Pedagogisch beleidsplan 1e druk November 2013
Kinderopvang 0 tot 4 jaar 4 tot 12 jaar
Vestiging in Den Haag ( verticale groep 0 tot 4 jaar.) Vestiging in Almere ( samengestelde groep 0 t/m 12 jaar.) www.kidzz-palace.nl
Pedagogisch beleidsplan
Inhoud: 1. 2. 3. 4.
Inleiding Doelstelling Visie Sociaal – emotionele ontwikkeling
4.1 4.2
Sociaal – emotionele veiligheid Sociaal – emotionele competenties
5. Cognitieve ontwikkeling 5.1 5.2
Taalontwikkeling Het denkvermogen
6. Motorische ontwikkeling 6.1 6.2
Lichamelijke ontwikkeling Stimuleren van beweging
7. Persoonlijke competenties 7.1
Stimuleren van persoonlijke competenties
8. Spelontwikkeling 9. Corrigeren en stimuleren ( Straffen en belonen) 9.1 Naast het kind en er niet boven. 9.2 Hoe corrigeren en stimuleren we.
Pedagogisch beleidsplan
10. Overbrengen van normen en waarden. 10.1
Respect
11. Pesten 12. Stamgroepen 12.1
Het verlaten van de stamgroep
13. Dagindeling 14. Voeding en Slapen 14.1
Tafelmanieren
15. Inschrijving en plaatsing 15.1 Extra dagdelen of ruilen van dagen 16. 17. 18. 19. 20. 21.
Intake - gesprek Wennen Halen en Brengen Oudergesprek Oudercontact/ouderraad Personeel
21.1 Achterwacht bij ziekte e/o verlof 21.2 Het ‘4 ogen – principe’ 21.3 Wet op privacy
22. Vervoersprotocol 23. Ziekte 24. Veiligheid en Hygiëne 25. Klachtenbehandeling intern/extern
11.. IInnlleeiiddiinngg:: Kidzz-PalaCe is een flexibel kinderdagverblijf, dit wil zeggen dat we sowieso opvang zullen aanbieden van 7.30 tot 18.00. Er zijn daarnaast verschillende opvang mogelijkheden waar ouders zich voor kunnen inschrijven. Wij bieden ruimte voor kinderen van 0 t/m 12 jaar en wij bieden ouders de mogelijkheid op verschillende tijden hun kind te brengen en te halen. ( In de nabije toekomst is er ook een voorschoolse en naschoolse opvang, het kind kan dus ook naar school worden gebracht en weer opgehaald. In de schoolvakantie is onze BSO geopend van 7.30 tot 18.00.)
22.. D Dooeellsstteelllliinngg:: De doelstelling van Kidzz-PalaCe is het kind een veilige en rustgevende plek te geven wanneer hun ouders aan het werk zijn. Het kinderdagverblijf is als het ware het verlengstuk van de huiskamer, waar het kind centraal staat. Wij willen de kinderen zo veel mogelijk stimuleren en begeleiden in hun ontwikkeling van zelfredzaamheid. Dit gebeurt uiteraard spelenderwijs, met aandacht voor de leeftijd en persoonlijkheid van het individu. De doelstelling is dan ook dat we het kind begeleiden in die ontwikkelingssprongetjes. Het kind observeren en af en toe een toegesneden uitdaging aanbieden. Gaat het hier niet op in dan wordt er gewacht tot een volgend goed moment. Het is absoluut niet onze bedoeling een kind op een ‘gewenst’ niveau te brengen. Elk kind heeft een eigen, unieke ontwikkeling en die respecteren wij. De leidsters zorgen daarbij voor een goed contact met de ouders en betrekken ze bij het kinderdagverblijf. De leidsters hebben hun eigen groep, de kinderen zien dus elke keer dezelfde gezichten; op deze manier kunnen leidster en kind een goede vertrouwensband opbouwen, wat bij het kind een gevoel van veiligheid en rust geeft. Op onze locaties werken wij met verticale groepen, voor de aller jongste heerst er vooral rust en zijn de groepsleidsters voornamelijk bezig met de verzorging van het kind, terwijl er voor de dreumesen en peuters altijd voldoende ruimte is om te spelen en zich uit te leven. Ook in dit oogpunt staat de ontwikkeling van het kind centraal, op de ‘oudste’ peutergroep worden de kinderen al spelenderwijs klaar gemaakt voor het basisonderwijs.
33.. V Viissiiee
“Het kind staat centraal,” wat betekent dat uiteindelijk? Een kind ontwikkeld zich vanaf dat het is geboren en ieder kind doet dat op eigen tempo, er is altijd een leidraad waaraan we ons vast houden hoe deze ontwikkeling verloopt, maar je zult zien dat er veel verschillen zijn tussen de ontwikkeling van kinderen. Daar houden wij ons mee bezig, “het kind gaat pas lopen, wanneer het er zelf aan toe is” en toch echt niet eerder omdat wij volwassenen het zo graag willen. De ontwikkeling van het kind is heel belangrijk en het kind moet de kans krijgen om zich vrij en onbevangen te kunnen ontwikkelen. Kinderen geven zelf heel onbewust aan wat goed is voor hun ontwikkeling, hij of zij is onze beste raadgever. Kinderen ontwikkelen zich het beste als zij zich op hun gemak voelen, vertrouwd zijn met de mensen om zich heen en wanneer zij worden gestimuleerd in de dingen die zij willen/kunnen leren. Een kind moet zich kunnen ontwikkelen in zijn/haar eigen tempo, op het kinderdagverblijf krijgt het kind hier alle ruimte voor en de nodige begeleiding daarbij. Eigen mening, zelf beslissingen durven nemen en keuzes maken horen bij het ontplooien van zichzelf. De leidsters sturen hierbij zo goed mogelijk en ondersteunen het kind bij het begrijpen van normen en waarden, de sociale contacten met de andere kinderen en de leidsters. Ieder kind is een individu, met eigen behoeftes en eigen interesses. De leidsters spelen hierop in, zodat het kind steeds uitgedaagd blijft iets nieuws te ontdekken en te leren. Dit gebeurt deskundig, maar geheel ongedwongen. Op deze manier zijn de leidsters altijd in staat om een warme en gezellige sfeer te blijven creëren. De communicatie is daarin ook erg belangrijk, hoe geeft een leidster haar/zijn boodschap ( opdracht) duidelijk over en hoe is de interactie tussen “volwassene “ en het kind? - De leidsters luisteren op zo’n manier naar kinderen te luisteren, dat zij zich begrepen voelen. Door de boodschap te herhalen of het in andere woorden nog eens te zeggen zodat het kind het kan bevestigen, geeft het kind het vertrouwen dat het goed wordt begrepen. - De leidsters praten op een manier, dat kinderen begrijpen wat zij zeggen. Het blijft gewone “grote mensentaal” maar wat helderder en eenvoudiger en zeker niet neerbuigend. - De leidsters nemen de tijd voor het kind, wanneer hij/zij zich niet begrepen voelt, er wordt samen met het kind naar een oplossing gezocht. Soms komt het voor dat mensen elkaar niet begrijpen met verbale communicatie, dat kan frustrerend zijn. Non – verbale communicatie kan bv. een oplossing zijn en verhelderend voor een kind. - De leidsters tonen respect en gelijkwaardigheid aan de kinderen, door de ideeën en oplossingen van het kind serieus te nemen. Wij kunnen als volwassenen niet alles voor hun bepalen, bv. de materialen op de groepen, of zelfs over de afspraken en regels binnen een groep.
