Project PLAN
“KWALITEITSSPRONG ENMS”
Bestuur en directie van de ENMS 28 oktober 2009 1
DEFWK281009
INHOUDSOPGAVE 1. Uitgangssituatie en analyse 2. De Leerlingpopulatie ENMS 3. Kwaliteit en de Kwaliteitscirkel 4. De toepassing en de sprong 4.1 De kwaliteitsdoelen 4.2 Het plan 4.3 De meetresultaten 4.4 Alle realiseerbare verbeteracties 5 Besturing van het project “kwaliteitssprong” 6 Directe relatie met het project 7 Financiën 8 Communicatie en monitoring
BIJLAGE: De gemeten opbrengsten en resultaten van de ENMS
2
DEFWK281009
Aanleiding: de prioriteiten in het Schoolplan ENMS 2008 - 2011 Doel: een zodanige verbetering realiseren in het onderwijs op de ENMS, dat de opbrengst van het onderwijs, met name in rekenen en taal (rekenen/ wiskunde, begrijpend lezen, taalbeschouwing en mondeling taalgebruik) verder kan verbeteren. Beoogde resultaat: een goed werkend kwaliteitssysteem, waardoor de opbrengst van het onderwijs meetbaar op (tenminste) het vereiste niveau kan komen en blijven. _______________________________________________________________________ 1. Uitgangssituatie en analyse De Eerste Nederlandse Montessori School (ENMS; een vereniging van ouders) bestaat in 2016 HONDERD JAAR. Een school met een rijke geschiedenis. Een school die een moderne montessorischool wil zijn. De missie van de school (zie Schoolplan 2008-2011) is: Het team van de ENMS zet zich, samen met de ouders, in om voor de kinderen, die aan ons zijn toevertrouwd, een veilige omgeving te creëren vanuit geborgenheid en vertrouwen. Met elkaar streven wij ernaar, gedurende de periode van 8 jaar onderwijs, deze kinderen zo te stimuleren dat zij op een plezierige wijze hun maximale potentieel bereiken op creatief, motorisch, cognitief en sociaal emotioneel gebied. Hierbij hanteren wij als onderliggende waarde dat elk kind uniek is en bij zijn/haar ontwikkeling het eigen pad volgt in het tempo dat bij dat kind en diens capaciteiten past. De ENMS maakt daarbij gebruik van het pedagogisch gedachtegoed van Maria Montessori, waarbij vertrouwen in het kind om zich te ontwikkelen tot een zelfstandig, zelfverantwoordelijk mens, met verantwoordelijkheid voor zijn of haar omgeving, voorop staat; vanuit vrijheid in gebondenheid. Ontwikkelingen vóór 2007; instabiele periode In de jaren 2004 tot halverwege 2007 heeft de ENMS een instabiele periode gekend. In de periode 2004-2007 was sprake van verschillende (interim) directeuren en een uiterst zwakke financiële situatie. In 2004 is door bestuur en directie geen goed budgetbeheer gevoerd, waardoor een groot tekort ontstond in de exploitatie. Er was ca. 250.000 euro teveel uitgegeven, waardoor de school van een situatie met een redelijke buffer in een ernstige verlies situatie terecht kwam. Voor een basisschool als de ENMS, een zelfstandige school met (toen) circa 230 leerlingen, was dat een enorme schok. Het kwam neer op een overschrijding van circa 25 % van het budget. De toenmalige directeur werd vervangen. Het voltallige bestuur is afgetreden en hierna is een nieuw bestuur aangetreden. Er moesten ingrijpende beslissingen met onder meer negatieve personele gevolgen genomen worden om de financiën weer uit de gevarenzone te krijgen. Gezien de beperkte marges heeft het toch gauw zo’n drie jaar geduurd voordat de opgelopen tekorten weer enigszins waren ingelopen. Gedurende twee jaar (schooljaar 2005-2006 en 2006-2007) heeft de directie bestaan uit drie verschillende parttime (interim) directeuren. De kwaliteit van het onderwijs en de éénheid in onderwijsbeleid heeft hier onder geleden, daar de leidsters zich als professionals voor een belangrijk deel terug trokken in hun eigen klas om daar goed onderwijs te verzorgen.
