...
Kostprijs van een abonnement
I
�
0 0
Een abonnement biedt 4 themanummers en 4x OKV plus, met Museumkaart U kunt zich abonneren door storting van 24 euro !zonder opbergcasseHe) af 34 euro (met opbergcosseHe) op rek.nr. 448-0007361-87 van Openboor Kunstbezit in Vlaanderen, Sint-Nikloos. Vanuit Nederland: 25,5 euro !zonder opbergcossettel of 37,98 euro (met opbergcas settel uitsluitend op gironummer l 35.20 van Openboor Kunstbezit in V laanderen, Sint-Nikloos. Een abonnement kan elk moment ingaan.
In
�
z LU
� LU
0
z <:( <:( --1 > z 1-
N
111
la 1"'
Vormgeving Rob Buytaert
Gruuthuse museum Brugge 3
Hans Devisscher
Gruuthuse: een Brugs museum van toegepaste kunsten
eindredactie Michel Pee te r s
De beeldhouwkunst
Productie
De keuken
Rudy Vercruysse
12 18
20
24
Correctie
Stéphane Vandenberghe
7
14
Annemie Vandezande
Coördinatie en
Keramiek Zilverwerk
Abonnementendienst Kristien Van Mieghem
Koper en brons
03/760.16.40
Glas
27
Maten en gewichten
34
Wandtapijten
Druk
Meu be ls
Drukkerij Die Keure, Brugge
29 36 38
40
. ,.. :�
Muziekinstrumenten Munten plaketten en zegels
diekeure.
justitie
Pre-press Grafisch Buro Geert Lefevre
z :::» �
GRAFISCH BURO GEERT LEFEVRE
Copyright OKV Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openboor gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorgaande toestemming van de uitgever.
c::k::
<( <(
ISSN 1 373-4873 2002/7892/04
co
z UJ
o._
0
AU
.(.&
PftOYIRCI! ANTWERPEN
�"
Provincie Oost-Vlaanderen
1r PIIO\IINCI(
VLAAMS •IIIAIAPH
\\.\."\!JJJ
��� ,,
l l[jl
Lid van de Unie van de Uitgevers van de Periodieke Pers
Gruuthuse: een Brugs museum van toegepaste kunsten •••••••••••••••• Ladewijk van Gruuthuse, de beroemdste bewoner van het thans als museum ingerichte stadspaleis, werd omstreeks 1427 geboren als zoon van Jan IV van Gruuthuse en Margaretha van Steenhuyse. Hij erfde verschillende belangrijke heerlijkheden en lenen in Vlaanderen. In 1455 huwde hij met Margeretha van Borsele, die stamde uit een van de oudste en meest vooraanstaande Zeeuwse geslachten. Zijn familie bezat sinds enige generaties het 'gruutrecht' te Brugge. Dit was het monopolie op de verkoop van gruut, een kruidenmengsel dat gebruikt werd bij het brouwen van bier. Dit recht verdween in 1380 ten voordele van een belasting op bier, vermits gruut toen door hop vervangen werd. Het 'gruuthuis' dat aanvankelijk een magazijn was voor het opgestapelde gruut, werd bij de aanvang van de vijftiende eeuw tot een luxueuze herenwoning verbouwd. De zuidelijke vleugel en de thans nog bewaarde bidkapel of oratorium werden tij dens de tweede helft van die eeuw in opdracht van Ladewijk van Gruuthuse toegevoegd. De bidkapel is een laatgotische ruimte die het voorrnalig Gruuthusehof met de Onze-Lieve-Vrouwekerk verbindt. Ladewijk van Gruuthuse verkreeg op 7 januari 1472 de toelating van het bestuur van de Onze-Lieve Vrouwekerk om de reeds begonnen 'oratorye' te voltooien. Het geheel was waarschijnlijk gedecoreerd
De Reiegevel
met een muurschildering die thans verdwenen of
Begin /winligsle
eeuw
overschilderd is. Ze stelde Ladewijk van Gruuthuse en Margaretha van Borsele voor die in geknielde houding de heilige Drievuldigheid aanbidden. Daarboven was het Gruuthuse-wapenschild aangebracht met daarop het motto 'plus est en vous' of 'meer is in u'. De bovenkapel heeft een tongewelf met een vijfdelige koepel. Op de zoldering bevond zich boven de bidbank oorspronkelijk een geschilderde voorstelling van het Laatste Oordeel. Daarvan is alleen een blauwe omraming bewaard gebleven. Vanuit de kapel konden de vroegere bewoners van het paleis de erediensten in de Onze-Lieve
Vrouwekerk volgen. Pas in 1958 werd de inmiddels dichtgemetste bidtribune voor het publiek toegankelijk gemaakt.
De binnenkoer van het museum Begin lw inligsle
eeuw
3
Gruuthusemuseum Brugge
Lodewijk van Gruuthuse was een man van aanzien vermits hij geportretteerd werd als ridder van de Orde van het Gulden Vlies, waartoe hij sinds 1461 behoorde. Hij was vanaf 1445 in dienst van de Bourgondische hertog Filips de Goede. Na het overlijden van de hertog in 1467 bleef Gruuthuse een medewerker van zijn zoon en opvolger Karel de Stoute. Hij kreeg zowel diplomatieke als militaire opdrachten. Omstreeks 1470 werd er getwijfeld aan zijn getrouwheid. Lodewijk van Gruuthuse nam ontslag als stadshouder na de dood van Karel de Stoute in 1477. Toch werd hij nog eerste kamerheer van Maria van Bourgondië. Hij nam het evenwel niet meer op voor haar echtgenoot, de Habsburger Maximiliaan van Oostenrijk, maar koos de kant van het opstandige Brugge, waardoor hij in 1491 in ongenade viel. Op 24 november 1492 overleed hij in zijn paleis. Lodewijk was een groot verzamelaar van rijk versierde handschriften. In zijn verzameling had hij zowel oude handschriften die hij had aangekocht, als nieuwe die hij had laten maken .. Deze bibliofiele belangstelling deelde hij met enige vooraanstaande leden van het Bourgondisch hof, zoals hertog Filips de Goede en diens bastaardzoon Antoon van Bourgondië, of abt Raphael de Mercatellis. Na de bibliotheek van Filips de Goede was de collectie van Lodewijk van Gruuthuse de belangrijkste en meest omvangrijke. Het voormalige Gruuthusepaleis werd in het jaar
1596 gekocht door de Spaanse koning Filips IV, die het in 1623 schonk aan Wenceslas Coberger, de stichter van de 'Bergen van Barmhartigheid' in de Spaanse Nederlanden. Het huis van de heren van Gruuthuse kreeg daarmee een nieuwe functie. Het werd een financieel weldadigheidsbureau, bewoond door enige intendanten van deze bank. Op 22 februari 1865 kwamen enkele vrienden samen in de woning van de toenmalige rijksarchivaris Felix d'Hoop en besloten een oudheidkundig genootschap op te richten. Een week later, op 1 maart, gebeurde dit onder de benaming 'Société archéologique'. De doelstelling van de stichting was het opsporen en verzamelen van kunst- en oudheidkundige voorwerpen om deze daarna in een museum te bewaren en te exposeren.
Meester van de varsten portretten, Ladewijk van Gruuthuse 34,2 x 22,8 cm, Brugge, Groeningemuseum
De gevel van het Gruuthusemuseum 4
OPENBAAR
KUNSTBEZIT IN VLAA NDEREN 2002/1
Bidtribune
Bidtribune, zijde Onze-Lieve-Vrouwekerk
De collectie van de 'Société archéologique' werd in
1866 geëxposeerd in de thesaurierskamer in het Belfort van Brugge. Omdat de verzameling steeds maar aangroeide, kreeg het Genootschap te kampen met plaatsgebrek. Het Stadsbestuur kocht in 1876 het voormalige Gruuthusehof aan. Het gebouw was ondertussen dringend aan restauratie toe, een opdracht waaraan in 1883 werd begonnen en die niet minder dan 12 jaar in beslag zou nemen. Met de werkzaamheden
aan de binneninrichting werd in 1888 gestart. De bijgebouwen op de binnenkoer verkeerden in erbarmelijke toestand en werden met de grond gelijk gemaakt. De constructies langs de straatzijde werden afgebroken in 1908 en in de twee daaropvolgende jaren vervangen door het zogenaamde Steen, waar zich onder meer de conciërgerie bevindt.
6
Gruuthusemuseum Brugge
De beeldhouwkunst De verzameling sculptuur van het Gruuthuse museum telt honderden voorwerpen, die op basis van de materie waaruit ze vervaardigd zijn, onderverdeeld
In de gereconstrueerde gotische stijlkamer bevindt
zich een merkwaardige zestiende-eeuwse zandstenen schoorsteenmantel. De zogenaamde Keizer Karelschouw
kunnen worden in steen en pijpaarde, hout en ivoor.
in blauwe kalksteen in de zich daarnaast bevindende
Reliëfs of vrijstaande beelden in terracotta of faience worden tot de keramiek gerekend.
beeldenzaal dateert uit dezelfde eeuw. Andere sculpturale hoogtepunten uit de collectie zijn het vijftiende-eeuwse zandstenen beeld van Sint-Sebastiaan,
In de lapidaire afdeling worden talrijke stenen
het munstslagersreliëf in Renaissance uit 1563, en het
bouwelementen en kerkelijke steensculptuur getoond.
gedenkteken met de buste in wit marmer van Karel II
Het betreft onder andere pijlers, kapitelen, consoles,
van Engeland uit 1659.
schouwopstanden, doopvonten, grafzerken, reliëfs en gewelfsleutels. Voorbeelden uit de Romaanse periode zijn schaars. Enkele uitzonderingen daarop vormen een paar kapitelen, een fragment van een doopvont en een
Buiten op de Gruuthusekoer staan vier elegante putti, die Chinese kinderen voorstellen in typische klederdracht. Het zijn de allegorieën van de bouwkunst,
twaalfde-eeuwse latei of bovendorpel in roestbruine
de sterrenkunde, de muziek en de schilderkunst. Ze werden in 1772 vervaardigd door de Brugse
limonietsteen. De gotische steensculptuur is heel wat
beeldhouwer P. Pepers. Een verfijnd marmeren beeld is
beter vertegenwoordigd, zoals blijkt uit de prachtige albasten reliëfs van Nottingham en andere Europese
dat van de Brusselse barones Augusta Liedts, die haar belangrijke kantverzameling aan het museum schonk.
centra. Het overige albastwerk is van jongere datum.
Het is een werk van Hendrik Pickery, die in de
In de Nederlanden was Mechelen het belangrijkste centrum van de albastsnijkunst De kleine losstaande
negentiende-eeuwse Brugse beeldhouwkunst een centrale positie innam.
Schoorsteenmantel uit de vroegere slaapkamer Eerste helft viiFtiende eeuw, zondsteen
reliëfs, die achteraf werden verguld en soms deel uitmaakten van een huisretabeltje, zijn typisch voor de zestiende- en zeventiende-eeuwse productie.
Het beroemdste kunstwerk van het Gruuthusemuseum is ongetwijfeld de Keizer Karelbuste in gebakken pijpaarde van de hand van de Duitse grootmeester Konrad Meit. Het kunstwerk is omstreeks
1520 ontstaan, en geeft de jonge Vlaams-Habsburgse vorst zeer realistisch weer. De polychromie en de sierlijke eikenhouten hoed zijn evenwel van latere datum.
OPENBAAR
KUNSTBEZIT IN VLAANDEREN 2002/1
7
De kleine ivoren voorwerpen, waarvan de bewerking teruggaat tot een zeer oude traditie in de Grieks-Romeinse en de Byzantijnse wereld, nemen in het museum een speciale plaats in. Omdat de basismaterie erg duur was, konden enkel het hof, de hogere geestelijkheid en de aristocratie zich deze luxeartikelen veroorloven. De Romaanse abtstai, opgesmukt met een acanthusblad, kan als een verre uitloper van de Karolingische ivoorbewerking beschouwd worden. Andere ivoren voorwerpen die respectievelijk met de liturgie of het gildenleven verband houden, zijn de veertiende-eeuwse paxtafel en de armbanden van Vlaamse zeventiende-eeuwse schuttersverenigingen. De Normandische stad Dieppe was van de zestiende tot. vorige eeuw een belangrijk centrum voor de aanvoer en verwerking van ivoor. Het klein ivoren portret van Elisabeth Ponsar houdt verband met deze havenstad. De Romaanse Madonna als Sedes Sapientiae is het oudste houten beeld in het bezit van het museum. Gotisch beeldsnijwerk is in de collectie ruim vertegenwoordigd, met zowel binnen- als buitenlandse voorbeelden. Enige retabelfragmenten of reliëfgroepen zijn, zoals blijkt uit de merken die erop zijn aangebracht, van Antwerpse makelij . Andere werken zijn dan weer uit Brussel of Brabant afkomstig. Mechels zijn de
Krul van een abtstaf, Vlaanderen Twaalfde eeuw, ivoor
Paxtafel met Christus aan het kruis, Vlaanderen(?) Vijltiende eeuw (?), ivoor
Voor de barokke beeldhouwkunst in hout vertoont de collectie zekere leemtes, die hopelij k via aankoop of schenkingen aangevuld zullen worden. Van de reeds vermelde Pepers is een mooi Mariabeeld bewaard, en tot het meer volkskundig snijwerk ten slotte rekenen we een monumentale negentiende-eeuwse koekenplank voor speculaas, met de heilige Nikolaas, en een breed
typische kleine beeldjes, ontstaan na 1500, die men ook
brouwerijreliëf, beide in de keuken van Gruuthuse
'poupeés de Malines' p leegt te noemen, alsmede een
tentoongesteld.
groter beeld met de heilige Martinus. Aan een Leuvense werkplaats is het aangrijpend beeld van Christus op de Koude Steen toe te schrijven. De sierlijke knielende engel van de Boodschap maakte ongetwijfeld deel uit van een groter geheel, en is eveneens in een Brabants beeldsnijcentrum ontstaan. Een even belangrijk retabelfragment is de lezende Madonna van Adriaen van Wesel, afkomstig van een gedocumenteerd Maria retabel in de Sint-Janskerk te 's-Hertogenbosch. Daarnaast omvat de museumverzameling nog een aantal beelden van Duitse afkomst. 8
OPENBAAR KUNSTBEZIT IN VLAANDEREN 2002/1
Sint-Sebastiaan, Vlaanderen Vijftiende eeuw, Ledische zondsteen
Sint-Janshoofd op schaal
Muntslagersreliëf
Duitsland, einde vijftiende eeuw, albast
1563, zondsteen
9
Knielende engel, Vlaanderen co.
pag. 10
bovenaan
co.
co.
Toegeschreven aan Konrad Meit, Buste van keizer Karel 1520, Ierroealto
Onze-Lieve-Vrouw met kind, Keulen 1420, bukshout
Adriaan van Wesel, Lezende Maria, 's- Hertogenbosch Vijftiende eeuw, e ik, deta il
1500, e ik
Gruuthusemuseum Brugge
De keuken Vele bezoekers voelen zich geïmponeerd door de
haalketen, haardgereihanger en vuurtang. Ervoor zijn
oude keuken van het Gruuthusepaleis, met zijn oorspronkelijke monumentale schouw. In deze ruimte
links en rechts twee smeedijzeren hekkentjes opgesteld die de kinderen op veilige afstand van het brandend
worden meerdere tafels, zit- en bergmeubels
haardvuur moesten houden. In deze zaal bevinden er
tentoongesteld, waaronder een zeventiende-eeuwse
zich gebak-, wafel- en hostieijzers, waarvan de oudste
spinde of opbergkast. Aan de muur hangen enkele
exemplaren de wapenschilden dragen van de
handdoekrekjes, waarvan de functie voor zich spreekt. In de schouw staat er links een grote bronzen kookketel
Goede. Op andere wafel- of lukijzers komt een volkse
of zogenaamde 'fournoyspot', die afkomstig is uit het
versiering voor of een oud-Vlaamse nieuwjaarsspreuk
nabijgelegen Sint-Janshospitaal en gebruikt werd om water op te warmen. Het 'gevaarte' is omstreeks het
De stemmige ruimte is gestoffeerd met een vrij uiteenlopende collectie kook-, drink- schenk- en eetgerei,
Bourgondische hertogen Jan zonder Vrees en Filips de
eerste kwart van de zestiende eeuw gegoten door de
dat chronologisch te situeren valt tussen de vijftiende en
Mechelse geel- en klokkengieter Sirnon Waghevens en steunt op een afzonderlijk smeedijzeren onderstel. In de
de negentiende eeuw.
onmiddellijke omgeving van deze ketel bevindt er zich een ijzeren haarduitrusting met in het midden een haardplaat, uitschuifbare haardijzers, een vuurhaal,
Baardmankruik, Frechen Steengoed met zouiglozuur
Keuken Gruuthusemuseum
Een zeer groot gedeelte van de hier tentoongestelde
Gruuthuse beschikt over kleine en grote vijzels of
voorwerpen is in aardewerk, dat aan de hand van de
mortieren, die niet alleen in de keuken maar ook in de
gebruikte klei, de baktechniek, de vorm en de versiering
aansluitende apotheek tentoongesteld worden.
toegeschreven kan worden aan zowel binnen- als buitenlandse pottenbakkersateliers. Op meerdere
Verschillende exemplaren werden overeenkomstig de Nederlandse of Latijnse opschriften in Brugge of in
legplanken staan kleine en grote baardmankruiken.
Mechelen gegoten. Andere daarentegen werden
Typisch zijn ook de veldflessen met plat lichaam, die rondom voorzien zijn van oortjes, waardoor een koord
vervaardigd te Rotterdam of in Deventer. Op enkele boorden van de legplanken staan verschillende tinnen
kon worden gestoken. In deze keuken bevinden zich
borden met ingeslagen Brugse merktekens uit de late
zowel kleine als grote sierborden in gele of rode klei,
achttiende of het begin van de negentiende eeuw.
die met allerhande ornamenten opgesmukt werden
Deze gegraveerde schotels houden verband met de
vooraleer ze gebakken werden. Monochrome of meerkleurige faience uit Brussel, Friesland, Delft en
geboorte van een kindje en vermelden de naam van de meter en een jaartal. Naast deze doopschotels bleven
Noord-Frankrijk wordt hier ook geëxposeerd, naast een
ook prijsschotels bewaard die geschonken werden naar
keuze uit de rijke collectie groene wijn- of portoflessen. Sommige flessen zijn voorzien van al dan niet
aanleiding van een prijsschieting bij een lokale schuttersgilde.
gekroonde wapenschilden of initialen van adellijke families, waarvan slechts enkele geïdentificeerd konden worden. Het is bekend dat Brugge over een glasblazerij beschikte en de flessen zelf voorzag van ijkringen.
12
OPENBAAR
KUNSTBEZIT IN VLAANDEREN 2002/1
13
Keramiek De keramiekverzameling van het Gruuthuse
Het chronologische zwaartepunt van de keramiek collectie ligt bij de postmiddeleeuwse periode en wordt
museum is zeer omvangrijk, en kan daarom slechts gedeeltelijk geëxposeerd worden. De voornaamste en
rond 1900 afgesloten. Volgens de aard van het baksel,
meest typische voorbeelden van bijna alle productiecentra
het decor of de beschildering en het glazuur kan deze
worden getoond in de daartoe ingerichte keramiekzaat in de museumkeuken en de daarbij aansluitende
groep gebruiks- en kunstvoorwerpen ingedeeld worden
apotheek, alsook in de kleine kabinetten op de
Bij de rood oxiderend gebakken voorwerpen neemt de Vlaamse productie in het algemeen de grootste plaats in.
verdieping. Gallo-Romeins en middeleeuws aardewerk
Vergiet of visschotel, Friesland (?) ca. 1800 (?}, faience, blauwe beschildering en tinglazuur
in rood en geel aardewerk, steengoed, faience en porselein.
wordt tentoongesteld in de archeologische sectie van de
Veel alledaagse onversierde kook- en hengselpotten,
nabijgelegen museumdiensten Sint-Jan.
warmwaterketels, schenkkannen, vergieten tot zelfs zeer grote versierde of onversierde borden behoren tot deze categorie. De versiering is in vele gevallen aangebracht door middel van een wit of rood opgelegd decor in ringeloortechniek en is daarna overtrokken met gekleurd of ongekleurd loodglazuur. Tot de bekendste objecten in zowel rood als geel aardewerk zijn de hengselpotjes, de waterfluitjes en de wijwatervaatjes uit bet West-Vlaamse Torhout te rekenen. Ten onrechte worden soms talrijke siervoorwerpen aan dit productiecentrum toegeschreven, zoals aardewerk uit Marburg, Nederrijnse ateliers of andere tot op heden nog niet geïdentificeerde Zuid Nederlandse of Noord-Franse centra.
14
OPENBAAR
KUNSTBEZIT IN VLAANDEREN 2002/1
Snavelkan met zilveren deksel, waarop het wapenschild van abt Campmans van de abdij Ter Duinen in Brugge, Delft (?) Faience, beg in zeventiende eeuw, blauwe beschildering en tinglazuur
Gruuthusemuseum Brugge
Sierkruik met pelikaanfries, Raeren 1599, steengoed mei bruin zouiglozuur
Vuurstolp, Vlaanderen of Nederland Begin negentiende eeuw, aardewerk met opgelegd wit slib en loodglazuur
Steengoed is in ruime mate aanwezig en kan overeenkomstig het type, decor en glazuur toegeschreven worden aan Raeren en Bouffioulx voor wat België betreft. Voor Duitsland zijn hoofdzakelijk Keulen, Frechen, Siegburg, Langerwehe en het Westerwald als plaatsen van vervaardiging te vermelden. De productie van het aan de Belgisch-Duitse grens gesitueerde pottenbakkersgebied van Raeren, is vanaf de late Middeleeuwen van grote betekenis geweest voor de ontwikkeling van versierd en onversierd steengoed. Van deze met zoutglazuur overtrokken producten bezit bet museum verschillende kruiken, die opgesmukt werden met boerendansfriezen, baardmaskers of wapenschilden. Soms werden dergelijke potten achteraf van tinnen of zelfs zilveren deksels voorzien. De Henegouwse dorpen Bouffioulx en Chátelet produceerden eveneens steengoed, waarvan de ornamentiek voor een groot deel op de productie van Raeren is geïnspireerd. Vooral brandewijntmme�es, veldflessen en grote baardmankruiken komen uit deze regio, en zijn chronologisch te situeren van de zeventiende tot en met de negentiende eeuw. Kobaltblauw en mangaanpaars steengoed met mooie reliëfmedaillons is niet alleen uit deze eertijds tot het prinsbisdom Luik behorende dorpen herkomstig, maar ook uit de talrijke gemeenten van het Kannebäckerland in het Duitse Westerwald. De tegelcollectie kan slechts in beperkte mate geëxposeerd worden. Met uitzondering van enige middeleeuwse vloertegels met wit slibdecor en Spaanse 'cuenca'-tegels uit de zestiende eeuw, dateert de uitgebreide tegelverzameling van Gruuthuse vooral uit de zeventiende en achttiende eeuw. De oudste polychrome tegels die vervaardigd werden in de Nederlanden zijn echte kunstwerkjes en met uitzondering van enige zestiende-eeuwse exemplaren te dateren na 1600. Tot deze groep zijn de kwadraat-, granaatappel- en pompadourtegels te rekenen, alsook de monogram-, medaillon- en ambachtstegels. Op de tegels werden vooral naturalistische voorstellingen vastgelegd, zoals kinderen, dieren, planten en bloemen, waarbij in de hoekmotieven de invloed van China op te merken valt. Tijdens de achttiende eeuw verschijnen dunnere tegels met niet alleen blauwe beschildering, maar ook soms combinaties met mangaanpaars. Het is de periode van de eenvoudige herders- of herderinne�estegels met spatwerk Van de blauwe en paarse tegeltableaus van Nederlandse herkomst en met religieuze of profane onderwerpen bezit het museum enkele niet onaardige exemplaren. West-Vlaamse centra ten slotte
Wandtegels, Nederlanden, zeventiende<Jchffiende eeuw
produceerden in de negentiende eeuw en eventueel zelfs vroeger tegels in rode klei met een geel of groen opgelegd decor.
OPENBAAR KUNSTBEZIT IN VlAANDEREN 2002/1
17
Glas Net zoals in kerken en kloosters, is in de musea weinig van de middeleeuwse glasraamkunst bewaard gebleven, zeker in vergelijking met de andere toegepaste kunsten. De sierlijke, gebrandschilderde en visblaasvormige venstervullingen met zwevende engelen, waarvan men aanneemt dat ze uit het Brugse stadhuis afkomstig zijn, zijn de oudste in het Gruuthuse bewaarde getuigenissen van het glazeniersambacht Nog in dezelfde gotische geest, maar chronologisch wel een eeuw later te situeren, zijn de Sint-Joris- en Sint Michielsfiguren uit de gildenkapel van de schilders en de glazeniers. Deze twee naast elkaar opgestelde heiligen met een uitgelengde spitse houding getuigen eveneens van een grote esthetische zeggingskracht. De op verschillende plaatsen in het museum tentoongestelde kleine - ronde of ovale glasraammedaillons hebben meestal religieuze onderwerpen, en maakten uiteraard deel uit van kruisramen of grotere ensembles. Zowel de doorzichtige als de gekleurde drink- en schenkglazen uit de achttiende en de negentiende eeuw zijn in de museumverzameling vrij goed vertegenwoordigd in de collecties. Daarnaast bezit het Gruuthuse nogal wat laatbarokke hoge kelkvormige glazen met balustervormige stam, waarvan het bovendeel meestal gegraveerd is met zeilschepen, gebouwen, bloemenguirlandes en allerlei personages. Veelal gaat het om Luikse, Hollandse en Duitse glazen, of vermoedelijk in Nederland gegraveerd kristal. Uit dezelfde periode dateren ook de slanke groene wijnflessen, waarvan er enige exemplaren het wapenschild van een adellijke familie of een loden ijkring dragen. Ze werden vervaardigd door de flessenfabrikant A.J. de Cornet uit Gent, die zich in de omgeving van de Jeruzalemkerk te Brugge installeerde en van 1749 tot 1770 de typische portflessen met kraagrand op grote schaal vervaardigde en exporteerde.
