,5% heeft een particuliere verzekering afgesloten. Dit is overeenkomstig het landelijke beeld dat 80% ziekenfonds verzekerd is en 20% particulier. 4.6 Begeleiding en behandeling Tabel 9 - Gebruik insuline (n=159)
Insuline Ja Nee Totaal
Aantal (%) 92 (57,9%) 67 (42,1%) 159 (100%)
Het aantal mensen dat insuline gebruikt ligt hoger (57,9%) dan het aantal mensen dat tabletten gebruikt (45,3%). Type 1 diabeten zijn allen van insuline afhankelijk, terwijl naar schatting 10-15%van de type 2 diabeten insuline gebruikt. Er is dus een oververtegenwoordiging van insulineafhankelijke diabeten in de groep respondenten. Tabel 10 - Verwezen naar tweede lijn? (n=126)
Categorie Ja Nee Totaal
Aantal (%) 91 (72,2%) 35 (27,8%) 126 (100%)
Bijna driekwart van de cliënten is ooit verwezen naar het ziekenhuis in verband met hun diabetes. Het percentage cliënten dat aangeeft nooit te zijn verwezen is 27,8%.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
8
Tabel 11 - Verwezen naar diëtist? (n=142)
Categorie Ja Nee Totaal
Aantal (%) 103 (72,5%) 39 (27,5%) 142 (100%)
72,5% van de mensen geeft aan ooit verwezen te zijn naar een diëtist. Voor een grote groep, bijna 30%, is dit niet het geval. De oorzaak hiervan kan zijn dat mensen in het verleden niet naar een diëtist werden verwezen of doordat het zo lang geleden is dat mensen zich dit niet meer herinneren. Tabel 12 - Begeleiding in:
Categorie 2e lijn 1e lijn 1e en 2e lijn Totaal
Aantal (%) 63 (43,8%) 61 (42,4%) 20 (13,9%) 144 (100%)
Nagenoeg evenveel cliënten worden in de 1e als in de 2e lijn begeleid (respectievelijk 42,4% en 43,8%). Voor een klein aantal mensen geldt dat ze zowel in de 1e lijn als in de 2e lijn worden begeleid (13,9%). Geconcludeerd kan worden dat de mensen die hebben gereageerd tijdens de meldweek wat betreft geslacht, leeftijd, woonplaats en verzekeringsvorm een redelijke afspiegeling vormen van de populatie mensen met diabetes in de provincie Groningen. Wel zijn de mensen die insulineafhankelijk zijn oververtegenwoordigd en daaraan gekoppeld is het aantal mensen dat in de 2e lijn wordt behandeld relatief hoog. Tot slot is een hoog percentage lid van de Diabetes Vereniging Nederland.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
9
HOOFDSTUK 5 - MELDINGEN TIJDENS DE MELDWEEK
In totaal werden door 167 cliënten 406 meldingen gedaan. Het ging hierbij allemaal om meldingen die betrekking hebben op een bepaald aspect van de zorg aan mensen met diabetes in de provincie Groningen. De meeste cliënten vertelden zowel positieve als negatieve ervaringen in de zorgverlening. Bij de registratie is de melding dan ook als uitgangspunt (van de registratie) genomen; iedere cliënt kon maximaal 6 meldingen doen waarvan drie positieve en drie negatieve ervaringen. Elke melding heeft betrekking op een onderwerp (een bepaald aspect van de zorgverlening) en een object (persoon of organisatie waarop de melding betrekking heeft). Van de 406 meldingen waren 170 positief. Deze staan in kolom 2 van de tabellen vermeld. Het aantal negatieve reacties is 236. Tabel 13 - Onderwerp van de meldingen
Onderwerp Vergoeding zorgverzekeraar Behandeling Informatie Coördinatie/afstemming/overdracht Bejegening Organisatie Overig Algehele (on)tevredenheid Hulpmiddelen Rekening Totaal
Aantal Negatief 84 (35,6%) 53 (22,5%) 31 (13,1%) 27 (11,4%) 14 (5,9%) 9 (3,8%) 7 (3,0%) 6 (2,5%) 3 (1,3%) 2 (0,8%) 236 (100%)
Aantal positief 6 (3,5%) 47 (27,6%) 10 (5,9%) 3 (1,8%) 102 (60,0%) 1 (0,6%) 1 (0,6%) 170 (100%)
Totaal 90 100 41 27 17 9 7 108 4 3 406
5.1 De positieve ervaringen De meeste mensen hebben zowel positieve als negatieve ervaringen tijdens de meldweek genoemd. Hierbij hebben mensen dan vaak niet specifiek aangegeven waarover ze positief waren. Bijvoorbeeld: “ik ben zeer tevreden over de zorg maar wil wel graag even het volgende kwijt”, en dan volgde een negatieve opmerking over bepaalde aspecten van de zorgverlening. De positieve meldingen die wel naar een aspect herleid konden worden betreffen vooral de behandeling en in mindere mate de informatievoorziening door hulpverleners. Het gaat dan met name om huisartsen, ziekenhuizen, specialisten en diabetesverpleegkundigen. Vooral over ziekenhuizen en huisartsen met een apart diabetesprogramma zijn mensen positief. Het wordt gewaardeerd dat er tijd wordt genomen en dat mensen terecht kunnen met vragen. Een cliënt verwoordt dit als volgt: “een ‘diabetes poli’ is praktischer voor patiënten (je hoeft niet voor elke hulpverlener een aparte afspraak op een andere dag te maken), er wordt beter gecoördineerd (de onderlinge afstemming is beter) en het is zowel voor patiënten als zorgverzekeraar goedkoper”. Verder waren er ook veel positieve reacties op ‘diabetesdiensten’ ; mensen zijn hierover zeer tevreden, met name over de behandeling, de begeleiding middels periodieke controle en goede informatie van de hulpverleners. Voor een overzicht van de behandelaars waarover positief en negatief werd gereageerd verwijzen we naar tabel 14.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
10
“Ik deel u mede dat ik bijzonder tevreden ben over de behandeling, opvang en weet ik al wat nog meer. Als het land zo goed bestuurd werd als de diabetici hier dan was het een ideale staat. Hulde voor de diabetesdienst, huisartsen, zorgaanbieders enz. Ben zeer tevreden.”