3
DEFWK281009
Ontwikkelingen vanaf 2007; veel in gang gezet In augustus 2007 werd een nieuwe, vaste en fulltime directeur aangetrokken in de persoon van mevrouw Havva Çinar. Deze heeft de organisatie weer opnieuw opgezet en vormde een belangrijk centraal aanspreekpunt voor leidsters, ouders en leerlingen. Vanwege het opnieuw moeten opzetten van allerlei zaken betreffende de organisatie, het wegwerken van achterstallig onderhoud en het invullen van de noodzakelijke randvoorwaarden, kon er minder aandacht worden besteed aan het kritisch doorlichten van het niveau van het onderwijs en de zorg, en het vervolgens daarop adequaat reageren. Een zelfstandige school als de ENMS heeft naast een directeur een zeer beperkte stafondersteuning. Er is vanaf dat moment, augustus 2007, heel veel in gang gezet: Door de directeur werd in nauwe samenwerking met het bestuur en de MR (medezeggenschapsraad) een nieuw Zorgplan geschreven en een nieuw Schoolbeleidsplan 2008-2011. Het Montessori Kind Volg Systeem dat was ingevoerd is in het schooljaar 2008-2009 gedigitaliseerd en werd daardoor beter bruikbaar. Er wordt nu op de ENMS op een éénduidige wijze getoetst en gemeten. Het MKVS wordt inmiddels integraal en gedigitaliseerd gebruikt. Het ouderverslag werd vernieuwd en blijkt een grote verbetering te zijn. Tevens werd in dit schooljaar voor het eerst op de ENMS de Cito-toets “Begrijpend Lezen” en “Rekenen” afgenomen. “SVS, DMT/AVI” werden enkele jaren daarvoor ingevoerd in groep 3 -8. De eindtoets van groep 8 is de NIO toets (gebleven). Deze verandering vraagt vanzelfsprekend enige gewennings- en invoeringstijd. Meer structuur en groei Het leerlingenaantal dat in 2007 gedaald was tot 215 groeide weer in 2008 omdat de nieuwe directeur in staat was de school snel weer beter op de kaart te zetten. In de loop van 2008 werd, vanwege een verwachte snelle toestroom van nieuwe leerlingen, door het bestuur besloten een 10e groep op te zetten. In de harde praktijk bleek in september 2008 echter dat circa 20 nieuwe leerlingen niet kwamen opdagen. Eind 2008 werd ook de administratieve kracht vervangen, omdat de administratie nog steeds gebreken vertoonde. Het tijdelijke financiële tekort vanwege het achterblijvend leerlingen aantal werd snel ontdekt begin 2009 en door gerichte maatregelen wordt dit beperkte tekort direct reeds in 2009 geheel ingelopen. Dit is onder meer gerealiseerd door het tijdelijk niet vervullen van enkele vacatures, waaronder de administratieve functie. De IB-functie is met de zittende teamleden onder leiding van mevrouw Çinar ingevuld, omdat de IB-er halverwege het schooljaar stopte en ging werken bij haar eigen bedrijf. Vanaf september 2009 is er weer een vaste IB-er en een office manager. Teamleden, directeur en ouders hebben veel administratieve taken uitgevoerd in de tweede helft van het afgelopen schooljaar. Het toont de grote betrokkenheid van een ieder. Met onder andere het uitbrengen en verspreiden van een folder en het laten zien van betere resultaten werden nieuwe leerlingen aangetrokken, waardoor begin van het schooljaar 20092010 het aantal leerlingen op ruim 250 ligt. De groei in dit en volgend schooljaar naar gemiddeld 270 leerlingen is reëel. Dit aantal rechtvaardigt het handhaven van 10 klassen, en de huidige bezetting naast de reguliere leerkrachten. Het gaat dan om een gediplomeerd vakleerkracht voor bewegingsonderwijs voor het geven van extra gym, professionele ondersteuning van de mediatheek, TeHaTex, Remedial Teacher, Intern Begeleider en een onderwijsassistent. De samenwerking met bureau leerlingenhulp en de inzet van de sociaal maatschappelijk werkster zijn positief. Inmiddels is de groei van leerlingen zodanig dat (weer) een wachtlijst ontstaat dit en volgend jaar. Over de start van een 11e groep wordt begin volgend jaar met elkaar gesproken. Dit zou