Er wordt uit gegaan van de autonomie van het kind waarbij de totale ontwikkeling van het kind voorop staat. De kinderen krijgen de mogelijkheid om zoveel mogelijk vrij te spelen. Zo weinig mogelijk negatieve aandacht b.v. straf geven. Wel het uitspreken van waardering en positieve gevoelens van het kind.
44.. S Soocciiaaaall –– eem moottiioonneellee oonnttw wiikkkkeelliinngg.. Hier bedoelen we mee; het ontwikkelen van de omgang met anderen en de ontwikkeling van het gevoel van het kind. Om deze ontwikkeling zo optimaal te laten verlopen is het belangrijk dat het kind zichzelf veilig voelt, om vervolgens later te kunnen voldoen aan de kennis en de vaardigheden. ( zie sociale competenties)
44..11 S Soocciiaaaall-- eem moottiioonneellee vveeiilliigghheeiidd:: Wij willen, samen met de ouders, werken aan een sociaal- emotioneel veilige basis, van waaruit kinderen zelfvertrouwen en eigenwaarde kunnen ontwikkelen. De veiligheid en vertrouwdheid wat al eerder ter sprake is gekomen is daarin van essentieel belang. Kinderen voelen en ervaren op hun groep dat ze hun eigen plekje mogen hebben, eerst in hun vertrouwde groepje, maar later ook op deze wereld. Door allerlei activiteiten stimuleren we de kinderen de wereld te ontdekken, actief te zijn met de andere kinderen en leidsters. Alleen vanuit een veilige, vertrouwde basis kan een kind een vertrouwensrelatie aangaan met de andere kinderen en de leidsters. - Herkenbare, vaste leidsters en omgeving geven kinderen een gevoel van veiligheid - Structuur, herhaling, vertrouwen, aandacht en een gevoel van eenheid tussen de wereld van thuis en “opvang” is belangrijk voor een kind. - Door het positief benaderen van het kind en bevestiging te geven dat hij/zij iets goed kan leert het kind dat het als individu waardevol en uniek is; hierdoor ontwikkeld het kind een positief zelfbeeld en dat geeft weer een veilig gevoel. - Door een liefdevolle en respectvolle benadering stimuleren wij het kind een vertrouwensband met anderen te ontwikkelen. Door duidelijkheid en herkenbaarheid in bv. het dagprogramma te geven, werken wij aan de sociaal – emotionele veiligheid van de kinderen. Wij beginnen de dag met een kring, zo leren kinderen te luisteren naar elkaar, praten met elkaar en op hun beurt te wachten.
In de kring communiceren we open met de kinderen en luisteren actief naar hen, d.w.z. dat we open reageren, het kind laten weten dat we hebben begrepen wat er wordt gezegd en inspelen op suggesties en ideeën van de kinderen. In de kring is er ook ruimte om te praten over speciale gebeurtenissen, bv. de geboorte van broertje of zusje of het overlijden van een huisdier. Wij proberen kinderen te laten weten dat we naast hen staan door emoties te verwoorden en om daar ruimte voor te bieden. De leidster kan dan een verhaaltje voorlezen uit een boek over zo’n dergelijke gebeurtenis, kinderen leren zichzelf te kunnen verplaatsen in de ander. Emoties hoeven niet onderdrukt te worden, verdriet is verdriet, pijn is pijn en daar mag bij ons ruimte voor zijn. De oudere kinderen worden bv. gestimuleerd om daar op een open manier mee om te gaan en leren hen door gesprek en voorbeeldgedrag om te gaan met emoties i.p.v. het negatief af te reageren op andere kinderen en leidsters.
44..22 S Soocciiaallee ccoom mppeetteennttiieess:: Met sociale competenties bedoelen we alle kennis en vaardigheden die volwassenen en kinderen nodig hebben om goed samen te kunnen leven; goed te kunnen communiceren, samen te werken, om conflicten op te lossen, om andere te helpen, jezelf te kunnen in leven in een ander, etc. De leidsters begeleiden de kinderen hierbij, dit kan bv. door dingen voor te doen, door open te communiceren, door te coachen en vooral kinderen te laten zien en te laten ervaren wat het gevolg is van hun eigen gedrag. De sociale veiligheid is hier van groot belang bij, het gaat er niet alleen om te weten hoe het moet, maar vooral ook om het durven, om sociaal competent gedrag te laten zien. De ontwikkelingsfase speelt hierin ook een rol, heel kleine kinderen zijn bv. nog helemaal niet instaat om samen te spelen. Zij spelen vooral ‘naast’ elkaar, willen ook nog niet delen Wij stimuleren de ontwikkeling van sociaal competent gedrag door aandacht te hebben voor 8 specifieke competenties: - Ervaringen delen - Aardig doen - Samen spelen/delen en werken - Een taak uitvoeren - Jezelf presenteren - Een keuze maken - Op komen voor jezelf - Omgaan met ruzie Om deze vlakken goed te kunnen stimuleren worden er zoals eerder beschreven worden er (kring) spelletjes te doen, of krijgen zij opdrachten om samen uit te voeren. De leidsters complimenteren de kinderen en moedigen ze aan, ook kinderen onderling complimenteren elkaar en moedigen elkaar aan.
55.. C Cooggnniittiieevvee oonnttw wiikkkkeelliinngg Hier bedoelen we mee; de verstandelijke ontwikkeling van het kind,het denkvermogen, het geheugen en de taalontwikkeling.
55..11 TTaaaalloonnttw wiikkkkeelliinngg:: Taal is een middel om in contact te komen met de buitenwereld. Om je wensen kenbaar te maken, om je gevoelens te verwoorden, om je eigen mening te geven, een voorstel te geven en om vragen te stellen. Door taal leren de kinderen veel over de wereld om zich heen, wij geven veel aandacht aan contact via praten. Dat begint al bij de baby’s tijdens de lichamelijk verzorging bv. door de kleintjes op een zachte en rustige manier aan te spreken. Er wordt veel voorgelezen, plaatjes te laten kijken en te benoemen wat we zien.