“Hierbij mijn positieve reactie op de diabeteszorgverlening: In plaats van 3 tot 4 keer naar de internist, bezoek ik de laatste jaren 2 keer per jaar de diabetesverpleegkundige en 1 keer per jaar de internist. De diabetesverpleegkundige legt meer uit, gaat in op praktische zaken terwijl de arts zich kan richten op medische zaken. De diabetesverpleegkundige besteedt ook aandacht aan de voeten. Dit schoot er bij de internist nogal eens bij in. Men is nu bezig het diabetesspreekuur te combineren met oogcontrole (foto’s), dat scheelt weer een reis.”
5.2 De negatieve ervaringen De meeste negatieve ervaringen (84) betreffen de vergoeding van ziektekosten door de verzekeraar. Veel mensen belden hierover. Deze mensen willen graag dat (extra) teststroken, meetapparatuur en de pedicure vergoed worden. Met name mensen die niet van insuline afhankelijk zijn, hebben hierover gebeld. Zij geven aan dat een betere instelling van bloedsuikerwaarden leidt tot minder complicaties en uiteindelijk kostenbesparend zal kunnen werken. Zo geeft een cliënt aan: “ik zou graag een meter en strips vergoed willen hebben; dan kan ik zelf mijn bloedsuiker controleren en hoef ik niet –of minder vaak– naar de huisarts” een andere cliënt vertelt: “de teststroken zou ik graag vergoed willen hebben, het bedrag loopt behoorlijk op als je dit zelf moet betalen”. Uit de vele telefoontjes over vergoedingen is verder naar voren gekomen dat er veel onduidelijkheid is over de redenen en argumenten bepaalde zaken al dan niet te vergoeden en de verschillen tussen verzekeraars. Verder gaf een aantal mensen aan zich zorgen te maken over de plannen van het nieuwe kabinet op het terrein van de ziektekostenverzekering. “Negatieve zaken: Het limiet op vergoeding van teststrips. Alsof een diabeet zich voor de lol zou prikken! Onbeperkte vergoeding van teststrips zou voor alle diabeten moeten gelden (ook tabletgebruikers!) Het feit dat hulpmiddelenleveranciers zo kwistig omspringen met bloedsuikermeters en insulinepennen. Een bloedsuikermeter die naar volle tevredenheid wordt gebruikt, wordt zomaar weer vervangen door weer een nieuwer model. Of dan blijken strips niet meer te verkrijgen omdat de meter verouderd is, en ben je gedwongen een andere meter te nemen”
“Ik krijg als diabeet type 2 geen meetapparatuur vergoed. Dit geeft veel onzekerheid. Als ik mij niet goed voel weet ik niet of ik een hypo of een hyper heb. Ik pleit dan ook voor een meer zelfstandige wijze van omgaan met diabetes.”
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
11
Nadere analyse leert dat de verzekeringsvorm en het noemen van negatieve ervaringen met het vergoedingenbeleid nauwelijks van invloed is op het bekritiseren van het vergoedingenbeleid van de verzekeraar. Zo noemt 68% van de ziekenfondsverzekerden, 53% van de AV+ verzekerden en 60% van de particulier verzekerden negatieve ervaringen met het vergoedingenbeleid. Over de behandeling door hulpverleners werden 84 negatieve ervaringen gemeld. Onder behandeling wordt verstaan alle verrichtingen door hulpverleners worden ten behoeve van patiënten (zoals verpleging, verzorging, medische en psychosociale begeleiding, en adequate doorverwijzing). Mensen geven aan de behandeling en begeleiding van hulpverleners niet van voldoende kwaliteit te vinden. Ook geven mensen aan dat verschillende hulpverleners onvoldoende kennis en ervaring hebben met de ziekte diabetes. “De huisarts heeft heel weinig verstand van diabetes maar doet wel de begeleiding. Toen ik moest spuiten had de huisarts zelf de instructies op schoot liggen omdat hij het niet goed wist, uiteindelijk heeft de assistente het overgenomen. Ik heb een combinatie van tabletten en insuline.Gedurende 3,5 jaar heb ik glycobine gehad en heb me al die tijd slecht gevoeld. Uiteindelijk heeft een weekendarts gezegd hiermee onmiddellijk te stoppen en ook de eigen huisarts geïnformeerd. Deze liet mij vervolgens zonder enige afbouw stoppen, waardoor ik heftige lichamelijke reacties kreeg.”