Kelkvormig glas met wapen van de Brugse rederijkerskamer der 'Drie Sanctinnen', Brugge Achffiende eeuw, doorzichtig gegraveerd glas
Glasraam met engel, Brugge Begin vijltiende eeuw, gebrandschilderd glos
Glasraam, Keizer Heraclius draagt het kruis in 629 naar de stad Jeruzalem, Zuidelijke Nederlanden Zestiende eeuw, geb randschilderd g los
Wijn- of potfles, Brugge 1712, groen g los
Roemervormig wijnglas met braamnoppen Achfliende eeuw, g roen g los
19
Zi lverwerk De omvangrijke collectie edelsmeedkunst uit
Gedurende de Contrareformatie, die in de kunst
Gruuthuse is een van de belangrijkste van het land, en omvat meer dan tweehonderd stuks, waarbij er
geschiedenis zowat samenvalt met de barok maar waarin
verschillende getuigen van een grote kunsthistorische
ook nogal wat motieven uit de late Renaissance bleven
waarde en een degelijk vakmanschap. Alhoewel eertijds
naleven, werden voor de kerkelijke instellingen in Brugge en omgeving talrijke liturgische voorwerpen in
tientallen goud- en zilversmeden, onder wie menig
zilver gemaakt. Deze stijlperiode wordt in de collecties
vooraanstaand meester, hebben bijgedragen tot de bekendheid en de uitstraling van het Brugse liturgische
prachtig geïllustreerd onder andere door een ostensorium van 1631, een chrismatoriurn van J. Blaevoet uit
en profane zilver, is er van vóór het Calvinistisch
Ramskapelle, en een pronkkelk van A. Kerckhof met
bewind weinig van die productie overgebleven. Aan de hand evenwel van aankopen en schenkingen groeide het
onder andere taferelen uit het lijden van Christus. Uit het Noord-Franse Rijsel is een fraaie ciborie in
museumbezit goed aan, wat niet wegneemt dat er nog
Ladewijk XIV-stijl bewaard.
Groot schild van het Brugse bakkersgilde, Brugge 1769, deels verguld zilver en geelkoper
enige leemtes aan te wijzen zijn. Ambachtelijk en burgerlijk zilver uit de achttiende In tegenstelling tot het zilverwerk van de bedehuizen of kloosters, behelst de verzameling van het
en de negentiende eeuw is in de collectie goed vertegenwoordigd. Andere stukken zijn afkomstig van
Gruuthusemuseum overwegend ambachtelijk en
confrérieën en godvruchtige genootschappen.
burgerlijk zilver. Het kerkelijk en eucharistisch vaatwerk dateert hoofdzakelijk uit de zeventiende eeuw of later.
Hierbij vermelden wij vooral de halsketting van de Confrérie van het Heilig Sacrament van 1764 en de vele negentiende-eeuwse voorbeelden van zilveren flambeeuwschilden.
Schild van het Brugse brouwersgilde, Brugge 1695, deels verguld zilver 20
OPENBAAR
KUNSTBEZIT IN VLAANDEREN 2002/1
Gruuthusemuseum Brugge
Het zilveren, realistisch uitgevoerde gerechtigheids hoofd en de daarbij horende vuist werden vervaardigd ingevolge een rechterlijk vonnis. De edelsmeden vonden in de rijke Vlaamse steden koop- en kapitaalkrachtige afnemers, die gouden en zilveren gebruiksvoorwerpen als een statussymbool beschouwden. De via Frankrijk verspreide eet- en tafelgewoontes, waren uiteraard het voorrecht van de rijken. Alhoewel Antwerpen zowel kwalitatief als kwantitatief op het vlak van de zilver productie toonaangevend was, werden in verschillende Vlaamse steden eveneens mooie kunstvoorwerpen vervaardigd. In Brugge leverden generaties zilversmeden de meest uiteenlopende tafelbenodigdheden, waarbij alle decoratieve stijlen aan bod kwamen. Pronkstukken in de Gruuthusecollectie zijn hierbij de d rinkbeker met deksel van Loys van Nieukerke van 1610-1611, de getorste pronkbeker in Lodewijk XV-stijl, die eertijds behoorde aan stadsschout Valentin Stappens, en de koffiekan in dezelfde stijl, vervaardigd door zilversmid Ferdinand Du Baele (1761). Voorwerpen die in verband staan met het thee- en chocoladegebruik in de achttiende eeuw ontbreken vooralsnog in de collecties, maar olie en azijnstellen, een mosterdpot, een tafelkomfoor, borden, bestekken en tafelkandelaars zijn wel aanwezig.
Van talrijke Brugse ambachten bleven grote draag tekens of borstschilden bewaard, die nu tot de pronk stukken van de erezaal van het museum gerekend kwmen worden. De Brugse krijgs- en rederijkersgilden, die niet op basis van een beroep doch van een militair of recreatief doeleinde samengesteld werden, hebben eveneens representatieve voorwerpen in edelsmeedwerk nagelaten, zoals de sireschakel van de Sint-Sebastiaans gilde van Sint-Kruis Brugge van circa 1560. Enkele zeventiende-eeuwse ronde schilden met prachtig drijfwerk zijn in verband te brengen met de bekende rederijkerskamer 'De Drie Sanctinnen' en het plaatselijke Sint-Jorisgilde. Een ander belangwekkend Gruuthuse object in zilver is de merkwaardige trekring met ketting van een andere Brugse rederijkerskamer, namelijk die van de heilige Geest. Van het burgerlijk zilver uit de vijftiende eeuw, is de plaket van Lodewijk van Gruuthuse ongetwijfeld een van de belangrijkste aanwinsten van de laatste jaren. Dit kunstwerk was oorspronkelijk met zilver opgesmukt, en versierde misschien een van de boekbanden uit de beroemde Gruuthuse-librije.
Groot schild van het Brugse Sint-Lucasgilde, Brugge 1758, deels verguld zilver en koper
21
Gruuthusemuseum Brugge
Plaket van Ladewijk van Gruuthuse, Brugge 1461-1492, zilver
Reliekhouder, Brugge 163 1, zilver
Groep tafelzilver, Vlaams Achffiende en begin negentiende eeuw, zil ver
Plooivark, lepel en foedraal van Cornelie Vanderplancke, Brugge 16 19- 1620, zilver en leder
Gruuthusemuseum Brugge
Koper
en
brons
Zowat in alle zalen van het Gruuthusemuseum treft de bezoeker karakteristieke voorwerpen aan in geelkoper
Van Uitzonderlijke betekenis is de grafplaat in
en brons, vervaardigd door lokale of uitheemse
geelkoper van A. Porcket, meester en ontvanger van het Brugse Sint-Juliaansgodshuis. Tot het zuiver utilitaire en
ambachtslui. De zeer uitgebreide verzamelingen
profane koper- en bronswerk van de zestiende eeuw,
omvatten zowel kerkelijk als burgerlijk koperwerk, daterend van de vijftiende-zestiende eeuw tot en met de
rekene men vooral de monumentale ketel of grape uit de Gruuthusekeuken. Dit indrukwekkende recipiënt kan
negentiende eeuw. Bronzen of koperen objecten van
best vergeleken worden met een vooralsnog in Engeland
vóór de zestiende eeuw zijn vrij schaars, want veel is ten gevolge van oorlogsomstandigheden in de smeltkroes
bewaard exemplaar. Beide ketels zijn uit Mechelen ingevoerd. Het Gruuthuse-exemplaar werd vrijwel zeker
verdwenen. Vijftiende- of zestiende-eeuws zijn de mooie
in het naburige SinHanshospitaal gebruikt. Vijzels en
gedreven offerandeschotels in geelkoper, met voorstellingen van Adam en Eva, Sint-Joris met de draak
mortieren, onmisbaar in de huishouding en de apotheek
en de Boodschap aan Maria. Liturgisch koperwerk komt
komen in de verzameling zeer goed aan bod. De zestiende-eeuwse mortieren zijn voornamelijk
in het Gruuthuse eveneens voor, zoals blijkt uit de tentoongestelde wierookvaten en altaarschellen.
voor het verbrijzelen van kruiden en ingrediënten,
afkomstig uit Mechelen, een stad die op dat vlak overigens toonaangevend was. Van de lokale of te Brugge werkzame ambachtslui met name J. Blanpain, N. Moerman en G. Dumery zijn eveneens bronzen mortieren bewaard. De koperslagers die te Brugge met andere aanverwante beroepen tot het belangrijke smedenambacht behoorden, hebben heel wat koperwerk nagelaten dat verspreid over de diverse museumzalen wordt tentoongesteld. Grapen en kookketels, schuimspanen, doof- of bluspotten en vuurtangen werden gebruikt in de keuken en bij de haard. Zowel op de tafel, in de muurnissen en op andere plaatsen, stonden kandelaars. De collectie omvat zowel pin-, knoop- als schijfkandelaars van alle periodes, alsmede olielampen en geornamenteerde wandblakers.
. Bedpannen met gegraveerde of gehamerde deksels werden gebruikt om zich te verwarmen. Oud bestek in koper ten slotte wordt geïllustreerd door figuratief versierde twee- of drietandige vorken en messen met fraaie heften en op- of inlegwerk.
Sint Joris te paard, oHerandeschotel, Nürnberg Zestiende eeuw, geelkoper
De laatgotische lavaboketeltjes of aquamaniles daarentegen hadden zowel een liturgisd1e als een profane functie. De bidkapel biedt plaats aan een koperen processiekruis van 1624 uit de kerk van Hoeke bij Sluis, een geajoureerde altaarlezenaar van 1775, een collectebus van de Confrérie van Onze-Lieve-Vrouw van Assebroek (1730) en enige fraaie gedreven wandschilden in rocaille-stijl. Zowel de kerken, kapellen, kloosters als burgerlijke gebouwen lieten bronzen klokken maken. Een zeldzaam overblijfsel van het Brugse renaissan cistische klokkenpatrimonium is de Sint-Basiliusklok van Marc Le Serre van 1592. Verder bezit het museum nog twee zeventiende-eeuwse klokken, de ene vervaardigd door de Antwerpse klokgieter Meichior de Haze (1632-1687), de andere door de Bruggeling Alex Cambron (1682).
24
Grafplaat van broeder Abel Porcket, Brugge (?) I 509, geelkoper
OPENBAAR KUNSTBEZIT IN VLAANDEREN 2002/1
25
Het roken van de kleipijp veronderstelde ook het gebruik van tabaksdozen, en hiervan getuigen enkele gedreven achttiende-eeuwse exemplaren uit de Duitse
J.A. Keppelman, tabaks· doos, Duits 1 757, rood- en geelkoper
stad Iserlohn, met vooral historische, militaire of vorstelijke voorstellingen. Voor de uitzonderlijke koperen weegtoestellen, de maten en de gewichten verwijzen wij naar het desbetreffende hoofdshlk, evenals voor de niet minder belangrijke groep van koperen zegelmatrijzen.
Collectebus van de Confrerie van Onze-Lieve Vrouw van Assebroek, Vlaanderen 1730, geelkoper
Jan van den Gheyn IV, vijzel of mortier, Mechelen 1680, brons
OPENBAAR KUNSTBEZIT IN VLAANDEREN 2002/1
27
Maten
en
gewichten
Op het vlak van de gewichten mag het Gruuthuse museum zich beroemen op een vrij uitgebreide collectie met zelfs enige topstukken. Dit is beslist het geval met een prachtig Ni.irnbergs sluit- of pijlgewicht dat bestaat uit een reeks in elkaar passende bakjes, waarvan het buitenste een zeer mooi versierd deksel met een scharnier en een rijk uitgewerkte sluiting heeft. Dit door de beëdigde meesters en wegers geijkte meetinstrument uit de zestiende eeuw is het grootste bewaarde exemplaar in de Nederlanden. Het geheel weegt niet minder dan 64 pond! Tot dezelfde periode behoren de houten maatbekers voor droge waren, en de metrieke korenschaal met houten afstrijkstok voor het bepalen van de massa van graan. IJzeren weegschalen, houten balansen met ijkmerken en w1sters of 'Romeinse balansen', maken ook deel uit van het meetinstrumentarium dat door de officie van de ijking werd gebruikt. Tot slot zijn er nog de houten vouwmeters, meetlatten, ellen en vergierroeden te vermelden, waarvan het gebruik voor de hand ligt.
Albertus Weinmann, pijlgewicht, Nürnberg 1568, brons
Inhoudsmaat van Neder Boelare, Oudenaarde I 620, geelkoper
28
OPENBAAR KUNSTBEZIT IN VLAA NDEREN 2002/1
Wandtapijten De collectie wandtapijten is zonder enige twijfel een van de belangrijke troeven van dit museum. Van de
Gruuthusemuseum Brugge
tot andere centra in Vlaanderen, waar men overwegend op een liggend weefgetouw werkte.
meer dan twintig stuks waarover het museum beschikt, wordt het merendeel sinds de vernieuwde opstelling tentoongesteld. Weefsels die ooit tot één en dezelfde
Slechts enkele wandtapijten uit het museum dateren uit de zestiende eeuw. Van alle in de stad geweven
serie behoorden of die deel uitmaakten van reeksen met
tapijten is slechts van één de naam van een ontwerper
een analoog onderwerp, zijn thans samen geëxposeerd.
of kartonschilder bekend, namelijk Lancetoot Blondeet
Wandtapijten ontwierp men zelden afzonderlijk.
(1498-1561).
Zij maakten deel uit van een reeks of 'kamer', waarop een heel verhaal voorgesteld werd.
De erezaal met wand· tapijten
De verzameling omvat hoofdzakelijk wandtapijten
Achter de buste van keizer Karel V hangt een klein
van Brugse makelij en hiermee wordt uiteraard rekening gehouden bij nieuwe aankopen. In de verschillende
verdurefragment Het werd in 1528-1529 te Brugge geweven in het atelier van Antoon Segon, naar de
zalen hangen zowel zestiende- als zeventiende-eeuwse wandtapijten, die soms nog in de boorden voorzien zijn
ontwerpen van Lancetoot Blondeet en Willem de Hollandere. In verdures worden bloemen en planten
van het stadsmerk, de weversspoel en de merken van de
voorgesteld, afgewisseld met dieren. Deze bloementapijten
wever of zijn atelier. De Brugse 'tapijtsiers' vroegen in 1547 een eigen merkteken aan dat onder de vorm van
getuigen van een groot realisme en een liefde voor de natuur. Dit fragment maakte deel uit van een veel groter
een gekroonde gotische 'b' ingeweven werd. Vanaf het
geheel, waarin centraal een blazoen of wapenschild
einde van de zestiende eeuw gebruikten zij echter een ander teken, namelijk de spoel of 'broche'. Het was een
verwerkt was. Het is afkomstig van de vroegere Schepenkamer van het Brugse Vrije. In deze horizontale
typisch instrument dat bij de vervaardiging met de
bloementapijten kwamen de wapens voor van Karel V,
'houtelisse' of staande weefgetouwen aangewend werd. Zoals de weversspoel bewijst, werkte men eertijds te
Gulden Vlies, en die van het Brugse Vrije.
met de dubbele adelaar waarrond de ketting van het
Brugge op getouwen met hoge schering, in tegenstelling 29
In de wapenzaal worden drie zestiende-eeuwse
Reeds vanaf de dertiende eeuw verbleven Spaanse
geschiedenis, die betiteld kunnen worden als het Leven
handelaars te Brugge, waar zij bedrijvig waren in de invoer van wol, de noodzakelijke grondstof voor de
of de Triomf van Caesar. Deze reeks telde in totaal
Vlaamse lakennijverheid. Nogal wat Spanjaarden
waarschijnlijk een vijftiental onderwerpen die nu verspreid zijn over meerdere locaties. Het museum bezit
integreerden zich in het stedelijk leven en bekleedden openbare functies. Zij vormden samen met de Italiaanse
uit deze serie de Clementie van de veldheer, een
en de Duitse handelaars de ruggengraat van de
Gevechtstaferee/ (dat een weversmerk draagt) en de Toespraak van de veldheer. Deze wandtapijten hebben de
internationale bloei van Brugge. De in deze stad gevestigde Spanjaarden verscheepten talrijke
typische gele en rode kleuren in. de boorden, die men
kw1stwerken, waaronder wandtapijten, naar hun
wandtapijten getoond met taferelen uit de antieke
ook weervindt op de reeks van Gombaut en Macée.
thuisland. Een bekend voorbeeld is het wapentapijt van de familie Nagera.
30
De minzaamheid van Rebecca, Brugge Zeventiende eeuw, wol en zijde
Gruuthusemuseum Brugge
Verduretapijt (fragment), Brugge 1528-1530, wol en zi;de, detail
De profeet Samuël bij Jesse, Brugge Tweede helft zestiende eeuw, wol en zi;de
In de zaal die toegang verleent tot de bekende vijftiende-eeuwse bidkapel van Gruuthuse hangt een
Het verhaal van Gombaut en Macée was blijkbaar succesvol. Het wordt onder meer getoond in een reeks
bijna vierkant wandtapijt met de Kruisafneming van Christus uit de eerste helft van de zestiende eeuw,
houtgravures die op het einde van de zestiende eeuw
waarvan men niet weet waar het vervaardigd is.
gedrukt werden door een graveur-uitgever uit Tours, die zich omstreeks 1596 te Parijs had gevestigd. Het
De voorstelling is gevat in een triomfboog in renaissance stijl met een drieledige omlijsting met kapiteelpilasters.
komt tevens voor op een tapijtenreeks die vóór 1627 en
Het wandtapijt werd geweven naar een gravure van de
ateliers du Faubourg St.-MarceL Dat het thema in de
Italiaanse kunstenaar Marcantonio Raimondi, die zich op zijn beurt liet inspireren door Rafaël.
Nederlanden geliefd was blijkt uit de Brugse reeks, maar ook uit gelijkaardige series die in Brussel en Oudenaarde
wellicht ook nog daarna werd geweven in de Parijse
werden geweven. De vier wandtapijten uit de late zestiende eeuw, die in de erezaal van het museum tentoongesteld worden, illustreren het levensverhaal van de herder Gombaut en de herderin Macée. De volledige serie telde oorspronkelijk acht onderwerpen, verdeeld over negen weefsels. Het eerste thema is over twee wandtapijten opgesplitst. Een volledige reeks met hetzelfde onderwerp wordt nog bewaard in het museum van de Franse stad Saint-Ló. Op deze kleurrijke serie wordt het onbekommerd landelijk herdersleven geïllustreerd aan de hand van de belangrijkste levensfasen en verklaard door ingeweven teksten. Veel dubbelzinnige situaties worden in deze opschriften toegelicht en metaforisch geïnterpreteerd. De nadruk wordt gelegd op de ontluikende seksualiteit, die achteraf zal leiden tot een huwelijk, de ouderdom en ten slotte de dood.
OPENBAAR KUNSTBEZIT IN VLAANDEREN 2002/1
31
Twee Brugse wandtapijten uit de museumverzameling behoren tot de zesdelige serie met de Geschiedenis van
Pompeius en zijn omstreeks 1640-1650 te dateren. Deze kleurrijke weefsels hebben als onderwerp
De onderwerping van Tigranes en De onderwerping van Labienus. Deze Geschiedenis van Pompeius is de enige bekende Brugse zeventiende-eeuwse reeks met taferelen uit de antieke geschiedenis. In dezelfde periode weefde men in de ateliers van Brussel wandtapijten met hetzelfde thema. Er moeten dus blijkbaar wisselwerkingen geweest zijn tussen de beide centra. In de boorden van de tapijten uit de Brugse reeks worden de werken van Hercules getoond. Zij vormen als het ware de mythologische parallel van de heroïsche deugden die door de historische daden van Pompeius worden verwezenlijkt. In de zijboorden komen duidelijk de gebruikelijke Brugse stadsmerken met de gotische 'b' en de weversspoel voor, alsook een niet-geïdentificeerd weversmonogram. Het Gruuthusemuseum bezit drie wandtapijten van de zeer populaire en succesrijke serie van de Zeven Vrije
Kunsten, die te Brugge meermaals geweven werd tussen het midden en het derde kwart van de zeventiende eeuw. Van deze reeks zijn ondertussen minstens elf edities bekend in binnen- en buitenlandse openbare en privé-verzamelingen. Een normale uitgave van de serie omvat acht stuks, met één wandtapijt voor elk der vrije kunsten, alsook de zogenaamde 'apotheose' waarop alle zeven vrije kunsten uitgebeeld worden. De Brugse tapijten werden geweven naar olieverfschilderijen van de Antwerpse kunstenaar Cornelis Schut (1597-1655). De Zeven Vrije Kunsten verzinnebeelden het leer programma dat eigen is aan de vrije mens, behorend tot de toenmalige hogere stand. De eerste stap van dit programma behelsde drie vaardigheden, het Trivium, met in volgorde de Grammatica of het leren lezen en schrijven, de Dialectica, de redeneerkunst of de eerste basis van het filosofisch denken en de Retorica, de kunst van het spreken in het openbaar. Daarop volgt het Quadrivium met de vier exacte wetenschappen, namelijk de Aritmetica of wiskunde, de Geometria of meetkunde, de Musica en ten slotte de Astrologia of Astronomia. In de Apotheose - het grootste wandtapijt uit deze serie - zijn de Zeven Vrije Kunsten op een weids terras verenigd in een harmonische samenkomst. Men herkent van links naar rechts Astrologia met de hemelsfeer, in het midden de orgelspelende Musica, die door een fluitspelend kindje begeleid wordt, en rechts daarvan ligt Geometria op de grond met de wereldbol en daarnaast een open boek en plannen van militaire gebouwen. Achter haar zit Aritmetica aan een tafel, terwijl zij in een koopmansregister kijkt dat door een jongeling wordt vastgehouden. Volledig in het midden geeft Grammatica les aan twee kinderen. De gelauwerde Mercurius met staf stelt de Retorica voor en is in gesprek met Dialectica, die een beeldje vasthoudt.
De onderwerping van Tigranes, Brugge
1 640- 1650, wol en zi;de, detail
Gruuthusemuseum Brugge
De zeven vrije kunsten, (geheel), Brugge ca. / 675, wol en zi;de
Tussen de vier gedraaide zuilen op de achtergrond staat een triomfboog met op het centrale boogveld attributen van vijf kunsten of Artes. Op de sierlijke boord bovenaan staat in een cartouche een Latijns opschrift dat vertaald kan worden als 'De oorlog onderdrukt de Kunsten, door wie hij ondersteund wordt'. Van deze allegorische groepering van kunsten en wetenschappen, die getuigt van een grote graad van verfijning en luxe, bezit het museum drie exemplaren: het geheeltapijt, of de zogenaamde Apotheose, de Dialectica en de Astrologia, evenwel behorende tot twee verschillende series.
Dialectica, uit de serie van De zeven vrije kunsten, Brugge co. / 675, wol en zi;de
OPENBAAR KUNSTBEZIT IN VLAANDEREN 2002/1
33
Gruuthusemuseum Brugge
Meubels De Gruuthusecollectie van meubels en meubilair omvat met uitzondering van de Romaanse stijl zowat alle periodes. De authenticiteit of de ouderdom van sommige gotische stukken is niet steeds geheel onomstreden. Volledig gave meubelen uit de late Middeleeuwen zijn immers uiterst zeldzaam en zoals ook in andere musea is vastgesteld, werden dikwijls oorspronkelijke structurele of decoratieve elementen bij restauraties of reconstructies in min of meerdere mate
Tweedeurskast met briefpanelen, Vlaanderen Begin zestiende eeuw, e ik
opnieuw samengebracht. Het dateren gebeurt overwegend op grond van de typologie van de meubels, waarbij rekening gehouden moet worden met het feit dat talrijke meubeltypes door verschillende generaties gekopieerd werden. Zowel de gotische als de latere meubels zijn gemaakt volgens het principe van de skeletbouw met een geraamte van stijlen en regels die door pen- en gatverbindingen in elkaar worden gezet. De niet-constructieve delen worden opgevuld met houten panelen, die veelal voorzien zijn van leder versiering of gelooid perkament, of van gesculpteerde decoratieve motieven zoals een Sint-Andrieskruis, bladwerk en druiventrossen. Maaswerk en visblaas motieven die vaak in deze paneeltjes voorkomen, herinneren aan de gotische venstertraceringen uit de bouwkunst. Het zijn vooral de vrij eenvoudige twee- of vierdeurskasten met centrale makelaar die onze aandacht vragen, evenals het hangkastje, waarbij het zichtbare beslagwerk vanaf de tweede helft van de zestiende eeuw verdwijnt, of beperkt blijft tot sleutelplaten en scharnieren. De koffers in 'gotische stijl' dateren in vele gevallen uit latere tijden, maar hebben hun nut als didactisch materiaal voor de studie van het bergmeubel en de meubelornamentiek
Gotische koffer, Vlaams Vijftiende-zestiende eeuw, eik
Kabinetkast, Antwerpen Zeventiende eeuw, hout, ivoor en schildpad
34
Zittekisten of banken ontbreken vooralsnog in de Gruuthusecollecties, alsmede driepikkels of 'scupstoelen'. Het knielbankje of 'schabel' met de gotische inscripties 'Jhesus' en 'Maria' is een interessant meubeltje, maar de authenticiteit ervan wordt door sommigen betwijfeld.
De mooie tweedeurskasten uit de erezaal en de
De buffetkasten zijn door een middenregel ingedeeld in een onderkast met versierde deurpanelen, en een
renaissancezaal zijn de voornaamste Gruuthusemeubels uit de Renaissance. De sierlijke kast waarop de
bovenkast met figuratief snijwerk. Enkele mooie
portretbuste van Karel V prijkt, heeft een klassieke
exemplaren bevinden zich in de tapijtenzaaL In de
vormgeving en een regelmatig gestoken decor met zuilen en Ionische kapitelen, bossages, bladwerk en
erezaal stelt het museum enige kleinere versies voor van deze buffetkastjes, producten van het lokale
leeuwenkoppen.
meubelbedrijf.