4
DEFWK281009
de financiële draagkracht van de school kunnen verbeteren en wellicht ook overigens meer mogelijkheden kunnen bieden. In 2009 is een nieuwe financiële organisatie beschreven, is de leerlingenadministratie verbeterd en vanaf september 2009 is er een integraal officemanagement opgezet. De verwachting is om 2009 met een klein financieel overschot op de exploitatie te eindigen. Die lijn moet in 2010 worden voortgezet. In 2009 is daarnaast een Veiligheidsplan opgesteld, een leidraad voor het Schooladvies 8e groepers, een beleidslijn voor het Aannamebeleid van de school. Kortom, inmiddels zijn veel zaken goed beschreven en vastgelegd. De structuur in de school is hersteld. Eind 2009 is een Integraal Personeelsbeleid geïntroduceerd, dat in overleg met MR en team in 2010 wordt ingevoerd. Het bestuur heeft besloten dat de toekenning van zwaardere functies ten gevolge van de functiemix uitsluitend gebruikt zal worden voor degenen die zich klas overstijgend in gaan zetten voor een kwalitatieve verbetering van het onderwijs. Prioriteiten 2009 en verder; meer kwaliteit De prioriteit voor het schooljaar 2009-2010 is – zie ook het schoolbeleidsplan - de inhoud en kwaliteit van het onderwijs en de zorg. Dat is mogelijk nu de (administratieve) organisatie voldoende is opgezet en voldoende stabiliteit lijkt te hebben. De directeur kan dan - samen met het managementteam - haar aandacht verleggen naar de primaire taak van het goed en op maat geven van onderwijs in plaats van het regelen van allerlei noodzakelijke randvoorwaarden. Er is de afgelopen twee jaar evident sprake van een opgaande lijn, die door iedereen die bij de school betrokken is, duidelijk wordt ervaren. Gezien deze opgaande lijn – en gelet op de eerdere inspectiebezoeken - rekent de school erop voldoende tijd van de onderwijsinspectie te krijgen om zich verder te verbeteren. De gewenning aan het toetsen en volgen (CITO) alsmede aan het werken met het MKVS kost vanzelfsprekend enkele jaren om optimaal te kunnen worden gebruikt. Immers, door onwennigheid en onbekendheid is het CITO-toetsresultaat het eerste schooljaar nog niet voldoende betrouwbaar. Tegelijkertijd zijn er goede opbrengsten in de vorm van de schoolkeuzen voor het voortgezet onderwijs te melden alsmede goede resultaten die aldaar worden behaald (zie de bijlage). Onderhavige projectplan ‘Kwaliteitssprong ENMS” is de verwoording van de grote verbeteractie, die begin schooljaar 2009-2010 is gestart op de school onder leiding van bestuur, directeur en bouwcoördinatoren en met de inzet van het hele team en de vele betrokken ouders die zich vrijwillig voor de school inzetten. Het draagvlak om op de ingeslagen weg voort te gaan is aanwezig in alle geledingen van de school. 2. De Leerlingpopulatie ENMS Het grootste deel van de kinderen komt uit de Vogelwijk en het Statenkwartier van Den Haag. Een klein deel komt uit andere aangrenzende wijken. Vogelwijk en Statenkwartier zijn sociaal-economisch goede wijken. De ENMS kent geen”gewichtleerlingen”. Ca.10 procent van de kinderen behoeft speciale aandacht via de zorg (IB/RT) 3. Kwaliteit en de Kwaliteitscirkel Essentieel in de door ons gekozen aanpak is het hanteren en doorlopen van de “kwaliteitscirkel”. Dit is een systematische/planmatige aanpak, waarvoor gekozen wordt. Kwaliteitsverbetering en kwaliteitszorg is tot op heden natuurlijk ook met regelmaat gedaan via evaluaties (individueel en op schoolniveau), maar we willen dat meer systematische verankeren.