“Je moet als patiënt zelf erg kien zijn op wat er met je gebeurt. Krijg je bijvoorbeeld zorg van een ander dan de behandelend arts dan moet je zelf erg goed opletten met medicatie.”
31 negatieve meldingen betroffen de informatie (31) door hulpverleners. Het gaat dan om onvoldoende, onvolledige of tegenstrijdige informatie die mensen krijgen van hulpverleners. “Door de specialist van het ziekenhuis werd mij te weinig informatie gegeven, ik heb zelf alles maar moeten uitzoeken. Gelukkig heb ik van de DVN veel informatie gekregen”, aldus een cliënt. Ook het gebrek aan regelmatige controle door bijvoorbeeld de huisarts of het ziekenhuis valt onder deze categorie. Met betrekking tot informatie werd genoemd dat uitslagen van tests te lang op zich laten wachten of dat de regel geldt geen bericht is goed bericht. Hierbij gaat het om de testresultaten die door het laboratorium aan de huisarts worden doorgegeven. Over dit laatste geven mensen aan dat je sowieso altijd informatie zou moeten krijgen, liefst uitgebreid; “wat te doen als je na een test niets meer hoort?”. Mensen noemen bovendien dat uitslagen pas bij het eerstvolgende bezoek besproken worden (bv. bij de huisarts om de drie maand) terwijl het juist van belang is om recente informatie met de hulpverlener te kunnen bespreken. “Waarom krijg ik niet na bloedonderzoek de informatie thuisgestuurd of kan ik dit niet zelf ophalen. Als ik bel dan is de informatie nog niet binnen, de arts is niet bereikbaar of assistente en verpleegkundige moeten eerst nog overleggen met huisarts of specialist.” De gebrekkige coördinatie/afstemming/overdracht tussen hulpverleners werd 27 keer genoemd. Het gaat dan om zowel interne afstemming binnen een organisatie, bijvoorbeeld het ziekenhuis, als om de afstemming tussen organisaties, bijvoorbeeld specialist en huisarts. Een voorbeeld hiervan is een cliënt waarbij de thuiszorg stopt met begeleiding maar deze niet wordt overgenomen door bijvoorbeeld de huisarts. Een andere cliënt belde met de
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
12
opmerking dat het hem onduidelijk is hoe de afstemming tussen de 1e en 2e lijn verloopt en waarvoor je bij de een dan wel de ander terecht moet en kunt. Onder deze categorie vallen ook de meldingen van cliënten die aangaven dat er geen nazorg geregeld was: “nadat ik bij een internist was geweest werden geen vervolgafspraken gemaakt”. “Ik loop al lang in het ziekenhuis, dan moet ik van de internist naar oogheelkunde, waar ik vervolgens mijn hele medische geschiedenis met betrekking tot diabetes opnieuw moet vertellen. Waarom is dit niet vooraf doorgestuurd of via de computer opgevraagd?”
“Naast diabetes heb ik ook Parkinson. Bij een operatie in het ziekenhuis bleek dat er tussen de verschillende disciplines sprake is van slechte communicatie, overleg en afstemming. Zo kreeg ik medicijnen die elkaar niet verdragen. Ondanks dat verschillende specialisten wel op de hoogte zijn van meerdere ziektebeelden laat de afstemming te wensen over.” De bejegening, met name dat mensen zich niet serieus genomen voelden of onvoldoende steun ervaren, werd door 14 bellers genoemd. “Specialisten zouden wat meer rekening moeten houden met en wat meer tijd moeten nemen voor oudere mensen” is het advies van een cliënt. Voor mensen met diabetes is het met name door het chronische karakter van de ziekte belangrijk dat er een goede (vertrouwens)band bestaat met hulpverleners. Zo moet je als patiënt eerlijk kunnen vertellen dat je bloedsuikers (te) hoog zijn omdat het je niet lukt altijd rekening te houden met je eten, zonder dat de arts dit afdoet met ‘je moet maar beter opletten met eten’. Gezamenlijk moet gezocht worden hoe dit op te lossen. Artsen moeten ook vertrouwen op de (ervarings)deskundigheid van patiënten. De meldweek geeft aan dat veel mensen dit vertrouwen niet hebben op de aspecten: behandeling, informatie, coördinatie en bejegening. “Sinds kort is bij mij suikerziekte vastgesteld. Als ‘groentje’ in diabetesland vind ik zowel de informatie als begeleiding ondermaats. De huisarts is voor ons de aangewezen persoon, maar deze kennen we al jaren als zeer kort van stof. De driemaandelijkse controle vindt plaats door de assistente maar daar kan ik mijn vragen en twijfels niet kwijt.”
“Ik heb al een tijd last van huidirritatie aan mijn voet. Dit wordt door de huisarts schimmelinfectie genoemd en ook als zodanig behandeld. Ik krijg maar niet bespreekbaar dat er een samenhang is met mijn diabetes en ook geen verwijzing naar een podotherapeut of pedicure.”