Bij elke activiteit worden er liedjes gezongen, bv. voor we gaan eten, als we naar buiten gaan, bij het aan en uitkleden etc. In de kring wordt er geoefend tot het voeren van een gesprek; leren luisteren naar elkaar en op je beurt wachten met praten. De leidsters hebben een belangrijke voorbeeldfunctie op het gebied van taal, zij luisteren actief d.w.z.
dat zij reageren op het verhaal van het kind door het samen te vatten of in andere woorden te herhalen. In onze vestiging(en) is Nederlands de voertaal, in ons kinderdagverblijf zijn er ook kinderen die van huis uit niet gewend zijn om Nederlands te spreken. Door veel voor te lezen en te oefenen met woorden en plaatjes te benoemen krijgen deze kinderen de gelegenheid de Nederlandse taal eigen te maken.
55..22 H Heett ddeennkkvveerrm mooggeenn:: Door spel en spelletjes, door te bouwen en door materialen die uitdagen om na te denken, leert het kind begrijpen en leert het kind ordening aan te brengen. Spelletjes zoals memorie en ‘ik zie, ik zie’ zijn stimulerend voor het denkvermogen. Maar ook puzzels en kruiswoordpuzzels of tellen, kleuren herkennen hebben te maken met het denkvermogen.
66.. M Moottoorriisscchhee oonnttw wiikkkkeelliinngg Hier bedoelen we mee; de ontwikkeling van het bewegen, de grove motoriek is de beweging van de armen en benen. De fijne motoriek is de beweging van de vingers en de voeten.
66..11 LLiicchhaam meelliijjkkee bbeew weeggiinngg:: Kinderen hebben van nature eigenlijk al veel plezier in het bewegen van hun lichaam, het begint al bij de baby’s zij bewegen armen en benen, rollen, kruipen en de motoriek wordt steeds verfijnder. Buitenspelen is een uitlaatklep, rennen, fietsen, springen. De oudere kinderen kunnen hun beweging kwijt in de sport- spel, dansactiviteiten. Klimmen en klauteren, balanceren en touwtje springen, kinderen vinden het vaak allemaal leuk.
66..22 S Sttiim muulleerreenn vvaann bbeew weeggiinngg:: Wij stimuleren beweging door; - Zelf in beweging komen - Plezier en beleving voorop te laten staan - Prikkelende, uitdagende spelactiviteiten te verzinnen - Sport- spel en dansactiviteiten aan te bieden Plezier staat voorop, via bewegingsactiviteiten leren kinderen hun eigen lichaam kennen, ze leren hun eigen grenzen aan te voelen, leren samen te bewegen en te werken en ze leren om te gaan met winnen en verlies.
77.. P Peerrssoooonnlliijjkkee ccoom mppeetteennttiieess Het ontwikkelen van persoonlijke competenties is de basis van de ontwikkeling van het kind. Het is een voorwaarde om zelfstandig en met zelfvertrouwen in de samenleving de eigen plek in te kunnen nemen. Met de persoonlijke competentie bedoelen wij de vaardigheden en de houding van een kind om zichzelf te kunnen zijn, weerbaar te zijn. Individuele ruimte is erg belangrijk voor de kinderen, er worden veel groepsactiviteiten aangeboden, maar kinderen hebben de ruimte en vrijheid om daar niet aan mee te doen. Individueel spel, een boek bekijken of lekker ontspannen tegen een groepsleidster aanhangen, zijn belangrijke individuele momenten voor een kind op een dag. In de sociale interactie wordt door de leidsters aandacht gegeven aan de individuele ruimte voor een kind. Kinderen leren die ruimte van een ander kind accepteren en we leren andere kinderen om te accepteren dat een kind zijn grens aangeeft.
77..11 S Sttiim muulleerreenn vvaann oonnttw wiikkkkeelliinngg vvaann ppeerrssoooonnlliijjkkee ccoom mppeetteennttiieess:: We stimuleren de ontwikkeling van persoonlijke competenties door in te spelen op de volgende aandachtsgebieden: - Zelfvertrouwen en zelfstandigheid: kinderen leren te vertrouwen op hun eigen inzicht, kracht en eigen ideeën. - Zelfredzaamheid: kinderen stimuleren zorg te dragen voor hun eigen persoonlijke verzorging. - Omgang met emoties: kinderen mogen huilen, boosheid uiten, etc. - Omgang met hun eigen lichaam: kinderen leren plezier te hebben in het bewegen, leren zorg te dragen voor lichamelijke verzorging, voeding, aandacht voor kleding. - Omgang met de groep: kinderen kunnen binnen de groep oefenen met hun eigenheid en ze leren oefenen met hun eigen mogelijkheden en hun eigen grenzen.
88.. S Sppeelloonnttw wiikkkkeelliinngg
In spel kunnen kinderen veel van zichzelf kwijt en bootsen vaak ook de ‘volwassen wereld’ na. (vadertje en moedertje) De groepen zijn zo ingericht dat de kinderen al hun fantasie daar in kwijt kunnen, maar ook creativiteit, ruimtelijk inzicht en beweeglijkheid. Door te spelen leren de kinderen lekker bezig te zijn en van alles te ontdekken over zichzelf, over de andere kinderen om zich heen. Via spel leren de kinderen te onderscheiden, ontwikkelen inzicht, leren samen te werken en te delen en kinderen leren omgaan met het feit dat ze nog niet alles kunnen. Door het gebruik van verschillend spelmateriaal moedigen wij deze ontdekking aan en geven we begeleiding bij individuele – en groepsspel. Wij bieden spelmateriaal dat past bij iedere leeftijd en ontwikkelingsfase van het kind, zodat de aandacht altijd geprikkeld blijft. Via spel leren kinderen wat zelfoverwinning, zelfstandigheid, zelfredzaamheid en samenwerking betekent.
99.. C Coorrrriiggeerreenn eenn ssttiim muulleerreenn (( ssttrraaffffeenn eenn bbeelloonneenn)) Wij corrigeren door gewenst gedrag te benoemen en daar uitleg over te geven. Door gewenst gedrag te benoemen ontwikkelen kinderen inzicht in de manier waarop zij zich gedragen en wat het gevoel daarvan kan zijn. Als wij een kind aanspreken over zijn gedrag, dan doen wij dat door in de ‘ik – boodschap.’ ( dat vind ik niet leuk, dat je dat hebt gedaan.) Wij gaan op ooghoogte in gesprek met het kind, zodat het kind het gevoel van gelijkwaardigheid heeft. De leidsters binnen een groep maken duidelijke afspraken met elkaar over het corrigeren van de kinderen, zodat zij op één lijn zitten.
99..11 N Naaaasstt hheett kkiinndd eenn eerr nniieett bboovveenn.. Wij werken op basis van respect en gelijkwaardigheid met kinderen. Wij staan niet autoritair boven de kinderen, maar we staan coachend naast hen. Dit betekent dat als kinderen zich gedragen op een manier die wij niet goed vinden, dat we dit niet van bovenaf bestraffen, maar dat we stimulerend en corrigerend naast het kind staan. Ons doel is om altijd de positieve groei en ontwikkeling van het kind te bevorderen. Juist rond ‘corrigeren’
99..22 H Hooee ccoorrrriiggeerreenn eenn ssttiim muulleerreenn w wiijj:: - Wij stimuleren door het uitspreken van waardering - Wij moedigen kinderen aan door hen aandacht te geven en gewenst gedrag te complimenteren. - Wij corrigeren door gewenst gedrag te benoemen in plaats van door ongewenst gedrag af te keuren.