5
DEFWK281009
Wat de ENMS de afgelopen jaren deed in termen van kwaliteitszorg: - In 2007 hield de medezeggenschapsraad i.o.m het bestuur een brede ouderenquête en herhaalt dit elke 2 jaar. De resultaten hebben geleid tot keuzes bij de inzet van de bijdragen van ouders voor aanvullende onderwijsactiviteiten. - Door bestuur en MR is in 2008 een enquête gehouden inzake de zorg. Deze enquête heeft geleid verbetering van het Zorgplan 2008 resp. 2009. - In het schooljaar 2007/ 2008 is het onderdeel “spelling” verbeterd en hiervoor is nieuw materiaal aangeschaft: het aanbod is aangevuld en er is nieuw materiaal aangeschaft. - Er is in 2007/2008 techniekonderwijs ingevoerd. Dat werd positief beoordeeld door VTB. - In dat zelfde jaar is er veel aandacht geschonken aan de sociaal - emotionele ontwikkeling van kinderen (incl. toegespitste trainingen voor groepen en 2 ouderavonden). - Er is extra aandacht geschonken aan de aanpak van leerlingen die meer uitdaging en verdieping nodig hebben. In 2008/2009 is dit gestart onder begeleiding van het HCO. We hopen dit in het schooljaar 2009/2010 verder vorm te kunnen geven. - Er is door de “bouwmanager middenbouw” een onderzoek gedaan naar het onderdeel “lezen”. - Het MKVS is ingevoerd in 2008/2009, waarvoor het team is getraind. Dit wordt in 2009/2010 herhaald. - Er is in september 2009 na uitvoerig, vergelijkend onderzoek in ICT geïnvesteerd en een nieuw ICT configuratie (netwerk, computers en een software pakket) aangeschaft van 3 CLO. Het systeem is geïntegreerd in ons onderwijsaanbod en biedt een digitale leeromgeving met educatief lesmateriaal o.a. op het gebied van de kerndoelen rekenen, taal. - Er worden momenteel – gelet op de ervaringen – beleidsplannen opgesteld voor techniek, aanpak hoogbegaafde leerlingen en ICT. Concepten zijn er al. De nieuwe aanpak is langs de lijnen van deze kwaliteitscirkel beschreven:
6
DEFWK281009
4. De toepassing en de sprong: In de “Kwaliteitssprong ENMS” komen alle elementen van het kwaliteitssysteem aan de orde en worden toegepast: 4.1 DE KWALITEITSDOELEN: de ENMS wil een moderne montessorischool zijn die kiest voor een krachtige combinatie van het montessorionderwijs (en bijbehorende materialen) met zijn individuele benadering van kinderen, aangevuld met (geïntegreerd) gebruik van methodes voor rekenen, spelling en begrijpend lezen. De visie op het onderwijs en de (kern)doelen die we ermee beogen te bereiken (zie ook het Schoolplan 2008-2011) luidt: a. Erkenning van het Montessorionderwijs als bijzondere vorm van onderwijs met de eigen benodigde competenties en profielen; b. Uniforme strategie bij de uitvoering van deze onderwijsvorm zonder verlies van de individuele stijl van werken; c. Ontwikkelen van meetbare activiteiten die in het Montessorionderwijs kunnen worden ingezet; d. Bereidheid tot veranderen omwille van het behalen van de (bij)gestelde doelen; e. Voor kinderen geldt dat uitgegaan wordt van de individuele ontwikkeling in zijn sociale omgeving en dat op basis daarvan begeleiding en leren plaatsvindt. De hulp van de volwassene is onontbeerlijk voor de ontwikkeling van het gehele kind (naast verstandelijk ook sociaal, creatief, emotioneel en zelfstandigheid); f. De medewerker/ groepsleidster is primair zelf verantwoordelijk voor zijn of haar eigen werk en functioneren. En zet zich van daaruit in gezamenlijkheid met collega’s in voor de school. Voor elke medewerker wordt uitgegaan van zijn of haar professionaliteit en kernkwaliteiten. Op basis van deze kwaliteiten worden de medewerkers begeleid in hun loopbaan binnen de organisatie; g. Vanuit bestuur en directie wordt kaderstellend, zonodig sturend en als mogelijk faciliterend opgetreden. Bijvoorbeeld door het structureren van werkprocessen, bevordering van de samenwerking in de school, het voorzien in een stabiele formatie, het bieden van een passend programma voor deskundigheidsbevordering, het zorg- en veiligheidsplan en een goed werkend communicatienetwerk; h. Streven naar een positieve beoordeling door de NMV en het Ministerie van OCW (Inspectie) op alle onderdelen. 4.2. HET PLAN: hierbij gaat het over de wijze waarop de visie, de doelen en kerndoelen worden bereikt met het onderwijs- en zorgaanbod (doorlopende leerlijn groep 1 – 8) en de wijze van overdracht/ lesgeven. Op deze wijze wordt binnen de ENMS gewerkt. • De gewenste opbrengsten van het onderwijs moet gemiddeld of bovengemiddeld zijn voor spelling, begrijpend lezen en rekenen/ wiskunde. Vanaf januari 2010 worden de CITO-toetsen ook voor de onderbouw ingevoerd, met als doel zo vroeg mogelijk – ook op deze wijze – evt. hiaten op te kunnen sporen en de verschillen in onderwijsbehoeften van haar leerlingen. Eén leidster in de onderbouw is hiervoor – samen met de IB-er – verantwoordelijk. SVS.