De indruk bestaat dat mensen die niet insulineafhankelijk zijn zich zowel wat betreft vergoeding door de zorgverzekeraar als op het gebied van begeleiding achtergesteld voelen bij mensen met diabetes die wel insulineafhankelijk zijn. Vergelijking met landelijke cijfers maakt duidelijk dat mensen die insuline gebruiken tijdens de meldweek oververtegenwoordigd zijn. Uit nadere analyse blijkt dat mensen die insuline gebruiken
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
13
vooral meer positieve ervaringen hebben gemeld dan mensen die geen insuline gebruiken. Voor wat betreft het melden van negatieve ervaringen is er geen verschil. VOOR EEN KORTE OMSCHRIJVING VAN ALLE POSITIEVE EN NEGATIEVE ERVARINGEN VERWIJZEN WE NAAR DE BIJLAGE. 5.3 Object van de meldingen Tabel 14 geeft aan op wie of welke organisatie de meldingen betrekking hebben. De verzekeraar werd het meest genoemd; 100 keer waarvan 90 meldingen negatief. Het ziekenhuis werd 96 keer genoemd als object van de melding, 64 daarvan waren negatief. De huisarts werd ook vaak genoemd namelijk 88 keer waarvan 52 negatieve meldingen. Opvallend is dat veel hulpverleners uit de eerste lijn –praktijkondersteuners, doktersassistenten, psychologen en maatschappelijk werkers– niet worden genoemd. Tabel 14 - Object van de meldingen
Object Verzekeraar Huisarts Ziekenhuis Specialist Overig Diëtiste Podotherapeut Huisartsenlaboratorium Diabetesverpleegkundige Thuiszorg Seksuoloog Onbekend Revalidatiearts Leverancier hulpmiddelen Praktijkondersteuner Doktersassistente Fysiotherapeut Maatschappelijk werk Psycholoog Pedicure Patiëntenvereniging Totaal
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
Aantal Aantal Negatief positief 90 (38,1%) 10 (5,9%) 52 (22,0%) 36 (21,2%) 43 (18,2%) 53 (31,2%) 21 17 13 (5,5%) 11 (6,5%) 10 (4,2%) 6 (3,5%) 8 (3,4%) 4 (2,4%) 5 (2,1%) 11 (6,5%) 5 (2,1%) 24 (14,1%) 3 (1,3%) 3 (1,8%) 2 (0,9%) 2 (1,2%) 2 (0,9%) 3 (1,8%) 1 (0,4%) 2 (0 ,9 %) 3 (1,8%) 3 (1,8%) 1 (1,4%) 236 (100%) 170 (100%)
Totaal 100 88 58 38 24 16 12 16 29 6 4 5 1 5 3 1 406
14
Onderstaande tabel geeft aan met welke behandelaars mensen met diabetes vooral te maken hebben. Tabel 15 - Behandelaars waarmee mensen met diabetes te maken hebben
Behandelaar Huisarts Specialist Diabetesverpleegkundige Ziekenhuis Diëtiste Huisartsenlaboratorium Pedicure Podotherapeut Doktersassistente Thuiszorg Fysiotherapeut Psycholoog Maatschappelijk werk Seksuoloog Praktijkondersteuner Revalidatiearts Totaal
Totaal 120 105 92 87 74 60 39 32 15 13 8 6 5 2 1 620*
* Mensen konden meerdere behandelaars aangeven
Mensen geven aan vooral met huisartsen, ziekenhuizen, specialisten, diabetesverpleegkundigen, diëtisten en huisartsenlaboratoria te maken hebben. Vergelijking met tabel 14 leert dat hoewel diabetesverpleegkundigen, diëtisten en huisartsenlaboratorium vaak genoemd worden als behandelaars waarmee mensen te maken hebben, deze (bijna) niet als object genoemd worden bij negatieve meldingen (ofwel dat meldingen hierover vooral positief zijn). Begeleiding en ondersteuning rondom de ziekte van mensen wordt zeer gewaardeerd.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
15
HOOFDSTUK 6 - SAMENVATTING
Van 13 juni tot en met 19 juni 2003 organiseerden zorgverzekeraar Geové en de Samenwerkende Patiëntenorganisaties in Groningen een meldweek voor mensen met diabetes. In totaal reageerden 167 mensen op het verzoek van beide organisaties om hun ervaringen over de zorg bij het Informatie- en Klachtenbureau Gezondheidszorg te melden. In totaal meldden zij 236 negatieve en 170 positieve ervaringen. Voor wat betreft de kenmerken geslacht, leeftijd, woonplaats en verzekeringsvorm is er een goede afspiegeling van mensen met diabetes. Het aantal mensen met diabetes dat insulineafhankelijk is, is bij de mensen die gereageerd hebben oververtegenwoordigd. Dit veroorzaakt dat er relatief veel reacties zijn over ziekenhuizen en specialisten. Opvallend was dat veel mensen gebeld hebben om een algemeen positief beeld te schetsen van de diabeteszorg gevolgd door één of meerdere meer specifieke negatieve ervaringen. Dit geeft aan dat veel mensen het lastig blijven vinden om onvrede - negatief geformuleerde wensen, behoeften en eisen - aan te geven op het gebied van zorg. Over met name diabetesverpleegkundigen en huisartsenlaboratoria zijn mensen positief; de goede behandeling, het uitgebreid de tijd nemen voor vragen en opmerkingen wordt gewaardeerd. Met name speciale diabetesprogramma’s worden positief beschreven. Sommige mensen gaven aan met name de vertrouwensband die door de langdurige contacten ontstaan te waarderen. Naast 170 positieve ervaringen meldden mensen 236 negatieve ervaringen. Vooral het vergoedingenbeleid van zorgverzekeraars verdient volgens cliënten verbetering. Mensen zien graag dat teststroken, meetapparatuur, de pedicure en podotherapeut vergoed worden. Bovendien pleiten mensen voor meer informatie over vergoedingen. Mensen geven aan dat het niet vergoeden van bepaalde zaken een belemmering vormt. Het is met name van belang om teststroken en meetapparatuur vergoed te krijgen om je leven te leiden zoals je dat gewend bent en zelf