1100.. H Heett oovveerrbbrreennggeenn vvaann w waaaarrddeenn eenn nnoorrm meenn Een kind wordt gevormd door de omgang met volwassenen en andere kinderen. Kinderen leren waarden en normen in de relatie, communicatie en interactie tussen kinderen onderling en tussen kinderen en volwassenen. Waarden geven uitdrukking aan de betekenis die mensen hechten aan bepaalde gedragingen of gebeurtenissen. Het zijn ideeën of opvattingen die aangeven hoe belangrijk mensen iets vinden. Normen vertalen de waarden in regels en voorschriften naar de manier waarop mensen zich behoren te gedragen. Kinderen leren spelenderwijs om op een respectabele manier met elkaar om te gaan. Hierin vervult de groepsleidster een belangrijke voorbeeldfunctie. In haar handelen en houding brengt de zij haar waarden en normen over op de kinderen. Een groepsleidster geeft zelf het goede voorbeeld; leert kinderen respect te hebben voor elkaar door kinderen, collega’s en ouders met respect te behandelen; accepteert kinderen zoals zij zijn. Ieder kind is een individu en alle kinderen zijn verschillend (gesloten, druk, verlegen);
1100..11 R Reessppeecctt Respect is een van de belangrijkste normen in menselijke verhoudingen, het gaat dat niet alleen om respect voor elkaar, maar ook voor de natuur en alles wat daarmee te maken heeft. Respect begint al bij kleine dingen, een kind moet bijv. leren dat het niet zomaar dingen kapot kan maken of anderen pijn kan doen. Leidsters moeten daar constant oog voor hebben. Bij het buitenspelen kan er bijv. niet oneindig bloemen of blaadjes worden geplukt, als iedereen dat zou doen blijft er niets van de natuur over. Kinderen zijn van nature erg nieuwsgierig en leidsters horen vaak “ waarom?” De manier waarop een leidster antwoord geeft en welk antwoord dat is, is erg belangrijk. De basis van onderling respect is het besef van de verschillen en de overeenkomsten tussen mensen. Het is dan ook heel belangrijk dat kinderen zien dat leidster elkaar met respect behandelen en dat ze voelen dat zij zelf ook respect krijgen van de leidsters. Belangrijk is in het overbrengen van normen en waarden, het goede voorbeeld geven want “ het goede voorbeeld doet volgen.”
1111.. P Peesstteenn.. Pesten op de BSO komt vaker voor, kinderen kunnen erg hard zijn voor elkaar. Vaak is pesten groepsgedrag en is het erg moeilijk om met de daders en slachtoffers samen in gesprek te gaan. Beter is om met beide partijen eerst apart in gesprek te gaan. Op de BSO praten we vaak eerst met het kind dat wordt gepest, we luisteren naar het kind en stellen eventueel vragen. Het laten merken dat de leidster wil helpen is belangrijker dan meteen stappen te ondernemen, dit werkt vaak averecht waardoor het gepeste kind bang kan worden. In een gesprek met de pester kan de leidster vragen of het kind beseft wat pesten betekent, vaak zijn de kinderen zich niet bewust dat iemand daar veel pijn en verdriet van kan hebben. De uitdrukking “ we plaagde hem gewoon een beetje,” is dan ook geen uitzondering. De leiding maakt de pester bewust van het effect van het pesten. Afhankelijk van de ernst van het pesten kan er een ‘straf’ worden opgelegd, maar het is altijd belangrijk
te onthouden dat een pester geen gemeen kind hoeft te zijn. Vaak gaat het om aandacht vragen of stoer doen in het bijzijn van vriendjes. In een gesprek met de pester komt ook steeds vaker naar voren dat het kind zelf ook is gepest in het verleden. Een gesprek in groepsverband wordt als laatste gedaan, in dit gesprek worden er vragen gesteld over pesten in het algemeen en worden de dader en het slachtoffer niet direct op het pesten aangesproken. De leiding legt ook het verschil uit tussen pesten en plagen, “ iemand een beetje plagen mag best, maar pesten is niet toegestaan.”
1122.. S Sttaam mggrrooeeppeenn.. Op onze locatie Prinsjes & Prinsesjes te Almere is een samengestelde groep van dagelijks 5 kinderen tussen de 0-4 jaar en 5 kinderen tussen de leeftijd van 4-12 jaar, ingedeeld naar leeftijd: baby’s, dreumesen, en peuters en schoolkinderen. Alle groepen worden begeleid door 1 of 2 gediplomeerde pedagogisch medewerksters. Dit is afhankelijk van de groepsgrootte en de transparante omgeving waarin de kinderen zich bevinden. Op onze locatie Het Kinderpaleisje te ’s Gravenhage is een verticale groep van dagelijks 10 kinderen, voor kinderen tussen de 0-4 jaar, ingedeeld naar leeftijd: baby’s, dreumesen, en peuters. Alle groepen worden begeleid door 1 of 2 gediplomeerde pedagogisch medewerksters of 1 gediplomeerde en 1 helpende. Dit is afhankelijk van de groepsgrootte.
Er wordt op beide locaties gewerkt volgens een en het zelfde dagritme, zodat de kinderen weten waar ze aan toe zijn. De kinderen krijgen alle ruimte (binnen en buiten) om zich te ontwikkelen en er is voldoende educatieve materiaal aanwezig die tussendoor ook aangeboden wordt. Baby’s hoeven niet strikt de dagindeling te volgen. We moeten ons kunnen aanpassen aan het ritme dat de baby’s thuis gewend zijn. Het kind krijgt eten, gaat slapen of wordt verschoond op het moment dat een baby daar aan toe is. Naarmate het kind ouder wordt, wordt het ritme van de baby aangepast tot het ritme van dreumesen en peuters. Om hen hierop voor te bereiden wordt geprobeerd om mee te draaien met de dagindeling van de dreumesgroep. Ouders die willen dat hun baby’s ook op onze kinderdagverblijf borstvoeding krijgen, dienen dat tijdens de intake ook kenbaar te maken. Afhankelijk van ieder kind zal worden gekeken hoe dit het beste kan worden aangeboden. Er zijn op een dag vaste momenten waarop er gezamenlijk wordt gegeten en geslapen. Ook krijgen de kinderen vaste tijden om buiten te spelen. Voor de oudere kinderen worden er diverse activiteiten georganiseerd.
