Langlevenrisico
Presentatie AON Jan van de Poel Emritus hoogleraar Risk Management Partner Baker Tilly Berk Accountants
Actueel Het Actuarieel Genootschap heeft nieuwe prognoses gepubliceerd inzake sterfte Eerdere prognoses liepen achter op de feitelijke ontwikkelingen. Met name de trendbreuk van 2001/2002 is thans verwerkt Naast actuele problemen met dekkingstekorten, solidariteit en pensioenleeftijd, nu ook dit nog Daarom is een ander en beter model ontwikkeld maar ook met een andere gebruikershandleiding
Langlevenrisico staat prominent op de agenda
1
grandfather on duty: • • • • QuickTime™ and a TIFF (Uncompressed) decompressor are needed to see this picture.
•
Former CFO ABP and Royal Sphinx Professor of Accounting & Risk Management Chair Advisory Board Actuarieel Genootschap Non-executive director (Conquaestor, Novay) Partner Berk Accountants
Agenda 1.
Achtergrond aanpassing Actuarieel Genootschap tevens inleiding statistiek en modelbouw
2.
Wat moeten bestuurders van instellingen daar van weten en mee doen in technische zin?
3.
Afdekken langlevenrisico?
4.
Kritische beschouwing over het beleid van pensioenfondsen en wetgeving.
2
Beschrijvende statistiek en prognoses sterfte
waargenomen prognose 1
prognose 2 jaar anno nu
planning horizon
Beslissingsmodel 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Hoe ver kijken we terug en vooruit? Wat is een trend en wat is een incident? Blijft waargenomen sterfte constant? Lineaire extrapolatie of niet? Is er autocorrelatie? Alleen rechte tellingen of verklaringen? Correctie voor eigen populatie? Rekening houden met volatiteit?
3
Terug kijken en vooruit kijken
Hoe verder terug, hoe meer informatie, maar betrouwbaarheid in het verre verleden houdt niet over.
Vooruit kijken kwestie van contractbepalingen, wetgeving en demografische trends: o Nabestaanden verzekerd? o Instroom nieuwe klanten? o Onevenwichtige bevolkingsstructuur? o Veranderingen preferenties van klanten?
Trend en incident
Kwestie van statistische significantie (afwegen kans op fout type 1 en fout type 2)
Fact-of-life: je hebt voldoende waarnemingen nodig voordat je kan beslissen
Dit is echter geen bezwaar anders is de kans op onnodige paniek alleen maar groter
Nuttig is om te proberen een trendbreuk te verklaren door inhoudelijke analyses, maar dat is niet strikt noodzakelijk.
4
Constant of niet?
Statistische analyse wijst uit van niet; er is een duurzame daling van sterfte.
Niet voorspellen heeft als voordeel minder werk en minder complexiteit.
Zolang er aanvoer van nieuwe generaties is, kan je door periodieke aanpassing weinig fout doen.
Zolang de ontwikkeling “natuurlijk” is, zullen er geen gekke dingen gebeuren. Medische innovatie wordt wel steeds belangrijker.
Extrapolatie: begrensd?
Daling van de sterfte zal ergens een grens tegenkomen. Recente statistieken indiceren dat. Maar dat kan veranderen.
Realistische veronderstelling is dat er ergens een grens ligt.
Implicatie is een asymptotische ontwikkeling naar een veronderstelde grens.
In de tijd kan blijken dat die grens ook opschuift. Dan zien we wel weer.
5
Asymptotische prognose
prognose 1 asymptoot prognose 2
Autocorrelatie?
Afhankelijkheid van variabelen in de tijd.
Afremmend of versnellend (zoals bij conjunctuur en team spirit in sport en organisatie).
Voorbeeld: mean reversion (terug naar de lange termijn trend zoals soms bij beleggingen).
Overleef je de ene gezondheidscrisis, dan komt daarna weer een nieuwe kwaal.
Actuarissen en econometristen houden dit scherp in de gaten.
6
Rechte statistieken of verklaringen?
Verklaringen zijn nuttig, niet noodzakelijk
Medische innovatie is (nog) niet goed te voorspellen. Heeft een grillig karakter.
Achteraf wel vaak mogelijk: Invoering bevolkingsonderzoek borstkanker Effect van niet-roken en bestrijding obesitas Arbo-effecten, voorlichting en training en sociaal-psychologische begeleiding Verbetering ouderenzorg, kindergeneeskunde, biotechniek, orgaandonatie, materiaalkunde
Eigen populatie?
Altijd analyseren of de eigen populatie significant afwijkt van het totaal. Geen automatisme, maar wel gezond verstand gebruiken.
Meestal is een eenmalige analyse voldoende, maar regelmatig checken is niet verkeerd.
Sommige beroepsgroepen hebben traditie van afwijken van de totale populatie. Is vaak bekend en ook beredeneerbaar.
Effecten zijn gemakkelijk te schatten en in te calculeren.
7
Volatiliteit en stochastiek? De trend kan dezelfde zijn, maar spreiding en dus betrouwbaarheid van de schatting kan verschillen. Moet je daar iets mee doen? In de analyse wel (stochastisch model ontwikkelen). In het beleid is dat ook verstandig.
Als de impact van medische innovatie groeit, zal de volatiliteit wel toenemen
Opties voor afdekking 1.
Zelf afdekken (hogere premies)
2.
Longevity bonds aanschaffen (ook hogere premies)
3.
Maximeren uitkeringsfase (individuele afdekking langleven risico)
4.
Collectieve financiering van de laatste levensfase (is voor iedereen even duur en onvermijdelijk)
5.
Stoppen met intergenerationele solidariteit (DC)
6.
Beter voorbereiden op de toekomst door synergie en hedges met andere instellingen.
7.