de regie te kunnen voeren. Wellicht zou dit ook extra bezoeken aan huisarts of laboratorium kunnen voorkomen en leidt dit op langere termijn tot kostenbesparingen. Omdat deze problematiek vooral mensen aangaat die niet insulineafhankelijk zijn en deze groep ondervertegenwoordigd is bij de melders, zal dit probleem een grotere omvang hebben dan uit deze meldweek naar voren komt. Ook de behandeling en informatievoorziening door behandelaars - met name huisartsen - is volgens veel mensen met diabetes een punt dat verbeterd dient te worden. Hierbij geldt dat behandeling en informatie afgestemd moeten zijn op wensen en behoeften van cliënten. Ook de interne en externe afstemming en coördinatie is een punt dat volgens mensen met diabetes voor verbetering in aanmerking komt. Mensen vinden dat hulpverleners en organisaties beter met elkaar moeten samenwerken en meer informatie moeten uitwisselen.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
16
HOOFDSTUK 7 - AANBEVELINGEN
X
Y
Z [
Verzekeraars bevelen we aan helder en duidelijk te communiceren met mensen met diabetes. Daarbij zal vooral aandacht besteed moeten worden aan de overwegingen/argumenten en criteria die de verzekeraar hanteert bij de beslissing om zaken al dan niet te vergoeden. Met betrekking tot de communicatie wijzen we erop dat de patiëntenbeweging (waaronder de Diabetes Vereniging Nederland) verschillende eisen en criteria vanuit patiëntenperspectief heeft ontwikkeld. Veel genoemd in de meldweek zijn het niet vergoeden van teststroken, meters, pedicure en podotherapeut. Bij vergoedingen van behandeling door een pedicure moet de zorgverzekeraar zorgen voor een lijst van aangesloten pedicures, zodat hierover achteraf geen onduidelijkheid kan ontstaan. Verschillende informatie door verschillende medewerkers van de zorgverzekeraar zorgt voor onnodige onduidelijkheid en irritatie bij verzekerden. Het huidige vergoedingenbeleid zou heroverwogen moeten worden omdat de resultaten uit de meldweek aangeven dat het geven van meer regie aan mensen met diabetes (met name degenen die niet insulineafhankelijk zijn) middels het vergoeden van strips en meetapparatuur, ertoe kan leiden dat mensen minder beroep doen op huisartsen, minder complicaties ontstaan en op den duur ook kan leiden tot kostenbesparing. Ook het constant aanbieden van nieuw testmateriaal (meters en strips) leidt ertoe dat goed ‘oud materiaal’ overbodig wordt. Bovendien zijn de strips ook niet altijd optimaal verpakt; bijvoorbeeld 50 strips in de verpakking terwijl deze maar beperkt houdbaar zijn, waardoor er onnodig veel moet worden weggegooid. Ook hier is kostenbesparing wellicht mogelijk. Het vergoeden van meetapparatuur en strips zou wel gepaard moeten gaan met een goede instructie/cursus betreffende het gebruik van deze hulpmiddelen (bijvoorbeeld door een cursus 'Zelfregulatie' bij de DVN). We bevelen aan mensen (die dat natuurlijk wensen; niet iedereen wil zelf alle regie) met diabetes de regie in eigen hand te geven. Een deel van de mensen gaf tijdens de meldweek aan dat onzekerheid over bijvoorbeeld bloedsuikerwaarden, de zelfstandigheid en zelfredzaamheid belemmert. Zeker gezien het chronische karakter van de ziekte is autonomie van groot belang. Huisartsen, ziekenhuizen en andere aanbieders van zorg aan mensen met diabetes bevelen we aan vooral te leren van goede - specifiek op de wensen van mensen met diabetes afgestemde - programma’s en initiatieven die tot doel hebben optimale zorg te leveren. Een goede beschrijving van regionale programma’s en initiatieven die door mensen gewaardeerd worden is daarbij een nuttige eerste stap. De meldweek leert dat het zeer gewaardeerd wordt als er middels specifieke programma’s aandacht, tijd en goede zorg is geregeld. Ook op het terrein van coördinatie/afstemming en overdracht is er nog veel (van elkaar) te leren. Met name bij de overdracht ziekenhuis-huisarts en de afstemming binnen ziekenhuizen is nog een terrein te winnen. Wellicht dat ook hier goede voorbeelden anderen kunnen stimuleren tot verbeteracties. Hierbij willen we nog wijzen op het bestaan van protocollen voor goede diabeteszorg van zowel huisartsen als specialisten. Ook de door de Nederlandse Diabetes Federatie ontwikkelde ‘Zorgstandaard voor goede diabeteszorg’ kan hierbij een goed uitgangspunt vormen.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
17
\
We bevelen aan dat mensen met diabetes voor vragen en informatie altijd bij één deskundig persoon terecht kunnen. Deze persoon is het aanspreekpunt en maakt mensen wegwijs in de diabeteszorg en beantwoordt bijvoorbeeld praktische vragen. Voor mensen die te maken hebben met verschillende behandelaars kan deze ook als zorgcoördinator optreden. Dit vermindert afstemmingsproblemen. Uit de meldweek komt naar voren dat bijvoorbeeld de diabetesverpleegkundige daarvoor een geschikte discipline is. Zij/hij is kundig, praktisch ingesteld, goed bereikbaar en goed op de hoogte van allerlei ontwikkelingen en hulpmiddelen. Bovendien heeft zij/hij over het algemeen meer tijd te besteden dan de huisarts/specialist. De zorgverzekeraar moet de ontwikkeling hiervan stimuleren.