Niet alleen vaste leidsters, ook vaste groepsgenootjes dragen bij aan een gevoel van veiligheid en vertrouwdheid. Vaste groepsgenootjes betekent dat de kinderen van jongs af aan de kans krijgen op hun eigen manier relaties op te bouwen. Elkaar ontdekken, met elkaar spelen en zelfs ruzie maken, waarin de leidsters kinderen begeleiding geven. Wij hebben bewust gekozen voor de horizontale groepen, door te werken met vaste groepen kunnen de leidsters en kinderen samen iets opbouwen en ontstaat er een groepsgevoel waarin vaste herkenbare momenten en vaste dagrituelen zijn. Voor de baby’s heerst er vooral rust en zijn de groepsleidsters voornamelijk bezig met de verzorging van het kind, terwijl er voor de dreumesen en peuters altijd voldoende ruimte is om te spelen en zich uit te leven. Ook in dit oogpunt staat de ontwikkeling van het kind centraal, de ‘oudste’ peuters worden de kinderen al spelenderwijs klaar gemaakt voor het basisonderwijs.
Voor de bezetting van de stamgroepen, ofwel de verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk aanwezige kinderen geldt tenminste: a. één beroepskracht per vier kinderen in de leeftijd tot één jaar; b. één beroepskracht per vijf kinderen in de leeftijd van één tot twee jaar; c. één beroepskracht per zes kinderen in de leeftijd van twee tot drie jaar; d. één beroepskracht per acht kinderen in de leeftijd van drie tot vier jaar. e. één beroepskracht per 10 kinderen in de leeftijd van vier t/m twaalf jaar.
1122..11 H Heett vveerrllaatteenn vvaann ddee ssttaam mggrrooeepp:: Op bepaalde momenten van de dag kan het kind de stamgroep ruimte verlaten, wanneer het weer het toelaat hebben wij minimaal 2x per dag buitenactiviteiten. Deze omstandigheden zijn: - Uitstapjes in de eigen buitenruimte - Uitstapjes naar buiten, bijv. naar kinderboerderij, naar het zwembad of de speeltuin in de buurt. - De BSO kinderen spelen vaak op het nabij gelegen speelveld en maken regelmatig uitstapjes.
1133.. D Daaggiinnddeelliinngg.. H Heett ddaaggsscchheem maa vvaann ddee ggrrooeeppeenn vvaann hheett kkiinnddeerrddaaggvveerrbblliijjff zziieett eerr aallss vvoollggtt uuiitt:: 7.30 - 8.30 8.30 - 9.00 9.00 - 9.30 9.30 - 10.00 10.00 - 10.30 10.30 - 11.30 11.30 - 12.00 12.00 - 12.30 12.30 - 14.30
brengtijd, kinderen mogen vrij spelen. ontbijten. ( brood, beschuit, crackers met beleg en melk en thee) verschoon en plasronde. ochtendkring. fruit eten. ( uitsluitend vers fruit van verschillende soorten + drinken) activiteiten/buiten spelen. verschoon en plasronde. broodmaaltijd. kinderen slapen.
De kinderen die niet slapen krijgen rustige activiteiten aangeboden, Zoals, spelletje aan tafel, kleien, voorlezen. 14.30 - 15.00 15.00 - 15.30 15.30 - 16.00 16.00 - 17.00 17.00 - 17.30
kinderen uit bed, aankleden. drinken + koekje. middagkring. vrij spelen/buiten spelen. warme maaltijd.
De kinderen die geen warme maaltijd nuttigen, mogen iets drinken met koekje/brood erbij. 17.30 - 19.00 vrij spelen/spelletjes, haaltijd. Voor de baby’s geldt er een dagschema die zo veel mogelijk aansluit aan die van thuis, de kleintjes krijgen voeding en slapen op hun eigen tijd. De dreumesen vanaf 1 jaar doen al ( voor zover dit kan) mee met het dagschema van hun eigen groep.
1144.. V Vooeeddiinngg eenn ssllaappeenn.. De maaltijden worden elke dag op dezelfde tijd met elkaar genuttigd, samen met de leidsters aan gedekte tafel. Uitzondering zijn de baby’s en kleinste dreumesen, omdat zij hun eigen voedingsschema hebben, vanaf de leeftijd van 1 jaar eten de kinderen mee volgens een vast voedingsschema van de groep.
De voeding bestaat uit: 8.30 ontbijt. 10.00 fruit. 12.00 broodmaaltijd. 15.00 drinken en koek. 17.00 warme maaltijd ( dit is een extra optie) Ouders kunnen hiervoor kiezen tegen extra betaling.
De maaltijd is belangrijk en er wordt dan ook veel aandacht aan besteed, er worden uitsluitend verse en gezonde producten aangeboden en de maaltijden worden aan tafel genuttigd. Rond en tijdens de maaltijden zijn er tal van momenten en situaties waar kinderen weer kunnen leren zoals; tafelmanieren, netjes op elkaar wachten en groepsrituelen oefenen. Het slapen is ook op gezette tijd, de kinderen slapen tussen 12.30 en 14.30. Tijdens het slapen is er toezicht in de slaapkamer! (uiteraard weer met uitzondering van baby’s en kleinste dreumesen. ) Kinderen krijgen in de voorschoolse opvang een gezond ontbijt en ’s avonds is er de gelegenheid om gebruik te maken van een warme maaltijd. Alle maaltijden zijn voedzaam en gezond. Als een kind drie keer per dag op de BSO eet, heeft het alle benodigde voedingsstoffen voor een dag. Kinderen leren de tafeletiquette, ook leren ze tijdens de maaltijden op een gezellige manier verhalen aan elkaar te vertellen en naar elkaar te luisteren.
In de schoolvakanties ziet het schema er als volgt uit; - 8.30 /9.00 Ontbijt ( brood, crackers, beschuit ) - 10.00/10.30 Vers fruit - 12.00/13.00 Broodmaaltijd - 15.30/16.00 Gezond tussendoortje - 17.00/18.00 Warme maaltijd ( extra optie ), brood of soep. Alle maaltijden worden aan tafel met de leiding genuttigd, kinderen smeren zover het kan hun eigen brood. Op woensdagmiddag is er ruimte om samen met de kinderen te koken, pannenkoeken of koekjes te bakken. Voor de kinderen die tot 19.00 op de BSO vertoeven kunnen ouders een warme maaltijd vragen, dit is tegen een extra betaling van € 3,50 per maatlijd.
1144..11 TTaaffeellm maanniieerreenn.. Bij het aanleren van tafelmanieren geldt, geef zelf het goede voorbeeld. De leidsters laten dus zien hoe het moet en we hebben ook duidelijke regels die we aan tafel hanteren: - Recht opzitten aan tafel. - Kauwen met je mond dicht. - Eten met mes en vork ( warme maaltijden) - Niet boeren en schrokken. - Niet spelen met/tijdens het eten. - Niet naar het toilet tijdens het eten.