Verhogen pensioenleeftijd (is al afgesproken)
8
Stukje historie
Vrees voor hulpbehoevendheid op hoge leeftijd was altijd een drijfveer voor het nemen van voorzorg
Nageslacht, dorpsgemeenschap en sparen zijn de klassieke maatregelen
Verzekeringen en pensioenen als de financiele markten beginnen te functioneren
Bescherming eigendomsrechten is cruciaal
Probleem: hoe lang kan ik in eigen onderhoud voorzien en wie zorgt voor mij tegen welke kosten op het laatst?
Risicodeling: ontwikkeling
Pooling van risico’s is de oudste vorm van oudedagsvoorziening: familie, buurt, staat en dorpsgemeenschap en gilden.
Investeringen en eigendomsrecht speelden ook altijd een rol.
Naast de oudere sociale voorzieningen komen de pensioenen en levensverzekering op waardoor de sociale relaties minder belangrijk worden.
Calculeren, plannen en en marktwerking worden daardoor expliciet.
Dat heeft voor- en nadelen die nooit helemaal verdwijnen.
9
Verbeteringen?
Arbeidsongeschiktheid en oudedagsvoorziening zijn altijd gebundeld geweest totdat het arbeidsloos inkomen werd geïntroduceerd voor ouderen.
Dankzij vrede, stabiliteit en (niet alleen medische) vooruitgang gaat de levensverwachting stijgen en verdwijnt de koppeling met arbeidsgeschiktheid.
Vraag: stijgt de levensverwachting gelijk met de kwaliteit van het leven?
Vraag: heeft werken ook een intrinsieke waarde die je kwijtraakt als je er (te) vroeg mee stopt?
Back to you, Malthus!
Malthus was de man van de altijd durende ellende die het gevolg was van maximale voortplanting en tekort aan bruikbare grond.
De industriële revolutie, de arbeidsspecialisatie en de landbouwrevolutie veranderden dat patroon.
Kinderen bleven leven, hoefden niet te werken en het leek gedaan met Malthus.
Groeiende bevolking was echter wel de reden dat oudedagsvoorzieningen relatief goedkoop waren en mensen eerder dan vroeger met pensioen konden.
10
Te veel van het goede? 1. 2. 3. 4.
Opgroeien, onderwijs volgen en een passende werkkring vinden nemen 25 a 30 jaar in beslag. Werken gedurende maximaal 30 jaar en dan met pensioen tegen waardevaste condities. Vakantie gedurende de laatste 20 a 25 jaar. Recht op medische innovaties die vroeger niet voorzien waren en waarvoor niet betaald is.
-----------------------------------------------------------------
+
∑= Pensioencrisis of piramidespel?
Moet er eigenlijk gewerkt worden?
Indien de mensen tevreden zouden zijn met de kwaliteit van leven dd. 1800, kon vrijwel iedereen permanent met vakantie. De welvaartstijging ging (terecht) gepaard met meer collectiviteit waardoor de slechte gewoonte ontstond om de rekening bij anderen neer te leggen.
Verdere verhoging van de kwaliteit van het leven vereist meer individuele verantwoordelijkheid en dus persoonlijke keuze van levensstijl.
Huidige niveau van collectieve voorzieningen is niet duurzaam omdat de bereidheid en capaciteit daartoe tekort schieten.
11
Samenloop arbeidsongeschiktheid en pensioen
Verhoging pensioenleeftijd is onvermijdelijk.
Dus samenloop met arbeidsongeschiktheid en dat maakt het lastig.
Aanpassen werkvloer zodat ouderen er een plaats kunnen hebben.
Demotie moet geaccepteerd worden.
Zware beroepen (bij. generaal).
Afschaffen leeftijdsdiscriminatie (wetgeving!).
Inbouwen incentives in pensioensysteem (bijv. indexatierechten afhankelijk van langer werken).
Generatiefactoren inbouwen
Jonge deelnemers hebben meer tijd en kunnen meer risico nemen (indien zij dat wensen).
Indexatierechten pas laat in de levensloop inbouwen en koppelen aan pensioenleeftijd die individueel gekozen wordt).
Solidariteit behouden, maar preciezer maken zodat men het begrijpt en voor kiest.
12
Nog meer aanpassing
Sommige ambachten en beroepen sterven uit en hoe gaat dat uitpakken? Is nu al een probleem.
Grotere clusters maken die mee kunnen groeien met de structuur van beroepen en functies.
Anderzijds is kleinere schaap ook aantrekkelijk vanwege cohesie.
Onderlinge waarborg van fondsen zou wel eens beter kunnen werken dan alleen huidige toezicht.
Echt cooperatief werken door deelnemers bij het bestuur te betrekken; probleem = vakbeweging moet moderniseren.
Werkgevers zijn al bijna uit het beeld verdwenen.
Langlevenrisico: technisch probleem?
Slechts één element uit de kluwen van problemen waar we mee te maken hebben.
Niet meer dan een analyse die aantoont dat er een tamelijk harde grens bereikt is.
Van de Poel’s impossibility theorem: Stijgende levensverwachting + dalende vruchtbaarheid + constante pensioenleeftijd + welvaartsvast pensioen = onoplosbaar probleem
Welke variabelen kunnen gemanipuleerd worden en welke niet?
De tijd van kurieren am Symptom is voorbij
13
Checklist
Sterftestatistiek en epidemiologie Prognosemodellen met of zonder stochastiek Drift & randomness (trendbreuk en toeval) Specifieke populaties (achterbannen) Leeftijdbijstelling (exact of ruw) Combinatie van lagere sterfte met dito rente Combinatie van hoge inflatie en lagere sterfte Beperkte herstelcapaciteit in uitkeringsfase Afdekken langlevenrisico Aanpassen contracten Samenloop met andere regelingen
14