7
DEFWK281009
• •
•
•
• •
•
•
Begrijpend lezen en Rekenen/ wiskunde wordt in januari 2010 voor het eerst afgenomen en ingevoerd in het digitale leerlingvolgsysteem van CITO. Vanaf januari 2010 moet de opbrengst via gerichte kwaliteitszorg naar een voldoende, zo nodig hoger niveau en moeten leerlingen (tenminste) het gemiddelde niveau halen, met uitzondering van de leerlingen die een aparte leerlijn volgen. De rol van de IB-er is belangrijk. Zij brengt alle zorgleerlingen in kaart (zie het Zorgplan 2009-2010). Zij is ook verantwoordelijk voor het proces van toetsen. De IB-er zorgt voor terugkoppeling naar de groepsleidster. De IB-er spreekt in het MT en het team de leerkrachten aan op hun verantwoordelijkheid; de directeur ondersteunt dit. Kinderen met een rekenstoornis worden op een aparte leerlijn gezet. In de bovenbouw wordt bijvoorbeeld vanaf groep 7 gebruik gemaakt van de methode “Maatwerk”. Voor kinderen met dyslexie worden compenserende en dispenserende maatregelen genomen. Het maken van handelingsplannen door leidsters wordt verbeterd. De leidsters worden hierin (bij)geschoold door de IB-er. Er is een Logboek, dat bestaat uit twee delen. Organisatorische afspraken (A) en Onderwijsinhoudelijk afspraken (B) De leerlijnen worden duidelijk omschreven en bewaard in het logboek: (deel B). Ook over de uniformiteit binnen de bouwen zijn heldere afspraken gemaakt en op papier gezet. Dit is de leidraad voor de leerkracht. Elke leerling in de midden- en bovenbouw heeft een aftekenmap. Naar aanleiding van de werkplanningen, worden met leerlingen individueel duidelijke afspraken gemaakt in de groep. Uit de aftekenmap blijkt duidelijk aan welke onderdelen is gewerkt, welke vorderingen zijn gemaakt en aan welke onderdelen er nog gewerkt moet worden.Tevens blijkt of de aandacht goed over de verschillende activiteiten verdeeld wordt. De Klassenmap wordt door de leerkracht goed bijgehouden en bevat: 1. inventarisatielijst (materialen, methodes, meubilair e.d.) 2. Klassenwijzer 3. Bekwaamheidseisen basisonderwijs 4. Groepsindeling eventueel formatie 5. Roosters 6. Afspraken m.b.t organisatie o.a logboek, bouwafspraken en groepsafspraken 7. Plattegrond 8. Kopie ontruimingsplan plus afspraken 9. Klassenuitgaven. 10. Toetskalender en toetsafspraken, afspraken over zorg, zorgplan 11. Standaardformulieren: oudergesprekken, hulpadressen, observaties (MKVS) etc. Er is een geïntegreerd en digitaal kind-volgsysteem: het MKVS. Dit wordt sinds 2008 gebruikt. De komende jaren moet het gebruik geoptimaliseerd worden. De knelpunten, die worden ervaren, zullen worden opgelost: leidsters ervaren werkdruk door het bijhouden van het MKVS in combinatie met de Cito-toetsen/ volgen en andere (methode gebonden) toetsten. Daarnaast vraagt in het montessorionderwijs het klassenmanagement veel van de leerkrachten. Tot slot verdienen de vereiste training en instructie aandacht.
8
DEFWK281009
•
•
De knelpunten worden aangepakt door allereerst een hanteerbare integratie te bewerkstelligen van de CITO- toetsresultaten in het MKVS, waarbij de essentie van beide volgsystemen tot hun recht komt. Leerkrachten zullen heel goed ingewerkt raken in het MKVS door begeleiding, training en betere systeemondersteuning. Voor het toetsen is er training en scholing door ervaren leerkrachten. De MT-leden spelen hierin per bouw een stimulerende en ondersteunende rol. De directeur stimuleert en controleert of iedereen zich aan de gemaakte afspraken houdt en spreekt desgewenst de teamleden hierop aan. Er worden regelmatig gesprekken gevoerd door de directeur met alle teamleden over hun vorderingen en bijdragen aan de kwaliteitssprong, o.a door analyse van het MKVS (zie ook verderop de relatie met het IPB). De directeur rapporteert 2 x per jaar aan het bestuur. Er is een opleidingsplan waarin elk jaar, indien noodzakelijk, 3 leerkrachten de montessoriopleiding kunnen volgen. Daarnaast zijn er teamtrainingen, die komende twee jaar in het teken staan van de kwaliteitssprong (de eerstvolgende vindt 4 en 5 januari 2010 plaats). De middelen hiervoor zijn in de begroting opgenomen. De “bouwmanager” (MT-lid namens onder-, midden-, en bovenbouw) heeft een ondersteunende en coördinerende rol in de OB, MB resp BB naar andere leerkrachten toe. De rol en verantwoordelijkheid van een MT-lid is opnieuw beschreven (hierbij zijn de voorbeeldprofielen uit de FUWA-PO gebruikt) en gekoppeld aan de taken ter vergroting van de kwaliteit. Er wordt een relatie gelegd met de functiemix (introductie LB-functies) en leidt via sollicitatie tot expliciete keus van leerkrachten in het MT in een LB-schaal. Dit gebeurt begin 2010 [i.o.m de MR]. In de begroting 2010 wordt hiermee rekening gehouden alsmede met het bieden van faciliteiten voor deze opdracht/ taak (1 dag p/wk).