Het Gruuthusemuseum bezit een grote variëteit aan barokke berg- en zitmeubels. Architecturale elementen zoals frontons, gekoppelde of getorste zuilen, pilasters
Vierdeurskast met de jaargetijden, Vlaanderen Tweede helft zeventiende eeuw, eik
Rococokast, Zuidelijke Nederlanden
Midden achttiende eeuw, eik
met bossages of stenen banden, zijn hier in ruime mate aanwezig. Naast de kleine of grotere 'spinden' die met hun opengewerkte deurtjes voor het goed behoud van levensmiddelen zorgden, vragen de meer luxueuze en rijk gebeeldhouwde kasten de meeste aandacht.
OPENBAAR KUNSTBEZIT IN VLAANDEREN 2002/1
35
·Muziekinstrumenten Het Gruuthusemuseum bezit een niet onbelangrijke collectie van oude muziekinstrumenten. Overeenkomstig de functie en de bouwtechnische aspecten kunnen deze instrumenten typologisch onderverdeeld worden in klavier-, snaar- en blaasinstrumenten. Tot de eerste groep behoren het beroemde virginaal (1591) en het klavecimbel (1624) van de Antwerpse instrumentenbouwers Hans en Andreas Ruckers de oude, versierd met opgekleefde renaissanceornamenten in papier. De drie tafelklavieren of aangeslagen chordafonen uit de late achttiende eeuw werden vervaardigd door instrumentenbouwers van Gent (1777), Duinkerke (1792) en Bergen (1798). De snaarinstrumenten zijn vertegenwoordigd door de gewone gitaar en de lier- of luitgitaar, de cis ter, de mandoline, de draailier, een beschilderd hakkebord, een harp met dubbele pedaalwerking alsook een viool van de Antwerpse vioolbouwer Matthils Hofmans van de late zeventiende eeuw. De blaasinstrumenten of aerofonen vormen de grootste groep van de collectie. Zeer zeldzaam zijn de zestiende-eeuwse blokfluit van Claude Rafi uit Lyon, en de geelkoperen trompet van de Brugse instrumentenbouwer Choquet uit dezelfde periode. Met de dwarsfluit, de klarinet, de clannetto d'amore, de hobo, de fagot, het serpent en de ophicleïde komen verschillende achttiende- en negentiende-eeuwse instrumentenbouwers uit België, Frankrijk, Engeland, Duitsland en Zwitserland aan bod. In tegenstelling tot al deze orkestinstrumenten, is de in 1968 door het museum aangekochte 'Kalliope' of 'polyphon' met verwisselbare platen een alleenstaand mechanisch, maar tevens romantisch muziekmeubel uit het eind van de negentiende eeuw dat trouwens nog steeds functioneert. In het muziekkabinet van Gruuthuse bevinden zich ten slotte nog enkele bronzen bellen en klokken, zoals die afkomstig van de stedelijke beiaard, die in de achttiende eeuw gegoten werden door de reeds hoger vermelde Brugse klokkengieter J. Dumery.
Mechanisch muziekbuffet of kalliope, Leipzig ca.
36
1890, hout en metooi
Gruuthusemuseum Brugge
Hans I Ruckers, spinet, Antwerpen
1 5 9 1 , beschilderd hout, ivoo r en bedrukt popier
Gruuthusemuseum Brugge
Munten,
plaketten
en
zegels Met de gouden triens van Dorestad uit de zevende
Vele munten en penningen uit d e Gruuthusecollectie zijn afkomstig uit de verzameling van de bekende
eeuw komen we terecht in de Merovingische
Brugse numismaat A. Visart de Bocarmé. De opstelling van munten en medailles is chronologisch opgevat en
numismatiek. Hiertoe behoren ook enkele Frankische imitaties. Verder bezit het museum Karolingische denarii
biedt een overzicht van de muntslag van het Romeinse
van Karel de Kale en zijn opvolgers. MLmten van de
tijdvak tot ver in de negentiende eeuw.
graven van Vlaanderen, onder meer van Boudewijn IX, Filips van den Elzas, Joharu1a en Margareta van
De oudste munten in het bezit van het museum zijn enkele goudstaters uit de Keltische periode en de Romeinse keizerlijke munten vanaf de Flavische dynastie tot en met het Dominaat of de Tetrachie.
Constantinepel en Gwijde van Dampierre ontbreken evenmin. Vanaf de veertiende eeuw werden zeer mooie gouden munten geslagen, waaronder die van Loclewijk van Nevers en Loclewijk van Male, de laatste graaf van Vlaanderen, de bekendste zijn.
Zegelmatrijs van het visverkapersambacht te Brugge Brugge, 1407, geelkoper
38
OPENBAAR KUNSTBEZIT IN VLAA NDEREN 2002/1
Plaket met triomf van lnopia, Nederlanden (?) Beg in zeventiende eeuw, brons
De daarop volgende Bourgondische periode is zeer goed vertegenwoordigd, vermits Brugge toen een eigen belangrijk muntatelier had. De bronzen, zilveren en gouden Bourgondische en vroeg-Habsburgse munten uit Brugse en buitenstedelijke ateliers zijn overigens topstukken. De zestiende eeuw is eveneens goed gedocumenteerd met munten van Karel V en Filips II. De zilveren pa takons en dukatons werden ingevoerd onder het bewind van de aartshertogen Albrecht en Isabella. Voor de rest van de zeventiende eeuw zijn vooral de grote zilveren munten te vermelden van Filips IV en Karel II. Voor de achttiende eeuw zijn dat de munten van Karel III, Filips V, Maria-Theresia en Jozef II. Medailles en historiepenningen ontbreken evenmin. Ze zijn veelal het werk van Vlaamse, Italiaanse, Franse en Duitse graveurs. Plaketten of kleine reliëfs in metaal, lood of tin met vooral allegorische of mythologische onderwerpen hebben in de zestiende eeuw bijgedragen tot het vulgariseren van de antieke kunst en horen dan ook echt in de renaissancesfeer thuis. Italiaanse en Duitse plaketten waren in de zestiende eeuw veel
Plaket met Elisa en Rebecca aan de bron, Nederlanden Vóór 1 565, brons
minder zeldzaam dan Nederlandse of Franse. Omdat ze zo gegeerd waren, werden ze tot in de zeventiende eeuw na gegoten. Een honderdtal zegelmatrijzen van de stedelijke of de kerkelijke overheid, van kloosters, abdijen en ambachten zijn te dateren tussen de veertiende en de negentiende eeuw. Deze zegelstempels zijn hoofdzakelijk van lokale herkomst, wat niet belet dat er ook enige andere West-Vlaamse lokaliteiten in de sigillografische collectie van het Gruuthuse vertegenwoordigd zijn.
Plaket met het Oordeel van Paris, Duits co. / 575, tin/loodlegering
39
De zaal met wapens en justitievoorwerpen
Justitie In de wapenzaal worden verschillende rechts
voor het maken van een vertind ijzeren hengsel waarin
historische voorwerpen tentoongesteld, waarvan de
een zilveren vuist in de raadkamer van het Brugse Vrije
guillotine de grote publiekstrekker is. Het museum bezit evenwel oudere gerechtigheidsobjecten, zoals twee
opgeborgen was. De buste en de vuist zijn de enige gerechtigheidsvoorwerpen in zilver die bekend zijn.
zilveren voorwerpen die chronologisch nog tot de
Ze zijn dan ook bijzonder interessant omwille van hun
vijftiende eeuw opklimmen en die bovendien vrij goed gedocumenteerd zijn. Het betreft een kleine in massief
historisch documentaire waarde. De erg gehavende schedel in smeedzijzer die daarnaast ligt, is van jongere
zilver gedreven buste van een man met vrij goed
datum en herinnert aan een poging tot verraad van een
geprononceerde gelaatstrekken, gestileerd haar en geaccentueerde oogleden. De buste zou volgens archief
inwoner van Eeklo in 1691. Hij werd voor dit feit door de Brugse magistraat veroordeeld tot de doodstraf door
teksten een zekere Pieter van der Gote voorstellen.
onthoofding. De man in kwestie zou tijdens de Frans
Als inwoner van de gemeente Dudzele bij Brugge werd hij wegens verzet tegen de gerechtelij ke overheid in 1464
Spaanse oorlog een plan uitgewerkt hebben om de stad
door de vierschaar van het Brugse Vrije uit Vlaanderen verbannen.
leveren. Het vonnis schreef toen voor dat het hoofd van de veroordeelde aan de gevel van de Smedenpoort
Deze buste - het enige nog in zilver in België bewaarde exemplaar - werd op kosten van de
moderne kopie.
Brugge via de Smedenpoort aan het Franse leger over te
moest worden opgehangen. Daar hangt nu nog een
veroordeelde vervaardigd door de edelsmid Jan van der Toolne. Hij moet blijkbaar een belangrijke ambachtsman geweest zijn, vermits hij ook edelsmeedwerk leverde voor hoogwaardigheidsbekleders uit zijn tijd zoals Guillaume Filastre, Filips de Goede en Pieter Bladelin. Het hoofd was zeer kostbaar en werd als voorbeeld tentoongesteld in de raadzaal van het Brugse Vrije. De deels beschadigde gerechtigheidsvuist die ernaast is opgesteld, zou een rechterhand voorstellen. Deze gebalde vuist is vermoedelijk in verband te brengen met een vroege vermelding in lokale archiefteksten. In de periode kort vóór 1417-1418 werd de Brugse slotenmaker Claise van Steenackere betaald 40
OPENBAAR KUNSTBEZIT IN VlAANDEREN 2002/1
Gerechtigheidshoofd, Brugge Vi;ftiende eeuw, zilver
Gruuthusemuseum Brugge
De guillotine, die achteraan in de zaal opgesteld staat, geldt als een van de belangrijkste vernieuwingen van de Franse Revolutie. De werking van dit 'gevaarte' is vrij simpel. De stalen valbijl werd in uitgangspositie met een touw in de hoogte vastgezet en de lange plank die thans in horizontale positie te zien is, werd in verticale stand gebracht. De ter dood veroordeelde werd met op de rug gebonden handen en ontblote nek rechtstaande met behulp van riemen aan deze plank vastgemaakt. Daarna werd de plank met het lichaam van de veroordeelde in horizontale positie gebracht. De hals van de veroordeelde werd in de daartoe bestemde holte vastgeklemd. Daarop werd het touw van de valbijl losgelaten, zodat de bijl met schuine snede naar beneden suisde en het hoofd van de romp scheidde. Dat was althans de bedoeling, maar het mes wilde wel eens haperen . . . Nadat de guillotine op de binnenkoer van het gerechtsgebouw op een schaap werd
uitgetest op zondag 16 oktober 1 796, werden François
Piqueron en Placide De Lattre wegens moord en diefstal vier dagen nadien gehalsrecht. De uitvoering van het vonrus werd voltrokken op de Grote Markt en nam slechts vier minuten in beslag. Omdat de beul van Gent, in tegenstelling tot zijn Brugse collega, die pas in dienst was gekomen, reeds ervaring had met het 'toestel', werd de onthoofding door hem uitgevoerd. De laatste
onthoofding te Brugge had plaats op 3 april 1862 voor de gevangenispoort aan het Pandreitje. De meest tot de verbeelding sprekende is ongetwijfeld die van de beroemde West-Vlaamse roverskapitein Ladewijk
Bakelandt en zijn bendeleden op 2 november 1803. Het in het museum bewaarde exemplaar is niet de enige guillotine in België. Een analoog instrument bevindt zich in het Musée de la Vie Wallonne te Luik.
Gruuthuse beschikt ook over zogenaamde j ustitiezwaarden uit de vijftiende of de zestiende eeuw.
Vóór de guillotine staat het handafhakkingsblok, een strafinstument dat door de Napoleontische 'Code Pénal' van 1 8 1 0 ingevoerd werd. Het foltertuig was speciaal
bedoeld voor de executie van moordenaars. Op het schavot diende de schuldige te kijk te staan terwijl de
Het zijn tweesnijdende slagzwaarden met brede kling en een bladgeul in het midden. Wellicht zijn dit beulszwaarden gebruikt voor het onthoofden van ter dood veroordeelde misdadigers. Als gerechtszwaarden waren zij ook een rechtssymbool en werden om die
gerechtsdeurwaarder het arrest van veroordeling
reden soms in de zaal van de vierschaar of aan de
voorlas. Daarna werd eerst de rechterhand afgehouwen en onmiddellijk daarna het hoofd. Het kapblok heeft aan
buitengevel van een stads- of schepenhuis uitgestald.
de breedste zijden een uitsparing waarin de arm werd gelegd en achteraan is een draagketting vastgemaakt die verbonden is met twee stalen messen, waaronder een hakbijl en een hakmes.
Van de twee smeedijzeren kanonnen of bombardes die stenen kogels verschoten, is van één de herkomst gekend. Het werd ontdekt bij graafwerken in de Kapellestraat te Oostende op het einde van de negentiende eeuw. Beide vuurwapens zijn chronologisch te situeren in de tweede helft van de vijftiende eeuw.
42
OPENBAAR
KUNSTBEZIT IN VlAANDEREN 2002/1
Justitieblok Eind achffiende-negentiende eeuw (?}
Guillotine, Frans-Vlaanderen Tweede helft achffiende eeuw, beschilderd hout, stool en ijzer
Herkomst foto's: Hugo Moerlens (Brugge), tenzij anders vermeld Stad Brugge Uon Termant & Dirk Von der Borght): p.7, 1 2, 1 9, 29, 30, 3 1 , 32, 35 (rechts), 40 en 42
Auteursidentificatie:
Stéphane Vandenberghe (Geboren te Mechelen op 2 1 . 1 2. 1 950)
is verantwoordelijk voor de collecties van het Gruuthusemuseum en het Historisch erfgoed te Brugge. Is gespecialiseerd in de toegepaste kunsten. Schreef enige boeken over de middeleeuwse en past middeleeuwse archeologie en uiteraard de toegepaste kunsten. Verleende zijn medewerking aan meerdere tentoonstellingen in binnen- en buitenland.
Praktische informatie Adres en openingsuren Gruuthusemuseum Dijver 17
8000 Brugge 050/44.87.11 Open van 9.30 tot 17.00 u Maandag gesloten 43
�
ffi
cg cg � (jjj)J < Dl ::I
... UI ....... 0 N ....... N 0 0 N .. 0 .. w 0 ....... 0 UI ....... N 0 0 N
c:=::J O
� VEERTIGSTE JAARGANG / DRIEMAANDELIJKS JANUARI-FEBRUARI-MAART 2002 NR. 1 Uitgave van Openboor Kunstbezit in Vlaanderen v.z.w. onder de auspiciën van de Vlaamse provincies
Verantwoordeliike u itgever: Rudy Vercruysse, Grote Morkt46, 9 1 00 Sint-Nikloos
amarantaanbod
vo o r
OKV-abonnees
" O K V- I e d e n ku n n e n m e t A m a ra n t m e e n a a r
OPE N BAAR KUNSTBEZIT IN VLAA N DEREN
Amsterdam Zaterdag 1 6 maart 2002 Rijksm useum van Gogh : Van Gogh
00K
O P H ET N ET www .. okvw b .. or
& Gaugu 1 n •
We kun nen uiteraard d e reeds lang aangekondigde tentoonstell i n g Van Gogh
& Gauguin i n het Rij ksm useum van Gogh n i et overslaan. Deze expositie laat aan de hand van circa 120 werken (afkomstig van 65 brui kleengevers van over de hele wereld) zien waarVan Gogh en Gauguin va ndaan kom e n , hoe ze elkaar ontmoetten en hoe ze
Hetvolgend nummer van Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen heeft als onderwerp het
zich verder ontwikkelden a ls kunstenaar. De werken die tot stand kwa men tijd ens hun
korte, maar turbulente samenwerking i n het Gele Huis te Ar les tussen oktober en
decem ber 1888 vormen een hoogtepunt i n de tentoonstelling. Samen hadden ze plannen o m de moderne kunst een nieuwe i m puls te geven met wat Vin cent va n Gogh Het Ateliervan
hetZuiden noemde.
Ons bezoek gebeurt met gereserveerde tickets met toegang o m 11.00 uur, elke deelnemer krijgt een audiofoon. Gereserveerde ti ckets kunnen niet
G ru ut h u s e m u s e u m en
•••••
gea n n u leerd word e n .
verschijnt op 18 maart 2002
•••••
V e r t re k p l a a t s e n Antwerpen o8.oo u u r 07.10 u u r Gent B rugge o6.3o u u r 07.15 u u r Brussel Mechelen 07-35 u u r Waasmunster 07.35 u u r • • • • • Aa n ko m st 10.30 uur om • • • • • Te r u g r e i s om 18.oo u u r
Losse nummers kosten € 6,20 of€ 6,70 (van uit Nederland) Bestellen kan door storting op rekening 448-0007361-87 (i n België) o f 135.20 (i n Nederland) van Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen, met vermeldi n g
P r i j s O KV- l e d e n
busreis, documentatie, ticketVan Gogh-museum, a u d i o foon
Noteer: annuleringen voor deze uitstap
worden niet terugbetaald, u magwel in v erva n g in g voorz i e n .
van de titel van d e aflevering.
E rfgo e d we e ke n d
2002 -----------------'Ve rza m e l e n , ve rza m e l i n ge n , v e rz a m e l a a rs ' 2 0 & 2 1 april Meer d a n 130 gem eenten n e m e n deel M usea, a rch i eve n , bewaa rbi bliotheke n & h e e m ku n d ige kri n gen openen h un d e u re n
Voor meer informatie: ----------02
I 233 2 0 o8
www.vvsg. be/erfgoedweekend ©Anthony, d'Ypres
�
N " " N � �
OKV op de VRT-radio bij radio DE B EG I J N H OVEN Op 25/2/02 Fresco, tussen
17 e n 18 u u r
H ET G R U UT H U U S E M U S E U M
Op 15/04/02
Fresco, t uss e n 17 en 18 u u r 2
Klara
�"
Provincie
� nderen
Ed i to Musea
Na een jaar van sleutelen aan Okv-Plus, komt met dit num mer de radicaalste verandering tot nu toe: een compleet nieuwe lay-out. Op de redactie was het voor iedereen al een tijdje d uidelijk: het moest anders. Directer, duidelijker, gestructureerder, met meer aandacht voor de i llustraties zonder aan de kwaliteit van de artikels te tornen. Daarom verschijnt O kv-Plus vanaf n u volled ig i n kleur, met arti kels die kritisch, beschouwend én verhelderend zijn. Om duidelij ker te maken om welke arti kels het gaat, zijn er een aantal n ieuwe rubrieken i n het leven geroepen. Het eerste artikel van elk n u m mer, d e rubriek musea, behandelt voortaan een uitgebreide reportage ron d m usea in een bepaalde streek. Uiteraard wordt de tentoonstellingsactualiteit nog steeds op de voet gevolgd. H ierover leest u alles i n d e 'expo'-rubrieken. Aangezien Okv-Plus slechts o m de d rie maanden verschijnt, is het ons echter niet mogelijk kort o p de bal te spelen. Het lijkt ons ook weinig zinvol o m met artikels uit te pakken rond onderwerpen die in d e la ndelijke pers al breed uitgesmeerd worden. Wél zinvol zijn de kritische stukken (en dat kritiek niet alleen negatief kan zijn leest u verder in dit nummer) waarin een tentoonstelling of een collectie belicht wordt. Per n u mmer zetten we een minder bekende, maar i nteressante vaste collectie eens extra i n d e verf. Of beter: 'in de kijker', want zo h eet deze rubriek. U zal ook merken dat de artikels over pubHekswerki n g in de rubriek 'Publiek en Museum' vanaf n u verspreid staan doorheen het blad. Al enkele n u m mers lang kan u i n Okv-Plus kritische bijdragen lezen over de toegankelijkheid van onze m u sea naar kinderen toe. In 'undercover' blijven we deze reeks voortzetten.
Guns Down
Publiek en Museum Schatten en mysteries op de zolder Expo dead.lines, media en propaganda in de twintigste eeuw De vrouw in de prehistorie Reve, Revisten, Revisme, Reviana, .. ... Brugge 1902. Revisited. RikWouters Van Gogh en Gauguin samen in één huis Undercover Over Spino Dino en de anderen Informatief Het handboek van de kunstenaar In de kijker Een nieuw elan voor het Oudenaardse stadhuis Het laatste woord
..•
De wedstrijd 'Is het niet interessant mischien?' De keuze van de redactie
De agenda h eeft ook een face-lift gekregen . En ook een andere naam: 'Keuze van de redactie'. Omdat het n u eenmaal onmogelijk i s alles t e publiceren en omdat er al genoeg kranten z i j n die dat wekelijks doen. En, omdat we denken dat onze m e n i ng er ook toe doet. Daarom hebben we voor u een keuze gemaakt uit het aanbod. Uiteraard is het nog steeds mogelijk een uitgebreide agenda te raadplegen, daarvoor verwijzen we u graag door naar onze website, www.okvweb.org Maar wat is een tijdsch rift zonder de men i ng van zijn lezers? Er is d u s een brievenrubriek in het leven geroepen. Heeft u op-of aanmerkingen op de verschenen artikels? Bent u het absoluut n iet eens met een bepaalde auteur? In onze brievenrubriek 'het laatste woord' zal uw mening aan bod komen, als het even kan met een reactie van de redactie of d e auteur in kwestie. I n dit n u m m er kan u daarvan al een voorproefje lezen. Uiteraard is met deze nieuwe 'look' het werk n iet volbracht I ntegen deel, het begint pas. Maar we zijn op de goede weg. Veel leesplezier M I C H E L P E ETERS
O P E N BAAR
KUN STBEZIT
I N VLAA N D E R E N SECRETARIAAT, REDACTIE EN ABONNEMENTENDIENST
Oud·Parochiehuis, Grote Markt46, 9100 Sint-Niklaas
U I TGEVER
RudyVercruysse HOOFDRE DACTEUR REDACTIE
tel.: 03/760.16.40
Els De Bruyn, Els Nouwen, Rik Sa uwen,
fax: 03/760.16.41
Carl Van de Genachte, Lea Van de
email:
[email protected]
E
Michel Peeters
Wijngaert, Peter Wouters
B.T.W.-nummer: 427.190.176
VORMGEVI N G
BANKRELATIES
DRUK
GeertVerstaen 448·0007361-87 385·0590844·80 000·0099920·10 135.20 (NL)
ISSN 1373·4873
WD 2002/7892/01
Drukkerij L.Vanmelle n.v.• Gent PRE-PRESS
Grafisch Buro Geert Lefevre PUBLICITEIT
03/231.28.oo (B-promotion) ABONNEMENTENDIENST
Kristien Van Mieghem
.:: N 0 0 N .. �
;:
� w 0
3
Wie waren dan de helden? Zij die gehoorzaam Uit de loopgraaf klommen Om twintig meter verderop Hun einde te vinden in bommen? B RAM VERMEU L E N
Ik vroeg me al langer af waarom deze streek zo'n aantrekkingskracht uitoefent op al die mensen, dus trok i k op een mooie maar d rassige donderdag naar de Westhoek. Als uitgangspunt koos ik leper, hoe kan het ook anders. Als er één stad symbool kan staan voor 'oorlog en lijden', is het leper wel. je maakt het niet alle dagen mee, een stad d i e een kopie i s van zichzelf. Het i s gewoon onvoorstelbaar d a t hier 8o jaar geleden n iets meer overeind ston d . Buiten e e n stukje v a n h e t Belfort en d e Laken hallen. Als e e n sinister teken d e s doods temidden h e t p u i n .
Aangrijpend In d iezelfde, heropgebouwde, Laken hallen bevindt zich n u het 'In Flanders Fields' m useum. O ndertussen al een begri p. Jaarlijks door honderdd uizenden, vaak Engelsen , bezocht. Alle middelen worden er benut om je onder te dompelen i n een erva ring die j e niet licht vergeet. Welgekozen tekstfragmenten, filmpjes, geluidseffecten, foto's, voorwerpen ...werkelijk alles kom je hier tegen. Mooi is dat men er voor gekozen heeft h et verhaal van de gewone mens in de oorlog te vertellen, en niet het zoveelste heldenverhaaL Aangrij pend, dat is het j u i ste woord. De afdeling waar de gasaanvallen belicht worden mist zijn effect n iet: om de zoveel tijd vullen glazen zuilen zich met 'gas' en hoor je bijbehorende geluidseffecten . Je staat er verbijsterd naar te kijken. Idem in het zaaltje waar je enkele getu igenissen kan
'De helden'
beluisteren over het leven in de loopgraven . Door middel van film en lichteffecten komt dit alles wel héél d ichtbij. De 'ontploffing' die om de zoveel tijd door het hallen knalt doet d e rest. Maar het is nooit té. Sensatie is hier ver te zoeken, sereniteit is een veel betere o msch rijving. Niet voor n iets noemt men zichzelf hier 'vredesmuseum'.
Van heuvel naar heuvel Wie echt een indruk wil opdoen van hoe het er hier tijdens die oorlogsjaren aan toe ging verlaat best leper i n d e richting van Zillebeke. Hier kan je een klein parcours u itsti ppelen waarbij je alle 'belangrijke' frontplaatsen kan aandoen. Tijdens vakan ties en feestdagen doe je dat best niet, het is er dan veel te d ruk. Wie kan kiest best een doodgewone weekdag, je bent dan op de meeste plaatsen alleen. Wie naar de slag velden trekt doet dat best een beetje voor bereid. Een goede gids en een topografische kaart (1/so.ooo) zijn onontbeerlijk. Bedenk ook dat vele monumenten en over blijfselen zich op privé-terrein bevinden. Enig respect voor de h u i d ige eigenaar kan nooit kwaad. Enig respect voor gevonden voorwerpen ook niet, trouwens. Het is onver mijdelijk i n deze streek: h ier zit zoveel tuig
in de grond dat er af en toe wel iets naar boven gehaald wordt. Eén gouden regel: raak nooit oude m u n itie aan! I n d ien u dat wel doet zou uw bezoek wel eens een stu k levensechter kunnen worden dan voorzien. Ik koos bij mijn bezoek voor de kleinere, vaak m i n der bekende m usea i n een straal van ongeveer 15km rond leper. Ze liggen naast of o p een slagveld van weleer en zijn i n privé-handen. Toch worden ze druk bezocht. Niet altijd ten onrechte, zo blij kt.