1155.. IInnsscchhrriijjvviinngg eenn ppllaaaattssiinngg.. Ouders kunnen hun kind laten inschrijven op het hoofdkantoor van Kidzz-PalaCe. Daar liggen altijd inschrijfformulieren klaar en kan de ouder informatie opvragen over de evt. wachtlijsten e/o plaatsing. Als ouders kiezen voor Kidzz-PalaCe, ondertekenen zij een contract, waarin zakelijke afspraken gemaakt over uren, uurprijzen, tijden en betalingen. Kidzz-PalaCe werkt samen met Kind ABC een administratiebureau voor kinderdagverblijven.
1155..11 E Exxttrraa ddaaggddeelleenn ooff rruuiilleenn vvaann ddaaggeenn Extra dagdelen Wanner de bezetting en de samenstelling van de groep dit toelaten, is het mogelijk, om ter beoordeling aan de locatiemanager e/o pedagogisch medewerkers van de groep, incidenteel extra opvang aan te vragen. Deze dagdelen, dus buiten de contractueel overeengekomen dagdelen, worden altijd extra aan de ouders in rekening gebracht tegen het geldende tarief. Ruilen van dagdelen en/of opnemen van extra dagdelen Het incidenteel ruilen en/of opnemen van extra dagdelen is toegestaan mits: • de ouderconsulente/ pedagogisch medewerker(s) akkoord is met de gewenste ruil; • er plaats is in de groep; • er geen extra leidsters hoeven worden ingezet; • het niet vaker dan 2x per maand plaatsvindt (n.v.t. bij extra dagdelen); • het van tevoren is aangegeven. Aan ruilen zijn geen kosten verbonden. Het vervangen van een dagdeel dat niet afgenomen kan worden door sluiting van het kinderdagverblijf, ziekte of vakantie, valt niet onder deze regeling.
1166.. IInnttaakkee –– ggeesspprreekk.. Ongeveer twee weken voordat het contract ingaat worden ouder en kind uitgenodigd op het kinderdagverblijf c.q. BSO om een kijkje te komen nemen en voor een intake – gesprek met een leidster van de betreffende groep. Tijdens dit gesprek wordt er uitleg gegeven over de werkwijze en de visie van ons kinderdagverblijf, worden de wendagen gepland en de ouder krijgt wat formulieren ( het kinddossier) om in te vullen. Wij vinden het ook erg belangrijk om te horen wat de wensen en de verwachtingen van de ouder is. Daar wordt tijdens dit gesprek ook uitgebreid aandacht aan besteed, tenslotte neemt het dagverblijf een klein stukje opvoeding van u over en is het dan ook belangrijk dat beide partijen op één lijn zitten. De ouder krijgt dan ook de gelegenheid om vragen te stellen en kennis te maken met het personeel.
1177.. W Weennnneenn.. Na dat er een kinderopvang overeenkomst is gesloten kan het kind in overleg met de ouders een aantal dagdelen of dagen komen wennen op de groep. Gemiddeld duurt het wennen aan een nieuwe omgeving tussen de twee á drie dagen. In deze wenperiode is er één leidster die het kind specifiek aandacht geeft. Later zal het kind ook wennen aan de andere leidster. Wennen is een periode van een dag en moet in het belang van het kind worden opgebouwd, door het kind steeds wat langer op de opvang te laten. Bij de BSO gaat dat er anders aan toe dan bij het kinderdagverblijf, op de eerste wendag vragen wij de ouder om samen met een leidster het kind uit school te halen. Kind en ouder gaan dan samen met de leidster terug naar de BSO, waar het kind ( naar gelang de leeftijd) samen met de ouder een uurtje mag blijven. Bij een volgende wendag wordt het kind door de leiding uit school opgehaald en komt het kind een aantal uren in de groep meedraaien. De wenperiode kan naar wens en in overleg eventueel worden uitgebreid. Aangezien wij op beide locaties maar met 1 groep werken blijft het kind vanaf de 1 e dag van plaatsing tot aan de dag van wederopzegging op deze groep. Er is dus geen sprake van het tussentijds overplaatsen binnen de opvang.
1188.. H Haalleenn eenn B Brreennggeenn.. Ons uitgangspunt is dat we flexibel zijn, dit geldt dus ook voor het brengen en halen. Omdat we de kinderen een dagprogramma en structuur aanbieden is het uiteraard van belang dat we hier niet vanaf wijken. De officiële tijden zijn: brengen tussen 7.30 en 9.00, halen tussen 16.30 en 18.00. Als de ouder zijn kind later wil brengen of eerder komt halen is dat altijd goed, laat dat wel van te voren weten aan de leiding, ( dag van te voren mondeling, of telefonisch.) Als het kind wordt gebracht wanneer er een activiteit gaande is, zal het kind op de gang worden ontvangen door de leidster en aldaar een overdracht gesprekje met de ouder.
1199.. O Ouuddeerrggeesspprreekk.. Minimaal één keer per jaar wordt de ouder uitgenodigd voor een zogeheten oudergesprek. In dit gesprek bespreken wij met de ouders de ontwikkeling van het kind, de leidsters van de groep van het kind houden de ontwikkeling nauwlettend in de gaten. Voordat een kind overgaat naar een andere groep wordt er een observatielijst ingevuld en besproken. Als er naar aanleiding van deze extra observaties of vanuit de ouders behoefte is aan een extra gesprek is dit mogelijk en kan er een afspraak worden gemaakt. Uiterlijk 6 maanden na plaatsing neemt de locatiemanager contact met de ouder op, voor een ‘tevredenheidgesprek.’
2200.. O Ouuddeerrccoonnttaacctt//oouuddeerrccoom mm miissssiiee Het is ten alle tijden belangrijk voor de ouder te weten hoe het kind het doet bij ons! Wij houden de ouder elke dag op de hoogte hiervan d.m.v. een gesprekje bij brengmomenten, ouders kunnen dan ook even een kopje koffie of thee nuttigen. Er wordt een overdracht gegeven tijdens het haalmoment. We bieden de ouder ook aan een overdrachtschriftje mee te nemen, de leiding schrijft minimaal 2x per week de gebeurtenissen van het kind hierin op.
Een oudercommissie bestaat uit een aantal ouders van een kinderdagopvang/ buitenschoolse opvang. Zij behartigen de belangen van alle ouders van de kinderen op de opvang. De belangrijkste verantwoordelijkheid van de oudercommissie is om de kwaliteit van de opvang te bewaken en te bevorderen door gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen aan de directie van de opvang. Hiervoor zijn adviesrechten vastgelegd in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.. Daarnaast is het belangrijk dat de oudercommissie op effectieve wijze met de verschillende partijen communiceert. De oudercommissie wordt gevormd door ouders van kinderen die naar de betreffende opvang gaan. Bij de samenstelling van de oudercommissie wordt gestreefd naar een zo evenredig mogelijke vertegenwoordiging van de verschillende groepen op de opvang. Omdat de oudercommissie onafhankelijk is, mogen medewerkers van de kinderopvang er geen plaats in nemen. Mocht de partner van een medewerker of een medewerker van een andere opvang lid willen worden, dan is het aan de oudercommissie, in samenspraak met de houder, om af te wegen of er in dat geval belangenverstrengeling zal optreden. Het aantal ouders dat deel uit maakt van de oudercommissie is vastgelegd in het medezeggenschapsreglement. BOinK beveelt een oneven ledenaantal aan, zodat er bij stemmingen altijd een meerderheid is.