4.3: DE MEETRESULTATEN: • De ontwikkeling van kinderen (gr. 1 – 8) en het bereiken van de (kern)doelen wordt getoetst. Naast de methodegebonden toetsen zijn vooral de CITOtoetsen hiervoor beschikbaar. In januari en juni wordt getoetst. Het digitale CITO- pakket is aangeschaft en zal worden geïnstalleerd en gebruikt in en vanaf januari 2010. Het team krijgt een training in december 2009 en zo nodig later nog een keer. • Via de toetsen wordt het kind gevolgd en bepaald wordt hoe het kind zich verder kan ontwikkelen. De CITO- resultaten worden op een hanteerbare manier ingebracht in het MKVS (zie hiervoor). Zo ontstaat er een compleet beeld per leerling. Dit wordt op een systematische wijze aan ouders teruggekoppeld in het oudergesprek met het vernieuwde ouderverslag (2 x p/jr.), daarnaast is er een oudergesprek zonder verslag. • Het eventuele noodzakelijke zorgaanbod (handelingsplan en terugkoppeling; zie hiervoor ook het Zorgplan ENMS 2009-2010) wordt hierbij betrokken. • De toetsresultaten worden 2 x p/jr. ook geëvalueerd op groepsniveau door de “bouwen” o.l.v het desbetreffende MT-lid. Na analyse van de vorderingen a.d.h.v het MKVS en de toetsresultaten kan worden vastgesteld wat de aanpassingen van het aanbod en/of het onderwijsleerproces zouden moeten zijn per bouw o.l.v het betrokken MT-lid. De directeur en de IB-er worden hierbij betrokken. Op schoolniveau worden de toetsresultaten en aanpassingsvoorstellen per bouw geëvalueerd door het MT, o.l.v de directeur (zie D).
9
DEFWK281009
Op schoolniveau worden de toetsresultaten geëvalueerd door het MT o.l.v de directeur. Er wordt aan het bestuur gerapporteerd. 4.4: ALLE REALISEERBARE VERBETERACTIES: in het MT wordt 2 x per jaar o.l.v. de directeur besloten op welk punten het onderwijsaanbod en het onderwijsleerproces moet worden aangepast (per bouw; aansluitend tussen de bouwen), gelet op de toetsresultaten. Het bestuur krijgt hierover een rapportage. De afspraken tot aanpassing van het onderwijsaanbod en het onderwijsleerproces worden in en met het team gecommuniceerd en krijgt zijn vertaling in het logboek/ klassenmap. Hierop wordt toegezien door de MT-leden. Het team stemt de instructie en de verwerking af op de verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. Op individueel niveau worden vanzelfsprekend verbeteracties per leerling via toepassing van het MKVS uitgevoerd. 5. Besturing van het project “kwaliteitssprong”: • Het bevoegd gezag (het bestuur), in het bijzonder het bestuurslid “kwaliteitszorg en communicatie” (ondersteund door een 2e bestuurslid en de voorzitter), is de opdrachtgever. Het project zal - als het beoogde resultaat is bereikt - na ca. 1 a 2 jaar worden voortgezet in de structurele werkwijze binnen de school. • De directeur is de opdrachtnemer. Daarin wordt zij ondersteund door het MT (3 bouwcoördinatoren, IB-er, office manager). De MT-leden krijgen enkele uren p/w faciliteiten hiervoor (hun taken worden beschreven; zie boven). Er zijn werkgroepen ingesteld o.l.v een MT-lid voor: − Toetsen/ meten en volgen: realiseren en bewaken van een hanteerbare integratie van (CITO-) toetsen en het MKVS; werkwijze bij de voorbereiding van leerlingen op het toetsen; wijze van voorbereiding van teamleden op het toetsten; wijze van analyseren van de toetsten (niveau leerling, bouw en school); training en begeleiding van teamleden bij het gebuikt van MKVS. − Het onderwijsaanbod: het systematisch beschrijven en evalueren het onderwijsaanbod, conform de kerndoelen primair onderwijs, per groep én doorlopend van groep 1 tot 8; de systematische integratie van de les methoden in het montessorionderwijs; het verder harmoniseren van de wijze van lesgeven per bouw/ groep; het evalueren en zo nodig vernieuwen van het logboek in de klas. − De directeur zorgt voor afstemming van beide werkgroepen onderling en met het gehele team. De directeur en de office manager zorgen voor de randvoorwaarden (systeembeheer e.a) voor o.a het ondersteunen van het gebruik van het MKVS. • Het team wordt regelmatig bij