Hill60 Hill 6 o i s een heuvel nabij Zillebeke, die tussen 1915 en 1918 een paar keer fel bevochten werd, onder andere door middel van mijnen, die onder de vijandelijke stel lingen werden geplaatst. Ter plaatste, op de heuvel, merk je dadelijk waarom. Van h ieruit heb je een d uidelijk overzicht o p heel de omgeving, leper i n begrepen. Wie nu Hill 6 o bezoekt, h eeft nog een heel klein beetje een i n d ru k van hoe totaal de verwoesting hier ooit is geweest. Een pokdalig la ndschap met hier en daar restjes bunker en middenin een monument.
Bedrieglijk sti l is het hier, vredig. Ooit was het anders. Tegenover dit bewaarde stukje slagveld ligt het Hill 6o-museum. Nouja. Een café met museum is een betere omsch rijving. Bij het binnenkomen ben ik er alleen, op d e totaal apathische café-uitbater na. Wan neer ik hem vraag of ik het museum kan bekijken komt de man tot leven. I k moet wel even geduld oefenen, want een m itrail leur op driepikkel verspert de weg en moet eerst even met vereende krachten opzij gesleurd worden.
Hill 6o, © OKV
Hill 6o museum, © OKV
In Flanders Fields museum, © D. Leroy
Wat je daarna te zien krijgt tart elke verbeeld ing. De vroegere huiskamer werd omgedoopt tot museum, ergens in de vroege jaren 'so denk ik. Sindsdien is hier niets, maar dan ook niets meer aan gewijzigd. Behangpapier rafelt van de m u u r, de vochtgeur is haast n i et te harden. Waarsch ijnlijk h eeft d e eige naar ooit te maken gehad met d i efstallen , want alles wat niet achter glas gestopt zit, werd zeer stevig aan de ketting gelegd, of beter, aan de elektriciteitsdraad. De geweren zelfs achter kippengaas! Dit geheel gekruid met d e nodige horror beelden aan de m u u r.
�
N " " N .. "
>
.
0
5
je kan ook naar boven, op gevaar van eigen leven althans. Alles is zo door en door aangetast door vocht dat een bezoek aan dit 'museum' een frontervaring op zich is. Over het binnenkoertje met allerlei roestig oorlogstuig wil ik het dan nog niet hebben, temeer daar het dak daar op instorten staat!
Verslavend Héél anders is de sfeer op H i ll 62. Dit Sanctuary Wood was eveneens een zeer d ruk bevochten stukje land. Hier kan je nog steeds stukjes loopgraven gaan bekijken. Ze liggen er nog net zo bij als toen, modder en d rassigheid i n begrepen. I n d rukwekkend is het wel. Ik probeer m e voor te stellen dat in dergelijke modderpoelen en naargeestige sch u i lplaatsen mensen maandenlang hebben geleefd, maar eigenlijk heeft dat geen zin, het is gewoon n iet voor te stellen. Bij deze loopgraven hoort ook een museum.
Loopgravenstelsel op Hi/1 62, © OKV
I
6
De kijkkastjes in het Hi/1 62 museum, © OKV
Ook hier weer massa's oorlogstuig, zij het dan veel beter bewaard en voorgesteld dan daarstraks. Maar dé attractie, althans voor mij, zijn de kij kkastjes. Een soort h outen kastjes, waarin je naar stereoscopische beelden van het front kan kijken. Vanaf 1919 kwamen ze overal in de streek voor, als tege· moetko m i ng aan zij die de strijd niet hadden
����
Verzameld oorlogstuig in het Hi/1 62 museum, © OKV
meegemaakt maar toch de sfeer van het slagveld wilden snuiven . Verslavend zijn d i e d in gen. Van kastje naar kastje ga je. De kwaliteit van deze foto's is zeer hoog, wat je te zien krijgt heel verschil lend. Van algem ene zichten over het slag veld tot de gruwelen in de loopgraven , van d e hoge officieren die in nette uniformen thee staan te drinken tot de simpele soldaat die crepeert in de modder. Fraai is het alle maal niet, maar je blijft wél kijken. Een bezoek waard, dit m useum. Al heb je best een reisgids voor de streek mee, want over de site en wat zich hier allemaal heeft afgespeeld kom je haast niets te weten. Dat honderd meter verder een enorm Canadees monu ment ligt vanwaar je een machtig uitzicht hebt over de streek staat hier ook nergens vermeld.
Over oorlog en Diggers Niet zo ver van Sanctuary Wood ligt het Hooge erater museum. 'Het beste privé m useum van d e streek' staat op de folder. Het klopt. Over d e opstelli n g van d e stukken is d u i delijk nagedacht en het geheel oogt zeer verzorgd. Door m iddel van duidelijke diorama's komen verschillende aspecten van het frontleven aan bod; meteen wordt d e functie en het doel van bepaalde voor werpen ook een stuk d uidelijker. De kijk kastjes zijn hier vervan gen door een video met bondige maar zeer degelijke com men taar i n het Nederlands en het Engels. Een aparte zaal is gewijd aan de Diggers, een groep amateur-archeologen die overal in de streek op zoek gaan naar restanten uit de Eerste Wereldoorlog. Of het allemaal zo ongevaarlijk is als het lijkt laat i k hier in het midden, maar d e kleine tentoonstelling was in elk geval zeer interessant.
En ook voorzichtig te zijn, trouwens!. Het terrein is wel afgesloten door middel van prikkeldraad (!), maar daar wa ndel je zo overheen. De sfeer is er troosteloos, de bodem drassig en aartsgevaarlijk. Hier bevi nden zich nog oude loopgraven en schuilplaatsen, half onder gelopen en over woekerd. ln het midden van het toch vrij uitgestrekte terrein ligt een enorme mijn krater, n u helemaal volgelopen. Ook ligt hier nog ergens de toegang naar de Frauenlob mijn, met daarin d e lichamen van een on be kend aantal Duitse soldaten. H et terrein is bezaaid met verroeste granaten, zo maar voor het oprapen. Met alle gevaar van dien. Het wapentuig dat ik zag liggen was ongevaarlijk (denk ik toch!), maar god weet wat hier onder het gebla derte ligt. Als het u niets uitmaakt, geef i k de naam van deze plek liever niet, kwestie van niemand op ideeën te brengen. I k besluit n iet verder i n deze woestenij door te d ri ngen. Het h eeft opeens ook iets oneer biedigs, het voelt aan alsof je hier de rust komt verstoren .
Troosteloos maar aartsgevaarlijk Via d i e Diggers kom ik trouwens ook te weten dat tot halfweg d e jaren tachtig er ook nog een vierde m useum bestond, in Wijtschate. ln een bosje liggen de restanten van wat ooit een m useum was. De eigenaar overleed halfweg de jaren tachtig en de erven raakten het niet eens over de nalaten schap. Sindsdien staan de gebouwen er en verva llen bij. I k kan er gerust gaan kijken, als i k maar voorzichtig ben. I k hoor de plicht roepen en na een korte rit en serieus zoekwerk ter plaatse sta ik voor het bewuste stukje groen. U itnodigend oogt het (gelukkig!) niet, maar i k besluit toch maar de boel te gaan verkennen.
D e overal aanwezige 'remembrance'-kruisjes, © OKV
N .. .. N
> � 0
7
Het Duitse soldatenkerkhofvan Langemark, met de beelden van Emiel Krieger, © OKV
Velden van eer Wie de streek rond leper gaat bezoeken, kan niet voorbij de vele begraafplaatsen. Het landschap is er letterlijk mee bezaaid. Overal zie je d e groene bordjes d i e je naar één of ander kerkhof leiden, vaak temidden van uitgestrekte akkers. Hier een keuze uit maken valt n iet mee, dus pikte i k er d e twee grootste uit, n etjes verdeeld onder beide partijen: Langemark en Passendale dus.
N 0 0 N .. � L > � 0
8
'Mein kind ist hier begraben ...' Het Soldatenfriedhof Langemark is de laatste rustplaats van zo'n 45.000 Duitse soldaten. Ze liggen hier begraven onder reusachtige eiken en temidden van d e bunkers v a n de Langemark Linie. Zo'n 25.000 van hen in één enkel massagraf. Om stil van te worden. Ze worden betreurd en beweend door de vier soldatenfiguren van Emiel Krieger. Op dit kerkhof rusten ook zo'n 3000 studen tenvrijwilligers, veelal jonge knapen die door h u n leraren en rectoren ertoe waren aangezet om te strijden in een 'hei lige oorlog'. Waar hebben we dat nog gehoord?
Eindeloze rijen zerken, © Dienst Toerisme leper
Alle haben Sie ihr Blutt vergossen Und zerschossen ruht Mann bei Mann. Alt Leute, Männer, Knabe, In dem einen grossen Massengrabe. Ku RT TU C H 0 LS KV
They shall not grow old, as we that are left grow old: Age shall not weary them, nor the years condemn. At the going down of the sun and in the morning We will remember them LAU R E N C E B I NYON 'For the Fal/en '
Ze kwamen allemaal om, in een veel te professionele oorlog. Nu nog spreekt men van de 'Kindermord' van Langemark. Er i s e e n kleine kapel b i j de i ngang a a n h e n gewijd, h u n n a m e n staan er vereeuwigd in houten panelen.
We wilt remember them Geheel anders van sfeer, maar even enorm en ind rukwekkend is d e begraafplaats nabij Passendale. Het Tyne Cot Cemetery i s met zijn 12 .000 doden en met zijn m uu r waarin d e namen van 36.ooo vermisten het grootste Britse kerkhofter wereld. Merk· waardig i s dat bunkers die hier temidden van d e graven staan , Duitse bunkers zijn. Ze werden door de Canadezen buitgemaakt. Het m iddelpunt van dit kerkhofwordt gevormd door één grote bunker, waarop het Cross of Remembrance is geplaatst, een vast gegeven op Britse begraafplaatsen. Errond liggen de graven er wanordelijk en helemaal niet sym metrisch bij. Ze werden gelaten zoals ze op het veld werden gevonden, op h u n origi nele plaats dus. Ind rukwekkend, en vooral aangrijpend.
Canadees monument te Poe/kapelle, © OKV
In vlaamse velden... Een andere d ruk bezochte begraafplaats is het Essex Farm Cemetery. N iet omdat hier een bekend iemand begraven ligt of zo, wél omdat hier vlakbij John McCrae op 3 mei 1915 zijn beroemde gedicht 'In Flan ders Fields' schreef. Een geden ksteen naast de weg vermeldt dit feit. Vlakbij kan je ook enkele bunkers bekijken, van het type waar McCrae in verbleef. H oewel dus niet d e origi nelen, staat ernaast toch een klein Canadees mon ument. Van McCrae zelf geen spoor h ier, de man ligt begraven te Wimereux in Frans-Vlaanderen. Hij overleed daar in 1918, na een longontsteking. Maar zijn naam is natuurlijk on losmakelijk verbonden aan deze streek. Guns down Het laatste wat ik bezocht was het Canadees monument tussen Lange mark.en Poel kapelle. Hier liggen 2000 Canadezen begraven , die o m kwamen tijdens de gasaanvallen van d e Tweede Slag om leper. Wie hier niet van onder de indruk komt is wel héél taai. Een reusachtige soldaten figuur staat er met gebogen hoofd te treuren om zijn gevallen ka meraden. Hij leunt daarbij op een omgekeerd geweer. Dit 'guns down' gebaar symboliseert bezi n n i n g en vrede. Deze boodschap vind je trouwens overal terug in deze streek. De verwoesting was er zo totaal en het geweld zo mensonterend brutaal geweest, dat de overlevenden het er roerend over eens waren: dit mocht niet opnieuw gebeuren. Op d uizenden monu menten i n d e streek staat steeds weer deze zelfde boodschap. Elke steen, elk graf, elk museum hier is ervan doordrongen. Alleen jammer dat mensen soms heel kort van geheugen zijn.
De gewone mensen waren slechts een speelbal temidden het verbijsterende geweld, © D.Leroy (onderaan) & ArchiefFlanders Fields museum (bovenaan)
,q •;N• ;:;��;;; �;;:�S MUSEUM <:.':
t/l:
Lakenhallen
.,..i
Grote Markt 34 8900 leper
�
H I LL 60-MUSEUM
,!4 •
�
�-
Hill 6o Zillebeke Open tijdens de café-uren SANCTUARYWOOD·MUSEUM
� Canadalaan 26 Zillebeke Open van 9.30 u tot zonsondergang MUSEUM 'HOOGE (RATER' Meenseweg 467 Zillebeke Open van 10 tot 19 u
... 0 0 ... "
�
"
> K 0
9
O nze grootouders en overgrootouders kunnen ongetwijfeld boeiende verhalen vertellen over de d i n gen uit hun jeugd, de d i ngen die de h u idige kinderen en jongeren n iet meer zu llen herkennen. En toch zijn deze oude gewoonten niet verloren. Volkskundige musea, zoals Het H u is van Alijn te Gent, trachten d e teloorgegane glorie van d i ngen uit het alledaagse leven anno 18oo of 1900 terug te plaatsen en een betekenis te geven . Alhoewel.. . . . . .a a n a lle d i ngen?
Sylvie d'Haene (conservator van Het Huis van Alijn): "Naar aanleiding van de reorgani· satie van onze vaste collectie namen we terug een kijkje in onze grote reserve aan geb ru iksvoorwerpen i n de kasten en zolders van het Huis. Door schen kingen h eeft het museum sinds zijn ontstaan in 1932 een grote voorraad aan alledaagse gebrui ks·
Van andere de context maar niet de naam en het gebruik. Bovendien vind je i n deze sector wei nig literatuur over gebrui ksvoor· werpen uit een bepaalde eeuw.
Via deze verhalen hebben we maar liefst de functie van negen voorwerpen kunnen achterhalen. De betekenissen zagen we achteraf ook wetenschappelijk bevestigd.
Dus werd er gekozen voor een heel nieuwe zienswijze? Tijdens de reorganisatie groeide het volgende idee: waarom alles opzoeken als je de functie van d e d ingen uit eerste hand kan vernemen, namelijk van zij die deze objecten werkelijk gebruikt hebben? We voelden dit aan als een soort 'laatste kans', een laatste gelegenheid om te luisteren naar de verhalen van mensen die i n d e tijd geleefd hebben waarin die voorwerpen nog hun nut bewezen. Zo is het idee van de iden tificatiekamer gegroeid.
Wat is dan de volgende stap? We hebben de drie ongeïdentificeerde objecten laten liggen en aangevuld met 9 andere onbekende voorwerpen. Het publiek mag weerom suggesties maken door middel van d e fiches. We gaan geen beroep meer doen op i ntensieve publicaties, maar vertrouwen o p de i nteresse en d e n ieuws gierigheid van de bezoekers.
Wat houdt dat in? Deze kamer vormt een onderdeel van onze collectie. je vindt er twaalfvoorwerpen
Welk effect had de kamer op het museum en het publiek? Door middel van deze kamer kunnen we het publiek laten ken n is maken met d ingen die niet te vinden zijn in d e collectie omdat ze niet in de tentoonstelling passen.
Ten slotte is het ons opgevallen dat onze ka mer een rustpunt vormt in onze collectie. De kamer, die meer geïsoleerd is van de rest van het m useum, geeft de bezoeker de kans om stil te staan bij de d ingen die hij heeft gezien en te fa ntaseren over de d ingen die h ij ziet. I k noem dat h et 'ongedwongen spel moment'. De meeste bezoekers beginnen met elkaar onderling te discussiëren over mogelijke beteken issen en functies van een voorwerp. Het enthousiasme was bij sommigen zo groot dat ze de museumcollectie aanvulden met schenkingen en n ieuwe waardevolle bijdrages leverden aan de h u id ige collectie.
Uit het idee van deze kamer vloeide nog een ander boeiend educatief project. I nderdaad. Senioren zijn onze bron van d e verhalen. Z i j hebben in die specifieke tijd geleefd en kennen ongetwijfeld iets of iemand die met een bepaald voorwerp in contact is gekomen.
overweldigend. We zijn tot en met april 'volgeboekt'. Het succes zit volgens mij in het ani merende aspect van d e koffer. De mensen kunnen hun verhalen met elkaar delen en ongebreideld fantaseren.
Kan je een tipje van de sluier oplichten over enkele plannen voor de toekomst? We willen het concept van de identificatie uitbreiden. Onze stagiaire is momenteel bezig om de i dentificatiekoffer te i ntrodu ceren bij scholen (derde tot zesde stud ie jaar) . Uiteindelijk i s het d e bedoeli ng dat ook de leerkrachten de kinderen motiveren om na te denken over de oorsprong van de voorwerpen en te fantaseren. Ik vind het idee van een aparte kamer als rustpunt heel aantrekkelijk, h et doorbreekt de toon van de vaste collectie en maakt de bezoekers aandachtiger. Op term ijn wil i k mee r van zulke kamers realiserèn. Een van de concrete plannen i s onze 'Taalkamer'. I n deze kamer zal het publiek allerlei dialecten en geluiden te horen krijgen.
De 12 voorwerpen uit de identificatiekamer © Kris Vandamme
voorwerpen uit de 19e en 2oe eeuw op ge· bouwd. Al deze voorwerpen kennen een eigen geschiedenis, een eigen verhaal."
Dus alles vond meteen een plaatsje in het museum? "N iet echt. De meeste voorwerpen hebben we kunnen catalogiseren, maar er zijn andere waar we geen verhaal aan kunnen vastknopen." En dan heb je als optie? Ofwel kan je de wetenschappelijke literatuur raadplegen en op d i e manier alle gegeven s bij elkaar puzzelen. Maar deze optie hebt u niet gebruikt? Om alles op te zoeken in de literatu u r heb j e e e n aantal vaste gegevens nod ig.Van sommige voorwerpen kenden we de naam, maar n i et de functie.
waarvan wijzelf d e betekenis niet kunnen achterhalen. Door middel van fiches kunnen de bezoekers suggesties maken over de oorsprong, gebruik en naam van het voor werp. Onze kamer hebben we in september 2001 in gebruik genomen. Vervolgens hebben we in samenwerki ng met de krant 'De G entenaar' een actie op touw gezet om de eerste twaalf voorwerpen en d e spelregels te i ntroduceren aan het pu bliek. Sinds november verscheen er telkens een voor werp met foto in de krant waarop het publiek kon reageren .
Hoe was de respons? De reacties op onze kamer waren beter dan we verwachtten. We dachten dat het publiek wein i g interesse zou tonen voor oude en 'nutteloze' voorwerpen, maar gauw volgden de boeiende verhalen van grootouders en ouders over 'hun' tijd.
Door middel van de bijdrage van het publiek, wordt de betrokkenheid op het museum en zijn collectie vergroot. Bovendien ervaart de bezoeker dat we zijn verhaal en mening op prijs stellen en dat we bereid zijn om te luisteren. Op die manier worden de begeleidende teksten meer dan wetenschappelijke literatuur. De voor werpen worden realistischer dankzij de doorleefde anekdotes en verhalen.
�� ��;·����·��� �·L;;N •
CIJ
Kraanlei 65 9000 Gent tel. 09/269.23.50
Spijtig genoeg kunnen n iet alle senioren naar het Huis komen. Daarom hebben we de identificatiekoffer ontwikkeld. Deze koffer bevat de twaalfvoorwerpen en wordt iedere maandag op locatie gebracht. Toen we onze plannen voorstelden aan de bejaardente huizen en dienstencentra waren de reacties
Daarnaast dromen we van steekkaarten met i nformatie en begeleidende foto's, in plaats van het traditionele plaatje-aan-de- m u u r. Persoonlijk vi nd i k dat de magie van veel voorwerpen verdwijnt door er een heleboel uitleg naast te hangen. Met h et systeem van de steekkaarten kunnen d e bezoekers zelf beslissen welke i nformatie ze willen en welke niet.
Wie i nteresse heeft, kan altijd terecht bij Het Huis van Alijn. Diegenen die een gokje willen wagen kunnen alvast surfen naar: www. huisvanalijn.be.
.0 .
" . � c .
•.-1
[email protected] � www. huisvanalijn.be ,!4 U kan het OKV-nummer over het 'Huis van •
•
al
� ...
A li jn ' bestellen doo r € 6,20 over te schrijven op rekening 448·0007361-87 van OKV.
> � 0
11
�: �
d e a d . l i n e s o o r l o g, m e d i a e n p ro p a g a n d a i n d e twi n t i gste e e uw M I C H E L P E ET E R S
Q)
Het thema van het In Flanders Fields Museum, de Grote Oorlog in de Westhoekvan België, is niet louter een gegeven uit het verleden. In de benaderingvan het museum overstijgt die Grote Oorlog zijn tijdvak van 1914 tot 1918.
.. • 0
12
historisch ppven
H et i s een les van d e geschieden is, het h istorisch gegeven verschaft inzichten die in essentie nog altijd erg n uttig want hanteer baar zijn vandaag. De Eerste Wereldoorlog zoals die zich manifesteerde in leper en de Westhoek is uitei ndelijk evengoed ook een metafoor voor d e u n iversele relatie tussen mensen en hun gewapende conflicten. Een gevolg van d it principe i s dat de perma· nente opstelling op de eerste verdiepi n g van d e Lakenhallen weliswaar de hoeksteen van d e m useumwerking is, maar dat die ook telkens moet worden gecompleteerd i n de rest van de werking. Permanente historische research en een doorged reven jaarprogram mering actualiseren telkens het louter histo rische gegeven. We verruimen onze blik van gisteren naar vandaag. Het historisch gegeven wordt essentieel onderdeel van ons handelen. Zo komen we bij de tijdelijke tentoonstelling dead.li nes. dead.lines bekijkt de relatie tussen de gewa pende conflicten en de massamedia van de twintigste eeuw. Het is van beide zijden uit een heel i ntense relatie. Naties i n oorlog h ebben a ltijd al gepoogd om d e massa media in te zetten bij hun oorlogsvoering. Verslag uitbrengen van oorlog is anderzijds altijd een essentiële activiteit van de massa media geweest. I n tijden van spanning en conflict wi llen we beter dan ooit geïnfor meerd worden. In de tentoonstelling bekijken we systematisch hoe d e relatie tussen oortagsvoerende partijen en massa media verlopen is in de afgelopen eeuw. Verandert die relatie fu ndamenteel, of blijft ze m i n of meer gelijk? En in hoeverre is die relatie een essentieel onderdeel van de oorlogsvoering zelf?
chronologisch en thematisch In een moderne opstelli ng doorlopen we de hele eeuw, van 1900 tot vandaag, en richten d e schijnwerper op telkens andere media. Een tentoonstelling kan on mogelijk op elk tijdstip alle media tegelijk belichten, een tentoonstelling kan ook niet alle conflicten behandelen. We hebben dus keuzes moeten maken en die chronologisch en thematisch geordend. De eeuw wordt opgedeeld i n vijf grote periodes en binnen elke periode wordt telkens de voornaamste aan dacht gegeven aan één medium dat erg belangrijk was voor die periode. De Eerste Wereldoorlog wordt zo gekoppeld aan de Grafische Media; het I nterbellum aan Film; d e Tweede Wereldoorlog aan Radio; de Koude Oorlog aan de Televisie en de Hedendaagse Conflicten aan het Internet. Het zal d uidelijk zijn dat eens een massame d i u m geïnstalleerd is, het ook blijft door werke n . Vandaag lezen we n og altijd kranten en nooit eerder was televisie zo sterk bepa lend in d e berichtgevi ng over oorlogen. Onze opdeling is i n d e eerste plaats een tentoonstellingstechnisch gegeven .