2211.. P Peerrssoonneeeell.. Het personeel bestaan uit: - Directie. - Locatiemanager - Personeelszaken/ Administratie - Hoofdleidster, leidsters, assistent Leidster en keukenhulp. - BBL - studenten - Stagiaires van Helpende Welzijn / SPW 3.
Personeel dat werkzaam is bij ons wordt geselecteerd op een passende beroepskwalificatie conform de CAO- kinderopvang en ervaring die hij/zij als team binnen de vestiging bezitten. Alle medewerkers zijn in bezit van een EHBO opleiding of worden opgeleid. Zij zijn of worden ook opgeleid tot bedrijf hulpverlener (BHV) en een ieder die komt werken in onze vestiging moet een bewijs van goed gedrag voor leggen dat af gegeven wordt door de gemeente. Op de vestiging worden de leidsters ondersteund door een BBL- er (beroepsbegeleidende leerweg) of een stagiaire. Een BBL- er kan, afhankelijk van ervaring een leidster vervangen, als er minimaal nog een andere vaste leidster op de groep is. Een stagiaire is altijd “extra.”
Er zijn ook andere volwassenen naast stagiaires die bij Kidzz-PalaCe werken, zoals vrijwilligers. Vrijwilligers en stagiaires worden begeleid door een vaste pedagogisch werker. Werkzaamheden die deze volwassenen, stagiaires en assistenten kunnen verrichten zijn: het helpen met de kinderen naar bed brengen, het helpen in de keuken, het eten en drinken klaarmaken, het helpen bij het naar buiten gaan, het helpen in spelen, het verschonen van kinderen en de overdracht van kinderen aan het einde van de dag. Wat zij niet doen is de schriftelijke overdracht, het sluiten en openen van het kinderdagverblijf (behoudens uitzonderingen), het voeren van een kind-oudergesprek en de begeleiding van volwassenen.
2211..11 A Acchhtteerrw waacchhtt bbiijj zziieekkttee ee//oo vveerrllooff Bij ziekte e/o verlof van onze vaste medewerkers werken wij bij voorkeur met vaste oproepkrachten. Het kan voorkomen dat bij ziekte van een personeelslid, de oproepkracht ’s morgens wat later arriveert. Om deze tijd te overbruggen zijn er altijd meerdere volwassenen in het pand aanwezig die de overige leidster kunnen assisteren in hun werk. Er is tenminste één keukenmedewerkster. Er is altijd een mogelijkheid om bij calamiteiten of personeel te korten de locatiemanager op te roepen, zij is ook in het bezit van gekwalificeerde diploma’s.
Wanneer er slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is, zijn tevens de locatiemanager en één van de pedagogisch medewerkers telefonisch bereikbaar en kunnen binnen 15 min. aanwezig zijn. Hiervoor is een speciaal ‘protocol’ opgemaakt die op beide locatie’s op de groepen liggen, hier staat in vermeldt wie er wanneer en hoe te bereiken is. Wanneer er slechts één pedagogisch medewerker in het kindercentrum wordt ingezet, bij afwijkend beroepskracht- kind-ratio is ter ondersteuning van de medewerker altijd een volwassene ( met name een van de administratie medewerkers ) die haar/ hem kan assisteren bij haar/ zijn taken. Deze volwassenen zijn tevens in het bezit van een VOG.
Er is altijd een mogelijkheid om bij calamiteiten of personeel te korten de locatiemanager op te roepen, zij is ook in het bezit van gekwalificeerde diploma’s.
2211..22 H Heett ‘‘44 ooggeenn-- pprriinncciippee’’ Bij voorkeur zijn er altijd 2 volwassenen aanwezig tijdens het opvangen van de kinderen, op sommige momenten van de dag is er 1 leidster op de groep bijv. tijdens de brenghaalmomenten, tussen 7.30 en 8.30 en tussen 17.00 en 18.00. Dit zijn de meest drukke momenten wanneer er altijd een ouder binnen kan lopen. Beide locatie ’s maken gebruik van een 9uurs werkdag zodat de tijden elkaar beter overlappen. Beide locaties zijn er babyfoons aanwezig ( 4 oren ) De locatie in Almere is een ‘open’ ruimte waardoor het (bijna) niet mogelijk is dat een volwassene zich zou af kunnen zonderen met een kind. In de slaapkamer is een babyfoon en buitenruimte is vanaf de groep/ en straat te zien. De locatie in Den-Haag wordt voorzien van webcam in elke ruimte, er is altijd 1 leidster die vanaf 7.30/ 8.30 opstart om 8.30 komt er een keukenhulp bij. De late dienst blijft achter met de administratief medewerkster die op de locatie een kantoortje heeft, er wordt afzonderlijk gepauzeerd. Ook hier wordt gebruik gemaakt van babyfoons.
2211..33 W Weett oopp pprriivvaaccyy Alle medewerkers van Kidzz-PalaCe hebben een Arbeidsovereenkomst en een privacyprotocol ( geheimhoudingsplicht ) ondertekend hier in staat hoe er wordt om gegaan met persoonlijke en persoonsgerelateerde gegevens van ouders en kinderen door het personeel en de administratieve verwerking en bewaring daarvan.
2222.. V Veerrvvooeerrsspprroottooccooll.. Kidzz-PalaCe heeft een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten. Deze verzekering voorziet in de dekking van de meest elementaire kosten die gemaakt moeten worden in het geval van een ongeval. De ouders wordt gevraagd om bij het intakegesprek een verklaring van goedkeuring te ondertekenen m.b.t. het ondernemen van uitstapjes en het halen en brengen van en naar school van uw kind/eren. In het vervoersprotocol staat vermeldt welke regels door het personeel in acht dienen genomen bij het ondernemen van uitstapjes.
2233.. ZZiieekkttee & &G Geezzoonnddhheeiidd.. We houden de gezondheid van de kinderen voor zo ver mogelijk goed in de gaten. Als kinderen ziek worden tijdens hun verblijf op het dagverblijf c.q. BSO wordt er contact opgenomen met de ouders en een passende oplossing gezocht. Ook zorgen we er voor dat de kinderen voldoende eten en vooral drinken en dat de stoelgang niet staakt. Bij het eten en bij traktaties houden we rekening met de wensen van de ouders. Met behulp van informatie van de GGD screenen we regelmatig kinderen op de diverse (kinder-)ziektes. Als het kindje een verhoging heeft van 38˚C mag het niet komen. Bij kinderziekten altijd eerst bellen naar het dagverblijf; bij waterpokken moeten de blaasjes ingedroogd zijn voordat het kind weer mag komen. Een ontsteking aan de ogen moet eerst gezien worden door de huisarts, als het kind een zalfje heeft gekregen mag het gewoon komen. Bij drie keer dunne ontlasting (luiers) gaan we uit van diarree, dit is zeer besmettelijk. Wij vragen de ouder dan hun kind te komen halen.