het project betrokken in speciaal daarvoor te beleggen teamvergaderingen o.l.v de directeur. Aanwezigheid van iedereen is daarbij noodzakelijk; het bestuurslid “kwaliteitszorg” is zal hierbij aanwezig kunnen zijn. Op 4 en 5 januari 2010 is er een speciale 2-daagse teambijeenkomst die in het kader van de kwaliteitssprong staat. • De directeur stelt eisen aan de inbreng van alle teamleden en aan de te leveren bijdrage van de individuele teamleden aan de kwaliteitssprong en maakt met hen daarover afspraken. Het bestuurslid “personeel” is hierbij actief betrokken vanuit de werkgever. Dit is onderdeel van het begeleidingstraject van de teamleden met doel- en functioneringsgesprekken 3 x p/ 2 jr. door de directeur (zie het Integraal Personeelsbeleid). Hiermee wordt dit najaar/ begin 2010 gestart via de doelgesprekken, waarbij specifiek, individueel en op schrift invulling wordt gegeven
10
DEFWK281009
door de leerkrachten i.o.m de directeur aan de functie-elementen (LA resp. LB) in relatie tot de kwaliteit en de kwaliteitssprong. 6. Een directe relatie met het project hebben: − Het Integraal Personeels Beleid, zoals geïntroduceerd in najaar 2009. Daarvan maken onderdeel uit: een beschrijving van alle functies in de school (incl. inschaling), de bijbehorende competenties en de te verrichten taken, houding en gedrag alsmede een systeem van begeleiding en functioneringsgesprekken. − Het logboek: bepaling en handhaving van de effectieve onderwijstijd; bevorderen van orde en rust in de klas/ school; betrokkenheid van leerlingen bij het leerproces; wijze van overblijftoezicht. − De inzet van ZEBO (onze zelfevaluatie) en de wijze waarop de resultaten daarvan de kwaliteit helpen verhogen. Wij zullen hiermee in het najaar 2009 beginnen en de inzet van een ouderenquête en peuterenquête. De MR zal in 2010 de ouderenquête opnieuw houden. De opbrengst daarvan wordt – waar mogelijk – meegenomen en ingebracht in de aanpak “kwaliteitssprong”. − De relatie tussen de kwaliteitsverbetering en de begroting/ budgetverdeling (financiële organisatie). In de begroting 2010 en de meerjarenbegroting wordt de relatie met het project “Kwaliteitssprong ENMS” gelegd (zie verder). De penningmeester doet hiervoor voorstellen i.o.m de directeur aan het bestuur en de A.L.V. − De wijze en het systeem van communicatie in school en met de ouders (zie verder). − De randvoorwaarden van aanwezige faciliteiten (w.o. ICT) en de (administratieve) organisatie, incl. het waar nodig verbeteren daarvan. Dit is de verantwoordelijkheid van directie en office manager. − De relatie met zelf te (doen) organiseren naschoolse activiteiten o.l.v een bestuurslid “naschoolse activiteiten”. De reguliere n.s.o op school wordt verzorgd door Triodus − De reeds gestarte actie om met meetbare resultaten aan te kunnen tonen dat de sociale en mondelinge (taal-) vaardigheden van de leerlingen op een niveau ligt dat mag worden verwacht. − Het systematisch volgen van kinderen na het verlaten van de school in het voortgezet onderwijs (gedurende 3 jaar). Dit gebeurt nu ook, maar dat wordt systematischer gemaakt. Zie ook de bijlage. 7. Financiën: Met de bescheiden middelen die de ENMS heeft (zeker gelet op de voorgenomen bezuiniging van OCW voor 2010 e.v op “management en ondersteuning”, die bij een zelfstandige school hard aankomt) zullen keuzes gemaakt moeten worden. De faciliteiten die aan MT-leden worden gegeven i.v.m. de uitvoering van dit plan zullen worden opgevangen binnen de exploitatie; begroot voor 2010 wordt 1 dag p/wk. Ook de 3 LB-schalen voor het MT die worden ingezet (functiemix; zie cao-po) worden opgevangen in het p-budget. Voor evt. aan te schaffen (nieuw) methodes zullen middelen uitgetrokken worden en meerjarig worden afgeschreven; begroot wordt in 2010: 28.000 euro. Er zijn middelen voor opleiden en trainen in de begroting (15.000 euro). Verder zullen bestuursleden en andere ouders vrijwillig bijdragen aan het doen slagen van het project. Het jaar 2009 wordt waarschijnlijk met een positief resultaat afgesloten.