I
aantallen bezoekers ooit. Tijdens dat bezoek leren we het standpunt innemen van de tentoonstelling: het gaat n iet zozeer om wat we zien, maar wel om de manier waarop we kij ken. De panora mische blik van de wereld tentoonstelling staat i n groot contrast met de close ups van de oorlogsverslaggeving die we i n de rest van d e tentoonstelling ontmoeten. We ontmoeten de close up letterlijk het d i chtst in d e oorlogsverslaggevin g over Vietnam. Fotoreportages van die vuile oorlog waren ook de aanzet om onze perceptie over die oorlog te veranderen en zo uiteindelijk ook een massaal protest ertegen te ontketenen. De massamedia leken voor één keer ook het verloop van een oorlog te kunnen bepalen, al kunnen ook h ierbij weer kritische bedenki ngen gemaakt worden. I n de slotbeschouwin g tenslotte leren we het opnieuw af om met het oog van de media te kijken, en ons opnieuw te richten naar d e echte essentie: de slachtoffers v a n al die oorlogen.
wetmatigheden ... Doorheen de hele tentoonstelling ontdekken we in o m het even welke periode vele gelijkenissen i n d e relatie tussen infor matiemedia en gewapende conflicten. "De techniek om de vijand van elk denkbare gruwel te beschuldigen, behoort evengoed tot het arsenaal van een oorlog als munitie of vliegtuigen, en bij elke oorlog wordt ze in de eerste dagen wel weer uit de voorraad gehaald. Oorlog gaat niet samen met verstand en rechtvaardigheidsgevoel. Er is een opstand van de gevoelens voor nodig, enthousiasme voor de eigen zaak en haat tegen de tegenstander. " Deze woorden van Stefan Zweig, geschreven
© Photo News
inleiding en standpunt De vijf afdelingen worden ook nog eens voorafgegaan door een in leidi n g d i e uiter aard gedateerd is op het jaar o van de vorige eeuw, het jaar 1900. De afdeling Koude Oorlog krijgt ook nog eens een onderafde ling voor één heel bijzondere oorlog i n relatie m et de media. Dat is de oorlog i n Vietnam. Op het e i n d e van d e tentoonstel ling schenken we ook nog één moment aandacht aan de vergeten oorlogen van de afgelopen eeuw. I n d e i n leiding gaan we op bezoek naar de Wereldtentoonstelling van 1900 in Parijs. Zo'n Exposition universe/Ie was i n feite het allereerste echte massamed i u m . De versie anno 1900 was bovendien de grootste i n
over de eerste dagen van h et eerste conflict dat we behandelen, de Eerste Wereldoorlog, hadden over de huid ige omstan digheden kunnen zijn geschreven . De middelen van d e media, de mythes van de oorlog... in 1 0 0 jaar zijn ze nauwelijks veranderd . Een reeks van CD-roms opgesteld doorheen d e tentoon stelling, laten ons toe o m door d e tijd en door d e versch illende media te snijden op zoek naar gelijken issen en terugkerende mechanismen die bijna wetmatigheden lijken. ••.
en gidsen Anderzijds worden de media ook bevolkt door mensen die in elke n ieuwe situatie eigen keuzes moeten make n . Zij volgen de wetmatigheden , plooien zich naar de voor-
© Anthony d'Ypres
schriften en de praktische mogelijkheden; of ze gaan er tegenin. I n elke periode ontmoeten we oortagsverslaggevers die vertellen over de vaak gevaarlijke en verscheurende keuzes die zij moeten maken. Twee belangrijke hedendaagse oorlogscorrespondenten gaan ons voor i n de hele tentoonstelling. Kate Adie v a n de BBC (in het Engels, Duits ondertiteld) en Ru d i Vranckx van d e VRT (in het Nederlands, Frans ondertiteld) leiden elk van d e periodes i n en d uiden de relatie tussen de oorlog en media.
r9� ;� ;������ ·F�;:;S MUSEUM •
al
lakenhallen
G rote Markt 34
8900 leper 30 maart - 17 november 2002
tickets in voorverkoop: € 7.50 - € 3,50 tijdens de tentoonsteling: € 1o,oo - € s,oo
Kortingmet OKV-Museumkaart
multi-media Naar goede gewoonte b i n nen het I FFM, maar vooral i n h erent aan dit onderwerp, wordt de tentoonstelling opgebouwd met en vanuit vele beelden. Vaak bekend, maar even vaak te wein i g gekend i n hun context. Maar ook m uziek, voorwerpen, en een beklijvende scenografie (Event Communications) maken van dead.lines een tentoonstelling d i e een h elaas blijvend actueel thema hoog op d e agenda plaatst. educatief dead.lines wordt n iet bezocht met gidsen, de bezoeker beleeft een i n d ividuele ervaE ring. De tentoonstelling richt zich naar een publiek vanaf 14 jaar. Scholen zijn uiteraard belangrijk, de missie van h et In Flanders Fields Museum hecht groot belang aan vredeseducatie. Om een klas of groep opti maal te kunnen begeleiden en voorbereiden zonder gids zal vanaf 1 maart een educatieve � brochure klaarliggen ten behoeve van leer krachten en begeleiders van schoolgroepen. � � Tussen 20 en 30 maart 2002 wordt proef gedraaid met 1.ooo leerkrachten uit het secundaire onderwijs. >
� 0
13
Ove r S p i n o D i n o e n d e a n d e re n LEA VAN D E W I J N GA E RT
Het vooruitzicht van een bezoek aan het "Dino-museum" brengt
tussen '9 kinderen
}.:
Hoe noemde de vleeseter? (hij denkt na) Dat weet ikzelf niet.
0.: Dat weetik ook niet.
}.: De allergrootste vleeseter? Ona merkt een bon voor chocoladekoeken op. 0.: Ik wil nog wel eens koekjes met chocolade tussen. }. : (kijkt streng) Ona, de allergrootste vleeseter... 0. : Dat weetik niet. }.: }awel, die helemaal op 't eerste is bij Platvoet. (een tekenfilm over dino's n . v .r.) 0. : Waar dan? }.: Het is de al/ergevaarlijkste... On a zwijgt. Ik zie aan haar gezicht datze wel nadenkt. }.: Ik doe niet meer mee. O.K., ik tel tot 100 . . . 1,2, ........31,32 . . I k help even: O e gevaarlijkste, h o e heet die? 0. : De Rex. }.: }a, de Rex. Hoeveel klauwen had de Rex? 0.: Twee. }.: }a, twee. 0.: Twee klauwen ..
j u les en O n a zijn heel enthousiast als we voor de derde keer een bezoek brengen aan het m useum waar voor hen het dier dat al zo d i kwijls een hoofdrol h eeft gespeeld in hun fantasierijke leefwereld centraal staat, n l. de Di nosaurus. Het Kon i n klijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen staat bij hen dan ook bekend als het "Dino-museum". Op de te kleine parki ng, we moeten onze auto i n één van de om liggende straten parkeren, heet een grote houten d i nosaurus ons welkom.
Over jassen mutsen en mineralen Het begin van het museum is niet bepaald overzichtelijk omdat we achtereenvolgens trappen af en o p gaan en het n iet onmiddel lijk d u i delijk i s welke richting we uit moeten. I k loop al snel met mijn armen vol jassen en m utsen wat notities nemen on mogelijk maakt. Een vestiaire brengt de oplossi ng. Beneden in de mineralenzaal liggen in vitri nekasten grote hoeveelheden meteorieten en maangesteenten tentoongesteld voor een m i nder geslaagde paarsbla uwe achter grond. Sulfaten , buraten , oxiden en nog vele andere geven hier al h u n geheimen prijs. Ondertussen hebben Ju les en O n a zich al verdiept i n de wereld van d e lguanodons. In een eerste glazen kast die over twee verdiepingen rei kt staan grote zwarte skeletten van lguanodons i m posant te wezen. Een tweede, even grote, glazen kast toont lguanodons zoals ze ontdekt werden i n de natu u rlijke put tijdens d e ontgi n n i n g v a n d e steenkoolmijn v a n Sern issart i n 1878. I n gekaderd aan de m u u r hangen handge sch reven verslagen. Uit de korte zinnen
blijkt de verbijstering d i e zich toen van de ontdekkers meester gemaakt moet hebben. I k begin het zelfs allemaal spannend te vinden, wat het toen toch op zijn m i nst geweest moet zij n .
Een dino met een sjaaltje I n een décor van houten palmbomen en groene camouflagenetten van het leger staan vijf dinosaurussen opgesteld. Drie d inopoppen worden door een i ngebouwde machine en igszins tot leven bewogen en ze zijn allemaal aan een opknapbeurt toe. Als d e Parasaurolophus geen keelontsteking heeft, dient het sjaaltje enke l op een grote scheur in zijn hals te camoufleren. De lyrannosaurus Rex staat apart opgesteld en maakte bij onze vorige bezoeken met een schrikwekkend gebrul en een d reigende pas voorwaarts vele kinderen bang. Hij is dan ook een vleeseter die men misschien het zwijgen h eeft moeten opleggen? De U ltrasaurus wordt vertegenwoordigd door één van zijn 6,8m hoge poten. Hier ervaar i k dat grootte e n kel een verhouding i s van wat er tegenover wordt gesteld. Open mij/ouvrez moi "Van mensen en mam moeten " staat verdeeld over enerzijds een houten constructie waar de evolutie van de primaten op een boeiende, leerrijke en interactieve manier wordt voorgesteld . Zo zijn er driehoekige zuilen d i e rond h u n a s draaien en waarvan één e e n spiegelkant h eeft. Kwestie van jezelf als resultaat van deze evolutie te aanschouwen. Sch u iven vragen o m geopend te worden (open mij/ouvrez moi) Op de grond kan je je voetafd ruk vergelijken met 3,5 m i ljoen jaar oude voetsporen van
één jonge en twee volwassen tweevoeters. De evolutie wordt u itgebeeld in een stripver haal, met beeld en geluid, een wand met tandwielen, met kleurpotlood uitgewerkte tekeningen op hout gecombineerd met skeletonderdelen, een touch-screen en een wan d met schuifdeurtjes. Levensgrote poppen en decors in m i n iatuu r verbeelden leven u i t e e n andere tijd. Anderzijds staan mam moeten temidden van een natuurgetrouw geschilderd landschap waar we als bezoeker deel van uitmaken. Een babymammoet komt uit de achtergrond naar voren, beweegt oren, slurf en kop en maakt een klagend geluid. Ik kan de kinderen moeilijk overtuigen dat dit geen levende d i eren zij n . I n versch illende kasten wordt i nformatie over d in o's op een du idelijke, kindvriende lijke manier aanschouwelijk gemaakt. Zo stelt bv. een tafereel in m i n iatuu r het verloop van een o pgravi ng voor. We begeven ons naar d e bodem van d e zee tijdens de J u ra en het Krijt. Volled ig door blauw omringd zien we vreemde geschil derde zeed ieren, skeletten en dieren op ware grootte nagemaakt d i e bijna onzicht baar zijn opgehangen en die met h u n schaduw alles n e t echt maken. Twee trapen rond een d u b bele DNA h elix brengen ons naar de versch illende verdie pingen. Op d e eerste verdieping staan we ter hoogte van de kop van de eerder besch reven lguanodons. Hier zien we nog enkele skeletten van d inosauriërs voor een geschil derde achtergrond die op d e grond vervolle d igd wordt met rotspartijen, zand en gras. I n een gang waar enkele zoogdieren en
Dino's in olie moten en gewicheten, © KBIN
skeletten van de eerste vogels i n kasten staan, lopen ]u les en On a in h u n T-shirt. Buiten mag d e winter dan eindelijk begonnen zijn, h ierbinnen is het eigenlijk veel te warm. De tweede verdieping biedt een overzicht van de fauna van België maar i s gesloten door d e lopende tentoonstelling. En kele opgezette herten en een everzwijn staan er verlaten bij.
Het indrukwekkende walvisskelet, © KBIN
Hoger naar d e derde verdieping krijgen we een gedetailleerd overzicht van de zoog d ieren. Snaveldieren en buideld ieren, zorg vuldig opgezet welteverstaan, poseren i n kasten naast een bordje waarop z e i n tijd en ruimte gesitueerd worden. De voortplanting en het zogen van d e jongen worden op een pedagogisch verantwoorde manier uitgebeeld. We wandelen rustig verder zonder alle bordjes te lezen want het museum voorziet geen mogelijkheid om te overnachten ... Een "Chinchilla" trekt mijn aandacht. Ik schrik een beetje bij d e aanblik van dit diertje want dit was mijn totem i n een ander leven bij de scouts. Gelukkig zagen de eigenschapen d i e erbij horen er beter uit. Omdat het voor de kinderen niet snel genoeg vooruit gaat spelen we een spelletje waarbij we merken dat de, volgen s ons, Bruine beer eigenlijk de G rizzly is en dat we de Jaguar of de Poema niet zo gemakkelijk uit een negental soortgenoten h erkennen. De m uren en het plafond van de walvissen zaa l zijn zwart en geven een mooi contrast met de reusachtige witte skeletten . Van o p e e n heus scheepsdek kijken w e n a a r de zee en octopusachtige armen tonen ons op een scherm prachtige beelden van walvissen en dolfij nen.
::: N 0 0 N
�
..
L > � 0
15
Splno Dino
Aan een wan d hangt een reuzenboek waar beeldend wordt aangetoond dat een blauwe vinvis evenveel kan wegen als 2 2 olifanten en dat het darmkanaal van een potvis even lang kan zijn als de Eiffeltoren. Nu we ook alles weten over walvissen willen we een kajuit deur openen waarboven staat: "Welkom aan boord, wacht op het groene licht". Zo welkom zijn we niet want de deuren zijn vergrendeld . Dan m a a r verder n a a r de uitersten van de wereld in één gang samenge bracht: de Noord-en Zuidpool waar weer verschillende zintuigen worden geprikkeld. Zo h oren we de wind gieren, voelen we de tem peratuur dalen en zien we het n oorderlicht schijnen. De opgezette moederpinguïns houden lief d evol h u n opgezette baby's warm. Een enorm e walvisstaart met plankton insinu eert een walvis die net in het water gedoken is. Ik ben nog nooit op de polen geweest maar alles ziet er vrij realistisch u it, zelfs de witte uitwerpselen op de rotsen.
Was deze echt spoorloos?, © KBIN
I
Dit is een m useum dat een verscheidenheid van tentoonstellen biedt. J e wordt als bezoeker van alle leeftijden uitgedaagd om soms actief deel te nemen aan het gegeven , s o m s gewoon kijken, s o m s meegaan i n d e fa ntasie d a t je j e echt op de gecreëerde plaats bevindt. Aan alles is gedacht om d e sfeer zo optimaal mogelijk te maken. Zo zijn de ramen i n de zee van een discrete witte matte laag voorzien en wordt het geluid en de tem peratuur ook aangepast. Beha lve in de zaal van de ijstijden en de Noord- en Zuidpool is het wel overal veel te warm! De enorme hoeveelheid opgezette d ieren kan nooit levend in één natu u rpark samen gebracht worden en j e ziet d ieren die je nog nooit gezien hebt maar ze hebben wel alle maal hun prijs betaald. In het wi nkeltje bij d e vestiaire kan je allerlei spullen kopen van boeken en posters tot knuffels en spelletjes. Met een verhaal over "Spino Dino" trekken we naar de cafetaria die ik persoonlijk n iet echt gezellig noem.
Publiekstrekkers n°1 de /guanodons, © KBIN
Langs een donkerblauwe gang dalen we af naar het leven in zee en op een bepaald moment krijg i k een benauwd gevoel want ik bevind mij tussen ijsschotsen onder een bevroren wateroppervlak dat nog een flauw licht doorlaat. Snel verder naar de schelpenzaal en even rusten i n een zetel voor een aquari u m met levende (!) vissen .
> � 0
16
De verdwenen volgelspin In de i nsectenzaal lopen we onder de poten van een sprinkhaan door en houdt een reuzengrote bidspri n khaan de wacht voor glazen wanden waartussen vele prachtige vlinders te kijk hangen. Een doorsnede van een huis op schaal toont welke ongenode gasten zich waar i n huis sch uilhouden. We zien het leven in een bijenraat en spi ntepels die 140x vergroot zijn. Hier laten we ons niet door afschri kken en we gaan 15 soorten vogelspi n nen bewonderen. Ook hier is aan d e kleine bezoekers gedacht want zij kunnen alles goed zien als ze o p de loop pla n k lope n . Toch e e n beetje bezorgd want i n é é n kast hebben we de vogelspin niet gezien, dalen we d e trappen af en komen zo bij d e uitgang.
,q (J ���;��·����·��TUURWETENSCHAPPEN •
C/l •
Va u tierstraat 29 - 1000 Brussel
Tel.o2 627 42 38 van dinsdag totvrijdagvan 9u3o tot 1 6 u45 zaterdag, zondag en schoolvakanties van 1ou tot 18u € 6, s o -€ s.s o - € 4
D e v ro u w i n d e p re h i s t o r i e P ET E R VAN D E R P LAETS E N
De traditie om iets te leren over de tevenswijze van onze voorouders door de n u (of tot voor kort) nog
Het is verleidelijk om parallellen te trekken tussen de l nuïts (arctische groep) en de primaten uit d e laatste Ijstijd Soms tracht men zelfs iets te leren uit de gebruiken van de Bosjesmannen (en vrouwen) of d e ! Kung. Samenvattend zou men kunnen zeggen : m a n n e n jagen en vrouwen verzamelen . Het i s zelfs zo dat er een taboe bestaat tegen· over het aanraken van bloed door vrouwen . Vrouwen gaan niet op jacht. Z e bewerken wel de huid van de buit nadat deze van vet en bloed is ontdaan . Primitieve afbeelding van een vrouwenfiguur, © PAMZOV
schap. Op basis van deze vaststellingen en a rcheologisch onderzoek komt 'Wamen in Prehistory' tot het besluit dat de vrouw i n de preh istorie minstens de gelijke was aan de man. Hoe later het aanzien van d e vrouw in onze cultuur verminderde, is een verhaal dat buiten het tijdskader van deze tentoonstel ling valt.
Fysische evolutie en begrafenisrituelen Hoe zagen onze voorouders eru it? In ieder geval waren het geen voorovergebogen, harige, oe-a klan ken uitstotende wezens die gehuld i n een lendenlap en met knot op de schouders hun vrouw bij de haren voort sleepten. Een analyse begi nt bij de vraag hoe we op basis van botten (andere d iagnostische ken merken bleven nooit bewaard) mannen van vrouwen kunnen onderscheiden. Bij d e vroegste mens worden we geholpen door de aanwezigheid van een duidelijk seksueel dimorfisme (twee verschillende vormen) waarbij de vrouwelijke individuen beduidend klei ner en gracieler zijn dan de man nelijke.Op basis van fragmenten van schedels en beenderen is het vaak zeer moeilijk om het onderscheidt te maken. Bovendien neemt dit d imorfisme i n de loop van de tijd af. Bij d e moderne mens wordt dit criterium bijna geheel onbru i kbaar. We moeten het dan vooral hebben van verschillen i n de schedel en het bekke n .
bestaat
H e t onderscheid tussen de seksen is van belang wan neer we begravingen bestudere n . Bij d e vroegste begravi ngen (vanaf 1oo.ooo jaar geleden) konden man en vrouw op een gelijke behande ling rekenen. Pas tijdens het Mesolithicum, aan d e vooravond van d e introductie van land bouw en veeteelt, zien we dat vrouwen andere bijgiften in hun graf meekregen dan mannen. Daarnaast zijn er heel wat voor beelden aangetroffen waaruit blijkt dat ook vrouwen hoog sociaal aanzien genoten. jacht biedt echter geen garantie o p succes (eten). Wan neer de man met lege handen terugkeert, is het de vrouw die zorgt dat er toch nog eten op tafel komt. ln de natuu r valt altijd wel iets te rapen, of liever te verza m elen. Als er al een strikte arbeidsverdeling is, dan staat de vrouw - zowel o p econom ische, sociaal als maatschappelijke vlak - haar man netje. Zo d raagt ze bij tot d e opbouw en het in stand houden van de leefgemeen-
De vrouw in de kunst De hoofdmoot van de tentoonstelling is opgebouwd rond een bijna com plete verza meling van afbeeld ingen van vrouwen die ons uit d e prehistorie zijn overgebleven . Natuurlijk kennen we d i e ronde voorstel lingen van dames die ook wel 'ven ussen' worden genoemd . Naast deze kunstuitingen bestaan nog vele andere voorbeelden van ·vrouwelijk schoon .
.:: N " " N � �
�
> � 0
17
en het naaien tot goed sluitende maatkledij beheersten ze perfect. Ook d e vrouwenbeeldjes die aanduiding van kledij geven, bevestigen dat deze mode d ichter staat bij wat eskimo's tot voor kort droegen, dan bij de kledij van Wilma en Betty uit d e Flintstones. Pas bij het verwarmen van het klimaat tijdens het Mesolithicum kunnen we aannemen dat er zoiets als een rok werd uitgevonden. De schilderi n gen uit de Spaanse Levant geven echter geen uitsluitsel over het typisch vrou welijke ervan. Tijdens het Paleolith icum d i rkten zowel mannen als vrouwen zich graag op met kralen, armbanden, halssnoeren, enkelringen ... Op basis van bijgiften van sierraden i n graven kan men niet opmaken van welke sekse de eigenaar is.Vanaf het Mesolith icum zien we dat er typisch vrouwelijke en mannelijke vormen van s m u k ontstaan . B i j zoveel onbeantwoorde vragen is het dan ook logisch dat we i n tekenfi lms en stripverhalen beelden opgehangen krijgen van vrouwen die het midden houden tussen forse, lompe wezens en sexy stoeipoezen. De tentoonstelling besluit dan ook met een bloemlezing uit deze 'moderne' manier van voor stellen. De werkelijkheid zal wel ergens tussenin hangen. ' »La femme est l'avenir de /'hom me » écrivait Louis Aragon. Elle est aussi son passé, sans par/er du présent... ',
besluit de tentoonstelling.
Reconstructietekening, © Clarys
E
N 0 0 N
" � L > � 0
18
Om het geheel te duiden, brengt men eerst een i n leiding rond de a lgemene tendensen binnen d e 'kunst' tijdens het Paleolithicum en Mesolithicum. Vervolgens licht men d e evolutie v a n de afbeeld ingen v a n vrouwen in deta i l toe. Zo valt het op dat bij het versch ijnen van de eerste u itingen deze 'kunst' zich meteen a ls volwassen openbaart. Naast een rijke vormentaal blijkt men ook alle technieken van plastische expressie zoals graveren , sculpteren en schilderen onder d e knie te
hebben. Zij uiten zich in stijlen die gaan van rea lisme over expressionisme tot schemati seri ng. Wie sprak van een bende prim itieve barbaren?
�
Toch stellen we vast dat meer dan 90% van de afbeeld ingen d ieren betreffen en slechts 3% de mens. Is het n iet veelbetekenend dat binnen deze laatste groep afbeeld ingen van mannen bijzonder zeldzaam zijn?
De betekenis van dit a lles blijft echter zorgen voor verhitte discussies. Het i s moeilijk, zoniet o n mogelijk, om aan d e hand van materiële resten d e denkwereld van onze voorouders te doorgronden. Moeten we deze vrouwen beeldjes interpre teren als vruchtbaarheidssymbolen, betreft het sjamanisme of hebben we te doen met d e centerfold van een mannenblad van een paar tienduizend jaar geleden? We zullen het wellicht nooit te weten komen.
Kledij en smuk Madammen met een bontjas waren tijdens d e Ijstijd de gewoonste zaak van de wereld. Geen lendenlap maar wel aan het koude klimaat aangepast kledij bestaande uit laarzen, broek en jas met capuchon. Het bewerken van huiden, het versnijden ervan
I
Venusfiguurtje, © PAMZOV
E
,q. ��� �;;:�;:;:�: Cl
•
tJl
_i.
Paddestraat 7, 9620 Velzeke Tel: 09/360.67.16
[email protected] ,..., 16 november 2001 - april 2002 maandag tot vrijdag van 9 tot 12 u
�
.!:4 en 14 tot 17 u, zaterdag, ".;_
zondag en feestdagen van 14 tot 18 u
"W € 2,48 (met hetzelfde ticket
� kunt u ook naar het PAM Ename)
> � 0
..
19
I r
OI �· :x: •
�I I I I I I I
VIVIAN E DE M UY N C K
L
viste n , Revi s m e , Revi a n a , . . �
Je moet het maar doen ! In hetzelfde jaar vereerd worden met de Prijs der
I I
itJ'Y\o ILf-
I.J"'&-1,. "'""'
diL
Nederlandse letteren
l-t...
én met een grote tentoonstelling in
2u �
'hèt' literaire museum an Nederland!
• • •
-l-y. �
5
D e affaire ron d Nederlands' grote (missch ien in de toekomst wel 'grootste') volksschrijver, die de Prijs der Nederlandse Letteren, hem toegekend voor ruim een ha lve eeuw rijk en vruchtbaar sch rijver schap, niet uit handen van de Belgische koning Albert mocht ontvangen, zorgde voor d e media-aandacht die de meester zelve i n het verleden d i kwijls handig n a a r zich toe wist te halen. Paradoxaal genoeg ontstond a l dit tram melant niet rond d e figuur van de mediagenieke auteur zelf, maar wel ron d z i j n levensgezel J o o p Schafth uizen , d i e o n derhand wellicht even grote bekendheid (of liever beruchtheid?) geniet als de veel vuldig bekroonde Reve him self.
Gerard Reve, Leraar en Belijder De timing voor de overzichtstentoonstelling 'Gerard Reve, Leraar en Belijder' in het Letterkundig M useum in Den Haag, waarvan ,C. J de opening plaatsvond op 30 november ll. kon n iet beter. je moet het maar doen! In hetzelfde jaar vereerd worden met de Prijs der Nederlandse Letteren én met een grote tentoonstelling in 'hèt' literaire museum van Nederland! De plan nen voor de tentoonstel ling dateren reeds van midden vorig jaar. Er dreigde echter een ki nk in de kabel te komen toen J oo p Schafth uizen i n februari dit jaar besloot geen bruiklenen voor de tentoonstelling beschikbaar te stelle n . Nop Maas en Wim Crouwel, d e respectieve lijke samensteller en vormgever van het project, besloten toch door te gaan omdat ze over al heel wat prachtig materiaal van elders beschikten. Het uitein delijke resul taat van hun inspa n n ingen is nog tot 2 6 mei 2002 te zien. "De titel is gekozen omdat die op verschil lende man ieren o p Reve te betrekken is. Reve h eeft met een zekere regelmaat ongetwijfeld ook met een dosis i ronie opgemerkt dat hij volgen s zijn horoscoop heilig zou worden. Er zijn twee soorten heilige n : de martelaren die stierven voor het geloof en de anderen die leraar en belijder genoemd worden en die het geloofverde d i gden en u itlegden. Reve hoort bij de tweede groep. Vandaar dat hij aan d e verkla ringen van echtheid bij de relikwieën, maar ook wel i n opdrachten, d e aanduiding 'leraar en belijder' aan zijn naam toevoegt. Daarnaast kun je vaststellen dat Reve in de loop van zijn leven inderdaad als leraar en belijder optrad, door zijn zieleroerselen en zijn religieuze, politieke en maatschappe lijke opvattingen uit te d ragen" aldus Nop Maas, neerlandicus en Reve-kenner bij uitstek.