2244.. V Veeiilliigghheeiidd eenn hhyyggiiëënnee.. Wij zijn verantwoordelijk voor de veiligheid in het pand. De groepsleiding heeft vanuit de opleidingkennis opgedaan waarop gelet moet worden en tevens voeren wij elk jaar een risico en gezondheid inventarisatie uit. Elk jaar wordt er een inspectie uitgevoerd door de plaatselijke GGD. Bij het verstrekken van de vergunning door de gemeente is gebleken dat aan de brandveiligheidseisen van de brandweer is voldaan. Er is groepsleiding met een EHBO diploma aanwezig en in het pand is op elke groep een EHBO trommel aanwezig. Hygiëne vinden wij erg belangrijk. Kleine kinderen zijn erg gevoelig voor infecties en bacteriën. Wat doen wij om te zorgen voor een goede hygiëne op het kinderdagverblijf: Wij wassen onze handen na elke handeling waarbij er mogelijk bacteriën aan onze handen gekomen zijn. Wij hebben speciale bakken waar we de spenen in bewaren en deze worden elke dag uitgekookt evenals de flessen. Op het kinderdagverblijf en met name de babygroep mogen geen buitenschoenen gedragen worden, dit is om de vloer zo schoon mogelijk te houden.
2255.. K Kllaacchhtteennbbeehhaannddeelliinngg iinntteerrnn eenn eexxtteerrnn Interne klachtenregeling Een klacht kan door de ouder/verzorger mondeling maar ook schriftelijk kenbaar worden gemaakt. Als voor de ouder/verzorger onduidelijk is bij wie een specifieke klacht moet worden ingediend, kunnen medewerkers van het regiokantoor de ouder/verzorger van dienst zijn. Wanneer u een klacht met betrekking tot KDV/BSO dan kunt u de klacht mondeling melden bij de locatiemanager of desbetreffende groepsleiding, maar ook schriftelijk kenbaar maken. Voor schriftelijke klachten is een klachtenformulier verkrijgbaar op de locatie. Het streven is dat een klacht zoveel mogelijk in direct contact tussen de ouder/verzorger en de betrokken medewerk(st)er(s), snel en correct tot beider tevredenheid wordt afgehandeld. Lukt dit niet dan kan de ouder/verzorger de klacht neerleggen bij de directie of bij het hoofdkantoor. (bijvoorbeeld in het geval van problemen rond een factuur). In geval van een klacht zullen wij er alles aan doen om deze gezamenlijk op te lossen en ervoor te zorgen dat het zich niet meer voor zal doen.
Externe klachtenregeling Is de klacht dermate ernstig dan kunt u een objectieve beoordeling hiervan, dat niet door Kidzz-PalaCe gedaan kan worden dan kan men een klacht indienen bij de over een wettelijke verplichte klachtenregeling. Kidzz-PalaCe is bij het SKK aangesloten voor de externe klachtenbehandeling. De SKK is een onafhankelijk instelling, die vragen en klachten aanhoort, advies geeft en duidelijk maakt welke stappen genomen kunnen worden.
Stichting Klachtencommissie Kinderopvang; deze commissie behandelt ‘pedagogische’ klachten, klachten over het aanbod, de bejegening of de verzorging van een kind. Geschillencommissie Kinderopvang; gericht op ‘zakelijke’ klachten, klachten van financiële of contractuele aard. Klachtenkamer Oudercommissie Kinderopvang; behandelt ‘medezeggenschapsklachten’; klachten van Oudercommissies over de wijze waarop een organisatie omgaat met de wettelijk bepaalde advies- en instemmingsrecht van ouders in de kinderopvang. Hoewel een ouder/verzorger zich wettelijk gezien direct mag wenden tot deze commissies, geven er de voorkeur aan dat klachten eerst intern met de ouder/verzorger worden besproken en zo mogelijk opgelost.
Stichting Klachtencommissie Kinderopvang
De externe klachtencommissie, Stichting Klachtencommissie Kinderopvang, heeft een klachtenprocedure opgesteld, waaraan Kidzz-PalaCe B.V. zich verbonden heeft. Stichting Klachtencommissie Kinderopvang Postbus 21 3738 ZL Maartensdijk
[email protected]
De leden van deze onafhankelijke klachtencommissie hebben geen binding met Kidzz-PalaCe B.V. Het zijn deskundigen, die onafhankelijk staan van de kindercentra die aangesloten zijn bij Stichting Klachtencommissie Kinderopvang. De externe klachtencommissie wordt voor de afhandeling van een klacht samengesteld uit drie leden en ondersteund door een ambtelijk secretaris. In het openbaar jaarverslag van de Stichting Klachtencommissie Kinderopvang staat beschreven uit welke drie leden de klachtencommissie is samengesteld.
Geschillencommissie Kinderopvang Ouders die gebruik maken van dagopvang of buitenschoolse opvang kunnen zich ook wenden tot de Geschillencommissie Kinderopvang. Ook bij deze commissie kan de ouder/verzorger een klacht schriftelijk indienen. Voordat de Geschillencommissie een klacht in behandeling neemt, wordt nagegaan of de ouder de klacht ook bij Kidzz-PalaCe B.V. gemeld heeft. De Geschillenregeling en de nakominggarantie zijn opgenomen in de tekst van de Algemene Voorwaarden voor Kinderopvang, die van toepassing zijn op de opvang overeenkomsten Kidzz-PalaCe B.V.
Tel : 070 - 310 53 10 www.degeschillencommissie.nl
De klachtenregeling voor de oudercommissie De oudercommissie heeft een klacht: De Wet Kinderopvang bepaalt dat alle organisaties voor kinderopvang een oudercommissie (OC) moeten hebben. In een OC kunnen ouders invloed hebben op de kwaliteit en de organisatie van de opvang. Sinds 2008 zijn organisaties voor kinderopvang verplicht om een klachtenregeling te hanteren voor de behandeling van klachten van oudercommissies. In eerste instantie neemt de oudercommissie bij een klacht contact op met de directie. Wanneer een klacht niet naar tevredenheid kan worden afgehandeld, kan de oudercommissie gebruik maken van een externe klachtenregeling. Deze externe klachtenregeling heeft betrekking op geschillen tussen kinderopvang en oudercommissie inzake de bevoegdheden van de oudercommissie, als bedoeld in artikel 60 van de Wet Kinderopvang. De OC kan ten alle tijden rechtstreeks en zonder tussenkomst van de houder een klacht indienen bij de SKK.