8.Communicatie en monitoring: Heel belangrijk is de communicatie over het project naar de ouders, leerlingen en teamleden toe. Ook moet de voortgang gemonitord worden. Het bestuur wil een transparant proces tussen team, directie, bestuur en ouders opzetten. Het bestuurslid “kwaliteitsverbetering” begeleidt de communicatie in- en extern en de monitoring. In een Nieuwsbrief (25.09.09) aan de ouders is aangekondigd dat de inspectie 11
DEFWK281009
onderzoek heeft gedaan en dat de school een kwaliteitsplan maakt. In de komende Nieuwsbrief zal worden gemeld dat onderling is afgesproken dat de owinsp een nieuw kwaliteitsonderzoek doet. Op de Algemene Leden Vergadering eind november 2009 zal bij het onderwerp worden stil gestaan en zal ook dit kwaliteitsplan aan de orde komen; dit is reeds eerder aangekondigd. Met het team is reeds uitgebreid gesproken en dat zal worden voortgezet i.v.m het noodzakelijke draagvlak en de inzet van iedereen. Begin januari 2010 zullen de 2 studiedagen van het team aan dit onderwerp worden gewijd. Het Managementteam zal o.l.v. de directeur leiding geven aan het proces van kwaliteitsverbetering en -borging. In de personeelsgesprekken met de directeur worden teamleden individueel aangesproken op hun bijdrage daaraan. Iedereen zal zich moeten vastleggen op zijn of haar concrete bijdrage aan het kwaliteitsplan. Dit zal worden geëvalueerd per teamlid. Er zal regelmatig via bespreking in het bestuur, met de MR en met het team aan de uitvoering van het project aandacht worden besteed. De voorgang wordt gemonitord, waar mogelijk samen met de owinsp. In de maandelijkse Nieuwsbrieven vanuit school en via de recent vernieuwde website www.enms.nl zullen de ouders geïnformeerd worden over de voortgang. Dit kwaliteitsplan zal daarop ook worden ontsloten. Ook zullen er - desgewenst ouderavonden aan worden gewijd.
12
DEFWK281009
BIJLAGE:
De gemeten opbrengsten en resultaten van de ENMS
Adviezen door de school in 2005-2006: vervolgopleiding LWOO VMBO TL VMBO-T/HAVO HAVO VWO
aantal 1 0 1 11 15
Adviezen door de school in 2006-2007: vervolgopleiding LWOO VMBO TL VMBO-T/HAVO HAVO VWO
aantal 0 1 5 5 10
Adviezen door de school in 2007-2008: vervolgopleiding LWOO VMBO TL VMBO-T/HAVO
aantal 1 0 0
HAVO HAVO/VWO VWO
7 5 8
Adviezen door de school in 2008-2009: vervolgopleiding VMBO TL/LWOO VMBO TL VMBO-T/HAVO HAVO HAVO/VWO VWO
aantal 2 2 1 4 11 10
Schoolkeuze: Schooljaar
Dalton
HML
Sorgvliet
Haganum
Segbroek
2006-2007 2007-2008 2008-2009
18% 26.5% 17%
13% 26.5% 30%
4% 0% 0%
9% 21% 10%
39% 5% 10%
13
Vrije School 0% 5% 7%
VCL
div.*
13% 5% 0%
4% 11% 26%
DEFWK281009
Het resultaat: de gemeten situatie van de laatste 2 lichtingen op begin schooljaar 2009-2010: Voortgang studie resultaten ENMS leerlingen van lichting 2006-2007 vervolgopleiding TL/LWOO VMBO VMBO-T/HAVO HAVO VWO
e
2 klas
1
e
3 klas 0 0 5 4 9
onbekend
3
Voortgang studie resultaten ENMS leerlingen van lichting 2007-2008 vervolgopleiding TL/LWOO VMBO VMBO-T/HAVO HAVO HAVO/VWO VWO
e
1 klas
14
e
2 klas 0 1 1 4 1 13
onbekend
1
DEFWK281009