Nederlands' grootste volksschrijver, © Letterkundig Museum, Den Haag
Motto Van zodra je de tentoonstelling b i n nenwan delt sta je oog i n oog met Reve, weliswaar via een portret waarop hij wordt afgebeeld als de a postel Ezech iel. lne Lament schil derde dit in een serie voor het boeke n bal van 1997 (thema: 'mijn God'). De reviaanse sfeer die van het schilderij uitgaat wordt versterkt door de tekst erboven, waarin Reve zelf de positie d i e hij i n neemt schetst. Deze tekst is trouwens bedoeld als motto voor de tentoonstelling in haar geheel. "Door zijn paradoxale uitspraken en zijn dikwijls uitdagende optreden is Gerard Reve afwisselend uitgemaakt voor een goddeloze spotter, een rechtse racist, een chauvinisti sche royalist en een bijgelovige occultist; velen echterzien in hem een marte/aaren heilige, en de apostel van een nieuwe en waarachtige moraal. ' Gerard Reve 'Levensloop van de schrijver' in Een circusjongen.
..s::l · .............. DEN HAAG q LETTERKUNDIG CJl MUSEUM/KINDERBOEKENMUSEUM . is gehuisvest in het .
•
. ..... Koninklijke Bibliotheek-complex,
�
naast station Den Haag Centraal. In drie minuten loopt u van het station naar het museum: halverwege spoor 12
.!4 de weg oversteken en rechtdoor lopen. � � Er is gelegenheid tot betaald parkeren in de nabije omgeving. � Openingstijden: di. t/m vr. 10-17 uur, •
weekend en feestdagen 12-17 uur; gesloten: maandag, eerste Kerstdag en nieuwjaarsdag.
])e �.von çie.,
"" ,..u,_. ; l . ,, • • u. .... .... ;"..:;:.,_.. ..... ·'"""""' <--t.t• .".... _. -,. - r 4.._, ... .:."... � � � ..q � ...; co« �.rrrv�o. �, � u .u.. !..... . 1}._, u � j..t-...1 ....... ... ... �.. .... ....�'�� .......... l-rt ..._ � .t--. , � ......t.. l 1-t-' ....... ....... ........ ... 4. &..;... ...:! .(....u - • 'ïf
J AA u
De periodes Het werk van Reve is de leiddraad bij de chronologische opbouw van de tentoonstel ling . Daarnaast hebben d e makers ernaar gestreefd een beeld te geven van de niet onbelangrijke deelname van de kunstenaar aan het maatschappelijk debat. Hoewel Reves sch rijversleven tot nu toe altijd in vijf periodes werd i n gedeeld, komen in d e tentoonstelling zes periodes aan bod. Of de ene periode a l belangrijker was dan d e andere hangt vermoedelijk grotendeels a f v a n de persoonlijke ervaring v a n d e lezer bezoeker of de bezoeker-lezer (waarom niet?). Nochtans werden, mede door de vormgevi ng van Wim Crouwel accenten gelegd. Zo is het bijvoorbeeld n iet toevallig dat de violette periode de meeste ruimte krijgt. Dit zijn nl. de jaren waari n Reve de zogenaamde 'reisbrier ontwikkelde. De brievenboeken 'Op weg naar het Einde' en 'Nader tot U' mogen tot m ij lpalen i n de Nederlandse literatu u r gerekend worden. Men spreekt van 'bekentenisliteratu ur'. Het is de periode waarin hij openlijk voor zijn homoseksuele geaardheid ('heren liefde') uitkomt en waarin hij zich ontpopt als media-figuur. Aanzet hiertoe was onge twijfeld zijn veelbesproken optreden i n het progra m ma 'Literaire ontmoeting' op 11 decem ber 1963. I n 1966 verscheen d e reeds genoemde bundel 'Nader tot U' met als afsluiter de serie gedichten 'Geestelijke liederen'. Twee fragmenten wil i k d e lezers toch niet onthouden omdat ze zowel de plechtstatig heid en d e bittere ernst als d e verholen zelf spot en h u mor van Reve weergeven . Ze zijn trouwens ook een illustratie van zijn onna volgbare stijl, waarvan we in de tentoonstel ling ta l van voorbeelden vinden. Uit 'Nader tot U': Eigenlijk geloof ik niets en twijfel ik aan alles, zelfs aan U Maar soms, wanneer ik denk dat Gij waarachtig leeft dan denk ik, dat Gij Liefde zijt, en eenzaam en dat, in dezelfde wanhoop, Gij mij zoekt zoals ik U.
De gewraakte passage die verscheen in het tijdschrift Dialoog. Dit leverde hem een aan klacht wegens gods lastering op, wat uitmondde in het 'Ezelproces'. Reve werd vrijge sproken
'Als God zich opnieuw in de Levende Stof gevangen heeft, zal hij als Ezel terugkeren, hoogstens in staat een paar lettergrepen te formuleren, miskend en verguisd en geran seld, maar ik zal hem begrijpen en meteen met Hem naar bed gaan, maar ik doe zwach tels om zijn hoefles, dat ik niet te veel schrammen krijg als Hij spartelt bij het klaarkomen'
Datzelfde jaar trad hij toe tot de katholieke kerk en mocht h ij de P.C . Hooftprijs 1968 i n ontvangst nemen. H i j kocht i n 1969 i n Dröme (Zu id-Fra nkrijk) het 'Geheime Landgoed', dat in zijn verdere leven en werk een belang rijke rol zou spelen. Het waren dus zowe turbulente als prod uctieve jaren! Volgens Nop Maas von d Reve het vroeger ook wel chique als zijn werk in kleuren pe riodes werd i ngedeeld. Zo werd zijn vro werk wel eens aangeduid als de grijze of zwarte periode, gevolgd door d e violette periode. Daar h ield het echter op. Het toekennen van toepasselijke kleuren aan de volgende periodes gebeurd e d u s louter t e r gelegenheid v a n de tentoonstel ling. Een structurerend element, waar dank baar gebruik van gemaakt werd.
Kleine dingetjes Een logisch geheel maken van al het verza meld e materiaal kan geen eenvoudige opd racht geweest zijn. Er zijn nl. ontelbare kleine d i n getjes. Alleen door een zorgvuldig arrangement en een goed doordachte vorm geving konden Nop Maas en Wim Crouwel erin slagen alles te kaderen in een totaalbeeld dat d e gemiddelde bezoeker ged urende een tweetal uur kan blijven boeien. Echte Reve-fanaten, voor wie deze tentoon stelli ng wel een feest moet zij n , trekken er best nog wat meer tijd voor uit. Natu urlijk kan men ook alleen even de sfeer opsnuiven , de topstukken langslopen, of als lezer n u wel eens d e personen en locaties die in Reves boeken voorkomen en voor deze gelegenheid in het Letterkundig m useum gevisualiseerd zijn, bekijken. Het konijn uit 'de Avonden', © Letterkundig Museum, Den Haag
"""" ... -r ,{.;.J.< ---��-- ... .._ ..._ u..l...A ,. u ...._. ,...., � .,_ V>oot, -'"* .,."'71.�� cl.._.l.., � ....... ...: W- ot-.(.., �- L... ...... ,4... . j "'l- ....... z.......r. .,... !l.o. .... � p.__,_, ..,...,l... J.A1--. 1 9 '<4 , ,_,.., t..t '-;) J...-L.., o(..." 'f.:<; Cs:<.... �. l.l.;· .<. .,_ .." .t......,.
� � v-. y. �- -'-.A- .c...6A -.; c.C.c. ""'-:L....l. v--... '""" - u..._.._._ _. . Ác....: � ....... .,c.. .A- l.J l..-.1t ...... t.., ...."... ,�,..( -{. � --�,--,. I �._- -,- � ......._, .._ , �· • • . ...._.t • ......., '-"- ...... '"1 ...... ""J. ...... '71 .... A-<. ""--,......_ -..... -L-. • c... � �- � ..,_,...... .L.s. loo ''-s rt. •t, .::ut --., cc; ..... � �· ' . j( u • ..{"'( ""' . :1> 0 .. I_,e._ �""' • "' ..... .. '1
ca�. ,=� pc; 'r• ,..., ,
·-
Hetoriginele manuscriptvan 'de Avonden', © Letterkundig Museum, Den Haag
De aandacht gaat i n dat geval bij voorkeur uit naar materiaal dat nog nooit getoond werd: bv. Het handschrift van Werther N ieland in twee versies en versch illende kladversies van enkele ged ichten uit 'Nader tot U'. Wat de voorwerpen aangaat is er het konijn uit 'De Avonden', de beer uit 'Bezorgde Ouders' en het enige overge bleven voorwerp van de joodse fam i lie 'Boslowits', een spiegel. Het trieste lot van dit gezin, dat in de Tweede Wereldoorlog werd gedood door de Duitse bezetter wordt door Reve besch reven in zijn boek 'De ondergang van de fam i lie Boslowits' (1946). Verder zijn er versch illende jeugd portretten , e n kele etsen v a n Reve zelf, h e t begin v a n het originele man uscript van 'De Avonden' (het d u u rste manuscript van Nederland), het beroemde d rieluik van Albert Knoop waarop de auteur in m i litair u n iform aan d e zijde van Kon ingin J u liana is afgebeeld, een heleboel foto's van de sch rijver en zijn vrienden en van de huizen waar de auteur verbleef, enz. Aa n het eind van d e tentoonstelli ng vinden we een vitrinekist met daarin een collectie Reve-relikwieë n : plukjes schaamhaar, een d ruppel bloed op een doekje, een pillen doosje, een rozen kran s met kralen van rode hartjes, ... Dit maakt de ci rkel rond en doet ons letterlijk én figuurlijk belanden bij het � uitgangspunt: de mix Reve, kernachtig weer- � gegeven in titel en motto.
_
> w 0
21
H e t h a n d b o e k va n d e k u n s t e n a a r " l l Li b ro d e ll' Arte" Ce n n i n o Ce n n i n i ELS N O UWEN
Hoe bouw je een schilderij op? Op welke wijze kan je een paneel vergulden? Hoe maak je een fresco? Vragen die een kunstenaar of restaurateur zich stelt.
In 'll libro dell'Arte' neemt Cen n i n o Cen n i n i d e aspirant b i j de h a n d . Stap voor stap legt hij het a m bacht uiterst gedetailleerd en helder uit. Dit u nieke traktaat, rond 1400 geschreven, wordt beschouwd als het "oerboek" van d e sch i ldertech n iek. Tot voor kort kon men e n kel het Italiaanse origin eel en d e Engelse vertaling raadplegen. N u is er d e N ederlandse verta ling.
Naar Giotto "Een onbelangrijk beoefenaa r van de schil derkunst" zo beschrijft Cen n i n o d 'Andrea Cen n i n i (1360?-1427?) zichzelf in de in lei d i n g. Over d e aute u r is maar wei n ig bekend. Hij werd geboren i n Colle d i Valdelsa -Siena en opgeleid i n een aantal werkplaatsen in Toscane. O m streeks 1388 werkt hij aan een uitvoeri n g va n d e Sint-Stefa n usreeks i n de S int-Lucchesekerk in de buurt van Poggibonsi. Later werkt hij i n Pad u a aan zijn boek. H ij treedt als schi lder i n dienst van een voorname heer en vervaardigt i n zijn geboortedorp een aantal werken die verloren zijn geraakt. Cen n i n o Cen n i n i was 10 jaar in de leer bij Agnollo Gaddi, zoon een leerli n g van Taddeo Gaddi, die op zijn beurt leerling was van G iotto (1267?-1336/7). 1 l li bro dell'Arte geeft ons een beeld van stijl en werkwijze van d e grote meester en z i j n volgelingen. Zeer gestructureerd wordt de werkwijze uit d e doeken gedaan, van het prepareren van gronden tot d e slotvernis. "De basis van het beroep (...) i s tekenen en sch i lderen."
Leonardo da Vinei, Studie van maten en verhoudingen, © Gulleria del/' Academia, Venetië
Verder vernemen we onder meer hoe men kan verhinderen dat hermelijn staarten worden opgegeten door de motten, hoe trillende handen veroorzaakt worden door te veel te genieten van het gezelschap van vrouwen, en welke levensstij l d e meest aangewezen is voor een kunstenaar. En dan i s dit nog maar een keuze.
Voor de beheersi n g van deze twee onder delen is kennis vereist. In de lange opsom ming lezen we o.a. "hoe j e moet i n lijmen, hoe je gips moet modelleren, hoe je moet vergulden, polijsten, temperen, i n leggen, gra n u leren, markeren, schilderen, verluchten, ... " Stappen die hij "uitgebreid onderdeel voor onderdeel zal behandelen". Dat dit traktaat een onschatbare bron van informatie is voor restaurateurs behoeft wei nig verklaring. Voor de liefhebber en kunstenaar vandaag d e dag biedt dit histo risch handboek m et zijn plastische, zinne lijke beschrijvingen tal van i nvalshoeken, gaande van het verband van een aantal bereidingswijzen met d e alchemie tot de ken n ismaking met de oorspro n g va n voor ons vanzelfsprekende -kant en klare- mate rialen .
Een pleidooi ll libro d ell'Arte is meer dan louter een opsom m i n g van i n gred iënten, recepten en wenken. I m m e rs, "De theoretische ken n is is de meest waardevolle; daarna volgt een bezigheid waarvoor een theoretische basis gekoppeld aan een vaard i ge hand nodig is, en dit is de bezigheid die bekendstaat als schilderen, waarvoor zowel verbeelding als handvaard igheid nodig is, ... " Een vooruit streven d standpunt voor een kunstenaar d i e n o g verankerd is i n h e t middeleeuws concept van de kunstenaar als am bachtsman (Artes Mecha nicae) De i nlei ding is een krachtig pleidooi voor de toetrede van de beeldende kunst tot de "Artes Liberales".
© British Museum, Londen
Agnolo Gaddi, De vondst van het heilig © Nationol Gol/ery, Londen
kruis, © Santa Croce, Firenze
De vertaling Hendri k Van den Bossche is sch i lder, restau rateur en d i recteur van de academie van Liedekerke. Zijn vrouw, H ilde Theuns, is german iste. Met zijn ken n i s van de oude techn ieken en haar liefde voor de taal vormden zij het ideale koppel om d it traktaat te vertalen . Ze zijn secuur te werk gegaan. Hun vertaling berust op een afschrift uit 1437, de oudste en meest originele versie, waarvoor Hilde Theuns zich toelegde o p het 14de eeuws Toscaans. Die versie werd verge leken met 'The craftsman's hand book', de Engelse vertalingvan D. V. Thom pson uit 1932 (recentere uitgave 1960). Van den Bossche heeft de Nederlandse vertaling aangevuld met een nuttige verkla rende lijst van begri ppen, tech n ieken en procédés. Het boek is mooi geïllustreerd en u itgegeven i n handig zakformaat. Een hebbed ing.
Verder moedigt hij sch i lders aan de fantasie de vrije loop te laten en een i n d ividuele stijl te ontwikkelen. Hij adviseert om "constant te kopiëren naar d e natuur". Met deze visie bevi ndt Cen n i n i zich o p het scharnierpunt van gotiek naar vroege renais sance.
Tijdsbeeld "Je moet weten welk been goed is. Neem beenderen van de poot en vleugels van gevogelte of van een kapoen ; en hoe ouder ze zijn, hoe beter. Zoals je ze vindt onder de eettafel steek je ze i n het vuur... " zo kan je lezen i n het hoofdstuk waarin besch reven wordt welk soort been goed is voor het prepareren van panelen om op te tekenen. Naast d e h istorische en schildertech n ische waarde is dit ook een a m usant boek, dat een levendig tijdsbeeld schetst. Zo ben je verwonderd te lezen dat zelfs i n d e 14/lsde eeuw stadskippeneieren een lichter eigeel hebben dan eieren gelegd door plattelands kippen, die vanwege hun rood heid, goed zijn voor het aanlengen -in eitem pera- van d e vleeskleur van oudere personen en personen met een donkere huid.
: . . E
"Cennino Cennini, Het handboek van de kunstenaar, /I /ibra deii'Arte", Vertaald door Hendrik Van den Bossche en Hilde Theuns, Uitgeverij Contact, Amsterdam/Antwerpen,
. " �
D
. " �
. c
�
2001.
N " " N " "
ISBN
> � 0
90 254 6261 8
�
23
m p a ct 1 9 0 2 R e v i s i t e d EVA TA H O N
D e belangstellingvoor de kunstenaars uit de vijftiende en de zestiende eeuw groeide in de negentiende eeuw gestaag.
Tegen het einde van die eeuw begonnen Europese grootsteden h u n belangrij kste kunstenaar t e vieren. I n Amsterdam kreeg Rembrandt i n 1898 zijn eerste grote overzichtstentoon stelling. Het jaar daarop vierde Madrid Velazq uez, Antwerpen herdacht Antoon Van Dyck en in Dresden vond een C ranach tentoonstelling plaats. Er wordt hier niets ultpleendl
De Brusselse kunstkenner Philogène Wytsman stelde voor om, i n navolging van de voorbeelden in andere steden, een grote overzichtstentoonstelli ng te houden van de primitieve schilderkunst van België en de Nederlanden. De eerste vergadering van het organiserend com ité van d e 'Exposition d'Oeuvres des Ecoles primitives d e Peinture en Belgique et aux Pays-Bas' vond o p 4 februari 1900 plaats in de ambtswoning van m i n i ster Aug1.1ste Beernaert. Een van de eerste daden van het Comité was het vragen van de medewerking van de B rugse kerke lijke ·nstellinge n en vooral het Sint-lans hos itaal. Dat was meteen het einde van het pro je
Toegangsticket tot de tentoonstelling
I n een briefvan 13 februari 1900 lieten zowel het Brugse stadsbestu u r als het Bestuur der Burgerlijke Godsh uizen weten dat het onmo gelijk was hun mooiste sch i lderijen - hoe tijdelijk ook - uit het m useum te halen. De kerkfabriek van d e Sint-Baafskathedraal i n Gent somde gelijkaardige argumenten op o m het hen nog resterende gedeelte van het Lam Gods-retabel van de gebroeders Van Eyck (de Adam en Eva figuren werden in het Kon i n klijk Museum voor Schone Kunsten in Brussel bewaard, de andere luiken in de Berlijn se Gemäldegalerie) niet uit te lenen. Enkel de Leuvense S int-Pieterskerk zag geen problemen met het uitlenen van hun drieluik van D i rk Bouts. Om het Brugse 'neen' tegemoet te treden, besloot het Comité de tentoonstelling dan maar i n B rugge te organiseren, maar door budgettaire problemen werd de tentoonstel ling nog bijna gekelderd. Uitei ndelijk kwam hij er toch, in de zomer en herfst van 190 2 .
Een onwaarschiJnDik aantal werken
N u B rugge zoveel schi lderijen toegezegd kreeg, moest er een aangepast (en vei lig) lokaal gevonden worden. De oorspronke lijke locatie, het stadsmuseum in de Bogardenkapel, was niet groot genoeg. Een andere grote tentoonstellingsrui mte was er even m i n . Hoewel het alternatiefvoor stel het G ru uth usepaleis was, viel Kervyns oog op het Provinciaal Hof op de Markt.
Het resultaat was onwaarschijn lijk: de bezoeker kwam oog in oog te staan met 413 werken, van Melchior Broederlam tot Pi eter Bruegel. Op de tweede verdieping maakte hij ken n is met het oeuvre van de schildersfa m i lies Pourbus en Claeissens. l n het geres taureerde paleis van de heren van G ru uthuse von d de tentoonstellin g van Oude Kunstam bachten plaats.
Op 12 j u n i waren Antwerpen en Brugge, kerken en kloosters aan de beurt. De Antwerpse bruiklenen zouden per bin nensch i p via Gent i n Brugge toekomen. Maar in Gent bleek het schip een te grote d i epgang te hebben om verder te kunnen varen. De schi lderijen werden terug naar Antwerpen gevaren en opnieuw verstuurd, ditmaal per trein. Op 13 juni kwamen de werken uit Berlij n , Oostenrijk en Enge land aan. Een tweede lad i ng uit Engeland, samen met de bruiklenen uit Nederland, Italië en Oostenrij k kwamen pas de dagvoor de openi n g ter plaatse. Voor Brugge was 14 j u n i een spektakeldag. De schilderijen van Hans Memling werden in processie van het Sint-lanshospitaal naar de Markt gedragen. Henri Kervyn de Lettenhave kreeg zelf de eer het Tweeluik met Maarten van Nieuwenhove te d ragen, geëscorteerd door twee leden van de Comm issie van Burgerlijke Godshuizen. Voor hen werd het Ursulaschrijn op een draagberrie gedragen, en daarvoor de andere panelen. Enkele verzamelaars verkozen h u n kostbaar bezit persoo n lijk te komen brengen. Anderen lieten hun schilderijen dan weer zonder begeleiding per trein naar Brugge komen.
De navolging van 1902: Impact De nationale trots was in verschi llende landen gewekt, dan kzij het grote succes van 'L'Exposition de Prim itifs flamands'. Navolging kon niet uitblijve n . Na een oproep i n d e Parijse kranten werd een Frans Comité opgezet. In 1904 beleefde Parijs d e zomer van de 'Prim itifs français', terwijl Düsseldorf toen een 'Kunsth istorische Ausstellung' h ield. Op hetzelfde ogenblik organiseerde men in het Palazzo Publico i n Siena d e tot dan toe belangrijkste tentoonstelli ng over Italiaanse oude meesters én tegelijk was in Londen een overzicht over hetzelfde onderwerp opgezet. Niet allen de kunstliefhebbers kwamen d e werken bewonderen. In de daar opvolgende jaren doken verdacht veel Sienese prim itieven op in Londen. Bij nader onderzoek bleek het i n de meeste gevallen om vervalsingen te gaan, inspe lend op de populariteit van het ogenblik.
Neo-gotisch station van Brugge op het Zand, omstreeks 1900
-9""'! ���-���:�;;�;;�UlS •
In B rugge werden overzichtstentoonstel lingen zoals i n 1902 een traditie. De stad nam echter de organisatie over, in tegenstel ling tot 'Les Primitifs flamands' waar het stadsbestuur eerder een rem mende factor in het geheel speelde. De belangrij kste tentoonstellingen in Brugge op vlak van oude sch i lderkunst waren: 'Maîtres Anciens' (1905), 'Het G ulden Vlies' (1907), 'Hans Memli n g' (1939), 'Gerard David'(1949), ' I Fiammi ngh i e l'ltalia' (1951), 'Het Portret in de Oude Nederlanden' (1953), 'Vlaamse Kunst in Brits bezit' (1956), 'Vlaamse Kunst in Spaans bezit' (1958), 'De eeuw der Vlaamse Prim itieven' (1960), 'Jan Gossaert genaamd Mabuse' (1965), 'Anonieme Vlaamse Pri m itieven' (1969), '8oo jaar Sint-Janshospitaal' (1976), 'Pi eter Pou rbus Meester - Schilder' (1984), 'Lodewijk van G ru uthuse' (1993), 'Hans Memling' (1994), 'Van Hans Memling tot Pi eter Pourbus' (1998) en 'Jan van Eyck, d e Vlaamse Primitieven en het Zuiden' (2002).
E
� � � �
Dijver 16 Booo Brugge • Tel: aso/44 87 11
CIJ
•ri 22 februari tot 30 juni �
�
�
� .. .