]
We bevelen aan dat verwachtingen, ervaringen en wensen van mensen met diabetes nader worden onderzocht door de SPC in samenwerking met de DVN en Geové. Met name de aspecten die tijdens de meldweek naar voren komen en niet gelijk kunnen worden omgezet in verbeteracties, zouden verder kunnen worden onderzocht. De verzekeraar moet deze wensen vervolgens gebruiken om kwalitatief en kwantitatief voldoende zorg in te kopen. Dit onderzoek zal tot resultaat moeten hebben dat er specifieke verbeteracties kunnen worden uitgevoerd.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
18
Bijlage korte omschrijvingen ervaringen van mensen met diabetes:
NR.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13
Positieve ervaring Interne communicatie ziekenhuis verschillende disciplines is goed. Behandeling ziekenhuis.
Huisarts begrijpt problematiek goed. Huisarts handelt correct. De internist en diabetesverpleegkundige staan altijd klaar. Cliënt is algemeen tevreden. Internist ziekenhuis helpt goed. Begeleiding huisarts en diabetesverpleegkundige is prima.
14 15
Zowel diabetesverpleegkundige als ziekenhuis prima.
16 17 18 19
Goed geholpen diabetesvereniging.
20
Diabetesverpleegkundige vriendelijk, duidelijk in uitleg en beschikbaar.
21 22 23 24 25
Begeleiding ziekenhuis heel goed. Diabetesverpl. kundig en behulpzaam. Goede behandeling arts en diabetesverpleegkundige.
26 27 28 29 30 31 32
Negatieve ervaringen Diëtist was bot en kortaf. Recht op vergoeding strippen bloedsuikercontrole niet erkend. Pedicure toch niet vergoed. Verzekeraar geeft geen lijst aangesloten pedicures. Nauwelijks controle. Huisarts neemt patiënt niet serieus. Huisarts neemt patiënt niet serieus en geeft te weinig info. Begeleiding huisarts onvoldoende. Te weinig controle in ziekenhuis. Te weinig controle. Specialist geeft geen keuzemogelijkheid. In geval van extra behoefte aan strippen worden deze niet verzekerd.
Behandeling podotherapeut hielp niet. De vraag rijst bij de cliënt: is er te snel naar medicijnen gegrepen door specialist. Apotheek heeft ongeijkte apparatuur verstrekt en onjuiste informatie hierover. Cliënt vindt zowel bij de huisarts, als bij de internist, als bij de podotherapeut te weinig begeleiding. Paniekerige internist in opleiding. Te weinig flexibel vergoeding zorgverzekeraar. Gemis persoonlijk contact behandelaars. Vorige huisarts nam patiënt niet serieus. Niet serieus nemen klachten door huisarts en internist. Geen vergoeding medicijnen/ pedicure. Cliënt niet snel genoeg in spreekkamer. Deur voor neus dicht, andere patiënt kreeg voorrang. Thuiszorg onervaren prikkers Praktijk podotherapie is vies. Vergoeding verzekeraar podotherapeut onvoldoende. Podotherapeut en huisarts geven beide geen verwijzing. Artsen zien patiënt niet maar ziekte. Verkeerde medicatie. Coördinatie/afstemming huisarts/ziekenhuis en ziekenhuis onderling slecht. Ondoorzichtigheid onderzoek uitgevoerd door ziekenhuis. Verzekering wilde niet juiste hulpmiddelen vergoeden. Algemeen te weinig vergoeding. Te late diagnose, te weinig informatie en te weinig begeleiding huisarts. Zowel vanuit huisarts als specialist weinig begeleiding. Voelt zich in de steek gelaten door revalidatiecentrum, ziekenhuis en huisarts. Er wordt niets uitgelegd. Huisarts geeft te weinig informatie en weigert door te verwijzen naar internist.
Alles loopt al vele jaren goed.
33 34 35 36
Ziekenhuis goed bereikbaar en behulpzaam. Goede hulp vanuit suikerpoli ziekenhuis. Algemeen tevreden.
37
Algemeen tevreden.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
Algemeen: te weinig aandacht type 2. Artikelen diabetici te duur. Tegenstrijdige informatie over verantwoorde voeding. Verzekeraar vergoedt kosten pedicure niet. Angst wat er uit ziekenfonds wordt gegooid. Onvoldoende vergoeding verzekeraar. Huisarts nam cliënt niet serieus. Er wordt te weinig vergoed. Podoloog is vertrokken zonder vervanging. Mocht zelf niet spuiten in verpleeghuis. Spanning bellen doktersdienst.
19
38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51
Leraar houdt niet genoeg rekening met diabetes. Algemeen tevreden. Algemeen tevreden. Zelfde handeling vraagt huisarts wel geld voor, Groene kruis niet. Algemeen tevreden. Algemeen tevreden. Algemeen tevreden. Over zorg tevreden. Tevreden over diabetesdienst. Over zorg tevreden. Over zorg tevreden.
52 53 54
Huisarts regelt veel.
55 56 57
Algemeen tevreden.
58 59 60 61 62 63 64 65 66 67
Podotherapeut slechte behandeling. Vergoeding ziekenfonds. Lange wachttijd diëtiste. Pedicure wordt niet vergoed door de verzekering. Slechte begeleiding diëtist, huisarts en thuiszorg wilde niet komen. In geval van ziekte niet genoeg strips vergoed door ziekenfonds. Niet genoeg vergoeding strips. Slechte begeleiding/ controle huisarts. Strips worden niet vergoed door verzekering omdat patiënt type II is. Onvriendelijk telefonische bejegening verzekeraar. Thuiszorg stopt met vorm van begeleiding. Huisarts neemt dit niet over. Tegenstrijdige info diabetesverpl. en huisarts. Te lage vergoeding verzekeraar. Slechte toegankelijkheid huisartsenlab en diëtiste. Belediging diabetesverpl. Afstemming ziekenhuis bij multidiagnose patiënten slecht. Te weinig vergoeding zorgverzekeraar. Wil graag de uitslag weten. Cliënt wordt niet doorverwezen en krijgt geen/ onvoldoende informatie. Podotherapeut wordt niet vergoed. Podotherapeut en pedicure worden niet vergoed.
Algemeen tevreden. Algemeen tevreden. Over zorg tevreden. Begeleiding deskundig. Krijgt alles vergoed. Over zorg tevreden. Algemeen tevreden. Over zorg tevreden. Over zorg tevreden.
68 69 70
Over zorg tevreden. Algemeen tevreden.
71 72
Over hulpmiddelen zeer tevreden. Over zorg tevreden, vooral ziekenhuis.
73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83
Goede ervaring podotherapeut. Over zorg tevreden. Over zorg tevreden. Algemeen tevreden . Algemeen tevreden.
84 85
Algemeen tevreden. Over zorg tevreden.
86 87 88
Over zorg tevreden. Algemeen tevreden.
89
Tevreden over zorg.
Over zorg tevreden. Over zorg tevreden. Over zorg tevreden. Over zorg tevreden.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
Niet vergoed: pedicure en te weinig strippen. Niet vergoed: 2e metertje en te weinig strips. Huisarts heeft zaak te lang op zijn beloop laten gaan. Onvoldoende vergoed: strips. Onvoldoende vergoed: strips. Afstemming huisarts/ ziekenhuis onvoldoende. Onvoldoende vergoed: strips. Onvoldoende vergoed: strips, meter en pedicure. Onvoldoende vergoed: strips. Voetcontrole stelt niets voor, is toch zo belangrijk? Vergoeding strips onvoldoende. Verzekeraar te bureaucratisch. Apotheek foute medicijnverstrekking, wijzigingen zonder cliënt op de hoogte te stellen.Te weinig vergoeding verzekeraar. Niet vergoed: preventieve geneesmiddelen, pedicure. Niet vergoed: testmateriaal. Onvoldoende strips vergoed. Ziekenhuis geen rekening gehouden met suikerziekte cliënt. Strips in te grote verpakking verkocht. Pedicure niet vergoed. Verzekeraar vergoed onvoldoende. Verzekeraar vergoed onvoldoende. Hulpmiddelen moeten worden afgehaald op te verre afstand. Specialisten in ziekenhuis overleggen slecht. Communicatie ziekenhuis naar huisarts slecht. Niet vergoed: pedicure, reiskosten (6x flinke trip naar ziekenhuis vanuit Uithuizen) Apotheek weigerde een door de huisarts aangepast dosering. Op vakantie ongeval gehad. Verzekeraar wil de operatiekosten niet vergoeden. Weinig flexibiliteit afspraken met diabetesverpleegkundige / ziekenhuis.
20
90 91 92 93 94 95 96
Over zorg tevreden. Algemeen tevreden. Over zorg tevreden. Over zorg tevreden.
97 98 99 100 101
Algemeen tevreden.
102 103
Algemeen tevreden.
Over zorg tevreden. Over zorg tevreden.
104 105 106 107 108 109 110 111
Over zorg tevreden. Over zorg tevreden.
112 113 114 115
Algemeen tevreden.
116 117 118 119 120 121 122 123 124
Algemeen tevreden. Tevreden over zorg. Algemeen tevreden. Algemeen tevreden. Tevreden over zorg. Algemeen tevreden.