€ 2,5 - € 1,5
N 0 0 N "
� "
Korting met OKV-Museumkaart
,.. . 0
25
e l a n vo o r h e t O u d e n a a rd s e
Het Oudenaardse
kunstcollectie rij Naast e
Het Oudenaards profaan zilver en d e n ieuwe collectiestukken zijn een bruikleen van verzamelaar en kunstliefhebber de heer Ernest De Boever-Alligoridès. Die idee ontstond 10 jaar geleden toen, na de restauratiewerken van het sta d h u is en een tentoonstelling over Oudenaards zilver, de voormalige ka pellekamer als zilverzaal ingericht werd. Ook de versch illend e kerkfa brieken uit de deelgemeenten en de nabu rige gemeenten besloten hun prokstukken in vei ligheid te brengen door middel van een bruikleen . Ged urende 10 j a a r bleef de h e e r De Boever vlijtig verzam e len.Toen h ij in mei 2000 bekend maakte dat hij een zestigtal voor werpen in brui kleen zou geven , werd onm id dellijk op zoek gegaan naar een passende locatie. Die von d men i n d e stem m ige Voogdenkamer op de tweede verdieping van het stad huis.
tot het spelen van spelletjes met dranken. Een mooi voorbeeld is d e Nederlandse molen beker van d e Meester met zespuntster uit 1655. De m i niatuurmolen, staande op de klokbeker, h eeft een pijpje naast de molen trap. Door op het pijpje te blazen liet men de wieken d raaien. De beker moest men i n één teug leegdrin ken, nog voor d e wieken stil vielen.Wie er niet i n slaagde kon het spel letje van vooraf aan herbegi n nen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat menig gast dron ken huiswaarts keerde. Een bijzonder i nteressante 17de-eeuwse schertsbeker is het zogenaamde 'Hansje-in de kelder' uit Neurenberg, 1660. Dergelijke beker werd gebrui kt om op aanstaande moeders te drinken. I n het midden van de schaal zit een bolletje dat van gaatjes voor zien is. Antwerpse pronkbeker, midden 16de eeuw
Europees zilver, de collectie De Boever Alligoridès Op 24 mei 2000 openden op de tweede verdieping van het stad h u i s de d eu ren van d e voormalige Voogden kamer. De kleine gezellige kamer heeft 18de-eeuwse biblio theekkasten en een gaanderij. I n deze rui mte werden tot voor 20 jaar de Oudenaardse stadsarchieven bewaard. I n zes kij kkasten en centraal vier consoles zijn een zestigtal sier- en gebrui ksvoor werpen van Belgische, Nederlandse, Duitse, Engelse, Ierse, Franse en Italiaanse origine tentoongesteld. De gevarieerde en rijke verzameling biedt een overzicht van 16de, 17de en 18de eeuws gebrui ks- en pronkzilver. De meeste stukken dateren echter uit de 17de eeuw. De zilverstukken weerspiegelen een veran derde tijdsgeest en stijl. We zien een evolutie gaande van renaissance en manië risme naar barok, rococo en classicisme. De edelsmeedkunst stond uiteraard niet op een eilandje. De befaamde edelsmeden zijn veelvuldig en i ntensief i n contact geweest met ander kunstenaars en hebben elkaar sterk beïnvloed. Pronkerig zilver In de 16de en de 17de eeuw waren snake rijen of schertsbekers zowel in d e Neder landen als i n Duitsland erg in trek. Zij komen voor i n allerlei vormen en uitbeeldingen en bevatten een spel-of verrassingselement. Zij symboliseren d e ludieke rol van wijn in die periode. Het vaderschap, het moederschap of een brui loft was meestal een aanleiding
© foto: Stad Oudenaarde
Schenkkan, 1708 © foto: Stad Oudenaarde
Bovenop het vlottertje is een dekseltje met eronder een putto of een kinderfiguurtje. Wanneer men de wij n i n d e beker giet, komt het Hansje uit de bol (kelder) om hoog, een verwijzing naar de nakende geboorte. Daarnaast waren pron kbekers i n d e vorm van een sch i p zeer geliefd. Het hier voorge stelde zeilschi p uit Augsburg, voorzien van alle zei len en een m i n iatu urbemann i ng, dateert uit het begin van d e 17de eeuw en d raagt het meestermerk van Hein rich Winterstei n . Dit type werd ter gelegenheid van een doopfeest of an dere grote fam i lie feesten gebruikt om kruidenwijn te sche n ken Pro n kbekers werden ook door gilden en stadsbesturen aan hooggeplaatste gasten aangereikt. Een uniek stuk is een liggend hert met het stadsmerk van Middelburg uit 1620. Nautiliussche/pbeker, ca. 1580 © foto: Stad Oudenaarde
Het draagt om de hals een ketting met het wapensch i ld van het stadje Veere. Door de ontdekking van nieuwe conti nenten kwa men ongekende en zeldzame grondstoffen o p de markt. Exotische materialen zoals kokosnoten of nauti lusschelpen werden i n een zi lveren of vergulde zetting geplaatst en zo tot schitterend p ro n k- en drinkgerei omge vormd. De hier voorgestelde Nederlandse Nautilusbeker uit h et laatste kwart van de 16de eeuw is i n verguld zi lver gezet en heeft fraaie figuratieve elementen die naar de zee verwijzen boven Neptun us, rond d e schelp een zeemonster m et openges perde m u i l, langs weers zijden tritons en als stam een zeemeermi n ondersteund door zeepaardjes. De Nauti lus, een schelp van een groep i n kt vissen, werd in de I n dische Oceaan gevonden en door de Oost- I ndische Com pagnie naar onze streken gebracht. De schelpen werden, in tegenstelling tot Duitsland, gepolijst en voorzien van gegra veerde decoraties. Niet alleen schelpen werden tot pronkbeker omgevormd, ook kokosnoten kregen een sierlijke versiering. De 16de eeuwse kokosnootbeker is afkom stig u it Ulm en d raagt h et meestermerk Kesborer. Andere kostbare materialen zoals bergkristal en edelgesteenten werden tot schitterend drinkgerei verwerkt. Tot het pro n kzilver behoort de renaissance pronkbeker uit Antwerpen (m idden van de 16de eeuw). Het aantal bewaarde Antwerpse kunstvoor werpen uit die periode is bijzonder klein. I n de 16de eeuw beleefde Antwerpen een gouden eeuw, de stad had een internatio nale uitstraling en oefende een magische aantrekki ngskracht uit op bu iten landers. Door de aanwezigheid van d e Ita lianen in Antwerpen enerzijds en door de veelvuldige reizen van Vlaa mse kunstenaars naar Italië anderzijds, werd de renaissancestijl er vrij vlug verspreid.
De vergulde pronk beker h eeft d uidelijk een renaissancistische vormentaal: sterke horizontaal gescheiden onderdelen, een getrapte voet en een deksel met een bekronend figuu rtje. Verder terugkerende vruchten korfjes, leeuwem uilen, omsluierde vrouwen ge zichten, rolwerk waarop saters zitten, zeetriomfen, vissen, schelp- en schaal dieren en ingestreepte bandjes aan d e profileri ngen van de voet ran d . Al deze kenmerken zijn type rend voor het Antwerps werk. Onder Italiaanse i nvloed kende men d e opkomst van d e "copschaele" of tazza, een drinkschaal op hoge voet. Eenvoudige copschaelen werden niet enkel met wijn gevuld maar ook met zoetigheid of vruchten. Rijkelijk uitgevoerd e exemplaren kregen louter een pro n kfunctie toebedeeld en werden op een dressoor tentoongesteld. De collectie Europees zilver telt twee gegra veerde tazzi. Beide zijn recentelijk toege sch reven aan j. T. de Bry en aan Abraham van den Hecken. Zij zijn uiterst zeldzaam en van een buitengewone kwaliteit. De gegraveerde tazza, toegeschreven aan Jean Theodoor de Bry met de uitbeelding van een ' C hristelicke h uyshoudinge 'is een van d e wein ige stukken die we met zekerheid aan hem kunnen toeschrijve n . Andere stukken bevinden z i c h i n d e paroch iale kerk v a n Egham in Su rrey, Engeland. De Bry werd i n Luik geboren maar vluchtte door d e godsdiensttroebelen naar Fran kfurt am-Main. Hij was geen goudsmid maar bij d e aanvang van d e 17de eeuw een veel gevraagd graveur. De tweede gegraveerde tazza, met de uitbeeld i n g van de aanbidd ing van d e herders, mogen w e toeschrijven aan Abraham van den Hecken. Slechts enkele werken zijn met grote zeker heid aan hem toe te schrijven o.m twee tazzi, bewaard in de Lutherse kerk van Amsterdam, een gesigneerde gravure en twee voorbeeldboeken voor edelsmeden met elk twaalf prenten.
� N .. .. N
> � 0
27
Twee generaties zilversmeden zijn in deze collectie vertegenwoordigd: nl. Pierre Platel (vier aard beienschaaltjes, London, 17161717) en David Willau m e (waterketel op komfoor, London, 1724-1725) als eerste generatie en Pa ui de Lamerie (broodmand, London, 1748-1749) als tweede generatie. Pierre Platel, David Willaume I en Pa ui de Lamerie hebben allen gewerkt i n opdracht van het Engelse Kon i ngsh uis. Zo kreeg David Willaume opd rachten van George I en Platel Pierre van G eorge 1 1 . Maar ook buitenlandse vorsten en keizers zoals Catha rina van Rusland plaatsten bestellingen bij de Hugenoten .
. ,,:.--�·.·... �·-�-----
-.'\ ",�.
Drinkschaal, ca. 1620
Van den Hecken werd vermoedelijk i n Antwerpen geboren m a a r leefde en werkte in Frankenthal, nadat h ij en zijn fam i lie gevlucht waren voor d e godsddiensttroe bele n . Rond 1608 gaf hij in Amsterdam een voorbeeldboek voor edelsmeden uit. Van den Hecke is naar alle waarschij n lijkheid door de Bry beïnvloed.
Een rijkelijk gedekte feestdis Het merendeel van het 18de eeuws gebruik zilver is van Engelse makelij en moet i n verba nd gebracht worden m e t de komst van de Franse H u genoten.
� N " " N
> � 0
28
De komst van de H u genoten betekende voor Engeland de beslissende breuk met de oude tradities, niet alleen in de vorm maar ook in de bewerkingstechnieke n . De Engelse zilver smeden waren bedreven in het d rijven van zilver, terwijl de grootste verd ienste van de Hugenoten hun bijna volplastische gegoten voorwerpen en hun geraffineerde versiering zijn.
© foto: Stad Oudenaarde
Beker, ca. 1700 © foto: Stad Oudenaarde
,.s::: . . . . . . . . .OUDENAARDE ...... 10 .;_:::t . TOERISME """ STADHUIS
C/l . . ,..... +I!
G rote Markt 9700 Oudenaarde tel: 055/31.72.51 fax: 055/30.92.48
�
[email protected] QÏ �
toegangsprijs: € 4 Open vanaft april
tot en met 31 oktober
al. Maandag tot vrijdag met gids � om 11.00 u en om 15.00 u; zaterdag en zondag om 14.00 u en 16.oo u.
H et belangrijkste stuk uit de Engelse collectie i s een broodmand van Pa u i de Lamerie, vervaard i gd te Londen i n 17481749. Het is een hoogtepunt in de rococo stijl. Opvallend zijn de opengewerkte ajourdeco raties. Zijn grote verdienste is dat h ij erin slaagde d e régence (de overgang tussen de Ladewijk XIV stijl en het rococo) en Louis XV-motieven te com bineren met de traditionele Engelse vormen.
R i k Wo u t e rs M I C H E L PEETERS
Hendri k Emiel Wouters, bijgenaamd Rik Wouters, wordt i n 1882 i n Mechelen geboren. Als hij twaalf i s begint zijn artis tieke vorm ing i n de meubelmakerij van zijn vader waar h ij wordt i n gewijd in d e schrij n werkerij en decoratieve motieven voor meubelen leert make n . Na d rie jaar oplei ding blijkt dat Rik artistiek begaafd is en vooral talent heeft voor beeld houwen. Hij beseft dat o m dit talent te ontplooien een academische vorm i n g nodig is en schrijft zich in 1897 in aan de academie voor Schone Kunsten van Mechelen. I n 1902 wordt hij opgeroepen voor zijn leger dienst en wordt opgenomen in de U n iversi taire Com pagn ie, waarvan d e m ilitairen het privilege hebben om hun studies verder te zetten . Dit laat hem toe o m avondlessen te blijven volgen aan d e academie. I n 1904 ontmoet hij de vrouw van zijn leven. Ze is zestien en haar bijnaam is Nel. Al gauw wordt ze zijn m uze en zal hem zijn hele verdere leven inspireren. Rik en Nel wonen i n Bosvoorde i n een huisj e a a n d e rand v a n h e t Zoniënwoud. H e t is een lieflijke plek, maar d e armoede is groot. De enige i n komsten komen van zeldzam e verkopen en v a n de staatstoelage die Rik niet zonder moeite h eeft verkregen . D e oorlog breekt uit. Wouters wordt o p 31 j u li 1914 gemobiliseerd en naar het front i n de streek van Luik gestu urd. H ij wordt in Lier opgenomen in het (militair) ziekenhuis en zijn regiment wordt vervolgen s overgeplaatst naar Haasdonk, waar hij meer dan zes weken blijft. Nel zoekt haar toevlucht i n Antwerpen bij Ary Delen, een vurig verdediger van Wouters' werk, en vlucht daarna met d e vrouw en d e dochters van haar beschermheer naar Nederland (dat in het conflict neutraal is gebleven).
inspireren.
,s::::t · ···· .......... . BRUSSEL � PALEIS VOOR SCHONE KUNSTEN CJl
Ravensteinstraat 23 1000 Brussel
•ri tel. 02/507.84. 66 ...... E-mail:
[email protected] � www.rikwouters.com •
•
al
� � .
Van 23 februari tot 26 mei 2002
Alle dagen van 10 u u r tot 18 uur, vrijdagtot 20 uur
€ 9, € ], € 5
De rode gordijnen (1913) © Olivier Bertrond I Belgion Art Research lnstitute, Brussel · Privé-verzameling
Een deel van het Belgische leger wijkt voor d e Duitsers en trekt zich terug over de Nederla ndse grens. Daar worden de Belgische soldaten krijgsgevangen genomen en midden oktober wordt Wouters in het ka m p van Amersfoort geïnterneerd. Hoewel hij opn ieuw werkt gaat zijn gezond heid er snel o p achteruit. De geregelde bezoeken aan het ziekenhuis van Utrecht en de steeds heviger wordende pij n , weerhouden hem niet van zijn enthou siasme en ongeduld om d e stad d i e hem bevalt te sch ilderen. I n oktober 1915 verergert zijn kwaa l en d e kunstenaar lijdt aan d e pijnlijke gevolgen van een operatie. Daarbij werd een groot stuk van zijn kaak weggenomen en werd hij aan een oog blind. H ij moet een ooglap dragen en kan niet n ormaal eten of praten. Zijn laatste werken, geschilderd in som bere kleuren, getuigen van zijn wanhoop. H ij moet een derde operatie ondergaan. De laatste maanden van zijn leven zijn nog slechts gevuld met pijn en verscheurdheid. Hij sterft i n juli 1916. Voor Nel, die hem de hele tijd heeft bijgestaan, begint een n ieuw leven, dat volledig gewijd zal zijn aan de strijd voor erkenning van het werk van haar man . Huiselijke zorgen (1913)
Brons © Olivier Bertrand I Belgion Art Research lnstitute, Brussel ·
� .
E
_
�
�
N 0 0 N .. � L
> � 0
Privé-verzameling
29
G a ugu i n sa m e n i n é é n h u i s Als Vincent van Gogh en Pau l Gauguin elkaar in Parijs ontmoeten, i s dat het begin van een van de meest besproken artistieke vriend schappen i n de kunstgeschiedenis. Het is een verbintenis waarin hoop en teleurstel ling, kameraadschap en wed ijver, bewonde· ring en jaloezie elkaar voortd urend afwis selen. Een onontkoombare verbintenis, die beide kunstenaars tot aan h u n dood i n de ban houdt, zowel emotioneel als a rtistiek.
November 1887 In november 1887 i s Gauguin j uist in Parijs , teruggekeerd van een reis naar Martinique. Van Gogh woont bij zijn broe r Theo, die werkt in de kunsthandel Boussod, Valadon et Cie aan de Bou levard Montmartre. Van Gogh heeft een groepstentoonstelli ng geor gan i seerd in Grand Bouillon-Restaurant du Chalet aan de Bou levard de Clichy. De expo serende sch i lders, d i e Van Gogh de 'lmpressio n n istes du Petit Boulevard' noemt, zoeken ieder op eigen wijze naar alternatieven voor de i m p ressionistische stijl. Gauguin bezoekt de tentoonstelli ng in Restaurant d u Chalet en ru ilt met Van Gogh twee studies met zonnebloemen tegen een van zijn eigen doeken uit Martin ique. Op aan raden van Vincent gaat Theo bij Gauguin o p atelierbezoek. Zijn werk raakt d e beide broers recht in het hart. Kunstenaarskolonie Intussen ontwikkeltVan Gogh het plan om i n februari 1888 naar het warme Zuid-Fran krijk te reizen , waar hij landschappen hoopt te vinden die aan zijn geliefde J a panse prenten doen denken. H ij wil in Artes een kunste naarskolonie stichten die de Franse kunst een n ieuwe i m p u ls moet geven : het atelier van het zuiden.
Eenmaal aangekomen i n A rles raakt Van Gogh steeds meer van dit idee overtuigd. Begin mei h u urt h ij vier kamers in een pand aan d e Place Lamartine, het 'Gele H uis', dat h ij als atelier van het zuiden wil i n richten . H i j sch rijft niet alleen Theo over zijn plannen, maar ook Gauguin, die op dat moment i n slechte gezondheid en zonder geld i n Bretagne verblijft. Samenwonen in het Gele Huis ziet Van Gogh als de beste oplossing voor d e fi nan· ciële problemen die h ijzelf en Gauguin voortd urend onder vinden.
Samen met Theo beraamt h ij een reddings plan voor Gaugu i n . Deze reageert ta melijk lauw op d e steeds dwingender wordende brievenstroom uit Artes. Hij schrijft vaak laat terug en verschuilt zich achter zijn ziekte en geldgebrek. Vincent blijft i ntussen hoopvol gestemd en bereidt zich voor o p Gauguins komst door het Gele H u is met sch ilderijen te versieren. Voor de kamer van Gauguin schil dert hij een aantal prachtige stillevens met zonnebloemen. Door Gauguin een gunstige financiële regeling te beloven weet Theo hem tenslotte over te halen zich in Artes bij zijn eenzame broer te voegen. Daarmee begint de korte, maar i ntensieve periode van samenwerking die in totaal negen weken d u u rt: van 21 oktober tot 24 decem ber 1888.
Nieuwe uitdagingen In het begin zijn zowel Van Gogh als Gauguin vol goede moed. Van Gogh heeft tijdens zijn verblijf in Artes a ls een bezetene gewerkt. Zijn enthousiasme werkt aanstekelijk en Gauguin krijgt nauwelijks tijd om te acclima tiseren. Er moet geschilderd word e n ! Aanvankelijk wijdt G a u g u i n z i c h gehoor zaam aan de studie van het landschap in Artes en omgeving. De on begrensde bewon deri n g van d e Hollandse sch i lder vlijt hem en zijn zonnebloemendecoratie waardeert hij zeer (later zal Gauguin in zijn memoires melden dat Van Gogh deze sch ilderijen onder zijn i nvloed heeft gemaakt!). Oplopende spanningen Het slechte weer van november dwi ngt van Gogh en Gauguin voornamelijk binnen te schilderen, i n het atelier op d e benedenver diepi n g van het Gele H u is. Daar werken ze eerder gemaakte studies uit en schilderen ze naar stilleven en model. I n d e kleine won i ng, waar weinig privacy is, zijn Van Gogh en Gauguin letterlijk tot elkaar veroordeeld. De span ning stijgt en de twistge sprekken nemen toe. De verschi llen i n karakter worden steeds duidelijker zichtbaar. De sch i lders hebben onen igheid over kunstenaars en kunst in het algemeen en over principekwesties als wel of niet uit het hoofd werken. Vaak spreekt Gauguin verlangend over zijn voorgenomen reis naar de tropen. Van Gogh voelt de d reigi n g van het vertrek sterker worden en stelt zich, in een wanhopige poging de zaak te redden, Van Gagh's Chair, detail, 1888 · National Gallery, London
Van Gagh, Zelfpartret 1888
Gauguin, Zeiportret 1888 Van Gagh Museum, Amsterdam (Vincent van Gagh Foundation) Cal/eetion
Fagg Art Museum, Harvard University Art Museums, BequestCallection ofMaurice Wertheim, Class of1906
steeds dwingender op. Terwijl h ij zich vast kla m pt aan zijn kameraad, neemt bij Gauguin d e behoefte o m te ontsnappen toe. Op de avond van 23 december gaat h et mis. Er vindt een d rama plaats in de won ing aan de Place Lamarti ne 2 waarvan de ware toedracht tot op heden nog steeds niet precies bekend is. Volgen s Gauguins versie van het verhaal snijdt Van Gogh zichzelf in een vlaag van razernij een stuk van zijn oor af en brengt h et naar een prostituee in een belendend bordeel. Gauguin vlucht naar Parijs, nadat hij Theo via een telegram van het d rama op de hoogte h eeft gesteld.
Night Café (Un Café de nuit), 1888 The State Pushkin Museum ofFine Arts, Moscow
Na het drama Van Gogh wordt opgenomen in het zieken huis van Artes. Op 7 januari keert hij terug naar het Gele Huis. Hij i s diep teleurgesteld dat Gauguin zonder een woord is vertrok· ken . Als Va n Gogh weer in staat is om te sch i lderen, portretteert hij zichzelf met zijn h oofd i n het verband. Vervolgens pakt h ij een aantal thema's op van vóór h et incident, waarvan de onderwerpen h erin neren aan de samenwerki ngsperiade met Gauguin. Ook stilistisch is de invloed van Gauguin on mis kenbaar aanwezig. Gauguin kan zich omgekeerd eve n m i n aan d e i nvloed van zijn vriend onttrekken. Vooral Van Goghs religieus getinte den kbeelden
over d e kunstenaarsveren iging hebben bij hem postgevat. De leidersrol die Van Gogh hem heeft toebedeeld, aan het hoofd van een groep kunstenaars die hem als disci pelen volgt, laat hem niet los. Verder sch i l dert Gauguin verscheidene C h ristus· voorstellingen waarin verwijzingen naar het werk en d e ideeën van Van Gogh zijn opge nomen.
Weg uit Artes De buurtbewoners i n Artes zijn niet blij met de terugkeer van de labiele Van Gogh op de Place Lamartine. Middels een petitie, waarin ze stellen dat Van Gogh 'gevaarlijk' is, weten ze hem opnieuw te laten opnemen. Op 3 maart wordt het Gele Huis gesloten. Enkele weken later wordt Van Gogh overgebracht naar een privé-kliniek in Saint-Rémy-de Provence, n iet ver van Artes. I ets meer dan twee maanden later, o p 27 juli, sch iet h ij zichzelf door d e borst. Na twee dagen overlijdt hij, in h et bijzijn van Theo, aan zijn verwondingen. :::
�
�
,.q ................ AMSTERDAM q VAN GOGH MUSEUM OJ
.
.....
�
(bij het Museum plein) Paulus Potterstraat 7 Amsterdam Tel.: +31 (o)2o 570 52 52 Fax +31 (o)2o 673 50 53
� 9 februari - 2 juni 2002 ai
H
...
van 9 tot 21 u I ma. en do. tot 18 u € 13
"
,
�
D
"
,
� c
N 0 0 N � , �
;:.
> � 0
31
r-d H 0 0
Fo r u m
I n deze brievenrubriek komt d e mening van onze lezers aan bod. De redactie heeft het recht ingezonden brieven niet ofgedeeltelijk te publiceren en wij zijn geenszins verantwoordelijk voor de inhoud ervan.
Anonieme brieven en scheldkanonnades belanden steeds in de prullenmand. U kan ons wel vragen uw naam niet te vermelden bij publicatie.
Geachte,
Ik heb het artikel gelezen over de tentoonstelling 'Körperwelten' i n Anderlecht, geschreven door Michel Peeters.
Hierbij wensen wij te reageren op uw artikel in verband met de tentoonstelling Körperwelten.
Nu wil ik daar toch even hetvolgend over kwijt: ik kan aannemen dat de heer Peeters misschien een excellente kunstkenner is, maar dit artikel is gewoon belachelijk. Ten eerste is het voor kinderen zeer leerrijk, eindelijkzien
Het verheugt ons dat u ten m inste de moeite heeft gedaan om de tentoonstelling te bezichtigen alvorens te beginnen tekst schrijven. Veel journalisten hollen liever tegenstanders na dan oog te hebben voor de fans, ook al zijn deze laatsten in grote meerderheid. We hebben het er wel moeilijk mee dat u zo kritisch oordeelt over de site, de inrichting, de organisatoren én de bezoekers. Uw negatieve berichtgeving staat haaks op de reacties van de bezoekers, waartoe heel wat artsen, chirurgen en andere medisch geschoolden behoren.
brathertoestanden te maken. Ikzelfkan me gewoonweg niet bezighouden met
U beschrijft de bezoekers als kermisgangers. Waarop baseert u zich eigenlij k ? Wij vinden u w bemerkingen in verband met de inkom, d e houten scheidingswanden, de persknipsels die uitgehangen worden enzovoort bijzonder subjectief. De i n kom is ruim ingericht,
dit programma, wees maar gerust. Maar deze tentoonstelling in Brussel vind ik een primeur, je ziet alles van het lichaam hoe het werkelijk is en denk n u maar
maar dit is nu eenmaal een vereiste om te beantwoorden aan de veiligheidsnormen. De zaal wordt vaak gebruikt voor grote evenementen. Meer dan u denkt, want het zijn veelal bedrijfsevenementen die geen bekendheid halen zoals Körperwelten. Maar daarom niet minder interessant. Tijdens het
konden met heel veel precisie hun kennis aan vrienden of familie kwijt. Ditzou eerder moeten toegejuicht worden, en dit heeft helemaal niets te maken met geen respect hebben voor een lijk enzovoort. De praktijk die wij nu al eeuwen
erkennen, de geklasseerde markthal uniek vinden, enz ... Helaas is uw bezoek op dit vlak een maat voor niets geweest en had u blijkbaar geen interesse voor het unieke architecturale karaktervan de Kelders van Cureghem.
gewoon zijn om mensen na hun dood zomaar onder de grond te stoppen en te laten opvreten door de wormen, is dit dan zo respectvol? Ik vraag me af of u als criticus ook altijd zo respectvol omgaat met de levende mens, want daar gaat het toch nog altijd het meest om. I k schrijfhier maa r e n kele bedenkingen: 1) mijn kinderen, mijn man en ikzelfwaren de hele tijd erg geboeid door de
laten zien van een rokerslong. Dat de zaal wordt afgebakend dmv houten scheidingswanden en geen goudgelakte panelen is nogal voor de hand liggend. Wij kunnen ons al voorstellen hoe vernederend hard uw kritiekzou geweest zijn indien we uitsluitend voor kostbare materialen
tentoonstelling, 2) op die manier hebben ze nu echt eens kunnen zien wat er kan gebeuren met een mens als hij bv. te veel rookt, als je eenmaal die rokerslong gezien hebt
zouden gekozen hebben. Waarsch ijnlijk zou u de organisatoren verweten hebben teveel geld over te
- net een doorrookte schoorsteen - dan denk ik dat je dit niet gauw meer vergeet, dit kan dus maar nuttig zijn voor het nageslacht, 3) als je ziet hoeveel organen en van alles erop en eronder aanwezig zijn in
Hetgeen u gezien of meegemaakt hebt, is veeleer uitzonderlijk. Ons is het nooit opgevallen. En wat is er verkeerd aan dat het project toevallig lucratief zou kunnen zijn? De wetgeving zal zoals altijd moeten evolueren met de maatschappij om misbruiken uit te sluiten. Als Körperwelten u toch
die compacte ruimte van onze romp, dan is het ook niet verwonderlijkdat een mens zich soms lichamelijk niet zo goed voelt, m.a.w. je leert gewoon enorm veel uit zo'n tentoonstelling zonder dat het je opgedrongen wordt,
4) als u, schrijver, gechoqueerd bent door het feit dat er een bordje staat met 'bar' naast een kastje waarin een levercirrose te zien is, wel, waar bent u eigenlijk mee bezig? Niemand die enig gezond verstand heeft za l zich storen aan zoiets banaals, hebt u nog nooit meegemaakt dat er soms flink wat
afgelachen wordt aan de koffietafel na een begrafenis? Dit is volgens mij echt misplaatste gechoqueerdheid, u weet net zo goed als ieder ander dat niemand opzettelijkzoietszou doen, en dan nog, gewoon belachelijk is die opmerking in
de indruk zou gegeven hebben om alleen maar op geld uit te zijn, dan denken wij dat u zich schromelij k vergist Een goede financiële basis is noodzakelijk. Beseft u ook dat hieraan als inrichter ook risico's verbonden zijn en fortuin snelkan omslaan
uw artikel, sl u zegt dat er fouten stonden in de vertaling bij de uitleg, wel, als i k u was
in armoede? Laat deze commentaren aub voor goedkope krantentitels die het moeten hebben van grote oplage en de daaraan verbonden levensnoodzakelijke reclame·inkomsten. Uw publicatie zal wel
wordt ondersteunt', is dit correct denkt u? 6) Wat is er verkeerd met de aanduidingvan de tentoonstelling buiten het gebouw? Hoe denkt u dat men publiek trekt?
overleven zonder dit soort berichtgeving. Dank voor uw begrip. Hoogachtend,
7) Zo heb ik ook geleerd hoe prachtig en ingewikkeld een mens in mekaar steekt, het is fascinerend. Ik kan alleen maar de conclusie trekken: ik twijfel nietaan uw bekwaamheden als kunstcriticus, maar door de eeuwen heen zijn
PAU L TH I E LEMANS
PR Kelders van C u reghem MICHEL PEETERS:
Ik heb het nergens over infrastructuur van d e Kelders van Cureghem. Ik heb het
wél over de aankleding ervan door de tentoonstellingsmakers. Niemand ontkent de kwaliteiten van de Kelders; alleen is er niemand die omwille daarvan naar de tentoonstelling komt? Laten we even ernstig blijven. Als Körperwe/ten niet de pretentie heeft te denken datalles afis, moetmen ook niet de pretentie hebben een tentoonstelling op te zetten. Als sommigen zich misdragen is dat inderdaad
32
geboeid zien toekijken naar de perfectie waarmee dit alles gedaan was, en ze
tentoonstelling. Zij ontvangen geen subsidies zoals vele zogenaamde "culturele" projecten. Wat jammer, dure overheidscampagnes om het roken te ontmoedigen zijn lang zo efficiënt niet als het
geleerd dat elk land zijn eigenheden, eigen culturen, talen heeft waarmee rekening moet gehouden worden. Dat sommige individuen zich schandelijk gedragen is toch de foutvan de organisatoren niet ?
� > . 0
van die man zou samen tellen, dan zou u misschien niet zo lichtvoetig en
dan 100 miljoen fran k geïnvesteerd om deze ruimte om te bouwen tot een bruikbare site voor events, beurzen, feesten, tentoonstellingen, ... Uit het buitenland komen bedrijven naar Cu reghem om er events te organiseren omdat ze de gewelfde site enig mooi vinden, de parkingfaciliteiten
positieve kant te belichten). Weinig bezoekers zijn uw mening toegedaan en het is dan ook niet representatiefdat u de tentoonstelling in uw artikel op deze manier "afschrijft". Körperwelten heeft niet de pretentie van zichzelf te denken dat alles "ar• is. Ook hebben zij
�
een intelligente knappe artiest. En nu moet u mij eens vertellen wanneer het in het leven en in de maatschappij niet om geld draait, als u eens alle werkuren vernederend over deze tentoonstelling spreken. Toen i k met mijn gezin daar aanwezig was, heb i k ook verschillende studenten in de medicijnen heel
houden aan het project zodat ze kwistig met geld kunnen omgaan. Uw mening over het inhoudelijke respecteren wij. Alleen vinden wij het ontzettend jammer dat u alleen het negatieve citeert (omdat u het toevallig "persoonlijk" moeilijk hebt om simpelweg de
N 0 0
niet dat zoiets in drie tellen op poten staat, iemand die zoiets kan is voor mij
weekend staan rijen wachtenden aan te schuiven in deze mooie i n kom hall. Is het geen voordeel om, i n tegenstelling tot de sites in het buitenland waar de tentoonstelling plaats had, bezoekers waardig te kunnen laten aanschuiven ? Hebt u hierbij stil gestaan ? Onze firma heeft op priv2·initiatief meer
Körperwelten moet overleven van de entreegelden die de bezoekers betalen voor de
::
ze eens hoe een mens er echt uitziet, en hoeven ze niet meervoortie gaan op van die getekende plaatjes i n de biologieles. Kinderen en ook volwassenen houden gewoon van 'reality', en dit heeft niets, maar dan ook niets met big
niet de foutvan de organisatie, tenzij die organisatie maar al te graag laat verkondigen dat de plastinaten mogen worden aangeraakt. Het argument dat mijn commentaar niet relevant is omdat de grote meerderheid daaranders over denktis op zijn minst dubieus. Sinds wanneeris goede smaak een kwestie van meerderheid?
zou ik eens goed kijken naar het artikel van u, ik las daar:'de tentoonstelling
er enorm veel naaktschilderijen gemaakt, naaktfotografie, noem maar op, en zoiets wordt dan heel dikwijls door kunstcritici op handen gedragen. Zou dit dan respect zijn voor het menselijk lichaam? I k den k gewoon mijn heer Peeters, dat u al té veel kunst gezien hebt, en kritiek geven is voor u een soort routine geworden, sorryvoor de uitspraak, maar als je als leek zo genoten hebtvan die tentoonstelling, kan je niet anders dan een beetje rebel zijn. E R I CA V A N
EEGHEM
MICHEL PEETERS: Dat een teveel naar kunst kijken de gezondheid kan
schaden is a/ langer bekend, gelukkig tast het de goede smaak niet aan. Dat de plastinaten een knapstaaltje wetenschapzijn (en niet kunst) daar is denk ik iedereen het over eens. Datze getoond worden is denk ik ook geen probleem. Moarop deze manier? Nu ja, metalles respect, ik verkies de koffietafel en de wormen.
I I
rd 1 U i t d e t a l r i j k e i n z e n d i n ge n k o o s d e r e d a c t i e o p n i e u w
•nl
·rl H
e e n w i n n a re s ! Z i j k r i j g t w e ld ra h et k u n s t b o e k ' J o s é V e r m e e r s c h ' ( w a a rd e € 1 1 1 , 5 5 ) i n d e b u s . H i e ro n d e r k a n j e h a a r h a r t v e r s c h e u re n d e v e r s l a g l e z e n .
" I s h et n i et i n te ressa nt m i ssch i e n ? O p een mooie lentedag i n Parijs besloten mijn vriendin en i k een bezoekje te brengen aan een wetenschappelijk museum dat een prachtige a natom iecollectie herbergt. We maakten een telefonische afspraak. iets voor tweeën arriveerden we op het d esbetreffende adres. We betraden het gebouw. Hier was d e tijd blijven stilstaan. In een klein, vaalgrijs hokj e zat een dame die ons heel vriendelijk naar d e achtste verdieping stuurde. Boven aangekomen stonden er nog een 15-tal mensen te wachten. I n de gang was er al een klein voorsmaakje te zien van wat het m useum ons ging bieden. Zware, oude glazen kasten bedekt onder een laagje stof stonden propvol menselijke en dierlijke lichaamsdelen van was_ Mijn ogen schoten alle kanten uiL Er was zoveel te zien dat je niet wist waa r eerst kijken. Plots dook er uit het niets een klein, oud, verrim peld man netje op. Hij stelde zich voor in een snel, mompelend Frans en liet ons plaatsnemen in een kamertje waa r enkele stoelen en tafels stonden. Onze gids bleek een oude professor te zijn die zich i nzette voor het behoud van deze, naar ik later zou vernemen, wereld beroemde collectie. We bevonden ons namelijk in het "m usée Orfila-Rouvière-Delmas". Dit gebouw herbergt de medische faculteit van Parijs_ De meeste van de andere geïnteresseerden bleken studenten aan deze un iversiteit te zijn. De professor vertelde over het ontstaan van de fa meuze collectie Spitzner en hoe hij hierbij betrokken raakte. Zijn uitleg was goed doorspekt m et jaartallen en datu ms. Na een kwartiertje kon i k al niet d uidelijk meer volgen wat hij n u juist allemaal aan het vertellen was. Eindelijk mochten we het museum betreden maar werden wel vriendelijk verzocht om onze jassen en rugzakken in het kamertje achter te laten. Hij sloot deze dan veilig af. En zo begonnen we aan het avontuur door een oerwoud van kasten vol preparaten, wassen handen die aan de m u u r bengelden, lichamen perfect nageboetseerd i n was, gestroopte lichaamsdelen, gem u m m ificeerde torso's, een zaal vol met wassen voorbeelden van geslachtsziekten, ... Te veel om allemaal op te noemen (vond i k) . Maar daar dacht onze professor a nders over! Bij elk preparaat, elk wassen beeld had h ij wel een interessant verhaal te vermelden met Latijnse term en, cijfers en getallen. Na een uur hing mijn vriendin a l u itgeteld tegen de vensterbank, d romend va n een heerlijk kopje koffie. Ze piepte eens door het raa m en wen kte mij. We schoven de gordijnen een beetje opzij en zagen een paar verd iepi ngen lager een aantal medische studenten ijverig een dissectie uitvoeren op een mens. Gauw deden we het gordijn terug d icht en probeerden we ons te concentreren op de rondleidi ng. Als de aan dacht va n d e bezoekers even afdwaa lde, kraste onze gids eens met zijn lange nage ls over het glas van d e kast, zodat iedereen plots weer wakker was. Na d e derde zaal en an derhalf uur later vroeg een mevrouw of het nog lang ging d uren. Heel kortaf en duidelijk geagiteerd vroeg de professor "of het n iet i nteressant was missch ien?". De mevrouw wou blijkbaar de rondleiding verlaten want zij had nog een afspraak maar ons slim profesoortje had onze jassen achter slot en grendel opgeborgen. En zo sjokten we verder door nog een aantal zalen. Na meer dan d rie uur besloot onze prof dat het voldoende was en gingen we terug naar het kamertje. ledereen griste heel snel zijn jas en spurtte naar de lift (missch ien wou hij wel een n abespreking houden?). Ik wil niemand afschri kken met d i t verhaal o m een bezoekje te brengen aan dit museum. Het i s een mysterieuze, bizarre en fasci nerende collectie. Maar wees voorbereid, het d u urt meer dan d rie uur. Hou misschien je jas en tas bij je, zo kan je ten allen tijde vertrekken. En bedenk: een kopje koffie smaakt drie keer beter na zo'n avontuur. E E F Ä N TH O N I S S E N , H E I ST 0 / D B E R G
c urs us
De
Be l gische kunst n a 1 945 10
lessen
in Antwerpen E Mechelen vanaf 2o/o2/2oo2 in Gent vanaf 21/o2/2oo2 in Brugge E Oostende vanaf 22/o2/2oo2
Een gedetai l leerd programma met al onze cursussen en alle praktische gegevens wordt u gratis toegestuurd bel, schrijf, fax of e-mail naar \
\1
\
R
A
�
I
Amarant vzw Hoogpoort so - B-9ooo Gent
t 09 I 269 17 40
•
f 09/233 42 36
i nfoa>amarant. be
•
www. amarant. be
K I J K E N N A A R B E E L D E N ...
MAG H ET EEN I ETSJ E M EER ZIJ N ? •
ateliers, wandelvoordrachten, workshops, rondleidingen
•
aangepast aan de doelgroep (kleuter tot volwassene)
•
voor groepen en individuele
•
museumbezoekers vanaf april tot november
Een breed gamma van activiteiten ondersteunt de collectie én de tentoonstellingen Meer informatie vind je in de brochure, op de website of bij de dienst publiekswerking van M I DDELH EIM OPENLUCHTMUSEUM VOOR BEELDHOUWKUNST Musea Mrwerl)f:n
Middelheimlaan 61, 2020 Antwerpen Tel: 03/828.13.50 Fax: 03/825.28.35 middelheimopen luchtmuseu
[email protected] www.dma.be/cultuu r/museum_middelheim
.:: N 0 0 N � �
� > � 0
33
ro ro
E
N .. .. N
> . 0
34
Het afval dat we vandaag weggooien, is morgen niet verdwenen.
i s even simpel als efficiënt: ervoor zorgen dat we minder moeten weg
Het komt op een of andere manier toch weer in ons milieu terecht.
gooien. Véél minder. Dat is perfect mogelijk Met uw goede wil en met
En er komt steeds meer. Is dat de erfenis die we onze kinderen wil
onze tips. U vindt ze in onze brochure. Vraag ze aan, gebruik ze en gooi
len nalaten? Of gaan we er vandaag nog iets aan doen? De remedie
ze vooral niet weg.
Vraag de brochure
bij
� De Vlaomse ln{olljn L!J 0800 - 3 02 01 � ... ...., _ 9 • 1t uur
OPENBAIU AFVAlSTOFFtNMMTSCHAI'Ptl
VOOtl; HIT \flAAMU GEWIST
G o o i d e to e kom st n i et we g .
CC 't Heilaar
ABORIGINAL ART GALLERY
Heilaarstraat 35 - 2340 Beerse
Investeer in een 40.000 jaar oude, nog steeds levende cultuur.
Louis Schoenrnaekers Beeldend kunstenaar van vrijdag 12 april tot en met zondag 28 april 2002
Dirk Berckvens Authentieke Aboriginal klvaliteitsktmmverken
Dot-Painting op doek en andere materialen
Aborig_inal Art GallerY: - Australian Shop Magdeinstraat 48, 9000 Gent
van vrijdag 17 mei tot en met zondag 2 juni 2002
Een eeuwenoude cultuur, in een eeuwenoud huisje! donderdag, vrijdag, zaterdag: 1 1 .30 u tot 18.00 u nu ook: woensdag: 13.00 u tot 18.00 u
O p e n i n g s u re n t e n t o o n ste l l i n g e n : Maandag - woensdag. - donderdag en vrijdag :
van 9.00
u
056/61.70.47 - 0475/70.85.99 fax: 056/61 .70.48
tot 1 2.30 u en van 1 4.00 u tot 1 6.00 u.
Maandag ook van 1 8.00 u tot 20.00 u. Dinsdag gesloten. Zaterdag en zondag van 14.00 u tot 1 7.00 u.
www.australianshop.com Ontvang onze gratis catalogus (op te sturen naar B&F Invest, Kapellestraat 90, 9870 Zulte, offax : 056/61 .70.48)
Naam . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Tel.
Inlichtingen: CC 't Heilaar - 014 / 61 .68.99 fax 014 / 61 .73.39
•
VE I LINGHUIS
..........
.
.
Adres . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
•
L O E C I< X INGELANDGAT 4 •
•
GENT
•
09/223.37.93
HUIS VAN GOETHEM
•
BELANGRIJKE KUNST· ANTIEK· EN INBOEDELVEILINGEN VOLGENDE VEILING :
DINSDAG 26 F E B R UARI 2002 KIJKDAGEN:
Vrijdag 22 februari van I Ou tot 1 9u Zaterdag 23 februari van I Ou tot 1 7u Zondag 24 februari van I Ou tot 1 3u
V O O R D E V E I L I N G E N VA N :
MAART T / M J U N I
kunt u telefonisch contact opnemen met het veilinghuis
EXPERTISES - TAXATIES - INVENTARISSEN Direktie Peter Loeckx - Cécile LA PIPE 35
�!!Î!!�i®Jfll
theo wijnhoven l nterior Art G allery Reeds 3 5 jaar aanbod van internationale kunstenaars P. Alechi nsky
K. Appel
B. Bagart
M. Bradley
H. Becking
Coignard
Corneille
P. Van Hoeydonck
Ontdek een beeldententoonstelling i n een verborgen tuin i n hartje Brugge Oostmeers 7 - 8000 Brugge te l . 050
I 3 3 3 654
O p e n van do. - ma. : 1 4 u- 1 8u30 (di. & woe. gesloten)
museum Dhondt-Dhaenens
M DD
VENNOOTSCHAPVOOR DE CONSERVATIE EN DE RESTAURATI E VAN KUNS1WERKEN - Restauratie van schi lderijen (namelijk: grote formaten) - Doublering op vacuümtafel - Behandeling van: gepolychromeerde beelden en meubels muurschilderingen Oosters lakwerk conservatie van kunstwerken op papier en zijde terracotta's 20 JAAR AKTIEF IN SAMENWERKING MET DE OFFICI ELE INSTANTIES DIEPESTRAAT 1 8 306 1 BERTEM (Leefdaal) (02 ) 767 97 80
ERKENNING NR. 04 28 0 I
" M a ria-ten hemel-opne m i n g " Sint-Goedele (St. Gudule) - Brussel F. Navez
GALERIJ PATRICK DEROM BRUSSEL - NEW YoRK
Museumlaan 14, B-983 1 Deurle, België t e l . +32-9-282 5 1 23 - fax +32-9-28 1 08 53
[email protected] - http ://www.museumdd.be
Scl-nLOERI]EN - 'fm<ENING ScuLPTUUR 19"" & 2()""1 EEUW -
P R O G R A M M A 2002 FEB . 3 . 2002
03 . 02 - 3 1 . 03 . 2002
E
.J O R G E
PA R D O
RAOUL
DE
AA NKooP - VERKOOP - ExPERTISE
1 4 . 04 - 1 6 . 06 . 2002
DINSDAG TOT ZATERDAG VAN 10U30 TOT 18U30
KEYS ER
29 . 06 - 08 . 0 9 . 2002 HARD-BOILED
W O N D E R LA N D
2 1 . 09 - 08 . 1 2 . 2002 . � c .
N 0 0 N .. � L > "
0
Amedeo Modigliani Schetsboek, 1906 - 1907
T U I N P R O .J E C T E N :
VOORJAAR 2002 : K R I S NAJAAR 2 002 : M A R I A
VA S T E
MARTI N ROOSEN
CO LLECTI E :
Vier focustentoonstellingen i.s.m. Piet Boyens.
GALERIJ PATRICK DEROM Wolstraat 1 1000 Brussel r� 02 5t4 os s2 F. 02 514 11 58 galene p derom@linkline be
SHEPERD & DEROM GALLERIES 58 East 79t11 Stree t, NY10021 T· 1 212 861 4050 F: 1 212 712 1314
[email protected]
T E N T O O N ST E L L I N G E N d e W a r a n d e va n 2 0 a p r i l tot e n m et 2 6 m e i 2002
Ci neasten voor de lens va n Kris Dewitte
PROVINCIE ANTWERPEN
VA 26 ME
AF 2002
H ET N E UWE
N a a r a a n l e i d i n g va n h et fi l mfestiva l O p e n Doek
D I A f\ A N T m
u
s
e
u
m
D e tentoonste l l i n g i s vrij toeg a n ke l ij k va n 1 4 tot 1 8 u u r, o p z o n d a g va n 1 0 tot 1 2 e n va n 1 4 tot 1 8 u u r.
.
E
G es l oten o p m a a n d a g E e n bezoek o p afs p ra a k i s m o ge l ij k .
.0 .
D
PROVINCIE ANTWERPEN
KONINGIN ASTRIOPLEIN 1 9-23
d e Wa ra nde, Warandestraat 42, B-2300 Tu rn hout. Tel . : (01 4) 41 94 94 Fax (0 1 4) 42 08 2 1 e-mail : tentoon@warande. be - www.wa rande.be
B-20 1 8 A N TW E R P E N
TEL
:
+32 (0)3 2 0 2 48 90
FAX : +32 {0)3 202 48 98
E- M A I L : I N FO@ D I A M A N T. PROVANT . B E
... .. 0 ... .. " L
> WWW. D I A M A NTM U S E U M . B E " �------� 0
37
D e ke u z e va n d e re d a c t i e D e z e s u b j e c t i e v e s e le c t i e i s u i t e ra a rd n i et v o lle d i g. Vo o r m e e r i n fo r m a t i e v e rw i j z e n w e u g r a a g d o o r n a a r o n z e w e b s i t e .
Antwerpen H ESSENHUIS Fatconrui 53, 2000 Antwerpen, 03/2o6.03-50
$·
···
o8-12-2001 t . e . m . 03-03·2 0 0 2 :
Ijdel stof
KINDERMUSEUM Burgemeesterstraat 15, 1 050 Brussel - Elsene, 02/64 0. 01.07
�:
···
M U SEUM PLANTIN-MORETUS
o1-01·2ooo t.e. m . 31-12-2002:
Oe verbeetding
t
Paddestraaf 7. 9620 Zottegem- Velzeke, 09/360.67- 1 6
:�
Zie ook okv website :
MUSEUM VAN DEINZE EN DE LEI ESTREEK MUSEUM VOOR HEDENDAAG SE KUNST
Lucien Matthyslaan 3 -5, 98oo Deinze,
ANTWERPEN
09/381.96-70
09-02-2002 t.e .m . 21-04-2002:
Bert De Beul
�
··· ·
OPEN BAAR
07-04·2oo2 t . e . m . 16-o6-2002:
KUNSTBEZIT
Herrineringen aan herrineringen Funerair erfgoed i n beeld
IN VLAANDEREN
Gent
BEELDHOUWKU N ST MI DDELHEIM
www
RikWouters
Sint-Pietersplein 9, 9000 Gent, 09/243-97-30
�·
···
Brugge
30-11-2001 t . e . m . 24-03-2 0 0 2 :
Vrouwenzaken.Zakenvrouwen
Onze adverteerders
MUSEUM DR. GU ISLAIN CC 'T H E I LAAR
}oze{Guislainstraat43, 9000 Gent, 09/216.35.95 ARENTSH U I S Dijver12, 8ooo Brugge, 050/44·87- 1 1 2 2-02-2002 t.e. m . 30-o6-2oo2:
::·
10-11-2001 t . e . m . 02-o6-2oo2:
Heilaarstraat35, 234 0 Beerse
Het hoofd ten voeten uit
014/61. 68.99
MUSEUM VOOR DE GESCH IEDENIS
··· ·
VAN D E WETENSCHAPPEN G RO E N I N G EMUSEUM
···
...t
Im pact 19 02, revisited
Dijver12, 8ooo Brugge, 050/44-87- 1 1 15-03-2002 t . e . m . 30-o6-2 o o 2 :
jan Van Eyck. De Vlaamse Primitieven en het Zuiden.
,okvw b,org
KUNSTHAL DE SI NT-PIETERSABDIJ
03/827-15.34 os-o3-2002 t.e .m . 28-os-2oo2:
00K
OP H ET N ET
Middelheimlaan 61, 2020 Antwerpen,
...$-
De vrouw i n de prehistorie
Deinze
01-12-2001 t . e . m . 03-03·2002:
OPENLUCHTMUSEUM VOOR
...$-
17-11-2001 t . e . m . 30-04-20 0 2 :
Arabische Cultuur en Ottomaanse pracht
Leuvenstraat, 2000 Antwerpen, 03/238.59.60
...t
PROVIN CIAAL ARCHEOLOGISCH MUSEUM VAN Z U I D-OOST-VLAANDEREN
···
Vrijdagmarkt 22, 2000 Antwerpen, 03/221. 14.50
···
Zottegem-Velzeke
Brussel - Elsene
Krijgslaan 281 - Gebouw S3o, 9000 Gent, 09/264-49-30
...$-
15-09-2001 t . e . m . 31-07-2002:
�
...$-
Brussel
Hasselt
KO N I N KLIJKE M U S EA VOOR SCHONE KUNSTEN
NATIONAAL JENEVERMUSEUM
Louis Schoenrnaekers 17-05·2002 t . e . m . o2-o6-2002:
Dirk Berckvens CC DE WERFT GEEL
Plateau 2001. Het Cabi net de Physique van joseph Plateau in 1840
12-04-t.e. m . 28-04-20 0 2 :
Alle info: 014/57- 03.47
:
18-o1-2002 t . e . m . 17-03·2002:
... ;. LukVan Soom
CC DE WARANDE Regentschapsstraat3, 1000 Brussel, 02/508.32. 1 1
"
...$-
� E
2 2 -03-2002 t.e .m . 23·06-2 0 0 2 :
De firma Brueghel
Witte Nonnenstraat 19, 3500 Hasselt, 01 1/24 . 1 1.44
...$-
14-09-2001 t . e . m . 30-12-2002:
Edik, eek, azijn
Warandestraat42, 2300 Turnhout 014/4 1 -94-94
...�.
20-04·2oo2 t . e . m . 26-os-2002:
Ci neasten voor de lens van Kris Dewitte
PALEIS VOOR SCH O N E KUNSTEN
leper
Ravensteinstraat 23, 1000 Brussel, 02/507- 84.80
t
···
23-02-2002 t . e . m . 26-os-2 o o 2 :
RikWouters STADHUIS BRUSSEL
Grote Markt, 1000 Brussel, 02/513.89.40
...t
I N FLANDERS FIELDS MUSEUM Grote Markt 34, 8900 leper, 057/22.85.84
o6-12-2001 t . e . m . 17-02-2002:
Tadeusz Kantor zelfportret
...$-
Mea Culpa OKV-Plus 2001/4: Op p.16-17 staat bij de foto's © Hyghes Dubois.
30-03-2002 t . e . m . 17-11-2002:
Dat moet zijn ©
dead.lines oorlog, media en propaganda
OKV-Plus 2001/4: Op p.23 staat: 'Hiermee krijgen onze middelen
i n de 2oste eeuw
Fotodienst Musea Antwerpen
een stevige opkikker, want naast de gebruikelijke 1.7 miljoen frank kunnen we nu ook rekenen op 5 miljoen van de Vlaamse Gemeenschap en extra projectsubsidies.' 'Hiermee krijgen onze middelen een stevige opkikker, want naast de gebruikelijke 1.7 miljoen frank kunnen we nu ook rekenen op 2 miljoen van de Vlaamse Gemeenschap
Dat moet worden: > � 0
en 3 miljoen van de provincie Oost-Vlaanderen.
Ool� in 2 0 02 staan we er voor u
De museumconsulenten : Reinoud, Hans, Gerdie, Peggy, Anneke , Annemie, Sofie , Anne , Mieke , Leon "
E
N " " N � � L > �
--------� 0
39