Strips niet vergoed. Strips niet vergoed. Huisarts weet te weinig van diabetes af. Er wordt te weinig onderzocht. Te weinig vergoeding. Huisarts lakse houding. Gewenste strips worden niet vergoed. Onzekerheid vergoeding pedicure. Huisarts weet te weinig van diabetes. Geen vergoeding bloedsuikerapparaat. Pedicure wordt niet vergoed. Podotherapeut weg uit ziekenhuis, vervanging? Onvoldoende vergoeding. In ziekenhuis onvoldoende overleg artsen. Meetapparatuur en strips niet vergoed. Cliënt wil vaker gecontroleerd worden. Huisarts ondeskundig en biedt te weinig informatie. Te weinig bloedplaatjes vergoed. Pedicure wordt niet vergoed. Meetapparatuur en strips niet vergoed. Tegenstrijdige adviezen specialist/ diabetesverpleegkundige Onvoldoende onderzoek specialist. Te laat doorverwezen diabetesverpleegkundige. Ondeskundige behandeling huisarts/-assistent. Zowel internist als huisarts verlenen te weinig informatie, cliënt voelt zich niet serieus genomen. Te weinig controle ziekenhuis. Huisarts ondeskundig diabetes. Pedicure moet ook vergoed. Te weinig strips vergoed.
Ontevreden over vergoeding verzekeraar. Pedicure niet vergoed. Rare opmerkingen diëtiste dik-zijn. Strips en pedicure worden niet vergoed. Lange wachttijd diëtiste. Info/ afstemming binnen 2e lijn niet goed. Te weinig informatie vanuit ziekenhuis en huisarts. Last van voeten slechte behandeling arts, lange wachttijd podotherapeut. Geen WVG-vergoeding aangepast woning. Meetapparatuur en strips worden niet vergoed. Te weinig controles. Weinig serieus genomen door nieuwe internist. Geen onderlinge afstemming ziekenhuis. Te weinig strips vergoed.
125 126 127 128 129 130
Algemeen tevreden.
131 132
Tevreden over zorg.
133 134 135 136 137 138 139 140
Weigering vergoeding testmateriaal omdat cliënt (nog) niet spuit. Huisarts helpt niet mee. Hulpmiddelen voldeden niet. Pedicure wordt niet vergoed.
Tevreden over zorg.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
Geen rekening houden met ‘trage oudere’. Diabetespoli niet voldoende beschikbaar. Strips worden niet vergoed. Meetapparatuur niet voldoende vergoed. Sportproject niet voldoende vergoed. Jaarlijkse prikken diabetes-dienst fout tijdstip. Pedicure en strips niet vergoed. Pedicure wordt niet vergoed. Geen doorverwijzing controle. Geen vergoeding testmateriaal. Ene verzekeraar vergoedt pedicure niet anderen wel. Lange wachtlijst diëtiste. Te weinig info vanuit verzekeraar. Doktersdienst reageerde te laks. Huisartsenlab ondeskundig.
21
141 142 143 144 145
Goede behandeling huisarts. Goede bejegening huisarts.
146 147 148 149 150 151 152 153 154 155 156 157 158 159 160 161 162 163 164 165 166 167
Geen vergoeding pedicure. Geen vergoeding pedicure, te weinig strips vergoed. Geen rechtstreeks contact oogarts. Geen vergoeding meter en strips. Tegenstrijdige info diëtisten. Geen vergoeding bloedsuikermeting. Onvoldoende info huisarts. Geen vergoeding meter+strippen en pedicure. Pedicure niet vergoed, batterijen meetapparatuur niet vergoed. e e Afstemming 1 en 2 lijn. Geen vergoeding pedicure en meetapparatuur+strips.
Veel geleerd diabetesprogramma revalidatiecentrum. Geen vergoeding pedicure. Geen vergoeding bril. Goede huisarts. Goede info vanuit Thuiszorg. Geen vergoeding pedicure. Er moet zelf naar opties worden gezocht, huisarts doet dat niet. Verzekering tijdig uitkeren. Specialist ondeskundig diabetes. Hulpmiddelenleverancier goed. Tevreden over zorg. Meetapparatuur, tandarts,medicatie overgewicht, bewegingsstimulering onvoldoende vergoed. Huisartsenlab geen hartfilmpje gemaakt. Telefonistes zorgverzekeraars niet goed op hoogte regelingen. Geen vergoeding medicatie overgewicht. Slechte coördinatie ziekenhuis. Foute verwijsbrief diabetesverpleegkundige. Geen controlemogelijkheid rekeningen zorgleveranciers. Onvoldoende strips vergoed. Geen vergoeding meetapparatuur+strips. Onvoldoende vergoeding strips. Ziekenhuis te weinig info. Strips meten niet vergoed. Specialist verlangt meer metingen. Ondeskundige huisarts. Te weinig vergoeding medicijnen verzekeraar. Slechte behandeling internist en diabetesverpleegkundige+ slechte nazorg. Tevreden over zorg. Onvoldoende vergoeding strips. Afstemming 1e/2e lijn. Onvoldoende aanspreekbaar huisarts. Pedicure niet vergoed. Algemeen tevreden. Podotherapeut niet vergoed. Betere informatie. Betere afstemming huisarts en hulpmiddelenleverancier. Viagra zou moeten worden vergoed.
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
22
Verslag meldweek ‘Zorg voor mensen met diabetes’ Samenwerkende Patiënten Consumentenorganisaties (SPC) in de provincie Groningen.
Het verslag is tot stand gekomen met medewerking van: Ida Miedema, DVN Rients Jorna, Geové Herman Roepman, Geové Jolanda Fritsma, SPC Edwin Klok, SPC Dit verslag is te bestellen bij: SPC Hoendiep 95 9718 TE GRONINGEN tel. (050) 573 56 56 fax (050) 577 32 95
[email protected]
Meldweek diabeteszorg 10 t/m 13 juni 2003
23